1515 Keizer Karel V in het Museum van de Stad Brussel
Samen met een aantal voorouders (de hertogen Hendrik I en Jan I van Brabant, en Maria van Bourgondië) prijkt Keizer Karel V op de voorgevel van het Broodhuis. Beeldhouwer Paul Devigne, 1893.
Welkom in het Museum van de Stad Brussel, Broodhuis. Deze omloop gunt je een blik op het Brussel dat Karel van Luxemburg, die wij kennen als Keizer Karel V, ontdekt wanneer hij - bijna 15 jaar oud - Mechelen verlaat voor zijn plechtige ontvoogding. Brussel wordt vanaf dan de officiële residentiestad van Karel. Ook al reist hij veel, hij verblijft hier het meest gedurende de 40 jaren van zijn bewind. Vandaar dat hij vanaf 1515 in Brussel op verschillende plaatsen zijn stempel zal drukken.
2
Broodhuys? Hertogenhuys? Conincxhuys?
Het domus panis (letterlijk Broodhuis) wordt voor het eerst vermeld in 1321. Reconstructietekening Christophe Bongrain, op aanwijzingen van Bram Vannieuwenhuyze.
Vergis je niet: het huidige Broodhuis is een 19e-eeuwse reconstructie, echter dan echt, van het 16eeeuwse Conincxhuys. Deze laatste naam verwijst naar de titel van koning van Spaniën, die Karel zich het jaar na zijn meerderjarigheid toe-eigent. Het is eigenlijk de titel van zijn moeder Johanna van Castilië, die ze wettelijk behoudt tot aan haar dood in 1555. Wellicht al van in de 13e eeuw stond hier een broodhal in vakwerkbouw. In de 14de eeuw bracht de hertog van Brabant in dit gebouw zijn diensten onder, belast met het beheer van zijn bossen. Het heette dan Hertogenhuys. In 1513 was het bouwvallig en werd het als bouwval afgebroken. Het wordt vervangen door een bakstenen gebouw met parement van blauwe hardsteen en sierelementen van witte kalkzandsteen, naar de plannen van bouwmeester Keldermans en onder de leiding van Lowycke van Beughem. In 1515 zijn enkel de grondvesten van dit Conincxhuys klaar en staat het perceel bovengronds leeg. De bouw wordt pas afgerond in 1536. De oorspronkelijk geplande toren en galerij zijn nooit verwezenlijkt.
Het Conincxhuys diende als bestuursgebouw met kantoren, rechtbanken, soms gevangenis. Ruimtes werden verhuurd voor vergaderingen. Op de gelijkvloerse verdieping waren er handelspanden. Anonieme gravure, 1625.
In de 19e eeuw wordt het Broodhuis heropgericht zoals het ontworpen is in de 16e eeuw, in een ideële uitwerking, mét verwezenlijking van galerijen en een toren. Een achterbouw wordt toegevoegd, in baksteen. Achterbouw toegevoegd in de 19e eeuw.
Oorspronkelijk volume van het Conincxhuys. 3
9 6
2
5
3
1
8
8
7
Benedenverdieping
4
1. 19e-eeuwse vloertegels
Keizer Karels blazoen.
Al in de hal van dit gebouw zijn er verwijzingen naar Keizer Karel V. Een vereenvoudigde versie van zijn wapenschild is ingewerkt in de tegelvloer ter hoogte van de onthaalbalie: de Habsburgse tweekoppige arend met gespreide vleugels, het hartschild met het wapen van Oostenrijk en dat van Bourgondië, de zuilen van Hercules en Karels devies: Plus Oultre. In andere tegels zijn de Bourgondische vuurslag, de Brabantse leeuw en de Habsburgse arend te herkennen.
De zwarte arend staat in het wapen van het aartshertogdom Oostenrijk. Twee koppen wijzen op het keizerschap.
