Van Mourik Broekmanweg 6 Postbus 49 2600 AA Delft
TNO-rapport 2007-D-R0073/A
www.tno.nl T 015 269 68 29 F 015 262 43 41
We@Sea Site-Atlas
Datum
30 januari 2007
Auteur(s)
Th.A.M. Reijs G.M. Bouma J.T. van der Wal V.G. Blankendaal
Opdrachtgever
We@Sea
Projectnummer
016.54109
Notitienummer
2007-I&R-N009-RSTA-PEM-54109
ISBN nummer
978-90-5986-232-6
Aantal pagina's Aantal bijlagen
73 (incl. bijlagen) 6
Alle rechten voorbehouden. Niets uit dit rapport mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TNO. Indien dit rapport in opdracht werd uitgebracht, wordt voor de rechten en verplichtingen van opdrachtgever en opdrachtnemer verwezen naar de Algemene Voorwaarden voor onderzoeksopdrachten aan TNO, dan wel de betreffende terzake tussen de partijen gesloten overeenkomst. Het ter inzage geven van het TNO-rapport aan direct belanghebbenden is toegestaan.
© 2007 TNO
TNO-rapport | 2007-D-R0073/A
3 / 73
We@Sea Site-Atlas
Samenvatting Het project We@Sea Site-Atlas is uitgevoerd in het kader van het We@Sea programma, onderzoekslijn 2 “Ruimtelijke planning en milieukundige aspecten”. Centraal in het project staat de vraag welke informatie nodig is om op zee economisch, veilig, en met de minste gevolgen voor de natuur, windturbines te bouwen en te exploiteren. Deze centrale vraag is uitgewerkt langs drie lijnen. Op de eerste plaats is de behoefte bij betrokken partijen in kaart gebracht (subproject 1 – Vraagarticulatie Site-Atlas). Tevens is een inventarisatie gemaakt van al aanwezige bronnen en gegevens (subproject 2 – Inventarisatie aanbod). Daarnaast is gekeken naar de wijze van presentatie en vormgeving. Op welke wijze kan een Site-Atlas ingericht worden (subproject 3 – Ontwikkeling basisstructuur Site-Atlas). De vraagarticulatie heeft in beeld gebracht aan welke gegevens behoefte is en wie daar behoefte aan heeft. Door middel van interviews en workshops zijn verschillende partijen betrokken en hebben hun input gegeven. Dit heeft geleid tot een overzicht van vanbelang-zijnde elementen, die in te delen zijn naar negen categorieën: 1. algemeen (beleid, beheer en bescherming); 2. bodem en water; 3. natuur en milieu (ecologische processen, soorten, habitats, ecotypen); 4. menselijk gebruik (visserij, recreatie, transport, energie en delfstoffen, defensie, luchtvaart, bedrijvigheid); 5. kustveiligheid; 6. energieopbrengst (techniekontwikkeling offshore windmolens, kosten en baten van energieopwekking windmolens); 7. percepties, betrokkenheid, cultuurhistorie, landschap; 8. ontwerp. Bij de inventarisatie van het aanbod aan informatie is onderzocht welke informatie bekend bij partners van We@Sea, bij partijen in Nederland en buiten Nederland. Dit heeft geleid tot een overzicht van gegevens en datasets naar onderwerp. De vraag en het aanbod zijn vervolgens gekoppeld om te kijken in welke mate vraag en aanbod op elkaar aansluiten en waar mogelijk ‘hiaten’ zitten in de informatievoorziening. De gedachte was om een Site-Atlas te maken waarbij alle informatie overzichtelijk beschikbaar is c.q. komt. De wijze van inrichten van de Site-Atlas kan op verschillende manieren. In dit project is onderscheid gemaakt naar 4 opties: • website met verwijzingen naar instanties die beschikken over data en (wetenschappelijke) literatuur; • We@Sea vervult intermediaire rol (gegevenssets en modellen); • Gisfunctionaliteit aan de data en modellen: - gegevens m.b.v. kaartmateriaal tonen; - informatie voor specifiek gebied opvragen; • modellen online mede gebaseerd op Gis-data. Op basis van de gesprekken met betrokken partijen is gebleken dat voornamelijk de eerste variant (website met verwijzingen naar instanties) de voorkeur heeft. Een aan te bevelen variant hierop zou kunnen zijn niet te verwijzen naar de websites van de instan-
4 / 73
TNO-rapport | 2007-D-R0073/A We@Sea Site-Atlas
ties, die beschikken over informatie, maar deze instanties de mogelijkheid te geven de site van WE@SEA zelf in te vullen met de beschikbare informatie. Voor het programmabureau van WE@SEA dient in dat geval wel duidelijk te zijn dat de beschikbare data voldoen aan de eisen van nauwkeurigheid en betrouwbaarheid. Tevens dienen de data up-to-date te blijven enz. In principe is het geen taak voor het Programmabureau We@Sea om data te inventariseren. Maar er ligt wel een taak om een systeem te ontwikkelen of een geschikte methodiek te benoemen waarmee het programmabureau onderzoek kan sturen door vooral accent te leggen op die aspecten waar voor de besluitvorming over windmolens op zee het grootste knelpunt ligt. Dit houdt in dat bijvoorbeeld het programmabureau aan kan geven welke informatie op welk terrein nader bestudeerd dient te worden omdat daar grote lacunes bestaan gezien het doel waarvoor het bureau is opgericht.
TNO-rapport | 2007-D-R0073/A
5 / 73
We@Sea Site-Atlas
Inhoudsopgave Samenvatting.................................................................................................................. 3 1 1.1 1.2 1.3
Inleiding .......................................................................................................................... 1 Achtergrond en opzet project........................................................................................... 1 Werkwijze project............................................................................................................ 2 Leeswijzer........................................................................................................................ 3
2 2.1 2.2 2.3
VRAAGARTICULATIE SITE-ATLAS ...................................................................... 5 Inleiding........................................................................................................................... 5 Aanpak vraagarticulatie ................................................................................................... 5 Uitwerking vraagarticulatie ............................................................................................. 6
3 3.1 3.2 3.3
AANBODZIJDE SITE-ATLAS.................................................................................... 7 Inleiding........................................................................................................................... 7 Aanpak............................................................................................................................. 7 Inventarisatie aanbodzijde ............................................................................................... 8
4 4.1 4.2
KOPPELING VRAAG EN AANBOD ....................................................................... 20 Inleiding......................................................................................................................... 20 Koppeling vraagkant aan aanbodkant en vertaling naar basisstructuur ......................... 20
5 5.1 5.2 5.3
BASISSTRUCTUUR SITE-ATLAS .......................................................................... 37 Inleiding......................................................................................................................... 37 Site-Atlas, – Website met verwijzingen......................................................................... 37 Site-Atlas, Fase 2 – Voortgaande ontwikkeling............................................................. 39
6
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN................................................................... 43
6 / 73
TNO-rapport | 2007-D-R0073/A We@Sea Site-Atlas
1
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
1
Inleiding
1.1
Achtergrond en opzet project In het kader van onderzoekslijn 2: “Ruimtelijke planning en milieukundige aspecten” van het We@Sea programma zijn door diverse partijen onderzoeksvoorstellen ingediend. Cruciale vraag binnen deze lijn is: welke informatie is nodig om op zee economisch, veilig, en met de minst negatieve gevolgen voor de natuur, windturbines te bouwen en te exploiteren? Het project ‘Site-Atlas (fase 1)’ is opgebouwd uit drie subprojecten: 1) De vraagarticulatie: Wat is het doel van de Site-Atlas? Welke vragen moeten worden beantwoord? Voor wie? Welke marktpartijen hebben geld over voor informatie uit de Site-Atlas? 2) Aanbod: inventarisatie van de al aanwezige gegevens/databases/output uit beschikbare modellen binnen het We@Sea consortium en daarbuiten. Programma van eisen ten aanzien van de basisstructuur (dataopslag, dataverrijking en dataontsluiting) van de Site-Atlas. Deze subprojecten vormen samen fase 1 van het project Site-Altas. Na fase 1 volgt een besluit (go/no go) over de verdere voortgang met het project Site-Atlas: het verzamelen van data en het maken van de database en de interface richting gebruikers (fase 2). Opzet project Subproject 1 Vraagarticulatie Site-Atlas
Subproject 2 Inventarisatie al aanwezige databases/modules (aanbodzijde)
Subproject 3 – Ontwikkeling basisstructuur Site-Atlas Potentiële uitwerking in projectfase 2 Ontwikkeling specifieke (data)modules zoals “SiteAtlasapplicatie”
Tijdspad De 3 subprojecten worden zowel parallel aan elkaar als ook gedeeltelijk volgtijdelijk uitgewerkt. Er zijn terugkoppelmomenten waarbij kennis wordt uitgewisseld. Deze kennis vormt input voor de verdere uitwerking van de subprojecten. Volgend schema geeft dit weer:
2
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Projectfase 1 Verkenningsfase
Projectfase 2 Ontwikkelingsfase
Subproject 1 Vraagarticulatie Site-atlas Subonderzoek 2 Inventarisatie reeds aanwezige databases/modules
Subonderzoek 3 Ontwikkeling basisstructuur Site-atlas
Vervolg fase 2 Ontwikkeling specifieke (data)modules = terugkoppelmoment tussen subonderzoeken
1.2
Werkwijze project
1.2.1
Vraagarticulatie Voor de vraagarticulatie zijn interviews en een workshop gehouden met direct betrokkenen. Uit de interviews is een beeld verkregen van de bij het project te betrekken partijen. In de workshop zijn deze uitgenodigd om mee te denken aan het project SiteAtlas.
1.2.2
Aanbodzijde Voor de aanbodzijde is een inventarisatie uitgevoerd. Met behulp van internet, de informatie vanuit de interviews aan de vraagzijde en gesprekken met informatiehouders is een indruk verkregen van de informatie die (verspreid) aanwezig is in Nederland.
1.2.3
Koppeling vraagzijde en aanbodzijde Op basis van de informatie uit de vraagarticulatie en de aanbodzijde is een overzicht gemaakt. Dit geeft een inzicht in een ‘inhoudsopgave’ voor de Site-Atlas. Er is tevens zichtbaar gemaakt over welke vragen (nog) geen informatie beschikbaar is en aan welke informatie geen behoefte lijkt te bestaan aangezien hier geen vragen over geformuleerd zijn. In een workshop is vervolgens het overzicht teruggekoppeld naar de belanghebbenden om vraag en aanbod naar informatie verder aan te scherpen.
1.2.4
Basisstructuur Site-Atlas In de gehouden workshops is tevens gevraagd naar de wensen ten aanzien van de mate van beschikbaarheid van informatie. En op welke wijze deze informatie beschikbaar zou moeten komen.
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
3
We@Sea Site-Atlas
1.3
Leeswijzer Deze rapportage bestaat uit een verslaglegging van het onderzoek Site-Atlas. Het project bestaat uit drie onderdelen: vraagarticulatie, aanbodzijde en mogelijke basisstructuur. Hoofdstuk 2, 3 en 4 richten zich op de inhoud (lees: informatie) van de Site-Atlas. Hoofdstuk 2 gaat in op de vraagarticulatie van de Site-Atlas. De focus ligt hierbij op de wensen en behoeften van partijen die binnen het programma We@Sea betrokken zijn. Hoofdstuk 3 bevat de inventarisatie van de aanbodzijde: de beschikbare data die geclusterd naar verschillende onderwerpen wordt gepresenteerd. In hoofdstuk 4 vindt een ‘confrontatie’ plaats tussen de vraagarticulatie en de aanbodzijde. Hierin worden vraag en aanbod gekoppeld aan elkaar. Hoofdstuk 5 gaat in op de basisstructuur van de Site-Atlas. Dit is de technische uitwerking van de Site-Atlas. Het hoofdstuk geeft een beeld van de mogelijkheden die er zijn om een Site-Atlas vorm te geven. De rapportage wordt afgesloten met conclusies en aanbevelingen ten aanzien van de Site-Atlas: hoe kan het Programmabureau naar aanleiding van dit project verder gaan met de ontwikkeling van de Site-Atlas en hoe kan deze het best uitgewerkt en benut worden.
4
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
5
We@Sea Site-Atlas
2
VRAAGARTICULATIE SITE-ATLAS
2.1
Inleiding Om een basisstructuur en een database op te kunnen stellen voor de Site-Atlas is het nodig om de vraagkant/de markt te articuleren: aan welke gegevens is behoefte en wie heeft daar behoefte aan (needs assessment). Door middel van vraagarticulatie, in overleg en samenwerking met betrokken partijen binnen én buiten We@Sea, is geïnventariseerd welke databehoefte er is, hoe dit aangeleverd moet worden (welke gebruikerseisen en welke Site-Atlasapplicaties zijn gewenst) en of de partijen bereid zijn om het product (een beslissingsondersteunend systeem) te gebruiken en hier ook financieel aan te willen bijdragen. In de vraagarticulatie is aandacht besteed aan: - inventarisatie van actoren: mogelijke afnemers en belanghebbenden; - inzicht in wensen en behoeften van de potentiële markt.
2.2
Aanpak vraagarticulatie Inventarisatie van actoren: mogelijke afnemers en belanghebbenden De eerste stap bestaat uit het maken van een inventarisatie van actoren. De focus is hierbij gericht op de mogelijke afnemers van de Site-Atlas en belanghebbenden. Activiteiten • Gesprekken met een kerngroep van partijen die betrokken zijn bij het vraagstuk van We@Sea Deze gesprekken zijn gericht op het inventariseren van de actoren, die gebruik kunnen maken van de Site-Atlas en zodoende bij de vraagarticulatie betrokken willen worden. Resultaat • Overzicht van het speelveld van de Site-Atlas Deze partijen zijn betrokken bij het verkrijgen van inzicht in wensen en behoeften bij de potentiële markt. Om hun wensen en behoeften te inventariseren is een workshop gehouden worden. Activiteiten • Workshop met betrokken partijen, zoals bedrijven in offshore technologie, wind energy technologie, offshore wind farm development, energie sector, logistics, investeerders, energie consultants, O&M-bedrijven, onderzoeksinstellingen, overheden, belangengroeperingen (milieu en natuur) en verzekeraars. De workshop vormt het startpunt van de vraagarticulatie. Op basis van een brainstorm is een eerste inventarisatie van wensen en behoeften gemaakt. In de inventarisatie is onderscheid gemaakt in de verschillende fasen van het planproces van windmolens op zee: - planvormingfase; - uitvoeringsfase; - exploitatiefase.
6
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Hierbij is rekening gehouden met het dynamische karakter van de Site-Atlas. Deze moet up-to-date gehouden worden als er nieuwe informatie beschikbaar komt (bijvoorbeeld als locaties gerealiseerd worden), omdat anders het nut van de Atlas snel zal minimaliseren. In de brainstorm is ook aandacht besteed aan het type informatie, de mate van financiële bijdrage aan de Site-Atlas en inzicht in de behoefte aan ondersteuning. Resultaat • Overzicht van wensen en behoeften ten aanzien van de invulling / uitwerking van de Site-Atlas.
