IJSLAND: 23/09/2014 – 28/09/2014 BURO SCANBRIT
Kaarten:
3 uur!
23 september 2014: Geland om 15.10u na een vlucht van 3 uur vanuit Amsterdam met Icelandair in Keflavik. Economyclass valt eigenlijk wel mee. Redelijk wat beenruimte en heel vriendelijk personeel. Het eerste wat we doen op de luchthaven is onze Euro’s in Kronen omwisselen. We zijn benieuwd wat er ons te wachten staat. Eenmaal buiten gooien we de koffer open en halen we onze vesten eruit want het is er inderdaad niet al te warm. Na 15 minuten rijden zien we in de verte de 'powerplant', een krachtcentrale. Deze wordt gebruikt om water te verwarmen. Naast die krachtcentrale vinden we de Blue Lagoon. Dit is een warmwatermeer te midden van een lavaveld. Het meer zelf heeft een melkachtige blauwe schijn. Dit komt door mineralen en blauwwier. Het is een toeristische trekpleister maar toch is er ruimte om te zwemmen in het heerlijk warme water. De temperatuur verschilt van plaats tot plaats. Het water zou een heilzame werking hebben en zou uw huid verjongen. De prijs is 35€. Er zijn gemeenschappelijke kleedkamers voorzien. Je bent wel eerst verplicht naakt een douche te nemen alvorens te baden. Het water ruikt er wel naar rottende eieren alhoewel ik het nog erger heb meegemaakt. Er is ook een cafetaria en zelfs een pool bar die er naar mijn mening niet thuis hoort. Kortom, na de vlucht is dit een zalige start van onze IJsland rondreis. Een must voor elke IJsland verkenner.
Daarna rijden we een 40-tal minuten met de bus naar de hoofdstad Reykjavik. We checken in het 3 sterren hotel Cabin in. De kamers zijn basic, de badkamer is klein maar het personeel is erg vriendelijk, het is er heel netjes en het ontbijt is best wel uitgebreid voor een 3 sterren hotel. Na de check in rijden we naar het nieuwe 'Northern light’ museum. We krijgen er een rondleiding over het reilen en zeilen van het Noorderlicht.
Wat zijn de legendes in de verschillende landen waar het Noorderlicht verschijnt en hoe ontstaat het. We zien natuurlijk ook veel foto's alhoewel we stiekem hopen het in het echt te zien. Volgens de voorspelling zit de kans er in om het vrijdagavond te kunnen zien; als het weer natuurlijk wel wat meewil. Onze gids hier is een echte fotoliefhebber en is nog ervaring aan het opdoen om het Noorderlicht te kunnen fotograferen. We nemen het diner in het centrum van de stad in restaurant Sjavargrillid, volgens een andere Belgische toerist het beste restaurant van Reykjavik. We genieten van een heerlijke vissoep als voorgerecht, gevolgd door een visschotel en dessert. Heel lekker! 24 september 2014:
Na het lekkere ontbijt in het Cabin hotel vertrekken we voor een kleine sightseeing tour in Reykjavik. De stad is niet zo groot en bijgevolg ligt alles wel heel kortbij. Het verkeer valt er ook mee. Files kennen ze hier niet. IJsland telt 325.000 inwoners waarvan er 200.000 in Reykjavik wonen. Er wonen ook nog 17.000 inwoners in de enige andere stad Akureyri. De andere IJslanders wonen verspreid over het land in de vlaktes op boerderijen en in kleine dorpjes.
Als eerste stoppen we bij het Hofdi huis. Dit huis ligt net buiten het centrum van de stad aan de zee. Het is een voormalige ontmoetingsplaats van president Ronald Reagan en de Russische partijleider Michael Gorbatsjov in 1986 die het einde van de koude oorlog inluidde. Het is een oude, witte, typische IJslandse woning die dateert van 1909. Daarna gaan we richting haven.
We zien er de vele whalewatching-, maar ook de whalecathing boten. Aan de haven liggen veel restaurantjes en huisjes (winkeltjes) waar vis aangekocht kan worden. Eén ervan is bekend geworden omdat het opgenomen werd in de gids ' Lonely Planet', nl: Seabaron. Van hieruit hebben we ook een mooi zicht op het nationale Concertgebouw, Harpa, dat in 2011 geopend werd. Het is een futuristische glazen gebouw dat veranderd van kleur naargelang de zon erop schijnt.
