Actieplan Wetenschapscommunicatie 2008
1. Situering Het actieplan Wetenschapscommunicatie omvat alle activiteiten en initiatieven van de Vlaamse overheid die te maken hebben met interactie tussen de onderzoekers en/of wetenschapscommunicatoren met de maatschappij. Dit actieplan wordt jaarlijks opgesteld. Voor de historiek van het actieplan en haar wetenschappelijke onderbouwing wordt verwezen naar http://www.ewivlaanderen.be. Wetenschapscommunicatie is op een (inter)actieve manier over wetenschap informeren en dialogeren door middel van verschillende strategieën aangepast aan specifieke doelgroepen met als uiteindelijk doel interesse wekken, kennis vergroten, opinie vormen, attitude en/of gedrag veranderen. Wetenschapscommunicatie is geen éénrichtingsverkeer, maar vraagt een interactie waarbij onderzoekers en/of wetenschapscommunicatoren met de maatschappij de kans krijgen te interageren. Wetenschapsinformatie is slechts een eerste stap van wetenschapscommunicatie en duidt enkel op het - al dan niet in dialoog en al dan niet op aanvraag - verspreiden van informatie over wetenschap. Vandaar ook de wijziging van de naam van het actieplan. Het onderwerp van de communicatie is wetenschap, waarbij technologie gezien kan worden als (de resultaten van) toegepaste wetenschap. Alle wetenschappelijke domeinen (alfa, beta, gamma) en alle soorten onderzoek (fundamenteel onderzoek, strategisch basisonderzoek, toegepast onderzoek) komen aan bod. Er wordt zowel over de producten (kennis, technologie, innovatieve aspecten) als over het (innovatieve) proces van wetenschappelijk onderzoek en (industriële) productontwikkeling gecommuniceerd. De belangrijkste doelgroepen van het actieplan zijn kinderen en jongeren van 2,5 tot 18 jaar, het grote publiek (studenten, publiek met voorkennis, algemeen publiek, senioren), en scholen en leerkrachten. De belangrijkste actoren zijn de structurele partners binnen het actieplan, de onderzoekers, bedrijven, media, wetenschappelijke instellingen, musea en verenigingen. Met het actieplan Wetenschapscommunicatie beoogt de Vlaamse overheid de volgende doelstellingen: - Het grote publiek sensibiliseren over het belang van wetenschap in onze samenleving;
1
-
In samenwerking met onderwijs bij jongeren interesse wekken voor wetenschap en techniek; Kennis en ontwikkeling op het gebied van wetenschap en techniek ter beschikking stellen voor individuen en organisaties op vraag en/of maat van de doelgroep; Wetenschappelijke ontwikkelingen op voldoende en objectieve wijze onder de aandacht brengen waardoor men zich een opinie kan vormen en maatschappelijke debatten op een correcte manier kunnen worden gevoerd; De instroom van jongeren in wetenschappelijke en technologische richtingen verhogen.
Het actieplan 2008 wil de focus leggen op: • • • • •
Het structureren van het Vlaamse landschap en meer bepaald van de actoren van het actieplan actief bezig met wetenschapscommunicatie; Het samenwerken tussen de actoren binnen het actieplan, waarbij coöperatie centraal staat in plaats van competitie; Het faciliteren van de doorstroming van de activiteiten binnen het actieplan naar het onderwijsveld; Het versterken van de band met de media; Het aanmoedigen van de samenwerking tussen de actoren binnen het actieplan en de bedrijven.
