INHOUD 1 VOORSTELLING EDUCATIEVE WANDELING 2 2 KAART WANDELING
3
3 THEMA’S WANDELING
4
– IN TREFWOORDEN 5 – IN FUNCTIE VAN EINDTERMEN 6 – CONCREET 7 - Boekhoute, vissersdorp mét haven - Vissen met de BOU8 - Grensdorp Boekhoute
4 IN DE KLAS
13
– VOORAF – NADIEN - Dijken en polders - Visserij - Grens
5 PRAKTISCHE INFO
1
14 15
19
VOORSTELLING EDUCATIEVE WANDELING Starring: Garry Garnaal & Peetje Gîrnaert > De strijd tegen de zee? Om de bevolking te beschermen tegen overstromingen werden al van in de middeleeuwen dijken aangelegd, voormalige schorren ingepolderd en de zee achteruitgedreven. Zo kwam het dat het havenstadje Boekhoute langzaam droogviel en de vissers steeds grotere afstanden moesten afleggen en zelfs de grens met Nederland moesten oversteken om hun boten te bereiken. De Boekhoutse wandeling ‘Op zoek naar de verdwenen havens’ vertelt dit verhaal: met kleine interactieve handcomputers. > Saaie kost? Nee, die is in Boekhoute, net als de zee, ver te zoeken. Op het schermpje van de handcomputers spelen de swingende Garry Garnaal, met roots in de Noordzee, en de stugge Boekhoutse visser Peetje Gîrnaert, de hoofdrollen. Samen met hen ontdekken de kinderen tijdens een guitige speurtocht verschillende aspecten van het leven van de Boekhoutse visserij, door de eeuwen heen. Garry Garnaal en Peetje Gîrnaert slaan volwassenen en kinderen zonder omhaal aan de haak, nemen ze mee op sleeptouw met hun gekibbel, (informatief) gekwebbel en spelletjes met speurtochtallures en loodsen ze zonder averij langs dijken, polders, oude havens, grenzen en grensgeschillen. Maar zelfs dan hebben ze er nog niet genoeg van. Uit het ruim van hun vissersschip halen Peetje en Garry nog tips en verwijzingen tevoorschijn, waarmee leerkrachten van het lager onderwijs in de klas kunnen voortbouwen op de inhoud van de wandeling.
2
12
rweg
eeste
Dijckm
13 Met zicht op de derde en laatste haven
ijk we g en d
Eerste Wereldoorlog: een dodelijke draad verspert de vissers de weg
11
Boe
Isa
bell
kho ute
aka
weg
n aa
l
Tweede Wereldoorlog: Canadezen en vissersboten gaan ten onder
Olm
De eerste haven: wachten op hoogtij Op de maat van de klotsende golven
10 15
Bra
In Nederlandse wateren
9
Haven
t
raa
anst
akm
14
KAART Haven
16 8 Het vissersbestaan? Tussen kleine huizen en de wijde zee Leopold
skanaa
Zwa
eek
luisb
rtes
l
7
Maria, red ons van de mosselplaag!
6
De zeerenade: een ode aan een garnaaltje of...?
Noordstraat
Ingedijkte grond: zand of klei?
Isabe
llabeek
17
5 at
s
lla
e ab
a tr
at
Is
Bo
at
f
tje
raa
nst
aa
Gr
ma ter
tra
s jan
Noordstra
4 Jan zonder vrees: een dijk van een vent
3 p
or
ou
kh
e Bo
d te
1
2
Garry en Peetje... gezien!
Een vissersboot op het droge
Daar, de tweede haven! Ik was 13 toen ik...
THEMAS > IN TREFWOORDEN
5
> IN FUNCTIE VAN EINDTERMEN
6
> CONCREET
7
4
3.1 IN TREFWOORDEN
> Aardrijkskunde: bedijking en inpoldering in vroeger eeuwen en meer recent, zandgrond en kleigrond, getijden; > Geschiedenis: kinderarbeid,` Koninkrijk der Verenigde Nederlanden, Belgische onafhankelijkheid, Eerste en Tweede Wereldoorlog; > Biologie: mossels en mosselkweek, garnalen en garnalenvangst; > Techniek: vissersboot samenstellen, elektriciteit; > Taal: woordenschat, spreekwoorden en gezegden in verband met het vissersleven, de zee en scheepvaart; > Beweging: zich voorbereiden op een wandeling van 6 km in de natuur en die ook maken; > Muziek: zingen en meezingen; > Verkeer: gebruik van openbare weg.
5
3.2 IN FUNCTIE VAN EINDTERMEN
> Nederlands: luisteren, informatie verwerken, contact met culturele taaluitingen, schrijfbereidheid; > Wereldoriëntatie: gericht waarnemen, kenmerken van organismen herkennen, van enkele courante materialen eigenschappen kunnen aanduiden, verschillende stappen van een technisch proces herkennen, illustratie techniek-samenleving, historische periodes en gebeurtenissen situeren, historische evolutie van bepaalde toestand herkennen, plaatsen herkennen op kaart, landschap waarnemen en onderzoeken, zich oriënteren; > Leren leren: problemen oplossen; > Sociale vaardigheden: zorg dragen, samenwerken; > Lichamelijke opvoeding: bewegen in vrije natuur; > Muzische vorming: improviseren op aangereikte melodie; > Verkeer en mobiliteit: rekening houden met andere weggebruikers.
