VOORLOPIGE AANBEVELINGEN
Samenvatting van de discussielijst « ante20benelux » Deze stellingen zijn afkomstig van Christian Dave, Anne Franklin, Jacques Stein, Annick Pironnet, Michel Grévis, Weidert-Paulus en Thierry Brieven, Elaine Ost en Wilfried Deelen.
PRE-RECOMMANDATIONS Synthèse de la liste de discussion « ante20benelux » Il s’agit des propositions de Christian Dave, Anne Franklin, Jacques Stein, Annick Pironnet, Michel Grévis, Weidert-Paulus, Thierry Brieven, Elaine Ost et Wilfried Deelen.
Deze « voorlopige aanbevelingen », in 3 rubrieken verdeelden, worden gedurende de 3 dagen van de Werkconferentie te Mirwart onderworpen aan de analyse door de deelnemers, in de zin van nuttig/nutteloos voor de bedoelde sector en van eenvoudig/moeilijk om toe te passen. Ces « pré-recommandations », classées en 3 rubriques, sont soumises pendant les 3 jours de la Conférence de Travail à Mirwart, à l’analyse des participants, en terme d’utilité/inutilité pour le secteur de la formation en question et de facilité/difficulté de mise en œuvre.
Ze zullen op die manier stap voor stap evolueren naar aanbevelingen. Elles évoluent ainsi progressivement en recommandations. Zowel in de zin van aanbevelingen tot actualisering van de door de sector toegepaste praktijken als van vragen gericht tot de betrokken (politieke en andere) structuren. Autant de conseils d’actualisation des pratiques pour le secteur lui-même et de revendications adressées aux structures (politiques ou autres) concernées.
De verschillende opleidingscentra of de natuurgids (e.d.) zelf En ce qui concerne chaque institution de formation et le Guide-Nature (ou apparenté) lui-même
1. De opleidingen moeten het accent leggen op de systeembenadering, wat betreft de biotopen, de thema’s en competenties, de doelgroepen en belangen waar het allemaal om gaat. Het grote geheel en het ruimere verband! Les formations doivent insister sur la systémique, des biotopes étudiés, des matières et compétences mises en oeuvre, des publics et intérêts rencontrés. Transversalité et cohérences !
2. Het mooie aan de opleiding tot natuurgids (e.d.) is dat je je meer in staat voelt om je leefomgeving te begrijpen. Alleen dat al is de moeite waard. Het gidsen zou geen verplicht onderdeel moeten zijn. Un des grands plaisirs de la formation Guide-Nature, c'est de se sentir plus apte à comprendre son environnement. C’est déjà bien ainsi. Elles ne devraient pas obliger l’apprentissage de la guidance.
3. De natuurgidsen (e.d.) in opleiding moeten worden gestimuleerd om de deelnemers aan hun excursies voor te stellen om heen en weer te rollen op de grond, zodat ze echt in contact komen met de natuur. Les formations doivent encourager le Guide-Nature (ou apparenté) à ce qu’il propose aux participants à ses balades de se rouler par terre afin de prendre vraiment contact avec la nature.
4. Bij de opleidingen tot natuurgids (e.d.) moet er meer aan bod komen dan puur en alleen de natuur met alle planten en dieren. Er moet ook worden gekeken naar de plaats van de mens in de biodiversiteit, naar de mogelijkheden waarover hij beschikt om als intelligent wezen een bijdrage te leveren aan een harmonieuze coëvolutie van alle levende wezens. Les formations Guide-Nature (et apparenté) ne peuvent pas se contenter de jouer seulement sur la fibre naturaliste et globalement taxonomique. Elles doivent former des guides capables de considérer la place qu'occupe l'homme dans la biodiversité et la manière dont il peut mettre son intelligence au service d'une co-évolution harmonieuse de toutes les espèces, notamment en lui explicitant toutes les actions individuelles qu'il peut entreprendre dans ce but.
