Regionaal ruimtelijk overleg Zuidoost-Brabant 12 juni 2013 “AANBEVELINGEN VERANDERTRAJECT SAMENWERKING RRO ZUIDOOST-BRABANT “
Oriënterende bespreking In het RRO+ heeft u aangegeven om als vervolg op deze bijeenkomst op korte termijn een verandertraject vorm te geven dat leidt tot verbetering, vernieuwing, verandering van het RRO in Zuidoost-Brabant. Naar aanleiding van bespreking van deze uitkomsten en de aanbevelingen in voorliggende notitie, is aan u de vraag om gezamenlijk in te stemmen met de volgende voorstellen: A. Onderschrijven van de uitkomsten van het RRO+: Kunt u zich vinden in de resultaten van de vier opdrachten en de concluderende punten (zie verslag in bijlage; al in uw bezit). B. Vervolgens zijn onderstaande ‘inhoudelijke’ aanbevelingen geformuleerd voor verandering van agenda-, structuur- en cultuuraspecten van de RRO-samenwerking: Herkent u deze als bouwstenen voor uitwerking van het verandertraject van het RRO? C. Een aantal van deze aanbevelingen leiden tot het benoemen van eerste verbeteracties (onder ‘proces’): Kunt u zich hier in vinden; verleent u opdracht aan het ambtelijke RRO-agendateam om eerste verbeteracties komend half jaar te realiseren? D. Eveneens onder ‘aanbevelingen proces”: op korte termijn opstellen van een bestuurlijk document met de nadere uitwerking van het verandertraject; incl. verbeter-en verandervoorstellen met aanpak van uitvoering. Hierbij de vraag: wie wil hieraan bijdragen, als vertegenwoordiging vanuit de regio samen met de provincie?
Aanbevelingen verandertraject RRO Zuidoost-Brabant Op basis van het RRO+ en de evaluatie van het RRO (in uw bezit, mailing febr-mrt’13) zijn onderstaande aanbevelingen geformuleerd t.b.v. het opstarten van het verandertraject; over aspecten van agendavorming, organisatiestructuur, samenwerkcultuur en procesaanpak. Deze zijn te zien als bouwstenen voor het opstellen van het bestuurlijke document met de nadere uitwerking van het verandertraject; als voorstel opgenomen onder ‘proces’. AGENDA · Meer strategische onderwerpen (integrale aanpak landelijk gebiedvraagstukken, stadlandthema’s, onderwerpen van algemeen belang, ‘rood’ i.r.t. ‘groen/blauw’, functieverandering, zowel stedelijk en buitengebied), meer over doelen-ambities (i.p.v. ‘middelen’), context van Brainport geheel. · Meer focus in agenda-richten op urgenties, onderwerpen waarvoor ruimte voor reflectie, meningsvorming, discussie, minder ‘voorgebakken’ beslispunten, kennisdelen. Voorbereiding efficiënter w.b. opzet-tijdsplanning-compacte stukken. · Doorbraak maken verbinden kwantitatieve programmering met kwaliteitsaspecten (b.v. in relatie tot leegstand, herstructurering, transformaties, verhouding binnenstedelijk / stadsrand - stedelijke- / landelijke regio’s). STRUCTUUR · Verandertraject RRO en transformatie SRE op elkaar betrekken; i.r.t. rol-verantwoorldelijkheden-takenagendavorming-organisatiestructuur met aanbeveling voor afzonderlijke bijeenkomsten RRO-Poho’s SRE. · Meer inzicht / verbetering verhouding RRO - andere gremia met samenwerking op terrein van regionale ruimtelijke ontwikkelingen en projecten. · Bestuurskracht: vergroten commitment, echt keuzes maken i.p.v. alleen (licht) afstemmen, relatie met besluitvorming gemeentelijk bestuur, wie beslist over wat in welk overleg w.b. schaalniveau. · Scherper neerzetten rol, verantwoordelijkheden alle deelnemers in overleg op zowel bovenlokaalsubregionaal-regionaal niveau (inspirator, coördineren, faciliteren, stimuleren, besluitverantwoordelijk). CULTUUR · Principes van ‘verleidingsplanologie’ meer toepassen (doorzettingskracht (i.p.v. -macht), cocreatie, evenwicht toepassen regels-ontwikkelingsgericht, succesvol veranderen-intervisie organiseren, meer dan huidige (lichte) afstemmen. · Organiseren van eigenaarschap, betrokkenheid achterbannen, elkaar aanspreken, realiseren afspraken. · Meer invulling geven aan ‘eenheid en verscheidenheid’, evenwicht tussen handelen vanuit regionaal, subregionaal, lokaal belang. PROCES · Een aantal van bovenstaande aanbevelingen kunnen komend half jaar worden uitgevoerd:
·
Afstemming transformatie SRE (zoals afzonderlijke bestuurlijke bijeenkomsten, ambtelijke voorbereiding). Organisatie extra bijeenkomst over detailhandel (discussie-brainstorm-meningsvorming etc). Voorbereiding agenda RRO: efficiënt, gericht op uitvoering bestuurlijke opdrachten en effectieve bestuurlijke behandeling, focus, compacte stukken. Kwaliteitsaspecten verschillende thema’s: borging in regionale agenda’s (wonen en werken), integrale aanpak uitvoering, agenderen gericht op kennisdelen-ontwikkeling/discussie. Andere aanbevelingen vergen nadere uitwerking, zijn niet al komend half jaar in verbeteracties om te zetten. In het RRO+ is het idee op tafel gelegd om die uitwerking ‘en petit comité’ neer te leggen in een compact bestuurlijk document. Dit bestuurlijke document vervolgens terugleggen in het RRO. Zodat in het najaar afspraken over gezamenlijke uitvoering van verbeter-/ verandervoorstellen worden gemaakt.
VERSLAG RRO+ ZUIDOOST- BRABANT 11 APRIL 2013
Aanwezig Valkenswaard Waterschap Aa en Maas Laarbeek Deurne Waterschap Dommel Veldhoven Nuenen Bergeijk Oirschot Cranendonck Best Eersel Heeze-Leende Geldrop-Mierlo Provincie Noord-Brabant Stec Groep
E. Buiter E. de Groot F. van Zeeland H. Kerkers L. Huijbers M. Prinsen M. Jansen M. Kuijken P. Machielsen P. Beerten P. Gondrie R. van Hooff W. van der Rijt-van der Kruis W. Vissers Y. de Boer P. van Geffen (dagvoorzitter)
Ambtelijk SRE: Harm Mertens, Jean van Zeeland Ambtelijk Provincie Noord-Brabant: Elles Aertsen, Erna ten Berge, René Dierx, Manuel Groot-Zevert, Ger Zimmermann Afwezig (afgemeld) Bergeijk Bladel Reusel-deMierden Helmond Someren SRE Eindhoven Gemert-Bakel Son en Breugel Waalre Asten
A. Tils (M. Kuijken aanwezig) A. van der Hout C. van de Ven F. Stienen G. Schoolmeesters M. Fiers M. Schreurs R. Hoppezak R. Visser T. Bonouvrié T. Martens
Erna ten Berge, Peter van Geffen 23-04-2013
Ter inspiratie een ‘overall’ conclusie de animo en energie die in het RRO+ op 11 april jl. is ontstaan willen we graag vasthouden, met op korte termijn een vervolg door concrete invulling van het verandertraject rond de regionale samenwerking in RROverband. De 15 aanwezige bestuurders hebben met elkaar in een dynamisch gesprek essentiële punten voor verandering, verbetering en vernieuwing naar voren gebracht. Dit verslag van het RRO+ omvat op hoofdlijnen wat ter sprake is gekomen; zonder dat deze besluitvorming vergen. Het verslag biedt informatie voor alle leden van het RRO en is bedoeld als bouwsteen of eerste stap om een gezamenlijk verandertraject in te gaan. Gedeputeerde De Boer geeft aan dat hij als vervolg op het RRO+ samen met vertegenwoordigers uit de regio(’s), vorm wil geven aan de start van het verandertraject. De resultaten van het RRO+ in Zuidoost en van de enquête over de evaluatie van het RRO