6
3.3 CONCREET Tijdens de wandeling komen de kinderen gaandeweg met de thema’s van het parcours in contact. Hieronder volgt de inhoud in één brok.
haven 3
Braakman haven 2
Philippine
haven 1
Boekhoute
BOEKHOUTE VISSERSDORP MT HAVEN > De Braakman verbindt Boekhoute met de zee Buiten enkele beken en kanalen is er in Boekhoute weinig water te vinden. Maar dat is niet altijd zo geweest. Door zware stormvloeden tijdens de 14de en 15de eeuw ontstaat de Braakman, een zeearm die Boekhoute via de Westerschelde met de Noordzee verbindt. Daardoor kunnen de vissers van Boekhoute hun schepen aanmeren vlakbij de dorpskern.
> Het land wordt drooggelegd Wat voor Boekhoute een zegen is, is het voor andere gemeenten veel minder. Door de voortdurende overstromingen komen zij voor kortere of langere tijd onder water te staan. Daarom worden (nieuwe) dijken aangelegd. De Graafjansstraat, die de wandeling kruist, is een restant van de oude Graafjansdijk. De Graafjansdijk wordt aangelegd door Jan zonder Vrees, hertog van Bourgondië in het begin van de 15de eeuw, en loopt van in het Franse Gravelines tot voorbij het Nederlandse plaatsje Sas van Gent. De Graafjansdijk bestaat uit verschillende kleine dijken die aan elkaar zijn geregen.
> Eerdere en andere dijken Een deel van deze dijken bestaat al veel langer en wordt nu met elkaar verbonden. Zeker vanaf de 11de eeuw is er een vrij intensieve indijkingspolitiek. De hoofdreden voor de dijkenbouw toen is echter van een andere aard dan bij de indijkingen van Jan zonder Vrees: de bevolking neemt vanaf de 11de eeuw sterk toe en er is grote nood aan nieuwe landbouwgronden. De Graafjansdijk is niet de enige dijk in de omgeving van Boekhoute. In dezelfde periode worden ook ten noorden van het dorp enkele dijken aangelegd.
7
> De haven wordt verplaatst Door de indijkingen worden grote stukken land drooggelegd. Daardoor komt de Braakman aanvankelijk niet meer tot in Boekhoute. Het uiterste punt reikt tot op ongeveer één kilometer van het dorp, waar een nieuwe haven wordt aangelegd: de eerste Isabellahaven. Door dijkdoorbraken is het echter heel waarschijnlijk dat het water tot aan het begin van de 17de eeuw opnieuw de dorpskern van Boekhoute bereikt. Het is zelfs mogelijk dat de vissers, die aan de noordkant van Boekhoute wonen, hun schepen kunnen aanmeren aan hun achterdeur. Door nieuwe indijkingen in het begin van de 17de eeuw komt ook hier een einde aan en wordt de eerste Isabellahaven tot 1794 definitief de Boekhoutse haven. Aan de ene kant is de haven begrensd door de dijk van de Laureinepolder. Tegen een andere evenwijdige dijk kunnen de schepen rusten bij laagwater.
> Dijken vormen een grillige lijn De wandeling loopt enkele honderden meters over de Noordstraat, een kaarsrechte dijk. Dat is eerder uitzonderlijk. De dijkenbouwers in de middeleeuwen maken gebruik van de natuurlijke verhogingen in het landschap en ze werken van de ene naar de andere duin toe. Daarnaast moeten ze rekening houden met de ondergrond. Zanderige of veenachtige bodems kunnen geen zware dijken dragen. De ondergrond is dus ook bepalend voor de richting waarin een dijk wordt aangelegd, waardoor die meestal een grillige lijn vertoont.
> Dijkenbouw: een technisch hoogstandje Zeker in de middeleeuwen is dat het geval. Om de werkzaamheden te vergemakkelijken, leggen dijkwerkers eerst een dam aan aan de zeekant, de achterkade. Daarvoor gebruiken ze zand dat ze aan weerskanten uitgraven. Het stuk grond tussen de eigenlijke dijk en die achterkade krijgt de naam ‘schaapsstallen’. Die schaapsstallen worden met dwarse dammetjes opgedeeld in kleinere stukken. Wanneer de achterkade het begeeft onder het geweld van het water, blijft de overstroming meestal beperkt tot één stuk en kunnen de dijkwerkers toch op het droge verder bouwen. Voor de dijk zelf gebruiken ze zand dat ze voor de dijk aan de zeezijde uitgraven. Soms verstevigen ze de dijken met stromatten of rijshout. Gemiddeld werken er aan een dijk 700 tot 1000 arbeiders.
