Spior conferentie Samen staan we Sterker – 20 september 2013.
1
Speech burgemeester Ahmed Aboutaleb Bij velen van de eerste generatie migranten stond de koffer nog lange tijd in de gang. Gepakt met de weinige bezittingen, om terug te gaan naar het geboorteland. Zij waren hier niet gekomen om Nederlander te worden – dat werd ook niet van hen gevraagd – maar om geld te verdienen. Geld voor het gezin en de familie die was achtergebleven. Maar teruggaan, dat was geen optie. Daar was geen werk, en alle dagen waren hetzelfde. Je kwam er nooit vooruit. Daarom kwamen de gezinnen naar Nederland, om de kinderen goed onderwijs en een goede toekomst te geven. Dat was een grote stap. Het leven in het geboorteland was hard, maar eenvoudig en overzichtelijk. Iedereen kende en steunde elkaar. Geen wonder dat migranten bij elkaar gingen wonen in dat nieuwe, koude land. Zo brachten zij hun dorp naar de stad. Maar de buurten waarin zij terecht kwamen, waren al dorpen. En die oorspronkelijke bewoners kregen onbekende buren. Buren met wie zij niet konden praten en andere gewoonten hadden. Het wrange was: diep in hun hart wilde iedereen hetzelfde: vrede, harmonie en nabuurschap. Maar er was geen brug waarop oude en nieuwe buren elkaar tegemoet konden lopen. En daarom stonden zij lange tijd met de rug naar elkaar. De koffer verdween onder het bed. Het geboorteland werd een vakantieland, de stad het nieuwe huis. De kinderen gingen naar school, leerden Nederlands en vonden hun weg, zoals kinderen dat doen. De ouderen hadden het daar moeilijker mee. Eeuwenoude gewoonten en gebruiken maakten plaats voor de kansen en uitdagingen van deze democratische samenleving. Hoe pak je die op? Onderdeel zijn van een gemeenschap was niet meer genoeg. Om van je nieuwe huis een thuis te maken, moest de voordeur open, om de nieuwe buren welkom te heten. Het kwam er op aan de taal te leren, en de eigen talenten en ambities te ontwikkelen. In de jaren 70 en 80 begon dit proces met vallen en opstaan. Binnen de islamitische gemeenschap kwamen progressieve krachten aan het roer. Krachten die bruggen gaan bouwen, zowel binnen de moslimgemeenschap zelf als de autochtone bevolking. Er ontstaat dialoog en aan de politiek, het onderwijs en andere instanties wordt gevraagd mee te werken aan het emancipatieproces van de moslimgemeenschap. Er is ook veel kritiek. Ontwikkelingen in het Midden-Oosten worden geprojecteerd op de moslimgemeenschap. Dat was niet zo vreemd: hun cultuur was de Nederlanders onbekend. In de VOC tijd beperkten de contacten zich tot handelscontacten overzee. De “gewone” burgers hadden nog nooit een moslim gezien of gesproken. Ja, de Shah van Perzië was wel eens op tv, met Farah Diba aan zijn zijde: een “sprookje van 1000 en 1 nacht”, als je niet verder keek. Of een Arabische Sjeik, tijdens de oliecrisis in 1979. Toen kwam 11 september 2001. Een bittere pil voor de frontlopers. En daar kwam de moord op Theo van Gogh nog bij. Ik moet zeggen: de manier waarop de Nederlandse samenleving hier mee omging, grenst aan het volmaakte. Politici en pers reageerden rustig, er ontstonden geen spanningen. De dialoog kwam voorzichtig weer op gang. Job Cohen en Ernst Hirsch Ballin hebben hierin een cruciale rol vervuld. Inmiddels zijn de koffers uitgepakt en staan op zolder. Moslims zijn hier en blijven hier, ze hebben in dit nieuwe vaderland een leven opgebouwd. In een paar generaties zijn geweldige
Spior conferentie Samen staan we Sterker – 20 september 2013.