Hierbij wordt maximaal rekening gehouden met aanbeveling 31 “Communicatie over wetenschap, technologie en innovatie via de media” van de Vlaamse Raad voor Wetenschapsbeleid (VRWB). Onder het motto “ Wetenschap maakt knap” worden de activiteiten uit het actieplan bekend gemaakt. Hierbij spelen ook enerzijds de website van het departement EWI (www.ewi-vlaanderen.be) en anderzijds het wetenschapsinformatienetwerk (WIN) (www.wetenschapsinformatienetwerk.be) een belangrijke rol, alsook de communicatiekanalen van de actoren van het actieplan zelf. In de overeenkomsten met de structurele partners is de uitwerking en het onderhouden van een website telkens een essentieel onderdeel van de activiteiten. De sensibiliseringsacties en coördinatieacties uit het actieplan en de actoren die de acties binnen een structureel kader voor de Vlaamse overheid realiseren worden in de volgende secties besproken en in afzonderlijke fiches verder toegelicht. 2. Structurele samenwerkingsovereenkomsten met actoren Hierna volgen de partners waarmee er een structurele samenwerking bestaat die in 2008 voortgezet of vernieuwd wordt of waarmee in 2008 een structurele samenwerking zal worden aangegaan. De acties van de partners worden verder toegelicht in hun beleids- en werkplannen, subsidieaanvragen en werkingsverslagen. Deze structurele samenwerkingsverbanden kunnen periodiek van aard zijn, rekening houdend met de specifieke maatschappelijke noden die zich aandienen en de beleidsprioriteiten die daaraan worden gekoppeld. 2
De huidige activiteiten van de structurele partners van het actieplan benaderen verschillende doelgroepen zoals geïllustreerd in onderstaande tabel. Tabel 1: Overzicht van de structurele partners Wetenschapscommunicatie en hun huidige doelgroep
van
het
actieplan
2.1. Interactie met Onderwijs en Vorming 2.1.1. TOS21 Omdat de schoolgaande jeugd en de leerkrachten één van de belangrijkste doelgroepen zijn binnen het actieplan, spreekt het vanzelf dat veel van de acties binnen het actieplan zich binnen het onderwijsveld afspelen. De samenwerking met de Vlaamse minister van Onderwijs – die al in 2000 structureel werd uitgebouwd – is dan ook een belangrijk onderdeel van het actieplan. Deze samenwerking werd geconsolideerd in het project ‘Techniek op school voor de 21ste eeuw’ (TOS21). Dit project, opgestart in september 2004 door de beide beleidsdomeinen, is een netoverstijgend en niveau-overschrijdend project en heeft als belangrijkste doelstellingen: 1. Voor wetenschap, techniek en technologische innovatie een degelijke inhoudelijke basis voorzien waarmee de onderwijspartners dit vak pedagogisch-didactisch en wetenschappelijk verantwoord kunnen aanpakken; 2. Een referentiekader voor techniek en wetenschap (op school) opstellen dat kan worden gehanteerd voor de curriculumontwikkeling voor het vak Technologische Opvoeding (als onderdeel van de eindtermen); 3. Een referentiekader uitwerken dat kan worden gehanteerd voor de validering, screening en ontwikkeling van projecten die betrekking hebben op de popularisering van wetenschap, techniek en technologische innovatie. Het eindresultaat van het project is een leerlijn van 3 tot 18 jaar waarbij aan de betrokken leeftijd aangepaste materialen worden aangereikt, die de brede vorming rond wetenschap en technologie mogelijk maakt. Doelstelling 1 en 2 zijn reeds behaald. Doelstelling 3 zal in april 2008 worden gefinaliseerd. Het concept om doelstelling 3 te behalen werd in 2007 goedgekeurd door de Vlaamse Regering (VR/2007/30.11/DOC.1294). Om deze doelstelling te realiseren werden reeds 24 experimenteerscholen geselecteerd. Vanuit 3
wetenschapsbeleid bieden 4 partners van het actieplan 8 educatieve pakketten aan die door enkele experimenteerscholen zullen worden gescreend binnen het referentiekader van TOS21. Volgende educatieve pakketten worden aangeboden: -
Chip!Chip!Chip!Hoera, It’s alive, en IR13 van Roger Van Overstraeten Society Technokids van de Hogeschool West-Vlaanderen Alimento en Toleon van de Arteveldehogeschool Stimulus GSM en GPS van de Vrije Universiteit Brussel
