Agenda betreft
Vergadering Veiligheidsoverleg IJsselland
datum
13 mei 2015
tijd plaats
9.30-09.45 Mooirivier Hotel, Dalfsen Algemeen Bestuur Veiligheidsregio (9.30-9.45 uur) 1.
Opening
2.
Verslag vergadering 25 maart 2015 (bijlage)
3. Mededelingen/ingekomen stukken (bijlage) besluitvormend 4. Rampbestrijdingsplan Argos Terminal Zwolle (bijlage opvraagbaar bij secretariaat) 5. Rampbestrijdingsplan Salland Olie Kampen (bijlage opvraagbaar bij secretariaat) Informerend 6. Aanbesteding accountant 7. Reactie Projectplannen Strategische Agenda Veiligheidsberaad 8. DB verslag 21 januari 2015 9. DB verslag 5 maart 2015 10. DB verslag 25 maart 2015 11. Rondvraag 12. Sluiting
Aansluitend Bestuurdersdag Veiligheidsregio IJsselland, Politie District IJsselland en RCIV
Notulen van datum
Algemeen Bestuur Veiligheidsregio IJsselland 25 maart 2015
aanwezig
Namens de gemeenten: de heren H.J. Meijer (Zwolle, voorzitter), A.P. Heidema (Deventer), B. Koelewijn (Kampen), A.G.J. Strien (Olst-Wijhe), E.J. Bilder (Zwartewaterland), M. Dadema (Raalte), P.H. Snijders (Hardenberg) en mevrouw M.A.J. van der Tas (Steenwijkerland). Verder de heren P. Miltenburg (politie Oost Nederland), V.G. Smink (officier van justitie), H.A.F.W. de Haan (namens regionaal militair commando Noord), en A.H. Schreuders (secretaris, veiligheidsregio), mevrouw L.J. Sievers (commandant regionale brandweer), en M. Fransen (notulist).
afwezig
De heren H.C.P. Noten (Dalfsen), M.J. Ahne (Ommen), J.D. Alssema (Staphorst), H. Dijk (namens waterschappen), S. Dekker (Politie) H. Zwart (coördinerend functionaris gemeenten) en mevrouw N.A.M. Rigter (directeur publieke gezondheid). 1. Opening De heer Meijer opent de vergadering om 9 uur. Bericht van verhindering is ontvangen van de heren Noten, Ahne, Alssema, Dijk, Dekker en mevrouw Rigter
2. Verslag vergadering 18 februari 2015 Er zijn geen opmerkingen op het verslag. Naar aanleiding van het verslag: - Mevrouw Van der Tas vraagt om gezamenlijke verantwoordelijkheid en urgentie omtrent het op 17 december 2014 vastgestelde dekkingsplan van de brandweer. Met name Hardenberg en Steenwijkerland hebben te maken met lange opkomsttijden. De heer Heidema geeft aan dat er maatregelen worden getroffen daar waar de opkomsttijden niet gehaald worden. Aan welke maatregelen denkt de veiligheidsregio? Mevrouw Sievers vertelt dat de het met name maatregelen ‘aan de voorkant’ zijn, op brandpreventief gebied, betreft. Dit is in lijn met het meerjarenbeleidsplan. - De heer Koelewijn vraagt of de inzetbrief van de Brandweerkamer nog toegelicht moet worden. Men geeft aan dat dit niet nodig is. Het bestuur stelt het verslag vast.
3. Mededelingen / ingekomen stukken Ingekomen stukken - Eindrapport evaluatie veiligheid NSS 2014 (ministerie van V&J/NCTV) - Begrotingsbrief 2016 (Provincie Overijssel) - Adviseren in proces van ruimtelijke ordening (provincie Overijssel) - Monitoring aanbevelingen Staat Rampenbestrijding 2013 (ministerie van V&J-Inspectie V&J) Het algemeen bestuur neemt kennis van de ingekomen stukken.
kenmerk vervolgblad
2 van 3
INFORMEREND
4. Evaluatie GRIP3 brand Regelink Schroothandel Kampen Voorstel Voorgesteld wordt kennis te nemen van het multidisciplinaire evaluatierapport ‘H. Regelink
Schroothandel B.V. te Kampen’ van 22 oktober 2014. Bespreking Dit rapport beschrijft de uitkomsten van de multidisciplinaire inzet bij de GRIP3- brand in Kampen op 22 oktober 2014. Voorafgaand aan het AB heeft de gemeente Kampen gevraagd enkele punten in het rapport explicieter/concreter uit te werken. Het betreft onder ander punten op het gebied van communicatie. De heer Meijer doet daarom het procesvoorstel om na het AB, in overleg met de gemeente Kampen, het rapport op de betreffende punten aan te vullen. Het rapport komt aansluitend in het DB van 16 april aanstaande nog een keer terug voor definitieve besluitvorming. Besluit Het algemeen bestuur besluit om, in overleg met de gemeente Kampen, het rapport op de betreffende punten aan te vullen. Het rapport komt aansluitend in het DB van 16 april aanstaande nog een keer terug voor definitieve besluitvorming.
5. Regionale beschrijving piketfunctie Algemeen Commandant Brandweer Voorstel Kennis te nemen van het DB-besluit om de waardering van de regionale piketfunctie Algemeen Commandant Brandweer, met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2014 te hanteren. Bespreking Dit betreft de formalisering van een bestaande situatie. Deze piketfunctie bestaat al enige jaren, maar een passende functiebeschrijving conform HR21 was tot op heden niet voorhanden. Dit besluit leidt niet tot meer piketten of hogere kosten. Besluit Het algemeen bestuur neemt kennis van het voorstel.
6. Wijzigingen in arbeidsvoorwaardenregeling Voorstel Kennis te nemen van het DB-besluit om:
kenmerk vervolgblad
3 van 3
-
de bijgevoegde wijzigingen van de CAR-UWO, behorende bij bijlage 1 (wijziging CAR-UWO), met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2015 vast te stellen; artikel 6:2:1:2 van de arbeidsvoorwaardenregeling te herstellen naar de oorspronkelijke tekst met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2014; bijgevoegde wijziging van bijlage IId, met betrekking tot de faciliteiten voor OR- en GO-leden, met terugwerkende kracht vanaf 1 april 2014 vast te stellen.
Bespreking In september 2014 is de arbeidsvoorwaardenregeling bestuurlijk vastgesteld. Hierbij is toen het voorbehoud gemaakt bij artikel 6:2:1:2 waar het GO nog mee moest instemmen. Inmiddels vraagt de regeling ook op twee andere punten om een wijziging (wijzigingen voortvloeiende uit CAR-UWO en de faciliteitenregeling voor OR/GO-leden). Besluit Het algemeen bestuur neemt kennis van het voorstel.
7. Stand van zaken herhuisvesting De verhuizing vanuit de Zeven Alleetjes in Zwolle naar de brandweerkazernes vindt deze week plaats. Mevrouw Sievers licht de laatste stand van zaken mondeling toe. De heer Heidema vraagt of er een openingshandeling is. Mevrouw Sievers vertelt dat de vier kazernes op zaterdag 16 mei open huis hebben.
10. Rondvraag Niemand heeft punten voor de rondvraag.
11. Sluiting Om 9.25 uur sluit de voorzitter de vergadering.
Vastgesteld op 13 mei 2015
De heer drs. H.J. Meijer
De heer drs. A.H. Schreuders
Voorzitter
Secretaris
Agendapunt - informatie
aan datum agendapunt onderwerp proceseigenaar portefeuillehouder
Algemeen Bestuur 13 mei 2015 03. Ingekomen stukken/Mededelingen L.J. Sievers H.J. Meijer
1. Lijst van ingekomen stukken *NB de bijlagen bij de brieven zijn op te vragen bij het secretariaat Nummer 20150513.01
Datum 25-03-2015
20150513.02
25-03-2015
20150513.03
26-03-2015
20150513.04
27-03-2015
20150513.05
30-03-2015
20150513.06
02-04-2015
20150513.07
02-04-2015
20150513.08
03-04-2015
20150513.09
14-04-2015
Onderwerp Vervoer gevaarlijke stoffen per spoor aan Prorail (B&W gemeente Deventer, mede namens gemeente Apeldoorn, Arnhem, Brummen, Rheden en Voorst). Monitoring vervoer gevaarlijke stoffen per spoor aan de staatssecretaris I&M (B&W gemeente Deventer, mede namens gemeente Almelo, Amersfoort, Apeldoorn, Arnhem, Borne, Brummen, Hengelo, Hof van Twente, Losser, Oldenzaal, Rijssen-Holten, Rheden, Voorst, Wierden, Zutphen, de regio’s Twente en Stedendriehoek, Veiligheidsregio’s Noord- en Oost-Gelderland, IJsselland en Veiligheids-en Gezondheidsregio GelderlandMidden). Consultatie beleidsplan Veiligheidsregio Flevoland (Veiligheidsregio Flevoland).* Herijking BDUR (Ministerie van Veiligheid en Justitie namens Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid). Rappelbrief aanbevelingen slachtofferregistratie (Inspectie Veiligheid en Justitie mede namens Inspecteur-generaal van de Inspectie voor de Gezondheidszorg). Wijziging regeling rijden met optische en geluidssignalen 2009 (Ministerie van Veiligheid en Justitie). Verantwoording BDuR 2013 veiligheidsregio IJsselland (Ministerie van Veiligheid en Justitie). Nucleair transport Poppenburg- De Lutte naar Borssele (Ministerie van Veiligheid en Justitie namens hoofd Nationaal Crisiscentrum). Brief opvraagbaar bij secretariaat) Informatievraag na.v. Kamervragen SP Brandweervrijwilligers en onveilige situaties (Ministerie V&J/NCTV)
Afdoening t.k.n.
t.k.n.
DB DB
DB
VD DB DB
MT
kenmerk vervolgblad
ingekomen stukken/mededelingen 2 van 2
2. Mededelingen
Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid Ministerie van Veiligheid en Justitie
>
Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag
De voorzitter van het Veiligheidsberaad, mw. mr. G. Faber Postbus 7010
6801 HA Arnhem
Directie Weerbaarheidsverhoging Veilig heidsregios Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.nctv.nI
Contactpersoon Nmb Manzoli
Beleidscoördinator T 06 51 21 12 13 n c.
[email protected]
Datum 27 maart 2015 Onderwerp Herijking BDUR
Ons kenmerk 630073
Bij lagen 3
Hierbij verzoek ik u te reageren op de voorgenomen nieuwe verdeling van de Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDUR).
Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen.
In opdracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en mij heeft bureau Cebeon onderzoek verricht naar respectievelijk het subcluster Brandweer en Rampenbestrijding van het gemeentefonds en de BDUR. Het betreft een kostengeoriënteerd onderzoek met behulp van de onderzoeksmethode die gebruikelijk is voor herijking van het gemeentefonds en de BDUR. Bijgaand treft u het onderzoeksrapport aan (zie bijlage 1). Uitgangspunt bij het onderzoek naar de BDUR is dat het totaal beschikbare bedrag voor deze doeluitkering niet wijzigt. Uit het onderzoek is gebleken dat veiligheidsregio’s meer uitgaven hebben gedaan in het kader van het Besluit risico’s zware ongevallen (BRZO) en externe veiligheid. Daarom is in de verdeelformule van de BDUR het gewicht van de maatstaf BRZO verhoogd en is tevens de verdeelmaatstaf onroerend zaak belasting niet-woningen toegevoegd. Een aantal jaren geleden is het BDUR-budget opgehoogd met een zogenoemd BTW-compensatiebudget in verband met het vervallen van de mogelijkheid tot het afzonderlijk claimen van BTW-betalingen. Dat budget wordt tot op heden met een aparte formule verdeeld over de regio’s. In de nieuwe verdeelformule van de BDUR is de verdeling van die BTW-component integraal verwerkt. De bijgevoegde tabel (zie bijlage 2) toont, op basis van de voorstellen uit het onderzoek, de herverdeeleffecten van de afzonderlijke geldstromen BDUR en het subcluster Brandweer en Rampenbestrijding van het gemeentefonds per veiligheidsregio, alsmede het gezamenlijke herverdeeleffect. De minister van BZK is voornemens de wijzigingen ten aanzien van het subcluster Brandweer en Rampenbestrijding te verwerken in de komende meicirculaire en vanaf het uitkeringsjaar 2016 toe te passen op de verdeling. Hij heeft hierover en over de andere wijzigingen vanuit de tweede fase van het groot onderhoud gemeentefonds, mede namens medefondsbeheerder Financiën, advies gevraagd aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Raad voor de financiële verhoudingen.
Pagina 1 van 2
Ik ben voornemens de in het rapport van Cebeon opgenomen nieuwe verdeling van de BDUR over te nemen en de bijlage 2 bij het Besluit veiligheidsregio’s per 1 januari 2016 aan te passen (zie bijlage 3). Ik vraag u uiterlijk 1 mei 2015 te reageren, in verband met de tijd die benodigd is voor de voorgenomen aanpassing en met het oog op een tijdige communicatie in de junicirculaire “BDUR” aan de veiligheidsregio’s over de voorgenomen wijziging. De uitkomsten van het onderzoek zijn in de begeleidingscommissie met uw medewerkers gedeeld. Mijn collega van BZK heeft namens mij de Raad voor de financiële verhoudingen ook gevraagd te adviseren over de herverdeling van de BDUR.
