ACTIVITEITENVERSLAG
2014
VAGGA vzw Vereniging voor Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg Antwerpen vzw Door de Vlaamse Overheid erkend als Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg Maatschappelijke zetel Boomgaardstraat 7, 2018 Antwerpen | 03 256 91 00 | 03 256 91 59 |
[email protected] | www.vagga.be | Ondernemingsnummer 0473.488.474
Activiteitenverslag 2014
2
1. Inhoudstafel
1 Inhoudstafel 1 2 3
Inhoudstafel .................................................................................................................................... 2 Voorwoord ...................................................................................................................................... 4 Organisatie ...................................................................................................................................... 5 3.1 Samenstelling Raad van Bestuur ............................................................................................. 5 3.2 Profilering VAGGA ................................................................................................................... 5 3.3 Organogram managementstructuur ....................................................................................... 6 3.4 Afdelingen en vestigingen ....................................................................................................... 6 3.5 Organogram zorgorganisatie ................................................................................................... 7 4 Medewerkers .................................................................................................................................. 8 4.1 Personeelsoverzicht – op 31/12/2014 .................................................................................... 8 4.2 Statistisch overzicht personeel – op 31/12/2014 ................................................................. 10 4.3 Hulpverleningscapaciteit – op 31/12/2014 ........................................................................... 11 5 Facts and figures............................................................................................................................ 12 5.1 Werkingsgebied van VAGGA ................................................................................................. 12 5.2 Cliënten (ZP) – inwoners werkingsgebied ............................................................................. 12 5.3 Cijfers hulpverlening.............................................................................................................. 13 Algemeen....................................................................................................................... 13 Doelgroep kinderen en jongeren (0-17 jaar) ................................................................. 21 Doelgroep volwassenen (18-59 jaar)............................................................................. 27 Doelgroep ouderen ....................................................................................................... 32 Categoriale zorg............................................................................................................. 37 5.3.5.1 Forensische zorg ........................................................................................................ 37 5.3.5.2 Verslavingszorg .......................................................................................................... 43 6 Algemeen beleid............................................................................................................................ 49 6.1 VAGGA algemeen .................................................................................................................. 49 Opendeurdag ................................................................................................................. 49 Cliëntentevredenheid en cliëntenfeedback .................................................................. 52 ICT .................................................................................................................................. 53 Onthaal .......................................................................................................................... 55 6.2 Afdelingen ............................................................................................................................. 56 Kinderen en Jongeren.................................................................................................... 56 6.2.1.1 Kinderteam met infantwerking ................................................................................. 58 6.2.1.2 Latentieteam ............................................................................................................. 59 6.2.1.3 Project “groepstherapie voor kinderen getuige van intrafamiliaal geweld” ............ 59 6.2.1.4 Adoteam .................................................................................................................... 60 6.2.1.5 Kinderen en jongeren in Zoersel ............................................................................... 61 6.2.1.6 Brugfunctie voor Joodse kinderen ............................................................................ 61 Volwassenen en Ouderen ............................................................................................. 63 6.2.2.1 Alle teams op volle toeren ........................................................................................ 64 6.2.2.2 Groepsaanbod van de afdeling Volwassenen en Ouderen ....................................... 64 6.2.2.3 VDIP ........................................................................................................................... 66 6.2.2.4 TAZ: Tender Arbeidszorg in 2014 .............................................................................. 66 6.2.2.5 Epilepsie..................................................................................................................... 67 6.2.2.6 GGZ en Verstandelijk gehandicapten ........................................................................ 67 6.2.2.7 Stagebegeleiding en ASO in VAGGA .......................................................................... 68 Categoriale Zorg ............................................................................................................ 69 6.2.3.1 Jeugd (tot 25 jaar) verslaving en grensoverschrijdend gedrag ................................. 69 6.2.3.2 Verslavingszorg Volwassen en Ouderen ................................................................... 72 6.2.3.3 Verslavingspreventie ................................................................................................. 74
Activiteitenverslag 2014
3
1. Inhoudstafel
6.2.3.4 Forensische werking .................................................................................................. 75 Samenwerking ............................................................................................................................... 79 7.1 Samenwerking met andere GGZ-voorzieningen en partners in de hulpverlening................ 79 7.2 Vertegenwoordiging in beleidsstructuren ............................................................................ 79 8 Lijst verklaring gebruikte afkortingen ........................................................................................... 80 9 Contactgegevens ........................................................................................................................... 81 7
Activiteitenverslag 2014
4
2. Voorwoord
2 Voorwoord ‘It always seems impossoble until it’s done’ (Nelson Mandela) Wij hebben een goed 2014 afgesloten. Op alle vlakken heeft VAGGA het goed gedaan en is het, op enkele tegenvallers na, vrijwel volgens plan verlopen. Daar wil ik allereerst alle medewerkers voor danken. Jullie hebben dit met betrokkenheid, professionaliteit en bevlogenheid gerealiseerd ! Het is duidelijk, wij beginnen de zaken goed op orde te hebben. Maar wij moeten blijven focussen op verbetering daarvan. Vanuit het perspectief van cliëntvriendelijkheid en kwaliteit maar ook op de betrokkenheid en bevlogenheid van onze medewerkers. Waar ik op hoop is dat we in VAGGA het verbeteren van zorg gewoonweg uitdagend, boeiend of gewoon leuk gaan vinden. Ook uiteraard omdat het zo goed is voor onze cliënten! Maar bij het realiseren van dat al is samenwerking met onze zorgpartners onmisbaar. We zijn namelijk steeds meer van elkaar afhankelijk om kwalitatieve hulpverlening en continuïteit van zorg voor onze cliënten te garanderen. Daarom organiseerden we in 2014 een opendeurdag voor onze verwijzers. En met succes ! We mochten meer dan 400 collega’s verwelkomen in onze gebouwen. In 2014 werd weer heel wat gerealiseerd. U vindt hiervan een overzicht in dit activiteitenverslag waarin wij getracht hebben u een overzichtelijk beeld te geven van de werking van VAGGA aan de hand van enkele kencijfers en korte bijdragen. Tot slot wil ik graag alle medewerkers bedanken die een bijdrage geleverd hebben bij de realisatie van dit activiteitenverslag.
Mario De Prijcker Directeur CGG VAGGA vzw Antwerpen, april 2015
Activiteitenverslag 2014
5
3. Organisatie
3 Organisatie 3.1 Samenstelling Raad van Bestuur vzw De Vliering: Koen Oosterlinck vzw De Link: Gui Rusch CM Antwerpen: Stef Vissers vzw Fonds Dr. Andersen: Patrick Vancoillie vzw Stichting Matt Talbot Consulting: Paul Ooms Experts:
Louis Verschueren
Voorzitter: Ondervoorzitter: Secretaris:
Raf De Rycke Gui Rusch Koen Oosterlinck
|
OCMW Antwerpen: Alain Herremans vzw Centrale: Alexander Zanzer vzw Emmaüs: Martie Mol vzw ZNA: Hugo Pietermans
Jos Corveleyn
|
Raf De Rycke
3.2 Profilering VAGGA “The core is the cure.” VAGGA v.z.w. (Vereniging voor Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg Antwerpen) is een Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg erkend en gesubsidieerd door de Vlaamse overheid. VAGGA biedt gespecialiseerde, ambulante behandeling aan kinderen, volwassenen en ouderen met ernstige psychische problemen of stoornissen en aan hun omgeving. VAGGA heeft tevens een gespecialiseerde werking voor verslavingszorg en verslavingspreventie, en voor personen die door justitie verwezen werden voor behandeling (forensische zorg). VAGGA heeft voor alle doelgroepen een multidisciplinair team dat bestaat uit psychiaters, psychologen, maatschappelijk werkers en andere disciplines, allen met een bijkomende psychotherapeutische opleiding. Zij proberen de cliënt op de meest effectieve manier te helpen in samenwerking met de andere actoren in de (geestelijke) gezondheidszorg en partners in de hulpverlening. VAGGA werkt interprofessioneel en multimethodisch. De zorgvraag van de cliënt en zijn omgeving zijn het vertrekpunt voor het opstellen van het behandelplan dat uitgevoerd en geëvalueerd wordt in overleg met de cliënt. VAGGA maakt zoveel mogelijk gebruik van de mogelijkheden van de cliënt en zijn omgeving om het bio-psycho-sociaal functioneren van de cliënt te bevorderen, te herstellen of te behouden. VAGGA streeft een toegankelijke, cultuursensitieve, kwaliteitsvolle en wetenschappelijk verantwoorde zorgverlening na. VAGGA wil tevens zijn deskundigheid ter beschikking stellen van de andere partners in de hulp- en dienstverlening en de belendende sectoren.
Activiteitenverslag 2014
6
3. Organisatie
3.3 Organogram managementstructuur
Algemene vergadering Raad van Bestuur
Directeur Directieteam Directiesecretariaat
Beleidsmedewerkers
Personeelsadministratie en boekhouding
Algemeen beleid
Afdelingshoofd Jeugdzorg
Afdelingshoofd Volwassenen– en Ouderenzorg
Afdelingshoofd Categoriale Zorg
Beleidsteam
Beleidsteam
Beleidsteam
Afdelingsoverleg
Afdelingsoverleg
Afdelingsoverleg
Teamoverleg
Teamoverleg
Teamoverleg
Artsenoverleg
Artsenoverleg
Artsenoverleg
Teams
Teams
Teams
3.4 Afdelingen en vestigingen
fdeling inderen
ongeren
fdeling olwassenen
uderen
es ging elgi lei
es ging elgi lei
es ging oersel
es ging oersel
fdeling ategoriale org es ging oomgaardstraat
Activiteitenverslag 2014
7
3. Organisatie
3.5 Organogram zorgorganisatie
V
fdeling olwassenen ouderen org
fdeling eugd org
inderteam 0- jaar
eam jongvolwassenen - 4 jaar
fdeling categoriale org eam jeugd tot jr verslaving en grens overschrijdend gedrag
aten eteam - jaar
eam volwassenen jaar
dolescen eteam - jaar
eam volwassenen jaar
eam verslavingszorg volw ouderen
eam volwassenen jaar
eam Preven e
eam oersel
uderenteam 0 jaar
ecretariaat werking oersel
eam volwassenen jaar
eam volwassenen ouderen oersel
erslavingszorg
orensische zorg
eam trategisch Plan
orensisch team
eam
gressie
ime ut
asta
Activiteitenverslag 2014
8
4. Medewerkers
4 Medewerkers 4.1 Personeelsoverzicht – op 31/12/2014 29
44
medewerkers (19,34 VTE) zetten zich in voor de DOELGROEP KINDEREN EN JONGEREN.
medewerkers (28,09 VTE), inclusief zelfstandige artsen, maken deel uit van de VOLWASSENEN- EN OUDERENTEAMS.
13
9
24
medewerkers (9,05 VTE), inclusief zelfstandige artsen, zetten zich in voor VERSLAVINGSZORG.
hulpverleners zetten zich in voor de FORENSISCHE WERKING, waarvan 6,42 VTE voor daders van seksueel geweld, geïnterneerden en gedetineerden. Daarnaast begeleidt het TIME OUT-TEAM (1,5 VTE) plegers van intrafamiliaal geweld en biedt het BASTA TEAM ( 2 VTE) agressiebegeleiding.
medewerkers (17,46 VTE) zijn actief in de ADMINISTRATIE EN ONDERSTEUNENDE DIENSTEN. Daarvan werken 16 medewerkers (11,33 VTE) in het onthaal en ter ondersteuning van hulpverleners, 5 (4,05 VTE) op het directiesecretariaat + ICT en 3 (2,08 VTE) voor het (technisch) onderhoud.
73,47%
3397
is het tewerkstellingspercentage binnen VAGGA, ofwel een JOBTIME van gemiddeld 27,92 uren per week (excl. zelfstandige artsen). 43,88% van de medewerkers is 45 JAAR OF OUDER (gemiddeld 43,55 jaar). Er zijn 33 (22,92%) MANNELIJKE en 111 (77,08%) VROUWELIJKE medewerkers.
uren investeerden de medewerkers in VORMING, TRAINING EN OPLEIDING (VTO) waarvan 36 % voor langdurige vorming.
144 medewerkers, ofwel 103,37 VTE (incl. zelfstandige artsen) in VAGGA, 95 medewerkers (62,90 VTE of 60,85%) zijn hulpverleners, 6,55 VTE preventiewerkers, 10,71 VTE werken in projecten & dienstverlening en 23,21 VTE in administratie, onthaal, ondersteunende diensten en management.
9 Personeelsleden (6,55 VTE) werken als PREVENTIEWERKER.
6 medewerkers (5,75 VTE) staan in voor het MANAGEMENT van VAGGA: de directeur, 3 afdelingshoofden en 2 beleidsmedewerkers.
VAGGA spendeerde € 24.014 aan VTO (exclusief loonkost tijdsbesteding).
Activiteitenverslag 2014
9
4. Medewerkers
Leeftijdsverdeling medewerkers (hoofden) exclusief zelfstandigen 2013 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0%
2014
31,54% 33,09% 23,85% 23,02%
16,92% 10,00%
<35
35-44
12,23%
8,46%
45-49
15,11%
5,76%
50-54
10,79% 9,23%
55-59
60+
EVOLUTIE LEEFTIJDSVERDELING (excl. Zelfstandige artsen) JAAR 2010
< 35 jaar 30 24,39% 32 24,81% 31 24,03 31 23,85% 32 23,02%
2011 2012 2013 2014
35-44 jaar 37 30,08% 41 31,78% 37 28,68% 41 31,54% 46 33,09%
45-49 jaar 14 11,38% 14 10,85% 13 10,08% 13 10,00% 17 12,23%
50-54 jaar 18 14,63% 14 10,85% 14 10,85% 11 8,46% 8 5,76%
55-59 jaar 60+ jaar 17 7 13,82% 5,69% 20 8 15,50% 6,20% 25 9 19,38% 6,98% 22 12 16,92% 9,23% 21 15 15,11% 10,79%
Tewerkstellingspercentage exclusief zelfstandigen 2013 40,00% 35,00% 30,00% 25,00% 20,00% 15,00% 10,00% 5,00% 0,00%
2014
34,62% 31,65%
30,77%
30,94%
23,08% 25,18%
8,63% 7,69%
100%
80%
3,85% 3,60% 50-80%
50%
<50%
Activiteitenverslag 2014
10
4. Medewerkers
4.2 Statistisch overzicht personeel – op 31/12/2014 Verdeling personeelskader (op 31/12/2014) inclusief zelfstandige artsen
22,45% 60,85%
10,36%
6,34% Hulpverlening
Preventie
Hulpverlening Preventie Projecten & dienstverlening Overhead Totaal
Projecten & dienstverlening
Overhead
2013 2014 60,34% 59,00 VTE 60,85% 62,90 VTE 8,58% 8,39 VTE 6,34% 6,55 VTE 7,07% 6,91 VTE 10,36% 10,71 VTE 24,01% 23,47 VTE 22,45% 23,21 VTE 100% 97,77 VTE 100% 103,37 VTE
Overhead VAGGA (op 31/12/2014) 24,770% 8,96%
48,82%
17,45%
Onthaal & administratie locaties
Directiesecretariaat & ICT
Onderhoud
Management & beleidsmedewerkers
Onthaal & administratie locaties Directiesecretariaat & ICT Onderhoud Management & beleidsmedewerkers Totaal
2013 2014 48,27% 11,33 VTE 48,82% 11,33 VTE 17,26% 4,05 VTE 17,45% 4,05 VTE 9,97% 2,34 VTE 8,96% 2,08 VTE 24,50% 5,75 VTE 24,77% 5,75 VTE 100% 23,47 VTE 100,00% 23,21 VTE
Activiteitenverslag 2014
11
4. Medewerkers
4.3 Hulpverleningscapaciteit – op 31/12/2014 Hulpverlening - doelgroepen inclusief zelfstandige artsen 10,21% 14,39%
30,75%
44,64%
Kinderen & jongeren
Volwassenen & ouderen
Verslavingszorg
Forensische zorg
Kinderen en Jongeren Volwassenen en ouderen Verslavingszorg Forensische zorg Totaal
2013 18,37 VTE 31,14% 26,48 VTE 44,88% 7,73 VTE 13,09% 6,42 VTE 10,89% 59,00 VTE 100%
2014 19,34 VTE 30,75% 28,08 VTE 44,64% 9,05 VTE 14,39% 6,42 VTE 10,21% 62,90 VTE 100%
Hulpverlening - functies inclusief zelfstandige artsen 13,08%
27,68%
59,24%
Psychiaters
Psychiaters Masters Bachelors Totaal
Masters
2013 7,19 VTE 34,70 VTE 17,11 VTE 59,00 VTE
12,19% 58,81% 29,00% 100%
Bachelors
2014 8,23 VTE 37,26 VTE 17,41 VTE 62,90 VTE
13,08% 59,24% 27,68% 100%
Activiteitenverslag 2014
12
5.Facts and figures
5 Facts and figures 5.1 Werkingsgebied van VAGGA
Vestigingen VAGGA
5.2 Cliënten (ZP) – inwoners werkingsgebied
Zorgregio Antwerpen Zorgregio Brasschaat Zorgregio Schilde Zorgregio Mortsel Totaal binnen werkingsgebied
Cliënten Aantal % 4053 72,4% 396 7,1% 815 14,6% 337 6,0% 5601 100%
Binnen werkingsgebied Buiten werkingsgebied
5601 448
92,6% 7,4%
Algemeen totaal
6049
100%
Inwoners Aantal % 529 562 57,7% 138 639 15,1% 181 416 19,8% 67 513 7,4% 917 130 100%
Cliënten per 1000 inwoners 7,65 2,86 4,49 4,99 6,11
Cliënten per 1000 inwoners 2013 7,10 2,48 3,73 4,93 5,58
2013 = binnen werkingsgebied : 5090 (90,7%) & buiten werkingsgebied: 522 (9,3%)
Activiteitenverslag 2014
5.3
13
5.Facts and figures
Cijfers hulpverlening Algemeen
Aanmeldingen per zorgsoort in 2014
Zorgsoort Forensische zorg Kinder- en jeugdzorg Verslavingszorg Volwassenenzorg Eindtotaal
Cliënt 393 41,6% 379 50,5% 799 64,4% 1465 69,4% 3036 60,2%
Verwijzer 552 58,4% 371 49,5% 441 35,6% 647 30,6% 2011 39,8%
Totaal 2014 945 18,7% 750 14,9% 1240 24,6% 2112 41,8% 5047 100%
Verschil 2013 10,7% -4,9% -7,9% 0,6% -0,8%
2013 854 16,8% 789 15,5% 1346 26,4% 2100 41,3% 5089 100%
2012 829 16,8% 843 17,1% 1292 26,3% 1956 39,8% 4920 100%
Globaal zijn het aantal aanmeldingen status quo gebleven. In de ‘ orensische zorg’ zien we een opmerkelijke stijging van 10,7% t.a.v. 0 , in de ‘ inder- en eugdzorg’ een daling van 4,9% en in de ‘ erslavingszorg’ een daling van ,9% t.a.v. 0 .
Aanmeldingen in verhouding tot zorgperiodes
Nieuwe zorgperiodes 2014 Doelgroepen
Forensische zorg Kinder- en Jeugdzorg Verslavingszorg Volwassenenzorg Eindtotaal
Aanmeldingen 2014
945 750 1240 2112 5047
Niet Aktieve Administratieve Totaal nieuwe doorgegane zorgperiodes zorgperiodes zorgperiodes zorgperiodes 578 463 869 1038 2948 58,4%
47 4 10 14 75 1,5%
57 23 91 154 325 6,4%
72,2% 65,3% 78,2% 57,1% 66,3%
58,4% van de aanmeldingen worden een actieve zorgperiode. Actieve zorgperiode = zp met aanmelding in 2014 die in 2014 minstens 1 FTF aanwezig heeft. Administratieve zorgperiode = zp met aanmelding in 2014 en afgesloten in 2014 zonder dat FTF gepland werd. Niet doorgegane zorgperiode = zp met aanmelding in 2014 en afgesloten in 2014 waarbij FTF1 niet doorging.
Activiteitenverslag 2014
14
5.Facts and figures
Afgesloten aanmeldingen in 2014
Motivatie geen hulp Geen verder contact genomen Andere reden Geen opdracht van het centrum Info / consult volstond Volzet op dienst Buiten werkingsgebied Specialisatie niet in huis Totaal afgesloten aanmeldingen 2014 Totaal aanmeldingen 2014
Hulpvraag door cliënt 155 166 172 88 72 45 24 722 3036
Hulpvraag Totaal 2014 door verwijzer 189 344 29,1% 118 284 24,0% 62 234 19,8% 52 140 11,8% 8 80 6,8% 19 64 5,4% 12 36 3,0% 460 1182 23,4% 2011 5047
2013 427 302 296 193 120 70 36 1444 5084
29,6% 20,9% 20,5% 13,4% 8,3% 4,8% 2,5% 28,4%
2012 354 296 222 182 115 76 41 1286 4921
27,5% 23,0% 17,3% 14,2% 8,9% 5,9% 3,2% 26,1%
Er werden 18,1% minder aanmeldingen afgesloten dan in 2013.
Wachttijd aanmelding - FTF1 met hulpverlener voor zorgperiodes met FTF1 in 2014
Duur aanmelding - FTF 1 < 3weken < 6 weken < 3 maand > 3 maand Eindtotaal Gemiddeld Cum 75%
Totaal Cum 2014 Cum 2013 Cum 2012 Cum 2011 1148 1025 754 393
34,6% 65,5% 88,2% 100% 3320 44,5 dagen 52 dagen
28,1% 30,9% 31,6% 52,8% 56,2% 55,1% 82,4% 82,3% 80,0% 100% 100% 100% 3041 2718 2365 53,3 dagen 54 dagen 58 dagen 68 dagen 69 dagen 64 dagen
De wachttijd tussen aanmelding en FTF1 is gemiddeld met 9 dagen verkort.
Activiteitenverslag 2014
15
5.Facts and figures
Leeftijd per zorgsoort
0-17 jaar Zorgsoort oud nieuw Forensische zorg 1 3 Kinder- en jeugdzorg 398 499 Verslavingszorg 26 194 Volwassenenzorg 0 6 Eindtotaal 425 702 Verhouding oud-nieuw 38% 62% Procent van het totaal 2014 17,8%
18-25 jaar 26-59 jaar oud nieuw oud nieuw 24 110 423 484 49 24 31 13 65 135 366 588 181 285 1065 777 319 554 1885 1862
60+ Totaal 2014 oud nieuw oud nieuw Totaal % 50 35 44% 56% 1130 18% 47% 53% 1014 16% 102 57 36% 64% 1533 24% 229 108 56% 44% 2651 42% 381 200 3010 3318 6328 100%
37% 63% 13,8%
66% 34% 9,2%
50% 50% 59,2%
Tot 2013 956 1004 1397 2522 5879
Tot 2012
16% 916 17% 17% 855 16% 24% 1307 24% 43% 2272 42% 100% 5350 100%
48% 52% 100%
Er zijn 458 zorgperiodes (+7,8%) meer dan in 2013. Het aantal actieve zorgperiodes nam toe voor alle doelgroepen, behalve kinderen en jongeren waar er een status quo is.
