Advies Leren, Loopbaan & Burgerschap
De Expertgroep, sectie ROC
Over Leren, Loopbaan & Burgerschap bestaat veel onrust in de BVE-sector. Met deze notitie wil de expertgroep een positieve bijdrage aan de discussie bieden vanuit een onafhankelijk onderwijskundig standpunt. Er zal in de komende tijd nog veel geïnvesteerd moeten worden om met alle betrokkenen deze duurzame oplossing te bereiken. Op de eerste pagina’s treft u onze oplossingen en aanbevelingen aan, inhoudelijk en procesmatig. Aansluitend treft u de verantwoording aan als basis voor de aanbevelingen. Uitgangspunten bij het formuleren van deze oplossingen zijn de volgende: • We willen competente vakmensen in Nederland die als beginnend beroepsbeoefenaar na diplomering betekenisvol kunnen functioneren in het bedrijf en die zich daarin blijvend ontwikkelen. • We willen burgers in Nederland die zich kunnen handhaven in en een bijdrage kunnen leveren aan de complexe samenleving waar we in wonen, werken en leven. • Bij competentiegericht beroepsonderwijs gaat het erom dat deelnemers geïntegreerd kennis, vaardigheden en houding kunnen toepassen. Met nadrukkelijke aandacht voor persoonlijke ontwikkeling en een leven lang leren. Inhoudelijke oplossingen/aanbevelingen: 1. Maak een scheiding tussen de verschillende onderdelen van het huidige brondocument a) Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde met uitstroomeisen voor de verschillende mbo-niveaus b) Aparte eisen voor doorstroom naar hbo voor wat betreft Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde, gerelateerd aan sector/branche. (dit vraagt om een omschrijving van het HBO van de eisen per sector!) c) Leren, loopbaan en burgerschap zonder uitstroomeisen en puur gericht op ontwikkeling 2. Geef een andere benaming aan de kerntaken LLB en reduceer ze in aantal. a) De ontwikkelingsgebieden’ Leren’ (huidige kerntaak 1) en ‘Loopbaan’ (huidige kerntaak 2). Deze ontwikkelingsgebieden vinden plaats in de directe begeleiding van de deelnemer. Afspraken en activiteiten hierin kunnen vastgelegd worden in het persoonlijke dossier van de deelnemer. b) Het ontwikkelingsgebied Burgerschap (huidige kerntaak 3 t/m 7) Veel onderwerpen uit Burgerschap kunnen geïntegreerd worden in het beroepsgerichte deel. Het moet de instelling mogelijk blijven te kiezen voor een eigen aanpak daarin. Al of niet geïntegreerd. 3. Zorg voor duidelijker eisen voor Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde in het kwalificatiedossier, gerelateerd aan het beroep. Zorg ervoor dat de formulering correspondeert met de referentieniveaus geldend voor het brondocument. Het gaat hierbij om talig of rekenvaardig competent handelen. Veel is mogelijk indien dit geïntegreerd aangeboden worden via de beroepsmatige kerntaken. 4. Pas het toezicht van inspectie aan op de doelstellingen die behaald moeten worden a) Pas het huidig toetsingskader voor examinering toe op de kwalificatiedossiers en de gebieden Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde. b1 Pas het toezichtskader voor het onderwijs toe op de ontwikkelgerichte onderwerpen als Leren, Loopbaan en Burgerschap.
