SCHRIFTELIJKE VRAAG
nr. 267 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 3 april 2015
aan ANNEMIE TURTELBOOM VICEMINISTER-PRESIDENT VAN
DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN
ENERGIE
Warmtekrachtcertificaten - Stand van zaken Elk jaar voor 31 maart dient de elektriciteitsleverancier een aantal warmtekrachtcertificaten in te leveren bij de VREG (Vlaamse Regulator voor Elektriciteitsen Gasmarkt). Het precieze aantal dient overeen te komen met een vooraf wettelijk bepaald quotum. In maart vorig jaar was er een aanzienlijk overaanbod aan beschikbare warmtekrachtcertificaten. Warmtekrachtcertificaten (WKK’s) kunnen ook “geparkeerd” of “gebankt” worden bij een distributienetbeheerder. Daardoor kunnen de distributienetbeheerders de kosten voor de aankoop van certificaten tegen minimumsteun niet meteen recupereren. 1. Hoeveel wkk-certificaten dienden er volgens de quota op 31 maart 2013, op 31 maart 2014 en op 31 maart 2015 ingediend te worden? 2. Hoeveel wkk-certificaten werden er voor 31 maart 2013, op 31 maart 2014 en op 31 maart 2015 ingediend? Graag overzicht per energieleverancier. 3. Wat was het overschot aan certificaten na het beëindigen van de inleveringsronde? 4. Hoe evolueert dit overschot door de jaren heen? Vergelijkingsbasis 2012-2013-2014. 5. Op welke manier evalueert de minister de evolutie van dit overschot? 6. Welke maatregelen zal de minister nemen om dit overschot aan te pakken? 7. Waren er, ondanks de certificatenoverschotten, toch leveranciers die niet aan het quotum voldeden? Graag naam van leverancier en totaalaantal GSC’s die er tekort waren bij inleverronde in 2013-2014 en 2015. 8. Wat was de opgelegde boete per leverancier die niet voldeed aan het quotum? Graag overzicht voor inleverronde 2013-2014 en 2015 met opgave van leverancier en boetebedrag. 9. Wat was de reden van het niet behalen van het quotum bij inleverronde 2013-2014 en 2015? Graag reden per leverancier.
10. Hoe hoog was het bedrag dat uiteindelijk in het Energiefonds werd gestort? 11. Inzake de banking: a) hoeveel wkk-certificaten zijn intussen gebankt; b) wat is de verhouding tussen het aantal gebankte certificaten tegenover het aantal certificaten beschikbaar op de markt; c) is dit aantal gebankte certificaten nog voldoende om de marktprijs op niveau te houden? 12. Inzake de marktprijs: a) de Endex is de referentie voor de elektriciteitsprijzen. Hoe evolueert de spotprijs van de wkk-certificaten; b) hoe verhoudt die marktprijs zich ten opzichte van de verwachte marktprijs van 97 euro, aangenomen in het nieuwe decreet ter ondersteuning van de groene stroom?
ANNEMIE TURTELBOOM VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE
ANTWOORD
op vraag nr. 267 van 3 april 2015 van ROBRECHT BOTHUYNE
1. Voor wat betreft het antwoord op de vragen 1 tot en met 5 voor wat betreft de informatie over de quotumindiening op 31 maart 2013, verwijs ik naar de informatie die de VREG hierover gepubliceerd heeft in zijn Marktrapport m.b.t. het jaar 2012, dat met referentie RAPP-2013-05 beschikbaar is op de VREG-website. Voor wat betreft het antwoord op de vragen 1 tot en met 5 voor wat betreft de informatie over de quotumindiening op 31 maart 2014, verwijs ik naar de informatie die de VREG hierover gepubliceerd heeft in zijn Marktrapport m.b.t. het jaar 2013, dat met referentie RAPP-2014-03 beschikbaar is op de VREG-website. Voor wat betreft het antwoord op de vragen 1 tot en met 5 voor wat betreft de informatie over de quotumindiening op 31 maart 2015, heeft de VREG nog geen informatie gepubliceerd mbt de inleveringsronde van 31 maart 2015. Dit zal gebeuren in de context van het certificatenmarktrapport 2014 dat de VREG midden mei zal voorstellen. 2. Zie antwoord op vraag 1. 3. Zoals hoger aangehaald, publiceerde de VREG nog geen gegevens m.b.t. de inleveringsronde van 31 maart 2015. Een analyse van de overschotten na de inleveringsrondes van 2013 en 2014 kan teruggevonden worden in de hoger aangehaalde VREG Marktrapporten over die jaren. 