TOETSMATRIJS SVS – 2 sterren
Certificaat:
Inspecteur speeltoestellen
Niveau:
2 sterren
Toetsvorm:
Gesloten vragen
Toetsduur:
120 minuten
Cesuur:
60% met correctie voor de gokkans
Hulpmiddelen:
WAS, Normenbundels
Onderwerp 1. Europese en landelijke wetgeving (22%)
Code 1.3 1.4
1.5 1.6 1.7 1.8
1.9 1.10 1.11 1.12
1.13
Documentnummer:
Toetsterm De kandidaat kan het verschil uitleggen tussen een speeltoestel en een attractie. De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatie bepalen of een object onder het WAS (Warenwetbesluit Attractie- en speeltoestellen) valt (i.c. toepassen van de reikwijdte-notitie). De kandidaat kan de relatie uitleggen tussen het WAS, normen en andere richtlijnen (w.o. de AKI-besluitenlijst en bijblad). De kandidaat kan benoemen wanneer een speeltoestel voldoet aan het WAS (zoals aanwezigheid correct certificaat). De kandidaat kan het verschil uitleggen tussen inspecteren en certificeren. De kandidaat kan de werkzaamheden van de verschillende partijen benoemen die betrokken zijn bij de veiligheid van speeltoestellen (van ministerie tot beheerders). De kandidaat kan de verantwoordelijkheden benoemen van de verschillende partijen die betrokken zijn bij de veiligheid van speeltoestellen. De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatie de relevante gegevens voor het logboek bepalen. De kandidaat kan de verschillende verplichte onderdelen van het logboek benoemen. De kandidaat kan aan de hand van een foto, tekening en/of beschrijving van de onderhoudstoestand van een speeltoestel, een (deel van een) rapportage opstellen. De kandidaat kan aan de hand van een foto, tekening en/of beschrijving vaststellen of een speeltoestel geplaatst is zoals bij certificatie is vastgelegd.
Versiedatum: 13 maart 2014
aantal vragen 1
K
taxonomie B Tp x
2
aantal punten 1
x
1 2
Ti
2
x
1
x
2
1 1
x x
1 1
1
x
1
2 1
x x
1
2
2
2
x
x
Status: ter vaststelling
2
2
TOETSMATRIJS SVS – 2 sterren
Onderwerp
Code 1.15
1.16
1.17
2. Normen en richtlijnen (31%)
2.1 2.2 2.3 2.4
2.8
2.9
2.10
Documentnummer:
Toetsterm De kandidaat kan aan de hand van een foto, tekening en/of beschrijving van het gecertificeerde speeltoestel de geldigheid van het verleende certificaat beoordelen als het speeltoestel en/of de bedoelde fysieke omgeving is veranderd (w.o. modulaire of geclusterde voorzieningen). De kandidaat kan de maatregelen benoemen die de NVWA kan nemen bij de handhaving van het WAS (i.c. aanpassen, beboeten en buiten gebruik stellen). De kandidaat kan aan de hand van een beschreven situatie de hiërarchie tussen het WAS en overige, mogelijk relevante, lokale en andere wet- en regelgeving bepalen (met name in relatie tot het Bouwbesluit). De kandidaat kan uitleggen waarom er Europese normen bestaan (vrij verkeer van goederen). De kandidaat kan uitleggen dat niet voldoen aan de norm niet automatisch leidt tot een onveilig speeltoestel. De kandidaat kan de ratio achter de eisen van een gegeven norm uitleggen. De kandidaat kan aan de hand van een gegeven speeltoestel dat niet voldoet aan de norm, uitleggen waarom wel wordt voldaan aan het WAS (i.c. een veilig speeltoestel). De kandidaat kan voor een gegeven speeltoestel bepalen welke normen daar betrekking op hebben (zoals NEN-EN 1069-1 en -2:2010, NEN-EN 1176-1 t/m 11:2008, NEN-EN 1177:2008, NEN-EN 14974:2006 en A1:2010, NENEN 14960:2013, NEN-EN 13451-1:2011). De kandidaat kan bij een gegeven speeltoestel beoordelen welke veiligheidsaspecten aandacht verdienen, in relatie tot plaatsing, onderhoud, gebruik en andere invloeden. De kandidaat kan bij een gegeven speeltoestel de relevante normen toepassen die een relatie hebben met veiligheidsaspecten die worden beïnvloed door plaatsing, onderhoud, gebruik en andere invloeden.
Versiedatum: 13 maart 2014
aantal vragen 2
K
1
x
taxonomie B Tp
Ti x
aantal punten 2
1
1
x
1
1
x
1
1
x
1
1 2
x
1 2
3
x
x
3
7
3
x
x
Status: ter vaststelling
3
7
TOETSMATRIJS SVS – 2 sterren
Onderwerp
3. Risicomanagement
en risicobenadering (21%)
Code
K
taxonomie B Tp x
Ti
aantal punten 5
De kandidaat kan bij een gegeven speeltoestel alle relevante (huidige en eerder gepubliceerde) normen toepassen.
2.14
De kandidaat kan de functie van de verschillende testprobes benoemen.