Daarna rijden we door naar de Hallgrimskerk (Hallgrimskerkja). Dit is een nieuwe protestantse kerk met een heel mooi modern orgel met meer dan 5000 pijpen.
De kerk ligt in de 101 wijk waar elke IJslander met geld wil wonen. Het is tevens ook de grootste kerk van IJsland. Deze kerk is net als het Concertgebouw ontworpen door de architect Gudjon Samuelson. Je kan de trap naar boven nemen en dan heb je een zicht over de stad. Het standbeeld die op het kerkplein staat is dat van Leif Eiriksson. De man die volgens de Eiriksson saga als eerste Europeaan voet aan wal zette in Amerika. Hij keerde echter al na een paar jaar terug, vermoedelijk wegens problemen met de indianen. De juiste reden is echter niet bekend. Na het bezoek aan de kerk verlaten we de stad en gaan ' Perlan' (de koepel) bezoeken. Dit is een glazen koepel die gebouwd is bovenop 6 grote waterreservoirs die Reykjavik van water voorzien en ook dienst doet als uitkijkpunt over de ganse stad. Je kan er iets eten of drinken in het panoramisch restaurant. De ruimte tussen de watertanks is gebruikt als tentoonstellingsruimte voor moderne kunst.
Onze reis gaat oostwaarts verder. We doen de ‘Golden circle tour’.
De eerste stop maken we bij Pingvellir nationaal park, één van de 4 nationale parken van IJsland op 50 minuten rijden van Reykjavik. Het is het drukst bezochte natuurpark van IJsland. Hier krijg je de
mid-Atlantische breuk te zien, een verzakking van de aarde. De 2 tectonische platen (noord Amerikaanse plaat en de Euraziatische plaat) schuiven hier van elkaar weg zodat het land gemiddeld elk jaar 2 cm groeit.
Geologisch gezien kan je door middel van een brug oversteken van Europa naar Noord Amerika. In 930 kwam hier voor de eerste keer het Alping bijeen (volksvertegenwoordiging) in openlucht. Daarna gebeurde dit hier jaarlijks. Er werd ook handel gedreven, nieuws uitgewisseld, terechtstellingen gehouden, mensen volgelvrij verklaard en weergeld voor moord den doodslag betaald of ontvangen. Nu wordt de plaats nog gebruikt voor nationale festiviteiten. Er kwam een einde aan het Alping in 1246 toen de ruzie tussen 5 invloedrijke families niet meer in de hand gehouden kon worden en het volk de hulp van de Noorse koning inriep. Na de Noren kwamen de Denen en in 1944 werd IJsland onafhankelijk.
Na dit prachtig nationaal park bezoeken we Fontana in Laugarvatn. Bekend om zijn sauna en hot tubs. Er is een natuurlijke warmwaterbron die oorspronkelijk als doopvont heeft gediend bij de bekering tot het Christendom in het jaar 1000.
Daarna komen we aan in Geysir waar we van een lekker buffet genieten. Na de lunch bezoeken we dit geisergebied. Geysir (waarvan het woord geiser = springbron komt ) zelf spuit niet meer maar de kleinere geiser Strokkur die zo’n 100 meter verder ligt, spuit wel nog om de 4 à 8 minuten een straal van 20 meter hoog. Eerst ontstaat er een draaikolk in het water, daarna komt een blauwe bol en uiteindelijk wordt het water de hoogte ingespoten. Vroeger spoot Geysir ieder half uur soms minutenlang een waterstraal van 40 tot 60 meter. Dit zwakte later af naar soms om de paar weken. De IJslanders hadden helaas de ongelukkige gewoonte om zeep in de geiser te gooien zodat het spuiten bevorderd werd en daardoor geraakte die ontregeld en doofde uiteindelijk uit. Door een aardbeving in 2006 is hij wel weer in werking getreden, doch in mindere mate. Rond Strokkur en Geysir liggen nog verscheidene borrelende en stomende warmwaterbronnen.
