Aan tafel met… Oud-verpleegkundige Marja van Bijsterveldt:
‘Twee derde van laaggeletterden is autochtoon’ ‘Omdat verpleegkundigen in de maatschappelijke gezondheidszorg heel vertrouwd zijn bij cliënten, kunnen zij bij laaggeletterden net het verschil maken. Ik noem ze ook wel de ogen en oren van de samenleving.’ Dit zegt Marja van Bijsterveldt, oud-minister van Onderwijs, oud-verpleegkundige en tegenwoordig voorzitter van Stichting Lezen & Schrijven. ‘Een op de negen Nederlanders is laaggeletterd waardoor ze ook nog eens lage gezondheidsvaardigheden hebben. Als deze mensen de stap durven nemen om hun taalvaardigheden te verbeteren, gaat er letterlijk een wereld voor ze open.’
laaggeletterden in Nederland is autochtoon. Van Bijsterveldt: ‘En daar ligt meteen ook een valkuil. Bij anderstaligen houden we er vaak al rekening mee dat ze ons niet helemaal begrijpen, door eenvoudiger te communiceren. Autochtone patiënten overspoelen we ongemerkt met moeilijke woorden en vakjargon, ervan uitgaande dat ze ons wel snappen. Het is goed dat verpleegkundigen dit beseffen.’ Verpleegkundigen spelen een grote rol bij het signaleren van lees- en schrijfproblemen, meent Van Bijsterveldt. ‘Door de decentralisatie van de zorg zitten we dichterbij de mensen. Er zijn zoveel momenten dat we in aanraking kunnen komen met laaggeletterden, het gaat immers om een op de negen mensen. Wat dacht je van de
Tekst: Corien Harding en Marieke Rijsbergen
Marja van Bijsterveldt is van huis uit verpleegkundige.
jeugdverpleegkundigen op het consultatiebureau of op
‘En daar ben ik nog steeds trots op. Ik zeg altijd dat de
school, de huisarts, de kraamverzorgers? Zij zijn de ogen
zorg de beste vooropleiding is voor de politiek. Als ver-
en oren van onze samenleving.’
pleegkundige wil je mensen immers in hun eigen kracht
Als het goed is, kijkt een jeugdverpleegkundige naar
zetten en iets toevoegen aan hun leven. Je moet hard
het hele gezin. Helaas wordt laaggeletterdheid gene-
werken en de klus klaren. Maar nog belangrijker: je moet
ratie op generatie doorgegeven’, legt Van Bijsterveldt
je houden aan je afspraak. Als jij aan het bed van een
uit. ‘Een kind dat thuis voorgelezen wordt, heeft een
patiënt, die afhankelijk is van jou, belooft dat je terug-
veel grotere woordenschat dan een kind waarbij dit niet
komt, is het echt slecht als je dat niet doet. Dat kan niet.’
wordt gedaan. Het kind in een achterstandswijk begint
De gedrevenheid en het enthousiasme stralen van Van
daardoor vaak met een achterstand aan de basisschool
Bijsterveldt af. Ze volgt de ontwikkelingen in de zorg op
die hij vaak zijn hele (school)carrière niet meer inloopt.
de voet en is groot voorstander van de participatiemaat-
13 procent van de kinderen in Nederland loopt op deze
schappij. ‘Ik ben voor een samenleving waar mensen
manier het risico om laaggeletterd te worden en dat is
persoonlijk verantwoordelijkheid nemen. Veel mensen
onaanvaardbaar.’
AB
C
kunnen grotendeels voor zichzelf zorgen, mits we ze in hun kracht zetten en hun talenten benutten.’
