Sociaal Kader In verband met de wijziging van de logistieke organisatie van Albert Heijn Voor de periode van 1 september 2009 t/m 31 maart 2013
1
Inhoudsopgave I. Artikel 1 Artikel 2
Algemeen Werkingsfeer Definities
II.
Artikel 5 Artikel 6
Regels om vast te stellen of de medewerker in aanMerking komt voor herbenoeming of herplaatsing Medewerkers van 56 jaar en ouder Vaststelling of de medewerker in aanmerking komt voor herplaatsing 4.1 De functie is ongewijzigd 4.2 Het afspiegelingsbeginsel 4.3 De functie wijzigt 4.4 De functie vervalt 4.5 Uitwisselbare functie 4.6 Overzicht in Bijlage I Bijzondere situaties Toetsingscommissie
III. Artikel 7
Opleiding Opleiding
8
IV. Artikel 8
Onderzoek passende functie Onderzoek passende functie
8
V.
Artikel 14 Artikel 15 Artikel 16
Herplaatsing binnen de logistieke organisatie Albert Heijn of binnen Ahold Passende functie binnen de logistieke organisatie van Albert Heijn of Ahold Afwijzing passende functie Arbeidsvoorwaarden bij herplaatsing binnen de logistieke organisatie van Albert Heijn Arbeidsvoorwaarden bij herplaatsing binnen Ahold Arbeidsvoorwaarden bij plaatsing als Magazijnmedewerker 3 (Vangnet) Verhuiskosten Reistijd en –kosten Proeftijd en anciënniteit
VI. Artikel 17 Artikel 18
Begeleidingsovereenkomst Inhoud begeleidingsovereenkomst Begeleiding
VII. Artikel 19 Artikel 20
Beëindiging dienstverband Beëindiging dienstverband Uitkering bij eerder vertrek gedurende de begeleidingsperiode en aanvulling bij indiensttreding bij een werkgever buiten Ahold I. Uitkering bij eerder vertrek gedurende de begeleidingsperiode II. Indiensttreding bij een werkgever buiten Ahold
14 14
Nadere bepalingen Arbeidsongeschiktheid Pensioen Winstuitkering Studiekostenvergoeding Zakenjubileum
15 16 17 17 17
Artikel 3 Artikel 4
Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11 Artikel 12 Artikel 13
VIII. Artikel Artikel Artikel Artikel Artikel
21 22 23 24 25
Blz. 4 4
2
5 6 6 6 6 6 7 7 7 8
9 9 10 10 11 11 12 12
12 13
14 14
Inhoudsopgave (vervolg)
Blz.
Artikel 26
Nieuwe functies en nieuw werkrooster
17
IX. Artikel 27
Toetsings- en Begeleidingscommissie Toetsings- en Begeleidingscommissie
17
X. Artikel Artikel Artikel Artikel
Slotbepalingen Overleg tussen partijen Overleg over tussentijdse wijzigingen Hardheidsclausule Looptijd
18 18 18 18
Overzicht regels voor de vaststelling welke medewerker voor herbenoeming of herplaatsing in aanmerking komt
20
Protocol herplaatsinginspanningen Sociaal Kader Logistieke Organisatie Albert Heijn
21
28 29 30 31
Bijlage I.
Bijlage II.
Bijlage III. Regeling in verband met verhuizing
24
Bijlage IV.
24
Adres Toetsings- en Begeleidingscommissie
3
SOCIAAL KADER IN VERBAND MET DE WIJZIGING VAN DE LOGISTIEKE ORGANISATIE VAN ALBERT HEIJN BV Ondergetekenden, 1. Albert Heijn BV, hierna te noemen Albert Heijn, en 2. CNV Dienstenbond en FNV Bondgenoten, hierna te noemen de vakbonden,
Overwegende - dat Albert Heijn de komende jaren een nieuwe impuls aan haar groei wil geven; - dat de logistieke organisatie van Albert Heijn hieraan bijdraagt door met een nieuwe manier van werken de organisatie efficiënter en effectiever te maken; - dat daarom een nieuw model voor de logistieke organisatie wordt ingevoerd; - dat de organisatie wordt ingericht volgens de organisatieprincipes van een excellente operatie, krachtige vernieuwing en efficiënte, professionele support; - dat het wenselijk is over de gevolgen daarvan voor de betrokken medewerkers afspraken te maken - dat Albert Heijn werkt conform de Albert Heijn cultuurwaarden, waarbij kwaliteit bereikt wordt door maximaal gebruik te maken van en te investeren in de medewerkers in de logistieke organisatie; - dat uitgangspunt is dat behoud van werk wordt geboden; dat Albert Heijn daarom een maximale inspanning zal leveren om de medewerker die zijn functie verliest te herplaatsen binnen of buiten de logistieke organisatie van Albert Heijn, binnen of buiten Ahold; - dat ook van de medewerker een actieve opstelling wordt verwacht bij het zoeken van een andere passende functie;
verklaren het volgende te zijn overeengekomen:
Hoofdstuk I Algemeen Artikel 1 Werkingssfeer Dit Sociaal Kader is van toepassing op de medewerkers met een dienstverband voor bepaalde en onbepaalde tijd die onder de werkingssfeer vallen van de Cao voor het personeel van de distributieorganisatie van Albert Heijn BV. Voor de medewerkers met een dienstverband voor bepaalde tijd is Hoofdstuk VII en VIII niet van toepassing.
Artikel 2 Definities Ahold De Nederlandse werkmaatschappijen van Koninklijke Ahold NV. Directie Directie van Albert Heijn.