Hoogachtend, namens
Nationaal
en Veiligheid
Pagina 2 van 2
Inspectie Veiligheid en Justitie Ministerie
van Veiligheid
en
Justitie
> Retouradres Postbus 2 0 3 0 1 2500 EH Den Haag IVenJ T u r f m a r k t 147 2 5 1 1 DP
Aan de voorzitter van de Veiligheidsregio IJsselland De heer H J . Meijer Postbus 1453 8001 BL ZWOLLE
Den Haag
Postbus 2 0 3 0 1 2500 EH Den Haag www.ivenj.nl
Contactpersoon S.M.W. van Rossenberg coördinerend
V15.001636
Datum 30 maart 2015 Onderwerp Rappelbrief aanbevelingen slachtofferregistratie
senior
inspecteur T 06 46 8 1 87 06 s.m.w.van.rossenberg® inspectievenj.nl
Projectnaam Slachtofferregistratie
Ons kenmerk 630928 Bij beantwoording
de
en ons kenmerk
vermelden.
datum
Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen.
Geachte heer Meijer,
De Inspectie Veiligheid en Justitie en de Inspectie voor de Gezondheidszorg hebben u op 18 juni 2014 het rapport 'Stand van zaken van terugkerende knelpunten bij slachtofferregistratie' aangeboden. In dit rapport constateren de inspecties dat er op het gebied van slachtofferregistratie een aantal stappen tot verbetering is gezet, zoals de Slachtoffer Informatie Systematiek (SIS) en gemaakte afspraken tussen veiligheidsregio's en ziekenhuizen over de uitwisseling van slachtoffergegevens. Echter, een aantal knelpunten is volgens de inspecties nog niet of onvoldoende opgepakt. Dit betreft het niet of nauwelijks gebruiken van de gewondenkaart, het uitgebreide takenpakket en de taakuitvoering van de coördinator gewondenvervoer, de voorwaarschuwing aan ziekenhuizen en het informeren van bestuurders voor andere taken dan verwanteninformatie, zoals crisiscommunicatie en nazorg. Voor deze knelpunten hebben de inspecties aanbevelingen geformuleerd. Gezien het belang van een adequate oplossing van de gesignaleerde knelpunten, hebben de inspecties u in het rapport gevraagd om hen uiterlijk 1 januari 2015 te informeren over de opvolging van de aanbevelingen en de gemaakte afspraken. Tot op heden hebben wij echter geen reactie van u ontvangen. Bij deze verzoek ik u nogmaals om informatie over de opvolging van bovenstaande aanbevelingen en gemaakte afspraken. U kunt deze informatie uiterlijk tot 1 mei 2015 sturen naar mevrouw M. Verhoef via het mailadres
Pagina 1 v a n 2
m.e.verhoef©inspectievenj.nl. Na deze termijn zullen de inspecties de informatie analyseren en hierover een brief naar de minister van Veiligheid en Justitie en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport sturen.
Hoogachtend, Mede namens de Inspecteur-generaal van de Inspectie voor de Gezondheidszorg mevrouw dr. J.A.A.M. (Ronnie) van Diemen-Steenvoorde
J.G. Bos
Hoofd Inspectie Veiligheid en Justitie
Datum 30 maart 2015 Ons kenmerk 630928
Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid Ministerie van Veiligheid en justitie
> Retouradres P ostbus 2Ū301 2500 EH Den Haag
Directie Weerbaarheidsverhoging
Veiligheidsregio Ijsselland A a n de V o o r z i t t e r
NCTV/DW/AV T u r f m a r k t 147 2 5 1 1 DP Den Haag
Postbus 1 4 5 3 8 0 0 1 BL ZWOLLE
Postbus 2 0 3 0 1
V15.001637
2500 EH Den Haag www.nctv.nl
Contactpersoon E. de H a m e r senior
beleidsmedewerker
T 070 7 5 1 55 37
Ons kenmerk
Datum
2 april 2 0 1 5
O n d e r w e r p W i j z i g i n g r e g e l i n g r i j d e n m e t o p t i s c h e en g e l u i d s s i g n a l e n 2 0 0 9
631456
Bijlagen 1
Geachte voorzitter,
Bij beantwoording
de
en ons kenmerk
vermelden.
datum
Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen.
De Regeling o p t i s c h e en g e l u i d s s i g n a l e n 2 0 0 9 b e p a a l t w i e en o n d e r w e l k e o m s t a n d i g h e d e n m e t z w a a i l i c h t en s i r e n e m a g r i j d e n . I n e e r s t e i n s t a n t i e is d a t v o o r b e h o u d e n aan de ' k l a s s i e k e h u l p d i e n s t e n ' als b r a n d w e e r , politie en a m b u l a n c e z o r g . D a a r n a a s t is een a a n t a l a n d e r e d i e n s t e n a a n g e w e z e n die g e r e c h t i g d z i j n o m t e r i j d e n m e t o p t i s c h e en g e l u i d s s i g n a l e n ( O G S ) . Deze r e g e l i n g is m e t i n g a n g v a n 1 april 2 0 1 5 a a n g e p a s t en m a a k t het m o g e l i j k d a t h e t b e s t u u r v a n de v e i l i g h e i d s r e g i o f u n c t i o n a r i s s e n a a n w i j s t die g e r e c h t i g d z i j n o m t e r i j d e n m e t OGS. D a t kan v a n b e l a n g z i j n als u f u n c t i o n a r i s s e n h e e f t , die deel u i t m a k e n v a n een p i k e t o r g a n i s a t i e , m a a r n i e t b e h o r e n t o t de a a n g e w e z e n h u l p d i e n s t e n . De precieze f o r m u l e r i n g en v o o r w a a r d e n k u n t u t e r u g l e z e n in de bijlage. V o o r v e r d e r e v r a g e n v e r w i j s ik u n a a r m i j n m e d e w e r k e r de heer De H a m e r .
Hoogachtend, De m i n i s t e r v a n V e i l i g h e i d en J u s t i t i e , namens deze,
I r . P .Th. G e l t d r f "
directeur
Weerbaarneidsverhoging
STAATSCOURANT
Nr. 8953 30 maart 2015
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 26 maart 2015, nr. IENM/BSK-2015/56402, tot wijziging van de Regeling optische en geluidssignalen 2009 in verband met aanwijzing van hulpverleningsdiensten en technische verbeteringen De Minister van Infrastructuur en M i l i e u , Handelende na overleg met de Ministers van Defensie, van Veiligheid en Justitie, en van Volksgezondheid en Sport; Gelet op de artikelen 29, eerste en derde lid, en 30, t w e e d e lid, van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990; BESLUIT:
ARTIKEL I De Regeling optische en geluidssignalen 2009 w o r d t als v o l g t g e w i j z i g d : A Artikel 1, t w e e d e lid, w o r d t als v o l g t g e w i j z i g d : 1. Onderdeel d k o m t te luiden: d.
1 . de veiligheidsregio's, 2 . de operationele onderdelen van het Instituut Fysieke Veiligheid, 3 . Het Landelijk Operationeel C o ö r d i n a t i e c e n t r u m van het Ministerie van Veiligheid en Justitie;. 0
0
0
2. In onderdeel i w o r d t ' m i n i s t e r van Justitie' v e r v a n g e n door: Minister van Veiligheid en Justitie. 3. In onderdeel j w o r d t 'de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport' v e r v a n g e n door: de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. 4. In onderdeel I w o r d t 'het w a p e n der Koninklijke Marechaussee' v e r v a n g e n door: de Koninklijke Marechaussee. 5. Onder v e r v a n g i n g van de punt aan het slot van onderdeel n d o o r een p u n t k o m m a w o r d e n drie o n d e r d e l e n t o e g e v o e g d , luidende: o.
1". de hoofdofficier van het landelijk parket van het Openbaar Ministerie, 2". het Nederlands Forensisch Instituut; p. van het Rijksinstituut v o o r Volksgezondheid en M i l i e u : 1 . de m i l i e u o n g e v a l l e n d i e n s t , 2 . de radiologische dienst straling, 3". de incidentcoördinator; q. 1 . de explosieven o p r u i m i n g s d i e n s t e n van het Ministerie van Defensie 2". de brandweerdiensten van het Ministerie van Defensie, 3 . het C o ö r d i n a t i e c e n t r u m Expertise A r b e i d s o m s t a n d i g h e d e n en Gezondheid, ten behoeve van het verrichten van m e t i n g e n bij stralingsincidenten, 4 . het A d v i e s en Assistentieteam en de Detectie, Identificatie en M o n i t o r i n g g r o e p van de Chemische, Radiologische en Nucleaire (CBRN) Responscapaciteit. 0
C
D
C
C
B In artikel 5, eerste lid, w o r d t ' M i n i s t e r van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties' v e r v a n g e n door: Minister van Veiligheid en Justitie.
30 maart 2015
c Artikel 6 w o r d t als v o l g t g e w i j z i g d : a. De a a n d u i d i n g ' 1 . ' v o o r het eerste lid vervalt. b. Het t w e e d e lid vervalt.
Artikel 7 k o m t te luiden: Artikel 7 De signalen op m o t o r v o e r t u i g e n die op 1 maart 2009 w a r e n voorzien van b l a u w zwaai- of knipperlicht en een t w e e - of d r i e t o n i g e h o o r n of van geel zwaai- of knipperlicht, o v e r e e n k o m s t i g het bepaalde in artikel 3 van de Regeling optische en g e l u i d s s i g n a l e n , zoals die regeling luidde op 28 februari 2009, zijn in a f w i j k i n g van artikel 5, eerste, t w e e d e en vijfde lid, als v o l g t u i t g e v o e r d : a. het blauwe zwaai-, flits- of knipperlicht is r o n d o m zichtbaar; b. het geel zwaai-, flits- of knipperlicht is r o n d o m zichtbaar; c. de h o o r n is t w e e t o n i g en geeft achtereenvolgens de t o n e n b en e aan, w a a r b i j de geluidssterkte van elke t o o n bij dag ten minste 110 db(A) en 's nachts ten minste 100 db(A) is, met een m a x i m a l e geluidssterkte van 125 db(A); de m e t i n g van de geluidssterkte van de h o o r n v i n d t plaats o v e r e e n k o m s t i g hoofdstuk 11 van de Regeling toelatingseisen, zoals die regeling luidde op 30 april 2009, w a a r b i j de geluidssterkte vanaf het w e g d e k w o r d t g e m e t e n .
ARTIKEL II De hieronder g e n o e m d e besluiten w o r d e n ingetrokken: a.
het A a n w i j z i n g s b e s l u i t hulpverleningsdiensten ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; b. het A a n w i j z i n g s b e s l u i t hulpverleningsdiensten ministerie van Defensie; c. het besluit v a n de Minister v a n Justitie van 20 april 2010, kenmerk 5650915/10, h o u d e n d e aanwijzing van het Nederlands Forensisch Instituut als h u l p v e r l e n i n g s d i e n s t van het Ministerie van Justitie (Stcrt. 2010, 6461); d. het besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 18 februari 2014, kenmerk 197652-117228-PG, h o u d e n d e aanwijzing van de h u l p v e r l e n i n g s d i e n s t e n van het RIVM op g r o n d van de Regeling optische en geluidssignalen 2009 (Stcrt. 2014, 5357); e. het besluit van de Minister van Veiligheid en Justitie van 14 maart 2014, kenmerk 493819, h o u d e n d e aanwijzing van de Hoofdofficier van Justitie van het Landelijk Parket als hulpverleningsdienst in de zin van de Regeling optische en geluidssignalen 2009. ARTIKEL III Deze regeling treedt in w e r k i n g met ingang van 1 april 2015. Deze regeling zal met de t o e l i c h t i n g in de Staatscourant w o r d e n geplaatst. De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
Staatscourant 2015 nr. 8953
30 maart 2015
TOELICHTING Op g r o n d van artikel 29, eerste lid, van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 kan de Minister van Infrastructuur en Milieu hulpverleningsdiensten aanwijzen die b l a u w zwaai,-, flits- of knipperlicht en een t w e e t o n i g e h o o r n m o g e n v o e r e n . In de Regeling optische en geluidssignalen 2009 is een aantal h u l p v e r l e n i n g s d i e n s t e n aangewezen. Daarnaast w a s o p g r o n d van artikel 1, t w e e d e lid, onderdeel d , van die regeling d o o r de Ministers van Binnenlandse Zaken, van Defensie, van Veiligheid en Justitie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een aantal h u l p v e r l e n i n g s d i e n s t e n aangewezen. Met deze regeling zijn alle hulpverleningsdiensten aangewezen in de Regeling optische en geluidssignalen 2009. Dit is meer in o v e r e e n s t e m m i n g met het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en k o m t de kenbaarheid van die aanwijzingen ten goede. Deze regeling is afgestemd met de betrokken ministeries. Deze regeling heeft geen g e v o l g e n v o o r de administratieve lasten of inhoudelijke nalevingskosten.