Verwijzers in zorgperiodes met aanmelding in 2014
Verwijzerscategorie Gezondheidszorg Eigen initiatief Justitie Initiatief van omgeving Andere initiatieven Welzijnszorg Onderwijs Bijzondere Jeugdbijstand Voorzieningen kinderen en jongeren Gehandicaptenzorg Ouderenzorg Onbekend Eindtotaal
0-5 jr 18 4 1 12 1 3 3 3
45
6-11 jr 12-17 jr 18-25 jr 26-59 jr 53 65 118 616 43 87 409 52 1 119 96 265 25 46 41 89 2 1 21 137 8 8 54 104 51 45 22 5 22 38 17 10 10 3 12 11 4 3 3 11 1 1 2 1 197 373 471 1659
60+ jr 65 20 19 16 7
1 2 162
Aanmelding 2014 935 32,2% 615 21,2% 501 17,2% 229 7,9% 162 5,6% 181 6,2% 126 4,3% 90 3,1% 39 1,3% 21 0,7% 2 0,1% 6 0,2% 2907 100%
2013 30,1% 18,3% 19,4% 10,0% 6,4% 4,8% 4,7% 3,5% 1,7% 0,5% 0,1% 0,5% 2558
2012 30,6% 22,0% 17,5% 9,3% 5,1% 4,6% 4,4% 3,4% 1,3% 0,4% 0,0% 1,4% 2311
Vorig jaar zagen we een daling van het aantal cliënten die zich aanmeldden op eigen initiatief. In vergelijking is er dit jaar een opmerkelijke stijging van cliënten die op eigen initiatief kwamen (+ 31%). 'Gezondheidzorg' blijft de grootste verwijzer en kende een stijging van 21%.
Activiteitenverslag 2014
16
5.Facts and figures
Verwijzers ‘Gezondheidszorg’ in de zorgperiode met aanmelding in 2014
Detail verwijzers gezondheiszorg
0-5 jr
Arts waarvan huisarts waarvan specialist Psychiatrisch ziekenhuis Algemeen ziekenhuis CGG Zelfstandige hulpverleners Drughulpverlening Overige initiatieven in gezondheidszorg Samenwerkingsverband GGZ Psychiatrisch verzorgingstehuis Eindtotaal
2 1 1 2 4 9 1
18
6-11 jr 12-17 jr 18-25 jr 26-59 jr 19 10 9 7 2 14 9
25 13 12 11 6 7 14
1 1
2
53
54 31 23 14 18 8 14 6 3
65
117
60+ jr
295 225 70 97 79 67 43 14 8 11 2
36 32 4 6 7 6 5 2 2
616
65
1
Totaal 2014 431 312 119 137 116 111 86 22 16 12 3 934
46,1% 72,4% 27,6% 14,7% 12,4% 11,9% 9,2% 2,4% 1,7% 1,3% 0,3% 100%
2013 49,3% 70,1% 29,9% 14,5% 12,5% 11,7% 7,8% 1,7% 1,8% 0,8% 0,0% 100%
Artsen blijven de grootste verwijzer in de gezondheidszorg (46,1%). Er zijn slechts verwijzingen vanuit het ‘ amenwerkingsverband GG ’. Hiervan zijn er ‘Initiatief beschut wonen’, ‘Psychiatrische zorg in de thuissituatie, vanuit de ‘Mobiele teams a/ b’ en van het ‘ DIP’ team. .
Aanmeldingsproblematiek in de zorgperiode
Zorgperiode met jaar aanmelding 2014 Hoofdproblematiek Psychische problemen Verslavingsproblemen Gedragsproblemen Interactieproblemen Verwerkingsproblemen Specifieke modaliteit Ontwikkelingsproblemen Overige problemen Eindtotaal
0-5 jr
6-11 jr
5
38
6 10 6 1 9 8 45
31 38 28 3 28 35 201
12-17 jr 18-25 jr 26-59 jr 62 140 39 36 23 35 18 19 372
189 113 63 14 28 22 5 16 450
509 444 268 134 87 81 11 149 1683
60+ jr 51 28 18 28 17 3 1 10 156
Eindtotaal 854 725 425 260 189 145 72 237 2907
29,4% 24,9% 14,6% 8,9% 6,5% 5,0% 2,5% 8,2% 100%
2013
2012
26,4% 21,1% 14,8% 10,2% 7,4% 9,2% 2,0% 8,9% 100%
24,8% 27,6% 14,9% 9,4% 6,8% 6,9% 2,0% 7,5% 100%
Er zijn 187 zorgperiodes (35%) meer met ‘Verslavingsproblemen’ als hoofdproblematiek dan in 2013. Er zijn 183 zorgperiodes (27%) meer met ‘Psychische problemen’ als hoofdproblematiek dan in 2013.
Activiteitenverslag 2014
17
5.Facts and figures
Hoofddiagnose in de zorgperiode Zorgperiodes met FTF 1 in 2014 Hoofddiagnoses AS1
0-17 jr 18-25 jr 26-59 jr
60+ jr
2013
Eindtotaal
2012
Aan een middel gebonden stoornissen
174
136
503
34
847
34,5%
710
33,7%
731
36,8%
Stemmingsstoornissen
18
120
300
40
478
19,5%
346
16,4%
360
18,1%
Andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn
96
49
235
50
430
17,5%
374
17,8%
298
15,0%
Stoornissen in de impulsbeheersing
7
36
147
5
195
7,9%
226
10,7%
174
8,8%
Angststoornissen
27
50
103
8
188
7,7%
151
7,2%
131
6,6%
Stoornissen in de kindertijd
94
22
16
1
133
5,4%
116
5,5%
121
6,1%
Aanpassingsstoornissen
20
6
25
11
62
2,5%
67
3,2%
77
3,9%
0
6
24
4
34
1,4%
39
1,9%
22
1,1%
0
7
19
6
32
1,3%
9
0,4%
24
1,2%
14
1
1
16
0,7%
21
1,0%
12
0,6%
4
5
31
2
42
1,7%
47
2,2%
35
1,8%
454
438
1404
161
2457
100%
Schizofrenie en andere psychotische stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteitsstoornissen Kinder- en jeugdstoornissen : primaire diagnoses Andere Eindtotaal
2106 100% 1985
100%
Opvallendste stijging voor 'Seksuele- en genderidentiteitsstoornissen' van 9 naar 32 diagnoses. Stijging van het aantal hoofddiagnoses voor 'Aan een middel gebonden stoornis' (+19,3%) en 'Stemmingsstoornissen' (+38%).
Afgesloten zorgperiodes en aantal FTF
Zorgsoort Forensische zorg Kinder- en Jeugdzorg Verslavingszorg Volwassenenzorg Eindtotaal
Afgesloten Aantal FTF aanwezig Activiteiten Activiteiten zorgperiodes in in zorgperiode per ZP 2014 per ZP 2013 2014 347 20,5% 2729 16,7% 7,9 7,1 317 18,8% 4204 25,7% 13,3 13,7 500 29,6% 2705 16,5% 5,4 5,1 525 31,1% 6738 41,1% 12,8 11,5 1689 100% 16376 100% 9,7 9,4
Nog altijd meeste FTF-activiteiten per zorgperiode in de ‘Kinder- en jeugdzorg’ (13,3).
Activiteitenverslag 2014
18
5.Facts and figures
Duurtijd zorgperiodes Alle ZP afgesloten in 2014 Duurtijd FTF1 0-5 jr laatste FTF
2014 6-11 jr
12-17 jr 18-25 jr 26-59 jr
60+ jr
≤ maand ≤ maand ≤ maand ≤ 4 maand ≤ maand ≤ maand ≤ jaar ≤ jaar ≤ jaar ≤ 4 jaar ≤ jaar > 5 jaar
22% 44% 56% 78% 89% 89% 89% 100%
8% 14% 22% 31% 39% 45% 67% 89% 98% 100%
39% 52% 62% 68% 72% 76% 86% 95% 98% 99% 100%
40% 49% 60% 68% 73% 76% 89% 97% 98% 99% 99% 100%
42% 49% 56% 61% 65% 67% 79% 90% 94% 97% 98% 100%
33% 42% 53% 57% 60% 69% 78% 86% 90% 91% 96% 100%
Eindtotaal PC 75
9 3,5 mnd
85 1 jaar
290 6 mnd
297 6 mnd
889 9 mnd
91 1687 100,0% 9 mnd 8 mnd
663 39,3% 148 48,1% 138 56,3% 97 62,0% 75 66,4% 55 69,7% 199 81,5% 175 91,9% 64 95,7% 29 97,4% 14 98,2% 30 100,0%
Cum 2014
Cum 2013
Cum 2012
39,3% 48,1% 56,3% 62,0% 66,4% 69,7% 81,5% 91,9% 95,7% 97,4% 98,2% 100%
39,0% 48,4% 56,6% 61,8% 65,8% 68,9% 82,2% 91,7% 96,3% 97,2% 98,0% 100%
34,7% 45,0% 52,2% 57,0% 61,2% 65,7% 77,4% 87,7% 91,7% 94,0% 95,9% 100%
De tendens tot kortere duur van zorgperiodes heeft zich niet verder gezet. In 2014 zien we een status quo wat betreft de duurtijd van de zorgperiodes.
Aantal sessies per zorgperiode
2014
1-5 6 - 10 11 - 20 21 - 30 31 - 40 41 - 50 > 50
42,6% 18,6% 19,9% 8,2% 4,1% 2,2% 4,4%
60,8% 13,3% 10,7% 4,0% 3,2% 1,7% 6,3%
74,8% 14,6% 7,0% 1,8% 0,4% 0,2% 1,2%
66,9% 11,5% 12,7% 3,5% 2,6% 1,2% 1,7%
% van afgesloten ZP in 2014 62,8% 14,3% 11,7% 4,0% 2,4% 1,2% 3,5%
Totaal
317
525
500
347
1689
1560
1428
17,0%
36,2%
25,0%
31,1%
28,2%
28,2%
25,4%
13,3
12,8
5,4
7,9
9,7
9,4
12,2
Aantal sessies aanwezig
Aantal zorgperiodes met 1 sessie Gemiddeld aantal sessies in de zorgperiode
Kinder- en Jeugdzorg
Volwassenen Verslavings Forensische zorg zorg zorg
2013
2012
63,4% 12,8% 12,1% 4,4% 2,6% 1,7% 3,0%
59,5% 13,3% 11,8% 5,0% 3,0% 1,8% 5,7%
Activiteitenverslag 2014
19
5.Facts and figures
Geboden directe hulpverleningsactiviteiten
Zorgsoort
Doorgegaan
Nt doorgegaan
Forensische zorg Kinder- en jeugdzorg Verslavingszorg Volwassenenzorg Eindtotaal 2014 2013 2012
77,6% 73,7% 70,8% 75,4% 42405 74,6% 74,9% 76,6%
22,4% 26,3% 29,2% 24,6% 14471 25,4% 25,1% 23,4%
Totaal 2014 9701 12021 10422 24732 56876
17,1% 21,1% 18,3% 43,5% 100%
2013 8125 11770 9068 23570 52533
15,5% 22,4% 17,3% 44,9% 52533
2012 8149 10078 8810 23042 50079
16,3% 20,1% 17,6% 46,0% 50079
Stijgende trend van 'Niet doorgegane activiteiten' zet zich verder.
Niet Op Afspraak
Afwezig Aanwezig
Aangekondigd
Niet aangekondigd
Totaal ontvangen zorg
2014
42475
73,9%
9456
16,5%
5546
9,6%
57477
2013
40021
74,4%
8691
16,2%
5107
9,5%
53819
2012
40973
74,8%
8743
15,9%
5081
9,3%
54777
Van de aangekondigde afwezigheden zijn er 73% 'niet tijdig' aangekondigd.
Activiteitenverslag 2014
20
5.Facts and figures
Afsluiting zorgperiodes in 2014
Aard afsluiting
0-5 jr
6-11 jr
12-17 jr
18-25 jr
26-59 jr
60+ jr
Totaal 2014
Beëindigd in wederzijds overleg Contacten verbroken Andere afsluiting Beëindigd en extern doorverwezen Terug verwezen naar verwijzer Vroegtijdig beëindigd (tegen advies HV) Beeïndigd door HV Beëindigd door overlijden cliënt Beëindigd door zelfmoord cliënt Onbekend Eindtotaal
44,4% 33,3%
11,1% 11,1%
59,5% 22,5% 6,3% 3,6% 2,7% 2,7% 2,7%
61,6% 22,5% 5,5% 2,8% 1,7% 5,2% 0,7%
42,8% 35,0% 7,7% 6,4% 1,7% 3,4% 2,4%
53,8% 17,6% 9,9% 7,7% 2,2% 3,3% 1,1% 3,3%
9
111
289
0,7% 297
34,9% 25,8% 12,0% 13,3% 5,4% 2,5% 4,3% 0,1% 0,2% 1,5% 885
733 441 161 156 63 54 52 4 2 16 1682
Het aantal ‘Drop uts’ is met
1,1% 91
2013
43,6% 26,2% 9,6% 9,3% 3,7% 3,2% 3,1% 0,2% 0,1% 1,0% 100%
669 367 166 185 49 65 48 6 1 4 1560
42,7% 23,5% 10,4% 11,9% 3,1% 4,2% 3,1% 0,4% 0,1% 0,3% 100%
0% (+74) gestegen en het aantal ‘be indigd in wederzijds overleg’ met +10% (+64) t.o.v. 2013.
Aanwezigheid cliënten t.o.v. aantal hulpverleners die deelnemen aan sessie
Aantal hulpverleners in activiteit aanwezig
Aanwezig
Afwezig, aangekondigd
Afwezig, niet aangekondigd
Eindtotaal
1
38219
74,4%
8349
16,2%
4821
9,4%
51389
89,4%
2
3580
69,5%
936
18,2%
633
12,3%
5149
9,0%
3
644
73,7%
151
17,3%
79
9,0%
874
1,5%
4
32
49,2%
20
30,8%
13
20,0%
65
0,1%
42475
73,9%
9456
16,5%
5546
9,6%
57477
100,0%
Eindtotaal
We merken meer N ’s als er 2 hulpverleners aanwezig zijn in een sessie, namelijk 12,3% t.a.v. 9,4% waarbij er maar 1 hulpverlener aanwezig is. De NOA is het hoogst bij 4 hulpverleners.
Activiteitenverslag 2014
21
5.Facts and figures
Doelgroep kinderen en jongeren (0-17 jaar)
Zorgperiodes in 2014
Gegevens 2014 Jaar aanmelding
Gegevens 2013 Jaar Aantal aanmelding
Gegevens 2012 Jaar Aantal aanmelding
Aantal
%
< 2014
506
45%
< 2013
510
48% < 2012
509
2014
621
55%
2013
561
52% 2012
Totaal
1127
100%
Totaal
1071 100% Totaal
%
Gegevens 2011 %
Jaar aanmelding
Aantal
%
54% < 2011
495
58%
433
46% 2011
363
42%
942
100% Totaal
858
100%
Er zijn +5,2% meer actieve zorgperiodes dan in 2013.
Cliënten per zorgregio
Zorgregio Antwerpen Zorgregio Brasschaat Zorgregio Schilde Zorgregio Mortsel Totaal binnen werkingsgebied
Cliënten Aantal % 723 68,1% 83 7,8% 200 18,9% 55 5,2% 1061 100%
Binnen werkingsgebied Buiten werkingsgebied
1061 52
95,3% 4,7%
Algemeen totaal
1113
100%
Inwoners Aantal % 115 204 61,0% 26 837 14,2% 33 858 17,9% 13 001 6,9% 188 900 100%
Cliënten per 1000 Cliënten per 1000 inwoners 2014 inwoners 2013 6,28 5,87 3,09 3,02 5,91 4,56 4,23 4,48 5,62 5,13
2013 = binnen werkingsgebied : 960 (92,6%) & buiten werkingsgebied: 77 (7,4%),
Activiteitenverslag 2014
22
5.Facts and figures
Wachttijd aanmelding – FTF1 met hulpverlener
Alle ZP met FTF1 in 2014 Duur aanmelding - FTF1 Aantal % 1 week 45 6,4% 1-2 weken 93 13,2% 2-3 weken 86 12,3% 3-4 weken 68 9,7% 4-5 weken 62 8,8% 5-6 weken 47 6,7% 6-8 weken 81 11,5% 2-3 maanden 104 14,8% > 3 maanden 116 16,5% Totaal 702 100% Gemiddelde wachttijd 53 dagen Cum 75% 66 dagen
Cum% 6,4% 19,7% 31,9% 41,6% 50,4% 57,1% 68,7% 83,5% 100%
Cum 2013 Cum 2012 6,5% 17,9% 27,8% 34,8% 42,6% 48,6% 59,0% 75,7% 100%
6,8% 14,3% 23,1% 30,6% 37,1% 41,8% 52,2% 65,6% 100%
67 dagen 86 dagen 81 dagen 111 dagen
De wachttijd tussen aanmelding en FTF1 is gemiddeld met 14 dagen verkort.
Verwijzers in zorgperiode
Verwijzers Gezondheidszorg Justitie Onderwijs waarvan CLB Initiatief van omgeving Eigen initiatief Bijzondere Jeugdbijstand Welzijnszorg Voorzieningen kinderen en jongeren Gehandicaptenzorg Andere initiatieven Eindtotaal
Met aanmeldingen in 2014 136 121 99 71 83 67 63 16 16 7 7 615
22,1% 19,7% 16,1% 71,7% 13,5% 10,9% 10,2% 2,6% 2,6% 1,1% 1,1% 100%
2013 99 112 95 57 81 54 56 15 18 7 24
17,6% 20,0% 16,9% 60,0% 14,4% 9,6% 10,0% 2,7% 3,2% 1,2% 4,3% 561
2012 20,6% 17,1% 19,6% 65,0% 12,9% 8,8% 11,8% 1,4% 4,6% 0,9% 2,3% 433
Er zijn +37,4% meer verwijzingen uit de gezondheidszorg. Het aantal verwijzingen vanuit de CLB is gestegen met 24,5%.
Activiteitenverslag 2014
23
5.Facts and figures
Verwi ers ‘ e ondheids org’ in de orgperiode met aanmelding in 2014
Detail Verwijzers 'Gezondheidszorg'
0-5 Jaar
Arts
6-11 Jaar 12-17 Jaar
Eindtotaal 2014
2013
2
19
25
46
33,8%
31
31,3%
waarvan huisarts
1
10
13
24
55,8%
17
54,8%
waarvan specialist
1
8
10
19
44,2%
14
45,2%
CGG
9
14
7
30
22,1%
25
25,3%
Zelfstandige hulpverleners
1
9
14
24
17,6%
12
12,1%
Psychiatrisch ziekenhuis
2
7
11
20
14,7%
15
15,2%
Algemeen ziekenhuis Overige initiatieven in gezondheidszorg
4
2 1
6 2
12 3
8,8% 2,2%
14 2
14,1% 2,0%
1
0,7%
0
0,0%
136
100%
99
100%
Samenwerkingsverband GGZ
1
Eindtotaal
18
53
65
Verdubbeling van het aantal verwijzingen door zelfstandige hulpverleners. Toename verwijzingen van artsen met + 48,4%.
Hoofdproblematiek in de zorgperiode
Jaar aanmelding 2014 Hoofdproblematiek Verslavingsproblemen Psychische problemen Interactieproblemen Gedragsproblemen Verwerkingsproblemen Ontwikkelingsproblemen Specifieke modaliteit Slachtofferschap Lichamelijk-fysiologisch functioneren Klachten mbt realiteitscontrole Maatschappelijke problemen - sociale inschakeling Eindtotaal
2013
0-5 jr
6-11 jr
5 10 6 6 9 1 3 5
38 38 31 28 28 3 23 5 1
45
195
12-17 jr 140 62 36 39 23 18 35 10 3 2 1 369
2012
Totaal 2014 140 23,0% 105 17,2% 84 13,8% 76 12,5% 57 9,4% 55 9,0% 39 6,4% 36 5,9% 13 2,1% 3 0,5% 1 0,2%
79 96 89 68 50 32 84 38 3 1 0
14,6% 17,8% 16,5% 12,6% 9,3% 5,9% 15,6% 7,0% 0,6% 0,2% 0,0%
16,7% 12,8% 16,3% 13,5% 9,3% 9,1% 14,2% 7,0% 0,9% 0,0% 0,2%
609
540
100%
430
100%
oename ‘Verslavingsproblemen’ met % en toename van ‘Ontwikkelingsproblemen’ met fname ‘Specifieke modaliteit’ met -54%.
%.
Activiteitenverslag 2014
24
5.Facts and figures
Hoofddiagnose AS1 (alle actieve zorgperiodes 2014)
0 - 5 jr
Hoofddiagnose AS1
6 - 11 jr
12 - 17 jr
Totaal 2014
2013
Stoornissen in de kindertijd Aan een middel gebonden stoornissen Andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn *
13
33,3%
118
44,9%
93 191
19,3% 39,5%
224 191
28,5% 24,3%
231 181
29,7% 25,3%
4
10,3%
57
21,7%
118
24,4%
179
22,8%
154
21,5%
Angststoornissen
4
10,3%
28
10,6%
26
5,4%
58
7,4%
38
5,3%
Aanpassingsstoornissen
1
2,6%
24
9,1%
11
2,3%
36
4,6%
41
5,7%
Kinder- en jeugdstoornissen : primaire diagnoses
14
35,9%
14
5,3%
6
1,2%
34
4,3%
28
3,9%
1
2,6%
9 2
3,4% 0,8%
23 9
4,8% 1,9%
32 12
4,1% 1,5%
23 16
3,2% 2,2%
2
5,1%
7 2 2
2,7% 0,8% 0,8%
2 2 1 1
0,4% 0,4% 0,2% 0%
11 4 3 1
1,4% 0,5% 0,4% 0,1%
13 3 3 1
1,8% 0,4% 0,4% 0,1%
39
100%
263
100%
483
100%
785
100%
716
100%
Stemmingsstoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Kinder- en jeugdstoornissen : ouderkindrelatiestoornissen Eetstoornissen Bijkomende codes / Geen diagnose Somatoforme stoornissen Eindtotaal
* Hiervan zijn
, % ‘relatieproblemen’ waarvan
% problemen in de relatie tussen ouder en kind.
