Huurders informatiegids
2 Appartementen en commerciële ruimte Centrum Oost Thomas J. Witteroosstraat 98, 100 en 102, type Lucht Juli 2015
De commerciële ruimte is tekstueel ook een woning, niet alle onderdelen die genoemd worden zijn voor de commerciële ruimte van toepassing.
1
Adressen Opdrachtgever bouw:
Volkshuisvesting Arnhem Postbus 5229 6802 EE Arnhem Telefoon: 026 – 3 712 712 e-mail:
[email protected] internet: www.volkshuisvesting.nl Bezoekadres: Kadestraat 1, 6811CA
Uw woning is gebouwd door:
KuiperBouw BV Postbus 48, 6800 AA Arnhem Telefoon: 026 – 443 02 43
Reparatieverzoeken De eerste drie maanden na oplevering heeft uw nieuwbouwwoning een onderhoudstermijn vanuit de bouwkundige aannemer. Dit betekent dat relevante klachten door de aannemer worden verholpen. Eventuele klachten kunt u melden bij Volkshuisvesting op telefoonnummer 026- 3 712 712. Volkshuisvesting verzorgt de opdracht richting de aannemer. Ongeveer drie maanden na oplevering van uw nieuwbouwwoning ontvangt u van Volkshuisvesting een formulier waarop u reparatieverzoeken vanuit de onderhoudstermijn kunt vermelden. Volkshuisvesting zal er voor zorgdragen dat deze door Kuiper Bouw BV zo spoedig mogelijk worden verholpen. Na de onderhoudstermijn van 3 maanden na oplevering kunt u voor storingen en reparatieverzoeken contact op nemen met onze klantenservice die bereikbaar is op telefoonnummer 026-3 712 712. Dit nummer is 24 uur per dag bereikbaar. Gaat het om niet-dringende reparaties, bel dan op werkdagen tussen 8.00 uur en 17.00 uur. Dringende reparatieverzoeken worden na 17.00 uur en in de weekenden doorgeschakeld naar ons externe callcenter. Die zorgt ervoor dat spoedeisende reparaties zo snel mogelijk worden uitgevoerd.
2
INHOUDSOPGAVE 1
2
3
INLEIDING 1.1 Voorwoord 1.2 Oplevering van uw woning 1.3 Verzekering 1.4 Bouwvocht 1.5 Energieleverancier 1.6 Kabel-/ internet-/ en telefoonleverancier 1.7 Eerste jaar van bewoning 1.8 Het schoonmaken van het woning
3 3 3 3 4 4 4 5
TECHNISCHE INFORMATIE 2.1 Mechanische ventilatie 2.2 Centrale verwarming 2.3 Elektra 2.4 Riolering 2.5 Waterleiding 2.6 Sanitair 2.7 Rookmelders 2.8 HR ++ glas 2.9 Tegels 2.10 Binnenwanden 2.11 Cementdekvloeren 2.12 Keuken
6 7 7 10 11 12 12 12 13 13 14 14
ONDERHOUD 3.1 Algemeen onderhoud 3.2 Kozijnen, deuren en schuifpuien 3.3 Etsstrepen op glas 3.4 Kitvoegen 3.5 Hang- en sluitwerk 3.6 Gespoten plafonds en wanden 3.7 Behang 3.8 Gevels 3.9 Uitvoering schilderwerk binnenzijde 3.10 Drie minuten eis 3.11 Verzamelcontainers 3.12 Grofvuil
14 14
15 15 15 16 16 16 16 16 16 17
Deze informatiegids is zorgvuldig samengesteld op basis van de beschikbare gegevens. Het is niet uitgesloten dat er toch onjuistheden vermeld zijn. Hieraan kunnen echter geen rechten of eisen tot schadevergoeding worden ontleend.
3
1
INLEIDING
1.1
Voorwoord Beste bewoner, Gefeliciteerd met uw nieuwe woning. Het is zover, uw nieuwe woning is gereed en u kunt als kersverse huurder uw nieuwe woning betreden. Daarom hebben wij deze huurdersinformatiegids samengesteld met specifieke en nuttige informatie over uw woning. Deze gids kunt u zien als een gebruikershandleiding van uw woning. U kunt deze informatie ook ter beschikking stellen aan vakmensen, die aanpassingen, wijzigingen of reparaties komen uitvoeren in uw woning. Wanneer u uw woning ooit verlaat vragen wij u deze gids over te dragen aan de nieuwe bewoners. Wij wensen u veel woonplezier in uw nieuwe woning. Met vriendelijke groet, Volkshuisvesting Arnhem
1.2
Oplevering van uw woning Volkshuisvesting Arnhem draagt de woning officieel aan u over na de oplevering. Voorafgaand aan de ondertekening van het huurcontract kunt u de woning bezichtigen. Hierbij heeft u alle ruimtes en onderdelen van het woning kunnen bekijken en controleren. Over de wijze van opleveren wordt u ruim voor het definitieve oplevermoment geïnformeerd.
1.3
Verzekering Vanaf het moment dat Volkshuisvesting de woning aan u oplevert (de sleuteloverdracht), bent u niet alleen de gelukkige nieuwe bewoner van de woning, maar u bent hier ook verantwoordelijk voor. Bij het betrekken van de woning is het nodig om een goede inboedelverzekering af te sluiten of uw huidige inboedelverzekering aan te passen. Vraag hiervoor zo nodig advies bij uw verzekeraar. Dit kan tegenwoordig ook vaak via internet met handige overzichten waarmee de waarde van uw inboedel zo nauwkeurig mogelijk kan worden ingeschat om eventuele onderverzekering te voorkomen. Uw woning beschikt over het certificaat Politiekeurmerk Veilig Wonen. Een aantal verzekeringsmaatschappijen verleent korting op de verzekeringspremie op vertoon van dit certificaat. Over het certificaat Politiekeurmerk Veilig Wonen leest u later in deze gids meer.
