Activiteitenverslag 2009
•Inhoud Woord vooraf
4
Voorstelling van de distributienetbeheerder
7
Identiteit Contactmogelijkheden Deelnemers Distributiegebied Bestuur en toezicht
Verslag van de raad van bestuur Inleiding Inventaris van de vrijgemaakte markt in 2009 Algemeen beleid van IMEA IMEA in de samenleving Rationeel energiegebruik en milieu Investeringsprogramma’s Eandis Verslag corporate governance comité
Beknopte jaarrekening
8 9 10 11 12
15 16 18 22 29 35 47 50 53
61
Intercommunale Maatschappij voor Energievoorziening Antwerpen
Opdrachthoudende vereniging Maatschappelijke zetel: Merksemsesteenweg 233, 2100 Antwerpen (Deurne)
ACTIVITEITENVERSLAG 2009
Voorgelegd aan de algemene vergadering van 22 juni 2010
Activiteitenverslag IMEA 2009
3
Woord vooraf
Geachte lezer, Het energielandschap heeft zich de afgelopen jaren zeer snel gewijzigd. Sinds de volledige vrijmaking van de Vlaamse energiemarkt, nu alweer zeven jaar geleden, is een aantal ingrijpende veranderingen doorgevoerd, zodat de context waarin we onze activiteiten ontplooien, de besluitvorming en de manier van werken grondig zijn hertekend. Inmiddels is Vlaanderen meer en meer vertrouwd geraakt met de verschillende marktspelers en het distributienetbeheer heeft in de gehele marktwerking onmiskenbaar zijn plaats verworven. De evolutie naar een optimaal werkende energiemarkt is evenwel niet afgelopen. Het gaat om een geleidelijk proces dat bovendien rekening moet houden met continue veranderingen op zowel politiek, economisch als ecologisch en sociaal-maatschappelijk vlak. Een belangrijk uitgangspunt daarbij is de Europese 20-20-20-richtlijn. Die moet leiden tot minder CO2-uitstoot, grotere energie-efficiëntie en meer hernieuwbare energie tegen het jaar 2020. Dat is een gigantische uitdaging. Het spreekt voor zich dat onze opdrachthoudende vereniging eveneens in alle geledingen zal mee-denken en mee-evolueren om te beantwoorden aan deze objectieven van de samenleving van de toekomst. Die samenleving van de toekomst is er één waarin de energiegebruikers meer comfort mogen verwachten van de technologische vooruitgang, met groeiende aandacht voor REG en milieubewustzijn. Energiegebruikers evolueren meer en meer naar prosumenten, eindgebruikers die zowel energie produceren als consumeren. Slimme meters en slimme netten zijn het antwoord op een technische uitdaging waarmee we willen meebouwen aan een intelligent energienetwerk in Vlaanderen. Deze slimme technologieën vormen een maatschappelijke noodzaak om tegemoet te kunnen komen aan de doelstellingen in verband met het energieverbruik, broeikasgassen en hernieuwbare energie. Daarnaast vormen ze een technische noodzaak om het tweerichtingsverkeer van de energiestromen ingevolge de lokale productie, op een kostenefficiënte manier te kunnen beheersen. De algemene invoering van een slim netwerk vergt zware investeringen. Deze extra kosten zijn evenwel onafwendbaar om te kunnen beantwoorden aan de Europese 20-20-20-doelstellingen en om tot een positieve eindbalans te kunnen komen voor de hele maatschappij. Naast onze rol in de ontwikkeling van de slimme technologie, blijven we ons als distributienetbeheerder ten volle inzetten om uitvoering te geven aan het REG-beleid waarin diverse acties en besparingsdoelstellingen vervat zitten. Zo zal er in 2010 bijzondere aandacht uitgaan naar dakisolatie en samenwerking met de sociale huisvestingsmaatschappijen. De actie ‘huishoudelijke energiescans’ wordt voortgezet en aangevuld met opvolgscans, waarbij de beschermde afnemers bij uitstek tot de doelgroep behoren. Nieuw is ongetwijfeld het project ‘Energiediensten aan Lokale Besturen’ dat vorig jaar door de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders en Eandis is ontwikkeld. Het opzet van dit initiatief is om aan lokale besturen producten
4
Activiteitenverslag IMEA 2009
en diensten aan te bieden voor energiebeheer in gebouwen en openbare verlichting, met als doel energiebesparingen of projecten met hernieuwbare energie te stimuleren en te realiseren. Zo kunnen onze steden en gemeenten niet alleen totaalprojecten van energiebesparing realiseren, maar onderstrepen ze ook hun voorbeeldfunctie naar de bevolking en de bedrijven. Op sociaal-maatschappelijk vlak kunnen we niet voorbij aan de opmerkelijke toename van het aantal klanten ‘sociale leverancier’, vermoedelijk door het effect van de economische crisis en de groeiende werkloosheid. De dienstverlening ‘sociale leverancier’ vereist een specifieke ingesteldheid en expertise, zowel op vlak van beleid als bij de uitvoering. Zo wordt er steeds een grote bereidheid getoond voor bevredigende oplossingen en is schorsen nooit een doel op zich. Het is en blijft onze intentie om in deze problematiek een maximale efficiëntie na te streven, met behoud van het solidariteitsprincipe, vooral in het belang van de sociaal zwakkeren. In het nieuwe decennium van deze eenentwintigste eeuw, kondigt ook 2010 zich als een boeiend werkjaar vol uitdagingen aan. We zullen doeltreffende antwoorden moeten vinden in strategische dossiers zoals een vlotte vrije marktwerking, de oprichting van een clearing house en de gewijzigde opdrachten voor Indexis, nieuwe opdrachten in het kader van gasuitbreidingen, REG en sociale openbaredienstverplichtingen … Kortom de lijst wordt aanzienlijk en de uitdagingen al evenzeer. Uiteraard kunnen we, samen met de collega’s van de andere zes Vlaamse gemengde distributienetbeheerders, die vele beleidsbeslissingen niet alleen tot een goed einde brengen. Een cruciale hefboom, meer nog, de absoluut noodzakelijke, betrouwbare en duurzame motor van onze activiteiten is ongetwijfeld ons distributienetbedrijf Eandis en haar ruim 4 000 medewerkers. Het is een absolute uitdaging voor Eandis om als onderneming voortdurend mee te denken en mee te zijn voor een nog krachtiger beheer en een nog betere beheersing van de kosten. Tegelijk moet er permanent worden geïnvesteerd in groei en ontwikkeling van nieuwe kennis en expertise, en dat alles binnen het kader van ethisch ondernemen. Onze dienstverlening evolueert, onze klanten vormen een permanente waardemeter voor onze werking. Competente, dynamische en gemotiveerde medewerkers zijn daartoe cruciaal. Ze geven vorm aan onze dienstverlening, onze resultaten, onze toekomst. Naast de expertise en gemotiveerdheid van de directie en de medewerkers van Eandis in hun job, wil ik graag in de verf zetten, dat de realisatie van alle doelstellingen ook het resultaat is van de constructieve samenwerking van alle bestuurders en de deelnemers in onze opdrachthoudende vereniging. Daarvoor aan al wie op een of andere manier zijn of haar steentje heeft bijgedragen tot de verwezenlijkingen, initiatieven en samenwerking in het voorbije jaar, mijn hartelijke dank. Tanja SMIT Voorzitter
Activiteitenverslag IMEA 2009
5
Voorstelling van de distributienetbeheerder
Identiteit
Benaming Intercommunale Maatschappij voor Energievoorziening Antwerpen – afgekort tot IMEA
Rechtsvorm Opdrachthoudende vereniging
Maatschappelijke zetel Merksemsesteenweg 233, 2100 Antwerpen (Deurne)
Secretariaat Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle
Oprichting Opgericht te Antwerpen op 18 oktober 1932 - Belgisch Staatsblad van 2/3 november 1932, nr. 14078.
Statuten Statuten vastgesteld op 19 april 1982 - Bijlage tot het Belgisch Staatsblad van 4 juni 1983. Omzetting in een opdrachthoudende vereniging door de algemene vergadering in buitengewone zitting van 6 november 2003. Overneming van gedeelte IGAO vanaf 1 januari 2009. Laatst gewijzigd door de algemene vergadering van 11 december 2009 - Bijlage tot het Belgisch Staatsblad van 12 januari 2010, nr. 10005980 - Goedgekeurd bij ministerieel besluit van 26 maart 2010.
Ondernemingsnummer BTW BE 0204.647.234 RPR Antwerpen
8
Activiteitenverslag IMEA 2009
Contactmogelijkheden
Telefonische bereikbaarheid
Klantenkantoren
Algemeen nummer 078 35 35 34 Op dit nummer kan je terecht voor vragen over: • nieuwe aansluitingen • verzwaren van aansluitingen, verplaatsen en vervangen van meters • de opneming van meterstanden • rationeel energiegebruik (REG) • budgetmeters en dienstverlening sociale leverancier Het nummer is bereikbaar op werkdagen van 8 tot 20 uur en op zaterdag van 9 tot 13 uur.
• Antwerpen: Appelmansstraat 12-14, 2018 Antwerpen • Deurne: Merksemsesteenweg 233, 2100 Deurne
Gasreuk 0800 65 0 65 Dit nummer om een gasreuk te melden is 7 dagen op 7 en 24 uur op 24 bereikbaar. Oproepen worden prioritair behandeld. Storingen en defecten 078 35 35 00 Op dit nummer kun je terecht met meldingen over storingen of defecten op het elektriciteitsof aardgasnet. Het is bereikbaar 7 dagen op 7 en 24 uur op 24. Doven en slechthorenden 0477 777 080 Zij kunnen gasreuk, storingen en defecten melden via sms-codebericht Meer info op website www.eandis.be
Openingsuren klantenkantoren: maandag-donderdag-vrijdag: 8.30 tot 12 uur en van 12.30 tot 16 uur dinsdag: 14 tot 18 uur woensdag: 8.30 tot 12 uur
Websites www.imea.be www.eandis.be
Infrastructuurgebied Antwerpen Merksemsesteenweg 233, 2100 Antwerpen
Algemeen correspondentieadres Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle
Defecte straatlampen www.straatlampen.be Een defecte straatlamp? 0800 6 35 35 Geef de adresgegevens van de paal door (via telefoon of website) en het defect wordt zo snel mogelijk hersteld. Ombudsdienst 0800 6 00 01 Werkdagen van 8 tot 20 uur, zaterdag van 9 tot 13 uur • Ombudsdienst Eandis, Postbus 60, 9090 Melle • www.eandis.be > Over Eandis > Ombudsdienst Eandis
Activiteitenverslag IMEA 2009
9
Deelnemers
6 steden/gemeenten en Electrabel n.v. Steden/Gemeenten
Elektriciteit
Aardgas (1) (2)
* *
* *
* * *
* * *
* *
* *
* * * * * * *
* * * * * * * *
* * *
* * * *
• Stad Antwerpen 2000: Antwerpen: centrum 2018: Antwerpen: gebied tussen Leien, Gemeente- en Carnotstraat en Singel 2030: Antwerpen: Luchtbal 2050: Antwerpen: Linkeroever 2060: Antwerpen: Seefhoek en omgeving 2600: Berchem 2040: Berendrecht-ZandvlietLillo-Antwerpen 2140: Borgerhout 2100: Deurne 2180: Ekeren 2170: Merksem 2610: Wilrijk Havengebied • Gemeente Brasschaat • Gemeente Duffel • Gemeente Kapellen Hoogboom Kapellen • Stad Mortsel • Gemeente Zwijndrecht (1) Uitbreiding sinds 1 januari 2009 met distributienetbeheer gas (2) Stad Antwerpen: aardgas behalve district Hoboken en wijk Kiel
10
Activiteitenverslag IMEA 2009
Distributiegebied
Antw. 2040
Kapellen Antw. 2040
Hoogboom
Kapellen
Antwerpen Antw. 2030
Brasschaat
Ekeren
Hoogboom
Antwerpen
Antw. havengebied
Ekeren Antw. 2030Merksem
Brasschaat
Antw. havengebied
Zwijndrecht
Merksem
Deurne
Antw. 2050
Zwijndrecht
Borgerhout
Antw. 2050
Burcht Burcht
Deurne
Borgerhout
Berchem Berchem
Wilrijk
Wilrijk
Mortsel Mortsel
Duffel
1 januari 2009
januari 2009
Duffel
Elektriciteit en aardgas
Elektriciteit en aardgas
Uitsluitend aardgas
Uitsluitend aardgas
Activiteitenverslag IMEA 2009
11
Bestuur en toezicht
Raad van bestuur Voorzitter
SMIT Tanja - Antwerpen Ondervoorzitters BRUGHMANS Bart - Brasschaat DE GROOF Chris - Electrabel Leden BACHAR Karim - Antwerpen (sinds 16 maart 2010) COOLSAET Ann - Antwerpen DE HERDT Davina - Mortsel DE MOOIJ Sofie - Antwerpen (tot 31 december 2009) DE PRETER René - Antwerpen HEMDANE Mouloud - Antwerpen IMRE Nathalie - Antwerpen KOREMAN Roger - Antwerpen LAMBRECHTS Rumold - Electrabel MINNEBO Willy - Zwijndrecht PEETERS Tom - Antwerpen ROELANDS Alex - Kapellen (tot 10 februari 2010) SARENS André - Electrabel SLASSI Youssef - Antwerpen VAN GESTEL Sonia - Antwerpen VANDERBECKEN Hugo - Brasschaat VAN NUFFEL Luc - Electrabel VERSTRAELEN Gilbert - Antwerpen VYLDERS Ann - Antwerpen WUYTS Luc - Duffel
Lid met raadgevende stem
VAN CLAPDURP Danny - Mortsel
Secretaris
VERBIESE José
Vertegenwoordiging Eandis AERTS Rudy DE BRUYCKER Luc HERZEEL Erwin PEETERS Guy VANDEVELDE Nick VONCKX Maurice
12
Activiteitenverslag IMEA 2009
Directiecomité
Corporate governance comité (CGC)
Voorzitter
Voorzitter
Ondervoorzitters
Ondervoorzitter
SMIT Tanja
BRUGHMANS Bart DE GROOF Chris
Leden
LAMBRECHTS Rumold VAN NUFFEL Luc VERSTRAELEN Gilbert WUYTS Luc
Secretaris
VERBIESE José
Vertegenwoordiging Eandis AERTS Rudy de Bruycker Luc HERZEEL Erwin PEETERS Guy VANDEVELDE Nick VONCKX Maurice
SMIT Tanja
BRUGHMANS Bart
Leden
COOLSAET Ann DE HERDT Davina IMRE Nathalie MINNEBO Willy VERSTRAELEN Gilbert VYLDERS Ann
Secretaris
HERMANS Jan
Vertegenwoordiging Eandis DEMEYER Frank SPELIER Marc
Commissaris
Deloitte Bedrijfsrevisoren bv cvba Vertegenwoordigd door CLEYMANS Dirk
Activiteitenverslag IMEA 2009
13
Verslag van de raad van bestuur
Inleiding
Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, hebben wij de eer u verslag uit te brengen over de activiteiten van IMEA tijdens het boekjaar 2009. In het activiteitenverslag vindt u de belangrijkste gebeurtenissen en evoluties van de voorbije verslagperiode. In het laatste trimester van 2009 is een belangrijke bijkomende activiteit, nl. Energie Diensten voor Lokale Besturen opgestart, die een verdere ontplooiing zal kennen vanaf 2010. Het opzet van dit initiatief is om aan lokale besturen producten en diensten aan te bieden inzake energiebeheer in gebouwen en openbare verlichting, teneinde energiebesparingen of projecten met hernieuwbare energie te stimuleren en te realiseren. Dit aanbod is in de eerste plaats gericht aan de publieke deelnemers van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders, meer bepaald voor gebouwen van gemeenten, steden en provincies. De algemene vergadering heeft op 11 december 2009 een wijziging aan de statuten van de vennootschap goedgekeurd. Deze wijziging betrof de creatie van aandelen E. Hierdoor beschikt de raad van bestuur over de keuzemogelijkheid om, naast de gewone kapitaalaandelen A, gebruik te maken van een aparte aandelencategorie voor eventueel nieuw ingebrachte kapitalen. Deze aandelen E, waarop de deelnemers vrij kunnen inschrijven, worden vergoed met respect voor het rendement van de huidige kapitaalaandelen en alsof het leningen zijn in de mate dat het eigen vermogen boven de 33 %-grens ten opzichte van de GIK (geïnvesteerde kapitalen) uitkomt. Deze statutenwijziging werd gepubliceerd in de Bijlagen tot het Belgisch Staatsblad op 12 januari 2010. Er zijn geen vermeldingen genoteerd met betrekking tot het verkrijgen van eigen aandelen. Er is geen verwerving van aandelen van de moedervennootschap of door een dochtervennootschap. De vereniging heeft geen bijkantoren.