4
Uitbetaalde uren Het aantal betaalde uren, exclusief overuren. Periode Termijn van vier weken waarover de salarisbetaling plaatsvindt. Functie-uurloon Het op grond van een normale taakvervulling, leeftijd, dienstjaren en/of ervaring door de medewerker bereikte bruto uurloon. Periodesalaris De uitkomst van het functie-uurloon vermenigvuldigd met het in enige periode voor de medewerker geldende aantal contracturen. Persoonlijke toeslag na herplaatsing binnen Ahold Het verschil tussen het vast loon incl. het aantal te werken uren in de oude en de nieuwe functie uitgedrukt in een bedrag per periode. Maximum uurloon Het op grond van normale taakvervulling, leeftijd, dienstjaren en/of ervaring hoogst bereikbare functie-uurloon, zoals overeengekomen in de voor de medewerker geldende CAO. Vast loon Het periodesalaris vermeerderd met de vaste toeslagen die een medewerker ontvangt (exclusief vakantietoeslag). Vaste toeslagen Dit zijn bruto toeslagen die niet in het functie-uurloon zijn opgenomen t.w. (limitatief): - vaste toeslagen, niet zijnde onkosten- en/of representatie-vergoedingen - persoonlijke toeslag Vrije tijd Vakantie ADV PVT TVT Te herplaatsen medewerker De medewerker die bij toepassing van de regels zoals genoemd in Hoofdstuk II voor herplaatsing binnen de logistieke organisatie, binnen Ahold of in het uiterste geval buiten Ahold in aanmerking komt.
Hoofdstuk II Regels om vast te stellen of de medewerker in aanmerking komt voor herbenoeming of herplaatsing De logistieke organisatie van Albert Heijn wijzigt. Bij de overgang naar de nieuwe organisatie zullen functies ongewijzigd terugkeren maar er kunnen ook functies wijzigen of functies vervallen. De spelregels die worden toegepast om te bepalen of de medewerker herbenoemd wordt of herplaatst moet worden zijn in dit hoofdstuk opgenomen. Artikel 3 Medewerkers van 56 jaar en ouder Medewerkers van 56 jaar of ouder worden op het moment dat zij hun functie verliezen binnen Ahold herplaatst, tenzij er bijzondere omstandigheden (arbeidsongeschiktheid,
5
traject waarin vanwege andere redenen dan het vervallen van de functie de beëindiging van het dienstverband aan de orde is enz.) zijn die dit onmogelijk maken. Artikel 4 Vaststelling of de medewerker in aanmerking komt voor herplaatsing 4.1 De functie is ongewijzigd 4.1.1 Een functie keert ongewijzigd terug in de nieuwe organisatie indien er geen (belangrijke) veranderingen zijn opgetreden in: • functie-inhoud • vereiste kennis en kunde om de functie te kunnen vervullen • benodigde competenties voor de functie • plaats in de organisatie van de functie • verantwoordelijkheid van de functie • beloningsniveau van de functie. 4.1.2.Indien meerdere medewerkers dezelfde ongewijzigde functie vervullen, en deze functie blijft in aantal gelijk, dan worden al deze medewerkers herbenoemd in deze functie. 4.1.3. Als de ongewijzigde functie echter in een lager aantal terugkeert, wordt het afspiegelingsbeginsel toegepast zoals opgenomen in artikel 4.2 hierna
4.2 Het afspiegelingsbeginsel 4.2.1 De medewerkers worden ingedeeld in vijf leeftijdsgroepen: van 15 tot 25 jaar, van 25 tot 35 jaar, van 35 tot 45 jaar, van 45 tot 55 jaar en van 55 jaar en ouder. Vervolgens wordt binnen elke leeftijdsgroep vastgesteld wat de duur van het dienstverband is. De medewerkers met het kortste dienstverband komen vervolgens in de situatie zoals hierna genoemd in artikel 4.2.2 het eerst in aanmerking om herplaatst te worden in een andere interne (of externe) functie. 4.2.2 Het afspiegelingsbeginsel wordt toegepast in de volgende situaties: 1. de functie keert ongewijzigd terug, maar neemt in aantal af (artikel 4.1); 2. de functie is gewijzigd of vervalt, is uitwisselbaar en keert in minder aantal terug (artikel 4.5.3).
4.3 De functie wijzigt 4.3.1 Een functie wordt als gewijzigd beschouwd indien er op meerdere van de volgende punten (sterke) wijzigingen zijn ten opzichte van de oorspronkelijke functie: • functie-inhoud • vereiste kennis en kunde om de functie te kunnen vervullen • benodigde competenties voor de functie • plaats in de organisatie van de functie • verantwoordelijkheid van de functie • beloningsniveau van de functie. Een wijziging in slechts één van deze punten is op zich niet voldoende om van een gewijzigde functie te spreken. Alle wijzigingen moeten gezamenlijk beschouwd worden. 4.3.2 Indien een functie wijzigt is artikel 4.5 van toepassing. 4.4 De functie vervalt De functie keert niet terug in de nieuwe organisatie.