2.3
Uitwerking vraagarticulatie Inventarisatie van actoren: mogelijke afnemers en belanghebbenden Er zijn gesprekken gevoerd met verscheidene partijen: • Jos Beursen, Chris Westra (Programmabureau We@Sea) • Ruud de Bruijne (SenterNovem) • Joost van Iperen (Fugro) • Stichting Noordzee • Jacqueline Kramer (wetenschap: duurzaamheid) • Ecofys • Directie Noordzee • RIKZ Om de wensen en behoeften van de mogelijke afnemers en belanghebbenden te inventariseren is op 5 juli 2005 een GDI-workshop gehouden. De GDI-workshop is gehanteerd als een computerondersteunde brainstorm. De workshop is als volgt opgebouwd: 1. Bepalen van de behoefte Aan welke informatie is behoefte? Per thema wordt aangegeven welke vragen er spelen. 2. Specificeren van de informatiebehoefte De vragen verder specifiek maken: a. Om welke criteria gaat het? b. Wat is het gewenste / benodigde detailniveau van informatie? 3. Koppeling vraag en aanbod Koppeling tussen de informatiebehoefte (vraag) en de beschikbaarheid aan informatie (aanbod). Voor die vragen waar nog geen informatie gevonden is, wordt gekeken in hoeverre de aanwezigen deze kunnen benoemen. In de workshop is een aantal thema’s voorgelegd aan de aanwezigen. Hier hebben zij aangegeven welke vragen er leven per thema. Vervolgens is per vraag de informatiebehoefte verder gespecificeerd, met andere woorden welke data en informatie zijn nog niet bekend c.q. zijn gewenst. Voor dezelfde vragen is in een nieuwe ronde aangegeven in hoeverre bij de aanwezigen bekend is of hier al informatie over beschikbaar is, zodat dit meegenomen kan worden. Tot slot is in de bijeenkomst ingegaan op de ontsluiting van informatie. De aanwezigen hebben hier aangegeven op welke wijze zij willen dat de informatie ontsloten wordt en of hierbij bijvoorbeeld kosten aan verbonden kunnen zijn. Voor een verslag van de workshop op 5 juli 2005 wordt verwezen naar Bijlage 1.
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
7
We@Sea Site-Atlas
3
AANBODZIJDE SITE-ATLAS
3.1
Inleiding Voor de aanbodzijde van informatie is een inventarisatie gemaakt van al aanwezige databases en modules. Het is immers niet de bedoeling om binnen het programma We@Sea alle informatie die gebruikt wordt in de Site-Atlas, zelf te genereren. Er is al veel informatie verzameld en beschikbaar waarvan gebruik gemaakt kan worden, eventueel onder nog met de eigenaar overeen te komen voorwaarden. Ook zijn er diverse beslissingsondersteunende instrumenten gedefinieerd, die vanuit een bepaalde optiek voor specifieke doeleinden relevante data analyseren en onderbouwing van bepaalde adviezen kunnen ondersteunen. Het onderdeel aanbodzijde heeft betrekking op het verzamelen van de informatie en beslissingsondersteunende instrumenten, die beschikbaar zijn. Deze informatie is gespiegeld met de behoefte en hiaten in de beschikbare kennis. Ook is de kwaliteit van de verschillende modules met elkaar vergeleken. Verder is onderzocht welke (onderdelen van de beschikbare) beslissingsondersteunende instrumenten relevant zijn voor de Site-Atlas van We@Sea en in hoeverre de bestaande instrumenten hierin ‘geplugd’ kunnen worden.
3.2
Aanpak De aanpak is als volgt opgebouwd: 1) inventarisatie van beschikbare databases/instrumenten binnen het We@Sea consortium; 2) inventarisatie van beschikbare databases/instrumenten in Nederland; 3) inventarisatie van beschikbare databases/instrumenten buiten Nederland. Na een fase van inventarisatie zijn de verschillende instrumenten geëvalueerd op hun geschiktheid voor toepassing binnen de doelen van het We@Sea-programma. Hierbij wordt tevens duidelijk welke hiaten in kennis nog aanwezig zijn. De aard van de inventarisatie is in eerste instantie breed. De inventarisatie omvat zowel beschrijvende modellen als platte data. Vanuit de vraagarticulatie binnen het project is antwoord gegeven op de vraag die binnen We@Sea beantwoord moet worden en welke kennis hiervoor noodzakelijk is. Voorbeelden van mogelijke noodzakelijke databases • Biologie: plankton, benthos, vogels, vissen, zeezoogdieren etc. • Fysische parameters: ondergrond (bodemsamenstelling, zandgolven etc.), wind, golfpatronen. • Economische parameters: opbrengst uit windenergie, kosten aan onderhoud, aansluiting op energienetwerk, ontwerp opties voor windmolenparken (type windmolens, configuratie etc.). • Locatiespecifieke kwesties: andere gebruiksfuncties van de Noordzee, Marine Protected Areas etc.
8
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Afhankelijk van de te beantwoorden vraag zijn verschillende dataleveranciers van belang. De dataleveranciers kunnen zowel binnen het consortium We@Sea als daarbuiten aanwezig zijn, zoals: • Overheid: RIKZ en Directie Noordzee (RWS) brengen al verschillende gebruiksfuncties en monitoringsprogramma’s voor de Noordzee in kaart. • Partners We@Sea zoals ECN (OWECOP), FUGRO, TNO etc. • Buitenlandse instanties die instrumenten op verschillende terreinen voor de realisatie van offshore windenergie op de markt brengen.
3.3
Inventarisatie aanbodzijde Het resultaat van de inventarisatie van de aanbodzijde is opgenomen in bijgaande tabel. Hierbij moet worden opgemerkt dat de verzamelde informatie zeer divers van aard is en bovendien continu onderwerp is van veranderingen. Bijgaande inventarisatie is dan ook slechts een momentopname.
9
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model
Beschrijving / extensie
Parameter
Up-todate
Bron
In bezit bij
Fysisch, biologisch en chemisch EDIOS DONAR Dataopslag Natte RWS WADI Opvolger van DONAR Waterbase Webapplicatie DONAR data (beperkt) Getij Fysische eigenschappen Bathymetrie Bodemgesteldheid Bovenwater achtergrondgeluid Geografie Geomorfologie Getijdenstroming
link
www.edios.org www.donarweb.nl www.wadi.nl www.waterbase.nl
www.hetgetij.nl
kaart
GIS, raster
kaart kaart text
ESRI, metadata ESRI, metadata Locatie, tijdstip, richting, snelheid
? ?
Getijstroom 3 uur Getijstroom 6 uur Getijverschil Golfhoogte Golfhoogte Golfhoogtes
kaart kaart kaart tabel/grafiek grafiek/animatie
ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata
? ? ? ja ja
Hoog-/laagtij Korrelgrootte Onderwater achtergrondge-
tabel kaart
ESRI, metadata
ja ?
TNO
TNO
RWS RWS Hydrografische dienst, WL RWS RWS RWS MUMM MUMM Meetnet Noordzee MUMM RWS
vrij vrij
Noordzee Atlas Noordzee Atlas www.hydro.nl; www.wldelft.nl
vrij vrij vrij MUMM MUMM Ecofys, ECN
Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas www.mumm.ac.be/NL/index.php www.mumm.ac.be/NL/index.php
MUMM vrij
www.mumm.ac.be/NL/index.php Noordzee Atlas
10
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp luid Oppervlaktestromingen Oppervlaktetemperatuur
Dataset / model
grafiek grafiek/kaart
Reststromen winter Reststromen zomer Sediment Seismiek Stroming
kaart kaart kaart kaart
Stromingen Waterdiepte Waterstand Wind Wind en luchtdruk
animatie kaart grafiek kaart animatie
Beschrijving / extensie
Parameter
kaarten voor komende vijf dagen ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata GIS, raster
ESRI, metadata ESRI, metadata voorspellingen voor de komende vijf dagen
Up-todate
Bron
In bezit bij
link
ja ja
MUMM MUMM
MUMM MUMM
www.mumm.ac.be/NL/index.php www.mumm.ac.be/NL/index.php
? ? ?
RWS RWS RWS TNO Hydrografische dienst, WL MUMM RWS MUMM RWS MUMM
vrij vrij vrij TNO
Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas
ja ? ja ? ja
Windaanbod Windaanbod
Windrozen Windsnelheid en sector Windvelden Getij
tabel/grafiek kaart grafiek, tabel 88 Noordzeelocaties
ja GIS, ESRI (raster) De getijvoorspellingen worden aangeboden in de vorm van een tabel met hoog- en laagwaterstanden en de bijbehorende tijdstippen (getijtafel), en tijdreeksen in grafiekvorm, de zogenaamde getijkrommen.
ja
www.hydro.nl; www.wldelft.nl
MUMM vrij MUMM vrij MUMM
www.mumm.ac.be/NL/index.php Noordzee Atlas www.mumm.ac.be/NL/index.php Noordzee Atlas www.mumm.ac.be/NL/index.php
POWER project windsnelheidskaart ECN
Ecofys
MUMM KNMI?, ECMWF? RIKZ
MUMM
www.mumm.ac.be/NL/index.php www.knmi.nl; www.ecmwf.int
vrij?
www.getij.nl
ECN
11
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model
Beschrijving / Parameter extensie De site biedt de mogelijkheid om een schermafdruk te maken en gegevens te exporteren naar PDF-, Excel- en Ascii-formaat.
Up-todate
Bron
In bezit bij
link
Waterstand en astromonisch getij Golfgegevens
grafiek
ja
www.actuelewaterdata.nl
vrij?
www.actuelewaterdata.nl
wind, zicht, luchtdruk & temperatuur
grafiek, 19 locaties
elke zes uur ververst
vrij?
www.actuelewaterdata.nl
Watertemperatuur
grafiek, 12 locaties
elke zes uur ververst
RIKZ, RWS Dir. Noordzee RWS Dir Noordzee, Directie Zeeland RWS Dir Noordzee, Directie Zeeland RWS Dir Noordzee
vrij?
grafiek, 23 locaties
elke zes uur ververst elke zes uur ververst
vrij?
www.actuelewaterdata.nl
kaart
GIS, ESRI & dxf shape files ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata GIS, ESRI & dxf shape files
Ja
RWS
TNO, Ecofys, ECN
? ? ? ? ? Ja
RWS RWS RWS RWS RWS RWS
vrij vrij vrij vrij vrij TNO, Ecofys, ECN
Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP
Ja
RWS
ECN TNO, Ecofys, ECN
Ja
RWS
TNO, Ecofys, ECN
Ja
RWS
TNO, Ecofys, ECN
Menselijk gebruik Ankergebieden Baggerstortgebieden Blokindeling ICES Blokindeling NCP Boomkorvisserij groot Boomkorvisserij klein Geulgrenzen
kaart kaart kaart kaart kaart kaart
Havens Kabeltracés
kaart
Militaire oefengebieden
kaart
Munitiestortplaatsen
kaart
GIS, ESRI & dxf shape files GIS, ESRI & dxf shape files GIS, ESRI & dxf shape files
cm NAP
ja
ja
graden Celsius
ja
Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP
12
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model kaart
Beschrijving / extensie ESRI, metadata
kaart
ESRI, metadata
?
RWS Tennet RWS
kaart
GIS, ESRI & dxf shape files GIS, ESRI & dxf shape files ESRI, metadata ESRI, metadata GIS, ESRI & dxf shape files
Ja
RWS
TNO, Ecofys, ECN
Ja
RWS
TNO, Ecofys, ECN
? ? Ja
RWS RWS RWS
vrij vrij TNO, Ecofys, ECN
RWS
MARIN
MWTL meetpunten Netaansluiting Niet-routegebonden schepen olie- en gaswinning platforms Pijpleidingen
kaart
Routegebonden schepen Routeringmaatregelen Scheepswrakken
kaart kaart kaart
Scheepvaart ongevalstatistieken Scheepvaartintensiteit Scheepvaartroutes
kaart
toerisme Verkeerscheidingsstelsel
kaart
Verontreinigingen Visgronden visserij Vliegroutes/helikopterroutes Windparken aanvragen Windparken vergunning verleend Zand- en schelpwinning Zandwingebieden
kaart
kaart kaart kaart kaart
GIS, ESRI (raster) GIS, ESRI & dxf shape files GIS, ESRI & dxf shape files ESRI, metadata
GIS, ESRI & dxf shape files GIS, ESRI & dxf shape files ESRI, metadata GIS, ESRI & dxf shape files
Parameter
Up-todate ?
Bron
In bezit bij
link
vrij ECN vrij
Noordzee Atlas
Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP
Noordzee Atlas
RWS Ja
RWS
TNO, Ecofys, ECN
Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP
Ja
RWS
TNO, Ecofys, ECN
?
RWS RIVO
vrij
Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP Noordzee Atlas
Ja
RWS
TNO, Ecofys, ECN
Ja
RWS
TNO, Ecofys, ECN
? Ja
RWS RWS
vrij TNO, Ecofys, ECN
Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP Noordzee Atlas Noordzeeloket: Downloaden Kaarten NCP
13
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model
Natuur en milieu Benthos
Beschrijving / extensie
Parameter
Up-todate
Bron
In bezit bij
atlas
1988/1993
NIOZ /RWS
HOLTMANN, S.E., A. GROENEWOLD, K.H.M. SCHRADER, J. ASJES, J.A. CRAEYMEERSCH, G.C.A. DUINEVELD, A.J. VAN BOSTELEN & J. VAN DER MEER, 1996. Atlas of the zoo benthos of the Dutch Continental Shelf. -Ministry of Transport, Public Works and Water Management, North Sea Directorate, Rijswijk: 244pp. & HOLTMANN, S.E., G.C.A. DUINEVELD & M. MULDER, 1999. The macro benthic fauna in the Dutch sector of the North Sea in 1998 and a comparison with previous data. -NIOZ-report 1999-5, NIOZ, Texel, The Netherlands: 105pp. & Buijs, J., J.A. Craeymeersch. Integratie zoobenthos Noordzee : gegevensbestand macrobenthos ten behoeve van MANS : MANS-database versie 2.1. juli 1993. - Yerseke: Nederlands Instituut voor Oecologisch Onderzoek, Centrum voor Estuariene en Mariene Oecologie, 1993. - 10 p.: ill.; 30 cm. MANS (MAnagement North Sea) uitgevoerd in opdracht van RWS, Directie Noordzee, Rijswijk. - In ringband. Buijs, J., J.A. Craeymeersch. Integratie Zoöbenthos Noordzee : SONOR Gegevensbestand benthos Zuidelijke Noordzee (SOuthern NORthsea) versie 4.1. - Yerseke: Nederlands Instituut voor Oecologisch Onderzoek, Centrum voor Estuariene en Mariene Oecologie, 1994. - 12 p.: ill.; 30 cm. - In opdracht van RWS, Direktie Noordzee.
Benthos
MANS
database
1993
NIOO / RWS
Benthos
SONAR
database
1994
NIOO / RWS
Benthos
BEDEL
database
1994
NIOO / RWS
link
Craeymeersch, J.A., J.Buijs, E.B.M. Brummelhuis. BEDEL gegevensbestand BEnthos DELtagebied : versie 1.0 : Rapportage in het kader van het Biologisch Moni-
14
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model
Beschrijving / extensie
Parameter
Up-todate
Bron
In bezit bij
link
Benthos
BIOMON
database
RWS
Benthos Biomassa benthos Dichtheid benthos Soortendiversiteit macrozoobenthos
BEAST-GIS kaart kaart grafieken vier gebieden
database ESRI, metadata ESRI, metadata data van 100 locaties, 1 maal per jaar
? ? 1998
TNO-KW RWS RWS RWS DNZ
toring Programma. - Yerseke: Nederlands Instituut voor Oecologisch Onderzoek, Centrum voor Estuariene en Mariene Oecologie, 1994. - 7 p.; 30 cm. - Samenwerkingsproject van NIOO-CEMO, Yerseke en RWSRIKZ, Middelburg, Project RKZ-054. Monitoring van de Waterstaatkundige Toestand des Lands (MWTL), onderdeel van de monitoring van bodemdieren in de Noordzee en de Zeeuwse Delta TNO vrij Noordzee Atlas vrij Noordzee Atlas ? www.gonz.nl
Structuur macrozoobenthis
grafieken vier gebieden
1998
RWS DNZ
?
www.gonz.nl
Trofische structuur macrozoobenthos
grafieken vier gebieden
data van 100 locaties, 1 maal per jaar data van 100 locaties, 1 maal per jaar
1998
RWS DNZ
?
www.gonz.nl
Ecotopenkaart Fytoplankton
kaart
? vanaf 1988
RWS RIKZ, Koeman en Bijkerk
vrij ?