16
Activiteitenverslag IMEA 2009
Overeenkomstig de wettelijke voorschriften en artikel 16bis van de statuten heeft het corporate governance comité (CGC) aan de raad van bestuur verslag uitgebracht over zijn opdrachten inzake het hem toevertrouwd mandaat met betrekking tot het werkingsjaar 2009. Het betreft een rapport zonder voorbehoud noch bezwaar. Verder verslag over de uitgevoerde werkzaamheden van het corporate governance comité vindt u in hoofdstuk 7 van het activiteitenverslag. Er is geen tegenstrijdigheid van belangen vastgesteld overeenkomstig voornoemd verslag van het CGC. Tevens leggen wij u de jaarrekening voor, namelijk de balans, de resultatenrekening met commentaar en de toelichting, afgesloten per 31 december 2009, en de winstverdeling. De balans sluit per 31 december 2009 af met een totaal van 664.748.289,73 euro ten opzichte van een vergelijkbaar cijfer van 513.905.225,09 euro voor het boekjaar 2008. De volledige jaarrekening is opgenomen in het ‘Financieel Verslag’ dat op eenvoudige aanvraag verkrijgbaar is via ‘
[email protected]. De vereniging heeft tot op heden geen beroep gedaan op het publieke spaarwezen De vereniging gebruikt geen afgeleide financiële instrumenten (‘derivaten’) op een wijze die van betekenis is voor de beoordeling van haar activa, passiva, financiële positie en resultaat. De raad van bestuur 20 april 2010
Activiteitenverslag IMEA 2009
17
Inventaris van de vrijgemaakte markt
Meerjarentarieven m.b.t. distributie De distributienettarieven voor elektriciteit en aardgas zijn een weerspiegeling van alle kosten die noodzakelijk zijn om de opdrachten van de distributienetbeheerders uit te voeren. De Vlaamse gemengde distributienetbeheerders hadden, conform het koninklijk besluit van 2 september 2008 met betrekking tot de meerjarentarieven, hun tariefvoorstellen voor elektriciteit en gas voor de periode 2009-2012, tijdig ingediend. Hierbij werd gebruik gemaakt van het door de CREG vooropgestelde rapporteringmodel. Het directiecomité van de CREG heeft op 4 juni 2009 haar goedkeuring verleend aan de tariefvoorstellen van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders voor de regulatoire periode 2009-2012. Daardoor kon het meerjarentarief pas ingang vinden vanaf 1 juli 2009. De goedkeuring was bovendien gekoppeld aan de intrekking van de nog lopende gerechtelijke procedures tegen eerdere tariefbeslissingen van de CREG. De tarieven zijn vastgesteld in één keer voor de volgende vier jaar. Het tarief evolueert van jaar tot jaar onder meer in functie van de indexering en de voorziene investeringen. De meerjarentarieven zijn van groot belang omdat ze voor de consument stabiliteit en transparantie bieden. Bovendien vormen meerjarentarieven de basis voor een stabiele begroting. Voor Eandis, als werkmaatschappij van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders, is dat het vertrekpunt voor een verder goed beheer van de netten en een optimale dienstverlening in het kader van de toenemende maatschappelijke taken. Uit vergelijking van de meerjarentarieven van de distributienetbeheerders in Vlaanderen, Brussel en Wallonië blijkt dat voor een typeklant Dc (= laagspanningsklant met jaarverbruik van 3 500 kWh waarvan 1 600 kWh in dag), Dd (= laagspanningsklant met jaarverbruik van 7 500 kWh waarvan 3 600 kWh in dag) en T2 (= klant met een jaarverbruik gas van 23 260 kWh) de meerjarentarieven van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders in globaliteit – zowel voor elektriciteit als voor aardgas – tot de goedkoopste van België behoren.
18
Activiteitenverslag IMEA 2009
Injectietarief Het injectietarief, dat sinds 1 juli 2009 van toepassing is, voorziet dat de decentrale producenten een vergoeding betalen aan de distributienetbeheerders per geproduceerde MWh die ze in het net injecteren. Energie die voor eigen toepassingen wordt gebruikt, is dus niet onderhevig aan het injectietarief. Het huidige injectietarief wordt enkel toegepast op grotere (met een vermogen boven 10 kW) decentrale productie-installaties (voorzien van injectie-EAN).
Bonus-malus 2008 De CREG besliste dat voor het exploitatiejaar 2008 de malus van IMEA in de activiteit elektriciteit 1 414 330,97 euro bedroeg. Voor aardgas bedraagt de malus 7 226 443,10 euro. De malus is integraal overdraagbaar.
Aanpassingen in de regelgeving - Het decreet van 30 april 2009 tot wijziging van het Provinciedecreet en van het decreet houdende de intergemeentelijke samenwerking voert het maximum participatiepercentage van één of meer provincies binnen een opdrachthoudende of dienstverlenende vereniging op van 20 % tot 30 % zonder dat het stemgewicht groter mag zijn dan 25 %. - Het decreet van 8 mei 2009 brengt een aantal wijzigingen aan het elektriciteitsdecreet aan. De tarieven en de looptijd voor minimumsteun voor elektriciteitsproductie uit zonne-energie werden gewijzigd. - Op 5 juni 2009 wijzigde de Vlaamse regering het groenestroombesluit. Daardoor wordt de aanvangsdatum voor de toekenning van groenestroomcertificaten voor kleinschalige productie-installaties aangepast en wordt de toekenning van minimumsteun voor
Activiteitenverslag IMEA 2009
19
Inventaris van de vrijgemaakte markt
zonnepanelen in de toekomst afhankelijk gesteld van dakisolatie. Aan de netbeheerder wordt een mandaat gegeven om op verzoek van de VREG controles uit te voeren in het kader van de uitbetaling van de minimumsteun. - In 2009 werd de wetgeving rond de sociale openbaredienstverplichtingen ingrijpend gewijzigd. Op 1 juli 2009 werd namelijk het nieuwe besluit tot regeling van de sociale openbaredienstverplichtingen in de vrijgemaakte elektriciteits- en gasmarkt van kracht.
Marktmodel VREG Onder impuls van de Vlaamse energieregulator VREG werd in 2009 verder nagedacht over en gewerkt aan een vernieuwing van het marktmodel voor de vrije energiemarkt in Vlaanderen. De Vlaamse gemengde distributienetbeheerders en Eandis hebben steeds hun actieve medewerking verleend aan dit onderzoek. Met de vernieuwing van het marktmodel wil men in Vlaanderen een aantal pijnpunten in de huidige marktwerking elimineren en tegelijk de energiemarkt voorbereiden op de grote aanpassingen die op til zijn: de introductie van de slimme meters als een hoeksteen voor een slim distributienet, de spectaculaire groei van allerlei decentrale productieeenheden, de ambitieuze milieudoelstellingen waarin het energiebeleid een essentiële plaats inneemt, de vraag van de eindgebruikers naar transparante en eenvoudige processen, … Voor de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders is het essentieel dat zowel de financiële haalbaarheid als de efficiëntie daarbij niet uit het oog mogen worden verloren.
Clearing House In het kader van de gesprekken over de toekomstige marktspelregels (MIG 5 en 6) en de voorbereiding daarvan, is er de studie rond het oprichten van een Clearing House. Deze centrale verrekeningskamer zal fungeren als uitwisselingsplatform waar alle gegevens samenkomen en waarop alle marktpartijen zijn aangesloten. In het kader van deze gesprekken is er onder meer een overeenkomst gesloten tussen Synergrid en de netbeheerders. Die heeft als voorwerp om naast een studie inzake nieuwe marktprocessen (MIG 5 en 6) ook een
20
Activiteitenverslag IMEA 2009
beschrijving op te maken van de behoeften voor een Clearing House. Voor de besluitvorming werden een beleidscomité en een stuurgroep opgericht.
Stand van zaken in het IT-stappenplan In het kader van het met de VREG afgesproken IT-stappenplan werd ook in 2009 een aantal belangrijke stappen gezet om te komen tot een scheiding en bijgevolg een onafhankelijke werking van de informaticaapplicaties van de netbeheerders en Eandis. Zo draait voortaan de e-mailinfrastructuur volledig autonoom, is een infrastructuur uitgebouwd voor documentmanagement via het intranet, is het beheer van alle wettelijke archiefdocumenten volledig in eigen beheer, is de printshop (facturen) overgegaan naar Eandis en zijn enkele gedeelde netwerkschijven losgekoppeld. De volledige onafhankelijkheid op het vlak van informatica wordt volgens planning gerealiseerd tegen uiterlijk 1 juli 2010.
Indexis als filiaal van Eandis en de Waalse werkmaatschappij Ores Indexis staat in voor een aantal gespecialiseerde informatica-gebonden diensten met betrekking tot de processen van de vrije energiemarkt. De activiteiten van Indexis bestrijken twee domeinen: het verwerken en het doorsturen van meetgegevens, zowel van elektriciteits- als van gasverbruiken. Indexis is federaal georganiseerd (Vlaanderen en Wallonië) en beheert de verbruiksgegevens op een onafhankelijke en vertrouwelijke manier. Kwaliteit en snelheid staan hierbij voorop. Bij de fusie in 2006 van de voormalige operatoren tot Eandis bleef Indexis, het meterbedrijf van de distributienetbeheerders als organisatie voor het informaticaplatform bestaan. De vertegenwoordigers van Vlaanderen en Wallonië hebben in die context beslist om de samenwerking verder te zetten, maar onder een andere constructie. Daarom is beslist Indexis om te vormen tot een filiaal van Eandis en van Ores, de onafhankelijke werkmaatschappij van de Waalse gemengde distributienetbeheerders. Eandis participeert voor 70 % in het kapitaal van Indexis. Deze nieuwe constructie is operationeel sinds 1 januari 2009. De werkmaatschappijen staan in voor de meteropnames en validatie.