Ontmaskerd worden
Zo is het bruggetje naar de laaggeletterden van Neder-
De grootste nachtmerrie van laaggeletterden is dat ze
land snel gemaakt. ‘Deze mensen zitten gevangen in
worden ontmaskerd. Toch kunnen verpleegkundigen,
onze geletterde maatschappij. Ze schamen zich en zijn
gezien hun vertrouwensband met mensen, hier subtiel
vaak enorm creatief bij het verbergen van hun pro-
doorheen prikken. ‘Praat met mensen en test ze een
bleem. Deze mensen staan dus niet in hun kracht, terwijl
beetje uit met vragen als: wat vindt u van deze vraag in
er vaak niets mis is met hun intelligentie. Laaggelet-
het formulier? Zullen we samen even lezen? Als blijkt dat
terdheid kost de samenleving overigens 556 miljoen
ze er echt moeite mee hebben, is het belangrijk om ze te
euro per jaar omdat laaggeletterden minder arbeidspro-
laten inzien dat ze niet de enige zijn. En ze te wijzen op
ductief zijn, minder belasting betalen en meer gebruik
de taalcursussen die er zijn, bijvoorbeeld via Stichting
maken van de zorg. Kille cijfers, maar wel de realiteit.’
Lezen & Schrijven’, knipoogt de oud-minister. De kracht van de taalcursussen die de stichting samen
Veel autochtonen laaggeletterd
22
met vele partners organiseert, is dat ze gegeven worden
Het is een misverstand dat laaggeletterdheid vooral bij
door 4.000 getrainde vrijwilligers door heel het land.
allochtonen voorkomt. Maar liefst twee derde van alle
In de bibliotheek, wijkgebouwen of bij mensen thuis.
Tijdschrift M&G jaargang 15 nummer 2
Van Bijsterveldt: ‘Mensen krijgen de ruimte om in hun
heel verbaasd. Uitspugen? Ik giet het in haar oor. U had
eigen tempo hun achterstand weg te werken. Onlangs
gezegd oraal indienen en dat staat ook op het doosje.’
zei een cursist nog tegen me: “Ik heb me altijd dom
De politiek heeft zijn mond vol van tweedeling en nivel-
gevoeld, maar dat was ik dus niet.”’
lering, vertelt Van Bijsterveldt. ‘Wat mij betreft begint het voorkomen van de tweedeling bij de aanpak van laag-
Taal maakt gezonder
geletterdheid. Dan kunnen deze 1,3 miljoen mensen in
Als mensen dan kunnen lezen en schrijven, dan gaat er letterlijk een wereld voor ze open. Daarnaast schieten hun gezondheidsvaardigheden ook drastisch omhoog. Laaggeletterden hebben namelijk een verhoogd risico op ziekenhuisopnamen en depressie, zitten vaker in de wachtkamer bij de huisarts, spoedeisende hulp of spe-
‘Deze mensen zitten gevangen in onze geletterde maatschappij’
cialist en hebben meer chronische aandoeningen. En op
onze samenleving zich ontplooien, betere banen op de
oudere leeftijd hebben ze 1,5 maal groter sterfterisico.
arbeidsmarkt vinden en uiteindelijk letterlijk beter voor
Van Bijsterveldt: ‘Deze mensen hebben simpelweg min-
zichzelf zorgen. Die 556 miljoen die laaggeletterdheid de
der kennis over ziekte, gezondheid en gezond leven. Ze
samenleving nu kost, wordt dan omgezet in een dikke
weten bijvoorbeeld niet dat suiker eigenlijk gif is voor je
plus. Daarvan ben ik overtuigd!’
Corien Harder is docent aan de Fontys Hogeschool Verpleegkunde in Eindhoven
Marieke Rijsbergen is eindredacteur van Tijdschrift M&G
lichaam, kunnen bijsluiters niet lezen en snappen vragen niet die op gezondheidsformulieren staan.’
Stichting Lezen & Schrijven startte eind 2014, samen met
Een simpel voorbeeld verklaart een hoop. ‘Een jonge
de Verenigde EersteLijns Organisaties, de campagne
moeder kwam voor de derde keer met haar dochter
Taal maakt gezonder. Zie voor meer informatie: www.
bij de KNO-arts. Haar kindje bleef maar last houden
lezenenschrijven.nl
van heftige oorpijn. De arts snapt er niets van. Waar ze de druppeltjes dan in deed, was zijn vraag. En of haar
In de volgende uitgave van Tijdschrift Maatschappij &
dochtertje de medicijnen wel binnenhield of misschien
Gezondheid gaan we in een achtergrondartikel dieper in
te vaak uitspuugde. De moeder reageerde vervolgens
op laaggeletterdheid en de zorg.
