AGENDA Agenda voor de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van de N.V. NOM, Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland, te houden op vrijdag 25 april 2014 om 11.30 uur ten kantore van de N.V. NOM.
1.
Opening
2.
Notulen van de AvA van 26 april 2013
bijlage
3.
Jaarverslag en jaarrekening 2013
bijlage
Conform artikel 22, vierde lid van de Statuten wordt het jaarverslag en de jaarrekening ter bespreking en vaststelling voorgelegd aan de algemene vergadering. Over het dividendvoorstel wordt afzonderlijk besloten bij agendapunt 4.
4.
Dividenduitkering Voorgesteld wordt over het verslagjaar 2013 geen aanvullend dividend uit te keren conform het advies van de Raad van Commissarissen en directie.
5.
Corporate Governance Hoofdstuk 8 van het jaarverslag.
6.
Decharge van de directie Voorgesteld wordt decharge te verlenen aan de directie voor het in 2013 gevoerde beleid.
7.
Decharge van de Raad van Commissarissen Voorgesteld wordt decharge te verlenen aan de Raad van Commissarissen voor het toezicht op de directie in 2013.
8.
Organisatiestructuur/Governance Mededeling stand van zaken.
9.
Samenstelling Raad van Commissarissen De heer R. Prins treedt als voorzitter van de Raad van Commissarissen af per 25 april 2014, vanwege het aflopen van zijn benoemingstermijn. Het Ministerie van Economische Zaken zal een nieuwe kandidaat aanbevelen.
z.o.z.
10.
Profielschets Raad van Commissarissen
bijlage
Voorgesteld wordt om bijgevoegde profielschets vast te stellen.
11.
Benoemingsprocedure RvC leden
bijlage
Voorgesteld wordt om bijgevoegde procedure vast te stellen en aan te passen in de statuten.
12.
Benoeming externe accountant Voorgesteld wordt aan PriceWaterhouseCoopers opdracht te verlenen tot het verrichten van de controle over de jaarrekening 2014. Daarmee wordt de jaarrekening voor het vijfde jaar op rij door PriceWaterhouseCoopers gecontroleerd.
13.
Rondvraag en Sluiting
1 AvA 26-04-2013
Algemene Vergadering Van Aandeelhouders 2013 Notulen van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van de N.V. NOM, Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland, gehouden op vrijdag 26 april 2013 ten kantore van de NOM. Aanwezig: Aandeelhouders Namens de Staat der Nederlanden: Namens de provincie Groningen: Namens de provincie Fryslân: Namens de provincie Drenthe:
de heer A. Slobbe de heer J. Hessels mevrouw Y. van Mastrigt de heer G. Meijerink de heer S. van Stralen de heer A. van der Tuuk de heer R. Donkerbroek
Raad van Commissarissen :
de heer R.P. Prins (voorzitter) de heer H. Bosma de heer J.E. de Vries de heer R. Rabbinge
NOM:
de heer S. Jansen (directeur) de heer G. Buiter (plv. directeur) Mevrouw Y. Dijkshoorn (secretaris/controller)
PWC Accountants:
de heer H.J. Kruisman
1.
OPENING
De voorzitter opent de vergadering en constateert dat het volledige kapitaal rechtsgeldig vertegenwoordigd is. Het mandaat van de provincie Fryslân is door de onverwachte afwezigheid van de heer Konst niet geregeld. Er zal voor een mandaat achteraf gezorgd worden door de heer Van Stralen.
2.
NOTULEN
De voorzitter constateert dat de notulen van de vorige vergadering AvA (27 april 2012) reeds zijn goedgekeurd en ondertekend. N.a.v. de notulen: De herbenoeming van de heer De Vries is schriftelijk bevestigd door de aandeelhouders
2 AvA 26-04-2013
3.
JAARVERSLAG EN JAARREKENING
Het jaarverslag wordt besproken in bijzijn van de heer Kruisman van PWC. De directeur geeft een korte toelichting op de financiële resultaten en de prestaties van de NOM. Enerzijds is er sprake van een goed resultaat, waardoor de instandhoudingsdoelstelling over de eerste 2 jaar van de nieuwe beoordelingsperiode is gerealiseerd, wanneer deze wordt gecorrigeerd voor de afvloeiingskosten. Anderzijds blijven de uitzettingen achter, als gevolg van de lage kwaliteit van de plannen van aanvragers, het handhaven van een maximaal acceptabel risicoprofiel door NOM Finance en vertragingen bij de procedures bij banken. De ontwikkelingen in 2013 geven een beter beeld. Naar verwachting zal ten tijde van de persconferentie het uitzettingenniveau hetzelfde zijn als over geheel 2012. Op dit moment wordt door de afdeling Finance gewerkt aan een aanvullend financieringsproduct. De afdeling IB heeft een goede prestatie geleverd in het afgelopen jaar. Zij hebben veel kleine bedrijven binnen gehaald, die in aantallen arbeidsplaatsen en/of investeringen weinig direct effect hebben, maar wel veel potentie. Daarnaast is er een aantal projecten waarbij de besluitvorming is doorgeschoven naar 2013. Helaas zijn de doelstellingen niet gehaald. De afdeling O&I heeft veel projecten klaargestoomd, die ter beoordeling voor de financiering zijn ingediend, bijvoorbeeld Philips Drachten. De begrote innovatie-impuls is helaas niet gehaald. Geconcludeerd kan worden dat de harde prestatie-indicatoren geen volledig beeld geven over 2012. Door uitstel van besluitvorming vallen de resultaten deels in 2013. Er is wel veel werk verzet! Vooral door de ijle topsectoren, vragen ontwikkelingen meer tijd en energie. Intern is het een moeilijk jaar geweest, als gevolg van de reorganisatie en de gedwongen ontslagen. De ontslagen medewerkers zijn deels weer aan het werk. De NOM-medewerkers hebben de draad weer goed op gepakt, klanten zijn blijvend professioneel bediend. De onzekerheid heeft nog wel invloed op de organisatie, en die onzekerheid zou naar de mening van de directie dan ook snel weggenomen moeten worden door de aandeelhouders. De heer Slobbe complimenteert de NOM met de wijze van verslaggeving. Hij geeft aan buitengewoon tevreden te zijn over de verbetering van de verslaggeving met betrekking tot maatschappelijk verantwoord ondernemen vanaf 2010 tot nu. Het Ministerie acht een score bij de transparantiebenchmark van 150 (op een maximum van 200) punten reëel voor de omvang van de organisatie. De NOM verwacht dit in 2013 te realiseren. De heer Slobbe wijst op het initiatief van LIOF dat de Universiteit van Maastricht opdracht heeft gegeven te adviseren hoe LIOF de maatschappelijke effecten van hun werkzaamheden zou kunnen meten en de wijze waarop daarover het best verantwoording kan worden afgelegd. Hij adviseert de NOM om kennis te nemen van de resultaten en daar zo mogelijk voordeel mee te doen, zodat de verantwoording over maatschappelijke effecten nog beter tot uiting kan komen in het jaarverslag.
3 AvA 26-04-2013
De vragen van de aandeelhouders met betrekking tot het jaarverslag zijn in technische zin goed beantwoord, mogelijk komt de heer Slobbe nog op enkele antwoorden terug. Het Ministerie is tevreden met het goede financiële resultaat en zal de afvloeiingskosten van het personeel niet meenemen in de beoordeling van het rendement in meerjarig perspectief. De heer Slobbe merkt op dat hij de rapportage over de wijze waarop gebruik is gemaakt van de vrije ruimte, zoals opgenomen in de aandeelhoudersinstructie nog niet heeft ontvangen. Hij ontvangt deze graag alsnog en vraagt of deze voortaan standaard bij het jaarverslag kan worden gevoegd. Het jaarverslag wordt door de vergadering vastgesteld. De heer Kruisman verlaat de vergadering. SWOT Noordelijke Economie De heer Slobbe verzoekt de directeur de visie van de NOM te geven op de sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen van de Noordelijke economie. Samengevat stelt de heer Jansen dat er veel bedrijven zijn die willen innoveren, wat het beste in samenwerkingsverbanden kan. (Kleine) bedrijven vinden elkaar echter niet uit zich zelf, dat moet actief tot stand worden gebracht. Mevrouw Van Mastrigt vindt het geschetste beeld herkenbaar. De provincie deelt deze visie; er zijn veel prachtige bedrijven die wereldwijd in niches opereren. Het MKB is relatief sterk ontwikkeld in de ijle infrastructuur. De provincie Groningen heeft een fonds van € 3 mio ter beschikking gesteld, waar bedrijven een beroep op kunnen doen voor goede projecten die nog te ver van de markt af staan. Er kan een subsidie van maximaal € 100K worden gevraagd, waaraan weinig regels zijn gesteld. Het fonds is inmiddels leeg, omdat er veel mooie projecten zijn ingediend en gehonoreerd. NOM-projects zal op dergelijke financieringsvragen in de toekomst een antwoord kunnen geven. De heer Van der Tuuk geeft aan dat de ijle structuur van de Noordelijke Economie maakt dat de NOM en de KvK van groot belang voor de regio zijn. Zij kennen het MKB, weten wat het MKB nodig heeft. De provincies achten een steunstructuur voor de Noordelijke economie noodzakelijk. De voorzitter merkt op dat de BOM de rol vervult die de provincies schetsen en daar ook actieve ondersteuning van de provincie Brabant voor ontvangt. Hij zou graag zien dat de Noordelijke provincies de NOM in diezelfde positie brengen. Als het belangrijkste knelpunt in de Noordelijke economie noemt de heer Jansen het ontbreken van organisatiekracht. Bedrijven nemen niet uit zich zelf deel aan de Topsectoren. De heer Slobbe onderkent dit ook in het Westen, derhalve wordt daar nu gewerkt aan de oprichting van twee ROM’s. Om deze reden wil EZ de financiering van het Ontwikkelbedrijf handhaven, al is het op een lager niveau dan in het verleden. Het Financieringsbedrijf: haar rol in de keten De klassieke levensfases van een bedrijf hebben elk een eigen risicoprofiel. De NOM richt zich met kleinere bedragen op de eerste fase in de keten, de start up. Deze financieringen hebben een hoog risicoprofiel. Ook richt de NOM zich op de tweede (groei)fase van een onderneming.. De NOM financiert op dit moment niet in de idee fase (Pre Seed financiering). NOMprojects zou hier verandering in kunnen brengen. Met Flinc Next is de NOM echter wel actief met betrekking tot deze
4 AvA 26-04-2013
bedrijven. Vanuit Flinc worden ondernemers begeleid, krijgen ondernemers advies en/of worden zij doorverwezen naar partijen die ze kunnen financieren. De coachingsrol voor de ondernemers is er, maar kan worden verbeterd. De heer Slobbe merkt op dat deze dienstverlening nog geen duidelijk gezicht naar buiten heeft, zoals ‘Meesters van de toekomst’ in Gelderland dat wel heeft t.a.v. de inzet van private investeerders en zogenaamde “business angels”. Daar wordt op dit moment vanuit het project Flinc Next in samenwerking met NOM Finance aan gewerkt.
4.
DIVIDEND
De voorzitter constateert dat de AvA akkoord gaat met het voorstel in 2013 geen dividend uit te keren over het resultaat van het jaar 2012 en het resultaat aan het vermogen toe te voegen.
5.
CORPORATE GOVERNANCE
De voorzitter constateert dat de bijlage betreffende de Corporate Governance geen vragen of opmerkingen oproept en dat de AvA instemt met de inhoud.
6.
DECHARGE VAN DE DIRECTIE
De AvA stemt in met het verlenen van decharge aan de directie voor het in 2012 gevoerde beleid.
7.
DECHARGE VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSEN
De AvA stemt in met het verlenen van decharge aan de RvC voor het toezicht op de directie in 2012.
8.
Dividendbeleid
Het dividendbeleid is op voordracht van het Ministerie van EZ op de agenda gezet. Dhr. Slobbe licht dit toe.
5 AvA 26-04-2013
In het regeerakkoord is opgenomen dat er binnen het MKB Innovatiefonds ruimte gemaakt zal worden om meer risicodragend vermogen aan jonge innovatieve bedrijven te kunnen verstrekken. Het Ministerie van EZ zal de participatiefunctie van de ROM’s hiervoor inzetten. In het overleg over de uitwerking van het beleidsvoornemen heeft de toezichthouder van het Ministerie van EZ (het Ministerie van Financiën) geëist dat het dividendbeleid van de ROM’s wordt aangescherpt. Dit betekent dat: het extra rendement boven de instandhoudingsdoelstelling van het kapitaal, gemeten in een vijf jarig perspectief, als dividend uitgekeerd zal moeten worden. Het deel dat het Ministerie van EZ toekomt, zal aan het MKB Innovatiefonds worden toegevoegd; het EZ-deel van de dividenduitkering om de langdurig overtollige liquide middelen af te romen eveneens aan het MKB Innovatiefonds zal worden toegevoegd; er afspraken gemaakt moeten worden over het afbouwen van de kruissubsidie. Kruissubsidiëring betekent namelijk dat het eventuele extra rendement boven de instandhoudingsdoelstelling voortijdig wordt aangewend en derhalve niet als dividend uitgekeerd kan worden. Vanuit aandeelhoudersoptiek heeft EZ overigens al langer voor afbouw van de kruissubsidie gepleit. De heer Slobbe merkt op dat deze uitwerking ook positieve kanten kent: het biedt de ROM’s de mogelijkheid om een beroep te doen op het Innovatiefonds, indien er sprake is van additionele kapitaalbehoefte; het is een erkenning voor het bewezen vakmanschap van het financieringsbedrijf in de afgelopen jaren en het garandeert op dit terrein de continuïteit in de relatie tussen EZ en de ROM’s. De heer Slobbe wil het voorgestelde dividendbeleid met de medeaandeelhouders op bestuurlijk niveau afstemmen. Mevrouw Van Mastrigt geeft aan dat stilzwijgen zeer zeker geen toestemmen is. Ze is verbijsterd over het contrast tussen het huidige agendapunt en het eerder besproken belang van de NOM voor de regionale economie. Volgens de heer Slobbe blijkt het belang dat het Ministerie van EZ hieraan hecht uit de bereidheid om een subsidie van € 1,0 miljoen te blijven verstrekken. De directeur en voorzitter spreken hun zorg uit over de ontwikkelingen en voortgang hiervan. Dit brengt grote onzekerheid met zich mee, wat een negatief effect heeft op de organisatie. De directie heeft in de afgelopen periode een nieuw business model gepresenteerd (het zogenaamde “bolletjesmodel” en o.a. NOMprojects) en samen met de voorzitter is een tour langs alle aandeelhouders geweest. Er zijn echter nog geen concrete afspraken over de toekomst gemaakt. Vanuit het Ministerie van EZ bestaat onder een aantal voorwaarden de bereidheid om middelen uit het vermogen van de NOM aan te wenden voor NOMprojects. De voorzitter merkt op dat hij uit het gesprek met de vorige staatssecretaris niet de indruk heeft gekregen dat kruissubsidiëring niet meer zal worden toegestaan. De heer Slobbe bevestigt dat dit het beleid van de nieuwe bewindspersoon is. De voorzitter geeft aan dat als dit de keuze is en er uit andere bronnen geen additionele subsidiemiddelen ter beschikking worden gesteld, de directie, ten einde de continuïteit te waarborgen, genoodzaakt is om één of twee van de kerntaken van de NOM af te stoten.
6 AvA 26-04-2013
De aard van het agendapunt is het openen van de discussie over het dividendbeleid, zodat er op bestuurlijk niveau een beslissing genomen kan worden. Hierbij moet een balans worden gevonden tussen het belang van de Noord-Nederlandse economie en de nieuwe werkelijkheid van het regeerakkoord. Er zal een afspraak worden gepland om tot een besluit met betrekking tot het dividendbeleid te komen.
9.
SALARISHUIS
De directie van de NOM heeft eind 2012 haar voorstel voor het nieuwe functie- en salarishuis aan de aandeelhouders toegezonden. Het voorstel tot wijziging van het functiehuis is als voorgenomen directiebesluit ter instemming aan de ondernemingsraad voorgelegd alvorens het nieuwe functiehuis geëffectueerd kon worden. De directie en de ondernemingsraad hebben intensief overleg gevoerd over dit onderwerp. De ondernemingsraad heeft met enige voorwaarden kunnen instemmen met het door de aandeelhouders geaccordeerde voorstel. Deze voorwaarden passen binnen de door de aandeelhouders gestelde kaders. Op het punt van de herijking van het functie- en salarishuis heeft de directie ingestemd met het voorstel van de ondernemingsraad dat de directie periodiek, bij voorkeur tijdens de reguliere vierjaarlijkse evaluatie van de ROMs, met de aandeelhouders beziet of een herijking van de correctiefactor dient plaats te vinden. Dit gebeurt dan aan de hand van een doorrekening van Hay Group. Als de directie op basis daarvan de correctiefactor wil wijzigingen, waardoor functie- en/of salarishuis wordt aangepast, dan dient de ondernemingsraad hierover conform artikel 27 WOR vooraf om instemming te worden gevraagd. Onderling hebben de ROM’s de afspraken gemaakt om eventueel tussentijds en bijtijds relevante ontwikkelingen te onderkennen die nopen tot aanpassing van de correctiefactoren bij de ROM’s. De HRM-werkgroep van de ROMs heeft minstens een maal per jaar, of vaker indien noodzakelijk, overleg hierover met de gezamenlijke directies van de ROMs (ROMa). In de Algemene Vergadering van Aandeelhouders zullen de directies rapporteren over de toepassing van (wijzigingen in) de functie- en salarishuizen. Het salarishuis is per 1 januari 2013 ingevoerd. Op dit moment zijn er 2 nieuwe arbeidsovereenkomsten afgesloten op basis van het nieuwe salarishuis. De onderhandelingsgesprekken zijn moeizaam verlopen, maar het is gelukt. Het hanteren van 2 salarishuizen is overigens nog wel een lastig feit. Naar aanleiding van dit onderwerp meldt de directeur dat de OR zich heeft ontbonden, bij gebrek aan kandidaten bij nieuwe verplichte verkiezingen. Gezien de omvang van de organisatie is een OR niet verplicht.
7 AvA 26-04-2013
10.
ORGANISATIESTRUCTUUR/GOVERNANCE
Organisatiestructuur De organisatiestructuur moet het gevolg zijn van de inhoudelijke afspraken. Deze moeten eerst gemaakt worden. Governance Het Ministerie van EZ heeft vorig jaar het toezichtmodel van de ROM’s ter zake het nemen van beslissingen door het financieringsbedrijf geagendeerd en de RvC en directie gevraagd zich over dit onderwerp te beraden en hierover een discussie document aan de aandeelhouders toe te zenden. Er is geen discussie document verzonden, de voorzitter licht het agendapunt mondeling toe. De RvC heeft de principes afgewogen tegen de praktische invoering, op basis van een memo van PWC. Gezien de omvang van de organisatie en het aantal investeringsbeslissingen, is de RvC van mening dat de kosten van een investeringscommissie niet opwegen tegen de baten. De RvC evalueert jaarlijks, waarin ook aan de resultaten van genomen besluiten aan de orde komen. Misschien is een investeringscommissie bij een toekomstige model wel opportuun. De heer Slobbe verzoekt om de aandeelhouders het memo van PWC toe te sturen zodat dit besproken kan worden. Hij blijft van mening dat besluitvorming en toezicht in deze situatie onvoldoende wordt gescheiden.
11.
SAMENSTELLING RAAD VAN COMMISSARISSEN
De voorzitter laat weten dat zijn termijn volgend jaar afloopt en dat hij niet herkiesbaar is. Het Ministerie zal tijdig stappen ondernemen om in de AvA van 2014 een nieuwe kandidaat voor te dragen. Indien de RvC of directie goede kandidaten kent, houdt het Ministerie zich aanbevolen om daar kennis van te nemen.
12.
BENOEMING EXTERNE ACCOUNTANT
De AvA gaat akkoord met het voorstel aan PWC opdracht te verlenen tot het verrichten van de controle over de jaarrekening 2013 (vierde controlejaar). In 2013 dient de controle opdracht voor 2014 en verder (voor een periode van maximaal 4 jaar) opnieuw aanbesteed te worden.
8 AvA 26-04-2013
13.
RONDVRAAG EN SLUITING
Van de rondvraag wordt geen gebruik gemaakt. Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering.
ACTIELIJST Datum
Wat
Wie
Wanneer
26-04-13
Bevestiging mandaat besluitvorming AvA
Prov. Friesland
z.s.m.
26-04-13
Memo Governance (PWC) naar aandeelhouders
Directie
z.s.m.
26-04-13
Toelichting gebruik vrije ruimte financieringen
Directie
z.s.m.
JAARVERSLAG 2013
NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVE RSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV M JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JA VERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 N NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVE RSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV M JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JA VERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 N NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVE RSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV M JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JA VERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 N NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVE RSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV M JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JA VERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 N NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVE RSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV M JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JA VERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 N NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVE
Verslag over het negenendertigste boekjaar 1 januari 2013 t/m 31 december 2013 N.V. NOM Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland • www.nom.nl
Inhoudsopgave
Personalia 4 1. Verslag van de Raad van Commissarissen 5 2. Verslag van de directie 8 2.1 Ontwikkelingen in 2013 8 2.2 Toekomst 9 2.3 Duurzaam ondernemen 10 3. Organisatieprofiel 12 3.1 Algemeen 12 3.2 Organisatiestructuur 14 3.3 Personeel 15 3.4 Organisatorische wijzigingen 17 3.5 Ethiek en integriteit 18 3.6 Commitering aan externe initiatieven 18 4. Waardeketen 19 4.1 NOM Finance 19 4.2 NOM Foreign Direct Investment 22 4.3 NOM Business Development 24 4.4 Significante wijzigingen in waardeketen 24 5. Belanghebbenden 26 6. Toelichting behorende tot het jaarverslag 30 6.1 Doel verslag 30 6.2 Proces bepaling inhoud 30 6.3 Materiële aspecten 32 6.4 Afbakening 34 6.5 Verslaggevingsbeleid 35 7. Realisatie 38 7.1 NOM Algemeen 38 7.1.1 Financiële positie NOM 38 7.1.2 Eigen Duurzaamheidsresultaten 40 7.2 NOM Finance 44 7.3 NOM Foreign Direct Investment 53 7.4 NOM Business Development 57 7.5 Flinc NXT 61 8. Governance 63 9. Jaarrekening 67 10. Overige gegevens 111 Bijlagen 113 Bijlage 1 Verklarende woordenlijst 114 Bijlage 2 GRI inhoudsopgave 118 Bijlage 3 Participaties en leningen 122 Bijlage 4 Profielschets van de leden van de Raad van Commissarissen 135 Bijlage 5 Profielschets van de directie 137
3
Personalia
Raad van Commissarissen
R.P. Prins (voorzitter) Mr. H. Bosma A.M.J. Vogd J.E. de Vries Prof. dr. ir. R. Rabbinge
Managementteam
Drs. S. Jansen, directeur Mr. G. Buiter, plv. directeur, manager NOM Finance Ir. S. Oosterhof, manager Foreign Direct Investment en Business Development Drs. Y. Dijkshoorn RA, directiesecretaris, hoofd Algemene Zaken en Financiën
Medewerkers
4
Gemiddeld bedroeg het aantal medewerkers in 2013: 46 (2012: 50)
1.
Verslag van de Raad van Commissarissen
2013 heeft in het teken van NOM 2.0 gestaan. De NOM heeft zich in afgeslankte vorm maximaal ingezet om haar doelen te realiseren. De Raad van Commissarissen is verheugd over het positieve resultaat van € 2,4 miljoen waarmee 2013 is afgesloten en in het bijzonder over het bijna kostendekkende resultaat van het Ontwikkelbedrijf, dat daar in geslaagd is door het aantrekken van aanvullende projectfinanciering en het terugdringen van kosten. Het financieringsbedrijf heeft dit jaar opnieuw een goed resultaat geboekt, met name door ontvangen dividenden en overige resultaten op participaties. De investeringsbereidheid van bedrijven is in 2013 weliswaar toegenomen ten opzichte van het voorgaande jaar, niettemin blijft de Raad zich zorgen maken over het investeringsklimaat binnen de bedrijven en de impact hiervan op de regionale economische ontwikkeling. Deze trend heeft met name zijn weerslag op de resultaten van het financieringsbedrijf van de NOM. Hoewel de uitzettingsdoelstelling helaas niet is behaald, zijn de uitgezette financieringen verdubbeld ten opzichte van 2012. Het lage uitzettingenniveau is veelvuldig tijdens de vergaderingen van de RvC aan de orde geweest. Opnieuw is vastgesteld dat het een optelsom is van een beperkt aanbod van kwalitatief goede plannen, het gewenste risico en het uitzettingsbeleid, dat mede door de aandeelhouders is geformuleerd. De kwaliteit van de portefeuille is verbeterd, niet in de laatste plaats doordat er in 2013 afscheid is genomen van enkele bedrijven, die volledig waren voorzien en waarvoor geen vooruitzichten waren op het terugverdienen van de investering. Het ontwikkelbedrijf heeft de doelstellingen met betrekking tot het creëren en behouden van arbeidsplaatsen, de investeringen en de innovatie impuls ruim gehaald. Een positief signaal. Na een moeilijk jaar in 2012 voor de personele organisatie hebben de NOM en haar medewerkers in 2013 een nieuw gezicht laten zien. Iedereen heeft zich enorm ingezet om de doelstellingen van de NOM te realiseren, met het gewenste resultaat. Daarvoor wil de Raad de medewerkers bedanken. De Raad vindt het een goede ontwikkeling dat de maatschappelijke impact van de resultaten van de NOM steeds meer tot uitdrukking komen in het jaarverslag. Dat doet het duurzame karakter van de activiteiten van de NOM meer recht. Er is door de Raad van Commissarissen en de directie veel effort gestoken in het vergroten van het ‘eigenaarsgevoel’ van met name de Noordelijke aandeelhouders. Veelvuldig is gesproken over de organisatorische inrichting van de uitvoeringstaken met betrekking tot regionale economische ontwikkeling. In samenwerking met de clusters heeft de NOM modellen voor deze organisatorische inrichting aangereikt. Daarnaast heeft de NOM met de provincies gesproken over het beheer van provinciale fondsen, wat de provincies in de gelegenheid stelt om, in aanvulling op de investeringsmogelijkheden vanuit het NOM fonds, bedrijven in de regio te stimuleren. Om de financieringsketen verder te sluiten is de NOM bovendien met haar aandeelhouders in gesprek over de vorming van een innovatiefonds voor de financiering van innovatieve ideeën leidend tot een vermarktbaar product. De gegroeide samenwerking
5
met de provincies met betrekking tot deze fondsen heeft geleid tot een betrokkenheid van de provincies bij de NOM, die wij toejuichen. Aan het einde van het jaar zijn afspraken gemaakt tussen de aandeelhouders die bemoedigend zijn voor de nieuwe toekomst van de NOM. Positief is dat de NOM een spil blijft in het netwerk van de Noordelijke economie. Eind 2013 heeft, op basis van de gezamenlijke afspraken, een dividenduitkering naar de aandeelhouders plaatsgevonden. De Directie en de Raad van Commissarissen hebben vastgesteld dat de uitkering geen nadelige gevolgen heeft voor de financiële positie van de NOM en voor de uitvoering van haar taken. Bij de verkiezing van de ondernemingsraad in 2013 waren er onvoldoende kandidaten om een ondernemingsraad te vormen en is de ondernemingsraad opgeheven. Gezien het aantal medewerkers van de NOM is er geen wettelijke plicht meer om een ondernemingsraad te vormen. Aangezien de NOM nog continue in beweging is, waarbij het goed is dat de werknemers meepraten, valt het stoppen van de ondernemingsraad te betreuren. Voor mij is dit het laatste het laatste jaarverslag namens de Raad van Commissarissen. Met ingang van vandaag zal ik de voorzittershamer overdragen aan mijn opvolger. Voor het invullen van de vacature is een benoemingscommissie gevormd. De belangrijkste taak van de commissie is, dat ook de nieuwe samenstelling van de Raad zodanig is, dat de leden van de Raad verschillende expertises hebben, waardoor kennis aanwezig is van alle facetten van de NOM. Uit onze zelfevaluaties is opnieuw gebleken dat het erg belangrijk is dat de leden elkaar aanvullen. Ik heb vertrouwen in de nieuwe samenstelling van de Raad en wens de nieuwe voorzitter veel succes.
R.P. Prins, voorzitter Raad van Commissarissen
6
Een kort overzicht van de activiteiten van de Raad van Commissarissen in 2013:
• • • • • • • • • • • •
De Raad vergaderde negen maal in de aanwezigheid van de directie. Er zijn vier nieuwe financieringen goedgekeurd uit het Groei & Overname fonds waarvan er drie zijn verstrekt. Er zijn vier herfinancieringsvoorstellen goedgekeurd uit het Groei & Overname fonds. Er werd kennis genomen van vier nieuwe financieringen uit het Aanjaagfonds, waarvoor geen formele toestemming van de Raad is vereist. Er werd kennis genomen van vier uitbreidingsfinancieringen, waarvoor geen formele toestemming van de Raad is vereist. Er zijn zes verkopen gerealiseerd waarvan twee zijn goedgekeurd en waarvan voor vier geen formele toestemming van de Raad is vereist. Maandelijks werd de Raad geïnformeerd over mutaties en ontwikkelingen in de portefeuille. Tweemaal werden de gehele portefeuille en de daaraan verbonden risico’s besproken. Aan de hand van de kwartaalrapportages werd de financiële performance van de portefeuille besproken. De Raad is geïnformeerd over ontwikkelprojecten en de daaraan verbonden risico’s. De Raad heeft eenmaal overleg gehad met de OR, waarbij de interne organisatieveranderingen aan de orde zijn geweest. De Raad heeft eenmaal buiten de aanwezigheid van de directie haar eigen functioneren en het functioneren van de directie geëvalueerd.
De directie heeft het jaarverslag en de jaarrekening over het boekjaar 2013 opgesteld. De Raad van Commissarissen heeft op 25 april 2014 kennis genomen van goedkeurende verklaring van PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. met betrekking tot de jaarrekening. De Raad heeft de jaarrekening volgens deze rapportage goedgekeurd en voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AvA). Preadvies
Preadvies Wij stellen de AvA voor de balans, winst en verliesrekening en de toelichting vast te stellen. Inzake het resultaat stellen wij voor de winst van € 2.396.099 toe te voegen aan de overige reserves. Groningen, 25 april 2014 Raad van Commissarissen R.P. Prins (voorzitter) Mr. H. Bosma A.M.J. Vogd J.E. de Vries Prof. dr. ir. R. Rabbinge
7
2.
2.1 Ontwikkelingen in 2013
Verslag van de directie
Eén van de eerste zinnen in het jaarverslag over 2012 was “Dit sentiment heeft zich in 2012 niet hersteld”. Het sentiment betrof het investeringsklimaat dat echt op een dieptepunt was aangeland. In 2013 is ons gebleken dat de bodem bereikt werd, met een opgaande trend, maar te weinig om al te spreken van een blijvende verbetering. Het jaar 2013 zelf sluiten wij af met een positief resultaat van € 2,4 miljoen, het resultaat van ontvangen dividenden en overige resultaten op participaties. Ten opzichte van 2012 was er sprake van een verdubbeling van het bedrag aan uitzettingen, maar de uitzettingen zijn nog niet op het niveau van de € 8 - € 12 miljoen die we ons intern ten doel hadden gesteld. Behalve marktomstandigheden, blijven de kwaliteit en haalbaarheid van businessplannen ons zorgen baren en dat leidt tot lastige financieringstrajecten in de markt, waar de NOM als één van de financiers ook mee te maken heeft. Voor het jaar 2013 zijn met de subsidieverstrekkers gekwantificeerde afspraken gemaakt op het gebied van Foreign Direct Investment (FDI) en Business Development (BD), die gerelateerd zijn aan het Topsectorenbeleid, zodat de prestaties van de NOM beter kunnen worden beoordeeld. De resultaten ten aanzien van acquisitie (FDI) waren goed. De investeringen zijn hoger dan de doelstelling en ten aanzien van de arbeidsplaatsen was sprake van een boven gemiddelde score in 2013 van 696 nieuwe en 352 behouden arbeidsplaatsen. Een bijzonder lichtpunt. Ook de resultaten van BD waren goed. Met € 24 miljoen aan investering in innovatieve projecten, wordt de doelstelling behaald. Bovendien zijn de resultaten van het ontwikkelbedrijf vrijwel kostenneutraal gerealiseerd door het verkrijgen van tijdelijke extra financiering en het verlagen van de kosten.