Artikel I Onderdeel
A
De w i j z i g i n g e n van artikel 1 betreffen enkele verbeterde a a n d u i d i n g e n en het o p n e m e n in de Regeling optische en geluidssignalen 2009 van de hulpverleningsdiensten die w a r e n o p g e n o m e n in afzonderlijke aanwijzingsbesluiten. Daarnaast is besloten o m de veiligheidsregio's aan te wijzen als h u l p v e r l e n i n g s d i e n s t e n (artikel 1, t w e e d e lid, onderdeel d, o n d e r 1 , van de Regeling optische en geluidssignalen 2009). De reden van deze aanwijzing is dat operationele functionarissen van de veiligheidsregio's o p g r o n d van het Besluit veiligheidsregio's onder o m s t a n d i g h e d e n binnen korte tijd met hun w e r k z a a m h e d e n m o e t e n kunnen b e g i n n e n . O m d a t deze functionarissen niet altijd werkzaam zijn bij politie, b r a n d w e e r of dienst v o o r geneeskundige h u l p v e r l e n i n g kunnen ze niet altijd uit dien hoofde b l a u w zwaai-, flits- of knipperlicht en een t w e e t o n i g e h o o r n v o e r e n . Met deze aanwijzing is voorzien in die m o g e l i j k h e i d . Op g r o n d van artikel 4, eerste lid, van de Regeling optische en geluidssignalen 2009 w o r d e n d o o r het bestuur van de veiligheidsregio de functionarissen aangewezen die daadwerkelijk gebruik m o g e n maken van deze m o g e l i j k h e i d . 0
Onderdeel
B
Dit betreft een v e r b e t e r i n g van een v e r w i j z i n g . Onderdeel
C
Artikel 6, t w e e d e lid, van de Regeling optische en geluidssignalen 2009 bevatte een overgangsrechtelijke bepaling. O m d a t die bepaling nu is uitgewerkt is deze geschrapt. Daardoor kan er geen verwarring meer ontstaan over de vraag of artikel 5, tweede lid, van de Regeling optische en geluidssignalen 2009 nu w e l of niet van toepassing is o p de v o e r t u i g e n , bedoeld in artikel 6 van die regeling. Onderdeel
D
De tekst van artikel 7 van de Regeling optische en geluidssignalen 2009 is nagenoeg gelijk aan de tekst van het oude artikel 7, t w e e d e lid. O m de inzichtelijkheid van deze uitzondering te v e r g r o t e n is deze opnieuw geformuleerd. De uitzondering betreft v o e r t u i g e n die reeds v o o r 1 maart 2009 w a r e n voorzien van b l a u w of geel zwaai- flits- of knipperlicht en t w e e t o n i g e of drietonige h o o r n . O m een o v e r b o d i g e en kostbare vervangingsoperatie van de signalen v o o r al die v o e r t u i g e n te v o o r k o m e n is bepaald dat de b l a u w e en gele zwaai-, flits of knipperlichten o p die v o e r t u i g e n m o e t e n v o l d o e n aan de eisen zoals die g o l d e n v o o r 1 maart 2009. Indien een dergelijk v o e r t u i g w o r d t v e r v a n g e n d o o r een n i e u w v o e r t u i g m o e t dat nieuwe v o e r t u i g uiteraard v o l l e d i g v o l d o e n aan de eisen van artikel 5, eerste, t w e e d e en vijfde lid, van de Regeling optische en geluidssignalen 2009.
Staatscourant 2015 nr. 8953
30 maart 2015
Artikel II De genoemde aanwijzingsbesluiten zijn alle opgegaan in artikel 1, tweede lid, van de Regeling optische en geluidssignalen 2009. De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
Staatscourant 2015 nr. 8953
30 maart 2015
Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid Ministerie van Veiligheid en Justitie
> Retouradres Postbus 2 0 3 0 1 2500 EH Den Haag
Aan het bestuur van de veiligheidsregio IJsselland Postbus 1453 8001 BL Zwolle
Directie Weerbaarheidsverhoging afdeling Veiligheidsregio's T u r f m a r k t 147 2 5 1 1 DP Den Haag Postbus 2 0 3 0 1 2 5 0 0 EH Den Haag www.nctv.nl
V15.001628
Contactpersoon Anton van Ruijven
M 06 53 8 1 14 65 a.l.m.van.ruijvenia nctv.minvenj.nl
Datum
2 april 2015 Ons kenmerk
Onderwerp verantwoording BDuR 2013 veiligheidsregio IJsselland Geacht bestuur, In 2013 zijn aan uw regio bijdragen verstrekt op grond van het Besluit veiligheidsregio's. Met deze brief informeer ik u over de afwikkeling van de verantwoording van de in 2013 voor de BDuR (Brede Doeluitkering Rampenbestrijding) aan u verstrekte bijdragen.
609391 Bij beantwoording
de
en ons kenmerk
vermelden.
Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen.
Voor de BDuR is de algemene richtlijn van SiSa (Single information, Single audit) van kracht. SiSa is de manier waarop medeoverheden (provincies, gemeenten en gemeenschappelijke regelingen) aan het Rijk verantwoorden hoe ze de specifieke uitkeringen hebben besteed. De verantwoording voor de BDuR is geheel gestoeld op het oordeel van de accountant; in algemene zin over het totale financieel beheer van de veiligheidsregio in zijn verklaring, en meer in het bijzonder ten aanzien van de BDuR-bijdrage in zijn rapport van bevindingen. U heeft over 2013 conform de methode van SiSa verantwoording afgelegd. Ik ga akkoord met uw verantwoording over 2013 en ik stel de in dat jaar in het kader van de BDuR aan uw regio verstrekte bijdragen hierbij vast. Mocht u naar aanleiding van het bovenstaande vragen hebben dan kunt u contact opnemen met: de heer Anton van Ruijven (06 53811465), e-mailadres: a.l.m.van.ruiiven(anctv.minveni.nl. of de heer Henk Emmerzaal (06 48130939), e-mailadres: h.emmerzaal(ô)nctv.minveni.nl van de afdeling Veiligheidsregio's van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Hoogachtend, De Minister van Veiligheid en Justitie,
E.M. Meekes hoofd afdeling Veiligheidsregio
datum
's
Pagina 1 v a n 1
Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid Ministerie van Veiligheid en j u s t i t i e
> Retouradres P ostbus 2 0 3 0 1 2500 EH Den Haag
De voorzitters van de besturen van de veiligheidsregio's
Directie Weerbaarheidsverhoging Veiligheidsregio's T u r f m a r k t 147 2 5 1 1 DP Den Haag Postbus 2 0 3 0 1 2500 ĒH Den Haag www.nctv.nl
V15.001660
Contactpersoon Nino Manzoli Beleidscoördinator T 06 5 1 2 1 12 13
[email protected]
Datum 14 april 2015 Onderwerp Informatievraag naar aanleiding van Kamervragen lid Kooiman over brandweervrijwilligers en onveilige situaties
Ons kenmerk 637397
Bijlagen 1 Bij beantwoording
Hierbij vraag ik uw medewerking voor het volgende. Op 7 april 2015 heeft lid Kooiman (SP ) schriftelijke Kamervragen gesteld aan de Minister van VenJ over het bericht van BNR dat het tekort aan brandweervrijwilligers leidt t o t onveilige situaties . Bijgaand treft u deze vragen aan. Ten behoeve van de beantwoording verzoek ik u mij uiterlijk 24 april 2015 informatie te verstrekken met betrekking tot uw veiligheidsregio op onderstaande vragen: 1
1) Is er in uw veiligheidsregio sprake van een tekort aan brandweervrijwilligers en zo j a , leidt dit tot onveilige situaties? Indien er sprake is van een onveilige situatie, welke maatregelen heeft u genomen om deze situatie te verbeteren? 2) Zijn in uw regio door de regionalisering van de brandweer de lijnen lang geworden en is de bureaucratie toegenomen? 3) Op welke wijze is in uw veiligheidsregio inspraak geregeld van onder andere de brandweervrijwilligers? 4) Welke brandweerposten zijn de afgelopen twee jaar in uw veiligheidsregio gesloten? 5) Is het waar dat door het sluiten van brandweerposten brandweervrijwilligers in sommige gevallen de post bij een melding niet meer op tijd kunnen bereiken? Waar doet zich dit voor in uw regio? 6) Hoeveel brandweervrijwilligers zijn de afgelopen twee jaar in uw regio ingestroomd? 7) Hoeveel brandweervrijwilligers zijn de afgelopen twee jaar in uw regio uitgestroomd?
1
Tekort bij vrijwillige brandweer leidt tot onveilige situaties, BNR 2 april 2015
(http://www.bnr.nl/nieuws/173654-1504/tekort-bij-vrijwillige-brandweer-leidt-tot-onveiligesituaties)
de
datum
en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief
behandelen.
8) Welke ontwikkeling heeft zicht de afgelopen v i j f j a a r voorgedaan ten aanzien van het aantal brandweervrijwilligers? 9) Is er in uw regio's vanwege bezuinigingen sprake van een ledenstop? Zo j a , wat het effect is van die ledenstop op het aantal brandweervrijwilligers? 10) Wordt er in uw regio in bepaalde gevallen uitgerukt met een kleinere brandweerauto dan noodzakelijk vanwege een tekort aan brandweervrijwilligers? Zo j a , ontstaan hierdoor onveilige situaties? Indien er sprake is van een onveilige situatie, welke maatregelen heeft u genomen om deze situatie te verbeteren? 11) Worden in uw regio auto's voor dienst afgemeld vanwege een tekort aan brandweervrijwilligers? Zo j a , ontstaan hierdoor onveilige situaties? Indien er sprake is van een onveilige situatie, welke maatregelen heeft u genomen om deze situatie te verbeteren? 12) Wordt in uw regio bezuinigd en zo j a , hoeveel? Indien er in uw regio sprake is van een tekort aan brandweervrijwilligers, houdt dit verband met deze bezuinigingen?
Hoogachtend,
Pagina 2 van 2
Agendapunt - besluitvormend Algemeen Bestuur
aan
13 mei 2015
datum
04.
agendapunt
Rampbestrijdingsplan Argos Terminal Zwolle
onderwerp
L. Sievers
proceseigenaar
H.J. Meijer
portefeuillehouder
Te besluiten om Het rampbestrijdingsplan voor het op- en overslagdepot voor vloeibare brandstoffen Argos Terminal Zwolle vast te stellen. Inleiding Voor het object Argos Terminal Zwolle (op- en overslagdepot voor vloeibare brandstoffen) is een rampbestrijdingsplan vereist. Voor Argos Terminal Zwolle (verder te noemen Argos Zwolle) is een rampbestrijdingsplan verplicht op basis van het Besluit Veiligheidsregio’s Art.6.1.1. De rampbestrijdingsscenario’s zijn afgeleid van scenario’s uit de veiligheidsrapportage voor Argos Zwolle. Beoogd effect Met dit plan is voldaan aan de verplichting om voor Argos Zwolle een specifiek rampbestrijdingsplan op te stellen. Het plan vermeldt specifiek multidisciplinaire aandachtspunten voor de rampenbestrijding. Argumenten Het plan is opgezet voor en door de verschillende hulpverleningsdiensten inclusief bevolkingszorg, Rijkswaterstaat en Waterschap Groot Salland en in afstemming met het bedrijf. Het plan bevat zo weinig mogelijk generieke informatie en een operationele vertaalslag zoals in de visie op planstructuur is vastgesteld. De publieke ter inzage legging heeft geen aanvullende zienswijzen opgeleverd. Communicatie Veiligheidsregio IJsselland publiceert de vaststelling van het rampbestrijdingsplan. Vervolg • Implementatie rampbestrijdingsplan (na 13 mei 2015) • Het rampbestrijdingsplan wordt binnen 3 jaar ten minste 1 maal getoetst op volledigheid bruikbaarheid en betrouwbaarheid.
•
Het rampbestrijdingsplan wordt uiterlijk 3 jaar na vaststelling herzien.
