Advys oan Boargemaster en wethâlders fan Ferwerderadiel
Koördinearjende sektor Grondgebied
Registraasjenûmer: 211127-C Ferwert, d.d. 14-5-2014 Underwerp: Ontwerp omgevingsvergunning vergroting loods aan de Meekmawei 15 te Hallum Advys fan: Martin Mulders
Sektor I Boargersaken
Akkoart Sjoch taljochting
dd. dd. dd.
Akkoart haad sektor
Sektor II Middels & Stipe dd. dd. dd.
Sektor III Grûngebiet dd. dd. dd.
Sintrale ynkeap
Stêfburo dd. dd. dd.
dd. dd. dd.
Griffier dd. dd. dd.
Gearfetsjend advys: Na advisering door de raadscommissie de ontwerp-vergunning vaststellen, conform concept, publiceren en ter inzage leggen.
Akkoart gemeentesiktaris
dd.
paraaf Akkoart
Opmerkings siktaris
Beprate
Opmerkings
Boargemaster Wethâlder Wethâlder
Beslút B&W dd. 130514
nûmer:
CONFORM
De gemeentesiktaris, Ja Publikaasje gemeentlike website:
Nee Yn ‘e ried fan:
Op 22 augustus 2012 is op bezwaar een herzien besluit genomen op een omgevingsvergunningaanvraag van Transportbedrijf De Vries voor legalisering en vergroting van de bedrijfsloods aan de Meekmawei 15 te Hallum. Daartegen is beroep aangetekend namens drie bezwaarden. Het beroep werd gegrond verklaard en het besluit werd vernietigd, primair omdat de gevolgde procedure als onjuist werd aangemerkt. Aangezien er nog mogelijkheid bestaat om de vergunning alsnog te verlenen heeft de rechter niet zelf beschikt in de zaak maar slechts opdracht gegeven een nieuw besluit op bezwaar te nemen. In gesprekken met de bewoners van de Doniaweg over de aankoop van hun woningen heeft gedeputeerde Poepjes aangegeven dat er geen juridische procedures gevoerd kunnen worden zolang de onderhandelingen met de bedrijven, de gemeente en de bewoners nog plaatsvinden. Juridische procedures, stelt zij, ondermijnen het vertrouwen als men op een minnelijke manier tracht een oplossing te vinden. Over herziene vergunningverlening heeft in dat kader een gesprek plaats gehad met aanvrager waarbij is afgesproken dat zal worden ingezet op legalisatie van het reeds gebouwde deel van de loods en weigering van verdere nieuwbouw. Een nieuw besluit moet worden verleend met een uitgebreide procedure met mogelijkheden voor inspraak en zienswijzen. De oorspronkelijke aanvraag met de belangrijkste stukken is toegestuurd aan de overlegpartners (art. 3.1.1 Bro) en heeft voor inspraakreacties ter inzage gelegen. Namens de drie bezwaarden zijn wederom reacties ontvangen van Achmea Rechtsbijstand en het SRK die overigens (laatstgenoemde expliciet) primair zijn opgesteld ter veiligstelling van de belangen van die bezwaarden en weinig nieuws aandragen. Bijgaande ontwerp-vergunning gaat wel op de belangrijkste punten in. Voorgesteld wordt: bijgaande ontwerpvergunning, conform concept, na advisering van de raadscommissie vast te stellen en verder in procedure te brengen.