Beide beleidsdomeinen hebben met de drie onderwijskoepels en de vier structurele partners van het actieplan Wetenschapscommunicatie overeenkomsten afgesloten. Het eindresultaat van TOS21 zal voorgesteld worden na de zomer van 2008 in een symposium. 2.1.2. Interactie met de proeftuinen Technologie De structurele partners van het actieplan Wetenschapscommunicatie hebben de afgelopen jaren massaal educatieve pakketten ontwikkeld voor kinderen en jongeren van 3 tot 18 jaar, onder andere gesubsidieerd via de oproepen binnen het actieplan. Om het educatief materiaal beter bekend te maken onder de leerkrachten en aan te zetten tot het gebruik ervan zal in een eerste fase in samenspraak met de minister van Onderwijs een luik voorzien worden op een ontmoetingsdag voor leerkrachten die actief zijn binnen de onderwijsproeftuinen. Hierop zullen de structurele partners van het actieplan hun educatieve pakketten voorstellen. Deze vormingsdag is een uitbreiding en eventueel een vervanging van de TOP-dagen en leerkrachtendagen. In een tweede fase zullen de educatieve pakketten die goed worden bevonden door de leerkrachten verder worden toegepast via het proeftuinconcept. Na akkoord van beide ministers, de betrokken scholen en de structurele partner kan het educatief pakket mee opgenomen worden in de proeftuinen Technologie. Hierbij kan de inbreng van de Roger Van Overstraeten Society in de proeftuinen als model worden gehanteerd. 2.2. Samenwerking met Onderwijs en Vorming en bedrijven via het project “De wereld aan je voeten!” De Vlaamse Regering heeft op 11 juli 2006 het sociaal-economisch plan ‘Vlaanderen in Actie’ voorgesteld. De ambitie bestaat erin om Vlaanderen tegen 2020 op een duurzame manier tot het keurkorps van Europese regio’s te laten behoren. Een van de visies binnen Vlaanderen in Actie is: “Vlaanderen moet kordaat en doelgericht investeren in brede talentontwikkeling, in vernieuwend en creatief ondernemerschap, … We moeten nóg meer durven: durven innoveren, durven ondernemen, durven internationaliseren.”
4
De missie van het project “De wereld aan je voeten!” is de instroom van jongeren voor een wetenschappelijke of technologische opleiding verhogen en het (internationaal) ondernemerschap bij jongeren stimuleren. Het doel van deze actie is jongeren van de derde graad ASO en TSO te motiveren om bij hun studiekeuze voor het hoger onderwijs te kiezen voor opleidingen die aanzetten tot beroepen in wetenschappen en technologie en tot internationaal ondernemerschap. Het is een sensibiliseringsactie voor ondernemen, wetenschap, technologie en innovatie in een geglobaliseerde wereld. De jongeren worden aangemoedigd om zelf creatief na te denken en deel te nemen aan het debat en het discussieforum. De voorgestelde activiteiten hebben de ambitie het studiekeuzeproces van jongeren te beïnvloeden. Onderzoek en ervaring met dergelijke projecten leert dat beïnvloeding maar mogelijk is als het project steunt op drie pijlers: a. Het aanreiken van objectieve informatie over de opleidingen en het beroep; b. Het aanreiken van getuigenissen en rolmodellen over de persoonlijke ervaringen met de opleiding en het beroep; c. Het zelf opdoen van soortgelijke ervaringen waardoor de jongere ervaart of deze opleiding, dit beroep bij zijn/haar talenten past. Het initiatief wordt financieel ondersteund door het beleidsdomein Onderwijs en Vorming alsook het beleidsdomein Economie, Wetenschap en Innovatie. Hierbij wordt de Koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging (KVIV) financieel ondersteund vanuit het departement Economie, Wetenschap en Innovatie via het actieplan. Er wordt een kaderovereenkomst afgesloten met de Vlaamse overheid. Duur van de kaderovereenkomst is drie jaar met aanvang op 1 april 2008. Aan de hand van deze kaderovereenkomst gebeurt de inschakeling van de KVIV als structurele partner in het actieplan Wetenschapscommunicatie. Deze kaderovereenkomst zal in een aparte nota ter goedkeuring aan de Vlaamse Regering worden voorgelegd. 2.3. F.T.I vzw De samenwerking met F.T.I vzw wordt geregeld via een vijfjarige beheersovereenkomst. De beheersovereenkomst is afgelopen op 31 december 2007 en werd geëvalueerd door een externe consultant. In de vorige beheersovereenkomst had F.T.I vzw als kernopdracht de uitbating van het wetenschappelijk doecentrum “Technopolis” en als aanverwante opdracht het uitvoeren van een aantal activiteiten uit het toenmalige Actieplan Wetenschapsinformatie en Innovatie. Op basis van het evaluatierapport zal een nieuwe beheersovereenkomst opgesteld worden. Bij de uitwerking van de nieuwe beheersovereenkomst zal maximaal aandacht worden besteed aan de inpassing van de activiteiten binnen het actieplan Wetenschapscommunicatie en aan de uitwerking van performantie-indicatoren kaderend binnen de vooropgestelde strategische doelstellingen van F.T.I vzw. Hierbij