6
Indien een functie vervalt is artikel 4.5 van toepassing. 4.5 Uitwisselbare functie 4.5.1 Indien een functie wijzigt (artikel 4.3) of vervalt (artikel 4.4), moet worden nagegaan of de oorspronkelijke functie in de oude organisatie uitwisselbaar is met een functie in de nieuwe organisatie. Uitwisselbare functies zijn functies die naar functie-inhoud, vereiste kennis en kunde en benodigde competenties vergelijkbaar zijn en op beloningsniveau gelijkwaardig zijn. Bij de vaststelling van de uitwisselbaarheid worden alle functies van de betreffende afdeling op het Distributiecentrum betrokken. Of een functie uitwisselbaar is met een andere functie hangt af van het volgende: • functie-inhoud: taken (activiteiten en handelingen) en resultaten (output, kwantiteiten,prestatie) • voor de functies is hetzelfde kennis- en ervaringsniveau vereist: functie-eisen en opleidingsniveau moeten dus vergelijkbaar zijn • benodigde competenties • omstandigheden waaronder de functie wordt uitgeoefend • het beloningsniveau (functies op verschillende beloningsniveaus zijn in principe niet uitwisselbaar) • de werkzaamheden moeten dezelfde aard hebben. 4.5.2 Als de gewijzigde of vervallen functie uitwisselbaar is met een andere functie en het aantal functies neemt in totaliteit niet af, dan worden de medewerkers herbenoemd. 4.5.3 Als de gewijzigde of vervallen functie uitwisselbaar is met een andere functie, maar het aantal neemt af, dan wordt het afspiegelingsbeginsel zoals opgenomen in artikel 4.2 toegepast. 4.5.4 Als de gewijzigde of vervallen functie niet uitwisselbaar is met een andere functie, komt de medewerker in aanmerking voor herplaatsing, intern (of extern), met toepassing van artikel 8.1.
4.6 Overzicht in Bijlage I In Bijlage I van dit Sociaal Kader is opgenomen: 1. Een overzicht van de regels zoals genoemd in artikel 4; 2. Een overzicht van de productiefuncties in de oude en nieuwe organisatie. Hierbij is vermeld: - of de functie ongewijzigd is of wijzigt/vervalt - of de functie uitwisselbaar is. Artikel 5 Bijzondere situaties Albert Heijn zal speciaal aandacht schenken aan bijzondere situaties (bijv. medewerkers met een historie van arbeidsongeschiktheid, enz .) Binnen de kaders van redelijkheid en billijkheid zal waar nodig maatwerk worden toegepast door de Toetsings- en Begeleidingscommissie. De intentie is het uitgangspunt van werk naar werk hierbij te hanteren
7
Artikel 6 Toetsingscommissie 6.1 De medewerker die van mening is dat de regels zoals opgenomen in Hoofdstuk II in zijn situatie niet goed zijn toegepast, kan dit schriftelijk gemotiveerd voorleggen aan de Toetsingscommissie. 6.2 Deze Toetsingscommissie bestaat uit de Manager HR van de logistieke organisatie, een Operationeel Sitemanager, een OR-lid en een medewerker van de afdeling Labour Affairs of Juridische Zaken. 6.3 De Toetsingscommissie beoordeelt de klacht en deelt de medewerker mee wat haar beslissing is. De Toetsingscommissie zal de Toetsings- en Begeleidingscommissie tevens informeren over haar beslissing.
Hoofdstuk III Opleiding Artikel 7 Opleiding Gedurende de migratie naar het nieuwe organisatiemodel worden de werkprocessen geleidelijk conform het nieuwe model georganiseerd. Dit betekent dat gaandeweg de nieuwe functies worden geïntroduceerd. Voor iedere nieuwe functie is vastgesteld wat de veranderingen zijn ten opzichte van de huidige functie. Tevens wordt per individuele medewerker bepaald wat de daaruit voortvloeiende opleidingsbehoefte is. Met trainingen worden de medewerkers ondersteund bij hun eventuele nieuwe taak. Alle managers en leidinggevenden hebben een belangrijke rol in het ‘managen van de verandering’ en worden hiertoe opgeleid.
Hoofdstuk IV Onderzoek passende functie Artikel 8 Onderzoek passende functie 8.1 Op het moment dat de medewerker zijn functie daadwerkelijk verliest en als te herplaatsen medewerker moet worden beschouwd, wordt binnen de logistieke organisatie van Albert Heijn en binnen Ahold nagegaan of een passende functie kan worden aangeboden. De uitkomst hiervan zal met de medewerker worden besproken en schriftelijk bevestigd. 8.2 Indien de medewerker voor wie binnen de logistieke organisatie van Albert Heijn en binnen Ahold wordt nagegaan of een passende functie kan worden aangeboden, buiten Ahold een functie aanvaardt en dus geen mogelijk aanbod tot herplaatsing binnen Ahold afwacht, kan hij geen rechten meer ontlenen aan de inhoud van dit Sociaal Kader. Indien echter binnen twee weken na de mededeling van de medewerker nog niet vast staat of een passende functie kan worden aangeboden wordt de vergoeding uitgekeerd zoals opgenomen in artikel 20.1 en 20.2. 8.3 Indien een passende functie kan worden aangeboden is Hoofdstuk V van toepassing. 8.4 Indien geen passende functie kan worden aangeboden is Hoofdstuk VI van toepassing.
