AFSPRAAK = AFSPRAAK Belangrijke CAO-afspraken voor de schilders-, onderhouds-, metaalconserverings- en glaszetbedrijven
1 maart 2011 tot en met 28 februari 2013
FOSAG
PersoneelsFocus
1
Inhoudsopgave Over dit boekje
5
De CAO Werkingssfeer Uitzendarbeid
7 7 7
Arbeidsovereenkomst Intredekeuring Aanvang en einde van de arbeidsovereenkomst Afspraken over arbeidsvoorwaarden In tijdelijke of vaste dienst Tijdelijke contracten Proeftijd Ontslag en opzegtermijnen Basis voor de loonberekening (geldt niet voor UTA personeel) Loonsverhogingen Prestatietoeslag (geldt niet voor UTA) Loon instromers van 22 jaar of ouder zonder vakopleiding (geldt niet voor UTA) Loon werknemers van 22 jaar of ouder in vakopleiding per uur en per week Loon jeugdige werknemers t/m 21 jaar zonder vakopleiding Loon jeugdige werknemers t/m 21 jaar met vakdiploma De loonstrook Levensloop Individuele budgetrekening Vakbondscontributie
2
CAO 2011-2013 pocketversie
9 9 9 9 10 10 10 10 13 13 16 16 17 17 22 24 24 25 25
Werktijden De normale werktijd Vierdaagse werkweek oudere werknemers Vormen van flexibiliteit Deeltijdwerk Beschikbaarheids- of consignatiedienst (niet van toepassing voor UTA-personeel) Ploegendienst (niet van toepassing op UTA-personeel) Verschoven arbeidstijd (niet van toepassing op UTA-personeel) Overwerk (niet van toepassing op UTA-personeel) Raamwerk Werkspreiding (RWS) Jaarmodel Experiment voor metaalconserveringsbedrijven Werkkostenregeling Reiskosten Chauffeurstoeslag Reisuren Afwijkende afspraken over reiskosten en reisuren Uitrustingsvergoeding Fysiotherapie
27 27 28 29 29
Verlof en kort verzuim en onwerkbaar weer Vrije dagen Data collectieve wintersluiting Niet opgenomen verlofdagen tijdens wintersluiting Vakantietoeslag en loon over verlofdagen Onbetaald verlof Doorbetaald verlof Bijzondere weersomstandigheden
41 41 43 44 45 45 46 47
Veiligheid, gezondheid en arbeidsomstandigheden Ondernemingsbeleid Individugericht pakket preventiezorg
49 49 49
PersoneelsFocus
29 30 30 30 31 32 33 35 35 37 37 39 39 40
3
Arbocatalogus Persoonlijke beschermingsmiddelen Arbo-voorschriften en verboden
50 50 51
Scholing en vakopleiding Individueel scholingsrecht Vakopleiding De leermeester Loopbaanontwikkeling: project ‘Mijn loopbaan’
53 53 53 54 54
Ziekte, arbeidsongeschiktheid, werkloosheid en pensioen Ziekte Arbeidsongeschiktheid / WAO Werkloosheid Pensioen
55 55 56 56 57
Adressen CAO-partijen Andere organisaties
59 59 60
4
CAO 2011-2013 pocketversie
Over dit boekje Dit boekje is een eenvoudig leesbare versie van de hoofdpunten uit de CAO voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf voor de periode van 1 maart 2011 tot en met 28 februari 2013. Let op: Bij een eventueel meningsverschil (met een werknemer) is de tekst van de officiële CAO bepalend. U kunt aan de tekst van dit boekje dus geen rechten ontlenen! Het eind mei 2011 gesloten CAO-akkoord leidt voor werkgevers en werknemers tot belangrijke veranderingen in de arbeidsvoorwaarden. Tijdens de cao-looptijd worden de lonen vier keer met 1% verhoogd: week 25 2011, week 1 2012, week 25 2012 en week 1 2013. Deze percentages zijn inclusief de prijscompensatie. Diverse kostenvergoedingen stijgen licht: de reiskostenvergoeding voor de auto bedraagt per week 25 van 2011 e 0,33 per km. De reiskostenvergoedingen voor overige vervoermiddelen stijgen per week 1 van 2012 met e 0,01. De eindejaarsuitkering WAO stijgt en er zijn afspraken gemaakt over de IBR: de werknemer mag e 1.000,- rood staan en u mag vanaf 1 juli 2011 het saldo van de IBR niet laten gebruiken voor door u verplicht gestelde bedrijfscursussen, zoals BHV, VCA en EHBO-cursussen. Met ingang van week 25 van 2011 bestaat de reisurenvergoeding voortaan uit vaste bedragen van e 15,- per uur voor de vakvolwassen werknemer en e 7,50 per uur voor werknemers tot en met 21 jaar. Deze is dus losgekoppeld van het individuele loon van de werknemer.
PersoneelsFocus
5
Als u na lezing van dit boekje twijfelt over de precieze betekenis van een CAO-afspraak, kunt u de officiële CAO-tekst erbij nemen. Die is te vinden op de internetsite van FOSAG (www.fosag.nl) of kunt u op papier bestellen bij FOSAG. Daar kunt u ook terecht voor nadere informatie: via de internetsite, per e-mail of telefonisch. De contactgegevens van FOSAG vindt u in het hoofdstuk Adressen. Ook de CAO bedrijfstakeigenregelingen kunt u vinden op de site van FOSAG.
6
CAO 2011-2013 pocketversie
De CAO Werkingssfeer Welke ondernemingen? De CAO is van toepassing op ondernemingen of afdelingen van ondernemingen waarvan het personeel in meerderheid werkzaamheden uitvoert op het gebied van het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf, al dan niet in eigen beheer. Het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf: Dit begrip omvat het bedrijfsmatig uitvoeren van werkzaamheden, zoals: - aanbrengen van verven of soortgelijke producten, inclusief voor- en nabewerking; - aanbrengen van behangsel en vergelijkbare afwerkingsmaterialen, inclusief voor- en nabewerking; - glas plaatsen, inclusief voor- en nabewerking; - aanbrengen van isolatie; - leiding geven aan werknemers die deze werkzaamheden uitvoeren. Uitzonderingen: De CAO geldt niet voor: - industriële ondernemingen die verven en dergelijke op hun eigen producten aanbrengen; - classificeerbedrijven; - autospuiterijen (tenzij het gaat om onderdelen van ondernemingen die hoofdzakelijk schilders-, afwerkings- en glaszetwerkzaamheden uitvoeren). Uitzendarbeid Relatie tot de CAO: De CAO-afspraken gelden ook voor uitzendkrachten die u inleent via een uitzendbureau dat voornamelijk uitzendkrachten uitzendt naar werkgevers in de schilders- onderhouds- en glaszetsector. Als u gebruik maakt van een uitzendbureau dat lid is van de Algemene Bond Uitzendondernemingen (ABU) of de Nederlandse Bond van Bemiddelingsen Uitzendondernemingen (NBBU) dan gelden de afspraken uit de ABU-CAO of de NBBU-CAO, ook als dit uitzendbureau voornamelijk uitzendkrachten PersoneelsFocus
7
uitzendt naar onze sector. Dit geldt echter niet voor “vakkrachten”, dat wil zeggen uitzendkrachten die in het bezit zijn van ten minste een diploma schilder of uitzendkrachten die in de laatste 42 maanden ten minste 24 maanden in onze sector hebben gewerkt. Zij krijgen het loon en de loonsverhoging, toeslagen voor overwerk en onregelmatige uren, ATV, kostenvergoedingen (voor zover fiscaal onbelast) op grond van deze cao. Wilt u weten of een uitzendbureau voornamelijk uitzendt naar onze sector of lid is van de ABU of NBBU, neem dan contact op met FOSAG. Bij het inlenen van uitzendkrachten mag een werkgever uitsluitend gebruik maken van ondernemingen die geregistreerd zijn bij SNA (Stichting Normering Arbeid) en gecertificeerd zijn volgens NEN 4400-1, voorzover deze uitzendondernemingen in Nederland gevestigd zijn, en volgens NEN 4400-2 voorzover het buiten Nederland gevestigde ondernemingen betreft. Dispensatie Afwijken van de CAO: Als u denkt goede redenen te hebben om op één of meer punten van de CAO af te wijken, kunt u bij CAO-partijen dispensatie vragen voor de toepassing van die CAO-bepaling(en). CAO-partijen kunnen daarbij voorwaarden stellen. Dispensatieverzoeken indienen: Dit kan via het secretariaat van CAOpartijen (zie Adressen).
8
CAO 2011-2013 pocketversie
Arbeidsovereenkomst Intredekeuring Doel: Een intredekeuring is bedoeld om te bepalen of een nieuwe werknemer lichamelijk geschikt is voor de beoogde functie. Voor wie? U kunt met de werknemer afspreken een intredekeuring te laten uitvoeren, als het een werknemer is die nieuw in de bedrijfstak komt werken of minimaal drie jaar niet heeft gewerkt in een bedrijf dat onder de CAO valt. Zo’n keuring is niet verplicht, maar wel aan te raden als u en de werknemer geen onnodige risico’s willen lopen. Uitvoering: De intredekeuring moet worden uitgevoerd door een arbodienst die een samenwerkingsovereenkomst heeft met Arbouw. Wanneer? Afspraken over een intredekeuring maakt u bij het sluiten van de arbeidsovereenkomst. Let op: als de werknemer op het moment van de keuring al in zijn nieuwe functie werkt, krijgt alleen hijzelf de keuringsuitslag te zien. De keuring kan dus het beste vóór die tijd worden uitgevoerd. Aanvang en einde van de arbeidsovereenkomst Voor aanvang en einde van de arbeidsovereenkomst geldt het Burgerlijk Wetboek. In het kort gaat het dan om het volgende. Afspraken over arbeidsvoorwaarden Bij voorkeur schriftelijk: Het schriftelijk vastleggen van een arbeidsovereenkomst is niet verplicht, maar wel aan te raden. Het voorkomt onnodige verschillen van mening over gemaakte afspraken. Bovendien kan het in juridische procedures nodig zijn om een schriftelijke arbeidsovereenkomst te kunnen laten zien. Bij FOSAG is een model-arbeidsovereenkomst verkrijgbaar.