> Vruchtbare polders Wanneer de zee wegtrekt, blijft kleigrond achter. De piepkleine kleideeltjes, die tegen elkaar aanschurken, houden water en voedingsstoffen tegen. Zand daarentegen bestaat uit minuscule steentjes, waartussen het water snel wegloopt. De ingepolderde kleigrond is dus erg vruchtbaar. Toch zijn die polders niet meteen klaar om als wei- of akkerland gebruikt te worden. Terwijl het regenwater het zout wegspoelt uit de bedijkte schor, bemesten schapen en koeien de grond met hun uitwerpselen. Aanvankelijk wordt alleen het bovenste dunne vruchtbare sliblaagje omgeploegd om koolzaad en wintergerst te zaaien. Deze twee teelten groeien ook op arme gronden en verrijken de bodem, zodat ook de teelt van tarwe, bieten en aardappelen mogelijk wordt. Ook bruggen en wegen worden aangelegd en sloten en watergangen moeten het overtollige grondwater afvoeren.
> Een nieuwe haven aan het Olmendijkje Maar terug naar de kern van het verhaal. De dijkenbouw blijft ook na Jan zonder Vrees doorgaan. Door nieuwe dijken wordt steeds meer grond drooggelegd en wordt de Braakman meer noordwaarts gedrongen. De Isabellahaven is niet langer bereikbaar en de haven van Boekhoute verhuist naar het Olmendijkje. Er kunnen dertig schepen liggen, mits wat duwen en trekken zelfs veertig. Een blik op de kaart laat zien dat de Olmendijkhaven nu op Nederlands grondgebied ligt. Dat betekent dat vanaf de onafhankelijkheid van België in 1830 de vissers de grens moeten oversteken om de haven te bereiken. Gelukkig wordt er rekening gehouden met die speciale situatie: de Boekhoutse vissers krijgen de toelating om dagelijks van en naar hun schepen te gaan.
8
> De Eerste Wereldoorlog brengt werkloosheid België is betrokken bij de oorlog, Nederland niet. De Duitse bezetter sluit de grens hermetisch af. Ook voor de Boekhoutse vissers is er geen doorkomen aan. Gedurende de hele Eerste Wereldoorlog kunnen zij hun haven niet bereiken. De vissers en hun gezinnen hebben honger, hun schepen verrotten en zijn na de oorlog totaal onbruikbaar.
> De laatste Boekhoutse haven De toegang tot de Olmendijkhaven is ondertussen ook sterk verzand. Schepen kunnen niet meer in of uit. Er rest maar één mogelijkheid: een nieuwe haven aanleggen. Vlak na de Eerste Wereldoorlog wordt een kanaal gegraven (3,8 km lang): het Isabellakanaal, dat de Braakman verbindt met een nieuwe en grotere Isabellahaven. De Isabellahaven wordt omgeven door de uitlopers van de Braakman, een schorregebied, dat tijdens de economische crisis van de jaren 1930 wordt omgedoopt tot ‘crisisstrand’. Dagjesmensen uit de buurt van Gent stromen tijdens warme dagen toe om er te pootjebaden.
> De Tweede Wereldoorlog: een drukke periode De Belgische bevolking heeft honger en er wordt een beroep gedaan op de Boekhoutse vissers. Grote hoeveelheden sprot en haring uit hun netten worden verdeeld over het hele land. De visserij bloeit. Veel mannen voelen zich aangetrokken tot de vissersstiel. Dat heeft ook een andere reden: vissers zijn vrijgesteld van de verplichte arbeid in Duitsland.
> De Duitsers vernielen de Boekhoutse vloot Toch eist ook deze oorlog veel slachtoffers in en rond Boekhoute. Tijdens zware gevechten vlakbij het dorp komen zo’n 2000 Canadese en Duitse soldaten om. Ook de Boekhoutse vissers worden getroffen. De Duitsers eisen dat ze hen per schip overzetten naar Zeeland, maar stuiten op een koppig njet. Daarop blazen ze alle Boekhoutse schepen op en dwingen ze de boeren om hun paarden in het water te drijven en te verdrinken.
> Boekhoute, vissersdorp zonder haven In 1952 verliest Boekhoute uiteindelijk zijn laatste haven. Om Zeeuws-Vlaanderen te vrijwaren van overstromingen sluit Nederland de Braakman volledig af van de Schelde. Met de aanleg van een grote dijk winnen ze 300 hectare landbouwgrond. De Braakman wordt een natuurgebied met een recreatieterrein en de Boekhoutse vissersschepen krijgen een plaatsje in de haven van de Nederlandse gemeente Terneuzen.