081113 advies LLB - de expertgroep sectie ROC.doc
1
b2 indien - vanwege het dilemma vrijblijvendheid versus verplichting - LLB toch onder het toezicht van examinering blijft, is een andere interpretatie van de standaarden 4 en 5 van het toezicht op examinering van LLB noodzakelijk; 5. Ga genuanceerd om met de drievoudige kwalificering, rekening houdend met de verschillende mbo-niveaus, sectoren en leerweg a) Zorg voor duidelijke instroomeisen van het HBO voor Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde per sector. b) Kijk op niveau 4 genuanceerd naar de eisen voor Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde, gerelateerd aan de sector. c) Zorg voor elk niveau, maar zeker voor niveau 1 en 2 dat de geëiste cognitieniveaus voor Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde realistisch en haalbaar zijn. 6. Vermeld op het diploma dat de deelnemer voldaan heeft aan de eisen voor de kerntaken van het kwalificatiedossier, de eisen voor Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde en aan Leren, Loopbaan en Burgerschap. a) Op de voorkant wordt vermeld dat de deelnemer geslaagd is voor de betreffende kwalificatie b) Op de achterkant of in een bijlage wordt vermeld wat de onderdelen zijn van de kwalificatie. • de behaalde kerntaken uit het kwalificatiedossier, • de behaalde niveaus voor Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde, (inclusief de evt. behaalde doorstroomeisen voor het HBO) • het onderwijsprogramma voor Leren, Loopbaan en Burgerschap. Alternatieve oplossingsrichtingen De volgende alternatieve oplossingsrichtingen zijn beschreven omdat onderwijsgevenden gebaat zijn bij veel duidelijkheid, weinig administratieve last en een helder en rechtvaardig toezicht. Ze gaan verder dan de hierboven beschreven oplossingen/aanbevelingen A. Zorg voor één geïntegreerd document per opleiding waarin alle kwalificatie-eisen voor het beroep opgenomen zijn. (zie hierboven 1, 2, 3 en 5) Het kwalificatiedossier bevat dan ook de eisen voor Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde, de eisen voor doorstroom naar het hbo en de ontwikkelingsgebieden voor Leren. Loopbaan en Burgerschap. B. Maak mogelijk dat de inspectie flexibel met het toezicht om kan gaan, gericht op de doelstellingen die behaald moeten worden (4) De inspectie zou zowel ‘het inzichtelijk maken van een proces’ kunnen beoordelen als ook ‘het toetsen of aan de eisen voldaan is’.
Voorgesteld traject om te komen tot een duurzame oplossing. Het mbo-veld bevindt zich nu nog in een experimenteerperiode. Het is uitermate belangrijk om met een gedegen, adequate en vooral duurzame oplossing te komen. Dat vraagt een zorgvuldige aanpak. Omdat nauwkeurig gekeken moet worden of de hier voorgestelde oplossingen ook daadwerkelijk beogen wat gewenst wordt en of ze te realiseren zijn, worden in chronologische volgorde de volgende procesmatige stappen voorgesteld. a) Ga in overleg met OCW om pas in het cursusjaar 2009-2010 definitief een beslissing te nemen over de status van het brondocument LLB en Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde
081113 advies LLB - de expertgroep sectie ROC.doc
2
b) Ga in overleg met inspectie om te garanderen dat tot 1 augustus 2010 in ieder geval de beoordeling van LLB en Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde niet meetelt voor de eindbeoordeling c) Ga vanaf heden in allerlei settings en in gezamenlijkheid van MBO Raad, AOC Raad en procesmanagement mbo 2010 de bovengenoemde oplossingen/aanbevelingen bespreken. Betrek daarbij alle relevante betrokkenen, zoals docenten, deelnemers, colo, regionale en georganiseerde beroepenveld, kamerleden, inspectie en OCW/LNV. d) Ga na welke stappen op korte termijn genomen dienen te worden en welke op langere termijn. e) Maak in het voorjaar van 2009 een aangepast voorstel op basis van de reacties, die dan voorgelegd wordt aan de beslissers van MBO Raad en AOC Raad. f) Leg aansluitend het advies voor aan OCW/LNV, waarna een definitief besluit genomen wordt.