.
Stoornissen in de kindertijd Stoornissen in de kindertijd
0-5 jr
6-11 jr
12-17 jr
Totaal 2014
2013
Aandachtstekort- en gedragsstoornissen
3
23,1%
60
50,8%
50
53,8%
113
50,4%
100
46,9%
Pervasieve ontwikkelingsstoornissen Overige stoornissen in de kindertijd
3 6
23,1% 46,2%
17 27
14,4% 22,9%
30 6
32,3% 6,5%
50 39
22,3% 17,4%
51 43
23,9% 20,2%
Communicatiestoornissen Leerstoornissen
1
7,7%
5 4
4,2% 3,4%
2 3
2,2% 3,2%
8 7
3,6% 3,1%
6 10
2,8% 4,7%
Stoornissen in de zindelijkheid
2
1,7%
1
1,1%
3
1,3%
2
0,9%
Ticstoornissen Stoornissen in de motorische vaardigheden
2
1,7%
2
0,9% 0,4%
0
0,0% 0,5%
.
Voedings- en eetstoornissen Eindtotaal
13
100%
1
0,8%
118
100%
1
1,1%
1 1
0,4%
0
0,0%
93
100%
224
100%
213
100%
1
We merken terug een stijging van % bij de “ andachtstekort- en gedragsstoornissen’. In 0 zagen we een daling van 24,2% bij de ‘ andachtstekort – en gedragsstoornissen’ t.o.v. 2012.
Activiteitenverslag 2014
25
5.Facts and figures
Kindermishandeling
2014 Kindermishandeling Ja Neen Onbekend Totaal
2013
2012
FTF1 in 2014
%
FTF1 in 2013
%
FTF1 in 2012
%
83 587 32 702
11,8% 83,6% 4,6% 100%
89 512 67 668
13,3% 76,6% 10,0% 100%
93 436 29 558
16,7% 78,1% 5,2% 100%
Dalende trend aantal dossiers met kindermishandeling.
Aard kindermishandeling
2014 Aard kindermishandeling Emotionele mishandeling Lichamelijke mishandeling Emotionele verwaarlozing Onduidelijke diagnose, vermoeden, risicosituatie Seksueel misbruik: incest Seksueel misbruik: ander Lichamelijke verwaarlozing Totaal
2013
2012
FTF1 in 2014
%
FTF1 in 2013
%
FTF1 in 2012
%
23 18 16 8 2 6 7 80
29% 22,5% 20,0% 10,0% 2,5% 7,5% 8,8% 100%
29 19 14 7 7 6 4 86
33,7% 22,1% 16,3% 8,1% 8,1% 7,0% 4,7% 100%
34 13 17 7 10 6 5 92
37% 14,1% 18,5% 7,6% 10,9% 6,5% 5,4% 100%
Dalende trend emotionele mishandeling en seksueel misbruik
Activiteitenverslag 2014
26
5.Facts and figures
Niet Op Afspraak
Afwezig Aanwezig 2014 2013 2012
7128 7167 6743
73,8% 75,2% 76,9%
Aangekondigd
Niet aangekondigd
1690 1544 1333
836 820 693
17,5% 16,2% 15,2%
8,7% 8,6% 7,9%
Totaal ontvangen zorg 9654 9530 8769
(exclusief verslavings- en forensische zorg)
Aard afsluiting
Aard afsluiting Beëindigd in wederzijds overleg Contacten verbroken Beëindigd en extern doorverwezen Vroegtijdig beëindigd (tegen advies HV) Andere afsluiting Totaal
2014 154 54,8% 70 24,9% 11 3,9% 11 3,9% 35 12,5% 281 100%
2013 152 54,9% 61 22,0% 17 6,1% 11 4,0% 36 13,0% 277 100%
(exclusief verslavings- en forensische zorg)
14,8% meer contacten verbroken t.o.v. 2013.
2012 59,6% 24,3% 7,8% 2,8% 5,5% 100%
Activiteitenverslag 2014
27
5.Facts and figures
Doelgroep volwassenen (18-59 jaar)
Zorgperiodes in 2014
2014 Jaar aanmelding < 2014 2014 Totaal
Aantal 2459 2161 4620
2013 Jaar % aanmelding 53,2% < 2013 46,8% 2013 100% Totaal
Aantal 2366 1902 4268
2012 Jaar % aanmelding 55,4% < 2012 44,6% 2012 100% Totaal
2011 Jaar Aantal % Aantal % aanmelding 2189 56,2% < 2011 2292 60,4% 1707 43,8% 2011 1503 39,6% 3896 100% Totaal 3795 100%
Het aantal zorgperiodes blijft aanzienlijk stijgen (+ 8,2%).
Cliënten per zorgregio
Zorgregio Antwerpen Zorgregio Brasschaat Zorgregio Schilde Zorgregio Mortsel Totaal binnen werkingsgebied
Cliënten Aantal % 2973 74,2% 279 7,0% 535 13,3% 222 5,5% 4009 100%
Binnen werkingsgebied Buiten werkingsgebied
4009 358
91,8% 8,2%
Algemeen totaal
4367
100%
Inwoners Aantal % 297640 58,4% 76057 14,9% 100057 19,6% 36075 7,1% 509829 100%
Cliënten per 1000 inwoners 2014 9,99 3,67 5,35 6,15 7,86
Cliënten per 1000 inwoners 2013 9,21 3,05 4,65 6,06 7,17
2013 = binnen werkingsgebied: 3651 (90,1%) & buiten werkingsgebied: 399 (9,9%)
Er zijn -10,3% minder zorgperiodes buiten ons werkingsgebied dan in 2013.
Activiteitenverslag 2014
28
5.Facts and figures
Wachttijd aanmelding – FTF1 met hulpverlener
Alle zorperiodes met FTF1 in 2014 Duur aanmelding - FTF1 Aantal % 1 week 348 14,4% 1-2 weken 316 13,1% 2-3 weken 296 12,3% 3-4 weken 320 13,2% 4-5 weken 246 10,2% 5-6 weken 190 7,9% 6-8 weken 236 9,8% 2-3 maanden 242 10,0% > 3 maanden 222 9,2% Totaal 2416 100% Gemiddelde wachttijd 41 dagen Cum 75% 48 dagen
Cum% 14,4% 27,5% 39,7% 53,0% 63,2% 71,0% 80,8% 90,8% 100%
Cum 2013 Cum 2012 12,5% 21,8% 31,2% 40,1% 47,8% 55,6% 69,4% 84,6% 100%
14,7% 25,2% 34,7% 44,0% 52,8% 60,0% 70,9% 85,7% 100%
51 dagen 47 dagen 65 dagen 63 dagen
De wachttijd tussen aanmelding en FTF1 is gemiddeld met 10 dagen verkort.
Verwijzers in zorgperiode
Verwijzers Gezondheidszorg Eigen initiatief Justitie Welzijnszorg Initiatief van omgeving Bijzondere Jeugdbijstand Onderwijs Voorzieningen kinderen en jongeren Gehandicaptenzorg Ouderenzorg Andere Eindtotaal
Met aanmelding in 2014 734 34,0% 496 23,0% 361 16,7% 158 7,3% 130 6,0% 27 1,2% 27 1,2% 23 1,1% 14 0,6% 1 0,05% 190 8,8% 2161
100%
2013
2012
609 379 370 99 155 33 25 24 6 0 202
32,0% 19,9% 19,5% 5,2% 8,1% 1,7% 1,3% 1,3% 0,3% 0,0% 10,6%
544 428 315 90 133 25 17 11 5 0 136
31,9% 25,1% 18,5% 5,3% 7,8% 1,5% 1,0% 0,6% 0,3% 0,0% 8,0%
1902
100%
1704 100%
De verwijzingen uit de gezondheidszorg namen in 2014 toe met +20,5%. Na eerdere daling in 2013 is er in 2014 terug een stijging van het eigen initiatief met +31%. Er is ook een stijging van de verwijzingen uit de welzijnszorg met +59,6%.
Activiteitenverslag 2014
29
5.Facts and figures
Verwi ers ‘ e ondheids org’ in de orgperiode met aanmelding in 2014
Gezondheidszorg
18-25 jr
26-59 jr
54 31 23 14 18 8 14 6
295 225 70 97 79 67 43 14 11 8 2
349 256 93 111 97 75 57 20 11 11 2 1
47,5% 73,4% 26,6% 15,1% 13,2% 10,2% 7,8% 2,7% 1,6% 1,5% 0,3% 0,1%
325 53,4% 230 70,8% 95 29,2% 88 14,4% 64 10,5% 59 9,7% 46 7,6% 13 2,1% 5 0,8% 9 1,5% 0 0,0% 0 0,0%
616
734
100%
609
Arts waarvan huisarts waarvan specialist Psychiatrisch ziekenhuis Algemeen ziekenhuis CGG Zelfstandige hulpverleners Drughulpverlening Samenwerkingsverband GGZ Overige initiatieven in gezondheidszorg Psychiatrisch verzorgingstehuis Onbekend Eindtotaal
3 1 118
Totaal 2014
2013
100%
Artsen veruit de grootste verwijzer in de gezondheidszorg.
Hoofdproblematiek in de zorgperiode Jaar aanmelding 2014 Hoofdproblematiek Psychische problemen Verslavingsproblemen Gedragsproblemen Interactieproblemen Verwerkingsproblemen Specifieke modaliteit Lichamelijk-fysiologisch functioneren Slachtofferschap Maatschappelijke problemen - sociale inschakeling Ontwikkelingsproblemen Klachten mbt realiteitscontrole Betrokken bij hoofdclient Ander probleem Eindtotaal
18-25 jr 189 113 63 14 28 22 8 13 3 5 5
26-59 jr 509 444 268 134 87 81 39 30 16 11 10 2 5
463
1637
2013
2012
Totaal 2014 698 33,3% 557 26,5% 331 15,8% 148 7,1% 115 5,5% 103 4,9% 47 2,2% 43 2,0% 19 0,9% 16 0,8% 15 0,7% 2 0,1% 5 0,2%
28,9% 23,3% 16,2% 8,2% 6,6% 7,7% 2,5% 2,8% 1,3% 1,0% 1,3% 0,2% 0,1%
27,2% 32,4% 16,2% 7,5% 5,7% 5,7% 1,8% 1,5% 0,5% 0,5% 0,7% 0,2% 0,4%
2099
1831
1662
100%
Toename ‘Psychische problemen’ met +32% en ‘ erslavingsproblemen’ met +31%. fname ‘ pecifieke modaliteit’ met -27%
Activiteitenverslag 2014
30
5.Facts and figures
Hoofddiagnose AS1 (alle actieve zorgperiodes 2014) Hoofddiagsnose AS1 (alle actieve zorgperiodes 2014) Aan een middel gebonden stoornissen Stemmingsstoornissen Andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn Angststoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Stoornissen in de kindertijd Schizofrenie en andere psychotische stoornissen Aanpassingsstoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteitsstoornissen Somatoforme stoornissen Bijkomende codes / Geen diagnose Eetstoornissen Psychische stoornissen door een somatische aandoening Dissociatieve stoornissen Andere Totaal
Toename van ‘Stemmingsstoornissen’ met
18 - 25 jr 192 27,2% 196 27,8% 77 103 51 49 7 9 9 2 2 4
26 - 59 jr 779 26,9% 690 23,8%
10,9% 479 14,6% 271 7,2% 284 6,9% 53 1,0% 91 1,3% 78 1,3% 69 0,3% 44 0,3% 23 0,6% 10 0,0% 9 0,1% 6 0,6% 13 100% 2899
1 4 706
Totaal 2014 971 26,9% 886 24,6%
16,5% 556 9,3% 374 9,8% 335 1,8% 102 3,1% 98 2,7% 87 2,4% 78 1,5% 46 0,8% 25 0,3% 14 0,3% 9 0,2% 7 0,4% 17 100% 3605
15,4% 10,4% 9,3% 2,8% 2,7% 2,4% 2,2% 1,3% 0,7% 0,4% 0,2% 0,2% 0,5% 100%
0, % en ‘ an een middel gebonden stoornis’ met
2013 26,3% 23,2% 14,9% 10,2% 10,8% 2,8% 3,1% 3,0% 2,1% 1,4% 0,7% 0,5% 0,5% 0,3% 0,2% 3172
, %
Niet Op Afspraak
Afwezig Aanwezig 2014 2013 2012
18851 18484 19019
Aangekondigd
74,7% 75,2% 76,2%
4213 3962 3839
16,7% 16,2% 15,4%
Niet aangekondigd 2188 2125 2098
(exclusief verslavings- en forensische zorg)
8,7% 8,6% 8,4%
Totaal ontvangen zorg 25252 24571 24956
Activiteitenverslag 2014
31
5.Facts and figures
Aard afsluiting
Aard afsluiting Beëindigd in wederzijds overleg Contacten verbroken Beëindigd en extern doorverwezen Terug verwezen naar verwijzer Ander afsluiting Vroegtijdig beëindigd (tegen advies HV) Beeïndigd door HV Beëindigd door overlijden cliënt Beëindigd door zelfmoord cliënt
2014 226 41,2% 127 23,1% 100 18,2% 35 6,4% 32 5,8% 14 2,6% 13 2,4% 1 0,2% 1 0,2%
2013 43,0% 18,9% 22,1% 0,0% 5,0% 2,8% 3,2% 0,0% 0,0%
Totaal
549 100%
535
2012 43,1% 22,2% 20,9% 0,0% 0,0% 3,6% 2,9% 0,0% 0,0% 478
(exclusief verslavings- en forensische zorg)
In tegenstelling tot 2013, waar we een daling vaststelden van het aantal ‘Drop- uts’ t.o.v. 0 merken we in 0 4 terug een stijging van , % meer ‘ ontacten verbroken’ drop-out) t.o.v. 2013.
Activiteitenverslag 2014
32
5.Facts and figures
Doelgroep ouderen
Zorgperiodes in 2014
2014 Jaar aanmelding
2013
Aantal
< 2014 2014
417 164
Totaal
581
2012 2011 Jaar Jaar Jaar % Aantal % aanmeldin Aantal % Aantal % aanmelding aanmelding g 71,8% < 2013 384 71,9% < 2012 335 66,2% < 2011 323 72,4% 28,2% 2013 150 28,1% 2012 171 33,8% 2011 123 27,6% 100% Totaal 534 100% Totaal 506 100% Totaal 446 100%
Stijgend aantal zorgperiodes (+ 8,8%).
Cliënten per zorgregio
Zorgregio Antwerpen Zorgregio Brasschaat Zorgregio Schilde Zorgregio Mortsel Totaal binnen werkingsgebied
Cliënten Aantal % 356 67,2% 34 6,4% 80 15,1% 60 11,3% 530 100%
Binnen werkingsgebied Buiten werkingsgebied
530 38
93,3% 6,7%
Algemeen totaal
568
100%
Inwoners Aantal % 116 718 53,4% 35 745 16,4% 47 501 21,7% 18 437 8,4% 218 401 100%
Cliënten per 1000 Cliënten per 1000 inwoners 2014 inwoners 2013 3,05 2,93 0,95 0,80 1,68 1,16 3,25 3,01 2,43 2,21
2013= binnen werkingsgebied: 479 (91,2%) & buiten werkingsgebied: 46 (8,8%)
Activiteitenverslag 2014
33
5.Facts and figures
Wachttijd aanmelding – FTF1 met hulpverlener
Alle zorgpriodes met FTF1 in 2014 Duur aanmelding - FTF1 Aantal % 1 week 25 12,5% 1-2 weken 12 6,0% 2-3 weken 16 8,0% 3-4 weken 25 12,5% 4-5 weken 17 8,5% 5-6 weken 17 8,5% 6-8 weken 26 13,0% 2-3 maanden 32 16,0% > 3 maanden 30 15,0% Totaal 200 100% Gemiddelde wachttijd 54 dagen Cum 75% 67 dagen
Cum% 12,5% 18,5% 26,5% 39,0% 47,5% 56,0% 69,0% 85,0% 100%
Cum 2013 11,1% 18,7% 26,3% 35,1% 46,2% 60,8% 78,4% 91,8% 100%
Cum 2012 12,4% 30,1% 45,2% 59,1% 66,7% 75,3% 90,3% 96,2% 100%
43 dagen 16 dagen 54 dagen 42 dagen
De gemiddelde wachttijd is met 11 dagen toegenomen. Toename van de wachttijd.
Verwijzers
Verwijzers Gezondheidszorg Eigen initiatief Initiatief van omgeving Justitie Welzijnszorg Ouderenzorg Andere Totaal
Met aanmelding in 2014 65 40,1% 52 32,1% 19 11,7% 16 9,9% 7 4,3% 2 1,2% 1 0,6% 162 100%
2013 63 42,0% 35 23,3% 19 12,7% 15 10,0% 9 6,0% 3 2,0% 6 4,0% 150 100%
2012 43,9% 23,4% 8,8% 14,6% 5,3% 2,9% 1,2% 100%
Er zijn +48,6% meer verwijzingen op eigen initiatief. 40,7% (66) van de aanmeldingen in 2014 met zorgperiode voor ouderen waren in het ouderenteam. 46,9% (76) van de aanmeldingen in 2014 met zorgperiode ouderen waren in de categoriale teams. In het team volwassenen van Zoersel waren in 2014 11 aanmeldingen met zorgperiode ouderen.
Activiteitenverslag 2014
34
5.Facts and figures
Verwijzers ‘Gezondheidszorg’ in de zorgperiode met aanmelding in 2014
Detail Verwijzers gezondheidszorg Arts waarvan huisarts waarvan specialist Algemeen ziekenhuis CGG Psychiatrisch ziekenhuis Zelstandige hulpverleners Drughulpverlening Overige initiatieven in gezondheidszorg Psychiatrisch verzorgingstehuis Samenwerkingsverband GGZ Eindtotaal
Totaal 2014 36 55,4% 32 88,9% 4 11,1% 7 10,8% 6 9,2% 6 9,2% 5 7,7% 2 3,1% 2 3,1% 1 1,5% 0 0,0% 65 100%
Totaal 2013 24 38,1% 19 79,2% 5 20,8% 18 28,6% 6 9,5% 9 14,3% 2 3,2% 0 0,0% 3 4,8% 0 0,0% 1 1,6% 63 100%
Er zijn + 50% meer verwijzingen door artsen. 61,1% minder verwijzingen van een algemeen ziekenhuis.
Hoofdproblematiek in de zorgperiode
Jaar aanmelding 2014
2013
2012
Hoofdproblematiek Psychische problemen Interactieproblemen Verslavingsproblemen Gedragsproblemen Slachtofferschap Verwerkingsproblemen Lichamelijk-fysiologisch functioneren Specifieke modaliteit Ander probleem
Man Vrouw Aantal % 47% 53% 51 32,5% 32% 68% 28 17,8% 50% 50% 28 17,8% 94% 6% 18 11,5% 100% 0% 1 0,6% 35% 65% 17 10,8% 57% 43% 7 4,5% 33% 67% 3 1,9% 50% 50% 4 0,6%
46 20 33 12 2 19 6 9 2
30,9% 13,4% 22,1% 8,1% 1,3% 12,8% 4,0% 6,0% 1,3%
37,4% 14,0% 15,8% 9,9% 1,2% 13,5% 1,2% 2,3% 4,7%
Eindtotaal
100% 100%
149
100%
171
157
100%
Er zijn 40% meer ‘Interactieproblemen’ dan in 2013.
Activiteitenverslag 2014
35
5.Facts and figures
Hoofddiagnose AS1 (alle actieve zorgperiodes 2014)
Er zijn 30% meer 'Andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn'. Dit zijn in hoofdzaak (64%) relationele problemen waarvan 56,25% problemen in de relatie tussen ouder en kind.
Niet Op Afspraak
Afwezig Aanwezig 2014 2013 2012
3697 3361 3255
82,6% 83,8% 83,3%
Aangekondigd 586 511 476
13,1% 12,7% 12,1%
Totaal ontvangen Niet aangekondigd zorg 193 141 178
(exclusief verslavings- en forensische zorg)
4,3% 3,5% 4,6%
4476 4013 3909
Activiteitenverslag 2014
36
5.Facts and figures
Aard afsluiting
Aard afsluiting
2014
Beëindigd in wederzijds overleg Contacten verbroken Beëindigd door overlijden cliënt Beëindigd en extern doorverwezen Vroegtijdig beëindigd (tegen advies HV) Beëindigd door hulpverlener Andere afsluiting Totaal
39 61,9% 11 17,5% 3 4,8% 3 4,8% 1 1,6% 0 0,0% 6 9,5% 63 100%
2013 41 7 0 4 4 1 2 66
(exclusief verslavings- en forensische zorg)
62,1% 10,6% 0,0% 6,1% 6,1% 1,5% 13,6% 100%
2012 50,7% 12,7% 2,8% 14,1% 4,2% 4,2% 11,3% 100%
Activiteitenverslag 2014
37
5.Facts and figures
Categoriale zorg 5.3.5.1
Forensische zorg
Zorgperiodes in 2014 2014 Jaar aanmelding < 2014 2014 Totaal
2013
Aantal 547 615 1162
%
Jaar aanmelding
2012
Aantal
47,1% < 2013 52,9% 2013 100% Totaal
%
Jaar aanmelding Aantal
450 47,0% < 2012 507 53,0% 2012 957 100,0% Totaal
426 484 910
% 46,8% 53,2% 100%
Stijgend aantal zorgperiodes.