Op 10 km van Geysir ligt de prachtige gletsjer waterval, nl. de Gullfoss waterval of ook wel de 'Golden fall' genoemd omdat die goud kan kleuren als de zon er op schijnt. De waterval valt in 2 trappen 32 m omlaag. De Gulfoss is één van IJslands mooiste watervallen. Helaas was de regen van de partij maar als de zon hier schijnt ontstaat er een regenboog door de nevel van de waterval. Gelukkig is er een cafetaria/souvenirshop via trappen te bereiken want we zijn kletsnat en verkleund van de kou. Bij de waterval zelf mag niet gebouwd worden. In het begin van de 20ste eeuw wilden buitenlandse speculanten de Gullfoss kopen om er een waterkrachtcentrale te bouwen. Sigridur Tomasdottir was de dochter van de boer van Brattholt en zij verhinderde die plannen. Er werd uiteindelijk een overeenkomst gesloten dat niets gebouwd mocht worden nabij de waterval.
Daarna rijden we richting Flodir. We stoppen onderweg nog even voor een bezoek aan de waterval Faxi waar 'salmonstairs' te zien zijn (trappen die gebruikt worden om zalm te vangen).
We overnachten in Icelandair Fludir hotel: toffe 3 sterren bungalows met een terrasje in een klein dorpje waar enkel een benzinestation en supermarkt is. Het hotel heeft een jacuzzi buiten. Er is ook een camping en een vakantiepark naast het hotel gelegen. We nemen hier het lekkere diner in het hotel-restaurant. 25 september 2014:
We vertrekken vanaf het Fludir hotel met de verhoogde bus om het afvalt te verlaten richting Landmannalaugur, het binnenland in. Hierbij laten we ook de bewoonde wereld achter ons.
Onderweg zien we de super jeeps ( verhoogde jeeps). Om het binnenland te bereiken moet je door rivieren rijden en heb je enkel een hobbelige grindweg. Daarom wordt de bandendruk van de wagens verminderd. De gletsjerrivieren zijn heel verraderlijk om erdoor te rijden omdat die snel veranderen. Vooral dan voor de individuele reiziger is het opletten geblazen. Er wordt ons aangeraden om stroomafwaarts de rivier heel rustig in te rijden! Zorg dat de motor niet onder water komt. Val je stil dan start je best de auto niet meer op en hoop je dat de rivier hem niet zal doen kantelen en/of zal meesleuren stroomafwaarts. Je wacht dan tot iemand voorbij rijdt om je te helpen. Klanten worden geadviseerd om op voorhand aan de autoverhuurder te vertellen waar ze naartoe gaan zodat ze een aangepaste wagen krijgen want onder de jeeps is een groot verschil. Suzuki Vitara wordt aangeraden (Kia niet) om van het asfalt af te gaan. Het landschap is heel desolaat. We rijden door de vallei. De boeren hier kweken schapen en koeien.
Er zijn hier ook veel paarden maar die dienen enkel voor recreatie.
Er passeert hier zelden een andere wagen want deze tijd van het jaar wordt het binnenland eigenlijk niet meer aangedaan. Hekla, de bekendste vulkaan van IJsland (alhoewel voor de Europeanen de bekendste vulkaan nu wel de Eyjafjallajökull zal zijn), explodeerde voor de eerste keer in 1104. Het is de meest actieve vulkaan in IJsland en wordt van oudsher gevreesd. Sinds 1104 zijn er al meer dan 20 erupties geweest variërend van enkele dagen tot enkele maanden. De laatste eruptie was op 28 februari 2000. In maart 2013 werd er seismische activiteit waargenomen en vreesde men dat Hekla wakker zou worden omdat hij meestal om de 10 jaar van zich laat horen. Hekla wil in het IJslands zeggen ‘de bedekte’. De vulkaan kreeg deze naam omdat zijn top meestal door de wolken verborgen wordt. In de middeleeuwen werd die ook wel ‘De poort naar de hel’ genoemd. De vulkaan is ketenvormig en is 1491 m hoog (Voor de uitbarsting in 1947: 1447m hoog) en 40 kilometers lang. De kraters verspreiden zich op een rechte lijn over meer dan 5 km. De laatste grote eruptie was in 1947/1948. Bij één van de erupties (een echte lavaexplosie) werden 16 boerderijen onder de lava bedolven. In de jaren 70 hebben ze die boerderijen opgegraven. Die zijn nu nog te zien. Het zijn boerderijen met mos op het dak. Hoe langer de eruptie van de Hekla op zich laat wachten, hoe zwaarder die zal zijn en aangezien de laatste echte eruptie van 2010 dateert en die de laatste jaren om de 10 jaar actief is zijn de wetenschappers erg op hun hoede. Landmannalaugur ligt volledig in het dal van de Hekla die bekend is van zijn ryolietgesteente. De ryolietbergen zijn zeer kleurrijk met gele, rode, bruine en grijsgroene tinten. We verlaten hier de weg voor een grindweg. Even later komen we aan de Hjalparfoss waterval in de Fossa rivier. Deze waterval is vanaf de grindweg helemaal niet te zien!