leveren eerste bouwstenen. Daarnaast wordt de start van dit traject ingevuld op basis van een vergelijk van de resultaten in alle vier Brabantse regio’s cq RRO’s; zodat zowel provinciebrede als regiospecifieke veranderpunten in beeld komen. Het voornemen is uitgesproken om hier in ieder geval op terug te komen in het RRO-Zuidoost op 12 juni a.s., zodat gezamenlijk vertaling van in vervolgstappen kan plaats vinden. Het verslag Peter van Geffen (Stec Groep) opent als dagvoorzitter/begeleider deze bijeenkomst. Namens de provincie is iedereen vanmorgen meer dan van harte uitgenodigd mee te denken over het RRO; hoe kan het beter? Er wordt opgemerkt dat niet alle wethouders er zijn. De afwezigen zullen in ieder geval via het verslag, zich realiseren dat het leveren van bijdragen aan bijeenkomsten als deze van belang is voor succesvolle samenwerking aan ruimtelijke ontwikkelingen in de regio. De provincie benadrukt dat betrokkenheid van ieder gewenst en noodzakelijk is. Juist in verandertrajecten heeft gezamenlijke gedachtewisseling, het werken aan gemeenschappelijk gedeelde ambities en doelen belangrijke meerwaarde. Wethouder Jansen (gemeente Nuenen) heet de aanwezigen welkom op deze bijzondere locatie Heerlijckheid de Opwettense Watermolen, waarbij hij het verhaal over historie en nieuwe invulling vertelt. Ter inspiratie vertelt Peter van Geffen, aan de hand van zijn powerpoint-presentatie (bijlage bij dit verslag) welke kant ruimtelijke ordening opgaat komende tien-twintig jaar en wat dat betekent voor regio’s. Brabant gaat van een enorme groei- en de pure nieuwbouwplanologie naar een planologie waarbij bestaande gebieden steeds belangrijker worden en nieuwbouw kwalitatief zeer sterk moet zijn. De regio moet daarbij als ecosysteem worden beschouwd. Iedereen in de ruimtelijke ordening moet veranderen om ons aan te kunnen passen. Er is een overvloed aan plannen, met een flink aantal slechte. De regio moet steeds meer kiezen, kiezen voor de beste plannen en projecten. Kiezen voor bestaande gebieden. Daarbij zou de discussie over getallen (‘Excel-planologie’) moeten verminderen. En steeds meer moet worden samengewerkt over de gemeentegrenzen heen. De vraag is hoe daarin het RRO kan functioneren. Uit de enquête blijkt (in de eigen woorden van Peter van Geffen) in ieder geval dat (1) het RRO wordt gewaardeerd, (2) het wel strategischer kan en moet, (3) dat de cocreatie tussen provincie en gemeenten groter moet, (4) helder moet zijn hoe het RRO zich verhoudt tot het nieuwe SRE, andere gremia, de besluitvorming in de verschillende gemeenten, en (5) naast de discussie over rood de discussie over groen/blauw vaker in het RRO mag. Het gesprek wordt gevoerd in twee groepen, volgens de vissenkom-methode een binnen- en een buitenring, naar aanleiding van 4 ‘opdrachten’.
1. · · ·
De binnenring start met de opdracht: Welke strategische ruimtelijke onderwerpen dienen de komende jaren een plek te krijgen op de agenda van het RRO? De volgende groslijst wordt gemaakt: Afstemming taakstellingen, rollen provincie, SRE, gemeenten; transformatieproces van het SRE betrekken bij verandertraject RRO-Zuidoost. Hoe om te gaan met functieverandering in de stad (zoals lege kantoren) en in het buitengebied (vab’s)? Meer uitwisseling van kennis en ervaringen met nieuwe onderwerpen zoals bestaande gebieden en lege gebouwen; niet schromen hierbij andere partijen uit te nodigen.
· · · · · · · · · · ·
2.
1. 2.
3.