2
stappen gezet. De kleinkinderen van de eerste generatie migranten studeren nu aan de universiteit. De wereld ligt voor hen open. Maar de emancipatie is nog niet helemaal voltooid en de scepsis is nog niet helemaal verdwenen. In de moslimgemeenschap beseft nog niet iedereen dat vrijheid van godsdienst betekent dat iedereen mag geloven wat hij of zij wil. Dat de wet boven alles staat en gerespecteerd dient te worden. Als je dat niet kunt, moet je je oprecht afvragen of je wel thuishoort in een liberale, democratische samenleving. Tegelijkertijd mag de moslimgemeenschap best wat meer vertrouwen van de samenleving vragen. Moslim zijn is deel van je identiteit, niet je nationaliteit. Spior heeft in het emancipatieproces van de moslimgemeenschap een geweldige gidsfunctie vervuld en zal dat voorlopig nog blijven doen. Maar in feite zou voltooiing van het emancipatieproces van de moslimgemeenschap het einde van Spior moeten betekenen. En zolang religie de rode draad blijft, is het emancipatieproces nog niet voltooid. “Samen staan we Sterker” betekent voor mij: samen met de Nederlandse samenleving. Ik ben benieuwd hoe u hier tegenaan kijkt. In ieder geval is Spior klaar voor een volgende stap, waarin mijns inziens jongeren een cruciale rol kunnen vervullen. Dames en heren, Ik ben hier niet alleen gekomen om een bijdrage te leveren aan deze conferentie “Samen staan we Sterker”. Onze Koning heeft gevraagd om een man te eren, die bij Spior en in de samenleving, een cruciale rol heeft gespeeld: Ibrahim Spalburg. Tweede deel van de speech van de burgemeester: Koninklijke onderscheiding Ibrahim Spalburg Dames en heren, Ibrahim Spalburg gaat met pensioen. Op 29 december wordt hij 65 jaar. Niemand verwacht dat hij het dan rustiger aan gaat doen, integendeel. Ik geloof er ook niks van. Maar het is wel een mooi moment om stil te staan bij zijn verdiensten. En die verdiensten zijn enorm. Ibrahim was van zeer groot belang voor de emancipatie van de islamitische geloofsgemeenschap binnen de Nederlandse samenleving. Hij deed dat als vrijwilliger, maar ook beroepsmatig. Vele jaren al is hij verbonden met Rotterdam, met een kleine uitstap naar Amsterdam. Maar dat is hem vergeven. Iedereen kent hem als een integere, fijne, zorgzame man die veel heeft betekend voor de moslimgemeenschap door zijn kennis, zijn wijsheid en zijn diplomatieke instelling. Als je zijn levensgeschiedenis leest zie je hoe zijn karakter is gevormd door de omstandigheden. Denk je eens in. Op negenjarige leeftijd alleen met de boot van Suriname naar Nederland. Met de eerste vaart van “De Willemstad”, een vrachtschip van de KNSM.
Spior conferentie Samen staan we Sterker – 20 september 2013.
3
Hij ging wonen bij zijn oom Henny, die een drogisterij had in Amsterdam. In die stad volgde hij de HBS en ging vervolgens op zijn 17de aan de slag als assistent accountant bij het bedrijf Nietzman, Ten Hage en Kuyper. In Amsterdam leerde hij zijn vrouw kennen, Roesmina Oekas. Via haar werd hij opgenomen in de Indonesisch-Molukse gemeenschap. Hij woonde eerst in Gaasterland in Friesland en later in Ridderkerk. In die gemeenschap vond hij de warmte van zijn jeugd. Hij voelde het als een thuiskomen. Ibrahim heeft veel te danken aan Roesmina. Hij nam haar geloof over en samen kregen ze drie dochters en een zoon. Zijn vrouw steunde hem tot aan haar dood, nu twee jaar geleden. Ibrahim, ze zou verschrikkelijk trots op je zijn geweest, vandaag. Door haar sloot je je aan bij de Molukse moslimgemeente en daar werd gaandeweg steeds meer een beroep op je gedaan. Eerst vooral vanwege je boekhoudkundige capaciteiten, maar steeds meer vanwege je sociale en communicatieve vaardigheden, je geduld, je mensenkennis, je adaptief vermogen en je tactisch en strategisch inzicht. Je werkte mee aan de totstandkoming van de moskee in Ridderkerk en je was in Rotterdam betrokken bij de oprichting van de Rotterdamse Anti Discriminatie