CONCEPT ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING Nr.: 211127-C
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het verzoek van Internationaal Transportbedrijf De Vries & Zn. BV, ten name van de heer D. de Vries, ontvangen dd. 23 december 2011 waarbij omgevingsvergunning wordt gevraagd voor uitbreiden van een bedrijfshal op het perceel kadastraal bekend gemeente Hallum, sectie F, nummers 585 en 586, plaatselijk bekend Meekmawei 15, 9074 TJ te Hallum, inhoudende bouwen en gebruik in strijd met het bestemmingsplan, overwegende dat: het bouwplan op 6 maart 2012 reeds eerder werd vergund; tegen die vergunning op 11 en 18 april 2012 twee bezwaarschriften zijn ingediend bij ons college namens drie omwonenden; daarop een herzien besluit is genomen op 21 augustus 2012; hiertegen beroep is aangetekend bij de Rechtbank Noord Nederland namens de bovengenoemde drie omwonenden; de Rechtbank het besluit op bezwaar heeft vernietigd omdat niet de juiste procedure was gevolgd; de Rechtbank echter niet zelf in de zaak heeft voorzien omdat ons college middels een zwaardere procedure alsnog een vergunning zou kunnen verlenen die wel in stand kan blijven; de Rechtbank daartoe een handreiking heeft gedaan ter bevordering van een oplossing van het geschil op grond waarvan zij ons adviseert de beschikking te herzien; daarbij voor de verschillende aangevraagde activiteiten het navolgende wordt overwogen; voor wat betreft de activiteit ‘bouwen’, dit het bouwen van een opslagloods ter plaatse van Meekmawei 15 te Hallum betreft, het betreffende perceel op grond van het geldende bestemmingsplan ‘Grote Dorpen’ de bestemming ‘Bedrijventerreinen-1’ heeft; het project niet voldoet aan de bepalingen van genoemd plan; er op een eerdere, identieke, aanvraag reeds een positief advies van de welstandscommissie Hûs en Hiem is ontvangen; op grond van een eerdere aanvraag en (nadien door de Rechtbank Leeuwarden vernietigde) vergunning reeds een deel van de nu aangevraagde loods reeds is gerealiseerd; deze aanvraag derhalve mede is gedaan ter legalisering van het gebouwde deel; voor wat betreft de activiteit ‘gebruik in strijd met het bestemmingsplan’: het vigerende bestemmingsplan ‘Grote Dorpen’ voorschrijft dat binnen het bouwblok gebouwd dient te worden; door de Afdeling bestuursrecht van de Raad van State echter de aanduiding van het bouwvlak in het bestemmingsplan is vernietigd; het project, nu geen bouwvlak aanwezig is, afwijkt van regels; een besluit tot afwijking van die regels nu minder wenselijk is aangezien een andere oplossingsrichting in ontwikkeling is, te weten een onderhandeling over aankoop van de burgerwoningen aan de Doniaweg te Hallum, formeel door de provinvcie Fryslân; daarbij bestuurlijk van provinciewege is aangegeven dat die onderhandelingen niet verstoord moeten worden door juridische procedures; ons college daarom met aanvrager is overeengekomen een nieuw besluit op bezwaar te nemen dat zo weinig mogelijk ten nadele van bovengenoemde drie omwonenden zal uitwerken, zonder de belangen van aanvrager buitenproportioneel te schaden; dit besluit inhoudt dat het deel van de aanvraag dat een nog te bouwen deel van het bedrijfsgebouw betreft wordt geweigerd en het deel dat betrekking heeft op het deel van het
bedrijfsgebouw dat reeds gerealiseerd is op basis van een nadien vernietigde vergunning wederom vergund wordt en daarmee gelegaliseerd wordt; daardoor de nu sinds 2010 bestaande situatie blijft gehandhaafd en er – op basis van de redenering van de bovengenoemde drie omwonenden en van de Rechtbank Noord Nederland – er van uit moet worden gegaan dat overlast van vrachtverkeer van en naar de nu te vergunnen bestaande loods niet zal toenemen; op grond daarvan de eerder gestelde voorwaarden ter voorkoming van die toename achterwege kunnen blijven; omwonenden eerder hebben aangegeven niet te zullen vergen dat het reeds gebouwde deel wordt gesloopt – hetgeen het gevolg zou zijn van weigering van ook dat deel van de aanvraag; zulk een sloop de bedrijfsvoering van aanvrager uitermatig ernstig zou schaden en zelfs de illegale status van het deel reeds economische schade met zich meebrengt; deze twee laatstgenoemde gegevens een belangrijk afwegingskader kader vormen voor dit besluit; ons voornemen is voorgelegd aan de overlegpartners conform het vereiste in artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening en aan de inwoners van Ferwerderadiel voor inspraakreacties; geen overlegreacties zijn ontvangen die beantwoording behoeven; namens de bovengenoemde drie omwonenden inspraakreacties zijn ontvangen van SRK en Achmea Rectsbijstand; daarin wordt aangevoerd (voor zover relevant) dat niet inzichtelijk wordt gemaakt dat de bestaande hal een aanvaardbaar leefklimaat niet in de weg staat; ons college daarop overweegt dat een aanvaardbaar leefklimaat op een andere wijze tot stand