Nieuwsbrief Op volle kracht vooruit De ledenraad heeft het beleidsplan 2015-2017, de begroting en de contributies voor 2015 goedgekeurd.
I
n januari is het bestuur samen met de bureaumedewerkers gestart met de uitvoering van het meerjarenplan. Welke actiepunten staan er in dit plan? Waar staan we en waar willen we naar toe? Bestuursleden José van Reijen, Sammy Peter en Arnold van Emmerik lichten een aantal punten toe.
Actualiseren opleidingen Actiepunt 1 is het project rond de actualisering van de opleiding tot Cognitief Gedragstherapeut VGCt®. José: ‘Nu er een competentieprofiel ligt, is duidelijk geworden dat er verschillen-
de meningen zijn onder supervisoren, docenten en kaderleden over deze actualisering. Een belangrijk punt is: Moeten we een generalistische – en wellicht kortere – opleiding hebben met eenduidig profiel? Of willen we onze opleidelingen ook ingewikkelder problematiek leren behandelen zodat zij na afloop van de opleiding van alle markten thuis zijn? Dit raakt een fundamentele discussie over wat het beroepsprofiel van de cognitief gedragstherapeut is. De komende tijd gaan we hierover het gesprek voeren met onder andere supervisoren, de dragers van de opleiding. En ook met opleidelingen zal worden gesproken. Wat voor opleiding willen zij? Dan zullen we het onder andere hebben over: welke sterke elelees verder op pag 2 >
01/2015 Aandacht voor 4 Uit de praktijk emoties 4 Verhalen van leden
Samen sterker
V
anuit de overtuiging ‘Samen staan we sterker’ hebben negen beroeps- en wetenschappelijke verenigingen van psychologen, pedagogen en psychotherapeuten, waaronder de VGCt, besloten hun krachten te bundelen en een federatie te vormen. De VGCt vertegenwoordigt straks samen met NIP, NVGzP, NVO, NVRG, NVVS, VCgP, VEN en VKJP ruim 20.000 psychologen, pedagogen en psychotherapeuten. De verenigingen gaan samen een federatie vormen die de belangen van de beroepsgroepen behartigt, op bladzijde 3 vind je hierover meer informatie. De vorming van de federatie valt onder actie 6 van het beleidsplan 2015-2017. Ben je nieuwsgierig geworden naar de andere actiepunten? Het hele beleidsplan vind je op het ledennet > over VGCt > beleid. Informatie over de voortgang van het beleid vind je op het ledennet > kennisnet > beleidsdomeinen competentiegericht opleiden/supervisoren/cognitief gedragstherapeutisch werkers/ Rom en e-mental health. 1
Shiny people Back tohappy the Future 5 5 VGCt najaarscongres Dit najaarscongres mag je niet missen
Ledenraad aan De 8 hetmooiste woord parel 9 Mark van der Gaag wint Mariette de Klerk-Verbeek ZonMw Parel voor EDIE onderzoek
EnEnverder: verder: • Positionering • TOPGGz reiktvan keurmerken niet BIG- uit 3 • Bestuursleden2gezocht 9 geregistreerden • Trots op • Wat doet registratieereleden 9 • de Word ook lid van de commissie 11 NVGzP 10
Nieuwe vervolg van pag 1 > menten bevat de huidige opleiding? Wat zijn goede opleidingsonderdelen in de huidige opleiding die behouden en breder toegepast kunnen worden?
Beoordeling Belangrijke onderwerpen bij de actualisering van de opleiding zijn verder de werkervaring en toetsing. José: ‘De eisen aan de werkervaring van opleidelingen
‘Het ontwerpen van het kwaliteitsbeleid voor supervisie is in volle gang’ worden onder de loep genomen: hoeveel cliëntcontacten zijn minimaal vereist in het opleidingstraject? Daarnaast gaan we een toets- en beoordelingssysteem ontwikkelen. Opleidelingen moeten in hun opleiding gerichte feedback krijgen op hun competenties zodat zij daarvan kunnen leren. Er zal onderscheid gemaakt worden tussen formatieve (tussentijdse) en summatieve (eind) toetsing.’
Supervisoren Ook de opleiding/registratie tot super visor wordt geactualiseerd, zodat het
straks past bij de opleiding tot cognitief gedragstherapeut. Hiervoor brengt een commissie supervisoren advies uit aan bestuur en ledenraad. José: ‘Het ontwerpen van het kwaliteitsbeleid voor supervisie is in volle gang. Er komt een competentieprofiel en er zal gewerkt worden aan een kwaliteitscyclus van evaluatie. Supervisoren zullen worden opgeleid in competentiegericht opleiden en toetsen.’
Website Sammy: ‘We willen met de tijd mee gaan en daarom gaan we een nieuwe website ontwikkelen. Deze is beter doorzoekbaar en ook op de mobile telefoon en tablet te raadplegen. Begin 2016, het jaar van het vijftigjarig bestaan van de vereniging, moet de nieuwe website in de lucht zijn. Op het ledendeel van de website kun je straks eenvoudig bij je PE-dossier en vakinhoudelijke kennis, de boekenclub en het archief Tijdschrift vinden. Ook willen we instructievideo’s gaan maken over hoe je bijvoorbeeld PE-online gebruikt of waarin bepaalde cognitief gedragstherapeutische technieken worden uitgelegd. In 2016 komt er een korter, digitaal jaarverslag en dan is het de bedoeling dat je alleen nog maar nieuwsmail ontvangt die aansluit bij jouw persoonlijke voorkeuren. We willen sociale media zoals LinkedIn, YouTube en Twitter vaker inzet2
ten om informatie over vak en vereniging over te brengen en met elkaar te delen.’