In relatie tot de Verordening ruimte: meer zoeken naar verhouding toepassen regels – verleidingsplanologie. Meer over doelen voor de regio Zuidoost als over middelen; om zo meer kansen te benutten en te komen tot realiseren gemeenschappelijke ambities - visie op ruimtelijk vlak en in kader van Brainportontwikkeling; betekenis i.k.v. invullen verleidingsplanologie. Klimaatadaptatie en concrete acties daarbij; b.v. in samenhang met betekenis van watersystemen in ruimtelijke ontwikkelingen. Het groenblauwe netwerk dat steeds belangrijker wordt in de relatie tot rode functies/de stad, in relatie tot leefmilieu meer op tactisch niveau (i.p.v. strategisch). Echt integrale afstemming en kiezen; echt afspraken maken over programmering. NIMBY. De problemen bij de grondbedrijven; hoe deze te tackelen en hoe kan de provincie helpen. Aanpak intensieve veehouderij en buitengebied. Echt doorbraken maken in kwaliteit, minder praten over kwantiteit. Woningprogrammering echt verbeteren en concurrentie tussen locaties verminderen. Bestuurskracht, verbetering bestuurcultuur en vergroten commitment aan elkaar. Het huidige ‘lichte’ afstemmen (wat niet veel voorstelt) verbeteren. De buitenring neemt het gesprek van de binnenring over. De opdracht is: Geef de top 3 aan voor het RRO in de komende jaren. De volgende drie onderwerpen uit de groslijst van de binnenring worden als top 3 geprioriteerd (in willekeurige volgorde): Veel meer kennisdelen, samen ervaring opdoen en samenwerken bij leegstand, herontwikkeling van gebieden, transformatie, functieverandering in stedelijk en landelijk gebied. Strategische discussies over visie o.b.v. gedeelde ambities en gemeenschappelijke doelen voor ruimtelijke ontwikkeling Zuidoost (verleidingsplanologie) d.w.z.: kiezen, relatie leggen met Brainport geheel, klimaatadaptie, wisselwerking rood met groen/blauw. Hier ruim de tijd voor nemen; waarbij andere schaalniveaus dan regionale verband meer toepasselijk, onderscheidend. Doorbraken in kwaliteitsdenken met o.m. verbinden aan programmering, waardoor meer kansen te benutten; echt kiezen ( zoals bij programmering nieuwbouw). Daarbij waar nodig regionaal denken en waar mogelijk subregionaal en bovenlokaal doen; in plaats van alleen individueel als gemeente. Elkaar hier op aanspreken, zodat ook het commitment van alle gemeenten groter.
·
Vervolgens start de binnenring met het gesprek over de volgende opdracht: Hoe kan binnen het RRO cocreatie op de top 3 plaatsvinden? De groslijst waarmee de binnenring komt is: De beslisbevoegdheden helderder maken. Welk overleg, schaalniveau / wie beslist waarover? Wat is de waarde van een RRO-besluit? Veel meer discussies voeren; geen dikke stapels stukken of alleen ‘aftik’- besluitvorming maar ook onderwerpen breed behandelen / strategisch verkennen en adviserend naar elkaar. Niet alles met 21 gemeenten doen, in subregio’s doen wat daar kan, in het juiste overleg het juiste onderwerp behandelen. Verhouding RRO, andere gremia, raad en B&W uitwerken en vastleggen; wie beslist, wie adviseert? Bestuurders moeten meer vanuit mandaat handelen, dit mandaat vooraf (informeel of formeel) verkrijgen in hun college en/of raad. Van afstemmen naar instemmen verder handen en voeten geven. Elkaar houden aan afspraken, scherp houden, verantwoordelijkheid nemen. Agenda RRO moet anders worden voorbereid qua focus op agendapunten, wel-niet besluiten / maken afspraken, ruimte inplannen voor meningsvorming en gesprek; ook doorvertaling resultaten RRO duidelijker, anders. Als regio voorop lopen met nieuwe dingen: Brainport = ‘slimste regio’! Bewustwording betekenis daarvan, kracht zetten op ruimtelijke ontwikkelingen i.p.v. ordening. Samen willen veranderen van het groeidenken naar het balansdenken.
4.
De buitenring neemt het stokje weer over met het gesprek over de laatste opdracht: Wie moet wat anders doen? Maak een hello en goodbye lijst.
