Actieplan Watereducatie
13 mei 2009
...........................................
Colofon Uitgegeven door: Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Informatie: Telefoon:
S.L. Ras 070-3518206
Uitgevoerd door:
S.L. Ras & R. Kuiper
Datum:
13 mei 2009
Status:
Vastgesteld in het Nationaal Wateroverleg (NWO) van 13 mei 2009
1
Actieplan Watereducatie
Inhoudsopgave
1 1.1 1.2 1.3 1.4
Achtergrond 3 Aanleiding 3 Doel van dit document 4 Huidige inspanningen rond watereducatie 4 Verwante trajecten 6
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Doelen en resultaten 8 Doelstelling 8 Doelgroep 8 Samenwerkingspartners 8 Resultaten 9 Succesindicatoren 9
3 3.1 3.2
3.4 3.5
Kaders 10 Uitgangssituatie binnen het primair en voortgezet onderwijs 10 Kansrijke aanknopingspunten in het Primair en Voortgezet Onderwijs 11 Kansen voor water op brede scholen en in de buitenschoolse opvang 12 Uitgangssituatie in het MBO/HBO en WO 12 Kansrijke aanknopingspunten in het MBO, HBO en WO 13
4 4.1 4.2
Aanpak PO, VO en BSO 15 Verantwoordelijkheden 15 Waar zetten we op in 15
5 5.1
Aanpak MBO, HBO en WO 18 Waar zetten we op in 18
6 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
Praktische organisatie 19 Actieve betrokkenheid regionale waterbeheerders / partners Nationaal Wateroverleg 19 Adviesgroep voor PO, VO en BSO 20 Organisatie MBO, HBO, WO 20 Monitoring 21 Rapportage aan NWO 21
7 7.1 7.2
Planning en financiën 22 Voorlopige planning voor 2009-2010 22 Financiën 22
8
Netwerk Watereducatie 23
9
Bronnen 25
3.3
2
Actieplan Watereducatie
1 Achtergrond 1.1 Aanleiding De noodzaak van waterbewustzijn De watersnoodramp van 1953 of de SANDOZ ramp doen nog wel een belletje rinkelen maar behoren niet tot de directe zorgen van de Nederlander. De Watermonitor I laat zien dat Nederlanders het thema water geen hoge prioriteit geven. Toch komen wateroverlast, heel droge zomers en bijvoorbeeld plagen van blauwalgen regelmatig voor. Recent zette de Commissie Veerman de urgentie, om wakker te blijven en te investeren in een duurzaam en klimaatbestendig waterbeheer, kracht bij. Dat schudde veel burgers voor even weer wakker, zo blijkt uit de Watermonitor. Op korte zowel als lange termijn is draagvlak nodig voor maatregelen en willen we kunnen rekenen op de inzet van burgers als het gaat om duurzaam watergebruik. Burgers van de toekomst Werken aan een klimaatbestendig Nederland en een ecologisch duurzaam watersysteem doe je voor de toekomst. Dat is bij uitstek een zaak van de jeugd, de volwassenen van morgen. Wie op vroege leeftijd in aanraking komt met het thema water, zal het vanzelfsprekend vinden om de ontwikkelde opvattingen, normen en waarden om te zetten in waterbewust gedrag II . Daarom is het van belang juist jongeren op de hoogte te brengen van de voor- en nadelen van het wonen en werken in een delta, en hen te enthousiasmeren om zich in te zetten voor een duurzame toekomst. Waterprofessionals van de toekomst Kennis van water biedt goede kansen op de arbeidsmarkt. En goede doorstroom van kennis zorgt voor effectieve, creatieve en efficiënte oplossingen voor de problemen van de 21e eeuw. Maar terwijl de opgave van een duurzaam en klimaatbestendig waterbeheer gepaard gaat met een groeiende vraag om menskracht, kiezen te weinig jongeren voor een carrière in ‘het water’. Bij ongewijzigd beleid zal het tekort aan personeel in de watersector in 2012 zijn opgelopen tot ca. 16.000 onvervulbare vacatures, in alle geledingen. Op de arbeidsmarkt en bij scholieren die hun vervolgopleiding kiezen is ‘water’ een onbekend en onbemind thema. Terwijl Nederlanders in opinieonderzoek water het meest ‘trotse’ beleidsonderwerp noemen, wordt die trots niet verzilverd op de arbeidsmarkt. De Watervisie en Nationaal Waterplan In haar watervisie ‘Nederland veroveren op de toekomst’ III geeft het het kabinet aan, te zullen investeren in blijvend waterbewustzijn bij toekomstige generaties. In het Ontwerp Nationaal Waterplan IV kondigt het kabinet aan dit waterbewustzijn onder andere te willen realiseren via investering in wateronderwijs: stimuleren dat het onderwijs op alle niveaus meer aandacht kan geven aan water en jong talent enthousiasmeren en motiveren voor delta- en water (-technologie) gerelateerde studies. De wijze waarop, is omschreven in voorliggend Actieplan Watereducatie.
3
Actieplan Watereducatie
1.2 Doel van dit document Dit plan definieert en onderbouwt de ambitie, doelstellingen, strategische aanpak, organisatiemodel en middelen voor het vergroten van waterbewustzijn, draagvlak voor waterbeleid en belangstelling voor studie en loopbaan in de watersector bij jongeren. Het plan geeft de kaders voor een serie activiteiten op het gebied van watereducatie in 2009-2010.
1.3 Huidige inspanningen rond watereducatie In 2008 heeft VenW, n.a.v. de Watervisie, een eerste stap gezet in het structureel verbeteren van het totale wateraanbod door: o het huidige wateraanbod in alle lagen van het onderwijs te inventariseren; o een vijftal basisfaciliteiten te ontwikkelen: 1. de watercanon; biedt een inspirerende inhoudelijke basis, 2. www.watereducatie.nl; biedt overzichtelijk toegang en mogelijkheid tot gericht zoeken in al het bestaande watereducatie-aanbod 3. een DVD voor oriëntatie op waterberoepen voor examenleerlingen op vmbo / havo / vwo; 4. de nieuwe campagne Nederland leeft met Water 5. de watermonitor 1, 2 en 3 zijn verbonden met NLMW. o de verdere kansen en belemmeringen te verkennen in dialoog met vragers, aanbieders en intermediairen; op basis hiervan een strategisch kader te formuleren (concept Actieplan Watereducatie) voor verdere actie door alle partners.