Tabel 1
Resultaten op hoofdlijnen Resultaat Economie FDI: Investeringen BD: Innovatie impuls (financierbare projecten) F: Uitzettingen Flinc: Directe en indirecte investeringen (doel voor 2 jaar) Sociaal FDI: Arbeidsplaatsen (incl. behoud) BD: Aantal manjaren arbeid in Ontwikkelprojecten F: Aantal arbeidsplaatsen bij NOM-deelnemingen Flinc: Aantal arbeidsplaatsen (doel voor 2 jaar)
8
Realisatie 2012
Doel 2013
Realisatie 2013
€ 124 mln € 4,0 mln € 2.9 mln -
€ 100 mln € 13 mln € 8 - 12 mln € 4 mln
€ 148 mln € 24 mln € 5,8 mln € 1,1 mln
306 20 2.205 -
100 36
1.048 124 2.658 19
2.2 Toekomst
Eind 2013 is een akkoord gesloten tussen aandeelhouders met betrekking tot de toekomst van de NOM. Uitgangspunt daarvan is dat de NOM een belangrijke rol speelt in de uitvoering van het regionaal economisch beleid. De erkenning van deze rol zien wij als een waardering voor onze activiteiten en inspanningen. De uitwerking zal in 2014 plaats vinden, maar wij zien die als directie en management met vertrouwen tegemoet. Daar waar in het vorige jaar verslag nog melding gemaakt werd van het wegvallen van de subsidie door het Ministerie van Economische Zaken is er nu sprake van een stabiel niveau van 1 miljoen per jaar voor een periode van drie jaar. Weliswaar is dat minder dan in 2012, maar door daarop te anticiperen is er sprake van een stabiele organisatie. Onderdeel van het akkoord is dat aan de aandeelhouders, naar verhouding, 20 miljoen dividend is uitgekeerd. In het publieke debat is de indruk ontstaan dat daardoor de NOM haar taak niet meer zou kunnen uitoefenen. Door middel van een bijzondere advertentie hebben wij ons standpunt duidelijk gemaakt, namelijk dat de NOM doorgaat met haar werk. Er is voldoende kapitaal beschikbaar om te investeren in Noord-Nederland en dat zullen we blijven doen. Wel komt uit de discussie tussen aandeelhouders de vraag naar boven hoe de NOM haar geld investeert. In de loop van 2014 zal de aandeelhoudersinstructie worden geëvalueerd en kunnen aandeelhouders reageren op het investeringsbeleid als zodanig. Overigens maakt ook de afspraak tussen aandeelhouders dat, mocht in de toekomst er een probleem ontstaan, de aandeelhouders aan zet zijn om hierin te voorzien, onderdeel uit van het akkoord. In 2013 is veel tijd gestoken in contacten met de overheden. Met name met betrekking tot het beheer van provinciale fondsen ter aanvulling van het bestaande instrumentarium. De afspraken daarover zullen tot gevolg hebben dat in de loop van 2014 de uitvoering start en daarmee nieuwe doelgroepen bediend kunnen worden. In het kader van het genoemde akkoord tussen aandeelhouders is veel tijd besteed aan de voorbereiding van een ‘vroege fase’ risico financiering van projecten. Ook dit fonds zal van start gaan. In 2013 is op basis van het projectplan Agrifood/BBE gestart met het afzonderlijke cluster ‘Greenlincs’, onder verantwoordelijkheid van de NOM (zie paragraaf 7.4). Per 1 maart is bovendien Flinc NXT van start gegaan, in samenwerking met KvK, Syntens en de drie provincies (zie paragraaf 7.5). Uit de geschetste ontwikkelingen wordt duidelijk dat het toekomst perspectief van de NOM in 2014 aanmerkelijk verbeterd is. De personele ingrepen in 2012 hebben geleid tot een forse afslanking per 1 januari 2013. In de loop van het jaar is er sprake van lichte groei vanwege de start van Flinc NXT. Naar verwachting zal in 2014 met name vanwege de nieuwe fondsen een aantal nieuwe medewerkers in dienst van de NOM treden. Daarbij kijken we vooral naar tijdelijke arbeidscontracten om voldoende flexibiliteit te houden. Voor de overige afdelingen blijft terughoudendheid het uitgangspunt en verwachten we geen grote veranderingen. Vanzelfsprekend is de NOM een middel en geen doel. Maar dat middel heeft zich bewezen en kan een goede bijdrage aan de economische ontwikkeling van Noord-Nederland leveren.
9
2.3 Duurzaam ondernemen
Een belangrijke trend die wij in het kader van duurzaamheid constateren is die van de ‘circulaire economie’; het voorzien in eigen energie en voedsel. Zowel de energiesector, als de landbouw en voedingsindustrie, hebben sterke wortels in Noord-Nederland, waardoor dit voor ons een belangrijk thema is. Ook het sluiten van ketens van productie past hierin en biedt kansen om innovatie te koppelen aan regionale productie door de ‘maakindustrie’. Deze trend past ons inziens prima bij de RIS strategie en juist in de ‘topsectoren’ zien we veel projecten ontstaan, die dit principe toepassen. Het werken aan een ‘circulaire economie’ kan door middel van hergebruik van grondstoffen, maar ook het betrekken van lokale toeleveranciers maakt hier deel van uit. Dat maakt dat de brede “maakindustrie” de belangrijke kurk van onze economie is en zal blijven. Gelet op de omvang en structuur van onze regio biedt dit kansen. Er is sprake van korte lijnen, een goede arbeidsmoraal en een onderwijsinfrastructuur die goed opgeleide vakmensen kan afleveren. Duurzaamheid krijgt door de trend van ‘circulaire economie’ concrete vormen in nieuwe producten als gezondere aardappelen, biopolymeren als behuizing voor apparaten en sensormotoriek voor kwaliteitsbewaking van waterproductie. Ontwikkeld en gemaakt in NoordNederland. De NOM draagt bij aan duurzaamheid en een circulaire economie vanuit haar visie en missie en door uitvoering van haar kerntaken. Het komt direct tot uitdrukking in de met onze aandeelhouders/ subsidieverstrekkers overeengekomen doelstellingen, met betrekking tot stimulering van de economie in Noord-Nederland. Duurzaam ondernemen begint voor ons bij het continuïteitsperspectief van ondernemingen. Hierdoor wordt bestaande werkgelegenheid behouden, wat betrekking heeft op het sociale aspect van duurzaamheid. Dit is natuurlijk van toepassing op de werkgelegenheid bij de NOM, maar vooral op het behouden van arbeidsplaatsen bij bedrijven in de regio. Als de continuïteit is gewaarborgd, kan groei een volgende stap zijn. Groei in aantallen bedrijven door acquisitie met inzet van Foreign Direct Investment en groei in omvang van de bestaande bedrijven. Groei in omvang kan worden gerealiseerd door het zoeken naar nieuwe producten en diensten. Gelet op de veranderende maatschappelijke context willen veel ondernemers inspelen op de vraag naar duurzaamheid. Met name onze medewerkers van Business Development zijn actief op zoek naar antwoorden op die marktvraag. In de projecten die zij de laatste jaren ontwikkelen voeren het ‘vergroenen’ en verduurzamen van de samenleving de boventoon. Het project Agri&Food/Biobased Economy dat in 2013 onder de verantwoordelijkheid van de NOM van start is gegaan, is erop gericht dat Noord-Nederland een rol gaat spelen in de komende biobased economy en dat de regio zich in Europa een toonaangevende positie verwerft in duurzaam gebruik van groene grondstoffen en hergebruik van groene rest- en nevenproducten. Om dat te realiseren is het onder andere van wezenlijk belang om een verdere verbinding tussen de Chemie en de Agri&Food-sector tot stand te brengen. Het realiseren van een dergelijke cross-over is de kracht van de NOM.
10
Dat duurzaam ondernemen in de missie en kerntaken van de NOM verankerd ligt, willen we beter tot uitdrukking laten komen in onze verslaglegging. In dit jaarverslag is derhalve geen apart duurzaamheidsverslag meer opgenomen. De strategie, activiteiten en resultaten met betrekking tot duurzaamheid zijn volledig geïntegreerd in het jaarverslag van de NOM. Door middel van voorbeelden met betrekking tot projecten en activiteiten die wij ontwikkelen, proberen we in dit jaarverslag een gezicht te geven aan het duurzame karakter van onze werkzaamheden. Om inzicht te geven in de interne resultaten van de NOM wordt voor prestatieindicatoren aansluiting gezocht bij de indicatoren gedefinieerd door het Global Reporting Initiative (GRI). De resultaten met betrekking tot de externe en interne prestatie indicatoren, worden in paragraaf 7.1.2 uiteengezet.
S. Jansen, directeur
11
3.
3.1 Algemeen
Onze organisatie
De NOM gelooft in de kracht van Noord-Nederland en vindt dat zij de plicht heeft om een bijdrage te leveren aan een gezond en duurzaam Noord-Nederland voor ons en onze kinderen. Voor de NOM betekent dat het op de juiste wijze stimuleren van de Noord-Nederlandse economie. De NOM heeft op basis hiervan haar visie, missie en strategie geformuleerd. Visie Een economisch toekomstbestendig Noord-Nederland Missie De N.V. NOM, Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland (NOM) heeft als missie om de permanente katalysator van economische ontwikkeling in Noord-Nederland te zijn. Strategie De NOM wil haar doel, de werkgelegenheid in Noord-Nederland bestendigen en ontwikkelen door het stimuleren van duurzaam winstgevende economische activiteiten, bereiken door het tijdelijk verstrekken van risicodragend kapitaal, investeringsbevordering en ontwikkeling & innovatie. Daarbij realiseren we ons dat investeringen steeds minder een direct effect hebben op werkgelegenheid. Door toelevering en outsourcing wordt buiten het investerende bedrijf soms meer werkgelegenheid gecreëerd dan er binnen. De NOM is georganiseerd naar de aard van haar activiteiten en kent de afdelingen NOM Finance, NOM Foreign Direct Investment en NOM Business Development. Voor breder inzicht in de producten en diensten van de afdelingen, alsmede de markten waarin de NOM opereert, wordt verwezen naar de hoofdstuk 7 (paragrafen per afdeling). In dit hoofdstuk worden de bedrijfsmodellen van de NOM weergegeven, alsmede het proces van waardecreatie, dat uit de strategie volgt. De NOM heeft haar hoofdkantoor in Groningen en een dependance in Leeuwarden. De werkzaamheden van de NOM zijn gericht op de versterking van de private sector van Noord-Nederland en worden verricht in opdracht van de provincies en gemeentes in deze regio (provincies Groningen, Fryslân en Drenthe) en het Ministerie van Economische Zaken. In het kader van investeringsbevordering zijn er intensieve contacten met andere landen, zoals China, de VS en Noord Europa (voor FDI zie paragraaf 4.2). De publieke en private sector in Noord Nederland worden als afzetmarkt aangemerkt. Met de aandeelhouders/subsidieverstrekkers is in de loop van 2012 het beeld met betrekking tot de langetermijnontwikkeling binnen Noord-Nederland gedeeld. De door de provincies vastgestelde speerpunten daarin, vallen samen met de door de Ministerie van Economische Zaken gepresenteerde Topsectoren. Als afgeleide daarvan heeft de NOM haar maatschappelijke doelen uitgezet tot en met 2016. In 2013 is blijvend afstemming gezocht met de aandeelhouders en subsidieverstrekkers, als financiers van onze werkzaamheden. De uitvoering door de NOM van projecten, zoals bijvoorbeeld in de vorm van het cluster Greenlincs en Flinc NXT, valt daar ook onder. De langetermijndoelstellingen worden jaarlijks in het werkplan vertaald naar concrete doelen. Na afloop van het jaar wordt de realisatie geëvalueerd met de aandeel-
12
houders en subsidieverstrekkers, op basis waarvan de doelen voor het volgende jaar eventueel worden bijgesteld. In 2013 waren, naast het ontwikkelen van een cluster voor biobased economy, het beperken van de belasting van het milieu, onder andere door verduurzaming van energie en door waterbesparende technologieën, belangrijke thema’s. Interne bedrijfsvoering Ten einde het realiseren van de doelstellingen van de NOM te waarborgen, heeft de organisatie een managementbeheerssysteem ingericht met betrekking tot haar kernprocessen. Omdat de NOM maatschappelijk verantwoord ondernemen definieert als het realiseren van haar basisdoelstellingen, kan ten aanzien van het monitoren van maatschappelijk verantwoord ondernemen gesteund worden op het algemene managementbeheerssysteem van de NOM. Dit systeem van de NOM is ingericht op basis van een voor de organisatie van toepassing zijnde risicoanalyse. De belangrijkste risico’s kunnen worden onderscheiden met betrekking tot de volgende aspecten: Strategisch
Financieel
politieke risico’s
waardering participaties
wet- en regelgeving
liquiditeit
concurrentie
fiscaal
imago Operationeel
Interne organisatie
operationele doelstellingen
IT beheer
interne procedures
archivering
personeel
integriteit
financiering v.d. activiteiten
calamiteiten
Ten aanzien van deze aspecten zijn de risico’s geïnventariseerd en de mogelijke gevolgen ingeschat, waarbij gekeken is naar de kans dat ze zich voordoen en de impact indien ze zich voordoen. Wanneer de kans dat een risico zich manifesteert en de impact laag zijn, dan accepteert de NOM het risico. Wanneer de kans dat het risico zich voordoet laag is en de impact hoog is, dan wordt het risico verzekerd. Bij een hoge kans dat een risico zich voordoet, onafhankelijk van de impact dan er zijn beheersmaatregelen gedefinieerd. Deze maken onderdeel uit van de bedrijfsprocessen. Gedurende het grootste deel van 2013 bleef de financiering van onze activiteiten onzeker. Dit risico kwam voort uit een discussie over de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het regionaal economisch beleid. Nieuwe inzichten hebben er toe geleid dat eind 2013 duidelijkheid ontstond over een herziend financieringsmodel. De NOM ontvangt tot en met 2016 € 1,0 miljoen per jaar. Dit is weliswaar lager dan de bijdrage voor 2013, maar door op dit bedrag te anticiperen is één van de grootste risico’s voor de NOM voorlopig van tafel.
13
Hoewel de basisfinanciering voor de komende jaren is veilig gesteld, gaat de directie voort met de nieuw ingezette werkwijze om ontwikkelingen op projectbasis te financieren. In 2013 is met een tweetal op projectbasis gefinancierde projecten gestart, te weten Biobased Economy en Flinc NXT. In het personeelsbeleid wordt hierop geanticipeerd door toe te groeien naar een beperkte vaste personeelsbezetting met een flexibele, projectgerelateerde schil. Om dit te realiseren wordt personeel vaker op projectbasis in dienst genomen. De systemen, die tot doel hebben de geïnventariseerde significante risico’s waaraan de onderneming is blootgesteld optimaal te beheersen, zijn op orde. Zij kunnen echter geen absolute zekerheid bieden tegen het niet realiseren van ondernemingsdoelstellingen, noch kunnen zij alle onjuistheden, verlies, fraude en overtredingen van wetten of regels geheel voorkomen. Het geheel van werkzaamheden inzake de risicobeheersing is besproken met de Raad van Commissarissen. 3.2 Organisatie structuur
Eigendomsstructuur De organisatie is een naamloze vennootschap, waarvan de aandelen voor 99,97% in het bezit zijn van het Ministerie van Economische Zaken en voor 0,03% in het gelijke bezit van de provincies Groningen, Fryslân en Drenthe. De vennootschap wordt aangestuurd door de directie en heeft een Raad van Commissarissen, die toezicht houdt. De NOM is gevestigd in Groningen, met een dependance in Leeuwarden. Operationele structuur De NOM heeft een viertal 100% dochterondernemingen, te weten Venture Kapitaalfonds II B.V., Venture Kapitaalfonds III B.V., B.V. Drentse Participatie Maatschappij en Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. die, evenals de NOM, voorzien in risicodragend kapitaal. De beide Venture Kapitaalfondsen zijn mede gefinancierd met Europese gelden en daarmee gebonden aan Europese regelgeving. De investeringen van B.V. Drentse Participatie Maatschappij en Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. zijn provinciegebonden. De dochterondernemingen hebben geen personeel in dienst.
14
Omvang van de organisatie De volgende kengetallen geven de omvang van de organisatie weer: Tabel 2
Omvang van de organisatie Opbrengsten Financieringsbedrijf (in € x 1.000) Opbrengsten Ontwikkelingsbedrijf (in € x 1.000) Totale opbrengsten (in € x 1.000)
2012 13.712 2.929 16.641
2013 8.089 3.090 11.179
Omvang portefeuille (in € x 1.000) Omvang overige activa (in € x 1.000) Omvang totale activa (in € x 1.000)
21.487 71.005 92.492
20.207 53.557 73.764
43,9
39,3
Gemiddeld aantal FTE
3.3 Personeel
Figuur 1
De NOM bestaat uit de afdelingen NOM Finance, NOM Foreign Direct Investment en NOM Business Development. De organisatie kan schematisch als volgt worden weergegeven:
Organisatieschema
Algemeen directeur
Manager Algemene Zaken & Financiën Afdeling AZ & Financiën
Manager Finance, plv. directeur
Afdeling Finance
Manager Foreign Direct Investment en Business Development Afdeling Foreign Direct Investment (FDI)
Afdeling Business Development (BD)
15
Personeelsbestand Het aantal medewerkers bedroeg in 2013 gemiddeld 46 (39,3 FTE). De inkrimping van het personeelsbestand ten opzichte van 2012 is het gevolg van de reorganisatie die in 2012 heeft plaatsgevonden, in verband met de afnemende subsidie. In 2012 zijn in dit kader 5 arbeidscontracten voor onbepaalde duur opgezegd, waarvan de beëindiging van 4 dienstverbanden begin 2013 is geëffectueerd. Tabel 3
Personeelsbestand Gemiddeld aantal medewerkers Gemiddeld aantal medewerkers met een vast contract Gemiddeld aantal fte’s % vrouwen (in fte’s) % Management (in fte's) % Parttime (minder dan 36 uur) % indirect (in fte’s) % gedetacheerd bij andere bedrijvendrijven Aantal mensen gedetacheerd bij de NOM Aantal zelfstandigen aan het werk bij de NOM
2012 50 45 43,9 35% 11% 32% 36% 7% -
2013 46 41 39,3 37% 10% 30% 35% 10% -
verhouding man-vrouw (fte) De NOM streeft naar een beter evenwicht in de verhouding man/vrouw op totaal niveau en in hogere functies. Het totaal aantal vrouwen steeg van 35% naar 37% als gevolg van de uitstroom van mannelijk personeel.
37%
Alle medewerkers verrichtten hun werkzaamheden vanuit het kantoor in Groningen en kunnen gebruiken maken van de dependance in Leeuwarden. Tabel 4
Personeelsbestand naar activiteiten Gemiddeld aantal FTE Finance Gemiddeld aantal FTE FDI/BD Gemiddeld aantal FTE Subsidieprojecten en gedetacheerd Gemiddeld aantal FTE Staf Totaal gemiddeld aantal FTE
16
2012 10,3 19,7 2,4 11,5 43,9
2013 10,3 11,7 7,4 9,9 39,3
Arbeidsvoorwaarden Met de medewerkers zijn individuele arbeidsovereenkomsten aangegaan. Op alle medewerkers, inclusief de directeur zijn algemene, in overleg met de OR geharmoniseerde, arbeidsvoorwaarden van toepassing. Er is geen sprake van een collectieve arbeidsovereenkomst. De gehanteerde opzegtermijnen zijn overeenkomstig de geldende wetgeving. Bij contracten van bepaalde tijd geldt een opzegtermijn, die conform wetgeving voor de werkgever het dubbele bedraagt van die van de werknemer. De minimale opzegtermijn voor de werkgever bij een vast contract bedraagt bij een arbeidsduur van: Korter dan 5 jaar: 1 maand 5 -10 jaar: 2 maanden 10 - 15 jaar: 3 maanden Meer dan 15 jaar: 4 maanden Deze opzegtermijnen zijn eveneens van toepassing bij beëindiging van arbeidscontracten als gevolg van organisatiewijzigingen. Aan de contractbeëindiging zal een periode van onderling overleg vooraf gaan. Deze periode is niet aan een termijn gebonden. Bij belangrijke organisatiewijzigingen heeft de OR adviesrecht. Bij de herverkiezingen voor de OR in 2013 waren er echter onvoldoende kandidaten en is de OR opgeheven. Gezien de omvang van de onderneming is er geen wettelijke plicht meer. De pensioenverplichtingen van de NOM zijn volledig gedekt door het afsluiten van een verzekering bij Avero/Achmea. De wetswijzigingen met betrekking tot de pensioenen zijn doorgevoerd in de regeling. 3.4 Organisatorische wijzigingen
In tegenstelling tot de vermelding in het vorige jaarverslag, wordt de subsidierelatie met het Ministerie van Economische Zaken niet verder afgebouwd, maar is voor 2014 tot en met 2016 een subsidie van één miljoen euro per jaar toegezegd. Dit heeft tot gevolg gehad dat verdere organisatorische wijzigingen op dit moment niet nodig zijn. In 2013 is er € 20 miljoen dividend uitgekeerd aan de aandeelhouders. Hoewel dit tot een aanzienlijke verlaging van het eigen vermogen van de NOM heeft geleid, heeft de uitkering geen invloed op onze bedrijfsvoering. We hebben voldoende liquide middelen om te blijven investeren in de regio. Er hebben zich geen andere wijzigingen voor gedaan in beleid en doelstellingen. Zie paragraaf 4.4 voor wijzigingen in de waardeketen.
17
3.5 Ethiek en integriteit
Gedragscode In de arbeidsvoorwaardenregeling van de NOM zijn gedragscodes opgenomen met betrekking tot omgangsvormen, gebruik social media en gebruik PC’s, laptops en telefoons. Daarnaast is een klokkenluidersregeling opgenomen en een klachtenregeling, voor klachten binnen de hiërarchische lijn. Bij indiensttreding ontvangen werknemers de arbeidsvoorwaardenregeling. Bovendien zijn deze beschikbaar op het intranet. De code is in 2013 aangepast. Discriminatie Er zijn in 2013 geen gevallen van discriminatie gemeld. Externe klachtenregeling De NOM kent als privaat bedrijf geen externe klachtenregeling. Klantvriendelijkheid dient wel als uitgangspunt voor ons handelen. Daar waar stakeholders klachten hebben over het functioneren van de NOM wordt per individueel geval gereageerd. In het afgelopen jaar is door de directeur rechtstreeks met één klager gesproken.
3.6 Committering aan externe initiatieven
Precautionary Principle De NOM is zich bewust van het feit dat bepaalde beslissingen een negatief effect hebben op mens en/of milieu. Bij twijfel of wetenschappelijke onduidelijkheid kiest de NOM uit voorzorg voor een beproefde methode. Overige externe duurzaamheidsprincipes/Initiatieven In aanvulling op de algemene strategie, heeft het thema duurzaamheid invloed op de investeringsbeslissingen. Hoewel de NOM nog geen expliciete eisen heeft gesteld aan het duurzaamheidsbeleid van participaties waarin wordt geïnvesteerd, beoordeelt zij wel de activiteiten van de participaties. De NOM neemt bijvoorbeeld niet deel in bedrijven waarvan bekend is dat zij de mensenrechten schenden, wet- en regelgeving niet naleven of grote milieurisico’s aangaan. De NOM onderschrijft de ILO en OESO richtlijnen voor MVO. Lidmaatschap verenigingen De NOM is lid van de volgende brancheverenigingen en/of belangenorganisaties: Eurada Noorderlink NVP ECSPP American Chamber of Commerce BIO Farmind AWVN VNO-NCW De NOM heeft geen belang in het bestuur en draagt niet bij aan de funding van de organisaties, behalve contributiebetaling gekoppeld aan regulier lidmaatschap. Behalve bij Noorderlink, waar de NOM deel uitmaakt van 2 platforms, neemt de NOM geen deel in projecten of commissies van de organisaties.
18
4.
Waardeketen
De keten waar de NOM onderdeel van uitmaakt, loopt vanaf het MKB waar de NOM inkoopt tot en met het MKB, waarin de NOM investeert, aan adviseert en mee samenwerkt in acquisitie- en innovatieprojecten. De inkopen van de NOM betreffen diensten, leaseauto’s en kantoorartikelen en hebben een beperkte impact op de maatschappij. Omdat de NOM in relatie tot de inkopen geen actieve rol als ketenpartner speelt, wordt dit onderdeel van de keten als niet materieel beschouwd en niet beschreven. De ketenverantwoordelijkheid van de NOM ligt vanuit haar doelen, het tijdelijk verstrekken van risicodragend kapitaal, acquisitie en ontwikkeling, veel meer in de regio, waarbij de impact op alle drie de aspecten van duurzaamheid betrekking heeft. De NOM is georganiseerd naar de aard van haar activiteiten en kent de afdelingen NOM Finance, NOM Foreign Direct Investment en NOM Business Development. De afdelingen hebben ieder een andere waardeketen, van waaruit ze elkaar op tal van manieren versterken en ze actief leads voor elkaar genereren. In de volgende paragrafen wordt de waardeketen per afdeling beschreven. De NOM is niet betrokken bij externe controle op ketenbeheer. 4.1 NOM Finance
NOM Finance voorziet het bedrijfsleven van risicodragend kapitaal. De aandeelhouders van de NOM hebben hiertoe kapitaal (€) ingebracht. Met de opbrengsten van de financieringsactiviteiten moet NOM Finance haar eigen activiteiten, inclusief personele kosten, financieren. De koopkracht van het door de aandeelhouders beschikbaar gestelde vermogen moet in stand gehouden worden, zodat NOM Finance risicodragend kapitaal kan blijven verstrekken. Dat wil zeggen dat het financieringsbedrijf na aftrek van haar kosten in meerjarig perspectief, te weten 5 jaar, een rendement boekt dat tenminste gelijk is aan het inflatiepercentage. De NOM voegt ter hoogte van de inflatie waarde toe aan het ingebrachte kapitaal (€). NOM Finance verstrekt risicodragende financiering aan kansrijke MKB-ondernemingen in Noord-Nederland in de vorm van aandelenkapitaal en/of achtergestelde leningen, omdat zij ondernemingen wil laten groeien. Deze financiering kan worden verstrekt aan zowel startende bedrijven, als aan bedrijven die willen groeien, een overname willen doen of waar sprake is van bedrijfsopvolging. De financiële betrokkenheid van NOM Finance is altijd voor een bepaalde periode. Daarna worden de aandelen (terug)verkocht, wordt de eventuele lening afgelost en wordt de opbrengst elders geïnvesteerd. Een aanzienlijk deel van de doelgroep wordt gevormd door starters, technologiegedreven en innovatieve ondernemingen. Daarnaast zijn ook het bestaande bedrijfsleven, groeiende bedrijven en ondernemingen waar een overname of bedrijfsopvolging aan de orde is een belangrijk deel van de doelgroep van NOM Finance. NOM Finance werkt bij de totstandkoming van een financiering samen met het bedrijf, adviseurs, banken, private investeerders en/of participatiemaatschappijen.
19
NOM Finance onderscheidt zich van andere (private) participatiemaatschappijen door haar focus op de langere termijn en het aangaan van een duurzame samenwerkingsrelatie met de ondernemingen waarmee zij een financieringsrelatie heeft. Snelle winst is geen doel, een actieve participatie en een bedrijfsspecifieke aanpak met daaruit voortvloeiend een positief rendement op termijn daarentegen wel. NOM Finance biedt naast kapitaal in geld ook menselijk kapitaal in de vorm van denkkracht, advies en begeleiding met als doel: groei van omzet, winst en duurzame werkgelegenheid. Daarvoor wordt naast de eigen deskundigheid gebruik gemaakt van de deskundigheid van de andere afdelingen van de NOM en daar waar nodig van externe, specifieke deskundigheid. NOM Finance is een actieve aandeelhouder en denkt mee met de ondernemer en zijn/haar managementteam bij het realiseren van zijn of haar plannen. Uitgangspunt is het aangaan van een langdurige relatie, waarde creatie en het leggen en in stand houden van een duurzame basis voor continuïteit van de onderneming. De participaties en leningen liggen in een segment met hogere risico’s. Het gaat echter wel om in de kern gezonde bedrijven en business cases met goede rendementsperspectieven, zodat het fonds revolverend kan worden gehouden en aan de rendementseisen van de aandeelhouders kan worden voldaan.
20
Figuur 2
Bedrijfsmodel NOM Finance Financiering (€) Kapitaal (€) Financiële sector Toegevoegde waarde Samenwerkingskader
Aandeelhouders • Ministerie van EZ (99,97%) • Provincie Drenthe (0,01%) • Provincie Fryslân (0,01%) • Provincie Groningen (0,01%)
Kapitaal
Dividend
NOM Finance
Menselijk Kapitaal Rente, aflossing, dividend, verkoopopbrengsten
Aandelen kapitaal
Achtergestelde lening
Adviseurs, banken, participatiemaatschappijen en overige financiers Financiering
Bedrijven • Starters • Technologie gedreven • Innovatief • Snelgroeiend • Waar overname of bedrijfsopvolging speelt
• Groei van omzet • Groei van winst • Duurzame werkgelegenheid
21
4.2 NOM Foreign Direct Investment
22
De taak van NOM Foreign Direct Investment (NOM FDI) is het acquireren van (buitenlandse) bedrijven en het voor de regio behouden van hier gevestigde bedrijven. Om nieuwe investeerders naar het noorden te halen is het van belang dat NOM FDI een zo volledig mogelijk beeld van het vestigingsklimaat kan schetsen voor de investeerders. Dit realiseren de medewerkers van NOM FDI door jaarlijks tal van ondernemers en ondernemingen in de regio te bezoeken en te bevragen over hun succesfactoren, hun rol in de supply chain, hun toekomstvisie en de obstakels die ze onderweg tegenkomen en dat te vertalen naar het beeld van het vestigingsklimaat. Deze vertaling is de waarde die de NOM toevoegt aan het kapitaal (kennis) wat van de bedrijven wordt verkregen. Als investeerders interesse tonen geeft NOM FDI advies over vestigingslocaties, legt contacten met andere dienstverleners en leveranciers en biedt hulp bij het aanvragen en verkrijgen van vergunningen. Voor FDI zijn kennis van de regio en het netwerk de belangrijkste assets (menselijk kapitaal). Voor de uitvoering van deze activiteiten ontvangt NOM FDI subsidies en bijdragen van de drie noordelijke provincies, het Ministerie van Economische Zaken en verschillende gemeenten uit de regio.
Figuur 3
Bedrijfsmodel NOM Foreign Direct Investment Financiering (€) Kapitaal (investeringskennis) Samenwerkingspartners Toegevoegde waarde
Subsidie verstrekkers FDI programma • Provincie Groningen, Fryslân en Drenthe • Ministerie van EZ • Gemeenten
Samenwerkingskader
Subsidie
NFIA, Gemeenten, dienstverleners en leveranciers
Regionale bedrijven
Netwerk / Informatie
Informatie
NOM Foreign Direct Investment
Menselijk Kapitaal Netwerk
Advies vestigingsklimaat
Assistentie
Investeerders • Regionale investeerders (behouden in de regio) • Nationale investeerders (vanuit andere delen van Nederland naar de regio) • Internationale investeerders
• Behouden arbeidsplaatsen • Nieuwe arbeidsplaatsen • Investeringen
23
4.3 NOM Business Development
NOM Business Development ontwikkelt innovatieve projecten, die het karakter hebben dat zij op termijn moeten leiden tot toegevoegde waarde voor de Noordelijke economie. Vanuit een projectidee wordt een projectgroep geformeerd met daarin ondernemers en kennisinstellingen. Eigenlijk is de NOM de kraamkamer van nieuwe ideeën, met een slagvaardig team dat kansen en trends probeert om te zetten in vernieuwing voor het Noord-Nederlandse bedrijfsleven. Door hun omvang en het innovatieve karakter dragen de projecten bij aan de versterking van de structuur en de concurrentiekracht van de economie van Noord-Nederland. BD treedt op als regisseur en ondersteunt met kennis en expertise. Om haar rol in te kunnen vullen zijn de medewerkers van de NOM voortdurend in gesprek met ondernemingen, kennisinstellingen en overheden. Zij zorgen ervoor dat ze op de hoogte blijven van de technologische stand van zaken en dat ze een vertaling kunnen maken van (technologische) ontwikkelingen naar ideeën voor innovatie. Het menselijk kapitaal levert de toegevoegde waarde voor de NOM. Veelal betreffen het initiatieven waar nauw samenwerkende bedrijven uit verschillende sectoren bij betrokken zijn. Die samenwerking zorgt ervoor dat verschillende impulsen en opvattingen bij elkaar komen. Zo ontstaat een vruchtbare kruisbestuiving waaruit nieuwe diensten en producten voortkomen. NOM Business Development speelt een belangrijke rol door bedrijven in een project te laten samenwerken om een idee naar een marktrijp product of marktrijpe technologie te vertalen. Daarnaast helpt NOM Business Development met de totstandkoming van de financiering, vaak grotendeels door de betrokken bedrijven zelf, aangevuld met financiering van bijvoorbeeld kennisinstellingen en subsidies. Tenslotte helpt NOM BD ook door iedere keer binnen het project de vraag te blijven stellen of de ontwikkeling nog steeds relevant is en waar nodig bij te sturen. Voor de uitvoering van deze activiteiten ontvangt NOM Business Development subsidie van de drie noordelijke provincies en het Ministerie van Economische Zaken.
4.4 Significante wijzigingen in waardeketen
Er zijn geen significante wijzigingen. In tegenstelling tot de vermelding in het vorige jaarverslag, wordt de subsidierelatie niet verder afgebouwd, maar is voor 2014 tot en met 2016 een subsidie van één miljoen euro per jaar toegezegd. De dividenduitkering van € 20 miljoen euro verlaagt ons saldo liquide middelen, maar heeft geen invloed op onze bedrijfsvoering. Voor meer informatie over de ontwikkelingen in 2013 wordt verwezen naar het directieverslag (paragraaf 2.1). Voor wijzigingen in de organisatie zie H3.4. De trends ten aanzien van de circulaire economie en de langzaam terugkerende investeringsbereidheid van bedrijven hebben geen invloed op onze waardeketen. Wel wordt er andere kennis gevraagd of wordt er meer effort in een project gestoken om toegevoegde waarde te kunnen realiseren.
24
Figuur 4
Bedrijfsmodel NOM Business Development Financiering (€) Kapitaal (kennis) Ontwikkelings partners Toegevoegde waarde Samenwerkingskader
Subsidieverstrekkers • Provincie Groningen, • Provincie Fryslân • Provincie Drenthe • Ministerie van EZ
Regionale bedrijven Project financiering
Ideeën netwerk / informatie Kennisinstellingen Overheden
NOM Business Development
Subsidie
Menselijk Kapitaal Informatie
Netwerk
Samenwerkingsverbanden • Bedrijven • Kennisinstellingen • Overheden
Innovatieve projecten (innovatieimpuls)
25
5.
