Meer informatie of vragen
Voor vragen of meer informatie kunt u contact opnemen met de orthopedisch consulenten: telefoonnummer (024) 365 96 59 of per e-mail
[email protected]
Colofon
Uitgave van de afdeling Communicatie, i.s.m. het orthopaediecentrum/fysiotherapie Augustus 2013
Artikelcode
1037416
Bezoekadres Postadres Telefoon Telefax Internet
Hengstdal 3, 6574 NA Ubbergen (bij Nijmegen) Postbus 9011, 6500 GM Nijmegen (024) 365 99 11 (024) 365 92 04 www.maartenskliniek.nl
Adviezen na totale heupoperatie
Inleiding Deze folder ontvangt u omdat u binnenkort een heupprothese krijgt óf omdat u onlangs een heupprothese heeft gekregen. De eerste acht weken na de operatie is het van belang dat u bepaalde bewegingen niet maakt. Dit om te voorkomen dat de kop van het heupgewricht uit de kom raakt (luxatie). In deze folder staat welke bewegingen u de eerste periode wel mag doen en welke bewegingen u niet mag doen. Heeft u als u weer thuis bent nog vragen, dan kunt u contact opnemen met de orthopedisch consulenten.
Risicobewegingen De volgende bewegingen mag u de eerste acht weken niet maken omdat u het risico loopt dat de heupkop uit de kom schiet. Niet: Het geopereerde been naar binnen draaien; Het kruisen van uw benen (het over elkaar slaan van de benen). Dit geldt altijd, of u nu zit, staat of ligt. De heup verder buigen dan 90°(verder dan een haakse hoek tussen romp en bovenbeen); zie ook foto 1. • Combinaties van bovenstaande 3 bewegingen maken. Ook na deze eerste acht weken, dient u voorzichtig te blijven met bovenstaande (risico)bewegingen. Echter, de grenzen mogen iets minder strikt gehanteerd worden. Ga deze bewegingen zeker niet extra oefenen om het heupgewricht weer soepeler te maken. Bij een heupprothese blijft dan immers het risico bestaan dat deze uit de kom schiet. De foto's in deze folder laten van veel voorkomende handelingen en activiteiten (zitten, liggen, bukken, aan- en uitkleden) voorbeelden zien van wat u wel en wat u niet mag doen. De man op de foto's is aan zijn linkerheup geopereerd.
2
11
Sint Maartenskliniek De Sint Maartenskliniek is als enige ziekenhuis in Nederland volledig gespecialiseerd in houding en beweging. U kunt bij ons terecht voor behandeling van eenvoudige tot zeer complexe aandoeningen op het gebied van orthopedie, reumatologie en revalidatie na ziekte, een ongeval of hersenletsel. Doordat we ons volledig richten op aandoeningen aan het houding- en bewegingssysteem is onze ervaring en kennis groot. We staan dan ook bekend als een vooraanstaand ziekenhuis dat in de behandeling gebruik maakt van de laatste inzichten. Op onze onderzoeksafdeling ontwikkelen we nieuwe behandelmethoden en doen we onderzoek naar het effect ervan. Bij de Sint Maartenskliniek staat de patiënt centraal. U wordt persoonlijk benaderd, deskundig begeleid en kunt rekenen op onze uitgebreide voorzieningen. Wij staan klaar om u gastvrij te ontvangen. Voor meer informatie kunt u terecht op onze website www.maartenskliniek.nl.
foto 1
Zitten Belangrijke aandachtspunten bij het zitten: Ga niet zitten op te lage stoelen, te zachte banken, een te laag toilet (gebruik een toiletverhoger) of een te laag bed (gebruik eventueel klossen). Uw juiste zithoogte kunt u met uw fysiotherapeut bepalen. Voorkom dat u te ver voorover bukt/buigt bij het opstaan en gaan zitten, zet daarom bij het opstaan en gaan zitten uw geopereerde been naar voren. Als u zit, trek dan niet uw knieën naar uw borst en voorkom dat u te ver naar voren reikt.
10
3
Toelichting op foto 2a en 2b Op de linkerfoto (2a) zet de man zijn been naar voren. Ook gebruikt hij zijn handen om op te staan, waardoor hij zijn heup minder ver hoeft te buigen. De man op de foto rechts (2b) wil opstaan, maar hij vergeet zijn geopereerde linkerbeen naar voren te zetten, waardoor zijn heup te ver buigt.
WEL
NIET
Vervolgens gaat u zitten, laat u uw romp achterover zakken en zet u uw voeten één voor één in de auto. Daarna zet u de rugleuning weer overeind. Bij het uitstappen ook weer eerst de rugleuning achterover, romp achterover laten leunen en dan één voor één de voeten eruit zetten.
Seksuele activiteit na een totale heupprothese Seksuele activiteit is na een totale heupprothese operatie weer snel mogelijk indien men de risicobewegingen blijft vermijden. In het begin zal de ‘onderste positie’ met de benen uit elkaar en licht gebogen het veiligst en meest comfortabel zijn. Naarmate u verder herstelt (vanaf 8 weken na de operatie), kunt u actiever worden.