De vuurslag is het heraldische symbool van Bourgondië
De gele leeuw op zwarte achtergrond is het wapen van het hertogdom Brabant
4
2. Profeten en Scupstoel Heel wat authentieke stukken afkomstig van het 15e-eeuwse stadhuis van Brussel zijn in deze zaal bewaard. Dit buitengewone bouwwerk van witte steen dateert uit de eerste helft van de 15e eeuw. In 1515 verpersoonlijkt het al vijftig jaar de zelfzekere trots van de Brusselse bestuurders. Ze lieten zich voorstellen als profeten boven het hoofdportaal. Met zwierige hoed op het hoofd, lijken ze beslissingen te nemen over de toekomst van hun stad. Een griffier stelt ze te boek. Rogier van der Weyden (c.1399-1464) stadsschilder tijdens de bouw van het Stadhuis, werkte mee aan het ontwerp van sommige kapitelen. Dat van de Scupstoel herinnert aan een huis dat plaats moest ruimen voor het Stadhuis. Kijk naar de hoed van de Brusselse poorter, even opzichtig als die van de profeten. Hij is gemakkelijker te herkennen op de kopie van de tekening van van der Weyden naast het kapiteel.
Een profeet van het Brusselse Stadhuis
Het kapiteel van de Scupstoel is gebeeldhouwd naar een ontwerp van Rogier van der Weyden
5
Tekening van raamversieringen: links het wapen van Bourgondië, rechts dat van het koninkrijk Granada
3. Wapenschilden van Keizer Karel V Koninkrijk Aragon
Aartshertogdom Oostenrijk
Hoog tegen de muren hangen de enige nog bewaarde stukken van het 16e-eeuwse Conincxhuys. In de twee zijgevels hadden de ramen hoekversieringen waarin het devies en de wapenschilden van Karel en zijn bezittingen vervlochten waren. Hier ziet men het wapen van Aragon (gele en oranje verticale strepen), dat van Oostenrijk (zilveren horizontale balk op rood schild), van Napels (kleuren van Aragon in vier kwartieren, horizontaal en verticaal), van Bourgondië (gouden vuurslag en rood Bourgondisch kruis) en van Granada (rood en gele granaatappel met groen gebladerte). De versieringen waren gekleurd en verguld maar weer en wind hebben dit weggewassen… . Het thema van de wapenschilden is in de 19e eeuw herhaald in de glasramen van het gebouw.
Koninkrijk Granada 6
4. De apostelen Sint-Pieter en Sint-Paulus Deze twee beschermheiligen van Rome, Petrus en Paulus, genieten bij het begin van de 16e eeuw de absolute voorkeur van opdrachtgevers en kunstenaars. Daarvan getuigen ook de wandtapijten met de Handelingen van de apostelen, in Brussel geweven tussen 1517 en 1521, bestemd voor de Sixtijnse kapel in Rome en waarvoor Rafaël de kartons maakte. Deze twee beelden van albast stellen Petrus en Paulus voor en zijn gesneden door Jehan Mone, die in 1524 Karels hofbeeldhouwer wordt.
detail van Petrus
detail van Paulus
7
5. De Fontein van de drie Gratiën Al van de middeleeuwen is de Stad Brussel trots op haar zuiver water. Als ware kunstwerken verrijzen fonteinen op straathoek en marktplein. De fontein van de Drie Gratiën, waarbij het water uit de borsten spoot, was privé en dateert van 1545.
Fontein van de drie Gratiën. Anonieme beeldhouwer, 1545.
6. De Onze-Lieve-Vrouw ten Zavelkerk In 1515 is, na 200 jaar bouwen, de OnzeLieve-Vrouw ten Zavelkerk bijna af. In de hoek tussen koor en dwarsschip laat Frans von Turn und Tassis dan een familiegrafkapel oprichten, toegewijd aan de Heilige Ursula. Hij bestelt een reeks van vier wandtapijten (een kamer) om de kapel te versieren. Eén ervan zien we in de volgende zaal.