Agendapunt - besluitvormend
aan datum agendapunt onderwerp
Algemeen Bestuur 13 mei 2015 05. Rampbestrijdingsplan Salland Olie Kampen
proceseigenaar
L. Sievers
portefeuillehouder
H.J. Meijer
Te besluiten om het rampbestrijdingsplan Salland Olie vast te stellen. Inleiding Het Dagelijks Bestuur heeft op 6 juli 2012 besloten Salland Olie Kampen aan te wijzen als bedrijfsbrandweerplichtige inrichting. Daarmee komt deze inrichting ook in aanmerking voor een rampbestrijdingsplan. Beoogd effect Met dit plan is voldaan aan de verplichting om voor Salland Olie Kampen een specifiek rampbestrijdingsplan op te stellen. Het plan vermeldt specifiek multidisciplinaire aandachtspunten voor de rampenbestrijding. Argumenten Het plan is opgezet voor en door de verschillende hulpverleningsdiensten inclusief bevolkingszorg, Rijkswaterstaat en Waterschap Groot Salland en in afstemming met het bedrijf. Het plan bevat zo weinig mogelijk generieke informatie en een operationele vertaalslag zoals in de visie op planstructuur is vastgesteld. De publieke ter inzage legging heeft geen aanvullende zienswijzen opgeleverd. Communicatie Veiligheidsregio IJsselland publiceert de vaststelling van het plan. Vervolg • Implementatie rampbestrijdingsplan (na 13 mei 2015) • Het rampbestrijdingsplan wordt binnen 3 jaar ten minste 1 maal getoetst op volledigheid bruikbaarheid en betrouwbaarheid. Het rampbestrijdingsplan wordt uiterlijk 3 jaar na vaststelling herzien
Agendapunt - Informerend
aan datum agendapunt onderwerp proceseigenaar portefeuillehouder
Algemeen Bestuur 13 mei 2015 06. Aandachtspunten aanbesteding accountant L.J. Sievers H.J. Meijer
Kennis te nemen van het DB-besluit 1. de verantwoordelijkheid van de nieuwe accountant voor de opdracht tot de controle van de jaarrekening van Veiligheidsregio IJsselland vast te leggen in de overeenkomst. 2. de opdracht aan de huidige accountant te verlengen met één controlejaar. Inleiding Reeds geruime tijd verricht Deloitte Accountants B.V. de controle van de jaarrekening van Veiligheidsregio IJsselland. Het is in dat kader wenselijk om tot aanbesteding van de accountantsfunctie over te gaan. In de voorbereidingen hiertoe is het verstandig om een tweetal aandachtspunten te benoemen en hierover te besluiten. Argumenten Het eerste aandachtspunt handelt over het vormgeven van de verantwoordelijkheid van de accountant voor de opdracht. Het is soms raadzaam deze verantwoordelijkheid aan de voorkant van de aanbestedingsprocedure te formaliseren door het stellen van specifieke eisen inzake de (hoofdelijke) aansprakelijkheid. Deze handelswijze wordt toegepast bij de meer complexe aanbestedingsprocedures, waarbij tevens meerdere opdrachtnemers in beeld kunnen zijn. Gelet op het feit dat het niet erg aannemelijk is dat de aanbestedingsprocedure voor een nieuwe accountant een dergelijke extra zekerheid noodzaakt, wordt voorgesteld de verantwoordelijkheid van de accountant voor de opdracht tot de controle van de jaarrekening in de te onderteken overeenkomst als resultante van deze aanbestedingsprocedure vorm te geven. Het tweede aandachtspunt volgt uit de bijgevoegde concept-planning van de aanbestedingsprocedure voor de accountantsfunctie. Deze geeft aan dat indien de meest efficiënte planning wordt gerealiseerd het sluiten van eerdergenoemde overeenkomst niet eerder dan medio januari 2016 zal kunnen geschieden. Het jaarrekeningproces 2015 komt hiermee fors onder druk te staan, omdat ten tijde van het formele moment van sluiting van het contract de voorbereidingen op de jaarrekeningcontrole 2015 ver gevorderd zijn en het maken van werkafspraken met de nieuwe accountant dan niet meer mogelijk is. Tevens is er geen ruimte om de nieuwe accountant in te werken, omdat deze direct met de voorbereidingen van de jaarrekeningcontrole 2015 moet starten.
kenmerk vervolgblad
2 van 3
Dit is een ongewenste situatie en kan zelfs gevolgen hebben voor de inhoud en aard van de accountantsverklaring. Derhalve wordt voorgesteld om de voorbereidingen te treffen om de opdracht aan Deloitte Accountants B.V. tot controle van de jaarrekening met één controlejaar te verlengen om de nieuwe accountant de gelegenheid te geven zich eerst goed in te werken alvorens de daadwerkelijke controle te verrichten. Vervolg 1. De verdere voorbereidingen voor de aanbestedingsprocedure van een nieuwe accountant te treffen; 2. In overleg te treden met Deloitte Accountants B.V. om deze te informeren over de gewenste verlenging met één controlejaar; 3. Te zijner tijd het algemeen bestuur voor te stellen om de opdracht te verstrekken tot controle van de jaarrekening 2015 van Veiligheidsregio IJsselland door Deloitte Accountants B.V.
Bijlagen 1. Concept-planning aanbesteding accountantsfunctie.
kenmerk vervolgblad
3 van 3
Bijlage:
concept-planning aanbesteding accountantsfunctie mrt – apr. 2015 4 – 15 mei 2015 19 mei 2015 11 juni 2015 25 juni 2015 2 juli 2015 18 augustus 2015 27 augustus 2015 9 september 2015 14 sept. – 5 okt. 2015 20 oktober 2015 27 oktober 2015 27 oktober 2015 28 oktober 2015 29 oktober 2015 12 november 2015 12 november 2015 19 november 2015 19 november 2015 25 november 2015 26 november 2015 26 november 2015 2 december 2015 3 december 2015 10 december 2015 16 december 2015 17 december 2015 7 januari 2016 14 januari 2016
Programma van Eisen Brieven en alle informatie beschikbaar Publicatie Vragen over bestek per e-mail vóór 12.00 uur Verspreiden Nota van Inlichtingen Bestek definitief Uiterste datum en tijd inschrijving vóór 12.00 uur Uitnodigen geselecteerden voor presentatie Presentatie geselecteerden van 10.00 tot 12.00 uur Beoordeling offertes, presentaties en keuze accountant Aanlevering stukken voor MT VR & GGD MT VR MT GGD Aanlevering DB GGD Verzending DB GGD DB GGD Aanlevering DB VR Aanlevering AB GGD Verzending DB VR Aanlevering AB VR DB VR Verzending AB GGD Verzending AB VR Verzenden voorgenomen gunning aan inschrijvers Veiligheidskring AB VR AB GGD Kenbaar maken gunningsbesluit en afwijzingen Sluiten contract
Agendapunt - Informerend
aan datum agendapunt onderwerp proceseigenaar portefeuillehouder
Algemeen Bestuur 13 mei 2015 07. Consultatie Projectplannen Strategische Agenda Veiligheidsberaad L.J. Sievers H.J. Meijer
Kennis te nemen van - de definitieve bestuurlijke reactie op de projectplannen strategische agenda van het veiligheidsberaad Inleiding Op 16 mei 2014 heeft het Veiligheidsberaad ingestemd met de Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio’s 2014 – 2016 en met zes prioritaire thema’s. De Strategische Agenda is erop gericht maatschappelijke ontwrichting te voorkomen door het versterken van de risico- en crisisbeheersing en het verstevigen van de samenwerking tussen alle betrokken partijen. Na een periode van consultatie van betrokken actoren uit veiligheidsregio’s, van departementen en van overige partners, zijn de samenvattingen van de projectplannen van de zes thema’s aan de besturen van de veiligheidsregio’s voorgelegd. Beoogd effect/relatie met het meerjarenbeleidsplan of bestuursopdrachten In het meerjarenbeleidsplan 2015-2018 is rekening gehouden met de ontwikkelingen van de strategische agenda. Argumenten De bestuurlijke reactie is als volgt geformuleerd: In algemene zin heeft u het proces aan de voorkant, bij de totstandkoming van de projecten, stevig neergezet. Dit heeft bijgedragen aan het draagvlak binnen onze veiligheidsregio. Tot voor kort waren de kosten per project niet inzichtelijk. In de factsheets zijn de kosten per project weergegeven, waarbij ook is aangegeven welke bijdrage per veiligheidsregio wordt gevraagd. Niet bij elk project is helder wat het eindresultaat is voor de veiligheidsregio’s. Bijvoorbeeld van het project Kwaliteit & Vergelijkbaarheid blijft dit erg algemeen. Een splitsing tussen verantwoording/ systeemverantwoordelijkheid richting bijvoorbeeld de inspectie enerzijds en het verhogen van het lerend vermogen binnen en tussen de regio's anderzijds is wenselijk om het kwaliteitsdenken te kunnen concretiseren. Hoewel het hebben van een kwaliteitszorgsysteem voor de veiligheidsregio’s een verplichting is, hebben de veiligheidsregio’s zelf de keuze om als dan niet gebruik te maken van het landelijke model.
kenmerk vervolgblad
2 van 2
In de projecten Continuïteit van de samenleving en Water en Evacuatie participeren wij als Veiligheidsregio IJsselland actief. Op 1 juni vindt een netwerkbijeenkomst voor het project Continuïteit van de samenleving plaats bij onze veiligheidsregio. Het project ‘Versterking bevolkingszorg’ vraagt ons inziens om een praktische aanpak: wat zijn best practises? Hoe kunnen we van elkaar leren? Hoe kunnen we als veiligheidsregio’s met elkaar samenwerken? Een realistische planning is wat dit betreft van belang. Bij dit project zien we graag dat, in aansluiting op hetgeen in het LOCGS is opgemerkt, de inspanningen aansluiten op de regionale activiteiten die al in uitvoering zijn. Wat voor de slagingskans van belang is, is dat de veiligheidsregio’s uiteindelijk genoeg capaciteit ter beschikking hebben voor de implementatie van de plannen. Ik vertrouw erop dat de uiteindelijke resultaten, voor zover deze gevolgen hebben voor de capaciteit en financiële middelen van de veiligheidsregio’s, vooraf met ons afgestemd worden. Risico’s Geen Middelen Veiligheidsregio IJsselland levert in een aantal projecten (Continuïteit van de samenleving, water en evacuatie, kwaliteit en vergelijkbaarheid) een actieve bijdrage. De ambtelijke inzet gebeurt binnen de bestaande personele en financiële kaders. Eerder is richting het Veiligheidsberaad aangegeven of bij de betreffende projecten waar we een substantiële bijdrage aan leveren de inzet van medewerkers ‘om niet’ kan in plaats van daarnaast ook nog een financiële bijdrage te vragen. Communicatie De Veiligheidsregio’s hebben tot 30 april 2015 de tijd gekregen bestuurlijk te reageren. Het is de bedoeling de projectplannen op 12 juni 2015 in het Veiligheidsberaad te accorderen op basis van de integrale reacties uit de veiligheidsregio’s. Vervolg Het Veiligheidsberaad wordt door middel van bijgevoegde brief geinformeerd over ons standpunt Bijlagen: - Aanbiedingsbrief Projectplannen Veiligheidsberaad - bestuurlijke reactiebrief Veiligheidsregio IJsselland De samenvatting per project is opvraagbaar via het secretariaat
Veiligheidsberaad Postbus 7010 6801 HA Arnhem Kemperbergerweg 783, Arnhem www.veiligheidsberaad.nl [email protected] 026 355 24 99
Leden van het Veiligheidsberaad
Doorkiesnummer
026-3552995 Inlichtingen bij
BDO Ons kenmerk
V011 Bijlage(n)
6 Datum Onderwerp
23 maart 2015 Consultatie Strategische Agenda
Geachte leden van het Veiligheidsberaad,
Op 16 mei 2014 heeft het Veiligheidsberaad ingestemd met de Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio’s 2014 – 2016 en met zes prioritaire thema’s. Drie hiervan zijn gezamenlijk met de minister van VenJ opgepakt. De Strategische Agenda is erop gericht maatschappelijke ontwrichting te voorkomen door het versterken van de risico- en crisisbeheersing en het verstevigen van de samenwerking tussen alle betrokken partijen. Na een periode van consultatie van betrokken actoren uit veiligheidsregio’s, van departementen en van overige partners, bied ik u hierbij de samenvattingen van de projectplannen van de zes thema’s aan om deze met het bestuur van uw eigen veiligheidsregio te bespreken. De integrale projectplannen zijn opvraagbaar. Totstandkoming concept-projectplannen via intensieve consultatie Per thema is een projectteam ingericht die samen met medewerkers uit uw veiligheidsregio’s, van ministeries en van crisispartners gewerkt heeft aan voorliggende concept-projectplannen. Hierin worden de doelstellingen, resultaten en voorgenomen acties verwoord. Deze plannen zijn tot stand gekomen door input op te halen bij veiligheidsregio’s en deskundigen via onder andere regiobijeenkomsten, de bestaande overlegstructuren en de werkconferentie op 4 februari 2015. Tijdens de werkconferentie hebben ruim 200 professionals van veiligheidsregio’s, het Rijk en publieke en private partners hun input geleverd op de plannen en deze verrijkt. Vanzelfsprekend zijn ook de directeuren van de veiligheidsregio’s bij de totstandkoming van deze concept-projectplannen betrokken geweest. Gezamenlijk complexe veiligheidsvraagstukken slagvaardig oppakken De Strategische Agenda helpt om complexe veiligheidsvraagstukken slagvaardig op te pakken. We zetten zowel in op risicobeheersing als op crisisbeheersing zodat inspanningen aan de voorkant ook daadwerkelijk leiden tot andere of verminderde inspanningen aan de achterkant van de veiligheidsketen. De Strategische Agenda haakt zoveel mogelijk aan op lopende trajecten, zowel op regionaal als landelijk niveau. Via de zes inhoudelijke projecten intensiveert de samenwerking tussen het Rijk, veiligheidsregio’s en publieke en private partijen. We versterken elkaar door het delen van kennis en ervaring. Alle betrokkenen vormen tenslotte een onderdeel van de oplossing om maatschappelijke ontwrichting als gevolg van rampen of crises te voorkomen.