Canon van Nederland Waterland In het voorjaar van 2008 gaf staatssecretaris van VenW het startsein tot het opstellen van een watercanon van Nederland. Acht deskundigen op het gebied van waterstaatsgeschiedenis, geografie, cultuurhistorie en onderwijs, kwamen in 7 maanden 9 keer bijeen. Onder voorzitterschap van Alfred van Hall brachten zij in 25 vensters de veelzijdige geschiedenis van het Nederlandse waterbeheer tot leven. De gebeurtenissen en ingrepen die ons landschap hebben gevormd tot wat het vandaag de dag is. Wat er in het verleden verkeerd is gegaan en hoe we ervan hebben geleerd. Maar ook de positieve gebeurtenissen: grote projecten, de waterhelden, de uitvindingen van toen. De commissie overhandigde de canon ‘Zoden aan de Dijk’, 25 peilingen naar Nederland als waterland V op 16 december 2008 aan de staatssecretaris van VenW. De site www.watercanon.nl trok in de eerste maand al 58.000 bezoekers waaronder vooral jongeren. In 2009 wordt de verdere maatschappelijke doorwerking van de watercanon richting algemeen publiek, nieuwe Nederlanders en jongeren gestimuleerd. Zo komt in juni een mooi verzorgde publieksuitgave van de watercanon op de markt via Uitgeverij Bert Bakker. Ook wordt dan een prijs uitgereikt aan de scholier met het slimste “26e venster”: een verrassende oplossing voor een toekomstig waterprobleem. En een reizende tentoonstelling toont waterfoto’s door jongeren, eerder tentoongesteld in Huis Marseille, in combinatie met de iconen uit de Watercanon. Inventarisatie en ontsluiting huidig onderwijsaanbod water Het bestaande onderwijsaanbod over water is geïnventariseerd op alle niveaus: voor primair onderwijs (PO), voorgezet onderwijs (VO), middelbaar beroepsonderwijs (MBO),
4
Actieplan Watereducatie
hoger beroepsonderwijs (HBO) en wetenschappelijk onderwijs (WO). Op de uitkomsten van deze inventarisaties wordt ingegaan in hoofdstuk 3. Het aanbod voor PO/VO is overzichtelijk ontsloten via www.watereducatie.nl. Van lespakketten en leskisten tot websites, tentoonstellingen en cd-roms, voor iedere groep, schoolvak of regio is het geschikte lesmateriaal op eenvoudige wijze te vinden. Voor docenten, leerlingen, educatieve centra, musea, beleidsmakers, communicatiemedewerkers en particulieren. Daarbij is de koppeling gelegd met de 25 vensters van de Watercanon. De database is gekoppeld aan Kennisnet VI en het SLO VII Leermiddelenplein VIII en heeft als zodanig een pilotfunctie voor soortgelijke ontwikkelingen in de NME-sector. Oriëntatie Waterberoepen De dvd ‘Waterwerken’ (2009) maakt het leerlingen mogelijk om zich te oriënteren op studie en beroep in de watersector. Ze bekijken films van acht uitdagende actuele waterprojecten, maken een keuze uit de aangeboden projecten en verzamelen informatie over de beroepen die ‘hun’ project vergt. In totaal worden er 29 beroepen geïntroduceerd met korte films. De beroepen zijn zo gekozen dat er aansluiting is bij elk profiel van het voortgezet onderwijs. De DVD is ontwikkeld door Cito i.s.m. het programma Leven met Water en het Netherlands Water Partnership. Vervolgcampagne Nederland leeft met Water Sinds 2004 zijn onder de vlag van de campagne Nederland leeft met Water al enkele gerichte onderwijsproducten op de markt gebracht in samenwerking met partijen uit het onderwijsveld. Het verbinden van – zowel landelijk als regionaal - lesmateriaal met de campagne enthousiasmeerde docenten en leerlingen om met het materiaal aan de slag te gaan. In 2008 ging de nieuwe campagne van start. Deze loopt t/m 2011 en vormt een basisvoorziening om de bekendheid met en positieve houding t.a.v het thema water te bewerkstelligen. De campagne besteedt speciale aandacht aan jongeren. In 2008 via een on-line game en sponsoring van o.a. de Eureka Cup / H2O Experience, in 2009 via koppeling met de bioscoopfilm De Storm. Watermonitor De in 2008 opgestarte Watermonitor peilt jaarlijks het draagvlak voor en de opinie over het waterbeheer bij burgers. Deze kan worden uitgebreid voor nader inzicht in de doelgroep jongeren. Verkenning kansen in het onderwijs Verkennende gesprekken zijn gevoerd met tal van betrokkenen uit de waterwereld en de onderwijswereld (zie bijlage 1). Ook zijn drie brainstormsessies gehouden met een groep van deskundigen uit PO en VO IX . Deze verkenningen leveren het volgende beeld op: veel maatschappelijke thema’s concurreren om een plek in het onderwijs; intussen hebben taal en rekenen uiteraard altijd prioriteit. nieuw lesmateriaal voegt soms weinig toe, terwijl bestaand materiaal onvoldoende bekendheid geniet en met eventuele aanvullingen, beter benut zou kunnen worden. water wordt desondanks gezien als een boeiend en maatschappelijk zeer relevant onderwerp dat veel mogelijkheden biedt; het geniet interesse bij leerkrachten, onderwijsorganisaties en leerlingen.
5
Actieplan Watereducatie
meer aandacht voor water alleen kan worden bereikt door het thema op een positieve manier te positioneren binnen maar ook buiten het onderwijs. BSO en brede scholen hebben veel meer ruimte voor het behandelen van maatschappelijke onderwerpen in buitenschoolse kaders. Vraaggestuurd werken is van groot belang voor een succesvolle aanpak. High profile events helpen om water voor jongeren zichtbaar en aanstekelijk te maken. Creatieve, aansprekende en nieuwe benaderingen zoals het predikaat ‘waterbewuste school’, een jaarlijkse scholierenprijsvraag gekoppeld aan een media event, prijzen laten uitreiken door onder jongeren populaire ‘BN-ers’ als ‘waterambassadeurs’, een door scholieren zelf opgezette waterwiki X e.d. De waterinstellingen (waterschappen e.a.) verdienen een centrale rol. Zij kunnen bij uitstek faciliteren bij bijvoorbeeld een prijsvraag, een certificaat voor scholen, gastlessen, excursies etc. Het leggen van een koppeling met erfgoed-educatie is kansrijk, met name voor de verdere uitrol van de watercanon. Rond molens, gemalen, waterwerken zoals de stelling van Amsterdam, landschapsarchitectuur etc, maar ook rond de meer culturele elementen van water in de kunst. Aardrijkskunde en biologiedocenten kunnen - gezien hun programma's, eindtermen en staat van dienst – het verschil maken. Via hun engagement voor het vak aanspreken, via de betreffende vakverenigingen en secties in lerarenopleidingen. Aansluiting bij de aanpak en procedures van het NME-uitvoeringskader, waaronder benutting van het ‘arrangementen-model’, lijkt zinvol. Voor het bereiken van de doelgroep ‘Nieuwe Nederlanders’ kunnen het beste de locale netwerken en organisaties worden benut.