E-mental health & ROM Arnold: ‘We willen jullie zo goed mogelijk ondersteunen bij het werken met e-mental health, vooral in praktische zin. Om dit concreter te maken, wordt in 2015 in een ledenenquête nagegaan wat jullie op dit gebied van de VGCt verwachten. Op LinkedIn zijn we gestart met een denktank e-mental health waar al discussie op gang komt en goede ideeën worden geopperd. Het bestuur heeft een verenigingsstandpunt over ROM opgesteld. Op het gebied van ROM gaat de vereniging verder met deskundigheidsbevordering en het ontwikkelen van een ‘VGCt-benchmark’. •
Eind 2014 hebben 39 afdelingen een TOPGGz Keurmerk
Jaarlijks reikt de Stichting TOPGGz op de laatste donderdag voor kerst hun nieuwe en verlengde keurmerken uit aan GGz-afdelingen die het keurmerk verdienen. De opkomst bij deze feestelijke bijeenkomst was nog nooit zo hoog als vorig jaar.
S
tichting TOPGGz zet zich in voor hooggespecialiseerde zorg. De stichting wil topklinische- en topreferente zorg binnen de GGz bevorderen en faciliteren. Het gaat daarbij om de behandeling van cliënten die hoog gespecialiseerde zorg nodig hebben, vanwege de ernst, complexiteit of zeldzaamheid van de aandoening. Om voor cliënten, verwijzers, overheid en zorgverzekeraars inzichtelijk te maken welke afdelingen topklinische GGz aanbieden, is het TOPGGz Keurmerk ontwikkeld. Bij visitatie wordt een afdeling beoordeeld op hoe de zorg gecombineerd wordt met relevant klinisch wetenschappelijk onderzoek, innovatieve behandeling en kennisverspreiding. Na de uitreiking van de nieuwe en verlengde keurmerken zijn er 39 afdelingen met een keurmerk. De afdelingen zijn verdeeld over negentien verschillende instellingen. Er is sprake van een gestage groei ondanks de economische crisis
Feestelijke uitreiking van de nieuwe en verlengde keurmerken sinds 2008: een hoopvol teken! Het gehele pakket van de GGz is inmiddels vertegenwoordigd met de recentelijke entree van de ouderenzorg (GGz inGeest), forensische sector (GGz Drenthe) en curatieve verslavingszorg (Jellinek). De afdelingen zijn blij met het keurmerk. Onderzoek van Schultz (2014) laat zien dat volgens ruim 80% van de afdelingsmanagers het TOPGGz-keurmerk leidt tot verhoging van de kwaliteit van zorg. Tweederde van de managers vindt dat het keurmerk leidt tot verbetering van onderzoek en verhoging van innovatie. Ook helpt het keurmerk bij het binnenhalen van subsidies en leidt het hopelijk tot een betere onderhandelingspositie bij zorgverzekeraars. De verstrengeling van behandeling en klinisch relevant onderzoek maakt het
kader van de Stichting TOPGGz tot een geschikt platform van de cognitieve gedragstherapie. Uit onderzoek blijkt de cognitief gedragstherapeutische behandeling voor angst, dwang en trauma de eerst aangewezen methode. Binnen de TOPGGz afdelingen zijn deze specialisaties goed vertegenwoordigd. Van de 39 afdelingen behandelen er vijf angst (en dwang) bij volwassenen (Altrecht, GGz inGeest, PsyQ, RIAGG Maastricht en Overwaal) en één bij jongeren (de Bascule). En er zijn vier afdelingen voor psychotrauma (Centrum ’45 Diemen en Oegstgeest, Reinier van Arkel en Rivierduinen). Het gedeelde keurmerk stimuleert tot het uitwisselen van klinische ervaringen en het opzetten van gemeenschappelijke onderzoeksprojecten. Belangstellenden kunnen over dit onderwerp meer lezen op topggz.nl. • Ed Berretty
Federatie (bijna) opgericht! Onder het motto ‘Samen Sterker’ hebben negen verenigingen van psychologen, psychotherapeuten en pedagogen op 4 februari 2015 het voorgenomen besluit genomen een federatie op te richten die de belangen van de beroepsgroepen behartigt. De stem van de 20.000 psychologen, psychotherapeuten en pedagogen moet in alle veranderingen van de (G)Gz en de jeugdhulp beter worden gehoord. Dat krijgen we alleen maar voor elkaar door beter samen te werken. Aan de federatie doen, naast de VGCt, nog acht verenigingen mee: het NIP (bijna 13.000 leden), de NVO (de (ortho) pedagogen, ruim 6.000 leden), de NVGzP (GZ- en klinisch psychologen, bijna 2000 leden), de VEN/EMDR vereniging (circa 2500 leden), de NVRG (relatie- en gezinstherapie, circa 1800 leden), de VKJP (kinder- en jeugdpsychotherapeuten, circa 700 leden), de VCgP (cliëntgerichte psychotherapeuten, circa 700 leden) en de NVVS (seksuologen, circa 600 leden). NB: Er zijn dubbeltellingen tussen deze lidmaatschappen, want veel mensen zijn lid van meerdere verenigingen. Vooralsnog doen de NVP (psychotherapeuten, circa 2000 leden) en de LVVP (vrijgevestigden) niet mee. We hopen dat ze later alsnog zullen aansluiten. In de federatie zullen twee ‘kamers’ komen, een voor jeugd en een voor volwassenen. Iedere kamer krijgt twee aandachtsgebieden: Kwaliteit (inclusief opleidingen) en collectieve belangenbehartiging. De VGCt heeft actief bijgedragen aan de ontwikkeling van deze federatie en staat er volmondig achter. De federatie wordt een vereniging van verenigingen met een eigen bestuur en ledenraad. Binnenkort zal het werkplan 2015-2016 en de begroting worden besproken. Je hoort er snel meer over! Hubert van der Kleij directeur VGCt
3
ten geleide
TOPGGz-keurmerken
sectienieuws •
Sectie eetstoornissen en obesitas Op 27 november 2014 heeft het tweejaarlijkse congres van de Nederlandse Academie voor Eetstoornissen (NAE) plaatsgevonden. Het cognitief gedrags therapeutisch geluid is binnen de NAE steeds beter te horen: de keynote van Anita Jansen gaf de zaal een duidelijke boodschap: exposure bij eetstoornissen = doen! Net als bij angststoornissen hebben de nieuwste inzichten in (de werking) van exposure ook bij eetstoornissen aanleiding gegeven tot nieuwe toepassingen en mogelijkheden. Leden die meer willen weten over exposure kunnen zich aanmelden voor de workshop van Jacomien van der Linden en Mariëlle Teeuwen op het CGW-congres. Zij gaan in op het out of the box denken bij het inzetten van exposure. Sandra Mulkens heeft in 2014 in het NAE bestuur plaatsgenomen; zo is ook daar CGt vertegenwoordigd! Tenslotte heeft de NAE een subsidie verworven voor het opstellen van de ‘Zorgstandaard eetstoornissen’. Zij gaan dit vanaf maart 2015 doen in samenwerking met onder andere Trimbos, Stichting TopGGz, IMTA en vertegenwoordigers van betrokken beroepsverenigingen. Vanuit de VGCt zijn Jacomien van der Linden en Hermien Elgersma vertegenwoordigd in de werkgroep. De zorgstandaard moet in oktober 2016 gereed zijn. Wij vinden dit mooie en belangrijke samenwerkingsinitiatieven die moeten leiden tot betere zorg voor eetstoornispatiënten in Nederland!