Noordzee Atlas www.trendsinwater.nl
Fytoplankton
grafieken, 14 locaties grafieken vier
Fytoplankton primaire pro-
ESRI, metadata database
diversiteitsindex ShannonWiener r/K- strategen IT -index op basis van voedingswijze voorkomende soorten
database
soortenaantallen en hoeveelheid RIKZ
ja
GEM-
chlorofyl-a
1998
www.fytoplankton.nl RWS DNZ
?
www.gonz.nl
15
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model
ductie
gebieden
Fytoplankton soortendiversiteit
grafieken vier gebieden
Fytoplankton structuur
grafieken vier gebieden
Natuurgebieden
kaart
Beschrijving / extensie Kuststrookmodel, data
database, grafieken
Parameter concentratie zonder ruis van meteo en nutriënten data diversiteitsindeze ShannonWiener, verschil seizoenen N/P verhouding, verschil zomer, winter
Up-todate
Bron
In bezit bij
link
1997
RWS DNZ
?
www.gonz.nl
1999
RWS DNZ
?
www.gonz.nl
Ecofys, ECN
?
Ministerie LNV Alterra?, NIOZ? Alterra RWS
vrij
Noordzee Atlas
?
RWS
vrij
Noordzee Atlas
?
RWS
vrij
Noordzee Atlas
?
RWS
vrij
Noordzee Atlas
1999
RWS DNZ
Foeragerende vogels Trekvogelroutes Populatie kust- en zeevogels Populatie kust- en zeevogels Populatie kust- en zeevogels
kaart
ESRI, metadata
kaart
ESRI, metadata
kaart
ESRI, metadata
Populatie kust- en zeevogels
kaart
ESRI, metadata
Populatie kust- en zeevo-
grafiek kustzone
Alk/zeekoe t winter Alk/zeekoe t zomer Noordse stormvogel winter Noordse stormvogel zomer duikers:
www.gonz.nl
16
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model
Beschrijving / extensie
gels
Populatie kust- en zeevogels
kaart
ESRI, metadata
Populatie kust- en zeevogels
kaart
ESRI, metadata
Populatie kust- en zeevogels
grafiek kustzone
Populatie kust- en zeevogels
grafiek kustzone
Populatie kust- en zeevogels
grafiek offshore NCP> 20 meter diep
Parameter viseters van de kustzone, het zijn zichtjagers die naar vis duiken; Drieteenmeeuw winter Drieteennmeeuw zomer Zwarte Zee-eend: schelpdiereter uit de kustzone; Zilvermeeuw: een alleseter van de kustzone, profiteert van de discards; Drieteenmeeuw: eet kleine vis en groot zoöplankton, offshoregebied;
Up-todate
Bron
In bezit bij
link
?
RWS
vrij
Noordzee Atlas
?
RWS
vrij
Noordzee Atlas
1999
RWS DNZ
www.gonz.nl
1999
RWS DNZ
www.gonz.nl
1999
RWS DNZ
www.gonz.nl
17
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model
Populatie kust- en zeevogels
grafiek kustzone
Populatie kust- en zeevogels
grafiek Deltagebied
Populatie kust- en zeevogels
grafiek offshore NCP> 20 meter diep
Populatie macrozoobenthos
grafieken vier gebieden
Toppredatoren
grafieken vier gebieden
Beschrijving / extensie
data van 100 locaties, 1 maal per jaar
Parameter Grote Stern: viseter uit de kustzone, heeft als broedbiotoop licht begroeide gebieden; Dwergstern: vooral een indicator voor de broedgebieden van het dynamische zandige en onbegroeide kustsysteem; Zeekoet/Alk: offshore viseter, duikende zichtjagers #/m2
Kabeljauw, Grote
Up-todate 1999
Bron
In bezit bij
link
RWS DNZ
www.gonz.nl
1998
RWS DNZ
www.gonz.nl
1999
RWS DNZ
www.gonz.nl
1997
RWS DNZ
?
www.gonz.nl
?
RWS DNZ
?
www.gonz.nl
18
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model
Beschrijving / extensie
Parameter Stern, Gewone Zeehond en de Bruinvis haring kabeljauw makreel Schol Tong Haring, Kabeljauw, Schol, Stekelrog, Spiering gemiddeld gewicht van vis Bruinvis
Up-todate
Bron
In bezit bij
link
? ? ? ? ? 1998
RWS RWS RWS RWS RWS RWS DNZ
vrij vrij vrij vrij vrij ?
Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas www.gonz.nl
1997
RWS DNZ
?
www.gonz.nl
Visgemeenschap Visgemeenschap Visgemeenschap Visgemeenschap Visgemeenschap Vissen populatie
kaart kaart kaart kaart kaart grafieken vier gebieden
ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata
Visgemeenschap structuur
grafiek met totaal gewogen gemiddelde
jaarlijkse bepalingen
kaart pkb-kaart
ESRI, metadata pdf
?
kaart kaart kaart kaart kaart kaart
ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata
? ? ? ? ? ?
Zeezoogdieren Beheer en beleid Basisverordening visserij Bestuurlijk-Juridische zones Ecologische Hoofdstructuur Integraal Beheersplan Noordzee 2015 Kaderrichtlijn Water Mijnbouwregeling PKB kaart Nota Ruimte Scholbox Verdeling Noordzee Vogel- en habitatrichtlijn gebieden
Verordening (EG) 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 RWS vrij Noordzee Atlas Ministerie van kaartEHS LNV Ministerie van LNV RWS vrij Noordzee Atlas RWS vrij Noordzee Atlas RWS vrij Noordzee Atlas RWS vrij Noordzee Atlas RWS vrij Noordzee Atlas RWS vrij Noordzee Atlas
19
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Onderwerp
Dataset / model
Beschrijving / extensie
Stoffen bodem cadmium chroom HCB koper lood Minerale olie PAK PCB zink
kaart kaart kaart kaart kaart kaart kaart kaart kaart
Chemisch water verspreiding rivierwater zoutgehalte kust zoutgehalte winter zoutgehalte zomer Zwevend stof transport en sedimentatie Zwevend stof winter Zwevend stof zomer
Parameter
Up-todate
Bron
In bezit bij
link
ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata
? ? ? ? ? ? ? ? ?
RWS RWS RWS RWS RWS RWS RWS RWS RWS
vrij vrij vrij vrij vrij vrij vrij vrij vrij
Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas
kaart kaart kaart kaart kaart
ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata ESRI, metadata
? ? ? ? ?
RWS RWS RWS RWS RWS
vrij vrij vrij vrij vrij
Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas Noordzee Atlas
kaart kaart
ESRI, metadata ESRI, metadata
? ?
RWS RWS
vrij vrij
Noordzee Atlas Noordzee Atlas
20
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
4
KOPPELING VRAAG EN AANBOD
4.1
Inleiding Via twee parallelle sporen zijn vraag- en de aanbodzijde geïnventariseerd. De vraagzijde geeft een overzicht van de behoeften en wensen van partijen ten aanzien van de inrichting van de Site-Atlas. De aanbodzijde geeft inzicht in de informatie die beschikbaar is en op welke wijze de informatie beschikbaar is. Om een beeld te krijgen van de mate waarin vraag en aanbod op elkaar aansluiten worden deze twee sporen gekoppeld. De uitkomst van de koppeling van beide sporen is in dit hoofdstuk opgenomen.
4.2
Koppeling vraagkant aan aanbodkant en vertaling naar basisstructuur
Vanuit de vraagarticulatie is een overzicht ontstaan van informatie waar behoefte aan is. Deze informatie is geordend naar een aantal categorieën, te weten: 1. Algemeen (beleid, beheer en bescherming) 2. Bodem en water 3. Natuur en milieu (ecologische processen, soorten, habitats, ecotypen) 4. Menselijk gebruik (visserij, recreatie, transport, energie en delfstoffen, defensie, luchtvaart, bedrijvigheid) 5. Kustveiligheid 6. Energieopbrengst (techniekontwikkeling offshore windmolens, kosten en baten van energieopwekking windmolens) 7. Percepties, betrokkenheid, cultuurhistorie, landschap 8. Ontwerp Bij het in beeld brengen van de aanbodzijde is in de verschillende categorieën en bij verschillende partijen bezien welke informatie beschikbaar is. Dit heeft geleid tot een overzicht, waarin informatie uit beide sporen gekoppeld is. In onderstaande tabel is dit overzicht gegeven. De tabel is als volgt opgebouwd: Vraag Criterium
Indicator
Fase L
P
O
Aanbod (wat, waar, kosten)
Achtergrond vraagstelling
De specifieke vraag wordt vermeld (zo mogelijk onderscheiden naar criterium en indicator). Indien is aangegeven dat de vraag voor een bepaalde fase in het planproces van belang is (Locatiekeuze = L, Plaatsing = P, Onderhoud/exploitatie = O) is dit zichtbaar gemaakt. Er is tevens aangegeven of er reeds informatie beschikbaar is, dit is ingevuld onder ‘aanbod’. Tot slot wordt de koppeling gelegd met de achtergrond van de vraagstelling, gaat het om (maatschappelijke) acceptatie of is de vraag gesteld vanuit het bedrijfsleven dan wel vanuit algemeen Nederlands economisch perspectief.
21
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Tabel 1 – Koppeling vraag en aanbod Vraag Criterium Indicator
Fase L P
Algemeen (beleid, beheer en bescherming) Welke effecten treden op voor leven • Soortensamenboven en onder water stelling benthische gemeenschap • Dichtheden benthische gemeenschap • Individugrootte ? Zijn deze effecten positief of negatief? (L)
O
Aanbod (wat, waar, kosten)
Achtergrond vraagstelling
Dit bestaat al; zie We@Sea programma
Acceptatie 1
Aan het volgend jaar te bouwen Windpark Egmond zit een uitgebreid Monitoring- en Evaluatieprogramma gekoppeld dat een groot aantal vragen zowel wat betreft techniek als ecologie gaat beantwoorden. De informatie die hieruit komt is bruikbaar en beschikbaar voor de volgende initiatieven offshore. Contactpersoon bij NoordzeeWind is Henk Kouwenhoven. Het onderzoeksprogramma Ecologie wordt getrokken door Han Lindenboom, Alterra. X
Hoe kunnen negatieve effecten (natuur) worden voorkomen (geminimaliseerd) of hoe kunnen positieve effecten (natuur) worden vergroot (gemaximaliseerd) (heldere duidelijke effecten in relatie met soorten en plaats (afstand tot de kust bijvoorbeeld)
Beoordeling met inachtneming van de vraag wat de milieueffecten zijn van het niet-plaatsen van windturbines
Acceptatie
Het 'hoe' moet niet in alle gevallen in de Site-Atlas worden opgenomen. Wel verwijzingen naar andere gegevensbronnen.
Acceptatie
Informatie over plannen voor netaansluitingen op zee
X
Tennet (Arnhem) en Wil Kling
Markt / Economie
Informatie over plannen voor interconnects
X
Tennet (Arnhem) en Wil Kling
Markt / Economie
Ook verwijzen naar de resultaten van We@Sea project over Interconnectors 1
Ordening van gelijktijdige processen: acceptatie recht, veiligheid, milieu
22
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Plannen over verzwaringen van aansluitpunten op land
X
Tennet
Markt / Economie
Verwijzing naar andere databases (b.v. de website van de Europese TSO's) volstaat. Uitgesloten gebieden en aan te houden afstanden
X
Databestanden (GIS) aangeboden door RWS over huidig gebruik van de Noordzee. (http://www.rws.nl/rws/dnz/windmolens/), registratie vereist, geen kosten. N.B. Datasets zijn gedownload en beschikbaar bij TNO-KW! Vermoedelijk ook bij andere We@Sea-partners wel aanwezig.
Acceptatie
Bepalingen zoals vastgesteld door RWS/MERcie (gepubliceerd op Noordzeeloket. (http://www.noordzeeloket.nl/activiteiten_op_zee/windenergie/) Status van projecten met algemene gegevens
Gegevens over mogelijke leidingstraten op land: ecologie, ruimte, kosten, technische mogelijkheden
X
X
Maar wel gegevens buitenland op goede wijze naar NL/Noordzee vertalen. Vrij toegankelijk. TNO-KW heeft deze informatie ook bijgehouden en beschikbaar in GISformat. Ook anderen hebben dit mogelijk zelf gedaan.
Markt / Economie
Vermoedelijk via Tennet, Vermoedelijk via MERcie (want vast MER-plichting) heeft ook vast iets te melden. Vermoedelijk via VROM (want hier vergunning-verlenende instantie? Anders provincies of gemeenten?).
Markt / Economie
23
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Data en impact assessment per park + inzicht in cumulatieve effecten van meerdere parken
Input koppelen aan output desbetreffende We@Sea project
Dit punt zeker kijken naar wat in DK (Eltra en NERI) en in Duitsland (Min Envi.) Cornelia Viertl gebeurt. Bij de cumulatieve effecten is zeker Europese afstemming noodzakelijk.
Markt / Economie Acceptatie
Inzicht in cumulatieve effecten veronderstelt inzicht in effecten! OSPAR document: Windfarms_Problems and benefits, 2004, o.a. te downloaden vanaf OSPAR-website (http://www.ospar.org). Prioritering van functies, bijvoorbeeld gaat wind voor zandwingebieden. Hoe maken we keuzes? En wat is te combineren.
Vergt beleidsuitspraken van de overheid (RWS, VROM etc.) Mogelijk te beïnvloedden middels lobbyen
Acceptatie
Gevoeligheid van effecten van windparken t.o.v. andere ingrepen of natuurlijke processen in beeld brengen (inschatting hiervan kunnen maken).
Onderzoek We@Sea cumulatieve effecten.
Acceptatie
Kosten, baten en acceptatie zijn voor de politiek belangrijk dus moeten risico's kunnen worden gekwantificeerd. + Voor acceptatie van belang wordt er niets geschaad wat belangrijk is. + Kunnen de kosten in de hand worden gehouden.
Zie landschapsonderzoek in DK.
Maatschappelijke waarde
TNO-project: Meervoudig ruimtegebruik
Ook bij andere geplande of reeds gerealiseerde windparken on-/off-shore in NL, D, UK, S is hierover vast meer te vinden. Horn’s Rev (http://www.hornsrev.dk).
24
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Bodem en water Interactie met kenmerken bodem/bodemtypen (en relatie met biota in bodem, zie volgende), enerzijds voor windturbines (stabiliteit) anderzijds als milieueffect (sommige bodemtypen schaarser/waardevoller dan andere).
X
TNO (Geokartering): Sedimentkaart.
Acceptatie
Hoe is de bodemgesteldheid zijn er oude getijden geulen bestaat de bodem alleen uit zand? Opbouw van de bodem tot enkele meters onder de fundering
X
TNO (Geokartering): “ondiepe seismiek”.
Markt / economie
Hoe is de stroming ter plaatse (ivm scour )
X
RWS (o.a. via http://www.noordzeeatlas.nl) Hydrografische Dienst
Markt / economie
Wat zijn de maximale golfhoogten in het gebied
X
RWS: (http://www.goflklimaat.nl)
Markt / economie
RWS: (http://www.goflklimaat.nl)
Markt / economie
Af te leiden uit data van RWS: (http://www.goflklimaat.nl)
Markt / economie
Afgeleide van waterdiepte/bathymetrie. Bathymetrie onder andere beschikbaar via TNO (Geokartering), gebaseerd op gegevens aangeleverd door zowel RWS (vnl. lodingen lang strand en wat verder uit de kust) als de Hydrografische Dienst der Marine (vnl. data verzameld verder weg op het NCP).
Markt / economie
Wat zijn de golfhoogten in relatie met de windsnelheid en uit welke richting lopen de golven
X
Statistiek van seastates voor schattingen van bereikbaarheid en onderhoudskosten Voor leidingtracés is het goed te weten hoe diep ik de kabels moet leggen in het gebied Hoeveel meters? Wisselt de bodemhoogte?