Cliënten per zorgregio
Zorgregio Antwerpen Zorgregio Brasschaat Zorgregio Schilde Zorgregio Mortsel Totaal binnen werkingsgebied
Cliënten Aantal % 635 76,2% 76 9,1% 88 10,6% 34 4,1% 833 100%
Binnen werkingsgebied Buiten werkingsgebied
833 136
86% 14%
Algemeen totaal
969
100%
Inwoners Aantal % 529 562 57,7% 138 639 15,1% 181 416 19,8% 67 513 7,4% 917 130 100%
Cliënten per 1000 inwoners 2014 1,20 0,55 0,49 0,50 0,91
Activiteitenverslag 2014
38
5.Facts and figures
Forensische zorg in de zorgsoorten
2014 2013 2012
Forensische zorg 1000 86,1% 809 84,5% 781 85,8%
Jeugdzorg 0 0% 0 0% 1 0,1%
Verslavings Volwassenen zorg zorg 154 8 13,3% 0,7% 138 10 14,4% 1,0% 122 6 13,4% 0,7%
Totaal 1162 100% 957 100% 910 100%
Leeftijdsgroepen forensisch
Actieve ZP in 2014 Leeftijdsdoelgroepen Aantal 0-17 Jaar Jongeren 14 18-59 Jaar Volwassenen 1072 60+ Jaar Ouderen 72 Totaal 1158
% 1,2% 92,6% 6,2% 100%
2013 8 893 54 955
2012 0,8% 93,5% 5,7% 100%
0,0% 92,8% 7,2% 100%
Wachttijd aanmelding - FTF1 met hulpverlener
Alle ZP met FTF1 in 2014 Duur aanmelding - FTF1 1 week 1-2 weken 2-3 weken 3-4 weken 4-5 weken 5-6 weken 6-8 weken 2-3 maanden > 3 maanden Totaal Gemiddelde wachttijd Cum 75%
Aantal % 120 17,4% 123 17,9% 82 11,9% 84 12,2% 56 8,1% 26 3,8% 72 10,5% 60 8,7% 65 9,4% 688 100% 38 dagen 48 dagen
Cum% 17,4% 35,3% 47,2% 59,4% 67,6% 71,4% 81,8% 90,6% 100%
Cum 2013
Cum 2012
17,1% 27,0% 38,1% 45,9% 52,9% 61,9% 76,0% 88,5% 100%
20,3% 37,5% 51,0% 60,8% 68,9% 74,1% 84,3% 91,1% 100%
44 dagen 21 dagen 55 dagen 43 dagen
De wachttijd tussen aanmelding en FTF1 is gemiddeld met 6 dagen verkort.
Activiteitenverslag 2014
39
5.Facts and figures
Verwijzers
Verwijzers
Aanmeldingen 2014
Justitie Eigen initiatief Gezondheidszorg Welzijnszorg Initiatief van omgeving Andere Onderwijs Voorzieningen kinderen en jongeren Gehandicaptenzorg Bijzondere Jeugdbijstand Totaal
335 181 49 19 8 8 6 4 3 1 614
2013
54,6% 29,5% 8,0% 3,1% 1,3% 1,3% 1,0% 0,7% 0,5% 0,2% 100%
341 96 37 11 6 5 1 3 2 5 507
2012 67,3% 18,9% 7,3% 2,2% 1,2% 1,0% 0,2% 0,6% 0,4% 1,0% 100%
64,0% 26,4% 5,4% 0,8% 0,6% 1,4% 0,2% 0,2% 0,8% 0,2% 100%
Toename 'Eigen initiatief’ met +88,5%. Meer verwijzingen vanuit ‘Gezondheidszorg’ (+32,4%), en ‘Welzijnszorg’ (+72,7%).
Verwijzers vanuit justitie
Verwijzers Gevangenis Justitiehuis Politie Justitie : andere Rechtbank Straf- en herstelbemiddeling Totaal
12-25 jr 27 27
43,5% 43,5%
3 4 1 62
4,8% 6,5% 1,6% 100%
26-59 jr
60+ jr
126 109 13 5 1
49,6% 42,9% 5,1% 2,0% 0,4%
9 8 1
50,0% 44,4% 5,6%
254
100%
18
100%
Aanmeldingen 2014 162 48,5% 144 43,1% 14 4,2% 8 2,4% 5 1,5% 1 0,3% 334 100%
Toename verwijzingen vanuit de gevangenis (+20,9%). Minder verwijzingen vanuit justitiehuis (-16,3%).
2013
2012
39,3% 50,4% 4,1% 0,9% 2,3% 2,9% 341
40,3% 54,5% 2,9% 0,6% 0,3% 1,3% 100%
Activiteitenverslag 2014
40
5.Facts and figures
Hoofdproblematiek in de zorgperiode Jaar aanmelding 2014 Hoofdproblematiek Gedragsproblemen Verslavingsproblemen Psychische problemen Interactieproblemen Verwerkingsproblemen Specifieke modaliteit Maatschappelijke problemen sociale inschakeling Klachten mbt realiteitscontrole Ander probleem
12 - 25 jr 26 - 59 jr 64 56,6% 252 57,7% 27 23,9% 75 17,2% 17 15,0% 47 10,8% 1 0,9% 15 3,4% 1 0,9% 14 3,2% 11 2,5%
60+ jr 16 66,7% 1 4,2% 4 16,7%
1
0,9%
2
Totaal
113
1,6% 0,9% 2,7%
1
1,8%
7 4 12
100%
437
100%
Totaal 2014 332 57,8% 103 17,9% 68 11,8% 16 2,8% 15 2,6% 11 1,9%
2013 2012 58,1% 17,2% 9,4% 3,7% 1,6% 6,6%
53,7% 22,4% 8,9% 3,2% 2,7% 5,7%
0,4% 1,4% 1,4%
0,4%
2
4,2% 0,0% 8,3%
4 16
1,6% 0,7% 2,8%
24
100%
574
100% 100% 100%
9
0,2% 2,7%
We zien zoals vorig jaar opnieuw een stijging van ‘Gedragsproblemen’ (+17,3%). In 2013 zagen we een daling van 20% minder ‘ erslavingsproblemen’ t.o.v. 2012. In 2014 zijn de ‘ erslavingsproblemen’ opnieuw gestegen met , %. De ‘Psychische problemen’ zijn ook gestegen met +48%.
Hoofddiagnose AS1 (alle actieve zorgperiodes 2014) Hoofddiagnose AS1
12 - 25 jr
26 - 59 jr
60+ jr
Totaal 2014
2013
2012
Stoornissen in de impulsbeheersing Andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn Aan een middel gebonden stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteitsstoornissen Stemmingsstoornissen Schizofrenie en andere psychotische stoornissen Stoornissen in de kindertijd Angststoornissen Bijkomende codes / Geen diagnose Nagebootste stoornissen Andere
41
35,0% 228 30,9%
8
14,0% 277
30,4% 36,1% 31,7%
20 29
17,1% 179 24,3% 24,8% 175 23,7%
22 7
38,6% 221 12,3% 211
24,2% 20,5% 21,4% 23,1% 23,6% 25,2%
5 6 1 10 1 1
4,3% 5,1% 0,9% 8,5% 0,9% 0,9%
7,6% 6,2% 3,0% 0,8% 1,6% 0,9% 0,1% 0,8%
16 3
28,1% 5,3%
1
1,8%
77 55 23 16 13 9 1 9
8,4% 6,0% 2,5% 1,8% 1,4% 1,0% 0,1% 1,0%
9,2% 4,0% 1,9% 1,5% 1,9% 1,1% 0,1% 0,5%
12,5% 4,4% 1,2% 0,9% 0,6% 1,5% 0,0% 0,5%
Totaal
117
100% 738 100%
57
100%
912
100%
100%
100%
3
2,6%
56 46 22 6 12 7 1 6
tijging van 4 % ‘ ndere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn’. Dit zijn hoofdzakelijk (62%) problemen i.v.m. misbruik of verwaarlozing. We merken ook een stijging van ‘ an een middel gebonden stoornis’ met , % en een stijging van ‘ temmingsstoornissen’ met 9, %.
Activiteitenverslag 2014
41
5.Facts and figures
Behandeling in kader an… Forensisch kader
12 - 25 jr
GGZ aan gedetineerden (STRAPLAN) Project: Intra Familiaal Geweld Niet van toepassing - vrijwillig Conditionele hulpverlening n.a.v. middelengebruik Conditionele hulpverlening n.a.v. grensoverschrijdend gedrag (niet-seksueel) Samenwerkingsakkoord seksuele delinquenten (Jeugddelinquentie) cf. LUIK Jeugdhulpverlening Ander Conditionele hulpverlening n.a.v. gokken Globaal plan - Justitie Onbekend Totaal
7
26 - 59 jr
60+ jr
Totaal 2014
2013
2012
56 18 17 9
45,2% 207 40,9% 15 44,1% 278 41,2% 28,5% 14,5% 102 20,2% 5 14,7% 125 18,5% 21,3% 13,7% 63 12,5% 2 5,9% 82 12,2% 12,9% 7,3% 52 10,3% 3 8,8% 64 9,5% 12,4%
33,2% 17,3% 9,8% 12,7%
20 4
16,1% 3,2%
5,6% 0% 2 1,6% 0% 1 0,8% 124 100%
39 29
7,7% 5,7%
0% 5 1,0% 2 0,4% 4 0,8% 3 0,6% 506 100%
2 7
5,9% 20,6%
61 40
9,1% 5,9%
13,5% 7,3%
13,5% 8,1%
0% 0% 0% 0% 0% 34 100%
7 5 4 4 4 674
1,0% 0,7% 0,6% 0,6% 0,6% 100%
1,3% 0,9% 0,5% 0,9% 0,5% 100%
0% 0,7% 0,6% 0,6% 3,5% 100%
Stijging van +77,1% voor GGZ aan gedetineerden (STRAPLAN). Dalende trend seksueel delinquenten.
Aard probleemgedrag
FTF1 in 2014 Aard probleemgedrag Agressiviteit tav personen (niet-seksueel) Slagen en verwondingen (+ 16 jaar) Vermogensdelict Drugdelict Kinderpornografie - bezit Verbale agressie Levensdelict Andere agressie t.a.v. personen Seksueel Ander seksueel probleemgedrag Recidive Drugdelict Oplichting en bedrog Pedoseksueel: extrafamiliaal Onbekend Ander probleemgedrag Totaal
Aantal 221 139 83 71 22 21 17 16 15 14 13 11 10 34 112 799
% 27,7% 17,4% 10,4% 8,9% 2,8% 2,6% 2,1% 2,0% 1,9% 1,8% 1,6% 1,4% 1,3% 4,3% 14,0% 100%
2013
2012
26,0% 21,2% 7,7% 6,6% 1,5% 3,1% 1,8% 1,0% 1,5% 1,0% 1,6% 0,9% 0,9% 5,8% 19,4% 100%
13,2% 25,1% 6,5% 4,9% 1,1% 3,3% 1,3% 1,3% 0,8% 0,7% 1,3% 2,4% 1,8% 14,3% 22,0% 100%
30,8% meer ‘ gressiviteit t.a.v. personen (niet-seksueel)’. tijging ‘ ermogensdelict’ met ‘Drugdelict’ met %. oename ‘ inderpornografie – bezit’ van 0%.
% en
Activiteitenverslag 2014
42
5.Facts and figures
Niet Op Afspraak
Afwezig Aanwezig 2014 2013 2012
6647 5679 6013
73,3% 73,0% 73,6%
Aangekondigd 1208 1103 1173
13,3% 14,2% 14,3%
Totaal Niet aangekondigd ontvangen zorg 1211 998 982
13,4% 12,8% 12,0%
9066 7780 8168
2013 100 35,9% 70 24,6% 48 16,8% 15 5,3% 17 6,0% 15 5,3% 17 6,0% 1 0,4%
2012 29,7% 23,1% 22,3% 14,6% 4,6% 0,0% 4,6% 1,2%
283
100%
Aard afsluiting
Aard afsluiting Andere afsluiting Beëindigd in wederzijds overleg Contacten verbroken Beeïndigd door HV Beëindigd en extern doorverwezen Terug verwezen naar verwijzer Vroegtijdig beëindigd (tegen advies HV) Beëindigd door overlijden cliënt Totaal
2014 113 30,4% 106 28,5% 82 22,0% 26 7,0% 21 5,6% 17 4,6% 7 1,9% 0 0,0% 372
100%
100%
Stijging van de contacten die beëindigd zijn in wederzijds overleg met +51,4%. De contacten verbroken (drop outs) zijn gestegen met +70,8%.
Activiteitenverslag 2014
43
5.Facts and figures
5.3.5.2 Verslavingszorg
Zorgperiodes in 2014
2014 Jaar aanmelding < 2014 2014 Totaal
Aantal 556 825 1381
2013 %
Jaar aanmelding
40,3% < 2013 59,7% 2013 100% Totaal
2012
Aantal 529 720 1249
%
Jaar aanmelding
42,4% < 2012 57,6% 2012 100% Totaal
Aantal
%
468 683 1151
40,7% 59,3% 100%
Stijgend aantal zorgperiodes (+10,6%).
Cliënten per zorgregio
Zorgregio Antwerpen Zorgregio Brasschaat Zorgregio Schilde Zorgregio Mortsel Totaal binnen werkingsgebied
Cliënten Aantal % 845 71,1% 139 11,7% 127 10,7% 77 6,5% 1188 100%
Binnen werkingsgebied Buiten werkingsgebied
1188 101
92% 8%
Algemeen totaal
1289
100%
Inwoners Aantal % 529 562 57,7% 138 639 15,1% 181 416 19,8% 67 513 7,4% 917 130 100%
Cliënten per 1000 inwoners 2014 1,60 1,00 0,70 1,14 1,30
Activiteitenverslag 2014
44
5.Facts and figures
Verslavingszorg in de zorgsoorten
2014 2013 2012
Forensische Verslavings Volwassenen Jeugdzorg zorg zorg zorg 119 2 1246 14 8,6% 0,1% 90,2% 1,0% 82 2 1146 19 6,6% 0,2% 91,7% 1,5% 71 1 1067 12 6,2% 0,1% 92,7% 1,0%
Totaal 1381 100% 1249 100% 1151 100%
Leeftijdsgroepen verslaving
Actieve ZP 2014 Leeftijdsdoelgroepen 0-17 Jaar Jongeren 18-59 Jaar Volwassenen 60+ Jaar Ouderen Eindtotaal
Aantal 202 1077 101 1380
% 14,6% 78,0% 7,3% 100%
2013
2012
15,7% 75,9% 8,3% 100%
13,6% 79,9% 6,5% 100%
Wachttijd aanmelding – FTF1 met hulpverlener
Alle ZP met FTF1 in 2014 Duur aanmelding - FTF1 Aantal % 1 week 87 9,4% 1-2 weken 137 14,8% 2-3 weken 136 14,7% 3-4 weken 138 14,9% 4-5 weken 112 12,1% 5-6 weken 84 9,1% 6-8 weken 103 11,1% 2-3 maanden 65 7,0% > 3 maanden 64 6,9% Totaal 926 100% Gemiddelde wachttijd 36 dagen Cum 75% 42 dagen
Cum% 9,4% 24,2% 38,9% 53,8% 65,9% 74,9% 86,1% 93,1% 100%
Cum 2013
Cum 2012
11,2% 23,5% 35,6% 46,9% 55,7% 67,3% 82,9% 93,4% 100%
12,6% 24,4% 36,5% 49,6% 63,1% 73,1% 86,0% 94,8% 100%
39 dagen 36 dagen 48 dagen 43 dagen
De wachttijd tussen aanmelding en FTF1 is gemiddeld met 3 dagen verkort.
Activiteitenverslag 2014
45
5.Facts and figures
Verwijzers
Verwijzers Justitie Gezondheidszorg Eigen initiatief Initiatief van omgeving Welzijnszorg Bijzondere Jeugdbijstand Onderwijs Andere initiatieven Voorzieningen kinderen en jongeren Gehandicaptenzorg Totaal
Met aanmelding in 2014 243 30,1% 229 28,3% 179 22,2% 63 7,8% 40 5,0% 18 2,2% 16 2,0% 12 1,5% 4 0,5% 4 0,5% 808
100%
2013 224 170 130 53 18 20 35 66 2 2
31,1% 23,6% 18,1% 7,4% 2,5% 2,8% 4,9% 9,2% 0,3% 0,3%
2012 21,1% 29,9% 22,8% 9,6% 3,5% 4,1% 2,8% 6,2% 0,0% 0,0%
720
100%
100%
Er zijn +34,7% meer verwijzers vanuit de gezondheidszorg en +37,7% meer eigen initiatief. Grote stijging van verwijzingen vanuit de welzijnszorg (+122%).
Hoofdproblematiek in de zorgperiode
Jaar aanmelding 2014 Hoofdproblematiek Verslavingsproblemen Specifieke modaliteit Gedragsproblemen Psychische problemen Interactieproblemen Overige problemen Totaal
12 - 17 jr 140 80,0% 33 18,9% 1 0,6% 1
0,6%
175 100%
18 - 25 jr 103 80,5% 16 12,5% 5 3,9% 3 2,3% 1 0,8% 128
100%
26 - 59 jr 413 86,9% 5 1,1% 28 5,9% 14 2,9% 8 1,7% 7 1,5% 475 100%
60+ jr 24 85,7%
3 1
10,7% 3,6%
28
100%
Totaal 2014 680 84,4% 54 6,7% 34 4,2% 20 2,5% 11 1,4% 7 0,9% 806 100%
2013
2012
69,8% 20,8% 2,0% 3,8% 3,0% 0,7% 100%
84,4% 11,2% 1,5% 1,6% 0,4% 0,9% 100%
37,7% meer ‘ erslavingsproblemen’ en 4 % meer ‘Gedragsproblemen’ dan in 2013. Afname ‘ pecifieke modaliteit’ met -63,3%.
Activiteitenverslag 2014
46
5.Facts and figures
Hoofddiagnose AS1 (alle actieve zorgperiodes 2014)
Jaar aanmelding 2014 Hoofdproblematiek 12 - 17 jr 18 - 25 jr Aan een middel gebonden stoornissen 190 97,4% 184 90,6% Stoornissen in de impulsbeheersing 3 1,5% 11 5,4% Andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn 3 1,5% Stemmingsstoornissen 3 1,5% Schizofrenie en andere psychotische stoornissen Stoornissen in de kindertijd 2 1,0% 2 1,0% Angststoornissen Aanpassingsstoornissen 0,0% Bijkomende codes / Geen diagnose Seksuele stoornissen en genderidentiteitsstoornissen Totaal 195 100% 203 100%
26 - 59 jr 707 86,9% 53 6,5%
60+ jr 94 94,9% 1 1,0%
23 14 7 2 4 1 2
2,8% 1,7% 0,9% 0,2% 0,5% 0,1% 0,2%
1 1
1 814
0,1% 100%
1,0% 1,0% 0,0%
2
2,0%
99
100%
Totaal 2014 1175 89,6% 68 5,2%
2013
2012
87,6% 6,2%
89,6% 6,5%
27 18 7 6 4 3 2
2,1% 1,4% 0,5% 0,5% 0,3% 0,2% 0,2%
3,1% 1,3% 0,7% 0,1% 0,4% 0,2% 0,3%
1,1% 1,1% 0,6% 0,0% 0,4% 0,3% 0,4%
1 1312
0,1% 100%
0,1% 100%
0,1% 100%
‘ an een middel gebonden stoornissen’ blijft veruit de voornaamste hoofddiagnose. Hiervan zijn 52,6% aan alcohol gebonden stoornissen en 32,1% aan cannabis gebonden stoornissen.
Gebruik middelen
Producten 2014 Alcohol 527 40,8% Cannabisderivaten 384 29,7% Stimulantia 223 17,2% Slaap- en kalmeermiddelen 59 4,6% Overige verslavingen (geen middelen) 54 4,2% Opiaten 31 2,4% Andere psycho-actieve drugs 9 0,7% Hallucinogenen 6 0,5% Vluchtige snuifmiddelen 0 0,0% Eindtotaal 1293 100%
2013 42,0% 33,6% 12,1% 3,4% 4,6% 3,7% 0,4% 0,3% 0,0% 100%
2012 46,0% 25,8% 15,2% 5,2% 3,8% 2,6% 0,8% 0,2% 0,3% 100%
Activiteitenverslag 2014
47
5.Facts and figures
Detail gebruik middelen FTF1 in 2014 Producten Opiaten heroïne opium-morfine codeïne voorgeschreven methadon niet-voorgeschreven methadon buprenorfine Stimulantia cocaïne amfetamine xtc (mdma) crack andere stimulantia Slaap- en kalmeermiddelen barbituraten en andere slaapmiddelen benzodiazepine pijnstillers andere slaap- kalmeermiddelen Hallucinogenen lsd paddestoelen en andere plantafleidingen andere hallucinogene producten Cannabisderivaten cannabisderivaten hasj marihuana andere cannabisderivaten Alcohol alcohol bier wijn sterke drank aperitieven Andere psycho-actieve drugs anti-depressiva GHB andere specifieke drugs Overige verslavingen gokken internet verslaving ander verslavingsprobleem Eindtotaal
/
2014 31 17 1 1 10 2 223 1 135 59 26 1 1 59 6 41 8 4 6 3 2 1 384 86 14 283 1 527 31 244 140 100 12 9 1 6 2 54 35 13 6 1293
Activiteitenverslag 2014
48
5.Facts and figures
Niet Op Afspraak
Afwezig Aanwezig
Aangekondigd
Niet aangekondigd
Totaal
2014
676
74,7%
129
14,3%
100
11,0%
905
2013
694
72,3%
142
14,8%
124
12,9%
960
2012
666
74,4%
137
15,3%
92
10,3%
895
Volwassenen
2014 2013 2012
5681 4596 5257
66,7% 66,1% 65,0%
1627 1355 1710
19,1% 19,5% 21,2%
1210 1004 1119
14,2% 14,4% 13,8%
8518 6955 8086
Ouderen
2014 2013 2012
715 704 725
72,1% 70,8% 65,4%
200 221 313
20,2% 22,2% 28,2%
76 69 70
7,7% 6,9% 6%
991 994 1108
Kinderen en jongeren
Aard afsluiting
Aard afsluiting Beëindigd in wederzijds overleg Contacten verbroken Andere afsluiting Beëindigd en extern doorverwezen Vroegtijdig beëindigd (tegen advies HV) Beeïndigd door HV Terug verwezen naar verwijzer Beëindigd door zelfmoord cliënt Eindtotaal
2014 229 45,2% 163 32,1% 51 10,1% 26 5,1% 22 4,3% 11 2,2% 4 0,8% 1 0,2% 507 100%
2013 131 39,6% 105 31,7% 11 3,2% 31 9,4% 28 8,5% 24 7,3% 0 0,0% 1 0,3% 331 100%
2012 48,3% 36,7% 2,3% 5,2% 5,2% 2,3% 0,0% 0,0% 100%
Er werden + 53,2% meer zorgperiodes afgesloten dan in 2013. Er werden + 74,8% meer zorgperiodes beëindigd in wederzijds overleg.
fffz
Activiteitenverslag 2014
6
49
6. Algemeen beleid
lgemeen beleid
6.1 VAGGA algemeen Opendeurdag VAGGA ZET ZIJN DEUREN OPEN – 21 oktober 2014! >> Als gespecialiseerde voorziening in de (ambulante) geestelijke gezondheidszorg is samenwerking en netwerking met onze verwijzers en partners in de hulpverlening van heel groot belang. Om tot een vruchtbare werkrelatie te komen, zijn rechtstreekse communicatie, correcte informatie, open dialoog, goede afspraken en persoonlijk contact onontbeerlijk. Een ‘opendeurdag’ leek ons de ideale formule om dit te stimuleren. En met succes! >> Met 436 inschrijvingen kunnen we stellen dat de interesse zeer groot was. Alle medewerkers hebben zich intensief ingespannen om er een geslaagde middag van te maken. Er werd per team en werking veel creativiteit aan de dag gelegd om het aanbod op een speelse, toegankelijke en boeiende manier voor te stellen. Een fijn neveneffect van de bruisende voorbereidingen en het vele overleggen, was een boost van de teamspirit op alle niveaus. >> Te oordelen aan de vele vragen en positieve reacties die we kregen was het een zeer nuttige namiddag. Bepaalde groepen en werkingen waren nog onvoldoende gekend, de instroomprocedure riep veel vragen op, sommige deelnemers waren verbaasd over ons zeer ruime aanbod en er vonden veel interessante discussies plaats. We waren dan ook allemaal zeer voldaan na en tevreden over dit initiatief. >> Op 23 oktober vond eveneens een opendeurdag plaats in onze vestiging te Zoersel. Weliswaar kleinschaliger maar met evenveel succes.