Uit de praktijk In deze nieuwe rubriek delen leden verhalen uit hun dagelijkse (behandel) praktijk. Denk aan die ene cliënt die je altijd bij is gebleven, een cursus die je hebt gegeven (of gevolgd) die veel indruk op je maakte, een nieuwe behandelmethode die heel anders uitpakte dan je verwachtte of dat onderzoek waar geen eind aan leek te komen. Kortom: bijzondere verhalen die het waard zijn om te delen.
U
rsula Hendriks-van den Bos, supervisor VGCt, heeft meegewerkt aan het onderzoek Rouw na Moord, opgezet door de Rijksuniversiteit Groningen en Fonds Slachtofferhulp: ‘Op de website van het NIP las ik over het wetenschappelijk onderzoek naar therapie bij nabestaanden van moordslachtoffers. Omdat ik eerder aan wetenschappelijk onderzoek heb meegewerkt en het onderwerp me aansprak, heb ik contact opgenomen.’
wikkelen van een adequate behandeling voor deze nabestaanden.’ Ursula heeft veel geleerd door het onderzoek: ‘Wat het voor mij extra boeiend maakte, was de scholing in bepaalde onderdelen van het protocol, zoals specifieke toepassing van CGt bij deze doelgroep. Ook al heb je jaren ervaring, extra kennis en training houden je scherp. Daarnaast bood het gelegenheid tot het uitwisselen van ervaringen met collega’s en mogelijkheid om me te specialiseren op dit vakgebied.’
Gecompliceerd Het rouwproces van nabestaanden bij moord is volgens Ursula anders: ‘Tachtig procent van de nabestaanden kampt met gecompliceerde rouwklachten. Eenderde heeft daarnaast last van posttraumatische stressklachten. Wraakgevoelens, boosheid en gevoel van onrecht maken dat rouwklachten bij een verlies door moord vaak langduriger zijn. Ook mediaaandacht en een trage rechtsgang spelen een rol bij de verwerking. Eén van de onderzoeksdoelen was dan ook het ont4
Ruimte en houvast Bij haar behandelingen gebruikte Ursula een voor het onderzoek ontwikkeld protocol: ‘Dit protocol bestond uit acht sessies met onder andere drie sessies EMDR en drie sessies CGt. Het was prettig om met dit protocol te werken, omdat er voldoende ruimte was voor het verhaal van de cliënt en het houvast bood voor mij. Door de structuur van het protocol kregen de cliënten duidelijkheid in het verloop van de behandeling.
Zij waren blij met de op maat gesneden hulp en voelden zich serieus genomen.’ De eerste onderzoeksresultaten zijn veelbelovend: ‘Uit de behandelstudie blijkt dat de combinatie van EMDR en CGt effectief is. Bij vier op de tien nabestaanden namen gecompliceerde klachten significant af binnen acht behandelingen en bij bijna de helft de PTSS-klachten. Nabestaanden ervaren na de behandeling minder PTSS- en gecompliceerde rouwklachten dan diegenen die nog niet behandeld zijn.’ Kijk voor meer informatie op rouwnamoord.nl • Ook je verhaal delen? Graag! Stuur een mail naar
[email protected]
Van onbeheersbare hunkering en zelfverheerlijking tot gezond optimisme en veerkracht Het najaarscongres 2015 lijkt nog ver weg, maar de Commissie Najaarscongres is al volop bezig met de organisatie. Dit jaar zijn we op 11, 12 en 13 november weer in het vertrouwde Veldhoven.
D
e website vgctnajaarscongres.nl is in de lucht en kun je bekijken op je mobiel, tablet en pc. Sinds 1 februari is het mogelijk je inhoudelijke bijdrage in te dienen. Je kunt je vanaf 1 mei aanmelden voor het congres. Medio juni is het programma bekend en online.