1.4
Bouwvocht Het beton en pleisterwerk in de woning zijn verwerkt met veel water. Bovendien is in weer en wind gebouwd, waarbij regen vrij spel heeft gehad voordat de woning wind- en waterdicht was. Het gevolg daarvan is dat er veel vocht aanwezig is. En al is dat meestal niet zichtbaar, het vocht moet er wel uit. Zorgt u ervoor dat het vocht voldoende kan verdampen en naar buiten wordt afgevoerd. Het duurt overigens minimaal een jaar voordat al het bouwvocht uit uw woning is verdwenen. Door het aanwezige bouwvocht, in combinatie met het warm stoken van de woning, kunnen de binnen- en buitendeuren krom trekken. Blijvende kromming kan pas na het eerste stookseizoen worden vastgesteld. De blijvende kromming, loodrecht op het deurvlak gemeten mag maximaal 10 mm zijn. Bij het slecht sluiten van de buitendeur kunt u zelf de sluitkom nastellen. U doet dit met behulp van de
4
schroefjes in de kozijnstijl van de deur. U kunt dit, mits u lid bent van het Servicefonds, ook door onze servicedienst laten doen. Wij raden u aan kasten, banken en andere grote/dichte meubelstukken gedurende de eerste maand van bewoning niet tegen de muur te plaatsen. Er bestaat veel kans op schimmelvorming door te weinig ventilatie achter de meubels. Laat binnendeuren en keukenkastjes, de eerste weken iets open staan. Hierdoor vermindert de kans op kromtrekken. Verwijder dagelijks het condenswater van de ramen. Ventileer goed door ramen langdurig op een kier te zetten; onvoldoende ventilatie kan verkleuring van wanden en plafonds tot gevolg hebben. Met name spuitwerk is tijdens het droogproces zeer gevoelig voor verkleuring door verontreinigde lucht. Uw woning is voldoende droog, als het gaat om bouwvocht, op het moment waarop geen blijvende condens meer op de ruiten aanwezig is. Regelmatig condens op de ramen is een aanwijzing voor een te hoge vochtigheid in uw woning door onvoldoende ventilatie. Eventueel ontstane schimmelplekken eerst goed laten drogen en daarna met een zachte droge doek de restanten verwijderen. 1.5
Energieleverancier Heeft u zich al afgemeld bij uw energieleverancier op het oude adres en al doorgegeven vanaf wanneer u energie afneemt op het nieuwe adres?! Doe dat dan snel, want bij de oplevering van uw woning worden de eindstanden van het water en elektra genoteerd op uw nieuwe adres. Dit zijn dus tevens de beginstanden voor de door u gekozen leverancier. Wanneer u zich aanmeld bij een energieleverancier, dan dient u voor elektra tevens een zogenaamde EAN code door te geven, deze zijn als bijlage toegevoegd.
1.6
Kabel-/ internet-/ en telefoonleverancier Voor zover u dit nog niet geregeld heeft, dient u zelf uw verhuizing door te geven aan de kabel-, internet- en telefoonleverancier. Uw woning is voorzien van een glasvezelaansluiting en een UPC. Dit zijn aansluitingen voor telefonie, televisie, maar ook voor snel internet.
1.7
Eerste jaar van bewoning Als u een nieuwbouwwoning betrekt, zult u - zeker in het eerste jaar - op een aantal zaken moeten letten. Hieronder volgen een aantal aandachtspunten:
De woningscheidende wanden van uw woning zijn van beton, dat een langdurig droogproces kent (zie ook bouwvocht). Bij het drogen kan verkleuring optreden. Het is aan te raden in het eerste jaar deze wanden te behangen en niet te sauzen. Ook raden wij het aanbrengen van sierpleister het eerste jaar om de bovengenoemde reden af; Wanden worden behangklaar opgeleverd maar moeten wel worden ontdaan van vuil en stof voordat er behangen wordt. Eventuele kleine oneffenheden kunt u verwijderen door te schuren; Door toepassing van verschillende materialen met verschillende krimpeigenschappen en door zetting van uw woning kan er scheurvorming ontstaan. Deze scheuren ontstaan voornamelijk op plaatsen waar twee verschillende materialen in elkaar overgaan. Ook hierom raden wij u aan om in het eerste jaar geen sierpleister, maar behang toe te passen. Verwarm de woning de eerste paar maanden gelijkmatig; ook op de slaapkamers. Een temperatuur tussen de 15 en 20 graden Celsius is goed.
5
1.8
De mechanische ventilatie zal altijd, ook tijdens uw afwezigheid, op een laag toerental aanstaan, dit is in verband met een gezond binnenklimaat. Onvoldoende ventilatie kan verkleuring van wanden en plafond tot gevolg hebben; Sluit de openingen en roosters, die voor ventilatie van de spouwmuur en uw woning zorgen niet af, deze zorgen voor het voorkomen van vochtproblemen in uw woning;
Het schoonmaken van het woning Het woning wordt ‘bezemschoon’ aan u opgeleverd, een grote schoonmaak is dus noodzakelijk. Hier volgen een aantal tips op een rij:
Het is raadzaam in het begin voorzichtig schoon te maken en niet te veel water te gebruiken tenzij het om glas gaat, hierdoor neemt de kans op krassen af; Zet bij het schoonmaken ramen, ventilatiekleppen of –roosters open voor voldoende ventilatie; Een groot aantal schoonmaakmiddelen bevat agressieve stoffen, zoals bleekmiddelen en vluchtige oplosmiddelen (chloor en ammonia). Het gebruik daarvan kan schilderwerk en tegelwerk aantasten; Stukjes cement of verfspatten op glas en tegels kunt u verwijderen met een verfkrabbertje (verkrijgbaar bij de doe-het-zelf-winkel). Gebruik hierbij voldoende water en zeep. Gebruik geen schuursponsjes. Deze kunnen krassen geven, ook op chroom (kranen) of roestvrijstalen aanrechtbladen; Kalkspatten verwijderen met water waaraan een scheutje azijn is toegevoegd; wees voorzichtig met de nog relatief verse verf- of kalklaag; Gebruik bij het afdekken van geschilderd of geïmpregneerd materiaal bij voorkeur geen bedrukt papier; de drukinkt laat moeilijk te verwijderen vlekken achter; Het reinigen van tegelwerk, aanrecht en sanitair kan het beste worden gedaan met een sopje van zachte- of groene zeep. Groene zeep werkt goed om een cementvleug te verwijderen. Zijn er toch nog cement- en/of kalkresten achtergebleven, gebruik dan speciale sanitair reinigers; Structuur spuitwerk kunt u het beste reinigen met een droge harde borstel. Gebruik geen schuurpapier of iets dergelijks en zeker geen water! Net na de oplevering krijgt u te maken met veel afval (dozen, resten, afvalzakken etc.). Dit kunt u in de hiervoor bestemde vuilcontainer deponeren. Gebruik hiervoor niet de vuilcontainer van de aannemer. Grofvuil en grote huishoudelijke apparaten kunt u gratis aan huis laten ophalen door SITA. U kunt voor het afhalen van grofvuil een afspraak maken via www.afvalmelden.nl of bellen naar tel. (026) 446 04 90. Het grofvuil wordt dan binnen vier werkdagen opgehaald. Ook kunt u grofvuil, afhankelijk van de hoeveelheid, gratis afleveren bij het afvalbrengstation aan De Overmaat 17.