Sint-Ursulakapel, geplaatst tegen de Onze-LieveVrouw ten Zavelkerk. Detail van het schilderij van Antoon Sallaert, Aartshertogin Isabella op het schuttersfeest van de Grote Kruisboog in 1615. 8
7. Wandtapijt met de Legende van Onze-Lieve-Vrouw ten Zavel In deze zaal hangt één van de vier wandtapijten van de kamer, die ooit de Sint-Ursulakapel versierde. In 1515 is de reeks wellicht al in productie want in 1518 is ze klaar. Na de teloorgang van het Brusselse luxe-laken op het einde van de 14e eeuw, groeit het legwerk uit tot het belangrijkste textielproduct. Schilders worden aangetrokken of opgeleid om er tekeningen (kartons) voor te ontwerpen. De stad komt zelfs tussen in hun vergoeding. Barend van Orley is wellicht de ontwerper van deze reeks. De verticale onderverdeling oogt nog gotisch, maar de monumentale stijl verwijst al naar de renaissance. De personages zijn op ware grootte afgebeeld. Het lijkt alsof ze elk ogenblik uit de lijst kunnen stappen en wij erin. In Keizer Karels tijd bloeit de legwerknijverheid in Brussel. De Habsburgers zijn grote afnemers van wandtapijten. In deze reeks wordt hen zelfs een rol toebedeeld, naast Frans von Thurn und Tassis en zijn Keizerlijke Postdiensten. Deze reeks wandtapijten verhaalt de legende van Onze-Lieve-Vrouw op ’t Stocksken. De inhoud is erg complex. Het lijkt wel een manifest voor Brussel, aangezien Onze-Lieve-Vrouw naar Brussel wil. Er wordt reclame gemaakt voor de Postdiensten en Algemeen Hoofdpostmeester Frans von Turn und Tassis, die centraal staan in de compositie. Het wordt een eerbetoon aan het vorstenhuis, want Karels overgrootvader keizer Frederik III, grootvader Maximiliaan zijn aanwezig bij de bestelling van de brief. Het beeldt ten slotte de bevestiging uit van Karel als nieuwe heerser, door zijn deelname aan de Ommegang, in het laatste wandtapijt van de reeks, met de koningskroon op het hoofd. Maximiliaan van Oostenrijk
Schaking in Antwerpen van het beeld van Onze-Lieve-Vrouw op ’t Stocksken en het stroomop varen van de Zenne
Beeld van Onze-Lieve-Vrouw op ’t Stocksken
Keizerlijke postbode en zijn paard
Frans von Turn und Tassis, besteller van de reeks
9
Keizer Frederik III
De jonge Karel helpt bij het dragen van het beeld van OnzeLieve-Vrouw ten Zavel.
Ontvangst in Brussel van het beeld van Onze-Lieve-Vrouw op ’t Stocksken en processie naar de kapel van de Kruisboogschutters, die vanaf dan Onze-Lieve-Vrouw ten Zavel heet. De jonge Karel, met kroon, torst het draagstel met het beeld op de schouders. © Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis
10
Detail van de beschilderde luiken met renaissancestijlelementen.
8. Het retabel van Saluzzo Dit altaarstuk dateert uit dezelfde tijd als het wandtapijt en is wellicht, via de bestaande handelsnetwerken, vanuit Italië besteld. Brussel is in Karels tijd een kunstencentrum met internationale uitstraling. Eens afgewerkt, wordt het kunstwerk ingepakt en verstuurd naar Mondovi, in het Noorden van Italië. Op het einde van de 19e eeuw heeft de Stad Brussel dit pronkstuk teruggekocht voor haar verzamelingen. Ook hier is de opbouw nog zeer verhalend, de stijl duidelijk gotisch. Het geschilderde gedeelte van het retabel (luiken) vertoont al de renaissancestijl. Het thema van het leven van Sint-Jozef was vooral in onze streken erg populair op het einde van de 15e eeuw.
Merk het gotische traceerwerk op.