Belanghebbenden
Selectie belanghebbenden Voor het bepalen van de belanghebbenden van de NOM is uitgegaan van de waardeketens van de afdelingen. Deze ketens beschrijven hoe de toegevoegde waarde van de NOM tot stand komt en welke middelen en partijen daarbij betrokken zijn. Voor de middelen is de NOM afhankelijk van haar aandeelhouders en subsidieverstrekkers. De belangrijkste taak van de NOM is het aan elkaar verbinden van de partijen. Zowel de financiers, als de betrokken partijen en de partijen waarvoor de toegevoegde waarde van belang is, merkt de NOM aan als haar belanghebbenden. Onderstaande tabel geeft inzicht in de partijen die als belanghebbenden van de NOM aangemerkt kunnen worden. Tabel 5
Belanghebbenden Verwachtingen
Belanghebbende
Contactmomenten
Ondernemingen in de regio
- Bijeenkomsten
- De NOM als financier
(>10 x per jaar)
- De NOM als kennis-
- Eén op één afspraken
partner
(>1000 x per jaar)
- De NOM als schakel
belanghebbende
tussen instellingen
Ambitie NOM - Financieren stuwende bedrijven - Kennisbank zijn voor ondernemingen - Schakel tussen bedrijven - Schakel tussen de regio en het buitenland
Aandeelhouder /
- AvA (1 x per jaar)
- Revolverendheid fonds
subsidieverstrekker
- tussentijdse formele en
- Uitvoering regionaal
informele overleggen (>100 x per jaar)
beleid - Aansluiting rijksbeleid
- Periodieke
- Het fonds in stand houden - Doelen NOM behalen, gemeten in prestatie-indicatoren
verslaglegging (4 x per jaar) Lokale overheden
- Individuele en gezamenlijke overleggen met Gedeputeerden en/of wethouders
stuwende bedrijven - Uitvoering regionaal beleid - Bedrijven begeleiden
(>50 x per jaar)
bij vestiging in de
- Overleggen met
regio
ambtenaren (>100 x per jaar)
26
- Financieren van
- Financieren stuwende bedrijven - Werkgelegenheid creëren/behouden in de regio - Bedrijven naar de regio halen
Belanghebbende
Contactmomenten
Werknemers
- Bijeenkomsten gehele organisatie (10 x per jaar)
Verwachtingen belanghebbende - Gezonde inspirerende werkomgeving - Als NOM, maar zeker
Ambitie NOM - Een goede werkgever zijn - Bijdragen aan de
- Afdelingsoverleggen
ook als werknemer een
persoonlijke
(1x per 1-2 weken)
bijdrage leveren aan
ontwikkeling van
- Bilaterale overleggen
Noord-Nederland
werknemers
(1x per 1-2 weken) - Beoordelingscyclus (jaarlijks) - Overleggen met OR (maandelijks tot opheffing OR in 2013) - Directe onderlinge contacten (dagelijks) Leveranciers
- Eén op één contacten
- De NOM als klant
(>100 x per jaar)
- Inkopen voor goede prijs/kwaliteit verhouding
Kennisinstellingen
- Overleggen in het
- Gezamenlijk projecten
- Realiseren van
kader van ontwikkelen
ontwikkelen en/of
innovatie door
of uitvoeren van
uitvoeren
verbinden van kennis
projecten
en bedrijfsleven
(wekelijks) Niet-Gouvernementele Organisaties
- Bijeenkomsten met
- Aandacht voor duur
belanghebbenden in
zaamheid en andere
van de belangen van
projecten
onderdelen van MVO
verschillende
(>12 x per jaar) Burgers in de regio
- Optimale afweging
- Geen formeel
belanghebbenden - Werkgelegenheid
- Creëren en
georganiseerde
behouden van directe
contacten
en indirecte werkgelegenheid
De directeur en het management zijn in wisselende samenstelling gesprekspartner in de formele en informele overleggen met aandeelhouders, subsidieverstrekkers en lokale overheden. Daarnaast zijn zij regelmatig in gesprek met werknemers, ondernemingen in de regio en de kennisinstellingen.
27
Tabel 6
Stakeholderdialoog Belanghebbende
Vraagstukken
Reactie NOM
Ondernemingen in de regio
- Financiering zonder deel name in aandelenkapitaal
- Introductie aanvullende productvariant: de mezzaninelening - Toelichten overwegingen - Oprichting innovatiefonds
- Waarom niet investeren - Financieringsvraag voor ontwikkelen van innova tieve ideeën leidend tot een vermarktbaar product - Specifieke vragen of een onderneming in de supply chain past - Beschikbare technologieën
Aandeelhouder / subsidieverstrekker
- Waarom niet investeren - Staatssteun voorkomen
- Terugdringen algemene subsidie - Financiering bredere doelgroep dan op basis van aandeelhouders instructie - Dividenduitkering
- Nieuw salarishuis, gerela teerd aan bezoldigings besluit Burgerlijke Rijks ambtenaren (BBRA) - Toekomstbestendige uitvoeringsorganisatie voor regionaal beleid Lokale overheden
28
- Waarom niet investeren - Onduidelijke acquisitie- structuur in Noord Nederland
- Onderzoek uitvoeren
- In contact brengen met kennisinstellingen en/of bedrijven met deze technologieën - Toelichten overwegingen - Toetsen nieuwe producten aan staatsteunregels en toetsen rente percentages - Project gefinancierd wer ken (bijv. BBE, Flinc NXT) - Beheren provinciale fondsen
- Uitkering dividend na vaststelling dat dit geen belemmering vormt voor de bedrijfsvoering van de NOM - Invoering nieuw salaris huis voor nieuwe medewerkers - visie op vraagstuk van reactie voorzien - Toelichten overwegingen - Acquisitieafspraken met gemeenten
Werknemers
- Zekerheid ten aanzien van werkgelegenheid
- In gesprek blijven met aandeelhouders/subsi dieverstrekkers en lokale overheden over uitvoering regionaal economisch beleid door NOM en werk nemers informeren over de ontwikkelingen
Leveranciers
- Leverancier worden van de NOM
- Bij aflopende contracten beoordelen van alterna tieven
Niet-Gouvernementele Organisaties
- Vakbonden: Hulp NOM bij dreigende sluiting
- Bemiddeling tussen par tijen bij conflict. Alternatief advies naar ondernemer als begeleider naar nieuwe markten
Burgers in de regio
- Waarom niet investeren
- gegeven de vertrouwlij heid reageren wij niet publiekelijk
Dilemma’s Als private onderneming met publieke aandeelhouders blijft er een voortdurend spanningsveld tussen het als zodanig opereren en de maatschappelijke wensen en opgaven van de aandeelhouders. Bij het financieren van bedrijven is de beoordeling gebaseerd op het lange termijn perspectief van continuïteit van de onderneming. Het jaar 2013 heeft zich in dat opzicht gekenmerkt door een aantal aanvragen waarin het spanningsveld tussen die beoordeling en de wens om arbeidsplaatsen te creëren of te behouden nadrukkelijk naar voren gekomen is. Het maatschappelijke belang vanuit de overheden is daarbij evident. Als organisatie hebben wij ons daar ook voortdurend rekenschap van gegeven bij de beoordelingen. Toch heeft dat niet in alle gevallen geleid tot een financiering door de NOM. Het dilemma is daarbij wel met de publieke aandeelhouders besproken om elkaars positie daarbij goed voor ogen te hebben. Vanuit zorgvuldigheid brengen wij deze voorbeelden niet naar buiten. Een dilemma dat wij signaleren is de meer principiële vraag of bepaalde type activiteiten/ondernemingen passen in de economische structuur van Nederland. In dat opzicht is Aldel een duidelijk voorbeeld. Kunnen wij als samenleving in de complexe omgeving van energiepolitiek en Europees economisch beleid een dergelijk bedrijf perspectief bieden? Gelijktijdig beseft iedereen dat hiermee veel arbeidsplaatsen gemoeid zijn, waarvoor bij bestuurders vanzelfsprekend veel aandacht is. De harde werkelijkheid van sluiting met alle sociale en maatschappelijke gevolgen van dien laten blijvend wonden achter.
29
Perspectief voor mensen Bij de genoemde dilemma’s staat het korte termijn perspectief soms op gespannen voet met het langere termijn perspectief. Vanuit de NOM geven wij regelmatig signalen af dat wij niet zo pessimistisch zijn over de toekomst van Noord-Nederland. Daarin komt dit dilemma ook tot uiting. Ja, er verdwijnen arbeidsplaatsen en zeker voor mensen met een lagere en middelbare opleiding. Gelijktijdig worden business development projecten ontwikkeld met het oog op de langere termijn. Projecten om uit biomassa polymeren te maken die verwerkt kunnen worden in Noord-Nederlandse producten of gesprekken met zorginstellingen om te achterhalen wat de toekomstige vraag van zorgbehoevenden is, zijn bedoeld om nieuwe producten en diensten te ontwikkelen. Hierbij gaat het over werkgelegenheid voor de toekomst. Alleen laat die toekomst vaak even op zich wachten. De opmerking “een zwaluw maakt nog geen zomer” is volstrekt begrijpelijk, terwijl de onderstroom perspectiefrijk is.
30
6.
Toelichting behorende tot het jaarverslag
6.1 Doel verslag
Het jaarverslag van de NOM wordt opgesteld om haar belanghebbenden te informeren over haar prestaties in het afgelopen jaar. De NOM definieert haar belanghebbenden als de partijen die deel uitmaken van de waardeketens (zie hoofdstuk 4) en de partijen waarvoor de toegevoegde waarde van de NOM van belang is. De belanghebbenden zijn in hoofdstuk 5 nader gedefinieerd en betreffen aandeelhouders en subsidieverstrekkers, lokale overheden, de ondernemingen in de regio, werknemers, leveranciers, kennisinstellingen, niet gouvernementele organisaties en burgers in de regio.
6.2 Proces bepaling inhoud
De NOM zal verslag leggen over haar prestaties aan de hand van de materiële duurzaamheidsaspecten. Onder materiële aspecten verstaat de NOM de aspecten die de economische, sociale en milieu impact van de organisatie weergeven en de aspecten die de beoordeling en beslissingen van de belanghebbenden beïnvloeden. Op basis van de waardeketens heeft de NOM een materialiteitsmatrix gemaakt op basis waarvan bepaald is welke duurzaamheidsaspecten materieel zijn. Het management benadert de categorieën van de duurzaamheidsaspecten als volgt:
Tabel 7
Management Benadering Economisch De NOM heeft als primaire functie het versterken van de economische groei- en innovatiekracht van Noord-Nederland. Namens de aandeelhouders (het Ministerie van Economische Zaken en de provincies Groningen, Drenthe en Fryslân) heeft de NOM de afgelopen decennia deze taak uitgevoerd. Door in te zetten op financieringen, investeringsbevordering en ontwikkeling en innovatie voert de NOM haar functie zo effectief mogelijk uit. Zie ook hoofdstuk 2 en 4. Arbeidsomstandigheden De impact die de NOM heeft op arbeidsomstandigheden en werkgelegenheid is met name terug te voeren op de uitvoering van de kernprocessen. Zo is één van de primaire taken van de NOM om arbeidsplaatsen te behouden en te genereren in de regio door het bevorderen van (buitenlandse) investeringen. Zie hiervoor paragraaf 4.2 en 7.3. De werknemers zijn de belangrijkste belanghebbenden in relatie tot de interne organisatie van de NOM, waardoor de interne arbeidsomstandigheden als belangrijk worden aangemerkt. Zie hiervoor paragraaf 3.3 en 7.1.2. Mensenrechten Als westerse onderneming actief in Noord-Nederland is bij de NOM het onderwerp mensenrechten minder relevant. Activiteiten om discriminatie tegen te gaan alsmede duurzaam in te kopen zijn wel geïmplementeerd. Zie hiervoor paragraaf 3.5; 3.6 en 6.4.
31
Maatschappij De impact die de NOM heeft op de maatschappij is met name terug te voeren op de uitvoering van de kernprocessen. Door het uitvoeren van de primaire taken wordt een positieve maatschappelijke impact nagestreefd voor de regio. Zie hiervoor hoofdstuk 2 en 4. Productverantwoordelijkheid De NOM heeft als primaire functie het versterken van de economische groei- en innovatiekracht van Noord-Nederland. Namens de aandeelhouders (het Ministerie van Economische Zaken en de provincies Groningen, Drenthe en Fryslân) heeft de NOM de afgelopen decennia deze taak uitgevoerd. Door in te zetten op financieringen, investeringsbevordering en ontwikkeling en innovatie probeert de NOM haar functie zo effectief mogelijk uit te voeren. De productverantwoordelijkheid van de NOM is met name terug te voeren op de uitvoering van de kernprocessen. Zie hiervoor hoofdstuk 2 en 4. Milieu De milieu-impact van de bedrijfsvoering van de NOM is minimaal. De positieve impact die de NOM heeft middels de uitvoering van haar kernprocessen is vele malen groter. Om deze reden is besloten om in te zetten op een aantal duurzame thema’s waaronder de ‘biobased economy’. Daarnaast is er ook een aantal maatregelen genomen die gericht zijn op de interne bedrijfsvoering. Zie ook paragraaf 7.1.2.
32
6.3 Materiële aspecten Tabel 8
ECONOMISCH
Ondernemingen in de regio
SOCIAAL
Personeel
Op basis van de management benadering zijn de volgende materiële aspecten en de issues die hierbij horen bepaald, alsmede voor wie deze van belang zijn: Materiële aspecten Aspect
Issue
Belanghebbenden
Economische performance
• Economische waarde creatie (opbrengsten, kosten, resultaat) • Het fonds in stand houden • Financieren stuwende bedrijven • Risico’s en kansen als gevolg van klimaatveran dering • Dekking pensioenver plichting • Significante financiële steun van overheid
• Aandeelhouder/subsidie verstrekker • Werknemers • Ondernemingen in de regio • Lokale overheden
Indirecte economische impact
• Economische waarde creatie van de bedrijven waaraan de NOM kapitaal verstrekt (omzet, winst) • Investeringen in Noord Nederland • Innovatie-impuls
• Ondernemingen in de regio • Aandeelhouder/subsidie verstrekker • Lokale overheden • Werknemers • Burgers in de regio
Werkgelegenheid in de regio
• Creëren en behouden van directe en indirecte werk gelegenheid in de regio
• Burgers in de regio • Ondernemingen in de regio • Aandeelhouder/subsidie verstrekker • Lokale overheden • Werknemers
Werkgelegenheid uit NOM activiteiten
• Personeelsbestand en het verloop hierin • Samenstelling bestuurs lichamen en onderver deling medewerkers • Arbeidsvoorwaarden
• Werknemers • Aandeelhouder/subsidie verstrekker
33
Aspect
Issue
Belanghebbenden
Training en opleiding eigen personeel
• Loopbaanontwikkeling • Opleiding & scholings uitgaven • Tijdsbesteding aan scholing
• Werknemers
Gezondheid en Veiligheid eigen personeel
• Levensfasebewust personeelsbeleid • Ziekteverzuim
• Werknemers
Mensenrechten
Discriminatie in eigen organisatie
• Aantal gevallen van discriminatie
• Werknemers
Maatschappij
Bijdragen aan politiek
• Bijdragen aan politieke partijen, politici en gerela teerde instellingen per land
• Aandeelhouder/subsidie verstrekker • Gemeenten
Voldoen aan wet- en regelgeving
• Boetes voor niet naleven wet- en regelgeving
• Aandeelhouder/subsidie verstrekker • Gemeenten
Productverantwoordelijkheid
Klanttevredenheid
• Onderzoek naar klant tevredenheid • Boetes voor niet naleven wet- en regelgeving betreffende levering van producten/diensten
• Ondernemingen in de regio • Aandeelhouder/subsidie verstrekker • Gemeenten • Werknemers
Compliance
Voldoen aan wet- en regelgeving
• Boetes voor niet naleven wet- en regelgeving
• Aandeelhouder/subsidie verstrekker • Gemeenten
Energie en materialen
Verbruik
• Energieverbruik in organisatie • Materiaalverbruik in organisatie
• Werknemers • Aandeelhouders
Emissies
CO2 Uitstoot
• CO2 uitstoot wagenpark
• Werknemers • Aandeelhouders
MILIEU
SOCIAAL
Personeel
34
Om meer inzicht te geven in het relatieve belang van de geïdentificeerde materiële aspecten wordt de impact op de belanghebbenden en organisatie in onderstaande matrix weergegeven: Figuur 5
Materialiteitsmatrix Hoog
Impact op de organisatie
Werkgelegenheid bij NOM
Indirecte economische impact Werkgelegenheid in regio Werkgelegenheid in regio
Opleiding personeel Klanttevredenheid Gezondheid & Veiligheid personeel
Economisch Sociaal
Discriminatie bij NOM
Milieu
CO2 uitstoot Verbruik
Naleving wet- en regelgeving Naleving wet- en regelgeving
Laag
6.4 Afbakening
Belanghebbende
Bijdrage aan politiek Hoog
Extern De NOM heeft samen met haar aandeelhouders en subsidiegevers de prestatie-indicatoren vastgesteld, waaruit de realisatie van de doelen kan worden afgeleid. Afgesproken is hoe deze indicatoren meetbaar kunnen worden gemaakt. Deze indicatoren komen niet uit de door de GRI vastgestelde lijst. De externe prestatie-indicatoren zijn: • Uitzettingen • Gecreëerde en behouden arbeidsplaatsen • Investeringen in de regio • Innovatie-impuls (investeringen in innovatieve projecten) De NOM neemt haar verantwoordelijkheid als ketenpartner met betrekking tot investeringen in bedrijven en deelname aan acquisitie- en innovatieprojecten voor zover zij zelf invloed heeft op het beleid. Dit betekent dat de NOM keuzes maakt of zij wel of niet investeert in een bedrijf of deelneemt in een project, maar dat zij geen verantwoordelijkheid neemt voor het duurzaamheidsbeleid van de participaties of deelnemers in een project. De NOM stelt hierdoor slechts beperkte voorwaarden aan het duurzaamheidsbeleid van partners bij investeringen en ontwikkelingsprojecten. Indien het de NOM bekend is dat bij potentiële deelnemingen of partners in projecten sprake is van bijvoorbeeld schending van de mensenrechten, omkoping en corruptie, niet naleven van wet- en regelgeving of grote milieurisico’s, heeft dat tot gevolg dat de NOM niet zal investeren in het bedrijf of zal samenwerken in een project.
35
De impact van de inkopen hebben beperkte invloed op economische, milieu en sociale aspecten. Uiteraard probeert de NOM bij de inkoop van producten en diensten de principes van duurzaam inkopen maximaal toe te passen. Gezien de beperkte rol als ketenpartner in het geval van inkopen heeft de NOM nog geen duurzaamheidsbeleid geformuleerd met betrekking tot toeleveranciers. In het inkoopproces zijn geen waarborgen ingebouwd om toeleveranciers met een verhoogd risicoprofiel te identificeren en er is niet vastgesteld hoe te handelen indien toeleveranciers zich niet houden aan interne of externe codes. Intern Voor de interne organisatie is vastgesteld dat het aspect arbeidsomstandigheden de meeste impact heeft. Aan de hand van de door de GRI vastgestelde lijst van indicatoren is vastgesteld welke indicatoren het meest relevant zijn en over welke onderwerpen meetbaar en controleerbaar kan worden gerapporteerd door de NOM. De daaruit voortgekomen selectie is door het Managementteam beoordeeld en vervolgens vastgesteld. In het kader van de dialoog met de stakeholders is de keuze voorgelegd aan de aandeelhouders en subsidiegevers, die met de keuze konden instemmen. 6.5 Verslaggevingsbeleid
Verslaggevingsperiode Het jaarverslag, inclusief duurzaamheidsverslaggeving wordt jaarlijks opgesteld uitgaande van een verslaggevingsperiode van een kalenderjaar. Het vorige verslag d.d. 26 april 2013 had betrekking op het kalenderjaar 2012. Voor nadere informatie over het jaarverslag kunt u contact opnemen via
[email protected]. De NOM stelt feedback op het jaarverslag op prijs. Toegepaste standaarden De duurzaamheidsverslaggeving, die onderdeel uitmaakt van het jaarverslag van de NOM, is opgesteld aan de hand van de GRI G4-richtlijnen op core niveau. De richtlijnen van het GRI zijn wereldwijd de meest geaccepteerde richtlijnen voor het opstellen van (maatschappelijke) verslaggeving. De G4-richtlijnen zijn de nieuwste generatie rapportage richtlijnen en volgen hiermee de G3-richtlijnen op. De richtlijnen zijn te vinden op de GRI website (www.globalreporting.org). Afbakening Het jaarverslag heeft evenals de jaarrekening betrekking op de NOM en haar 100% dochterondernemingen (zie pagina 73) als geheel. Het verslag heeft geen betrekking op (de duurzaamheidsaspecten van) haar participaties, omdat dit minderheidsbelangen betreffen en de NOM beperkt invloed heeft op hun (duurzaamheids)beleid. Bij het bepalen van de inhoud en de afbakening van het verslag is rekening gehouden met de onderwerpen die door belanghebbenden zijn aangedragen. Dit komt tot uiting in de materialiteitsmatrix in paragraaf 6.3 en de aanvullende toelichting in paragraaf 6.4. Op deze wijze komt de NOM de informatiewensen van belanghebbenden zoveel mogelijk tegemoet. Het verslag gaat in op de resultaten in de waardeketen met betrekking tot uitzettingen, arbeidsplaatsen, investeringen en innovatie impuls in de regio, voor zover de NOM heeft bijgedragen aan de realisatie hiervan.
36
Reikwijdte De NOM legt verslag over de onderwerpen die zij als materieel heeft aangemerkt op basis van de materialiteitsmatrix in paragraaf 6.3. Deze sluiten aan op het doel van de NOM. Het verslag gaat derhalve vooral in op economische en sociale onderwerpen en indicatoren binnen de organisatie en met betrekking tot Noord-Nederland. Milieu gerelateerde onderwerpen komen vooral tot uiting in de innovatie projecten. Het toepassingsniveau van de GRI G4 richtlijnen is ‘core’, wat betekent dat informatie op basis van de richtlijnen G2, G35-G55 en G57-58 niet is opgenomen. De NOM streeft naar het verbeteren van haar verslaggeving, passend bij de aard, risico’s, en kansen van de organisatie. Om deze reden heeft de NOM besloten te rapporteren op basis van de nieuwe richtlijnen, maar stelt zij zich nog geen doel ten aanzien van het realiseren van volledige verslaglegging ten aanzien van duurzaamheid. Het Ministerie van Economische Zaken beoordeelt de transparantie over maatschappelijke prestaties van ondernemingen door middel van de transparantiebenchmark. Met het jaarverslag over 2012 heeft de NOM 144 van de 200 punten behaald. Vergelijking met voorgaand jaar De toegepaste standaarden zijn gewijzigd. De NOM rapporteert met ingang van 2013 aan de hand van de GRI G4 richtlijnen op core niveau. Voorgaand jaar werd gerapporteerd op basis van GRI G3, toepassingsniveau B. De afbakening is niet gewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar. Ondanks de verandering in de toegepaste richtlijnen, is er feitelijk geen wijziging in de reikwijdte. De nieuwe standaarden hebben bovendien niet geleid tot herformuleringen van eerder verstrekte informatie of wijzigingen in definities en meetmethodes. Effect wijzigingen in de organisatie Er zijn geen wijzigingen in beleid en/of doelstellingen ten aanzien van maatschappelijke aspecten van ondernemen ten opzichte van vorig jaar. De organisatorische wijzigingen en de wijzigingen in de waardeketen welke beschreven zijn in H 3.4 en H4.4 hebben geen effect hebben op het verslaggevingsbeleid. Consolidatiegrondslagen Voor het jaarverslag, inclusief duurzaamheidsverslaglegging en jaarrekening gelden dezelfde consolidatiegrondslagen. Voor de grondslagen wordt derhalve verwezen naar pagina 72/73 van het jaarverslag. De gegevens voor het verslag worden centraal verzameld en geconsolideerd. Technieken en Berekeningsgrondslagen De hoogte van de prestatie-indicator uitzettingen wordt bepaald op basis van de feitelijke uitstroom van middelen. Maandelijks wordt over het uitzettingenniveau gerapporteerd door de afdeling Finance en per kwartaal wordt dit afgestemd met de administratie.
37
De prestatie-indicatoren investeringen en gecreëerde/behouden arbeidsplaatsen in de regio worden bepaald aan de hand van confirmation letters van de betreffende ondernemingen. Daarmee verklaren de bedrijven dat zij onder andere door samenwerking met de NOM in de regio hebben geïnvesteerd, arbeidsplaatsen hebben gecreëerd of behouden. Bij de verantwoording van de gecreëerde arbeidsplaatsen wordt uitgegaan van een tijdspanne van 3 jaar. De data worden na afloop van het boekjaar verzameld. Prestaties waarvan geen confirmation letter is ontvangen worden niet meegenomen in de resultaten. De prestatie-indicator innovatie-impuls geeft inzicht in de totale projectkosten van gefinacierde projecten en is gebaseerd op projectvoorstellen, subsidiebeschikkingen en/of confirmation letters van betrokken partijen. De data worden na afloop van het boekjaar verzameld. Prestaties die niet verifieerbaar zijn, worden niet meegenomen in de resultaten. De overige dataverzameling met betrekking tot de overige aspecten waarover verslag gelegd wordt, vindt jaarlijks na afloop van het boekjaar plaats. Schattingen Voor zover sprake is van schattingen door de directie is dit toegelicht bij het geschatte resultaat. GRI tabel Bijlage 2 van het jaarverslag geeft de GRI tabel weer, waarin staat waar in het verslag de standaard onderdelen van de informatievoorziening te vinden zijn. Assurance De accountant keurt de jaarrekening goed en stelt vast of het directieverslag niet in tegenspraak is met de jaarrekening. De maatschappelijke resultaten zijn vooralsnog geen onderdeel van externe verificatie. De NOM heeft zich nog geen doel gesteld om het duurzaamheidsverslag te laten beoordelen door een externe deskundige.
38
7.
Realisatie
7.1 NOM Algemeen 7.1.1 Financiële positie NOM
Figuur 6
Resultaatontwikkeling Het ontwikkelbedrijf heeft haar activiteiten vrijwel resultaatneutraal uitgevoerd. De renteopbrengsten, dividenden en resultaten uit hoofde verkopen hebben geleid tot een positief resultaat voor het boekjaar 2013. Resultaat NOM (in € miljoen)
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
resultaat F
3,5
2,3
-6,0
12,4
0,1
5,2
2,5
resultaat O
-1,8
-2,1
-1,5
-1,2
-1,4
-1,0
-0,1
1,7
0,2
-7,5
11,2
-1,3
4,2
2,4
resultaat NOM
Vermogensontwikkeling Om risicodragend kapitaal te kunnen verstrekken is door de aandeelhouders kapitaal ingebracht. De aandeelhouders stellen als eis aan het financieringsbedrijf dat de koopkracht van het door hen beschikbaar gestelde vermogen in stand blijft. Dat wil zeggen dat het financieringsbedrijf na aftrek van haar kosten in meerjarig perspectief, te weten 5 jaar, een rendement boekt dat tenminste gelijk is aan het inflatiepercentage. Het beschikbaar gestelde vermogen verhoogd met de inflatiecorrectie wordt aangemerkt als doelvermogen. De 5-jaarsperiode loopt van 1 januari 2011 tot en met december 2015. Het kapitaal was bij aanvang van de periode € 85,2 miljoen. Ultimo 2012 is het doelvermogen gecorrigeerd voor de kosten van de reorganisatie en ultimo 2013 voor de dividenduitkering. Door het positieve resultaat van de NOM is het vermogen van de NOM ultimo 2013 groter dan het doelvermogen, waarmee aan de vereiste van de aandeelhouders wordt voldaan.
39
Figuur 7
Vermogensontwikkeling (in € miljoen) 95 90 85 80 75 70 65
2011
2012
2013
vermogen
83,9
88,0
70,5
doelvermogen
87,2
88,1
70,4
Liquiditeitsontwikkeling De liquiditeitspositie is sterk afgenomen als resultante van de dividenduitkering, de opbrengsten op participaties en aflossingen. Figuur 8
Liquiditeit 80 60 40 20 0
aangegane verplichtingen beschikbaar voor financieringen
40
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
13,7
17,5
13,7
8,6
7,3
5,1
4,3
26,6
14,5
14,4
43,4
43,8
63,8
47,1
7.1.2 Eigen Duurzaamheidsresultaten
De duurzaamheidsverslaglegging door de NOM gaat in op de 3 categorieën aspecten die het GRI onderkent, te weten economische, sociale en milieu aspecten. Voor alle drie de aspecten geldt dat de interne organisatie van belang is, maar dat we het grootste effect ten aanzien van duurzaamheid realiseren door de impact op de regio. De nadruk zal bij de resultaten derhalve ook worden gelegd op de externe indicatoren. Economisch Het beleid van de NOM met betrekking tot de economische effecten, is gebaseerd op het nationale Topsectoren beleid en het regionaal economisch beleid zoals bepaald door de provincies en het nationale Topsectoren beleid. Effecten in de regio De effecten in de regio van het beleid van de NOM kunnen in de volgende tabel worden samengevat. Voor een uitgebreidere toelichting op deze resultaten wordt verwezen naar paragraaf 7.2 tot en met paragraaf 7.5.
Tabel 9
Effecten in de regio Indicator
Realisatie 2012
Doel 2013
Realisatie 2013
FDI: Investeringen
€ 124 mln
€ 100 mln
€ 148 mln
FDI: Arbeidsplaatsen (incl. behoud en CID)
306
100
1.048
BD: Innovatie impuls (financierbare projecten)
€ 4,0 mln
€ 13 mln
€ 24 mln
F: Uitzettingen
€ 2,9 mln
€ 8 - 12 mln
€ 5,8 mln
Flinc: Directe en indirecte investeringen (doel voor 2 jaar)
-
€ 4 mln
€ 1,1 mln
Flinc: Aantal arbeidsplaatsen (doel voor 2 jaar)
-
36
19
Eigen economische prestaties Voor de directe economische waarden die de NOM heeft gegenereerd en gedistribueerd, waaronder inkomsten, operationele kosten, personeelsvergoedingen, overige maatschappelijke investeringen, ingehouden winst en betalingen aan kapitaalverstrekkers en overheden wordt verwezen naar de jaarrekening. De investeringen die de NOM doet, dienen alle de maatschappelijke doelen, die in de missie van de NOM besloten liggen. De materiële belastingen die de NOM moet betalen, beperken zich tot de loonbelasting in Nederland. Significante financiële steun van een overheid De aandeelhouders van de NOM zijn het Ministerie van Economische Zaken en de drie noor-
41
delijke Provincies. De aandeelhouders hebben ten behoeve van de financieringsactiviteiten kapitaal ingebracht. Dit moet door middel van de resultaten van de NOM qua koopkracht in stand gehouden worden. Daarnaast ontvangt de NOM jaarlijks een exploitatiesubsidie ten behoeve van de uitvoering van de kerntaken investeringsbevordering en ontwikkeling en innovatie. Omdat de NOM een exploitatiesubsidie ontvangt, acht zij het niet verantwoord om donaties te doen. Risico’s en kansen als gevolg van klimaatverandering De NOM ziet vooral kansen voor innovatie als gevolg van de klimaatverandering. De klimaatverandering leidt onder andere tot het ontwikkelen van projecten met betrekking tot offshore wind, biobased economy, smart grids, besturings- en watertechnologie. Voor verdere informatie over de projecten zie paragraaf 7.4. Sociaal Ten aanzien van de sociale aspecten van duurzaamheid wordt door de NOM onderscheid gemaakt tussen de impact die de NOM op de regio maakt en de omstandigheden in eigen huis. NOM hecht belang aan de inrichting van de organisatie voor de eigen werknemers, omdat hun welzijn van invloed is op de uitvoering van hun werk. Als de werknemers tevreden zijn, zal dit positieve gevolgen hebben voor de uitvoering van hun werk en betekent dit een grotere impact op de regio. De NOM heeft zich, anders dan bij de externe aspecten, geen meetbare doelen gesteld ten aanzien van de interne aspecten waarover wordt gerapporteerd. Werkgelegenheid in de regio Door middel van investeringsbevordering creëert en behoudt de NOM arbeidsplaatsen in Noord-Nederland. De doelstelling voor 2013 ten aanzien van arbeidsplaatsen door middel van investeringsbevordering bedraagt 100. Daarnaast is de NOM actief betrokken bij een groot aantal bedrijven in de regio door middel van financieringen en ontwikkelprojecten. Deze financieringen en projecten leiden niet alleen tot instandhouding van werkgelegenheid, maar ook tot groei. De NOM heeft ten aanzien van arbeidsplaatsen bij gefinancierde bedrijven en ontwikkelprojecten geen doelen gesteld. De tabel bevat alleen de directe arbeidsplaatsen. Dat wil zeggen de arbeidsplaatsen bij de bedrijven waar sprake is van een samenwerkingsverband. Het indirecte effect van onze inspanningen kan niet door de NOM worden aangegeven, omdat niet inzichtelijk gemaakt kan worden welke doorwerking het versterken van de positie van stuwende bedrijven heeft op de omgeving. Tabel 10
Werkgelegenheid in regio uit NOM activiteiten
Aantal gecreëerde en behouden arbeidsplaatsen door FDI Aantal arbeidsplaatsen bij NOM-deelnemingen Aantal manjaren arbeid in Ontwikkelprojecten (BD) Aantal gecreëerde en behouden arbeidsplaatsen door Flinc
42
2012
2013
306 2.205 20 -
1.048 2.658 124 19
Werkgelegenheid in eigen huis In totaal traden er 2 medewerkers in dienst en hebben 8 medewerkers de NOM verlaten. Tabel 11
Personeelsverloop Instroom
Leeftijdscategorie 20-35 36-45
Totaal instroom Uitstroom
20-35 36-45 46-60 >60
Totaal uitstroom
Aantal m 2 0 2 2 0 4 1 7
Aantal v 0 0 0 0 1 0 0 1
De NOM heeft in 2012 vijfmaal een contract voor onbepaalde duur opgezegd op basis van het reorganisatieplan, waarover de OR positief heeft geadviseerd. Bij de beëindiging is rekening gehouden met de opgestelde sociale regeling en met de wettelijke termijnen. Met betrekking tot vier van de beëindigde contracten heeft dit tot een mutatie in 2013 geleid. Loopbaanontwikkeling De beoordelingscyclus van de NOM bestaat sinds 2010 uit een ontwikkelgesprek aan het begin van het jaar, een functioneringsgesprek halverwege het jaar en een beoordelingsgesprek aan het einde van het jaar. Deze cyclus is ontwikkeld om bewust te werken aan het ontwikkelen van de competenties die de medewerker nodig heeft voor de uitvoering van zijn taken. In het ontwikkelgesprek worden afspraken gemaakt over te ontwikkelen competenties, te leveren prestaties en randvoorwaarden hiervoor, zoals begeleiding ‘on the job’ of het volgen van trainingen, cursussen of opleidingen. Het functioneringsgesprek heeft tot doel om halverwege het jaar vast te stellen hoe het gaat en indien nodig bij te sturen. Tot slot wordt de medewerker aan het einde van het jaar beoordeeld. Aan deze beoordeling is de beloning op een voor de medewerker inzichtelijke manier gekoppeld. De beoordelingscyclus is voor alle medewerkers van toepassing. Opleiding en scholing Hoewel meer werknemers een opleiding hebben gevolgd, zijn de kosten in 2013 lager dan in 2012. Het budget was voor beide jaren 4% van de loonsom. In 2013 werd door 28 medewerkers een opleiding of cursus gevolgd (2012: 20). In 2013 werd, evenals in 2012 geen in house training georganiseerd. Tabel 12
Opleiding- en scholingsuitgaven
Uitgaven in € x 1.000
2009
2010
2011
2012
2013
55
86
93
57
47
43
De gerealiseerde opleidingskosten bedroegen 1,7 % van de loonsom (2012: 1,8%). De opleidingskosten waren in 2013 gemiddeld per medewerker € 1.044 (2012: € 1.140). Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen de werknemerscategorieën. De tijdsbesteding aan opleiding en scholing wordt als volgt ingeschat: Tabel 13
Tijdsbesteding opleiding en scholing (in uren) 2012
Externe opleidingen
aantal mw
aantal uren
20
58
2013 totaal
aantal mw
aantal uren
totaal
1.160
28
22
616
Levensfasebewust personeelsbeleid In het kader van het levensfasebewust personeelsbeleid maakte niemand gebruik van de geboden mogelijkheid om in de periode van drie jaar voorafgaand aan het pensioen in deeltijd te gaan werken met behoud van pensioenopbouw. Tabel 14
Ziekteverzuim Het percentage is ten opzichte van het vorig jaar opgelopen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door zeven langdurige zieken, om verschillende redenen. 5
4 3 2 1 0 2010
2011
2012
1,1 2,3 4,0 Ziekteverzuim % CBS landelijk gemiddelde * 4,2 4,2 4,0 * Het gemiddelde van 2013 heeft betrekking op de eerste 3 kwartalen van het jaar
2013 4,6 3,9
Milieu De NOM maakt impact op het gebied van milieu, door innovatieprojecten in relatie tot dit onderwerp te ontwikkelen. Dit meet de NOM middels de indicator innovatie-impuls. De NOM heeft zich voor 2013 een innovatie-impuls van € 13 miljoen ten doel gesteld. De interne milieuaspecten van de NOM zijn beperkt. De NOM heeft zich op dit moment derhalve nog geen doelen gesteld met betrekking tot interne milieuaspecten.