6
2
TECHNISCHE INFORMATIE
2.1
Mechanische ventilatie, Uw woning is voorzien van mechanische ventilatie. Dit systeem bestaat uit een centraal opgestelde ventilator, een kanalenstelsel en afzuigventielen in het plafond van de keuken, badkamer, het toilet en de was-/technische ruimte. In de keuken zijn twee afzuigventielen aanwezig. Eén hiervan is bestemd voor afzuiging van de ruimte, de andere mag gebruikt worden voor de aansluiting van een motorloze afzuigkap. Een afzuigkap met een motor mag niet gebruikt worden. Deze ontregelt het in uw woning aanwezige ventilatiesysteem. Extra afvoeren zoals bijvoorbeeld van een droogtrommel kunt u niet op het systeem aansluiten. Andere type afzuigkappen die ook toegepast kunnen worden zijn: Een hoog rendement afzuigkap. Deze optimaliseert door middel van een luchtgordijn de afzuiging van de schouw; Een recirculatie afzuigkap met motor. Hierbij gaat de afgezogen lucht door een koolstoffilter en wordt daarna weer in de ruimte geblazen.
Badkamerbediening In uw badkamer is ook een bediening voor de afzuiging gemonteerd. Hiermee kunt ook de afzuigingen regelen in de gewenste stand. Het schoonmaken van de afzuigventielen De afzuigventielen van de mechanische ventilatie verzamelen vet en vuil door de afvoer van vervuilde lucht. Het is daarom noodzakelijk om ze elk half jaar schoon te maken. Dit kunt u heel eenvoudig doen door een vochtige doek langs het afzuigventiel te halen. De meeste afzuigventielen kunt u geheel of gedeeltelijk uit het kanaalsysteem halen en met een zachte zeepoplossing in zijn geheel reinigen. Draai niet aan deze ventielen want dit kan de instelling van de afvoercapaciteit veranderen. Handleiding Bij de mechanische ventilatie-unit vindt u een handleiding behorende bij het systeem. Bij het ontwerpen van uw woning en de keuze van het mechanische ventilatiesysteem is er vanuit gegaan dat het systeem nooit helemaal wordt uitgeschakeld, maar altijd op de laagste stand blijft draaien, ook wanneer u met vakantie bent. Wanneer u de installatie niet permanent laat werken, is de kans dat er vocht- en schimmelproblemen ontstaan groot. De mechanische ventilatie is uitgerust met een zeer zuinige elektromotor, die erop berekend is om permanent te draaien. Let op dat er geen water of sop in de motor komt Voor het schoonmaken van de MV-box dient u dit systeem volledig uit te schakelen. Het beste kan dit gebeuren door het systeem met behulp van de hoofdschakelaar spanningsloos te maken of de stekker van de mechanische ventilatie uit de wandcontactdoos te verwijderen. Door derden mogen geen werkzaamheden aan de afzuigunit of het systeem worden verricht zonder toestemming van Volkshuisvesting in verband met de garanties. Ventileren is nodig Door ventilatie wordt verse lucht aan het woning toegevoegd en vochtige, vervuilde lucht afgevoerd uit het woning. Het meeste vocht in het woning produceert u zelf: bij uitademen, koken, douchen, wassen en drogen, schoonmaken enzovoorts. U merkt wanneer uw woning vochtig is, onder meer doordat de ruiten dan beslaan. Ventileren is noodzakelijk om vochtproblemen te voorkomen. Daarbij komt dat het opwarmen van vochtige lucht meer tijd in beslag neemt dan droge lucht, waardoor onnodig energie wordt verbruikt. Een tiental jaren geleden waren de woningen minder goed geïsoleerd dan nu, waardoor er voldoende verse lucht in de woning kwam. Woningen worden tegenwoordig
7
echter dermate goed geïsoleerd dat uzelf voor verse lucht in uw woning moet zorgen. Elke dag de ramen ongeveer 15 minuten openzetten is voldoende. Uitzetraampjes en ventilatieroosters zijn voor de tussentijdse ventilatie bedoeld. Ventilatieroosters mogen daarom niet dicht worden gemaakt!