9
VISSEN MET DE BOU8 De wandeling leidt langs drie havens en toont hoe de Boekhoutse vissers zich steeds opnieuw moeten aanpassen aan het veranderende landschap. Maar Garry Garnaal en Peetje Gîrnaert laten de kinderen ook mee de netten uitgooien en delen met hen de vangst: weetjes over de visserij, de mosselkweek en de garnalenvangst, de Boekhoutse vissersboten, de getijden …
> Getijdenwerking Omdat de Braakman in contact staat met de zee, zijn de getijden tot in de havens van Boekhoute zichtbaar. De vissers moeten hoogwater afwachten om te kunnen in- en uitvaren. Dat kan twee keer per etmaal. In de Noordzee is er immers sprake van dubbeldaags getij: laagtij en hoogtij wisselen elkaar twee keer per dag af. Op sommige plaatsen, zoals de Zuid-Chinese Zee en de Golf van Mexico, is het maar één keer per dag hoogtij en één keer laagtij. Er is dan sprake van enkeldaags getij. Het tij in de Noordzee wordt bepaald door twee getijdengolven uit de Atlantische Oceaan: één die via het Nauw van Calais komt, de andere ten oosten van Schotland en Engeland. Daarnaast hebben ook de grote diepteverschillen een invloed op het getij in de Noordzee. De getijdenwerking ontstaat door de zwaartekracht van de maan, en in mindere mate door die van de zon en de planeten. Omdat de aarde draait, varieert de zwaartekracht op een bepaalde plaats, wat de getijden uitlokt.
> BOU8 Naast de kerk, in de dorpskom van Boekhoute, ligt de BOU8. Dit vissersschip wordt in de jaren 1970 gered van de sloop, opgeknapt en krijgt een plaatsje in het dorp als herinnering aan het vissersverleden. BOU verwijst naar de oudere schrijfwijze van de dorpsnaam: Bouchaute. Ook nu varen nog enkele schepen met dit kenteken. De BOU8 is een typische lemmerhengst. Dit boottype wordt voor het eerst gemaakt in Lemmer, een dorp in Friesland. De brede achtersteven heeft wel wat weg van het achterste van een stevige hengst, waarmee ook het tweede deel van de naam wordt verklaard.
> Lemmerhengst De eerste lemmerhengsten, die dateren van het begin van de 20ste eeuw, hebben alleen zeilen. Pas vanaf de jaren 1930 krijgen ze een motor. De BOU8 is waarschijnlijk de laatste lemmerhengst die wordt gebouwd: in 1928. Lemmerhengsten zijn platbodems met een stomp voorschip en een brede ronde achtersteven. Aan weerskanten van het dek bevinden zich twee bokken, de hijskranen waarmee de netten over de zeebodem worden gesleept. De mand in de mast is het officiële teken dat het schip bezig is met de visvangst en waarschuwt andere schepen om niet dichterbij te komen en de netten niet te hinderen. Op het dek geven drie luiken toegang tot de machinekamer, het ruim waarin de mosselvangst wordt opgeslagen, en het vooronder met een kacheltje, een paar lage zitbankjes, smalle slaapplaatsen en voorraadkastjes.
> De garnalenvangst: een zomerse klus Buiten de ontwikkelingen in de technische hulpmiddelen heeft de garnalenvangst de laatste eeuw geen grote veranderingen ondergaan. Van mei tot oktober varen de vissers elke weekdag uit, laat op de avond, wanneer de garnalen actief zijn. Ze halen zeven ‘slepen’ binnen met een tussenpose van ongeveer anderhalf uur. Nadat de netten terug zijn uitgegooid, behandelen de vissers de ‘buit’ van de vorige sleep: ze sorteren en kuisen de vis, ze zeven de garnalen om de grote van de kleine exemplaren te scheiden en koken ze … Daarna halen ze de netten weer op, enzovoort. In de voormiddag varen ze weer binnen en wordt de vangst verdeeld en overgeladen.
10
> Garry Garnaal … … is een mooi voorbeeld van een Noordzeegarnaal, ook wel de grijze garnaal genoemd en de bekendste garnaal van bij ons. De Noordzeegarnaal is inderdaad grijs, maar hij kan zijn kleur aanpassen aan de ondergrond zodat hij bijna onzichtbaar wordt voor roofdieren. De roze kleur ontstaat door het koken. Garnalen zijn kleine kreeftachtigen met vijf paar looppoten. Wereldwijd zijn er meer dan 3000 soorten, die van plantaardige en dierlijke resten leven. De meeste garnalen leven in de zee, maar er komen ook garnaalsoorten in zoetwater voor. De Noordzeegarnaal leeft op de zeebodem en is vooral ’s nachts actief. Hij zwemt niet, maar springt. Om zich te beschermen tegen roofvissen graaft hij zich in in de zandbodem. ’s Zomers leven de Noordzeegarnalen dicht bij de kust. In de winter trekken ze naar dieper water.
> Mosselkweek Dankzij de mosselkweek verdienen de Boekhoutse vissers tot de jaren 1930 een stevige cent bij in de winter, wanneer de garnalenvangst stilvalt. In 1920 krijgen de Boekhoutse vissers het monopolie van de Belgische regering. Alleen zij mogen mosselzaad, kleine mossels van ongeveer één centimeter, plukken en verkopen. De vissers gaan met hun schepen tot vlakbij de golfbrekers en stappen dan over op een kleiner bootje om het mosselzaad op de golfbrekers te bereiken. Soms zijn ze voor de pluk weken onderweg. Ze varen niet alleen voor de Belgische kust, maar trekken verder tot Noord-Holland. Daarna verkopen ze het zaad of ze zetten het uit in hun eigen kweekgebieden, waar de mossels verder kunnen groeien. In de 19de eeuw teistert een ziekte de Boekhoutse mosselkwekerijen. Het verhaal gaat dat Maria op vraag van de vissers, de mosselplaag afwendt. Daarom schenken de Boekhoutse vissers haar uit dankbaarheid twee zilveren mossels. Het beeld met de echte zilveren mossels bevindt zich in de kerk van Boekhoute. In het kapelletje ‘Ster der zee’ staat een replica.