1.4 Verwante trajecten De gewenste aandacht voor water in het onderwijs overlapt met drie terreinen van educatie die al goed georganiseerd zijn: erfgoededucatie, natuur- en milieu educatie en bèta-techniek. Daar bovenop zijn er diverse impulsen in het kader van duurzaamheid en burgerschap, natuur- en milieu-educatie, ter versterking van de innovatiekracht in het waterbeheer en ter verbetering van het imago van de waterwereld als werkterrein. NME- en LvDO-programma In het ambitieuze Natuur- en Milieu Educatie (NME)programma XI XII (2008-2011) is water prioritair thema. In de Raad voor Duurzame Leefomgeving is afgesproken dat e.e.a. wordt afgestemd met de educatieopgave uit het Nationaal Waterplan. Idem voor het programma Leren voor Duurzame Ontwikkeling XIII (LvdO). LvDO ondersteunt o.a. docenten en onderwijsinstellingen om duurzaamheid en de
6
Actieplan Watereducatie
keuzes die ieder hiervoor maakt een plaats te geven, via netwerken in alle onderwijssectoren (Duurzaam Hoger Onderwijs, Duurzaam MBO, Duurzame PABO). Erfgoed-educatie Erfgoededucatie omvat onderwijs met en over monumenten, landschappen en archeologische vondsten en het geheel van tradities, verhalen en gebruiken dat levend erfgoed wordt genoemd. De kracht van erfgoededucatie ligt in het omgevingsonderwijs: het leren in, van en over je eigen leefomgeving. Het is sterk verbonden met de vakken aardrijkskunde en geschiedenis, maar kan ook in andere mens- en maatschappijvakken een rol spelen. Er zijn ca. tweeduizend instellingen op het terrein van erfgoed, op landelijk, provinciaal en gemeentelijk niveau; historische kringen, musea, archieven, archeologische diensten etc. Daarnaast heeft vrijwel elke regio een centrale erfgoedinstelling, meestal erfgoedhuis genoemd. De erfgoedhuizen leggen contacten tussen onderwijs- en erfgoedinstellingen, ontwikkelen lesmateriaal en onderzoeken de effecten van gevoerd beleid. Platform Bèta Techniek Het Platform Bèta Techniek XIV heeft van de overheid de opdracht te zorgen voor voldoende en kwalitatief goed opgeleide bèta's en technici. De doelstelling in het Deltaplan Bèta/techniek luidt: “In 2010 15% meer uitstroom van studenten uit het bètatechnisch hoger onderwijs (t.o.v. 2000) en een betere benutting van bestaand talent in bedrijven en onderzoeksinstellingen.” Het platform richt zich op een gecoördineerde aanpak van basisonderwijs tot arbeidsmarkt waarbij de (leer)loopbaan van de jongere centraal staat. Human Capital Water Programma Het Human Capital Water programma XV richt zich richt op het ontwikkelen van een gezamenlijke aanpak binnen de Nederlandse watersector om te zorgen voor voldoende instroom van (technisch geschoolde) arbeidskrachten in de sector. Met het programma wil de watersector meer jong (technisch) talent inspireren voor een studie en carrière in de wereld van water. Er worden tal van activiteiten georganiseerd op het gebied van onderwijs, imago en bekendheid van de watersector als mogelijk toekomstig werkveld. Ook is bijvoorbeeld meegewerkt aan de ontwikkeling van het Bèta Mentality model XVI van het het Platform Beta Techniek, dat laat zien hoe je jongeren wel en niet kunt inspireren voor techniek in het algemeen en water specifiek. Maatschappelijke Innovatie Programma Water Het Human Capital Water programma geeft invulling aan programmalijn 3 (‘Opleiding en training aansluiten op behoefte’) van het Maatschappelijke Innovatie Programma Water (MIPW). Met activiteiten op het gebied van opleiding en training worden de kennisgebieden communicatie, beleving, waardering, besturing, financiering en wetgeving uitgebreid t.b.v. meer en beter geschoolde professionals.
7
Actieplan Watereducatie
2 Doelen en resultaten 2.1 Doelstelling Uit de ambitie in de Watervisie en het Ontwerp Nationaal Waterplan volgt de doelstelling om het waterbewustzijn vergroten bij toekomstige generaties en het groeiend tekort aan voldoende geschoold personeel het hoofd bieden door water een adequate plek te geven in het onderwijs van basisschool t/m universiteit. Dat betekent: jongeren in contact brengen met de volledige breedte van het thema water zodat zij zich bewust worden van de consequenties van het leven in een delta. jongeren duurzaam handelingsperspectief te bieden in het omgaan met water. jongeren stimuleren in een watergerelateerde beroepskeuze door hun interesse te verbinden aan mogelijkheden in de wereld van water De watercanon heeft hierbij de functie van een inspirerend en thematisch basisdocument XVII .
2.2 Doelgroep Het actieplan watereducatie wil uiteindelijk de schoolgaande en studerende jongeren (van 4 t/m 25 jaar) bereiken en hun docenten. Met binnen deze doelgroep aandacht voor het bereiken van nieuwe Nederlanders. Onderscheiden worden de volgende onderwijssectoren: - Primair onderwijs (PO) - Buitenschoolse opvang / Brede Scholen (BSO) - Voortgezet onderwijs (VO) - Middelbaar beroepsonderwijs (MBO) - Hoger beroepsonderwijs (HBO) - Wetenschappelijk onderwijs (WO)
2.3 Samenwerkingspartners De partners in het Nationaal Water Overleg (VenW mede namens LNV, VROM, EZ, BZK; Unie van Waterschappen, VNG, IPO) zetten zich aktief in voor de uitvoering van dit actieplan. Zij benutten daarbij de faciliteiten ontwikkeld door het NWP in het kader van het Human Capital Water programma. Om de doelgroep daadwerkelijk en op een goede manier te bereiken werken zij – via de in te stellen Adviesgroep Watereducatie - gericht samen met vakverenigingen, koepels e.a. organisaties die bij uitstek docenten en leerlingen goed kunnen bereiken. Zoals: o OCW, kenniscentra (SLO, CITO) en -platforms, Hogescholen, Universiteiten o Schoolbegeleidingsdiensten, adviesbureaus etc. o De vakverenigingen KNAG (aardrijkskunde docenten), NIBI (biologiedocenten), NVON (docenten natuurwetenschappen), VGN/KNHG (geschiedenisdocenten). o NME-organisaties, onderwijsaanbieders o Uitgeverijen o Scholen, schoolbesturen, directeuren, onderwijsraden 8
Actieplan Watereducatie
o
Docenten en toekomstig docenten
2.4 Resultaten Water een plek geven in het onderwijs betekent dat in 2015: 1.
de kaders voor wateronderwijs zijn geschetst in domeinbeschrijvingen en een doorlopende leerlijn (PO, VO, MBO, HBO, WO).
binnen het PO, VO en de BSO 1. water zo veel mogelijk een plek heeft in kerndoelen en exameneisen. 2. voor alle niveau´s voldoende handreikingen en leermiddelen over water beschikbaar zijn. 3. water zo veel mogelijk een plek heeft in de (les)programma´s voor elk onderwijsniveau en elke leeftijdsgroep. 4. docenten bekend zijn met en enthousiast over de mogelijkheden van het verzorgen van wateronderwijs binnen diverse vakgebieden. 5. water gerelateerde belevingsactiviteiten, ook buiten en de school, volop voor handen zijn en zoveel mogelijk onderdeel vormen van de (les)programma´s en/of de buitenschoolse opvang. 6. leerlingen op het moment van profielkeuze en keuze van verdere opleiding een goed beeld hebben welke mogelijkheden de wereld van het water hen biedt. binnen het MBO, HBO en WO op het gebied van water: 1. het onderwijs voldoende leerlingen/studenten trekt, 2. het onderwijs goed aansluit bij de arbeidspraktijk en bij de multidisciplinaire en innovatie-vraagstukken bij werkgevers, d.m.v. effectieve samenwerking tussen onderwijsinstellingen, maatschappelijke partijen, bedrijven en (regionale) overheden. 1
2.5 Succesindicatoren Succesindicatoren: 1. docenten zien het belang in van onderwijs op het gebied van duurzaamheid in het algemeen en water in het bijzonder en geven het onderwijs op dit gebied vorm. 2. jongeren zijn zich bewust van de consequenties van het leven in een delta en gaan bewust om met water. 3. significant meer jongeren kiezen voor een studie en beroep in de watersector. Op de monitoring wordt ingegaan in paragraaf 6.4.