8
Hoofdstuk V Herplaatsing binnen de logistieke organisatie Albert Heijn of binnen Ahold Artikel 9 Passende functie binnen de logistieke organisatie van Albert Heijn of Ahold 9.1 Bij de beoordeling of een andere functie passend is zullen de volgende criteria gehanteerd worden: • de mate waarin de functie overeenstemt met de capaciteiten van de medewerker en het niveau van de huidige functie; • de mate waarin de aard van het werk aansluit bij opleiding en ervaring van de medewerker; • aan de functie-eisen moet (op termijn) kunnen worden voldaan; • de mate waarin het maximum uurloon van de nieuwe functie het maximum uurloon van de oude functie benadert. Hierbij geldt als uitgangspunt dat het nieuwe maximum uurloon niet lager is dan 80% van het maximum uurloon van de oude functie; • de mate waarin de nieuwe werktijden van de nieuwe functie overeenstemmen met de werktijden van de oude functie, of voor de medewerker geen zwaarwegende knelpunten opleveren; • de functie heeft een vergelijkbaar aantal contracturen. Indien in de oude functie het aantal uitbetaalde uren afwijkt van het aantal contracturen, wordt het aantal contracturen van de oude functie gelijk gesteld met het gemiddelde aantal uitbetaalde uren per periode, berekend over het tijdvak van drie perioden en indien dit geen redelijke afspiegeling is, over een tijdvak van zes perioden, waarvan de einddatum de laatste dag van de periode is, voorafgaand aan de periode van de herplaatsing. • bij de beoordeling van het totale pakket arbeidsvoorwaarden van de nieuwe functie ten opzichte van de oude functie zullen werkmaatschappij- en Aholdregelingen die van toepassing worden, betrokken worden; • de noodzaak om te verhuizen; • persoonlijke omstandigheden. 9.2 De beoordeling van de passendheid zal niet plaats vinden per criterium afzonderlijk, maar aan alle criteria gezamenlijk, waarbij punten die pleiten voor passendheid worden afgewogen tegen punten die daartegen pleiten. In deze afweging kan echter niet van de 80%-regel ( artikel 9.1, vierde bullit) worden afgeweken. 9.3 Indien herplaatsing in een passende functie mogelijk is zal dit schriftelijk aan de medewerker worden bevestigd, waarbij alle relevante informatie wordt vermeld. De medewerker zal binnen twee weken na dagtekening van de schriftelijke bevestiging een reactie geven. De medewerker kan de Toetsingscommissie (zie artikel 6) verzoeken de aangeboden functie als niet passend te beschouwen.
Artikel 10 Afwijzing passende functie 10.1 Indien het maximum uurloon van de nieuwe functie 80% tot 90% van het maximum uurloon van de oude functie is, kan de medewerker ervoor kiezen de nieuwe functie te aanvaarden of gebruik te maken van de resterende begeleidingsperiode. 10.2 Indien de totale reistijd per dag heen en terug naar de nieuwe locatie meer bedraagt dan de gemiddelde reistijd naar de oude locatie plus 40 minuten, mag de medewerker de functie als niet passend afwijzen.
9
10.3 Indien een functie wordt aangeboden en de medewerker van mening is dat de functie niet passend is, dient de medewerker uiterlijk binnen twee weken na de datum van de schriftelijke bevestiging van het aanbod, dit aanbod aan de Toetsings- en Begeleidingscommissie voor te leggen. 10.4 Indien de medewerker een aanbod van een passende functie afwijst zonder de procedure van artikel 10.3 te volgen, zal een ontslagvergunning worden aangevraagd bij het UWV en kan de medewerker geen rechten meer ontlenen aan de inhoud van dit Sociaal Kader.Indien deze situatie zich voordoet zal dit door Albert Heijn worden gemeld aan de Toetsings- en Begeleidingscommissie. 10.5 De Toetsings- en Begeleidingscommissie doet zo mogelijk binnen twee weken, doch uiterlijk binnen drie weken na ontvangst van het verzoek tot toetsing zoals bedoeld in artikel 10.3, een uitspraak. 10.6 Indien de Toetsings- en Begeleidingscommissie bij meerderheid van oordeel is dat het aanbod aan de in dit plan neergelegde toetsingscriteria voldoet, zal deze functie nogmaals aan medewerker worden aangeboden en moet de medewerker binnen één week aangeven of hij de functie alsnog zal accepteren. Indien de Toetsings- en Begeleidingscommissie bij meerderheid van oordeel is dat het aanbod niet passend is, zal gedurende de resterende duur van de begeleidingsperiode het zoeken naar een nieuwe functie worden voortgezet. 10.7 Bij het volharden in afwijzing van een na toetsing als passend te beschouwen functie zal een ontslagvergunning worden aangevraagd bij het UWV en kan de medewerker geen rechten meer ontlenen aan de inhoud van dit Sociaal Kader.
Artikel 11 Arbeidsvoorwaarden bij herplaatsing binnen de logistieke organisatie van Albert Heijn 11.1 Indien een medewerker wordt herplaatst in een functie die gelijk is aan de functie die de medewerker vóór de herplaatsing vervulde, maar die functie op basis van weging in een lagere salarisschaal wordt ingedeeld, zal een eventueel verschil in salaris niet worden afgebouwd. 11.2 De medewerker behoudt het perspectief van doorgroei naar het maximum uursalaris van de salarisschaal behorende bij de functie die de medewerker vóór de herplaatsing vervulde.
Artikel 12 Arbeidsvoorwaarden bij herplaatsing binnen Ahold 12.1 Indien een medewerker wordt herplaatst zal een eventueel negatief verschil in beloning als een persoonlijke toeslag per periode worden toegekend. 12.2 De persoonlijke toeslag wordt gelijktijdig met de CAO-verhoging van het nieuwe periodesalaris, afhankelijk van de leeftijd van de medewerker, als volgt afgebouwd: • Van het bedrag van de loonaanpassing van het nieuwe periodesalaris. • Voor medewerkers, die op het moment van herplaatsing 35 jaar of ouder en jonger dan 45 zijn: ½ van het bedrag van de loonaanpassing van het nieuwe periodesalaris. • Voor medewerkers, die op het moment van herplaatsing jonger dan 35 jaar zijn: 2/3 Voor medewerkers, die op het moment van herplaatsing 45 jaar of ouder zijn en jonger dan 50 jaar zijn: 1/3 van het bedrag van de loonaanpassing van het nieuwe periodesalaris. • Voor medewerkers, die op het moment van herplaatsing 50 jaar of ouder maar jonger dan 56 jaar zijn zal geen afbouw plaats vinden van de persoonlijke toeslag.