5
zal worden gestreefd naar een optimale samenwerking met de actoren binnen het actieplan Wetenschapscommunicatie en de inbreng van de Vlaamse bedrijven. De aanbevelingen van de consultant en de internationale experts zullen in rekening worden genomen bij de opstelling van de beheersovereenkomst. 2.4. De associaties (universiteiten en hogescholen) De Vlaamse universiteiten en hogescholen beschikken over heel wat expertise op het vlak van wetenschapscommunicatie. Ze verankeren deze expertise in een expertisecel. Deze expertisecellen staan in voor de coördinatie van alle activiteiten op het vlak van wetenschapscommunicatie. Met de hogescholen werd hierover in 2005 een overeenkomst afgesloten tot 31 december 2007. In 2006 werd een éénjarige overeenkomst afgesloten met de universiteiten om hen in staat te stellen een structureel ingebedde expertisecel voor de popularisering van wetenschap, techniek en technologische innovatie (verder) uit te bouwen. Deze overeenkomst werd verlengd tot 31 december 2007. Tot hun activiteiten behoorden o.a. de deelname aan de Vlaamse Wetenschapsweek en het Wetenschapsfeest, het ontwerpen en uitvoeren van succesvolle populariseringsprojecten, en de oprichting en uitbouw van de Wetenschapswinkels. De universiteiten en hogescholen maakten optimaal gebruik van het wetenschapsinformatienetwerk(WIN)-platform. Om te vermijden dat de middelen versnipperd worden over 6 expertisecellen binnen de universiteiten en 22 expertisecellen binnen de hogescholen, zal vanaf 1 januari 2008 een vierjarige overeenkomst worden afgesloten met de 5 associaties. Het financieringsmodel zal bestaan uit een vaste basisfinanciering en een performantiegedreven variabel gedeelte. Bij het definiëren van de performantieindicatoren zal de nodige aandacht gaan naar samenwerking met de actoren binnen het actieplan, het onderwijs, de bedrijfswereld en de media. Het is aan de associaties zelf om zich te organiseren, de voorziene middelen optimaal te gebruiken en de nodige focus te leggen in de activiteiten op het gebied van wetenschapscommunicatie zodat voldoende visibiliteit en impact wordt gegenereerd. 2.5. Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) In 2007 werd met het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) een nieuwe vijfjarige beheersovereenkomst afgesloten. Dit Vlaams strategisch onderzoekscentrum, dat 1.000 mensen tewerkstelt, heeft als belangrijkste doel vernieuwende basiskennis over de normale en abnormale of pathologische processen in een cel, orgaan en organisme (mens, plant en micro-organisme) te verwerven met behulp van gentechnologisch onderzoek. Daarnaast ontwikkelt VIB wetenschappelijke onderbouwde documentatie en informatie over gentechnologie en haar maatschappelijke toepassingen voor specifieke doelgroepen zoals politici, pers, jeugd en een breed publiek van niet-specialisten. Het is de bedoeling om optimale
6
synergie te creëren tussen de activiteiten van het VIB en de structurele partners van het actieplan. 2.6. Roger Van Overstraeten Society De Roger Van Overstraeten Society (RVO-Society) is een initiatief van IMEC, een aantal bedrijven uit de ICT-sector, een aantal universiteiten en individuele leden. RVO-Society is van start gegaan begin 2001. Haar missie is “Iedereen moet de mogelijkheden van wetenschap en technologie kunnen ontdekken en waarderen. Dat is nodig om volwaardig te kunnen participeren in een maatschappij die steeds meer op kennis gebaseerd is. Daarom moet de cultuur van de zwarte doos worden omgebogen door een grote educatieve en communicatieve inspanning. Elke jongere moet moderne wetenschap kunnen ontdekken en moet persoonlijke interesses kunnen ontwikkelen. Belangstelling voor wetenschap bij jongeren verhoogt hun creativiteit als volwassene en hun kansen in de maatschappij. Elke leraar moet moderne wetenschap en technologie in zijn klas kunnen introduceren. Leerkrachten maken moeilijke thema' s vatbaar voor de jeugd.