Pagina
2/3
De uitvoering van de zes projecten gaat op een vernieuwende manier, want als we blijven doen wat we al deden, krijgen we wat we al hadden. Hetzelfde geldt voor de borging van de opgedane kennis. Bundelen en door ontwikkelen van beschikbare kennis en krachten is een belangrijk vertrekpunt en geldt als leidraad voor alle projecten. Door het benutten van bestaande netwerken en het zo nodig ontwikkelen van nieuwe netwerken zullen de gezamenlijke inspanningen een duurzaam karakter krijgen Bovenregionaal samenwerken op zes projecten De Strategische Agenda sluit aan op de actualiteit van steeds veranderende dreigingen en crises. Afhankelijk van het specifieke risicobeeld kunnen de accenten per veiligheidsregio uiteraard verschillen. Toch biedt de Strategische Agenda een gezamenlijk kader voor versterking van alle veiligheidsregio’s. Via de zes projecten willen we zo slim mogelijk - over de grenzen van organisaties heen - maatschappelijke fysieke veiligheidsdoelen realiseren. Stralingsincidenten zijn een niche die om een nationale aanpak vragen. Continuïteit van de samenleving gaat over samenwerken met vele private en vitale sectoren. Overstroming en dijkdoorbraak is een bij uitstek Nederlands onderwerp waar veel centrale en decentrale actoren bemoeienis mee hebben en waar we weliswaar al veel hebben gerealiseerd, maar waar ook nog samenhang moet worden aangebracht. Kwaliteit en vergelijkbaarheid krijgen al goede aandacht door regio’s die in elkaars keuken kijken maar behoeft wel verankering. Doorontwikkeling van bevolkingszorg als volwaardige kolom binnen de rampenbestrijdings- en crisisbeheersingsorganisatie is onlosmakelijk verbonden met alle projecten en kent bovendien een eigen opgave die begon met de commissie Bevolkingszorg in 2012. De versterking van de samenwerking met Defensie biedt kansen om meer nog dan tot dusver gebruik te maken van de unieke expertise en mogelijkheden van de krijgsmacht. De gezamenlijke uitvoering van deze projecten helpt ons om ook andere veiligheidsvraagstukken slagvaardig samen op te pakken. Het is een investering die zich in meerdere domeinen van veiligheid terugverdient. Wat betekent de Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio’s voor uw veiligheidsregio Voor de uitvoering van de projectplannen van de Strategische Agenda Veiligheidsregio’s zal een beroep worden gedaan op de inbreng van de medewerkers van uw veiligheidsregio. Ook zullen de projectresultaten na besluitvorming door het Veiligheidsberaad in uw veiligheidsregio geïmplementeerd moeten worden. Aan de uitvoering van de zes projecten zijn onderstaande financiële componenten verbonden:
Pagina
3/3
Water en evacuatie Continuïteit van de samenleving Versterking stralingsincidenten Kwaliteit en vergelijkbaarheid Versterken Bevolkingszorg Bovenregionale Operationele Besluitvorming Totaal
Begroot projectbudget (voor uitvoering na 1 juli 2015) € 940.000
Restant startbudget voor ontwerpfase
Financiering uit budget Strategische Agenda € 37.500 € 25.000
Financiering door betrokken partijen
Nog te fiBijdrage nancieren per regio projectbudget
€ 492.500
€ 385.000
€ 15.400
€ 202.495
-€ 7.505
€ 25.000
€ 92.500
€ 92.500
€ 3.700
€ 166.570
€0
€ 25.000
€ 16.667
€ 124.903
€ 4.996
€ 99.000 € 157.800
€ 37.900 € 45.765
€ 25.000 € 25.000
€ 36.100 € 87.035
€ 1.444 € 3.481
€ 105.000 € 1.670.865
€ 25.000 € 138.660
€ 25.000 € 150.000
€ 55.000 € 780.538
€ 2.200 € 31.222
€ 601.667
Dit komt neer op een bijdrage van € 31.222,- per regio. Hiervoor worden zes projecten gedurende anderhalf jaar uitgevoerd. Vervolgproces: integrale reactie per veiligheidsregio Graag ontvang ik uiterlijk 30 april 2015 de integrale reactie van het bestuur van uw veiligheidsregio op het samenstel van de concept projectplannen. Indien gewenst, kan vanuit het Dagelijks Bestuur van het Veiligheidsberaad in uw bestuur een toelichting worden gegeven op de plannen. Wij zien uw reactie graag tegemoet en verwerken deze in de projectplannen die voor finale vaststelling aan het Veiligheidsberaad van 12 juni worden voorgelegd. In een gecombineerde vergadering van alle bestuurlijk adviescommissies op 20 mei 2015 wordt uitgebreid stilgestaan bij de zes projecten. We hopen dat we daarmee op 12 juni 2015 een gezamenlijk akkoord kunnen geven op de projectplannen en daadwerkelijk van start kunnen gaan met het realiseren van de projectresultaten. Alvast hartelijk dank voor uw reactie. Met vriendelijke groet,
Mr. G.H. (Geke) Faber Voorzitter Veiligheidsberaad
Veiligheidsberaad Mr. G.H. Faber Postbus 7010 6801 HA ARNHEM datum
29 april 2015
kenmerk onderdeel
Bestuur, Beleid en Communicatie
informant
Marjolein Fransen
doorkiesnummer onderwerp
088-1197362 Consultatie Strategische Agenda.
Geachte mevrouw Faber, Hierbij reageren wij op uw brief van 23 maart 2015. In deze brief legt u de projectplannen, die zijn opgesteld omtrent de zes thema’s die in de Strategische Agenda 2014-2016 benoemd zijn, ter consultatie aan ons voor. U vraagt om een reactie van onze veiligheidsregio. Wij hebben uw vraag afgestemd binnen ons bestuur. In algemene zin heeft u het proces aan de voorkant, bij de totstandkoming van de projecten, stevig neergezet. Dit heeft bijgedragen aan het draagvlak binnen onze veiligheidsregio. Tot voor kort waren de kosten per project niet inzichtelijk. In de factsheets zijn de kosten per project weergegeven, waarbij ook is aangegeven welke bijdrage per veiligheidsregio wordt gevraagd. Niet bij elk project is helder wat het eindresultaat is voor de veiligheidsregio’s. Bijvoorbeeld van het project Kwaliteit & Vergelijkbaarheid blijft dit erg algemeen. Een splitsing tussen verantwoording/ systeemverantwoordelijkheid richting bijvoorbeeld de inspectie enerzijds en het verhogen van het lerend vermogen binnen en tussen de regio's anderzijds is wenselijk om het kwaliteitsdenken te kunnen concretiseren. In de projecten Continuïteit van de samenleving en Water en Evacuatie participeren wij als Veiligheidsregio IJsselland actief. Op 1 juni vindt een netwerkbijeenkomst voor het project Continuïteit van de samenleving plaats bij onze veiligheidsregio. Het project ‘Versterking bevolkingszorg’ vraagt ons inziens om een praktische aanpak: wat zijn best practises? Hoe kunnen we van elkaar leren? Hoe kunnen we als veiligheidsregio’s met elkaar samenwerken? Een realistische planning is wat dit betreft van belang. Bij dit project zien we graag dat, in aansluiting op hetgeen in het LOCGS is opgemerkt, de inspanningen aansluiten op de regionale activiteiten die al in uitvoering zijn. Wat voor de slagingskans van belang is, is dat de veiligheidsregio’s uiteindelijk genoeg capaciteit ter beschikking hebben voor de implementatie van de plannen. Ik vertrouw erop dat de uiteindelijke resultaten, voor zover deze gevolgen hebben voor de capaciteit en financiële middelen van de veiligheidsregio’s, vooraf met ons afgestemd worden. Wij vragen u om bovengenoemde aandachtpunten mee te nemen in de projectopdrachten.
Adresgegevens
Contactgegevens
Postbus 1453, 8001 BL Zwolle
T 088 - 119 70 00 E [email protected] I
www.vrijsselland.nl
@VRIJsselland
Veiligheid: voor elkaar
Wij hopen u op deze manier voldoende geïnformeerd te hebben. Indien u nog vragen heeft over deze brief kunt u contact opnemen met Marjolein Fransen op telefoonnummer 088-1197362 of mailadres [email protected].
Hoogachtend,
Het Dagelijks Bestuur van Veiligheidsregio IJsselland
Drs. H.J. Meijer
Drs. A.H. Schreuders
voorzitter
secretaris
Notulen van datum aanwezig afwezig
Dagelijks bestuur 21 januari 2015 H.J. Meijer (voorzitter), A.P. Heidema, A.G.J. Strien, B. Koelewijn, mevrouw L.J. Sievers, H. Schreuders, M. Fransen (verslag). -
1.
Opening
De voorzitter, burgemeester Meijer, opent de vergadering om 11 uur. Vandaag is het eerste DB in de nieuwe samenstelling met de heren Strien en Koelewijn erbij. Marjolein Fransen is vandaag voor het eerst aanwezig bij het DB. Zij verzorgt vanaf heden de verslaglegging van het DB, AB en Veiligheidsoverleg.
2.
Verslag vergadering 27 november 2014 en actielijst
Naar aanleiding van punt 3, uitfasering Waarschuwings- en alarmeringssysteem (WAS): Het is de bedoeling dat vanaf 2018 het WAS vervangen is door een ander pakket aan communicatiemiddelen, waaronder NL Alert. Dit gebeurt gefaseerd. Het verslag is zonder wijzigingen vastgesteld. De secretaris actualiseert de actielijst.
3.
Ingekomen stukken / Mededelingen
Lijst van ingekomen stukken Het dagelijks bestuur neemt kennis van de lijst van ingekomen stukken. Mededelingen Er staat een etentje gepland voor het afscheid van Han Noten als DB-lid op 9 april 2015. Een definitieve uitnodiging volgt nog. De heer Schreuders regelt dit verder via de secretariaten. In december 2014 heeft het DB via schriftelijke rondes ingestemd met het voorstel tot ongegrond verklaren van de bezwaren van de heren Pluim en Roo inzake de definitieve garantieberekening. Mevrouw Sievers deelt mee dat, op één na, alle bezwaarschriften in het kader van de regionalisering van de gemeentelijke brandweer afgehandeld zijn. In alle gevallen is Veiligheidsregio IJsselland in het gelijk gesteld en hebben de betrokken medewerkers zich erbij neergelegd. Tevens heeft het DB via een schriftelijke ronde ingestemd met het waiver-verzoek ten behoeve van de levering van (kantoor)meubilair voor de herhuisvesting. De heer Koelewijn deelt omtrent de inzetbrief van de Brandweerkamer mee dat er een referentiekader ontwikkeld wordt. Veiligheidsregio IJsselland is kritisch op het punt wat de Brandweerkamer tot haar domein gaat rekenen. Alles wat via de normale rechtspositieregeling geregeld kan worden, moeten we vooral zo laten. De heer Koelewijn heeft deze opmerking ook in de Brandweerkamer gemaakt. Het functioneel leeftijdsontslag (FLO) wordt in ieder geval tegen het licht gehouden. Dit betreft geen bezuinigingsmaatregel, maar mag ook niet meer gaan kosten.
kenmerk vervolgblad
2 van 7
Mevrouw Sievers deelt mee dat binnenkort een vacature voor een senior adviseur financiën opengesteld wordt. Tot nu toe is met externe inhuur gewerkt. Dit betreft een functie die voor het primaire proces noodzakelijk is. Gemeentelijke medewerkers kunnen meedoen met de interne procedure. In een later stadium wordt bekeken of we ons aan kunnen sluiten bij de Talentregio. De heren Meijer en Strien maken binnenkort een afspraak met mevrouw Sievers voor het jaarlijkse functioneringsgesprek.
Informerend/ opiniërend 4.
Portefeuilleverdeling nieuwe DB
Kennis te nemen van de vastgestelde bestuurlijke portefeuilleverdeling van de Veiligheidsregio IJsselland; te bespreken of de portefeuilleverdeling in het dagelijks bestuur aanleiding geeft voor het maken van specifieke werkafspraken. Bespreking Als bijlage bij de vergaderstukken is, op verzoek van de heren Koelewijn en Strien, een voorstel toegevoegd over de portefeuilleverdeling. Dit voorstel is gebaseerd op het besluit van het AB van 12 november 2014. De DB-leden spreken met elkaar af dat zij er scherp op blijven dat de inhoudelijke bespreking van onderwerpen waarvoor zij portefeuillehouder zijn, in het AB plaatsvindt. De heer Koelewijn vraagt of de heer Snijders niet beter in het RIEC kan zitten in plaats van hijzelf, nu de heer Snijders het onderwerp ‘politie’ in zijn portefeuille heeft. De heer Schreuders stemt dit af met mevrouw Poot van de Politie. Het dagelijks bestuur neemt kennis van het voorstel.
5.