10
12.3 Over de persoonlijke toeslag wordt vakantietoeslag gegeven. 12.4 Over de persoonlijke toeslag wordt pensioen opgebouwd conform de voor de medewerker na de herplaatsing geldende pensioenregeling. De door de medewerker verschuldigde bijdrage in de pensioenpremie wordt conform deze pensioenregeling ook berekend over de persoonlijke toeslag. 12.5 De persoonlijke toeslag wordt niet geïndexeerd. 12.6 Individuele verhogingen op basis van beoordeling/promotie, functiejaren of toevoegingen van vaste toeslagen enz. worden in zijn geheel in mindering gebracht op de persoonlijke toeslag. 12.7 Medewerkers die op het moment van herplaatsing 56 jaar of ouder zijn behouden hun salaris en krijgen geen persoonlijke toeslag toegekend. Het salaris wordt geïndexeerd op grond van de afspraken in de toepasselijke CAO. 12.8 Bij de toepassing van artikel 12.1 blijft een persoonlijke toeslag die reeds was toegekend op basis van een eerder Sociaal Plan of Regeling m.b.t. inkomensgevolgen buiten beschouwing. Deze persoonlijke toeslag zal worden behandeld conform dat Sociaal Plan of die Regeling. 12.9 Indien het aantal contracturen van de oude functie hoger is, wordt bij de vaststelling van de persoonlijke toeslag uitgegaan van het aantal contracturen van de nieuwe functie tenzij er zwaarwegende factoren zijn hiervan af te wijken. Indien het aantal contracturen van de oude functie lager is, wordt uitgegaan van dit lagere aantal. Indien in de oude functie het aantal uitbetaalde uren afwijkt van het aantal contracturen, wordt het aantal contracturen gelijk gesteld met het gemiddelde aantal uitbetaalde uren per periode, berekend over het tijdvak van drie perioden en indien dit geen redelijke afspiegeling is, over een tijdvak van zes perioden, waarvan de einddatum de laatste dag van de periode is, voorafgaand aan de periode waarin de laatste dag in dienst is gelegen.
Artikel 13 Arbeidsvoorwaarden bij plaatsing als Magazijnmedewerker 3 (Vangnet) 13.1 Een medewerker wiens functieniveau is gelegen boven dat van de magazijnmedewerker 3, en voor wie geen passende functie beschikbaar is en die na 6 maanden onverhoopt geen baan heeft gevonden kan er voor kiezen als Magazijnmedewerker 3 geplaatst te worden mits aan de functie eisen wordt voldaan. 13.2 Indien het verschil tussen het uurloon van de medewerker en het maximum uurloon van de functie Magazijnmedewerker 3 groter is dan 25% van dit maximum uurloon zal het meerdere boven de 25% in maximaal 1,5 jaar worden afgebouwd. Dit geschiedt als volgt:vanaf het moment van benoeming tot Magazijnmedewerker 3 zal gedurende 13 perioden het meerdere worden doorbetaald en aansluitend gedurende 6 perioden de helft daarvan. 13.3 Na toepassing van artikel 13.2 zijn voor het overblijvende verschil in beloning de regels van toepassing zoals hiervoor opgenomen in artikel 12.
Artikel 14 Verhuiskosten Indien de medewerker genoodzaakt is te verhuizen wegens herplaatsing is Bijlage III van toepassing. Binnen één jaar na de herplaatsing dient het besluit tot verhuizing genomen te 11
zijn. Indien dit besluit genomen is dient binnen twee jaar na de herplaatsing de verhuizing plaats te vinden.
Artikel 15 Reistijd en -kosten Bij toename van reistijd en reiskosten als gevolg van herplaatsing binnen Ahold naar een andere locatie gelden de volgende regels: 15.1 Indien de totale reistijd per dag heen en terug naar de nieuwe locatie meer bedraagt dan de gemiddelde reistijd naar de oude locatie plus 40 minuten, wordt gedurende drie jaar gerekend vanaf het moment van herplaatsing, per gewerkte dag voor dit meerdere een toeslag, gegeven, berekend op basis van het uurloon. Bij deeltijdwerk in de vorm van minder uren per dag wordt de ondergrens van ‘plus 40’minuten naar rato bijgesteld tot tenminste ‘plus 20’ minuten.
15.2 De reiskosten worden gedurende drie jaar vergoed op basis van de geldende Ahold reiskostenregeling woon-werkverkeer, waarbij het maximum te vergoeden aantal kilometers zoals in de reiskostenregeling is opgenomen (45 kilometer) buiten werking wordt gesteld. Na de drie jaar is de dan geldende Ahold reiskostenregeling van toepassing.
Artikel 16 Proeftijd en anciënniteit Herplaatsing van een medewerker met een dienstverband voor onbepaalde tijd binnen Ahold vindt plaats binnen een dienstverband voor onbepaalde tijd zonder proeftijd, met behoud van anciënniteit.