5. Een opleiding heeft pas zin na een analyse van de context (behoeften, doelgroepen, verdere ontwikkelingen, financiële aspecten, algemeen of bijzonder belang voor de maatschappij, de regio, mogelijk ontstaan van een nieuwe markt). On ne peut pas proposer de formation vraiment pertinente, sans avoir analysé le contexte (besoins, groupes ciblés, potentialités, aspects financiers, intérêt général ou particulier pour la société, la région, possibilité d’ouverture d’un marché…).
6. Opleidingen kunnen alleen maar oplossingen aanreiken als de (basis)kennisoverdracht wordt aangevuld met interactieve methodes die tot nadenken aanzetten. Pour qu’une formation entraîne à la résolution de problèmes, elle doit viser à la fois le transfert de connaissances (de bases) mais également la réflexion par des méthodes plus interactives.
7. Om werk te maken van natuurbehoud en duurzame ontwikkeling zijn er andere soorten opleidingen/conferenties/excursies nodig. Pour s’inscrire dans la voie de la protection de la Nature et du Développement Durable, il faut d'autres types de formations/conférences/sorties.
8. De deelnemers moeten goed worden geïnformeerd over de beoogde doelstellingen, zodat hun duidelijk wordt of de opleidingen al dan niet volledig aansluiten bij hun initiële motivaties: ervan kunnen leven, de eindjes aan elkaar knopen, kaart leren lezen, een route uitstippelen, zelfstandig wandelen, een passie overdragen, contact leggen met mensen en/of de natuur in een tijd waarin het eigenbelang steeds meer hoogtij viert. Les formations doivent bien informer les candidats des objectifs poursuivis afin qu’ils sachent s’ils vont y trouver, entièrement ou partiellement, réponse à leurs motivations premières : en vivre, arrondir les fins de mois, apprendre à lire une carte, planifier un itinéraire, marcher de manière autonome, communiquer une passion, créer des contacts avec des personnes et/ou avec la nature à une époque ou l’on devient de plus en plus replié sur soi-même.
9. De opleidingen moeten de deelnemers de mogelijkheid bieden om hun oorspronkelijke motivaties gaandeweg aan te vullen met nieuwe doelstellingen. Les formations doivent offrir aux candidats l’occasion de se définir en cours de route, d’autres objectifs que ceux relatifs à leurs motivations de départ.
10. De opleidingscentra moeten aan het eind van elke opleiding nagaan of er lessen moeten worden toegevoegd of juist geschrapt (technologische ontwikkelingen, nieuwe wetten, beperkingen,…) en of de benadering van sommige onderwerpen niet aan verbetering toe is. Les organismes formateurs doivent se remettre en question à chaque fin de formation pour voir si de nouveaux cours ne doivent pas êtres intégrés ou retirés (évolution technologiques, nouvelles lois, restrictions …) et si les méthodes d’approche de certaines matières ne sont pas à améliorer.
11. De opleidingscentra moeten bijscholing aanbieden voor ouddeelnemers om ze te informeren over nieuwe thema’s. Les organismes formateurs doivent offrir aux anciens candidats, la possibilité de cours de remise à niveau ou d’information sur les nouvelles matières.
12. Een natuurgids (e.d.) hoeft niet per se te gaan gidsen. Het is in de eerste plaats iemand die zich beter moet kunnen inzetten in zijn directe leefomgeving (tuin, wijk, school, onderneming,…). Etre Guide-Nature (ou apparenté) ce n’est pas nécessairement devoir guider. C’est essentiellement pouvoir mieux agir dans un environnement immédiat et s'impliquer localement (jardin, quartier, école, entreprise…).
13. Veel natuurgidsen (e.d.) hebben nooit de bedoeling gehad om echt te gaan gidsen voor welke groep ook, omdat ze dat niet durven of de opleiding alleen hebben gevolgd om wat meer over de natuur te weten te komen. Nombreux sont les Guides-Nature (ou apparentés) qui n'ont jamais eu l'intention de guider quelque groupe que ce soit. Ils sont timides ou ne cherchent qu’une édification personnelle liée au seul désir d’en savoir un peu plus sur la nature.