Raad, afgekort tot RADAR. Je werkte langere perioden bij de gemeente Rotterdam, bij Bureau Migranten, met tussendoor een studie Arabische taal- en letterkunde en islamwetenschap aan de universiteit Um ul Qura van Mekka in Saoedi-Arabië. In 2001 werd je benaderd door SPIOR of je directeur wilde worden. Je zei ja en ging aan de slag. Dat was één week voor de aanslagen op het WTC in New York. Meteen zette je je in voor de maatschappelijke dialoog in de samenleving. Je bewaarde het contact tussen moskeeverenigingen en gemeente, tussen het geloof en de samenleving. Je bent altijd een man geweest die gelooft in de eigen kracht van de moslimgemeenschap. Je wilde dat de emancipatie van binnenuit plaatsvond, met hulp van SPIOR en gemeentelijke instanties. Je hebt je altijd ingezet voor bijscholing van imams en moskeebestuurders en bestuurders van andere islamitische organisaties. Je sprak mensen aan op hun eigen verantwoordelijkheid en bood hulp waar dat kon en moest. Ook heb je steeds gehamerd op de integratie van jongeren (jongens en meisjes) in de besturen van moskeeën en andere zelforganisaties. Je hebt je vooral sterk gemaakt voor de betrokkenheid van de moslimgemeenschap in de wijken, scholen en buurtcentra. Je motiveerde mensen om zich te bekommeren om hun wijk en om de school van hun kinderen. Basisscholen en moskeeën wisten elkaar door jouw inzet steeds beter te vinden. Je hebt je ook ingezet voor de vertaling van de vrijdagpreken, zodat ook jongeren de boodschap van vrede kunnen begrijpen. En je gaf en geeft in je vrije tijd vele lezingen die nog steeds goed worden bezocht. Jouw boodschap is door de jaren heen consistent
Spior conferentie Samen staan we Sterker – 20 september 2013.
4
gebleven: dit is een land met veel mogelijkheden, maar er gebruik van en zet je in voor veiligheid, de leefbaarheid en de participatie. Jij bent een ware bruggenbouwer. Dankzij jouw kennis en contacten, dankzij jouw inzet en geduld zijn de betrekkingen tussen islamitische groeperingen en de Rotterdamse samenleving altijd goed en constructief gebleven. Vanwege al jouw verdiensten heeft de Koning jou benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Aan mij de eer om deze onderscheiding uit te reiken. Speech Ibrahim Spalburg Geachte aanwezigen, mijnheer de burgemeester, mevrouw de wethouder, genodigden, broeders en zusters. Ik groet u met de vredesgroet, Assalamoe Alaikoem, Vrede zij met u, Allereerst feliciteer ik SPIOR met haar 25 jarig bestaan en daarmee feliciteer ik alle mensen die gedurende dit bestaan op hun eigen unieke wijze hebben bijgedragen aan de ontwikkeling en het succes van deze organisatie. Ik voel me zeer vereerd met de uitnodiging van het Bestuur en de Directie van SPIOR om u vandaag te mogen toespreken op deze gedenkwaardige dag. Net zoals ik mij vereerd voelde om gedurende al die jaren mijzelf te hebben mogen en kunnen inzetten om in een goede samenwerking met vele anderen, gestalte te geven aan de ontwikkeling en emancipatie van de moslimgemeenschap in Nederland en in het bijzonder in de stad Rotterdam en omgeving. U moet weten dat de eerste pogingen van de moslims in Nederland erop waren gericht om een landelijke Federatie tot stand te brengen. Ingegeven door de Rabita al alam al Islami, oftewel de wereldmoslimbond gevestigd in Mecca, werden er zo begin zeventiger jaren, adviezen gegeven om alle moslims in Nederland te verenigen onder een Federatief verband. Dit Federatief verband ging uit van de Eenheid en verbondenheid van de moslims over de gehele wereld. “Ik herinner mij nog dat er een goede vriend bij mij op bezoek kwam en op mij inpraatte om actief mee te doen bij het tot stand brengen van deze Federatie. Hij inspireerde mij zodanig dat ik naast mijn drukke baan in het bedrijfsleven daarna vele avonden en weekenden als vrijwilliger wijdde aan het verenigen van moslims van Leeuwarden tot Maastricht, wat overigens een