X
25
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Natuur en milieu (ecologische processen, soorten, habitats, ecotypen) Vogels; zowel data als impact - Dichtheid per maand of seizoen
Zeezoogdieren (zowel data als impact)
-Voorkomen -Dichtheid (indien bekend) Evt. differentiëren per seizoen.
Stepping stones
Windparken als de ecologische verbindingszones op zee.
Hoe verhouden natuur- en milieueffecten van windturbineparken zich tot die van overige processen (economische activiteiten) op de Noordzee?
Bij impactassessment aansluiten bij relevante beleidskaders waarin (hopelijk) impact van alle econo-
Impact data ontbreken in de nu voorgelegde lijst. Er zal een wezenlijke stap op dat punt gezet moeten worden, het gaat niet om hoeveel vogels er zijn maar in welke mate de vogels die er zijn beïnvloed worden. Voorlopige benadering via gepubliceerde sensitivity index. Voor trekvogels nog iets vergelijkbaars ontwikkelen. Vogels is in de verstrekte lijst ten onrechte al naar soorten beperkt; er zijn meer vogels(oorten) relevant dan alleen 'kust en zeevogels'. Voor vogels: Bureau Waardenburg/Alterra/Royal NIOZ beschikken over eigen data of kunnen deze beschikbaar maken (ESAS, RIKZ) en ook interpreteren. RWS-RIKZ heeft redelijk gedetailleerde kaarten beschikbaar, beter dan wat getoond wordt via de Noordzee-Atlas (via http://www.noordzeeatlas.nl). Alterra heeft hierover ook gegevens.
Acceptatie
RWS-RIKZ heeft gegevens beschikbaar, staat ook op Noordzee-Atlas (via http://www.noordzeeatlas.nl). Alterra heeft hierover ook gegevens.
Acceptatie
X
Acceptatie
Informatie over milieueffecten olie- en gaswinning te halen uit MER-en van deze activiteiten informatie over macro-effecten van deze activiteiten (veroorzaken van klimaatverandering) te halen bij Verbond van Verzekeraars Via rapportages van de Offshore Industrie o.a. aan SodM en OSPAR is een en ander te achterhalen over de geloosde hoeveelheden op zee.
Acceptatie
26
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
mische activiteiten wordt beschouwd
Dit zou kunnen door in de Plaatsingsfase reeds aandacht te besteden aan ‘decommisioning’ en mogelijke herstelactiviteiten.
Hoe weeg je mee dat vrijwel alle natuur/milieuverstoring door windmolenparken tijdelijk en vaak ook omkeerbaar is? (dit i.t.t. bijvoorbeeld de milieueffecten veroorzaakt door klimaatverandering) Welke processen / soorten / habitats zijn relevant.
X
Interactie met V&W/LNV project beschermde gebieden Noordzee wezenlijk, daar is al veel kennis verzameld die aangeeft welke processen/soorten/habitats op welke plek relevant zijn en dus (in geval van planning windparken daar) op hun kwetsbaarheid voor windturbines moeten worden onderzocht.
Acceptatie
Integraal Beheerplan Noordzee 2015 (IBN 2015) bevat voor dit punt relevantie informatie en is onder andere beschikbaar via de NoordzeeAtlas (http://www.noordzeeatlas.nl).) Meer aandacht voor positieve milieueffecten; energieopbrengst, refugiumfunctie, combinatie van functies, oasevorming (ipv woestijnvorming)
N.B. Dit is in deels een uitwerking van de eerste vraag! Effecten op het bodemleven.
Acceptatie
27
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Menselijk gebruik (visserij, recreatie, transport, energie en delfstoffen, defensie, luchtvaart, bedrijvigheid) Effect van gesloten gebieden op visstand X MARIN, Cees van der Tak Experts bij het RIVO (We@Sea-partner!) Gebruik gebieden en termijnen, bijvoorbeeld duur concessies olie en gaswinning Mogelijkheid tot verleggen van ruimtelijke claims door overige gebruikers (bijv. militaire oefengebieden en scheepvaartroutes).
X
Waar liggen huidige ruimteclaims en waarop zijn die gebaseerd (historische rechten? waar vastgelegd in overheidsbeleid? hoe 'hard' is dat beleid?).
Informatie te achterhalen bij SodM (http://www.sodm.nl) of anders FOIndustrie (http://www.fo-industrie.nl) . Mogelijk niet op de website
Acceptatie
Markt / Economie
Markt / Economie
Zichtbaarheid vanaf de kust.
Waar is verdrijving tot buiten 12 mijlzone op gestoeld? Hoe aanvechtbaar zijn huidige ruimteclaims door andere gebruikers gerechtvaardigd? (bijv. gebieden voor beton- en metselzandwinning). Effect van OWP op scheepvaart(veiligheid); zowel per park als cumulatieve effecten van meerdere parken)
Markt / Economie
We@Sea project: Veiligheid (TNO-B&O: Ind. en Ext. Veiligh), hierin wordt o.a. overwogen het MARIN ook in te schakelen (SAMSON).
Acceptatie
28
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Interacties met ander menselijk gebruik zijn wezenlijk. Met welke typen gebruik is combinatie mogelijk?
X
Acceptatie
Kustveiligheid Naar aanleiding van opmerkingen tijdens de workshop is deze categorie verwijderd Energieopbrengst (techniekontwikkeling offshore windmolens, kosten en baten van energieopwekking windmolens) Energieopbrengst, kosten/batenanalyse - (extra) kosten X Detailkosten voor offshore windparken, de componenten daarvan en het fundering per bedrijf in ECN's programma OWECOP meter waterdiepte WindPro (EMD is ook geschikt om dit soort zaken te beoordelen. Web- kosten kabel site http://www.emd.dk. Programmatuur is bij meerder We@Seaper meter partners in gebruik/beschikbaar. - aansluitkosten per MW op verschillende aansluitpunten
Weerwindows (lage windsnelheid, golfhoogte) voor transport O&M ploeg
Statistiek van hoe lang deze vensters zijn (in uur) voor diverse grenswaarden windsnelheid en golfhoogte.
X
Te bepalen uit elke database waarin gelijktijdig informatie zit over golf en wind (zeg per uur); bijv. commerciële NESS/NEXT database (opgesteld door gas/olie industrie ) Zie ook eerdere vraag over Sea-States. Golfklimaat (http://www.golfklimaat.nl) kan statistisch gezien het nodige aan gegevens opleveren. Ruwe data voor enkele punten op zee zijn te downloaden vanaf WaterBase (http://www.waterbase.nl). Ook een website van RWS. Tevens mogelijk om via KNMI b.v. voorspellingen en kaarten etc. op te halen. (Deels kosteloos te downloaden vanaf http://www.knmi.nl) Andere weersdiensten (commercieel) kunnen mogelijk ook data aanleve-
Markt / Economie
Markt / Economie
29
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
ren. Op Europese schaal is ook het European Center for Mediumrange Weather Forecasts actief (http://www.ecmwf.org). Sommige data van het KNMI komt feitelijk hier vandaan. Invloed van nabijgelegen parken op de energieopbrengst
X
Programma voor de interactie tussen parken in ontwikkeling bij ECN
Markt / Economie
WindPro (EMD is ook geschikt om dit soort zaken te beoordelen. Website http://www.emd.dk. Programmatuur is bij meerder We@Seapartners in gebruik/beschikbaar. Belangrijk onderwerp. Er loopt een project binnen We@Sea dat hierover gegevens gaat genereren. Technische mogelijkheid tot bundeling kabels van verschillende parken en mogelijkheid van bundeling met andere Energieopbrengst, kosten/batenanalyse
Verwachtingen tav verschillen tussen productie en vraag naar elektriciteit (onbalans) en kosten daarvan.
X
Opwekkosten voor optimaal parkontwerp afhankelijk van windklimaat, parkontwerpparameters, afstanden tot havens en e-aansluitpunten
X
Bijvoorbeeld Britnet
Markt / Economie
(Promotie TUD?)
Markt / Economie
Dit onderwerp reduceren tot plaats opgeloste correlaties van windsnelheden. De expert (al of niet in een bewerkingsmodule, gekoppeld aan de Site-Atlas) kan daarmee iets doen in relatie tot accepteren van programmaverantwoordelijkheid.
Markt / Economie
Expertise voor berekening van de verwachte statistiek voor vermogensfluctuaties van specifieke parken bij ECN.
30
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Voor eerste fase van ontwerp traject: generieke afschatting van energie opbrengst, capacity factor, afhankelijk van een aantal globale wind park parameters (geïnstalleerd vermogen per vierkante meter bestreken rotoroppervlak, torenhoogte, spacing, afstand en oriëntatie t.o.v. andere parken of obstakels. Bij gebleken haalbaarheid: gegevens m.b.t. afstand tot havens, netaansluitingscapaciteit. etc.
X
Vergelijking wind ter plaatse van park met wind op andere locatie waarvoor zeg 30 jaar aan winddata beschikbaar is
X
Programma OWECOP ECN
Markt / Economie
WindPro (EMD is ook geschikt om dit soort zaken te beoordelen. Website http://www.emd.dk. Programmatuur is bij meerder We@Seapartners in gebruik/beschikbaar. Laatste onderdeel is te realiseren op basis van bekende locatie van geschikte havens en beschikbare of geplande netaansluitingsmogelijkheden middels bewerking in GIS.
Gegevens meteo stations langs kust en op platforms (bijv. K13) KNMI / RWS.
Markt / Economie
De windatlas van ECN geeft gedetailleerde plaatsafhankelijke informatie over windsnelheidsverdelingen, windrozen, turbulentie en stabiliteit. Ruwe data voor enkele punten op zee zijn te downloaden vanaf WaterBase (http://www.waterbase.nl). Ook een website van RWS. Tevens mogelijk om via KNMI b.v. voorspellingen en kaarten etc. op te halen. (Deels kosteloos te downloaden vanaf http://www.knmi.nl) Andere weersdiensten (commercieel) kunnen mogelijk ook data aanleveren. Op Europese schaal is ook het European Center for Mediumrange Weather Forecasts actief (http://www.ecmwf.org). Sommige data van het KNMI komt feitelijk hier vandaan. Mogelijkheden tot verminderen onbalansproblematiek door goede geografische spreiding en onderlinge verbinding van parken (r.e. interconnector).
X
Markt / Economie
31
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Gedetailleerde windgegevens voor parkontwerp en opbrengstberekeningen.
Ook specificatie van onzekerheid in kWh prijs. Profiel afhankelijk van golfhoogte (en dus windsnelheid), dag- en nachtwisseling, turbulentiegraden in verschillende sectoren.
Percepties, betrokkenheid, cultuurhistorie, landschap Behoefte aan gegevens van ervaringen bij andere projecten hoe het algemene publiek vanaf het begin bij de projectvoorbereiding is betrokken en met welk resultaat.
Visualisaties (zeer realistische) publiceren. Communiceren welke onderzoeken vooraf en welke maatregelen achteraf genomen kunnen worden om ingrijpende negatieve effecten op milieu, veiligheid en ander gebruik te voorkomen.
Uitermate belangrijk (icm met hoe maatschappelijke acceptatie vergroot kan worden): valt enigszins buiten Site-Atlas, maar hier zou LIFEproject opgetuigd moeten worden:
De windatlas van ECN geeft gedetailleerde plaatsafhankelijke informatie over windsnelheidsverdelingen, windrozen, turbulentie en stabiliteit.
Markt / Economie
Ruwe data voor enkele punten op zee zijn te downloaden vanaf WaterBase (http://www.waterbase.nl). Ook een website van RWS. Tevens mogelijk om via KNMI b.v. voorspellingen en kaarten etc. op te halen. (Deels kosteloos te downloaden vanaf http://www.knmi.nl) Andere weersdiensten (commercieel) kunnen mogelijk ook data aanleveren. Op Europese schaal is ook het European Center for Mediumrange Weather Forecasts actief (http://www.ecmwf.org). Sommige data van het KNMI komt feitelijk hier vandaan.
Diverse potentiële bronnen o.a. websites van lopende en voltooide projecten die relevant zijn. N.B. hieronder zijn ook enkele OWPs te vinden.
Acceptatie
? Is het niet een EU-regel vastgelegd in Århus, die iets verlangd rond publieksparticipatie?
Geschikte programmatuur o.a. beschikbaar bij Ecofys (We@Seapartner) voor het maken van visualisaties.
Acceptatie
32
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
maak Nederlandse bevolking trots op offshore windmolenparken Consequent blijven relativeren van maatschappelijke acceptatie: "wat wordt het alternatief als die windmolens NIET gebouwd worden".
Communiceren dat windenergie een oplossing is en niet een probleem.
Hoe kan maatschappelijke acceptatie worden vergroot.
Veel informatie en vooral beelden laten zien. Net als destijds met de afsluiting van de Oosterschelde hoe we bezig zijn op zee. Tevens zouden een aantal parken met privaatgeld van gewone burgers moeten worden gebouwd zoals in DK (middelgrunden) en in D (butendiek) is gedaan. Laten zien dat het allemaal wel meevalt met de impact op het
Acceptatie
Middelgrunden (http://www.middelgrunden.dk/) Butendiek (http://www.butendiek.de/)
Acceptatie
33
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
milieu. Laat een zeehondje op TV regelmatig vertellen hoe blij hij is met de windparken op zee. en dat zijn leven er een stuk plezieriger op is geworden sinds hij vrolijk visjes kan eten in en rond de parken. Bij de ontwikkeling van de Noordzee dient een goede balans te worden gevonden tussen een industrie- en natuurgebied. Dit betekent uitsluitinggebieden voor industrie (=windpark?) en het aangeven van waardevolle natuurgebieden (welke zijn dat?) Ontwerp Extreme waarden (bijv. eens per 50 jaar): wind, golf + combinatie Voor vermoeiing: scatterdiagram (significante golfhoogte, periode, windsnelheid)
Scatterdiagram: elk uur (of 3 uur) voor een periode van > 30 jaar
Extreme jaarmaxima van 10min wind / 1 (of 3) uurs golf voor
X
Integraal Beheerplan Noordzee 2015 (IBN 2015) bevat voor dit punt relevantie informatie en is onder andere beschikbaar via de NoordzeeAtlas (http://www.noordzeeatlas.nl).)
Acceptatie
Mogelijk basismateriaal te halen uit data van RWS: (http://www.goflklimaat.nl) en (http://www.waterbase.nl) of WaterStat (http://www.waterstat.nl).
Markt / Economie
? Low strain/High cycle= “normale bedrijfsomstandigheden”? ? High strain/Low cycle= ‘uitzonderlijke omstandigheden?”
34
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
> 10 jaar. Naast low strain/high cycle ook high strain/low cycle informatie nodig voor beoordeling van degradatie. Bodemgegevens en morfologie voor ontwerp ondersteuningsconstructie/fundering.
X
TNO (Geokartering): “ondiepe seismiek” . N.B. Voor de feitelijke plaatsing kan het nodig zijn om meer detail beschikbaar te hebben, dan op deze kaart staat.
Markt / Economie
NB: De Noordzee-Atlas biedt veel data aan, en presenteert dit ook fraai als kaartbeelden. Echter de gegevens zijn niet toegankelijk voor ‘hergebruik’, bijvoorbeeld in analyses en berekeningen. De belangrijkste waarde van deze website in deze is dat zij aantoont dat de gegevensbestanden bestaan.