44
In de regio De innovatieprojecten waarin de NOM deelneemt zijn beschreven in paragraaf 7.4. Tabel 15
Intern verbruik Indicatoren
Eenheid
2012
2013
225.000
209.600
Gebruikte materialen Drukwerk
aantal
pagina’s
Papierverbruik
aantal
zwart / wit kopieën
95.607
131.176
aantal
kleuren kopieën
72.377
112.189
gram
zwart
2.135
3.766
gram
kleur
6.405
10.397
Tonerverbruik Energieverbruik Elektriciteit
kWh
180.797
182.434
Gasverbruik
m3
30.613
28.719
Gereden door wagenpark
km
835.494
538.950
CO2 uitstoot wagenpark
kg
132.891
89.169
Milieugevolgen transport
De afgenomen energie betreft grijsstroom, hetgeen betekent dat de stroom niet volledig uit duurzame bronnen wordt onttrokken. De NOM neemt de energie af van een energieleverancier en heeft geen verdere gegevens met betrekking tot de energie van de energieleverancier.
7.2 NOM Finance
Tabel 16
NOM Finance heeft in 2013 een positief bedrijfsresultaat van € 2,5 miljoen behaald. Dit resultaat is opgebouwd uit rentebaten, ontvangen dividenden en resultaten uit de verkoop van participaties. Ondanks de voortdurende moeizame economische situatie, die ook merkbaar is binnen de portefeuille van NOM Finance, kunnen we over 2013 vaststellen dat een aanzienlijk aantal van onze portefeuillebedrijven goed tot uitstekend heeft gepresteerd. Het financiële resultaat van het Financieringsbedrijf (in € miljoen) Inkomsten Dividend, rente, provisies, commissariaten Resultaat bij verkoop participaties Bijdrage Provincie Drenthe Resultaat Ontwikkelingsfinanciering Resultaat PSC Totaal Inkomsten Kosten Financieringsbedrijf Voorzieningen Totaal kosten Resultaat Financieringsbedrijf
2010 5,8 22,5 1.8 -0,1 -0,5 29,5
2011 10,1 1,3 0,1 -0,6 -0,3 10,6
2012 9,2 3,8 0,2 0,5 13,7
2013 7,6 0,5 0 -0 8,1
3,1 14,0 17,1 12,4
3,0 7,5 10,5 0,1
2,6 6,0 8,6 5,1
2,2 3,4 5,6 2,5
45
Investeringsniveau Ondanks de positieve ontwikkeling in het investeringsniveau (€ 5,8 miljoen ten opzichte van € 2,9 miljoen in 2012) hebben we onze ambitie voor 2013 niet kunnen realiseren. Het aantal aanvragen was ook in 2013 van voldoende niveau, met een totale omvang van circa 260 leads. Dit heeft geleid tot 40 inhoudelijke onderzoeken en 7 daadwerkelijke investeringen bij nieuwe portefeuillebedrijven. Daarnaast zijn in 2013 10 aanvullende of herfinancieringen bij bestaande portefeuillebedrijven gerealiseerd. Daarmee is 2013 niet alleen in investeringsbedragen maar ook in aantal gerealiseerde financieringen een aanzienlijk beter jaar dan 2012. Net als in 2012 hebben we moeten vaststellen dat het overgrote deel van de aanvragen niet aan de minimale vereisten en beleidsuitgangspunten, heeft kunnen voldoen. Naast deze oorzaken is ook de moeizame marktsituatie ten aanzien van de realisatie van financieringen in het algemeen nog steeds een beperkende factor in het realiseren van investeringen door NOM Finance. Immers, we zijn bij alle proposities, los van de eigen beoordeling, afhankelijk van de cofinanciering door andere partijen. Het is geen nieuws dat deze medefinanciering in de huidige tijd en binnen het risicoprofiel waarbinnen NOM Finance opereert nog steeds moeizaam te realiseren is. Dit heeft al met al geleid tot het gerealiseerde investeringsniveau en lange doorlooptijden van financiering. Als gevolg van de lange doorlooptijden van financieringen zijn er commiteringen vanuit de NOM ten bedrage van € 4,3 miljoen in 2013, die in 2014 nog moeten worden afgerond, nadat de trajecten bij medefinanciers en/of andere partijen afgerond zijn. € 1,1 miljoen van deze verplichtingen zijn aangegaan in 2013. Passend in het daartoe enige jaren geleden ingezette beleid is ook in 2013 intensief beheer op de bestaande portefeuille gevoerd. Dit geldt zowel voor de Groei- en overname portefeuille als voor de Aanjaagportefeuille. Met name in de Aanjaagportefeuille heeft dit geleid tot enerzijds een positieve ontwikkeling van bestaande portefeuillebedrijven en anderzijds tot het definitief afscheid nemen van niet presterende ondernemingen waarbij geen toekomstperspectief meer zichtbaar is. Kwaliteitsverbetering binnen deze portefeuille blijft noodzakelijk om aan de financiële en maatschappelijke doelstellingen van dit fonds te kunnen (blijven) voldoen. In het tweede kwartaal van 2013 is een aanvullende productvariant geïntroduceerd: de mezzaninelening. Deze lening is geïntroduceerd om het bestaande MKB in Noord Nederland een aanvullende financieringsimpuls te geven. De mezzaninelening kan verstrekt worden voor nieuwe investeringen of groei in samenwerking met andere financiers en de bank. De lening kent een omvang van maximaal € 1,5 miljoen. Achtergrond van deze introductie is de verwachting dat hiermee investeringsplannen binnen bestaande ondernemingen, die door de hogere risicoperceptie van met name banken moeizaam aan financiering kunnen komen, alsnog gerealiseerd kunnen worden. De introductie heeft veel positieve aandacht gebracht. In 2013 is één mezzaninelening verstrekt, daarnaast is een aantal aanvragen in behandeling.
46
Donkergroen groeit en bloeit verder dankzij mezzaninelening NOM NOM Finance heeft sinds 2013 een nieuw financieringsinstrument tot haar beschikking; de mezzanine lening. Dit is een achtergestelde lening met een looptijd van ca. zes jaar. De mezzanine-lening is bedoeld om de financiële structuur van een bedrijf te versterken. NOM Finance wordt in deze gevallen geen aandeelhouder. Het familiebedrijf Donkergroen, opgericht in 1961, is een landelijk werkende organisatie van creatieve groendenkers en doeners met een vernieuwende kijk op de beleving van de binnen- en buitenruimte. Naast de hoofdvestiging in Sneek, wordt er vanuit 14 andere locaties in Nederland en met ruim 500 medewerkers (in het seizoen zelfs oplopend tot 700) gewerkt aan onder andere (binnen)tuinen, terreinen, parken, speelplekken en daktuinen. De omzet bedraagt ruim € 54 miljoen euro. Product- en marktontwikkeling staan bij Donkergroen hoog in het vaandel. Het is een continu proces waaraan het bedrijf jaarlijks veel geld uitgeeft. “Dit nieuwe financieringsinstrument maakt het voor ons mogelijk om naast onze reguliere jaarlijkse investeringen, extra innovaties door te voeren en bepaalde kansen in de markt versneld op te pakken”, aldus Anja Kanters, algemeen directeur en mede-aandeelhouder van Donkergroen. “Wij adviseren andere bedrijven om ook eens met NOM Finance contact op te nemen om de mogelijkheid van dit financieringsinstrument te verkennen”. Tabel 17
Verloop van de portefeuille (excl. persoonlijke leningen) Aantal bedrijven 01-01-‘13 107
Bij: Af:
3 > € 200.000 4 ≤ € 200.000 6 > € 200.000 14 ≤ € 200.000
Aantal bedrijven 31-12-‘13 94
In 2013 werden in totaal 7 ondernemingen aan de portefeuille toegevoegd. Daarnaast werd aan 10 ondernemingen binnen de bestaande portefeuille aanvullende financieringen verstrekt. Van 20 bedrijven werd afscheid genomen, waarvan 14 ten gevolge van faillissement of oninbaarheid (en daarmee geheel of gedeeltelijke kwijtschelding van de vordering) en 6 wegens aflossing of beëindiging door middel van verkoop van de participatie (exit).
47
Tabel 18
Uitzettingen 2012 en 2013 Aantal 2012 2013 Nieuwe bedrijven NOM POG DPM Subtotaal Uitbreidingen NOM DPM Subtotaal PSC faciliteit Totaal
Bedrag (x € 1.000) 2012 2013
4 2 6
7 7
1.360 300 1.660
4.072 4.072
6 1 7 13
9 1 10 17
1.170 25 1.195 2.855
1.665 20 1.685 5.757
Topsectoren Met ingang van 2011 worden de nieuwe uitzettingen en uitbreidingen, in aansluiting bij het Topsectorenbeleid ingedeeld naar de 9 gedefinieerde Topsectoren. De investeringen in nieuwe bedrijven en de uitbreidingen zijn overeenkomstig onderstaande tabel ingedeeld. Tabel 19
Tabel 19 Aantal nieuwe uitzettingen en uitbreidingen in de Topsectoren in 2013 Nieuw in 2013 Topsector High Techmaterialen en systemen Energie Water Life Sciences Chemie Agri&Food Tuinbouw en uitgangsmaterialen Logistiek Creatieve industrie Overig Totaal
Uitbreiding in 2013
Totaal vanaf 2011
Aantal
€ x 1.000
Aantal
€ x 1.000
Aantal
€ x 1.000
1
1.225
1
20
14
3.848
2 0 0 0 0
250 0 0 0 0
0 1 2 1 2
0 15 260 100 650
5 3 6 3 8
1.023 930 2.525 250 3.700
0
0
0
0
2
725
1 1 2 7
60 150 2.387 4.072
1 1 1 10
85 55 500 1.685
3 2 17 63
210 205 5.946 19.362
Van de totale uitzettingen in 2013 in euro is 50% uitgezet in de Topsectoren, van de nieuwe uitzettingen is dit 41% en van de uitbreidingen 70%. Van de totale uitzettingen vanaf 2011 is 69% uitgezet in de Topsectoren.
48
Figuur 9
Uitgezette bedragen in 2009 t/m 2013 25 20
€ mln
15 10 5 0 2009
2010
2011
2012
2013
Uitgezet bedrag Streefwaarde
Omvang van de verstrekkingen in 2013 7 6 5 aantal
Figuur 10
4 3 2 1 0
tot 100.000
100.001-300.000
300.001- 1 mln
> 1 mln
omvang in €
49
Led Light Europe reorganiseert, investeert en innoveert met behulp van een Aanjaagfinanciering Led Light Europe (LLE), gevestigd in Leeuwarden, ontwikkelt en verkoopt tubes, downlighters, oriëntatie-, nood- en straatverlichting en armaturen. Advisering maakt daarbij een belangrijk onderdeel uit van de dienstverlening. Led Light Europe B.V. is opgericht in 2006. In 2011 is de LED-handelsonderneming overgenomen door de beide huidige directeuren, Andrew Fidder en Arjan Witteveen, en gereorganiseerd. Met de huishouding en de balans op orde werd in datzelfde jaar LED Nederland B.V. te Zoetermeer ingelijfd. Hiermee werd innovatiekracht aan de onderneming toegevoegd. LLE wil door productinnovatie en het bedienen van nichemarkten in het hogere segment de komende jaren de groei en continuïteit veilig stellen. Inmiddels heeft LLE diverse projecten uitgevoerd in binnen- en buitenland en daarmee een mooie referentielijst opgebouwd. In 2013 is de organisatie verhuisd naar de nieuwe locatie in Sneek, met een aantal specialisten uitgebreid en verder geprofessionaliseerd. R&D is een essentieel onderdeel van de activiteiten en strategie en onmisbaar om de ambitieuze doelstellingen van LLE te bereiken. In de loop van 2014 wordt de marktintroductie verwacht van een nieuwe reeks industriële LED producten, die een revolutionaire beweging in de markt op gang moeten brengen. Vanuit het Aanjaagfonds van de NOM is samen met het Ir. G.J. Smid Fonds een financiering aan LLE verstrekt om deze ambities waar te kunnen maken. De NOM ziet LLE als één van de meest innovatieve en op termijn toonaangevende MKB bedrijven op het gebied van LED toepassingen.
50
Duur van participaties en leningen boven € 200.000 12 10
aantal
Figuur 11
8 6 4 2 0
<1
1-3
3-5
5-7
7-9
9 -11
11-13
13-17
17-19
>20 jaar
De gemiddelde duur van participaties en leningen bedraagt ruim 7,8 jaar (2012: 7,6 jaar). Het gemiddelde voor 2013 is langer dan het gemiddelde van vorig jaar. Dit wordt veroorzaakt doordat er in de laatste 2 jaren relatief weinig is geïnvesteerd en er wel exits plaats hebben gevonden binnen 8 jaar na investeren. De stijging van het gemiddelde is het gevolg van het afnemen van het aantal participaties met een investeringsduur van minder dan 8 jaar en niet het gevolg van een toename van het aantal participaties met een langere investeringsduur. Het streven blijft de duur van de participaties in de tijd te beperken zonder dat daarbij een op voorhand (en daarmee vaak geforceerd) exit moment vanuit de NOM wordt vastgelegd. Desondanks dient ook vastgesteld te worden dat, behoudens de deelnemingen die een goed dividend rendement opleveren, het veelal niet in het belang van het rendement voor NOM Finance is, en dus voor het revolverend karakter van het fonds, om meer dan 8 jaar betrokken te zijn bij een participatie. Derhalve worden eventuele exit mogelijkheden gedurende de looptijd van de investering actief gevolgd en daar waar een reële mogelijkheid zich voordoet actief opgevolgd en bespreekbaar gemaakt met de andere aandeelhouders en bestuurder(s) van de onderneming. Een klein aantal participaties wordt door ons als strategisch aangemerkt, en daarmee wordt op die ondernemingen geen actief exit beleid gevoerd. Een voorbeeld van een dergelijke strategische participatie is Nedmag Industries BV te Veendam. Nieuw in 2013 Topsector (Door)starter Expansie MBO / MBI Turnaround Totaal
Totale portefeuille
Aantal
%
Aantal
%
1 4 1 1 7
14 % 57 % 14 % 14 % 100 %
45 32 12 5 94
48 % 34 % 13 % 5% 100 %
51
Management By-Out/Buy-In en bedrijfsovernames Naast een actieve marktbenadering van bedrijven die actief zijn in één van de Topsectoren is ook in 2013 blijvend ingezet op Management Buy-Out en management Buy-In (MBO en MBI) trajecten en bedrijfsovernames binnen het bestaande MKB in Noord-Nederland. De NOM is hiervoor in het noorden de aangewezen partner, voor zowel kopende als verkopende partijen. Eén van de doelstellingen van de NOM is gezonde bedrijven binnen de regio een continuïteitsbasis te geven en daarmee de onderneming en de werkgelegenheid voor de regio te behouden. In geval van opvolging- en overnametrajecten speelt NOM Finance graag een actieve rol, niet alleen door te financieren maar ook actief MBI- dan wel overnamekandidaten te benaderen. Daarnaast krijgen deze trajecten extra aandacht, omdat hiermee onze rendementsdoelstelling ingevuld kan worden. Bij veel bedrijven in de Topsectoren zijn de technologieën (en daarmee de onderneming als geheel) nog in ontwikkeling. De investeringen dragen een hoog risicoprofiel met zich mee, waardoor het reëel is ook rekening te houden met een minimaal rendement of zelfs afboekingen op de investeringen. Met de (toekomstige) rendementen van MBO’s en MBI’s en bedrijfsovernames kan dat gecompenseerd worden. Op basis van deze strategie creëert en houdt NOM Finance een uitgebalanceerde portefeuille van startende, jonge en bestaande (groeiende) bedrijven. Koninklijke labels van één van de oudste bedrijven in Nederland. Royal Hoitsema Labels is opgericht in 1653 en is daarmee één van de oudste bedrijven van Nederland. In 1953 kreeg het bedrijf het predicaat ‘Koninklijk’. Royal Hoitsema Labels is gevestigd in de stad Groningen en produceert etiketten voor de food-, beverage- en tabaksindustrie. Ze levert wereldwijd aan gerenommeerde multinationals. Er werken bijna 100 medewerkers. Vanaf 1985 tot aan zijn plotselinge overlijden in maart 2013 voerde de heer Fred Stutterheim de directie. Direct na deze tragische gebeurtenis is een interim-directeur aangesteld om te borgen dat de bedrijfsvoering van Royal Hoitsema Labels hier niet onder zou lijden. Parallel hieraan is een overnametraject ingezet. In samenspraak met NOM Finance is daarbij een traject opgestart om een geschikte overnamekandidaat en een mede-investeerder te vinden. Dit heeft ertoe geleid dat vanuit het netwerk van de NOM een management buy-in kandidaat is voorgedragen. Deze MBI’er heeft met financiële ondersteuning van een informal investor en de NOM, de onderneming uiteindelijk over kunnen nemen. Met de overname door deze partijen is een goede basis gelegd om de lange termijn toekomst te garanderen. De onderneming kan de groei en ontwikkeling die zij de afgelopen jaren heeft doorgemaakt, hiermee versneld voortzetten. Royal Hoitsema Labels en NOM zien de toekomst dan ook met vertrouwen tegemoet.
52
Marktpositie en investeringsdilemma’s. In 2013 is ook weer actief gewerkt aan de naamsbekendheid van NOM Finance door middel van nieuwe aanpassingen aan en aanvullingen op de website, het aanwezig zijn op verschillende netwerk bijeenkomsten en eigen bijeenkomsten als NOM on Tour, het midzomerfeest en masterclasses binnen het Aanjaagfonds. NOM Finance heeft mede hierdoor in 2013 haar positie in de markt als laagdrempelige, betrouwbare en gedegen investeerder/financier kunnen vasthouden in een moeizame markt. In 2013 hebben zich opnieuw veel bedrijven bij de NOM gemeld met een verzoek om financiering. Verwacht wordt dat dit ook in 2014 zo zal zijn. Nu de financierbaarheid van startende en groeiende bedrijven moeizaam zal blijven, is en blijft er uitdrukkelijk een rol voor de NOM als risicofinancier van in de kern gezonde ondernemingen. NOM Finance blijft op de markt een partij die bereid is stevige risico’s te nemen, in veel gevallen ook meer dan de commerciële marktpartijen. Er zijn en blijven echter partijen als banken en andere medefinanciers nodig om de totale financieringsvraag van een onderneming te realiseren. In die zin zal ook 2014 een jaar vol met uitdagingen zijn. De positief kritische opstelling ten opzichte van financieringsaanvragen van de onderneming en haar ondernemer leveren binnen de huidige economische situatie echter af en toe spanningen en dilemma’s op. Ondanks de moeizame economische situatie heeft NOM Finance haar kritische beoordeling vastgehouden vanuit de overtuiging dat dit vanuit het lange termijnperspectief de beste benadering is. Hoe pijnlijk ook vanuit werkgelegenheidsperspectief en de werknemers die door sluiting van een onderneming worden getroffen is het naar onze overtuiging niet alleen onverstandig maar ook onjuist om met publieke middelen ondernemingen in stand te houden die geen middel- en langetermijn toekomstperspectief kunnen hebben. Prestarters Het (pre)starters begeleidingsproject Flinc in combinatie met de NOM Pre Seed Capital (PSC) faciliteit is per 1 april 2011, wegens het aflopen van de financiering, afgerond. Flinc richtte zich op het beter toegankelijk maken van het aanbod van risicofinanciering voor nieuwe ondernemingsinitiatieven en fungeerde als onafhankelijk ‘loket’ voor risicokapitaal. PSC verstrekte vanuit het revolving fund van de NOM (pre)seed capital, vroegefasefinanciering, om de activiteiten tot en met de eerste marktintroductie mogelijk te maken. De doelgroep van Flinc-PSC bestond uit ondernemers en ondernemingen met een behoefte aan risicofinanciering. Deze ondernemers en ondernemingen bevonden zich in de (pre)start fase, hadden een nieuw innovatief idee/project/product/dienst, hadden een gezonde groeiambitie en waren in potentie regio-overstijgend. Het verloop van het fonds wordt in tabel 21 weergegeven. Wegens het beëindigen van de projectperiode per 1 april 2011 worden er geen investeringen meer gedaan vanuit dit fonds.
53
Tabel 21
Verloop portefeuille Flinc-PSC in 2013 Aantal Financieringen PSC-Flinc 1/1 Af: Aandelenverkoop Af: Aflossing - beëindiging Af: Faillissement - oninbaar Aantal Financieringen PSC-Flinc 31/12
2012 43 3 6 34
2013 34 2 2 7 23
In 2013 heeft Flinc een herstart gemaakt. Zij richt zich nu uitsluitend op het begeleiden van ondernemers naar financieren zonder zelf een financieringsfaciliteit te beheren (zie paragraaf 7.4). Toekomst Het beeld voor 2014 is redelijk positief. Het aantal aanvragen eind 2013 en begin 2014 vertoont een stijgende lijn zowel in aantal als in kwaliteit. Vanwege het revolverende karakter van het investeringsfonds en de minimale rendementseisen van aandeelhouders, die daarmee gepaard gaan, zal NOM Finance ook in 2014 de binnengekomen proposities positief kritisch beoordelen. De bedrijfseconomische beoordeling van businessplannen en de ondernemers blijft het kernaspect van het investeringsproces. NOM Finance zal, ingegeven door de minimale rendementseisen die de aandeelhouders hebben gesteld, geen hoger risicoprofiel accepteren in haar afweging bij te beoordelen proposities dan in de afgelopen jaren.
7.3 NOM Foreign Direct Investment
54
Met de drie Noordelijke provincies worden gesprekken gevoerd omtrent het beheer van door hen in te stellen en te financieren investeringsfondsen met verschillende doelstellingen, maar alle gericht op het geven van een economische impuls aan de regio door middel van risicodragende financiering. Deze fondsen zullen zich gedeeltelijk richten op een bredere doelgroep en een andere levensfase van ondernemingen dan NOM Finance. Hiermee wordt risicodragende financiering bereikbaar voor een grotere groep MKB ondernemingen hetgeen een positieve ontwikkeling voor de gehele Noord-Nederlandse regio is. In 2013 werd met inspanning van NOM FDI voor 148 miljoen euro door bedrijven in Noord-Nederland geïnvesteerd waarmee 1048 arbeidsplaatsen werden gecreëerd of behouden. Dat was het resultaat van een elftal succesvolle projecten. Het aantal arbeidsplaatsen en het investeringsniveau lag in 2013 op een prima niveau, mede door de investering van IBM in Groningen, wat een goed voorbeeld is van een succesvol project. Ook dit jaar is de belangstelling voor de regio groot gebleken.
Tabel 22
Overzicht projecten NOM FDI
Aantal externe leads Aantal projecten Investeringen (x € 1 miljoen) Aantal arbeidsplaatsen
2012 realisatie 69 8 124 306
2013 realisatie 70 11 148 1.048
2013 doel 80 8 100 100
verschil -10 3 41 948
Dit jaar is er opnieuw een hoog aantal nieuwe leads gegenereerd (70), op een vergelijkbaar niveau als in 2012. Dit is weliswaar lager dan de doelstelling, maar de conversieratio is beter dan het uitgangspunt van 10%. Ook in 2013 blijkt dat de proactieve en sectorgerichte manier waarop de acquisitie wordt uitgevoerd tot meer succes leidt. NOM FDI slaagt erin om voor steeds meer gebieden tot een dergelijke aanpak te komen en om dat in een betere samenhang met andere regio’s in Nederland te doen. Goede voorbeelden daarvan zijn de sectoren Agri&Food en Life Sciences. Andere sectoren waarin NOM FDI in de komende jaren successen denkt te gaan halen door een gestructureerde aanpak zijn Datacenters en Offshore Wind. Er ligt een gezamenlijke propositie van NOM, Groningen Seaports en de gemeente Groningen met betrekking tot een nieuwe samenwerking op het gebied van Datacenters. Voor Offshore Wind wordt heel nauw samengewerkt met Energy Valley en de KvK. Tabel 23
Resultaten naar Topsectoren Topsector Water Life Sciences Agri&Food ICT Overig Totaal
Tabel 24
a.p. nieuw 70 197 60 350 19 696
a.p. behoud 0 312 0 0 40 352
Investering (in € x1.000) 16.400 22.400 90.000 8.000 10.800 147.600
a.p. nieuw 490 0 0 206 696
a.p. behoud 0 352 0 0 352
Investering (in € x1.000) 114.800 16.500 0 16.300 147.600
Resultaten naar soort project Soort project Nieuw Behoud Joint Venture Uitbreiding Totaal
NOM-FDI geeft nieuwe investeerders advies over vestigingslocaties, legt contacten met andere dienstverleners en leveranciers en biedt hulp bij het aanvragen en verkrijgen van vergunningen. Essentiële onderdelen van een acquisitietraject. De met acquisitie vergaarde kennis is tevens een belangrijke bron van leads voor Finance en de programma’s van Flinc NXT en
55
Business Development, de drie andere hoofdonderdelen van de NOM. Alleen voor leads voor Finance is er een interne doelstelling (tenminste 10) vastgesteld, welke ook gehaald is. Uit de leads die NOM FDI aan Flinc NXT heeft doorgespeeld, blijkt dat er een duidelijke behoefte bestaat aan dit initiatief. Als gevolg van een steeds verdere integratie tussen FDI en BD, worden de leads voor BD niet apart geregistreerd als leads vanuit FDI. Tabel 25
Leads gegenereerd voor andere afdelingen Finance
Flinc NXT
12
7
Actieve Acquisitie In 2013 is de NOM verder gegaan met de in 2011 ingezette focus op internationale acquisitie langs de sectorlijnen. De NOM richt zich nu nadrukkelijk op de sectoren Water, Energie, Chemie en Agri & Food en Life Sciences (Healthy Ageing), zodat de sterke positie van deze sectoren in Noord-Nederland verder uitgebouwd kan worden. Voor elke sector is één verantwoordelijke medewerker aangewezen. Deze specialistische aanpak sluit aan bij het Topsectorenbeleid dat het ministerie van Economische Zaken voor heel Nederland heeft vastgesteld. Bovendien leidt deze aanpak ertoe dat de NOM tot in detail begrijpt hoe het vestigingsklimaat er in Noord-Nederland uitziet. Naast de relevante topsectoren blijven we Noord-Nederland ook profileren als vestigingsplaats voor datacenters. Stand van zaken andere clusters Ook in 2013 leverde de sector Watertechnologie de nodige resultaten op voor Noord-Nederland, 3 nieuwe vestigingen en 70 nieuwe arbeidsplaatsen die in de komende 3 jaar worden gerealiseerd. De Agri & Food sector was in 2013 volop in beweging doordat de melkindustrie anticipeert op een toename van de hoeveelheid beschikbare melk doordat vanaf 2015 de melkquota gaan verdwijnen. Dat heeft eind 2012 en begin 2013 al geleid tot een aantal investeringsbeslissingen van buitenlandse partijen en hangen er ook nog een aantal boven de markt. Daarnaast blijkt ook bij bijna alle vestigingen van Friesland Campina in het noorden dat er flink wordt uitgebreid. De ICT is een onderdeel van de topsector Creatieve Industrie. Een belangrijke vestiging voor Noord-Nederland was die van IBM in Groningen, waarvan wordt verwacht dat daar over 3 jaar ongeveer 350 hoogopgeleide mensen zullen werken. Daarnaast zet NOM FDI nog steeds volop in op het verwerven van Datacenters voor de regio. De daarvoor ontwikkelde propositie heeft in ieder geval al tot nieuwe leads geleid.
56
IBM maakt een vliegende start in Groningen In het hart van de stad Groningen, aan het Zuiderdiep, is sinds de zomer van 2013 het IBM Services Center gevestigd. Na een acquisitietraject dat in sneltreinvaart verliep, is IBM volop in beweging. Een IT-gigant met een enorme toegevoegde waarde voor de regio. De NOM fungeerde in de keuze voor de vestigingslocatie als katalysator door de juiste contacten te leggen tussen IBM en het netwerk van de noordelijke kennisinstellingen, met de Hanzehogeschool voorop. Immers, juist het potentieel aan getalenteerde afstudeerders in de hoek van de programmeurs, ontwikkelaars en testers is groot. De kennisinstellingen willen tevens graag samenwerken in de richting van bij IBM passende studieprogramma’s De eerste contacten met IBM werden in 2011 gelegd via een zogenaamde fact finding trip met PLI (Plant Location International, onderdeel van IBM Consultancy). Op dat moment lag er nog geen specifieke vraag vanuit IBM. In 2012 trok de NOM wederom bij IBM aan de bel met als doel de noordelijke regio met haar ambitieuze projecten in de energie, sensortechnologie, water en healthy ageing als marktkansen onder de aandacht te brengen. Daarna werd op zeker moment duidelijk dat Groningen in beeld was als vestigingslocatie voor een Services Center leidend tot de uiteindelijke vestiging in juni 2013. “We zijn uitermate goed gefaciliteerd”, aldus IBM over de inzet en begeleiding van de NOM tijdens het acquisitietraject. “Het is zonder meer doorslaggevend geweest in het beslisproces”. Samen met de bij de Energy Academy betrokken partijen is in het najaar begonnen met een aanbod voor het verwerven van energie gerelateerde bedrijven. Hierin zal de offshore wind propositie worden opgenomen. De verwachting is dat dit pakket in het eerste halfjaar van 2014 gereed is en vanaf het tweede halfjaar zal leiden tot een verhoogd aantal leads. Masterclass NFIA Afgelopen jaar is, door inspanningen van NOM FDI, voor het eerst de masterclass van het Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA) buiten de Randstad georganiseerd. De bijeenkomst is in het Groninger museum gehouden. Bij deze masterclass komen medewerkers van het NFIA, inclusief de kantoren in het buitenland en de regionale acquisitiepartners (zoals de regionale ontwikkelingsmaatschappijen) bijeen om over actuele onderwerpen te spreken. De feedback was zeer positief en de intensieve kennismaking met het Noorden heeft inmiddels ook geleid tot leads. Verankering CID Momenteel is in Noord-Nederland een groot aantal buitenlandse bedrijven of bedrijven met een buitenlandse moeder gevestigd. Deze leveren een grote bijdrage aan de economische structuur van het Noorden, naast een grote hoeveelheid werkgelegenheid. Daarom is het naast acquisitie minstens zo belangrijk dat de contacten met reeds gevestigde bedrijven worden versterkt en verder ontwikkeld. Daartoe is vanuit het NFIA een Current Investor
57
Development (CID) programma ontwikkeld. De mensen van het NFIA, een belangrijke partner van NOM FDI, hebben waardevolle contacten met het internationale bedrijfsleven. Ze leveren leads waar NOM FDI actief werk van maakt. Door mee te denken met bedrijven, slimme oplossingen te bieden en samen te werken met gemeenten, zorgt de NOM er voor dat bedrijven die plannen hebben om een vestiging te sluiten of de activiteiten te verplaatsen naar vestigingen buiten de regio, toch in de regio blijven. Dat heet verankering. De NOM richt zich met CID overigens niet uitsluitend op buitenlandse bedrijven. Ook Nederlandse bedrijven worden middels het programma in de regio verankerd. Naast de bezoeken die in onderstaande tabel zijn opgenomen is ook in Japan een 6 tal bedrijven bezocht die een vestiging in Noord-Nederland hebben, samen met delegaties van Meppel en Emmen. Buitenlandse ondernemingen worden regelmatig uitgenodigd om deel te nemen aan door de NOM georganiseerde evenementen, zoals het Midzomerfeest. Tabel 26
Current Investor Development 2013 Soort Strategische planvorming
Omschrijving De onderneming beraadt zich over de toekomst. Gedacht kan worden aan een exit door de moeder, herpositionering, mogelijke sluiting en nieuwe product markt combinaties
Aantal 16
Netwerkprogramma
De onderneming wil graag deelnemen aan door de NOM ontwikkelde netwerkprogramma’s, bijvoorbeeld op het gebied van lean manufacturing
8
Uitbreiding
De onderneming plant of is bezig met uitbreiding of uitbreidingsinvesteringen
8
Behoud
De onderneming wordt door de moeder gesloten of gaat failliet
2
Geen Totaal
Er spelen geen issues waarin de NOM een rol kan spelen
14 48
Het overzicht van de door NOM Foreign Direct Investment uitgevoerde CID bezoeken laat zien dat bij 34 van de 48 bezochte bedrijven zaken spelen waar de NOM toegevoegde waarde kan leveren.