Activiteiten en handelingen die u de eerste 8 weken niet mag verrichten: Fietsen; dit omdat u dan snel moet kunnen reageren in het verkeer. U mag wel op een hometrainer fietsen met hoog zadel. Zelf autorijden In bad zitten Zwemmen Zonder stok of kruk lopen, indien het lopen daardoor negatief wordt beïnvloed.
Foto 2a
Foto 2b
Toelichting op foto 3a en 3b Als u zit en bijvoorbeeld iets van uw nachtkastje wilt pakken, zorg dan dat beide billen contact blijven houden met de stoel (3a). Gebeurt dit niet, dan kan het geopereerde been naar binnen draaien (3b). Dit geldt voor zowel het links- als het rechtsom draaien.
4
Hulpmiddelen Er bestaan diverse hulpmiddelen die u gedurende de eerste periode na de operatie van dienst kunnen zijn. Voorbeelden zijn een kousenaantrekker, een badspons met lange steel, een ‘helping hand’, elastische veters en een lange schoenlepel. Voor adviezen over het gebruik en/of aanschaf van hulpmiddelen en praktische adviezen voor thuis, kunt u met uw behandelend therapeut overleggen. Hulpmiddelen kunt u aanschaffen via de Prothese- en Orthesemakerij (POM). Dit onafhankelijke bedrijf is gevestigd op het terrein van de Sint Maartenskliniek. De POM heeft in het souterrain van de kliniek een winkel met showroom ingericht, die u op werkdagen kunt bezoeken tussen 08.00 en 16.30 uur. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met het revalidatiecentrum, telefoonnummer (024) 365 95 50.
9
WEL WEL
NIET
NIET
Foto 3a Foto 7a
Foto 3b
Foto 7b
Toelichting op foto 7a en 7b Op foto 7a heeft de man hulp ingeschakeld om zijn veters te strikken, hierdoor hoeft hij zelf niet te bukken. Op foto 7b strikt de man zelf zijn veters. Daarvoor moet hij veel te ver voorover bukken.
NIET Toelichting foto 4 Op deze foto heeft de man zijn geopereerde linkerheup naar binnen gedraaid. Probeer dit in alle gevallen te voorkomen!
Traplopen Omhoog: zet eerst het niet-geopereerde been op de hogere trede, dan de kruk/stok en het geopereerde been ernaast. Omlaag: zet eerst de kruk/stok en het geopereerde been een trede lager, dan het niet-geopereerde been ernaast. Gebruik bij voorkeur een trapleuning.
Autotransfer Vóór het instappen zet u de autostoel in de achterste stand en de rugleuning achterover. Eventueel legt u nog een stevig kussen op de zitting. 8
Foto 4 5
Liggen Belangrijk bij liggen: Zorg dat uw bed op hoogte is gebracht (eventueel op klossen). In- en uit bed stappen: bij voorkeur aan de geopereerde zijde. Kruis uw benen niet als u in bed ligt. Leg uw benen wat gespreid (eventueel door een kussen tussen uw benen te leggen). U mag op uw buik slapen. Draai van rug- naar buik over de geopereerde zijde. Advies: ga 2 keer per dag een half uur op uw buik of plat op uw rug liggen om de spieren in de lies goed op lengte te brengen. Gedurende de eerste acht weken wordt geadviseerd om op de rug of de buik te slapen. Als dit problemen oplevert, mag u op de geopereerde zijde slapen.
Bukken U mag niet bukken, omdat u dan uw heup te ver zou buigen. Wilt u toch iets van de grond oprapen, zet dan het geopereerde been naar achteren, steun op het andere been en zoek met uw hand steun op bijvoorbeeld een stoel of een tafel. Tillen mag, zolang u maar niet hoeft te bukken.
WEL
Toelichting op foto 5a en 5b U mag niet bukken, omdat uw heup dan te ver buigt. Wat de man op foto 5b doet, is dan ook niet veilig. Op foto 5a heeft de man het geopereerde been naar achteren geplaatst, waardoor te forse buiging van de heup wordt voorkomen. Zonodig kunt u gebruikmaken van een zogenaamde ‘helping hand’, een hulpmiddel. Voor meer informatie over hulpmiddelen zie blz 9 .
Aan- en uitkleden Belangrijk bij aan- en uitkleden: Zorg ervoor dat u uw heup niet te fors buigt bij het aantrekken van (onder)broek, kousen en schoenen. Laat u bij voorkeur helpen of gebruik hulpmiddelen. Zorg er in alle gevallen voor dat u uw geopereerde been niet ongemerkt naar binnen draait (zie foto 6b en foto 4 op blz. 5).
WEL
NIET
Foto 6a Foto 5a
6
NIET
Foto 5b
Foto 6b
Toelichting op foto 6a en 6b Op foto 6a wordt de schoenlepel op de juiste manier gebruikt, namelijk via de binnenzijde van de schoen. Zo voorkomt de man dat zijn been naar binnen draait. Op foto 6b gebruikt hij de schoenlepel van buiten af en draait hij zijn been naar binnen. Probeer dit in alle gevallen te voorkomen. 7