Activiteitenverslag IMEA 2009
21
Algemeen beleid
Smart metering/slimme meters Op termijn zullen de verbruiksmeters voor elektriciteit en aardgas evolueren naar elektronische of slimme energiemeters. Slimme meters en slimme netten bieden het distributienetbeheer van de toekomst veel meer mogelijkheden, ook ten gunste van de klanten, de leveranciers en andere marktactoren. De VREG heeft als onderdeel van de voorbereidingen naar het nieuwe marktmodel reeds een voorstudie laten uitvoeren over een mogelijke veralgemeende invoering van slimme meters. Dergelijke grootschalige introductie vergt grondig studiewerk, een degelijke kosten-batenanalyse en een duidelijk inzicht in de technische mogelijkheden van deze meters. Een investering in elektronische meters die uitsluitend worden gebruikt om ‘achteraf’ meetgegevens beschikbaar te stellen van de marktpartijen is wellicht een gemiste opportuniteit. Via het beschikbaar hebben van gegevens in reële tijd ontstaan op termijn maximale mogelijkheden om netten te sturen en te evolueren naar ‘slimme gebruikers’ en ‘slimme, ook decentrale, producenten’. Het programma slimme meters is een samenwerking tussen Eandis, Infrax en PBE om in heel Vlaanderen het concept van slimme meters te introduceren. Het concept steunt op betrouwbare datacommunicatie via de laagspanningskabels (in het vakjargon: PLC, of Power Line Carrier). Vervolgens wordt de communicatie bij een aantal meters gecentraliseerd, die dan verder via internet met de centrale computers communiceren. Eandis wil de nieuwe technieken uitgebreid testen in een welomschreven testgebied. De technische oplossing werd inmiddels geregistreerd via een Europees octrooi dat voor een periode van 20 jaar de intellectuele eigendom beschermt. Een wereldwijde octrooiaanvraag was begin 2010 nog in behandeling. Het technisch pilootproject ‘slimme meters’ wordt opgezet in meerdere fasen: een eerste fase omvat een veldtest met 4 200 meters. Het testgebied situeert zich in Leest en Hombeek. In 2010 krijgen alle inwoners van deze Mechelse deelgemeenten een nieuwe ‘elektronische’ verbruiksmeter voor elektriciteit en gas. Nadien volgt een pilootproject met 40 000 meters.
22
Activiteitenverslag IMEA 2009
Indien alle fasen van het project positief worden beoordeeld en kaderen binnen de regulatoir toegekende marge, kan de uitrol van de slimme meters bij alle klanten van start gaan in 2014. De impact op de tarieven zal mee afhankelijk zijn van de mogelijkheden tot valorisatie van de data in het kader van besparingsmogelijkheden en van synergiemogelijkheden met andere projecten. Slimme meters zijn geen doel op zich. Ze moeten een hulpmiddel vormen om de distributienetten om te vormen tot een intelligent net en om netbeheerders en eindverbruikers de nodige informatie te verschaffen om het energieverbruik zo efficiënt mogelijk te kunnen organiseren. Op die manier wordt een bijdrage geleverd om de milieudoelstellingen van de diverse overheden te helpen realiseren.
Rapportering m.b.t. kwaliteit dienstverlening Einde maart 2009 heeft IMEA, zowel voor elektriciteit als voor aardgas, aan de VREG de rapportering bezorgd over de kwaliteit van de dienstverlening 2008. Het gaat om een jaarlijkse rapportering opgelegd door de Technische Reglementen Distributie Elektriciteit en Gas. Voor de activiteit elektriciteit bevat deze rapportering gegevens met betrekking tot het profiel van het net (identificatie, aantal netgebruikers en verdeelde elektriciteit en totale lengte), de onbeschikbaarheden van de toegang tot het net op middenspanning en laagspanning, de spanningskwaliteit, de dienstverlening en de netverliezen. Uit het rapport blijkt dat in 2009 de elektriciteitsgebruiker bij IMEA gemiddeld 17 minuten en 32 seconden geen elektriciteit had. De meeste incidenten waren het gevolg van defecten aan kabels voor middenspanning (IMEA) en hoogspanning (transportnetbeheerder) omwille van kortsluitingen en door defecten veroorzaakt door derden. De kwaliteit van het distributienet blijft zeer hoog en ook de herstellingsduur bleef met 30 minuten en 44 seconden zeer goed scoren. Het onderbreken van de gastoevoer is meestal toe te schrijven aan geplande en aangekondigde werken voor onderhoud of vervanging.
Activiteitenverslag IMEA 2009
23
Algemeen beleid
Ook hier duiden de indicatoren aan dat de kwaliteit hoog blijft en de gemiddelde onbeschikbaarheid per afnemer wordt geschat op een vijftal minuten per jaar.
Statutenwijziging en kapitaalverhoging In het kader van de financieringsbehoeften binnen de energiedistributiesector hebben de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders in het najaar van 2009 een statutenwijziging goedgekeurd die de deelnemers in de mogelijkheid stelt om, als vorm van belegging, middelen binnen te brengen in de distributienetbeheerders. Daarmee voorzien de statuten, naast de gewone kapitaalaandelen, voor nieuw ingebrachte kapitalen in de mogelijke creatie van een aparte (aandelen)categorie, zijnde aandelen E, dit zonder afbreuk te doen aan de rechten en de rendementen voor de huidige deelnemers. Er is bijkomend voorzien in de mogelijkheid tot omzetting van aandelen E in aandelen A, in geval van kapitaalverhoging met gewone maatschappelijke aandelen en dit rekening houdend met de inschrijvingsrechten en zonder discriminatie tussen de deelnemers onderling. Daaropvolgend is een kapitaalverhoging aangeboden in twee schijven, waarbij in die tweede schijf de deelnemers konden intekenen op een bijkomend bedrag dat ontstaat uit de niet onderschreven bedragen uit de eerste schijf. Voor de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders globaal was een potentieel totaalbedrag van 224,24 miljoen euro vooropgesteld waarop ingeschreven werd voor 126,91 miljoen euro (56,59 %). Voor IMEA ging het om maximum totaalbedrag van 33,88 miljoen euro waarop voor 22,02 miljoen euro (65,01 %) ingeschreven werd. De intekenrechten werden bepaald pro rata van het aantal aandelen A dat iedere openbare deelnemer bezit binnen de totaliteit voor beide activiteitsdomeinen. Intekenen kon vóór 14 december 2009 via een gemeenteraadsbeslissing. De privé-deelnemer wenste af te zien van deelname aan deze kapitaalverhoging.
24
Activiteitenverslag IMEA 2009
Samenwerkingsovereenkomst Elia – distributienetbeheerders: voorstel tot verlenging De onderhandelingen tussen de distributienetbeheerders en Elia hebben geleid tot een aangepast voorstel van samenwerkingsovereenkomst die in werking trad op 1 juli 2009 en eindigt op 31 december 2013. Gezien de geëvolueerde omstandigheden in de energiedistributie, onder meer op het vlak van decentrale productie, moest de inhoud van de samenwerkingsovereenkomst worden verfijnd.
Overeenkomsten met Telenet Ondergronds brengen
Er is een overeenkomst gesloten met Telenet over de werkwijze en synergie-afspraken met betrekking tot horizontale en verticale verplaatsingen van kabelnetten, dit naar aanleiding van werken aan laagspanningsnetten. Deze overeenkomst vervangt de bestaande die in de loop van 2006 werd afgesloten en waarbij Telenet aan alle betrokken gemeenten voor de periode 2005-2009 een jaarlijkse investeringsbijdrage toekende voor het ondergronds brengen van bovengrondse kabelnetten. De nieuwe overeenkomst trad in werking op 1 januari 2009 en heeft een duurtijd van 5 jaar. Ze is geënt op het langetermijn investeringsprogramma (2009-2013) van IMEA, onder andere wat betreft het ondergronds brengen van bovengrondse elektriciteitsnetten. Het voornaamste principe van de overeenkomst is een onvoorwaardelijke ‘volgplicht’ voor Telenet ten aanzien van werken aan de laagspanningsinfrastructuur, uitgevoerd in synergie (= in dezelfde sleuf). De nieuwe overeenkomsten bieden een aantal belangrijke voordelen: • er wordt niet meer gewerkt met een individueel budget per gemeente; • de regeling wordt uitgebreid tot horizontale verplaatsingen die in synergie kunnen worden uitgevoerd. De nieuwe overeenkomst is niet van toepassing op werken voor ondergrondse netaanleg bij netuitbreidingen of uitrusting van nieuwe
Activiteitenverslag IMEA 2009
25
Algemeen beleid
verkavelingen. Aan de gemeenten werd gevraagd hierover een gemeenteraadsbesluit te nemen. De overeenkomst werd tevens ter bekrachtiging geagendeerd op de jaarvergadering van IMEA van 23 juni 2009.
Gebruik palen en steunen
Parallel werd ook de bestaande overeenkomst voor het gebruik van palen en steunen, afgesloten tussen Telenet en de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders voor elektriciteit, hernieuwd voor de periode 2009-2013. De bedragen werden geactualiseerd na een update van de technische gegevens. Voor het overige zijn de bepalingen identiek aan de vorige overeenkomst.
Aanpassing reglementen industriële verkavelingen en verkavelingen appartementsgebouwen/wooncomplexen Bij steeds meer bouwprojecten wordt een bestaand industrieel complex opgesplitst in verschillende eenheden, hetzij voor industrie of ambacht, hetzij voor residentiële doelstellingen. Dat vergde een aanpassing aan de bestaande reglementen ‘industriële verkavelingen’ en ‘verkavelingen appartementsgebouwen/wooncomplexen’. Voortaan zal bij de opsplitsing in eenheden met overwegend residentiële bestemming het project als een appartementsgebouw/wooncomplex worden beschouwd. Opgesplitste projecten kunnen voortaan als een dossier ‘industriële verkaveling’ dan wel als een dossier ‘appartementsgebouw/wooncomplex’ worden behandeld, in functie van het overwegend gebruik van de oppervlakte (industrieel-ambachtelijk dan wel residentieel), met de bijhorende modaliteiten van de tenlastelegging van kosten. De nieuwe verkavelingsreglementen werden aan de gemeentebesturen overgemaakt voor implementering naar aanleiding van de toekenning van verkavelings- en bouwvergunningen.
26
Activiteitenverslag IMEA 2009
Dubbelzijdig aanleggen van lagedruknet aardgas Indien slechts aan één kant van de straat gasnet ligt dan wordt aan de andere kant een nieuwe aansluiting doorgaans gerealiseerd via een onderboring, voor zover technisch mogelijk en als er geen netuitbreiding gepland is. Onderboringen voor individuele aardgasaansluitingen zijn in woongebieden echter technisch niet aan te bevelen. Eind 2009 werd de regel inzake onderboringen, mede in functie van de geldende wetgeving, aangepast: • in woongebieden worden gasnetten dubbelzijdig aangelegd, met als gevolg dat woningen zonder onderboring kunnen worden aangesloten. In uitzonderlijke gevallen, omwille van economische reden kan een woning met onderboring worden aangesloten; • buiten woongebieden zullen de gasnetten niet ontdubbeld worden. In deze gebieden kunnen woningen via een onderboring worden aangesloten. Voor aansluitingen tot 10 m³/u wordt, conform het decreet, de maximumprijs van 206,61 euro excl. BTW aangerekend. Er worden geen onderboringen meer aangerekend. AIs de afstand tot de rooilijn groter is dan 25 meter (decretaal is 20 meter voorzien) wordt een tellerkast ten laste van de klant in rekening gebracht. Voor aansluitingen groter dan 10 m³/u worden de onderboringen wel aangerekend volgens de geldende tarieven en wordt ook een aangepaste tellerkast geplaatst ten laste van de klant als de afstand tussen de rooilijn en de gevel groter is dan 25 meter.
Samenwerkingsovereenkomst inzake koppelpunten distributienetten Er is een definitieve samenwerkingsovereenkomst tot stand gekomen tussen de gemengde en de zuivere Vlaamse distributienetbeheerders met betrekking tot de koppelpunten tussen de distributienetten elektriciteit en aardgas van de partijen. Dat behelst de technische installaties bestemd voor de doorvoer van energie naar een andere distributienetbeheerder.
Activiteitenverslag IMEA 2009
27
Algemeen beleid
In uitvoering van de samenwerkingscode van de technische reglementen distributie elektriciteit en aardgas werden de afspraken eenduidig vastgelegd op het vlak van eigendom, beheer en exploitatie van zowel bestaande als nieuwe toekomstige installaties, de kwaliteit van de spanning, het meten van het vermogen en/of verbruik, de gegevensuitwisseling en confidentialiteit in het kader van de marktwerking (meetgegevens) en de toepassings- en betalingsmodaliteiten in verband met het doorvoertarief. Ook werden wederzijdse rechten, plichten en aansprakelijkheden vastgelegd. De betaling van de geleverde diensten wordt geregeld conform de geldende modaliteiten van de CREG. Deze overeenkomst wordt aangegaan voor onbepaalde duur, met ingang op 1 januari 2010, en vervangt alle vorige overeenkomsten en afspraken tussen de partijen in verband met het wederzijds gebruik van netinfrastructuur voor de doorvoer van energie.