2.2
Centrale verwarming Verwarmingsinstallatie Voor de verwarming van uw woning zorgt een zogenaamde hoog rendementsketel. Deze c.v. ketel in de technische ruimte, zorgt ook voor de levering van warm tapwater. Handleiding U vind een handleiding van de c.v. ketel in de meterkast. Hieronder zijn in het kort enkele belangrijke punten aangegeven. Regeling Bij deze verwarmingsinstallatie zijn er lage temperatuurradiatoren aangebracht. U kunt door middel van thermostaten in de woonkamer, keuken, badkamer en slaapkamers de gewenste temperatuur regelen. In de zomerperiode kunt u volstaan met het naar beneden stellen van de temperatuur op de thermostaten. Hiermee wordt de ketel uitgeschakeld. Storing Bij een storing aan de verwarmingsinstallatie kunt u bellen met Volkshuisvesting Arnhem 026 – 3 712 712 NB: In de dekvloeren lopen water- en verwarming-leidingen. Er mag derhalve in de dekvloer niet geboord en/of gespijkerd worden. Ontluchten van de installatie In de handleiding van uw C.V ketel is omschreven op welke wijze de installatie moet worden ontlucht. Voor een goede werking is het noodzakelijk dat het systeem regelmatig wordt ontlucht. Vorst Het water in de verwarmingsinstallatie moet altijd kunnen circuleren. Bij vorst raden wij aan uw verwarming niet meer dan 2 à 3 °C lager te zetten dan normaal (minimaal 15 °C). Dit om bevriezing van het water in de radiatoren en CV-leidingen te voorkomen.
2.3
Elektra Elektrische installatie In de meterkast vindt u de aansluitkast en de verbruiksmeter. Al deze onderdelen zijn eigendom van het elektriciteitsbedrijf. De aansluitkast is voorzien van een hoofdzekering. Deze zorgt ervoor dat de stroomvoorziening in het woning wordt onderbroken, indien meer dan een bepaald maximum aan elektriciteit aan het net wordt onttrokken. Dit maximum is zodanig gekozen dat bij normaal huishoudelijk verbruik de capaciteit ruim voldoende is. Mocht om wat voor reden dan ook de hoofdzekering doorslaan, dan is het noodzakelijk dat het elektriciteitsbedrijf de stroomvoorziening weer herstelt. Wij wijzen u er op dat het niet toegestaan is om de verzegeling van de aansluitkast te verbreken en deze te openen. Dat mag alleen de installateur doen.
8
Schakelkast De aansluiting in de meterkast gaat over in de schakelkast. De schakelkast verdeelt de elektriciteitsvoorziening in een aantal groepen. Deze groepsindeling maakt het mogelijk dat u in een gedeelte van uw woning de stroom kunt afsluiten. Ontstaat er kortsluiting of overbelasting, ook dan heeft deze groepsindeling het voordeel dat niet uw hele woning zonder stroom zit. Afsluiten stroomvoorziening De stroomvoorziening van een groep kunt u afsluiten door de betreffende groepsschakelaar in de schakelkast om te zetten. Aan de groepsindeling verklaring die in de meterkast hangt, ziet u welke aansluitingen bij welke groep behoren. Stroomstoring zelf opheffen Controleer eerst of de stroom overal in uw woning is uitgevallen. Indien dit het geval is, is er grote kans dat het niet aan de installatie in het woning ligt, maar aan het toeleverende energiebedrijf. Is dit niet het geval, ga dan naar de meterkast. In de meterkast ziet u boven de elektriciteitsmeter twee onderdelen waar u bij storing zelf iets aan kan doen: de aardlekschakelaars en de installatieautomaten. Aardlekschakelaar Een aardlekschakelaar is een beveiliging tegen lekstromen. Deze beveiliging is bedoeld voor apparatuur die niet voorzien is van een geaarde stekker. In uw woning zijn alle stopcontacten overigens geaard. Doet een lekstroom zich voor, dan verbreekt de aardlekschakelaar de stroomvoorziening van de aangesloten groepen. De stroomvoorziening is weer te herstellen door de schakelaar gewoon weer omhoog te duwen. Dit heeft echter pas zin als de oorzaak van de storing is opgespoord en verholpen. De werking van de aardlekschakelaar dient u regelmatig, bij voorkeur elke maand, te controleren. U kunt dit doen door de testknop op de schakelaar in te drukken. Bediening installatieautomaat en aardlekschakelaar Indien een installatieautomaat (groep) vanzelf is uitgeschakeld, dient u als volgt te handelen: De betreffende groep weer inschakelen; Indien de groep weer uitschakelt, dan de groep uitgeschakeld laten; Haal vervolgens alle stekkers van apparaten en lampen in deze groep uit de stopcontacten en schakel de groep weer in; Eén voor één de apparaten weer aanzetten. Bij het inschakelen van het storing gevende apparaat zal de groep weer uitschakelen. Het defecte apparaat niet meer aansluiten en de groep weer inschakelen. Het apparaat laten nakijken; Indien de aardlekschakelaar ook is uitgeschakeld handelt u als volgt: Alle door de betreffende aardlekschakelaar beveiligde groepen uitschakelen; De aardlekschakelaar weer inschakelen; De groepen stuk voor stuk weer inschakelen. Bij de defecte groep schakelt de aardlek weer uit; Vervolgens de groep controleren zoals bij bediening installatieautomaat is omschreven. Telefoon-, televisie- en radiosignaal Voor telefoon-, CAI (= Centrale Antenne Inrichting, ofwel televisie/ radio aansluiting) en internet dient u zelf contact op te nemen met een telefoon/ kabelexploitant van uw keuze. Indien u bijvoorbeeld kiest voor KPN, dan leggen zij de huisaansluiting vanaf het trottoir tot in de meterkast pas aan nadat u hiervoor een abonnement heeft afgesloten. In uw woning is ook een aansluiting voor glasvezel aangelegd. U kunt dus kiezen of u gebruik maakt van UPC (CAI) of van diverse andere aanbieders van digitale telefonie, internet en tv.