Onze gids vertelt ons dat haar ouders nog in een woning met leem en hout leefden. Nu gebruikt men steen.
Tegenwoordig is toerisme de belangrijkste vorm van inkomen. Daarna de visvangst en de aluminiumfabrieken. Slechts 1% van de oppervlakte van IJsland wordt gebruikt voor de landbouw. men kweekt onder andere aardappelen. In de winter moet men echt heel goed gekleed zijn en spikes onder de schoenen aandoen voor het doorzichtig ijs dat heel verraderlijk is. Deze kunnen hier aangekocht worden. We rijden op de 'route behind the mountains', een grindweg die achter een gletsjer loopt. Een aswolk van de Hekla heeft hier de grond zo vervuild dat hier niets meer kan groeien. We stoppen voor een foto op de lavavelden. Prachtig! Het geeft mij het gevoel dat ik op de maan wandel.
Even later trekken we door een gebied waar de lava volledig bedekt is met mos. Na een regenbui komen de kleuren nog veel meer uit onder de zon. We zien ook veel kraters. Bárdarbunga ligt te midden van het centrum van de hotspot, een gebied met een bovennormale magmaproductie, het gevolg van een warmtebron die zich op grote diepte in de aardmantel bevindt. We maken een fotostop in Frostastadavatn, een meer te midden van de lavavelden. Het is net een schilderij, zo mooi.
Nog even verder rijden en we komen aan in Laugahrun. Hier nemen we eerst een warm bad in de warmwaterrivier. De temperatuur van het water is heerlijk maar je moet je wel buiten omkleden. Het nadeel is dat je kleren nat worden als het plots begint te regenen.
Na het bad is het tijd voor de picknick. Er is hier ook een kampplaats. Van hieruit kan je dag- of halve dag-wandelingen maken in de kloof van de canyon en zie je duidelijk de verschillende kleuren. Heel mooi.
We rijden verder door de highlands. Daarna door de lavavelden van de vulkaan Laki.
Die barstte uit op 08 juli 1783 en bleef maar spuiten tot 7 februari 1784 (9 maanden). Het was een van de meest catastrofale uitbarstingen die IJsland ooit gekend heeft. Ze werd voorafgegaan door een serie aardbevingen. Er ontstond een spleet van 24km lengte, waaruit lava stroomde. Deze volgde aanvankelijk de beddingen van de gletsjerrivier Skaftá en de noordelijker gelegen Hverfisfljót. De loop van de rivieren werd hierdoor totaal gewijzigd. De lavastromen slokten alles wat op hun weg kwam. Twee kerken en 14 boerderijen werden overstroomd, terwijl bovendien 20 andere boerderijen zwaar beschadigd werden. De lavastroom bereikte uiteindelijk een lengte van 60 km. Een gebied van 565 km² werd bedolven onder de lava. De lavastroom als zodanig maakte geen slachtoffers, maar de indirecte gevolgen waren rampzalig. Door de enorme hoeveelheid vulkanische assen ging heel IJsland in de zomer en herfst van 1783 in een blauwe waas gehuld. Deze enorme gaswolk bestande uit zwaveldioxine en zwavelzuur werd zelfs in grote delen van Afrika en Azië waargenomen. Hierdoor wilde het gras op IJsland en grote delen van Europa nauwelijks meer groeien. In de winter van 1783/1784 stierven op IJsland bijna 75% van de dieren. Tijdens de 3 daaropvolgende jaren bezweek door gebrek aan voedsel een kwart van de bevolking aan de honger! Nu is het lavaveld begroeid met een dikke laag mos. Meer dan 120 kraters op een rij markeren de plaats van de scheur, die van het zuidwesten naar het noordoosten loopt. Vanaf de top van de Laki heb je naar beide zijden een prachtig uitzicht over de kraterrij. Helaas zijn wij niet naar boven geweest. We zijn deze morgen rond 10 u de bergen ingetrokken en hebben met een gemiddelde v 20 km per uur door de bergen gereden. Nu is het 17.30u en hebben 109 km gereden. De stop deze middag duurde 2 uur. We overnachten in hotel Klaustur in Kirkjubajarklaustur.