Activiteitenverslag 2014
50
6. Algemeen beleid
Activiteitenverslag 2014
51
6. Algemeen beleid
Activiteitenverslag 2014
52
6. Algemeen beleid
Cliëntentevredenheid en cliëntenfeedback FEEDBACK VAN CLIËNTEN OM DE RESULTATEN VAN ZORG TE METEN EN TE VERBETEREN >> In het najaar van 2014 werden de eerste stappen gezet om op een kwantitatieve manier feedback van cliënten te vragen over de kwaliteit van de hulpverlening. We startten in oktober 2014 met een algemene cliëntentevredenheidsenquête waarbij één van de vragen peilt naar de tevredenheid over het eerste gesprek met de hulpverlener. Deze bevraging gebeurt weliswaar anoniem en de resultaten ervan worden niet besproken tijdens het verdere hulpverleningsproces. Toch geeft dit al een eerste indicatie over de werkrelatie tussen cliënt en therapeut. >> We willen prioritair de feedback van cliënten een belangrijker plaats geven binnen het hulpverleningsproces. Met als hoofddoelstelling het verhogen van de participatie van de cliënt en het verbeteren van de kwaliteit van de hulpverlening. We leggen dus de nadruk op cliëntenfeedback als therapeutisch instrument (en niet als benchmarking tool), waarbij de input van de cliënt gebruikt wordt om het dialogisch proces tussen cliënt en hulpverlener te voeden en om de behandeling en het behandelplan op te volgen, bij te sturen en te evalueren. Hiertoe zullen kwalitatieve feedbackmomenten met zowel de cliënt als met het team verder geformaliseerd worden. Daarnaast zal ook een kwantitatief meetinstrument gebruikt worden om de voortgang tijdens de behandeling of het resultaat ervan in kaart te brengen. >> Na het vastleggen van voorgaande principes zijn we aan de slag gegaan binnen de afdeling ‘volwassenen’. Er werd bewust gekozen om het project uit te rollen op afdelingsniveau, om verschillende accenten te kunnen leggen per leeftijd en zorgsoort. Om het draagvlak bij de hulpverleners voor een systeem van cliëntenfeedback zo groot mogelijk te maken, werd een bottomup aanpak gevolgd waarbij het systeem in al zijn facetten in overleg met de hulpverleners gekozen zal worden. Dit leidde tot een tijdrovender traject dan het opleggen van een reeds bestaande tool maar met duurzamere resultaten. Er werd volgende werkwijze gevolgd: 1. In alle volwassenen teams werd een presentatie gegeven over cliëntenfeedback en over de principes die we wil hanteren. Tijdens deze vergaderingen werden de teamleden ook bevraagd naar hun huidige ervaring met cliëntenfeedback en beschikbare instrumenten (voorjaar 2014). 2. Er werd een werkgroep samengesteld met een vertegenwoordiger per team die volgende doelstelling heeft aangepakt (najaar 2014): Komen tot een evaluatiecyclus waarin de kans dat de cliënt gehoord wordt en kritische feedback kan geven, gemaximaliseerd wordt. Een proces waarbij de cliënt maximaal betrokken wordt bij de opzet en opvolging van het behandelplan waardoor de stem van de cliënt tijdens cliëntbesprekingen ook aan bod kan komen. We integreren in dit proces een instrument om te evalueren. Concreet formuleerde de werkgroep een antwoord op de volgende vragen: o Hoe concretiseren we een evaluatieve basishouding in ons dagelijks werk? o Op welke manier en waar betrek je daar de cliënt in? o Welk instrument gebruiken we en wanneer? >> In de loop van 2015 zullen de resultaten van de afdeling volwassenen geïmplementeerd worden en zal onderzocht worden op welke manier het systeem van uitkomstenmanagement kan opgevolgd worden. >> In het voorjaar van 2015 zal ook binnen de afdelingen jeugd en categoriale zorg nagedacht worden over een systeem van cliëntenfeedback. Daarbij zullen dezelfde hoofdprincipes en democratische werkwijze gehanteerd worden.
Activiteitenverslag 2014
53
6. Algemeen beleid
ICT EEN UPDATE VAN ONS ICT TEAM
>> GEBRUIKERS Elke werkplek voor de medewerkers bestaat standaard uit een telefoontoestel en een desktop of laptop met volgende software: Windows 8.1, Office 2013, Telepo (ondersteuning telefonie), Chrome Webbrowser, EID software, Easytime (verlofplanning), Anti-virus/firewall programma. Medewerkers kunnen in principe zelf geen software op de toestellen installeren. Indien bijkomende software noodzakelijk is wordt deze beschikbaar gesteld door IT in een Software center. >> PIJLERS EPD (Elektronisch patiëntendossier) Het Elektronisch Patiënten Dossier is een belangrijke applicatie in onze organisatie. Hierin worden alle cliëntengegevens bewaard : dossiers van cliënten planning van afspraken hulpverleners opvolging facturatie cliënten en facturatie mutualiteiten (derde betaler) registratie Vlaams Agentschap en TDI. Mail (Exchange) Elke medewerker heeft een eigen postvak voor zowel interne als externe communicatie. Mappenstructuur Alle bestanden worden bewaard in één gemeenschappelijke structuur. Op elke locatie is een virtuele server aanwezig die een kopie van de mappenstructuur bevat. Onderling repliceren de servers de bestanden. Elke medewerker heeft een V:-map waar alle informatie op organisatie- en teamniveau is terug te vinden en een persoonlijke P:-map waar eigen werkbestanden kunnen geplaatst worden. Telefonie (Telepo) Wij werken niet meer met een klassieke telefooncentrale maar met een Voice over IP-systeem (VOIP). Telefonie is uitbesteed aan onze provider Destiny. Zij leveren een oplossing van Telepo.
Activiteitenverslag 2014
54
6. Algemeen beleid
De software telefooncentrale staat op een server bij Destiny en enkel de telefoontoestellen staan bij ons. Zij zijn verbonden via een apart netwerk met elkaar. Via dit systeem is het mogelijk om met software en een headset op een laptop of desktop te bellen. Via een beveiligde site kunnen we zelf de centrale beheren. >> INFRASTRUCTUUR Servers Elke vestiging is voorzien van één of meerdere fysieke servers. Alle voorziene diensten (Pijlers) draaien op virtuele servers. Door middel van virtualisatie- en replicatiesoftware kan de service in geval van calamiteiten altijd op korte termijn op een andere fysieke server heropgestart worden. Netwerk Alle vestigingen zijn met elkaar verbonden door middel van een VPN verbinding. De locaties Belgiëlei en Boomgaardstraat zijn verbonden door middel van een extra Wi-Fi.
Guest Wi-Fi Om bezoekers toegang te geven tot het Internet is er een gast Wi-Fi voorzien dat afgescheiden is van het VAGGA netwerk. >> ICT- BELEID EN -STRATEGIE Security De security is in 2 lagen geïmplementeerd. De eerste laag is de perimeter. Alles is zo beveiligd dat enkel toestellen van VAGGA toegang hebben tot de netwerken van VAGGA. Er is wel een guest netwerk dat afgescheiden is van het VAGGA netwerk. Toegang is mogelijk vanaf internet d.m.v. VPN met een apart UserID en Paswoord. De tweede laag wordt gevormd door authenticatie op de server. Enkel met een UserID en wachtwoord kan men handelingen uitvoeren op het netwerk en worden toegangen toegekend a.d.h.v. de functie van de medewerker. Performantie Zowel het serverpark als het PC-park worden in een rotatiesysteem vernieuwd. m windows . te kunnen gebruiken op onze toestellen werden in 0 4 werden heel wat pc’s geüpgraded o.a. door meer geheugen en de snellere olite tate Disks D’s in elke server, desktop en laptop.
Activiteitenverslag 2014
55
6. Algemeen beleid
Onthaal
FLEXIBELE EN POLYVALENTE ADMINISTRATIEVE MEDEWERKERS >> De steeds stijgende toestroom van aanmeldingen, heeft in de eerste plaats natuurlijk gevolgen voor het secretariaat. Er komen meer telefonische oproepen binnen, meer cliënten aan de balie om te woord te staan, meer input in het EPD en administratieve opvolging. Er wordt met veel zorg ook gezocht naar een manier om het onthaal permanent geopend te houden. In zo’n omstandigheden de werkpost verlaten is niet evident. Toch wordt er tijd vrijgemaakt voor regelmatig administratief overleg en voor vorming. Bijvoorbeeld omtrent de belangrijke rol van onthaalmedewerkers bij suïcidegerelateerde aanmeldingen. >> De administratieve medewerkers zijn een elementaire schakel in het proces dat een cliënt bij VAGGA doorloopt. Een proces dat continu in vraag wordt gesteld en daar waar mogelijk verbeterd. Zo werd eind 2014 bijvoorbeeld de instroomprocedure voor de afdeling Jeugd gewijzigd. Dit had uiteraard ook een impact op de onthaalmedewerkers, die nu een eerste filter toepassen op basis van objectieve criteria zoals woonplaats en leeftijd. De aanmeldingen worden ook anders geregistreerd. ok bij andere kwaliteitsthema’s wordt de administratieve ploeg betrokken. Eind 2014 zijn we opnieuw gestart met een cliëntentevredenheidsenquête voor cliënten die hun eerste face to face gesprek met een therapeut gehad hebben. Het vraagt dagelijks een alerte houding en opvolging om ervoor te zorgen dat deze doelgroep de enquête overhandigd krijgt. >> In 2014 maakten ze samen met ICT werk van het ordenen en catalogiseren van het boekenfonds van VAGGA. Op dit ogenblik beschikken we zo over een goed geordende bibliotheek met dito digitale catalogus.
Activiteitenverslag 2014
56
6. Algemeen beleid
6.2 Afdelingen Kinderen en Jongeren HET AFDELINGSHOOFD AAN HET WOORD >> De afdeling Jeugdzorg zette het afgelopen jaar voluit in op de kerntaak: de behandeling van cliënten met ernstige psychische problemen en hun omgeving. Elke bijkomende vraag of project wordt steeds beoordeeld in dit kader. In het verleden zagen we reeds in dat er heel wat opportuniteiten liggen in het wijzigen van het instroomsysteem. Zo hopen we verandering te brengen in de lange wachttijd tussen aanmelding en opstart van behandeling. Ook de vele telefonische contacten voorafgaand aan een eerste gesprek en de frustratie die dat bij de medewerkers meebrengt, en het groot aantal cliënten dat niet opdaagt voor afspraken, zijn vatbaar voor verbetering. >> Deze punten indachtig, werd in 2014 een grondige voorbereiding gemaakt voor het wijzigen van het instroomsysteem, dat in 2015 van start kan gaan. We zagen het als een groot project en pakten alle hoeken en kanten aan. Er werd overleg gepleegd op afdelingsniveau, inhoudelijke beslissingen genomen, een concrete planning opgesteld, tools uitgewerkt, etc. >> Gaandeweg werd het voor alle medewerkers duidelijk waar we naartoe zouden evolueren in 2015. Dat de input vanuit de afdeling hiervoor broodnodig was, betekende ook dat het vertrouwen in het nieuwe systeem groeide. En zo ook het vertrouwen in elkaar, iets wat in het nieuwe systeem toch erg centraal zal staan. De inbreng vanuit de afdeling was dan ook onuitputtelijk op velerlei vlak: feedback op voorstellen, input rond inhoud, testcases, nadenken over implicaties op registratie etc. Het is dan ook gepast om een GROOT woord van dank uit te spreken aan de afdeling en het directieteam waardoor deze enorme verandering in 2015 eindelijk kan plaatsvinden. >> Intern kwamen naast het instroomgegeven nog heel wat onderwerpen aan bod. -
-
-
-
Er werd ernstig nagedacht over het groepsaanbod en de plaats van groepstherapie binnen het CGG. Dit resulteerde in een leeftijdsgebonden overzicht op maat van schooljaar 20142015 met veel variatie en expertise. In nagenoeg alle teams werd geëxperimenteerd met de opstart van nieuwe groepen, bijvoorbeeld de ACT-groep in het adoteam of de ik-versterkende groep in het kinderteam. Ook de groepstherapie voor kinderen getuige van (intrafamiliaal) geweld blijft een vaste waarde in onze portfolio, waarin we nog meer personeelsmiddelen investeerden. ls voorbereiding naar 0 werd informatie vergaard over “ inderen uit de knel”, een programma voor gezinnen verwikkeld in een vechtscheiding. Een lokaal samenwerkingsverband in Antwerpen werd hierrond spontaan opgestart, en uiteraard is VAGGA deelnemende partij. Inhoudelijk zochten we naar verdieping in allerlei thema’s. Zo werd een workshop georganiseerd rond de rechtspositie van de minderjarige in de hulpverlening of was er de afdelingsdag waarop een veelheid aan thema’s een plaats kreeg. We blijven ook inzetten op het samenwerken over de team- of afdelingsgrenzen heen, bijvoorbeeld door input op de afdelingsdag. Tijdens de materialendag filterden we het aanwezige spel- en therapie-ondersteunend materiaal op “bruikbaar” of “versleten” en bekeken we waar de hiaten nog liggen. We boden opnieuw de kans aan een aantal stagiaires om in een jeugdteam een observatiestage of lange klinische stage te doen. We merken dat de studenten enthousiast zijn over onze organisatie en ook de medewerkers leren steeds bij van stagiaires. Een belangrijk aspect in de multimethodische werking van onze teams, is dat de personeelsleden een therapie-opleiding volgen.
Activiteitenverslag 2014
-
-
57
6. Algemeen beleid
We evalueerden met de aanwezige studenten therapie-opleiding de gang van zaken en haalden er beleidsmatige punten uit om aan te kaarten in het directieteam. Rond diagnostiek werd opnieuw een 5-tal intervisies georganiseerd. Het is ook erg relevant om het aanwezige testmateriaal goed te kennen, we merken dat een intervisie hierbij helpt. In oktober werden de deuren geopend voor de verwijzers, en in de afdeling werd met veel creativiteit en zorg gewerkt aan een helder en welkom onthaal voor de bezoekers. We stelden met veel plezier vast dat het een groot succes werd. Voor de toekomst rekenen we op de positieve effecten van deze opendeurdag om nog beter samen te werken. Er werd ook nagedacht over de toekomst. De weergave hiervan werd verwerkt in de opmaak van het beleidsplan voor 2015-2017 voor de organisatie.
Extern kwamen veel thema’s op de afdeling af. - In maart ging de wijziging in het jeugdhulpverleningslandschap van start binnen Integrale Jeugdhulp. VAGGA neemt deel als afgevaardigde binnen de sector zowel voor het provinciaal overleg IROJ (Intersectoraal Regionaal Overleg Jeugdhulp) als voor het arrondissementeel overleg in de netwerkstuurgroep. Intern voorzagen we in een opleidingsdag rond Integrale Jeugdhulp voor alle medewerkers die met minderjarigen werken. Het inloggen in het gebruikerssysteem INSISTO om aanmeldingen voor de Intersectorale Toegangspoort te maken, blijkt in de praktijk niet altijd gebruiksvriendelijk. Daarom engageerden we ons in een focusgroep om verbeteringen te realiseren. Er werden afspraken belegd met het VK en OCJ, de 2 gemandateerde voorzieningen, om tot een effectieve en collegiale samenwerking te komen. - Vanuit het kabinet van minister Vandeurzen kwam een uitnodiging voor een dialoogmoment over beleid rond jongeren met een complexe multiproblematiek. Uiteraard gingen we daarop graag in. - Binnen de provincie werd meer toenadering gezocht en gevonden tussen de 4 CGG en het UKJA. Er werd hard gewerkt aan samenwerkingsafspraken en overeenstemming rond onderling doorverwijzen. - Ook de evolutie in de sector Kind & Gezin werd van dichtbij opgevolgd. We zochten contact met de bezielers van de Huizen van het Kind in de stad Antwerpen en bekeken waar de raakvlakken liggen. Het blijkt een ambitieus project te zijn waar zo veel mogelijk vanuit het cliëntperspectief gedacht wordt, iets waar we ons als afdeling uiteraard in vinden. Het is onvoorstelbaar hoe snel een jaar voorbij vliegt binnen de drukte van elke dag. Voor 2015 wens ik de afdeling minstens een even gedreven en enthousiast werkjaar toe. edankt aan alle collega’s
Activiteitenverslag 2014
58
6. Algemeen beleid
6.2.1.1 Kinderteam met infantwerking
NIEUWE PERSPECTIEVEN INZAKE HULPAANBOD EN SAMENWERKING MET BELANGRIJKE PARTNERS >> De wens om een goede werking te realiseren met een geïntegreerd infantaanbod kreeg in 2014 een sterke impuls door de aanwerving en inschakeling van een kinderpsychiater. Door haar inbreng verruimde het gezichtsveld wat betreft verwijs- en behandelmogelijkheden. >> Er werden inspanningen geleverd om een gedifferentieerd en toegankelijk groepsaanbod tot stand te brengen. o bleek het geplande programma voor jonge depressieve moeders “Is dat de roze wolk?” te hoogdrempelig. De kandidaat-moeders waren vaak onvoldoende omringd om voor de helft van de sessies voor opvang van hun baby te zorgen. Daarom werd gezocht naar middelen (en personen om opvang en observatie van de baby’s te koppelen aan de sessies voor de moedergroep. Om een groepsprogramma voor kleuters en beginnende lagere schoolkinderen uit te werken, vonden we in de methodiek van “Het overbos” het gewenste kader. Het Toverbos betreft een vorm van psychodrama waarbij de deelnemende kinderen kunnen onderkennen, uiten en delen van wat zich intern in hen afspeelt. Op deze manier beschikken we over een alternatief voor een meer klassieke individuele speltherapie. Het programma biedt extra kansen omdat het dichter aanleunt bij de leefwereld van kinderen en een transfer naar het dagelijks leven gemakkelijker maakt. We kijken dan ook uit naar de feitelijke start van de beide programma’s die reeds lang in voorbereiding waren. >> 2014 was tevens een jaar waarin gezocht werd naar nieuwe samenwerkingsverbanden. >> In eigen huis werden we geconfronteerd met de moeilijkheid om het hulptraject van ouders binnen de volwassenafdeling en het kind hulptraject met vooral de ouder-kindrelatie als focus, parallel te doen verlopen. Aan goodwill ontbreekt het niet maar een moeilijk te ondervangen oorzaak is de lange wachttijd voor hulpverlening binnen de volwassenafdeling. >> Vooral het overleg met de beleidsmedewerkers van Kind en gezin en de Stad Antwerpen is een bijzondere vermelding waard. Doel ervan was om ons hulpaanbod op de implementatie van de Huizen van het Kind af te stemmen. Hieruit lijkt een samenwerking voort te komen die maakt dat we in de toekomst meer aan verplaatste zorg zullen doen om onze reguliere werking op gang te brengen. >> Het groepsprogramma Triple P (Positif Parenting Program) mocht rekenen op extra belangstelling van één van de naburige Joodse scholen met een gezamenlijk project in 2015 als gevolg.
Activiteitenverslag 2014
59
6. Algemeen beleid
6.2.1.2 Latentieteam
WACHTTIJDEN WEGGEWERKT EN OPSTART NIEUWE GROEPEN >> In 2014 kende het latentieteam een stabiele gemiddelde wachttijd van drie maanden. Met het oog op de start van een nieuw instroomsysteem in 2015 werd in het najaar ingezet op het wegwerken van de wachtlijst. Door de komst van een extra kinderpsychiater en een aantal nieuwe collega’s volbrachten we deze uitdaging. Wegens deze teamuitbreiding ging in 2014 de nodige aandacht naar het functioneren als team. Voorts richtten we ons op de organisatie van een efficiënt cliëntoverleg en het maken van duidelijke behandelplannen. Met dit sterk team kunnen we de goede werking in 2015 verder zetten. >> Er bestond een blijvende focus op het uitvoeren van kwaliteitsvolle (telefonische) screenings met gerichte adviezen (plaatsen wachtlijst, informatieverstrekking, gerichte doorverwijzing, terugkoppeling naar verwijzer,… . >> Het contact en de samenwerking met verwijzers bleef ook in 2014 een belangrijk aandachtspunt extern overleg, telefonische contacten, informatieverlening,… . >> Er werden verschillende groepstrainingen opgestart. Kinderen getuige van (intrafamiliaal) geweld blijft een vaste waarde, zie verder voor meer informatie. De psycho-educatieve groep ontwikkeld voor ouders van kinderen met ADHD werd in 2014 twee maal opgestart en met succes doorlopen. Op vlak van sociale vaardigheden werd een groepstraining ‘ im en lapoor’ georganiseerd. Er werden tevens twee nieuwe groepstrainingen uitgewerkt: een groepstraining rond mindful ouderschap en een groepstraining rond pedagogische aanpak voor ouders van kinderen met de diagnose ADHD. Deze beide programma’s kennen een opstart in 0 . >> Ook in 2015 beogen we ons groepsaanbod te optimaliseren en zal er worden nagedacht over de uitwerking van een groepstherapie rond KOPP en een ACT-groep (Acceptance and Commitment Therapy) voor kinderen.