3. · · · · · · ·
·
· · · · · · ·
-
-
Hello Heldere afspraken over de besluitvorming in het RRO in relatie tot besluitvorming in andere gremia, individuele gemeenten en subregio’s. Intervisie over succesvol veranderen. Samen doorzettingskracht ontwikkelen (in plaats van doorzettingsmacht). Kwaliteitsdenken op veel hoger plan krijgen. Een gezamenlijke visie ontwikkelen op de veranderingen in het ruimtelijke domein en wat dat voor de samenwerking in de regio (en situatie in Brainport) betekent. Goodbye denken in aantallen als op zichzelf staand doel. doorzettingsmacht vervangen door gezamenlijke doorzettingskracht. Concluderend Genoemd worden de belangrijkste gezamenlijk onderschreven aandachtspunten en nog onderbelichte punten, die we in ieder geval mee willen nemen bij vervolg van het RRO+: Elkaar wijzen op verantwoordelijkheden, elkaar betrekken bij het regionale overleg en de samenwerking aan ruimtelijke ontwikkelingen is van belang voor het succes ervan (om te beginnen bij de afwezigen van vandaag…). Discussies als vandaag voorzien in een behoefte; hoe diffuus of complex onderwerpen soms ook zijn, dergelijke gedachtewisseling draagt bij aan resultaten, succes van samenwerking. Alle schaalniveaus zijn aan de orde geweest; blijken alle van belang voor samenhang in regionale ruimtelijke ontwikkelingen; van regionaal-subregionaal-bovenlokaal tot lokaal. Een stap is gezet in bewustwording over meer integrale onderwerpen, ambities en afspraken gezamenlijk realiseren. Helder is dat we gezamenlijk de weg op willen van de ‘verleidingsplanologie’. Cruciaal en als terugkerend vraagstuk voor de komende tijd hierbij: hoe en wat zijn gevolgen voor RRO en daaromheen? De term Brainport is nauwelijks gevallen; dit vraagt wel aandacht om te bepalen wat wel, wat niet relevant is in RRO-verband. Minder scherp is geworden vandaag: (verwachtingen t.a.v.) rol van provincie in RRO; zoals inspirator in brainstormsetting, coördinatie van meningsvorming, zorgen voor ruimte in het regionale overlegcircuit voor gesprek, afgeven signalen uit de ‘buitenwereld’. De bestuurders geven aan een momentum te voelen om de samenwerking in Zuidoost-Brabant met elkaar en met provincie te verbeteren. Echter: hoe nu verder? Gedeputeerde De Boer signaleert dat het overleg in Zuidoost wordt getekend door regiospecifieke complexiteit en transformatieprocessen. Tegen deze achtergrond en aanhakend op de energie die vandaag is ontstaan, geeft hij aan om in klein comité, samen met enkele bestuurders vanuit de regio (‘s) als vertegenwoordiging cq ‘eigenaren’, het vervolg op het RRO+ en de start van het verandertraject te willen voorbereiden. Hiertoe is enerzijds maatwerk nodig per regio terwijl anderzijds voor een brede insteek de satéprikker zal worden gehaald door de resultaten van alle vier RRO+ bijeenkomsten in de regio’s. Vanuit de bijeenkomst komen enthousiaste geluiden, men juicht dit toe.
·
·
Afsluiting Peter van Geffen besluit met twee conclusies en persoonlijke observaties: Er is in de groep veel animo om echt te veranderen en naar een nieuwe werkwijze te komen in de ruimtelijke ordening. Dat is zeker lastig en zal met vallen en opstaan gaan. Daarbij is het zaak in het RRO hieraan veel aandacht te besteden door goede discussies te voeren over de belangrijkste thema’s, waaronder veel betere programmering van nieuwbouw (op kwaliteit). Ook moet er goed worden gepraat over beslissingen; wie neemt welke beslissing waar en hoe kan het commitment over RRO-beslissingen omhoog? Waarbij vandaag wordt onderschreven: wat goed is voor de regio is belangrijker dan wat goed is voor een individuele gemeente.