14. Een natuurgids (e.d.) moet in staat zijn om zelf problemen op te lossen of ze te identificeren en ze aan de juiste persoon of instantie te melden. Un Guide-Nature (ou apparenté) devrait pouvoir résoudre des problèmes, pouvoir les identifier et les porter à la connaissance des interlocuteurs adéquats.
15. Natuurgidsen (e.d.) moeten zich echt inzetten voor de bescherming en de valorisatie van het natuurlijke erfgoed in hun eigen regio. De opleiding mag niet worden misbruikt om tegemoet te komen aan een egoïstische drang naar kennis en zou zich niet mogen beperken tot gidsen alleen. De biodiversiteit heeft ons nodig! Les Guides-Nature (ou apparentés) doivent s’investir, participer activement à la protection, la mise en valeur du patrimoine naturel de leur région. Leur formation ne peut pas être une réponse au seul besoin égoïste de "savoir" ou se limiter à une obligation de guider. La biodiversité a besoin que l'on agisse !
16. Kennisoverdracht is alleszins onmisbaar om respect en verwondering voor de natuur te kunnen bijbrengen. Hoe kun je van iets houden als je er niets over weet? Le transfert de connaissances est certainement indispensable pour apporter le respect et l’émerveillement pour la nature. Comment peut-on aimer quelque chose si on n’en connaît rien ?
17. Natuurgidsen (e.d.) moeten vraaggerichter optreden en inspelen op de toenemende behoefte aan natuurervaringen en -belevingen. Kortom, wat voor natuurgids willen de deelnemers? Le Guide-Nature (ou apparenté) doit intervenir en ciblant mieux la demande des participants, réagir au besoin croissant d'expériences en matière de nature et privilégier le contact direct et sensible avec la nature. En bref, quel genre de « guide » les participants ont-ils besoin ?
18. Als we weten in welke (professionele) contexten natuurgidsen (e.d.) allemaal werken, kunnen de nodige competentieprofielen worden opgesteld. Quand on saura quels sont tous les contextes (professionnels) dans lesquels travaillent les Guides-Nature (ou apparentés), il sera possible de rédiger les profils de compétences nécessaires.
19. Meer aandacht voor interactieve werkvormen, verwachtingspatronen van de deelnemers en klantgerichte communicatie kan natuurgidsen (e.d.) aansluiting bieden op het bedrijfsleven, het toerisme en de recreatiesector. Davantage d’attention pour les méthodes de travail interactives, sur les attentes des participants et sur une communication orientée sur les clients, peut permettre aux Guides-Nature (et apparentés) de s’associer à la vie économique, au tourisme et au secteur des loisirs.
20. Een natuurgids (e.d.) is een intermediair tussen het publiek en de natuur en moet over uiteenlopende competenties beschikken gericht op informeren en laten beleven. Un Guide-Nature (ou apparenté) est un intermédiaire entre le public et la nature et doit disposer de compétences variées visant à informer et à faire faire l’expérience.
21. Een natuurgids (e.d.) moet hoe dan ook actief zijn anders is het zonde van de tijd, de energie en het geld die in de opleiding gestopt zijn; als alleen de gids gewonnen moet worden voor meer natuur en een beter milieu zijn daar andere mogelijkheden voor. Un Guide-Nature (ou apparenté) doit quoi qu’il arrive être actif sinon c’est une perte de temps, d’énergie et d’argent consacrés à la formation ; si seul le guide doit être gagné à davantage de nature et un environnement meilleur, on peut le faire autrement que par de telles formations.
De betrekkingen tussen de opleidingscentra of tussen de natuurgidsen (e.d.) En ce qui concerne les relations entre les institutions de formation ou entre les Guides-Nature (et apparentés)
22. Vóór een breed aanbod van opleidingen tot natuurgids (e.d.) in de Benelux (doelen, stijlen, methodes, lessen, materiaal, praktijk), maar dan wel op een gemeenschappelijke basis. Oui à une diversité des formations Guide-Nature (et apparenté) dans le Benelux (finalités, styles, approches, cursus, matériel, terrain…) si seulement elles possèdent un socle de base commun.