9
Instructie voor het bedraden van de loze leidingen Vanuit de meterkast moet u zelf zorgen voor de bedrading naar de betreffende ruiimtes. Gaat u draden bij trekken, dan bevelen wij u aan een trekveer te gebruiken die u aan één van beide uiteinden van de leiding invoert. Nadat de trekveer in de leiding is aangebracht kunt u de gewenste kabel/draad op een deugdelijke manier bevestigen aan de kop van de trekveer. Gebruik hiervoor geen tape en bij het trekken van een zwakstroomkabel een trekkousje gebruiken. Zorg ervoor dat geen prop aan de kop van de trekveer ontstaat. Het is verstandig om de kabel/draad met twee personen aan te brengen, 1 persoon trekken + 1 persoon invoeren. Ga voorzichtig te werk; trek de kabel/ draad met beleid in de loze leiding. Wanneer er teveel kracht op de trekveer wordt geplaatst en de kabel is niet goed bevestigd kan deze loslaten van de kop van de trekveer met de kans dat de draad niet meer is te verwijderen. TIP: voor het goed kunnen glijden van eventuele antenne en/of telefoonkabels kunt u een doekje nemen met een beetje afwasmiddel en dit om de kabel/ draad houden. Wanneer u twijfelt of u in staat bent om de loze leiding te bedraden, laat dit dan uitvoeren door een deskundig bedrijf. Helaas gebeurt het nog te vaak dat de voorschriften voor het trekken van kabels in loze leidingen niet goed worden nageleefd en daardoor de leiding verstopt raakt. Elektriciteitsleidingen De meeste elektraleidingen zijn in de betonvloeren weggewerkt. De exacte plaatsen van deze leidingen zijn niet aan te geven. Ook in de wanden bevinden zich leidingen, deze lopen meestal naar een wandcontactdoos of schakelaar. Het is verstandig om niet in de buurt van wandcontactdozen/-schakelaars te boren. Houdt u minstens 25cm aan weerszijden vrij, van plafond tot vloer. Wilt u voorwerpen aan de wand bevestigen dan raden wij u aan om de leidingen in de muur op te sporen. Dit kan met behulp van een apparaatje dat in de handel te koop is. Algemene informatie De bedrading van de elektrische installatie is voorzien van een kleurcode volgens de onderstaande tabel. Groen/geel Blauw Bruin Zwart
Aardingsdraad Nuldraad voor afvoer van stroom Fasedraad (P) voor toevoer van stroom Schakeldraad voor toevoer van stroom naar verlichting
Aandachtspunten Schakel voor het aansluiten van elektrische apparatuur met een vaste verbinding altijd de betreffende groep van de installatie in de meterkast uit. Controleer altijd voor de zekerheid met een spanningzoeker of spanningtester of er inderdaad geen spanning meer aanwezig is; Voorkom overbelasting van de elektrische installatie. Op ieder apparaat en op iedere lamp staat in "Watt" aangegeven hoe groot het elektriciteitsverbruik is. Per groep van de elektrische installatie kan maximaal 3.600 Watt aan apparatuur en lampen worden aangesloten; Sluit lampen altijd met een kroonsteentje aan op het aansluitpunt in het plafond. Er zijn diverse systemen in de handel waarmee u, op een door uzelf gekozen plaats, lichtpunten aan het plafond kan maken; Tussen de keuken en de groepenkast loopt een loze leiding. Deze kunt u gebruiken om een vaatwasser aan te sluiten. U moet wel zorgen voor een aanpassing aan de groepenkast. De werkzaamheden laat u uitvoeren door een erkende installateur. Voor het garanderen van de garanties is het aan te bevelen om deze werkzaamheden via Volkshuisvesting Arnhem aan te vragen en uit te laten voeren.
10
2.4
Tussen de woonkamer en de groepenkast, en de slaapkamer en de groepenkast loopt een loze leiding. Deze kunt u gebruiken om een extra aansluiting voor elektra of data te realiseren. U moet wel zorgen voor een aanpassing aan de groepenkast. De werkzaamheden laat u uitvoeren door een erkende installateur. Voor het garanderen van de garanties is het aan te bevelen om deze werkzaamheden via Volkshuisvesting Arnhem aan te vragen en uit te laten voeren.
Riolering Ieder afvoerpunt is voorzien van een zogenoemd stankslot (bijvoorbeeld een sifon) om te voorkomen dat er een rioollucht in uw woning komt. Een stankslot werkt alleen als er water in staat. Tijdens bijvoorbeeld een vakantieperiode kan een stankslot droog komen te staan doordat het water is verdampt. Om dit te voorkomen kunt u wat slaolie in de afvoer laten druppelen zodat het water niet kan verdampen. Voorkomen van verstoppingen Vetten en zeepresten zijn de grootste veroorzakers van verstoppingen in de afvoerleidingen. U voorkomt dit door geen vetten door de gootsteen of het toilet te spoelen. Desondanks zal bij intensief gebruik een afvoer altijd vettig en vuil worden. U kunt dit verhelpen door de afvoer regelmatig door te spoelen met een ontstoppingsmiddel of met soda en heet water. Oplossingen voor verstoppingen Wanneer, ondanks alle voorzorgsmaatregelen, toch verstoppingen optreden, zijn er verschillende mogelijkheden om dit op te lossen. De afvoeren zijn voor een groot deel afschroefbaar zodat u vele onderdelen eenvoudig schoon kunt maken. Als de oorzaak niet direct bereikbaar is kan een ontstoppingszuiger of het gebruik van een ontstoppingsveer nog wel eens dienst doen. Schakel deskundige hulp in als u de verstopping zelf niet kunt verhelpen. Lid van ons servicefonds? Dan lossen wij de verstopping in uw woning voor u op na uw melding via 026-3 712 712. Hieronder vindt u een overzicht van stoffen die u beslist niet door het riool (via wastafel, douche, gootsteen en toilet) mag wegspoelen. Soort stof Etensresten, bak- en braadvet, boter, maandverband en babydoekjes. Aceton, jodium, ether. Geneesmiddelen, olie, chemicaliën, verfresten, kwastenreiniger, fotochemicaliën, enz.
2.5
Schade Riool slibt dicht en raakt verstopt Tasten de pvc-leidingen van de riolering aan Zijn zeer slecht voor het milieu; inleveren bij het afvalbrengstation aan De Overmaat 17. Meer informatie hierover via www.afvalwijzerarnhem.nl
Waterleiding Voor het afsluiten van het gehele waterleidingnet in uw woning kunt u de hoofdkraan nabij de watermeter gebruiken. Kraan wasautomaat Het losraken van de vulslang van de wasmachine kan een grote overstroming veroorzaken. Wij raden u aan een zogenaamde "waterstop" op de kraan van de wasmachine te monteren. Bij gebruik van een waterstop sluit de kraan zich dan binnen enkele minuten waardoor de schade beperkt blijft.