28
Activiteitenverslag IMEA 2009
IMEA in de samenleving
Energie en armoede In naam van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders, die optreden als sociale energieleverancier voor gezinnen met betaalmoeilijkheden, heeft Eandis in december 2009, aan de vooravond van het Europese jaar tegen de armoede en sociale uitsluiting, in Gent een studiedag georganiseerd rond het thema ‘energie en armoede’. Op de studiedag waren ook vertegenwoordigers aanwezig uit de hulpverlening (OCMW en CAW), van zogenaamde ‘verenigingen waar armen het woord nemen’ en vertegenwoordigers van de overheid. Samen goed voor 275 geïnteresseerde deelnemers. De studiedag was in de eerste plaats een dag van dialoog waar meningen werden uitgewisseld en standpunten verdedigd. De opdracht om als sociale leverancier te functioneren is geen loutere ondernemingsopdracht. Het vereist een zeer specifieke benadering, omwille van het kwetsbare karakter ervan. Een opdracht die een eigen ingesteldheid en expertise vereist, zowel op vlak van beleid als bij de uitvoering ervan, zodat veeleer sprake is van ‘sociale openbaredienstengagementen’ in plaats van ‘sociale openbaredienstverplichtingen’. Het debat op de studiedag verliep in een positieve sfeer, zelfs al waren de meningen soms verdeeld. Alle betrokken actoren hebben er van gedachten gewisseld over allerlei hangende vraagstukken van deze problematiek: gebruik van de budgetmeter elektriciteit en aardgas, schorsingen, onbeperkte en gratis toegang tot energie voor iedereen,… Deze studiedag heeft aangetoond dat bij de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders en Eandis een grote bereidheid is om in deze delicate dossiers steeds te zoeken naar bevredigende oplossingen in overleg met al wie betrokken partij is.
De budgetmeter: nieuwe termijnen voor plaatsing Wanneer de huishoudelijke afnemer binnen vijftien kalenderdagen na de verzending van de ingebrekestelling zijn openstaande rekeningen bij de netbeheerder niet heeft betaald, zal de netbeheerder binnen de zestig kalenderdagen een budgetmeter plaatsen of inschakelen. De afnemer krijgt met andere woorden nog 15 kalenderdagen respijt nadat de aangetekende ingebrekestelling is verzonden. Pas wanneer
Activiteitenverslag IMEA 2009
29
IMEA in de samenleving
hij ook in deze periode zijn openstaande facturen niet heeft betaald, moet een budgetmeter worden geplaatst. De kosten die verbonden zijn aan de budgetmeter, met inbegrip van de plaatsing, inschakeling of uitschakeling, vallen steeds ten laste van de netbeheerder. Eens een budgetmeter werd geplaatst bij een huishoudelijke afnemer, blijft deze meter daar staan, ook wanneer de afnemer verhuist of terug overschakelt naar een commerciële leverancier. Het is namelijk mogelijk om de budgetmeter via een kleine technische ingreep te laten werken zoals een gewone meter. Het nieuwe besluit van 2009 voorziet wel in de mogelijkheid om de wegname van de budgetmeter aan te vragen. De kosten hiervoor vallen steeds ten laste van de aanvrager.
Budgetmeter aardgas Op 13 maart 2009 heeft de Vlaamse regering een nieuw wijzigingsbesluit goedgekeurd betreffende de sociale openbaredienstverplichtingen. Daarin is de verplichting opgenomen om ook budgetmeters voor aardgas te plaatsen. Het besluit stelt dat op 1 juli 2009 een overgangsperiode start van drie jaar waarbinnen de aardgasnetbeheerder een actieplan uitvoert. Sinds 1 juli 2009 plaatst Eandis, namens de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders, budgetmeters voor aardgas bij gasklanten ‘sociale leverancier’. Dat moet de kostenefficiënte uitvoering van de sociale openbaredienstverplichtingen optimaliseren, de onbetaalde facturen tot een minimum herleiden en de schuldopbouw bij de gasklanten voorkomen. Een budgetmeter wordt geplaatst na ingebrekestelling door de distributienetbeheerder wegens een onbetaalde factuur. Het systeem is ontwikkeld naar analogie van de budgetmeter elektriciteit. Wel heeft de budgetmeter aardgas een eigen oplaadkaart. Het netwerk met oplaadpunten is identiek. In dat kader is een aangepaste typeovereenkomst uitgewerkt tussen de distributienetbeheerder en het OCMW. Soms vergeten klanten hun budgetmeterkaart tijdig op te laden. In dat geval hebben ze nog de beschikking over een noodkrediet. Indien ook
30
Activiteitenverslag IMEA 2009
dat krediet is opgebruikt, vallen ze voor elektriciteit terug op het beperkt vermogen van 10 ampère. Bij een budgetmeter aardgas bestaat er geen beperkt vermogen omdat dit technisch niet realiseerbaar is. Na verbruik van het noodkrediet zal de budgetmeter aardgas uitvallen. Het noodkrediet bedraagt voor elektriciteit 35 euro en voor aardgas 70 euro. Eind 2009 waren er in totaal 39 656 toegangspunten aardgas (beschermde plus niet-beschermde afnemers) toegewezen aan de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders. Voor IMEA gaat het over 8 509 toegangspunten. Het aantal afnemers aardgas dat in gebreke werd gesteld en waar een opdracht tot het plaatsen van een budgetmeter werd gegeven bedroeg eind 2009 voor alle Vlaamse gemengde distributienetbeheerders samen 4 498. Daarvan waren er 590 toegewezen aan IMEA. Zo’n 90 % van de openstaande bedragen, voor alle Vlaamse gemengde distributienetbeheerders, bedraagt minder dan 1.000 euro. Bij deze afnemers moet binnen de vooropgestelde drie jaar (te rekenen vanaf 1 juli 2009) een aardgasbudgetmeter worden geplaatst. Rekening houdend met de aangroei van nieuwe dossiers, wordt voorzien om daarvoor 1 000 budgetmeters voor aardgas per maand te plaatsen. De totale kostprijs per geplaatste aardgasbudgetmeter bedraagt 437,89 euro (exclusief btw).
Recupereren van schuld via de budgetmeter Sinds 1 juli 2009 is het nieuwe besluit inzake de sociale openbaredienstverplichtingen van toepassing. Dat voorziet in het recupereren van schulden via de budgetmeter. Het betreft schulden die gemaakt werden in de periode dat de klanten toegewezen waren aan de distributienetbeheerder maar nog geen budgetmeter hadden. Als klanten in gebreke worden gesteld, wordt een budgetmeter geplaatst. Nadien volgt een afrekening voor het verbruik op de oude meter. Als de klanten dat verbruik niet betalen, kan via de lokale adviescommissie (LAC) een schorsing worden afgedwongen. Als alternatief kan de schuld nu ook worden geïnd via de budgetmeter.
Activiteitenverslag IMEA 2009
31
IMEA in de samenleving
Dat kan op twee manieren: • door de schuld in te bouwen in het ‘actief krediet’ waarbij 35 % van het opgeladen bedrag wordt ingehouden; • door de schuld in te brengen als een ‘betaalplan’ waarbij een vast bedrag wekelijks wordt afgehouden van het actief krediet. De schuld inbrengen als een betaalplan biedt aan de klant bepaalde voordelen op het vlak van gebruiksgemak en spreiding van het globale schulddossier. Er is onderzocht of het technisch mogelijk is om de verwerking van de schuld als betaalplan in de budgetmeter te spreiden in de tijd en dit in functie van het bedrag van de openstaande schuld, waardoor het bedrag van de afbetaling per week zou verlagen. Na overleg en op verzoek van de VREG, werd het weekbedrag voor schuldafbouw via de budgetmeter standaard op 5 euro gebracht voor een schuld tot 750 euro. Er zijn eveneens regels opgesteld voor schulden boven de 750 euro.
Opzegtermijn bij drop gewijzigd Huishoudelijke klanten die hun verbruiksfacturen niet betalen, kunnen door de commerciële energieleverancier worden opgezegd of ‘gedropt’. Als ze geen nieuwe leverancier vinden, is de distributienetbeheerder in de gemeente waar de klant woont, verplicht elektriciteit en/ of aardgas te leveren. De distributienetbeheerder wordt dan ‘sociale leverancier’. De opzegtermijn die een commerciële leverancier in acht moet nemen om een klant te droppen werd door het besluit van 1 juli 2009 verlengd van 30 naar 60 kalenderdagen. Dit moet de klant meer tijd geven om een nieuwe leverancier te vinden.
Evolutie sociale openbaredienstverplichtingen De distributienetbeheerders hebben van de wetgever de rol toebedeeld gekregen om als sociale leverancier op te treden voor die eindverbruikers die omwille van betaalproblemen of andere redenen niet langer terecht kunnen op de commerciële energiemarkt. Ondanks alle begeleidende maatregelen is er een aantal dossiers waar de eindklant
32
Activiteitenverslag IMEA 2009
ook bij de sociale leverancier (de distributienetbeheerder) een schuld opbouwt. Deze dossiers worden aan de plaatselijke lokale adviescommissie (LAC) voorgelegd. De Vlaamse gemengde distributienetbeheerders proberen steeds een dossier op te lossen vooraleer de LAC een beslissing moet nemen. Eind december 2009 steeg het aantal toegangspunten, vermoedelijk door het effect van de economische crisis, tot 18 778 toegangspunten. Het aantal toegangspunten bij de sociale leverancier is het resultaat van de aangroei ingevolge opzegging van klanten door de commerciële leveranciers, verminderd met het aantal dat opnieuw in de commerciële markt kan worden gebracht. Sedert 2007 wordt met meer succes een aantal klanten terug naar de commerciële markt gebracht. Van de opgestelde budgetmeters elektriciteit zijn er gemiddeld 60 % actief en 40 % niet-actief of per einde 2009 voor IMEA 5 964 actief en 6 354 niet-actief. Sinds maart 2009 is de wetgeving rond de plaatsing van budgetmeters aangepast. Er wordt een budgetmeter geplaatst, 75 dagen nadat de klant aangetekend in gebreke gesteld is. De opladingen van de budgetmeters gebeuren bij IMEA via de klantenkantoren (64,8 %) en via derden, zoals OCMW’s (35,2 %). De omzet van de opladingen bij deze distributienetbeheerder bedroeg voor 2008 2 189 363,29 euro (enkel elektriciteit) en voor 2009 2.584.437 euro (elektriciteit en gas). Per oplaadbeurt werd in 2009 gemiddeld voor 55,07 euro opgeladen. Voor de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders samen bedraagt het onbetaald saldo aan vervallen facturen voor sociale leveringen, na aftrek van de afgeboekte bedragen, 68,57 miljoen euro of 23,30 % ten opzichte van de gecumuleerde omzet (2005 tot eind 2009 = 294,32 miljoen euro afgerond). Voor IMEA betekent dit 17.242.338 euro, na aftrek van de afboekingen, of 30,38 % ten opzichte van de gecumuleerde omzet. In 2009 vonden 93 LAC-zittingen plaats en werden er 10 216 dossiers ingediend, wat een toename betekent ten opzichte van het voorgaande jaar.
Activiteitenverslag IMEA 2009
33
IMEA in de samenleving
Van de elektriciteitsdossiers die door de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders samen in 2009 werden doorverwezen naar de LAC, kende 57,7 % een oplossing voor of tijdens de LAC-zitting. Voor 28,1 % werd een voorwaardelijke beslissing getroffen. 1,6 % leidde tot onmiddellijke schorsing en 3,8 % werd uitgesteld. De gegevens voor aardgas zijn vergelijkbaar. Voor IMEA bedroeg het aantal geschorsten per einde 2009 563, namelijk 84 elektriciteitsklanten en 479 gasklanten Pas vanaf juli 2009 worden ook aardgasbudgetmeters geplaatst. In 2009 werden er 449 geschorste toegangspunten heraangesloten. Men kan besluiten dat er een toename is van het aantal klanten bij de sociale leverancier, een gunstige evolutie in het aandeel van de onbetaalde facturen en een toename van het aantal LAC-dossiers. Bij de behandeling van de LAC-dossiers, waarbij schorsen nooit een doel op zich is, is er een constructieve samenwerking met de OCMW’s.
Onze contacten met de klanten Op het distributiegebied van IMEA bezochten per einde 2009 samen 48 109 klanten de klantenkantoren, hetzij gemiddeld ruim 4 009 per maand. De klantenkantoren beantwoorden duidelijk aan een behoefte van de klanten, waarbij persoonlijk contact op prijs wordt gesteld. 6,5 % van de bezoekers kwam voor een nieuwe aansluiting of de wijziging van een bestaande, 2,5 % kwam informatie inwinnen over REG en 80,7 % van de bezoeken had te maken met de sociale openbaredienstverlening. De overige 10,3 % waren bezoeken van uiteenlopende aard, gaande van algemene info tot specifieke info omtrent de marktwerking.