23. De opleidingscentra moeten voor elkaar openstaan en de dialoog met elkaar aangaan om van elkaars verschillen te kunnen leren. Oui à l’exercice de la tolérance, vers un dialogue entre les structures de formation dans le sens d’un enrichissement au travers des diversités.
24. Gidsen die in de ene regio zijn opgeleid zouden hun werk ook in andere regio’s moeten mogen doen (Dat de gidsen uit het Brussels Gewest door het huidige systeem in Wallonië geen erkenning kunnen krijgen is vrij frustrerend en ontmoedigend). Oui, les guides formés dans une région donnée doivent pouvoir guider officiellement sur le territoire d'une autre région (Le système actuel qui empêche aux guides habitant en région bruxelloise d'être reconnus au niveau wallon est assez frustrant et décourageant).
25. In elke toekomstige “gids” sluimert een "deskundige" die dankzij de opleiding ontwaakt... Reden te meer om de gidsen van elkaar te laten leren. En chaque futur "guide" sommeille un "spécialiste" que la formation révèle à lui-même...d'où la nécessité d'organiser des complémentarités entre les guides.
26. Om tot een uitwisseling te komen tussen natuurgidsen (e.d.) afkomstig uit verschillende regio’s en landen die op eenzelfde plaats actief zijn, zou kunnen worden gedacht aan een forum op internet, bijvoorbeeld. Pour que les Guides-Nature (ou apparenté) de diverses régions et pays, partagent leurs compétences sur un même territoire d'activités, instaurons des plate-forme d'échanges, comme par exemple sur Internet.
27. Voor meer contacten en uitwisselingen tussen gidsen uit verschillende regio’s is er een organisatie nodig die op een heldere manier voorlichting (met begrijpelijke, makkelijk te vinden teksten) kan bieden over de wetgeving m.b.t. bijvoorbeeld de toegang tot bossen in de verschillende landen en regio’s en over de competenties die de verschillende opleidingen ontwikkelen. Daarnaast zou de organisatie als kader kunnen dienen voor samenwerking en overleg. Pour favoriser passerelles et échanges entre guides de régions différentes, il est nécessaire de posséder un organisme qui permet à tous de prendre connaissance de façon claire (avec des textes vulgarisés, aisément disponibles) des législations dans les différents pays et régions (par exemple sur la circulation en forêt), des compétences auxquelles mènent chaque formation… Et puis de pouvoir parler, échanger des idées.
Erkenning En ce qui concerne la reconnaissance extérieure
28. De erkenning van de natuurgidsen (e.d.) en de opleidingscentra moet van onderaf worden geregeld door eerst lokaal het algemeen belang te dienen en op grond daarvan vervolgens op korte of lange termijn erkenning te verwerven vanuit de overheid. Les reconnaissances des Guides-Nature (ou apparentés) et des structures de formation doivent se faire par la base. On crée d’abord une utilité publique locale qui peut-être reconnue ensuite par le politique ponctuellement ou à plus long terme.
29. Je hoeft geen groepen te gidsen om jezelf natuurgids (e.d.) te mogen noemen. Het volstaat om de lessen te hebben bijgewoond en de examens met goed gevolg te hebben afgelegd. Wat er daarna met het diploma wordt gedaan... gaat niemand iets aan, tenzij er misbruik van wordt gemaakt en de goede naam van alle andere natuurgidsen in het gedrang dreigt te komen. Il n’est pas nécessaire de guider un groupe pour avoir le titre de Guide-Nature (ou apparenté). Il suffit d’avoir suivi les cours et d’avoir réussi les examens. Ce que les gens en font après… ne nous regarde pas pour peu qu’il n’utilise pas le titre obtenu à mauvais escient au risque d’entacher la réputation de toutes les personnes formées.