26 september 2014: We vertrekken om 8.15u richting gletsjer. We zullen ons begeven naar één van IJslands mooiste natuurparken, het Skaftafell National Park. Dit is het op één na grootste natuurpark van IJsland. Deze nacht heeft het gesneeuwd op 700m. Een kwartiertje later zien we al de eerste gletsjer. Zo komt de een na de andere. Op de bus vertelt onze gids Hliff dan wetenschappers in IJsland schrik hebben dat de vulkaan die nu uitbarsten is, de Bárdarbunga, ook ergens anders (noordelijker) op zijn 25km weg voor een eruptie zal zorgen.
Als dat onder een gletsjer gebeurt zou dat een ramp kunnen veroorzaken. Grote delen van de gletsjer zouden smelten en dat zou een vloedgolf veroorzaken die samen met de lava alles rondom de rivier zou meesleuren. De oever van die rivier is druk (naar IJslandse normen) bevolkt. Helaas laat de overheid niemand toe binnen een straal van 70 km. We kunnen er alleen per helikopter naartoe maar daar vraagt met 1300€ per persoon voor en dat is mij toch wat te duur voor een vluchtje van 20 minuten.
Om 09.10u komen we aan de Vatnajökulspjódgardur, een onderdeel van de Vatnajökull (gletsjer van water).
De Vatnajökull is de grootste gletsjer van Europa, meer dan 8000 km². Vatnajökull Nationaal park waar de gletsjer een onderdeel van is strekt zich uit over 12.000km² (11% van IJsland). De hoogste top bedraagt 2111m en het laagste punt -300m aan de gletsjertong. Het kost u 16 uur om die te beklimmen. Er ligt een 500m à 700 m dikke ijspak. Als ze het ijs zouden uitspreiden over heel IJsland dan zou dat 50 meter dik liggen. Het ijs is 1000 a 2000 jaar oud. Er bevinden zich ook meren onder het ijs. In 1975 is de ringweg aangelegd. Voorheen moest men 1500km doen om aan de gletsjer te geraken om over de rivier te kunnen. Nu zijn er 3 bruggen. De eerste is 500m lang. 2 ervan (brug 1 en 3) werden verwoest in 1996 door een overstroming na de eruptie van de Bárdarbunga (de momenteel actieve vulkaan). Deze vulkaan ligt 70km verderop onder de Vatnajökull. De uitbarsting begon op 30 september 1966 en duurde ruim twee weken. Het ijs was 500m dik. Grote hoeveelheden smeltwater waren het gevolg. Deze verzamelden zich in Grímsvötn, een meer in de Vatnajökull. Op 5 november tilde de grote hoeveelheid smeltwater in Grímsvötn de gletsjer rond het meer op en stroomde het meer plotseling leeg. Dit kan omdat 90% van de ijsbergen onder water zitten. Als een gletsjermeer stijgt dan kan er een deel afbreken en lopen de meren leeg. Soms gebeurt dat regelmatig (bijvoorbeeld om de 4 jaar) en daarom zie je in IJsland ook hele brede lege rivieren. Deze rivieren zijn echter voorzien op de ‘flow’. Het overvloedige water stroomde met grote kracht en in zeer korte tijd naar zee, grote hoeveelheden zand en stenen en enorme ijsbrokken met zich meesleurend. Deze ‘jökullhaup’ duurde een etmaal. De overstroming kwam 1 maand en 5 dagen na de eruptie.
De laatste brug is 1 km lang en werd ook verwoest in 1996. Er is ondertussen een nieuwe gebouwd. De restanten van de vroegere brug zijn nog te zien en in de terugkeer gaan we die ook bekijken. De gletsjers liggen hier in het Zuiden omdat de Zuidwind zeer vochtig is en dus hier uitvalt. Tegen dat de wind in het noorden is, is ie droog en warm.
In Skaftafell maken we dus de gletsjerwandeling van 2 uur. Iedereen kan dat aan. Het is een gewone wandeling. We krijgen spikes en houweel.