“ RVO-Society realiseert deze missie met een aantal educatieve en maatschappelijke projecten. In 2006 werd een vierjarige overeenkomst met RVO-Society afgesloten in het kader van het actieplan. In 2008 zal via een addendum aan de overeenkomst de subsidie worden verhoogd, zodat RVO-Society met zijn activiteiten meer impact kan creëren naar scholen, leerkrachten en leerlingen toe, alsook naar de pedagogische begeleidingsdiensten en professionele nascholingsorganisaties. 2.7. De Vlaamse Volkssterrenwachten De Volkssterrenwachten zijn verenigingen die het grote publiek in contact brengen met sterrenkunde en aanverwante wetenschappen. In een aangepast kader, met behulp van specifieke infrastructuur en uitrusting organiseren zij waarnemingen, sterrenkijkdagen, lezingen, en educatieve activiteiten op maat van specifieke doelgroepen en van het grote publiek. De Vlaamse overheid heeft in 2007 een vijfjarige samenwerkingsovereenkomst afgesloten met zes Vlaamse volkssterrenwachten. Naast de werkingssubsidies wordt in 2008 een investeringsbudget voorzien voor één Volksterrenwacht, na indiening en goedkeuring van een investeringsplan. 2.8. Organisatoren van de Vlaamse Olympiades De Vlaamse Olympiades zijn wetenschappelijke wedstrijden in vijf verschillende vakgebieden (natuurwetenschappen, wiskunde, geografie, Frans, Latijn en Grieks) voor leerlingen uit de 2de en 3de graad secundair onderwijs. Finalisten uit de Vlaamse wedstrijden kunnen deelnemen aan de competities op Europees en internationaal niveau.
7
De Vlaamse overheid heeft met de organisatoren een vierjarige subsidieovereenkomst afgesloten die afgelopen is op 31 augustus 2007. Deze overeenkomst werd via een addendum met 1 jaar verlengd. In 2007 werd de samenwerkingsovereenkomst geëvalueerd. Het evaluatierapport is gunstig maar stelt een aantal aanbevelingen voor. Er wordt in 2008 een nieuwe subsidieovereenkomst afgesloten voor een duur van vier jaar met de organisatoren van de Vlaamse Olympiades. De organisator voor wiskunde is de K.U.Leuven (campus Kortrijk), voor geografie de Vereniging van Leerkrachten Aardrijkskunde, voor Latijn en Grieks het Arpino Comité, voor Frans de UHasselt, en voor natuurwetenschappen neemt de K.U.Leuven de organisatie over van de UHasselt. Om tegemoet te komen aan de aanbevelingen en de verdere professionalisering van de operationele werking zal de jaarlijks voorziene subsidie verhoogd worden. Het financieringsmodel zal aangepast worden en zal bestaan uit een vaste sokkel en een variabel gedeelte. De verhoging van de subsidie zal in 2008 ook aangewend worden voor de lancering van twee nieuwe initiatieven: 1. Met de Vlaamse Wiskunde Olympiade zal de mogelijkheid tot uitbreiding van hun activiteiten naar de Europese Wiskunde Kangoeroe worden nagegaan. Hierbij kunnen jongeren deelnemen van het 3de tot en met het 6de leerjaar van het basisonderwijs en het 1ste tot en met het 3de jaar van het secundair onderwijs. 2. In 2008 zal ook de opstart van een nieuwe wedstrijd worden bekeken, met name de “Technologie-Olympiade”, een initiatief van VOKA. De TechnologieOlympiade is een wedstrijd voor klassen uit de 3de graad van het secundair onderwijs, gebaseerd op het creatief gebruik van technologie om een opdracht uit te voeren of een probleem op te lossen. 2.9. Jeugdverenigingen Natuur en Wetenschap vzw en Jeugd, Cultuur en Wetenschap vzw Beide jeugdverenigingen hebben onder meer als missie educatief verantwoorde wetenschapspopulariserende vrijetijdsactiviteiten te organiseren voor jongeren. Een deel van hun programma is eveneens geschikt om in klas- of schoolverband uitgevoerd te worden. Beide verenigingen bieden een brede waaier van activiteiten aan, zoals workshops, meerdaagse kampen, en dagactiviteiten. De activiteiten vinden plaats over heel Vlaanderen en ook in het buitenland. De driejarige overeenkomst is afgelopen op 31 december 2007 en werd geëvalueerd. Op basis van het gunstige evaluatierapport wordt een nieuwe overeenkomst afgesloten voor een periode van vier jaar. Hierbij zal aandacht worden besteed aan de samenwerking tussen de twee verenigingen.