> Weke mossels met een harde schelp Mossels zijn tweekleppige weekdieren. Min of meer gelijktijdig spuiten de dieren miljoenen ei- en zaadcellen in het zeewater. Na de bevruchting laat de mossellarve zich meedrijven met het zeewater. Wanneer de schelp te zwaar wordt, zakt de kleine mossel naar beneden en hecht zich vast met draden aan rotsen, palen of aan andere mossels. De mosselschelp is vrij hard en de mossel houdt haar angstvallig gesloten. Scholeksters, eidereenden en zee-eenden hebben echter weinig moeite om de schelp te verbrijzelen of ze open te wrikken. Mossels kunnen bij laagtij tot zes uur boven water blijven.
> Jonge vissers aan boord Ook jonge jongens gaan al vaak mee uit vissen, vaak met gemengde gevoelens: trots, angst en misselijkheid wisselen elkaar af. Tot 1914. Dan wordt de leerplicht vastgelegd op 14 jaar. – ‘Ik was dertien toen ik mijn eerste stap op een echt vissersschip zette. Ik leerde een vissersknoop leggen. Ik was zo trots als een pauw.’ – ‘Op een keer moest ik ’s nachts aan boord gaan. Het waaide zes tot zeven beaufort. Er stond een snijdende noorderwind. De gedachte aan zeeziekte maakte mij nog misselijker dan ik al was …’ – ‘Ik was veertien en er was geen sprake meer van stoppen met varen. Na anderhalf jaar was ik van de zeeziekte verlost en had ik stevige zeebenen gekregen.’ Tot 1930 heeft Boekhoute een vissersschool, waar zondagslessen worden gegeven.
> De potvis van Gust Bonte De zee in de buurt? Dan sta je af en toe voor verrassingen. In 1914 vindt Gust Bonte, een Boekhoutse schipper, een dode potvis en dat is groot nieuws. Iedereen wil hem zien en Gust Bonte laat zich er flink voor betalen. Tot de vis begint te rotten en Gust Bonte het kadaver verkoopt aan een brouwer. In 1994 duikt plots weer een geraamte op: bij bouwwerken in Assenede wordt het uit de grond gehaald. Eerst wordt gesuggereerd dat het om een dinosaurus gaat, dan komt de potvis weer ter sprake. Uiteindelijk blijkt de voormalige potvis een cuvier-dolfijn te zijn, een grote dolfijnsoort. 11
GRENSDORP BOEKHOUTE > Genummerde palen markeren de grens Op meerdere plaatsen in het Boekhoutse polderlandschap staan genummerde grenspalen: van 1 tot 369, het aantal grenspalen dat de grens tussen België en Nederland markeert. Ze worden in 1843 neergepoot nadat België zich in 1830 heeft afgescheurd van de Verenigde Nederlanden. De grenslijn ligt al veel langer vast en is het gevolg van oorlogen, overeenkomsten, afspraken, enzovoort. De grenslijn loopt soms dwars door de huizen heen. Bij enkele Boekhoutse huizen staat de voordeur op Belgisch grondgebied, maar stap je langs de achterdeur Nederland binnen.
> Smokkelen De grens wordt streng bewaakt. Toch wordt er druk gesmokkeld. Vooral de vrouwen zijn bedreven in de smokkel van boter, dat door de invoeraccijnzen veel duurder is in België dan in Nederland. Ze verstoppen de boter onder hun lange rokken … tot de grenswachters ze bij een warme kachel zetten om de boter te laten smelten.
> Getraliede kooi Omwille van zijn ligging bij de grens krijgt Boekhoute het tijdens de Eerste Wereldoorlog zwaar te verduren. België neemt deel aan de strijd, Nederland niet. De grens is niet waterdicht en berichten, brieven en voedsel worden er veelvuldig overheen gebracht. Ook biedt de grens een uitweg aan Duitse deserteurs en aan Belgische jongemannen die via Nederland de geallieerde troepen in Engeland willen vervoegen. Daarom legt de Duitse bezetter langs de totale grenslijn een prikkeldraad onder stroom aan. De ‘draad’ is bijna 200 km lang, twee meter hoog en loopt doorheen Boekhoute. Wie de draad zonder bescherming aanraakt, is dood. België wordt een getraliede kooi. Na elke twee kilometer bewaakt een wachthuisje of Schalthaus met een tiental Duitse soldaten de draad. Bij aanraking gaat meteen een alarm af. Met de fiets rijden de Duitse wachters langs de draad en schieten op alles wat beweegt.