Je volgt gewoon de gids. Misschien zien we wel ijsmuizen te zien zegt Hliff. Tijdens de gletsjerwandeling legt de gids uit dat dit geen echte muizen zijn maar stenen met mos die zich door de wind verplaatsen. Er zijn 'mulans' (kloven met water in) te zien tot 40 m diep. Boven in de gletsjer soms tot 300 m diep.
De gletsjerwandeling is prachtig. Die is op de kleinere gletsjer Vatnajökulspjódgardur naast Skaftaffeljökull. Die is genaamd ' varkensberggletsjer' naar een legende: Vroeger was het hier landbouwgebied en er leefden varkens, die de wortels van de planten op aten. De boeren waren het beu en kregen toestemming om de varkens die wild liepen te doden. Daaruit volgt dat er nu geen meer zijn. Door de 3de grootste eruptie ooit door de mens waargenomen in de 13-14de eeuw werd het ‘nomansland’. Het was een eruptie met 10km³ lava (Eyjafjallajökull slechts 0,3 km3). De gletsjer zakt gemiddeld 5 cm per dag. Dit betekent 18.25m per jaar. Het is een trage gletsjer omdat die slechts 1m per week verschuift. De gletsjers trekt heel sterk terug de laatste jaren. Binnen 150 a 200 jaar zullen er volgens voorspellingen geen gletsjers meer zijn in IJsland wegens de opwarming van de aarde. Er is 500m tussen de gletsjerbeek en de oceaan. Hier zijn ook verscheidene films opgenomen waaronder Noah, Oblivion, Secret life of Walter Mitty.
Een kwartiertje later komen we aan in de boerderij waar 1 van de bekendste schrijvers van IJsland, nl Pórbergur Pórdarson, opgroeide.
Ter zijner nagedachtenis is er een klein museum waarin zijn leven beschreven wordt. Het uitzicht van het gebouw is een boekenrek. Hier eten we vleessoep (met lam).
Rond 14.00u vertrekken we met de bus om 15 minuten later aan te komen aan het gletsjermeer Jokulsarlón. We gaan naar de top van de heuvel om foto's te nemen maar waaien hier letterlijk weg. Normaal zouden we hier een boottocht maken tussen de ijsschotsen maar dit kan niet omdat er teveel wind is. Ook de wandeling naar zee kunnen we niet te voet doen wegens teveel wind. Daarom nemen we de bus. We zien hier een prachtig spektakel. IJsbergen drijven weg van de gletsjer en monden uit in zee en op het lavastrand. We verblijven hier 30 minuten om foto's te maken en zelfs dat is niet genoeg! Prachtig! Je kan het gewoon niet beschrijven hoe mooi het hier is.
Het gletsjermeer is 20 km² en 150m à 200 m diep. Het ijs heeft een blauwe kleur, een ‘optical illusion’. Het is een reflectie van de zon omdat de brokken zo groot zijn. Het gletsjermeer ontstaat door het warmere (8 à 12 graden )zoute water van de zee dat in de lagune loopt. Het water van de gletsjer is kouder (2 à 4 graden). Het zoute water is zwaarder en gaat onder de gletsjer. Daardoor smelt die van onderuit. Dit zorgt voor de vele breuken aan het oppervlak. En de ijsbrokken scheuren uiteindelijk af. De ijsblokken doen er een jaar over om aan de rivier te komen.
Er zijn hier onder andere 2 James bondfilms opgenomen waaronder ‘Licence to kill’. Hiervoor hebben ze het meer 2 weken laten toevriezen ( kan niet door natuur) door de brug aan de oceaan te sluiten. Ook ‘Tomb Raider’ is hier opgenomen. We rijden met de bus naar de zuidkant van de gletsjer (de mooiste kant).
We stoppen in de terugkeer aan een kerkje met mos in Hofskirkja (geboortedorp van onze chauffeur) met aanliggend één kerkhofje. De doden worden onder de grond begraven en ze maken er een hobbel op.
We maken een stop aan de eerder vermelde weggespoelde brug in Skeidarársandur. We hebben hier zicht op de gletsjer en op hoogste punt van IJsland.
Daarna rijden we terug naar Kirkjubaejarklaustur voor een diner in Icelandair hotel Klaustur.
Na het diner geeft de hotelmanager nog de uitleg, gestaafd met foto’s hoe ze in het hotel een eruptie hebben ervaren. Centimeters as kwamen op het hotel en de omgeving neer. Reddingswerkers kwamen helpen om alles op te ruimen. Onze gids Hliff toont nog een samenvatting van de nieuwsberichten van de uitbarsting van de Bárdarbunga die nog aan de gang zijn tijdens onze reis.