11
Vaatwasser aansluiting In uw woning is geen wateraansluiting voor een vaatwasser aanwezig. Wel is er in het keukenkastje onder de gootsteen een mogelijkheid waar u een kraan kunt monteren. De werkzaamheden laat u uitvoeren door een erkende installateur. Voor het garanderen van de garanties is het aan te bevelen om deze werkzaamheden via Volkshuisvesting Arnhem aan te vragen en uit te laten voeren. Waterslag Waterslag (een hard knallend geluid) in het leidingstelsel is onvermijdelijk bij snelsluitende kranen. Soms worden de standaard geleverde kranen door bewoners vervangen door éénhendelkranen en andere snel sluitende kranen. Hoewel de standaardkranen altijd voorzien zijn van KIWA-keur, kan bij gebruik van éénhendelkranen en andere snel sluitende kranen waterslag in het leidingstelsel ontstaan. Deze waterslag is niet te voorkomen. De installatie is echter dusdanig aangelegd dat genoemde waterslag geen nadelige gevolgen voor de installatie heeft. De geluidsoverlast vermindert sterk als u de kraan langzamer sluit. In de handel is een waterslagdemper te koop. Deze kunt u plaatsen op de wasmachine- of vaatwasser aansluiting als de geluidsoverlast bij deze apparaten hinderlijk is. Stopkranen Wij adviseren u één à tweemaal per jaar de stopkranen een aantal keren open en dicht te draaien. Hiermee voorkomt u dat de kranen gaan vastzitten. Vorst Bij vorst loopt u het risico dat de waterleidingen bevriezen. Water dat bevriest zet uit en de leiding kan dan stuk gaan. Niet alleen leidingen zijn kwetsbaar voor bevriezing. Ook de stopkranen kunnen ernstig worden beschadigd. Bij vorst kunnen alle leidingen die tegen een buitenmuur zijn bevestigd, bevriezen. Dit kunt u voorkomen door ook 's nachts en bij afwezigheid het woning licht verwarmd (minimaal 15 C°) te houden. Bij langdurige afwezigheid in de winter is het sterk aan te bevelen om alle leidingen af te tappen. Dit doet u als volgt: Hoofdkraan afsluiten; Alle kranen opendraaien, WC doortrekken; Aftapkraantje nabij hoofdkraan opendraaien en water in een lage bak opvangen; Bij het opnieuw opendraaien van de hoofdkraan eerst alle kranen dichtdraaien.
2.6
Sanitair Het sanitair in uw woning vereist geen extra onderhoud. U kunt het sanitair schoonmaken met de normale huishoudelijke reinigingsmiddelen. Lekkage Bij ernstige lekkages of acute storingen in de installatie neemt u telefonisch contact op met Volkshuisvesting, zie pagina 1. Uw sanitair en de waterkranen krijgen te maken met kalkaanslag. Deze kalk bevindt zich in de verschillende gebieden in Nederland in meer of mindere mate in het water. De kalkaanslag ontsiert uw badkamer, keuken en toilet maar kan ook schade veroorzaken. Voor een goed functioneren is het van belang om uw kranen regelmatig te ontkalken. U kunt dit doen met diverse producten die in de handel te koop zijn. Ook uw keramische sanitair, tegelwerk en eventueel glas dat vaak in contact komt met leidingwater, dient u regelmatig te reinigen. Een verwaarlozing hiervan kan blijvende schade achterlaten en afbreuk doen aan het woongenot in uw nieuwe woning. Indien u iets aan een betegelde wand wilt ophangen kunt u het beste als volgt te werk gaan: Bij voorkeur boren in voegen om beschadigingen aan tegels te voorkomen.
12
2.7
Indien u in een tegel wil gaan boren, met een stalen pen (centerpons) een klein putje in de tegel maken of een stukje plakband aanbrengen om het weglopen van de boor te voorkomen. Bij gebruik van een klopboormachine het klopmechanisme pas aanzetten zodra u met boren door de tegel heen bent. De plug ongeveer 10 mm dieper dan het tegeloppervlak aanbrengen, dit voorkomt barsten van de tegel bij het indraaien van de schroef. Vermijd boren in de douchehoek. Door het vele water langs de wanden kan er water via een geboord gat achter de tegels terecht komen, met lekkages als gevolg.
Rookmelders Op centrale plaatsen in uw woning bevinden zich rookmelders. Indien er teveel rookontwikkeling is in de woning gaan de rookmelders piepen. U kunt dan tijdig de woning verlaten. Het is in uw belang dat deze rookmelders goed functioneren. De rookmelder is altijd voorzien van een batterij in geval van ‘back-up’. Deze batterij dient u te controleren volgens de bijgeleverde instructies.