081113 advies LLB - de expertgroep sectie ROC.doc
3
Verantwoording De expertgroep die deze notitie heeft geschreven bestaat uit personen, die een bijdrage willen leveren aan de ontwikkeling van de mbo-sector. Zij doen dit vanuit een jarenlange onderwijsachtergrond en vanuit verschillende invalshoeken. De groep is zich ervan bewust dat er nog veel te verbeteren is, maar realiseert zich ook terdege dat (voorgenomen) oplossingen niet altijd leiden tot datgene wat beoogd wordt. Soms kunnen besluiten die op politiek en/of mbo-breed niveau genomen worden tot tegengesteld resultaat leiden, soms is er sprake van het creëren van een schijnzekerheid en andere keren is een besluit niet of nauwelijks realiseerbaar. Deze notitie pretendeert niet wetenschappelijk verantwoord te zijn. Het is ook niet geschreven vanuit politiek of strategisch gezichtspunt. De gekozen oplossingen zijn vooral vanuit onderwijskundig oogpunt beschreven en gericht om het uiteindelijk beoogde doel - een goed op de arbeidsmarkt en samenleving voorbereide mbo-deelnemer met diploma af te leveren - ook daadwerkelijk te kunnen behalen. In augustus 2010 zal de nieuwe wetgeving met betrekking tot competentiegericht onderwijs in werking treden. Tot die tijd is de experimentele fase ervoor om ervaring op te doen, om knelpunten te signaleren en op te lossen en om te komen tot een wet- en regelgeving die adequaat is en langere tijd mee kan gaan.
Geconstateerde bevindingen en/of knelpunten Hieronder worden de volgende geconstateerde bevindingen en knelpunten, die grotendeels de in uw brief genoemde probleemgebieden overlappen, beschreven: • Het eeuwige dilemma van de vrijblijvendheid versus de verplichting om de algemene vorming en de persoonlijke ontplooiing van de deelnemers (art 1.2.1 van de WEB) te verankeren in het onderwijs heeft OCW opgelost door de verplichting om Leren, Loopbaan en Burgerschap te examineren. • De opbouw van het brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap is lastig. o Het gaat over leren, loopbaan en burgerschap, maar ook over Nederlands (en vanaf 2009 of 2010 ook over moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde); o Leren, Loopbaan en Burgerschap zijn geformuleerd in kerntaken en werkprocessen. Kerntaken en werkprocessen betreffen de beroepsuitoefening; o Er is sprake van 7 kerntaken Leren, Loopbaan en Burgerschap tegenover gemiddeld 2 tot 4 beroepsmatige kerntaken. o ‘Leren’ wordt als competentie ook gehanteerd in de beroepsgerichte kwalificatiedossiers. o Er is een overlap van eisen gesteld in het brondocument met de eisen in het kwalificatiedossier • De kerntaken Leren, Loopbaan en Burgerschap zijn ontwikkelingsgericht, maar dienen wel te worden geëxamineerd. De inspectie houdt toezicht op de examinering. Dit zal bij vasthouden aan de huidige interpretaties van de standaarden 4 en 5 van het toetsingskader leiden tot afkeurende verklaringen. • Het hernieuwd formuleren van uitstroomeisen op het gebied van Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen levert spanning op. o Met de eis van drempelloze instroom op niveau 1 (en 2). o Met andere (zij-)instroom in het mbo vanuit het vo of vanuit het werkveld. o Met het gegeven dat het mbo geen compensatieregeling kent zoals in het vo, waarbij onvoldoendes op het gebied van talen en/of rekenen gecompenseerd kunnen worden. Bij het vasthouden van die uitstroomeisen leidt dit tot meer ongediplomeerde uitstroom. • Alle niveau 4 deelnemers dienen te voldoen aan dezelfde uitstroomeisen om doorstroom naar het HBO te kunnen garanderen. Terwijl bijv. techniekdeelnemers en welzijndeelnemers niet zomaar de andere HBO-richting kiezen.