PersoneelsFocus
9
In tijdelijke of vaste dienst Bepaalde of onbepaalde tijd: Met de werknemer sluit u een tijdelijk contract - een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd - of u neemt hem in vaste dienst. In het laatste geval sluit u een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Tijdelijke contracten Meerdere tijdelijke contracten: U mag met eenzelfde werknemer meerdere tijdelijke arbeidsovereenkomsten na elkaar sluiten. Let op: Als u dit doet, kan het zijn dat de werknemer op een gegeven moment automatisch in vaste dienst komt. Dit is bijvoorbeeld het geval als meer dan drie arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd worden gesloten die elkaar met een onderbreking van minder dan drie maanden opvolgen. Informeer zo nodig bij FOSAG hoe u kunt voorkomen dat de werknemer automatisch in vaste dienst komt. Proeftijd Arbeidsovereenkomst bepalend: Een proeftijd geldt alleen als deze schriftelijk is vastgelegd in de arbeidsovereenkomst. Maxima: De proeftijd mag nooit langer duren dan twee maanden. Bij een tijdelijk contract voor een periode van korter dan twee jaar duurt de proeftijd maximaal één maand. Ontslag en opzegtermijnen Bij voorkeur schriftelijk: Het opzeggen van een arbeidsovereenkomst kunt u het beste schriftelijk doen. Dit geeft u en de werknemer de meeste zekerheid. Tijdelijk contract: Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd loopt van rechtswege af aan het eind van de overeengekomen periode. Opzeggen is dan niet nodig en er geldt dus ook geen opzegtermijn, (tenzij anders is overeengekomen). Wel is het op basis van goed werkgeverschap gebruikelijk dat de werknemer een redelijke termijn voor het aflopen van de arbeidsover10
CAO 2011-2013 pocketversie
eenkomst medegedeeld krijgt dat het contract niet zal worden verlengd, met name indien sprake is van arbeidsongeschiktheid. Ontslag uit vaste dienst: De maximum opzegtermijn die u in acht moet nemen, hangt af van het aantal jaren dat de werknemer bij het bedrijf heeft gewerkt. De opzegtermijn voor de werknemer is maximaal een maand. Zie onderstaande tabel. Let op: er bestaan uitzonderingen op de in de tabel genoemde opzegtermijnen. Informeer zo nodig bij FOSAG. Opzegtermijnen bij ontslag bij een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd: _____________________________________________________ duur contract opzegtermijn opzegtermijn werkgever werknemer _____________________________________________________ korter dan 5 jaar 1 maand 1 maand 5 - 10 jaar 2 maanden 1 maand 10 - 15 jaar 3 maanden 1 maand 15 jaar of langer 4 maanden 1 maand _____________________________________________________ Einde arbeidsovereenkomst bij het bereiken van de wettelijke pensioenleeftijd De arbeidsovereenkomst met een werknemer houdt automatisch op op de dag waarop de werknemer de wettelijke pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Opzeggen is dus niet nodig.
PersoneelsFocus
11
12
CAO 2011-2013 pocketversie
Inkomen Basis voor de loonberekening (geldt niet voor UTA personeel) Garantieloon of minimumloon: De berekening van het loon gebeurt - afhankelijk van de situatie - op basis van het garantieloon of het wettelijk minimumloon. Leeftijd: Er zijn aparte loonschalen: voor werknemers jonger dan 22 jaar en voor werknemers van 22 jaar of ouder. Functiegroepen: Ook de functie van de werknemer is van belang voor de hoogte van zijn loon. De functies in de bedrijfstak zijn ingedeeld in de volgende drie functiegroepen: • Functiegroep 1: Onderhoudsschilder, Nieuwbouwschilder, Constructieschilder, Betonspuiter, Scheepsschilder 1, Behanger, Glaszettter 1, Isoleerder, Metselaar, Timmerman. • Functiegroep 2: Scheepsschilder 2, Specialist plafond- en wandspuiter, Glaszetter 2, Autospuiter, Wegmarkeerder. • Functiegroep 3: Schoonmaker. Loonsverhogingen Veranderingen: In deze CAO-periode zijn er - OOK voor UTA-personeel- vier veranderingen in de lonen: • met ingang van 20 juni 2011 (week 25): worden de lonen verhoogd met 1%, de prijscompensatie is hierbij inbegrepen; • met ingang van 2 januari 2012 (week 1) worden de lonen verhoogd met 1%, de prijscompensatie is hierbij inbegrepen; • met ingang van 18 juni 2012 (week 25) worden de lonen verhoogd met 1%, de prijscompensatie is hierbij inbegrepen; • met ingang van 31 december 2012 (week 1) worden de lonen verhoogd met 1%, de prijscompensatie is hierbij inbegrepen.
PersoneelsFocus
13
Loonbedragen in dit boekje: In dit boekje zijn de bruto loonbedragen opgenomen. De netto lonen kunnen tussentijds wijzigen door (belasting) maatregelen van de overheid. Garantieloon (geldt niet voor UTA) Voor wie? Het garantieloon geldt voor werknemers van 22 jaar of ouder met een afgeronde vakopleiding of die langer dan drie jaar in de bedrijfstak werkzaam zijn (“volwassen werknemers”). De hoogte van het garantieloon is afhankelijk van de functiegroep. Zie de onderstaande tabel. De daarin genoemde bedragen zijn exclusief eventuele diploma-, voorlieden- en/of uitvoerderstoeslagen. Garantieloon per uur en per week (37,5 uur) Categorie
Functiegroep 1
2
3
14
I 20-06-11
2-01-12
18-06-12
31-12-12
uur
e 15,68
e 15,84
e 16,00
e 16,16
week
e 588,00
e 594,00
e 600,00
e 606,00
uur
e 14,87
e 15,02
e 15,17
e 15,32
week
e 557,63
e 563,25
e 568,88
e 574,50
uur
e 13,84
e 13,98
e 14,12
e 14,26
week
e 519,00
e 524,25
e 529,50
e 534,75
CAO 2011-2013 pocketversie
Categorie
Functiegroep 1
Categorie
uur Week
20-06-11
2-01-12
18-06-12
31-12-12
e17,25
e 17,42
e 17,60
e 17,78
e 646,88
e 653,25
e 660,00
e 666,75
18-06-12
31-12-12
Functiegroep 1
II
III 20-06-11
2-01-12
Uur
e 18,03
e 18,22
e 18,40
e 18,58
week
e 676,13
e 683,25
e 690,00
e 696,75
Grondslaguurloon (geldt niet voor UTA) Garantie-uurloon + toeslagen: Het grondslaguurloon van de werknemer van 22 jaar of ouder bestaat uit zijn garantie-uurloon plus - voor zover van toepassing - één of meer van de volgende toeslagen: • diplomatoeslag (na het behalen van het MTS-diploma op niveau 4, bijvoorbeeld het meesters- of het ondernemers-diploma): 5%; • voorliedentoeslag: 10%; • uitvoerderstoeslag: 15%. Berekening: Als de werknemer voor twee of meer van deze toeslagen in aanmerking komt, telt u voor de berekening van zijn grondslaguurloon eerst de desbetreffende percentages bij elkaar op. Vervolgens past u het totale toeslagpercentage toe op zijn garantie-uurloon. Doel: Het grondslaguurloon dient onder meer voor de berekening van de overwerkvergoeding, de vergoeding voor reisuren, de beloning voor werken in ploegendienst en de prestatietoeslag.
PersoneelsFocus
15
Prestatietoeslag (geldt niet voor UTA) Berekening: Een prestatietoeslag in procenten wordt berekend over het grondslaguurloon en vervolgens vermenigvuldigd met het aantal gewerkte uren. Loon instromers van 22 jaar of ouder zonder vakopleiding (geldt niet voor UTA) Gebaseerd op minimumloon: Het loon van de volwassen werknemer die drie jaar of korter geleden in de bedrijfstak is ingestroomd, is gebaseerd op het wettelijk minimumloon (zie onderstaande tabel). Loonberekening: De volwassen instromer ontvangt boven het wettelijk minimumloon (WML) een toeslag. Van belang is hoe lang de werknemer inmiddels in de bedrijfstak werkt. Zie de tabel Toeslagen volwassen instromers op wettelijk minimumloon. Na het derde jaar: Na drie jaar werken heeft deze werknemer recht op het garantieloon voor werknemers van 22 jaar of ouder in functiegroep 2. Wettelijk minimumloon volwassenen (bruto per 1 januari 2012) _____________________________________________________ leeftijd per uur per week (37,5 uur) _____________________________________________________ 22 jaar e 7,57 e 283,88 23 jaar en ouder e 8,90 e 333,75 _____________________________________________________
16
CAO 2011-2013 pocketversie
Toeslagen volwassen instromers zonder vakopleiding op wettelijk minimumloon _____________________________________________________ dienstverband toeslag op WML _____________________________________________________ 1e jaar 5% 2e jaar 20% 3e jaar 30% _____________________________________________________ Loon werknemers van 22 jaar of ouder in vakopleiding per uur en per week
20-06-11
Niveau 1
uur
e 14,33
assistent
week
Niveau 2 Schilder
2-01-12
18-06-12
31-12-12
e 14,47
e 14,61
e 14,76
e 537,38
e 542,63
e 547,88
e 553,50
uur
e 15,68
e 15,84
e 16,00
e 16,16
week
e 588,00
e 594,00
e 600,00
e 606,00
Loon jeugdige werknemers t/m 21 jaar zonder vakopleiding (bruto per 2 januari 2011) intredeleeftijd 16 jaar 17 jaar 18 jaar
16 e 3,22
17
18
19
20
21
e 5,19
e 7,15
e 9,12 e 11,09 e 13,05
e 3,70
e 5,96
e 8,23 e 10,49 e 12,76
e 4,25
e 6,17
e 8,25 e 12,65
PersoneelsFocus
17
Voor jeugdige werknemers, bij instromen in de bedrijfstak 19 jaar of ouder: 1e jaar van het dienstverband: wettelijk minimum(jeugd)loon behorend bij leeftijd + 5% 2e jaar van het dienstverband: wettelijk minimum(jeugd)loon behorend bij leeftijd + 20% 3e jaar van het dienstverband: wettelijk minimum(jeugd)loon behorend bij leeftijd + 30% Vanaf het 4e jaar: het loon van een volwassen werknemer in categorie I, functiegroep 2 Loon jeugdige werknemers t/m 21 jaar in vakopleiding Voor jeugdige werknemers die instromen in de vakopleiding geldt dat zij vier dagen werken bij een Schilder^sCOOL of SPOS of leerbedrijf en één dag per week naar school gaan. Het loon wordt over vijf dagen betaald. Jeugdige werknemers die instromen in de vakopleiding via een Schilder^sCOOL of een SPOS ontvangen de eerste vier maanden loon over 30 uur per week. Zij worden gedurende deze vier maanden 30 uur per week betaald.