2.8
HR++ glas Uw woning is voorzien van HR++ glas. HR++ glas bestaat net als gewoon dubbelglas uit twee ruiten met een ruimte (luchtspouw) ertussen. Het bijzondere van HR++ glas is de vrijwel onzichtbare flinterdunne coating op de spouwzijde van de binnenruit. Deze metaallaag laat de zonnestraling door, terwijl de warmtestraling (vanuit het woning) wordt teruggekaatst in het woning. Door de hoge warmte-isolerende kwaliteiten van HR++ glas is er minder energie nodig voor ruimteverwarming dan bij ander glas. Daarnaast is het wooncomfort in de winter door HR++ glas merkbaar beter. HR++ glas kan beslaan doordat HR++ glas zo goed isoleert kan de buitenruit relatief koud worden waardoor in bepaalde situaties condensatie op de buitenruit kan ontstaan. Droge buitenlucht, bewolking, wind en een hogere buitentemperatuur dragen bij tot het laten verdwijnen van de condensatie. Thermische breuk Als de temperatuur in of op het glas te snel oploopt, kan het glas breken. Beplak de ramen daarom niet met folie of iets dergelijks. Uw ruit kan breken door temperatuurverschillen. Hieronder een overzicht met oorzaken van glasbreuk door temperatuurverschil. Oorzaak Beschilderen, beplakken/afplakken van het glas Zonwering in de woning
Donkere voorwerpen dichtbij het glas
Voorbeeld Dit is de meest voorkomende oorzaak. Doordat het glas eventuele warmte niet goed kwijt kan ontstaat er gemakkelijk een temperatuurverschil met eventueel een thermische breuk als gevolg. Wanneer er zonwering dicht op het glas wordt geplaatst kan dit voor een snelle oplopende temperatuur zorgen waardoor er een temperatuurverschil kan ontstaan. Een andere voorbeeld is wanneer de zonwering maar deels de zon tegenhoud, hierdoor is een deel van het glas koeler dan de rest van het glas. Diverse voorwerpen kunnen zorgen voor een moeilijke warmteafgifte van het glas wanneer deze dicht bij het glas staan of hangen. Een aantal voorwerpen zijn: meubels, dikke (donkere) gordijnen maar ook voorwerpen als (donkere) decoraties.
13
2.09
Tegels De standaard tegel die in uw woning is toegepast: Vloer: 29,8x29,8cm DAA34635 Lass Starlne lux bl. Wand: 25x40cm HM141 1390 TW02 V&B Unit Two wit g 25x33 WAAKBOOOO Lass White Weiss g 416000 De badkamer en het toilet in uw woning zijn voorzien van tegelwerk. Op verschillende plaatsen in het tegelwerk zijn kitnaden aangebracht. Bijvoorbeeld tussen de wandtegels en de vloertegels of in de hoeken van uw tegelwand. De kit voorkomt dat de voeg gaat scheuren en dat er vocht achter de tegels komt. Wij adviseren u de kitvoegen jaarlijks te controleren op beschadiging. Wanneer kitvoegen loszitten of beschadigd zijn kunt u een reparatieverzoek indienen.
2.10
Binnenwanden De binnenwanden bestaan uit gasbeton elementen. Ten behoeve van het bevestigen van objecten aan de muur dient u gasbetonpluggen te gebruiken.
2.11
Cementdekvloeren Uw woning is voorzien van een cementdekvloer. Drogen Vloerafwerkingen mogen pas aangebracht worden als de vloer voldoende droog is. Bij vloerafwerkingen is het verstandig een vakman het vochtpercentage te laten meten voordat u iets gaat/laat leggen. Bij een te hoog vochtpercentage kunnen problemen met de verlijming ontstaan. Goed droogstoken in combinatie met ventileren bevordert het droogproces van de vloer. Voorstrijken Bij het leggen van een harde vloerafwerking, bijvoorbeeld PVC of marmoleum, is het verstandig de vloer eerst te voorzien van een geschikte voorstrijklaag (ook wel primer of grondering genoemd). Met name bij een cement gebonden egalisatie is dit van belang om te voorkomen dat deze zich rechtstreeks in de vloer kan zuigen waardoor slechte of geen hechting ontstaat. De voorstrijk moet goed drogen alvorens u verder gaat (lees het gebruiksvoorschrift van de fabrikant). Een bijkomend voordeel van voorstrijken is dat het de verlijming vergemakkelijkt en dat eventueel overgebleven stof gebonden wordt. Ventilatie Bij het leggen van vloerbedekking moet er voldoende ruimte onder de deur overblijven om de luchtcirculatie te kunnen blijven waarborgen. Als de vloerbedekking niet dikker is dan 8mm blijft u voldoende luchtcirculatie houden. Er moet minstens een ruimte onder de deur overblijven van 20mm.
2.12
Keuken Uw woning heeft geen keukenblok. Ter compensatie hoeft u de eerste 2 maanden geen huur te betalen. Als u de woning verlaat gaan we er vanuit dat u de keuken achterlaat in goede staat. Mocht u een luxere keuken hebben geplaatst dan krijgt u de restwaarde – 2* de huur retour.
14
3
ONDERHOUD
3.1
Algemeen onderhoud Het is van belang dat u regelmatig kwetsbare onderdelen schoonmaakt zoals de kozijnprofielen, beglazing- en tegelwerk.
3.2
Houten kozijnen, deuren en schuifpuien Het regelmatig schoonmaken van de houten kozijnen en deuren is belangrijk. Vuilaanslag kan namelijk agressieve stoffen bevatten die de kozijnen aantasten. Bij niet naleven van onderstaande punten uit het onderhoudsadvies kunnen klachten niet onder garantie in behandeling worden genomen.
3.3
Kozijnen reinigen zoals het schoonmaken van het glas (minimaal 1x per jaar); Gebruik géén schuursponsjes, staalborstels, schuurpapier e.d.; Geen schuur- of bijtende middelen gebruiken, maar PH neutrale middelen; Zorgvuldig met schoon water naspoelen; De houten gevelkozijnen zijn aan de buiten en binnenzijde met dezelfde kleur afgewerkt. Ook de binnenkozijnen zijn standaard in een witte kleur afgewerkt. Deze kozijnen mogen niet geschilderd worden. Schilderwerk geeft onherstelbare schade aan deze kozijnen en is daarom niet toegestaan. Tevens komt de garantie te vervallen en zullen onderhoudswerkzaamheden aan de kozijnen voor uw rekening worden uitgevoerd.
Etsstrepen op het glas Op het glas in uw buitengevel kunnen strepen ontstaan, dit zijn zogenaamde ets-strepen. Deze strepen worden veroorzaakt door regenwater dat langs de gemetselde gevelstenen of een betonnen oppervlakte loopt en vervolgens langs het glas. In dit water bevindt zich kiezelzuur dat zich vervolgens op het glas hecht. Hierdoor ontstaan lelijke strepen op uw glas, welke niet verdwijnen door het lappen van uw ramen. Er is een glascoating verkrijgbaar waardoor het glas van een beschermlaag wordt voorzien. Hierdoor is er minder onderhoud nodig.