11
9. 19e-eeuwse glasramen De traphal wordt veelkleurig verlicht door de glasramen in deze achterbouw. Ze bieden een keur aan wapenschilden van de gebieden van Keizer Karels rijk: koninkrijken in Spanje en markgraafschappen, graafschappen en hertogdommen in de Nederlanden, Bourgondië en Oostenrijk, en natuurlijk de Stad Brussel met Sint-Michiel en een muurkroon.
Stadswapen van Brussel.
De leeuw in het wapen van het hertogdom Brabant.
12
12 10
11 Eerste Verdieping
10. De onthoofding van Sint-Paulus Dit is een karton voor een wandtapijt, van de hand van Pieter Coecke Van Aelst. Hij is vooral werkzaam in Brussel van in de jaren 1540. Dit karton geeft een goed beeld van het hoge niveau van de schilderkunst in Brussel in Keizer Karels tijd. Het is een tekening op papier, die de legwerkers onder de kettingdraden van hun weefgetouw leggen om te gebruiken als patroon. Omdat tapijtwevers aan de achterkant van het weefsel werken, is het karton spiegelbeeld van het beoogde resultaat op het wandtapijt. Binnenkort ondergaat het karton een grondige restauratie op de tweede verdieping van dit museum. Bezoekers zullen de werkzaamheden met eigen ogen kunnen volgen.
Gewelddadige executie van Sint-Paulus © IRPA 13
11. Het Hof op de Koudenberg Het paleis van de hertogen van Brabant bevond zich op de Koudenberg, waar nu het Koninklijk Paleis van Brussel staat. Het brandde grotendeels af in 1731. Alle gekende gezichten op het paleis dateren van na 1515. Vijftig jaar eerder werd voor Filips de Goede de Aula Magna (a) opgericht. Daar wordt Karel op 5 januari 1515 meerderjarig verklaard en erft hij de titels van Bourgondië en de Nederlanden. Hij neemt dan zijn intrek in het drie verdiepingenhoge woongedeelte (c), gebouwd onder Filips de Goede en afgewerkt tijdens het bestuur van Karel de Stoute. Aan de kant van het Balieplein (g) zijn er bestuursgebouwen (f) en achteraan bevindt zich het Borgendael met het keukenkwartier (e). Denk even de 16e-eeuwse gebouwen weg: de kapel van Keizer Karel in aanbouw (b), en de nieuwe oostelijke vleugel met galerij (d). Het verwilderde karakter van de Warande (h) is eigenlijk met grote zorg geschapen en onderhouden. In de Warande leven konijnen, maar dieper in het park zijn er herten en everzwijnen. Karel gaat dolgraag jagen. Voor zijn grootvader is het een teken dat hij een goede vorst zal zijn.
g f a
e
d
c
h Het Hof van de hertogen van Brabant op de Koudenberg te Brussel. Anonieme schilder, 16e eeuw.
14
b
12. Het Balieplein Dit plein is de ontmoetingsplaats voor hovelingen en burgers. In het begin van de 16e eeuw wordt het geëffend en afgezet met gotisch hek (balie), geritmeerd door hogere pilaren. Een gravure uit die tijd toont deze balie, versierd met een aantal beeldjes die de hertogen van Brabant voorstellen. Die zouden net zoals het gebeeldhouwde deel van het retabel van Saluzzo in het atelier van Jan Borman zijn gesneden. Op dit schilderij van de 17e eeuw zijn de beeldjes verdwenen.
De pilaren van de Balie in de 17e eeuw. Detail van Het Balieplein voor het hertogelijk paleis. G. Van Auwerkercke, 17e eeuw.
Drie beeldjes van hertogen van Brabant op de pilaren van het Balieplein in de 16e eeuw. Voorbereidende schets voor een wandtapijt met de Jachten van Maximiliaan. Anonieme tekenaar, 16e eeuw. 15
13 Tweede Verdieping
13. Drinkwatervoorziening in Brussel Ten laatste in de 14e eeuw heeft de Stad Brussel al drie ondergrondse waternetwerken laten aanleggen om de monumentale fonteinen te bevoorraden aan stadspoorten, marktpleinen en op de hoek van sommige straten. Bij de Sint-Niklaaskerk stond de Drij Godinnenborre en op de hoek van de Stoofstraat en de Eikstraat, vanaf de 15e eeuw, een ‘t Manneken Pist.