7.4 NOM Business Development Tabel 27
NOM Business Development heeft in 2013 haar doelstelling voor de innovatie-impuls gerealiseerd. In veel gevallen spelen de projecten zich af op het snijvlak van meerdere topsectoren, deze worden gerapporteerd onder de sector die in het project leidend was. Realisatie innovatie impuls (in € miljoen) Energie Agri&Food MKB High Tech Totaal
58
2012 2,7 1,3 4,0
2013 1,0 3,0 3,1 16,9 24,0
De resultaten lijken aan te tonen dat de investeringsbereidheid van ondernemingen ten opzichte van 2012 is toegenomen, aangezien zij toch een groot deel van de investering in innovatie voor hun rekening nemen. Overigens moet ook worden opgemerkt dat een aantal projecten al in 2012 is ingezet, die zich pas in 2013 hebben gematerialiseerd. Tabel 28
Leads gegenereerd voor andere afdelingen Finance
FDI
1
4
In 2013 waren in de volgende sectoren activiteiten gepland: Energie Dutch Drying Institute In 2012 en 2013 is hard gewerkt om de totstandkoming van het Dutch Drying Institute voor te bereiden. Dit instituut zou een samenwerking betekenen tussen een 25-tal bedrijven van verschillende grootte, op het terrein van onderzoek naar droogtechnieken. Dit instituut zou deels worden ondergebracht bij Wetsus in Leeuwarden. De doelstelling was om in de komende jaren nieuwe energiebesparende droogtechnieken te ontwikkelen. Naast nieuwe producten, was er een hoge verwachting ten aanzien van de maatschappelijke opbrengst, omdat er sprake zou zijn van een aanzienlijk lager energieverbruik en dus een lagere CO2 uitstoot. Verder konden de activiteiten van het Dutch Drying Institute leiden tot verbetering van de concurrentiekracht van bedrijven en uiteindelijk tot te vermarkten en exporteerbare kennis. Helaas bleken de belangrijke partijen in het consortium het niet eens te kunnen worden over de opzet van het programma. Omdat het belang voor de bedrijven en de maatschappij alle partijen wel duidelijk is, wordt er naar een andere vorm gekeken. Het is de verwachting dat dit in 2014 zal worden gerealiseerd. Als gevolg van deze vertraging is van de geplande €4 miljoen aan investeringen van ondernemingen in projecten €1 miljoen daadwerkelijk tot stand gekomen. Northern Netherlands Offshore Wind Een ander belangrijk project in de sector Energie is Northern Netherlands Offshore Wind (NNOW), dat samen wordt uitgevoerd met Energy Valley en de Kamer van Koophandel. Dit project loopt en heeft tot doel Noord-Nederlandse (inclusief Noord-Hollandse) bedrijven te betrekken bij de aanleg van windparken op zee en op land. Het is de verwachting dat dit in de komende jaren, als deze aanleg van start gaat, zal leiden tot additionele omzet bij NoordNederlandse bedrijven. Daarnaast wordt binnen het cluster innovatie nagestreefd, die moet leiden tot een verlaging van de kostprijs van windenergie op zee en wordt gestreefd naar het aantrekken van nieuwe bedrijven. Belangrijke doelstelling dit jaar was om het aantal betalende deelnemers aan het cluster te vergroten en zo de levensvatbaarheid te verbeteren. Dat is gelukt, er zijn inmiddels ruim 60 bedrijven lid.
59
Agri & Food Greenlincs Om de Agrifood&Biobased Economy een impuls te geven is Greenlincs, de clusterorganisatie AgriFood&Biobased Economy van start gegaan. Het eerste half jaar is gewerkt aan het opzetten en verder ontwikkelen van business development activiteiten op het gebied van agro, food en BBE. In de tweede helft van het jaar is een aantal leads omgezet naar innovatieve samenwerkingsprojecten. Daarnaast is de clusterorganisatie geformaliseerd en gelanceerd. Greenlincs staat centraal in het implementeren van de innovatieagenda voor de Agri & food en Bio Economie in Noord-Nederland, de zogenaamde AgroAgenda. In het afgelopen jaar heeft Greenlincs een belangrijke rol gespeeld in het opzetten hiervan, samen met bedrijven, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties. De innovatieve samenwerkingsprojecten uit 2013 zijn erop gericht de Noord-Nederlandse sterktes te versterken. Tabel 29
Resultaten Greenlincs ( x € 1.000)
Innovatieimpuls Leads voor FDI
2013 realisatie 3.010 2
2013 doel 3.000 5
verschil 10 -3
De biobased economy gaat over de overgang van een economie die draait op fossiele grondstoffen naar een economie die draait op biomassa als grondstof. En dus wordt er een nauwere samenwerking tussen de agrarische en chemische sector, traditioneel goed in de regio vertegenwoordigd, gevraagd om marktkansen te benutten. Dat de ‘groene’ economie in NoordNederland leeft, lieten de ontwikkelingen in 2013 overduidelijk zien. Er is een snel groeiende belangstelling voor de biobased economy te zien. Steeds meer ondernemers en ondernemingen beseffen dat Noord-Nederland met zijn grote agrarische industrie en coöperaties, de sterke chemiesector, de goed gelegen havens en de aanwezige kennisinstellingen flink kan profiteren van nieuwe groene ontwikkelingen. Water Business Development binnen de sector watertechnologie heeft een tweeledig doel: innovatie bij ondernemingen ondersteunen en ook het cluster vergroten en steviger maken. Dat laatste leidt er ook toe dat Leeuwarden en Noord Nederland steeds aantrekkelijker worden als vestigingsplaats voor bedrijven in de sector. Mede door inspanning van NOM BD is een zevental innovatieprojecten met ondernemingen voorbereid en (via Fryslân Fernijt) gefinancierd. Daarnaast loopt er een aantal andere projecten waarvan het de verwachting is dat die in 2014 tot uitvoering zullen komen. Dit is van belang omdat deze innovatieprojecten leiden tot een versterking van de betrokken ondernemingen en uiteindelijk tot additionele omzet en nieuwe arbeidsplaatsen.
60
High Tech Behoud SRON voor Noord-Nederland SRON, voluit het ‘Netherlands Intstitute for Space Research,’ ontwikkelt en fabriceert complexe instrumenten voor de ruimtevaart voor het doen van astrofysich en aardatmosfeer gericht onderzoek. SRON ontwikkelt daarnaast detectorsystemen. Met haar hoogwaardige technologie en hooggeschoolde werknemers, waaronder veel buitenlandse expats, speelt SRON in de Champions League van de topsector High Tech Systemen en Materialen (HTSM). In 2012 dreigde de Groningse vestiging van SRON, gevestigd op het Zernike-complex van de RUG, te worden verplaatst naar Utrecht of Amsterdam. Daarmee zouden niet alleen 40 tot 50 hoogwaardige banen verloren gaan, maar ook een potentiele aanjager van het Noordelijke HTSM-cluster dat in ontwikkeling is. SRON richt zich weliswaar volledig op het ruimteonderzoek , maar de onderliggende technologieën kunnen van grote waarde zijn voor meer “down-to-earth” toepassingen, dus bij de reguliere maakindustrie. Het lokale management van SRON Groningen vroeg de NOM, het insider in het Noordelijke HTSM-cluster, om mee te denken over alternatieve toepassingen voor SRON-expertise én om SRON te introduceren bij de beeldbepalende Noordelijke industrieën. Dit werd een intensieve , maar zeer vruchtbare ontdekkingstocht. Met name de zogenaamde Terahertztechnologie van SRON lijkt goed inzetbaar te zijn buiten de ruimtevaart, bijvoorbeeld als sensorsysteem voor de bepaling van vochtgehaltes bij allerlei industriële droogprocessen of om structuren van materialen te analyseren. Op dit laatste onderwerp loopt er nu een eerste pilotproject bij Fokker in Hoogeveen. De inspanningen hebben ertoe geleid dat SRON inmiddels kind aan huis is bij bedrijven zoals Philips in Drachten en Fokker in Hoogeveen. SRON heeft samen met andere NWO instituten, zoals ASTRON, en TNO het initiatief genomen voor de officiële Roadmap Advanced Instrumentation samen met het nationale Topteam HTSM. SRON is tevens toegetreden tot het nieuwe, door de NOM ontwikkelde, consortium “Northern Netherlands: Region of Smart Factories” dat zich richt op nieuwe informatietechnologie voor “zero defect design & manufacturing” (de ‘fabriek van de toekomst’) De ruime mogelijkheden buiten de ruimtevaart, zoals SRON en de NOM in korte tijd zichtbaar hebben gemaakt speelden een belangrijke rol bij de uiteindelijk beslissing van de RUG en de Provincie Groningen om extra fondsen beschikbaar te stellen zodat SRON in Groningen kon blijven. De partijen hebben daartoe de ‘Deal van het Noorden’ opgesteld waarin een additionele investering van 6,5 miljoen Euro voor de komende 4 jaar is vastgelegd. De werkgelegenheid in Groningen wordt daarmee gewaarborgd én het Noordelijke HTSM-cluster is een nieuwe gangmaker rijker. Ecostructuur Philips in Noord-Nederland Verdere uitwerking van het in 2011, samen met Philips Consumer Lifestyle in Drachten, ontwikkelde programma Ecostructuur Philips in Noord-Nederland, waarin ook de Provincie Fryslân, gemeente Smallingerland, de noordelijke hogescholen en de RUG participeren, heeft geleid
61
tot het opzetten van het Smart Factory Competence Center in 2013, samen met Philips en Fokker. In dit centrum kunnen bedrijven enerzijds hun technieken en producten laten zien en anderzijds kunnen bedrijven de kennis en know-how vinden om hun eigen productieprocessen te optimaliseren. Het is de bedoeling dit in 2014 tot uiting te laten komen in het programma “Northern Netherlands, region of Smart Factories” en daarmee betere aansluiting met de topsector High Tech te realiseren. Daarnaast wordt rond Philips in Drachten een zevental innovatieprogramma’s ontwikkeld waarvan er twee in 2013 daadwerkelijk zijn gestart. De maatschappelijke effecten van deze programma’s laten zich, naast omzet en concurrentiepositie voor de verschillende ondernemingen, vertalen in beter gebruik van grond- en reststoffen, maar ook van energie. Zo beoogt één van de projecten om kunststof afval in Noord-Nederland zodanig te bewerken dat het in nieuwe apparaten kan worden hergebruikt. Een ander project is gericht op de productie van bioplastic uit plantaardige resten. Behalve de innovatiedoelstelling van dit programma, had het programma ook tot doel om bedrijven in Noord-Nederland te verankeren. In 2013 heeft dat resultaat gehad voor de topsector High Tech. Het gericht werken aan Business Development heeft tot het behoud van een onderneming met 40-50 hooggekwalificeerde medewerkers voor Noord Nederland geleid.
7.5 Flinc NXT
Tabel 30
Na een periode van afwezigheid is op 1 maart 2013 Flinc in een nieuwe vorm van start gegaan onder de naam Flinc NXT. Flinc NXT speurt actief naar innovatieve startups in hun vroege fase om hen te helpen bij het vervolmaken van hun ondernemingsplan en het leggen van de juiste contacten. Bovendien legt Flinc NXT de koppeling met potentiële financiers en investeerders en heeft Flinc NXT een aantal ondersteunende masterclasses en events georganiseerd. De doelstelling van Flinc NXT is om in contact te komen met ondernemers die innovatieve ideeën hebben en hiervoor financiering nodig hebben. Met een aantal van deze ondernemers zal een adviestraject in worden gegaan, waarvan vervolgens een aantal initiatieven zullen worden gefinancierd. Flinc NXT bouwt aan een actief investeerdersnetwerk dat hiervoor ingezet kan worden. Resultaten Flinc NXT in relatie tot doestellingen eerste twee jaar Contacten met Ondernemers Deelnemers Investeerdersnetwerk Flinc Adviestrajecten Financieringen Masterclasses - deelnemers masterclasses Events - deelnemers events
Doel 200 20 40 30 8 60 -
2013 202 20 47 5 5 46 2 490
Flinc NXT heeft in 2013 een vliegende start gemaakt en is overspoeld met financieringsvragen uit de markt. Duidelijk merkbaar was dat een grote groep innovatieve startups reeds bekend was bij de initiatiefnemende partners NOM, Syntens, KvK en de drie noordelijke provincies, maar tot de komst van Flinc NXT niet goed bediend kon worden. Flinc NXT heeft bovendien
62
snel weer aansluiting kunnen vinden bij, en werkt samen met een veelheid van marktpartijen en lokale overheden waardoor zij goed wordt gevonden. De vliegende start heeft er toe geleid dat Flinc NXT in 2013 haar doelstelling in negen maanden tijd voor contacten met ondernemers en het aantal afgesproken adviestrajecten, waaruit de eerste financieringsvragen zijn geformuleerd, al heeft gerealiseerd. Doordat de meeste adviestrajecten nog lopen, lijkt de conversieratio van adviestraject naar financiering lager dan vooraf ingeschat. De bovenstaande resultaten hebben effect op de regio in de vorm van directe investeringen behaald in de financieringsrondes, waarbij tevens additionele investeringen worden uitgelokt. Bovendien worden er bij de gefinancierde ondernemingen arbeidsplaatsen gecreëerd of behouden. Met de sterke ambitie tot groei van de bedrijven, wordt verwacht dat dit op termijn nog tot extra arbeidsplaatsen zal leiden. Tabel 31
Impact Flinc NXT op de regio in relatie tot doestellingen eerste twee jaar Directe investeringen Additionele investeringen Additionele arbeidsplaatsen
€ €
Doel 1.000.000 3.000.000 36
€ €
2013 450.000 620.000 19
Toekomst In 2013 is veel tijd gestoken in het opnieuw opstarten van de organisatie en het bekend maken in de markt van de terugkomst van Flinc NXT. De uitdaging voor 2014 ligt met name op het vlak om vanuit de grote toestroom van financieringsvragen te komen tot daadwerkelijk gerealiseerde financieringen. In 2014 wordt een toename van het aantal gerealiseerde financieringen door lopende adviestrajecten die in 2013 zijn opgestart verwacht en de op komst zijnde nieuwe fondsen vanuit de Noordelijke provincies, het intensiever samenwerken met investeerders en een blijvende actieve rol van Flinc NXT. Door de nauwe band tussen Flinc NXT en de Noordelijke provincies, versterkt doordat deze Flinc NXT mede mogelijk maken, ziet de NOM goede samenwerkingsmogelijkheden om ondernemers gebruik te laten maken van de genoemde nieuwe fondsen.
63
8.
Governance
De directie en Raad van Commissarissen van de NOM laten zich, hoewel de NOM in formele zin geen structuurvennootschap is, in het algemeen in de verhoudingen tussen bestuur, Raad van Commissarissen en (algemene vergadering van) aandeelhouders leiden door de Nederlandse Corporate Governance code zoals die in 2009 is herzien door de commissie Frijns. Het bestuur Het bestuur van de NOM wordt statutair uitgeoefend door de directeur die de vennootschap in de rechte vertegenwoordigt. De directeur conformeert zich volledig aan het principe ter zake van zijn verantwoordelijkheid met inbegrip van zijn verantwoordelijkheid en zijn verantwoordingsplicht voor het naleven van wet- en regelgeving, het beheersen van risico’s en de in hoofdstuk 6 geïdentificeerde materiële onderwerpen. Aan de daarop betrekking hebbende best practice bepalingen wordt voldaan. Voor de wijze van risicobeheersing wordt verwezen naar paragraaf 3.1 van het jaarverslag. De nevenfuncties van de directeur en van diens plaatsvervanger worden vermeld in bijlage 5. De bezoldiging van de directeur is vermeld op pagina 94 van de jaarrekening. De bezoldiging past binnen de grenzen, die de minister van Economische Zaken bij zijn aanstelling heeft gesteld. De directeur ontvangt geen beloning in de vorm van aandelen of opties. Er zijn geen aspecten van maatschappelijk verantwoord ondernemen opgenomen in de beloningsstructuur. De Raad van Commissarissen bewaakt mogelijke tegenstrijdige belangen. In 2013 hebben zich geen gevallen voorgedaan waarin sprake was van mogelijke tegenstrijdige belangen. Omdat het bestuur uit één directeur bestaat, wordt niet voldaan aan de vereiste van een evenwichtige verdeling van mannen en vrouwen in het bestuur. Bij de huidige omvang zal ook niet aan deze vereiste voldaan kunnen worden. Raad van Commissarissen De principes op het gebied van toezicht, raad, belang van de vennootschap, maatschappelijke aspecten en kwaliteit van eigen functioneren worden door de Raad onderschreven. De commissarissen zijn en handelen volledig onafhankelijk; zowel ten opzichte van de voordragende aandeelhouder, als ten opzichte van de bestuurder, alsook ten opzichte van elkaar. De commissarissen ontvangen rechtstreeks noch indirect persoonlijke financiële vergoedingen voor verrichte werkzaamheden voor de NOM, anders dan de vaste vergoeding in hun rol van commissaris en de aan die werkzaamheden verbonden reis- en verblijfskosten. De vergoeding is vastgesteld door de AvA. De vergoeding is niet afhankelijk van de behaalde resultaten. De Raad is zodanig samengesteld dat op alle terreinen die de NOM bestrijkt voldoende deskundigheid aanwezig is om de taken van de Raad te kunnen vervullen. Er is echter geen sprake van een evenwichtige verdeling van de zetels tussen mannen en vrouwen. Het profiel van de leden van de Raad is vermeld in bijlage 4. Bij mutaties in de samenstelling en bij herbenoemingen wordt aan het aspect deskundigheid en de evenwichtige verdeling tussen mannen en vrouwen aandacht besteed. Na het aftreden
64
van de heer Weggemans op 29 april 2011 is expliciet gezocht naar een vrouwelijke commissaris. Er waren echter geen vrouwelijke kandidaten met de gewenste deskundigheid beschikbaar. Ook bij de vervanging van de voorzitter, na aftreding in april 2014 wordt expliciet naar een vrouwelijke kandidaat gezocht. Aan de benoemingstermijnen wordt de hand gehouden. De code schrijft voor dat de Raad drie kerncommissies in het leven roept. De Raad heeft deze bepaling als volgt ingevuld: Er is één gecombineerde selectie- en benoemingscommissie en remuneratiecommissie. De Raad acht de betrokkenheid van alle commissarissen bij de taken van een auditcommissie zo essentieel dat, mede gezien de betrekkelijk geringe omvang van de Raad, alle leden geacht worden deel uit te maken van de auditcommissie, waardoor de instelling van deze commissie overbodig is. Dit betekent dat aan de bepaling dat de voorzitter van de auditcommissie niet tevens voorzitter is van de Raad van Commissarissen, niet wordt voldaan. De bepalingen met betrekking tot een one-tier bestuursstructuur zijn niet van toepassing aangezien de NOM geen one-tier bestuursstructuur kent. De directeur en de Raad van Commissarissen achten dat ook niet wenselijk. De AvA De AvA maakt volledig gebruik van haar bevoegdheden, zoals die in de code wordt omschreven. De statuten van de vennootschap zijn in lijn met de code. De AvA wordt qua informatievoorziening vanuit de directie naar beste weten in staat gesteld om van haar bevoegdheden gebruik te maken. De stelregel is daarbij dat de AvA geen informatie ontvangt die door individuele ondernemingen vertrouwelijk aan de NOM ter hand is gesteld. De directie en Raad van Commissarissen streven een optimaal overleg met de aandeelhouders na. Overleg met de directie vindt met enige regelmaat plaats, ook buiten de formele AvA. Audit Het jaarverslag en de jaarrekening worden opgesteld onder de directe verantwoordelijkheid van de directeur. De Raad van Commissarissen ziet er op toe dat de directeur deze verantwoordelijkheid naar behoren vervult. De door de AvA benoemde onafhankelijke accountant brengt verslag uit aan de Raad van Commissarissen. Dit verslag wordt in aanwezigheid van de accountant besproken met de voltallige Raad van Commissarissen. De externe accountant is aanwezig bij de jaarlijkse AvA zodat deze door de aandeelhouders rechtstreeks kan worden bevraagd. Er is geen interne auditor. De controller heeft rechtstreeks toegang tot de externe accountant en tot de voorzitter van de Raad van Commissarissen. De rollen en verantwoordelijkheden voor duurzaamheid Omdat de NOM het goed uitvoeren van de kerntaken beschouwt als duurzaam ondernemen, ligt deze verantwoordelijkheid logischerwijs bij managers van de afdelingen, ingericht naar de kerntaken, met de eindverantwoordelijkheid bij de directeur. De Raad van Commissarissen houdt toezicht.
65
66
JAARREKENING
V NOM JAARVERSLAG 2013 JAARREKENING NV RVERSLAG 2013 JAARREKENING NV NOM JAAR 2013 JAARREKENING NV NOM JAARVERSLAG 2 REKENING NV NOM JAARVERSLAG 2013 JAARR V NOM JAARVERSLAG 2013 JAARREKENING NV RVERSLAG 2013 JAARREKENING NV NOM JAAR 2013 JAARREKENING NV NOM JAARVERSLAG 2 REKENING NV NOM JAARVERSLAG 2013 JAARR V NOM JAARVERSLAG 2013 JAARREKENING NV RVERSLAG 2013 JAARREKENING NV NOM JAAR 2013 JAARREKENING NV NOM JAARVERSLAG 2 REKENING NV NOM JAARVERSLAG 2013 JAARR V NOM JAARVERSLAG 2013 JAARREKENING NV RVERSLAG 2013 JAARREKENING NV NOM JAAR 2013 JAARREKENING NV NOM JAARVERSLAG 2 REKENING NV NOM JAARVERSLAG 2013 JAARR V NOM JAARVERSLAG 2013 JAARREKENING NV RVERSLAG 2013 JAARREKENING NV NOM JAAR 2013 JAARREKENING NV NOM JAARVERSLAG 2 REKENING NV NOM JAARVERSLAG 2013 JAARR V NOM JAARVERSLAG 2013 JAARREKENING NV RVERSLAG 2013 JAARREKENING NV NOM JAAR 2013 JAARREKENING NV NOM JAARVERSLAG 2 REKENING NV NOM JAARVERSLAG 2013 JAARR V NOM JAARVERSLAG 2013 JAARREKENING NV RVERSLAG 2013 JAARREKENING NV NOM JAAR
Geconsolideerde balans per 31 december 2013 bedragen x €1000,(voor resultaat bestemmming)
2013
Activa
2012
Financiële vaste activa Participaties 1 Vorderingen op participaties 2 Overige leningen u/g 3 Stimuleringskredieten 4 Pre Seed Capital Faciliteit 5
11.681
12.000
6.008
4.553
672
3.201
1.355
1.009
491
724 20.207
21.487
Vlottende activa Vorderingen en overlopende activa 6 Liquide middelen 7
Passiva
2.185
2.115
51.372
68.890 53.557
71.005
Totaal activa
73.764
92.492
Groepsvermogen 8
70.456
88.060
75
77
Voorzieningen 9 Langlopende schulden Lening Provincie Drenthe (TAFF) 10
Kortlopende schulden 11 Totaal passiva
68
1.500
1.500 1.500
1.500
1.733
2.855
73.764
92.492
Geconsolideerde winst- en verliesrekening
2013
Financieringsbedrijf
2012
Opbrengsten Rente- en provisiebaten 12
3.639
3.916
Ontvangen dividenden 13
3.948
5.280
48
58
469
3.780
34
197
-49
481
Opbrengst commissariaten 14 Resultaat verkopen participaties 15 Resultaat Stimuleringskredieten 16 Resultaat Pre Seed Capital Faciliteit 17
8.089
13.712
Kosten Personeelskosten 23 Overige kosten 24 Saldo van dotaties aan de voorziening voor financiële vaste activa 25
1.416
1. 688
765
949
3.430
5.942 5.611
Resultaat Financieringsbedrijf Ontwikkelingsbedrijf
8.579 2.478
5.133
Opbrengsten / vergoedingen Ministerie van Economische Zaken 18
1.202
1.789
Bijdrage Provincies 19
547
550
Bijdrage Provincies inzake Regionale Netwerken 19
160
348
Bijdrage acquisitie Gemeenten, CID 19
146
91
Projectfinciering 20
771
Opbrengst Detachering 21
262
151
2
-
Diensten aan derden 22
3.090
2.929
Kosten Personeelskosten 23
2.019
2.890
Overige kosten 24
1.153
1.018 3.172
Resultaat Ontwikkelingsbedrijf Resultaat voor en na belasting
3.908 -82
-979
2.396
4.154
69
Geconsolideerd kasstroomoverzicht per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
2013
2012
Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsresultaat
2.396
4.154
Aanpassingen voor: Mutatie voorzieningen Mutatie voorzieningen waardering financiële vaste activa
-2
-11
-12.726
-7.305
-70
-167
-1.122
-651
Verandering in werkkapitaal: Mutatie vorderingen Mutatie kortlopende schulden
-13.919 Kasstroom uit bedrijfsoperaties
-8.134 -11.524
-3.980
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in participaties
-7.203
-6.083
21.209
27.854
Mutatie effecten Ontvangsten inzake de verkoop van participaties en aflossing leningen
14.006
21.771 14.006
21.771
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Dividenduitkering NOM
-20.000
-
-17.518
17.791
Saldo liquide middelen begin boekjaar
68.890
51.099
Saldo liquide middelen einde boekjaar
51.372
68.890
-17.518
17.791
Netto kasstroom
Mutatie liquide middelen
70
-20.000
Toelichting behorende tot de geconsolideerde jaarrekening 2013
Algemeen
De onderneming, gevestigd te Groningen aan de Paterswoldseweg 810, is een naamloze vennootschap, waarvan de aandelen voor 99,97% in het bezit zijn van de Staat der Nederlanden. De resterende 0,03% is in het bezit van de provincies Groningen, Fryslân en Drenthe. Uitgangspunt bij participatie door de N.V. NOM Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland (statutair gevestigd te Groningen) in ondernemingen, is het in principe tijdelijk verstrekken van risicodragend kapitaal met als doel nieuwe activiteiten op te starten of bestaande activiteiten te versterken. Behoudens bijzondere omstandigheden wordt daarbij gestreefd naar minderheidsbelangen.
Verslagleggings periode Toegepaste standaarden
Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van een verslaggevingsperiode van een kalenderjaar. De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving. De vennootschappelijke winst- en verliesrekening is opgesteld met inachtneming van art. 2:402 BW. De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerd op historische kosten.
Vergelijking met voorgaand jaar
Continuïteit Grondslagen voor waardering
De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar. Om het inzicht te vergroten zijn de detacheringsopbrengsten in 2013 gepresenteerd onder de opbrengsten van het ontwikkelbedrijf, in plaats van in mindering te worden gebracht op de personele kosten. Ten behoeve van de vergelijkbaarheid is de presentatie over 2012 eveneens aangepast. Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting. Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naar de onderneming zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld.
71
Baten worden in de winst- en verliesrekening opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Indien een transactie ertoe leidt dat nagenoeg alle of alle toekomstige economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot een actief of verplichting aan een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer in de balans opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer in de balans opgenomen vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde. De opbrengsten en kosten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Opbrengsten uit verkoop van participaties worden verantwoord indien alle belangrijke risico’s met betrekking tot de participaties zijn overgedragen aan de koper. De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro’s, de functionele valuta van de onderneming. Alle financiële informatie in euro’s is afgerond op het dichtstbijzijnde duizendtal. De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van de grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in de toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Grondslagen voor consolidatie
De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van de onderneming en haar groepsmaatschappijen en andere rechtspersonen waarop overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend dan wel waarover de centrale leiding bestaat. Groepsmaatschappijen zijn deelnemingen waarin de onderneming een meerderheidsbelang heeft, of waarin op een andere wijze een beleidsbepalende invloed kan worden uitgeoefend. Bij de bepaling of beleids bepalende invloed kan worden uitgeoefend worden financiële instrumenten die potentiële stemrechten bevatten en direct kunnen worden uitgeoefend, betrokken. Participaties die worden aangehouden om te vervreemden worden niet geconsolideerd. Nieuw verworven deelnemingen worden in de consolidatie betrokken vanaf het tijdstip waarop beleidsbepalende invloed kan worden uitgeoefend. Afgestoten deelnemingen worden in de consolidatie betrokken tot het tijdstip van beëindiging van deze invloed.
72
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
In de geconsolideerde jaarrekening zijn de onderlinge schulden, vorderingen en transacties geëlimineerd, evenals de binnen de Groep gemaakte winsten. De groepsmaatschappijen zijn integraal geconsolideerd, waarbij het minderheidsbelang van derden afzonderlijk tot uitdrukking is gebracht. Geconsolideerde deelnemingen Geconsolideerde deelnemingen
%
Plaats
Venture Kapitaal Fonds II B.V.
100 %
Groningen
Venture Kapitaal Fonds III B.V.
100 %
Groningen
B.V. Drentse Participatie Maatschappij
100 %
Groningen
Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V.
100 %
Groningen
Overige deelnemingen Het volgende meerderheidsbelang wordt, gezien de geringe omvang van deze deelnemingen, niet geconsolideerd: Overige deelnemingen
%
Plaats
NOM Daq B.V.
100 %
Groningen
NOM Fin B.V.
100 %
Groningen
Noordelijke Scheepvaart I B.V.
100 %
Groningen
Rozenborg B.V.
100 %
Groningen
Het volgende meerderheidsbelang wordt, omdat er geen sprake is van een duurzaam karakter, niet geconsolideerd: Prins Holding B.V. Grondslagen voor omrekening vreemde valuta
79,2 %
Dokkum
Transacties in vreemde valuta Transacties luidend in vreemde valuta worden in de betreffende functionele valuta van de groepsmaatschappijen omgerekend tegen de geldende wisselkoers per de transactiedatum. In vreemde valuta luidende monetaire activa en verplichtingen worden per balansdatum in de functionele valuta omgerekend tegen de op die datum geldende wisselkoers. Niet-monetaire activa en passiva in vreemde valuta’s die tegen historische kostprijs worden opgenomen, worden naar euro’s omgerekend tegen de geldende wisselkoersen per transactiedatum. De bij omrekening optredende valutakoersverschillen worden als last in de winst- en verliesrekening opgenomen.
73
Grondslagen voor waardering
Financiële vaste activa Aandelenparticipaties worden gewaardeerd tegen kostprijs, onder aftrek van voorzieningen die worden gevormd als de situatie bij de betrokken ondernemingen daartoe aanleiding geeft. Deze waardering tegen kostprijs heeft tot gevolg dat waardestijgingen van participaties niet in de cijfers tot uitdrukking komen. Om een nader inzicht te geven in de verandering van de waarde van de participatieportefeuille wordt in de toelichting op de balans de benaderde actuele waarde vermeld. De leningen betreffen zowel leningen aan participaties als leningen aan ondernemingen waarin de NOM niet participeert. Het betreft hier, behoudens uitzonderingsgevallen, (converteerbare) achtergestelde leningen. De leningen zijn opgenomen tegen nominale waarde onder aftrek van eventueel noodzakelijk geachte voorzieningen voor oninbaarheid. Deelnemingen waarin invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid kan worden uitgeoefend, worden gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode op basis van de nettovermogenswaarde. Bij de bepaling van de nettovermogenswaarde worden de waarderingsgrondslagen van de onderneming gehanteerd. Deelnemingen met een negatieve nettovermogenswaarde worden op nihil gewaardeerd. Wanneer de onderneming garant staat voor de schulden van de betreffende deelneming wordt een voorziening gevormd. Effecten worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere marktwaarde. Voorzieningen financiële vaste activa Voorziening participaties, leningen aan participaties en overige leningen Vaste activa met een lange levensduur dienen te worden beoordeeld op bijzondere waarde verminderingen wanneer wijzigingen of omstandigheden zich voordoen die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdien mogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald op basis van een beoordeling van de resultaten in het verleden, de te verwachten toekomstige resultaten, het management, de organisatie, de uniekheid van het product en/of de productontwikkeling, de marktpositie en de ontwikkelingen in deze. Wanneer de boekwaarde van een actief naar verwachting niet terugverdiend kan worden, zal er een voorziening worden gevormd voor het verschil tussen de boekwaarde en de te verwachten realiseerbare waarde. Voorziening deelnemingen De voorziening deelnemingen wordt primair ten laste van de vorderingen op deze deelneming gevormd en voor het overige onder de voorzieningen ter grootte van het aandeel in de door de deelneming geleden verliezen, dan wel voor de verwachte betalingen door de onderneming ten behoeve van deze deelneming.
74
Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Vorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Als de ontvangst van de vordering is uitgesteld op grond van een verlengde overeengekomen betalingstermijn wordt de reële waarde bepaald aan de hand van de contante waarde van de verwachte ontvangsten en worden er op basis van de effectieve rente renteinkomsten ten gunste van de winst- en verliesrekening gebracht. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering Projecten Projecten met meerdere deelnemers, die de NOM als subsidieaanvrager coördineert, worden in de balans verantwoord. De balanspost is het saldo van de gemaakte projectkosten en de ontvangen bijdragen. Personele kosten die subsidiabel zijn worden aan het project toegerekend en in mindering gebracht op de personele kosten van de NOM. Een eventuele eigen bijdrage van de NOM wordt ten laste van het resultaat gebracht. Indien ultimo het boekjaar de projectkosten hoger zijn dan de ontvangen bijdragen, wordt het saldo gepresenteerd onder overige vorderingen. Indien de ontvangen bijdragen hoger zijn de projectkosten, wordt het saldo onder kortlopende schulden gepresenteerd. Kosten en opbrengsten met betrekking tot op projectbasis gefinancierde werkzaamheden van de NOM, die op verzoek van derden worden uitgevoerd, worden in de Winst- en Verliesrekening verantwoord. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en (direct opeisbare) deposito’s met een looptijd korter dan één jaar. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voorzieningen Voorzieningen worden gewaardeerd tegen hetzij de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen en verliezen af te wikkelen, hetzij de contante waarde van die uitgaven. Een voorziening wordt in de balans opgenomen, wanneer er sprake is van: • een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting die het gevolg is van een gebeurtenis in het verleden; en • waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt; en • het waarschijnlijk is dat voor afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen nodig is. Schulden Schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van de schulden worden in de waardering bij eerste verwerking opgenomen. Schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, zijnde het ontvangen bedrag rekening houdend met agio of disagio
75
en onder aftrek van transactiekosten. Het verschil tussen de bepaalde boekwaarde en de uiteindelijke aflossingswaarde wordt op basis van de effectieve rente gedurende de geschatte looptijd van de schulden in de winst- en verliesrekening als interestlast verwerkt. Personeelsbeloningen Periodiek betaalbare beloningen Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de winst-en-verliesrekening voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers. Pensioenen Toegekende pensioenaanspraken zijn gebaseerd op het salaris van de werknemer, onder aftrek van een AOW-franchise, rekening houdend met de leeftijd van een werknemer. Jaarlijks wordt geindexeerd op basis van de consumentenprijsindex, met een maximum van 1,5%. Toegekende pensioenaanspraken worden door middel van periodieke premiebetaling aan de pensioenverzekeraar afgefinancierd. Uitgangspunt is dat de in de verslagperiode te verwerken pensioenlast gelijk is aan de over die periode aan het pensioenverzekeraar verschuldigde pensioenpremies. Voor zover de verschuldigde premies op balansdatum nog niet zijn voldaan, wordt hiervoor een verplichting opgenomen. Als de op balansdatum reeds betaalde premies de verschuldigde premies overtreffen, wordt een overlopende actiefpost opgenomen voor zover sprake zal zijn van terugbetaling door de verzekeraar of van verrekening met in de toekomst verschuldigde premies. Verder wordt op balansdatum een voorziening opgenomen voor bestaande additionele verplichtingen ten opzichte van de verzekeraar en de werknemers, indien het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichtingen een uitstroom van middelen zal plaatsvinden en de omvang van de verplichtingen betrouwbaar kan worden geschat. Het al dan niet bestaan van additionele verplichtingen wordt beoordeeld aan de hand van de uitvoeringsovereenkomst met de verzekeraar, de pensioenovereenkomst met de werknemers en andere (expliciete of impliciete) toezeggingen aan de werknemers. De voorziening wordt gewaardeerd tegen de beste schatting van de contante waarde van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen op balansdatum af te wikkelen. Voor een op balansdatum bestaand overschot bij het pensioenverzekeraar wordt een vordering opgenomen als de onderneming de beschikkingsmacht heeft over dit overschot, het waarschijnlijk is dat het overschot naar de onderneming zal toevloeien en de vordering betrouwbaar kan worden vastgesteld. Operationele Leasing Bij de vennootschap kunnen er leasecontracten bestaan waarbij een groot deel van de vooren nadelen die aan de eigendom verbonden zijn, niet bij de vennootschap ligt. Deze leasecontracten worden verantwoord als operationele leasing. Verplichtingen uit hoofd van operationele leasing worden, rekening houdend met ontvangen vergoedingen van de lessor, op lineaire basis verwerkt in de winst- en verliesrekening over de looptijd van het contract.