hels karwei bleek te zijn”. In de praktijk bleek het ook na jaren van tomeloze inzet moeilijk uitvoerbaar. In die tijd en dan spreek ik over medio zeventiger jaren lukte het ons wel om de overheid zover te krijgen dat de wet op de lijkbezorging werd uitgebreid met de traditie en wijze van begraven van moslims en dat er ook een uitbreiding kwam ten aanzien van het ritueel slachten, naast de uitbreiding voor de joodse gemeenschap. Geachte aanwezigen, Deze eenheidsgedachte, die op landelijk niveau destijds een te ambitieus plan bleek te zijn, heeft wel aan de basis gestaan van de oprichting van SPIOR in Rotterdam en omgeving, want iedereen was het in theorie wel eens met deze gedachte en op regionaal niveau bleek het beter uitvoerbaar. Inmiddels bestaat wel het landelijk Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO). Voordat SPIOR daadwerkelijk werd opgericht gingen er enkele jaren voorbij, waarvan ik mij herinner dat medewerkers van het gemeentelijk bureau Migranten naarstig op zoek waren naar jonge talenten uit de moslimgemeenschap zelf. Ik heb mij voorgenomen om zo min mogelijk namen te noemen tijdens mijn inleiding maar een of misschien wel enkele namen
Spior conferentie Samen staan we Sterker – 20 september 2013.
5
wil ik toch wel noemen omdat zij zeer belangrijk zijn geweest bij de ontwikkeling en oprichting van SPIOR. Het talent was de heer Ali Ihsan Unal, de eerste coördinator van SPIOR. Later dienden zich meerdere talenten aan, maar hij heeft destijds zich bijzonder ingezet bij de oprichting van SPIOR. De oprichting van SPIOR sloot ook aan bij de wens van de gemeente Rotterdam om een organisatie te ondersteunen die als spreekbuis kon fungeren voor alle of in ieder geval de grote meerderheid van de moskeeën die werden opgericht in de stad. De Rotterdamse stadvernieuwing was in volle gang eind zeventig/begin tachtiger jaren en de in krakkemikkerige pandjes gevestigde moskeeën vormden een gevaar voor de voortgang van de stadsvernieuwing. SPIOR was een uitstekende partner om daar oplossingen voor te zoeken, omdat SPIOR was voortgekomen uit de moskeebesturen zelf. De gemeente en met name het bureau migranten ging daarom een goede relatie aan met SPIOR en verleende steun bij het op poten zetten van de organisatie. Al snel bleek dat SPIOR niet alleen maar de functie van intermediair bij de vestiging van moskeeën kon vervullen, maar dat er ook mogelijkheden waren om in gesprek te gaan met diverse groepen die op allerlei terreinen in een achterstandspositie verkeerden. De rol van SPIOR werd daarmee aanzienlijk uitgebreid, want vele gemeentelijke en maatschappelijke diensten en instellingen vonden de weg naar SPIOR en hadden vooral baat bij het feit dat SPIOR een grote achterban had en die ook vrij snel en direct kon benaderen en mobiliseren. Binnen een vrij korte periode vervulde SPIOR een rol op diverse terreinen zoals Onderwijs, Jeugdzorg, (Geestelijke)Gezondheidszorg en Vrouwenemancipatie. In de loop der jaren werd die rol nog verder uitgebreid, omdat op Europees niveau vele steden met vergelijkbare zaken werden geconfronteerd en Rotterdam met SPIOR mogelijkheden kon tonen hoe die zaken wellicht konden worden aangepakt. SPIOR ontpopte zich als een unieke organisatie. Een organisatie die eendrachtig was voortgekomen uit de samenwerking van moslims met diverse achtergronden in Rotterdam en omgeving en een gemeente die deze organisatievorming van meet af aan steunde omdat zij mogelijkheden zag om ten eerste in gesprek te komen met de moslimgemeenschap, ten tweede de vestiging van moskeeën mede hierdoor kon reguleren en ten derde maatschappelijke problemen met hen kon bespreken. Ik moet zeggen dat er een moment was en dan spreek ik over begin jaren negentig dat ik het gevoel had dat de moslims niet veel meer tijd nodig zouden hebben om als volwaardige medelanders te kunnen participeren in Nederland. Er had inmiddels wel een storm over