De Drij Godinnenborre: verwijst naar het mythologische verhaal waarin Hera, Athena en Afrodite Paris vragen wie van hen de mooiste is. Zijn keuze leidde tot de Trojaanse Oorlog … . Anonieme prent, 1579.
’t Manneken Pist in 1615, gekleed voor de Ommegang. Detail van de reeks over de Ommegang te Brussel. Inhuldiging van Aartshertogin Isabella. Denys van Alsloot, 1616.
16
Keizer Karel V, wie ben je? Karel van Luxemburg, toekomstige Keizer Karel V, wordt geboren in het Prinsenhof in Gent op 24 februari 1500. Zijn ouders zijn Filips de Schone van Bourgondië en Johanna van Castilië (de Waanzinnige). Na de dood van Karels vader en de opsluiting van zijn moeder in 1506 wordt over zijn opvoeding gewaakt door zijn grootvader Maximiliaan van Oostenrijk tot aan zijn ontvoogding in 1515. In 1507 vertrouwt hij Margareta van Oostenrijk, Karels tante die net weduwe is geworden en zich in Mechelen vestigt, de verdere opleiding toe van Karel en drie van zijn zussen: Eleonora, Isabella en Maria. Zijn broer Ferdinand en jongste zus Katarina zijn in Spanje gebleven. Wellicht is het tijdstip van de ontvoogding van Karel, zoals bij zijn vader Filips, beslist onder druk van onder meer de Staten-Generaal van de Nederlanden, die de invloed van Maximiliaan op zijn kleinzoon wenst te beperken om eigen politieke beleidsopties op Karels dagorde te kunnen plaatsen. Het jaar 1515 is een belangrijke datum in onze geschiedenis. Karel is nog geen 15 jaar oud als hij in de Aula Magna, de grote pronkzaal van het paleis op de Koudenberg, meerderjarig wordt verklaard. Na zijn ontvoogding neemt Karel zijn intrek in het Hof van Brussel. Heel wat later en speciaal voor hem zal aan het paleis op de Koudenberg een vleugel toegevoegd worden en zal hij een indrukwekkende keizerlijke kapel laten bouwen. Belangrijke gebeurtenissen in zijn leven zullen in Brussel plaatshebben, zoals: -
Op 23 januari 1501 wordt hij geridderd in de orde van het Gulden Vlies in de Lievevrouwbroerskerk, die gelegen was tegenover de fontein van Manneken-Pis;
-
Op 5 januari 1515 heeft de plechtige ontvoogding plaats in de Magna Aula van het Koudenbergpaleis;
-
Op 25 oktober 1515 legt hij de eed af als ridder van het Gulden Vlies in dezelfde Lievevrouwbroerskerk;
-
Na het overlijden van Ferdinand van Aragon op 23 januari 1516 eigent hij zich de titel van Koning van Spaniën toe, hoewel zijn moeder leeft tot 12 april 1555;
-
Op 25 oktober 1555 doet Karel afstand van het bestuur van de Nederlanden, tijdens een plechtigheid, alweer in de Magna Aula;
In 1556 vertrekt Karel definitief naar Spanje en overlijdt op 21 september 1558 te Yuste.