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
35
We@Sea Site-Atlas
4.2.1
Aandachtspunten koppeling vraag en aanbod Tijdens de workshop zijn niet alleen specifieke vragen benoemd waarvoor informatie nodig is, maar is ook een aantal algemene opmerkingen geplaatst. Hieronder worden deze benoemd: • Het is belangrijk om te focussen op de werkelijke factoren. Wellicht dat het noodzakelijk is om een rangorde aan te brengen in de relevantie van de topics. Er is bijvoorbeeld aangegeven, dat inzicht verkrijgen in processen (bepalen kwetsbaarheid) op dit moment belangrijker is dan detailniveau in dataverzameling over een groot gebied. • De uitwerking van de verschillende factoren moet ook aandacht hebben, omdat de factoren vaak vanuit een verschillend perspectief ingevuld kunnen worden: - onderscheid tussen bodem als ‘omgeving’ en bodem als bouwmateriaal; omgeving hoort bij acceptatie (recht, veiligheid en milieu – RVM) en bouwmateriaal bij projectontwikkelaars. - onderscheid tussen water als ‘omgeving’ (acceptatie RVM) en water als bron voor belasting op de constructie en als oorzaak van onwerkbaarheid (het gaat hierbij om kosteneffectiviteit en heeft invloed op de projectontwikkelaar). - onderscheid tussen kosten voor energieproductie en kosten voor plaatsing/onderhoud en aansluiting; energieproductie is bijvoorbeeld geen functie van afstand/waterdiepte. • Er moet een relatie gelegd worden met de andere functies op de Noordzee. Hier zijn verschillende uitwerkingen van gegeven: - “Lopen we niet het gevaar dat we de natuur- en milieueffecten van windturbineparken onder een vergrootglas leggen terwijl we het 'grotere kwaad' op de Noordzee (olie- en gaswinning, lozingen, overbevissing) negeren.” - “Wat is de zin van een strenge natuur- en milieubeoordeling van windmolenparken als die voor andere gebruikers van de Noordzee niet geldt.” - Er moet ook in procedurele zin een zorgvuldige afweging tussen gebruiksbelangen op zee worden gegarandeerd. “Alle andere functies lijken stevig verankerd in wet- en regelgeving.” Voor windenergie is dit nog niet het geval.
4.2.2
Aanscherping koppeling vraag en aanbod In een tweede workshop (27 september 2005, zie bijlage 2) heeft aanscherping van de vragen door betrokken partijen plaatsgevonden. Deze input is verwerkt in de analyse en heeft geleid tot een eerste aanzet voor de inhoud van een Site-Atlas. Uiteraard is ook belangrijk op welke wijze de informatie ter beschikking wordt gesteld aan de gebruiker en welke kosten hieraan verbonden zijn. Dit is uitgewerkt in het volgende hoofdstuk.
36
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
37
We@Sea Site-Atlas
5
BASISSTRUCTUUR SITE-ATLAS
5.1
Inleiding In het kader van dit project is ook onderzoek gedaan naar de wijze waarop, door We@Sea, een Site-Atlas vorm gegeven kan worden. Bij de hier gepresenteerde ontwerpspecificaties is rekening gehouden met input afkomstig van zowel We@Seapartners, als van andere stakeholders. Een workshop over het onderwerp Site-Atlas gehouden op 5 juli 2005 in Utrecht is daarbij een belangrijke bron. Ook wordt rekening gehouden met andere aspecten rond het idee van de Site-Atlas, o.a. in het kader van realiseerbaarheid en kosten.
5.1.1
Resultaten Stemronde De resultaten van de stemronde over de ontsluiting van de informatie ofwel de invulling van de Site-Atlas zijn samengevat in Bijlage 1D. Behoefte aan zowel generieke als locatieafhankelijke informatie blijkt duidelijk aanwezig te zijn. Ook over het nut van een website bestaat duidelijkheid. De bereidheid om kosten te maken voor de Site-Atlas blijkt in beperkte mate aanwezig. Daarbij bestaat een voorkeur voor een éénmalige (initiële) investering boven het hebben van meer structurele kosten voor het gebruik. De wensen rond de Site-Atlas geven verder aan dat men de volgende eigenschappen verwacht: • een interactieve toepassing; • geschikt voor gebruik in een netwerkomgeving; • lage complexiteit, dus breed inzetbaar; • toegankelijk via internet; • Gisfunctionaliteit. Op basis van deze uitgangspunten worden 4 varianten voor een Site-Atlas voorgesteld.
5.2
Site-Atlas, – Website met verwijzingen De Site-Atlas kan het beste als website gerealiseerd worden. Deze website biedt een bundeling van kennis voor alle betrokken partijen, door op één locatie de informatie bij elkaar te brengen. De verwijzingen zijn gecontroleerd op hun waarde en geschiktheid voor de doelen van We@Sea, te weten het bevorderen van de ontwikkeling van windenergie op zee. De meerwaarde van de Site-Atlas in deze vorm is dat: 1) de verwijzingen op hun waarde beoordeeld zijn; 2) de verwijzingen vergezeld gaan van een begeleidende tekst die hun bruikbaarheid in het kader van offshore windenergie helder maakt; 3) de diverse stakeholders – ontwikkelaars, energieproducenten, overheid en onderzoeksinstituten – via de website allen, in principe, over dezelfde informatie en datasets kunnen beschikken; 4) de informatie op één locatie geordend en gebundeld wordt aangeboden. Op de lange termijn hangt de meerwaarde af van keuzes die in de toekomst genomen zullen worden over de Site-Atlas. De realisatie als website levert diverse voordelen op.
38
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
De website hoeft in eerste instantie geen technologische hoogstandjes te bevatten, maar er zijn mogelijkheden om op latere tijdstippen uitbreidingen te realiseren. Ook is het mogelijk onderscheid te maken in de toegankelijkheid van informatie. Sommige informatie kan beschikbaar zijn voor We@Sea-partners, maar niet voor het grote publiek. Ook aan niet-partners kunnen de login-gegevens ter beschikking gesteld worden. Dat kan afhankelijk gesteld worden van b.v. betaling van een bedrag voor deze toegang. Die toegang kan beperkt zijn in b.v. tijd, aantal megabytes of een nog nader te bepalen grootheid. Het kan ook zijn dat aanleveren of beschikbaar stellen van bijvoorbeeld een basisgegevenset of een berekeningsmodule rechten oplevert in de vorm van toegang. Tevens kunnen met de website enkele problemen voorlopig omzeild worden. De gegevenssets die de stakeholders via de Site-Atlas willen vinden, zijn vaak niet vrij toegankelijk. Om deze te mogen gebruiken moet men aan diverse voorwaarden voldoen, en veelal een bedrag betalen aan de oorspronkelijke eigenaar die dan b.v. een licentie verleent, waaraan afhankelijk van het betaalde bedrag, rechten ontleend kunnen worden. De Site-Atlas kan in ieder geval verwijzen naar de gegevens van oorspronkelijke eigenaar (website, contactgegevens, tarief, licentievoorwaarden). Vaak kunnen dit weer verwijzingen zijn. Conflicten rond het intellectueel eigendom worden hiermee vermeden. Dit speelt namelijk niet alleen bij datasets van derden waarvan men gebruik zou willen maken, ook de partners hebben dergelijke gegevens. Voor de bezoeker die op zoek is naar een specifieke gegevensset of een model, is het van groot belang vroegtijdig te kunnen zien of de verwijzing ‘online’ is (d.w.z. een direct of vrijwel direct toegankelijke gegevensbron), dan wel ‘offline’. Deze laatste toegang kan digitaal en elektronisch zijn maar vergt wellicht specifieke passwords of voorbereiding. Het kan ook zo zijn dat de gegevens op een gegevensdrager per post toegezonden worden. Een ander belangrijk verschil dat snel duidelijk moet zijn, betreft de kosten. Is iets toegankelijk zonder extra kosten, tegen kostprijs of gelden commerciële tarieven. De Site-Atlas van We@Sea kan een intermediaire rol spelen door als tussenpersoon voor b.v. de partners met de eigenaar van belangrijke gegevens afspraken te maken over de toegankelijkheid van de gegevens en daarbij ‘groepskorting’ proberen te verkrijgen. Meer over dit onderwerp in 5.3.1. Een ander belangrijk voordeel van de website als opleveringsvorm, is dat ook modellen etc. via dit medium kunnen worden aangeboden. De bestanden kunnen bijvoorbeeld als downloads ter beschikking worden gesteld. Bezoekers kunnen terugkomen om eventuele updates te verwerven. Ook zijn er mogelijkheden om de functionaliteit van de website online verder uit te breiden. Hierbij kan gedacht worden aan Gisfunctionaliteit of de mogelijkheid om online bepaalde berekeningsmodules te starten en de resultaten via de website te presenteren of voor download klaar te zetten. Meer over deze onderwerpen in 5.3.2 en 5.3.3. Het zwaartepunt van de verwijzingen zal zeker in het begin liggen bij vragen, gegevens en modellen die de locatiekeuze van offshore windparken bepalen. Later kan de inhoud aangevuld worden met relevante informatie voor de latere fases (plaatsing en onderhoud). De voorgestelde opzet van de Site-Atlas kan hierop inspelen, doordat het gegevensaanbod via de website snel en eenvoudig aangepast kan worden. 5.2.1
Techniek De technologische realisatie in de voorgestelde vorm, is relatief eenvoudig en kan ook snel uitgevoerd worden. De website of in ieder geval de initiële toegang kan op de be-
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
39
We@Sea Site-Atlas
staande website van We@Sea (http://www.we-at-sea.org/) ondergebracht worden. Een bijkomend voordeel hiervan kan zijn dat deze website en daarmee het consortium in bredere kring bekend wordt. De technische implementatie en de lay-out van de website kan op een later tijdstip worden vastgesteld. Voor de verwijzingen met begeleidende teksten en informatie is het beheertechnisch raadzaam om deze, naar verwachting regelmatig wijzigende informatie, vanuit een database te publiceren. Dat biedt tevens mogelijkheden om dezelfde informatie te presenteren op een wijze die aansluit bij de invalshoek van de bezoeker. Dat wil zeggen dat je een projectontwikkelaar die toe is aan het plannen maken voor de plaatsing van een windmolens(park) de gegevens toegesneden op zijn taak gepresenteerd krijgt, maar dat een onderzoeker die bezig is voor het ontwikkelen van b.v. een monitoringsprogramma juist daarvoor relevante gegevens te zien krijgt. Een meer generieke presentatievorm kan op een matrix gebaseerd worden. Kolommen staan dan b.v. voor een bepaalde fase (Locatiekeuze, Plaatsing, Onderhoud), Rijen staan dan b.v. voor stakeholdertype of gegevenstype. Technieken waarmee iets dergelijks te realiseren valt zijn Java Server Pages, Perl, Active Server Pages en diverse andere mogelijkheden. Een keuze is op dit moment moeilijk te maken, deze is mede afhankelijk van de mogelijkheden van de server(s) waarop de website gehost gaat worden. Merk hierbij op dat het niet noodzakelijk is dat de website als geheel op één server draait. Bepaalde onderdelen (inclusief de opties) kunnen worden toegevoegd van “buitenaf”. De keuze zal afhangen van de al beschikbare kennis bij de beheerders van de gebruikte servers en hun naaste collega’s. Presentatie van de gegevensset met een geografische inhoud, is in deze vorm niet interactief, wel is het mogelijk om een afbeelding op het scherm te tonen van de gegevens. Desgewenst kan de gegevensset naast de afbeelding aanklikbaar zijn, waardoor een meer gedetailleerde afbeelding getoond kan worden. Tevens is een download van goede kwaliteit mogelijk als deze in een formaat als PDF aangeboden wordt. Invulling van de We@Sea Site-Atlas als website kan verder vorm worden gegeven door het aanbieden van minder vluchtige gegevens in de vorm van gewone webpagina’s (= statische HTML).
5.3
Site-Atlas, Fase 2 – Voortgaande ontwikkeling
In het voorgaande hoofdstuk is ter rechtvaardiging van de keuze voor een website als optimale vorm voor de Site-Atlas is aandacht besteed aan mogelijkheden voor verdere ontwikkeling. Hier worden deze mogelijkheden nader uitgewerkt. Merk op dat de opties elkaar niet uitsluiten. Sterker nog zij vullen elkaar aan. 5.3.1
Intermediair Door een rol als intermediair op zich te nemen kan de Site-Atlas van We@Sea de toegankelijkheid van gegevensset en modellen vereenvoudigen. In plaats van dat de partners ieder voor zich moeite moeten steken in het verwerven van de rechten voor het gebruik van iets, is dat al door We@Sea geregeld. Downloaden kan door middel van een gebruiker/wachtwoordcombinatie die aan de partners verstrekt is. De manier waarop naar een dergelijke download wordt verwezen is afhankelijk van de overeengekomen licentievoorwaarden. Is het een overeenkomst voor een model of gegevensset zonder updates, dan is het de beste keuze om de bestanden vanaf de eigen website aan te bieden. Bij een overeenkomst waarin updates zijn opgenomen is het
40
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
beter naar een locatie te verwijzen waar de leverancier die updates toegankelijk maakt. Zo krijgen bezoekers van de Site-Atlas toegang tot de meest recente gegevens. Het overeenkomen van licentieovereenkomsten voor feitelijke verstrekking aan derden, kan in de praktijk erg moeilijk te realiseren zijn. Bij het overleg met een leverancier zal deze willen weten welke partijen via We@Sea toegang tot hun gegevens krijgen. Ook zullen ze voorwaarden kunnen stellen aan de wijze waarop de controle op verspreiding wordt uitgevoerd. Het kan daarom van belang zijn bij aanvang van een dergelijke onderhandeling al een idee te hebben van de beoogde toegangsbeveiliging en mogelijk opties. Voor een leverancier moet er een zakelijk voordeel zitten aan de overeenkomst met We@Sea. Een mogelijk voordeel is dat ze niet door alle partners en andere belangstellenden opnieuw over de aanschaf van hun gegevens lastig gevallen zullen worden. Een nadere analyse van de kosten die aan het gebruik van diverse datasets verbonden zijn en de besparingen die mogelijk zijn voor b.v. de We@Sea-partners (tijd en/of geld) zal uitwijzen of het verstandig is om deze uitbreiding van de mogelijkheden van de Site-Atlas te realiseren. Gezien de kosten die hieraan verbonden zijn, zal deze keuze gepaard gaan met door de partners te betalen kosten. Een voorbeeld aan de hand van de geografische gegevenssets die door RWS kosteloos via een website worden aangeboden. Stel de Site-Atlas wil meer dan enkel verwijzen, maar de mogelijkheid bieden om direct deze bestanden te downloaden. In dit geval zullen met deze aanbieder afspraken gemaakt moeten worden. RWS verliest op dat moment de controle over wie tot hun gegevenssets toegang heeft. Immers de Site-Atlas zal hiervoor van steeds dezelfde combinatie van gebruikersnaam en password gebruik maken. Dat kan verteerbaar worden door voor de download naam en e-mailgegevens van de downloader op te vragen en deze gegevens geautomatiseerd naar RWS te mailen. Een downloader bij de Site-Atlas heeft de gegevens weliswaar al in bezit gekregen, maar RWS is ten minste wel op de hoogte. 5.3.2
Gisfunctionaliteit Een nuttige en high-impact toevoeging aan de Site-Atlas is de optie om online gegevens als kaartmateriaal op het scherm te tonen. De bezoeker kan dan diverse beschikbare kaartlagen kiezen en de uitsnede instellen op een voor hem of haar interessant gebied. Omdat de geografische gegevens veelal een databaseachtige structuur hebben is van veel gegevens ook extra informatie op te vragen. Als b.v. van geplande OWP’s de status van het MER-proces is opgeslagen kan dat getoond worden, of de geplande capaciteit, type en afmetingen van molens etc. Het kunnen tonen van dit type gegevens vereist een belangrijke investering in technologie. Zowel de juiste hardware als software moeten beschikbaar zijn. Er zijn verschillende partijen, ook binnen We@Sea, waar deze infrastructuur al draait. Door hiervan gebruik te maken hoeven de kosten geen onoverkomelijk probleem te vormen. Ook kan het uit het oogpunt van kostenefficiëntie slim zijn om voor de realisatie gebruik te maken van aanwezige expertise. Een randvoorwaarde voor het realiseren van Gisfunctionaliteit is dat de datasets goed toegankelijk moeten zijn. Hoewel niet strikt noodzakelijk zal in de praktijk het “lokaal” beschikbaar hebben van de gegevens de voorkeur hebben. Dat betekent dat iemand er zorg voor moet dragen dat deze gegevens worden bijgewerkt als er wijzigingen optreden. Bij realisatie van deze optie is het voordeel voor de We@Sea-partners dat zij Gisfunctionaliteit krijgen aangeboden zonder dat zij zelf in de hiervoor vereiste hard- en software hoeven te investeren.