Nederland gewaaid die enige opschudding had veroorzaakt. Het boek van Salman Rushdie had de gemoederen hevig verhit, maar het was niets vergeleken bij de hevige donderwolken en slagregens die 9/11 oftewel 11 september veroorzaakten. Onder de moslims en zeker onder het bestuur en de medewerkers van SPIOR veroorzaakte 9/11 een grote schok. De reactie van de samenleving werd als zeer hevig ervaren, er werden bedreigingen geuit richting SPIOR als representant van de moslims in Rotterdam. Het leek erop of alle opgebouwde goodwill, vertrouwen en goede intenties in een klap waren verdwenen. Er moest weer van voren af aan worden begonnen. Veel zaken moesten worden uitgelegd. Iedereen vroeg om opheldering. Wat was er overgebleven van de ten toon gespreide vredelievendheid van de moslims? Wat was er overgebleven van het gevraagde begrip voor de achterstandspositie van de moslimgemeenschap? De algemene opinie over moslims was in een keer totaal veranderd. Wat overbleef was de beantwoording van vragen in de trant van hoe vredelievend zijn de Rotterdamse moslims eigenlijk? Kunnen wij hen wel vertrouwen? Zijn het geen wolven in schaapskleren? Zitten er geen potentiële terroristen tussen? Ik was niet van plan namen te noemen maar hier dien ik wel onze voormalige burgemeester Ivo Opstelten te noemen, die direct het gesprek aanging met SPIOR om te onderzoeken wat er leefde onder de moslimgemeenschap en vanuit het oogpunt dat het een kwalijke zaak zou zijn als het eventueel uit de hand zou lopen in de stad.
Spior conferentie Samen staan we Sterker – 20 september 2013.
6
SPIOR speelde op allerlei niveau’s een bemiddelende rol, organiseerde bijeenkomsten en riep de moslimgemeenschap op zich vooral rustig en waardig te gedragen als hun gebouwen werden beklad of in brand dreigden te worden gestoken. Het was een woelige tijd en er werd veel gevraagd van het bestuur en de medewerkers van SPIOR. De volgende fase die wij in de daaropvolgende jaren ingingen was dat de islam als een gevaar voor de Nederlandse samenleving werd gezien. Er hadden zich politieke aardverschuivingen voltrokken in Nederland en het was nu tijd om te onderzoeken of de moslims in Nederland en met name in Rotterdam inderdaad een gevaar vormden voor de samenleving. Het bestuur en de medewerkers van SPIOR hebben zich zeer constructief opgesteld en een groot aandeel gehad bij het voeren van deze discussies die per saldo opleverden dat de gemiddelde moslim in Nederland en m.n. in Rotterdam in harmonie met de samenleving wil leven, zijn kinderen een toekomstperspectief wil bieden en tegen geweld is. Een zich herhaaldelijk opdringend probleem in Nederland is dat er zich geen moslimgeleerden in het land bevinden die voldoende religieus gezag hebben dat zij namens de gehele moslimgemeenschap als woordvoerder kunnen optreden. De stad Amsterdam heeft in het verleden een moslimgeleerde uit Frankrijk gehaald en een leerstoel Islam ingesteld aan de universiteit van Amsterdam en ook Rotterdam heeft getracht dit te doen. In beide situaties heeft het niet het beoogde effect opgeleverd. SPIOR heeft echter gedurende de periode dat deze hoogleraar in Rotterdam verbleef mede door hem op europees niveau naam gemaakt door de publicatie van een boek over het verbod tot gedwongen uithuwelijking in de islam. “ Naar mijn mening is er echter voldoende kennis over de islam aanwezig in Nederland en zou daar mede ook met de oog op de toekomst veel meer gebruik van kunnen worden gemaakt. Ik refereer hier met name aan de kennis over de islam binnen de universiteit van Leiden, waar volgens mij veel te weinig gebruik van wordt gemaakt. Rotterdam kent sinds kort de Islamitische Universiteit Rotterdam (IUR), waarvan recentelijk twee opleidingen zijn erkend door de overheid omdat zij voldoen aan de criteria”. Ik hoop van ganser harte dat zij zich verder ontwikkelen. De Nederlandse ontwikkeling van de islam is denk ik uniek en