17
De vorst over wiens rijk de zon nooit zal ondergaan … Als oudste zoon van hertog Filips de Schone ligt het voor de hand dat Karel later diens titels zal erven. Filips’ vader, Maximiliaan van Oostenrijk, heerste over de Oostenrijkse erflanden: het aartshertogdom Oostenrijk, het graafschap Tirol en de hertogdommen Stiermarken en Karinthië. Karel erf ze na de dood van Maximiliaan in 1519. Karels grootvader Frederik III had de keizerskroon van het Heilig Roomse Rijk in de Habsburgse familie gehaald. In 1519 wordt Karel verkozen tot Rooms koning en gekroond in 1520 in Aken. Hij krijgt de kroon van Rooms keizer in 1530 in Bologna. Via zijn moeder, Maria van Bourgondië, viel Filips het Vrijgraafschap Bourgondië toe. Het hertogdom Bourgondië had zij moeten teruggeven aan de Franse kroon omdat het leen slechts langs mannelijke lijn geërfd mocht worden. Daarnaast erfde Filips ook de Bourgondische Nederlanden, de graafschappen Vlaanderen, Artesië, Namen, Henegouwen, Zeeland en Holland, en de hertogdommen Brabant, Limburg en Luxemburg. Deze gebieden erft Karel bij de dood van zijn vader in 1506. Maar de vroegtijdige dood van de opeenvolgende erfgenamen van de Spaanse kronen, Juan van Aragon en Castilië in 1497, Juan’s oudste zus Isabella in 1498 en haar zoon Miguel da Paz op 19 juli 1500, maakten Johanna van Castilië, echtgenote van Filips de Schone en Karels moeder, tot erfgename van de Spaanse koninkrijken en bezittingen, waaronder de koninkrijken Napels, Sardinië en Sicilië, de enclaves in het Noorden van Afrika, de factorijen in de Indiën en de nieuwe gebieden in Amerika. Rechtens zal Karel deze gebieden pas erven na Johanna’s dood op 12 april 1555. Samengevat kunnen we zeggen dat Karel vijf maanden na zijn geboorte al zicht heeft op een immens rijk. Na zijn ontvoogding in 1515 zal hij de Bourgondische entiteit, waaronder de Nederlanden, beheren, na de dood van zijn grootvader Ferdinand van Aragon in 1516 de Spaanse bezittingen, en na het overlijden van zijn andere grootvader Maximiliaan van Oostenrijk in 1519 de Oostenrijkse gebieden.
WEST-INDIËN OOST-INDIËN
Landstreken waarover Keizer Karel V wereldwijd zal heersen.
18
Ten tijde van Karel kon je van het Conincxhuys op de Grote Markt via de Heuvelstraat en de “Steenweg” rechtstreeks het Paleis op de Koudenberg bereiken. Tegenwoordig heet deze “Steenweg” de Magdalenasteenweg. Sinds de saneringswerken van de Kantersteen in het begin van de 20e eeuw, de aanleg van de Noord-Zuidverbinding en ten slotte de aanleg van de Kunstberg 50 jaar later, maakt het bovenste gedeelte van die verbinding deel uit van een openbare stadstuin die de voetganger leidt naar het 18e-eeuwse Koningsplein. Via de toegang van het BELvuemuseum, op het Paleizenplein, kan de bezoeker afdalen in de ondergrondse ruimtes van het oude paleis van keizer Karel V.
Traject van de Koudenberg naar het Conincxhuys. Detail van een plan van Brussel. G. Braun en Fr. Hogenberg, 1572. 19
Museum van de Stad Brussel (Broodhuis) Grote Markt | 1000 Brussel Info: www.museumvandestadbrussel.be Informatie en Reservaties Educatieve en culturele dienst Peperstraat 1 | 1000 Brussel T. : +32 (0)2 279 43 67
[email protected] Koudenberg – Voormalig Hof van Brussel Paleizenplein 7 | 1000 Brussel Info: www.coudenberg.com
Leiding: Anne Vandenbulcke Redactie en iconografische opzoekingen: Marie-Claude Van Grunderbeek Educatieve dienst bij de Musea van de Stad Brussel Nalezen: Martine Vrebos Grafische vormgeving: Rafael Tavares da Silva Druk: Stad Brussel, Aankoopcentrale Wettelijk depot: D 2015/3285/9 Museum van de Stad Brussel, Peperstraat 1, 1000 Brussel Tenzij anders vermeld, behoren de foto’s en kunstwerken in dit boekje tot de verzamelingen van de Musea van de Stad Brussel. Elke reproductie, geheel of gedeeltelijk, op welke wijze ook, zonder toestemming van de auteur, is onwettig.