Hoofdstuk VI Begeleidingsovereenkomst
Artikel 17 Inhoud begeleidingsovereenkomst 17.1 Indien na het onderzoek zoals genoemd in artikel 8.4 geen passende functie kan worden aangeboden, wordt met de medewerker een begeleidingsovereenkomst afgesloten. 17.2 In de begeleidingsovereenkomst wordt vastgelegd: - dat de inhoud van dit Sociaal Kader onderdeel van de begeleidingsovereenkomst is; - dat de medewerker gedurende een half jaar boven de sterkte op de eigen of andere afdeling werkzaam zal zijn en de door de medewerker te verrichten werkzaamheden; - de ingangsdatum van dit half jaar; - dat de medewerker wordt begeleid in het zoeken naar een functie buiten Ahold zoals uiteengezet in artikel 18 hierna; - dat indien de medewerker geen functie heeft gevonden, na afloop van het hierboven genoemde half jaar de volgens de CAO geldende opzegtermijn aanvangt; - de datum van het einde van het dienstverband. 17.3 Indien de medewerker de begeleidingsovereenkomst niet wil ondertekenen zal een ontslagvergunning bij het UWV worden aangevraagd en kan de medewerker geen rechten meer ontlenen aan de inhoud van dit Sociaal Kader.
12
Artikel 18 Begeleiding 18.1 De medewerker wordt gedurende maximaal 9 maanden begeleid door een extern bureau met kennis van de arbeidsmarkt in samenwerking met de afdeling HR. De kosten van de begeleiding zijn voor rekening van Albert Heijn. 18.2 De begeleiding zal worden uitgevoerd conform het “Protocol Herplaatsingsinspanningen Sociaal Kader logistieke organisatie Albert Heijn ” dat als Bijlage II bij dit Sociaal Kader is opgenomen. 18.3 De medewerker zal voor 2/5 deel van zijn contracturen worden vrijgesteld van de reguliere werkzaamheden, indien hij dit noodzakelijk acht voor optimale deelname aan de begeleiding. 18.4 Indien vaststaat dat er bij het begin van de begeleidingsperiode geen passende functie binnen Ahold kan worden aangeboden, zal de begeleiding gericht zijn op het vinden van werk buiten Ahold. 18.5 De medewerker die buiten Ahold een functie aanvaardt en binnen een half jaar na aanvang in deze functie alsnog verder beroep op begeleiding wil doen, kan een verzoek hiertoe ter beoordeling voorleggen aan de Toetsings- en Begeleidingscommissie De medewerker die binnen Ahold is herplaatst kan binnen twee maanden na de aanvangsdatum van de herplaatsing verder beroep doen op begeleiding. De vervolgbegeleiding zal worden gegeven gedurende de nog niet verstreken duur van de begeleidingsperiode met een minimum van 2 perioden. 18.6 Het is mogelijk dat in het kader van de begeleiding medewerkers tijdelijk buiten Ahold als inleenkracht werkzaam zijn met het oog op de mogelijkheid dat aansluitend aan de inleenperiode door de inlenende werkgever een dienstverband wordt aangeboden. Deze medewerkers zullen met behoud van arbeidsvoorwaarden gedetacheerd worden bij de inlenende werkgever. Gedurende deze periode wordt de begeleiding opgeschort. Indien na afloop van de inleenperiode buiten de schuld van de medewerker geen dienstverband wordt aangeboden, hervat de begeleiding voor de resterende duur van de begeleidingsperiode met een minimum van 2 perioden. 18.7 Indien het dienstverband nog niet beëindigd is, en aan de medewerker een passende functie binnen de logistieke organisatie of Ahold wordt aangeboden is Hoofdstuk V van toepassing. 18.8 Medewerkers die herplaatst moeten worden hebben - mits zij geschikt zijn - voorrang bij plaatsing indien zij solliciteren op een vacature waarop ook medewerkers solliciteren die niet herplaatst behoeven te worden. In de situatie waarin méér medewerkers die herplaatst moeten worden even geschikt zijn, geldt dat de medewerker met het langste dienstverband voorrang heeft.
13
Hoofdstuk VII Beëindiging dienstverband
Artikel 19 Beëindiging dienstverband
19.1 De Toetsings- en Begeleidingscommissie zal periodiek geïnformeerd worden over de beëindigingen van dienstverbanden. Vóór het moment van het einde van het dienstverband zal, indien de medewerker onverhoopt nog geen andere functie gevonden heeft, op verzoek van de medewerker zijn casus besproken worden in de Toetsings- en Begeleidingscommissie. De commissie zal een rapport ontvangen van de gerealiseerde begeleiding om de betrokken medewerker te helpen bij het vinden van een functie buiten Ahold. Tevens zal Albert Heijn aan de commissie verslag uitbrengen over de inspanningen om de betrokken werknemer intern te herplaatsen. Op basis van het rapport en het verslag kan de commissie: • een advies aan de Directie uitbrengen dat gericht is op een herstel van de inspanning gericht op interne herplaatsing en/of, • een advies aan de Directie uitbrengen indien de begeleidingsafspraken t.a.v. de betrokken medewerker door Albert Heijn zoals vastgelegd in Bijlage II onvoldoende zijn nagekomen.
19.2 De Toetsings- en Begeleidingscommissie zal aan het einde van de begeleidingsperiode de Directie adviseren de begeleiding na beëindiging van het dienstverband nog enige tijd voort te zetten, indien wordt voldaan aan onder meer de volgende criteria: • De medewerker heeft zich gedurende de oorspronkelijke begeleidingsperiode niet aflatend ingespannen om een andere baan te vinden en • er is sprake van een voldoende realistische houding t.a.v. de mogelijkheden op de arbeidsmarkt en • er is een reële kans op het alsnog vinden van een baan met voortzetting van de begeleiding. De Directie zal dit advies in haar besluitvorming zwaar laten wegen.