34
Activiteitenverslag IMEA 2009
Rationeel energiegebruik en milieu
Energiediensten voor lokale besturen Het opzet van dit initiatief is om aan lokale besturen producten en diensten aan te bieden inzake energiebeheer in gebouwen en openbare verlichting, met als doel energiebesparingen of projecten met hernieuwbare energie te stimuleren en te realiseren. Het aanbod is gericht aan de publieke deelnemers van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders, meer bepaald voor gebouwen in eigendom van gemeenten, steden en provincies. Gebouwen van bijvoorbeeld het gemeenschapsonderwijs, vrije scholen, privé-ziekenhuizen en dergelijke behoren niet tot de doelgroep. Met dit initiatief wil IMEA een antwoord bieden op bestaande behoeften bij lokale besturen, zoals een verlaagde energiefactuur, het fungeren als voorbeeldfunctie, het actief tegengaan van klimaatopwarming en het voldoen aan de wettelijke verplichtingen. Vertrekkend vanuit het huidig REG-aanbod wordt de dienstverlening uitgebreid met consultancy voor energiebeheer, investeringswerken en onderhoud tot zelfs derdepartijfinanciering. Op die manier wil Eandis als coördinator en facilitator, die optreedt namens de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders, totaaloplossingen bieden. De producten en diensten zijn in te delen in drie categorieën: • energiebeheer in gebouwen; • energiebeheer van openbare verlichting; • sensibilisering van gemeentepersoneel, burgers en ondernemingen. Als algemeen principe geldt dat het aanbod gebeurt tegen kostprijs. Prestaties die binnen de openbaredienstverplichtingen REG geleverd worden blijven gratis. Voor het overige aanbod wordt op basis van parameters aan de lokale besturen een toeslag op de investeringswaarden gevraagd. De looptijd voor een derdepartijfinanciering bedraagt maximaal acht jaar vanaf de oplevering. Deze periode biedt aan de lokale besturen de mogelijkheid om al onmiddellijk voordeel te doen, omdat de gemiddelde terugverdientermijn bij energievriendelijke investeringen in principe vijf jaar is.
Activiteitenverslag IMEA 2009
35
Rationeel energiegebruik en milieu
Er wordt geopteerd voor een gefaseerde aanpak waarbij voor de keuze tussen de ingediende projecten duidelijke prioriteitsregels zullen gelden en er zorg gedragen wordt voor een evenwichtige spreiding van de projecten per distributienetbeheerder. Deze acties gaan gepaard met informatie en opleiding van de gemeentebesturen en hun energieverantwoordelijken.
REG-samenwerkingsprotocol Steden, gemeenten en provincies kunnen eigen premies toekennen bovenop (sommige) premies van de netbeheerders. Sinds 1 januari 2009 kunnen ze die premies aanbieden in samenwerking met de netbeheerders. Klanten moeten daarvoor maar één aanvraagformulier invullen. Met deze nieuwe dienstverlening willen zowel de distributienetbeheerders als de aangesloten gemeenten en provincies de klanten op REG-vlak beter bedienen. Dit in het streven naar een goede en eenduidige communicatie en zo weinig mogelijk bijkomende administratie voor de aanvragers. De lokale besturen kunnen daarvoor een samenwerkingsprotocol met de distributienetbeheerder afsluiten. Ze kunnen opteren voor verschillende vormen van samenwerking: van informatie-uitwisseling tot een totaaloplossing. Deze samenwerkingsvormen zijn vrijblijvend. Het staat elk lokaal bestuur vrij om, op basis van een raadsbeslissing, hierin een keuze te maken.
REG-actieplan 2009 De maatschappelijke bekommernis over energiebesparing en rationeel energiegebruik is de voorbije jaren toegenomen. Als gereguleerde speler op de energiemarkt neemt IMEA terzake haar verantwoordelijkheid op. Om de resultaatsdoelstellingen voor besparingen op primaire energie te kunnen behalen, heeft IMEA een heel arsenaal aan maatregelen uitgewerkt. Deze becijferde maatregelen worden in een jaarlijks REG-actieplan gebundeld en ter goedkeuring voorgelegd aan VEA, het Vlaams Energie Agentschap.
36
Activiteitenverslag IMEA 2009
In 2009 moesten de netbeheerders, op de verbruiksgegevens elektriciteit 2007, een besparing realiseren van 2 % bij huishoudelijke afnemers en 1,5 % bij niet-huishoudelijke afnemers. Voor alle Vlaamse gemengde elektriciteitsnetbeheerders bedroeg die besparingsdoelstelling 165,9 GWh bij huishoudelijke afnemers en 279,5 GWh bij niethuishoudelijke afnemers. Voor IMEA bedroeg dit respectievelijk 16,6 GWh bij huishoudelijke en 21,8 GWh bij niet-huishoudelijke afnemers. Voor het behalen van de vooropgestelde besparingsdoelstelling huishoudelijk en niet-huishoudelijk alsook de actieverplichtingen en sensibiliseringsacties werd voor de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders een budget van 21,5 miljoen euro voorzien. Het REG-actieplan 2009 voorziet onder meer in de verspreiding van informatiebrochures en individueel REG-advies voor huishoudelijke afnemers, het uitvoeren van energiescans, het ter beschikking stellen van afnamegegevens op schriftelijk verzoek van niet-huishoudelijke afnemers, energieboekhouding voor onderwijs-, welzijns- en verzorgingsinstellingen, sensibilisering, algemene informatieverspreiding en speciale inspanningen afgestemd op bepaalde doelgroepen, samenwerking met sociale huisvestingmaatschappijen en ondersteuning van lokale besturen bij planning en implementatie van hun lokaal energiebeleid. De acties en premies om deze doelstellingen te kunnen halen, werden verdeeld over vier doelgroepen, namelijk residentiële afnemers, beschermde afnemers, ondernemingen en openbare besturen. De consument kan een REG-premie aanvragen door een ingevuld aanvraagformulier, samen met de gevraagde documenten op te sturen naar de REG-dienst, postbus 50, 9700 Oudenaarde, of te faxen naar het nummer 09 263 48 56. De snelste manier is een elektronische aanvraag invullen via www.eandis.be.
Activiteitenverslag IMEA 2009
37
Rationeel energiegebruik en milieu
De verschillende items uit het REG-actieplan kenden in 2009 voor geheel IMEA de volgende respons: Actie Aardgascondensatieketel
Bedrag in euro
4.058
514.717,22
Buisisolatie
64
1.310,62
Condensatietoepassingen niet-huishoudelijk
72
118.780,20
2.164
579.133,91
Dakisolatie Domotica
3
450,00
151
0,00
2
1.239,00
Energieprestatiepeil
16
11.580,00
Frequentieomvormers
81
129.036,94
2
5.055,00
3.128
135.527,04
1
148,00
22
3.300,00
Kortingsbon beschermde afnemer
141
21.150,00
Muurisolatie
464
172.802,52
Niet-huishoudelijk ventilatiesysteem met warmterecuperatie
22
53.615,00
Radiatorfolie
31
11.526,40
119
185.401,53
8
59.839,43
14
133,00
351
8.552,00
5.549
977.437,62
764
27.341,00
Verlichting
26
44.791,65
Warmtepomp
11
10.581,47
102
56.067,50
6
3.813,75
315 17.687
40.940,82 3.174.271,63
Energieboekhouding Energieboekhouding lokaal bestuur
Gestuurde ontdooiing bij koelinstallaties huishoudelijke energiescan Hoog rendement (HR) motoren Huishoudelijk ventilatiesysteem met warmterecuperatie
Rechtstreekse aardgasverwarming REG-steun Spaardouchekop Spaarlamp Superisolerende beglazing Thermostaatkranen
Zonneboiler huishoudelijk Zonneboiler niet-huishoudelijk Zonwering Totalen
38
Aantal premies
Activiteitenverslag IMEA 2009
REG-actieplan 2010 De besparingsdoelstelling werd vanaf 2010 opgetrokken tot 3,5 %. Voor de berekening ervan wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen residentiële en niet-residentiële verbruiken. Voor alle Vlaamse gemengde elektriciteitsnetbeheerders bedraagt die besparingsdoelstelling 945 GWh. Voor IMEA bedraagt dit 80,9 GWh. Naar aanleiding van een wijziging aan het besluit van de Vlaamse regering van 2 maart 2007 ‘inzake de openbaredienstverplichtingen ter bevordering van het rationeel energiegebruik’ moet voor 2010 rekening worden gehouden met: - een verplicht aan te bieden premie voor dakisolatie voor huishoudelijke klanten (500 euro voor minimum 40 m² dakisolatie); de distributienetbeheerders staan niet in voor de uitbetaling van de premie, maar nemen wel een aantal administratieve taken van de Vlaamse overheid op zich; - de aanpassing van de definitie voor energiescans: naast de gewone energiescan kan worden gekozen voor een voortgangscontrolebezoek waarbij opnieuw energiebesparende investeringen kunnen worden uitgevoerd, of voor een begeleiding bij het plaatsen van dakisolatie en superisolerend glas; - aantal uit te voeren energiescans (1 scan per 100 huishoudelijke elektriciteitsaansluitingen vanaf 2010 tegenover 1 per 200 in de periode 2007-2009). Voor 2010 wordt een gemiddelde kost per bespaarde kWh voorzien van 0,0317 euro. Voor het behalen van de besparingsdoelstelling van 80,9 GWh, zijnde 3,5 % op het totaal verbruik van IMEA, wordt een budget van 3.058.550 euro voorzien. Hierin is een bedrag voorzien van 377.514 euro voor actieverplichtingen en sensibilisering.
Aardgasfonds Naast het REG-actieplan bestaat er ook een REG-aardgasfonds. Het bedrag daarvan wordt jaarlijks verdeeld over de aardgasnetbeheerders volgens de aardgasverbruiken. Voor 2010 wordt voor de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders een budget van 4.355.000 euro vooropgesteld, waarvan 684.307 euro, zijnde 15,71 %, voor IMEA.
Activiteitenverslag IMEA 2009
39
Rationeel energiegebruik en milieu
Dit budget zal worden aangewend voor acties gericht op rationeel energiegebruik (aardgaswasdroger, begeleiding bij de vernieuwing van stookplaatsen in openbare besturen), al dan niet in combinatie met een veiligheidsaspect (vervanging keukengeiser door keukengeiser met intrinsieke atmosfeerbeveiliging, CO-melders), alsook voor acties met een sociaal karakter (ondersteuning bij het plaatsen van dakisolatie in sociale woningen onder het beheer van sociale huisvestingsmaatschappijen en bij kansarme gezinnen, ombouw van de elektrische verwarming in sociale huisvesting).
Huishoudelijke energiescans Op 2 maart 2007 keurde de Vlaamse regering een besluit goed dat de distributienetbeheerders een actieverplichting oplegt om in samenwerking met de gemeenten, 40 605 energiescans uit te voeren bij huishoudelijke klanten in een periode van 3 jaar. Vanaf 2010 wordt de verplichting verruimd en dient er één scan te worden uitgevoerd per 100 huishoudelijke toegangspunten op het elektriciteitsdistributienet op 1 oktober 2006. Indien nodig zal in 2010 ook nog een aantal energiescans die voorzien waren in 2009 (namelijk 1 per 200 huishoudelijke toegangspunten over de actieperiode 20092011) worden uitgevoerd. Voor 2010 worden bij IMEA 3 138 energiescans voorzien (exclusief eventueel saldo scans van 2009).
Actieverplichting: kortingbon energiezuinige koelkast/ wasmachine Ook in 2010 biedt elke distributienetbeheerder aan beschermde afnemers een kortingbon voor de aankoop van een energiezuinige koelkast met A+ of A++ label of een energiezuinige wasmachine met een AAA-label. De korting per toestel bedraagt: • koelkast A+: 150 euro (de valorisatie voor de netbeheerder bedraagt 197 kWh); • koelkast A++: 150 euro (de valorisatie voor de netbeheerder bedraagt 340 kWh); • wasmachine AAA (of A+AA of A+AB): 150 euro (de valorisatie voor de netbeheerder bedraagt 95 kWh).
40
Activiteitenverslag IMEA 2009
Standaardmateriaal openbare verlichting Eandis staat namens de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders in voor het volledige beheer van de verlichtingtoestellen, lichtmasten en lampen die eigendom zijn van de gemeenten. Om de kwaliteit van dit beheer zo optimaal mogelijk te houden is het wenselijk dat steden en gemeenten zo veel mogelijk standaardmateriaal gebruiken. De criteria voor het toekennen van de status ‘standaardmateriaal’ aan verlichtingtoestellen, lichtmasten en lampen werden door de raad van bestuur van IMEA vastgesteld, samen met de toe te passen algemene kosten in functie van standaardmateriaal.