6.2.1.3 Pro ect “groepstherapie oor kinderen getuige an intrafamiliaal geweld”
GROEPSAANBOD INTRAFAMILIAAL GEWELD VOOR KINDEREN EN OUDERS >> VAGGA vindt het aanbod naar kinderen (en ouders) die getuige werden van geweld erg belangrijk. Naast de subsidiemiddelen investeert VAGGA dan ook zelf nog fors in dit project. >> De intakegesprekken, het voorbereidend werk naar de groep, het bijwerken en verfijnen van het aanbod zijn taken die impliciet verbonden zijn aan dit project. >> In 2013 werd de beleidskeuze gemaakt om de groep als vaste waarde in het aanbod van de Jeugdafdeling te behouden. In de loop van 2014 werden daarom bij de aanwerving van 2 nieuwe medewerkers voor het latentieteam de kandidaten ook extra gescreend op hun engagement voor deze doelgroep. De organisatie en de uitvoering van het aanbod voor deze specifieke groep wordt namelijk gedragen door het latentieteam. De 2 extra krachten vormen nu samen met de therapeute die reeds geruime tijd in het project werkzaam is, een kernploeg intrafamiliaal geweld. Op deze manier wil VAGGA inhoudelijk meer zuurstof in het project stoppen. >> De plannen zijn om in de loop van 2015 de instroomcriteria opnieuw kritisch te bekijken, de inhoud en methodieken in de groepssessies aan te scherpen en het project opnieuw meer bekendheid te bezorgen. >> Naast de gezinnen die deelnemen aan de groepstherapie willen we ook een andere groep cliënten in de kijker zetten. Een grote groep mensen stroomt om diverse redenen niet in in de groep of maakt voor of na de groep ook gebruik van een individueel of ander groepstherapeutisch aanbod.
Activiteitenverslag 2014
60
6. Algemeen beleid
Door de ruime expertise die VAGGA in huis heeft, kunnen de gezinnen die niet instromen in de groep ook terecht voor therapeutische hulp op maat van het gezin. >> Enkele cijfers: 61 intakegesprekken. 52 sessies, 26 in de kindergroep en 26 in de oudergroep. 15 kinderen namen deel aan de groepstherapie. 101 gesprekken met gezinnen die niet in groep kunnen functioneren.
6.2.1.4 Adoteam
MAATWERK VOOR DE ADOLESCENTEN >> De adolescentieperiode staat letterlijk voor de levensfase tussen de kinderjaren en de volwassenheid. In deze periode doen zich op verschillende domeinen en in een snel tempo vele ontwikkelingen voor. De jongere wordt hierbij voor specifieke ontwikkelingstaken geplaatst. Relaties en posities worden binnen het gezin of de vervangende context opnieuw gedefinieerd. Gelinkt aan de veranderingen bij de adolescent vindt tevens een nieuw zoeken plaats naar evenwichten in de ‘nabije contexten’ van de jongere zoals school, vrienden, enzovoort. >> Ons aanbod gaat naar jongeren tussen 12 en 18 jaar (en hun nabije contexten) waarbij het ontrollen van de ontwikkelingstaken vastloopt of dreigt vast te lopen. Gezien de leeftijd van onze doelgroep zoeken we naar een gepaste ‘match’ tussen hulpvraag- en hulpaanbod. We bespreken de verschillende betekenissen die het consulteren heeft voor de betreffende jongere en de ‘belangrijke anderen’ rondom hem of haar. >> Hoewel de jongere van meet af aan als gelijkwaardige gesprekspartner wordt beschouwd (en aangesproken), heeft zij of hij vaak nog nood aan ouderlijke omkadering en een gevoel van verbondenheid. Onze aanpak is gericht op versteviging van zowel deze verbondenheid als het groeien naar zelfstandigheid en individuele ontplooiing. >> In 2014 werd een hervorming van ons instroomsysteem gedetailleerd voorbereid. Alle aangemelde cliënten zullen uitgenodigd worden voor een oriëntatiegesprek waarin we zo goed mogelijk proberen in te schatten of de hulpvraag van de cliënt past binnen het CGG-aanbod. Indien de vraag matcht met ons aanbod starten we een begeleiding op maat van de cliënt. Onze psychiater kan ook steeds betrokken worden in dit proces. Indien nodig verwijzen we door naar gepaste andere hulpverlening. Wachttijden en wachtlijsten worden volgens dit nieuwe systeem sneller en efficiënter weggewerkt. >> In 2014 werden er ook folders gemaakt. Op deze wijze wordt ons aanbod en onze manier van werken transparanter naar onze verwijzers. >> In 2014 gingen we van start met een ACT-groep. Dit is een groepstherapieaanbod voor jongeren van 14 tot 18 jaar. volgens de principes van Acceptance and Commitment Therapy. ACT is een actiegerichte therapievorm. In de groep werken we met een arsenaal aan ervaringsgerichte oefeningen, doe-oefeningen, verhalen, metaforen en technieken uit mindfulness. Er worden zo veel mogelijk handvaten aangereikt om om te gaan met moeilijke gevoelens en gedachten.
Activiteitenverslag 2014
61
6. Algemeen beleid
6.2.1.5 Kinderen en jongeren in Zoersel
ANTENNE IN ZOERSEL >> Ook in 2014 zette de trend van korte wachttijden voor hulpverlening zich verder. In de 2e helft van het jaar was er voor het jeugdteam Zoersel zelfs geen wachttijd meer. >> Uiteraard sluit dit aan op de structurele vernieuwing van het instroombeleid in de afdeling Jeugdzorg. In het jeugdteam van Zoersel werden de voorbereidingen getroffen om met de gepaste modaliteiten van start te kunnen gaan in het nieuwe instroomsysteem. Een kleinere vestiging heeft andere mogelijkheden en opportuniteiten dan de grote vestiging in Antwerpen. Het belangrijkste verschil bleek het screeningsmoment. In het jeugdteam in Zoersel blijft dit moment telefonisch verlopen, zodat we zullen spreken van een TOG (telefonisch oriëntatiegesprek). In de overige teams zullen we in 2015 evolueren naar een face-to-face oriëntatiegesprek. >> In oktober vond ook in Zoersel een opendeurdag voor verwijzers plaats. Naast informele contacten bij een broodje en een drankje, kon gekozen worden voor een plenaire uiteenzetting door Dr. Caroline Vergauwe en Luc Franquet over de werking en het aanbod van het jeugd- en volwassenenteam. Men kreeg de nieuwe onthaalfolder en de folder van de jaarlijks aangeboden KOPP-groep mee. Een dertigtal verwijzers uit het brede werkveld maakten zich vrij voor dit opendeurmoment: huisartsen, ’s, G, thuisbegeleiding, bijzonder onderwijs, psychiatrisch ziekenhuis Bethaniënhuis, CAW, OLO en BJZ. De mogelijkheid tot consult bij onze teams van professional tot professional is iets wat we in de verf blijven zetten. Het aanbod bleek bij de verwijzers nog niet gekend. >> Vanuit het jeugd- en volwassenenteam Zoersel blijft speciale aandacht gaan naar KOPP-kinderen en hun kwetsbare ouders. Dit zowel binnen het individuele aanbod als het groepsaanbod, en de deelname aan de KOPP-reflectie groep in het psychiatrisch ziekenhuis Bethaniënhuis, samen met andere externe zorgpartners. >> In het jeugdteam is er bijzondere aandacht voor kinderen in (v)echtscheidingssituatie en werd de wens geuit om de opleiding ‘ inderen uit de knel’ te kunnen volgen. Misschien volgt hierrond een groepsaanbod voor kinderen en ouders.
6.2.1.6 Brugfunctie voor Joodse kinderen
BRUG GEBOUWD TUSSEN JOODSE GEMEENSCHAP EN HULPVERLENING >> De brugfunctie heeft in 2014 vooral ingezet op het ondersteunen en mediëren op casusniveau. Dit vooral door de communicatie te faciliteren tussen de verschillende participanten op informatief en emotioneel vlak en bij thema’s in de taboesfeer. En door waar nodig mee te zorgen voor een kwaliteitsvolle doorverwijzing naar de geschikte hulpverlening. >> De brugmedewerker heeft samen met netwerkpartners verder gewerkt aan de uitbouw van cultuursensitieve projecten.
-
Ondersteunen en mediëren op casusniveau: Samenwerken met Vagga-therapeuten (overleg, intervisie, co-therapie, doorverwijzing). Joodse contextzorg ondersteunen (pre-intake activiteiten, veiligheidsplannen uitwerken en op elkaar afstemmen van netwerkleden). Collegiaal consult aan andere hulpverlenersorganisties (UKJA, JAC, sociale dienst entrale,… .
Activiteitenverslag 2014
62
6. Algemeen beleid
-
Samenwerken rond cultuursensitieve projecten: De pool van Joodse pleeggezinnen door Pleegzorg Antwerpen. Onderzoek rond hulpverlening in contexten van transmigratie. Participeren aan Experten en Klankbordgroep generieke competenties van Brugfiguren. Participeren aan de Exchangegroep van het Antwerps Netwerk Cultuursensitieve zorg.
-
Ondersteunen van onderzoek met betrekking tot specifieke psycho-sociale thema’s o er de doelgroep: hesisbegeleiding ‘Exploreren van de integratie van werk en religie bij aal Teshuva* oden’.
* Joodse mensen die kiezen voor een meer orthodoxe levensstijl.
Activiteitenverslag 2014
63
6. Algemeen beleid
Volwassenen en Ouderen HET AFDELINGSHOOFD AAN HET WOORD >> 0 4 was voor de volwassenenzorg een ‘gewoon jaar’, versta een beredruk jaar met alweer een toename van aanmeldingen en instroom. Bij wijlen leek de baas blijven van de instroom één van de 12 werken van Hercules. >> 2014 en 2015 zijn ook de jaren van het grote afscheid van heel wat collega’s die met pensioen gaan, een uitwuiven dat in 2014 al begon. Samen met wat extra middelen hebben we geprobeerd de vrijgekomen plaatsen daar te vervangen waar de instroomdruk (relatief) het grootst was. Zo heeft het jongvolwassenenteam en het team in Zoersel er al een ¾ hulpverlener bijgekregen. >> Ondanks de grote aantrekkingskracht van ons aanbod hebben we er toch voor gekozen om dit najaar een opendeurdag te houden. Waar anderen soms de deuren sluiten, doet VAGGA ze kennelijk open. We vinden het belangrijk om zeker in tijden van grote instroomdruk met onze verwijzers goede contacten te onderhouden. Het gaf aan de hulpverleners de gelegenheid om het rijke aanbod van de afdeling in de verf te zetten, maar ook rechtsreeks met de collega’s uit het brede werkveld van gedachten te wisselen en kennis te maken. >> Wat netwerkvorming betreft, werd in het kader van SaRA (netwerk 107 Antwerpen) gewerkt aan de samenwerking in de GGZ in ons werkingsgebied. Allerlei initiatieven krijgen vorm of zoeken aarzelend hun weg. Het blijft een uitdaging hoe de betrokken hulpverleners het overzicht kunnen houden om het omvangrijke geheel opgevolgd te krijgen. We hopen dat gaandeweg de cliënt in ons werkingsgebied op een betere en beter afgestemde GGZ kan rekenen. >> In blijvende onzekerheid over de plannen van de overheid met betrekking tot de VDIP-werking hebben VAGGA en Andante het initiatief genomen om deze werking niet alleen te verbreden naar alle ernstige eerste psychische aandoeningen (i.p.v. alleen psychose) maar ook deze werking naadloos te laten aansluiten op het bestaande ambulante aanbod. Daar waar het klassieke consultatiemodel te kort schiet en meer outreachend of aanklampend dient gehandeld te worden om een cliënt gepaste zorg te bieden, kan dit team daarin voorzien. In de eerste helft hebben we dat in een gemengde werkgroep in een conceptnota gegoten. De tweede helft van het jaar werd dan de overgang gemaakt naar de bredere doelgroep en de link met de teams van VAGGA (volwassenenzorg en verslavingszorg) en Andante. Onze betrokkenheid werd dan ook opgetrokken tot 1 ½ VTE. >> 2014 was ook het jaar van de zoektocht naar samenwerking tussen welzijn en CGG in de zorgregio Schilde. We gaan na hoe onze partners in deze zorgregio een psychosociaal onthaalpunt kunnen realiseren en wij in samenwerking met de huisartsen van de streek een Eerste Lijns Psychologische Functie kunnen uitwerken. Met een goede samenwerking tussen beiden en met de bestaande teams in Zoersel experimenteren we met vormen van zorg. >> Met een vertegenwoordiging van elk team en de beleidsmedewerkers proberen we een systeem op te zetten van therapie-evaluatie en werken met cliëntfeedback. We willen prioritair de feedback van cliënten een belangrijker plaats geven binnen het hulpverleningsproces om de cliëntparticipatie te verhogen en de kwaliteit van de zorg te verbeteren. >> Het suïcidepreventiebeleid van de organisatie kreeg ook dit jaar een nieuwe look. Naast de afspraken voor dringende zorg voor suïcidale cliënten, de vorming die elke (nieuwe) hulpverlener aangeboden krijgt en de specifieke rol hierin van de aanklampende zorg van de VDI-werking, zetten we in 2014 in samenwerking met Werkgroep Verder een groepstherapeutisch aanbod op voor nabestaanden van een geslaagde suïcide van een naaste. Als hoog risicogroep leveren we zo een nieuwe bijdrage in de suïcidepreventie. >> Er werd ook nog tijd gezocht en gevonden voor vorming en om datgene wat in opleidingen of in ervaring wordt opgebouwd ook te delen met een aantal collega’s in middagseminaries. En te midden van dit en nog veel meer, hielden we met heel de ploeg het hoofd koel en bleven we er alweer zorg voor dragen dat meer dan ooit voorheen the cure the core bleef en dat het cliëntencontact onze kern- en hoofdopdracht blijft. Times might not be easy, but are staying wildly fascinating…
Activiteitenverslag 2014
64
6. Algemeen beleid
6.2.2.1 Alle teams op volle toeren
EERSTE FOCUS OP RECHTSTREEKSE CLIËNTENCONTACTEN >> Het jongvolwassen team (18-24 jaar) heeft, net zoals alle andere teams, ook het afgelopen jaar het grootste deel van de tijd besteed aan rechtstreekse cliëntencontacten. Daarnaast hebben ze verder contacten uitgebouwd met de residentiële sector om tot een betere onderlinge samenwerking te komen. Ook de specifieke jongvolwassenenwerkingen in het Antwerpse en in Vlaanderen werden verder in kaart gebracht en er werd geparticipeerd aan het uitwisselen van ervaringen, o.m. via het aanbieden van een workshop tijdens een studiedag rond jongvolwassenheid in Limburg. Ten slotte werd afgelopen jaar ook opnieuw een therapeutische groep opgestart. In 2015 willen we onderzoeken wat de mogelijkheden zijn van een netwerk rond jongvolwassenen in het Antwerpse en een uitwisseling in Vlaanderen. >> De organisatie van de instroom in de 4 parallelle teams (25-60 jaar) is zo opgezet dat het hele aanbod over teamgrenzen heen voor iedereen zo maximaal als mogelijk toegankelijk is, ongeacht bij welke hulpverlener men in eerste instantie terecht komt. Zo werken de hulpverleners binnen deze teams meer over de teamgrenzen heen wat uiteraard een zorgvuldige afstemming vraagt en kennis van de aanpak en specialisaties van alle collega’s. De parallelle teams hebben ondertussen ook een zeer breed en toegankelijk groepsaanbod ontwikkeld (zie ‘groepsaanbod’ van de afdeling . >> Het ouderenteam (60+) blijft inzetten op het versterken van bestaande en zoeken naar nieuwe methodieken om de hulpverlening aan hun boeiende en groeiende doelgroep te optimaliseren. Door jaarlijkse vormingen, intervisiebijeenkomsten en literatuurstudie zoeken de hulpverleners naar gepaste en efficiënte hulpverleningsvormen. Er werd nog verder gewerkt aan een uitbreiding van en een betere samenwerking met partners in de ouderenzorg in onze regio en het actualiseren van de doelgroepspecifieke sociale kaart. De hierdoor ontstane samenwerking tussen het ouderenteam en het dienstencentrum ‘ en Gaarde’, het dienstencentrum ‘ urenborg’ en het dienstencentrum ’Het Huizeken’ in erchem wordt als zeer positief ervaren. >> De teamversterking in Zoersel kwam zeker niet te vroeg: het aanbod kan ook in Zoersel amper de vraag volgen. In 2014 werden de eerste stappen gezet om te onderzoeken hoe we in samenwerking met de huisartsen een lokaal initiatief kunnen nemen om ons aanbod te verbreden naar een eerstelijns psychologische functie. Samen met de plannen van onze partners om een psychosociaal onthaal te organiseren in de zorgregio, zit er een verbreding van het ambulante zorgaanbod in de steigers.
6.2.2.2 Groepsaanbod van de afdeling Volwassenen en Ouderen
ZEER UITEGBREID EN TOEGANKELIJK GROEPSAANBOD >> Het portfolio aan groepstherapie binnen de afdeling volwassenen en ouderen is zeker het vermelden waard. Met een breed en geschakeerd aanbod proberen we aan heel wat zorgnoden tegemoet te komen:
Gedragstherapeutisch aanbod: In 2014 ging de groep “Dialectische gedragstherapie (D T)” voor de 2de keer door. Dit is een wekelijkse vaardigheidstraining gedurende zes maanden, opgebouwd rond aandacht of ‘mindfulness’, intermenselijke vaardigheden, emotieregulatie- en crisisvaardigheden, naar het model van Marsha Linehan. De golden oldie, de groep “Ki ken naar klachten” heeft 2 keer plaatsgevonden. De kern van de training blijft liggen op psycho-educatie, zicht krijgen op de eigen klachten en probleemsamenhang en komen tot een individueel actieplan, maar nog specifieker gericht op cliënten met angst- en paniekklachten.
Activiteitenverslag 2014
65
6. Algemeen beleid
De groep “ cceptance and ommitment Therapy ( T)” werd herhaald. ACT gaat over keuzes maken in het leven, om een leven te leiden dat kwaliteitsvol is en erbij nemen van onvermijdelijke tegenslagen. In 2014 werd de nieuwe groep ‘Loslaten, ‘anders leren omgaan met piekeren’ gelanceerd. Dit is een cursus voor cliënten bij wie piekeren een wezenlijk bestanddeel vormt van hun problematiek. Cliënten leren er bewust en anders mee omgaan.
Ervaringsgericht aanbod: Eén ervaringsgerichte groepstherapie voor volwassenen (+25) met ernstige psychische en/of psychiatrische problemen biedt een veilige plek waarin kan toegewerkt worden naar en geëxperimenteerd met meer ruimte innemen, zichzelf zijn, contact maken met zijn/of haar gevoel en behoeften, zich verbinden met anderen en anderen te vertrouwen. De kortdurende ervaringsgerichte groepstherapie is voor mensen die in interactie met anderen willen stilstaan bij eigen innerlijke vragen. Bedoeling is om traumatische ervaringen in de veilige context van een groepswerking te verwerken. Iedereen werkt op zijn eigen tempo, met respect voor het tempo van de anderen.
Specifieke groepen: De groep ‘Op oek naar in’ is een groepstherapie bestemd voor mannen en vrouwen vanaf 60 jaar die te kampen hebben met verschillende klachten. De zinsvraag en de vraag hoe ze om moeten gaan met de tijd die nog voor hen ligt, is voor hen een gemeenschappelijk thema. Men vindt handvaten voor zichzelf zodat somberheid, angsten, e.d. minder vat hebben op het dagelijks leven. Aan jongvolwassenen die het in hun huidige leefsituatie moeilijk hebben met zichzelf en/of met voor hen belangrijke relaties kunnen we ook groepstherapie voorstellen. De groep biedt kansen voor herkenning, inzicht, steun en stimulans. In de groep kan geëxperimenteerd worden met mogelijkheden, men kan zien hoe anderen iets aanpakken en hoe zij interpreteren wat er gebeurt. Er is afwisseling van oefening en reflectie.
Activiteitenverslag 2014
66
6. Algemeen beleid
6.2.2.3 VDIP
AANGEPAST AANBOD VOOR EERSTE PSYCHIATRISCHE STOORNIS >> VAGGA neemt deel aan het project Vroege Detectie en Interventie bij Psychiatrische Problemen (VDIP). Vanuit VAGGA maken drie psychologen deel uit van het multidisciplinair team.
Doelgroep: mensen met een beginnende ernstige psychische problematiek (o.a. psychose), met een zorgmijdend en/of zorgwekkend karakter, al dan niet met suïciderisico. Acties: Sensibiliseren van de eerste lijn om snel verwijzen te bevorderen. Zorgvuldige diagnostiek. Snelle opstart van de bij voorkeur ambulante zorg en waar aangewezen in de context van de cliënt. Motiverende ondersteuning naar de cliënt in functie van therapietrouw. Integratie van crisiszorg en kortdurende opname met naadloze overgangen naar residentiële zorg indien nodig
>> In 2015 zal verder aandacht besteed worden aan de verdere afstemming met de reguliere werking van CGG VAGGA en met de collega’s van CGG Andante om te komen tot een cliëntgerichte complementaire samenwerking.
6.2.2.4 TAZ: Tender Arbeidszorg in 2014
GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG IN FUNCTIE VAN HET ACTIVERINGSBELEID >> 2014 was het vierde opeenvolgende jaar dat we als zorgpartner actief deelnamen aan het TAZproject van de VDAB. Wij herinneren er aan dat het TAZ-project een samenwerkingsverband is tussen VDAB, GTB, Levanto, CGG Andante en CGG VAGGA voor de doelgroep langdurig werkloze personen met een zogenaamde MMPP-problematiek (Medische, Mentale, Psychische en/of Psychiatrische problemen). De doelstellingen rond “ psychische zorg” die wij in het -project opnemen, blijven dezelfde: Probleemverkenning, verkenning van de hulpvraag of proberen te komen tot een werkbare hulpvraag. Diagnose- en indicatiestelling. We bepalen met de cliënt het aangewezen zorgtraject binnen of buiten VAGGA. Organiseren van de toeleiding naar een zorg- of begeleidingstraject en wanneer nodig motivationele gesprekken voorzien. Nagaan van de invloed van sociale en psychische factoren op tewerkstellingsmogelijkheden op korte, middellange en lange termijn. Vermits het TAZ-traject 18 maanden duurt, is het de begrijpelijke verwachting van de werkers op de VDAB-vloer dat er follow-up gebeurt van de veranderingen die zich door begeleiding of (psycho)therapie al dan niet voordoen. >> Met in totaal een 0,65 VTE voorzien 2 hulpverleners in deze opdracht, waarbij in 2014 in totaal 119 TAZ-cliënten gevolgd werden voor screening, intake, indicatiestelling en allerhande (pre)therapeutische interventies. Een belangrijk deel van deze cliënten stroomden achteraf ook in voor de verderzetting van het gestarte therapeutisch proces in onze teams.