Regionale samenwerking gemeentelijke kolom
Overweging Het dagelijks bestuur bespreekt: 1. de regionale samenwerking in de gemeentelijke kolom aan de hand van deze memo; 2. het voorstel van de portefeuillehouder bevolkingszorg om de huidige situatie te evalueren met als doel kwalitatieve verbeterstappen te zetten richting de nabije toekomst; 3. richtinggevende suggesties als input voor de evaluatieopdracht zoals bedoeld onder 2. Bespreking Het dagelijks bestuur bespreekt een memo over de regionale samenwerking in de gemeentelijke kolom. De memo is opgesteld vanwege signalen vanuit enkele gemeenten dat er knelpunten zijn binnen het team Bevolkingszorg. Het dagelijks bestuur staat achter het voorstel van de portefeuillehouder bevolkingszorg, mevrouw Van der Tas, om de huidige situatie te evalueren. De heren Schreuders en Zwart wordt gevraagd om, in samenspraak met de portefeuillehouder, tot een evaluatieopdracht te komen. Het DB geeft de volgende input mee: - geef aan wat de processtappen van de evaluatie zijn; - de evaluatie dient in te gaan op o.a. de volgende thema’s: o (wensen voor) het opleidings- en trainingsprogramma o vacatures o gevraagde inzet/ verwachtingen en geleverde inzet
kenmerk vervolgblad
3 van 7
-
-
o alarmering via de GRIP-structuur o of het werkt om in een andere dan de eigen gemeente werkzaam te zijn tijdens een incident o ideeën om enerzijds kwetsbaarheid en anderzijds onnodige taakverzwaring te voorkomen; maak de analyse zo specifiek mogelijk. Als zich problemen in bepaalde gemeenten voordoen, benoem dat dan ook; de evaluatie moet leiden tot concrete verbetervoorstellen, die op korte termijn gerealiseerd kunnen worden. Neem als mogelijke oplossing mee of er gewerkt kan worden met een kleinere groep enthousiaste mensen en of de verstrekking van een piketvergoeding voor bepaalde functionarissen voor verbetering zorgt; laat de evaluatie trekken door een objectieve buitenstaander (niet door iemand die deel uitmaakt van dit proces); neem de Kring van gemeentesecretarissen actief mee in het proces; rond de evaluatie voor de zomer af; zorg voor een beknopt rapport en doe de terugkoppeling bij voorkeur in de vorm van een presentatie.
Mevrouw Sievers geeft aan dat dit niet specifiek alleen een probleem van de veiligheidsregio is, maar dat we hier gezamenlijk mét de gemeenten voor verantwoordelijk zijn. Het dagelijks bestuur neemt kennis van het voorstel en geeft de bovenstaande suggesties mee aan portefeuillehouder
6.
BDuR-circulaire december 2014
Kennis te nemen van de gevolgen van de December Circulaire BDuR voor de Veiligheidsregio IJsselland. Bespreking De BDuR-circulaire december 2014 is als bijlage bij de vergaderstukken opgenomen. Deze circulaire bevat geen bijzonderheden voor de Veiligheidsregio IJsselland. Het onderzoek naar de herijking van het Gemeentefonds en de BDuR wordt nauwlettend gevolgd. Het dagelijks bestuur neemt kennis van het voorstel.
7.
Convenant Veiligheidsregio’s, Politie en Prorail
Kennis te nemen van het voorstel voor het algemeen bestuur om: 1. in te stemmen met het convenant tussen Veiligheidsregio IJsselland, Veiligheidsregio Twente, Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland, Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden, Veiligheidsregio Gelderland-Zuid, Politie en ProRail en hiermee afspraken te maken over onder meer risicobeheersing, deelname overlegvormen risico- en crisiscommunicatie, melding en alarmering, leiding en coördinatie, op- en afschalen en informatiemanagement; 2. De voorzitter Veiligheidsregio IJsselland het convenant op een nader te bepalen tijdstip namens Veiligheidsregio IJsselland te laten ondertekenen; 3. Het Veiligheidsbureau de opdracht te geven de samenwerkingsafspraken te monitoren en eventueel aan te passen in de bijbehorende regionale afsprakenlijst.
kenmerk vervolgblad
4 van 7
Bespreking Dit betreft de regionale uitwerking van het modelconvenant van het Veiligheidsberaad. De heer Strien stelt voor om op een gegeven moment de rolverdeling tussen AB en DB onder de loep te nemen. Dit soort zaken zou in de toekomst wellicht rechtstreeks door het DB afgehandeld kunnen worden en slechts gemeld kunnen worden in het AB. Het dagelijks bestuur neemt kennis van het voorstel.
Besluitvormend
8.
Begrotingsuitgangspunten
Te besluiten - de technische uitgangspunten begroting 2016 vast te stellen. Bespreking De technische uitgangspunten voor de begroting 2016 worden besproken. De uitgangspunten betreffen het indexeren van diensten van derden, materiële kosten en personeelslasten en het te hanteren rentepercentage. Conform de door het algemeen bestuur vastgestelde financiële verordening hanteert Veiligheidsregio IJsselland de technische uitgangspunten die de gemeente Zwolle hanteert. Voor 2016 gaat de gemeente Zwolle uit van een stijging van 2% van de personeelslasten (salaris + sociale lasten) en 1,25% stijging van de prijzen voor diensten van derden en materiële kosten t.o.v. de begroting 2015. Het laatste percentage is, op basis van de decemberraming van het CPB, deze week bijgesteld naar 0.5% voor 2016. Het blijkt dat het indexeringspercentage van 1,25% ertoe leidt dat gemeenten in de problemen komen met hun bijdrage aan de veiligheidsregio. In de gemeente Deventer zorgt dit bijvoorbeeld voor een gat in de begroting van € 80.000. De heer Strien geeft aan dat in het bestuur van de GGD besloten is om de indexcijfers opnieuw te bespreken met de gemeenten en de veiligheidsregio. De heer Schreuders gaat na of het indexeringspercentage, net als in de gemeente Zwolle, bijgesteld kan worden naar 0.5%. De heer Meijer gaat na of de gemeente Zwolle met het percentage afwijkt van andere gemeenten. De heer Schreuders gaat dit ook na bij het team Financiën van Veiligheidsregio IJsselland. Zo nodig kan het percentage in het lopende begrotingsjaar door een begrotingswijziging aangepast worden. De heer Koelewijn adviseert om in het vervolg in een vroeg stadium tot consensus tussen gemeenten en samenwerkingsregelingen te komen. Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
9.
Herschikking investeringskredieten huisvesting
Te besluiten - het algemeen bestuur voor te stellen de herschikking van de investeringskredieten huisvesting vast te stellen. Bespreking De offertes van de aannemers voor de verbouwingen in de vier satellietkazernes zijn hoger dan verwacht. Als gevolg hiervan ligt er een voorstel om binnen de bestaande financiële kaders te
kenmerk vervolgblad
5 van 7
schuiven met de budgetten. De verbouwingskosten vallen hoger uit, de kosten voor het inventaris lager. Door verschillende afschrijvingstermijnen zijn de structurele kapitaallasten gelijk. Het DB mist de context bij dit voorstel en vraagt zich af hoe deze overschrijding nu is ontstaan. De vraag leeft of de kosten vooraf verkeerd zijn geraamd en of er vooraf onvoldoende marges zijn ingebouwd. Voorkomen moet worden dat er een overschrijding van het budget plaatsvindt. Er is dan ook dringend behoefte aan een betere onderbouwing van deze herschikking, waarbij de incidentele verhoging van het budget vooral om aandacht vraagt. Gevraagd wordt hoe het kan dat het bedrag voor het inventaris gehalveerd is. Mevrouw Sievers geeft aan dat veel meubilair hergebruikt kan worden. De heer Heidema vraagt of het besluit al genomen is. Mevrouw Sievers geeft aan dat de structurele kapitaallast binnen de vastgestelde kaders valt. De heer Heidema vraagt om hier helder over te zijn. De heer Meijer maakt zich zorgen over eventuele meerwerkkosten. De heer Strien vraagt om in de voortgangsrapportage aandacht te schenken aan de laatste stand van zaken op het gebied van duurzaamheid, ‘social return’ en andere belangrijke thema’s. Besluit Het dagelijks bestuur verzoekt het voorstel van een onderbouwing te voorzien en het aangepaste voorstel af te stemmen met de portefeuillehouder Financiën en portefeuillehouder Bedrijfsvoering. Indien beide akkoord zijn gaat dit voorstel ter besluitvorming naar het AB
10.
Rampbestrijdingsplan Argos Terminal Zwolle
Te besluiten - om het Algemeen bestuur voor te stellen na de inzagetermijn het rampbestrijdingsplan voor het op- en overslagdepot voor vloeibare brandstoffen Argos Terminal Zwolle vast te stellen. Bespreking De heer Meijer geeft aan dat het afstemmingsproces aan de voorkant met de gemeente Zwolle onvoldoende heeft plaatsgevonden. De heer Schreuders vertelt dat hier op ambtelijk niveau al overleg over geweest is en sluit intern de werkafspraken kort om dit in de toekomst te voorkomen. Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
11.
Rampbestrijdingsplan Salland Olie Kampen
Te besluiten om het algemeen bestuur voor te stellen na de inzagetermijn het rampbestrijdingsplan Salland Olie vast te stellen. Bespreking Het voorstel geeft geen aanleiding tot verdere bespreking Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
kenmerk vervolgblad
6 van 7
12.
Wijziging paritaire commissie
Te besluiten - om de heer Elfers als vertegenwoordiger van de werkgever in de paritaire commissie aan te wijzen. Bespreking De heer Noten heeft aangegeven om zijn taak in deze commissie over te willen dragen. Het dagelijks bestuur stemt er mee in om de heer Elfers als vertegenwoordiger van de werkgever in de paritaire commissie aan te wijzen. Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
13.
Benoeming plv secretaris Commissie van advies behandeling bezwaarschriften
Te besluiten De heer ing. H.J.G. Grevelman, juridisch adviseur bij de Eenheid Bedrijfsvoering, aan te wijzen als plaatsvervangend secretaris van zowel de algemene kamer als de functiewaarderingskamer van de vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften voor de GGD IJsselland, respectievelijk van de beide kamers van de commissie voor de Veiligheidsregio IJsselland. Bespreking Het voorstel geeft geen aanleiding tot verdere bespreking. Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
14.
Bezwaar de heer P. van den Berg
Te besluiten 1. het bezwaarschrift van de heer P. vd Berg tegen het intrekkingsbesluit definitieve garantieberekening van 23 september 2014 ontvankelijk te verklaren; 2. het bezwaarschrift van de heer P. vd Berg tegen het intrekkingsbesluit definitieve garantieberekening van 23 september 2014 ongegrond te verklaren; 3. de betrokkenen op de hoogte te stellen van de door u genomen besluiten. Bespreking Er loopt tevens een bezwaarschriftprocedure bij de Gemeente Kampen. Formeel staan de procedures los van elkaar. Qua proces heeft er afstemming plaatsgevonden tussen de veiligheidsregio en de Gemeente Kampen. Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
15.
Rondvraag
Er zijn geen rondvraagpunten.
kenmerk vervolgblad
7 van 7
16.
Sluiting
Om 12.15 uur sluit de voorzitter de vergadering.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 5 maart 2015.
De heer drs. H.J. Meijer,
De heer drs. H. Schreuders,
voorzitter
secretaris
Notulen van datum aanwezig afwezig
Dagelijks bestuur 5 maart 2015 De heren H.J. Meijer (voorzitter), A.P. Heidema en A.G.J. Strien, mevrouw L.J. Sievers, de heer H. Schreuders, mevrouw M. Fransen (verslag). De heer B. Koelewijn 1. Opening De voorzitter, burgemeester Meijer, opent de vergadering om 9 uur. De heer Koelewijn is verhinderd.
2. Verslag vergadering 21 januari 2015 en actielijst Het volgende wordt gewijzigd in het conceptverslag: e - Blz. 5 2 alinea: de zin ‘voorkomen moet worden dat er onrechtmatige uitgaven gedaan worden’ wordt vervangen door ‘voorkomen moet worden dat er een overschrijding van het budget plaatsvindt’. - Blz. 4 modelconvenant: de rolverdeling DB en AB moet andersom. - Begrotingsuitgangspunten: ‘De heer Strien geeft aan dat het indexeringspercentage al in het bestuur van de GGD vastgesteld is’ moet zijn ‘In het bestuur van de GGD is besloten om de indexcijfers opnieuw te bespreken met de gemeenten en de veiligheidsregio’. In de vergadering van het algemeen bestuur van de veiligheidsregio is besloten om dit punt dit jaar mee te nemen met de evaluatie van de verdeelsystematiek. De heer Strien pleit ervoor om dit punt te zien in de context van de totale bezuinigingen. Naar aanleiding van punt 14 van het verslag merkt mevrouw Sievers op dat de desbetreffende bezwaarmaker in beroep gaat, weliswaar bij de gemeente Kampen, maar er is een verband met de veiligheidsregio. De heer Meijer vraagt of bezwaarschiften niet geanonimiseerd moeten worden in de agenda en het verslag. Het is voornamelijk van belang in stukken die aan het AB worden aangeboden. Deze stukken worden over het algemeen breed verspreid en zijn openbaar. In de toekomst wordt hier rekening mee gehouden. De secretaris zorgt voor actualisatie van de actielijst.
3. Ingekomen stukken / Mededelingen Lijst van ingekomen stukken De volgende ingekomen stukken zijn er: - Eindrapport evaluatie veiligheid NSS 2014 (Ministerie van V&J/NCTV) - Begrotingsbrief 2016 (Provincie Overijssel) - Adviseren in proces van ruimtelijke ordening (Provincie Overijssel) - Monitoring aanbevelingen Staat van de Rampenbestrijding 2013 (Inspectie V&J) De heer Heidema vraagt naar aanleiding van het document ‘Adviseren in proces van ruimtelijke ordening’ waar dit onderwerp bestuurlijk belegd is. Dit is de heer Meijer. Hij zit in de stuurgroep IJssel-Vechtdelta.
kenmerk vervolgblad
2 van 8
Het dagelijks bestuur neemt kennis van de lijst van ingekomen stukken.