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
41
We@Sea Site-Atlas
Realisatie van deze optie komt ook tegemoet aan de op de workshop uitgesproken wens tot interactiviteit en de mogelijkheid om kaartlagen te kunnen manipuleren. 5.3.3
Modellen online Realistisch gezien is dit een optie die pas realiseerbaar is als Gisfunctionaliteit beschikbaar is. Immers veel van de modellen zullen rekenen op basis van gegevens die in o.a. de geografische gegevenssets van het GIS zijn vastgelegd. In verband met de performance van het geheel zal ‘lokale’ beschikbaarheid (server-side) wenselijk zijn. Anderzijds kan het zo zijn dat bepaalde gegevens via de website kunnen worden ingevuld of worden ge-upload voor gebruik in de berekening, b.v. de locatie en opstellingsgegevens voor een nieuw te plannen OWP. De kosten voor het realiseren van een Site-Atlas inclusief online runnen van modellen zijn alleen dan acceptabel als de infrastructuur ergens al voor handen is. De kosten voor eigen aanschaf en de vereiste investering in inrichting en beheer sluiten uit dat We@Sea deze kosten zelf zal willen dragen. Met de realisatie van deze optie wordt verder tegemoet gekomen aan de wens tot interactiviteit. Tevens wordt invulling gegeven aan de mogelijkheid om resultaten (van b.v. rekenmodules) als kaartbeelden te kunnen presenteren. Afhankelijk van de mogelijkheden die deze nog te realiseren rekenmodules gaan leveren, kan dit een belangrijke besparing betekenen voor o.a. de We@Sea-partners.
42
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
43
We@Sea Site-Atlas
6
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN Uit de bijeenkomsten met betrokkenen is gebleken dat een overzicht van beschikbare informatie zeer gewenst is en dat er vraag is naar een grote diversiteit aan data op de volgende terreinen: 1. Algemeen (beleid, beheer en bescherming) 2. Bodem en water 3. Natuur en milieu (ecologische processen, soorten, habitats, ecotypen) 4. Menselijk gebruik (visserij, recreatie, transport, energie en delfstoffen, defensie, luchtvaart, bedrijvigheid) 5. Kustveiligheid 6. Energieopbrengst (techniekontwikkeling offshore windmolens, kosten en baten van energieopwekking windmolens) 7. Percepties, betrokkenheid, cultuurhistorie, landschap 8. Ontwerp. De vragen worden vanuit diverse zienswijzen gesteld: het bedrijfsleven, de overheid en de maatschappelijke acceptatie. Uit de studie blijkt dat er al veel data beschikbaar zijn op het gebied van offshore windenergie. Het gaat hier echter ook vaak om geografische kaarten, waarvan de onderliggende informatie niet beschikbaar is. Met andere woorden, welke data zijn gekoppeld aan de informatie die zichtbaar is op de kaarten? Hierdoor is het voor de actoren onmogelijk met deze data zelf analyses uit te voeren. Over één aspect van informatie zijn nog weinig data beschikbaar: de cumulatieve effecten. Deze kunnen nog nauwelijks in beeld gebracht worden. Meer zicht op de cumulatieve effecten vraagt om een diepte investering. De gewenste informatie is afhankelijk van de fase waarin de ontwikkeling van een offshore windpark zich bevindt. Voorafgaand aan plaatsing (bij locatiekeuze) zal andere informatie van belang zijn dan tijdens de plaatsing, het in werking zijn van het park, en het afbreken van het park. Duidelijk is geworden dat de exploitatie van de Site-Atlas sterk gekoppeld moet worden aan de huidige afgesproken monitoringprogramma’s van de off shore windparken. Op dit moment is het draagvlak bij de diverse actoren om mee te investeren in een SiteAtlas minimaal. Aanbevolen wordt dan ook om van de vier besproken exploitatievormen de eerste voorlopig te realiseren. • Website met verwijzingen naar instanties die beschikken over data en (wetenschappelijke) literatuur. • We@Sea vervult intermediaire rol: - inkoop gegevenssets en modellen. • Gisfunctionaliteit aan de data en modellen: - gegevens m.b.v. kaartmateriaal tonen; - informatie voor specifiek gebied opvragen. • Modellen online mede gebaseerd op Gis-data. Een aan te bevelen variant hierop zou kunnen zijn niet te verwijzen naar de websites van de instanties, die beschikken over informatie, maar deze instanties de mogelijkheid
44
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
te geven de site van WE@SEA zelf in te vullen met de bij hen beschikbare informatie. Voor het programmabureau van WE@SEA dient dan wel duidelijk te zijn dat de beschikbare data voldoen aan de eisen van nauwkeurigheid en betrouwbaarheid. Tevens dienen de data up-to-date te blijven enz. In principe is het geen taak voor het Programmabureau We@Sea om data te inventariseren. Maar er ligt wel een taak om een systeem te ontwikkelen of een geschikte methodiek te benoemen waarmee het programmabureau kan sturen. Dit houdt in dat bijvoorbeeld het programmabureau aan kan geven welke informatie op welk terrein nader bestudeerd dient te worden omdat daar grote lacunes bestaan gezien het doel waarvoor het bureau is opgericht.
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
BIJLAGEN
45
46
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
47
We@Sea Site-Atlas
Bijlage 1 – Workshop 5 juli 2005 / Agenda Agenda workshop 1 – We@Sea Site-Atlas Workshop 5 juli 2005, 9.00-12.00 uur Locatie: TNO te Utrecht, benedenverdieping Zaal 1
9:00
Ontvangst Inloop met koffie / thee
Agenda 9:30 Start bijeenkomst – Inleiding - Voorstelronde - Opzet programma 9:45
Achtergrond onderzoek Site-Atlas - Opzet onderzoek Site-Atlas - Doel workshop
10:05 Bepalen van de behoefte (Topic Commenter) Per thema aangeven welke vragen er zijn. Wat is de informatiebehoefte? Zie bijlage 1A 10:30 Specificeren van de informatiebehoefte (Categorizer) De vragen verder specifiek maken: - Om welke criteria gaat het? - Wat is het gewenste / benodigde detailniveau van informatie? Zie bijlage 1B 11:00 Pauze 11:10 Koppeling vraag en aanbod Koppeling tussen de informatiebehoefte (vraag) en de beschikbaarheid aan informatie (aanbod). Een overzicht van het aanbod (reeds aanwezige en beschikbare data) wordt tijdens de workshop uitgedeeld. Voor die vragen waar nog geen informatie gevonden is wordt gekeken in hoeverre de aanwezigen deze kunnen benoemen. Zie bijlage 1C 11:40 Ontsluiting van informatie Vragen die betrekking hebben op de wijze waarop de informatie in de SiteAtlas ontsloten zou moeten worden. Zie bijlage 1D 12:00 Vervolg onderzoek en Rondvraag
48
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
49
We@Sea Site-Atlas
Bijlage 1A – Bepalen van de behoefte In deze ronde is per thema de behoefte bepaald, met andere woorden welke vragen zijn van belang binnen de betreffende thema’s en daaraan gekoppeld is informatie gewenst. De volgende thema’s zijn onderscheiden: 1. Algemeen (beleid, beheer en bescherming) 2. Bodem en water 3. Natuur en milieu (ecologische processen, soorten, habitats, ecotypen) 4. Menselijk gebruik (visserij, recreatie, transport, energie en delfstoffen, defensie, luchtvaart, bedrijvigheid) 5. Kustveiligheid 6. Energieopbrengst (techniekontwikkeling offshore windmolens, kosten en baten van energieopwekking windmolens) 7. Percepties, betrokkenheid, cultuurhistorie, landschap 8. Ontwerp 1. Algemeen (beleid, beheer en bescherming) • Welke effecten treden op voor leven boven en onder water • Zijn deze effecten positief of negatief ? (L) • Hoe kunnen negatieve effecten (natuur) worden voorkomen (geminimaliseerd) of hoe kunnen positieve effecten (natuur) worden vergroot (gemaximaliseerd) (heldere duidelijke effecten in relatie met soorten en plaats (afstand tot de kust bv) • (L) kunnen op basis van de gegevens besluiten genomen worden die niet worden aangevochten? (MER en Raad van State proof) • Informatie over plannen voor netaansluitingen op zee (P) • Informatie over plannen voor interconnects (P) • Plannen over verzwaringen van aansluitpunten op land (P) • Uitgesloten gebieden en aan te houden afstanden (P) • Status van projecten met algemene gegevens (P) • Gegevens over mogelijke leidingstraten op land: ecologie, ruimte, kosten, technische mogelijkheden (L) • Welke effecten worden al onderzocht, zijn al bekend. Voorkomen dat er dubbel onderzoek wordt gedaan. Onderzoeksbudget inzetten om waarde te creëren. Datgene onderzoeken wat nog niet in het buitenland is uitgezocht. • Data en impact assessment per park + inzicht in cumulatieve effecten van meerdere parken • Europese Directive nodig. Vervolg Egmond proces, waarin de zorgvuldige afweging tussen gebruiksbelangen op zee wordt gegarandeerd. (Procedures) • Algemeen: aan begin proberen een rangorde aan te brengen in relevantie van topics, niet evenveel aandacht voor alles wat op de lijst verschijnt - zeker ook tegen de achtergrond dat juist bij windenergie de meest onwaarschijnlijke vragen worden gesteld. Focus op werkelijk kritische factoren. • Prioritering van functies, bv gaat wind voor zandwingebieden. Hoe maken we keuzes? En wat is te combineren. • Gevoeligheid van effecten van windparken t.o.v. andere ingrepen of natuurlijke processen in beeld brengen. Praten we over peanuts of over zeer zware ingrepen. • Kosten, baten en acceptatie zijn voor de politiek belangrijk dus moeten risico's kunnen worden gekwantificeerd. + Voor acceptatie van belang wordt er niets geschaad wat belangrijk is + kunnen de kosten in de hand worden gehouden
50
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
2. Bodem en water • (L) Interactie met kenmerken bodem/bodemtypen (en relatie met biota in bodem, zie volgende), enerzijds voor windturbines (stabiliteit) anderzijds als milieueffect (sommige bodemtypen schaarser/waardevoller dan andere). • (L) Hoe is de bodem gesteldheid; zijn er oude getijden geulen; bestaat de bodem alleen uit zand? opbouw van de bodem tot enkele meters onder de fundering • Hoe is de stroming ter plaatse (ivm scour ) (L) • Maak onderscheid tussen bodem als "omgeving" en bodem als bouwmateriaal; omgeving hoort bij [3] en bouwmateriaal bij [0] • (L) Wat zijn de maximale golfhoogten in het gebied • (O) Wat zijn de golfhoogten in relatie met de windsnelheid en uit welke richting lopen de golven • Maak onderscheid tussen water als "omgeving" [3] en water als bron voor belasting op de constructie en als oorzaak van onwerkbaarheid [2] en [0] • Statistiek van seastates voor schattingen van bereikbaarheid en onderhoudskosten • (P) Voor leidingtrace's is het goed te weten hoe diep ik de kabels moet leggen in het gebied; Hoeveel meters? wisselt de bodemhoogte? 3. Natuur en milieu (ecologische processen, soorten, habitats, ecotypen) • Vogels; zowel data als impact • Zeezoogdieren (zowel data als impact) • Stepping stones (L) • (L) Op dit moment is inzicht in processen (bepalen kwetsbaarheid) belangrijker dan detailniveau in dataverzameling over groot gebied • Hoe verhouden natuur- en milieueffecten van windturbineparken zich tot die van overige processen (economische activiteiten) op de Noordzee? • (L) Interactie met V&W/LNV project beschermde gebieden Noordzee wezenlijk, daar is al veel kennis verzameld die aangeeft welke processen/soorten/habitats op welke plek relevant zijn en dus (in geval van planning windparken daar) op hun kwetsbaarheid voor windturbines moeten worden onderzocht. • Lopen we niet het gevaar dat we de natuur- en milieueffecten van windturbineparken onder een vergrootglas leggen terwijl we het 'grotere kwaad' op de Noordzee (olie- en gaswinning, lozingen, overbevissing) negeren. • Meer aandacht voor positieve milieueffecten; energieopbrengst, refugiumfunctie, combinatie van functies, oasevorming (i.p.v. woestijnvorming) 4. Menselijk gebruik (visserij, recreatie, transport, energie en delfstoffen, defensie, luchtvaart, bedrijvigheid) • Effect van gesloten gebieden op visstand (L) • Gebruik gebieden en termijnen, b.v. duur concessies olie en gaswinning (L) • Mogelijkheid tot verleggen van ruimtelijke claims door overige gebruikers (bijv. militaire oefengebieden en scheepvaartroutes) • Effect van OWP op scheepvaart(veiligheid); zowel per park als cumulatieve effecten van meerdere parken) • (L) Interacties met ander menselijk gebruik zijn wezenlijk. Met welke typen gebruik is combinatie mogelijk? • Hoe aanvechtbaar zijn huidige ruimteclaims door andere gebruikers gerechtvaardigd? (bijv. gebieden voor beton- en metselzandwinning). • Ga uit van vreedzame co-existentie met andere gebruikers
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
51
We@Sea Site-Atlas
5. Kustveiligheid • Is misschien een effect op lange termijn wanneer zeer veel parken gebouwd zijn; zal qua effect een orde kleiner zijn dan zeespiegelverhoging en ingrepen aan de kustlijn (tweede maasvlakte bijvoorbeeld) • Volgens mij is dit voor parken > 10 km ut de kust een non-issue. Maar ik ruil mijn mening graag in tegen een betere. • Lijkt me geen onderwerp voor offshore wind. Alleen bij kabelkruising duinen. Wat zijn de effecten als er tig kabels door de duinen gaan? • Opnemen in onderzoek naar mogelijke cumulatieve effecten • Eigenonderzoekgegevens EN vergelijkbare uit omringende landen beschikbaar stellen in openbare database. • Waar gaat dit over? 6. Energieopbrengst (techniekontwikkeling offshore windmolens, kosten en baten van energieopwekking windmolens) • (Extra) kosten fundering per meter waterdiepte (L) • Kosten kabel per meter (L) • Aansluitkosten per MW op verschillende aansluitpunten (L) • Weerwindows (lage windsnelheid, golfhoogte) voor transport O&M ploeg (O) • Invloed van nabijgelegen parken op de energieopbrengst (P) • Technische mogelijkheid tot bundeling kabels van verschillende parken en mogelijkheid van bundeling met andere kabels b.v. Britnet (L, P) • Opwekkosten voor optimaal parkontwerp afhankelijk van windklimaat, parkontwerpparameters, afstanden tot havens en e-aansluitpunten. • Verwachtingen tav verschillen tussen productie en vraag naar elektriciteit (onbalans) en kosten daarvan • Voor eerste fase van ontwerp traject: generieke afschatting van energie opbrengst, capacity factor, afhankelijk van een aantal globale wind park parameters (geïnstalleerd vermogen per vierkante meter bestreken rotoroppervlak, torenhoogte, spacing, afstand en oriëntatie t.o.v. andere parken of obstakels. • Bij gebleken haalbaarheid: gegevens m.b.t. afstand tot havens, netaansluitingscapaciteit. etc. • Vergelijking wind ter plaatse van park met wind op andere locatie waarvoor zeg 30 jaar aan winddata beschikbaar is (O) • Mogelijkheden tot verminderen onbalansproblematiek door goede geografische spreiding en onderlinge verbinding van parken (r.e. interconnector) (L) • Maak onderscheid tussen kosten voor energieproductie [3] en kosten voor plaatsing/onderhoud en aansluiting [4]; [3] is geen functie van afstand/waterdiepte bijvoorbeeld. • Gedetailleerde windgegevens voor parkontwerp en opbrengstberekeningen 7. Percepties, betrokkenheid, cultuurhistorie, landschap • Behoefte aan gegevens van ervaringen bij andere projecten hoe het algemene publiek vanaf het begin bij de projectvoorbereiding is betrokken en met welk resultaat. • Visualisaties (zeer realistische) publiceren. Communiceren welke onderzoeken vooraf en welke maatregelen achteraf genomen kunnen worden om ingrijpende negatieve effecten op milieu, veiligheid en ander gebruik te voorkomen. • Consequent blijven relativeren van maatschappelijke acceptatie: "wat wordt het alternatief als die windmolens NIET gebouwd worden" • Hoe kan maatschappelijke acceptatie worden vergroot
52
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
• Bij de ontwikkeling van de Noordzee dient een goede balans te worden gevonden tussen een industrie- en natuurgebied. • Dit betekent uitsluitinggebieden voor industrie (=windpark?) en het aangeven van waardevolle natuurgebieden (welke zijn dat?). • 8. Ontwerp. • Extreme waarden (b.v. eens per 50 jaar): wind, golf + combinatie (L). • Voor vermoeiing, scatterdiagram (significante golfhoogte, periode, windsnelheid). • In volgorde van gevoeligheid voor de (economische) haalbaarheid vanuit het perspectief van de projectontwikkelaar: windkarakteristieken, waterdiepte, golfkarakteristieken, bodemgesteldheid. uitsluitingen door ander gebruik, natuurwaarden (breed) • Bodemgegevens en morfologie voor ontwerp ondersteuningsconstructie/ fundering (L).