8
2.10. Het Vlaams Instituut voor de Zee Het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ) is een informatie- en coördinatiecentrum voor het zeewetenschappelijk onderzoek in Vlaanderen en fungeert als het centraal aanspreekpunt voor de popularisering van zee en kustwetenschappen. Het brengt een overkoepelend aanbod tot stand van wetenschapspopulariserende activiteiten over alle instellingen heen die met educatieve projecten rond zee en kust bezig zijn, en streeft een complementaire werking na binnen de zeewetenschappelijke onderzoekscentra. Het VLIZ werd in 2007 opgenomen als nieuwe structurele partner van het actieplan voor een periode van 3 jaar. 2.11. Scriptie vzw De missie van Scriptie bestaat er onder meer in wetenschap dichter bij het grote publiek te brengen en het werk van jonge wetenschappers meer bekendheid te geven. Scriptie organiseert jaarlijks de Vlaamse Scriptieprijs, die zich richt tot alle laatstejaars aan Vlaamse hogescholen en universiteiten. Scriptie werd in 2007 opgenomen als nieuwe structurele partner van het actieplan voor een periode van 3 jaar. 2.12. VRT De publieke omroepopdracht bepaalt dat de VRT een kwalitatief hoogstaand aanbod verzorgt in de sectoren informatie, cultuur, educatie en ontspanning. Prioritair moet de VRT op de kijker en luisteraar gerichte informatie- en cultuurprogramma’s brengen. Daarnaast moeten ook sport, eigentijdse educatie, eigen drama en ontspanning worden verzorgd. Educatie (onderwerpmatig te vertalen als kennis en wetenschap) maakt expliciet deel uit van de publieke opdracht van de VRT. Voor een volwaardige invulling van zijn educatieve opdracht pleit de VRT voor de volledige toepassing van het driesporenbeleid, met name een generalistisch aanbod (spoor 1), een specialistisch aanbod (doelgroepspecifiek of thematisch) (spoor 2) en een crossmediaal aanbod (digitaal en multimediaal) (spoor 3). • • •
Voor Spoor 1 wordt uitgegaan van educatie als een constante onderstroom in de programmering van de VRT. Spoor 2 betreft specifieke programma’s die kennis en wetenschap als voorwerp hebben op de generalistische netten. Succesvolle voorbeelden van de VRT zijn Hoe!Zo? (Eén), Over Leven (Canvas) en Jongens&Wetenschap (Radio1). Spoor 3 behelst de uitwerking van een multimediaal georganiseerd specialistisch aanbod rond kennisverrijking en wetenschap in de breedst mogelijke zin.
De VRT heeft in 2006 een Coördinatiecel Wetenschap en Kennis geïnstalleerd. Het is een overlegorgaan waarin programmamakers uit alle netten en merken van de Openbare omroep zetelen, zowel radio, televisie als on-line. Daarnaast heeft de VRT een VRT-laboratorium opgericht waarbij de VRT in dialoog gaat met onderzoekers en communicatieverantwoordelijken van Vlaamse en Belgische instellingen.