Tijdschrift M&G juni 2015
Fotografie: Maikel Martens Visual Communications
23
Achtergrond Medicijnen en dementie:
Ongewenste bijwerkingen aan het licht via signaallijst Hoe herken je problemen met medicijnen bij thuiswonende ouderen met dementie? Het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik (IVM), Buurtzorg Nederland en Hogeschool Utrecht (HU) ontwikkelden hiervoor een kant-en-klare aanpak voor wijkverpleegkundigen en casemanagers dementie. Zes teams gingen ermee aan de slag. En met succes: hun signalen leiden opvallend vaak tot een aanpassing van de medicatie door de arts.
te weinig om er achter te komen hoe deze reageert op de voorgeschreven medicijnen. Casemanagers dementie of de wijkverpleegkundige daarentegen komen geregeld bij hun cliënten over de vloer, zij kunnen de reactie op medicijngebruik beter in de gaten houden. Met een eenvoudige training kunnen zij leren om werking en bijwerkingen van dementieremmers en psychofarmaca te monitoren, mede aan de hand van een signaallijst. Op deze manier kunnen ze de behandelend arts informeren over opvallende signalen zodat deze de
Tekst: Erik van Rijn van Alkemade en Carolien Sino
Nederland telt ongeveer een kwart miljoen mensen met
medicatie, indien nodig, kan aanpassen.
dementie. Door de vergrijzing zal dit aantal sterk toenemen. Het beleid van de overheid is erop gericht om
De interventie
dementerende ouderen zo lang mogelijk thuis te kunnen
Het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik (IVM)
laten wonen. Dan is het wel belangrijk dat er goede
heeft, op basis van gesprekken met een aantal kader-
zorg voorhanden is en ondersteuning voor de partner
huisartsen ouderenzorg, geriaters, specialisten oude-
of mantelzorger. Dit geldt zeker als de dementerende
rengeneeskunde, mantelzorgers en thuiszorgteams, een
‘probleemgedrag’ vertoont door veranderingen van de
aanpak voor de wijkverpleegkundige en casemanager
persoonlijkheid. De lieve echtgenoot of echtgenote van
dementie ontwikkeld. De aanpak is gericht op het voor-
vroeger wordt steeds vaker angstig, boos, achterdochtig
komen van een overbehandeling met psychofarmaca en
of lusteloos. Of vertoont opeens (seksueel) ontrem-
het verbeteren van de kwaliteit van leven van de cliënt.
mingsgedrag.
Thuiszorgmedewerkers van pg-teams van Buurtzorg
‘De bijwerkingen van medicijnen bij dementie worden dikwijls niet als zodanig herkend, omdat ze lijken op de symptomen van dementie’
Nederland en een groep casemanagers dementie van Parkstad Limburg (totaal n=40) hebben gedurende drie maanden de aanpak in een pilot getest. Het IVM organiseerde voor elk team een startbijeenkomst waarin de aanpak werd toegelicht aan de hand van een draaiboek. De teams kregen tevens uitleg over het gebruik van de signaallijst, zodat zij konden nagaan
Monitoren van de medicatie
of bepaald gedrag bij de dementie hoort of waarschijn-
Omdat dit probleemgedrag zeer belastend is voor
lijk door de medicijnen veroorzaakt wordt. Aan de hand
de omgeving, schrijft de behandelend arts vaak een
van de cliëntenfolder Medicijnen bij dementie zijn de
antipsychoticum, antidepressivum of een slaap- en
teams bovendien geïnstrueerd hoe zij de mantelzorgers
kalmeringsmiddel voor. Ook krijgen veel dementerende
bij het monitoren van werking en bijwerkingen van de
ouderen dementieremmers. Maar al deze medicijnen
dementiemedicatie kunnen betrekken. Door bijvoor-
helpen lang niet altijd of werken onvoldoende. Ook
beeld de wijkverpleegkundigen te informeren over
geven ze vaak ongewenste bijwerkingen, zoals sufheid,
opvallende veranderingen in gedrag of persoonlijkheid
onverschilligheid, afvlakking van emoties en bewegings-
van hun naaste, die kunnen wijzen op bijwerkingen van
stoornissen. Deze verschijnselen worden dikwijls niet als
de medicijnen. Voordat de teams aan de slag gingen,
bijwerking herkend, omdat ze lijken op de symptomen
volgden de medewerkers in hun eigen tempo de door
van dementie.
het IVM ontwikkelde e-learning Medicijnen bij dementie.