Bijdragen De commissie najaarscongres nodigt jullie van harte uit een inhoudelijke bijdrage aan dit ‘positieve’ congres te leveren. Dit kan in de vorm van een symposium, workshop, lezing, poster, casus voor openbare supervisie of bijdrage voor de e-market. Je symposium, workshop of lezing kun je tot 1 mei indienen. Posterabstracts en bijdragen voor de e-market zijn tot 1 september welkom. Meer informatie vind je op vgctnajaarscongres.nl. •
Het congres staat in het teken van de positieve kant van de mens. Bezitten mensen met psychopathologie ook bepaalde sterktes en kracht en hoe kunnen we deze inzetten bij hun behandeling? Wat kunnen we leren van (gezonde) mensen die lekker in hun vel zitten, zij die stralen van geluk? En hoe zit het met personen die de wereld door een té roze bril bekijken, té positief over zichzelf denken en worden overspoeld door zelf verheerlijkende gedachten? Of mensen die hun hunkering naar positieve emoties niet kunnen weerstaan en zich te buiten gaan aan teveel lekker eten, seks, drugs en rock & roll?
Call for Papers 1 februari tot 1 mei 2015 Call for Posters Call & for E-market 1 februari tot 1 september 2015
SHINY HAPPY PEOPLE
Gedragsexperimenten bij lichamelijke preoccupaties ij patiënten die lijden aan lichamelijke preoccupaties is vaak een angstcomponent op de voorgrond of achtergrond aanwezig. Vanwege de complexiteit van de problematiek is dan lastig om de angst te bewerken. Tijdens de studiedag van de sectie angststoornissen op 22 mei focussen we ons op twee van deze preoccupaties. Sako Visser gaat in op hypochondrie (health anxiety) en Theo Bouman op body dysmorphic disorder (in de DSM-5 vertaling aan geduid als morfodysfore stoornis). In beide workshops ligt het accent op het opzetten en uitvoeren van gedragsexperimenten. Theo: ‘We geven eerst een
Van onbeheersbare hunkering en zelfverheerlijking tot gezond optimisme en veerkracht
11 | 12 | 13 november 2015 NH-Hotel Koningshof Veldhoven www.vgct.nl
15.NJC.Calls.indd 1
Workshop
B
Najaarscongres 2015
Positief
Shiny happy people
03-12-14 13:44
5
inleiding op de psychopathologie van de stoornis en van de evidentie voor de effectiviteit van verschillende behandelvormen. Daarna leggen we de fijnere afstemming van gedragsexperimenten op de stoornisspecifieke cognities uit. We gaan daarbij uit van het ideale verloop van een gedragsexperiment, maar ook van de obstakels en valkuilen die zich daarbij kunnen voordoen. We zullen enkele gedragsexperimenten demonstreren en de deelnemers vooral laten oefenen. Wij nodigen je van harte uit om eigen casuïstiek in te brengen!’ Kijk voor meer informatie op vgct.nl en meld je aan! •
casus N=1 Elk aankomend cognitief gedragstherapeut doet tijdens zijn opleiding verslag van een (afgeronde) behandeling (N=1). Deze keer lees je over de N=1 van Marian Trap. Zij is als basispsycholoog in opleiding tot cognitief gedragstherapeut werkzaam bij Lijn5, een (jeugd)zorginstelling die zowel residentiële als ambulante behandeling biedt bij gedragsproblemen of problemen in de sociale ontwikkeling. Marian heeft haar cliënte voor deze N=1 40 sessies gevolgd en behandeld. 6
Leren kijken door een bril van zelfvertrouwen Marian Trap heeft een cognitief gedragstherapeutische behandeling gegeven aan een 20-jarige vrouw met een licht verstandelijke beperking, weinig zelfvertrouwen en een sociale fobie.
A
Bij de therapieaanmelding woonde Jasmijn op een kamertrainingscentrum van Lijn5. Dit centrum is bedoeld voor jongeren van 17 tot 23 jaar met een licht verstandelijke beperking die niet meer thuis kunnen of willen wonen. Marian: ‘Jasmijn had last van piekeren, slecht slapen, onzekerheid en angst. Ze was bang om zich net zo te voelen als na de dood van haar vader en daar piekerde ze veel over. Ze was veel bezig met wat anderen van haar vonden, vond het vervelend als er stiltes in een gesprek vielen en dacht snel dat anderen over haar praatten.’
haar problematiek te begrijpen. Thuis opdrachten legde ik tijdens de zitting in eenvoudige taal uit. LVB-jongeren zijn snel geneigd om te zeggen dat ze iets begrijpen, terwijl dit niet het geval is. Ik liet haar daarom de opdrachten ‘terugvertellen’. Registreren deed Jasmijn in haar telefoon, want de huiswerkopdracht op een registratieformulier invullen was teveel gevraagd vanwege haar moeite met plannen. Ze noteerde wat haar dwars zat of wat ze me wilde vertellen. In de zittingen vroeg ik haar registraties verder uit, zodat we deze als een gedeelte van het gedachtenrapport konden beschouwen.
Aangepaste behandeling Bij Jasmijn werd onder meer zwakbegaafdheid, een sociale fobie en drugs gebruik vastgesteld. Bij de behandeling paste Marian verschillende interventies toe, waaronder een terugvalpreventieplan, psycho-educatie gericht op depressie, gedachtenrapporten, en het werkboek COMET ‘verbeter uw zelfbeeld in zeven stappen’. Marian: ‘Het tempo en de stijl van de behandeling moest ik aanpassen aan het vermogen van Jasmijn. Ik structureerde haar chaotische verhalen en maakte de samenhang of chronologie visueel. Vanwege haar beperkte abstractievermogen had ze veel tijd en herhaling nodig om verbanden in
Ik ben hartstikke leuk Het werkboek COMET liep als een rode draad door de behandeling. Via wat omwegen kwam Jasmijn tot een realistisch zelfbeeld waarin zij wilde geloven, namelijk ‘Ik ben oké’. Maar het werken met één aspect van het negatieve zelfbeeld bleek te abstract voor Jasmijn. Elke situatie en elke negatieve gedachte die hierbij kwam kijken was anders en het lukte haar niet om ‘Ik ben oké’ daar telkens tegenover te zetten. Marian: ‘Ik introduceerde daarom ‘de bril van vertrouwen en zelfverzekerdheid’, waardoor Jasmijn moest leren kijken. ‘De bril van wantouwen en onzekerheid’ moest ze 7
daarbij afzetten. Op de achterkant van een afbeelding van een bril schreven we de vragen waarmee ze haar disfunctionele gedachten kon uitdagen. Deze heb ik geplastificeerd, zodat ze deze altijd bij zich kon dragen. Deze hielp haar in moeilijke situaties. Zo vertelde ze over een situatie waarin een meisje over haar roddelde, maar haar bril van vertrouwen en zelfverzekerdheid gaf haar toen toch een goed gevoel. Daarnaast zette ze helpende gedachten in, zoals: ‘Ik ben hartstikke leuk’.