Artikel 20 Uitkering bij eerder vertrek gedurende de begeleidingsperiode en aanvulling bij indiensttreding bij een werkgever buiten Ahold I. Uitkering bij eerder vertrek gedurende de begeleidingsperiode 20.1 De medewerker die een functie buiten Ahold aanvaardt, waarbij niet of niet geheel van de begeleidingsperiode gebruik is gemaakt, ontvangt een bruto uitkering. Er kan daarna geen beroep meer op artikel 18.5 worden gedaan. De uitkering bedraagt twee derde van het vast loon incl. vakantietoeslag over het de resterende begeleidingsperiode. Die resterende periode wordt gemeten vanaf de datum van de laatste dag in dienst bij Albert Heijn. II. Aanvulling bij indiensttreding bij een werkgever buiten Ahold 20.2 Indien een medewerker tijdens de begeleidingsperiode in dienst treedt bij een werkgever buiten Ahold zal het verschil tussen het vast loon incl. vakantietoeslag en het aantal te werken uren in de oude en de nieuwe functie uitgedrukt worden in een bedrag per periode. 14
Bij de vergelijking van het vast loon incl. vakantietoeslag en het aantal te werken uren wordt een full-time aantal contracturen per periode met het daarbij behorende bruto salaris bij de nieuwe werkgever vergeleken met het full-time aantal contracturen en het daarbij behorende salaris bij Albert Heijn, met inachtneming van het daadwerkelijk aantal te werken uren. Vervolgens wordt het verschil in salaris vastgesteld naar rato van het daadwerkelijke aantal contracturen bij de nieuwe werkgever met in achtneming van artikel 20.3. Bij de berekening van de uitkering conform artikel 20.5 zal gerekend worden met een verschil zoals genoemd in de eerste zin van dit artikel ter grootte van maximaal 25% van het vast loon incl. vakantietoeslag bij Albert Heijn. 20.3 Aanvulling vindt plaats naar rato van het aantal contracturen bij de nieuwe werkgever. Het aantal uren waarover een aanvulling wordt uitgekeerd is maximaal gelijk aan het aantal contracturen dat de medewerker bij Albert Heijn had. Indien bij Albert Heijn het aantal uitbetaalde uren afwijkt van het aantal contracturen, wordt het aantal contracturen gelijk gesteld met het gemiddelde aantal uitbetaalde uren per periode, berekend over het tijdvak van drie perioden, en indien dit geen redelijke afspiegeling is, over een tijdvak van zes perioden, waarvan de einddatum de laatste dag van de periode is, voorafgaand aan de periode waarin de laatste dag in dienst is gelegen. 20.4 De maximale duur van de aanvulling wordt als volgt vastgesteld: Som van leeftijd+ hele diensttijd in jaren Gelijk of kleiner dan 25.5 26 t/m 32.5 33 t/m 39.5 40 t/m 49.5 50 t/m 59.5 60 en hoger
Maximale duur aanvulling 35 40 60 87 120 153
weken weken weken weken weken weken
De som van leeftijd en diensttijd wordt rekenkundig afgerond. 20.5 De bruto som van de aanvullingen, zoals bedoeld in artikel 20.2 zal bij het einde van het dienstverband worden uitgekeerd.
Hoofdstuk VIII Nadere bepalingen Artikel 21 Arbeidsongeschiktheid Indien de arbeidsongeschikte medewerker de begeleidingsovereenkomst niet wil ondertekenen zal een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst bij de Kantonrechter worden ingediend, en kan de medewerker geen rechten meer ontlenen aan de inhoud van dit Sociaal Kader. Indien de medewerker door arbeidsongeschiktheid meer dan twee derde deel van de begeleidingsperiode niet heeft kunnen gebruiken, wordt de begeleidingsperiode met drie maanden verlengd.