Activiteitenverslag 2014
67
6. Algemeen beleid
6.2.2.5 Epilepsie
PROVINCIAAL STEUNPUNT WERKT PREVENTIEF EN CURATIEF ROND EPILEPSIE >> VAGGA is het Provinciaal Steunpunt voor Epilepsie door een overeenkomst met de Vlaamse Liga tegen Epilepsie. De hoofdtaak van de provinciale steunpunten in de CGG is het toegankelijk maken van gespecialiseerde hulpverlening bij GGZ-problemen aan patiënten met epilepsie en een GGZ problematiek en dienstverlening aan derden. >> Dit betekent dat we zorgen voor een goede toegang tot de CGG voor deze cliënten en voor diagnostiek, indicatiestelling en behandeling van GGZ-problemen. Soms beperkt de tussenkomst zich tot het beroep doen op de advies- en informatiefunctie, zowel voor personen als hun omgeving. Hiervoor trachten we dan samen te werken met de diensten maatschappelijk werk van de ziekenhuizen zodat we de beschikbare capaciteit maximaal kunnen inzetten voor onze kerntaak. >> Het aansturen van de contactgroep Klimop, waarin patiënten en hun omgeving elkaar kunnen ontmoeten, is een andere taak van het steunpunt.
6.2.2.6 GGZ en Verstandelijk gehandicapten
EEN AANBOD VOOR CGG-CLIËNTEN MET EEN VERSTANDELIJKE BEPERKING >> De specifieke werking rond cliënten met een CGG problematiek en een verstandelijke beperking ontstond in 2011 nadat extra middelen beschikbaar werden gesteld met als doel om de geestelijke gezondheidszorg meer toegankelijk te maken voor deze doelgroep. Mensen met een verstandelijke beperking en psychische problemen of gedragsproblemen vallen immers vaak ‘uit de boot’ wegens een gebrek aan een gepast zorgaanbod binnen de gehandicapten sector of de geestelijke gezondheidszorg. >> Een halftijds psycholoog richt zich binnen VAGGA specifiek op de behandeling en diagnostiek van CGG-cliënten met een verstandelijke beperking. Zij bouwde expertise op via opleiding en ervaring. Zo nam ze deel aan studiedagen omtrent emotionele ontwikkeling, psychisch lijden en probleemgedrag bij mensen met een verstandelijke beperking. >> Naast de individuele begeleiding van cliënten, bestaat de taak van de doelgroepmedewerker uit het opbouwen van zorgcircuits door het leggen van contacten met andere organisaties die werken met de doelgroep. Er wordt ook tijd geïnvesteerd in overleg met collega’s die moeilijkheden ondervinden bij het werken met deze doelgroep, zodat de doelgroepspecifieke expertise ook intern verspreid wordt. >> De doelgroepmedewerker maakt momenteel deel uit van het jongvolwassenenteam. Uit onderzoek is gebleken dat psychopathologie vaak ontstaat in de adolescentie of vroege volwassenheid. Jongvolwassenen met een verstandelijke beperking blijken echter nog een grotere kwetsbaarheid te vertonen voor de ontwikkeling van psychische klachten dan jongvolwassenen zonder verstandelijke beperking. De keuze om de specifieke werking rond CGG-cliënten met een verstandelijke beperking in te bedden in het jongvolwassenenteam is daarom een verdedigbare keuze. Verder blijkt uit onderzoek dat er een sterk verband is tussen verstandelijke beperking en specifieke ontwikkelingsstoornissen zoals autisme, gedragsstoornissen en stemmingsstoornissen. De basis van stemmingsstoornissen bij mensen met een verstandelijke beperking is vaak overvraging, waarbij meer gevraagd wordt van de cliënt dan zijn of haar ontwikkelingsniveau toelaat. >> De werking rond CGG-cliënten met een verstandelijke beperking is echter niet louter toegankelijk voor jongvolwassenen. Er is ook een aanbod voor volwassenen of ouderen, waarbij er soms samenwerking plaatsvindt met collega’s uit volwassenenteams of het ouderteam. ot slot is er een overlap met de werking van andere afdelingen, zoals verslavingszorg en de forensische afdeling. Goed overleg en interne afstemming worden belangrijk geacht bij het ontwikkelen van een gepast hulpaanbod voor deze doelgroep.
Activiteitenverslag 2014
68
6. Algemeen beleid
6.2.2.7 Stagebegeleiding en ASO in VAGGA
BOEIENDE PRAKTIJKERVARING BIJ VAGGA >> VAGGA heeft een stevige traditie wat stagebegeleiding betreft. We onthalen studenten uit verschillende disciplines. Voor een voorziening ambulante GGZ biedt dit een uitstekende gelegenheid om haar specifieke rol in het hulpverleningslandschap op de kaart te zetten voor studenten, opleiders en opleidingen. De studenten van uiteenlopende gezondheidsberoepen krijgen de gelegenheid om kennis te maken en hun eerste ervaringen op te doen met ons ambulant zorgaanbod. Voor onszelf biedt de aanwezigheid van stagiairs de inbreng van vernieuwende invalshoeken. >> Sinds medio 2012, in samenwerking met ZNA, investeert VAGGA in een halftijdse Arts-Specialistin-Opleiding (ASO) voor de volwassenenzorg. Deze functioneert als psychiater in volwassenenteams onder supervisie van dr. Plasmans. Op deze wijze probeert VAGGA een kandidaat psychiater een boeiende ervaring in de ambulante GGZ te bieden, kan VAGGA de psychiatrische functie versterken, maar dragen we ook een steentje bij in het aantrekkelijk positioneren van de opleiding psychiatrie aan de Universiteit Antwerpen.
Activiteitenverslag 2014
69
6. Algemeen beleid
Categoriale Zorg 6.2.3.1 Jeugd (tot 25 jaar) verslaving en grensoverschrijdend gedrag
ALLE EXPERTISE VOOR DEZE DOELGROEP IN 1 TEAM >> Sinds september 2014 is er geopteerd om alle betrokken hulpverleners van de categoriale afdeling die met minderjarigen en jongvolwassenen werken, samen in één team te zetten. Dus zowel jeugd met drugs- en alcoholgebruik/afhankelijkheid, met agressie- regulatieproblemen als jeugdige seksuele delictplegers worden behandeld en besproken in één team. Bij deze drie aanmeldingsproblematieken is het bio-psychosociaal model van toepassing. Ook jongeren met gok- en gameverslaving kunnen bij dit team terecht. Net als minderjarige/meerderjarige broers of zussen/familieleden/… van iemand met een verslavingsprobleem. >> Kinderen die een ouder(s) hebben met een verslavingsproblematiek worden hier gescreend en een verkennend traject aangeboden. Indien dit onvoldoende is, en er meer zorg nodig is, worden ze doorverwezen naar de reguliere kinderteams van VAGGA-Belgiëlei. >> Van bij de aanmelding stellen we dat het ons streefdoel is om met jongeren en beide ouders samen te werken. We zoeken samen met de cliënt uit hoe dit te realiseren valt. Ook bij jongvolwassenen wiens leven nog intens verbonden is met dat van hun ouders, willen we hiernaar streven. >> Dit vereist heel wat samenwerking en een gezamenlijk theoretisch kader. Het systeemtheoretische helpt hierbij. Vaak worden zowel jongere als ouders gezien door een verschillende hulpverlener. Voor gezinstherapie is er meestal nog een andere therapeut die deze gesprekken doet. Net als de jeugdpsychiater. En ook de collega’s die de oudergroep en begeleiden, kennen het gezin. Zo wordt een cliënt gedeeld door heel wat hulpverleners binnen het team waardoor we het traject en de zorg goed kunnen opvolgen. Dat is arbeidsintensief en veel van onze teamtijd gaat naar dit overleg. >> Bij elke cliënt, ongeacht de aanmeldingsproblematiek, zullen de risico- en beschermende factoren, de ontwikkelingstaken en al de levensgebieden nagegaan worden. In het gesprek met de ouders worden de volgende zaken nagegaan: problemen, druggebruik (aandacht en bevragen van signalen), delinquent gedrag, psychiatrische symptomen, ontwikkelingsverloop, en voor- en familiegeschiedenis. >> We verkennen samen met de cliënt de functie en de invloed van het gebruik op de verschillende levensdomeinen gezondheid, school, relatie,… en kijken samen of we (behandel)doelen kunnen stellen en welke thema’s we voorrang zullen geven. Motiverende gespreksvoering Miller is de basis en de therapeut dient zich aan te sluiten bij het stadium van motivatie. Voorts is kennis van de ontwikkelingspsychologie (nagaan ontwikkelingstaken), gedragstherapie en het transtheoretisch model van gedragsverandering (Prochaska & DiClemente) noodzakelijk.
a) Vroeginterventie project Stad Antwerpen
VROE INTERVENTIE V N ’T ST D >> Aanmeldingen: Er werden jongeren aangemeld in het kader van ‘ roeginterventie/ herapie dvies’ tijdens 0 4. an deze jongeren zijn er effectief ingestroomd voor minstens één gesprek. Tijdens 2013 kregen we 313 aanmeldingen. Het aantal aanmeldingen blijft dus gelijk. Hieruit kunnen we concluderen dat het project is bestendigd. >> Sensibiliseren van ons aanbod binnen bijzondere jeugdzorg. Bijzondere jeugdzorg blijft een kwetsbare en moeilijk te bereiken doelgroep. In 2014 hebben we ervaren dat we onze samenwerking met het preventieteam zinvol kunnen inzetten om deze doelgroep te bereiken.
Activiteitenverslag 2014
70
6. Algemeen beleid
Door regelmatig deel te nemen aan overlegmomenten tussen preventie en partners uit de bijzondere jeugdzorg werd het mogelijk onze werking persoonlijk uit te leggen, wat bij enkele partners tot een samenwerking is gekomen. Zo hebben wij onder andere 2 groepen op locatie georganiseerd. Enkele jongeren zijn daarna verder gestroomd naar het jongerenteam. We kunnen dus stellen dat een groep op verplaatsing drempelverlagend werkt. Daarnaast wordt er bij de opstart van een nieuwe groep door ons preventieteam een mail gestuurd naar de partners in de bijzondere jeugdzorg. Dit resulteert in een stabiele instroom vanuit bijzondere jeugdzorg, specifiek voor het groepsaanbod. >> Sensibiliseren van ons aanbod TA binnen de stadskern van Antwerpen en omringende zones. Het jaarlijkse overleg met justitie en politie blijft een belangrijk uitwisselingsmoment. Tot vorig jaar zagen we dat voornamelijk politiediensten uit de rand van Antwerpen ingaan op ons aanbod, maar sinds er door de stad werd ingezet op casemanagers binnen het jeugdparket, merken we dat er opnieuw een toename zichtbaar is van aanmeldingen vanuit politiediensten binnen de stadskern. Daarnaast werd er regelmatig overlegd met het jeugdparket (zowel de casemanagers als parketcriminologen) en de vroeginterventie medewerkers, om de samenwerking zo vlot mogelijk te laten verlopen. Dit maakt het mogelijk om tot een zo goed mogelijke afstemming te komen. >> Een structureel aanbod groepssessies voor jonge gebruikers. Het groepsaanbod heeft een structurele plaats verworven binnen het ‘Vroeginterventie’ aanbod. Dit jaar hebben er 5 interne groepen plaatsgevonden, met telkens 6 tot 9 groepsleden. Daarnaast zijn er 2 groepen doorgegaan op locatie. Ook de invulling van de groepssessies wordt steeds meer gestructureerd vastgelegd. Jongeren evalueren de groep meestal ook positief. We hopen dat deze trend zich tijdens 2015 verder ontwikkelt. >> Specifiek cliëntprofiel. We blijven streven naar een zorgtraject op maat van individuele noden. Het blijven in vraag stellen van ons aanbod en het in kaart brengen van singuliere noden en tendensen is cruciaal om maatwerk te kunnen leveren. Een samenwerking met bijzondere jeugdzorg en de dienst begeleide minderjarigen van het OCMW resulteerde reeds in een groepsaanbod op maat. Daarnaast worden ook de methodieken herbekeken om zo voldoende te kunnen aansluiten op de leefwereld van jongeren. We hopen dit verder te ontwikkelen in 2015. >> Samenwerking scholen met preventie. In de nieuwe convenant zal er extra aandacht gevraagd worden in de samenwerking met een aantal scholen in Antwerpen. Dit project zal tijdsinvestering vragen en mogelijks een langere wachttijd genereren voor de individuele trajecten. >> Plug Inn. De samenwerking met het project Plug-Inn zal in 2015 vooral worden herbekeken in functie van inzet van capaciteit. De betrokkenheid vanuit CGG VAGGA en het project Vroeginterventie zal behouden blijven.
b) Forensische werking
JONGEREN DIE IN AANRAKING KOMEN MET JUSTITIE >> Er wordt indicatiestelling en ambulante behandeling aangeboden aan jongeren met een GGZproblematiek die omwille van ernstig grensoverschrijdend gedrag naar andere personen in aanraking zijn gekomen met justitie. >> Deze hulpverleners werken nauw samen met het Ado-team van de Afdeling Jeugdzorg. >> Na de aanmelding, die steeds ondersteund dient te worden door een dienst verbonden aan de Jeugdrechtbank, wordt in een eerste gesprek samen met de jongere, zijn systeem en de consulent van de Sociale Dienst Jeugdrechtbank besproken of indicatiestelling binnen onze werking zinvol en gewenst is. >> Vervolgens wordt tijdens de indicatiestelling, die doorgaans 8 weken in beslag neemt, verder onderzocht of en welke GGZ-problematiek aanwezig is en hoe deze in verband staat met de gepleegde feiten. Hierbij wordt beroep gedaan op individuele gesprekken, een kinderpsychiatrisch consult, gesprekken met de context, en het gebruik van screeningsinstrumenten en psychodiagnostisch onderzoek. Dit
Activiteitenverslag 2014
71
6. Algemeen beleid
leidt tot een voorstel van behandelplan met zorg op maat, waarbij aandacht wordt besteed aan inhoud, vorm en intensiteit van behandeling. >> Indien besloten wordt om een zorgtraject op te starten, zal hierbij het resultaat van de indicatiestelling richtinggevend zijn voor de specifieke inhoud en vorm. Hierbij kan zowel sprake zijn van individuele psychotherapie, gezinsgesprekken, en/of ondersteuning van de context. >> Momenteel wordt de inhoud van de indicatiestelling verder verfijnd en wordt een groepsbehandeling uitgewerkt. >> Doelstellingen voor het volgende werkjaar bestaan uit het bovenstaande. Daarnaast willen we werk maken van nog meer doorgedreven sensibilisering van potentiële verwijzers.
c) Aanbod ouders
ONDERSTEUNING AAN OUDERS MET DRUGGEBRUIKENDE KINDEREN >> VAGGA verslavingszorg biedt, mede dankzij de middelen van SVPP, al vele jaren een aanbod aan ouders van druggebruikende kinderen. De middelen (ongeveer 1 VTE) zijn ingebed in het Jongerenen Jongvolwassenenteam. >> In het project wordt individueel en in groep gewerkt met jonge druggebruikers en hun ouders om de escalatie van mogelijke gezinsproblemen te voorkomen en problematisch gebruik van jongeren te behandelen. VAGGA wil bijdragen aan het verantwoord leren omgaan met drugs en druggebruik via het aanbod van psycho-educatieve vorming rond dit thema. Bovendien wordt in dit kader actief samengewerkt met en doorverwezen naar andere relevante diensten. Het is niet noodzakelijk dat de jongeren waarvan we de ouders begeleiden ook in begeleiding zijn of komen. Aanbod ouders in cijfers: >> Het opzetten en leiden van oudergroepen (werken rond zelfinzicht, bewustwording en / of actieve verandering). Startgroep (een gesloten groep voor ouders van tieners en begin twintigers): 3 groepen van 5 sessies en 1 groep van 6 sessies met gemiddeld 10 deelnemers per groep. Groep 30+ (voor ouders met kinderen ouder dan 30 jaar): 13 sessies met gemiddeld 10 deelnemers per sessie. >> Het aanbieden van behandelactiviteiten aan ouders van druggebruikende jongeren: Oudertherapie: 282 activiteiten. Gezinstherapie: 51 activiteiten. Partnertherapie: 47 activiteiten.
d) Cliëntenoverleg jongeren / problematisch middelen-gebruik
CONTINUE EN GEPASTE ZORG VOOR JONGEREN MET ALCOHOL- EN/OF ANDERE DRUGPROBLEMEN >> Het overleg “jongeren met een middelenprobleem” is een samenwerkingsverband in de regio Antwerpen tussen CGG VAGGA, Dagcentrum De Sleutel Antwerpen, ADIC, UCKJA en het Agentschap ongerenwelzijn. Het overleg werd in 00 opgestart in het kader van de ‘therapeutische projecten in de GG ’. Eind maart 0 liepen de therapeutische projecten af. inds april 0 kozen de partners ervoor om op eigen kracht met dit initiatief verder te gaan. Eind 2014 sloot ook Plug-Inn, deelwerking van Free Clinic, bij het overleg aan.
Activiteitenverslag 2014
72
6. Algemeen beleid
>> Het cliëntenoverleg functioneert als een intervisieplatform waar hulpverleners van voornoemde organisaties concrete situaties van jongeren van 12 tot en met 20 jaar met afhankelijkheids- en psychische problemen bespreken en opvolgen. De partners gaan in het overleg op zoek naar oplossingen voor specifieke vragen betreffende de begeleiding en behandeling, geven elkaar feedback bij het traject van de cliënt en maken afspraken over verwijzingen of samenwerking binnen een traject. Zo wordt gestreefd naar continue en meest gepaste zorg voor de cliënt. >> Sinds de aanvang van het overleg in 2007 werden ruim 110 cliënten besproken. In de loop van 2014 werden 19 nieuwe cliënten aangemeld, voor 4 cliënten werd een opvolgoverleg georganiseerd. Het overleg kwam in 2014 7 keer samen. >> De partners uit de drughulpverlening leveren ook expertise aan bij vragen van de (intersectorale) netwerktafels binnen Integrale Jeugdhulp. In 2014 werd vier keer op hun expertise beroep gedaan.
6.2.3.2 Verslavingszorg Volwassen en Ouderen
EEN GOED UITGEWERKT THERAPEUTISCH PROCES >> Het verslavingsteam volwassenen- en ouderen is een team dat zicht richt tot volwassenen (+25 jaar) met een verslavingsprobleem en/of een comorbide psychisch probleem of stoornis. Het zorgteam is multidisciplinair samengesteld en bestaat uit zeven psychologen, een maatschappelijk werkster en een psychiater. Het is een team dat een nieuwe samenstelling doormaakte waarbij de hulpverleners steeds meer op elkaar afgestemd geraken. Vanaf 2015 zal het team zich richten tot volwassenen vanaf 35 jaar. >> Gebruikers (van alcohol, medicatie, cannabis, speed, cocaïne en andere illegale middelen) en ex gebruikers, alsook gokkers en mensen die de computer compulsief gebruiken kunnen bij ons terecht. Ons hulpverleningsaanbod gericht aan druggebruikers (zoals speed en cocaïne) is afhankelijk van de mate van het functioneren van de cliënt en van de nood aan intensiteit van zorg. Heroïne- of methadongebruikers verwijzen we steeds door naar partners in de drughulpverlening. Ook belangrijke derden, zoals ouders van gebruikende kinderen, partners of andere familieleden kunnen bij ons zorg krijgen die gelinkt is aan het gebruik. >> De hulpverleners zoeken samen met de cliënt naar de functie van het gebruik en de invloed hiervan op verschillende levensdomeinen zoals werk, relatie, gezondheid,... Vervolgens kijken we welke veranderingen er nodig zijn en hoe we hieraan kunnen werken. Concreet kan het zorgtraject opgedeeld worden in een aanmeldingsfase, indicatiestelling en behandeling. De aanmelding gebeurt bij voorkeur via verwijzing door een andere hulpverlener, via justitie of op eigen initiatief. In 2014 gebeurde de screening bij aanmelding telefonisch met de cliënt. >> Vanaf 2015 krijgt een cliënt meteen een afspraak voor een oriënteringsgesprek, waarbij de screening, of het nagaan of ons zorgaanbod aangewezen is, meteen face to face gebeurt. Tijdens de indicatiestelling inventariseren we de verschillende levensdomeinen en probleemgebieden. Daarnaast maken we een inschatting van de ernst van de klachten en van de hulpvraag. De nieuwe cliënt wordt op onze wekelijkse vergadering besproken en er wordt samen met de cliënt een behandelplan op maat uitgewerkt. >> We werken nauw samen met partners in de ambulante en residentiële psychiatrische hulpverlening en verwijzen cliënten door indien aangewezen. Ook huisartsen of andere hulpverleners die betrokken zijn bij de zorg aan de cliënt trachten we reeds van bij de indicatiestelling op de hoogte te stellen van het gestart zorgtraject in CGG VAGGA. >> De behandeling kan individueel en/of in groep plaatsvinden. Het individuele aanbod kan bestaan uit psychodiagnostiek, psychotherapeutische gesprekstherapie, psychiatrische opvolging en/of psychosociale begeleiding. Ons groepsaanbod richt zich tot drie doelgroepen. De vrouwengroep richt
Activiteitenverslag 2014
73
6. Algemeen beleid
zich tot vrouwen die kampen met problematisch gebruik van alcohol, medicatie of illegale producten. De nazorggroep richt zich tot volwassenen die na een opname willen werken rond hervalpreventie. Tenslotte hebben we een oudergroep die zich richt tot ouders van volwassen kinderen (vanaf +/- 25 jaar) met een verslavingsprobleem. Deze groepen worden begeleid door psychologen uit onder andere het verslavingsteam volwassenen en ouderen. Vanaf 2015 start er naast het reeds bestaande, een nieuw groepsaanbod dat zich focust op Acceptance and Commitment Therapie (ACT). Tijdens deze therapievorm leren mensen om minder te vechten tegen hun gevoelens en gedachten en meer contact te krijgen met het hier en nu en met de eigen waarden. Het is gericht tot volwassenen met een verslavings- en/of agressieprobleem. Daarnaast zal er in 2015 eveneens een groepsaanbod uitgewerkt worden dat zich richt tot gebruikers die specifiek aan hun verslavingsprobleem willen werken.
a) Samenwerkingsverband VAGGA – De Sleutel
VAGGA EN DE SLEUTEL WERKEN SAMEN >> Om de al bestaande samenwerking tussen VAGGA en De Sleutel (sociale werkplaats en dagcentrum) te versterken, werd in oktober 2009 een liaisonfunctie opgestart. Deze functie wordt sinds augustus 2011 ingevuld. De betrokken medewerker werkt voor VAGGA en wordt deels vrijgesteld om volgende doelstellingen te realiseren: Vergroten van wederzijdse kennis- en informatie-uitwisseling. Optimaliseren van Screening & Oriëntering. Faciliteren van doorverwijzingen tussen de betrokken organisaties. Dit alles met het oog op een betere zorgcontinuïteit in de verschillende fasen van het hulpverleningsproces. >> Door het inrichten van een activerende werkvloer en arbeidstrajectbegeleiding kunnen mensen met een verslaving aan illegale middelen vanuit VAGGA, het dagcentrum of andere organisaties, ondersteund worden in de zoektocht naar werk en in het ontwikkelen van werkgerelateerde competenties. Daarnaast kunnen mensen die in de sociale werkplaats werken en /of arbeidstrajectbegeleiding krijgen, vlot naar het dagcentrum en VAGGA geleid worden indien een verslavingsprobleem of psychische of psychiatrische problemen het werken in de weg staan. >> Om dit laatste doel te kunnen halen, is er een deelname van de liaisonmedewerker aan de S&O teams in VAGGA, het dagcentrum en de sociale werkplaats. Daarnaast neemt de liaisonmedewerker ook psychodiagnostische tests af om een meer accurate inschatting te kunnen maken van de mogelijkheden van de cliënt betreffende tewerkstelling. Tevens zijn er procedures uitgewerkt om doorverwijzingen tussen de organisaties vlotter te laten verlopen. >> Op regelmatige basis is er overleg tussen de partners om de inhoudelijke werking te evalueren en indien nodig bij te sturen. >> Sinds 2013 neemt de liaisonmedewerker ook de rol op van zorgpartner binnen het DAZ-project (Doorstroom Arbeidszorg). Dit behelst een samenwerking tussen GTB, de sociale werkplaats en het dagcentrum. De liaisonmedewerker heeft in dit kader gesprekken met de DAZ-kandidaten om na te gaan of hulpverlening dient opgestart te worden of bij te sturen. Daarnaast neemt zij op regelmatige basis deel aan overlegmomenten ter evaluatie van het afgelegde traject.