> Moordende draad De ‘draad’ is levensgevaarlijk. Toch proberen veel mensen erdoorheen te glippen of er berichten of etenswaren over te smokkelen. Zowat 20.000 mensen slagen er daadwerkelijk in om over of onder de draad naar Nederland te vluchten, maar de draad eist ook zo’n 500 dodelijke slachtoffers. Daarbij zijn verschillende mensen uit Boekhoute die het gevaar van de nog vrij onbekende elektriciteit niet kennen en eerder toevallig de draad aanraken.
> Oorlogshelden Van de Eerste Wereldoorlog zijn nog enkele schrijnende verhalen bekend van mensen die hun moed met de dood moeten bekopen. Het verhaal van Gabriëlle Petit speelt zich voor een deel in Boekhoute af. Via de tramlijn, waarlangs de wandeling loopt, brengt ze mensen die gevaar lopen over de grens. Halverwege de oorlog loopt ze in Boekhoute in de val. Ze wordt gearresteerd en ter dood veroordeeld. Ook enkele mensen uit Boekhoute zelf maken zich verdienstelijk bij het spionagenetwerk. Isidoor van Vlaenderen, Leonie Rammeloo en Emilie Schatteman proberen brieven en mensen naar Nederland te smokkelen, maar worden … ‘Voor het kwijten van hun vaderlandschen plicht door den Duitschen overweldiger veroordeeld en laffelijk vermoord te Gent.’ Een brief van hen ligt in het bezoekerscentrum.
12
IN DE KLAS > VOORAF
14
> NADIEN
15
13
4.1 VOORAF
Laat de kinderen Boekhoute opzoeken op de kaart van België (wegenkaart of Google maps). Boekhoute ligt niet aan de zee of aan een grote waterloop, zoals de Westerschelde, en heeft geen haven. Toch is het een vissersdorp. Enkele eeuwen geleden zou niemand zijn wenkbrauwen gefronst hebben. Nu wel. Wat is er de afgelopen eeuwen in en om Boekhoute gebeurd? Garry Garnaal en Peetje Gîrnaert zetten alle zeilen bij en speuren met de kinderen rond in Boekhoute en zijn verleden. Laat de kinderen nogmaals op de kaart kijken. Wat valt ze nog op? We gooien alvast een visje uit. Het begint met g … en eindigt op … s. Inderdaad, Boekhoute ligt vlakbij de grens met Nederland en die grens had grote gevolgen voor de Boekhoutse vissers. Wat dan? Tuig je schip op, rep je naar Boekhoute en maak de tocht met Garry Garnaal en Peetje Gîrnaert. Maar let op. Er zijn kapers op de kust. Fabriezio Marieno heeft het gemunt op de garnalen.
14
4.2 NADIEN
DIJKEN EN POLDERS > Vergelijk kaarten Vergelijk een oude kaart van Vlaanderen met een huidige kaart van België. Bekijk vooral de omgeving van Boekhoute en Assenede. Op de kaart van Bleau (1645) van het westen van Zeeuws-Vlaanderen staan al enkele polders vermeld.
> Bouw een dijk
Kinderen lezen klimaatverandering - Klimaatverandering Martine van Kolfschoten, Groningen: Noordhoff, 2009, ISBN 978-90-01-76511-8. - Help, mijn iglo smelt! Natalie Righton & Ton Koene, Rotterdam: Lemniscaat, 2009. ISBN 978-90-477-0227-6. Vier kinderen vertellen over hun leven als eskimo, indiaan, woestijnnomade en eilandbewoner. Zij merken dat het klimaat verandert. Met grote kleurenfoto’s. Vanaf ca. 10 t/m 14 jaar. - Dit is mijn planeet: gids voor kinderen over het opwarmen van de aarde, Jan Thornhill, Leidschendam: Biblion Uitgeverij, 2009, ISBN 978-90-5483-852-4. Warmt de aarde echt op, hoe komt dat en wat kunnen we eraan doen? Met uitleg over de werking van de aarde. Met veel kleurenillustraties. Vanaf ca. 10 jaar.
Zoek een zandbak, een stukje grond waarin gewroet kan worden of het strand op. Bouw met de kinderen een dijk. Hou, zoals tijdens de wandeling, rekening met natuurlijke verhogingen. Laat de kinderen nadenken over vragen als: - Welke materialen gebruiken we? - Waren die vroeger al beschikbaar? - Moe(s)ten de gekozen materialen van ver worden aangevoerd? Hoe? Kon dat? - Zijn er alternatieve materialen? - Is de dijk stevig genoeg? Test het uit. Giet er met emmers of met een tuinslang een stormachtige golf water tegen. Houdt de dijk het? Moet hij verstevigd worden? Waarmee dan? - En al moeilijker: wat te doen om te voorkomen dat het opkomende water de dijkenbouwers niet hindert tijdens de werkzaamheden?
> Zoek dijken in de omgeving Ga met de kinderen na of er dijken in de buurt zijn: straatnamen die eindigen op ‘-dijk’? Verhoogde straten zoals de Boekhoutse Noordstraat? Ligt er nu nog water in de buurt van die dijken? Kijk het na op een kaart van de omgeving. Wijs de kinderen erop dat dijken niet alleen werden aangelegd tegen het geweld van de zee, maar ook om rivieren binnen hun oevers te houden. Dijken in de omgeving wijzen erop dat mensen er vroeger de strijd met het water aangingen.