18
CAO 2011-2013 pocketversie
In vakopleiding niveau 1 (Assistent) per uur en per week Leeftijd 16 jaar
17 jaar
18 jaar
19 jaar
20 jaar
21 jaar
uur week uur week uur week uur week uur week uur week
20-06-11
2-01-12
18-06-12
31-12-12
e 4,02
e 4,06
e 4,10
e 4,14
e 150,75
e 152,25
e 153,75
e 155,25
e 4,76
e 4,81
e 4,86
e 4,90
e 178,50
e 180,38
e 182,25
e 183,75
e 5,74
e 5,79
e 5,85
e 5,90
e 215,25
e 217,13
e 219,38
e 221,25
e 7,59
e 7,66
e 7,74
e 7,82
e 284,63
e 287,25
e 290,25
e 293,25
e 8,67
e 8,76
e 8,85
e 8,94
e 325,13
e 328,50
e 331,88
e 335,25
e 9,98
e 10,08
e 10,18
e 10,29
e 374,25
e 378,00
e 381,75
e 385,88
PersoneelsFocus
19
In vakopleiding niveau 2 (Schilder) per uur en per week Leeftijd 16 jaar
17 jaar
18 jaar
19 jaar
20 jaar
21 jaar
20
uur
20-06-11
2-01-12
18-06-12
31-12-12
e4,62
e4,67
e 4,72
e 4,77
e 173,25
e 175,13
e 177,00
e 178,88
e 5,46
e 5,52
e 5,58
e 5,63
e 204,75
e 207,00
e 209,25
e 211,13
e 6,58
e 6,64
e 6,70
e 6,77
e 246,75
e 249,00
e 251,25
e 253,88
e 8,70
e 8,78
e 8,87
e 8,96
e 326,25
e 329,25
e 332,63
e 336,00
e 9,99
e 10,09
e 10,19
e 10,30
week
e 374,63
e 378,38
e 382,13
e 386,25
uur
e 11,48
e 11,59
e 11,70
e 11,82
week
e 430,50
e 434,63
e 438,75
e 443,25
week uur week uur week uur week uur
CAO 2011-2013 pocketversie
In vakopleiding niveau 3 (Gezel) per uur en per week Leeftijd 17 jaar
18 jaar
19 jaar
20 jaar
21 jaar
uur
20-06-11
2-01-12
18-06-12
31-12-12
e 5,75
e 5,81
e 5,86
e 5,92
e 215,63
e 217,88
e 219,75
e 222,00
e 7,25
e 7,32
e 7,39
e 7,46
e 271,88
e 274,50
e 277,13
e 279,75
e 8,88
e 8,97
e 9,06
e 9,14
week
e 333,00
e 336,38
e 339,75
e 342,75
uur
e 10,22
e 10,32
e 10,42
e 10,53
week
e 383,25
e 387,00
e 390,75
e 394,88
uur
e 11,67
e 11,79
e 11,91
e 12,03
week
e 437,63
e 442,13
e 446,63
e 451,13
week uur week uur
PersoneelsFocus
21
Loon jeugdige werknemers t/m 21 jaar met vakdiploma Met vakdiploma op niveau 1 (Assistent) per uur en per week Leeftijd 17 jaar
18 jaar
19 jaar
20 jaar
21 jaar
22
20-06-11
2-01-12
18-06-12
31-12-12
e 6,90
e 6,97
e 7,04
e 7,11
e 258,75
e 261,38
e 264,00
e 266,63
e 8,74
e 8,83
e 8,92
e 9,01
week
e 327,75
e 331,13
e 334,50
e 337,88
uur
e 10,67
e 10,78
e 10,89
e 11,00
week
e 400,13
e 404,25
e 408,38
e 412,50
uur
e 12,24
e 12,36
e 12,48
e 12,60
week
e 459,00
e 463,50
e 468,00
e 472,50
uur
e 14,00
e 14,14
e 14,28
e 14,42
week
e 525,00
e 530,25
e 535,50
e 540,75
uur week uur
CAO 2011-2013 pocketversie
Met vakdiploma op niveau 2 (Schilder) per uur en per week MBO Leeftijd 17 jaar
18 jaar
19 jaar
20 jaar
21 jaar
20-06-11
2-01-12
18-06-12
31-12-12
e 7,27
e 7,34
e 7,41
e 7,48
e 272,63
e 275,25
e 277,88
e 280,50
e 9,17
e 9,26
e 9,35
e 9,44
week
e 343,88
e 347,25
e 350,63
e 354,00
uur
e 11,24
e 11,35
e 11,46
e 11,57
week
e 421,50
e 425,63
e 429,75
e 433,88
uur
e 12,89
e 13,02
e 13,15
e 13,28
week
e 483,38
e 488,25
e 493,13
e 498,00
uur
e 14,74
e 14,89
e 15,04
e 15,19
week
e 552,75
e558,38
e 564,00
e 569,63
uur week uur
PersoneelsFocus
23
Met diploma op niveau 3 (Gezel-schilder) per uur en per week Leeftijd 18 jaar
19 jaar
20 jaar
21 jaar
20-06-11
2-01-12
18-06-12
31-12-12
uur
e 10,48
e 10,58
e 10,69
e 10,80
week
e 393,00
e 396,75
e 400,88
e 405,00
uur
e 12,00
e 12,12
e 12,24
e 12,36
week
e 450,00
e 454,50
e 459,00
e 463,50
uur
e 13,80
e 13,94
e 14,08
e 14,22
week
e 517,50
e 522,75
e 528,00
e 533,25
uur
e 15,68
e 15,84
e 16,00
e 16,16
week
e 588,00
e 594,00
e 600,00
e 606,00
De loonstrook Verplicht: U bent verplicht de werknemer bij de loonbetaling een loonstrook te geven. Specificaties: Op de loonstrook moet te zien zijn welke bedragen gelden voor onder meer de verlofwaarde, reiskosten, reisuren en overwerk. Levensloop Werkgeversbijdrage: U maakt iedere vier weken 1,7% van het PRIS-loon van de werknemer die recht heeft op vakantiebon over naar zijn levenslooprekening en u maakt iedere vier weken 1,5% van het vast overeengekomen loon exclusief vakantietoeslag van de werknemer UTA over naar zijn levenslooprekening. Deze CAO-afspraak geldt met ingang van 19 juni 2006. Als de werknemer geen levenslooprekening heeft, wordt de bijdrage als loon aan hem uitbetaald. U draagt er echter geen verlofwaarde of pensioenpremie over af.
24
CAO 2011-2013 pocketversie
Levenslooprekening: Het tegoed dat de werknemer op deze rekening opbouwt of dat hij uitbetaald heeft gekregen, kan hij gebruiken voor het betalen van opgenomen bijzondere verlofdagen (bijvoorbeeld voor scholing, kort verzuim zoals doktersbezoek of zorgverlof). U hoeft hem over die dagen namelijk geen loon te betalen. In de volgende situaties heeft de werknemer recht op een maximaal aantal dagen doorbetaald verlof: 10 dagen palliatief verlof (stervensbegeleiding), 10 dagen rouwverlof en 3 dagen kraamverlof. Voor deze verlofvormen hoeft de werknemer geen gebruik te maken van zijn levenslooptegoed. In het hoofdstuk “Verlof en kort verzuim en onwerkbaar weer” kunt u lezen in welke gevallen een werknemer palliatief verlof, rouwverlof of kraamverlof mag opnemen. De werknemer kan zijn levenslooptegoed ook gebruiken om te stoppen met werken voordat zijn pensioen ingaat. Individuele budgetrekening Werkgeversbijdrage: U maakt iedere vier weken 0,4% van het loon van de werknemer over naar zijn Individuele Budgetrekening. Uit dit tegoed betaalt de werknemer het cursusgeld bij gebruik van zijn individueel scholingsrecht. N.B. Met ingang van week 1 2012 tot en met week 8 2013 bedraagt de premie echter 0,2% vanwege een premiekorting. Vakbondscontributie Als uw werknemer erom vraagt, moet u uw medewerking verlenen om via de loonadministratie de vakbondscontributie fiscaal aftrekbaar te maken. Uw werknemer moet wel kunnen aantonen dat hij de contributie aan de vakbond heeft betaald. U maakt het bedrag van de vakbondscontributie één maal per jaar netto over aan de werknemer en u houdt dit bedrag vervolgens in op het bruto salaris van de werknemer.
PersoneelsFocus
25
26
CAO 2011-2013 pocketversie
Werktijden De normale werktijd De werkweek: Een normale (voltijd) werkweek duurt 37,5 uur en loopt van maandag tot en met vrijdag. De werkdag: Een normale werkdag duurt 7,5 uur. De te werken uren vallen tussen 06.00 uur en 18.00 uur, tenzij de werknemer in ploegendienst werkt. Meer mogelijkheden 8 uur werken per dag De normale werkdag is sinds jaar en dag 7,5 uur per dag. In aanvulling hierop is afgesproken dat u met uw personeel kunt afspreken om 8 uur per dag te werken. Hierdoor kunt u meer flexibiliteit creëren in uw bedrijf. Hiervoor geldt wel een aantal randvoorwaarden: 1.