2
x
2
2.15 3.1
De kandidaat kan het gebruik van de verschillende testprobes beschrijven De kandidaat kan gevaren signaleren als gevolg van vandalisme, gebruik en/of (weers-)omstandigheden (zoals defecte onderdelen, glas e.d.). De kandidaat kan beoordelen of een speeltoestel op juiste wijze buiten gebruik is gesteld. De kandidaat kan beoordelen of een speeltoestel op juiste wijze is verwijderd. De kandidaat kan het verschil uitleggen tussen risico en gevaar. De kandidaat kan aan de hand van een gegeven speeltoestel beoordelen welke factoren invloed hebben op het gevaar. De kandidaat kan aan de hand van een gegeven gevaar de maatregel en de urgentie daarvan bepalen. De kandidaat kan door middel van risico-analyse (bijv. de risicograaf van Fine & Kinney) de veiligheid dan wel onveiligheid van een speeltoestel vaststellen. De kandidaat kan aan de hand van een foto, tekening en/of beschrijving gevaren signaleren als gevolg van de inrichting van de directe omgeving van een speeltoestel. De kandidaat kan bij het wijzigen van het speeltoestel en/of de bedoelde fysieke omgeving de risico's inschatten (w.o. bij modulaire of geclusterde voorzieningen). De kandidaat kan aan de hand van een foto of omschrijving verschillende basismaterialen (zoals hout, beton, metaal en kunststof) herkennen. De kandidaat kan de effecten van weersinvloeden (regen, water, wind, zout, UV en temperatuur) op de verschillende basismaterialen benoemen. De kandidaat kan de verschillen tussen de, voor speeltoestellen relevante eigenschappen van verschillende type basismaterialen (hardhout/ verduurzaamd hout, RVS/aluminium, zachte/harde/vezelversterkte kunststof) uitleggen.
3 3
x x
3 3
2
x
2
2 1 2
x
2 1 2
3.2 3.3 3.4 3.5
3.8 3.9
3.10
4.1 4.2 4.3
Documentnummer:
aantal vragen 5
2.11
3.7
4. Technische kennis (10%)
Toetsterm
Versiedatum: 13 maart 2014
x x
4
x
4
1
x
1
2
x
2
2
x
2
2
x
2
2 1
x
2 x
1
Status: ter vaststelling
TOETSMATRIJS SVS – 2 sterren
Onderwerp
Code 4.4
4.5 5. Kinderen en speelgedrag (7%)
5.1 5.2
5.3 5.4
6. Ondergrond (9%)
6.3
6.4
6.5 6.6
Toetsterm De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatie bepalen welk materiaal in welke afmetingen toegepast kan worden ter vervanging van het oorspronkelijke onderdeel of uitbreiding van het oorspronkelijke speeltoestel. De kandidaat kan in een gegeven situatie een verbindingstechniek (type en dimensionering) bepalen. De kandidaat kan de beoogde doelgroep van een speeltoestel inschatten. De kandidaat kan beoordelen of een (visuele of fysieke) scheiding op een speelterrein tussen verschillende activiteiten voldoet om gevaarlijke situaties te vermijden. De kandidaat kan de factoren benoemen die het inspectieregime bepalen. De kandidaat kan adviseren over het noodzakelijke inspectieregime van een speeltoestel aan de hand van een beschrijving van het type gebruik en de leeftijd van de gebruikers. De kandidaat kan aan de hand van een gegeven valhoogte en type en dikte ondergrond bepalen of dit voldoet aan NEN-EN 1176-1:2008, tabel 4 en NEN-EN 1176-1:bijblad, tabel 1. De kandidaat kan uitleggen dat een ondergrond die niet genoemd wordt in NEN-EN 1176-1:2008, tabel 4 en NEN-EN 1176-1:bijblad, tabel 1 niet automatisch leidt tot een onveilige ondergrond. De kandidaat kan in een gegeven situatie op basis van testresultaten bepalen of een ondergrond toegepast mag worden. De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatieschets en leginstructies beoordelen of een ondergrond conform deze instructies is aangebracht. Totaal:
Documentnummer:
Versiedatum: 13 maart 2014
aantal vragen 2
K
taxonomie B Tp x
2
2 x x
1 1
x
2 2
x
2
x
1
2
x
2
1
x
3
90 vragen
aantal punten 2
x
1 1
2 2
Ti
17% K
10% B
39% Tp
2 x
3
34% Ti
90 punten
Status: ter vaststelling
TOETSMATRIJS SVS – 2 sterren
Per onderwerp wordt het aandeel in het tentamen tussen haakjes vermeld. Taxonomie naar Bloom: (K: Kennis, B: Begrip, T: Toepassen procedure, Ti: Toepassen inzicht). Onder 'speeltoestellen' wordt ook de speelomgeving, spelaanleidingen e.d. verstaan. © Stichting Veilig Spelen. Gebruik van deze gegevens en teksten is met bronvermelding vrijelijk toegestaan. Commercieel gebruik van deze gegevens is niet toegestaan.
Documentnummer:
Versiedatum: 13 maart 2014
Status: ter vaststelling