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
53
We@Sea Site-Atlas
Bijlage 1B – Specificeren van de informatiebehoefte In deze ronde worden de vragen die bij het ‘inventariseren van de informatiebehoefte’ zijn genoemd nogmaals gespecificeerd. 1.
Welke effecten treden op voor leven boven en onder water - Dit bestaat al; zie We@Sea programma - Nogal breed geformuleerd; dit is een vraag naar een blanco cheque voor de onderzoekers
2.
Zijn deze effecten positief of negatief? (L) -
3.
Hoe kunnen negatieve effecten (natuur) worden voorkomen (geminimaliseerd) of hoe kunnen positieve effecten (natuur) worden vergroot (gemaximaliseerd) (heldere duidelijke effecten in relatie met soorten en plaats (afstand tot de kust bv) - Het ‘hoe’ moet niet in alle gevallen in de Site-Atlas worden opgenomen. Wel verwijzingen naar andere gegevensbronnen.
4.
(L) kunnen op basis van de gegevens besluiten genomen worden die niet worden aangevochten? (MER en Raad van State proof) - Zeer eens met opmerking over MER en RvS proof.
5.
Informatie over plannen voor netaansluitingen op zee (P) -
6.
Informatie over plannen voor interconnects (P) - Ook verwijzen naar de resultaten van We@Sea project over Interconnectors.
7.
Plannen over verzwaringen van aansluitpunten op land (P) - Verwijzing naar andere databases (b.v. de website van de Europese TSO’s) volstaat.
8.
Uitgesloten gebieden en aan te houden afstanden (P) -
9.
Status van projecten met algemene gegevens (P) -
10. Gegevens over mogelijke leidingstraten op land: ecologie, ruimte, kosten, technische mogelijkheden (L) 11. Welke effecten worden al onderzocht, zijn al bekend. Voorkomen dat er dubbel onderzoek wordt gedaan. Onderzoeksbudget inzetten om waarde te creëren. Datgene onderzoeken wat nog niet in het buitenland is uitgezocht. - Maar wel gegevens buitenland op goede wijzen naar NL/Noordzee vertalen.
54
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
12. Data en impact assessment per park + inzicht in cumulatieve effecten van meerdere parken - Input koppelen aan output desbetreffende We@Sea project. 13. Europese Directive nodig. Vervolg Egmond proces, waarin de zorgvuldige afweging tussen gebruiksbelangen op zee wordt gegarandeerd. (Procedures) - Verwijder deze opmerking maar. - Is er een Wet offshore Windenergie nodig, vergelijkbaar met Mijnwet. Alle andere functies lijken stevig verankerd in wet- en regelgeving. Wind moet het doen met snel in elkaar gekunstelde beleidsregels waar we nu de vruchten van plukken. Stevige verankering in beleid en wetgeving van wind en vastgelegde keuzes kunnen onzekerheden en onduidelijkheden met habitatrichtlijn en vogelrichtlijn verminderen. Als dit er niet komt wordt wind aan de afweging van de RvS overgelaten. - Vraag: is een projectvergunning voor een windpark mogelijk: 1 vergunning voor het gehele park + bekabeling met 1 overheidsloket. Op deze wijze kan de zo gewenste koppeling tussen EZ en RWS worden gelegd. 14. Algemeen: aan begin proberen een rangorde aan te brengen in relevantie van topics, niet evenveel aandacht voor alles wat op de lijst verschijnt - zeker ook tegen de achtergrond dat juist bij windenergie de meest onwaarschijnlijke vragen worden gesteld. Focus op werkelijk kritische factoren. 15. Prioritering van functies, bv gaat wind voor zandwingebieden. Hoe maken we keuzes? En wat is te combineren. 16. Gevoeligheid van effecten van windparken t.o.v. andere ingrepen of natuurlijke processen in beeld brengen. Praten we over peanuts of over zeer zware ingrepen. 17. Kosten, baten en acceptatie zijn voor de politiek belangrijk dus moeten risico's kunnen worden gekwantificeerd + voor acceptatie van belang wordt er niets geschaad wat belangrijk is + kunnen de kosten in de hand worden gehouden. 18. (L) Interactie met kenmerken bodem/bodemtypen (en relatie met biota in bodem, zie volgende), enerzijds voor windturbines (stabiliteit) anderzijds als milieueffect (sommige bodemtypen schaarser/waardevoller dan andere). 19. (L) hoe is de bodem gesteldheid; zijn er oude getijden geulen; bestaat de bodem alleen uit zand? opbouw van de bodem tot enkele meters onder de fundering? 20. Hoe is de stroming ter plaatse (ivm scour ) (L) -
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
55
We@Sea Site-Atlas
21. Maak onderscheid tussen bodem als "omgeving" en bodem als bouwmateriaal; omgeving hoort bij [3] en bouwmateriaal bij [0] 22. (L) wat zijn de maximale golfhoogten in het gebied 23. (O) Wat zijn de golfhoogten in relatie met de windsnelheid en uit welke richting lopen de golven 24. Maak onderscheid tussen water als "omgeving" [3] en water als bron voor belasting op de constructie en als oorzaak van onwerkbaarheid [2] en [0] 25. Statistiek van seastates voor schattingen van bereikbaarheid en onderhoudskosten 26. (P) Voor leidingtrace's is het goed te weten hoe diep ik de kabels moet leggen in het gebied. Hoeveel meters? Wisselt de bodemhoogte? 27. Vogels; zowel data als impact 28. Zeezoogdieren (zowel data als impact) 29. Stepping stones (L) - Windparken als de ecologische verbindingszones op zee. 30. (L) Op dit moment is inzicht in processen (bepalen kwetsbaarheid) belangrijker dan detailniveau in dataverzameling over groot gebied 31. Hoe verhouden natuur- en milieueffecten van windturbineparken zich tot die van overige processen (economische activiteiten) op de Noordzee? - Bij impact-assessment aansluiten bij relevante beleidskaders waarin (hopelijk) impact van alle economische activiteiten wordt beschouwd. - Hoe weeg je mee dat vrijwel alle natuur-/milieuverstoring door windmolenparken tijdelijk en vaak ook omkeerbaar is? (dit i.t.t. bijvoorbeeld de milieueffecten veroorzaakt door klimaatverandering). 32. (L) Interactie met V&W/LNV project beschermde gebieden Noordzee wezenlijk, daar is al veel kennis verzameld die aangeeft welke processen/soorten/habitats op welke plek relevant zijn en dus (in geval van planning windparken daar) op hun kwetsbaarheid voor windturbines moeten worden onderzocht. -
56
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
33. Lopen we niet het gevaar dat we de natuur- en milieueffecten van windturbineparken onder een vergrootglas leggen terwijl we het 'grotere kwaad' op de Noordzee (olie- en gaswinning, lozingen, overbevissing) negeren. - Wat is de zin van een strenge natuur- en milieu beoordeling van windmolenparken als die voor andere gebruikers van de Noordzee niet geldt? 34. Meer aandacht voor positieve milieueffecten; energieopbrengst, refugiumfunctie, combinatie van functies, oasevorming (ipv woestijnvorming) 35. Effect van gesloten gebieden op visstand (L) 36. Gebruik gebieden en termijnen, bv duur concessies olie en gaswinning (L) 37. Mogelijkheid tot verleggen van ruimtelijke claims door overige gebruikers (bijv. militaire oefengebieden en scheepvaartroutes) - Waar liggen huidige ruimteclaims en waarop zijn die gebaseerd (historische rechten? waar vastgelegd in overheidsbeleid? hoe 'hard' is dat beleid?). - Waar is verdrijving tot buiten 12 mijlzone op gestoeld? 38. Effect van OWP op scheepvaart(veiligheid); zowel per park als cumulatieve effecten van meerdere parken) 39. (L) Interacties met ander menselijk gebruik zijn wezenlijk. Met welke typen gebruik is combinatie mogelijk? 40. Hoe aanvechtbaar zijn huidige ruimteclaims door andere gebruikers gerechtvaardigd? (bijv. gebieden voor beton- en metselzandwinning) 41. Ga uit van vreedzame met andere gebruikers 42. (Extra) kosten fundering per meter waterdiepte (L); kosten kabel per meter (L); aansluitkosten per MW op verschillende aansluitpunten (L) 43. Weerwindows (lage windsnelheid, golfhoogte) voor transport O&M ploeg (O) - Statistiek van hoe lang deze vensters zijn (in uur) voor diverse grenswaarden windsnelheid en golfhoogte 44. Invloed van nabijgelegen parken op de energieopbrengst P 45. Technische mogelijkheid tot bundeling kabels van verschillende parken en mogelijkheid van bundeling met andere kabels bv Britnet (L, P) -
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
57
We@Sea Site-Atlas
46. Opwekkosten voor optimaal parkontwerp afh van windklimaat, parkontwerpparameters, afstanden tot havens en e-aansluitpunten 47. Verwachtingen tav verschillen tussen productie en vraag naar elektriciteit (onbalans) en kosten daarvan. 48. Voor eerste fase van ontwerp traject: generieke afschatting van energie opbrengst, capacity factor, afhankelijk van een aantal globale wind park parameters (geïnstalleerd vermogen per vierkante meter bestreken rotoroppervlak, torenhoogte, spacing, afstand en oriëntatie t.o.v. andere parken of obstakels. Bij gebleken haalbaarheid: gegevens m.b.t. afstand tot havens, netaansluitingscapaciteit. etc. 49. Vergelijking wind ter plaatse van park met wind op andere locatie waarvoor zeg 30 jaar aan winddata beschikbaar is (O) 50. Mogelijkheden tot verminderen onbalansproblematiek door goede geografische spreiding en onderlinge verbinding van parken (r.e. interconnector) (L) 51. Maak onderscheid tussen kosten voor energieproductie [3] en kosten voor plaatsing/onderhoud en aansluiting [4]; [3] is geen functie van afstand/waterdiepte bijvoorbeeld. 52. Gedetailleerde windgegevens voor parkontwerp en opbrengstberekeningen - Ook specificatie van onzekerheid in kWh prijs - Profiel afhankelijk van golfhoogte (en dus windsnelheid), dag- en nachtwisseling, turbulentiegraden in verschillende sectoren 53. Behoefte aan gegevens van ervaringen bij andere projecten hoe het algemene publiek vanaf het begin bij de projectvoorbereiding is betrokken en met welk resultaat. 54. Visualisaties (zeer realistische) publiceren. Communiceren welke onderzoeken vooraf en welke maatregelen achteraf genomen kunnen worden om ingrijpende negatieve effecten op milieu, veiligheid en ander gebruik te voorkomen. - Uitermate belangrijk (icm met onderwerp 56): valt enigszins buiten Site-Atlas, maar hier zou LIFE-project opgetuigd moeten worden: maak Nederlandse bevolking trots op off-shore windmolenparken. 55. Consequent blijven relativeren van maatschappelijke acceptatie: "wat wordt het alternatief als die windmolens NIET gebouwd worden" - Communiceren dat windenergie een oplossing is en niet een probleem.
58
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
56. Hoe kan maatschappelijke acceptatie worden vergroot - Veel informatie en vooral beelden laten zien Net als destijds met de afsluiting van de Oosterschelde hoe we bezig zijn op zee. - Tevens zouden een aantal parken met privaatgeld van gewone burgers moeten worden gebouwd zoals in DK (middelgrunden) en in D (butendiek) is gedaan. - Laten zien dat het allemaal wel meevalt met de impact op het milieu. - Laat een zeehondje op TV regelmatig vertellen hoe blij hij is met de windparken op zee. en dat zijn leven er een stuk plezieriger op is geworden sinds hij vrolijk visjes kan eten in en rond de parken. 57. Bij de ontwikkeling van de Noordzee dient een goede balans te worden gevonden tussen een industrie- en natuurgebied. Dit betekent uitsluitinggebieden voor industrie (=windpark?) en het aangeven van waardevolle natuurgebieden (welke zijn dat?) 58. Extreme waarden (bijv. eens per 50 jaar): wind, golf + combinatie (L) voor vermoeiing: scatterdiagram (significante golfhoogte, periode, windsnelheid) - Scatterdiagram: elk uur (of 3 uur) voor een periode van > 30 jaar - Extreme: jaarmaxima van 10-min wind / 1 (of 3) uurs golf voor > 10 jaar - Naast low strain/high cycle ook high strain/low cycle informatie nodig voor beoordeling van degradatie 59. In volgorde van gevoeligheid voor de (economische) haalbaarheid vanuit het perspectief van de projectontwikkelaar: windkarakteristieken, waterdiepte, golfkarakteristieken, bodemgesteldheid. Uitsluitingen door ander gebruik, natuurwaarden (breed) 60. Bodemgegevens en morfologie voor ontwerp ondersteuningsconstructie/ fundering (L) -
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
59
We@Sea Site-Atlas
Bijlage 1C – Koppeling vraag en aanbod Op basis van een eerste overzicht van beschikbare data is een selectie gemaakt uit te benoemde vragen in de vorige ronde. Voor die vragen waar op het eerste gezicht geen beschikbare data voor is geïnventariseerd, wordt in deze ronde bekeken of de aanwezigen mogelijk bronnen kennen die hier meer informatie over kunnen geven. 1.
Welke effecten treden op voor leven boven en onder water Aan het volgend jaar te bouwen Windpark Egmond zit een uitgebreid Monitoring en Evaluatieprogramma gekoppeld dat een groot aantal vragen zowel wat betreft techniek als ecologie gaat beantwoorden. De informatie die hieruit komt is bruikbaar en beschikbaar voor de volgende initiatieven offshore. Contactpersoon bij NoordzeeWind is Henk Kouwenhoven. Het onderzoeksprogramma Ecologie wordt getrokken door Han Lindenboom, Alterra.
2.
Zijn deze effecten positief of negatief ? (L) Beoordeling met inachtneming van de vraag wat de milieueffecten zijn van het niet-plaatsen van windturbines.
3.
Hoe kunnen negatieve effecten (natuur) worden voorkomen (geminimaliseerd) of hoe kunnen positieve effecten (natuur) worden vergroot (gemaximaliseerd) (heldere duidelijke effecten in relatie met soorten en plaats (afstand tot de kust bv) -
4.