9
In 2007 is de overeenkomst met de VRT in het kader van Over Leven via een addendum verlengd tot 31 december 2007. Vanaf 1 januari 2008 wordt een nieuwe overeenkomst afgesloten waarbij het concept Over Leven wordt verlaten. Deze beslissing sluit ook aan bij de aanbevelingen uit het evaluatierapport. Het nieuwe concept zal bestaan uit meerdere afleveringen rond een bepaald thema. Dit thema wordt dan ook in de diepte uitgewerkt en wordt ingebed in een digitaal format. Naast TV zullen ook andere mediakanalen erbij betrokken worden, zoals radio, internet, breedband, geschreven pers, … . De onderzoekers aan onze Vlaamse instellingen zullen benaderd worden voor de nodige wetenschappelijke onderbouwing. Daarnaast zullen een aantal buitenlandse producties worden aangekocht. 2.13. Nieuwe partners Het actieplan 2008 heeft de mogelijkheid voorzien om met drie nieuwe partners een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten. Als nieuwe structurele partners worden de Koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging (KVIV), de Internationale Instituten voor Fysica en Chemie (International Solvay Institutes) en Link in de Kabel opgenomen. De inschakeling van de Koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging (KVIV) in het actieplan wordt omschreven in sectie 2.2. De Internationale Instituten voor Fysica en Chemie engageren zich om jaarlijks de Solvay Jongeren Conferentie in te richten in aanwezigheid van een Nobelprijswinnaar en andere vooraanstaande onderzoekers en actuele voordrachten door topwetenschappers voor jongeren en studenten. Link in de Kabel dicht de digitale kloof bij maatschappelijk kwetsbare jongeren in de regio Leuven. Link in de Kabel zal zijn activiteiten verder uitbreiden naar andere regio’s in Vlaanderen. 3. Sensibiliseringsacties 3.1. Oproep “De Planeet Aarde” In 2008 zal de oproep tot het indienen van projecten voor de popularisering van wetenschap, techniek en technologische innovatie draaien rond het thema “De Planeet Aarde” en dit in het kader van het Internationaal Jaar van de Planeet Aarde, een initiatief van de Verenigde Naties. Mogelijke thema’s zijn geografie, energie- en klimaatonderzoek, en duurzame materialen. In het kader van het Internationaal Jaar van de Sterrenkunde in 2009, een initiatief van de Verenigde Naties, en het ruimteverblijf van de Vlaamse astronaut Frank De Winne in 2009, zal specifieke aandacht worden besteed aan ruimtevaart, waaraan een gedeelte van het indicatieve budget wordt toegewezen.
10
3.2. Oproep multimediale projectvoorstellen wetenschapspopularisering In 2007 werden vier oproepen gelanceerd, met name rond ICT en levenswetenschappen, meisjes en wetenschap, voor de geschreven pers en voor nieuwe TV-programma’s. Het is duidelijk dat de oproepen in het verleden er voor gezorgd hebben dat er heel wat educatief materiaal is ontwikkeld, maar dat het nu onvoldoende naar het veld doorstroomt en daar wordt gebruikt. In de toekomst zullen deze oproepen niet meer jaarlijks worden herhaald of vervangen worden door oproepen met een andere finaliteit. In 2008 zal een oproep worden voorzien waar een consortium een project met voldoende impact en visibiliteit in Vlaanderen kan indienen. Format en thema zijn vrij te kiezen. Het resultaat kan een TV-programma zijn ondersteund door andere mediakanalen, een tentoonstelling, een evenementenreeks, etc. De doelgroep sluit aan bij het actieplan: kinderen en jongeren van 2,5 tot 18 jaar, het grote publiek (studenten, publiek met en zonder voorkennis, senioren), en scholen en leerkrachten. In deze oproep wordt ook rekening gehouden met initiatieven die in het licht zullen staan in 2009, 2010 of 2011 (bv. Het Internationale Jaar van de Sterrenkunde, een initiatief van de Verenigde Naties, het Darwin-Jaar). Naar aanleiding van het ruimteverblijf van de Vlaamse astronaut Frank De Winne in 2009, zal een gedeelte van het indicatieve budget toegewezen worden aan het thema ruimtevaart. 3.3. Media-acties In 2007 werd de oproep aan de televisie-omroepen voor de tweede keer georganiseerd. Deze oproep was bedoeld voor nieuwe wetenschapspopulariserende televisieprogramma’s voor de jeugd. In 2007 werd voor het eerst een oproep gelanceerd tot het indienen van voorstellen uit de geschreven pers. De resultaten van beide oproepen zullen in 2008 effectief uitgezonden en gepubliceerd worden. Voor 2008 worden er geen nieuwe media-oproepen voorzien en wordt dit vervangen door de oproep zoals omschreven in sectie 3.2. De bedoeling is om hierdoor meer kritische massa te genereren. 3.4. Vlaamse Wetenschapsweek en Wetenschapsfeest 2008 Op 17 oktober 2008 wordt de volgende editie van de Vlaamse Wetenschapsweek geopend met een driedaags Wetenschapsfeest. Dit Wetenschapsfeest gaat door in Mechelen en begint met een scholendag, gevolgd door twee dagen voor het grote publiek (gezinnen met kinderen). Het Wetenschapsfeest zal in 2008 op een andere manier aangeboden worden aan het grote publiek. Voor de universiteiten en hogescholen zal dit op het niveau van de associaties gebeuren. Hierbij vullen de associaties een voor hen bestemde ruimte