4. Zoals blijkt uit het hoger aangehaalde VREG Marktrapport 2013, was er op 31 maart 2014 voor het zesde jaar op rij een overaanbod aan beschikbare warmtekrachtcertificaten. Het aantal beschikbare warmte-krachtcertificaten liep verder op en bedroeg niet minder dan 297% van het aantal in te leveren certificaten. 5. De overschotten op de certificatenmarkten zijn mijns inziens een probleem omdat ze wijzen op nog niet doorgerekende certificatenkosten die vroeg of laat wel doorgerekend moeten worden. Bovendien verstoren de overschotten de werking van de certificatenmarkt. Dit wordt ook bevestigd in de analyses waarmee de VREG hier al verschillende keren de aandacht op gevestigd heeft. Onder ander door over deze problematiek advies uit te brengen, zoals onder meer terug te vinden is in ADV-201211. Ook de SERV en de Minaraad hebben de afgelopen jaren al herhaaldelijk op de problematiek van de certificatenoverschotten gewezen. 6. Er wordt gewerkt aan een oplossing van de certificatenoverschotten. Deze oplossing moet rekening houden met de doorrekening in de nettarieven van de saldi die tijdens de periode 2010-2014 opgebouwd zijn bij de netbeheerders door de bevroren nettarieven. 7. Zie antwoord op vraag 1. 8. De boete per niet ingeleverd warmte-krachtcertificaat bedraagt € 41. Indien een elektriciteitsleverancier op 31 maart 2016 te weinig warmte-krachtcertificaten inlevert
om te voldoen aan de quotumplicht, zal hij per ontbrekend certificaat een boete van 38 euro moeten betalen. 9. In 2013 werden geen boetes opgelegd. In 2014 diende Energy Cluster geen warmte-krachtcertificaten in terwijl hun quotumplicht 2 certificaten bedroeg. Zij kregen een boete van 82 EUR. De boetes voor eventuele ontbrekende warmte-krachtcertificaten in het kader van de inleveringsronde van 31 maart 2015 worden op het ogenblik uitgeschreven. 10. De reële inkomsten van het energiefonds die terug te voeren zijn tot de boetes voor het niet voldoen van het quotum inzake WKC bedroegen: voor gans 2013: -
VREG-boetes WKK: 0 euro voor gans 2014:
-
VREG-boetes WKK: 82 euro voor 2015 tot nog toe:
-
VREG-boetes: 0 euro.
11. Banking a. De distributienetbeheerders worden door de bankingregeling verplicht om in totaal 1 miljoen warmte-krachtcertificaten te immobiliseren. Dit houdt in dat deze certificaten tijdelijk niet opnieuw op de bilaterale markten mogen worden aangeboden. Het aantal gebankte WKC is sinds de invoering van de banking stabiel gebleven. b. Het aantal beschikbare WKC voor de inleveringsronde op 31 maart 2014 was 14.712.882. Dit aantal is incl. de 1.000.000 door de netbeheerders gebankte WKC, zoals beschreven in Art.6.4.14 van het Energiebesluit. c. De gebankte WKC hebben geen significante invloed op de transactieprijs van WKC. 12. De gemiddelde transactieprijs van GSC a. De Endex is een termijnbeurs, waar elektriciteit ver- en gekocht wordt voor een zekere periode in de toekomst. De Belpex (Belgian Power Exchange) is een spotmarkt, waar enkel elektriciteit voor day ahead of intra-day kan veren gekocht worden. De VREG publiceert maandelijks de gemiddelde transactieprijs die tot stand komt via bilaterale verkopen die geregistreerd worden in de VREG databank. Dit is dus geen echte marktprijs, daarom spreekt de VREG consequent over de “gemiddelde transactieprijs”. Ik verwijs naar de website van de VREG, waar een grafiek gepubliceerd wordt die de onder- en bovengrens van de bilaterale warmte-krachtcertificatenmarkt weergeeft. De prijs die tot stand komt door de – steeds belangrijker wordende – veilingen van certificaten door de netbeheerders komt nog het dichtst in de buurt van een ‘spotprijs’ voor WKC. Hiervoor verwijs ik naar het recentste rapport dat de VREG publiceerde over de manier waarop de netbeheerders omgaan met de door hen aan minimumprijs opgekochte certificaten, dat met referentie RAPP-2014-09 beschikbaar is op de VREG-website.
b. De laatste gemiddelde transactieprijs die de VREG publiceerde, nl voor de maand februari 2015, bedroeg € 21,73.