Mededelingen Begroting en formatieplan De heer Meijer geeft aan dat het vergaderschema 2015 een knelpunt oplevert voor de begrotingscyclus. De begroting moet op 1 april bij de gemeenteraden liggen. Het eerstvolgende DB is op 16 april. De heer Meijer stelt voor om voorafgaand aan of direct na het Veiligheidsoverleg op 25 maart als DB kort bij elkaar te komen om de begroting te bespreken, zodat de procesgang richting de gemeenteraden gewaarborgd is. Het voorstel wordt aangenomen. In 2016 wordt in de vergaderplanning van het DB en AB rekening gehouden met belangrijke termijnen in het besluitvormingsproces Mevrouw Sievers vraagt, in verband met het openstellen van vacatures, of het formatieplan dan ook besproken zou kunnen worden. Dit is akkoord. Berichten in media over bezuinigingen en de traplooptest (Stairmaster) De heer Meijer en mevrouw Sievers gaan in op de berichten afgelopen week in de media over de bezuinigingen bij de brandweer en de traplooptest. De media creëren het beeld dat de bezuinigingen leiden tot een afname van het veiligheidsniveau. Het beeld sluit niet aan op de situatie in IJsselland. In overleg met de heren Meijer en Strien is daarom een statement opgesteld, om vanuit onze regio een signaal af te geven die meer recht doet aan de daadwerkelijke situatie binnen onze veiligheidsregio. Vervolgens kwamen er berichten in de krant over de PPMO-test en specifiek het onderdeel ‘traplooptest’ met de Stairmaster. In Zeeland heeft de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (voorheen Arbeidsinspectie) de test verboden vanwege een aantal ongelukken. Mevrouw Sievers heeft, in overleg met de heer Meijer, besloten om niet te wachten totdat we een brief van de Inspectie krijgen, maar heeft zelfstandig besloten om de test niet meer uit te voeren totdat we weten of de test veilig genoeg is. Als portefeuillehouder programmaraad Mens en Bedrijfsvoering bij Brandweer Nederland heeft mevrouw Sievers zelf de pers opgezocht. Vandaag staat als gevolg daarvan een bericht in de krant. Zij gaat nu afspraken maken met alle betrokken partijen en zorgen voor een PPMO-test die enerzijds veilig is en anderzijds een goed beeld geeft van de fitheid van de brandweermedewerkers. De heer Strien geeft aan dat het dikwijls een onmogelijke opgave is om vanuit Brandweer Nederland namens alle 25 veiligheidsregio’s te spreken. Sommige regio’s pakken een project, bijvoorbeeld ‘uitruk op maat’, niet volgens de landelijk afgesproken kaders op. In dergelijke gevallen is het belangrijk dat vanuit Brandweer Nederland aan de pers geadviseerd wordt om met de voorzitter van de desbetreffende regio contact op te nemen. De verantwoordelijkheid moet daar gelegd worden waar deze thuis hoort. Mevrouw Sievers geeft aan dat ze zowel door het ministerie van V&J, als door de pers en de bonden aangesproken wordt op brancheverantwoordelijkheid. De indruk wordt gewekt dat er een nationale brandweer is. Het lijkt de heer Strien belangrijk dat zowel Veiligheidsberaad, Brandweer Nederland als de veiligheidsregio’s duidelijke afspraken maken over wie wanneer communiceert. Mevrouw Sievers vindt dat we de 25 veiligheidsregio’s en het IFV meer als coöperatie moeten zien,
kenmerk vervolgblad
3 van 8
waarbinnen duidelijke afspraken gemaakt worden wat we voor het geheel doen en wat we zelfstandig doen. Kan het Veiligheidsberaad dit oppakken? De heer Meijer geeft aan dat hij als lid van het Veiligheidsberaad maar een paar keer per jaar bij elkaar komt en vraagt zich af of daarvoor het juiste platform is. Mevrouw Sievers vertelt dat de commissie Noordanus bezig is met de positiebepaling van het IFV en de samenhang tussen de veiligheidsregio’s. Zij voelt er wel voor dat vanuit deze commissie een klankbordbijeenkomst over dit onderwerp georganiseerd wordt.
Informerend/ opiniërend
4. Ervaringen adviesstructuur brandweer Voorstel Het DB wordt gevraagd van gedachten te wisselen over de huidige ervaringen met de vastgestelde bestuurlijke adviesstructuur brandweer, vooruitlopend op een evaluatie van de huidige organisatiestructuur. Bespreking De heer Schreuders vertelt dat eind 2013 in het AB een structuur afgesproken is voor de advisering door de clustercommandant aan de burgemeester. Afgesproken is om deze structuur na een jaar tegen het licht te houden. De heer Schreuders heeft de clustercommandanten al om hun ervaringen gevraagd. Het volgende kwam aan de orde: - de behoefte per burgemeester verschilt, zowel qua gespreksonderwerpen als qua vergaderfrequentie; - strategische thema’s komen maar beperkt op tafel; - er is niet of nauwelijks contact over veiligheidsthema’s met de adviseur(s) crisisbeheersing; - de clustercommandanten hebben geen zicht op de adviezen die burgemeesters krijgen op de AB-stukken vanuit de gemeentelijke invalshoek. De heer Schreuders vraagt de DB-leden hoe de beelden vooraf zich verhouden tot de ervaringen tot nu toe. De heer Heidema geeft aan dat het gesprek hierover in het AB ook zinvol is. Dit wordt door de anderen beaamd. Als hij terugkijkt op de gesprekken met de clustercommandant, dan ging het gesprek vooral over regionale aangelegenheden, die hun weerslag hadden op het lokale korps, bijvoorbeeld het dekkingsplan. De gemeentelijke betrokkenheid is tot nu toe voornamelijk financieel gericht. Hij wordt vanuit de gemeentelijke organisatie geadviseerd over de AB-stukken. Voor de regionalisering was deze advisering, door de inbreng van de commandant, inhoudelijker. Hij heeft in deze transformatiefase, samen met de clustercommandant, veel energie gestoken in de verbinding met het korps. Hij heeft geluncht met de drie beroepsgroepen en met de groep postcommandanten. De heer Strien voert het overleg met de clustercommandant op hoofdlijnen. Hij spreekt met de clustercommandant ook over zaken op het gebied van risicobeheersing. De clustercommandant heeft zich ingezet om de regionalisering goed te laten landen. De adviseur integrale veiligheid sluit nauwelijks aan bij de overleggen, maar daar gaat hij verandering in brengen. In zijn ogen is het belangrijk dat de clustercommandant hem inlicht als strategisch beleid van de veiligheidsregio, zoals het dekkingsplan, lokale consequenties heeft. De heer Meijer geeft aan dat het dekkingsplan in het overleg met de clustercommandant slechts zijdelings besproken is. Dit had wel scherper gekund. Sinds kort is er contact tussen de adviseurs crisisbeheersing van de gemeente Zwolle en de clustercommandant. Hij heeft niet zoveel contact
kenmerk vervolgblad
4 van 8
gehad met de brandweermedewerkers als de heer Heidema. Hij is wel aanwezig bij ceremoniële bijeenkomsten. In de evaluatie van de organisatie- en managamentstructuur is het goed om de rol van de clustercommandanten ook mee te nemen. De heer Heidema heeft wel behoefte aan iemand met gezag, die een grote groep mensen bij elkaar houdt en op wie hij terug kan vallen. De heer Strien geeft aan dat de clustercommandanten misschien nog meer in positie gebracht kunnen worden. Mevrouw Sievers staat er wel voor open om in de toekomst naar minder clusters te gaan. Ze geeft aan dat de veiligheidsregio kritisch is op het aantal leidinggevenden. Het vakteam repressie werkt inmiddels met een leidinggevende minder dan waarmee in 2014 begonnen is. De heer Meijer stelt voor om dit onderwerp terug te laten komen op de bestuurdersdag. Dit voorstel wordt omarmd. De heer Strien wil dan graag best practices uitwisselen. Hij vraagt zich af op welke manier er een relatie te leggen is met integrale veiligheid. De heer Heidema vraagt zich af of er een verbinding te leggen is met het idee van de kazerne als centrale plek in de lokale gemeenschap. Mevrouw Sievers ziet wat dit betreft mogelijkheden in de vier programma’s brandveilig leven die zij binnenkort met de clustercommandanten uit gaat werken. Besluit Het dagelijks bestuur neemt kennis van het voorstel. Besloten is dit onderwerp terug te laten komen op de bestuurdersdag.
Besluitvormend
5. Evaluatie GRIP 3 Brand “Regelink Schroothandel” Kampen Voorstel Te besluiten: 1. kennis te nemen van het multidisciplinaire evaluatierapport ‘H. Regelink Schroothandel B.V. te Kampen’, 22 oktober 2014; 2. de rapportage ter informatie voor te leggen aan het algemeen bestuur; 3. de inhoud van het rapport aan te bieden als systeemtoets 2014 voor de Inspectie Veiligheid en Justitie.
Bespreking Ondanks dat in de besluitvorming staat dat het DB ‘kennis kan nemen van het rapport’ kan het DB de rapportage vaststellen en het AB informeren over het besluit. De inspectie krijgt een afgeleide vorm van het rapport aangeboden, waarin alleen de elementen zijn opgenomen die nodig zijn, die conform het toetsingskader gevraagd worden. In het rapport is de actiehouder bij aanbeveling 4 en 5 niet goed geadresseerd. In de oplegger staat het wel juist vermeld. Dit wordt aangepast in de versie voor het algemeen bestuur. Het rapport is door communicatie getoetst op mediagevoelige items. De inschatting is dat dit rapport geen aanleiding geeft tot noemenswaardige media-aandacht.
kenmerk vervolgblad
5 van 8
De heer Meijer ziet een relatie met de evaluatie van de gemeentelijke kolom. De heer Strien vindt het sterk dat dat deze evaluatie slechts vijf aanbevelingen oplevert. Dit houdt het overzichtelijk. De heer Strien vraagt wie de uitvoering van de actiepunten uit de evaluaties in de gaten houdt. Is er monitoring? De heer Meijer vindt het als portefeuillehouder belangrijk om eens per jaar terug te kijken op de uitvoering van de actiepunten. De heer Strien stelt voor om dit in de vorm van een rapportage voor het DB en AB te doen. Dit is akkoord. Mevrouw Sievers vertelt dat de aanbevelingen terugkomen in de oefeningen. Mevrouw Rigter is namens de directie portefeuillehouder. Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel en stelt het ‘Multidisciplinair evaluatieverslag brand Regelink Schroothandel Kampen’ van 22 oktober 2014 vast. Daarnaast wordt besloten dat eens per jaar een monitoringsrapportage van de uitvoering van de actiepunten uit evaluaties met het bestuur gedeeld wordt.
6. Regionale beschrijving piketfunctie Algemeen Commandant Brandweer (ACB) Voorstel Te besluiten om: - de waardering van de regionale piketfunctie ACB, met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2014, vast te stellen. Bespreking Dit betreft de formalisering van een bestaande situatie. Deze piketfunctie bestaat al enige jaren, maar een passende functiebeschrijving conform HR21 was tot op heden niet voorhanden. Dit besluit leidt niet tot meer piketten of hogere kosten. Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
7. Wijzigingen in arbeidsvoorwaardenregeling Voorstel Te besluiten om: 1. bijgevoegde wijzigingen van de CAR-UWO, behorende bij bijlage 1 (wijziging CAR-UWO), met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2015 vast te stellen; 2. artikel 6:2:1:2 van de arbeidsvoorwaardenregeling te herstellen naar de oorspronkelijke tekst met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2014; 3. bijgevoegde wijziging van bijlage IId, met betrekking tot de faciliteiten voor OR- en GO-leden, met terugwerkende kracht vanaf 1 april 2014 vast te stellen. Bespreking In september 2014 is de arbeidsvoorwaardenregeling bestuurlijk vastgesteld. Hierbij is toen een voorbehoud gemaakt bij artikel 6:2:1:2, waar het GO nog mee moest instemmen. Inmiddels vraagt de regeling ook op twee andere punten om een wijziging (wijzigingen voortvloeiende uit CAR-UWO en de faciliteitenregeling voor OR/GO-leden).
kenmerk vervolgblad
6 van 8
Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
8. Besluit bezwaarschrift Voorstel Te besluiten om: 1. het bezwaarschrift van de heer J.N. tegen het besluit definitieve garantieberekening van 6 oktober 2014 ontvankelijk te verklaren; 2. het bezwaarschrift van de heer J.N. tegen het besluit definitieve garantieberekening van 6 oktober 2014 ongegrond te verklaren; 3. de betrokkenen met bijgaande brief op de hoogte te stellen van de door u genomen besluiten. Bespreking Dit betreft het laatste bezwaar tegen de garantieberekening in het kader van de regionalisering. Daarmee zijn alle lopende bezwaarprocedures afgerond. De heer V.d. B. uit Kampen gaat in beroep tegen het DB-besluit van 21 januari 2015. Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
9. Rondvraag Strategisch overleg met directie De heer Meijer vindt het jammer dat het strategisch overleg met de directie, dat hierna gepland was, geannuleerd is. Het valt hem op dat dit de laatste tijd vaker voorkomt. De heer Heidema geeft aan dat met de verandering naar een DB dat zich meer procesmatig bezig houdt met de agenda van het AB, er minder context is om dat gesprek te voeren. In de opmaat naar de bestuurdersdag is het wel zinvol om een strategisch overleg te hebben. De heer Strien vraagt wat de opgaven voor de komende tijd zijn. Mevrouw Sievers ziet uitdagingen in het vanuit de multidisciplinaire hoek kijken naar normalisering van veiligheid en in de relatie met integrale veiligheid, in samenspraak met de gemeenten en politie. De heer Strien heeft de indruk dat de Veiligheidskring gemeentesecretarissen steeds vaker bij elkaar komt. Zij praten over GGD en jeugdzorg, maar ook over de veiligheidsregio. De heer Meijer stelt voor om een moment te zoeken om dit met de directie te bespreken.