‘Het tempo en de stijl van de behandeling moest ik aanpassen’ Jasmijn maakt zich nu minder druk en doet meer haar eigen ding. De problemen waar ze soms nog tegen aan loopt vindt ze – terecht – normaal. Ze merkt dat ze er zelf uitkomt en snel naar het positieve kan omschakelen. Jasmijn gebruikt nog maar af en toe drugs en alleen als ze zich al goed voelt. Ze vertrouwt erop dat het goed met haar zal blijven gaan. Wil je het hele N=1-verslag lezen met daarin alle toegepaste interventies van Marian Trap? Neem dan contact op via
[email protected]. •
casus N=1
foto: Shutterstock
ls kind ontwikkelde Jasmijn zich afwijkend op het gebied van motoriek, taal en sociaal contact. Op de reguliere basisschool werd vanwege haar leerachterstand en faalangst een intelligentieonderzoek gestart. Hieruit bleek dat er sprake was van een disharmonisch intelligentieprofiel in het nadeel van de performale vaardigheden. Daarnaast werd een non-verbale leerstoornis en een oppositioneel opstandige gedragsstoornis vastgesteld. Toen Jasmijn vijftien was, werd bij haar vader slokdarmkanker gediagnosticeerd. Vlak daarna ging ze naar het voortgezet onderwijs voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen (VSO ZMOK). Een half jaar na de diagnose overleed Jasmijns vader en beëindigde haar vriend hun relatie. Ze voelde zich in de steek gelaten, kreeg met iedereen ruzie en begon drugs (speed) te gebruiken. Op school wisselde haar werkhouding sterk, ging ze steeds meer spijbelen en kwam ze haar afspraken niet na. Hierdoor kon het VSO ZMOK haar niet langer begeleiden.
Klachten
sectienieuws •
LVB Werkstress en oplossingsgerichte en burn-out, gedragstherapie Een wat therapie bezielt voor ons? mensen met een licht verstandelijke beperking, op waarbij de nadruk wordt De studiemiddag 26 maart van sectie gelegd op oplossingen in plaats van problemen bedrijfsgerichte gedragstherapie gaat over lijkt beter te helpen daninterventiemogelijkhereguliere therapie. Dit drie onderwerpen: blijktden uit bij promotieonderzoek van Gz-psycholoog een systeem onder druk (Jeanette Johnde Roeden de Universiteit van en MaasGeus),van burn-out: diagnostiek korttricht. Roedenbehandeling is lid van de(Sandra sectie OCGt en de durende van Laar) eerste de wereldinzetbaarheid die hierop is (Jac gepromoveerd. eninduurzame van der In zijn onderzoek vergeleek hij eenover groep Klink). We gaan discussiëren deze cliënten die werd behandeld met oplossings onderwerpen en praktisch oefenen. Els gerichte therapie andere groep die een van den Beld met leidteen de discussie waarbij reguliere begeleiding na hoe de we een antwoordkreeg. zoekenZes opweken de vraag starteen vanieder de behandeling bleekplezier dat dekan cliënten gezond en met (blijdie de oplossingsgerichte therapie hadden dat ven) werken, ook binnen een systeem gekregen en sociaal beter onderpsychologisch druk staat. Meld je aan via vgct.nl. functioneerden. Lees een uitgebreid interview met John Roeden op het Kennisnet in het domein oplossingsgerichte Relatietherapie: gedragsveranderend GCt.en/of oplossingsgericht? Kom op donderdagmiddag 4 juni naar Hotel Mitland in interventies Utrecht om alles te leren Oplossingsgerichte bij trauma over de verschillen overeenkomsten De sectie OCGt gaat open 9 oktober op werkbede gedragsveranderende relatiezoektussen bij de Opvoedpoli in Amsterdam. Het thetherapie en oplossingsgerichte relatiethema is: Oplossingsgerichte interventies bij rapie. Demedewerker middag startvan met trauma. Een depresentaties Opvoedpoli van beide benaderingen. Daarna doen bespreekt Signs of Safety (oplossingsgerichte Freddy Lange en Door Fredrike Bannink rollen-en kinderbescherming). middel van filmspelen met beroepsacteurs. Je bent hieraudiofragmenten van Berg en O’Hanlon wordt bij alshoe deelnemer actief betrokken op duidelijk je oplossingsgericht kunten werken deze manier proberen we de beide vor-haar bij trauma’s. Fredrike Bannink presenteert van relatietherapie vergelijken. boekmen Posttraumatic Success te (Norton, 2014). Zij meteen zowel gedragsverangeeftDoor over te ditoefenen onderwerp workshop op het derende als oplossingsgerichte relatiethenajaarscongres. rapie, ga je naar huis met voor vaardigheden Ga naar verenigingsactiviteiten alle die je direct kunt toepassen in je dagelijkinformatie. se praktijk.