081113 advies LLB - de expertgroep sectie ROC.doc
4
Historie brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap Voor een beter begrip van de situatie wordt hieronder in het kort chronologisch een aantal relevante zaken beschreven. • Conform de WEB, art 1.2.1 is drievoudige kwalificering een verplichting voor de ROC’s: ‘Het beroepsonderwijs bevordert tevens de algemene vorming en de persoonlijke ontplooiing van de deelnemers en draagt bij tot het maatschappelijk functioneren.’ • In eindtermendocumenten is de uitwerking van dit onderdeel ondergebracht in een aparte deelkwalificatie ‘Maatschappelijke Culturele Kwalificatie’ of geïntegreerd met andere deelkwalificaties • Vanaf de proeftuinregeling in 2004 is er een brondocument Leren en Burgerschap gekomen dat via schering en inslag opgenomen diende te worden in het beroepsdeel van het kwalificatiedossier • In 2006-2007 heeft de stuurgroep CBO aan OCW geadviseerd om LLB-doelen geen onderdeel te laten zijn van examinering. • Vanaf april 2007 is een aangepast brondocument LLB van toepassing voor de kwalificatiedossiers met het vernieuwde format. OCW heeft verplicht gesteld dat het gehele brondocument onderdeel is van het beoordelingskader. Als zodanig is het onderwerp van het toezicht op examinering (KCE en later Inspectie). Het brondocument bestaat uit de volgende onderdelen: o 7 kerntaken met werkprocessen voor Leren, Loopbaan en Burgerschap. Daarbij gaat het om persoonlijke ontwikkeling van de deelnemer op deze terreinen. Bij de examinering gaat het er vervolgens om dat deelnemers deze persoonlijke ontwikkeling zichtbaar kunnen maken. o Kwalificatie-eisen voor Nederlands. Deze eisen zijn zowel vanuit het beroep als vanuit het perspectief van LLB geformuleerd. Voor zover van toepassing geldt dat het hoogste niveau het uiteindelijke te behalen beheersingsniveau bepaalt. De examinering is erop gericht te bepalen of de deelnemers daadwerkelijk het gestelde beheersingsniveau hebben behaald. o De referentieniveaus zijn beschreven in het Raamwerk Nederlands. • Voor moderne vreemde talen en voor rekenen/wiskunde zijn al wel referentieniveaus beschreven. OCW heeft nog niet verplicht dat deze niveau-eisen voor wat betreft het brondocument LLB behaald dienen te worden. Wel tellen de niveau-eisen zoals gesteld in het kwalificatiedossier. • Vanaf het verplicht stellen van het Brondocument LLB in april 2007 heeft de inspectie in haar toezicht op examinering de onderdelen van het brondocument tot op heden niet meegewogen in haar beoordeling van examinering. Ervaringen, ontwikkelingen en knelpunten sinds verplichte invoering van het brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap vanaf april 2007. Vanaf het inwerkingtreden van het geldende brondocument LLB is er veel onrust in het mbo-veld. Die onrust wordt gedeeld in allerlei bijeenkomsten, zoals: • Clusterbijeenkomsten van experimentele opleidingen • Grote en kleine conferenties van BTG’s, MBO 2010, MBO Raad etc • Bijeenkomsten over het toezichtkader van inspectie op examinering • Georganiseerde bijeenkomsten over het toezicht op de 7 kerntaken van LLB met scholen, inspectie en OCW • Diverse gevraagde en ongevraagde adviezen en rapporten van verschillende gremia. • Veldraadplegingen van OCW over taal en rekenen. • Interne bijeenkomsten in onderwijsinstellingen Ter illustratie een bloemlezing van opmerkingen en vragen die in al die soorten van bijeenkomsten gemaakt zijn. Deze lijst is bijna oneindig uit te breiden. • ‘Competentiegericht beroepsonderwijs, dat impliceert toch integratie van kennis, vaardigheden en houding; waarom dan nog apart kennis toetsen?’ • ‘Natuurlijk is kennis nodig, maar in hoeverre en op welke wijze opgedaan? Bestaat er ontwikkeling zonder kennis?’