2.
3. 4.
5.
Minimaal 65% van uw werknemers aan wie u vraagt om 8 uur per dag te werken, moet hiermee schriftelijk akkoord gaan. Dat kan bijvoorbeeld door ze een verklaring te laten ondertekenen, nadat u een personeelsbijeenkomst heeft gehouden. De tijd tussen de normale 7,5 uur per dag en 8 uur per dag kunt u uitbetalen, maar uw werknemers kunnen er ook vrije tijd voor krijgen en dit later opnemen. U overlegt samen met uw medewerkers of ze extra loon willen of extra vrije tijd. Uitbetaling van de uren geschiedt op basis van 100% van het PRISuurloon, inclusief verlofwaarde, pensioenopbouw en storting op de individuele budgetrekening en levenslooprekening. U verstrekt op of bij de loonspecificatie een specificatie van de tussen 7,5 en 8 uur per dag gewerkte uren, de gekozen wijze van compensatie, het aantal opgenomen en uitbetaalde uren en het saldo van deze uren. Uw werknemers mogen maximaal 65 werkdagen per jaar 8 uur per dag werken. Deze dagen kunnen aaneengesloten zijn, maar dat hoeft niet het geval te zijn. De beperking van maximaal 65 werkdagen per jaar PersoneelsFocus
27
geldt niet als u werkt volgens het Raamwerk Werkspreiding Schilders of Jaarmodel. Administratieve verwerking Het PRIS-systeem van A&O Services is gebaseerd op 150 uur per vier weken (37,5 uur per week maal vier weken). Bij compensatie van de uren in vrije tijd is er geen probleem bij A&O Services. Worden de uren uitbetaald, dan wordt de grens van 150 uur per vier weken overschreden. Als uw bedrijf bijvoorbeeld vier weken 8 uur per dag werkt, dan wordt 160 uur gewerkt in die vier weken door uw medewerkers. Indien 160 uur opgegeven wordt aan A&O Services, dan leidt dit in de systemen van A&O Services tot een foutmelding. Om toch tot de juiste bijboekingen voor uw medewerkers te komen, zijn er twee oplossingen. 1. Het tijdelijk verhogen van het uurloon, bijvoorbeeld 8 uur à e 15,- = e 120,- per dag, wordt 7,5 uur à e 16,- = e 120,- per dag. 2. De uitbetaalde extra uren worden apart verwerkt en één keer per jaar aan A&O Services opgegeven. U moet immers per medewerker al bijhouden wanneer tussen 7,5 uur en 8 uur per dag wordt gewerkt en hoe dit wordt gecompenseerd. Deze gegevens kunt u gebruiken voor de éénmalige opgave naar A&O Services. Kiest u voor de eerste mogelijkheid, let dan goed op dat het tijdelijk verhogen van het uurloon niet tot misverstanden in uw bedrijf leidt! In het voorbeeld hierboven: uw medewerker gaat niet structureel e 16,- per uur verdienen, maar e 15,- per uur. Vierdaagse werkweek oudere werknemers De werknemer van 60 jaar en ouder kan met behulp van zijn extra ouderenverlof in het jaar voorafgaand aan zijn pensionering een vierdaagse werkweek realiseren. De werknemer van 55 jaar en ouder heeft het recht om gedurende het hele jaar een vierdaagse werkweek te realiseren door middel van zijn verlof en snipperdagen, de ATV-dagen, feestdagen en extra vrije dagen te kopen. 28
CAO 2011-2013 pocketversie
A&O Services heeft een speciale folder over dit onderwerp. Vormen van flexibiliteit De CAO biedt de onderneming verschillende mogelijkheden tot een flexibele personeelsinzet, namelijk: - deeltijdwerk; - acht uur per dag werken gedurende maximaal 65 dagen per jaar; - beschikbaarheidsdienst; - ploegendienst; - verschoven arbeidstijd; - overwerk; - Raamwerk Werkspreiding (RWS); - Jaarmodel. Deeltijdwerk Ondernemingsbelang: Deeltijdwerk is te overwegen voor het vervullen van functies die geen volledige werkweek vergen of waarvoor moeilijk (voltijd) personeel te vinden is. Arbeidsvoorwaarden: Voor de deeltijdwerker geldt de normale reiskostenvergoeding. Alle andere CAO-bepalingen gelden naar evenredigheid van het aantal uren dat de werknemer werkt. Beschikbaarheids- of consignatiedienst (niet van toepassing voor UTApersoneel) Vaste vergoeding: Als de werknemer zich in het weekend beschikbaar moet houden om te werken, krijgt hij daarvoor een (bruto)vergoeding van e 25,00 per dag. Toeslag per uur: Wordt hij daadwerkelijk opgeroepen, dan ontvangt hij per gewerkt uur een toeslag op het grondslaguurloon. Op zaterdag bedraagt deze toeslag 50%; op zondag 100%. Mobiele telefoon: Aan de werknemer die beschikbaarheidsdienst heeft, moet u een mobiele telefoon ter beschikking stellen.
PersoneelsFocus
29
Ploegendienst (niet van toepassing op UTA-personeel) Normale arbeidstijd: Bij ploegendienst valt de normale arbeidstijd tussen maandagochtend 0.00 uur en vrijdagavond 24.00 uur. Beloning: De werknemer die in tweeploegendienst werkt, heeft recht op een verhoging van zijn grondslaguurloon met 10%. Bij drieploegendienst bedraagt de verhoging 15%. Voor de uren tussen 18.30 uur en 06.00 uur geldt een verhoging van in totaal 25%. Per twee weken mag de werknemer niet langer dan 75 uur in ploegendienst werken, dan wel 80 uur indien er 8 uur per dag gewerkt wordt. Verschoven arbeidstijd (niet van toepassing op UTA-personeel) Toeslag 25%: In geval van verschoven arbeidstijd, moet aan de werknemer, voor de buiten de normale werkdag (tussen 06.00 en 18.00 uur) en/of de normale werkweek (maandag tot en met vrijdag) vallende uren een toeslag worden betaald van 25%. Overwerk (niet van toepassing op UTA-personeel) Wat is overwerk? Als de werknemer op een dag méér dan acht uur voor u werkt, of na het aantal uren dat is afgesproken in een RWS of jaarmodel, verricht hij overwerk. Ook werken op zaterdag en zondag is overwerk. Vrijwillig: De werknemer is niet verplicht over te werken. Niet te vaak: Er mag niet regelmatig, weken achter elkaar worden overgewerkt. Vergoeding in geld of tijd: De werknemer heeft de keuze zijn overuren te laten uitbetalen in geld of te laten vergoeden in tijd. Uitbetaling in geld: Als de werknemer hiervoor kiest, krijgt hij: • 1,25 maal zijn grondslaguurloon per uur voor het 1e t/m het 3e overuur; • 1,5 maal zijn grondslaguurloon per uur voor elk volgend overuur; • 1,4 maal zijn grondslaguurloon voor elk op zaterdag gewerkt uur; • 2 maal zijn grondslaguurloon voor elk op zondag gewerkt uur. Vergoeding in tijd: Kiest de werknemer hiervoor, dan gelden dezelfde percentages als hiervoor genoemd. 30
CAO 2011-2013 pocketversie
Opnemen van overwerkuren: In onderling overleg bepaalt u wanneer de werknemer de opgespaarde uren opneemt. Als hij 7,5 uren heeft opgespaard en een hele dag vrij neemt, verstrekt u over die dag een verlofwaarde. Maaltijdvergoeding: Op dagen dat de werknemer moet overwerken, betaalt u een maaltijdvergoeding van e 7,10. Per 1 januari 2012 wordt deze vergoeding verhoogd naar e 7,25. Raamwerk Werkspreiding (RWS) Doelen: Door middel van het RWS kunt u beter inspelen op seizoenmatige pieken en dalen in het werkaanbod. De werknemer vergroot hiermee zijn werkzekerheid in het laagseizoen (de winterperiode). Jaarlijkse afspraken: Ieder jaar kunt u met uw werknemer(s) afspraken maken over deelname aan het RWS. Werking: In grote lijnen werkt het als volgt. In de periode tussen week 13 en week 44 (het hoogseizoen) kan de werknemer per dag maximaal één uur extra werken. De werknemer neemt de zo gespaarde uren op in het laagseizoen. Dit loopt van week 45 tot en met week 12. De werknemer ontvangt over de extra uren geen overwerkvergoeding, behalve als hij op zaterdag werkt. Voor ieder gespaard uur krijgt hij een half uur extra werkzekerheid in het laagseizoen. U kunt de werknemer pas ontslaan nadat hij al deze uren in het laagseizoen heeft opgenomen. Over de opgenomen uren betaalt u hem het normale loon plus de verlofwaarde. Een voorbeeld: Stel, in het hoogseizoen werkt de werknemer vijftien weken lang iedere dag een uur extra. Hij spaart dus 15 x 5 = 75 uur. Daar bovenop komt de toeslag van 75 x 0,5 = 37,5 uur. In totaal realiseert de werknemer zo 112,5 uur (drie weken) werkzekerheid in het laagseizoen. In dit voorbeeld mag hij dus niet eerder worden ontslagen dan met ingang van week 48. Vrijwillig, tenzij...: Deelname aan het RWS is voor de werknemer ieder jaar opnieuw vrijwillig, behalve als in uw bedrijf is besloten dat alle werknemers eraan meedoen. Voor zo’n besluit heeft u de goedkeuring nodig van de Ondernemingsraad, de in de CAO omschreven meerderheid van het personeel of de personeelsvertegenwoordiging. PersoneelsFocus
31
Jaarmodel Doelen: Het Jaarmodel biedt de onderneming nog meer mogelijkheden om in te spelen op seizoenmatige schommelingen in de productie. Daar staat tegenover dat u de betrokken werknemer(s) het gehele jaar in dienst moet houden. Het voordeel voor de werknemer is dat hij hiermee winterwerkloosheid voorkomt. Met de werknemer kan ook worden afgesproken dat hij een aantal dagen koopt, om zo de arbeidsovereenkomst in stand te houden. Voor de uitwerking van deze mogelijkheden verwijzen wij u naar de CAO. Jaarlijkse afspraken: Ieder jaar kunt u met uw werknemer(s) afspreken gebruik te maken van het Jaarmodel. Die afspraken gelden steeds voor een jaar, namelijk van week 13 tot en met week 12 van het volgende jaar. Werking: U spreekt met de werknemer af dat hij in het jaar van deelname gemiddeld 7,5 uur per dag werkt. In een jaar met 224 werkdagen werkt hij dus in totaal 1680 uur. U bepaalt de verdeling van die uren over het jaar. Dit gebeurt in overleg met de werknemer en binnen de grenzen van de Arbeidstijdenwet. Als er veel werk is, kan het bijvoorbeeld zijn dat de werknemer een aantal weken lang negen uur per dag moet werken. De extra uren die hij werkt, krijgt hij niet vergoed als overwerk. Hij spaart ze op voor perioden waarin er weinig werk is. Over de uren die hij dan opneemt, betaalt u het normale loon plus de verlofwaarde. Bij deelname aan het Jaarmodel kunt u ook speciale afspraken maken over de collectieve wintersluiting, reiskosten en reisuren. Die afspraken mogen voor de werknemer echter niet ongunstiger zijn dan de standaard CAOregels. Vrijwillig, tenzij...: Deelname aan het Jaarmodel is voor de werknemer ieder jaar opnieuw vrijwillig, behalve als in uw bedrijf is besloten dat alle werknemers eraan meedoen. Dit laatste is alleen mogelijk na instemming van de Ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging en als minimaal de helft van de werknemers het ermee eens is.