76
Grondslagen voor resultaatbepaling
Opbrengstverantwoording Opbrengsten worden alleen verantwoord als er een redelijke zekerheid bestaat dat toekomstige voordelen naar de onderneming zullen toevloeien en dat deze voordelen betrouwbaar kunnen worden geschat. Rente- en provisiebaten Rentebaten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa. Dividenden Dividenden van niet op nettovermogenswaarde gewaardeerde deelnemingen, worden verantwoord in het jaar van ontvangst. Verkoop van participaties Opbrengsten uit de verkoop participaties worden opgenomen in de opbrengsten tegen de reële waarde van de ontvangen of te ontvangen vergoeding, na aftrek van de boekwaarde van de participatie. Opbrengsten uit de verkoop van participaties worden in de winst- en verliesrekening verwerkt wanneer de belangrijke risico’s en voordelen van eigendom aan de koper zijn overgedragen, de inning van de verschuldigde vergoeding waarschijnlijk is, de hiermee verband houdende kosten betrouwbaar kunnen worden ingeschat en er geen sprake is van aanhoudende managementbetrokkenheid bij de participaties. De overdracht van risico’s en voordelen varieert naargelang de voorwaarden van de betref fende verkoopovereenkomst. Diensten Opbrengsten van verleende diensten worden in de winst- en verliesrekening als netto-omzet opgenomen naar rato van het stadium van voltooiing van de transactie op verslagdatum. Het stadium van voltooiing wordt bepaald aan de hand van beoordelingen van de verrichte werkzaamheden. De opbrengsten van diensten worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn verricht. Overheidssubsidies Overheidssubsidies worden aanvankelijk in de balans opgenomen als vooruitontvangen baten zodra er redelijke zekerheid bestaat dat zij zullen worden ontvangen en dat zal worden voldaan aan de daaraan verbonden voorwaarden. Subsidies ter compensatie van gemaakte kosten worden systematisch als opbrengsten in de winst- en verliesrekening opgenomen in dezelfde periode als die waarin de kosten worden gemaakt. Projectfinanciering De opbrengsten van op projectbasis gefinancierde projecten worden in de winst- en verliesrekening opgenomen in de periode waar de opbrengsten betrekking op hebben. Opbrengst detachering Detacheringsopbrengsten worden systematisch als netto-omzet in de winst- en verliesrekening opgenomen in dezelfde periode, als die waarin de kosten worden gemaakt.
77
Resultaat deelneming De resultaten van deelnemingen die gedurende het boekjaar zijn verworven of afgestoten, worden vanaf het verwervingsmoment respectievelijk tot het moment van afstoting verwerkt in het resultaat van de Groep. Kosten Personele en overige kosten De kosten worden verantwoord in het jaar waarop zij betrekking hebben. De kosten van het Ontwikkelingsbedrijf worden verantwoord in het jaar waarop zij betrekking hebben dan wel wanneer de externe verplichting is aangegaan. Saldo dotaties aan de voorziening voor financiële vaste activa Verliezen bij afstoting van participaties of bij oninbaarheid van leningen worden afgeboekt op de daarvoor gevormde voorziening. Toevoegingen aan deze voorziening komen ten laste van het resultaat van het Financieringsbedrijf. Rentelasten Rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen die als onderdeel van de berekening van de effectieve rente worden meegenomen. Grondslagen voor het kasstroomoverzicht
Belastingen Omdat alleen publiekrechtelijke organisaties aandeelhouder van de N.V. NOM kunnen zijn en de N.V. NOM geen bedrijf uitoefent als bedoeld in het 3e lid van artikel 2 van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 is de N.V. NOM, evenals Venture Kapitaal Fonds II B.V., Venture Kapitaal Fonds III B.V., B.V. Drentse Participatie Maatschappij en Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. niet belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest en ontvangen dividenden zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Betaalde dividenden worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Bepaling actuele waarde Een aantal grondslagen en de toelichtingen in de jaarrekening vereisen de bepaling van de actuele waarde van zowel financiële als niet-financiële activa en verplichtingen. Ten behoeve van waardering en informatieverschaffing is de actuele waarde op basis van de volgende methoden bepaald. Indien van toepassing wordt nadere informatie over de uitgangspunten voor de bepaling van de actuele waarde vermeld bij het onderdeel van deze toelichting dat specifiek op het betreffende actief of de betreffende verplichting van toepassing is.
78
Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
Activa Financiële vaste activa
Financiële activa De actuele waarde van financiële activa wordt bepaald op basis van de rentabiliteitswaarde of de waarde op basis van de methode van de European Private Equity & Venture Capital Association . 1.
Participaties Het verloop van de participaties was als volgt:
Verkrijgingswaarde per 1 januari Bij:
Nieuwe participaties Uitbreidingen / conversies
2013
2012
45.464
53.148
837
670
20
1.598 857
Af:
Faillissementen / liquidaties Afgestoten participaties
2.268
5.078
6.218
250
3.734 5.328
-7.684
40.993
45.464
-
4.541
Saldo per 31 december
40.993
40.923
Voorziening na aanpassing i.v.m. inzicht
29.312
28.923
11.681
12.000
Nominaal bedrag per 31 december Af: Af:
9.952 -4.471
Aanpassing i.v.m. inzicht *
De actuele waarde van de participaties bedroeg ultimo 2013 circa € 31 miljoen (2012: € 30 miljoen)
79
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
Het verloop van de voorziening op de participaties was als volgt:
Voorziening per 1 januari Bij:
Dotatie t.l.v. resultaat i.v.m. waardeveranderingen
2013
2012
33.464
36.789
926
3.241 926
Af:
Vrijval door desinvestering / afboekingen / faillissementen
3.241
5.078
6.566 5.078
Voorziening per 31 december Af:
Aanpassing i.v.m. inzicht * Saldo per 31 december
6.566 -4.152
-3.325
29.312
33.464
-
4.541
29.312
28.923
* Ten einde het inzicht te vergroten zijn de saldi aangepast voor een aantal participaties waaruit op geen enkele wijze opbrengsten meer gerealiseerd kunnen worden.
80
2.
Vorderingen op participaties Dit betreffen converteerbare achtergestelde leningen verstrekt in combinatie met een participatie in het aandelenkapitaal.
Nominaal bedrag per 1 januari Bij:
Nieuwe leningen
2013
2012
18.014
23.823
3.531
840
Uitbreiding leningen
495
862
Bijgeschreven rente
129
494 4.155
Af:
Aflossingen Herrubricering lening Conversie Afboekingen / faillissementen
2.196
1.578
2.689
93
-
-
1.182
5.146
4.134 6.817
Nominaal bedrag per 31 december Af:
Aanpassing i.v.m. inzicht * Saldo per 31 december
Af:
Voorziening na aanpassing i.v.m. inzicht
8.005 -2.662
-5.809
15.352
18.014
-
5.146
15.352
12.868
9.344
8.315
6.008
4.553
81
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
Het verloop van de voorziening op de vorderingen op participaties was als volgt:
Voorziening per 1 januari Bij:
Dotatie t.l.v. resultaat i.v.m. waardeveranderingen
2013
2012
13.461
17.065
1.029
530 1.029
Af:
Vrijval door desinvestering / afboekingen / faillissementen
530
5.146
4.134 5.146
Voorziening per 31 december Af:
4.134 -4.117
-3.604
9.344
13.461
-
5.146
9.344
8.315
Aanpassing i.v.m. inzicht * Saldo per 31 december
* Ten einde het inzicht te vergroten zijn de saldi aangepast voor een aantal participaties waaruit op geen enkele wijze opbrengsten meer gerealiseerd kunnen worden. 3.
Overige leningen u/g Dit betreft (achtergestelde) leningen aan bedrijven waarin de NOM niet participeert in het aandelenkapitaal
Nominaal bedrag per 1 januari Bij:
Nieuwe leningen Uitbreiding leningen Bijgeschreven rente
2013
2012
13.417
19.752
-
300
-
25
1.382
896 1.382
Af:
Aflossingen
1.221
2.435
7.342
5.636
214
Conversie Afboekingen / faillissementen
8.071
Af:
82
7.556 -6.689
-6.335
Saldo per 31 december
6.728
13.417
Voorziening
6.056
10.216
672
3.201
Het verloop van de voorziening op de overige leningen u/g was als volgt: 2013
Voorziening per 1 januari Bij:
Dotatie t.l.v. resultaat i.v.m. waardeveranderingen
2012
10.216 1.476
8.310 2.120
1.476 Af:
Vrijval door desinvesteringen / afboekingen / faillissementen
2.120
5.636
214 5.636
Saldo per 31 december
4.
214 -4.160
1.906
6.056
10.216
Stimuleringskredieten Dit betreffen achtergestelde leningen aan bedrijven met een maximum van € 200.000,2013 Nominaal bedrag per 1 januari
Bij:
Nieuwe leningen
2012
1.688 496
Herrubricering lening
93
Uitbreiding leningen
150
Bijgeschreven rente
39
2.835 250 50 81
778 Af:
381
Aflossingen
280
219
Afboekingen / faillissementen
159
1.309 439
Saldo per 31 december Af:
Voorziening
1.528 339
-1.147
2.027
1.688
672
679
1.355
1.009
83
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
Het verloop van de voorziening op de stimuleringskredieten was als volgt: 2013
Voorziening per 1 januari Bij:
Dotatie t.l.v. resultaat i.v.m. waardeveranderingen
2012
679 152
1.975 12
152 Af:
Vrijval door desinvesteringen / afboekingen / faillissementen
12
159
1.308 159
Saldo per 31 december
1.308 7
1.296
672
679
De dotatie aan de voorzieningen is in de winst- en verliesrekening verwerkt als onderdeel van het resultaat Stimuleringskredieten. 5.
Pre Seed Capital Faciliteit (PSC) Dit betreffen financieringen aan innovatieve starters middels participaties, leningen aan bedrijven en persoonlijke leningen 2013 PSC Participaties
100
245
PSC Leningen
391
479
Totaal Pre Seed Faciliteit
84
2012
491
724
PSC Participaties Het verloop van deze post was in het verslagjaar als volgt: 2013 Nominaal bedrag per 1 januari Bij:
Uitbreiding participaties
2012
267 65
474 -
65 Af:
Afboekingen/ Faillissementen
-
211
207 211
Saldo per 31 december Af:
Voorziening
207 146
207
121
267
21
22
100
245
Het verloop van deze voorziening op de PSC participaties was als volgt: 2013
Voorziening per 1 januari Bij:
Dotatie t.l.v. resultaat i.v.m. waardeveranderingen
2012
22 130
377 -148
130 Af:
Vrijval door desinvesteringen / afboekingen / faillissementen
-148
131
207 131
Saldo per 31 december
207 -1
-355
21
22
De dotatie aan de voorzieningen is in de winst- en verliesrekening verwerkt als onderdeel van het resultaat Pre Seed Capital Faciliteit.
85
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
PSC Leningen Het verloop van deze post was in het verslagjaar als volgt: 2013 Nominaal bedrag per 1 januari Bij:
Nieuwe leningen Bijgeschreven rente
2012
1.199
1.787
51
-
6
17 57
Af:
17
Aflossingen
220
183
Afboekingen / faillissementen
214
422 434
Af:
605 -377
-588
Saldo per 31 december
822
1.199
Voorziening
431
720
391
479
Het verloop van de voorziening op de PSC lening was als volgt: 2013
Voorziening per 1 januari Bij:
Dotatie t.l.v. resultaat i.v.m. waardeveranderingen
2012
720 -74
1.351 -209
-74 Af:
Vrijval door desinvesteringen / afboekingen / faillissementen
-209
215
422 215
Saldo per 31 december
422 289
631
431
720
De dotatie aan de voorziening is in de winst- en verliesrekening verwerkt als onderdeel van het resultaat Pre Seed Capital Faciliteit. Een overzicht van de participaties en leningen u/g per 31 december 2013 is vermeld in de bijlagen.
86
Vlottende activa
6.
Vorderingen en overlopende activa 2013 Te vorderen subsidie inzake apparaatskosten Debiteuren Projecten Te ontvangen interest op liquide middelen Overige vorderingen
2012
54
102
581
617
1.025
636
486
582
39
178 2.185
2.115
Debiteuren Nominale waarde uitstaande vorderingen Af:
Voorziening oninbaarheid
592
686
11
69
Stand per 31 december
581
617
Projecten Food Future
108
69
AOP
690
337
European Regions for Innovative Productivity
146
146
72
75
9
9
NSSC Overige projecten Stand per 31 december
1.025
636
In de vorderingen en overlopende activa is een bedrag van € 482.188 begrepen, welke betrekking heeft op een periode langer dan één jaar (2012: € 435.822). Dit bedrag bestaat voornamelijk uit overlopende projecten en nog te ontvangen interest op liquide middelen.
87
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
7.
Liquide middelen Voor een verklaring van de mutatie van het saldo liquide middelen wordt verwezen naar het geconsolideerd kasstroomoverzicht. In de liquide middelen zijn de volgende deposito’s begrepen: Looptijd tot 12 maart 2012 16 januari 2013 17 januari 2014 14 februari 2014 8 september 2014 31 december 2014 31 december 2014 31 december 2014 31 december 2014 31 december 2014
2013 € 4,6 miljoen € 4,2 miljoen € 5,0 miljoen € 2,5 miljoen € 1,6 miljoen € 5,0 miljoen € 5,0 miljoen € 5,0 miljoen € 32,9 miljoen
2012 € 4,0 miljoen € 4,0 miljoen € 4,0 miljoen € 5,0 miljoen € 17,0 miljoen
De deposito’s zijn direct opeisbaar, evenals de liquide middelen. Het gemiddelde rendement op de liquide middelen bedraagt 1,6% (2012: 2,5%). 8.
Groepsvermogen Voor een toelichting wordt verwezen naar de toelichting op de vennootschappelijke balans.
Voorzieningen
9.
Voorzieningen Het verloop van de voorziening dienstjubilea in het verslagjaar was als volgt: 2013
Stand per 1 januari Bij: Af:
77
Dotatie ten laste van winsten verliesrekening
2
Jubileumuitkeringen
4
Stand per 31 december
2012
87 -3 7
-2
10
75
77
De voorziening dienstjubilea is gevormd ten behoeve van toekomstige uitkeringen inzake 10- en 20-jarige dienstjubilea. De voorziening is opgenomen voor de personeelsleden, welke voor de pensioendatum het jubileum kunnen halen. Daarbij is op basis van de leeftijd van de werknemers rekening gehouden met de kans dat het dienstverband voor het bereiken van 10- en 20 jarige jubileum wordt beëindigd. De voorziening is opgenomen voor het aan de verstreken dienstjaren toe te rekenen verplichting. Van de voorziening is een bedrag van € 1.853 als kortlopend (korter dan 1 jaar) aan te merken.
88
10.
Lening Provincie Drenthe (TAFF) De provincie Drenthe heeft een lening verstrekt aan de B.V. Drentse Participatie Maatschappij van maximaal € 4,0 miljoen, op te vragen in tranches van € 500.000 tot uiterlijk 31 december 2010. In 2011 is de tranche ontvangen, die eind 2010 is aangevraagd. De lening is verstrekt voor de uitvoering van het projectplan tijdelijke additionele financieringsfaciliteit. De rente bedraagt 4% en de aflossing zal uiterlijk in een keer op 31 december 2015 worden voldaan. Het verloop in het verslagjaar was als volgt: Er heeft geen mutatie plaatsgevonden in het verslagjaar.
11.
Kortlopende schulden 2013 Belastingen en sociale verzekeringen
2012
325
351
Reservering vakantietoeslag
105
105
Reservering vakantiedagen
106
95
Nog te betalen kosten
414
1.255
Projecten
363
660
Crediteuren
172
150
Pensioenen
8
8
170
170
Vooruit ontvangen subsidie Provincie Drenthe Overige schulden
70
61 1.733
2.855
In de kortlopende schulden is een bedrag van € 363.000 (2012: € 660.000) begrepen, zijnde de projecten welke mogelijk een looptijd langer dan 1 jaar hebben.
89
Financiële instrumenten
Algemeen
De NOM maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van financiële instrumenten die in de balans zijn opgenomen. De NOM handelt niet in deze financiële instrumenten en heeft procedures en gedragslijnen om de omvang van het kredietrisico bij elke tegenpartij of markt te beperken. Bij het niet-nakomen door een tegenpartij van aan de NOM verschuldigde betalingen blijven eventuele daaruit voortvloeiende verliezen beperkt tot de waarde van de desbetreffende posten.
Kredietrisico
De vorderingen uit hoofde van leningen zijn niet in overwegende mate geconcentreerd bij één of enkele participaties en overige ondernemingen. Bij deze leningen is sprake van een vast rentepercentage over de gehele looptijd. De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd. De onderneming heeft derhalve als beleid om geen afgeleide financiële instrumenten te gebruiken om (tussentijdse) rentefluctuaties te beheersen.
Renterisico
Marktwaarde
Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. De marktwaarde van de in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder leningen, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan.
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Claims
Tegen de onderneming en/of groepsmaatschappijen is een claim ingediend die door haar/hen worden betwist. Hoewel de afloop van deze geschillen niet met zekerheid kan worden voorspeld, wordt – mede op grond van ingewonnen juridisch advies – aangenomen dat deze geen nadelige invloed van betekenis zal hebben op de geconsolideerde financiële positie, anders dan waarvoor een voorziening is gevormd.
Optierechten
Bij een aantal participaties heeft de NOM aan medeaandeelhouders het recht van aankoop op de door de NOM gehouden aandelen verleend (call optie). Tevens heeft de NOM in sommige gevallen het recht bedongen haar aandelen aan medeaandeelhouders te kunnen verkopen (put optie). Het totaalbedrag van deze opties bedraagt ca. € 7,5 miljoen (2012: € 8,9 miljoen). De NOM heeft in 2013 geen verplichtingen bij verkoop van aandelen (2012: geen verplichtingen).
Garanties
90
Er zijn ultimo 2013 geen openstaande garanties meer.
Lease
Ultimo 2013 zijn voor 18 personenauto’s leasecontracten afgesloten. De restantverplichting op balansdatum betreft € 0,12 miljoen en daarvan heeft € 0,11 miljoen betrekking op het volgende boekjaar.
Huur
Voor het kantoorpand aan de Paterswoldseweg 810 te Groningen is per 1 november 2011 een huurovereenkomst aangegaan voor de duur van 3 jaar. De restantverplichting op balansdatum bedraagt ca. € 0,2 miljoen. De looptijd hiervan is korter dan 1 jaar.
per 31 december 2013
Toelichting op de geconsolideerde winst- en verliesrekening
bedragen x €1000,-
Opbrengsten
12.
Rente- en provisiebaten 2013
2012
Rente leningen u/g
2.517
2.613
Rente op liquide middelen
1.064
1.147
Provisies
58
156 3.639
3.916
13.
Ontvangen dividenden Gedurende het verslagjaar is € 3.948.097 aan dividenduitkering ontvangen (2012: € 5.280.621).
14.
Opbrengst commissariaten In 2013 had de NOM bij 9 participaties een zetel in de Raad van Commissarissen waarvoor een vergoeding in rekening is gebracht (2012: 8). De opbrengst in 2013 is lager vanwege het afboeken van oude, niet betaalde, nota’s.
15.
Resultaat verkopen participaties 2013
Af:
Bij:
2012
Gerealiseerde opbrengst verkopen participaties
719
7.118
Aanschafwaarde participaties
250
3.734
Vrijval voorziening
469
3.384
-
396
469
3.780
91
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
16.
Resultaat Stimuleringskredieten Dit betreft het saldo van de rente- en provisiebaten en de dotatie aan de voorziening van Stimuleringskredieten. De specificatie van deze post luidt als volgt: 2013 Ontvangen rente- en provisiebaten Dotatie voorziening nieuwe kredieten
2012
186
210
-152
-13 34
17.
197
Resultaat Pre Seed Capital Faciliteit Dit betreft het saldo van de rente- en provisiebaten en de dotatie aan de voorziening van financieringen uit hoofde van de Pre Seed Capital Faciliteit. De specificatie van deze post luidt als volgt: 2013 Ontvangen rente- en provisiebaten.
78
114
Opbrengst verkopen PSC
-70
10
Dotatie voorziening nieuwe kredieten
-57
357 -49
92
2012
481
18.
Ministerie van Economische Zaken De bijdrage van het Ministerie van Economische Zaken is een bijdrage in de exploitatie van het Ontwikkelingsbedrijf en bedraagt maximaal € 1.202.500 in 2013.
19.
Bijdrage Provincies en Gemeenten De provincies Groningen, Fryslân en Drenthe dragen in totaal € 561.500 bij in de exploitatie van het Ontwikkelingsbedrijf. Daarnaast dragen de provincies en gemeenten € 173.281 bij in de kosten van de regionale netwerken Groninger Bedrijfslocaties, Drentse Bedrijfslocaties, Netwerk Fryslân en CID.
20
Projectfinanciering De projectfinanciering bestaat uit de bijdrage van de provincies Groningen, Fryslân en Drenthe in het project Agrifood & BBE (€ 501.000) en Flinc NXT (€ 119.643). Daarnaast wordt de bijdrage van de Kamer van Koophandel in het Flinc NXT project (€ 150.000) hierin meegenomen.
Kosten
21
Opbrengst Detachering In 2013 zijn vier werknemers volledig gedetacheerd aan respectievelijk NPAL (1, t/m maart) en TCNN(3). De opbrengst van deze detachering bedraagt in totaal € 262.567.
22.
Diensten aan derden De diensten aan derden bestaan voornamelijk uit verricht projectmanagement voor derden.
23.
Personeelskosten In 2013 waren gemiddeld 39,3 FTE in dienst van de NOM, in 2012 waren dat gemiddeld 43,9 FTE. Alle personeelsleden waren werkzaam in Nederland. De personeelsomvang is als volgt te verdelen over de afdelingen: 2013
2012
Finance
10,3
10,3
Ontwikkelbedrijf
11,7
19,7
Projecten
7,4
2,4
Overhead (incl. administratie en communicatie)
9,9
11,5
39,3
43,9
De personeelskosten zijn als volgt te specificeren: 2013
Salarissen
2012
2.963
3.915
-660
-821
Sociale lasten
388
463
Pensioenlasten
551
606
Doorbelaste personeelskosten
Uitzendkrachten
14
26
Vergoeding woon-werk
28
25
151
213
Overige personeelskosten
3.435
4.427
93
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
Bezoldiging bestuurder en Raad van Commissarissen Bezoldiging bestuurder In onderstaande tabel is de bezoldiging (in €) van de bestuurder weergegeven: 2013 Belastbaar loon, incl. sociale premies
2012
166.825
170.963
Levensloop uitkering*
47.442
-
Pensioenbijdrage
46.144
Totaal
42.331 260.411
213.294
* Het opgebouwde tegoed in het kader van de levensloopregeling is in 2013 vrijgevallen in verband met de afschaffing van de levensloopregeling en de fiscale regeling die hiervoor in 2013 geldt. Het reguliere salaris van de directeur heeft geen wijzigingen ondergaan. De pensioenregeling betreft een middelloonregeling, uitgaande van pensionering op de 65-jarigeleeftijd. Er is geen systeem van prestatiebonussen van kracht. Bezoldiging commissarissen De bezoldiging van de commissarissen bedroeg in 2013 € 72.003 (2012: € 61.285). Ultimo 2013 waren 5 commissarissen aan de vennootschap verbonden (2012: 5). 24.
Overige kosten 2013
Algemene kosten
2012
1.070
1.337
Projectkosten
832
576
Overige kosten
16
54 1.918
1.967
Onder de algemene kosten worden onder meer de kosten van huisvesting, automatisering en public relations verantwoord. De projectkosten bestaan uit de onderzoeks- en beheerkosten van het Financieringsbedrijf, de acquisitiekosten van Investeringsbevordering en de kosten van Ontwikkeling & Innovatie. De overige kosten bestaan voornamelijk uit kosten voor VKF III.
94
25.
Saldo van dotaties aan de voorziening voor financiële vaste activa 2013
2012
Dotatie aan voorziening voor participaties
926
3.289
Dotatie aan voorziening voor vorderingen op participaties
1.028
530
Dotatie aan voorziening voor overige vorderingen
1.477
2.120
-
3
Dotatie voorziening dubieuze debiteuren m.b.t. participaties
3.431
5.942
Transacties met verbonden partijen Van transacties met verbonden partijen is sprake wanneer een relatie bestaat tussen de onderneming, haar deelnemingen en hun bestuurders en leidinggevende functionarissen. Er hebben zich geen transacties met verbonden partijen voorgedaan op niet zakelijke grondslag.
Toelichting op het geconsolideerd kasstroomoverzicht Toelichting op de kasstromen Het saldo liquide middelen van de NOM daalde gedurende het boekjaar 2013 met € 17,6 miljoen, tot € 51,3 miljoen, met name als gevolg van onze dividenduitkering t.h.v. € 20,0 miljoen. Daartegenover staat een ontvangst van € 3,9 miljoen aan dividenden en hebben enkele debiteuren hun leningen volledig afgelost. De operationele activiteiten laten een positieve kasstroom zien van € 11,8 miljoen.
95
Vennootschappelijke balans per 31 december 2013 bedragen x €1000,(voor resultaat bestemmming)
2013
Activa
2012
Financiële vaste activa Participaties 26 Vorderingen op participaties 27 Overige leningen u/g 28 Stimulerings- en innovatiekredieten 29 Pre Seed Capital Faciliteit 30 Deelnemingen 31 Vorderingen op deelnemingen 32
11.318
11.468
5.974
4.508
34
2.288
1.355
1.009
491
724
22.477
32.549
-
709 41.649
53.255
Vlottende activa Vorderingen en overlopende activa 33 Liquide middelen 34
2.155
2.135
36.512
52.358
Totaal activa Passiva
38.667
54.493
80.316
107.748
Eigen Vermogen Gestort en opgevraagd kapitaal 35
51.899
51.899
Overige reserves 36
16.161
32.007
2.396
4.154
Onverdeelde winst 37
70.456
88.060
75
77
9.785
19.611
80.316
107.748
Voorzieningen Personeelsvoorzieningen 38 Kortlopende schulden 39 Totaal passiva
96
Vennootschappelijke winst- en verliesrekening
2013
Resultaat uit deelnemingen Overige baten en lasten Resultaat voor en na belasting
2012
101
1.027
2.295
3.127 2.396
4.154
Toelichting behorende tot de enkelvoudige jaarrekening 2013 Algemeen
De enkelvoudige jaarrekening maakt deel uit van de jaarrekening 2013 van de onderneming. Ten aanzien van de enkelvoudige winst- en verliesrekening van de onderneming is gebruik gemaakt van de vrijstelling ingevolge artikel 2:402 BW. Voor zover posten uit de enkelvoudige balans en enkelvoudige winst- en verliesrekening hierna niet nader zijn toegelicht, wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde balans en winst- en verliesrekening.
Vergelijking met voorgaand jaar
De gehanteerde grondslagen van waardering, van resultaatbepaling en van presentatie zijn ongewijzigd ten opzichte van vorig jaar, zoals opgenomen in de toelichting behorende tot de geconsolideerde jaarrekening.
Grondslagen voor de waardering
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling De grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gelijk aan die voor de geconsolideerde balans en winst- en verliesrekening, met uitzondering van het volgende:
Grondslagen voor de waardering
Resultaat deelnemingen Het aandeel in het resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen omvat het aandeel van de onderneming in de resultaten van deze deelnemingen.
97
Toelichting op de vennootschappelijke balans per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
Activa Financiële vaste activa
26.
Participaties Het verloop van de participaties was als volgt: 2013 Verkrijgingswaarde per 1 januari
Bij:
Nieuwe participaties Uitbreidingen / conversies
2012
43.527
50.708
837
670
-
1.400 637
Af:
Faillissementen / afboekingen Vervreemde participaties
2.070
5.078
5.702
250
3.549 5.328
Nominaal bedrag per 31 december Af: Af:
98
Aanpassing i.v.m. inzicht *
9.251 -4.491
-7.181
39.036
43.527
-
4.541
Saldo per 31 december
39.036
38.986
Voorziening na aanpassing i.v.m. inzicht
27.718
27.518
11.318
11.468
Het verloop van de voorziening op de participaties was als volgt:
Voorziening per 1 januari Bij:
Dotatie t.l.v. resultaat i.v.m. waardeveranderingen
2013
2012
32.059
35.061
737
2.955 737
Af:
Vrijval door desinvesteringen / afboekingen / faillissementen
2.955
5.078
5.957 5.078
Voorziening per 31 december Af:
Aanpassing i.v.m. inzicht * Saldo per 31 december
5.957 -4.341
-3.002
27.718
32.059
-
4.541
27.718
27.518
* Ten einde het inzicht te vergroten zijn de saldi aangepast voor een aantal participaties waaruit op geen enkele wijze opbrengsten meer gerealiseerd kunnen worden.
99
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
27.
Vorderingen op participaties Dit betreffen converteerbare achtergestelde leningen verstrekt in combinatie met een participatie in het aandelenkapitaal. Het verloop van deze post was in het verslagjaar als volgt:
Nominaal bedrag per 1 januari Bij:
Nieuwe leningen
2013
2012
17.947
23.086
3.531
840
Uitbreiding leningen
495
862
Bijgeschreven rente
127
499 4.153
Af:
Aflossingen Herrubricering lening Doorplaatsing / conversie Afboekingen / faillissementen
2.201
1.559
2.355
93
-
-
184
5.146
4.801 6.798
Nominaal bedrag per 31 december Af:
Aanpassing i.v.m. inzicht * Saldo per 31 december
Af:
100
Voorziening na aanpassing i.v.m. inzicht
7.340 -2.645
-5.139
15.302
17.947
-
5.146
15.302
12.801
9.328
8.293
5.974
4.508
Het verloop van de voorziening op de vorderingen was als volgt:
Voorziening per 1 januari Bij:
Dotatie t.l.v. resultaat i.v.m. waardeveranderingen
2013
2012
13.439
16.607
1.035
835 1.035
Af:
Vrijval door desinvesteringen / afboekingen / faillissementen
835
5.146
4.003 5.146
Voorziening per 31 december Af:
Aanpassing i.v.m. inzicht * Saldo per 31 december
4.003 -4.111
-3.168
9.328
13.439
-
5.146
9.328
8.293
* Ten einde het inzicht te vergroten zijn de saldi aangepast voor een aantal participaties waaruit op geen enkele wijze opbrengsten meer gerealiseerd kunnen worden.
101
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
28.
Overige leningen u/g Dit betreft achtergestelde leningen aan bedrijven waarin de NOM niet participeert in het aandelenkapitaal. Het verloop van de participaties was als volgt:
Nominaal bedrag per 1 januari Bij:
2013
2012
11.257
17.289
Nieuwe leningen Uitbreiding leningen Bijgeschreven rente
1.320
859 1.320
Af:
859
Aflossingen
2.113
6.891
Afboekingen / faillisementen
5.285
7.398
Af:
6.891 -6.078
-6.032
Saldo per 31 december
5.179
11.257
Voorziening
5.145
8.969
34
2.288
Het verloop van de voorziening op de overige leningen u/g was als volgt: 2013
Voorziening per 1 januari Bij:
Dotatie t.l.v. resultaat i.v.m. waardeveranderingen
2012
8.969 1.461
7.055 1.914
1.461 Af:
Vrijval door desinvesteringen / afboekingen / faillissementen
1.914
5.285
5.285
Saldo per 31 december
-3.824
1.914
5.145
8.969
Een overzicht van de participaties en leningen u/g per 31 december 2013 is vermeld in de bijlagen.
102
29.
Stimulerings- en innovatiekredieten Voor een toelichting wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde balans.
30.
Pre Seed Capital Faciliteit Voor een toelichting wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde balans.
31.
Deelnemingen De deelnemingen in Venture Kapitaal Fonds II B.V., Venture Kapitaal Fonds III B.V., B.V. Drentse Participatie Maatschappij en Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. worden gewaardeerd tegen netto vermogenswaarde. Het verloop gedurende het boekjaar was als volgt: 2013
Stand per 1 januari Bij:
Resultaat deelnemingen Dividenduitkering VKFII Saldo per 31 december
2012
32.549
31.522
101
1.027
-10.173
22.477
32.549
103
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
32.
Vorderingen op deelnemingen Dit betreft een lening verstrekt aan Venture Kapitaal Fonds N-O Nederland B.V., welke medio 2007 door VKF II is overgenomen. De rente bedraagt 6% per jaar en zal worden bijgeschreven. Halverwege 2013 is deze lening volledig afgelost. Het verloop gedurende het verslagjaar was als volgt: 2013
Stand per 1 januari Bij:
Rente
Af:
Afboeking lening
709
33.
669
-
40
709
-709
40
-
709
Saldo per 31 december Vlottende activa
2012
Vorderingen en overlopende activa 2013 Vorderingen op groepsmaatschappijen Venture Kapitaal Fonds III B.V.
-
2012
287 -
Te vorderen van subsidiënten inzake apparaatskosten Debiteuren Projecten Te ontvangen interest op liquide middelen Overige vorderingen
287
54
102
581
617
1.025
636
456
315
39
178 2.155
1.848 2.155
104
2.135
34.
Liquide middelen Voor een verklaring van de mutatie van het saldo liquide middelen wordt verwezen naar het geconsolideerd kasstroomoverzicht. In de liquide middelen zijn de volgende deposito’s begrepen: Looptijd tot 12 maart 2012 16 januari 2013 17 januari 2014 14 februari 2014 8 september 2014 31 december 2014 31 december 2014 31 december 2014 31 december 2014 31 december 2014
2013 € 4,6 miljoen € 4,2 miljoen € 5,0 miljoen € 2,5 miljoen € 1,6 miljoen € 5,0 miljoen € 5,0 miljoen € 5,0 miljoen € 32,9 miljoen
2012 € 4,0 miljoen € 4,0 miljoen € 4,0 miljoen € 5,0 miljoen
€ 17,0 miljoen
De deposito’s zijn direct opeisbaar evenals de overige liquide middelen. Het gemiddelde rendement op de liquide middelen bedraagt 1,6% (2012: 2,5%). Passiva Eigen vermogen
35.