3.4
Kitvoegen U dient jaarlijks de kitvoegen in de badkamer, toilet en keuken te inspecteren op een goede hechting. Als de kitvoeg loslaat dan kunt u contact opnemen met het servicenummer. Alhoewel schimmelwerende kit is toegepast in het woning kan het nog steeds voor komen dat kitvoegen, die toegepast zijn als afdichting tussen bijvoorbeeld wand- en vloertegels van badkamers, er schimmelig uit gaan zien. Het functioneren van de kitvoeg wordt hierdoor niet beïnvloed, maar het ziet er vaak niet mooi uit. Wat u kunt doen om schimmelige kitvoegen te voorkomen: Voldoende ventileren; Douche (hoek) droogtrekken en nadrogen. Regelmatig reinigen. Schimmelvlekken verwijderen met producten die verkrijgbaar zijn bij drogisterijen en bouwmarkten.
15
3.5
Hang- en sluitwerk Wilt u extra sleutels voor uw buitendeuren laten namaken, dan kunt u rechtstreeks contact opnemen met Van Ginkel Security via 026-3895060. Het onderhoud aan het hang- en sluitwerk is beperkt. Als scharnieren of sloten niet meer soepel lopen, kunt u deze smeren met slotspray. Spuit echter nooit olieachtige smeermiddelen in de sloten. Deze houden vuil en stof vast waardoor de kwaal alleen maar erger wordt. De tochtstrippen zijn voorzien van rubberen afsluitingen. Wanneer dit rubber blijft plakken aan deuren of ramen, kunt u het inwrijven met talkpoeder. Het toegepaste hang- en sluitwerk in uw nieuwe woning voldoet aan de eisen van het Politiekeurmerk Veilig Wonen. Dit keurmerk richt zich niet alleen op de inbraakwerendheid van het woning, maar ook op de inrichting van de directe woonomgeving. Als blijkt dat aan alle eisen is voldaan, ontvangt u een keurmerk met bijbehorende certificaten. Veel verzekeringsmaatschappijen verlenen korting op de te betalen premie op vertoon van dit certificaat. U ontvangt het certificaat in de bus direct nadat wij deze ontvangen hebben.
3.6
Gespoten plafonds en wanden De plafonds en de wanden boven het tegelwerk in het toilet, zijn afgewerkt met een witte spuitpleister. Indien u de plafonds of wanden wilt overschilderen, adviseren wij u het volgende: Het plafond of de wanden afstoffen met een zachte borstel of handveger; Bij vuil (bijv. door roken): ontvetten met bijvoorbeeld ammoniak met een niet-pluizende doek; Bij voorkeur met een schapenvachtroller een latexmuurverf aanbrengen; het beste resultaat wordt verkregen als u de muurverf in twee lagen kort na elkaar aanbrengt, waarbij u de verf enigszins verdunt door circa 5% water toe te voegen; Wij adviseren u om gebruik te maken van een goede latexmuurverf.
3.7
Behang Uw woning wordt opgeleverd zonder behang. Wij adviseren u in verband met de kans op scheurvorming in stucwerk en spuitwerk de wanden te voorzien van behang. Bouwvocht in uw woning kan tevens leiden tot verkleuringen van het behang. U kunt het behang eventueel later schilderen met een latex muurverf. Ook is het mogelijk om later over het aangebrachte behang een nieuwe laag aan te brengen. Maar de kans op loslaten van de oude laag behang is dan aanwezig, evenals de kans op hinderlijk zichtbare naden. Voordat u gaat behangen dient u de wanden goed schoon te maken met een (harde) borstel en oneffenheden weg te schuren. Tevens kunt u gaatjes dichten met een vulmiddel welke is te verkrijgen in de meeste Bouwmarkten. Hierdoor krijgt u het beste resultaat. Indien u de wanden zou willen sauzen, dan moeten deze vooraf eerst worden gepleisterd.
3.8
Gevels Het metselwerk van het woningencomplex is nagenoeg onderhoudsvrij. Wij adviseren u eventuele begroeiing (bijvoorbeeld mos of klimop) aan de gevel te verwijderen. Bij begroeiing kan het vocht aan de gevel moeilijk verdampen. Houdt u de ventilatieroosters in de gevels vrij van vuil en begroeiing.
16
3.9
Uitvoering schilderwerk binnenzijde Het weinige houtwerk aan de binnenzijde van uw woning is geschilderd. Door het schilderwerk schoon te houden, hoeft u minder snel te schilderen en wordt uw onderhoudstermijn verlengd.
3.10
Drie minuten eis De bereikbare buitendeuren en beweegbare ramen van uw woning voldoen aan de zogenaamde drie-minuten-eis. Dit houdt in dat zij tenminste drie minuten inbraakwerend zijn en voldoen aan de politienormen op dit gebied. Indien u wijzigingen in uw woning wilt aanbrengen dient u rekening te houden met deze eisen.
3.11
Verzamelcontainers Als bewoner van een woning kunt u gebruik maken van de bekende kliko’s. Deze containers kunt u aanvragen bij de gemeente Arnhem.
3.12
Grofvuil, waar naar toe? Grofvuil en grote huishoudelijke apparaten kunt u gratis aan huis laten ophalen door SITA. U kunt voor het afhalen van grofvuil een afspraak maken via www.afvalmelden.nl of bellen naar tel. (026) 446 04 90. Het grofvuil wordt dan binnen vier werkdagen opgehaald. Ook kunt u grofvuil, afhankelijk van de hoeveelheid, gratis afleveren bij de afvalbrengstations. Deze regelingen gelden alleen voor particulieren.
Bijlage: EAN codes elektra Nr. Thomas J. Witteroosstraat 98
G4 3x 25 autom Thomas J.Witteroosstraat 100 G4 3x 25 autom Thomas J. Witteroosstraat 102 G4 3x 25 autom
871687140023522260 871687110002681585 871687140023522277 871687110002681592 871687140023522284 871687110002681608
17