081113 advies LLB - de expertgroep sectie ROC.doc
5
•
•
• •
• • • •
• • •
•
Is het verplicht stellen van kennis over de 7 kerntaken van LLB een garantie dat de deelnemer ook daadwerkelijk een goede burger wordt? En wat is dan een goede burger? Er zijn voorbeelden genoeg van leerlingen van havo/vwo die ondanks de opgedane kennis niets te maken willen hebben met bijv. politiek. Hadden die leerlingen wel een diploma mogen krijgen?’ ‘Er is sprake van een scheiding tussen ontwikkelingsgericht en summatief boordelen. Heeft dat niet te maken met de opvatting dat we objectief meetbaar moeten kunnen beoordelen. Is een kwalitatieve beschrijving niet evenzeer beoordelen?’ ‘Het lijkt wel of het mbo de problemen van heel de samenleving moet oplossen’ ‘We hebben een grote diversiteit aan instromers, al of niet met diploma van het vmbo en al of niet met voldoende voorkennis op het gebied van taal en rekenen. Moeten wij nu al die deelnemers aan de gestelde eisen helpen?’ ‘Welke eisen mag je stellen aan een burger op niveau 1 t/m 4? Wanneer geef je iemand dan geen diploma? En hoe kun je dat juridisch waarmaken?’ ‘Het is in de praktijk erg onhandig dat er verschillende documenten zijn die met elkaar verweven moeten worden’ De tijdsinvestering voor LLB is niet bij elke opleiding hetzelfde. Voor techniekdeelnemers is bijv. vaak meer tijd nodig om het niveau te halen dan bij economie. Hoe regel ik dit?’ ‘De pedagogisch-didactische opdracht voor een school is duidelijk. Dat impliceert dat de school een inspanningsverplichting heeft om onderwijsactiviteiten aan te bieden die gedurende het hele opleidingstraject aan een deelnemer worden aangeboden.’ ‘Wat moet een niveau 1-leerling weten van staatsinrichting wat dan voorwaarde is om goed burger te zijn?’ ‘Kan een analfabeet een goed burger zijn?’ ‘Wat als Engels op niveau 2 voor een BBL-opleiding niet voldoende wordt afgesloten. Ontvangt de deelnemer dan geen diploma, terwijl hij een geweldige vakman is en de werkgever uitermate tevreden is?’ ‘Hoe zit het met oudere zij-instromers die jarenlang werkervaring hebben en op basis daarvan via een kwalitatief goede evc-procedure recht zouden hebben op een diploma op mbo-niveau 2 of 3, maar op basis van het onvoldoende aantonen van hun Engels of persoonlijke ontwikkeling op LLB dat diploma niet kunnen krijgen?’
Ook in de media, het beroepenveld en de politiek is veel aandacht voor dit onderwerp. Dat heeft er o.a. toe geleid dat er maatregelen getroffen zijn, zoals ze getroffen zijn. Geconstateerd mag worden dat de huidige situatie onduidelijk is. Het mbo-veld heeft behoefte aan duidelijkheid en rust. En ruimte en tijd om te zoeken naar werkwijzen die passen bij het gevraagde. Die zoektocht vraagt om een flexibele houding bij het toepassen van kaders die opgesteld zijn toen dit nog niet aan de orde was. Het is uitermate belangrijk dat de te kiezen oplossing daadwerkelijk gericht is op het behalen van de doelstelling en dat die oplossing ook werkbaar is. Experimenteren betekent ook dat toezichtkaders bekeken mogen worden op haalbaarheid en geschiktheid. Daarbij moet het onderwijsveld uiteraard wel bewijzen dat ze ook zonder vergaande maatregelen kwaliteit kan garanderen. In de afgelopen tijd zijn al diverse gevraagde en ongevraagde adviezen en rapporten verschenen waarin oplossingen aangedragen zijn. Het rapport van de commissie Meijerink over doorlopende leerlijn taal en rekenen; Het advies van MBO 2010 over de toekomst van