Om deze bijwerkingen wel te herkennen is extra aan-
24
dacht en specifieke kennis nodig. Kennis die de partner
Ervaringen van deelnemers
of mantelzorger meestal niet - of maar mondjesmaat
Tijdens de startbijeenkomst gaven verschillende mede-
- heeft. De behandelend arts op zijn beurt ziet de patiënt
werkers aan vaak het gevoel te hebben dat er iets mis
Tijdschrift M&G jaargang 15 nummer 2
waar we dus op moeten letten. Ook houden we nu beter in de gaten of dementieremmers wel effect hebben, nu we weten dat ze vaker niet dan wel werken. We zijn nu ook veel alerter op signalen en rapporteren deze sneller aan de huisarts en geriater.’ Dat blijkt ook uit de cijfers na de pilot: meer dan de helft van de deelnemers (63 procent) is het eens met de stelling dat er beter gesignaleerd wordt dankzij de startbijeenkomst, het draaiboek, de e-learning en de signaallijst. Anja Schins, een van de wijkverpleegkundigen en zorgtrajectbegeleiders dementie bij Parkstad: ‘De signaallijst is een handig hulpmiddel om te bepalen of sommige stoornissen een bijwerking zijn of dat het bij dementie hoort. Neem bijvoorbeeld spiertrekkingen of vallen, die zouden heel goed door bepaalde medicijnen veroorzaakt kunnen worden.’ Anja vertelt van een cliënte die al twintig jaar antidepressiva gewas met hun cliënten, al konden ze moeilijk benoemen
bruikt, drie keer per dag. Ze kreeg ze ooit voorgeschre-
wat precies. Willy Gillissen, casemanager dementie bij
ven als middel tegen angstaanvallen. ‘Ik vroeg me af
Buurtzorg Nederland: ‘Door de e-learning en signaallijst
wat de meerwaarde ervan was. Deze medicijnen geven
weten we nu veel beter welke bijwerkingen medicijnen,
een grotere kans op vallen. Daarnaast maakte mevrouw
zoals antipsychotica of antidepressiva, kunnen geven en
geen depressieve indruk. In overleg met de arts krijgt ze nu één tablet per dag.’ Ook de mantelzorger wordt zoals gezegd nu beter geïn-
De cijfers
strueerd door de wijkverpleegkundige. Door met hen de
- Vooraf geeft iets meer dan de helft (55 procent) van
folder Medicijnen bij dementie door te nemen en hen
de deelnemers aan specifiek op bijwerkingen van
te vragen bij veranderingen in de medicatie goed op te
dementieremmers en psychofarmaca te letten. Na
letten op werking en bijwerkingen, voelen de mantel-
de pilot is dit gestegen tot 87 procent.
zorgers zich serieus genomen. Zij realiseren zich dat zij extra ogen kunnen zijn in de zorgverlening.
- Na de pilot zegt een ruime meerderheid (83 procent) van de medewerkers dat zij bijwerkingen
Samenwerking huisarts
van de medicatie goed kunnen onderscheiden van
Voordat de wijkverpleegkundige en de casemanagers
de symptomen van dementie. Vóór de pilot zegt
dementie met de nieuwe aanpak aan de slag gingen,
35 procent dit onderscheid te kunnen maken. Bij
namen zij met de huisartsen contact op om hen hierover
cliënten met wie medewerkers geen persoonlijke
te informeren. Dat verliep soms moeizaam: sommige
band hebben, blijkt het onderscheid het lastigst te
huisartsen waren lastig te bereiken, anderen gaven aan
maken.