11
naar eigen keuze in, waarbij zien, doen en denken centraal staan. De structurele partners van het actieplan zullen geclusterd worden. Hiermee wil de Vlaamse overheid het grote publiek beter sensibiliseren voor de inspanningen die de overheid levert ten aanzien van wetenschapscommunicatie. Ook zullen actoren buiten het actieplan de mogelijkheid hebben om hun activiteiten rond wetenschapscommunicatie aan het grote publiek voor te stellen. Van 20 tot 25 oktober kunnen schoolgaande jongeren derde (en vierde) graad secundair onderwijs kennismaken met wetenschappelijk werk en met de wetenschappers zelf aan de Vlaamse hogescholen, universiteiten en wetenschappelijke instellingen en verenigingen. 4. Coördinatieacties 4.1. De oprichting van een overlegplatform wetenschapscommunicatie Om het beleid inzake wetenschapscommunicatie verder te optimaliseren én de samenwerking tussen de diverse structurele partners binnen het actieplan Wetenschapscommunicatie te versterken, wordt een overlegplatform wetenschapscommunicatie gelanceerd in het voorjaar van 2008. Om de groep zo efficiënt mogelijk te houden, wordt verwacht dat enkele organisaties zich groeperen en één afgevaardigde aanduiden. De initiële samenstelling van het overlegplatform bestaat uit één afgevaardigde: - per associatie (in totaal 5) - van F.T.I - namens de Volkssterrenwachten - namens de organisatoren van de Olympiades - van de Roger van Overstraeten Society - van de Koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging (KVIV) - namens Jeugd, Cultuur en Wetenschap én Natuur en Wetenschap - van het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ) - van Scriptie - van het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) Daarnaast nemen vertegenwoordigers van het kabinet Onderwijs, het kabinet Wetenschapsbeleid en het departement EWI deel. 4.2. Netwerking-evenement Impact op de doelgroepen kan maar tot stand komen indien op grotere schaal en veelvuldig de doelgroep wordt aangesproken. Om de actoren binnen het actieplan meer vertrouwd te maken met elkaar zal in 2008 een netwerking-evenement worden ingericht. Hierbij kunnen de actoren hun werk kenbaar maken en hun noden uitspreken, die door andere actoren ingevuld kunnen worden. Een dergelijk netwerking-evenement moet de actoren aanzetten tot samenwerken en projecten genereren die tot meer impact zullen leiden.
12
4.3. Het Wetenschapsinformatienetwerk (WIN) Het wetenschapsinformatienetwerk (WIN) is een elektronisch platform waarop de partners uit het actieplan en alle andere geïnteresseerden hun activiteiten op het vlak van wetenschapspopularisering bekend kunnen maken en hierover onderling ervaringen en expertise kunnen uitwisselen. Het platform dat in 2007 volledig vernieuwd werd, zal het mogelijk maken om activiteiten meer en beter op elkaar af te stemmen en nieuwe samenwerkingsverbanden te doen ontstaan. In 2008 zal een ontwerp van aanpak worden uitgewerkt door het departement EWI voor de uitbreiding van het WIN waarbij de informatie die het WIN bevat zal vertaald worden naar een portaalsite voor leerkrachten, jongeren en het grote publiek. Hierbij zal maximaal rekening worden gehouden met de aanbeveling 33 “Portaalsite voor communicatie over wetenschap, technologie en innovatie”. 4.4. Effectmeting en impactstudies Om de impact en het effect van het actieplan wetenschapscommunicatie te meten, zal een ontwerp van aanpak worden uitgewerkt door het departement EWI. De structurele partners zelf worden verwacht op regelmatige tijdstippen een tevredenheidsenquête uit te voeren. De resultaten daarvan worden opgenomen in de jaarlijkse werkingsverslagen alsook de aanbevelingen en de bijsturingen aan hun activiteiten. De effectmeting en de impactstudie gecoördineerd door het departement EWI zal nagaan of het actieplan in zijn geheel tegemoet komt aan de vooropgestelde doelstellingen en de nodige impact en effecten in Vlaanderen genereert. 5. Besluit Het actieplan 2008 wil succesvolle initiatieven uit de vorige actieplannen verder zetten, en ze meer en beter op elkaar afstemmen. Daarnaast wil het actieplan ruimte en middelen vrijmaken voor nieuwe ideeën en activiteiten en op die manier blijven bijdragen aan een breder maatschappelijk draagvlak voor wetenschappen, techniek en technologische innovatie in Vlaanderen.
13