Bestuurlijke adviescommissies De DB-leden wisselen ervaringen uit over hun deelname aan de Bestuurlijke Adviescommissies (BAC’s) van het Veiligheidsberaad. Vanuit het Veiligheidsberaad loopt op dit moment een evaluatie van de vergaderstructuur. De heer Schreuders geeft aan dat er in het land kritische geluiden zijn over nut en noodzaak van de BAC’s. Veiligheidsregio Brabant-Noord heeft een brief gestuurd, waarin ze voorstellen de BAC’s op te heffen. Gepeild wordt wat de ervaringen zijn van de DB-leden die allen
kenmerk vervolgblad
7 van 8
zitting hebben in een BAC. De heer Heidema zit in de BAC Informatievoorziening. De commissie komt drie á vier keer per jaar bij elkaar. Hij wordt ambtelijk geadviseerd over de onderwerpen die besproken gaan worden. Het onderwerp LMO staat dikwijls op de agenda. Hier ligt een dringende opgave. De opkomst is hoog. Er wordt een goede verbinding gelegd tussen landelijk en regionaal beleid. De heer Strien zit in de BAC Brandweer. Zij komen elke zes tot acht weken bij elkaar. De overleggen worden goed bezocht, ongeveer driekwart van de regio’s is aanwezig. Een aantal mensen van Brandweer Nederland schuift bij de overleggen aan. De onderwerpen zijn interessant: Uitruk op maat, Brandweerkamer, brandweeradvisering op vergunningaanvragen, et cetera. De BAC-leden worden bijgepraat en er wordt om advies gevraagd. De heer Strien vindt vooral de informatiefunctie van belang. Hij zou het op prijs stellen als er wat meer dilemmanotities aan de BAC brandweer voorgelegd worden. Hij zou de BAC niet willen missen. De heer Strien zou het op de bestuurdersdag graag willen hebben over de betekenis van de wetswijziging betreffende de brandweeradvisering op vergunningaanvragen Omgevingswet. Hier is veel discussie over. De heer Meijer heeft in het verleden de BAC GHOR voorgezeten, nu zit de heer Koelewijn in deze commissie. Hij heeft aan de wieg gestaan van de BAC Crisisbeheersing. Deze commissie is slechts tweemaal bijeen gekomen in anderhalf jaar tijd. Toch zijn er wel thema’s die in deze commissie aan bod zouden kunnen komen, bijvoorbeeld waterveiligheid. Het zou een goede plaats kunnen zijn om te brainstormen en om tot draagvlakverbreding te komen, maar als de voorzitter er niet aan trekt, kan deze commissie als eerste opgeheven worden. Mevrouw Sievers geeft aan dat als je kijkt naar de agenda van het Veiligheidsberaad er veel onderwerpen zijn die in de BAC Crisisbeheersing besproken zouden kunnen worden. Het lijkt een gemiste kans. De heer Strien zou graag zien dat de planning van de strategische agenda leidt tot een lange termijnplanning voor de BAC’s. Het lijkt mevrouw Sievers nuttig als er een BAC bedrijfsvoering zou zijn, gekoppeld aan burgemeester Noordanus. De heer Schreuders vindt de BAC’s op zich nuttig. Ze zijn van bestuurlijke waarde. De thema’s zijn interessant. Hij twijfelt over het nut van de BAC Crisisbeheersing in zijn huidige vorm.
Presterend vermogen van veiligheidsregio’s Onze regio is geselecteerd voor een landelijk onderzoek naar het presterend vermogen van de veiligheidsregio’s. Dit betreft een verkennend onderzoek, naar aanleiding van een rapport van de Rekenkamer. Het WODC onderzoekt hoe je erachter kan komen of het geld wat in veiligheid gestoken wordt in verhouding staat tot wat eruit komt. Veiligheidsregio IJsselland is geselecteerd, omdat afgelopen tijd regelmatig naar voren gekomen is dat wij als veiligheidsregio minder gecharmeerd zijn van de klassieke kwaliteitsbenadering van inputgerichte audits, vinklijsten, systeemtesten et cetera. Men wil verkennen welke ideeën er in onze regio zijn om in de toekomst meer op output/ outcome te sturen. Onder andere worden de heer Schreuders en mevrouw Sievers geïnterviewd. Het WODC wil ook een bestuurder interviewen. De heer Meijer verleent hier zijn mederwerking aan.
Huisvesting Mevrouw Sievers geeft de planning van de verbouwingen en verhuizingen door. Ze vertelt dat we op 31 maart het gebouw aan de Zeven Alleetjes leeg opleveren. Voor het RCC wijken we voor één maand uit naar het politiebureau aan de Koggelaan. De heer Meijer vraagt in hoeverre er publiciteit aan de verhuizing gegeven wordt. Mevrouw Sievers vertelt dat dit gebeurt door posters, een tekst in de handtekening van mails en dergelijke. De heer Meijer vraagt of er een persbericht kan worden
kenmerk vervolgblad
8 van 8
verzonden, waarin de verhuizing gekoppeld wordt aan het besluit om de bibliotheek te verhuizen. Het is positief dat de veiligheidsregio compacter gaat zitten, dit leidt tot kostenbesparing en dat mag best naar buiten. De heer Schreuders pakt dit op.
10. Sluiting Om 10.30 uur sluit de voorzitter de vergadering.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 16 april 2015.
De heer drs. H.J. Meijer,
De heer drs. H. Schreuders,
voorzitter
secretaris
Notulen van datum aanwezig afwezig
Dagelijks bestuur 25 maart 2015 De heren H.J. Meijer (voorzitter), A.P. Heidema, A.G.J. Strien en B. Koelewijn, mevrouw L.J. Sievers, de heer H. Schreuders, mevrouw M. Fransen (verslag). 1. Opening De voorzitter, burgemeester Meijer, opent de vergadering om 11.45 uur. Dit betreft een extra vergadering vanwege het feit dat de programmabegroting, conform de financiële verordening, voor 1 april aan de gemeenteraden aangeboden moet worden. In het vergaderschema 2016 gaan we ernaar streven de behandeling van de begroting in te passen in een reguliere DB-vergadering. Nu is de eerstvolgende reguliere vergadering van het DB op 16 april.
2. Mededelingen Mevrouw Sievers vertelt dat er binnenkort een artikel in de Stentor komt over de herhuisvesting. Zij licht de andere AB-leden hierover in.
Besluitvormend
3. Concept Programmabegroting 2016 Voorstel Te besluiten om: - in te stemmen met de concept programmabegroting 2016-2019; - de gemeenteraden tot 1 juni 2015 in de gelegenheid te stellen een zienswijze in te dienen op de concept programmabegroting 2016-2019. Hiertoe de gemeenteraden het document door middel van bijgevoegde brief aan te bieden; - na verwerking van de reacties uit de gemeenten de programmabegroting ter vaststelling aan het algemeen bestuur voor te leggen in de vergadering van 24 juni 2015.
Bespreking De voorliggende begroting is binnen de kaders opgesteld: er worden geen extra middelen gevraagd en er is uitgegaan van de bestaande technische uitgangspunten. Er zijn gemeenten waar dit leidt tot problemen door het hanteren van een ander indexeringspercentage. De verwachting is dat dit aanleiding geeft tot het indienen van zienswijzen. In het najaar volgt een voorstel voor de evaluatie van de financiële verdeelsystematiek. Daarin wordt dit punt meegenomen. De heer Koelewijn reageert op de technische uitgangspunten. Hoe voorkomen we dat de gemeenten verschillende uitgangspunten hanteren? De gemeente Kampen hanteert bijvoorbeeld 0%. Dit punt wordt in de aanbiedingsbrief meegenomen.
kenmerk vervolgblad
2 van 3
De heer Heidema geeft, ter verduidelijking, aan dat we er als veiligheidsregio voor kiezen om uit te gaan van de meest reële kosten. De feitelijke kosten komen terug in de jaarrekening. Er worden geen bezuinigingen doorgevoerd door uit te gaan van 0% prijsindexatie, terwijl we weten dat de kosten gaan stijgen. We hebben er als bestuur wel degelijk voor gekozen om bezuinigingen door te voeren, maar niet door de indexatie op 0% te zetten. Het is belangrijk dat deze link in de aanbiedingsbrief gelegd wordt. De heer Koelewijn reageert hierop door aan te geven dat de consequentie hiervan is dat als uit de jaarrekening blijkt dat de werkelijke kosten lager zijn, het verschil ten goede komt aan de gemeenten. Hij ziet dit ook graag gemeld in de aanbiedingsbrief. Tevens vraagt de heer Koelewijn om in de aanbiedingsbrief expliciet te maken waarom het belangrijk is dat het weerstandsvermogen opgehoogd wordt. Er is wat deze zaken betreft een keuzemoment bij de bespreking van de jaarrekening. De heer Strien vraagt om de tekst over de incidentele voordelen op te nemen in de oplegnotitie voor het AB en in de aanbiedingsbrief. Tevens vraagt hij om in de laatste alinea in het hoofdstuk ‘Bezuinigingen’ de totale bezuiniging van 10% te verduidelijken. De heer Koelewijn geeft aan dat hij de begroting helder geschreven vindt. Het stuk kan met trots aan de gemeenteraden aangeboden worden. In de programmabegroting van de GHOR ziet hij de doelen en actiepunten graag gekoppeld aan het thema ‘zelfredzaamheid’. Het valt de heer Strien op dat in de programmabegroting van de brandweer staat dat de visie ‘Uitruk op maat’ in 2016 geïmplementeerd wordt, terwijl hierover in het bestuur nog niet gesproken is. Mevrouw Sievers geeft aan dat het actiepunt zal worden aangepast in die zin dat we met dit punt aan de gang gaan. De heer Strien vertelt dat op het gebied van de bedrijfsvoering een grote klus geklaard wordt. In één van de volgende DB-vergaderingen komt de doorontwikkeling van bedrijfsvoering op de agenda. De heer Koelewijn vraagt om als service naar de gemeenten op te nemen hoeveel elke gemeente moet betalen om aan deze begroting te voldoen. De brief moet zelfstandig leesbaar zijn.
Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel, onder voorbehoud van de gemaakte opmerkingen. Bovenstaande punten worden verwerkt in de oplegnotitie voor het algemeen bestuur en in de aanbiedingsbrief voor de gemeenten.
4. Herziening formatieplan Veiligheidsregio IJsselland Voorstel Te besluiten om: - in te stemmen met de herziening van het formatieplan (exclusief bedrijfsvoering) voor de Veiligheidsregio IJsselland, onder voorbehoud van advies van de Ondernemingsraad. Bespreking De heer Strien licht dit agendapunt toe. Het herziene formatieplan vraagt niet om extra middelen en past daarmee binnen de begroting. Dit agendapunt is ook in deze extra bespreking meegenomen, aangezien de begroting verwijst naar het formatieplan.
kenmerk vervolgblad
3 van 3
De heer Koelewijn vraagt om een toelichting omtrent de acht mensen in de flexibele schil. De tekst wekt de indruk alsof deze mensen extra zijn. Hoe voorkomen we dat men dat idee krijgt? Mevrouw Sievers geeft aan dat er op dit moment nog niemand in deze flexibele schil zit. Wat we willen bereiken, is nog meer flexibiliteit in de organisatie. Zodoende kunnen we, al naar gelang van de beleidsprioritering, mensen inzetten. De heer Strien zegt dat deze flexibele schil gebruikt gaat worden door vaste of tijdelijke medewerkers in te zetten op tijdelijke klussen.
Besluit Het dagelijks bestuur stemt in met het voorstel.
5. Rondvraag Naar aanleiding van de vergadering van het algemeen bestuur voorafgaand aan deze vergadering gaan de heer Strien en Sievers met mevrouw Van der Tas in gesprek over de opkomsttijden in haar gemeente nu en in het verleden.
6. Sluiting Om 12.40 uur sluit de voorzitter de vergadering.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 16 april 2015.
De heer drs. H.J. Meijer,
De heer drs. H. Schreuders,
voorzitter
secretaris