32
CAO 2011-2013 pocketversie
Experiment voor metaalconserveringsbedrijven Gedurende de looptijd van de cao kunnen metaalconserveringsbedrijven binnen kaders en bandbreedtes afwijken van bepalingen van de cao. De kaders zijn op te vragen bij de secretaris van cao-partijen (adresgegevens staan achterin dit boekje). Er kan afgeweken worden op de volgende punten: - werktijden, dagvenster en omvang van de arbeidsduur per week - ATV-dagen - overwerkvergoedingen - slaapurenregeling Werking: Als u gebruik wil maken van het experiment, dan dient u dit vooraf te melden bij de secretaris van cao-partijen. Indien u afwijkende afspraken wil maken voor uw bedrijf, dan dienen de vertegenwoordigers van de vakorganisaties en indien gewenst van FOSAG hierbij betrokken te worden. Schriftelijke afspraken: De afspraken moeten schriftelijk worden gemaakt en ze gelden voor één jaar. Aan het einde van het jaar vindt een evaluatie plaats. Vrijwillig, tenzij...: Deelname aan het experiment is voor de werknemer vrijwillig, behalve als in uw bedrijf is besloten dat alle werknemers eraan meedoen. Dit laatste is alleen mogelijk na instemming van de Ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging en als minimaal de helft van de werknemers het ermee eens is.
PersoneelsFocus
33
34
CAO 2006-2009 pocketversie
Vergoedingen Werkkostenregeling Tot 1 januari 2014 biedt de belastingdienst met betrekking tot onkostenvergoedingen u de mogelijkheid om een keuze te maken tussen de bestaande fiscale regels en de “werkkostenregeling”. Met ingang van 1 januari 2014 geldt altijd de werkkostenregeling. Door deze regeling kunt u maximaal 1,4% van uw totale fiscale loon (de ‘vrije ruimte’) besteden aan onbelaste vergoedingen en verstrekkingen voor uw werknemers. Daarnaast kunt u bepaalde zaken onbelast blijven vergoeden of verstrekken door gerichte vrijstellingen toe te passen. Over het bedrag boven de vrije ruimte betaalt u loonbelasting in de vorm van een eindheffing van 80%. Bij toepassing van de werkkostenregeling komen eventuele nadelige gevolgen voor de hoogte van de aan de werknemer te verstrekken cao-vergoedingen voor uw rekening. Reiskosten Rol werkgever: U bepaalt of en zo ja van welk vervoermiddel de werknemer gebruik moet maken voor het reizen tijdens en ten behoeve het werk. Om misverstanden te voorkomen, is het aan te bevelen uw keuze schriftelijk vast te leggen. Vergoeding werknemer: De reiskostenvergoeding waar de werknemer recht op heeft, is weergegeven in onderstaande tabel en geldt als u heeft bepaald dat de werknemer zijn eigen vervoermiddel zou moeten gebruiken. Bijkomende kosten: Parkeerkosten en tolgelden die de werknemer voor het werkverkeer moet maken, worden volledig door u vergoed. Auto van de zaak: Als u de werknemer een vervoermiddel van de zaak laat gebruiken, krijgt hij geen reiskostenvergoeding. Specificatie: U bent verplicht de werknemer een specificatie te geven van de verstrekte reiskostenvergoeding. Dit kan gebeuren op de loonstrook.
PersoneelsFocus
35
De werknemer heeft vier weken de tijd om bij u bezwaar te maken tegen de inhoud van die specificatie. Reiskostenvergoeding Datum
20-06-11
01-01-2012
Per
dag
week
km
dag
week
km
Fiets
0,86
4,30
0,87
4,35
Bromfiets -boven 20 km per dag
1,15
5,75
1,16
5,80
0,07
0,08
Motorfiets
0,23
0,23
Auto
0,33
0,33
36
CAO 2011-2013 pocketversie
Chauffeurstoeslag Op uw verzoek: Als de werknemer op uw verzoek één of meer collega’s in zijn eigen auto meeneemt, krijgt hij daarvoor een chauffeurstoeslag. Zie onderstaande tabel. Chauffeurstoeslag per werkdag
01-03-11
02-01-12
Enkele reisafstand
Tot 30 km
31-65 km
boven 65 km
Tot 30 km
31-65 km
boven 65 km
1 of 2 meerijders
2,50
3,10
3,75
2,55
3,15
3,80
3 of meer meerijders
3,75
7,50
11,35
3,80
7,55
11,40
Reisuren Vergoeding: Als de werknemer per dag meer dan één uur moet besteden aan het woon-werkverkeer, heeft hij over die extra tijd recht op een reisurenvergoeding. Hierbij maakt het niet uit met welk vervoermiddel hij reist. De vergoeding werd tot 20 juni 2011 berekend op basis van zijn grondslaguurloon. Met ingang van 20 juni 2011 is de vergoeding een vast bedrag van e 7,50 voor werknemers tot en met 21 jaar en e 15,- voor werknemers van 22 jaar en ouder. De vergoeding voor de chauffeur is in alle gevallen gebaseerd op het voor hem geldende grondslaguurloon. Meerijders: Rijden er collega’s in zijn auto mee, dan krijgt de chauffeur de reisurenvergoeding ook over het eerste reisuur per dag. Berekeningswijze: Bij gebruik van eigen vervoer of een vervoermiddel van de werkgever wordt de reistijd als volgt berekend:
PersoneelsFocus
37
Berekening reisuren _____________________________________________________ vervoermiddel per uur af te leggen _____________________________________________________ fiets 15 km bromfiets 25 km motor 40 km auto 50 km _____________________________________________________ Voorbeeld: Stel dat de werknemer naar zijn werk moet fietsen, 15 km heen en 15 km terug. Dit is 30 km per dag. Per uur kan hij 15 km afleggen (zie bovenstaande tabel), dus hij maakt twee reisuren per dag. Het eerste uur krijgt hij niet vergoed. Hij ontvangt dus een reisurenvergoeding van eenmaal zijn grondslaguurloon per gewerkte dag. Alternatieve regeling: In onderling overleg mag u ook besluiten bij het vaststellen van het aantal reisuren uit te gaan van de werkelijke reistijd. Bijvoorbeeld als de werknemer vanwege gebruik van de snelweg sneller rijdt dan 50 km per uur. Specificatie: U moet de werknemer laten zien hoe u de reisurenvergoeding heeft berekend. De werknemer heeft vier weken de tijd om bij u bezwaar te maken tegen de inhoud van de specificatie. Sanctie: Als u de werknemer geen specificatie geeft en de reisurenvergoeding niet betaalt op basis van vervoer per fiets, bromfiets, motor of auto, betaalt u de reisurenvergoeding op basis van de reistijd per openbaar vervoer. Maxima per dag: De reistijd, de werktijd en de rusttijd mogen samen niet langer duren dan 10,5 uur per dag. Op dagen dat de werknemer 8 uur per dag werkt, geldt een maximum van 11 uur. Als de werknemer deelneemt aan het Raamwerk Werkspreiding (RWS) of het Jaarmodel, ligt dit maximum op 11,5 uur. U bent verplicht de werktijd zo nodig in te korten om het totaal aantal uren binnen het geldende maximum te houden. Vaststelling tijden: Het begin en einde van de reis-, werk- en rusttijden stelt u in overleg met de werknemer vast. 38
CAO 2011-2013 pocketversie
Afwijkende afspraken over reiskosten en reisuren Dispensatie: U kunt aan CAO-partijen dispensatie vragen voor een andere regeling van reisuren, als hierover binnen uw bedrijf met de Ondernemingsraad, de personeelsvertegenwoordiging of personeelsvergadering overeenstemming bestaat. Jaarmodel: Als de werknemer aan deze regeling meedoet, kunnen andere afspraken gelden voor onder meer reiskosten en reisuren. Zulke afspraken moeten tenminste gelijkwaardig zijn aan de CAO-bepalingen. Zie ook het hoofdstuk Werktijden. Uitrustingsvergoeding Bedrag en doel: Het gaat om een netto vergoeding voor door de werknemer gekochte en onderhouden werkkleding, werkschoenen en bijzondere schoonmaakmiddelen. U mag in plaats daarvan ook zelf voor werkkleding en/of werkschoenen zorgen. Let op: als u zowel kleding als vergoeding verstrekt, dan beschouwt de fiscus dit als bovenmatig. De vergoeding is dan niet meer belastingvrij, tenzij u de vergoeding aannemelijk maakt. De uitrustingsvergoeding bedraagt met ingang van: - 1 maart 2011 e 7,50 per werkweek c.q. e 1,50 per gewerkte dag - 1 januari 2012 e 7,75 per werkweek, c.q. e 1,55 per gewerkte dag. Als u gebruik maakt van de werkkostenregeling (zie begin van dit hoofdstuk) en u stelt aan de werknemer werkkleding ter beschikking, dan verstrekt u aan de werknemer een vergoeding voor het wassen van deze werkkleding. In totaal zal het ter beschikking gestelde kledingpakket en de wasvergoeding een waarde vertegenwoordigen die vergelijkbaar is met de waarde van de gangbare was- en kledingregeling in uw bedrijf vóór invoering van de werkkostenregeling. Hierbij geldt een minimum van de hierboven genoemde vergoeding. De vergoeding voor waskosten blijft in de werkkostenregeling tot een bedrag van maximaal e 1,- per dag buiten de vrije ruimte van 1,4% van de loonsom en is fiscaal onbelast. Per 1 januari 2012 is dus e 1,55 - e 1,- = e 0,55 minimaal beschikbaar voor kleding. Let op: Als u kleding ter beschikking stelt, dan blijft de kleding uw eigenPersoneelsFocus
39
dom. U dient dit ten behoeve van de belastingdienst te kunnen aantonen. Extra vergoeding: In voorkomende gevallen kunt u een extra uitrustingsvergoeding betalen of voor extra werkkleding zorgen, bijvoorbeeld als de werknemer bijzonder vuil werk moet doen. Fysiotherapie Declareren: Werkgevers dienen bij te dragen in de kosten van fysiotherapie voor hun werknemers. U betaalt e 10,00 (bruto) per 4 weken aan werknemers die met hun verzekeringspolis kunnen aantonen dat zij aanvullend verzekerd zijn voor fysiotherapie. U kunt ook op een andere, indirecte, manier bijdragen in de kosten van fysiotherapie. Bijvoorbeeld als u een collectieve ziektekostenverzekering heeft afgesloten. U hoeft niet bij te dragen als de werknemer per 4 weken e 10,00 of meer bespaart (in vergelijking met wat de werknemer zou moeten betalen als hij zich individueel voor zijn ziektekosten zou hebben verzekerd) door deelname aan de collectieve verzekering.