> Overstromingen Ook nu treden rivieren nog buiten hun oevers of stroomt het zeewater over de dijk: bij overmatige regenval, storm of springtij. Herinneren de kinderen zich nog een recente overstroming? Uit de krant? Of in de omgeving van familie of vrienden? In het buitenland, zoals het zuiden van Frankrijk, waar ze eerder al op vakantie waren? Typ het woord overstroming in op Google, eventueel met een jaartal, en kijk wat er allemaal uit de bus komt. Wat is er misgegaan in die gebieden? Kijk eventueel op de website van het Sigmaplan: www.sigmaplan.be > veiligheid. Dijkenbouw blijkt ook nu nog steeds actueel. Er wordt gesproken over dijkverhoging, dijkverlegging en de afbakening van overstromingsgebieden, natuurgebieden waar het water in kan stromen, zodat woongebieden droog blijven. Leg de link met de opwarming van de aarde, de smeltende ijsbergen en het stijgende zeepeil. Wat kan er gebeuren? Wat kan ertegen gedaan worden? Wat wordt er al tegen gedaan?
> Verschil zandgrond-poldergrond rijk aan klei Doe de waterproef met klei- en zandgrond. Vind je klei en zand in de omgeving? Wanneer dat niet het geval is, zijn ook zand uit de zandbak en een klomp boetseerklei bruikbaar. Giet er water op. Wat gebeurt er? Herkennen de kinderen deze grondtypes in hun omgeving? Is er akkerbouw? Welke gewassen groeien er? Groeiden er tijdens de wandeling in Boekhoute gewassen op het veld? Herinneren de kinderen zich nog welke? 15
VISSERIJ > Lemmerhengst Laat de kinderen een vissersschip knutselen: met blokjes, met afvalmateriaal, … Let op: ze moeten ermee kunnen vissen: met netten, lijnen, harpoenen … Laat ze een kenteken kiezen uit het rijtje. Of laat de kinderen er zelf een samenstellen naar de naam van hun woonplaats. Breng de schepen onder in havens. Boekhoute Oostende Zeebrugge Nieuwpoort Oostduinkerke Koksijde Heist De Panne
BOU O Z N OD K H P
> De visserij in woord en beeld Garry Garnaal en Peetje Gîrnaert gebruiken in het wandelparcours de volgende spreekwoorden en gezegden rond de zee, de visserij en de scheepvaart. Herinneren de kinderen ze zich nog? Kennen ze er zelf nog? Of vinden ze er nog in het woordenboek? Bij vis, vissen … Welke vinden ze het leukste, het meest pakkende? Laat de kinderen een spreekwoord kiezen en het creatief verwerken (tekenen, knutselen).
Zo dom zijn als een garnaal/de hersens van een garnaal hebben: erg dom zijn Het ruime sop kiezen: op de zee gaan varen Er zijn kapers op de kust: er dreigt gevaar Als sardines in een blikje: dicht op elkaar gepakt zitten In hetzelfde schuitje zitten: in dezelfde situatie zitten Iets overboord gooien: iets opgeven, verwaarlozen Naar de haaien gaan: zinken, verloren gaan Ergens de vaart in zetten: er snel werk van maken Alle hens aan dek: iedereen moet zich klaarmaken, iedereen moet paraat zijn Wie slaapt, vang niks: Wie geen moeite doet, bereikt ook niets. Koers zetten naar: gaan in de richting van iets Dezelfde koers varen: dezelfde ideeën hebben Een andere koers varen: een andere keuze maken Iets over een andere boeg gooien: een andere keuze maken Alle zeilen bijzetten: alles op alles zetten, een grote inspanning doen Het gaat ons voor de wind: we hebben geluk, alles gaat goed Iemand de wind uit de zeilen nemen: iemand hinderen zodat hij zijn doel niet kan bereiken Een zee van ruimte: veel ruimte Hij gaat de visjes voeren: hij is zeeziek en moet overgeven Zeebenen hebben: stevig staan op een schip, niet zeeziek zijn Geen golf is hem te hoog: hij gaat problemen niet uit de weg Het hoofd boven water houden: net genoeg verdienen om te kunnen overleven
En nog enkele andere: Een oogje in het zeil houden: iets of iemand goed in de gaten houden Ergens verzeild raken: ergens toevallig terechtkomen De beste stuurlui staan aan wal: een buitenstaander weet het altijd beter Het zal zo’n vaart niet lopen: het zal wel meevallen. Iets laten varen: zich er geen zorgen meer over maken. Iemand uitschelden voor rotte vis: iemand heel erg uitschelden Iets omzeilen: iets vermijden. Zo gezond als een vis: heel gezond Zwemmen als een vis: erg goed kunnen zwemmen Zo stom als een vis: geen woord zeggen Zo gesloten als een oester/mossel: geen woord zeggen, goed een geheim kunnen bewaren Een visje uitgooien: iets proberen te ontdekken 16
Naar iets vissen: iets proberen te ontdekken Achter het net vissen: te laat komen, de waarheid niet kunnen achterhalen Het is mossel noch vis: het is niet goed of slecht, van een kind: het is geen kind meer, maar is ook nog geen volwassene Als een vis op het droge zitten: geen geld meer hebben Ergens mee opgescheept zitten: van iets last hebben, maar er niet van afgeraken. Schoon schip maken: een warboel ordenen
> Mee het water op Op youtube > visserij zijn meerdere filmpjes te zien van vissers aan het werk, vroeger en nu. Meestal uit Nederland.