Mariette de Klerk-Verbeek
Ledenraadsleden aan het woord
Sinds april 2014 vertegenwoordigt Mariette de Klerk-Verbeek de cognitief gedragstherapeuten in de ledenraad. ‘Als ledenraadslid ben ik op een andere manier met mijn vak bezig, dat vind ik erg boeiend. Ik wil me vooral inzetten voor de belangen van cognitief gedragstherapeuten zonder BIG-registratie. Zij vormen een grote groep, want bijna een kwart van de CGt-ers heeft geen BIG-registratie. Tijdens de ledenraadsvergaderingen houd ik hun positionering in het beleid in de gaten door bijvoorbeeld kritische vragen te stellen of voorstellen te doen.’ Ik merk dat de input van de ledenraadsleden een duidelijke plaats krijgt in de beleidsvorming van het bestuur. Vorig jaar hebben wij belangrijke input gegeven over het competentieprofiel van de cognitief gedragstherapeut, de modernisering van de opleiding en de meerwaarde van de opleiding bovenop (of in plaats van) de Gz-opleiding. Ik hoop dat in 2015 de positie van CGt-ers zonder BIG-registratie verstevigt en dat er een heldere opleidingsstructuur wordt ontwikkeld, die aansluit bij de maatschappelijke ontwikkelingen, zoals de hervormingen in de GGz en de transitie jeugdzorg.’
Transitie jeugdzorg Wat vindt Mariette van de transitie van de jeugdzorg? ‘Financiële overwegingen spelen een rol bij de herzieningen in de jeugdzorg, maar ik denk niet dat de transitie alleen maar een ‘bezuiniging ver8
pakt in een mooi verhaal’ is. We moeten proberen met de beschikbare middelen de best mogelijke zorg te bieden. Ik vind het bijvoorbeeld een goed uitgangspunt om de zorg dichter bij de cliënt en zijn systeem te brengen. Er zijn dan minder hulpverleners betrokken, zodat er meer mét dan óver de cliënt wordt gesproken. Eigen regie en verantwoordelijkheid maken de cliënt zelfstandiger en minder ‘aangeleerd hulpeloos’. Noem me optimistisch, maar ik ben er van overtuigd dat elke hulpverlener, minister en zorgverzekeraar kwalitatief goede hulpverlening wil bewerkstelligen binnen de (financiële) kaders. Ik hoop dat deze partijen meer naar elkaar luisteren en open staan voor elkaars visie en expertise, waardoor ze gesprekspartners worden in plaats van ‘vijanden’. Laten we proberen de kansen die de hervormingen binnen de GGz en de jeugdzorg bieden aan te grijpen om de zorg te verbeteren!’
Mariette de Klerk-Verbeek
Achterban De ledenraad houdt op verschillende manieren contact met haar achterban. Mariette: ‘Je merkt wat er leeft door gesprekken met collega’s of met andere leden tijdens het najaarscongres . Leden kunnen ook zelf contact opnemen als zij vinden dat bepaalde thema’s onze specifieke aandacht nodig hebben! Onze e-mailadressen staan op het ledennet > over VGCt > ledenraad.’ •
Richtlijnen verbeteren het behandelingsresultaat
Per juni zijn we op zoek naar drie nieuwe bestuursleden. Met het aantreden van de nieuwe bestuursleden wordt het VGCt-bestuur uitgebreid van vijf naar zeven personen. De uitbreiding is nodig, omdat de werkzaamheden van het bestuur toenemen.
Recent verscheen het proefschrift van Maarten van Dijk over de implementatie en toepassing van de multidisciplinaire richtlijn voor angststoornissen. Er is veel kritiek op deze richtlijn mogelijk, omdat niet alleen wetenschappelijke evidentie, maar ook politiek een rol heeft gespeeld bij het tot stand komen ervan. Niettemin stelde Van Dijk vast dat implementatie en toepassing van deze multidisciplinaire richtlijn de behandelingsresultaten bij angststoornissen significant verbeterden. De richtlijn bleek ook bij de meeste patiënten (87%) goed toepasbaar te zijn. Eveneens bleken de behandelresultaten significant ongunstiger bij een instituut dat de richtlijn hanteerde zonder een specifiek implementatieplan, dan de resultaten van een instituut dat wel een implementatieplan volgde. Een mooie conclusie: implementatie en toepassing van de multidisciplinaire richtlijn leidt tot betere behandelingsresultaten. Wanneer nu ook nog de politieke toevoegingen uit de richtlijn verwijderd worden zal het gebruik van de richtlijn zeker tot nog gunstiger behandelingsresultaten leiden. In een officieel document las ik recent nog wat kernwaarden in de GGz zouden zijn: aandacht, inzicht, contact, steun, relatie, emotionaliteit, troost, warmte en betrokkenheid. Volslagen onzin natuurlijk: dat zijn de kernwaarden van algemeen beschaafd gedrag. Kernwaarden van de GGz zijn: behandelen gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek, geen wachtlijsten, geen behandelingen toepassen waarvan het effect niet is aangetoond, drop-outpreventie, recidiefpreventie, ROMmen, benchmarken en follow-up!
Ben jij ons nieuwe bestuurslid?
E
r is veel aan de hand in de geestelijke gezondheidszorg, de jeugdzorg en binnen onze vereniging en andere psychologenverenigingen. Daarom zoeken we een bestuurslid met het taakgebied jeugd, een extra bestuurslid opleiding en registraties en een nieuwe voorzitter. Na zeven jaar geeft Kees Hoogduin het voorzittersstokje door aan een opvolger. De voorzitter is intern en extern het boegbeeld van de cognitieve gedrags therapie en van de vereniging. In de komende termijn zal er speciale aandacht gevraagd worden voor de vorming en het functioneren van de nieuwe federatie van psychologen, psychotherapeuten en pedagogen.
Taakgebied jeugd De jeugdzorg ontwikkelt zich tot een eigen werkveld met eigen registratieeisen, regels en werkwijzen. Gemeentes
hebben door de nieuwe jeugdwet veel meer invloed gekregen. De VGCt wil zich, in het belang van de cognitieve gedragstherapie en de leden, ook in dit werkveld goed profileren. Ongeveer 15% van onze leden werkt namelijk op het gebied van jeugd.