27 september 2014: We vertrekken om 08.30u van Kirkjubaejarklaustur richting Vik. We rijden door de lavavelden veroorzaakt door de eruptie van de vulkaan Laki in 1785. Het is prachtige weer. Onderweg stoppen we nog aan een boerderij met een waterval in de tuin.
We passeren de gletsjer Myrdalsjökull met onder de ijskap de vulkaan Katla. De Katla is gemiddeld eens om de 50 jaar actief en geeft geen waarschuwing (na 2 uur rook komt er al een eruptie). De oudste eruptie dateert van 894; de meest recente van 2011. Uitbarstingen van de Katla gaan steeds met Jökulhlaups gepaard. Bij de uitbarsting van 2011 spoelde de brug op de ringweg tussen Vik en Kirkjubaejarklaustur weg. ‘The flod’ duurde 1 uur en 5 dagen lang werden noodtransporten door de rivier uitgevoerd door aangepaste voertuigen en een noodbrug werd gebouwd. De lava liep ver uit en er zijn gaten in de grond begroeid met mos die heel verraderlijk zijn. Ineens zit je in een put. Daarom moet je op de paden blijven.
We stoppen even in Laufskalavarda. Hier worden torentjes met stenen gebouwd die goed geluk brengen alvorens de lavavelden in te gaan.
We komen aan in Vik om 9.50u.
We shoppen wat en er wordt ons gezegd dat je op de luchthaven 15% taks terugkrijgt als je een formulier invult en het in de bus op de luchthaven steekt. Men zet het geld op je kredietkaart. Of je gaat op de luchthaven naar de Landsbankin en daar krijg je het onmiddellijk terug.
Daarna rijden we naar het zwarte lavastrand Halsanfellir waar we normaal de 'Puffins', papegaaiduikers zouden moeten zien. Helaas zullen we ze niet zien omdat het seizoen hiervoor voorbij is en ze nu geen eten meer vinden. ( In Reykjavik kan je een boottoer maken om de Puffins te zien). Die zijn familie van de pinguïns. Ze maken geen nest maar wel een hol. Ze leggen 1 ei per jaar. In de putten maken ze 2 kamers, 1 voor het ei en 1 voor het toilet. Ze overwinteren in Groenland. Ze keren in de lente naar hun eigen nest terug. Indien de ouders overlijden dan zorgen de buren voor het kleintje.
Grote golven overspoelen het lavastrand. Om de 7 golven komt er een grote golf. De kustlijn bestaat uit bemoste kliffen. De oceaan is er inderdaad verraderlijk. Een van onze medereizigers die wegloopt voor een aankomende 7de golf valt en wordt erdoor overspoeld. Ze is doornat van het koude oceaanwater. Gelukkig zitten de koffers in de bus en kan ze onmiddellijk droge kledij aantrekken. Vanaf de parkeerplaats bij het strand is het slechts een paar minuten lopen over het zwarte zandstrand naar de voet van de berg.
Hier bevinden zich tevens enkele ondiepe grotten met fraaie basaltformaties: Halsanefshellir.
Dit strand biedt mooi uitzicht op Reynisdrangar, een aantal hoge rotspunten (66m) in zee. Men beweert dat het resten zijn van een driemaster die door 2 trollen aan land werden getrokken. Ze werden echter verrast door door de zonsopgang waardoor zij, en met hen het schip, in steen veranderden. We beleven er een prachtig schouwspel tussen zee en rotsen.
Na een half uurtje rijden komen we aan de waterval Skogafoss. De waterval is 60 m hoog en behoort tot een van de grootste van IJsland. Er is een saga dat er een schat onder de waterval verborgen zou zijn, maar tot op heden is die nog niet gevonden. Er ligt wel een ijzeren ring in het museum van Skógar die het handvat van de bewuste kist van de schat zou zijn.
We rijden naar het restaurant om de dagsoep te nuttigen niet ver van Skogafoss. Daar bezoeken we het Skógar museum. Het is een volks- én transportmuseum. Een man, Synisbok Safnamanns, nu in de 90 jaar oud en hij verzamelde alles wat aanwezig is in het museum.