Forfaitprijzen onderhoud openbare verlichting De materialen voor de periodieke en preventieve vervanging van lampen, ballasten, starters en condensatoren van de openbare verlichting worden aan de gemeenten aangerekend op basis van jaarlijks vastgestelde forfaitaire eenheidsprijzen. De jaarlijkse verrekening van de totale kost per gemeente, gebeurt op basis van de forfaitaire eenheidsprijzen en het aantal opgestelde lampen in de gemeente die onderworpen zijn aan periodieke lampvervanging. Kosten voor onderhoud die niet horen onder ‘periodieke lampvervanging’ en buiten het ‘standaard onderhoud’ vallen, worden per trimester aangerekend volgens de werkelijke kostprijs. In 2010 worden in het werkingsgebied van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders globaal 165 000 lampen preventief vervangen. Daarnaast worden jaarlijks ook nog eens 51 000 lampen vervangen die vroegtijdig defect gaan. De globale kost voor 2010 wordt begroot op 2,36 miljoen euro.
Harmonisatie brandprogramma’s openbare verlichting Het beheer van de tijdstippen voor het in- en uitschakelen van de openbare verlichting (brandprogramma’s) gebeurt met pulsen via het elektriciteitsnet door middel van een centraal programmeerbare afstandsbediening. Ontvangtoestellen die lokaal staan opgesteld in
Activiteitenverslag IMEA 2009
41
Rationeel energiegebruik en milieu
distributiecabines, voetpadkasten of individuele lichtmasten, laten op basis van deze pulsen selectief de lampen branden of doven ze. Einde 2009 branden ongeveer 87% van de lampen de ganse nacht. De overige hebben een alternatief brandprogramma. Door de toenemende druk op de energieprijs voor de openbare verlichting, wordt verwacht dat de gemeenten meer en meer zullen overstappen naar alternatieve brandprogramma’s. Daarbij zullen de lampen tijdens de nacht, vanaf een bepaald tijdstip een paar uur worden gedoofd, om tegen de ochtend terug op vol vermogen te branden. Om aan deze vraag naar alternatieve brandprogramma’s tegemoet te komen, heeft de raad van bestuur op 29 september 2009 zijn goedkeuring gehecht aan een gestandaardiseerd aanbod aan brandprogramma’s binnen Eandis.
Project dimming openbare verlichting (status 2009) In opdracht van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders is een studie ‘Rationeel energieverbruik in openbare verlichting’ opgestart. Besparen in openbare verlichting kan door het doven van een aantal lampen (bijvoorbeeld vanaf middernacht), door (oudere) minder zuinige armaturen/lampen te vervangen door modernere energievriendelijkere armaturen of door dimming. Dimming vergt specifieke apparatuur om het verlichtingsniveau te laten dalen. Deze apparatuur wordt bij Laborelec getest op duurzaamheid en verbruik. Op het werkingsgebied van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders lopen verschillende proefprojecten. Daarnaast wordt er ook een zogenaamde ‘e-box’ getest, waarbij het vermogen in de distributiecabine wordt verminderd. Uit de eerste resultaten blijkt dat de onderzochte toestellen enkel bruikbaar zijn voor hogedruk natriumlampen (NaHP) en metaalhalogenide lampen (HGIHP) en dat er een dalend energieverbruik wordt gemeten. Het leidt bovendien tot een stijging van de levensduur en dus tot lagere onderhoudskosten. Wel moet rekening worden gehouden met een hogere kostprijs van de materialen en de ontwikkelingskost van de verlichtingstoestellen.
42
Activiteitenverslag IMEA 2009
Project ledverlichting (status 2009) De Vlaamse gemengde distributienetbeheerders en Eandis onderzoeken de openbare verlichting op basis van ledverlichting. In 2008 werden enkele proefopstellingen gestart die types van armaturen testen voor openbare verlichting met ledtechnologie. Led staat voor ‘Light Emitting Diode’: een elektronische component die oplicht als er een geringe stroom doorheen gaat. Leds hebben een zeer lange levensduur en verbruiken zeer weinig energie.
Earth Hour en Nacht van de Duisternis Sinds vorig jaar is er naast de Nacht van de Duisternis ook het initiatief Earth Hour ontwikkeld. Earth Hour ging in 2010 door op 27 maart. IMEA heeft beslist om voor Earth Hour een zelfde ondersteuning te geven voor het doven van de openbare verlichting zoals de vorige jaren voor de Nacht van de Duisternis. De organisatie van de Nacht van de Duisternis heeft haar evenement voor 2010 verschoven van maart naar 16 oktober 2010.
Activiteitenverslag IMEA 2009
43
Rationeel energiegebruik en milieu
Aangesloten installaties hernieuwbare energie Distributienetbeheerders zijn verplicht om de groenestroomcertificaten die hen worden aangeboden, op te kopen aan een vaste minimumprijs. Tot en met 2009 bedroeg dit 450 euro/MWh voor zonne-energie, gegarandeerd tot 20 jaar na de indienstneming van de installatie. Voor groenestroomcertificaten die worden uitgereikt voor de productie van elektriciteit door een fotovoltaïsche installatie geldt de verplichting van de netbeheerder enkel voor installaties die na 1 januari 2006 in dienst werden genomen. In 2009 werd een aantal wijzigingen aan de wetgeving doorgevoerd met een impact op de toekenning van groenestroomcertificaten voor elektriciteitsproductie door zonne-energie. • Vanaf 2010 wordt nog 350 euro per groenestroomcertificaat uitbetaald, in plaats van 450 euro in 2009. Het bedrag van de minimumsteun zal na 2010 verder dalen tot 10 euro/MWh in 2020. • De VREG stelt de datum van indienstneming van een installatie met zonnepanelen gelijk aan de datum van het AREI-keuringsverslag van een erkend controleorganisme. Wie nog wilde genieten van groenestroomcertificaten ter waarde van 450 euro moest in ieder geval er voor zorgen dat zijn installatie gekeurd was voor het einde van 2009. Onder bepaalde voorwaarden stond de VREG begin 2010 tijdelijke overgangsmaatregelen toe voor reeds in 2009 grotendeels geïnstalleerde installaties. • Zonnepanelen die na 1 januari 2010 in dienst worden genomen, zullen enkel groenestroomcertificaten kunnen opleveren, indien deze zonnepanelen worden geïnstalleerd op geïsoleerde woningen of woongebouwen. In het kader van de uitbetaling van de minimumsteun, krijgen de distributienetbeheerders een mandaat om op verzoek van de VREG controles ter plaatse uit te voeren. De vier grootste bronnen van decentrale productie zijn windmolens, WKK, WKK Bio en zonnepanelen. Zij nemen voor alle Vlaamse gemengde distributienetbeheerders samen 98 % van de decentrale productie voor hun rekening.
44
Activiteitenverslag IMEA 2009
Toestand 31.12.2009 Injectieprojecten sedert de vrijmaking van de energiemarkt op het net van IMEA Besteld
In dienst
Offerte
Totaal
8 861
34 930
20 654
64 445
Injectieprojecten volgens soort WKK (stoom/ diesel)
Wind/water turbines
Zonnepanelen > 10 kWp
Totaal
37 360
13 100
13 985
64 445
Fotovoltaïsche cellen: realisaties onder 10 kW (installaties met terugdraaiende meter) Aantal
Totaal kW
Gemiddelde kW/realisatie
1 573
5 394
3,40
Fotovoltaïsche cellen: realisaties boven 10 kW
(installaties met aangepaste meetinstallatie, die zowel afname als injectie afzonderlijk meten) Aantal
Totaal kW
Gemiddelde kW/realisatie
26
8 591
330
In het verlengde van de wettelijke opkoopverplichting bij aanbieding van groenestroomcertificaten hebben de distributienetbeheerders, waaronder IMEA, beslist dat jaarlijks in september de markt zal worden bevraagd om zo de beste voorwaarden voor verkoop te verkrijgen. Concreet betrof het in totaal 69 100 certificaten, dit voor de periode 13 september 2008 – 15 september 2009, waarvan 2 200 certificaten voor IMEA.
Activiteitenverslag IMEA 2009
45
Rationeel energiegebruik en milieu
De ecologische voetafdruk In 2009 heeft Eandis een start genomen met een doorgedreven inventarisatie van de milieu-impact van haar eigen werking. De ‘ecologische voetafdruk’ van de onderneming wordt berekend door alle mogelijke milieu-aspecten in kaart te brengen en te kwantificeren: kilometers met dienstwagens, afstand woonst-werk, milieu-impact van gebruikte materialen, energieverbruik in de gebouwen, hoeveel en welk soort afval wordt geproduceerd, … Het project ‘ecologische voetafdruk’ zal in 2010 concreter worden door een eerste opvolgmeting.
Elektrische voertuigen Om de grootschalige introductie van elektrische voertuigen mogelijk te maken, moet aan een aantal randvoorwaarden voldaan zijn, onder meer op het vlak van de infrastructuur om deze wagens te kunnen opladen. Zo moet ook de impact van de oplading van dergelijke voertuigen via het laagspanningsnet van de distributienetbeheerders grondig worden bestudeerd. Om zelf alvast ervaring op te doen heeft Eandis beslist 10 elektrische voertuigen aan te kopen en deze gratis ter beschikking te stellen van carpoolers uit het eigen bedrijf. De oplaadpunten zullen worden ingericht op de terreinen van de Eandis-hoofdzetel in Melle. De ervaringen van Eandis zullen worden samengebracht met deze van andere projecten in Vlaanderen. Met dit project ‘elektrische voertuigen’ willen de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders en Eandis een duidelijk signaal geven dat zij de 20-20-20-doelstellingen ter harte nemen en daartoe concrete toekomstgerichte initiatieven ontwikkelen.
46
Activiteitenverslag IMEA 2009
Investeringsprogramma’s
Gerealiseerde investeringen in 2009 IMEA investeerde in 2009 meer dan 43 miljoen euro. De gerealiseerde investeringsbegroting 2009 bedroeg 23 miljoen euro voor elektriciteit en 20 miljoen euro voor aardgas. Door de aanhoudende investeringen in de uitbreiding en vernieuwing van het aardgasnet stijgt het aantal aansluitbare woningen en het aantal nieuwe gasklanten jaar na jaar.
Activiteitenverslag IMEA 2009
47
Investeringsprogramma’s
Per activiteit zijn dit de gerealiseerde investeringen: Activiteit
Bruto-investering (in duizend euro)
Elektriciteit Transformatorstations
2.323,9
Middenspanningsnetten
5.186,7
Distributiecabines
3.459,7
Laagspanningsnetten
4.443,0
Openbare verlichtingsnetten
474,9
Laagspanningsaftakkingen
3.086,4
Meters
1.059,2
Gebouwen, voertuigen, apparatuur en diversen
2.610,2
Project slimme meters Totaal
624,7 23.268,7
Aardgas Stations Middendruknetten
1.141,5
Distributiecabines
208,0
Lagedruknetten
6.666,9
Meters
1.168,3
Project slimme meters
Activiteitenverslag IMEA 2009
10.558,3
Aansluitingen Diversen
48
82,8
79,2 139,6
Totaal
20.044,6
Algemeen totaal
43.313,3
Budget 2010 Binnen de meerjarentarieven elektriciteit en aardgas 2009-2012 werd bepaald dat de tarieven kunnen evolueren in functie van de inflatie. Als globaal budgetniveau 2010 wordt als streefcijfer het budgetniveau 2009 + inflatie (1,9 %) genomen. IMEA gaf goedkeuring aan het voorstel van investeringsbudget voor 2010, ten belope van (bruto) 51,86 miljoen euro.
Driejaarlijkse investeringsplannen In juni 2009 heeft IMEA de investeringsplannen elektriciteit en aardgas 2010-2011-2012 besproken en ingediend bij de VREG. De driejaarlijkse investeringsplannen worden jaarlijks aangepast voor de volgende drie jaar. De VREG op zijn beurt analyseert deze investeringsplannen en beoordeelt of de distributienetbeheerders het nodige doen om te voldoen aan de hun opgelegde taken, zoals onder meer het voorzien van voldoende capaciteit voor de distributie van elektriciteit en aardgas op het net. Naar aanleiding van de beoordeling van het investeringsplan 2009-2011 meldt de VREG open te staan voor suggesties inzake een vereenvoudigde en efficiëntere rapportering voor de activiteit elektriciteit. Zij zal hiervoor het rapporteringmodel met de distributienetbeheerders bespreken. Voor de activiteit aardgas uitte de VREG de wens om, in het kader van de beoordeling van het investeringsplan 2009-2011, de rapportering van de aansluitbaarheidsgraad op punt te zetten. Tevens meent de VREG dat bij de rapportering bijkomende aandacht kan worden besteed aan de afbouw van leidingen in gietijzer en vezelcement.
Activiteitenverslag IMEA 2009
49
Eandis
Eandis officieel erkend als werkmaatschappij De Vlaamse wetgever heeft een aantal voorwaarden opgelegd aan de werkmaatschappijen die als exploitant optreden voor distributienetbeheerders voor gas en elektriciteit. Bij beslissing van 29 oktober 2009 heeft de Vlaamse energieregulator VREG de 7 gemengde distributienetbeheerders voor elektriciteit en aardgas in Vlaanderen (Gaselwest, IMEA, Imewo, Intergem, Iveka, Iverlek en Sibelgas) officieel de toelating verleend een beroep te doen op de diensten van Eandis. De VREG heeft daarbij gedoogd dat het ene aandeel in Laborelec dat thans nog in het bezit is van Eandis, pas tegen 31 december 2010 zal afgestaan zijn.