Opleiding en registraties Door de grootte van de portefeuille opleiding en registraties, en met name door de actualisering van de VGCt-opleidingen en –registraties, wordt hiervoor een extra bestuurslid gezocht. José van Reijen vervult de functie nu nog alleen. Zij zal het accent gaan leggen op supervisie en doceren, voor het nieuwe bestuurslid zal het accent liggen op de actualisering van de opleiding en registratie van de Cognitief Gedragstherapeut.
Belangstelling? Je kunt tot 1 mei je belangstelling kenbaar maken voor één van deze functies. Voor meer informatie of als je iemand wil voordragen, kun je contact opnemen met de bestuursleden of de directeur. Kijk voor de volledige vacatureteksten, verdere toelichting op de taakverdeling en de benoemingsprocedure op vgct.nl. •
Kees Hoogduin, voorzitter VGCt 9
van de voorzitter
Gezocht: Voorzitter en twee bestuursleden
Nieuw bij de VGCt Astrid Kremers is sinds 2003 cognitief gedragstherapeutisch werker (CGW-er). Ze rondde tevens de postmasteropleiding seksuologie en de basis- en vervolgcursus EMDR af.
N
‘Mijn opleiding in de cognitieve gedragstherapie is de basis van mijn handelen’
og niet zo lang geleden volgde Astrid met twaalf andere CGW-ers een supervisievaardighedentraining. Hierdoor is zij bevoegd om 10 uur (van de 50 uur) supervisie te geven aan andere CGW-ers die zich moeten herregistreren. ‘Deze training is een mooie toevoeging aan mijn loopbaan. Ik zou ook graag supervisie willen geven aan CGW-ers in opleiding.’ Via ‘zoek een mede-lid’ op het ledennet kun je zoeken op CGW-ers die bevoegd zijn om supervisie te geven aan andere CGW-ers. Astrid deelt haar kennis en ervaring ook door te schrijven, onderwijs, stagebegeleiding, patiëntenverenigingen te adviseren en als dagvoorzitter en organisator van congressen. ‘Het klinkt misschien gek, maar van het lesgeven leer ik zelf ook veel. Het houdt mij scherp, het is een drive om de literatuur in te duiken en ik leer van de kennis en ervaring van de mensen die ik onderwijs.’
Trauma Met ‘Seksuologie Praktijk Astrid Kremers’ is Astrid gevestigd in diverse ziekenhuizen. ‘Medisch specialisten 10
verwijzen hun patiënten aan mij door. Cliënten komen ook bij mij terecht via de huisarts of www.seksuoloog.org. Ik zie uiteenlopende seksuologische problemen, zoals pijn bij het vrijen, verschil in seksuele behoeften, vragen over seksuele identiteit of relatievorm en angst voor gemeenschap. Onverwerkt trauma ligt hieraan vaak ten grondslag.’ Astrid vindt dat ze een waanzinnig mooi vak heeft. ‘Mijn opleiding in de cognitieve gedrags-
therapie is de basis van mijn handelen. Met enkele gesprekken is het vaak mogelijk om mensen weer seksueel plezier te leren ervaren en hun (seksuele) relatie weer op de rails te zetten.’ • Op vgct.nl lees je over de ervaringen van de andere CGW-ers die ook de supervisievaardighedentraining hebben gevolgd.
Digitalisering N=1-archief
H
et digitaliseren en openstellen van het N=1-archief nadert zijn voltooiing. In het digitale archief zijn alle N=1-verslagen van 1966 tot heden opgeslagen. Op dit moment lopen we alle verslagen na op namen en andere persoonsgegevens van auteurs, supervisoren en cliënten. We verwijderen deze gegevens, zodat de N=1-verslagen volledig geanonimiseerd zijn. Vervolgens wordt het archief opengesteld voor onderzoek. Belangstellenden die het archief willen inzien, moeten daarvoor een verzoek bij het bestuur van de VGCt indienen. Het bestuur toetst of het onderzoek een inhoudelijk relevant doel dient en besluit of inzage wordt gegeven. De VGCt gaat dus zorgvuldig met de N=1-verslagen om. Heb je er bezwaar tegen dat jouw N=1-verslag beschikbaar is voor onderzoek, dan kun je je N=1 uit het doorzoekbare archief laten verwijderen. Stuur hiervoor een e-mail naar
[email protected]. Vermeld in je e-mail je naam, de titel van je N=1-verslag en het jaar waarin het is beoordeeld. •
N=1
opleidingsnieuws •
Wat doet de registratiecommissie? De registratiecommissie toetst aanvragen voor alle registraties en herregistraties van de VGCt. Binnen de registratiecommissie functioneren twee groepen. De taakgroep N=1 beoordeelt de N=1-verslagen en de werkgroep deviaties behandelt aanvragen voor deviaties in de (her)registratietrajecten.
I
edere vierde donderdag van de maand vergadert de registratiecommissie op het bureau van de VGCt. Voorafgaand aan de vergadering bespreekt de werkgroep deviaties de vragen en aanvragen die zijn binnengekomen via het opleidingssecretariaat. Tom Deenen: ‘In deze werkgroep behandelen wij vraagstukken waarbij het reglement in individuele gevallen niet voorziet. We proberen dan in lijn met het reglement te handelen om zo tot een oplossing te komen. De meeste vragen gaan over uitstel van de (her) registratietermijn of dispensatie voor een opleidingsonderdeel. Vaak is een aanvulling genoeg om alsnog te voldoen aan de registratie-eisen.’ De balans tussen de menselijke kant van de aanvragen en het volgen van het reglement vindt de werkgroep soms lastig. Harry Klumper: ‘Als iemand buitengewoon veel uitstel aanvraagt door bijvoorbeeld ziekte of een andere ingrijpende gebeurtenis, dan wil je als mens graag uitstel geven. Maar soms biedt uitstel of een aanvulling niet genoeg compensatie voor gemiste of verouderde opleidingsonderdelen. Wij moeten er dan op letten dat de kwaliteit van de opleiding voorop blijft staan. Stel
dat je geopereerd moet worden, dan wil je ook dat de chirurg zijn opleiding helemaal heeft doorlopen. Dat zo iemand, bij wijze van spreken, niet alleen heeft leren snijden maar ook heeft leren hechten. Gelukkig komt dit soort aanvragen maar zelden voor en kunnen de meeste leden met een kleine aanvulling toch hun registratie krijgen of houden.’