40
CAO 2011-2013 pocketversie
Verlof en kort verzuim en onwerkbaar weer Vrije dagen Aantal verlofdagen: De werknemer die het gehele voorgaande jaar heeft gewerkt, heeft recht op het onderstaande aantal werkdagen verlof. Per 1 januari 2012 geldt dit ook voor zieke werknemers voor wat betreft de dagen waar de werknemer op basis van de wet recht heeft. Tot die datum geldt dat bij langer durende ziekte, alleen vakantie wordt opgebouwd over het laatste half jaar. Met ingang van 2012 wordt er onderscheid gemaakt tussen wettelijke verlofdagen (4 maal de normale wekelijkse arbeidsduur, bij een volledig dienstverband dus 5 dagen maal 4 is 20 verlofdagen) en bovenwettelijke verlofdagen.
PersoneelsFocus
41
_____________________________________________________ Leeftijd werknemers aantal werkdagen verlof per kalenderjaar 2011 2012 2013 _____________________________________________________ 1. jonger dan 18 jaar 29 29 29 2. idem, indien 2 dagen per week leerplichtig 19 19 19 3. 18 t/m 54 jaar 25 25 25 4. 55 jaar en ouder: - geboren vóór 1 januari 1959 n.v.t. nvt 35 - geboren vóór 1 januari 1958 nvt 35 36 - geboren vóór 1 januari 1957 35 36 37 - geboren vóór 1 januari 1956 36 37 38 - geboren vóór 1 januari 1955 37 38 39 - geboren vóór 1 januari 1954 38 39 40 - geboren vóór 1 januari 1953 39 40 nvt - geboren voor 1 januari 1952 40 nvt nvt - idem, gedurende 1 jaar voor het pensioen 651 65 _____________________________________________________ Feestdagen: Verder heeft de werknemer vrij op Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, de vrijdag na Hemelvaart (dit is een verplichte snipperdag die van het saldo van verlofdagen af gaat), Goede Vrijdag, Tweede Pinksterdag, beide Kerstdagen, nieuwjaarsdag en Koninginnedag. Collectieve wintersluiting: In principe gaan alle ondernemingen in de bedrijfstak in de winter drie aaneengesloten kalenderweken dicht.2 Hiervoor worden de zeven ATV-dagen aangewend, alsmede uit het normale verlofsaldo een aantal verplichte snipperdagen (winter 2011/2012: 7 dagen). 1 W erknemers van 60 jaar kunnen met dit aantal verlofdagen een vierdaagse werkweek realiseren. Zie de folder van A&O Services over dit onderwerp. 2 Als uw bedrijf meedoet aan het Jaarmodel, kunt u hierover met uw werknemers andere afspraken maken. Zie ook het hoofdstuk Werktijden.
42
CAO 2011-2013 pocketversie
N.B. met ingang van de cao 2011-2013 spreken we over ATV-dagen in plaats van extra verplichte snipperdagen. Dit is alleen een tekstuele wijziging; inhoudelijk verandert er niets. Data collectieve wintersluiting In de winter 2011/2012 valt de wintersluiting op de volgende data: Wintersluiting 2011/2012 _____________________________________________________ ma 19-12-2011 verplichte snipperdag di 20-12-2011 verplichte snipperdag wo 21-12-2011 verplichte snipperdag do 22-12-2011 verplichte snipperdag vr 23-12-2011 verplichte snipperdag
ma di wo do vr
26-12-2011 27-12-2011 28-12-2011 29-12-2011 30-12-2011
tweede Kerstdag verplichte snipperdag verplichte snipperdag ATV-dag ATV-dag
ma di wo do vr
02-01-2012 03-01-2012 04-01-2012 05-01-2012 06-01-2012
ATV-dag ATV-dag ATV-dag ATV-dag ATV-dag
PersoneelsFocus
43
In de winter 2012/2013 valt de wintersluiting op de volgende data: _____________________________________________________ Wintersluiting 2012/2013 _____________________________________________________ ma 17-12-2012 verplichte snipperdag di 18-12-2012 verplichte snipperdag wo 19-12-2012 verplichte snipperdag do 20-12-2012 verplichte snipperdag vr 21-12-2012 verplichte snipperdag
ma di wo do vr
24-12-2012 ATV-dag 25-12-2012 eerste Kerstdag 26-12-2012 tweede Kerstdag 27-12-2012 ATV-dag 28-12-2012 ATV-dag
ma 31-12-2012 ATV-dag di 01-01-2013 Nieuwjaarsdag wo 02-01-2013 ATV-dag do 03-01-2013 ATV-dag vr 04-01-2013 ATV-dag _____________________________________________________ Niet opgenomen verlofdagen tijdens wintersluiting Ziekte: Voor elke verplichte snipperdag (of gedeelte daarvan) die de werknemer in verband met ziekte niet echt als vrije tijd kan benutten, betaalt u hem het loon door en geeft u hem op een later moment alsnog vrij (zonder betaling van loon, want die zit in de verlofwaarde). U bepaalt het tijdstip. De werknemer is verplicht u vooraf te vertellen dat hij van zijn verlof geen gebruik kan maken. Dit alles geldt niet voor ‘ATV-dagen’. Als de werknemer op zo’n dag om één of andere reden ‘verhinderd’ is, vervalt die dag voorgoed. Doorwerken op snipperdagen: Als u het nodig vindt dat de werknemer tij44
CAO 2011-2013 pocketversie
dens verplichte of ATV-dagen doorwerkt, moet u dit in overleg met de werknemer vaststellen. Daarbij geeft u ook aan wanneer het verlof later wel kan worden opgenomen en vergoedt u eventuele schade (bijvoorbeeld omdat er al een reis was geboekt). Meenemen naar het volgende jaar: De werknemer mag zijn niet opgenomen verlofdagen ‘meenemen’ naar het volgende jaar. Dergelijke verlofdagen vervallen vijf jaar na het jaar waarin ze zijn opgebouwd. Deze situatie geldt tot 2012. Vanaf 1 januari 2012 geldt namelijk dat de ‘wettelijke’ vakantiedagen vervallen na een half jaar. Het aantal wettelijke vakantiedagen is vier maal de gemiddelde normale arbeidsduur per week. Een fulltime werknemer heeft recht op vier maal 5 dagen is 20 wettelijke vakantiedagen. Het verschil tussen deze 20 en waar de werknemer recht op heeft op grond van deze cao worden ‘bovenwettelijke’ vakantiedagen genoemd. Een voorbeeld zijn de extra verlofdagen voor oudere werknemers. Bovenwettelijke vakantiedagen vervallen vijf jaar na het jaar waarin ze zijn opgebouwd. Dit verandert dus niet. Vakantietoeslag en loon over verlofdagen Vakantietoeslag: De werknemer heeft recht op een jaarlijkse vakantietoeslag van 8%. Deze vakantietoeslag is in de verlofwaarde opgenomen (156 maal het PRIS-uurloon). Loon bij verlof: De werknemer krijgt zijn loon over de verlofdagen via het Vakantiefonds. Onbetaald verlof Kort verzuim: Een aantal vormen van kort verzuim is geregeld in de Wet arbeid en zorg. De CAO wijkt af van hoofdstuk 4 van deze wet: de werknemer heeft geen recht op loonbetaling over perioden van calamiteiten- en kort verzuimverlof. Over doktersbezoek, tandartsbezoek, bezoek aan een specialist, verhuizing en dergelijke, maar ook andere vormen van kort verzuim zoals overlijden van familieleden of bevalling van de partner, en calamiteitenverlof voor bijvoorbeeld een gesprongen waterleiding of brand, hoeft geen loon meer te PersoneelsFocus
45
worden doorbetaald. De werknemer kan in dit soort gevallen in zijn inkomen voorzien door opname van zijn Levenslooprekening, of het loon dat hij in plaats daarvan uitbetaald heeft gekregen. Op grond van de CAO heeft de werknemer recht op onbetaald verlof bij: • zijn huwelijk (twee dagen); • het huwelijk van één van zijn ouders, broers, zusters, kinderen, zwagers, schoonzusters, inwonende pleegkinderen, halfbroers/-zusters (één dag); • zijn 25- of 40-jarig huwelijksfeest en het 25-, 40-, 50- of 60-jarig huwelijksfeest van zijn ouders en schoonouders (één dag). Vakbondsverlof: De werknemer die lid is van FNV Bouw of CNV Vakmensen heeft recht op onbetaald verlof voor het bijwonen van een vergadering of studiebijeenkomst van zijn vakbond. Dit geldt alleen als hij daarvoor persoonlijk is uitgenodigd. Doorbetaald verlof De werknemer heeft recht op een maximaal aantal dagen doorbetaald verlof: • 10 dagen palliatief verlof (stervensbegeleiding) voor een terminaal zieke huisgenoot; • 10 dagen rouwverlof bij overlijden van partner, kind of inwonende ouder; • 3 dagen kraamverlof na de bevalling van de echtgenote. De werknemer met een chronische ziekte heeft onder bepaalde voorwaarden recht op doorbetaald verlof. Als er per kalenderjaar meer dan drie behandelingen nodig zijn, moet u vanaf de vierde behandeling het loon doorbetalen gedurende de tijd dat hij een specialistische behandeling ondergaat, die alleen onder werktijd kan plaatsvinden.