vraagt om geleerden die deze situatie kennen en er mee vertrouwd zijn. Geleerden uit het buitenland kennen de Nederlandse situatie niet en schieten daardoor te kort vind ik. Bovendien speelt de taal een belangrijke rol. Communicatie in de Nederlandse taal is zeer belangrijk. Zeker als het gaat om geloofszaken en het uitdrukken van gevoelens. Ook ten aanzien van het onderwijs over de Islam aan jonge kinderen zijn er initiatieven ontwikkeld door SPIOR die mijns inziens noemenswaardig zijn op deze gedenkwaardige dag. Ik refereer hierbij ondermeer aan het lesmateriaal voor kinderen op de Openbare Basisscholen in Nederland, die een eigentijds karakter heeft en zeer geschikt is voor in Nederland opgroeiende kinderen. Een ander noemenswaardig initiatief is de scholing van leerkrachten die les geven aan kinderen in moskeeën en verenigingen. Deze opleiding is tot stand gekomen in nauwe samenwerking tussen de Hogeschool Rotterdam en SPIOR. Geachte aanwezigen, Genoeg over het verleden. Ik wil nu stil staan bij de tegenwoordige situatie van SPIOR, waar sinds 2012 een vrouw in de persoon van Marianne Vorthoren, het directeurschap vervuld. Hiermee wordt m.i. ook aangetoond dat SPIOR een vooruitstrevende organisatie is die zonder onderscheid te maken, kwaliteit, integriteit en kennis van zaken als criteria stelt bij het benoemen van een leidinggevende. Nederland zit nu in een moeilijke economische positie. Er wordt volop bezuinigd en ook aan
Spior conferentie Samen staan we Sterker – 20 september 2013.
7
SPIOR gaat dit niet zomaar voorbij. Ik hoop echter dat de beleidmakers het belang en de meerwaarde van een organisatie als SPIOR voor de stad Rotterdam blijven inzien in de komende tijd, want het is geen luxe, maar een noodzaak en als wij kijken naar de kosten die de handhaving van deze organisatie met zich meebrengt dan zijn deze minimaal in vergelijking met de kosten die er eventueel van overheidswege zouden moeten worden gemaakt om het werk te verzetten dat SPIOR heeft gedaan en nog doet in het belang van de samenleving. Ook de kennis en het inzicht die in de loop der jaren zijn opgebouwd dient men te koesteren en waar nodig te gebruiken in het belang van de stad Rotterdam. Het is nu zaak dat SPIOR tezamen en in samenwerking met de relevante partners en de stad Rotterdam de blik richten op de toekomst en proberen de uitdagingen van deze tijd op een constructieve manier en in samenwerking met elkaar aan te gaan. De samenleving is te complex geworden om de illusie te hebben dat je niemand nodig hebt en het alleen wel afkan. SPIOR is haar ontwikkeling begonnen met het zoeken naar talenten in de eigen gelederen die tijd wilden steken in de emancipatie van hun broeders en zusters. Die emancipatie is nu in volle gang maar ik hoop dat men zich realiseert dat er nog een lange weg te gaan is. De ontwikkelingen in de samenleving gaan zo snel dat je eigenlijk niet op je lauweren kan rusten want dan mis je de boot. Scholing en talentontwikkeling zijn belangrijke elementen als je je op de toekomst richt. Geachte aanwezigen, Ik heb een beetje huiswerk meegekregen van het bestuur en de directie van SPIOR om tijdens deze inleiding ook mijn visie te geven over de toekomst van de moslims en de ontwikkeling van de islam in Nederland. Ik constateer dat er onder de moslimjongeren vele groeperingen zijn ontstaan met vaak zeer uitgesproken meningen. Er zijn groeperingen die toenadering zoeken met andersdenkenden en de dialoog en vormen van samenwerking zoeken en er zijn groeperingen die samenwerking met anderen volledig afwijzen, met als argument dat er een passage in de Koran is vermeld waarin dit wordt afgeraden. Geachte aanwezigen, De islam heeft en dat is mijn stellige overtuiging de mens juist aangemoedigd om kennis op te doen, de mens aangemoedigd om zich te ontwikkelen. De eerste regel die werd geopenbaard aan de profeet Mohammed vzmh luidde “Lees”. Span je in om