1
Voor vingeroefening, zie de Human Capital Roadmap Water(technologie; deze wordt in 2009 aangevuld met de
nadre analyse voor Deltatechnologie. 9
Actieplan Watereducatie
3 Kaders 3.1 Uitgangssituatie binnen het primair en voortgezet onderwijs Huidige eindtermen, leerplannen en domeinbeschrijvingen Het onderwijs in Nederland kent geen voorgeschreven onderwijsaanbod maar wel kerndoelen, eindtermen en examens. OCW stelt hiermee duidelijke (inhoudelijke)kaders en beheersingsniveau's voor leerlingen-output. OCW heeft SLO en CITO verantwoordelijk gemaakt voor het opstellen van leerplannen, kerndoelen en eventuele thematische domeinbeschrijvingen en toetsen. In een paar kerndoelen/exameneisen is expliciet aandacht voor het thema water. Drie voorbeelden: - kerndoel 48 voor het PO: Kinderen leren over de maatregelen die in Nederland genomen worden/werden om bewoning van door water bedreigde gebieden mogelijk te maken. - Examenprogramma Aardrijkskunde VMBO 2 : de mogelijkheden van het gebruik van zoet water op aarde in relatie tot de draagkracht van de aarde beschrijven, verklaren en beoordelen. - Examenprogramma Aardrijkskunde VWO: gevolgen van ruimtelijk beleid en milieubeleid voor de kwaliteit van het leefmilieu aangeven en beoordelen. Daarnaast is water een veelgebruikte context in lesmateriaal bij allerlei andere schoolvakken. Hiermee heeft water dus een plek binnen het PO en VO. Maar dat is geen garantie dat het thema water ook in voldoende mate en in de volle breedte aan de orde komt op school. Een domeinbeschrijving of een complete doorlopende leerlijn voor water is er nog niet. Wel zijn voor verschillende vakgebieden en niveaus van het VO door Cito examens gemaakt over het thema water. Verder vervullen de schoolbegeleidingsdiensten, maar ook opleidingen een belangrijke rol in het begeleiden van onderwijsinstellingen en docenten bij het vormgeven van de lessen en de keuze en het implementeren van de lesinhoud. Een enkele begeleidingsdienst, zoals in de regio Rotterdam, besteedt expliciet aandacht aan water. Bestaande leermiddelen Educatieve uitgeverijen vertalen kerndoelen en exameneisen in lesmateriaal, meestal in de vorm van een lesmethode voor een schoolvak (aardrijkskunde, geschiedenis, natuurkunde, scheikunde, algemene natuurwetenschappen enz.). De meeste leerlingen in primair en voortgezet onderwijs komen via een methode in aanraking met het thema water. Voor 85% bepaalt het boek de inhoud van wat in de klas wordt behandeld. Daarnaast bieden NME-organisaties, belangenorganisaties of bedrijven uit de watersector thematisch lesmateriaal en excursies aan over water. Binnen dit aanbod zijn grote verschillen in kwaliteit en regionale spreiding en de samenhang ontbreekt vaak XVIII . Voor het PO en de onderbouw van het VO is het aanbod groot (honderden lespakketten!), maar mede daardoor ondoorzichtig voor de potentiële gebruikers. Voor de bovenbouw van het VO is er weinig. Actuele thema’s zoals klimaatverandering, ruimtelijke ordening, wateroverlast, watertekort, natuurontwikkeling en participatie in het waterbeleid krijgen relatief weinig aandacht.
2
bij de vernieuwing van dit examenprogramma (2009) heeft water een prominente plek gekregen 10
Actieplan Watereducatie
Rol van de docent Binnen het PO hebben taal en rekenen voorrang. Desondanks kunnen docenten ook aandacht besteden aan maatschappelijke onderwerpen om de leerlingen op te leiden tot actieve burgers. De mate waarin een maatschappelijk onderwerp als water aan de orde komt in de les het hangt sterk af van de motivatie van de docent, en de mate waarin die docent bekend is met en gebruik maakt van aanvullende themagebonden projecten of materialen. Ook in het VO is de ruimte voor extra inhoud beperkt. Wel kunnen docenten en leerlingen gestimuleerd worden om in het kader van praktische opdrachten een waterthema als onderwerp van onderzoek of beschouwing te nemen. Docenten moeten op laagdrempelige wijze toegang hebben tot bronnen van lesmaterialen en eventuele ondersteuning. Monitoring water in PO In het primair onderwijs is in het kader van de Periodiek Peiling van het Onderwijsniveau (PPON) in het voorjaar van 2008 het aanbod en de prestatie voor het schoolvak aardrijkskunde onderzocht. Hierbij is speciaal gekeken naar het thema water. De resultaten van dit onderzoek komen in de loop van 2009 beschikbaar. XIX
3.2 Kansrijke aanknopingspunten in het Primair en Voortgezet Onderwijs Op basis van het voorgaande concluderen we dat de aandacht voor water in het onderwijs op verschillende niveau´s kan worden ingestoken. Kansen met betrekking tot eindtermen, leerplannen en domeinbeschrijvingen Tijdens de herzieningsrondes van kerndoelen en exameneisen zou in overleg met OCW en SLO kunnen worden bezien of het haalbaar is om water een duidelijkere plek te geven in de kerndoelen en exameneisen. Het is echter kansrijker om, net als momenteel voor andere onderwerpen wordt gedaan, ook voor water een doorlopende leerlijn te ontwikkelen. Voor water is in 2006 een eerste leerlijn XX ontwikkeld door SME advies, het IVN en Stichting Veldwerk Nederland op basis van het NME-aanbod. Deze leerlijn biedt, samen met de ervaring uit regionale leerlijnen en pilots, aanknopingspunten om verder uit te groeien tot een landelijke herkenbare referentie voor docenten en aanbieders van watereducatie. Initiatieven zoals de Leerlijn Water in Friesland van Stichting Duurzaam Hoger Onderwijs (DHO) sluiten daar op aan. Verbetering lesaanbod De overzichtelijke ontsluiting van het educatief materiaal over water via www.watereducatie.nl en het SLO-leermiddelenplein maakt het docenten inmiddels gemakkelijker om hun weg te vinden in het aanbod. Ook is beter te overzien waar aanvulling nodig is.
11
Actieplan Watereducatie
Leerlingen van het primair onderwijs zijn nog sterk ontvankelijk voor belevingslessen over water. Leerlingen van het voortgezet onderwijs zijn juist weer in een geschikte leeftijdsfase om zich te verdiepen in maatschappelijke complexere onderwerpen; in de onderbouw met de nodige begeleiding en in de bovenbouw meer zelfstandig. Beide doelgroepen bieden kansen voor het behandelen van het thema water, maar op verschillende manieren. Maatschappelijke projecten/praktijkopdrachten kunnen goed aansluiten bij het VO terwijl belevingslessen en excursies juist in het PO op zijn plaats zijn. Via netwerken van scholen i.s.m. een school begeleidingsdienst, NME-organisatie, waterschap of waterbedrijf kunnen aansprekende leerarrangementen (zie figuur) worden aangeboden. Ontwikkeling /verbetering van lesmateriaal moet altijd gebeuren in samenspraak met docenten. Kansen voor docenten Uiteindelijk zijn het de docenten zelf die de keuzes maken binnen hun les. Daarom is het belangrijk om vraaggestuurd te werken, goed na te gaan wat de wensen van de docenten zijn op het gebied van wateronderwijs, en daar op in te spelen. Docenten zullen zelf – dankzij de overzichtelijke ontsluiting - nieuwe mogelijkheden ontdekken waardoor zij eerder voor water zullen kiezen. Bij (regionale) projecten en ontwikkelingen moeten docenten in een vroeg stadium worden betrokken. Dit kan via docentennetwerken.
3.3 Kansen voor water op brede scholen en in de buitenschoolse opvang Omdat in het primair onderwijs uiteindelijk toch vaak de nadruk zal liggen op rekenen en taal onderwijs blijft de ruimte voor maatschappelijke thema´s beperkt. Daarentegen is de buitenschoolse opvang vaak op zoek naar een nuttige en aangename invulling van hun programma. Het programma is echter meer vrijblijvend omdat het niet om een onderwijssituatie gaat. Bovendien worden via de buitenschoolse opvang lang niet alle leerlingen bereikt. Dit biedt uiteraard wel kansen om op een laagdrempelige manier het thema water onder de aandacht te brengen.