gebracht zal moeten worden, aangezien vrachtverkeerbewegingen van en naar de bedrijven aan de Doniaweg, die nu door aanvrager worden uitgevoerd , ongeacht de aanwezigheid of de vorm van het bedrijf van aanvrager, onveranderd zullen blijven worden uitgevoerd door een of meer andere transportbedrijven; ons college zich dan ook ten zeerste inspant om de problematiek aan de Doniaweg definitief op te lossen, eerst door aankoop van de burgerwoningen aan de Doniaweg en zo nodig op andere wijze; tevens wordt aangevoerd dat inmiddels door aanvrager een andere loods is aangekocht op Meekmawei 17 te Hallum, zodat door inspreker wordt aangenomen dat de verkeersoverlast toeneemt; ons college daarop overweegt dat de mogelijke effecten van andere ontwikkelingen dan de nu aangevraagde niet in redelijkheid bij de effecten van deze vergunning betrokken kunnen worden en ook daarom moet worden gepoogd de problematiek op andere wijze op te lossen, zoals hierboven aangegeven; tevens wordt aangevoerd dat het concept-besluit geen verantwoording bevat voor gevolgen op de waterhuishouding, natuur- en archeologische waarden; on college daarop overweegt dat het ter inzage gelegde slechts de aanvraag betrof en ons voornemen, niet een ontwerp van het besluit; het ontwerp nu voorligt en genoemde verantwoordingen bevat – voor zover nog relevant, aangezien op grond van deze vergunning geen bouwwerkzaamheden meer zullen worden uitgevoerd; ons college, al bovenstaande overwegend, slechts bereid is toepassing te geven aan artikel 2.12, lid 1, onder a., 3° van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor dat deel van de aanvraag dat betrekking heeft op het reeds gebouwde deel van de bedrijfshal van aanvrager; hiervoor op grond van het raadsbesluit van 27 januari 2011 geen verklaring van geen bedenkingen van de gemeenteraad vereist is; daarvoor een ruimtelijke onderbouwing is opgesteld die onderdeel van de vergunning zal uitmaken; een ontwerp van de vergunning is opgesteld die op is gepubliceerd en aansluitend zes weken ter inzage is gelegd; de aanvraag voor het project is beoordeeld aan hetgeen geregeld is in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; dat voorts de aanvraag is getoetst aan het Besluit omgevingsrecht, de Ministeriele regeling omgevingsrecht, het bouwbesluit, de gemeentelijke bouwverordening en andere relevante gemeentelijke verordeningen. dat gebleken is dat de aanvraag voldoet aan de vereisten; mede gelet op het bepaalde in andere bestuursrechtelijke regelgeving, voor zover van toepassing;
BESLUIT: 1. de gevraagde omgevingsvergunning te verlenen, in overeenstemming met de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte tekeningen en omschrijving voor zover het betreft het reeds gebouwde deel van de aangevraagde vergroting, 2. de aangevraagde omgevingsvergunning te weigeren voor zover het betreft het nog te bouwen deel van de aangevraagde vergroting, zoals in rood doorgehaald op de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte tekeningen; één en ander met verrekening van de legeskosten met die van de eerder verleende vergunning op deze aanvraag en onder de voorwaarden dat: a. het eerder door de heer C. Schoon opgestelde en nu wederom ter motivering ingediende erfinrichtingsplan geheel wordt uitgevoerd en te allen tijde in stand wordt gehouden – dan wel na beschadiging of teloorgang hersteld wordt; b. de aanbevelingen uit het inventariserend ecologisch onderzoek van Tensis (mei 2007)worden overgenomen; c. indien enig bodemarchief wordt aangetroffen, de provinciaal archeoloog daarvan onverwijld op de hoogte wordt gebracht; Ferwert, Burgemeester en wethouders van Ferwerderadiel,
J.J. Hofstede mr. W. van den Berg secretaris burgemeester
Bouwkosten: €.
650.000,00
Leges bouw €. 7.828,75 Leges afwijking €. 1.666,65 Totaal (nader te verrekenen) €. 9.495,40
BEROEP Belanghebbenden die eerder na publicatie van het ontwer-besluit een zienswijze hebben ingedien, alsmede belanghebbenden die kunnen aantonen dat zij redelijkerwijs niet in staat zijn geweest (tijdig) zienswijzen in te brengen, kunnen beroep instellen bij de Rechtbank Leeuwarden, Sector Bestuursrecht, postbus 1702, 8901 CA, Leeuwarden. U kunt ook digitaal beroep instellen bij de bovengenoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een electronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden. De termijn waarbinnen beroep kan worden ingesteld bedraagt zes weken en vangt aan met ingang van de dag na die waarop dit besluit ter inzage is gelegd, zoals bekendgemaakt wordt in het plaatselijke nieuwsblad, het SSN. Het indienen van een beroepsschrift schorst niet de werking van het besluit waartegen het is gericht. Als beroep is ingesteld, is - indien gelet op de betrokken belangen onverwijlde spoed dat vereist – het eveneens mogelijk een voorlopige voorziening te vragen bij de president van de rechtbank.