geen behoefte aan samenwerking te hebben of geen medicatie te evalueren. De huisartsen die wel reageer-
- Het aantal medewerkers dat contact opneemt met
den waren redelijk tot zeer enthousiast, zolang het hen
de voorschrijver van de medicatie is aanzienlijk
geen extra tijd zou gaan kosten.
gestegen: nulmeting 12 (30 procent), eindmeting
Casemanagers dementie, zoals Willy Gillissen, bleken
25 (83 procent).
makkelijker toegang te hebben tot de huisarts dan thuiszorgmedewerkers. Willy: ‘Huisartsen en geriaters
- Ongeveer 75 procent van deze contacten leidt tot een aanpassing van de medicatie door de behan-
zijn helaas vaak sceptisch over de kennis van de - in hun ogen laaggeschoolde - wijkverpleegkundigen.’
delend arts. Het gaat daarbij vooral om het stoppen of afbouwen van de medicijnen en het aanpassen
Medicatie aangepast
van de dosering.
De teams gaven unaniem aan dat een pilot van drie maanden eigenlijk te kort is om daadwerkelijk een effect
Tijdschrift M&G juni 2015
Erik van Rijn van Alkemade is stafadviseur communicatie hij het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik.
25
Achtergrond
te herkennen. De communicatie tussen thuiszorg en
Lorazepam
huisarts blijkt soms nog een knelpunt. Dit kan verbeterd
Een cliënte met dementie krijgt een keer per dag
worden door vanuit de thuiszorgorganisaties een vaste
lorazepam. Naar aanleiding van de e-learning wordt
medewerker per huisarts als contactpersoon te laten
de betrokken verpleegkundige zich ervan bewust
fungeren. Dit zouden bij voorkeur de casemanagers
dat mevrouw dit medicijn langer slikt dan gewenst;
dementie moeten zijn.
bij gebruik langer dan twee weken helpen ze steeds minder, ze werken bovendien versuffend en ver-
Landelijke uitrol
slavend. Ze trekt bij de huisarts aan de bel, die de
Het IVM heeft na de pilot ook voor teams van wijkver-
medicatie per direct stopzet.
pleegkundigen van een aantal andere thuiszorgorganisaties workshops verzorgd, waardoor zij met de interventie aan de slag konden. Op dit moment onderzoeken het
te kunnen zien. Zo kon bijvoorbeeld niet met behulp
IVM en de HU de mogelijkheden om de interventie
van prescriptiecijfers gemeten worden of artsen minder
landelijk te implementeren.
psychofarmaca zijn gaan voorschrijven. Hoewel het om kleine deelnemersaantallen gaat, wijzen de cijfers en casussen (zie kaders) er toch op dat de interventie
Diarree
Medicijnen bij dementie helpt bij het signaleren en
Een cliënt die een dementieremmer gebruikt, heeft
oplossen van problemen.
al maanden last van diarree. De cliënt heeft dit uit schaamte goed verborgen gehouden voor de thuis-
‘De signaallijst blijkt een handig hulpmiddel om te bepalen of sommige stoornissen een bijwerking zijn of dat het bij dementie hoort’
zorg. De dochter is wel op de hoogte, maar heeft geen idee dat dit een bijwerking van de medicatie kan zijn. Door de signaallijst met haar te bespreken, wordt dit duidelijk. Zij neemt direct contact op met de huisarts die naar aanleiding hiervan de medicatie van de moeder afbouwt.
Tijdens de interventie gaven de wijkverpleegkundigen Carolien Sino is werkzaam bij het Lectoraat Chronisch Zieken van de Hogeschool Utrecht
26
en casemanagers bijna drie keer zo veel signalen door
Meer weten over deze interventie? Kijk op www.medi-
aan de behandelend arts dan daarvoor. Bijna driekwart
cijngebruik.nl, waar u de bijbehorende (gratis) werkma-
van de signalen waren voor de artsen aanleiding om de
terialen kunt downloaden en de e-learning ‘Medicijnen
medicatie aan te passen. Continue contact met de cliënt
en dementie’ kunt aanvragen.
blijkt een belangrijke voorwaarde om signalen goed
Tijdschrift M&G jaargang 15 nummer 2