kennis op te doen. Kennis ook op het gebied van je eigen religie. Daarom is het van belang dat er nu vanuit de eigen gelederen hier in Rotterdam een islamitische universiteit is ontstaan waar jongeren kennis kunnen opdoen van hun religie en zelf op onderzoek kunnen gaan wat hun religie nou werkelijk zegt over o.m. de verhouding met andersdenkenden,andere gelovigen etc. en in welke geest zaken zoals de omgang met je medemens moeten worden bezien. Want het feit dat er een passage voorkomt in de Koran waarin moslims wordt afgeraden bepaalde contacten aan te gaan met andersdenkenden stond in relatie met gebeurtenissen in een bepaalde tijd in het verleden en moet dus in een bepaalde context worden bezien. En dat is de kennis van zaken die de jongeren ondermeer kunnen opdoen als zij zich de moeite getroosten om kennis van hun religie op te doen. Geachte aanwezigen, Mijn advies aan de jongeren is dan ook. Doe kennis op van je religie, oriënteer je zo breed mogelijk, blijf niet vastzitten in de opvattingen van een enkele geleerde of stroming, maar vraag ook anderen om hun opinie. Er zijn uiteenlopende meningen, waardoor het uitgangspunt van de eenheidsgedachte eerder lijkt te vervagen dan toe te nemen. Maar iedereen weet dat het goed is om er naar te streven en wellicht dat men eens bereid zal zijn
Spior conferentie Samen staan we Sterker – 20 september 2013.
8
om er overheen te stappen. Verschillen zullen er altijd zijn en kunnen als een zegening worden opgevat, want wat zou het leven toch saai zijn als we het voortdurend met elkaar eens zouden zijn. Een ander punt is echter het algemeen belang en daar bedoel ik mee dat iedere groepering het algemeen belang niet uit het oog mag verliezen. En het algemeen belang beperkt zich niet tot alleen de moslimgemeenschap maar strekt zich uit over de gehele samenleving waar wij allemaal onderdeel van uitmaken als Nederlanders. Je komt ook niet geloofwaardig over als je hier te lande wilt leven, maar deze samenleving eigenlijk niet ziet zitten. Je kunt wel streven om je leefsituatie als moslim te verbeteren en Nederland biedt daar m.i. voldoende mogelijkheden toe, maar beperk hierbij niet de vrijheid en verworvenheden van anderen. In de Koran worden moslims opgeroepen om de gulden middenweg te volgen en met wijsheid en tact het gesprek aan te gaan met de medemens. Een groep jongeren hier in de stad heeft zich verenigd onder deze naam. Hun centrum heeft ook de benaming “ de middenweg” gekregen. Ik verkies dit uitgangspunt boven bewegingen die anderen, waaronder sommige van de eigen geloofsgenoten, verketteren en zeer eenzijdig te werk gaan. SPIOR dient het gesprek met elkaar en het met elkaar in gesprek blijven voortdurend op de agenda te zetten om te voorkomen dat m.n. jongeren zich niet gehoord voelen en daardoor zich gaan afzetten tegen de samenleving. Dit zou kunnen leiden tot excessen en die moeten wij te aller tijden voorkomen. Geachte aanwezigen, Het is vandaag een gedenkwaardige dag en wij dienen met optimisme de blik te richten op de toekomst, want de geschiedenis en de ontwikkeling van de moslimgemeenschap in Nederland is al met al, weliswaar met vallen en opstaan geen negatief verhaal. Als we een vergelijking maken met sommige andere landen, inclusief sommige zogenaamde islamitische landen dan kunnen we constateren dat moslims in betrekkelijke vrijheid hier te lande kunnen leven en de mogelijkheden tot hun beschikking hebben om zich te ontwikkelen en deel te nemen aan de samenleving met het behoud van hun religie. Dat is een groot goed. Ik zie dan ook de toekomst met vertrouwen tegemoet en hoop dat de moslimgemeenschap in het bijzonder de moslimgemeenschap in Rotterdam vooruitgang blijft boeken zodat wij over vijf jaar InschaAllah bij het 30 jarig bestaan van SPIOR voldaan kunnen terugblikken op een nieuwe reeks van successen van deze organisatie. Ik dank u voor uw aandacht. Wassalaamoe Alaikoem