3.4 Uitgangssituatie in het MBO/HBO en WO Middelbaar beroepsonderwijs
12
Actieplan Watereducatie
Uit de inventarisatie water- en deltatechnologische opleidingen in het MBO XXI komt naar voren dat het MBO te kampen heeft met een imagoprobleem. In het middelbaar beroepsonderwijs (MBO) kiest een gering en bovendien teruglopend aantal leerlingen voor wateropleidingen. Daarbij is er relatief veel uitval van leerlingen. De watersector heeft een slecht imago bij de leerlingen (“bouwfraudes, afvalwaterzuiveringsinstallaties”), de producten zijn nauwelijks zichtbaar en het werk staat niet bekend als zinvol en belangrijk. De toekomstige waterprofessionals moeten sterker worden gemotiveerd om hun opleidingen af te ronden. Dit kan onder meer door goede doorstroommogelijkheden te creëren naar het HBO en de studenten in de gelegenheid te stellen op een positieve manier kennis te maken met de arbeidspraktijk. Hoger- en wetenschappelijk onderwijs Uit een inventarisatie van het wateraanbod van HBO en WO blijkt dat de samenhang te wensen over laat XXII . Scholen en universiteiten profileren zich met eigen specialismen, terwijl met name HBO-studenten kiezen voor de dichtstbijzijnde instelling en zich nauwelijks laten leiden door elders aangeboden interessante specialisaties. Verder zijn de maatschappelijke inbedding van opleidingen, de transfer van kennis en de aansluiting bij de arbeidsmarkt voor verbetering vatbaar. Dat vergt meer onderlinge samenwerking en verbetering van de uitwisseling met het bedrijfsleven en de overheid als werkgever en beleidsmaker. Momenteel ontstaan in dit kader diverse initiatieven. In het WO behoeft de ontwikkeling van gammakennis op watergebied versterking en ook de ontwikkeling van disciplineoverstijgende kennis.
3.5 Kansrijke aanknopingspunten in het MBO, HBO en WO De aandacht voor water binnen diverse lagen van het beroeps- en wetenschappelijk onderwijs groeit, mede naar aanleiding van de urgentie Nederland klimaatbestendig te maken. Samenwerking tussen kennisinstellingen, bedrijfsleven, publieke sector en onderwijsinstellingen komt op gang maar is gebaat bij versterking. Kennis genereren en verspreiden De watertechnologieopleidingen aan de HBO-instellingen van Twente, Zeeland, Larenstein en Leeuwarden zijn een samenwerkingsverband gestart. Naast onderlinge samenwerking krijgt ook de uitwisseling met het bedrijfsleven en de overheid daarin aandacht. Het initiatief ‘Dutch Delta Academy’ XXIII start een vergelijkbare beweging voor HBOonderwijs op het gebied van deltatechnologie. Voor de initiatiefnemers, drie hogescholen (Zeeland, Rotterdam en Larenstein), wordt gestart met het inventariseren van wensen, en ontsluiten van kennis bij werkgevers, het maken van afspraken over stages, minoren, afstudeerprojecten, leer-werk-arrangementen e.a., het betrekken en nascholen van docenten en het aktief werven van studenten. Op termijn wordt er naar gestreefd dat alle hogescholen zich bij de Dutch Delta Academy aansluiten. Verder wordt vanuit onderzoeksprogramma’s van Deltares en Wageningen UR, het programma Leven met Water en het nieuwe FES-programma ‘Delta in transition” aandacht besteed aan de verankering van ontwikkelde kennis in het onderwijs. Vanuit het BSIK-programma Leven met Water wordt gewerkt aan de oprichting van een zogenaamde Leertafel. Het concept ‘leertafel’ is erop gericht, talentvolle universitair hoofddocenten een extra stimulans te geven om met water aan de slag te gaan op een discipline-overstijgende manier. Tesamen vormen zij een leertafel met verschillende disciplines op verschillende universiteiten. Bijvoorbeeld water, recht en bestuur, fysieke watersysteemanalyse, 13
Actieplan Watereducatie
watergovernance en water en economie. Dit in verbinding met de uitvoerende waterwereld, zoals waterschappen en DGW, en met grote kennisinstellingen zoals Deltares. Via de leertafel wordt het watervraagstuk in meerdere disciplines op de agenda gezet, waarna wetenschappelijke kennis multidisciplinair wordt teruggesluisd naar de praktijk. Dat draagt ook bij aan het versterken van de kennisinfrastructuur. Naar verwachting gaat de leertafel in 2009 van start met 6 bijzondere leerstoelen aan 6 verschillende universiteiten. Opleiding jonge professionals Geleidelijk aan beginnen publieke sector en bedrijfsleven geïnteresseerd te raken in contacten met wateropleidingen en in de promotie van waterberoepen. Het Human Capital Water Programma en het initiatief Dutch Delta Academy jagen deze ontwikkeling aan. Samenhang tussen onderwijslagen De samenhang tussen alle respectievelijke onderwijslagen kan worden geborgd via een zogenaamde ‘doorlopende leerlijn’. Daarbij stemmen onderwijsinstellingen onderling af welke kennis en vaardigheden reeds zijn aangeleerd of zouden moeten worden aangeleerd binnen een bepaald niveau. Een eerste initiatief hiertoe wordt momenteel in Friesland uitgevoerd op initiatief van DHO en Wetsus. Hun ervaringen bieden aanknopingspunten om te komen tot een landelijke doorlopende leerlijn water.
14
Actieplan Watereducatie
4 Aanpak PO, VO en BSO Op basis van het voorgaande komen we tot de volgende keuzen als leidraad voor het stimuleren van de aandacht voor water in PO, VO en BSO.
4.1 Verantwoordelijkheden Initiëren en stimuleren Om ervoor te zorgen dat ook toekomstige generaties duurzaam en verantwoord omgaan met water ligt het voor de hand om samenwerking te zoeken met de onderwijssector om zo de doelgroep jongeren te bereiken. Vanuit de zorg voor een duurzame en klimaatbestendige toekomst, kiest VenW ervoor om in afstemming met de departementen OCW, VROM en LNV en de verdere partners in het Nationaal Water Overleg (IPO, Unie van Waterschappen, VNG) een initiërende en stimulerende rol te vervullen bij het versterken van de plek van water binnen het onderwijs (incl BSO). Uitvoering Voor de uitvoering van het actieplan richting PO / VO / BSO wordt een adviesgroep ingesteld, bestaand uit vertegenwoordigers uit het waterbeheer en de onderwijswereld. Deze adviesgroep wordt gefaciliteerd door VenW maar zorgt zelf voor de doorvertaling naar de achterban. Hierdoor zijn de lijnen naar de daadwerkelijke inbedding van water in het onderwijs zo kort mogelijk.