Informatie over plannen voor netaansluitingen op zee (P) Tennet (Arnhem) en Wil Kling.
5.
Informatie over plannen voor interconnects (P) -
6.
Plannen over verzwaringen van aansluitpunten op land (P) Tennet.
7.
Gegevens over mogelijke leidingstraten op land: ecologie, ruimte, kosten, technische mogelijkheden (L) -
8.
Data en impact assessment per park + inzicht in cumulatieve effecten van meerdere parken - Dit punt zeker kijken naar wat in DK (Eltra en NERI) en in Duitsland (Min Envi.) Cornelia Viertl gebeurt. Bij de cumulatieve effecten is zeker Europese afstemming noodzakelijk. - Inzicht in cumulatieve effecten veronderstelt inzicht in effecten.
9.
Prioritering van functies, bv gaat wind voor zandwingebieden. Hoe maken we keuzes? En wat is te combineren. -
60
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
10. Gevoeligheid van effecten van windparken t.o.v. andere ingrepen of natuurlijke processen in beeld brengen. Praten we over peanuts of over zeer zware ingrepen. 11. Kosten, baten en acceptatie zijn voor de politiek belangrijk dus moeten risico's kunnen worden gekwantificeerd + voor acceptatie van belang wordt er niets geschaad wat belangrijk is + kunnen de kosten in de hand worden gehouden Zie landschapsonderzoek in DK 12. (L) Interactie met kenmerken bodem/bodemtypen (en relatie met biota in bodem, zie volgende), enerzijds voor windturbines (stabiliteit) anderzijds als milieueffect (sommige bodemtypen schaarser/waardevoller dan andere). 13. Vogels; zowel data als impact - Impact data ontbreken in de nu voorgelegde lijst. Er zal een wezenlijke stap op dat punt gezet moeten worden, het gaat niet om hoeveel vogels er zijn maar in welke mate de vogels die er zijn beïnvloed worden. Voorlopige benadering via gepubliceerde sensitivity index. Voor trekvogels nog iets vergelijkbaars ontwikkelen. Vogels is in de verstrekte lijst ten onrechte al naar soorten beperkt; er zijn meer vogels(oorten) relevant dan alleen 'kust en zeevogels'. - Voor vogels: Bureau Waardenburg/Alterra/Royal NIOZ beschikken over eigen data of kunnen deze beschikbaar maken (ESAS, RIKZ) en ook interpreteren. 14. Zeezoogdieren (zowel data als impact) 15. Hoe verhouden natuur- en milieueffecten van windturbineparken zich tot die van overige processen (economische activiteiten) op de Noordzee? - Informatie over milieueffecten olie- en gaswinning te halen uit MER-en van deze activiteiten - Informatie over macro-effecten van deze activiteiten (veroorzaken van klimaatverandering) te halen bij Verbond van Verzekeraars 16. Effect van gesloten gebieden op visstand (L) 17. Mogelijkheid tot verleggen van ruimtelijke claims door overige gebruikers (bijv. Militaire oefengebieden en scheepvaartroutes) 18. Effect van OWP op scheepvaart(veiligheid); zowel per park als cumulatieve effecten van meerdere parken) MARIN, Cees van der Tak. 19. (Extra) kosten fundering per meter waterdiepte (L), kosten kabel per meter (L), aansluitkosten per MW op verschillende aansluitpunten (L) - Detailkosten voor offshore windparken, de componenten daarvan en het bedrijf in ECN's programma OWECOP.
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
61
We@Sea Site-Atlas
20. Weerwindows (lage windsnelheid, golfhoogte) voor transport O&M ploeg (O) Te bepalen uit elke database waarin gelijktijdig informatie zit over golf en wind (zeg per uur); bijv. Commerciële NESS/NEXT database (opgesteld door gas/olie industrie ). 21. Invloed van nabijgelegen parken op de energieopbrengst P - Programma voor de interactie tussen parken in ontwikkeling bij ECN. - Belangrijk onderwerp. Er loopt een project binnen We@Sea dat hierover gegevens gaat genereren. 22. Technische mogelijkheid tot bundeling kabels van verschillende parken en mogelijkheid van bundeling met andere kabels bv Britnet (L, P) 23. Opwekkosten voor optimaal parkontwerp afhankelijk van windklimaat, parkontwerpparameters, afstanden tot havens en e-aansluitpunten 24. Verwachtingen tav verschillen tussen productie en vraag naar elektriciteit (onbalans) en kosten daarvan - Dit onderwerp niet in categorie gegevens aanbod. Reduceren tot plaatsopgeloste correlaties van windsnelheden. De expert (al of niet in een bewerkingsmodule, gekoppeld aan de Site-Atlas), kan daarmee iets doen in relatie tot accepteren van programmaverantwoordelijkheid. - Expertise voor berekening van de verwachte statistiek voor vermogensfluctuaties van specifieke parken bij ECN 25. Voor eerste fase van ontwerp traject: generieke inschatting van energie opbrengst, capacity factor, afhankelijk van een aantal globale wind park parameters (geïnstalleerd vermogen per vierkante meter bestreken rotoroppervlak, torenhoogte, spacing, afstand en oriëntatie t.o.v. andere parken of obstakels. Bij gebleken haalbaarheid: gegevens m.b.t. afstand tot havens, netaansluitingscapaciteit. etc. - Programma OWECOP ECN. 26. Vergelijking wind ter plaatse van park met wind op andere locatie waarvoor zeg 30 jaar aan winddata beschikbaar is (O) - Gegevens meteo stations langs kust en op platforms (bijv. K13) KNMI / RWS - De windatlas van ECN geeft gedetailleerde plaatsafhankelijke informatie over windsnelheidsverdelingen, windrozen, turbulentie en stabiliteit 27. Mogelijkheden tot verminderen onbalansproblematiek door goede geografische spreiding en onderlinge verbinding van parken (r.e. interconnector) (L) -
62
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
63
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Bijlage 1D – Ontsluiting van informatie Voor de Site-Atlas is ook de wijze van ontsluiting van informatie van belang. Om hier inzicht in te verkrijgen zijn aan de aanwezigen de volgende vragen voorgelegd: 1. Hebt u behoefte aan generieke informatie? 2. Hebt u behoefte aan locatieafhankelijke invoer? 3. Is het wenselijk om de resultaten te kunnen presenteren, bijvoorbeeld in kaartbeelden? 4. Wilt u deze kaartbeelden nog kunnen aanpassen (lagen aan-/uitzetten, transparantie instellen, symbolen aanpassen, etc.)? 5. Is de Site-Atlas een toepassing die interactief is? 6. Is de Site-Atlas een stand-alone applicatie (één PC met eigen gegevensbestanden, geen gelijktijdige toegang)? 7. Is de Site-Atlas een netwerkapplicatie (PC doet eigen berekeningen, gelijktijdige toegang tot gegevensbestanden via netwerk)? 8. Is de Site-Atlas een webapplicatie (toegang via internet met behulp van een browser)? 9. Heeft de Site-Atlas een eigen ondersteunende website (updates van de applicatie, updates van de gegevensbestanden, etc.)? 10. Bent u bereid kosten te maken ten gunste van de Site-Atlas? 11. Bent u bereid initiële kosten te maken ten behoeve van de ontwikkeling van de Site-Atlas? 12. Bent u bereid doorlopende kosten te betalen ten behoeve van het onderhouden / verbeteren van de Site-Atlas? 13. Is de Site-Atlas een gereedschap dat u zelf (in-house) denkt te gaan gebruiken? 14. Is de Site-Atlas een tool die u door de complexiteit door derden laat bedienen? Resultaten stemronde Vraag Wilt u deze kaartbeelden nog kunnen aanpassen (lagen aan-/uitzetten, transparantie instellen, symbolen aanpassen, etc.)? Is het wenselijk om de resultaten te kunnen presenteren, bijvoorbeeld in kaartbeelden? Heeft de Site-Atlas een eigen ondersteunende website (updates van de applicatie, updates van de gegevensbestanden, etc.)? Hebt u behoefte aan generieke informatie? Hebt u behoefte aan locatieafhankelijke invoer? Is de Site-Atlas een webapplicatie (toegang via internet met behulp van een browser)? Is de Site-Atlas een gereedschap dat u zelf (in-house) denkt te gaan gebruiken?
Total
Mean
STD
SA (4)
A (3)
D (2)
SD (1)
33
3.67
0.50
6
3
0
0
32
3.56
0.53
5
4
0
0
31
3.44
0.73
5
3
1
0
31
3.44
1.01
6
2
0
1
31
3.44
1.01
6
2
0
1
29
3.22
0.97
4
4
0
1
27
3.00
0.87
2
6
0
1
64
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Vraag Is de Site-Atlas een toepassing die interactief is? Is de Site-Atlas een netwerkapplicatie (PC doet eigen berekeningen, gelijktijdige toegang tot gegevensbestanden via netwerk)? Bent u bereid doorlopende kosten te betalen ten behoeve van het onderhouden / verbeteren van de Site-Atlas? Bent u bereid kosten te maken ten gunste van de Site-Atlas? Bent u bereid initiële kosten te maken ten behoeve van de ontwikkeling van de SiteAtlas? Is de Site-Atlas een stand-alone applicatie (één PC met eigen gegevensbestanden, geen gelijktijdige toegang)? Is de Site-Atlas een tool die u door de complexiteit door derden laat bedienen? SA = A= D= SD =
helemaal mee eens mee eens niet mee eens helemaal niet mee eens
Total
Mean
STD
SA (4)
A (3)
D (2)
SD (1)
26
2.89
0.60
1
6
2
0
22
2.44
0.73
0
5
3
1
21
2.33
0.50
0
3
6
0
21
2.33
0.87
0
5
2
2
20
2.22
0.83
0
4
3
2
16
1.78
0.67
0
1
5
3
16
1.78
0.67
0
1
5
3
65
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
BIJLAGE 2 – Workshop 27 september 2005 / Verslag Verslag workshop 2 – We@Sea Site-Atlas Workshop 27 september 2005, 13.30-17.00 uur Locatie: TNO te Utrecht 1. Opening Opening vergadering door Theo Reijs. Schets programma bijeenkomst. 2. Aanpak project Korte weergave van de stappen in het project: Subonderzoek 1 Vraagarticulatie Site-atlas
Subonderzoek 2 Inventarisatie reeds aanwezige databases/modules (aanbodzijde)
Subonderzoek 3 – Ontwikkeling basisstructuur Site-atlas
Subonderzoek 4 (uitwerking in projectfase 2) Ontwikkeling specifieke (data)modules zoals “Siteatlasapplicatie”
3. Bespreking rapportage – Vraag en Aanbod Korte weergave van de uitwerking van de vraag, aanbod en thema-indeling. Discussie • In de fasen zijn benoemd: locatiekeuze, plaatsing en onderhoud. Vanuit de MER is het nodig dat ook sloop c.q. afbraak onderdeel moet zijn van de te beschouwen fasen. Deze moet toegevoegd worden. • Kustveiligheid is in overleg tijdens de vorige bijeenkomst geschrapt. Er wordt opgemerkt dat er wel degelijk invloed kan zijn daar waar de kabels door de duinen getrokken worden. Antwoord hierop is dat dit nu ook al geldt voor andere functies. In feite gaat het hier om een bekende techniek, die niet specifiek is voor Offshore Windparken. • Ecofys beschikt ook over een database voor wind en golven genaamd POWER, deze is nog niet genoemd. • De COD-database is specifiek opgesteld voor Natuur en Milieu. Hier zijn rapporten uit acht landen in verzameld inclusief de links. Opgemerkt wordt dat de informatie lastig toegankelijk is. • Aanvulling: ARGOSS database. • In hoeverre heeft RIKZ een overzicht van specifieke data?
66
TNO rapport2007-D-R0073/A | | We@Sea Site-Atlas
Acties ALLEN:
opmerkingen ten aanzien van de rapportage (specifiek matrix vraag en aanbod) door geven voor vrijdag 7 oktober 2005. 4. Bespreking rapportage – Basisstructuur Korte weergave van de uitwerking van de basisstructuur op basis van de wensen uit de eerste workshop en uitwerking naar functionaliteiten. Discussie • Wat wordt er bedoeld met ‘modellen online’? Het gaat hierbij om specifieke applicaties die toegevoegd/gekoppeld kunnen worden aan de Site-Atlas. • Er is vooral draagvlak voor de website met verwijzingen. • Aan doorontwikkeling naar bijvoorbeeld gezamenlijke inkoop van gegevenssets en modellen, Gisfunctionaliteit en modellen is nu geen behoefte. Dit komt onder andere door het feit dat hier geen geld mee verdiend kan worden. De vragen zijn vaak erg ad hoc en situationeel gebonden. • Doorontwikkeling heeft ook een sterke link met de vraag welke verantwoordelijkheid We@Sea wil hebben als beheerder. Bij een website met verwijzingen ligt die verantwoordelijkheid bij de eigenaar van de site. Natuurlijk geldt wel dat de informatie/verwijzingen up-to-date moeten zijn. • De website met verwijzingen moet vraaggestuurd opgezet zijn: je komt via het stellen van een vraag uit bij de informatie die je zoekt. • Er moet gewerkt worden met kernbegrippen die veelal gebruikt worden. Bij de verwijzing moet ook kort beschreven worden de kwaliteit van de te verwachten informatie: welke data, welke nauwkeurigheid, betrouwbaarheid, etc. Op deze manier weet je van tevoren wat je aan de informatie hebt. • In feite zijn er twee lijnen die de inhoud van de website met verwijzingen vullen: literatuur en databeschikbaarheid (al dan niet via betaling). • Een site met verwijzingen zou minimaal één keer per jaar bijgehouden moeten worden als totaal, en als er iets nieuws verschijnt, moet dit toegevoegd worden. Hoe uitgebreider de Site-Atlas des te meer capaciteit vrijgemaakt moet worden om dit actueel te houden. • Het is belangrijk dat de Site-Atlas gekoppeld is met de site van We@Sea.
5. Vervolg Acties • Voorleggen matrix aan een aantal specifieke instellingen: onder andere RIKZ, Han Lindeboom (Alterra Texel), Joost van Iperen (Fugro), Stichting de Noordzee. Deze terugkoppeling wordt gedaan met het oog op een ‘compleetheidtoets’. • Definitieve rapportage opsturen van We@Sea, Jakob Asjes met kopie naar We@Sea bestuur. • Geiske Bouma stuurt herinnering rond naar alle genodigden dat zij tot vrijdag 7 oktober nog kunnen reageren.
TNO rapport2007-D-R0073/A | |
67
We@Sea Site-Atlas
6. Rondvraag Chris Westra – Er is een congres in Kopenhagen. Op uitnodiging neemt hij deel aan de ‘high policy workshop’. Hier komen onderwerpen aan bod rondom offshore windenergie. Leon van der Palen – COD project van SenterNovem richt zich op netaansluiting, natuur- en milieuaspecten en regelgeving van offshore wind. Het COD project wordt dit jaar afgerond. Er wordt een voorstel gedaan voor een vervolg COD-II, maar of dat doorgaat is nog onzeker en afhankelijk van uitkomst tenderrangschikking. Waar een COD-vervolg zich op zal gaan richten is nu nog niet bekend. Hoe dan ook, start van COD-II zou op zijn vroegst september 2006 zijn. ACTIE LEON: Ruud de Bruijne (SenterNovem, trekker COD) in contact brengen met Theo Reijs. Theo Reijs – Zijn er nog acties naar aanleiding van het verschijnen van de MKBA. Er liggen initiatieven van de TU Delft voor een ingezonden brief, NWEA doet een reactie uitgaan en het We@Sea bestuur wil vanuit haar kennis ook een reactie geven. ACTIE THEO: Theo heeft hierover contact met Chris Westra. 7. Sluiting