Vergaderen Na het overleg van de werkgroep deviaties, vergadert de hele registratiecommissie. Nadat een aantal lopende zaken aan de orde is gekomen, worden de nieuw beoordeelde N=1-verslagen besproken. Ieder lid van de taakgroep N=1 leest en beoordeelt twee á drie verslagen per maand. Dat is soms best veel, maar de leden zijn het erover eens dat het vooral leuk is om ermee bezig te zijn en om zich in te zetten voor de vereniging. ‘Het is interessant om N=1’s te lezen en het over de verslagen en je vak te hebben met de andere leden van de taakgroep. Je krijgt zo eigenlijk een dwarsdoorsnede van cognitief gedragstherapeutisch Nederland.’ zegt Margreet van der Plas.
N=1
De leden van de taakgroep N=1 verdelen nieuwe verslagen om te beoordelen. Een deel van de leden van de taakgroep beoordeelt het liefst verslagen met een onderwerp of doelgroep binnen hun eigen vakgebied. Sommigen hebben juist de voorkeur om over een heel andere werksetting of methode te lezen. Om de verslagen zo objectief mogelijk te beoordelen, wordt niet vermeld wie de supervisor is geweest. Alle leden van de taakgroep zijn zelf ook supervisor, waardoor dus ook N=1-verslagen van hun supervisanten bij de commissie terecht komen. ‘Hoewel wij als supervisoren niet beoordeeld worden, hoop je toch dat je 11
je supervisant goed genoeg hebt begeleid om een mooi verslag te maken. Als ik een verslag van één van mijn supervisanten zie liggen, vind ik het zelf ook spannend!’ geeft Jacquoline Bosveld toe.
De registratiecommissie heeft regelmatig behoefte aan nieuwe leden. Wil je er meer over weten? Neem dan contact op met het opleidingssecretariaat via
[email protected] Op het ledennet vind je de namen en foto’s van alle leden van de registratiecommissie: ledennet > over VGCt > registratiecommissie. •
Colofon Deze nieuwsbrief is een uitgave van de Vereniging voor Gedragstherapie en Cognitieve therapie en verschijnt vier keer per jaar. Overname en vermenigvuldiging van artikelen is niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de VGCt. T 030 254 30 54 E
[email protected] W vgct.nl LinkedIn: VGCt Twitter: @VGCtwit You Tube: VGCtube
Aankondiging: werkbezoek stichting Transfore
G
a op 26 juni met de sectie forensische CGt op werkbezoek bij Transfore, een stichting voor forensische psychiatrie in Oost-Nederland. Op deze dag is er voor forensische patiënten met een licht verstandelijke beperking. Elly van Laarhoven: ‘Getallen maken steeds duidelijker dat bij delinquent en grensoverschrijdend gedrag vaak sprake lijkt te zijn van een verstandelijke beperking. Op dit werkbezoek gaan we in op de vraag wat er vanuit de cognitieve gedragstherapie aangeboden kan worden aan deze specifieke doelgroep. Welk aanbod heeft Transfore op dit gebied?’ Binnenkort kun je je aanmelden via vgct.nl •
Ben jij al actief op Linkedin?
A
ls je de Linkedin-bedrijfspagina van de VGCt volgt, blijf je op de hoogte van nascholingsactiviteiten en verenigingsnieuws. Word lid van de VGCt-Linkedingroep en kom in contact met andere therapeuten. Deel je kennis, start een discussie of stel een vraag aan de ruim 2300 groepsleden. Gewoon mee
Deadlines diginieuws 9 maart, 30 maart, 20 april, 18 mei Deadlines nieuwsbrief 2015 13 april, 31 augustus, 23 november
Agenda 2015 Beter worden in je vak
Redactie: Renée de Roon, Lena ter Haar
24 februari: E-health studiemiddag kinder- en jeugdgedragstherapie
Aan dit nummer werkten mee: Fredrike Bannink, Joost Beek, Els van den Beld, Ed Berretty, Theo Bouman, Arnold van Emmerik, Ursula Hendriks-van den Bos, Kees Hoogduin, Hubert van der Kleij, Mariette de Klerk-Verbeek, Ernestine de Koff, Astrid Kremers, Elly van Laarhoven, Jacomien van der Linden, Sandra Mulkens, Sammy Peter, de leden van de registratiecommissie, José van Reijen, Marian Trap.
20 maart: CGW-congres 26 maart: Werkstress, bezieling en duurzame inzetbaarheid 10 april: Voorjaarsworkshops 22 mei: Studiedag sectie angststoornissen 4 juni: Relatietherapie: gedragsveranderend en/of oplossingsgericht?
12
11 juni: Supervisorenmiddag ijven
22 juni: Het begeleiden van het schr van een N=1
1 oktober en 5 november: Onderlinge toetsing 11 - 13 november: Najaarscongres Shiny Happy People 14 december: Het begeleiden van het schrijven van een N=1
lezen mag natuurlijk ook! Voor geïnteresseerden in e-health is er op Linkedin een denktank e-mental health opgezet. Hierin lees je alles over apps, e-healthplatforms en andere online ontwikkelingen. •