Gestort en opgevraagd kapitaal Aandelen A nominaal € 453,78
39.941
Preferente aandelen B nominaal € 453,78
11.958 51.899
De verdeling van het aandelenkapitaal per 31 december 2013 is als volgt: Staat der Nederlanden
99,97 %
Provincie Groningen
0,01 %
Provincie Fryslân
0,01 %
Provincie Drenthe
0,01 % 100,00 %
105
per 31 december 2013 bedragen x €1000,-
36.
Overige reserves Het verloop in het verslagjaar is als volgt:
Saldo begin boekjaar Bij:
Winstbestemming: resultaat voorgaand jaar
2013
2012
32.007
13.945
4.154
-1.325 4.154
Af:
Dividenduitkering
Af:
Wettelijke toevoeging bestemmingsreserve Europese gelden n.a.v. terugkerende middelen Saldo per 31 december
Bij:
106
Vrijval bestemmingsreserve Europese gelden n.a.v. terugkerende middelen
-1.325
20.000
-
430 20.000
430
16.161
12.190
-
19.817
16.161
32.007
37.
Onverdeelde winst Het verloop in het verslagjaar is als volgt: 2013
Stand per 1 januari
4.154
-1.325
Af:
Winstbestemming
4.154
-1.325
Bij:
Resultaat boekjaar
2.396
4.154
Saldo per 31 december Voorzieningen
2012
-1.758
5.479
2.396
4.154
38.
Personeelsvoorzieningen Voor een toelichting wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde balans.
39.
Kortlopende schulden 2013
2012
Belastingen en sociale verzekeringen
325
352
Reservering vakantietoeslag
105
105
Reservering vakantiedagen
106
95
Nog te betalen kosten
414
1.255
Projecten
363
661
Crediteuren
136
115
24
48
8
8
Overige schulden Pensioenen Rekening courant VKF II + VKF III
8.304
16.972 9.785
19.611
107
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen
Claims
Optierechten
Garanties
Bij een aantal participaties heeft de NOM aan medeaandeelhouders het recht van aankoop op de door de NOM gehouden aandelen verleend (call optie). Tevens heeft de NOM in sommige gevallen het recht bedongen haar aandelen aan medeaandeelhouders te kunnen verkopen (put optie). Het totaalbedrag van deze opties bedraagt ca. € 7,4 miljoen (2012: € 8,8 miljoen). Er zijn ultimo 2013 geen openstaande garanties meer.
Lease
Ultimo 2013 zijn voor 18 personenauto’s leasecontracten afgesloten. De restantverplichting op balansdatum betreft € 0,12 miljoen en daarvan heeft € 0,11 miljoen betrekking op het volgende boekjaar.
Huur
Voor het kantoorpand aan de Paterswoldseweg 810 te Groningen is per 1 november 2011 een huurovereenkomst aangegaan voor de duur van 3 jaar. De restantverplichting op balansdatum bedraagt ca. € 0,2 miljoen. De looptijd hiervan is korter dan 1 jaar.
403-verklaring
108
Tegen de onderneming is een claim ingediend die door haar wordt betwist. Hoewel de afloop van deze geschillen niet met zekerheid kan worden voorspeld, wordt – mede op grond van ingewonnen juridisch advies – aangenomen dat deze geen nadelige invloed van betekenis zal hebben op de geconsolideerde financiële positie.
Inzake alle 100% geconsolideerde deelnemingen is een 403-verklaring afgegeven.
Toelichting op de vennootschappelijke winst- en verliesrekening
Het resultaat uit deelnemingen betreft het saldo van de resultaten van Venture Kapitaal Fonds II B.V., Venture Kapitaal Fonds III B.V., B.V. Drentse ParticipatieMaatschappij en Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V..
Groningen, 25 april 2014 Directie Raad van Commissarissen Drs. S. Jansen R.P. Prins (voorzitter) Mr. H. Bosma A.M.J. Vogd J.E. de Vries R. Rabbinge
109
5.
Overige gegevens
Aan: de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van N.V. NOM, Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland Controle verklaring
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag op pagina 67 tot en met 110 opgenomen jaarrekening 2013 van N.V. NOM, Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland te Groningen gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december 2013 en de geconsolideerde en enkelvoudige winst-en-verliesrekening over 2013 en de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de directie De directie van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). De directie is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de onafhankelijke accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de onafhankelijke accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de vennootschap. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de directie van de vennootschap gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is
110
om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van N.V. NOM, Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Groningen, 25 april 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
Drs. H.J. Kruisman RA
Statutaire winstbestemmingsregeling en winstbestemming 2013
De directie stelt voor om, in overeenstemming met de winstbestemmingsregeling opgenomen in artikel 24 van de statuten, de winst van 2013 ad € 2.396.099 toe te voegen aan de overige reserves.
111
112
BIJLAGEN
NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NO RSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG AGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN N ARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVER 2 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLA OM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAA G 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NO RSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG AGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN N ARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVER 2 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLA OM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAA G 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NO RSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG AGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN N ARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVER 2 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLA OM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAA G 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NO RSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG AGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLAGEN N ARVERSLAG 2013 BIJLAGEN NV NOM JAARVER 2 BIJLAGEN NV NOM JAARVERSLAG 2013 BIJLA
Bijlage 1 Verklarende woordenlijst Afkortingen
Belangrijkste indicatoren
114
a.p.
Arbeidsplaatsen (in Full Time Equivalents)
AvA
Algemene Vergadering van Aandeelhouders
AWVN
Algemene Werkgeversvereniging VNO-NCW
AZ
Algemene Zaken
BBE
Biobased Economy
BBRA
Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren
BD
Business Development
CID
Current Investor Development
ECSPP
European Chemical Site Promotion Platform
FDI
Foreign Direct Investment
FTE
Full-time equivalent
GRI
Global Reporting Initiative
KvK
Kamer van Koophandel
MBO/MBI
Management Buy-Out/Management Buy-In
MKB
Midden- en Kleinbedrijf
MVO
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
NFIA
Netherlands Foreign Investment Agency
NOM
NV NOM - Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord Nederland
NVP
Nederlandse Verenigingen voor Participatiemaatschappijen
OR
Ondernemingsraad
plv.
plaatsvervangend
PSC
Pre Seed Capital
RIS
Research and Innovation Strategy
RvC
Raad van Commissarissen
VNO-NCW
Verbond van Nederlandse Ondernemingen - Nederlands Christelijk Werkgeversverbond
VS
Verenigde Staten
Arbeidsplaatsen, behouden
Arbeidsplaatsen die zijn behouden bij bedrijven in de regio, door samenwerking met onder andere de NOM. Dit wordt vastgesteld op basis van confirmation letters van de betreffende ondernemingen waarin zij dit verklaren.
Arbeidsplaatsen, nieuw/gecreëerd
Arbeidsplaatsen die zijn gecreëerd doordat bedrijven in de regio zijn uitgebreid, dan wel doordat bedrijven zich in de regio hebben gevestigd, door samenwerking met onder andere de NOM. Dit wordt vastgesteld op basis van confirmation letters van de betreffende ondernemingen waarin zij dit verklaren. Bij de gecreëerde arbeidsplaatsen wordt uitgegaan van een tijdspanne van 3 jaar.
Innovatie-impuls
De totale projectkosten van gefinancierde projecten, gebaseerd op projectvoorstellen, subsidiebeschikkingen en/of confirmation letters van betrokken partijen
Investeringen, direct
Investeringen door bedrijven ter hoogte van het gefinancierde bedrag, waarbij Flinc heeft meegewerkt aan de totstandkoming van de financiering.
Investeringen, indirect
Investeringen ter hoogte van de aanvullende financiering, die in dezelfde financieringsronde is gerealiseerd als de directe investeringen.
Manjaren arbeid in ontwikkel- Een inschatting die gebaseerd is op uitgangspunten dat de projecten projectkosten uit 80% personele kosten bestaan en de kosten (incl. opslagen) van een FTE € 150.000 per jaar bedragen. (Berekening: 80% van de totale projectkosten/€ 150.000= aantal manjaren)
Begrippen
Uitzettingen
Uitstroom van kasmiddelen als gevolg van verstrekken lening en/of deelname in aandelenkapitaal
Aangegane verplichtingen
Voorstellen tot financiering die zijn goedgekeurd, maar waarvan het aandelen kapitaal en/of de lening nog niet is uitgezet.
Aanjaagfonds
Fonds waaruit zakelijke achtergestelde leningen tussen de € 50.000 en € 200.000 worden verstrekt aan kansrijke, jonge bedrijven opererend binnen de Topsectoren of provinciale speerpunten (chemie, creatieve industrie, energie, high tec systems, logistiek, life sciences, tuinbouw, agrifood, water, biobased economy, sensortechnologie en healthy ageing.)
Agrifood/BBE
Clusterorganisatie Agrifood en netwerkorganisatie Biobased Economy Inmiddels wordt daarvoor de naam Greenlincs gebruikt
Belanghebbenden
Financiers, partijen betrokken in het bedrijfsmodel en partijen waarvoor de toegevoegde waarde van belang is
Biobased Economy
De overgang van een economie die draait op fossiele grondstoffen naar een economie die draait op biomassa als grondstof; het gebruik van biomassa voor niet-voedsel toepassingen.
Circulaire Economie
Een economisch systeem dat bedoeld is om herbruikbaarheid van producten en grondstoffen te maximaliseren en waarde vernietiging te minimaliseren.
Cluster(organisatie)
Een cluster is een nieuwe, niet–traditionele structuurbenadering, waarbij clusters een grote verwantschap hebben met projectgroepen.
Confirmation letters
Verklaringen van ondernemingen dat de NOM heeft bijgedragen aan het realiseren van arbeidsplaatsen, investeringen en/of innovatieve projecten
Corporate Governance
Aanduiding van hoe een onderneming goed, efficiënt en verantwoord geleid moet worden alsmede het afleggen van verantwoording over het gevoerde beleid richting belanghebbenden waaronder de eigenaren (aandeelhouders), werknemers, afnemers en de samenleving als geheel
Cross-over
De samenhang tussen topsectoren onderling en speerpunten
Financieringsketen
Financiering vanaf vroegefasefinanciering en aanjaagfinanciering tot groei- en overnamefinanciering 115
116
Flinc NXT
Een project met als doel het actief speuren naar innovatieve startups in hun vroege fase om hen te helpen bij het vervolmaken van hun ondernemingsplan en het leggen van de juiste contacten, waaronder met potentiele investeerders.
Greenlincs
De clusterorganisatie Agri&Food/BBE; met als doel om alle ketenpartijen uit Noord-Nederland in de agro & foodsector te helpen innoveren in de richting van een sterke biobased regio
Groei & Overnamefonds
Fonds waaruit een financiering wordt verstrekt voor een bedrag van tussen de € 200.000,- en € 2.500.000,-, wat bestaat uit een combinatie van aandelenkapitaal en achtergestelde lening.
Innovatiefonds
Fonds voor de financiering van innovatieve ideeën leidend tot een vermarktbaar product
Investeringsbevordering
Het acquireren van (buitenlandse) bedrijven en het voor de regio behouden van gevestigde bedrijven
Ketenpartner
Een organisatie die onderdeel uitmaakt van een aaneenschakeling van opeenvolgende activiteiten van verschillende organisaties, vanaf ‘grondstof’ tot ‘eindproduct’, waarbij de alle organisaties waarde toevoegen.
Management Buy-In
Een overname waarbij een bedrijf of unit wordt gekocht door managers van buiten de onderneming, die vervolgens zelf de leiding over de onderneming nemen.
Management Buy-Out
Een overname waarbij een bedrijf of unit wordt uitgekocht door het zittende management
Materialiteitsmatrix
Matrix waarin het relatieve belang van de materiële aspecten op de belanghebbenden en de organisatie inzichtelijk wordt gemaakt
Materiële duurzaamheidsaspecten
De duurzaamheidsaspecten die de economische, sociale en milieu impact van de organisatie weergeven, dan wel de aspecten die de beoordeling en beslissing van de belanghebbenden beïnvloeden.
Mezzaninelening
Een achtergestelde lening van maximaal € 1,5 miljoen, die verstrekt kan worden voor nieuwe investeringen of groei, in samenwerking met andere financiers en de bank.
Niet gouvernementele organisaties
Een organisatie die onafhankelijk is van de overheid en zich op een of andere manier richt op een verondersteld maatschappelijk belang. Over het algemeen gaat het om organisaties die werken aan het bevorderen van milieubescherming, gezondheid, ontwikkelingswerk of het bevorderen van mensenrechten
NOM Business Development
De NOM afdeling die bedrijven en kennisinstellingen met de juiste competenties bij elkaar brengt om projecten uit te voeren die moeten leiden tot het omzetten van een zorgt plannen of ideeën in innovatieve producten, diensten of IP, maakt.
NOM Finance
De NOM afdeling, die ondernemingen wil laten groeien door financiering te verstrekken aan kansrijke ondernemingen in Noord-Nederland in de vorm van aandelenkapitaal en/of achtergestelde leningen.
NOM fonds
Totale fonds van de NOM, bestaande uit het aanjaagfonds en groei- en overnamefonds
NOM Foreign Direct Investment
De NOM afdeling die als kerntaak het acquireren en begeleiden van (nieuwe) investeerders in Noord-Nederland heeft.
Pre Seed Capital
Financiering idee- en planfase starters/vroegefasefinanciering
One-tier bestuursstructuur
Eén orgaan waarin de leiding van de rechtspersoon in handen is van uitvoerende bestuurders en het toezicht op de leiding door niet uitvoerende bestuurders verenigd zijn.
Ontwikkelbedrijf
Het ontwikkelbedrijf bestaat uit de afdelingen Foreign Direct Investment en Business Devlopment
Prestatie-indicatoren
Variabelen om prestaties van ondernemingen te meten en analyseren.
Provinciale fondsen
Fondsen, gefinancierd door de provincies, waaruit financieringen worden verstrekt aan bedrijven in de betreffende provincie
Raad
Raad van Commissarissen
Revolverendheid fonds
Het in stand houden van de koopkracht van het fonds
Toegevoegde waarde
De uiteindelijke doelstelling van een investering of een project in de vorm van bijvoorbeeld additionele omzet van de betrokken ondernemingen
Topsectoren
De sectoren waarin Nederland uitblinkt, die nog sterker gemaakt kunnen worden: water, agrifood, tuinbouw, high tech systems, life sciences, chemie, energie, logistiek en creatieve industrie.
Topsectorenbeleid
Het beleid van de overheid dat er op gericht is om de negen topsectoren waarin Nederland wereldwijd uitblinkt, nog sterker te maken. Om dat te bereiken, gaan overheid, bedrijfsleven, universiteiten en onderzoekscentra samen werken aan kennis en innovatie.
Uitbreidingsvoorstellen
Voorstel voor aanvullende financiering van een bedrijf waaraan de NOM reeds een financiering heeft verstrekt.
Verankering
Activiteiten van de NOM, in samenwerking met gemeenten, die er voor zorgen dat bedrijven die plannen hebben om een vestiging te sluiten of de activiteiten te verplaatsten anaar vestigingen buiten de regio, toch in de regio blijven
Vroegefasefinanciering
Financiering idee- en planfase starters/vroegefasefinanciering
Waardeketen
Een aaneenschakeling van opeenvolgende activiteiten van verschillende organisaties, vanaf ‘grondstof’ tot ‘eindproduct’, waarbij de alle organisaties waarde toevoegen.
Werkgelegenheid, direct
Werkgelegenheid bij bedrijven die zich mede dankzij onze medewerking in Noord Nederland hebben gevestigd
117
Bijlage 2 GRI inhoudsopgave (‘In accordance’ - Core) Algemene standaard informatievoorziening Pagina
118
Strategie en analyse
G4-1
Verklaring directie /rvc over de relevantie van duurzame ontwikkeling voor de organisatie en haar strategie
p.10
Organisatieprofiel
G4-3
Naam organisatie
p.2/p.12
V
G4-4
Producten en diensten
p.12
V
G4-5
Locatie hoofdkantoor
p.12
V
G4-6
Landen waarin actief
p.12
V
G4-7
Eigendomsstructuur en rechtsvorm
p.14
V
G4-8
Afzetmarkten
p.12
V
G4-9
Omvang organisatie
p.15
V
G4-10
Samenstelling personeelsbestand
p.16
V
G4-11
Percentage medewerkers dat onder CAO valt
p.17
V
G4-12
Waardeketen
p. 19-25
V
G4-13
Significante organisatorische wijzigingen
p.17/p.24
V
G4-14
Toepassing Precautionary Principle
p.18
V
G4-15
Extern geformuleerde duurzaamheidsprincipes en initiatieven die de organisatie onderschrijft/toepast
p.18
V
G4-16
Lidmaatschap van verenigingen (zoals brancheverenigingen en/of nationale/internationale belangenorganisaties
p.18
V
Materialiteit en Afbakening
G4-17
Basis verslaggeving dochters/samenwerkingsverbanden
p.36-37
V
G4-18
Proces bepaling inhoud en afbakening verslag
p.31
V
G4-19
Identificatie materiële aspecten vanuit proces bepaling inhoud van het verslag
p.33-34
V
G4-20
Materiële aspecten voor de organisatie
p.33-34
V
G4-21
Materiële aspecten voor de omgeving
p.33-34
V
G4-22
Gevolgen herformuleringen
p.37
V
G4-23
Significante wijzigingen t.a.v. reikwijdte en afbakening t.o.v. vorige verslagperiodes
p.37
V
Betrokkenheid belanghebbenden
G4-24
Lijst van betrokken belanghebbenden
p.26-27
V
G4-25
Selectie van belanghebbenden
p.26
V
G4-26
Benadering van belanghebbenden
p.26-27
V
G4-27
Reactie organisatie op onderwerpen/vraagstukken die naar voren zijn gekomen door betrokkenheid belanghebbenden
p.28-29
V
V
Algemene standaard informatievoorziening Pagina
Grondslagen voor verslaggeving
G4-28
Verslagleggingsperiode
p.36
V
G4-29
Datum voorgaande verslag
p.36
V
G4-30
Verslaggevingscyclus
p.36
V
G4-31
Contactgegevens
p.36
V
G4-32
GRI tabel
p.38/p.116-119
V
G4-33
Beleid en huidige praktijk m.b.t. externe Assurance
p.38
V
Governance
G4-34
Governance structuur
p.65
Ethiek en Integriteit
G4-56
Waarden en normen van de organisatie
p.18
V V
V = Volledig aan voldaan
Er heeft geen accountantscontrole op de algemene standaard informatievoorziening plaatsgevonden.
119
Specifieke standaard informatievoorziening Specifieke indicatoren gerelateerd aan de materiële aspecten
Pagina
Reden Ommissie
Economisch EC-1
EC-2
Economische Waarden die gegenereerd en gedistribueerd zijn
V p.41/p.68-112
Risico’s en kansen als gevolg p.42 van klimaatverandering
EC-3
Dekking pensioenverplichting
p.17
EC-4
Significante financiële steun van een overheid
p.41
p. 41 Uitzettingen p. 48 Investeringen p. 55 Innovatie-impuls p. 60
Economische waarde creatievan bedrijven niet meetbaar
EC-8
Significante indirecte economische impact
V V V V
Sociaal: Arbeidsomstandigheden LA-1
Totale personeelsbestand en verloop
p.16/p43
LA-4
Arbeidsvoorwaarden
p.17
LA-6
Letsel, beroepsziekten, uitvaldagen en verzuimcijfers
p.44
LA-9
Gemiddeld aantal uren dat een medewerker besteed aan opleidingen
p.44
LA-11
LA-12
Percentage medewerkers dat wordt ingelicht omtrent prestatie- en loopbaanontwikkeling
V V D D
V p.43
Samenstelling van bestuurs- p.16 lichamen en onderverdeling medewerkers per categorie, naar geslacht, leeftijdsgroep, het behoren tot een bepaalde minderheidsgroep
D
Sociaal: Mensenrechten HR-3
Totaal aantal gevallen van p.18 discriminatie binnen de organisatie en getroffen maatregelen
D
Sociaal: Maatschappij SO-6
SO-8
120
Totale waarde van financiële Geen en in-natura- bijdragen aan politieke partijen, politici en gerelateerde instellingen per land Monetaire waarde van signi- Geen ficante boetes en totaal aantal niet-monetaire sancties wegens het niet naleven van wet- en regelgeving
V
V
Specifieke standaard informatievoorziening Specifieke indicatoren gerelateerd aan de materiële aspecten
Pagina
Reden Ommissie
Sociaal: productverantwoordelijkheid PR-3
PR-9
Beleid ten aanzien van klanttevredenheid, met inbegrip van resultaten van onderzoeken naar klanttevredenheid
De NOM houdt één keer in de drie jaar een klanttevreden-heidsonderzoek. Het laatste onderzoek heeft plaatsgevonden in 2010.
V
V
Monetaire waarde van sig- Geen nificante boetes wegens het niet naleven van wet- en regelgeving betreffende de levering en het gebruik van producten en diensten
EN-1
Gebruik materialen
p.45
EN-3
Energieverbruik in de orga p.45 nisatie
EN-11
Operationele sites in eigendom, gehuurd of beheerd, die aan beschermde gebieden en gebieden met een hoge biodiversiteit buiten beschermde gebieden grenzen.
Geen
EN-17
Andere directe en indirecte emissie van broeikassen naar gewicht (CO2 wagenpark)
p.45
EN-22
Lozingen
Geen
EN-29
Monetaire waarde van sigGeen nificante boetes en niet-monetaire sancties wegens het niet naleven van milieuwet en -regelgeving
Milieu V V V
V
V
V = Volledig aan voldaan D = Deels aan voldaan
Er heeft geen accountantscontrole op de specifieke standaard informatievoorziening plaatsgevonden.
121
Bijlage 3 Participaties en leningen Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
122
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
%
2009
1
&Talent B.V., Groningen Achtergestelde lening
Het aanbieden van producten en diensten voor talentontwikkeling www.entalent.nl
10
2004
2
ABS Beheer B.V., Veendam Achtergestelde lening
Leverancier van hydraulische componenten en de productie en revisie van hydraulische cylinders en aggregaten www.abshydro.nl
41
2007
3
Alu-Bouw Fryslân B.V., Franeker Achtergestelde lening
Productie en verkoop van aluminiumdelen op grote luxe pleziervaartuigen www.alubouwfryslan.nl
10
2009
4
Anome B.V., Haren Aandelen
Het valoriseren van het octrooi dat gebruikt wordt bij elementen voor bijvoorbeeld dijkaanleg en -verzwaring www.anome.nl
6,0%
1
2009
5
Anome Projects B.V., Haren Aandelen Achtergestelde lening
Het engineeren van, en de handel in elementen die gebruikt worden bij dijkaanleg en -verzwaring. Deze zogenaamde Ground Consolidator elementen worden ingezet bij het uitvoeren van innovatieve projecten in deze sector www.anomeprojects.nl
6,0%
1
2010
6
Applied Polymer Innovations Emmen B.V., Emmen Achtergestelde lening
Ontwikkeling en productie van high-end (biobased) polymeer producten www.api-institute.com
19
2008
7
AS Pol B.V., Bruntinge Achtergestelde lening
Handelsmaatschappij die zich hoofdzakelijk bezig houdt met import en export www.polbv.nl
1
2009
8
Autotrust Europe B.V., Assen Aandelen Achtergestelde lening
Verstrekker van garanties op gebruikte auto’s www.autotrust.nl
30,0%
Aantal werknemers
17
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
%
Aantal werknemers
2008
9
Baron-de Boer Beheer B.V., Marum Aandelen Achtergestelde lening
Teelt en verkoop van champignons www.baronchampignons.nl
35,0%
81
2010
10
Benaulim B.V., Assen Aandelen
Online catalogus waarin verzamelaars en handelaren hun objecten kunnen bijhouden en verhandelen. Veilingplatform voor verzamelobjecten www.catawiki.com
19,5%
46
2004
11
Bioclear Holding B.V., Groningen Achtergestelde lening
Adviesbureau op het gebied van milieu en duurzame bio technologie dat technologisch advies combineert met implementatie en advies www.bioclear.nl
2006
12
BioMethanol Chemie Holding B.V., Farmsum Aandelen Achtergestelde lening
Productie van en handel in biomethanol www.biomcn.eu
2013
13
Bosma Transport & Opslag B.V., Heerenveen Achtergestelde lening
Specialist op het gebied van transport, op- en overslag van gevaarlijke stoffen www.bosma-logistiek.nl
2011
14
Bright Vision Entertainment Holding B.V., Leeuwarden Achtergestelde lening
Uitgeven van diverse dvd/blueray titels en series (muziek- en beelddragers) www. brightvisionentertainment.nl
2009
15
Conoship International B.V., Groningen Aandelen
Ingenieursbureau voor scheepsontwerpen en -aanpassingen. Broker voor reders en werven www.conoship.com
35
24,9%
97
21
2
15,0%
13
123
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
2010
16
DairyTuner B.V., Coevorden Achtergestelde lening
Het leveren van meetsystemen t.b.v. het meten en verwerken van data van aan- en afvoer van voer en andere stromen in de dierhouderij www.dairytuner.com
2004
17
Data B. Mailservice Holding B.V., Leek Aandelen
Printen, couverteren en verzenden van mailingen i.c.m. dienst-verlening op het gebied van digitale databewerking en
%
Aantal werknemers 2
31,0%
64
-beheer www.datab.nl
124
2008
18
Datacenter Fryslân B.V., Leeuwarden Achtergestelde lening
Datacenter www.dcf.nl
2013
19
Donker Holding B.V., Sneek Achtergestelde lening
Hoveniersbedrijf www.donkergroen.nl
2011
20
Drenthe Tours Holding B.V., Assen Achtergestelde lening
(Bemiddeling bij) verhuur van autobussen en touringcars en georganiseerde reizen www.drenthetours.nl
2009
21
Dutch Theatre Systems & Services B.V., Groningen Aandelen Achtergestelde lening
Het ontwikkelen, leveren, installeren, inspecteren en onderhouden van machines, constructies en besturingssystemen voor podia en theatertoepassingen www.dts-2.com
2011
22
Dynaplak Adhesive and Starches B.V., Veendam Achtergestelde lening
Ontwikkeling en productie van kleefstoffen en zetmeelderivaten voor industriële toepassingen www.dynaplak.nl
11
503
46
45,0%
19
6
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
e embrace change
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
%
Aantal werknemers
2011
23
Embrace SBS B.V., Groningen Achtergestelde lening
Ontwikkelen en leveren van Social Business Software en het begeleiden van bedrijven die m.b.v. deze software de transitie willen maken naar een eigentijdse vorm van samenwerking www.embracesbs.com
1993
24
Emslandermeer B.V., Vlagtwedde Aandelen Lening
Bungalowpark in de zuidoostpunt van Groningen. Beschikt over bungalows die aan het water of bosrand staan en een 9-holes golfbaan www.emslandermeer.nl
2010
25
Energy Developments Holding B.V., Groningen Achtergestelde lening
EnerGQ is een systeem dat in staat is om, op basis van realtime analyse, het teveel aan energieverbruik in de bedrijfsvoering te signaleren en te communiceren www.energq.com
6
2010
26
G.H. Welles Holding B.V., Appelscha Achtergestelde lening
De productie en verkoop van hout en houtproducten www.welleshout.nl
1
2011
27
Geo Plus Holding B.V., Scheemda Aandelen
Bureau voor geodesie, hydrografie en verhuur van surveyschepen (zeebodemonderzoek) www.geoplus.nl
37,5%
36
2005
28
Global Environmental Solutions B.V., Joure Aandelen Achtergestelde lening
Ingenieursbureau en projectrealisatie van biogas-, water- en luchtreinigingssystemen www.dirksemilieutechniek.com
25,0%
32
1989
29
Groningen Airpark Eelde B.V., Eelde Aandelen
Bedrijvenpark
22,2%
1
10
33,8%
55
125
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
2002
30
GVZ Europark Coevorden-Em- Ontwikkeling en exploitatie lichheim GmbH, Coevorden van het grensoverschrijdend Aandelen bedrijventerrein Europark Coevorden-Emlichheim www.gvz-europark.eu
2010
31
Hanggo B.V. , Tynaarlo Achtergestelde lening
Productontwikkeling, productie en vermarkting van een innovatief ophangsysteem www.hanggo.eu
2010
32
Harlinger Kalkzandsteenfabriek Holding B.V., Rotterdam Aandelen
Het produceren en verkopen van kalkzandsteen en het ontwikkelen van technologie terzake
2013
33
Hei-Tech B.V. , Emmen Achtergestelde lening
Ontwikkeling, productie, assemblage en verkoop van systemen waarbij warm afvalwater wordt gebruikt om vers aan te voeren water voor te verwarmen www.hei-tech.nl
2008
34
Hennepverwerkingsbedrijf
Verwerking van hennepstro tot natuurvezels en hennephout waarbij gebruik wordt gemaakt van een nieuwe generatie scheidingstechnieken
9,0%
6
Dun Agro B.V., Oude Pekela Aandelen
126
Aard van het bedrijf
% 41,3%
Aantal werknemers 1
1
4,7%
1
12
2013
35
Hoitsema Beheer B.V. , Groningen Aandelen Achtergestelde lening
Etikettendrukkerij www.hoitsema.nl
49,0%
80
2012
36
Homemade Holding B.V., Roden Aandelen Achtergestelde lening
Ontwikkeling, productie en verkoop van thuisbakmixen www.homemade-bakmixen.nl
25,0%
18
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
Visual relevance
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
%
Aantal werknemers
2007
37
Inlicence B.V., Hoogeveen Achtergestelde lening
Innovatief engineeringbureau dat zich onder andere richt op het ontwikkelen van oplossingen op transportgebied. Daarnaast biedt Inlicence B.V. diensten aan voor het implementeren van SAP business one voor het engineering-to-order proces www.maxgross.nl
2005
38
Interwell Holding B.V., Assen Aandelen Achtergestelde lening
Technische dienstverlening op het terrein van aardolie- en gaswinning www.interwell.eu
2009
39
Iwebination Group B.V., Groningen Achtergestelde lening
Het faciliteren van een digitale leeromgeving voor onderwijs en bedrijfsleven www.iwebination.nl
3
2009
40
Jorritsma Holding B.V., Giethoorn Achtergestelde lening
Franchise organisatie welke advies geeft en begeleidt bij de aanleg en exploitatie van Pitch&Putt Golf vestigingen www.pitch-putt.nl
9
2009
41
Jouwstraat.nl, Zuidbroek Achtergestelde lening
Het ontwikkelen, in stand houden en exploiteren van een website waarop buren, straat- en wijkgenoten contact met elkaar kunnen leggen en onderhouden www.jouwstraat.nl
1
2007
42
Kalooga B.V., Groningen Aandelen Achtergestelde lening
Technologieleverancier voor het ontsluiten van databases met afbeeldingen voor nieuws websites, en het doorzoeken van internet voor specifieke doeleinden www.kalooga.nl
2
45,9%
35,2%
1
12
127
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
128
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
%
Aantal werknemers
2013
43
Kampen Mechanical Group B.V. , Hoogezand Aandelen Achtergestelde lening
Specialist op het gebied van leidingsystemen en alle toebehoren rondom leidingsystemen zoals pompen en andere installaties. www.kampencare.com
2004
44
Kiadis Pharma B.V., Groningen Een pharmaceutisch productAandelen ontwikkelingsbedrijf met een focus op kanker die een brede productportfolio heeft met producten in verschillende fasen van klinische ontwikkeling. Het hoofdproduct van Kiadis Pharma is in ontwikkeling om het uitvoeren van ‘mismatched’ beenmergtransplantaties mogelijk te maken voor bloedkankerpatiënten www.kiadis.com
2010
45
KLS Netherlands B.V., Hoogeveen Achtergestelde lening
Ontwikkeling, productie en verkoop van medicijn uitleverautomaten www.klsnetherlands.nl
36
2010
46
Km-Engineering / Liquid Filtration Systems V.o.F., Klazienaveen Achtergestelde lening
Ontwikkeling, productie en verkoop van filters en filterapparatuur voor industriële toepassingen www.lfs-kme.com
15
2010
47
KWIC Holding B.V., Zuidbroek Achtergestelde lening
Verbeteren kwaliteit van de zorg m.b.v. ICT, gericht op patiëntveiligheid gecombineerd met sensortechnologie www.kwic.nl
2
2013
48
Led Light Europe B.V. , Leeuwarden Achtergestelde lening
Handel in en ontwikkeling en verkoop van Ledproducten www.ledlighteurope.com
9
45,0%
114
4,3%
20
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
%
Aantal werknemers
2007
49
Living Foods B.V., Leeuwarden Innovatie en unieke producten Achtergestelde lening op het vlak van nutriënten en teelt- en verbouwmethoden www.livingfoods.nl
1
2012
50
Longbloom B.V., Zuidlaren Achtergestelde lening
Ontwikkeling, productie en verhuur van boeketten van gestabiliseerde bloemen www.longbloom.com
1
2011
51
Metsens B.V., Assen Achtergestelde lening
Eenvoudig en goedkoop energie monitoring systeem voor vastgoedbeheerders, woningcorporaties en het bedrijfsleven, waarmee een ‘slimme meterkast’ wordt gecreëerd www.metsens.nl
8
2004
52
Miedema Holding B.V., Winsum (FR) Aandelen
Het ontwikkelen, produceren en verkopen van machines gericht op het planten, het transport en het inschuren van aardappels www.miedema.com
40,0%
111
2007
53
Mucosis B.V., Groningen Aandelen Achtergestelde lening
Ontwikkeling van een nieuwe technologie om vaccins mucosaal (via de neus of de mond) toe te dienen www.mucosis.com
22,8%
10
2012
54
MXR V.o.F., Midlaren Achtergestelde lening
Ontwikkeling productie en verkoop van vernieuwde en geavanceerde lijn röntgenaccessoires voor paardendierenartsen; het Podoblock www.mxr.nl
1994
55
Nedmag Industries Mining and Manufacturing Holding B.V., Veendam Aandelen
Productie van dead burned magnesia en andere producten op basis van magnesiumhoudend zout www.nedmag.nl
50,0%
149
2007
56
No Noises Holding B.V., Sneek Aandelen Achtergestelde lening
Producent van akoestische materialen www.cellisolatie.nl
20,0%
1
3
129
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
130
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
%
Aantal werknemers
2012
57
Nomadis B.V., Hoogeveen Achtergestelde lening