4.2 Waar zetten we op in Op basis van de eerder geschetste stand van zaken en doelstellingen wordt ingezet op: 1. Inventariseren van de wensen van docenten en directe samenwerking bij uitvoering van projecten. Vraaggericht werken is uitgangspunt. Wensen van docenten worden geïnventariseerd door de adviesgroep en pilots en arrangementen worden zo veel mogelijk vanuit de onderwijspraktijk geïnitieerd of tenminste in nauwe samenwerking met docenten uitgevoerd. De betrokken docenten kunnen dan vervolgens ook een voortrekkersrol vervullen in de overdracht van best practices naar andere docenten en scholen. 2. Aanvullen van de gemaakte inventarisatie van onderwijsmateriaal over water Lesmethoden van educatieve uitgeverijen worden gescreend en het beschikbare materiaal over water wordt toegankelijk gemaakt via de reeds beschikbare database. Ook aanbieders van gastlessen en excursies kunnen hieraan worden toegevoegd (aansluiting bij database van het Netherlands Water Partnership / Human Capital Water programma met waterprofessionals die gastlessen of excursies willen geven). 3. Goed toegankelijk maken en kwalitatief toetsen van onderwijsmateriaal over water. Via www.watereducatie.nl zijn meer dan 300 educatieve bronnen over water gemakkelijk vindbaar. Gekoppeld aan www.kennisnet.nl en het leermiddelenplein van SLO. Een deel van het materiaal ontbeert nu nog een kwalitatieve toets of ‘ranking’; die kan worden toegevoegd.
15
Actieplan Watereducatie
4. Aanbrengen van overzicht en structuur in wát, hoe, wanneer geleerd kan worden over water in de vorm van domeinbeschrijvingen en een doorlopende leerlijn water. De adviesgroep ontwikkelt een landelijke doorlopende leerlijn water. Deze leerlijn omvat domeinbeschrijvingen van het thema water voor verschillende vakgebieden en geeft aanwijzingen voor de wijze waarop het thema water door de hele onderwijskolom heen kan worden behandeld. Voor de verschillende leeftijdsgroepen wordt verwezen naar beschikbaar lesmateriaal dat o.a. kan worden teruggevonden via de hierboven beschreven centrale database/website. Bij de ontwikkeling van de leerlijn wordt gebruik gemaakt van de praktijkervaring uit pilots en arrangementen, bijvoorbeeld de pilot ´Leerlijn Water in Friesland´. 5. Aanvullen van lacunes in het onderwijs door resultaten van succesvolle pilots te verbreden en de ontwikkeling van vernieuwende pilots te stimuleren binnen leerarrangementen. In nauwe samenwerking met SenterNovem worden pilots en arrangementen opgezet/gestimuleerd. Deze pilots of arrangementen zullen worden afgestemd op vakgebieden, doelgroepen en regio’s waarvoor het bestaande materiaal ontoereikend is. De arrangementen voldoen aan de criteria die zijn ontwikkeld binnen het NMEprogramma en aan wensen vanuit de NWO-partners. Deze wensen zullen nader worden uitgewerkt door de adviesgroep. Zo zal bijvoorbeeld het belevingsaspect, het opdoen van ervaringskennis maar ook de keuze voor een maatschappelijk relevante invalshoek voor het waterdomein van belang zijn voor de NWO-partners. In nauwe afstemming met SenterNovem zorgt de adviesgroep voor inhoudelijk advies bij op te zetten pilots en arrangementen op het gebied van watereducatie. De adviesgroep mobiliseert de eigen achterban voor het aandragen van ideeën en het meewerken aan de uitvoering van deze pilots en arrangementen. 6. Versterken van samenhang en samenwerking tussen organisaties, docenten en lopende projecten. Via de organisatie van een jaarlijks minisymposium stimuleert de adviesgroep de uitwisseling tussen organisaties, deskundigen en docenten. Op deze manier kunnen zo veel mogelijk organisaties en docenten worden betrokken bij elkaars projecten en worden gestimuleerd om een actieve bijdrage leveren aan bijvoorbeeld de opzet van domeinbeschrijvingen, de leerlijn of pilots en arrangementen. 7. Versterken van de aandacht voor water in lesmethodes op diverse vakgebieden. Educatieve uitgeverijen worden gestimuleerd om de aandacht voor watereducatie in lesmethodes uit te breiden. De adviesgroep onderhoudt – zelf of via de vakverenigingen KNAG, NIBI, NVON en VGN/KNHG - regelmatig contact met deze uitgeverijen. 8. Motiveren van leidinggevenden, docenten, begeleiders en andere relevante groepen binnen onderwijsorganisaties en aanpalende organisaties De adviesgroep en klankbordorganisaties zetten hun netwerk en expertise in om het thema water uit te dragen en bekendheid te genereren voor best practices binnen onderwijssector, kinderopvang en buitenschoolse opvang. 9. Educatief uitbuiten van de watercanon en al dan niet bijbehorende waterlandmarks (gemalen, waterwinbedrijven, spaarbekkens, deltawerken, afsluitdijk, enz.) De watercanon is een instrument dat zeer verrijkend kan zijn voor de erfgoed-educatie, met name in die gebieden en steden die een directe link hebben met de canon. De adviesgroep stimuleert het gebruik van de watercanon in educatieve context i.s.m. Erfgoed Nederland en O.P.E.N., het netwerk van Erfgoedhuizen en de VNG. Bijvoorbeeld via het organiseren van een miniconferentie voor het veld. 16
Actieplan Watereducatie
10. Stimuleren van de onderwijsbijdrage door medewerkers van VenW, RWS, waterschappen, gemeenten, bedrijfsleven en kennisinstellingen. De landelijke en regionale waterbeheerders zetten zich aktief en langjarig in om scholen te verleiden meer aandacht aan water te besteden, via het aanbieden van praktijkervaringen en belevenissen in de vorm van gastlessen, stageplaatsen, het begeleiden van excursies. 11. Vergroten van de zichtbaarheid en aantrekkelijkheid van ‘water’ voor jongeren via high profile events Creatieve / aansprekende / vernieuwende akties zoals het predikaat ‘waterbewuste school’, de scholierenwedstrijd rond het slimste 26e canonvenster incl prijsuitreiking door onder jongeren populaire TV persoonlijkheid als ‘waterambassadeur’, aandacht voor watereducatie en waterberoepen koppelen aan campagne Nederland leeft met Water en bioscoopfilm De Storm (2009), een door scholieren zelf opgezette en onderhouden waterwiki in het kader van ‘Wikiwijs’ (2010) etc.
17
Actieplan Watereducatie
5 Aanpak MBO, HBO en WO 5.1 Waar zetten we op in 1. Bekendheidsoffensief watersector De landelijke en regionale waterbeheerders benutten de faciliteiten zoals ontwikkeld door het NWP in het kader van het Human Capital Water programma. VenW verbindt dit bekendheidsoffenstief met de meerjarencampagne Nederland leeft met Water, in 2009 o.a. in combinatie met de bioscoopfilm De Storm. 2.
Uitwisseling tussen werkveld en onderwijssector en versterken multidisciplinaire innovatie
Dutch Delta Academy De Waterdienst van Rijkswaterstaat bevordert de inbreng van de Regionale Diensten van Rijkswaterstaat en de waterschappen in de Human Capital actielijn mbo. Ook bevordert zij de regionale kennisuitwisseling tussen waterbeheerders (RWS en waterschappen) en HBO’s, en coördineert zij de input van VenW in de Dutch Delta Academy en evt andere hbo-initiatieven. Leertafel Deltares maakt, onder begeleiding van de Waterdienst van Rijkswaterstaat, een inventarisatie van relevante kennisvragen op gammagebied t.b.v. de Leertafel. Deze kennisvragen worden getoetst in de Kennisconferentie in juni a.s. en mede gebruikt ter aanscherping van de kennisparagraaf in het definitieve Nationaal Waterplan. Vervolgens maakt de Waterdienst een plan van aanpak voor het laten landen van de resultaten van de Leertafel binnen VenW / RWS. De waterschappen bezien hun inzet mbt DDA en Leertafel. 3. Borgen aansluiting PO/VO op MBO/HBO/WO Via ontwikkeling doorlopende leerlijn water. 4. Nadere analyse arbeidsmarktontwikkeling Deltatechnologie Aan het huidige Human Capital Water programma ligt een analyse ten grondslag die toegespitst is op de de sector watertechnologie. Het NWP analyseert de komende maanden de economische betekenis van de deltatechnologiesector incl een bijbehorende arbeidsmarktanalyse. Op basis daarvan doet het NWP een voorstel voor een pakket van maatregelen (‘Human Capital Roadmap Deltatechnologie’). Op basis daarvan bezien VenW en de NWO-partners welke verdere activiteiten zij oppakken of ondersteunen.