46
CAO 2011-2013 pocketversie
Een chronische ziekte is een ziekte die niet vanzelf weggaat en langere tijd duurt. U kunt de werknemer verzoeken om een doktersverklaring. Voorbereiding pensionering: De werknemer van 62 t/m 64 jaar heeft recht op drie werkdagen betaald verlof per jaar voor het deelnemen aan een cursus ter voorbereiding op zijn pensionering. Bijzondere weersomstandigheden Slecht weer, duisternis of vorst U beslist of en zo ja wanneer de werknemer het werk moet stilleggen in verband met slecht weer, duisternis, vorst of de gevolgen van vorst. Werken bij kunstlicht Als u op tijdstippen dat er onvoldoende daglicht is om te kunnen werken, voor goed kunstlicht zorgt, is de werknemer verplicht te werken. Lage gevoelstemperatuur De werknemer mag zelf het werk neerleggen bij een gevoelstemperatuur van -6° Celsius of lager. Hierbij is de opgave van Infoplaza bepalend (zie Adressen). Loonbetaling U betaalt de werknemer zijn volledige loon, inclusief alle toeslagen, over de uren waarop hij niet kan werken in verband met slecht weer, duisternis, vorst, de gevolgen van vorst en/of een te lage gevoelstemperatuur. Ander werk De werknemer is verplicht gedurende die uren op uw verzoek ander werk te doen. Als voor dat werk een hoger CAO-loon geldt, moet u hem dat loon betalen.
PersoneelsFocus
47
Ontslagverbod Tijdens een periode van vorstverlet mag u de werknemer in principe niet ontslaan.
48
CAO 2011-2013 pocketversie
Veiligheid, gezondheid en arbeidsomstandigheden Ondernemingsbeleid RI&E: U bent wettelijk verplicht een Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) op te stellen. U kunt hierbij gebruik maken van een in opdracht van CAO-partijen ontwikkelde, branchespecifieke RI&E. Deze is verkrijgbaar bij de Stichting Arbouw of via www.rie.nl. Ook kunt u FOSAG hiervoor benaderen. V&G-plan: U bent wettelijk verplicht voor ieder werk een zogenoemd Veiligheids- en Gezondheidsplan (V&G-plan) op te stellen. Dit geldt óók als u het werk geheel of gedeeltelijk door een onderaannemer laat uitvoeren. U kunt het plan het beste schriftelijk vastleggen. Individugericht pakket preventiezorg Recht werknemer: Iedere werknemer heeft het recht gebruik te maken van het Individugericht pakket preventiezorg. Het wordt uitgevoerd door arbodiensten die voldoen aan de kwaliteitseisen van cao partijen. De Stichting Arbouw vergoedt de kosten. Zo’n arbodienst kan ook heel goed uw eigen arbodienst zijn. Inhoud: Het pakket bevat onder meer de volgende faciliteiten: • intredekeuring; • arbeids- en gezondheidskundig onderzoek voor jongeren; • periodiek arbeids- en gezondheidskundig onderzoek (PAGO); • arbospreekuur. Loonbetaling: De werknemer heeft recht op loondoorbetaling over de tijd die het noodzakelijk verzuim voor een PAGO of een medische keuring inneemt, op voorwaarde dat deze die op uw verzoek plaatsvindt.
PersoneelsFocus
49
Arbocatalogus Waar gaat het om?: In een arbocatalogus staat welke wettelijke en CAOregels gelden voor veilig en gezond werken. Er staat ook in hoe werkgevers en werknemers de risico’s op dit gebied zoveel mogelijk kunnen voorkomen of beperken. Naleving verplicht: In de CAO staat dat u de arbocatalogus van onze branche moet naleven. Daarmee voldoet u aan alle wettelijke en CAO-eisen. Onze bedrijfstak: Er is een arbocatalogus beschikbaar voor het Schildersen Glaszetbedrijf, namelijk: - Schilderen en vastgoedonderhoud (www.arbocatalogus-schilderenonderhoud.nl); - Glaszetten (www.arbocatalogus-glaszetten.nl); - De arbocatalogus Metaalconservering komt in de loop van 2012 beschikbaar. Ook in de CAO: De CAO-regels staan behalve in de arbocatalogi, ook in de CAO zelf. Een deel van die regels vindt u hieronder. Persoonlijke beschermingsmiddelen Zorgplicht werkgever: U moet zorgen voor geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen. Bekende voorbeelden hiervan zijn de veiligheidshelm voor het werken op een bouwplaats met kranen of hijsinstallaties en gehoor- en adembescherming voor het werken met machines die lawaai of stof veroorzaken. Wanneer precies welke persoonlijke beschermingsmiddelen zijn voorgeschreven, kunt u navragen bij Arbouw, of vinden in de arbocatalogus. Rechten en plichten werknemer: Zolang u de voorgeschreven beschermingsmiddelen niet beschikbaar heeft gesteld, hoeft de werknemer niet te werken. Over deze niet-gewerkte arbeidstijd betaalt u zijn volledige loon plus verlofwaarde. De werknemer is van zijn kant verplicht de voorgeschreven beschermingsmiddelen daadwerkelijk te gebruiken. Sancties werknemer: Als de werknemer zich niet aan dit laatste houdt, kunt u hem de volgende maatregelen opleggen:
50
CAO 2011-2013 pocketversie
• • • •
1e overtreding: schriftelijke waarschuwing; 2e overtreding: boete van e 11,00 (netto inhouding op het loon); 3e en volgende overtredingen: boete van e 23,00 (idem); 4e en volgende overtredingen: reden voor ontslag.
Arbo-voorschriften en verboden Tochtvrij binnenwerk: Indien nodig moet u ruimtes waarin de werknemer tussen 1 november en 1 april binnenwerk uitvoert, zo goed mogelijk tochtvrij maken. Werken op ladders: Bij werken op een ladder mogen gewichten van maximaal 5 kg of voorwerpen van maximaal 1 m2 worden vervoerd. Deze beperking geldt niet voor glaszetwerkzaamheden. Tillen en plaatsen van glas: Glas van 25 kg of meer moet door minstens twee personen worden verplaatst. Als er glas van meer dan 50 kg moet worden verplaatst of geplaatst, zorgt u voor passende hulpmiddelen. De werknemer is verplicht die te gebruiken. Asbest: Er mag geen asbesthoudend materiaal worden bewerkt of verwerkt, tenzij wordt gewerkt volgens het door Arbouw opgestelde protocol asbest en u het werk heeft gemeld bij de Arbeidsinspectie. Jongeren: Werknemers tot 18 jaar mogen niet in tarief werken en niet in tanks. Werknemers tot 20 jaar mogen alleen constructieschilderwerk doen, als dit onder toezicht gebeurt.
PersoneelsFocus
51
52
CAO 2011-2013 pocketversie
Scholing en vakopleiding Individueel scholingsrecht Vanaf 1 januari 2006: vanaf deze datum is het individuele scholingsrecht als volgt geregeld. De werknemer bepaalt zelf hoeveel en welke scholing hij volgt, waar en wanneer. De cursuskosten betaalt hij van zijn Individuele budgetrekening. Zijn inkomen over die dag(en) kan de werknemer van zijn Levenslooprekening halen. Vakopleiding Werkgarantie: Iedere werknemer met een beroepspraktijkvormingsovereenkomst (BPVO) en een arbeidsovereenkomst heeft recht op een werkgarantie voor de duur van de opleiding. Per opleidingsniveau gelden daarbij de volgende maxima: • niveau 1 (assistent): 1 jaar (kan met maximaal een half jaar worden verlengd); • niveau 2 (schilder): 2 jaar (kan met maximaal één jaar worden verlengd); • niveau 3 (gezel): werkgarantie alleen bij Schilder^sCOOL/SPOS-sen voor de duur van de opleiding. Lessen en examens in werktijd: De werknemer met een BPVO kan de theorielessen in werktijd volgen en de examens in werktijd afleggen. U betaalt die uren door. Deze werknemer kan dus een arbeidsovereenkomst hebben voor 37,5 uur per week (in de eerste vier maanden van de vakopleiding bij een samenwerkingsverband is dit maximaal 30 uur). In onderling overleg stelt u vast op welke dag de werknemer zijn theorielessen volgt. Volwassenen zonder BPVO: Een werknemer ouder dan 21 jaar, zonder BPVO, die bij Savantis een examen voor de vakopleiding moet afleggen, mag dit in werktijd doen. U betaalt over die uren het loon door.