Bekroningen • Eandis ontving het Europese kwaliteitskeurmerk Qfor-certificaat voor de kwaliteitsverbetering van haar opleidingsaanbod. • Voor de tweede maal op rij werd Eandis onderscheiden met de trofee ‘Top Employer’ die de inspanningen bekroont op vlak van werksfeer, opleiding en doorgroeimogelijkheden.
Klantentevredenheid Door het onafhankelijk onderzoeksbureau Synovate werd een tevredenheidsonderzoek uitgevoerd met betrekking tot klantgerichte processen (storingsbeheer, uitbetaling premies, plaatsen budgetmeters, metering, werken aan aansluitingen en investeringswerken) en dit bij 1 200 klanten (200 per proces). De resultaten zijn zeer goed en liggen volledig in lijn met bestaande interne kwaliteitsmetingen. Gemiddeld wordt een tevredenheid gescoord van 92,2 %. De service in de klantenkantoren scoort 97 % en de tevredenheidsgraad over het callcenter De Stroomlijn bedraagt 90 %.
50
Activiteitenverslag IMEA 2009
Eandis is goed bekend en de vakkennis van de technici wordt hoog ingeschat. Op het vlak van communicatie doet Eandis het beter dan het gemiddelde van de markt. De klantenkantoren en het callcenter zijn de belangrijkste contactkanalen. De bevraagden vinden dat de nodige aandacht wordt geschonken aan de duidelijkheid en de volledigheid van de verschafte informatie.
Aanvragen van (werf)aansluitingen via Eandis-website Sinds juni 2009 kunnen professionele klanten (aannemers, installateurs, wegenbouwers,…) hun aanvragen voor (werf)aansluitingen elektriciteit en gas volledig laten verlopen via een speciaal voor hen gecreëerde toepassing op de Eandis-website. Voor residentiële klanten werd de toepassing ‘aanvragen aansluitingen’ via de website Eandis in een nieuw kleedje gestoken. Hierdoor wordt het aanvragen van aansluitingen beslist gebruiksvriendelijker.
1ste Aannemersprijs Eandis Op 15 mei 2009 werden voor het eerst de Gouden Handen voor ‘Werken voor klanten’ en ‘Werken aan het net’ uitgereikt in het kader van de ‘Aannemersprijs Eandis’. Op basis van de ISO 9001 kwaliteitsnorm worden de aannemers beoordeeld met een puntensysteem. De aannemers met de beste scores in de categorieën ‘Werken voor klanten’ en ‘Werken aan het net’ ontvingen een Gouden Hand voor vakbekwaamheid, veiligheid en kwaliteit. Deze jaarlijkse prijs moet binnen de aannemerswereld de referentie worden voor kwalitatief en veilig werken. Ook binnen de nutsbedrijven wil Eandis met deze prijs een waardemeter zijn voor het aanbesteden van werken. Eandis wil daarmee haar strikt beleid inzake kwaliteit, veiligheid en vakbekwaamheid bij het uitvoeren van werken onderstrepen.
Activiteitenverslag IMEA 2009
51
Eandis
4 000ste werknemer Eandis is een groeibedrijf dat zich constant aanpast aan de talrijke en veelzijdige opdrachten en aan de nieuwe ontwikkelingen. Meer en meer profileert Eandis zich als een belangrijke en aantrekkelijke werkgever. Het biedt jobs in vestigingen van de Kust tot de Kempen en trekt nieuwe krachten aan via alle mogelijke kanalen. Op 1 september 2009 werd de 4 000ste werknemer aangeworven.
Open Bedrijvendag In het kader van de Open Bedrijvendag op 4 oktober 2009 zette Eandis de deuren open van twaalf sites: de tien infrastructuurgebieden met inbegrip van het opleidingscentrum Mechelen, het distributiecentrum Lokeren en vanzelfsprekend ook de site van het hoofdkantoor in Melle, inclusief het opleidingscentrum Stroming. Deze manifestatie lokte meer dan 20 000 bezoekers. Nieuw was de vervolgdag op maandag 5 oktober waarbij verschillende Eandisvestigingen een extra dag hun deuren openstelden voor samen zo’n 1 000 laatstejaarsstudenten van het technisch onderwijs. Voor Eandis is de Open Bedrijvendag een niet te missen kans om haar naambekendheid te bevorderen, het bedrijf als een aantrekkelijke werkgever te profileren, de klantencontacten te verbeteren, de dienstverlening beter bekend te maken, het contact met de omgeving te verbreden en de banden met de allerlei instanties nauwer aan te halen.
52
Activiteitenverslag IMEA 2009
Verslag corporate governance comité
In uitvoering van de bevoegdheden die aan het corporate governance comité zijn opgedragen door de Vlaamse uitvoeringsbesluiten van 15 juni 2001 en 11 oktober 2002 rapporteert het comité aan de raad van bestuur over de invulling in 2009 van zijn adviserende en controlerende taak. In dit rapport vinden de bestuurders de belangrijkste onderzoeksverrichtingen van het voorbije werkingsjaar.
Belangenconflicten Tijdens het voorbije jaar 2009 legden de deelnemers aan het corporate governance comité geen belangenconflicten ter onderzoek voor. Het comité moest ook geen uitspraak doen over belangenconflicten tussen de distributienetbeheerder en de maatschappij Electrabel nv of een met Electrabel geassocieerde of verbonden onderneming. Ook met de werkmaatschappij Eandis zijn geen conflicten gesignaleerd.
Onverenigbaarheden Het corporate governance comité kreeg evenmin vraag noch opdracht om onverenigbaarheden in hoofde van het management of van personeelsleden van Eandis te onderzoeken. Voor zijn analyse van de onverenigbaarheden in hoofde van sommige bestuurders van de distributienetbeheerder deed het CGC een beroep op de officiële benoemingsbesluiten genomen in uitvoering van de statuten en het huishoudelijk reglement van de distributienetbeheerder. Na onderzoek van de vernieuwde samenstelling van de raad van bestuur kwam het comité tot het besluit dat dit orgaan in zijn huidige vorm rechtsgeldig is samengesteld en dat er zich geen wettelijke onverenigbaarheden voordoen.
Toezicht op naleving van wetgeving De opvolging van de distributienetbeheer-licentie liep grotendeels parallel aan die van voorgaande jaren. Het comité onderzocht in het bijzonder het rapport dat aan de VREG werd afgeleverd en dat specifieke informatie bevat over de aansprakelijkheidsregeling van de elektriciteitsverdelers ten aanzien van hun eindafnemers.
Activiteitenverslag IMEA 2009
53
Verslag corporate governance comité
Het comité analyseerde elke belangrijke regelgeving die een rechtstreekse of onrechtstreekse impact kan hebben op de werking van de distributienetbeheerder of van zijn werkmaatschappij Eandis. Het comité besteedde daarbij zowel aandacht aan de nieuwe federale of regionale wetgeving als aan de beslissingen of adviezen van de regulatoren. Het corporate governance comité liet zich uitvoerig informeren over de belangrijkste bepalingen die met het nieuwe besluit van de Vlaamse regering van 13 maart 2009 betreffende de sociale openbaredienstverplichtingen in de vrijgemaakte elektriciteits- en aardgasmarkt in voege kwamen. Het comité nam kennis van de procedures en werkmethodes die door de diensten van de werkmaatschappij dienaangaande zijn uitgewerkt. Het comité kan met redelijke zekerheid stellen dat de werkmaatschappij en bijgevolg ook de distributienetbeheerder de nodige voorzieningen heeft getroffen om te handelen volgens de voorschriften van dit nieuwe besluit. In nauw overleg met de voorzitters van de diverse corporate governance comités werd de werking van de CGC’s aan een evaluatie onderworpen. Dit gebeurde aan de hand van een enquête die in het eerste semester van 2009 werd gevoerd. De tevredenheid van de mandatarissen over de werking van de CGC’s haalde een hoge score (93 %). De enquête resulteerde in een aantal praktische aanbevelingen aan het adres van het management. De aanbevelingen betreffen o.a. de informatieverstrekking, de praktische organisatie van de vergaderingen, de besluitvorming, de opvolging en de rapportering.
Onderzoek van de rekeningen Kenmerkend voor de balans per 31 december 2008 was de belangrijke mutatie van de financiële vaste activa als gevolg van de overdracht van Indexis-aandelen aan Eandis, de participatie in IGAO en de bijkomende inbreng van aandelen IGAO in ruil voor gasaandelen in IMEA. Aandacht was er ook voor de stijging van het kapitaal van de distributienetbeheerder en uitgiftepremies door de inbreng van aandelen IGAO. De resultatenrekening 2008 was gekenmerkt door een toename van de post ‘inkopen’ en een vermindering van de andere bedrijfskosten (als gevolg van de afschaffing van de Elia-heffing). De ‘uitzonderlijke kosten’ dalen in belangrijke mate door de impact van de CREG-beslissingen over de bonus/malus 2007 en 2006. De resultante hiervan is dat de globale kosten in 2008 zijn afgenomen.
54
Activiteitenverslag IMEA 2009
Specifiek onderzoek werd gewijd aan de berekening van de billijke vergoeding, aan de evolutie van de geïnvesteerde kapitalen, de evolutie van het netto bedrijfskapitaal en de bepaling van de WACC aan de hand van de parameters van de CREG. Na controle van de boekhoudkundige besluiten en ter afronding van het onderzoek van de rekeningen van het werkingsjaar 2008 kon het comité aan de raad van bestuur een verslag bezorgen zonder enig voorbehoud of bezwaar. Het comité verleende ook reeds een positief advies over de balans en de resultatenrekening per 30 juni 2009. Het had bijzondere aandacht voor de gevolgen van de integratie van ex-IGAO per 1 januari 2009.
Betrouwbaarheid van de financiële informatie Het bedrijfsrevisorenkantoor Deloitte rapporteerde aan het comité over de risicoanalyse 2008 die vooral gefocust was op de berekening van de distributienetvergoeding (96 % van het omzetcijfer van de distributienetbeheerder), de facturering aan sociale klanten en de bepaling van het niet-opgenomen verbruik (2 % van de omzet), de netverliezen en de door Elia aangerekende transportvergoeding. De controle van de rekeningen 2008 van de distributienetbeheerder verliep overeenkomstig de door de revisor gehanteerde auditmethodologie. Het comité evalueerde in een eindconclusie de financiële informatie rond de jaarrekening 2008 van de distributienetbeheerder als betrouwbaar. Na analyse van de verschillende evoluties ten overstaan van het boekjaar 2007 kon het comité bevestiging geven van de allocatiecijfers voor 2008. Het comité bestudeerde ook reeds de verkoopcijfers voor het 1ste semester van het boekjaar 2009. Enkele dossiers kregen bijzondere aandacht, o.a. deze dossiers waar de netvergoeding reeds geruime tijd onbetaald bleef. Het comité ondersteunt de acties die door de diensten van de werkmaatschappij ter zake zijn ondernomen. Rekening houdende met enkele aanbevelingen uit een interne audit betreffende de facturering van de netvergoeding, actualiseerde Eandis de procedure voor de aanmaning van gridfeefacturen. Het comité nam kennis van deze actualisering die o.a. inhoudt dat sinds januari 2009 onder bepaalde voorwaarden verwijlintresten worden aange-
Activiteitenverslag IMEA 2009
55
Verslag corporate governance comité
rekend. Er zijn ook nieuwe regels van toepassing voor de blokkering van aanmaningen.
Controle van het budget Na controle van de samenstellende elementen uit de investeringsbegroting 2008 besloot het comité dat er op basis van de begrotingstaat per 31 december 2008 geen bijzondere noch specifieke opmerkingen te formuleren waren op de finale investeringcijfers van de distributienetbeheerder. Het CGC controleerde ook reeds de eerste prognoses voor de investeringsbegroting van de distributienetbeheerder op basis van de situatie medio 2009. Het drukte ten aanzien van het management zijn bekommernis uit over de achterstand die na één semester t.o.v. het initieel budget is opgelopen.
Opvolging van de auditwerkzaamheden N.a.v. een sterkte/zwakteanalyse over de auditactiviteiten binnen Eandis werd de auditmethodologie opgefrist en verankerd in een nieuwe procedure Beheren en uitvoeren van auditactiviteiten. Die nieuwe procedure voorziet een reeks controleobjectieven. Zo bepaalt men de maturiteit van een proces en kan men conclusies trekken en aanbevelingen formuleren. De proces(domein)eigenaar treft vervolgens de nodige corrigerende en preventieve maatregelen die ter goedkeuring worden voorgelegd aan het auditcomité. De afdeling audit onderzoekt de efficiëntie en de effectiviteit van de maatregelen en acteert haar bevindingen in een rapport dat aan het auditcomité van Eandis en aan de corporate governance comités van de distributienetbeheerders wordt voorgelegd. Het comité ondersteunt het initiatief van het management van Eandis om de processen en de lijst van auditeerbare eenheden te harmoniseren en om de procesaudits uit te voeren op het niveau van 31 auditeerbare eenheden. In uitvoering van de auditplanning voor de periode 2009-2011 onderzocht het comité meerdere auditrapporten. Per audit nam het comité kennis van de scope, van de bevindingen, de besluiten, de maturiteitsbepalingen, de eindevaluaties en van de
56
Activiteitenverslag IMEA 2009
vastgestelde corrigerende maatregelen. Er is gerapporteerd over de procesaudits met betrekking tot secretariaten distributienetbeheerders, bepaling van de krijtlijnen ICT, beheer huisvesting, beheer patrimonium, beheer voertuigen, vastleggen Eandisbeleid en aankoop.