18
Actieplan Watereducatie
6 Praktische organisatie 6.1 Actieve betrokkenheid regionale waterbeheerders / partners Nationaal Wateroverleg Opdrachtgever voor het Actieplan Watereducatie is de staatssecretaris van VenW. In de landelijke Regiegroep Water / Directeurenoverleg Hoogwaterbescherming d.d. 22 april j.l. hebben de partners de noodzaak onderschreven van hun actieve inzet voor het stimuleren van de aandacht voor water in het onderwijs. Daarbij wordt de volgende rolverdeling gehanteerd. DGW: levert basisvoorzieningen: www.watereducatie.nl (promotie en uitbouw, ranking), verbinding tussen watereducatie en de Nederland leeft met Water campagne incl bioscoopfilm De Storm. Stelt Adviesgroep Watereducatie in. Steunt pilot doorlopende leerlijn water Friesland & verbreedt deze tot nationale leerlijn water i.s.m. SLO; bevordert de synergie in het HBO-onderwijs via Dutch Delta Academy; bevordert de ontwikkeling van gamma- en discipline-overstijgende waterkennis in het WO via Leertafel LmW. LNV en VROM: werken het prioritaire thema water uit in het NME-programma op landelijk niveau. Waterschappen en Rijkswaterstaat: waterschappen leveren voorzitter voor de Adviesgroep Watereducatie en reserveren in hun jaarplannen tijd om watereducatie structureel te verankeren. Zij nemen i.s.m. RWS en de Adviesgroep Watereducatie het voortouw om best practices in de eigen regio op te sporen en tot algemeen gebruik te maken. Benutten daarbij de faciliteiten zoals ontwikkeld door het NWP in het kader van het Human Capital Water programma e.a. kansrijke ontwikkelingen in het onderwijs (zie hieronder). Leggen de nadruk op het aktief aanbieden van gastlessen, excursies, stageplaatsen, open dagen e.d.. Stimuleren ook andere publieke en private partijen in de regio om dat te doen; verankeren dit aanbod in de arrangementen van het NME-programma; nemen deel in aansturing Dutch Delta Academy; nemen deel aan de Leertafel ‘Leven met Water’ via het aanleveren van kennisvragen en cofinanciering. Provincies, gemeenten, waterwinbedrijven: werken het prioritaire thema water in NMEprogramma op regionaal niveau uit i.s.m. de lokale NME-centra. Rollen de watercanon aktief uit i.s.m. de erfgoedhuizen. VNG benadert hiertoe gericht gemeenten en maakt lijst van contactpersonen per regio die een bijdrage gaan leveren. Netherlands Water Partnership: biedt faciliteiten om partijen te verbinden en te activeren in het kader van het Human Capital Water programma. Committeert het bedrijfsleven aan de watereducatieopgave. Maakt nadere analyse van de arbeidsmarktproblematiek t.a.v. deltatechnologie. Monitort de ontwikkeling van de arbeidsmarktomstandigheden. Stichting Rioned: treedt - in het kader van het Bestuursakkoord Waterketen – op als trekker voor het versterken van vakinhoudelijk cursusmateriaal op HBO niveau en evt MBO niveau. Participeert in initiatieven voor het breder interesseren van scholieren/ studenten voor waterberoepen.
19
Actieplan Watereducatie
6.2 Adviesgroep voor PO, VO en BSO Voor de activiteiten richting het PO, VO en BSO wordt een adviesgroep ingesteld. Deze bestaat uit 5 à 7 vertegenwoordigers uit het onderwijsveld en de waterwereld. De adviesgroep wordt in eerste instantie ingesteld voor een periode van twee jaar (20092010). Eind 2010 wordt geëvalueerd en gadviseerd over een evt vervolg. Samenstelling van de adviesgroep Voorzitter: Dijkgraaf met enthousiasme voor jongeren en watereducatie. Mogelijke leden: Hans Hooghoff, hoofd maatschappelijke thema’s bij SLO (nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling; “geeft inhoud aan leren en innovatie in de driehoek tussen overheid, wetenschap en onderwijspraktijk”). Mede-opsteller van de Watercanon, kennis van en centrale positie in de onderwijswereld. Henk Notté, Cito, opsteller vd domeinbeschrijvingen wereldoriëntatie (aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs, duurzame ontwikkeling) voor het primair onderwijs op basis van cultuurpedagogische discussie. Uitvoerder vh PPON-onderzoek naar aanbod en prestaties aan het eind vd basisschool voor o.a. aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en techniek en burgerschap. Mostafa El-Filali, directeur Stichting Kantara. Mede-opstellervan de Watercanon; kennis van en centrale positie in netwerken van nieuwe Nederlanders. Ellen Leussink, Senter Novem, programmabureau LvDO en NME. Centrale rol bij uitwerking thema water in het NME-programma en het programma LvDO; breed netwerk onder NME organisaties. Renée Vergouwe, Netherlands Water Partnership (NWP). Trekker van het Human Capital Water programma. Breed netwerk binnen de watersector Joop van der Schee, KNAG hoogleraar voor het aardrijkskundeonderwijs en coördinator landelijk expertisecentrum aardrijkskunde. Taken en verantwoordelijkheden De adviesgroep is verantwoordelijk voor het leiden en uitvoeren van acties richting PO, VO en BSO zoals beschreven in paragraaf 4.2. Ook is de adviesgroep verantwoordelijk voor het benoemen van specifieke prestatie-indicatoren per onderdeel en het monitoren en evalueren van de resultaten. Tenslotte adviseert de adviesgroep het Nationaal Wateroverleg (NWO) over verdere stimulering van de aandacht voor water bij jongeren. Klankbordgroep PO, VO en BSO De adviesgroep kan zich laten adviseren door een klankbordgroep. Ook individuele personen kunnen actief worden betrokken of initiatiefnemer zijn in het opzetten van pilots en arrangementen. Voor mogelijke leden zie hst 8.
6.3 Organisatie MBO, HBO, WO NWP doet voorstel op basis van de (aanvullende) Human Capital Roadmap Deltatechnologie.
20
Actieplan Watereducatie
6.4 Monitoring De monitoring van het waterbewustzijn bij docenten en jongeren zal worden opgepakt i.s.m. SenterNovem dat voor soortgelijke vragen staat v.w.b. het NME-programma. De ontwikkeling van het arbeidsmarkttekort zal worden gemonitord door het Netherlands Water Partnership.
6.5 Rapportage aan NWO De ontwikkeling van het waterbewustzijn bij jongeren en docenten alsmede de ontwikkeling van de arbeidsmarktprognoses wordt gerapporteerd aan het NWO. Het NWO beziet op grond hiervan jaarlijks in hoeverre de inzet van de partners toereikend is.