PersoneelsFocus
53
De leermeester Wie? Een leermeester is een werknemer die op uw verzoek één of meer collega’s met een BPVO begeleidt. Hij moet de cursus Leermeester van Savantis hebben afgerond. Tijd voor begeleiding: De leermeester mag per leerling 5% van zijn normale werktijd aan begeleiding besteden. Als hij meerdere leerlingen begeleidt is dit maximaal 10%. Loopbaanontwikkeling: project ‘Mijn loopbaan’ Voor wie?: Dit project is bedoeld voor werknemers die: - willen doorgroeien naar een andere functie binnen de bedrijfstak; - arbeidsongeschikt dreigen te worden, omdat hun huidige werk te zwaar wordt; - langer dan zes weken ziek zijn en niet meer terug kunnen keren in hun eigen functie; - kort geleden werkloos zijn geworden en zo snel mogelijk ander werk willen vinden. Uitvoering en aanmelding: Savantis voert het project uit. U kunt uw werknemers hiervoor aanmelden via de website “mijnloopbaan.net” of via de telefonische informatielijn 0182 - 641120.
54
CAO 2011-2013 pocketversie
Ziekte, arbeidsongeschiktheid, werkloosheid en pensioen Ziekte Wachtdagen: Als de werknemer zich binnen één kalenderjaar voor de tweede keer ziek meldt, krijgt hij een wachtdag. Dit geldt ook bij de derde ziekmelding. Over een wachtdag hoeft u de werknemer geen loon te betalen. Deze regeling geldt met ingang van 1 januari 2006. Loon eerste ziektejaar: Bij ziekte betaalt u de werknemer als volgt door: • 1e halfjaar 95% • 2e halfjaar 90% • 3e halfjaar 85% • 4e halfjaar 70% De opbouw van verlofdagen gaat per ziektegeval maximaal een half jaar door. Dit geldt tot 1 januari 2012. Daarna geldt dat de zieke werknemer volledig vakantie opbouwt. U mag de loondoorbetaling in het eerste jaar beperken tot 70% als de ziekte is veroorzaakt door het niet gebruiken van voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen of het niet opvolgen van schriftelijke veiligheidsinstructies. Ziekte en vakantie: Een zieke werknemer die met vakantie wil en hier zijn geen bezwaren tegen, moet per 1 januari 2012 hiervoor ‘gewoon’ vakantiedagen opnemen. Dat kan bijvoorbeeld als hij weer gedeeltelijk aan het werk is, of als hij met re-integratie bezig is. Ziektewetuitkering verrekenen: Als de werknemer ook recht heeft op een Ziektewetuitkering, mag u dit uitkeringsbedrag aftrekken van het door te betalen loon. Loonkosten verhalen: Als een ‘derde’ aansprakelijk is voor de ziekte van de werknemer en u de loonkosten over de ziekteperiode op deze derde wilt verhalen, is de werknemer verplicht daaraan mee te werken. Herstel en reïntegratie: Als de werknemer onvoldoende aan zijn herstel meewerkt, vervalt zijn recht op loondoorbetaling bij ziekte. Als u onvoldoende PersoneelsFocus
55
meewerkt aan zijn reïntegratie, mag de werknemer zelf een reïntegratiebedrijf inschakelen. Het O&O-fonds betaalt in dat geval de kosten van het reïntegratietraject en verhaalt deze op u. Arbeidsongeschiktheid / WAO Eindejaarsuitkering WAO: Een WAO-er die onder de CAO valt, heeft recht op de Eindejaarsuitkering WAO. De hoogte van de uitkering hangt af van zijn arbeidsongeschiktheidspercentage en het aantal maanden dat hij in dat jaar een WAO-uitkering heeft ontvangen. De uitkering bedraagt in 2012 maximaal e 725,-. Premievrije pensioenopbouw: Als de werknemer geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt wordt, kan het Bedrijfstakpensioenfonds ervoor zorgen dat zijn pensioenopbouw geheel of gedeeltelijk premievrij wordt voortgezet. Adviseer de werknemer hierover contact op te nemen met zijn vakbond of met A&O Services. Werkloosheid Aanvulling WW: De werknemer die werkloos wordt, kan bij A&O Services een eenmalige aanvulling op zijn WW-uitkering aanvragen. Deze aanvulling bedraagt e 478,-. Daarbij komt een bedrag van e 158 ter compensatie van de vakantiewaarde. Blijft de werknemer acht weken onafgebroken werkloos, dan volgt een extra compensatie van e 315,-. Voor deze Aanvulling WW geldt als voorwaarde dat de werknemer recht heeft op een loongerelateerde WW-uitkering en in de drie voorgaande jaren 420 dagen heeft gewerkt bij een werkgever die onder de CAO valt. Aanvulling pensioenopbouw: Als de werknemer werkloos wordt, kan zijn pensioenopbouw worden aangevuld tot het niveau dat hij gewend was toen hij nog werkte. De werknemer ontvangt de aanvulling zolang hij recht heeft op een loongerelateerde WW-uitkering, met een maximum van een half jaar. Let op: dit gebeurt niet altijd automatisch! Adviseer de werknemer hierover contact op te nemen met A&O Services.
56
CAO 2011-2013 pocketversie
Pensioen Nieuwe regeling: De pensioenleeftijd is 65 jaar. De vroegpensioenregeling is afgeschaft. Vroegpensioenrechten die de werknemer voor die tijd heeft opgebouwd, blijven voor hem bewaard. Let op: één en ander geldt alleen voor werknemers die op 1 januari 2005 jonger waren dan 55 jaar! Eerder stoppen blijft mogelijk: Ondanks de afschaffing van het vroegpensioen, blijft het mogelijk eerder te stoppen met werken. De werknemer bouwt in de nieuwe pensioenregeling namelijk meer pensioenrechten op dan in de oude situatie. Die extra opbouw kan de werknemer naar keuze gebruiken voor een hogere pensioenuitkering vanaf 65 jaar of het eerder laten ingaan van de pensioenuitkering. Bij een volledige pensioenopbouw kan het pensioen ingaan vanaf de leeftijd van 61 jaar en vier maanden. De uitkering bedraagt dan 70% van het middelloon over de opbouwjaren. Overgangsregeling 55-plussers: Voor werknemers die vóór 1 januari 2005 55 jaar of ouder waren, blijven de ‘oude’ regelingen voor vroegpensioen- en ouderdomspensioen gelden. Ook de overgangsregeling van VUT naar vroegpensioen blijft voor hen overeind. Deze werknemers kunnen op 61-jarige leeftijd met vroegpensioen. De hoogte van hun (vroeg)pensioenuitkering is - evenals voorheen - afhankelijk van de opgebouwde rechten. Overgangsregeling 55-minners: Ondanks de hogere pensioenopbouw met ingang van 2006, zullen veel al wat oudere werknemers niet in staat zijn tijdig voldoende pensioenrechten op te bouwen om te kunnen uittreden op de leeftijd van 61 jaar en 4 maanden. Voor werknemers die op 1 januari 2005 jonger waren dan 55 jaar en die vielen onder de oude overgangsregeling van VUT naar vroegpensioen, is een overgangsregeling getroffen. Die houdt in dat het Bedrijfspensioenfonds voor hen extra pensioen inkoopt, zodat ze toch vóór het 65-ste jaar met pensioen kunnen. Nabestaandenpensioen: In de nieuwe pensioenregeling is (net als in de oude) ook een nabestaandenpensioen opgenomen. In verband met de grotere kans op langere werkloosheidsperioden in de huidige economische situatie, wordt in de Inkoopregeling van het Bpf Schilders de voorwaarde dat het recht vervalt bij een onderbreking van het PersoneelsFocus
57
deelnemerschap met meer dan één jaar, gewijzigd in een termijn van 2½ jaar. Ook de kortingsbepaling voor onderbrekingen korter dan één jaar komt te vervallen. De afspraak geldt voor werknemers die werkloos worden in de periode tussen 28 februari 2011 en 1 maart 2012. Dit is het eerste jaar van deze tweejarige cao.
58
CAO 2011-2013 pocketversie
CAO-partijen
Adressen
Koninklijke Vereniging FOSAG, belangenbehartiging werkondernemersorganisatie voor de schilders-, gevers; onderhouds-, metaalconserverings- en informatie over de CAO glaszetbranche Coenecoop 5 Postbus 30 2740 AA Waddinxveen telefoon 0182 571444 fax 0182 572083 e-mail
[email protected] website www.fosag.nl FNV Afbouw en Onderhoud Postbus 520 3440 AM Woerden telefoon 0348 575575 www.fnvafbouwenonderhoud.nl
belangenbehartiging werk- nemers
CNV Vakmensen belangenbehartiging werkPostbus 2525 nemers 3500 GM Utrecht telefoon 030 7511500 www.cnvvakmensen.nl Secretariaat CAO-partijen voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf p/a A&O Services Postbus 11 2280 AA Rijswijk telefoon 070 3366111 www.ao-services.nl PersoneelsFocus
59
Andere organisaties A&O Services info over o.m. pensioenen, Postbus 11 rechten- overzichten, 2280 AA Rijswijk individuele budgetten telefoon 070 336 6111 www.ao-services.nl Stichting Arbouw kenniscentrum arbeidsCeintuurbaan 2 omstandigheden in de bouw Postbus 213, 3840 AE HARDERWIJK telefoon 0341 - 466284 www.arbouw.nl Infoplaza vaststelling gevoelstempera- www.infoplaza.nl/bouw/windchill_new.asp tuur per regio Savantis Limaweg 25 2743 CB Waddinxveen telefoon 0182 641 111 www.savantis.nl
60
CAO 2011-2013 pocketversie
vakopleiding en cursussen
PersoneelsFocus
61
62
CAO 2011-2013 pocketversie
PersoneelsFocus
63
64
CAO 2011-2013 pocketversie