Activiteitenverslag 2014
74
6. Algemeen beleid
6.2.3.3 Verslavingspreventie
KWALITEITSVOL OMGAAN MET MIDDELEN & -GERELATEERDE PROBLEMEN >> Het preventieteam ondersteunt organisaties en lokale besturen in het zo goed mogelijk omgaan met de thema’s: ‘tabak, alcohol en andere drugs’, ‘gamen en compulsief internetgebruik’ en ‘gokken’. Het team werkt naar intermediairen binnen organisaties en werkt zo aan structurele en persoonsgerichte preventie. We delen het maatschappelijke veld in verschillende sectoren op: ‘arbeid’, ‘welzijn’, ‘gezondheid’, ‘overheid’, ‘onderwijs’, ‘vrije tijd en cultuur’ en ‘politie en justitie’. Elk van de preventiewerkers heeft expertise in een of meerdere sectoren en vragen van organisaties worden in principe op deze basis verdeeld tussen de medewerkers. poradisch gebeuren er ook activiteiten naar de ‘algemene bevolking’. >> Het preventieteam werkt voornamelijk vraaggestuurd al schuiven we zelf regelmatig een aantal prioritaire sectoren, thema’s of doelgroepen naar voren. Specifiek voor 2014: Het aandeel ‘consult’ binnen de sector ‘welzijn’ neemt toe. Werkingen uit de jeugdhulp doen frequent beroep op ons om tijdens teamvergaderingen de bespreking van druggerelateerde casussen te begeleiden. De cannabiscampagne van minister Jo Vandeurzen zorgde voor een impuls bij de implementatie van de methodiek ‘ ls kleine kinderen groot worden.’ Dit is een pakket waarmee we met kleine groepen ouders aan de slag kunnen in het kader van een ouderavond via een school of een opvoedingswinkel. We werkten mee aan het hertalen van een bestaand preventiepakket naar ouders met een andere culturele achtergrond (project Etnisch Culturele Minderheden) Het peerproject Breakline blijft streven naar Vlaamse erkenning en schreef mee aan een project voor volledige Vlaamse dekking van de peersupport methodiek in het uitgaansleven. Het preventieteam engageerde zich in het ‘contextgerichte’ aanbod binnen de verslavingszorg.
MULTICULTURELE INITIATIEVEN >> m de Iraanse gemeenschap te informeren, vertelden collega’s tijdens twee ontmoetingsavonden in cultuurhuis Paramis over verslavingszorg en –preventie en over de jeugd-, volwassenen- en ouderenteams van VAGGA. >> De dienst niet-begeleide minderjarige vluchtelingen MW ntwerpen en de collega’s van VAGGA vroeginterventie organiseerden een groepsaanbod op locatie. Op deze manier bereikten ze Afghaanse jongeren die moeilijk de weg vinden naar de hulpverlening. >> Jongeren van het Afrikaans Intercultureel Centrum hadden een openhartig gesprek met een medewerker van VAGGA Verslavingszorg. >> Tijdens laagdrempelige infosessies werden tientallen Turkse vrouwen thuis geïnformeerd over het drugthema in het kader van het Tuppercare-aanbod. >> Een filmavond gevolgd door een debat over drugs in samenwerking met Samenlevingsopbouw Kiel bereikte tientallen Marokkaanse (jong)volwassenen. >> In samenwerking met de dienst Kansen voor Kinderen (OCMW Antwerpen) heeft het team verslavingspreventie van VAGGA een aanbod uitgewerkt voor allochtone ouders: een opvoedingscursus over tieners en tabak, alcohol en drugs. Dit kadert in een overkoepelend project van VAD rond etnisch culturele minderheden.
Activiteitenverslag 2014
75
6. Algemeen beleid
6.2.3.4 Forensische werking
a) Geïnterneerden – Zorgcircuit MIN
ZORG VOOR GEÏNTERNEERDEN >> In 2014 werden door VAGGA 103 geïnterneerden behandeld (waarvan 55 in de gevangenis). >> In 2007 heeft de federale overheid een meerjarenplan ontwikkeld inzake de uitbouw van een zorgtraject voor forensisch psychiatrisch patiënten. Via dit plan wil men de uitstroom van geïnterneerden uit de gevangenissen mogelijk maken door een vlotte in- en doorstroom in de geestelijke gezondheidszorg. Hiervoor dienen zorgcircuits en netwerken uitgebouwd te worden voor mensen met een interneringsstatuut teneinde ze de optimale zorg te kunnen bieden binnen de filosofie van vermaatschappelijking van zorg (Art.107). In 2014 heeft de federale overheid Volksgezondheid per Hof van Beroep verbeterprojecten goedgekeurd die inzetten op extra zorg voor geïnterneerden. >> CGG VAGGA participeert aan het verbeterproject: ‘Van residentiële naar ambulante doorstroom voor geïnterneerde personen in het arrondissement Antwerpen’. Dit in een samenwerkingsverband met het OPZ Rekem, PVT en Beschut Wonen MIN. CGG VAGGA voorziet hierin de gespecialiseerde forensische nazorg en psychologische expertise zodat de doorstroom van residentiële naar ambulante zorg mogelijk wordt. >> Doel van het project is dat we vanuit CGG VAGGA proberen de resocialisatie van personen met een interneringsstatuut in het arrondissement Antwerpen te bevorderen. Verwijzers kunnen zowel vanuit justitie als vanuit gezondheidssectoren afkomstig zijn. Psychiatrische ziekenhuizen, begeleid wonen, P ’s en andere hulpverleners kunnen geïnterneerden aanmelden die woonachtig zijn (of zullen zijn) in het arr. Antwerpen en waarbij ambulante behandeling of (forensische) nazorg aangewezen is. >> Doelgroep van het project zijn alle personen met een interneringsstatuut VOP, ongeacht de problematiek of aard van de feiten, die ambulant behandelbaar zijn. >> Het aanbod van het project steunt op drie pijlers: De ambulante behandeling of forensische nazorg gebeurt voornamelijk door het FINIS team, welke multidisciplinair is samengesteld en multimethodisch werkt. Daarnaast willen we outreachend werken. Dit wil zeggen dat de ambulante behandeling reeds kan opgestart worden in een residentiële setting. Intakegesprekken kunnen daar plaatsvinden zodat betrokkene zich niet hoeft te verplaatsen. Indien nodig kan het aanbod zich verplaatsen naar de verblijfplaats van de cliënt. De psychotherapie kan daar plaatsvinden wanneer dit een meerwaarde voor de cliënt zou zijn. Een moeilijke situatie kan zo sneller worden aangepakt, een crisis vermeden. We trachten ook psychologische en criminologische expertise binnen te brengen in het team van de verwijzende instantie. innen het ‘ ircuit Min’ zullen er vanuit GG agga twee criminologen aanwezig zijn op zorg-overleggen in FPVT Min, zodat zij mee kunnen nadenken over het traject van de cliënt en om eventueel een inschatting te maken van het risico op herval. De psychologische ondersteuning binnen ‘ ircuit min’ houdt in dat een psycholoog vanuit het INI team naar de begeleidingsplan besprekingen van Beschut Wonen Min gaat om daar haar expertise in te brengen.
Activiteitenverslag 2014
76
6. Algemeen beleid
b) Basta!
BEHANDELING VOOR AGRESSIEF GEDRAG >> Basta! biedt behandeling aan volwassenen die agressief interpersoonlijk gedrag hebben gesteld met als doel herhaling van het grensoverschrijdend gedrag te voorkomen (hervalpreventie). >> Het aanbod bestaat uit een individuele en/of groepsbehandeling. Het groepsaanbod is een kortdurend traject waar de focus ligt op het stoppen van het geweld. Het individueel aanbod gaat dieper in op de persoonlijke problemen en is van onbepaalde duur. Het agressief gedrag ontstaat namelijk vaak uit een complexe interactie tussen verschillende componenten. >> Tijdens het volledige psychotherapeutische proces wordt er onder andere gewerkt rond verantwoordelijkheid opnemen voor de feiten, de context en achtergrondfactoren waarbinnen het gedrag tot stand komt en/of wordt gehouden, en de gevolgen ervan voor het slachtoffer en zichzelf. >> Het project omvat een samenwerkingsverband tussen de Stad Antwerpen en Vagga. Dit project is per 1 juli 2011 gestart en omvat 2 VTE. >> 2014 in cijfers: 137 aanmeldingen, 126 individuele behandelingen aangevat en 20 cliënten hebben deelgenomen aan het groepsaanbod. >> De behandeling kan zowel vrijwillig als binnen een verplicht kader opgestart worden.
c) Time-Out
AGRESSIEBEHEERSING VOOR PLEGERS VAN PARTNERGEWELD >> Time-Out werd ontwikkeld om een gepast antwoord te bieden aan de problematiek van partnergeweld. De behandeling kan plaatsvinden onder de vorm van een groepstraining en/of individuele behandeling en heeft als doel herhaling van het gedrag te voorkomen. Er wordt gewerkt op het niveau van het agressief gedrag op zich en op de context en achtergrondfactoren waarbinnen dit gedrag tot stand komt en/of wordt gehouden. Daarnaast beschikt het team nog over een complementair aanbod van informatieve partnergesprekken en koppeltherapie en werkt het nauw samen met VAGGA Jeugd in het kader van therapie voor de kinderen. De behandeling kan zowel vrijwillig als binnen een verplicht kader opgestart worden. >> De partners van de cliënten worden betrokken door middel van een informatief gesprek. Hierbij wordt de Time-Out procedure uiteengezet, een heteroanamnese gedaan en een detectie van de zorgbehoeften van deze partner, alsook van de kinderen. Een gerichte doorverwijzing kan hieruit voortvloeien. Er wordt bijvoorbeeld nauw samengewerkt met VAGGA Jeugdzorg, het kinderproject ‘groepstherapie voor kinderen als getuige van intrafamiliaal geweld’ en ‘groepstherapie voor de ouders’. Deze samenwerking met GG eugdzorg betekent een laagdrempelig aanbod voor het volledige gezinssysteem van het Time-Out cliënteel. >> Op een gelijkaardige manier is er een nauwe samenwerking met VAGGA-Verslavingszorg. Bijna de helft van de aangemelde plegers heeft namelijk een problematiek met middelengebruik. De ervaring van het team leert dat er vaak sprake is van ‘multi-problem’ situaties in combinatie met psychische of psychiatrische stoornissen. Dit vereist een psychiatrische deskundigheid, die momenteel niet binnen het team wordt ingevuld. Een tijdelijke arts in opleiding heeft deze leemte meteen weten op te vullen waaruit nogmaals bleek dat de nood heel hoog is bij ons cliënteel. >> Onder aanvoering van de Provincie Antwerpen en de Stad Antwerpen draait het unieke pilootproject , ‘ li nt entrale rganisatie’, waarbinnen de drie sectoren zorg/welzijn, politie/justitie en bestuur met elkaar worden verbonden. Deze diensten werken met elkaar samen rond concrete dossiers, zodat aan cliëntsystemen een integraal hulpaanbod kan worden geboden, waarover adequaat wordt geregisseerd. Time-Out neemt deel aan de ‘weegploeg’-vergaderingen, waarbij er per cliëntsysteem een globaal interventieplan op strafrechtelijk, bestuurlijk en hulpverlenend niveau wordt opgesteld.
Activiteitenverslag 2014
77
6. Algemeen beleid
Tijdens deze deelname houden de medewerkers van CGG VAGGA zich strikt aan het medisch beroepsgeheim. >> Het Time Out project omvat een samenwerkingsverband tussen het Provinciebestuur Antwerpen, de Stad Antwerpen en CGG VAGGA. In 2010 schroefde FOD Justitie het personeelsbestand terug van 1,5 naar 1 VTE. Er werd voor 2014 opnieuw een uitbreiding aangevraagd voor 1.5 VTE. De sociale maribel-subsidies voor 1 VTE bleven behouden. In 2011 werd het personeelbestand terug uitgebreid met een 0,5 VTE door de Stad Antwerpen. In totaal behelst het Time-out team nu 2,5 VTE personeel. 2014 in cijfers: -aantal aanmeldingen: 196 -aantal instapgesprekken: 139 effectief op intake gekomen -aantal deelnemers aan de groep: 73 -aantal individuele lopende behandelingen: 130 -aantal koppeltherapieën: 6 -aantal doorverwezen gezinnen naar VAGGA Jeugdzorg: 10
d) Strategisch Plan
GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG IN DE GEVANGENIS VAN ANTWERPEN: TEAM STRATEGISCH PLAN >> Het STRAP-team van VAGGA heeft een hulpaanbod in de gevangenis van Antwerpen voor gedetineerden met ernstige psychische klachten. Elke behandeling is een behandeling op vrijwillige basis. Het behandelplan focust zich in de eerste plaats op de psychische klachten en niet noodzakelijk op (eventueel) gepleegde delicten. >> Bij vrijlating kan de cliënt contact opnemen met VAGGA voor een verdere oriëntering binnen de hulpverlening (brugfunctie). Een belangrijke en welkome evolutie dit jaar was de versterking van ons team met collega’s en stagiaires. We vullen onze beschikbare uren zo in zodat we een maximale behandelcapaciteit garanderen conform de beschikbare middelen. >> In het Beleidsteam werd werk gemaakt van de vertaling van de Vlaamse Strategische Doelstellingen naar de realiteit van de Antwerpse Gevangenis met haar specifieke context als Arresthuis. Dit team werkt domeinoverstijgend en probeert het aanbod van de verschillende diensten van de Vlaamse Gemeenschap op elkaar af te stemmen. Er werden eveneens drie Werkgroepen in het leven geroepen waar dieper werd nagedacht over specifieke thema’s zoals behoeften van gedetineerden, basisaanbod en de brug-binnen-buiten. >> De samenwerking met de dienst Sport van de Rode Antraciet werd ook dit jaar verder gezet. Mensen met ernstige depressieve klachten krijgen een aangepast sportaanbod in een kleine groep. De samenwerking met het CAP, JWA, de PSD, VDAB en het Zorgteam blijft goed. Alle diensten zijn op de hoogte van het aanbod van VAGGA en verwijzen op regelmatige basis gedetineerden door. Er werd dit jaar ook werk gemaakt van een intensieve samenwerking met de Medische Dienst. De artsen en verpleegkundigen verwijzen wekelijks mensen door voor verdere therapeutische opvolging. >> In oktober 2014 werd ook werk gemaakt van een grootschalige promocampagne. Dit was één van onze vooropgestelde doelstellingen die voortvloeide uit het behoefteonderzoek (zie activiteitenverslag van 2013). Er werden een affiche en een brochure ontworpen en gedrukt (zie bijlage). In samenwerking met de organisatie-ondersteuners van Justitieel Welzijnswerk werd aan elke gedetineerde een brochure bezorgd. Het aanbod van VAGGA werd daarin kort voorgesteld. Achterin was een rapportbriefje te vinden dat ingevuld kon worden met de vraag voor een gesprek. Deze campagne had een onverwacht groot succes. Er was een grote toevloed van rapportbriefjes, de eerste week meteen een 80-tal en in de weken nadien nog tientallen.
Activiteitenverslag 2014
78
6. Algemeen beleid
Naast het informeren van de gedetineerden was er ook aandacht voor onze bekendmaking bij het personeel. In de ’s controlekamers werd een affiche gehangen met daarop de foto’s van al onze medewerkers zodat penitentiair personeel beter bekend raakt met de medewerkers van ons team. (zie bijlage) >>We begonnen dit jaar ook met het uitwerken van een groepsaanbod dat zich richt naar mensen met verslavingsproblemen. Dit aanbod zal in samenwerking met de Beleidscoordinator van de Vlaamse Gemeenschap verder vorm krijgen en van start gaan in 2015. >> De cijfers: in 2014 werden 345 gedetineerden aangemeld waarvan 171 op doorverwijzing en 175 op eigen initiatief via een rapportbriefje. Van de 345 geplande intakes konden 78 gesprekken niet doorgaan omwille van vrijlating, transfer of het weigeren van gesprekken. >> De voornaamste hulpvragen die in 2014 bij de aanmelding werden gesteld, waren vragen betreffende algemene GGZ-problematieken P D, depressie, angsten, … % , verslaving alcohol, drugs, medicatie, gokken, … % , partnergeweld/agressie % en seksueel grensoverschrijdend gedrag (8%). Zeventien procent van de aanmeldingsvragen betroffen vragen voor andere diensten, vragen voor na detentie, vragen waarbij één consult volstond of vragen die verder niet zijn gespecifieerd.
Activiteitenverslag 2014
79
7.Samenwerking
7 Samenwerking 7.1 Samenwerking met andere GGZ-voorzieningen en partners in de hulpverlening
Participatie aan het netwerkcomité en de netwerkplatformen van de verschillende functies van het project Art. 107 (SaRa) van het arrondissement Antwerpen Participatie aan “Integrale eugdhulp” in de regio ntwerpen (Regionale Stuurgroep, NRTH) Overleg CGG – CAW Antwerpen Overleg CGG Vagga – Andante Overleg met de provinciale CGG: CGG Andante, CGG De Pont en CGG Kempen Deelname aan de overleggroepen binnen het OGGPA (Overlegplatform Geestelijke Gezondheidszorg Provincie Antwerpen): Kinderen en Jongeren, Ouderen, KOPP, Middelenmisbruik, … Overleg CGG – CLB Overleg Pleegzorg Antwerpen Overleg Joodse contextzorg Overleg met justitiële diensten met betrekking tot forensische zorg Participatie aan Expertengroep van Cultuurgevoelige Jeugdhulp Participatie aan Initiatieven voor Beschut Wonen Participatie KOPP werkgroep Psychiatrisch Ziekenhuis Bethaniënhuis verleg met partners in de drughulpverlening en preventie D , D, … Samenwerking met LOGO Antwerpen Samenwerking met Vlaamse Liga tegen Epilepsie Samenwerking met Dienst Sport van de Rode Antraciet Participatie aan provinciale werkgroep “ uderenmisbehandeling” Samenwerking met CAW in het kader van het project Time Out (intrafamiliaal geweld) Participatie aan het regionaal extern team “slachtofferzorg” Participatie aan het Antwerps Netwerk Cultuursensitieve Zorg Participatie aan en coördinatie van het Therapeutisch Project nr. 55 (RIZIV): Problematisch middelengebruik bij adolescenten
7.2 Vertegenwoordiging in beleidsstructuren
Stuurgroep CGG en Bestuurscollege GGZ – Zorgnet Vlaanderen Koepeloverleg Zorgnet Vlaanderen – FDGG Raad van Bestuur Initiatieven voor Beschut Wonen (De Link, De Vliering, PV Beschut wonen Antwerpen, De Sprong, Min) Regionale Stuurgroep Integrale Jeugdhulp Netwerkcomité en netwerkplatformen functies - Project Art. 107 Antwerpen (SaRa) Dagelijks bestuur en Raad van Bestuur OGGPA Raad van Bestuur en dagelijks bestuur VAD
Activiteitenverslag 2014
80
8. Afkortingen
8 Li st erklaring gebruikte afkortingen ACT ADIC AMW BJB CAPA CAW CGG CLB CSO CVV CZ DAZ DGT DOP DRM EPD FAQ FDGG FOD Justitie FTF GTB GGZ GOG HV ICT K&J KOPP KRC MOF POS PSD ROM S&O STRAPLAN SVPP TAZ UKJA VAGGA VDAB VDIP V&O VTE VTO ZP
Acceptance & Commitment Therapy Antwerps Drugs Interventie Centrum Administratief Medewerker Bijzondere JeugdBijstand Choice & Partnerhip Appraoch Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg Centrum voor LeerlingenBegeleiding Centrale Screening & Oriëntering (afdeling) Categoriale zorg – Verslaving – Volwassenen (afdeling) Categoriale Zorg Doorstroom ArbeidsZorg Dialectische GedragsTherapie De gemiddelde Onbehandelde Periode Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de hulpverlening Elektronisch Patiënten Dossier Frequently Asked Questions Federatie voor Diensten in de Geestelijke Gezondheidszorg Federale Overheidsdienst Justitie Face To Face Gespecialiseerde dienst voor Trajectbepaling en –Begeleiding van personen met een arbeidshandicap’ Geestelijke GezondheidsZorg GrensOverschrijdend Gedrag Hulpverlening of Hulpverlener Informatie- en CommunicatieTechnologie (afdeling) Kinderen & Jongeren Kinderen van Ouders met Psychische Problemen KinderRechtenCommissariaat als Misdaad Omschreven Feit Problematische Opvoedings Situatie Psycho-Sociale Diensten van de gevangenis Routine Outcome Monitoring Screening & Oriëntering Strategisch Plan voor hulp- en dienstverlening aan gedetineerden Federaal Programma voor Strategisch Veiligheids- en Preventieplan Tender ArbeidsZorg (VDAB) Universitaire Kinder en Jeugdpsychiatrie Antwerpen Vereniging Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg Antwerpen Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding Vroege Detectie en Interventie bij initiële Psychose (afdeling) Volwassenen & Ouderen Voltijds Equivalent Vorming, Training en Opleiding Zorgperiode
Activiteitenverslag 2014
9
ontactgege ens
81
9. Contactgegevens