21
Actieplan Watereducatie
7 Planning en financiën 7.1 Voorlopige planning voor 2009-2010 2009 Feb Brede commentaarronde Feb-mei Bijstellen actieplan, bespreking in RG/DOH en NWO Juni Benaderen leden adviesgroep en klankbordgroep; start adviesgroep Juli-september Randvoorwaarden leerlijn uitwerken Keuze pilots / arrangementen Oktober-december Klankbordbijeenkomst/symposium Uitvoering pilots Monitoring & bijsturing Oplevering eerste globale opzet leerlijn en domeinbeschrijvingen Rapportage aan NWO 2010 Januari-juni Uitvoering pilots Monitoring & bijsturing Uitwerking Leerlijn Juli-december 2e oplevering resultaten, rapportage aan NWO Evaluatie Advisering NWO over evt vervolg
7.2 Financiën Zie excelsheet
22
Actieplan Watereducatie
8 Netwerk Watereducatie Het concept Actieplan Watereducatie is tot stand gekomen op basis van contacten met uiteenlopende deskundigen uit de water- en onderwijswereld. Het opgebouwde netwerk is ook van belang bij de uivoering van het plan. Hieronder een globaal overzicht. LNV: Roel van Raaij, Maatschappij en Natuur, secretaris stuurgroep NME en LvDO VROM: Rob Schoonman; Anke Stapels, contactpersoon LvDO/NME OCW: Peter Winia (opvolger Govert Vorstenbosch), directie Primair Onderwijs; Joost Kuggelijn, plv hoofd afdeling Cultuurbereik, directie Kunsten; Jasper Dalhuisen, NME/LvDO. RWS: Esther van der Wouw, CDR, projectleider arbeidsmarktstrategie; Bram van Mil, arbeidsmarktstrategie; Jan-Dirk van Duijvenbode, WINN, trekker onderwijspilots en 3D-Waterkaart van Nederland; René Vrugt, SDG; Lea Crijns (Dienst Limburg); Paul Boers (Waterdienst). Unie van Waterschappen: Eric Kraaij, Georgine Mol (wgr educatie) Hoogheemraadschap van Delfland: Thecla den Hoed, educatie VNG: Gert Dekker, Lydia Jongmans GDO (Gemeenten voor Duurzame Ontwikkeling): Henk Klein Leven met Water: Charles van Schaik, Geert Teisman Netherlands Water Partnership, Human Capital Water programma: Renee Vergouwe, trekker HCW-programma; Jet Centeno, imago & bekendheid; Huiberdien Sweeris, tijdelijk actielijntrekker VO. Rioned: Yolanthe Janssen, educatie & communicatie SenterNovem: Marieke van der Werf, kwartiermaker NME-programma; Ellen Leussink, trekker thema water in NME-programma en LvDO-programma; Antoine Heideveld, LvDO; Bowine Wijffels (NME). Universiteit Utrecht: Rob van der Vaart, hoogleraar sociale geografie, dean University College UU, Canoncommissie Water, Canon van Nederland, Burgerschapscanon. Erasmus Universiteit: Geert Teisman Unesco-IHE: Judith Kaspersma SLO: Hans Hooghoff, Jeroen Bron, Astrid Ras Cito: Henk Notté, Mariette Lieverse, Jose Thijssen CED groep Rotterdam (één vd grootste schoolbegeleidingsinstituten in Nederland); Martine van Bokkem, coördinator burgerschap en sociale competentie; Ernst Keijsers, coördinator waterproject in de BSO. Penta Rho: Henk Norder, adviseur strategisch beleid onderwijsorganisaties / voormalig lid CvB Openbaar Onderwijs Zwolle en Regio; ervaring als docent, directeur basisschool, bovenschools directeur. René Leverink, Docent Nederlands en literatuur bovenbouw havo/vwo, redacteur onderwijsbladen en -uitgaven. Redacteur watercanon. KNAG: Marijke van Schendelen, Joop van der Schee, Anouk Adang. Canon van Nederland: Hubert Slings Stichting Kantara: Mostafa El-Filali, directeur; Canoncommissie Water; netwerken van nieuwe Nederlanders. DHO: Olivier Bello, trekker pilot Leerlijn Water Friesland
23
Actieplan Watereducatie
SME-advies: Hak van Nispen, directeur, betrokken bij eerdere leerlijn water en ontsluiting onderwijsaanbod; Neeldert van Laar (beheer www.watereducatie.nl), Reina Kuiper (professionalisering watercommunicatie) Codename Future: Geeske Steeneken, Aart Hageman, Irma Boddendijk (lid Platform educatie-uitgeverijen). Stichting Veldwerk Nederland, Petra Jansen, projectleider met portefeuille water IVN, Janneke Werneke, projectleider met portefeuille water Erfgoed Nederland: Cees Hageman O.P.E.N., netwerk van Erfgoedhuizen
24
Actieplan Watereducatie
9 Bronnen I
Pilot Watermonitor 2008: inzicht in het waterbewustzijn van burgers en hun opinie over en draagvlak voor waterbeleid. Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Intomart GfK bv, 9 september 2008 II Versterken waterbewustzijn en waterbewust gedrag in relatie tot waterveiligheid – verkenning van mogelijke doelen en strategiën. Ministerie van Verkeer en Waterstaat en Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, juni 2008 III Nederland veroveren op de toekomst. Kabinetsvisie op het waterbeleid. September 2007 IV Ontwerp Nationaal Waterplan, 22 december 2008 V Zoden aan de dijk. Vijfentwintig peilingen naar Nederland als waterland. 16 December 2008 VI Kennisnet, digitaal portaal voor de onderwijssector, zie www.kennisnet.nl VII SLO, Expertisecentrum voor Leerplanontwikkeling, zie www.slo.nl VIII Kenniscentrum leermiddelen van SLO www.leermiddelenplein.nl IX Verslagen verkennende brainstormsessies ‘De Watercanon en Educatie’, 30 juni 2008, 27 oktober 2008, 16 januari 2009 X Stimulering open leermiddelen: Wikiwijs in het onderwijs. Brief Minister Plasterk (OCW) aan Tweede Kamer, 7 april 2009 XI Kiezen, leren en meedoen, naar een effectieve inzet van Natuur- en Milieu-Educatie in Nederland 2008-2011 XII Uitvoeringskader Natuur en Milieu Educatie (NME) 2008-2011, SenterNovem. XIII Van agenderen naar doen! Leren voor Duurzame Ontwikkeling 2008-2011. Uitvoeringsplan voor het vervolgprogramma. Februari 2008. XIV www.platformbetatechniek.nl XV Human Capital Roadmap Water, Netherlands Water Partnership, concept, september 2007. XVI Bèta Mentality. Jongeren boeien voor bèta en techniek. Motivaction & Young Works. Zie ook www.betamentality.nl XVII Richtpunten bij onderwijsagenda’s, (blz 20-21 over canonisering), Onderwijsraad, april 2008. XVIII Watereducatie. Een inventarisatie van beschikbaar lesmateriaal (primair en voortgezet onderwijs). Stichting Reinwater, juli 2008 XIX Balans van het aardrijkskundeonderwijs aan het eind van de basisschool 3. Cito, 2003; Balans van het geschiedenisonderwijs aan het eind van de basisschool 3. Cito, 2003; Balans van het biologieonderwijs aan het eind van de basisschool 3. Cito, 2003 XX Wie weet wanneer wat van water. Doorlopende leerlijn voor het thema water. IVN, Veldwerk Nederland, SME Advies. Januari 2006 XXI Voor kennisontwikkeling over Water is er het mbo. Een inventarisatie van watertechnologische opleidingen in het mbo. (Incl analyse.) Stichting Wateropleidingen, Nieuwegein, mei 2008. XXII Wateropleidingen in het hoger onderwijs, MetaMeta Communications, april 2008 XXIII Plan Dutch Delta Academy, kennisinfrastructuur voor hoger beroepsonderwijs, Stuurgroep DDA, 24 april 2009
25
Actieplan Watereducatie