> Garry’s garnalencocktail Garry Garnaal was gedoemd om in een garnalencocktail opgelepeld te worden, maar redde zichzelf door zijn charmes en zangtalent. Sindsdien zet hij zich in om zijn familie in de beste omstandigheden te laten opgroeien. En als ze dan toch in een garnalencocktail belanden, dan liefst in een heel lekkere … De site www.grijzegarnaal.be bevat een schat aan informatie over de grijze garnaal, de garnalenvangst in België, recepten, enzovoort.
Garnalen pellen Koop ongepelde garnalen en pel ze zelf. Hoe? Neem met je linkerhand de garnaal aan de staart vast, met de rug naar je toe. Druk de nagel van je rechterduim tussen de schaaldelen in het midden en buig de rug door tot hij licht knakt. Hou de garnaal vast met je rechterhand, knijp met je linkerhand in de staart en trek de schalen eraf. Hou nu met je linkerhand de garnaal vast en trek met je rechterhand de kop eraf.
Hieronder alvast Garry’s recept: Dit heb je nodig (voor 4 personen): - 200 gram grijze gepelde garnalen - 4 grote tomaten - 10 eetlepels cocktailsaus - (meng mayonaise, ketchup, yoghurt, citroensap en paprikapoeder) - verse dille - peper - rauwe groenten, zoals sla, geraspte worteltjes, komkommer, radijsjes - brood Zo doe je het: Was de tomaten, snij het hoedje eraf en hol ze uit met een lepel. Vermeng de garnalen, de cocktailsaus, het tomatenvlees, een snuifje peper en de dille. Vul elke tomaat met het mengsel en zet het hoedje er weer bovenop. Schik de gewassen en gesneden groenten eromheen. En dien op met een stukje brood. Lekker!
> Mossels Veel informatie is te lezen op www.wikipedia.org/wiki/mossel.
Let op! Sommige mensen zijn allergisch voor garnalen!
17
GRENS > De ‘draad’ door Boekhoute Bespreek de ideeën van de kinderen om over de elektrische draad te geraken. Naar aanleiding van de draad kunnen enkele gevaren van elektrische spanning besproken worden. Wat gebeurt er wanneer iemand een schok krijgt? Hoe kan hij die krijgen? Hoe kan die vermeden worden? Isolerende materialen? De behandeling van brandwonden? Eenvoudige proefjes met elektriciteit op: www.encyclopedoe.nl > elektriciteit of op www.kinderpleinen.nl > elektriciteit. Een kort en duidelijk filmpje over de eerste behandeling van brandwonden is te zien op: www.schooltv.nl/beeldbank > primair onderwijs > brandwonden. Meer uitleg op: www.brandwonden.be.
> Beperkt grensverkeer Welke documenten hebben volwassenen en kinderen nodig om naar het buitenland te reizen, binnen en buiten de EU? Wie heeft er een kid-ID? Of een internationaal paspoort? Bespreek met de kinderen: wat zouden ze niet meer kunnen als België opnieuw door een elektrische draad zou omgeven zijn en alle verkeer naar het buitenland onmogelijk wordt? Verwijs naar gebieden die nu nog begrensd worden door een draad, muur of ondoorlaatbare grens, zoals de blokkade van de Gazastrook zodat de inwoners niet meer vrij Israël en Egypte kunnen bereiken, de barrière in de stedelijke gebieden op de grens tussen de Verenigde Staten en Mexico en de vele patrouilles, die moeten vermijden dat Mexicanen illegaal de grens overgaan naar de Verenigde Staten. Of dichterbij de Berlijnse muur, die pas in 1989 werd opgeheven. Wijs de kinderen erop dat ook nu nog mensen halsbrekende en levensgevaarlijke toeren uithalen om hun land te ontvluchten op zoek naar een beter leven of omdat het in hun land niet meer veilig is. Meer kindvriendelijke info op de Nederlandse site www.docukit.nl > asielzoekers (ook relevant voor België) en op www.kinderpleinen.nl > asielzoeker – vluchteling.
18
PRAKTISCHE INFORMATIE Voor: jongeren van 7 tot +77 jaar, de klasactiviteit richt zich tot kinderen van 8 tot 13 jaar Materiaal: handcomputer Afstand: 6 kilometer Duur: ongeveer 3 uur Nodig: sport- of wandelschoenen Rolstoelen en kinderwagens: niet toegankelijk Kan gecombineerd worden met een rondleiding in het bezoekerscentrum. Info en reservaties: www.op-zoek-naar-de-verdwenen-havens.be Toerisme Assenede tel. 09 341 90 80 09 373 60 08
[email protected]
19