Ontwikkelen, produceren en verkopen van schaftwagens, specials, polyester aanhangwagens en het fungeren als toeleverancier van polyester halffabricaten www.nomadis.nl
35
2010
58
NovaTrade B.V., Groningen Achtergestelde lening
Inkoop, productie en verkoop van insectenwering www.novatrade.nl
9
2008
59
Orteq Ltd., Londen Aandelen
Ontwikkeling, productie en vermarkting van bioafbreekbaar meniscusmateriaal, dat zowel stevig als poreus is www.orteq.com
4,2%
6
2011
60
Paragon Products Holding B.V., Veendam Aandelen Achtergestelde lening
Productie en verkoop van hondensnacks www.paragondogchews.com
25,0%
31
2011
61
Pipe Proteq B.V., Emmen Achtergestelde lening
Pipe Proteq heeft de Threadprotector ontwikkeld, waarmee de schroefdraad van boorpijpen wordt beschermd tijdens transport en opslag. Met de Threadprotector kan het bevestigen en ontkoppelen sneller en milieuvriendelijker gebeuren pipeproteq.nl
2000
62
Polyganics Holding B.V., Groningen Aandelen
Onderzoek naar en ontwikkelen en vervaardigen van handel in (bio)medische applicaties en (bio)materialen op basis van bioresorbeerbare synthetische polymeren www.polyganics.nl
23,2%
44
1976
63
Prins Holding N.V., Dokkum Aandelen Achtergestelde lening
Beheersmaatschappij
79,2%
3
3
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
%
Aantal werknemers
2008
64
Professionele Distributiegroep B.V., Leeuwarden Achtergestelde lening
Het ontwikkelen en leveren van computersoftware www.prodist.nl
18
2009
65
Proflex Containermeten B.V., Groningen Achtergestelde lening
Het gasmeten en gasvrij maken van import zeecontainers www.containermeten.nl
3
2010
66
Punt Licenties B.V., Dokkum Achtergestelde lening
Dwaaldetectie- en monitorsysteem op basis van actieve RFID waar tevens verschillende bodysensoren in zijn verwerkt www.repoint.nl
12
2005
67
R&G Beveiliging B.V., Wolvega Achtergestelde lening
Verkopen van elektronische beveiligingsapparatuur en -systemen aan bedrijven en particulieren, alsmede onderhoud daarvan en serviceverlening www.rengbeveiliging.nl
5
2012
68
Refona Holding B.V., Westerbork Achtergestelde lening
Ontwikkelen en leveren van roofmijt als biologische bestrijder van bloedmijt www.refona.nl
2
2009
69
Resato Industries Holding B.V., Roden Aandelen
Ontwikkeling, productie en levering van technische producten, met name waterstraal snijmachines, meet- en regelapparatuur, controle- en testinstallaties www.resato.nl
2007
70
Ritinimara B.V., Zuidlaren Achtergestelde lening
Exploitatie van hotels / restaurants www.hethotel.nl
23
2007
71
Rovecom Holding B.V., Hoogeveen Achtergestelde lening
Rovecom ICT stelt zich ten doel om een bijdrage te leveren aan het verbeteren van de bedrijfsresultaten van haar relaties. Rovecom ondersteunt die relaties met advies, begeleiding en een breed pakket aan automatiseringsdiensten. www.rovecom.nl
49
15,0%
72
131
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
2009
72
SenzAir B.V., Groningen Achtergestelde lening
Vervaardiging van producten en hulpmiddelen voor het meten van uitgeademde gassen alsmede het geven van adviezen op dat gebied www.senzair.nl
2010
73
Smart Dutch B.V., Groningen Aandelen
Ontwikkeling, productie en verkoop van systemen voor het op afstand uitlezen van meters voor onder meer gas, water en electra www.smartdutch.nl
20,0%
1
2002
74
Smit Sappemeer Beheer B.V., Sappemeer Aandelen Achtergestelde lening
Het kweken, veredelen en verhandelen van sierteeltproducten www.smitkwekerijen.nl
40,3%
175
2006
75
Solenne B.V., Groningen Aandelen
Een chemie-gebaseerd bedrijf, dat zich richt op de ontwikkeling, productie en verkoop van een familie moleculen die hun toepassing vinden als semi conductor in plastic zonnecellen en andere plastic elektronica toepassingen en als antioxidant in huidverzorgingsproducten www.solennebv.com
9,7%
5
2009
76
Stabi Alert B.V., Groningen Achtergestelde lening
Ontwikkelen en vermarkten van hoekmeting en trilllings apparatuur www.stabialert.nl
8
1995
77
Strating Beheer B.V., Oude Pekela Achtergestelde lening
Producent van gebakken strengperssteen in diverse kleurnuanceringen www.strating.nl
21
2010
132
78
Students Media B.V. (h.o. TTA World), Groningen Achtergestelde lening
Aanbieder van tools aan organisaties om tijdig en aansprekend met talentvolle en passende studenten in contact te komen www.tta-world.com
%
Aantal werknemers 1
1
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
%
Aantal werknemers
2013
79
Suldrun B.V. , Assen Achtergestelde lening
Ontwikkeling en levering van kleding en online diensten ten behoeve van de sport, dans en de fitnessbranche www.byours.nl
10
2009
80
Supermailservice V.o.f., Hoogeveen Achtergestelde lening
Verzorgen van post- en pakketbezorging, aangevuld met optimale dienstverlening tegen een gunstige prijs/ kwaliteit verhouding www.supermailservice.nl
5
2010
81
Syntri B.V., Hoogeveen Achtergestelde lening
Leverancier van MKB-bedrijfssoftware en webapplicaties www.syntri.nl
8
2007
82
TCN SIG Telehousing B.V., Groningen Achtergestelde lening
Datacenters Eemshaven en Zernike www.tcndatahotels.com
7
2010
83
Terra Leisure Group Holding B.V., Grou Achtergestelde lening
Ontwikkelen, produceren en vermarkten van lucht- en schuimgevulde producten. www.terraleisuregroup.com
5
2008
84
Thazza B.V., Haulerwijk Aandelen
Het aanbieden van oplossingen voor de verkrijging van tickets en andere producten en diensten voor mobiele telefoons www.thazza.mobi
45,0%
1
1994
85
Tjaarda Oranjewoud B.V., Oranjewoud Aandelen
4-sterren hotel/restaurant met vergader- en congresfaciliteit www.tjaarda.nl
39,1%
80
2011
86
VCN B.V., Leek Achtergestelde lening
Het verspanen van soorten staal, roestvast staal, aluminium, koper en messing, gespecialiseerd in complexere delen met nauwe toleranties www.vcnbv.nl
1992
87
Vergnes Holding B.V., Leeuwarden Aandelen
Houdstermaatschappij
45
25,0%
1
133
Participaties NOM Pre Seed Capital Participaties Venture Kapitaal Fonds III B.V. Participaties Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V. Participaties B.V. Drentse Participatie Maatschappij
Sinds
#
Naam en vestigingsplaats
Aard van het bedrijf
2009
88
VIA Drupsteen B.V., Sneek Achtergestelde lening
Ondersteunen van ruimtelijke ontwikkelingsprocessen door middel van visualisaties www.viadrupsteen.nl
25
2010
89
Vleems Holding B.V., Emmen Achtergestelde lening
Exploitatie van een bakkerij en de productie en handel van gemaksvoedingsproducten www.vleemsfood.nl
63
2010
90
Web-Based Entertainment Media B.V., Groningen Aandelen
De website Songa maakt gebruik van een techniek die het mogelijk maakt om bepaalde onderdelen binnen de webpagina van content te veranderen, terwijl andere delen actief blijven www.songa.nl
23,1%
2
2005
91
Wireless Value Beheer B.V., Emmen Aandelen
Het ontwikkelen en produceren van draadloze sensorsystemen in RF netwerken met centrale data bewerking en ontsluiting op afstand www.wirelessvalue.nl
15,0%
9
2010
92
WorkCity B.V., Sneek Aandelen
Het ontwikkelen, onderhouden en exploiteren van een website op het gebied van werving en selectie www.workcity.nl
30,0%
1
2012
93
WS Kalsbeek Holding B.V., Tynaarlo Aandelen Achtergestelde lening
Dienstverlener op het gebied van water en lucht, onder te verdelen in drie kernactiviteiten: Waterbehandeling, Legionella en VGM (Veiligheid, Gezondheid en Milieu). www.kalsbeek.net
49,1%
49
2011
94
Zorg Office Nederland B.V., Stadskanaal Achtergestelde lening
ZON heeft kennis van en ervaring met administratieve processen in de zorgsector en wil zorgaanbieders maximaal ondersteunen in deze processen www.zorgofficenederland.nl
Het aantal persoonlijke leningen per 31 december 2013 bedraagt: 9
134
%
Aantal werknemers
6
Bijlage 4 Profielschets van de leden van de Raad van Commissarissen
Vastgesteld op 18 november 2005 Het publiekprivate werkterrein van de NOM dient tot uitdrukking te komen in de samenstelling van de Raad van Commissarissen. De Raad moet bestaan uit personen die voldoende ervaring en kennis hebben om de kwaliteit van de directie in alle opzichten te kunnen beoordelen. De Raad opereert als team waarbij elk van de leden zich laat leiden door de belangen van de onderneming. De Raad dient te bestaan uit personen met waardering voor disciplines anders dan de hun eigen In de Raad dient ten minste expertise en ervaring in de volgende deelterreinen vertegenwoordigd te zijn: • Algemeen management • Financieel-economisch management • Sociaal beleid • Commercie en marketing • De regionale gemeenschap en het regionale bedrijfsleven • De publieke sector op nationaal niveau • De publieke sector op regionaal niveau • Inzicht in de positie van Staatsdeelnemingen • Inzicht in (relevante) juridische aangelegenheden. De samenstelling van de Raad wordt in eerste instantie bepaald op basis van benodigde expertise en ervaring. Daarbij wordt gestreefd naar een evenwichtige verdeling van de zetels tussen mannen en vrouwen in de Raad (minimaal 30% van de zetels bezet door mannen en minimaal 30% bezet door vrouwen). In 2013 heeft de directeur een nieuwe profielschets opgesteld, welke in 2013 door de Raad van commisarissen is goedgekeurd en in 2014 door de algemene Vergadering van Aandeelhouders moet worden vastgesteld. Leden R.P. Prins (1950)
Mr. H. Bosma (1943)
Voorzitter. Benoemd in 2005 op voordracht van het Ministerie van Economische Zaken Herbenoeming: april 2010 Einde termijn: april 2014 Bestuur/Adviescollege: Voorzitter RvT ROC De Leijgraaf, Lid RvC Brabant Wonen, Voorzitter RvC BioConnection Benoemd in 2005 op voordracht van het Ministerie van Economische Zaken Herbenoeming: april 2011 Einde termijn: april 2015 Bestuur/Adviescollege: Lid Raad voor de Volksgezondheid en Zorg, Voorzitter RvT Nictiz, President Commissaris PI Investments, Lid RvA Sociale Verzekeringsbank
135
A.M.J. Vogd (1946)
Benoemd in 2006 op aanbeveling van de provincie Groningen. Herbenoeming: april 2011 Einde termijn: april 2015 Functie : Algemeen directeur VESTA Meubelgroep B.V. Bestuur/Adviescollege: Honorair Consul voor de Bondsrepubliek Duitsland in de provincies Groningen en Drenthe, Voorzitter stichting Meubelboulevard Groningen, Voorzitter Vereniging Meubelboulevards Nederland, Voorzitter RvT Topform, Lid instellingsadviesraad Alfa-College , Lid RvT ZINN, Lid RvA Stichting Oude Groninger Kerken, Voorzitter RvA Ondernemersfonds gemeente Groningen
J.E. de Vries (1956)
Benoemd in 2007 op aanbeveling van de provincie Fryslân. Herbenoeming: april 2012 Einde termijn: april 2016 Functie : Directeur Schansborgh Investeringsmaatschappij Bestuur/Adviescollege: Lid RvC Koninklijke Dekker Hout Groep, Lid RvC Oosterhof Holman Infra en Milieu, Voorzitter RvC Itho Daalderop, Lid RvC TBI Holdings.
R. Rabbinge (1946)
Benoemd in 2012 op aanbeveling van de provincie Drenthe. Einde termijn: april 2016 Bestuur/Adviescollege: Plv. voorzitter Commissie voor de Milieu Effect Rapportage, Emeritus Universiteitshoogleraar Duurzame Ontwikkeling en Voedselzekerheid en adviseur RvB, Adviseur Samenwerkende Noord Nederlandse provincies voor Agribusiness, Special Envoy Food Security Ministerie van EZ, Lid CvT Samenwerkingsverband Noord-Nederland, Lid Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, Lid van RvA Planbureau voor de Leefomgeving, Voorzitter Bestuur Carbohydrate Competence Center, directeur Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen, Lid van CvT Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Voorzitter Commissie voor de Veen-Koloniën, Lid van Bestuur SER Noord Nederland, Lid RvB Alliance for a Green Revolution in Africa, Erelid RvB International Soil Fertility Development Centre, Voorzitter Stichting Onderzoek Wereldvoedsel-voorziening, President Virtual Fertilizer Research Centre, Voorzitter International Advisory Board Chinese Academy of Agricultural Sciences, Erelid Board Bibliotheca Alexandria Egypte, Vice-chairman Global Research Alliance. Benoemings- en remuneratiecommissie, Leden: Mr. H. Bosma (voorzitter), R.P. Prins Alle commissarissen hebben de Nederlandse nationaliteit.
136
Bijlage 5 Profielschets van de directie
Drs. S. Jansen (1957)
Mr. G. Buiter (1962)
Functie: Herbenoeming: Bestuursfuncties:
Algemeen Directeur (per 1 maart 2007) per 1 maart 2011 Voorzitter RvC Rabobank N.O. Friesland, Voorzitter Stichting Stadsschouwburg de Harmonie, Voorzitter RVT LIMIS, Voorzitter RVT Zienn
Functie: Plaatsvervangend directeur, Manager Financieringen (per 1 september 2009) Bestuursfuncties: Lid Raad van Toezicht Stichting BMD Advies Noord-Nederland Leek, Voorzitter stichting Assagioli Haren
137
NV NOM INVESTERINGS- EN ONTWIKKELINGSMA SCHAPPIJ VOOR NOORD-NEDERLAND NV NOM I STERINGS- EN ONTWIKKELINGSMAATSCHAPPIJ R NOORD-NEDERLAND NV NOM INVESTERINGSONTWIKKELINGSMAATSCHAPPIJ VOOR NOORDERLAND NV NOM INVESTERINGS- EN ONTWIKKE GSMAATSCHAPPIJ VOOR NOORD-NEDERLAND N OM INVESTERINGS- EN ONTWIKKELINGSMAATS PPIJ VOOR NOORD-NEDERLAND NV NOM INVES INGS- EN ONTWIKKELINGSMAATSCHAPPIJ VOO ORD-NEDERLAND NV NOM INVESTERINGS- EN O WIKKELINGSMAATSCHAPPIJ VOOR NOORD-NED AND NV NOM INVESTERINGS- EN ONTWIKKELIN AATSCHAPPIJ VOOR NOORD-NEDERLAND NV N INVESTERINGS- EN ONTWIKKELINGSMAATSCHA VOOR NOORD-NEDERLAND NV NOM INVESTERIN EN ONTWIKKELINGSMAATSCHAPPIJ VOOR NOO NEDERLAND NV NOM INVESTERINGS- EN ONTW ELINGSMAATSCHAPPIJ VOOR NOORD-NEDERLA NV NOM INVESTERINGS- EN ONTWIKKELINGSMA SCHAPPIJ VOOR NOORD-NEDERLAND NV NOM I STERINGSONTWIKKELINGSMAATSCHAPPIJ N.V. NOMEN Investeringsen Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland Bezoekadres Paterswoldseweg 810, 9728 BM Groningen R NOORD-NEDERLAND NV NOM INVESTERINGSPostadres Postbus 424, 9700 AK Groningen ONTWIKKELINGSMAATSCHAPPIJ VOOR NOORD521 44NOM 44 F (050) 521 44 00 E
[email protected] I www.nom.nl EN ONTWIKKE ERLANDT (050) NV INVESTERINGSGSMAATSCHAPPIJ VOOR NOORD-NEDERLAND N
Bijlage bij agendapunt 10 1. Algemeen NOM N.V.. is de regionale ontwikkelingsmaatschappij voor de provincies Drenthe, Fryslân en Groningen en heeft als missie dat zij de permanente katalysator wil zijn van economische ontwikkelingen in Noord-Nederland. Daarbij neemt zij als uitgangspunt het vastgestelde economisch beleid van de drie provincies en het Ministerie van Economische Zaken. Profielschets Raad van Commissarissen (RvC) NOM N.V. NOM N.V. spant zich maximaal in om bij te dragen aan de economische ontwikkeling van de Noord-Nederlandse economie door de inzet van haar menskracht, kennis en ervaring en het haar toevertrouwde kapitaal. NOM N.V. richt zich op internationalisering, kennisintensivering, vernieuwing en verduurzaming van de economie in Noord- Nederland. Het samen met het bedrijfsleven, de overheden en onderwijs- & kennisinstellingen creëren van optimale ontwikkelingscondities voor het MKBbedrijfsleven in Noord-Nederland is daarbij leidend. NOM N.V. richt zich op drie kerntaken: Innovatie (business development), Marketing & Acquisitie (foreign investment) en Risicofinanciering. De activiteiten bestaan uit het initiëren van projecten en programma’s om de concurrentiekracht van MKB-bedrijven te versterken, clustervorming, participatie in business developmentprojecten door consortia van bedrijven en kennisinstellingen, het aantrekken en verankeren van vestigingen van buitenlandse ondernemingen in NoordNederland en het risicodragend deelnemen in bedrijven. Dit alles gericht op topsectoren en regionale speerpunten. NOM N.V. richt zich op economische kansen op de langere termijn en vervult de daarvoor benodigde brugfunctie tussen overheid, bedrijfsleven en kennis-/onderwijsinstellingen op professionele wijze. Er is een Raad van Commissarissen (RvC) die de toezichtfunctie uitoefent. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AvA) van NOM N.V. heeft, gehoord de RvC en de Directie, de gewenste samenstelling en omvang van de RvC vastgesteld, alsmede een profiel geschetst van de kennis en ervaring van individuele commissarissen. Deze profielschets wordt door de AvA tenminste eenmaal per vier jaar geëvalueerd en getoetst aan maatschappelijke ontwikkelingen, evenals aan eventuele strategische veranderingen bij NOM N.V..
2. Taak en verantwoordelijkheid RvC De RvC houdt toezicht op het beleid van de Directie en de algemene gang van zaken binnen de vennootschap en de aan haar verbonden ondernemingen. De RvC staat de Directie met raad en advies ter zijde. De RvC houdt eveneens toezicht op de naleving van de interne procedures die door de Directie zijn vastgesteld voor het opstellen van het jaarverslag, de jaarrekening, de kwartaal- en/of halfjaarcijfers, het risicomanagement, het integriteitsbeleid (waaronder het voldoen aan Europese en nationale regelgeving) en ad hoc financiële informatie. Bij het vervullen van hun taak richten de commissarissen zich op de belangen van NOM N.V..
3. Omvang RvC a. De RvC is samengesteld uit vijf natuurlijke personen; b. Lid van de RvC kunnen niet zijn: - Bestuurders van – en/of personen in dienst van een van de aandeelhouders; - Bestuurders van – en/of personen in dienst van een organisatie die anderszins direct belanghebbende is bij NOM N.V.; - Personen in dienst van NOM N.V. of een van NOM N.V. afhankelijke vennootschap; c. Commissarissen worden benoemd voor een periode van vier jaar. Herbenoeming voor één periode van vier jaar is mogelijk. 1
4. Kennis en vaardigheden 4.1. Inhoudelijke kwaliteiten Voor een juiste vervulling van zijn taken dient de Raad, gespreid over zijn leden, te beschikken over kennis, vaardigheden en (internationale) ervaring betreffende: - het functioneren van de private kapitaalmarkt (w.o. venture capital, fondsen) en van (complexe) financiële processen in het algemeen; - regionale, nationale en Europese economische ontwikkelingen, meer specifiek rondom (cross-sectorale) innovaties in het bedrijfsleven, valorisatie van kennis en het ontwikkelen van businesskansen, alsmede van marketing & acquisitie (inclusief verankering van buitenlandse ondernemingen); - alle aspecten van moderne bedrijfsvoering van not-for-profit-organisaties op het grensvlak van overheid en bedrijfsleven (w.o. strategievorming, leidinggeven, business control, ICT, HRM, medezeggenschap); en goed bekend te zijn met: - het functioneren van regionale, rijks- en Europese overheidsorganisaties, alsmede van onderwijs- en kennisinstellingen. Daarnaast is belangrijk dat commissarissen over een relevant netwerk beschikken en vertrouwd zijn met de kerntaken van NOM N.V.. en het bedrijfsleven in Noord-Nederland. Tevens is van belang dat de Raad beschikt over inzicht in de positie van overheidsdeelnemingen in brede zin en in daaraan gerelateerde juridische aangelegenheden. Concreet betekent dit dat binnen de RvC ten minste de volgende kwaliteiten aanwezig moeten zijn: 4.1.a. Algemeen management Deze kwaliteit is met name van belang voor het profiel van de voorzitter van de RvC. Hij1 dient ruime ervaring te hebben opgedaan met het ondernemen en managen van bedrijfsorganisaties in concurrentie met derden en is bij voorkeur als lid/voorzitter Raad van Bestuur van een (middel) grote onderneming in Nederland werkzaam (geweest). Hij dient over een uitstekend strategisch inzicht te beschikken en in staat te zijn de reikwijdte van de te nemen beslissingen op de onderneming en het betrokken personeel goed in te schatten evenals het effect van beslissingen op de posities van bij NOM N.V. betrokken stakeholders. Op basis van zijn brede ervaring en zijn (internationale) netwerk van contacten is hij in staat een controlerende, faciliterende en coachende rol te spelen in het frequente contact met de directeur. 4.1.b. Kennisvalorisatie Het functioneren van NOM N.V. op het scheidsvlak van overheid en bedrijfsleven vergt adequate kennis van (cross-sectorale) innovatieve ontwikkelingen, clustervorming en valorisatie van kennis (kennis, kunde, kassa). De op dit gebied deskundige commissaris(sen) heeft/hebben op dit aandachtsgebied bij voorkeur een actieve rol (vervuld) en is/zijn tevens bekend met de regionale en (inter)nationale economische ontwikkelingen op dit terrein. 4.1.c. Financiële deskundigheid Dit aandachtsgebied wordt binnen de RvC ingevuld door een (of meer) commissaris(sen) die ruime ervaring heeft/hebben in een verantwoordelijke financiële functie in het bedrijfsleven en die de wereld van de venture capitalists van binnenuit kent/kennen. 4.1.d. Overheidsorganisaties Een van de commissarissen is goed bekend is met de werking en inrichting van overheidsorganisaties op regionaal en nationaal niveau. Hij beschikt over een brede maatschappelijke ervaring en heeft een goed ontwikkeld gevoel voor politieke processen. Ervaring met en kennis van het Europese (financieel-economische) beleid en de regelgeving van de Europese Commissie strekt tot aanbeveling.
1
‘Hij’ kan ook gelezen worden als ‘zij’. 2
4.2. Persoonlijke kwaliteiten Iedere commissaris dient over de volgende eigenschappen te beschikken: - Hij is een analytisch denker en tot een goede oordeelsvorming in staat; hij is in staat om de hoofdlijnen van het totale beleid van NOM N.V. te beoordelen. - Hij beschikt over voldoende tijd om op adequate wijze toezicht te houden op het beleid van de directie en de algemene gang van zaken bij NOM N.V.. - Hij is zo nodig bereid door middel van bijscholing zijn kennis die nodig is voor het goed uitoefenen van zijn functie actueel te houden. - Hij is in staat de directie met (een positief kritisch) advies ter zijde te staan bij de voorbereiding en de uitvoering van beleid. - Hij is in staat om ten opzichte van de andere leden van de RvC en de directie onafhankelijk en kritisch te opereren. - Hij is in staat in de uitoefening van zijn toezichthoudende taak aan de hoogste eisen van onafhankelijkheid (geen onverenigbare belangen, posities of relaties) te voldoen. De commissaris dient bij zijn toezichtfunctie iedere schijn van belangenverstrengeling te vermijden. - Hij is in staat om zich te laten leiden door het belang van NOM N.V. en de met haar verbonden onderneming(en), zijn taak te vervullen zonder mandaat en zich niet te committeren aan een bepaald deelbelang met voorbijgaan aan andere betrokken belangen. - Hij is in staat om, in overleg met de andere commissarissen bij ontstentenis van de directie maatregelen te nemen om in de leiding van NOM N.V. te voorzien. - Hij is integer en zorgvuldig en heeft een sterk normbesef. - Hij is bereid tot het afleggen van (transparante) verantwoording. Hierbij gaat het niet alleen om de aandeelhouders, maar ook meer in het algemeen om maatschappelijke verantwoording. 4.3. Voorzitterschap De voorzitter beschikt tevens over zodanige eigenschappen dat hij leiding kan geven aan de RvC en de AvA. Daarnaast is hij in staat een inspirerende coachende rol te vervullen in de relatie met de directie. Tevens is hij in staat – indien gewenst - een intermediaire rol te vervullen tussen NOM N.V. en haar aandeelhouders en haar subsidieverstrekkers/participanten. 5. Overig Er is sprake van een goede onderlinge vertrouwensrelatie, zodat de RvC als college kan functioneren en zijn verantwoordelijkheden kan nemen. NOM N.V. – hoewel niet vallend onder de Nederlandse Code voor goed ondernemingsbestuur – volgt de onderhavige code in het kader van het staatsdeelnemingenbeleid. De RvC ziet toe op een juiste toepassing van en verantwoording over de Code. Bij een voordracht of (her)benoeming van een lid van de RvC vindt toetsing plaats of aan het geheel van uitgangspunten van deze profielschets en de gewenste samenstelling wordt voldaan. De RvC streeft naar een gemengde samenstelling, onder meer met betrekking tot geslacht en leeftijd. Op initiatief van de voorzitter van de RvC vindt eenmaal per jaar een evaluatie van het functioneren van de RvC plaats.
Algemene Vergadering van Aandeelhouders, 25 april 2014
3
Individuele profielen Op basis van de gewenste kennis, ervaring en deskundigheden die nodig is om als raad als geheel toezicht te houden op de werkterreinen van NOM N.V. zijn individuele profielen opgesteld. Deze profielen bestaan uit een aantal specifieke eisen ten aanzien van kennis en vaardigheden. Individuele leden van de raad beschikken over een combinatie van een aantal van deze eisen dusdanig dat alle werkterreinen van NOM N.V. door de voltallige Raad van Commissarissen zijn afgedekt. Alle commissarissen beschikken over een relevant netwerk en zijn vertrouwd met de kerntaken van NOM N.V. en het regionale bedrijfsleven in Noord-Nederland. Zij zijn vanuit de eigen expertise in staat verbinding te leggen met de andere werkterreinen van NOM N.V., hebben oog voor en affiniteit met het maatschappelijke karakter van de bedrijfsdoelstelling en de publieke status van de aandeelhouders. Profiel President-Commissaris De President-Commissaris is verantwoordelijk voor het collegiaal functioneren van de RvC. Hij vervult een proactieve rol in zijn adviserende en ondersteunde taak richting de directie en geeft leiding aan de vergaderingen van de RvC en de AvA. Tevens vervult hij –indien gewenst– een intermediaire rol tussen NOM N.V. en haar aandeelhouders en subsidiënten/participanten. Hij initieert de jaarlijkse evaluatie van de RvC en de directie. De president-commissaris is een vooraanstaand (ex)ondernemer die met charisma en vanuit natuurlijk gezag partijen en publieke belangen weet te verbinden. Hij beschikt over een algemeen management en bedrijfsmatig profiel met nadruk op financieel-economische disciplines. In zijn ervaringsprofiel komen meerdere velden samen: ondernemerschap, (internationale) ervaring met economische ontwikkelingen, ervaring met bedrijfsfinanciering, innovatie, marketing, commercie, maar ook bekendheid met gemeenten en provincie en publiek-private samenwerkingen. Voor de President-Commissaris worden de volgende kenmerken van belang geacht: - vooraanstaand en integer (ex)ondernemer met voortreffelijke reputatie; - ruime ervaring in het bedrijfsleven, zowel nationaal als internationaal, als lid of voorzitter Raad van Bestuur van (middel) grote onderneming; - visie op regionale en nationale economische ontwikkeling in relatie tot macro-economische trends, overheidsbeleid, activiteiten van marktpartijen en rol en kerntaken van NOM N.V.; - kennis van regionale economische ontwikkelingen in Noord-Nederland en relevant (internationaal) netwerk; - kennis van alle aspecten van het ondernemingsbeleid (w.o. strategievorming, algemeen management, financiën, business control, marketing en commercie); - goede kennis van corporate governance en meer specifiek gevoel voor het samenspel tussen aandeelhouders, bestuur en RvC vanuit ieders wettelijke verantwoordelijkheden; - ervaring met het acteren op diverse niveaus in het openbaar bestuur en een goed gevoel voor politieke verhoudingen; - kennis van bestuurlijke besluitvormingsprocessen en scherp strategisch en bedrijfseconomisch inzicht om reikwijdte van genomen beslissingen in te kunnen schatten; - op basis van ervaring en netwerk goed in staat klankbord te zijn voor de directie; - in staat om de rol van voorzitter van de raad op een adequate wijze te vervullen, onder andere door een natuurlijk overwicht, bestuurlijke ervaring en gevoel voor belangentegenstellingen; - inspirerend en verbindend leider; - onpartijdig en onafhankelijk in opstelling en oordeelsvorming.
4
Profiel Innovatie & Business Development Dit profiel vraagt van de kandidaat kennis van regionale, nationale en Europese economische ontwikkelingen, meer specifiek rondom (cross-sectorale) innovaties in het bedrijfsleven, valorisatie van kennis en onderzoeksresultaten (van kennis naar kunde naar kassa). Voor het profiel Innovatie & Business Development worden de volgende kenmerken van belang geacht: - ruime en brede ervaring als ondernemer of directeur met Innovatie & Business Development c.q. ervaring met het in de markt zetten van nieuwe producten, diensten en/of bedrijven; - is op de hoogte van ontwikkelingen op het gebied van research & development in het algemeen; - betrokkenheid bij innovaties met maatschappelijke meerwaarde op de genoemde terreinen; - visie op en ervaring met open innovatie, co-creatie en allianties over sectoren heen; - ervaring met kennisintensieve en resultaatgerichte samenwerkingsverbanden tussen bedrijven, kennisinstellingen en overheden; - is op de hoogte van regionale, nationale en Europese innovatieprogramma’s; - kennis en ervaring op gebied van research & development, business development en kennisvalorisatie, in het bijzonder binnen de industrie.
Profiel Bedrijfsfinancieringen & Venture Capital Dit profiel vraagt van de kandidaat kennis en ervaring op het gebied van financiën in het algemeen en van bedrijfsfinancieringen en het functioneren van de private kapitaalmarkt (w.o. venture capital, fondsen) in het bijzonder. Voor het profiel Bedrijfsfinancieringen & Venture Capital worden de volgende kenmerken van belang geacht: - ruime ervaring als financieel directeur of CFO op directie of bestuursniveau; - kennis en inzicht in vraagstukken betreffende de financiële continuïteit van een onderneming; - ervaring op het gebied van participaties en investeringen en kennis van de wereld van venture capital; in het bijzonder ervaring met ‘early stage’ financiering; - kennis en ervaring met het inrichten, structureren, organiseren en controleren van fondsen; - visie op economische innovatie en ketensamenwerking; - kennis en ervaring van risicomanagement en portefeuillemanagement; - vanuit de RvC aanspreekpunt kunnen zijn voor NOM-Finance en adviezen kunnen geven over investering, beheer of exit strategieën.
Profiel Marketing & Acquisitie Dit profiel vraagt van de kandidaat kennis en ervaring op het gebied van internationale marketing en/of (strategische) acquisitie, bij voorkeur opgedaan als verantwoordelijk directeur in een (middel)grote onderneming. Voor het profiel Marketing & Acquisitie worden de volgende kenmerken van belang geacht: - ruime ervaring als directeur van een internationaal opererende (middel)grote onderneming, bij voorkeur in een van de beleidsprioriteiten van de provincies; - commerciële ervaring en instelling; - kennis van trends in internationale investeringsstromen, visie op strategische acquisitie; - adviezen kunnen geven over marketing- en acquisitie strategieën.
5
Bijlage bij agendapunt 11
Voorstel voor de voordracht en (her)benoeming van leden RvC 1. De Raad van Commissarissen stelt een profielschets voor zijn omvang en samenstelling vast, rekening houdend met de aard van de onderneming, de activiteiten en de gewenste deskundigheid en achtergrond van de commissarissen. De vaststelling van de profielschets en iedere wijziging daarvan behoeft de goedkeuring van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. 2. Commissarissen worden op voordracht van de Raad van Commissarissen benoemd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. De voordracht door de Raad van Commissarissen dient te bestaan uit ten minste twee personen. 3. Voor de vervulling van vacatures wordt een 'openbare procedure' gehanteerd. De vacature zal tijdens in tenminste één landelijk dagblad en op de website van de NOM worden gepubliceerd. 4. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders kan aan de Raad van Commissarissen personen aanbevelen om als commissaris te worden voorgedragen. De Raad van Commissarissen deelt aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders tijdig mede overeenkomstig welk profiel in zijn midden een plaats moet worden vervuld en wanneer en ten gevolge waarvan de vacature ontstaat. De voordracht en de aanbeveling tot benoeming of herbenoeming wordt met redenen omkleed. 5. Bij een voordracht worden van de kandidaat meegedeeld zijn/haar naam, leeftijd, beroep en de betrekkingen die hij/zij bekleedt of bekleed heeft voor zover die van belang zijn in verband met de vervulling van de taak van een commissaris. Tevens wordt vermeld aan welke rechtspersonen hij/zij reeds als commissaris is verbonden. Bij herbenoeming wordt rekening gehouden met de wijze waarop de kandidaat zijn/haar taak als commissaris heeft vervuld. 6. Leden van de Raad van Commissarissen worden benoemd voor een periode van maximaal vier jaar. Leden van de Raad van Commissarissen treden af volgens een door de Raad van Commissarissen vast te stellen rooster van aftreden. Een volgens het rooster aftredende commissaris is slechts één keer herbenoembaar. 7. De Raad van Commissarissen zal de personen die hij voornemens is voor te dragen eerst informeel aan de aandeelhouders voorleggen zodat tijdig duidelijk wordt of er (politieke) bezwaren tegen een bepaalde voordracht zijn.