Organisatie interne controle en uitoefening van toezicht In 2009 fungeerden voor de implementatie van het project integraal risicobeheer de procesdomeinen financiën en administratief beheer, informatica en aankoop als piloot. Zij leverden pionierswerk en pasten de globale aanpak als eerste toe. Op basis van de leerervaringen in die piloten wordt de uitrol van het project op maat van andere procesdomeinen gemaakt. Ook in 2010 wordt het project verder geïmplementeerd. Opnieuw starten 4 procesdomeinen op: asset management, preventie en bescherming, human resources en corporate governance. Dezelfde methodiek wordt in de komende jaren toegepast op alle Eandis-processen. Het comité onderzocht het jaarrapport van de ombudsdienst. De statistieken van de klachten werden geanalyseerd. Het corporate governance comité onderschreef meerdere aanbevelingen uit dit rapport. Bij wijze van voorbeeld: de regeling bij schade door exploitatieactiviteiten, het invoeren en opvolgen van een uniforme klachtenprocedure, het innen van schulden van voor de vrijmaking energiemarkt, het aanstellen van een account manager voor grote bedrijven, de organisatie van de meteropneming, de correcte en open communicatie over nieuwe processen ten aanzien van groepen netgebruikers.
Activiteitenverslag IMEA 2009
57
Verslag corporate governance comité
Onderzoeksverrichtingen Meerdere besprekingen op het niveau van de raad van bestuur van de distributienetbeheerder hadden betrekking op het huidige en toekomstig geschatte autofinancieringstekort bij de netbeheerder. In die context onderzocht het comité het actuele aandeel en de verwachte evolutie van het eigen vermogen van de distributienetbeheerder en de impact die deze evolutie op termijn kan teweeg brengen op de kostprijs van nieuwe leningen. Het comité focuste zich ook op de berekening van de billijke vergoeding van de distributienetbeheerder. Voorts kon het comité vaststellen dat volgens het door de raad van bestuur berekende basisscenario, het autofinancieringstekort van de distributienetbeheerders structureel is en dat afschrijvingen alleen niet volstaan. Deze vaststelling wordt mee in de hand gewerkt door de voorziene terugbetalingen van leningen en nieuwe investeringsprogramma’s. Het CGC gaf als aanbeveling in deze materie aan de bestuursorganen mee dat het positief is dat de diensten van Eandis creatief denken over nieuwe financieringsformules. Sinds medio 2009 plaatst Eandis in opdracht van de distributienetbeheerders budgetmeters bij gasklanten. Zo komt zij tegemoet aan de nieuwe Vlaamse bepalingen ter zake die van kracht werden op 1 juli 2009. Door de introductie van de budgetmeter voor aardgas zou het aandeel onbetaalde rekeningen voor aardgasverbruik bij de sociale leverancier moeten dalen omdat de schuldopbouw bij klanten wordt vermeden of gestopt. Het comité nam kennis van de werking van de aardgasbudgetmeter. Het CGC ontleedde het proces ‘allocatie’ dat de toewijzing doet van de op het distributienet getransporteerde kWh aan de verschillende marktpartijen en van het proces ‘reconciliatie’ om deze gealloceerde energie te corrigeren, rekening gehouden met de gemeten verbruiken van de netgebruikers. Het comité nam ook in het bijzonder akte van het project Allocatie Reconciliatie Oefening (PARO) waarmee de verbruikshoeveelheden berekend worden en stelde vast dat deze PARO-
58
Activiteitenverslag IMEA 2009
oefeningen uitgevoerd voor de voorbije jaren resulteren in belangrijke financiële stromen tussen leveranciers en distributienetbeheerders. Als algemeen besluit stelt het corporate governance comité dat inzake de toevertrouwde opdrachten voor het dienstjaar 2009 alle gevraagde documenten, rechtvaardigingen en toelichting voor het uitvoeren van zijn onderzoeken en toezicht ter beschikking werden gesteld. Het corporate governance comité heeft geen kennis van verrichtingen of van beslissingen die strijdig zijn met de statuten of met de regelgeving. Bijgevolg maakt het corporate governance comité geen enkel voorbehoud en uit het geen enkel bezwaar. Opgemaakt te Antwerpen, op 26 maart 2010.
Activiteitenverslag IMEA 2009
59
Beknopte jaarrekening
Beknopte jaarrekening
Ingevolge de volledige vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt in Vlaanderen op 1 juli 2003 werden de rekeningen gesplitst in een gereguleerde sector (netactiviteit) en een niet-gereguleerde sector (elementen daterend van vóór de vrijmaking, ook ‘twin’ activiteiten genoemd). Via de verschillende rubrieken van de balans wordt een overzicht gegeven van de financiële toestand van onze opdrachthoudende vereniging op 31.12.2009, terwijl de resultatenrekening een inzicht geeft in de exploitatie van het afgelopen boekjaar. Als belangrijke gebeurtenissen met betrekking tot het boekjaar 2009 kan verwezen worden naar het in werking treden van de meerjarentarieven op 01.07.2009, de creatie van de E-aandelen waardoor de mogelijkheid werd geboden aan de gemeentelijke deelnemers om hun positie te versterken in het eigen vermogen van de distributienetbeheerder en de integratie van de gasactiviteit van IGAO die is doorgevoerd op 01.01.2009. Het globale resultaat per einde 2009 bedraagt 25.359.481,82 euro waarvan 14.878.687,44 euro voor de activiteit elektriciteit en 10.480.794,38 euro voor de activiteit gas. Vooreerst wordt de overgedragen winst van het vorig boekjaar, zijnde 7.445.275,65 euro (elektriciteit = 4.755.532,01; gas = 2.689.743,64) toegevoegd zodat het te bestemmen winstsaldo 32.804.757,47 euro bedraagt (elektriciteit = 19.634.219,45; gas = 13.170.538,02). Na de reeds vermelde verrichtingen wordt eveneens voorgesteld een bedrag van 12.571.537,88 euro terug toe te voegen aan de rubriek ‘Overgedragen winst’ (elektriciteit = 8.211.010,84; gas = 4.360.527,04). Dit betreft voornamelijk een reservering ten bedrage van 10 % van de billijke vergoeding, een dotatie ten bedrage van de vergoeding van de E-aandelen en nog een bijkomende dotatie ten gevolge van de dividenduitkering waarbij het voor 2009 toe te kennen dividend gelijkgesteld wordt aan het eerder begrote dividend.
62
Activiteitenverslag IMEA 2009
Resultaat activiteit elektriciteit
Uiteindelijk wordt aldus een uit te keren winst van 11.423.208,61 euro bekomen. Aan de openbare deelnemers wordt een dividend toegekend van 7.996.252,86 euro en aan de deelnemende maatschappij een bedrag van 3.426.955,75 euro.
Resultaat activiteit gas
Voor de activiteit gas bedraagt de uit te keren winst 8.810.010,98 euro waarvan 6.167.022,06 euro toegewezen wordt aan de openbare deelnemers en 2.642.988,92 euro aan de deelnemende maatschappij. Deze uit te keren bedragen werden reeds gedeeltelijk in december 2009 onder de vorm van een interim-dividend (18.455.600,00 euro) uitbetaald aan de deelnemers. Thans rest er nog een saldo van 1.777.619,59 euro dat zal ter beschikking gesteld worden van de deelnemers na de goedkeuring van de jaarrekening en de winstverdeling 2009 door de jaarvergadering van juni 2010. Meer detail over de financiële gegevens van de jaarrekening is terug te vinden in het Financieel verslag 2009 dat op eenvoudig verzoek kan bekomen worden bij het secretariaat van IMEA, op het e-mailadres:
[email protected].
Activiteitenverslag IMEA 2009
63
Beknopte jaarrekening • Balans
(in duizend euro)
totaal passiva 664 748
totaal activa 664 748
overlopende rekeningen en overige
vorderingen < 1 jr
74 094
29 306
31 847 totaal activa 513 905
45 029
620 990
overlopende rekeningen 4 372 nog te betalen dividenden 1 778 schulden < 1 jr
totaal passiva 513 905 schulden > 1 jr
41 965
16 077 247 281
119 933
142 386
Deelneming gasactiviteit IGAO
59 439 108 905 herwaarderingsmeerwaarden
kapitaal + uitgiftepremies gasactiviteit IGAO
142 386
561 479 348 vaste activa 296
310 413
270 565
148 572
Activa
64
Activiteitenverslag IMEA 2009
2009
2008
2008
kapitaal + reserves + voorzieningen + overgedragen winst
2009
Passiva
• Resultaten elektriciteit 2009
(in duizend euro)
OPBRENGSTEN
KOSTEN + DIVIDEND
TARIEF VOOR AANSLUITING 2 506
TARIEF VOOR AANSLUITING 2 438
TARIEF VOOR GEBRUIK NET 39 229
TARIEF VOOR GEBRUIK NET 53 977
TARIEF VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN 14 380
TARIEF VOOR ONDERSTEUNENDE DIENSTEN 5 101
TARIEF VOOR GEBRUIK TRANSPORTNET 23 184
OPBRENGSTEN 143 OVERGEDRAGEN RESULTAAT VORIG BOEKJAAR 4 756
DIVERSE TOESLAGEN 5 999
TARIEF VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN 14 380
TARIEF VOOR GEBRUIK TRANSPORTNET 23 184
DIVERSE TOESLAGEN 5 999 OVER TE DRAGEN RESULTAAT 8 211 DIVIDEND 11 423
TOEKENNING DIVIDEND
OPENBARE DEELNEMERS 7 996 DEELNEMENDE MAATSCHAPPIJ 3 427
(in duizend euro)
OPBRENGSTEN
KOSTEN + DIVIDEND
TARIEF VOOR AANSLUITING 1 316
TARIEF VOOR AANSLUITING 1 215
TARIEF VOOR GEBRUIK NET 23 903 TARIEF VOOR GEBRUIK NET 34 207 DIVERSE TOESLAGEN 3 300 TARIEF VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN 3 108
OVERGEDRAGEN RESULTAAT VORIG BOEKJAAR 2 690
KOSTEN (Twin) 81
0
• Resultaten gas 2009
OPBRENGSTEN 133
TARIEF VOOR ONDERSTEUNENDE DIENSTEN 5 101
OVER TE DRAGEN RESULTAAT 4 361
DIVERSE TOESLAGEN 3 281
DIVIDEND 8 810
TARIEF VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN 3 108 KOSTEN (Twin) 38
TOEKENNING DIVIDEND
OPENBARE DEELNEMERS 6 167 DEELNEMENDE MAATSCHAPPIJ 2 643 0
Activiteitenverslag IMEA 2009
65
Beknopte jaarrekening
• Dividenden openbare deelnemers IMEA - 2009 (in duizend euro)
Elektriciteit
Gas
Totaal toegekend 2009
Interim 12/2009
Saldo uit te betalen 06/2010
Antwerpen
5.820
4.536
10.356
-9.492
864
Brasschaat
747
514
1.261
-1.156
105
Duffel
404
246
650
-596
54
Kapellen
265
368
633
-580
53
Mortsel
400
279
679
-623
56
Zwijndrecht
360
224
584
-535
49
7.996
6.167
14.163
-12.982
1.181
Totaal openbare deelnemers
66
Activiteitenverslag IMEA 2009
Verklarende woordenlijst AREI Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties CGC Corporate governance comité CREG Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (= federale regulator) DNB Distributienetbeheerder EAN-code European Article Numbering Elke aansluiting heeft een unieke identificatiecode van 18 cijfers Elia Elia beheert het Belgische hoogspanningsnet (transportnetbeheerder elektriciteit) Fluxys Beheert het Belgische hogedruknet voor aardgas (transportnetbeheerder aardgas) KLIM Kabel en Leiding Informatie Meldpunt KLIP Kabel en Leiding Informatie Portaal LAC Lokale adviescommissie MIG Message Implementation Guide, beschrijft hoe communicatiestromen verlopen tussen de marktspelers (leveranciers, distributienetbeheerders...) PLC Power Line Communication of datacommunicatie via de laagspanningskabels REG Rationeel energiegebruik SODV Sociale openbaredienstverplichtingen: door de overheid opgelegde ondersteunende maatregelen voor klanten met betaalmoeilijkheden VEA Vlaams Energieagentschap VREG Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt (= Vlaamse regulator) VVSG Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten WKK
Warmtekrachtkoppeling of het gezamenlijk opwekken van warmte en kracht (elektriciteit)
Juni 2010 - v.u. Luc Desomer, Communicatie en Externe relaties, Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle - Gedrukt op milieuvriendelijk papier