Talen en rekenen/wiskunde in het mbo; de raamwerken met referentieniveaus van Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen/wiskunde. En vele andere. Het mbo-onderwijs Bij het realiseren van de door de overheid te kiezen oplossing betreffende het brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap is het noodzakelijk om te weten over welke vorm van onderwijs gesproken wordt. Het mbo-onderwijs is, zoals hieronder uitgebreid wordt beschreven, een geheel andere onderwijsvorm dan alle andere onderwijsvormen in Nederland. Puntsgewijs wordt hieronder een aantal specifieke kenmerken van het mbo-onderwijs beschreven. • Het mbo verzorgt beroepsonderwijs op middelbaar niveau voor ongeveer een half miljoen deelnemers
081113 advies LLB - de expertgroep sectie ROC.doc
6
• • • • • • •
•
Het mbo kent 4 kwalificatieniveaus, waarbij sprake is van drempelloze instroom op niveau 1 en waar geen niveau 1 geldt dit ook voor niveau 2 Deelnemers in het mbo combineren in meer of mindere mate werken en leren. Het mbo kent 2 leerwegen, die beide leiden tot hetzelfde diploma. De BOL-deelnemer is vrijwel altijd een leerling, de BBL-leerling vrijwel altijd een werknemer met een arbeidscontract. Achttien Kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven vormen de schakel tussen het bedrijfsleven en het beroepsonderwijs. Een kleine 200.000 bedrijven uit binnen- en buitenland zijn betrokken bij de opleiding van mbo-deelnemers Regionale inbreng van het beroepenveld speelt een belangrijke rol, waarbij door ontwikkelingen op de arbeidsmarkt (regionale) flexibiliteit van het mbo noodzakelijk is. Er zijn ca 70 ROC’s, AOC’s en Vakscholen die mbo-opleidingen aanbieden. Daarnaast zijn er nog particuliere onderwijsinstellingen die niet bekostigd worden door de overheid maar ook mbo-opleidingen aanbieden. Het mbo leidt op voor de arbeidsmarkt en, voor wat betreft niveau 4 deels ook voor het hbo.
Er is een grote heterogeniteit van doelgroepen, niveaus en arbeidssectoren, terwijl er aan de kant van de overheid een sterke behoefte is aan homogeniteit, standaardisering en centrale vereisten. Dit is geheel anders dan in andere onderwijsvormen in Nederland. De diversiteit op alle aspecten en ook het terugdringen van uitval vraagt om onderwijs op maat op verschillende terreinen: de keuze van een leerweg (BOL of BBL); instroom in de niveaus (1 t/m 4); flexibiliteit in inrichting van de opleiding; maatwerk in de relatie met het (regionale) bedrijfsleven. Indien gekeken wordt naar de eis van drievoudige kwalificering, de gestelde eisen in het kwalificatiedossier en in het brondocument LLB in relatie tot de hierboven genoemde specifieke kenmerken van het MBO vraagt dit nogal wat van de instellingen en de medewerkers die het onderwijs vorm moeten geven. Om te kunnen voldoen aan al deze vereisten en aan de wijze waarop verantwoording afgelegd moet worden. Oplossingen/aanbevelingen Op de eerste 2 bladzijden zijn oplossingen beschreven die mogelijk een uitweg kunnen bieden aan de ontstane situatie en die rust en duidelijkheid voor het hele mbo-veld – in ieder geval voor deze onderwerpen - kunnen geven. Met deze notitie hoopt de expertgroep een positieve bijdrage te hebben leveren aan de structurele oplossing van de beschreven problemen, knelpunten en uitdagingen.
Namens de sectie ROC van De Expertgroep,
John Schobben Voorzitter
Hans van Honk Secretaris
081113 advies LLB - de expertgroep sectie ROC.doc
Jos van Odijk dossier LL&B
7