Er is zoveel te zien in het museum dat je er gemakkelijk een paar uur kunt doorbrengen. Het museum bestaat onder andere uit een modern gebouw met een groot aantal gebruiksvoorwerpen, een turfboerderij uit 1880, een houten herenhuis, gebouwd van drijfhout, uit 1878, een boerderij (deels golfplaten, deels turf) uit 1919-1920, een kerkje uit 1879 en een schooltje uit 1901. Met uitzondering van het moderne gebouw zijn alle gebouwen van elders naar het museum verplaatst en gerestaureerd.
Het is 10 minuten rijden naar Pórvaldseyri waar we het Eyjafjallajökull Vistor Centre bezoeken. We stoppen onderweg eerst even voor het maken van een foto van de Eyafjatljajokull.
Een man die een boerderij bezit aan de voet van deze vulkaan maakte eigenhandig een film van de eruptie ervan in 2010.
Je hoort en ziet hun ervaringen uit de eerste hand. De boerin geeft de inleiding op de film. Even later zie je de ganse familie op de film van het begin tot het eind van de eruptie van de vulkaan. De eruptie startte tussen de 2 gletsjers Myrdalsjokull en Eyafjatljajokull. Even werd er gevreesd voor hun boerderij en moesten ze geëvacueerd worden. Na één dag komen ze terug en vinden hun boerderij terug onder een dikke aslaag. Later komen vrijwilligers van over het hele land deze boer helpen opruimen.
Voor de kust ligt de eilandengroep Vestmannaeyjar (Westman eilanden) die bewoond zijn. Bij een oude eruptie zijn er huizen helemaal verdwenen onder de lava. Men heeft die na 40 jaar opgegraven en het was heel emotioneel voor die mensen om huizen terug te zien. Alles lag er nog onaangeraakt omdat de lava er gewoon over gestroomd is. Nu kan men dat bezoeken. Hiervoor moet je een Ferry nemen (30min).
Het is een kwartiertje rijden naar de volgende waterval: de Vestmannaeyar. Het is niet de mooiste waterval, maar je kan er achter doorlopen. Het is mogelijk om via een hoge trap de bovenkant van de waterval te bekijken.
Volgens onze gids Hliff zou het Noorden van het eiland er toch anders uitzien. Eyafjordner zou de beste uitvalsbasis zijn voor whalewhatching in met Northsaling. Ook in Talvik zou het goed zijn. Daar ben je zeker om een Humbackwhale te zien. Dat is een heel toeristisch vriendelijke walvis. Die springen en klappen. Walvissen hebben een sterke visgeur (rottende vis) vanuit hun mond. In het noorden zijn fjorden en hoge bergen (met blauwe schijn) en visserdorpjes. Lake Meva ( meer van de blauwe vliegen). 2,5m diep maar toch zie je tot op de grond. Er zouden ook veel vissen en vogels te zien zijn. Daarna rijden we verder richting Reykjavik en checken we in het nieuwe Reykjavik Lights hotel in. We hebben even de tijd om ons te verfrissen en gaan dineren in een restaurant in het centrum van Reykjavik. We eten er een lekker buffet van vis en vlees, waaronder walvis. Na het dessert gaan we het vertier in de stad opzoeken. De uitgaansbuurt is vlakbij en we stoppen bij een ‘English pub’ waar er een heel goeie ambiance heerst. Na 3 Irish coffee’s verleggen we naar een disco schuin over de bar waar we dansen tot 02.30u in de morgen. 28 september 2014: Om 05.00u moeten we aan de bus klaar staan om een uurtje te rijden naar de luchthaven. Na 2 kleine uurtjes slaap is dat niet zo evident. Een paar mensen van de groep hebben zelfs de nacht doorgetrokken. Zo goed is het uitgaansleven in Reykjavik. Mensen staan aan te schuiven om de bars en de discotheken binnen te geraken. Onze vlucht met Icelandair vertrekt om 07.50u richting Amsterdam en daarmee komt een eind aan deze heerlijke IJsland reis.
Nu begrijp ik waarom IJslanders hun koude natte land niet verlaten! De schoonheid van het land overwint op het weer en het gevaar die voortdurend boven hun hoofd hangt. Ze hebben er echter mee leren leven; maar zijn toch wel voortdurend alert.
DEELNEMER: LUCIA PARET Selectair Lucia Travel LEDEGEM