15
Indien de medewerker arbeidsongeschikt is op het moment van beëindiging van het dienstverband onder toepassing van dit Sociaal Kader kan geen beroep gedaan worden op de inhoud van de WAO- of WIA CAO. Medewerkers die op het moment van beëindiging van het dienstverband een suppletie op een gedeeltelijke WAO-uitkering, WIA-uitkering en/of WW-uitkering ontvangen, behouden deze suppletie volgens de daarvoor geldende duur en voorwaarden zoals opgenomen in de toepasselijke regeling. De overige bepalingen van dit Sociaal Kader zijn van toepassing voor het deel dat de medewerker arbeidsgeschikt is. Medewerkers die (op het moment van beëindiging van het dienstverband) een suppletie op een volledige WAO-uitkering, WIA-uitkering en/of WW-uitkering ontvangen, behouden deze suppletie volgens de daarvoor geldende duur en voorwaarden zoals opgenomen in de toepasselijke regeling en kunnen verder geen rechten ontlenen aan de inhoud van dit Sociaal Kader . Indien de medewerker, waarmee het dienstverband beëindigd gaat worden, bezig is met een reïntegratietraject in het kader van arbeidsongeschiktheid, wordt deze in de gelegenheid gesteld dit traject af te ronden voor de duur van maximaal één jaar, waarna de beëindiging alsnog zal plaats vinden. Indien afronding niet mogelijk is zal een oplossing hiervoor ter beoordeling aan de Toetsings- en Begeleidingscommissie worden voorgelegd. Voor medewerkers die op het moment van beëindiging van het dienstverband en gedeeltelijk (of geheel) arbeidsongeschikt zijn op grond van de WAO of WIA geldt het volgende: a. Eventuele (latente) uitkeringen terzake van de WAO/WIA-gat pensioenverzekering, de WAO/ WIA Excedent verzekering, de WGA-arbeidsongeschiktheidsverzekering, en de eventuele aanvullend gesloten arbeidsongeschiktheidsverzekering, blijven gelden op basis van de graad van arbeidsongeschiktheid op de datum van beëindiging van het dienstverband. b. Voor deelnemers aan de Ahold pensioenregeling geldt dat de premievrije voortzetting van de pensioenopbouw met betrekking tot de arbeidsongeschiktheid, blijft gelden op basis van de graad van arbeidsongeschiktheid op de datum van beëindiging van het dienstverband. c. Ingeval de arbeidsongeschiktheidsgraad na beëindiging van het dienstverband lager wordt vastgesteld, dan worden de uitkeringen sub a en de pensioenopbouw sub b dienovereenkomstig aangepast. Ingeval de arbeidsongeschiktheidsgraad na beëindiging van het dienstverband hoger wordt vastgesteld, dan worden de uitkeringen sub a en de pensioenopbouw sub b niet of uiterlijk tot één jaar na aanvang van de WAO of de WIA aangepast. Voorts zijn de bepalingen van de onderliggende pensioenreglementen van toepassing. Artikel 22 Pensioen De deelnemer heeft het recht om de opgebouwde pensioenaanspraken over te dragen aan de pensioenuitvoerder van de nieuwe werkgever conform de wettelijke bepalingen daaromtrent. Albert Heijn zal zich inspannen om dit mogelijk te maken. Bij beëindiging van het dienstverband vervallen eventuele aanspraken op de VPLovergangsregeling conform het pensioenreglement. Ingeval bij de beëindiging van het dienstverband de medewerker gerechtigd is om op die datum met vervroegd pensioen te gaan en dan recht heeft op de inkoop van de aanspraken op grond van de VPLovergangsregeling, behoudt de medewerker de aanspraken op deze overgangsregeling,
16
mits hij deze met ingang van de datum van het einde van het dienstverband tot uitkering laat komen. Artikel 23 Winstuitkering In het kalenderjaar dat het dienstverband wordt beëindigd ontvangt de ex-medewerker bij de eindafrekening een winstuitkering naar rato van het aantal perioden dat betrokkene in het betreffende jaar heeft gewerkt. Het percentage van deze winstuitkering is gelijk aan het winstuitkeringspercentage dat de medewerker over het voorafgaande kalenderjaar heeft ontvangen. Artikel 24 Studiekostenvergoeding Een eventuele schuld inzake terug te betalen studiekostenvergoeding wordt bij beëindiging van het dienstverband kwijtgescholden. Een eventueel lopende studiekostenvergoeding wordt voortgezet voor de duur van maximaal één jaar na de beëindiging van het dienstverband mits de studie gedurende dat jaar wordt voortgezet. Artikel 25 Zakenjubileum Indien een zakenjubileum, zoals benoemd in de bij Albert Heijn geldende regeling binnen één jaar na de beëindiging van het dienstverband zou plaats vinden, ontvangt de medewerker bij beëindiging van het dienstverband de bij dat zakenjubileum behorende bruto uitkering conform de bij Albert Heijn geldende regeling. Artikel 26 Nieuwe functies en nieuw werkrooster Bij de benoeming in een functie in de logistieke organisatie van Albert Heijn zal bij de opstelling van een nieuw werkrooster zo veel mogelijk rekening worden gehouden met de (structurele) afspraken die met de medewerker zijn gemaakt over zijn werktijden. Wijziging van deze afspraken vindt plaats in overleg met de medewerker. Voor zover dat redelijkerwijs van Albert Heijn gevergd kan worden zal rekening worden gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de medewerker.
Hoofdstuk IX Toetsings- en Begeleidingscommissie Artikel 27 Toetsings- en Begeleidingscommissie Na inwerkingtreding van dit Sociaal Kader zal een Toetsings- en Begeleidingscommissie worden ingesteld, die toeziet op de juiste uitvoering van de afspraken en intenties zoals vastgelegd in dit Sociaal Kader. Medewerkers kunnen de Toetsings- en Begeleidingscommissie verzoeken de toepassing en uitwerking van dit Sociaal Kader aan hun individuele situatie te toetsen. Albert Heijn zal de Toetsings- en Begeleidingscommissie periodiek informeren over de vervulling van interne vacatures door medewerkers op wie artikel 18 en artikel 19.1 van toepassing is. De Toetsings- en Begeleidingscommissie zal in geval van ontslag adviseren over de bruto vergoeding bij einde dienstverband zoals vastgelegd in het Reglement van de Toetsingsen Begeleidingscommissie.
17
De commissie brengt advies uit aan de Directie die op basis hiervan een beslissing neemt. De Directie zal deze adviezen in haar besluitvorming zwaar laten wegen. Een unaniem advies zal door de Directie gevolgd worden. De commissie zal worden gevormd door twee vertegenwoordigers namens de Ondernemingsraad van Albert Heijn, twee vertegenwoordigers van de vakbonden en twee vertegenwoordigers namens de leiding van Albert Heijn. In Bijlage IV is het adres van het secretariaat van de commissie vermeld. Het Reglement van de Toetsings- en Begeleidingscommissie maakt integraal onderdeel uit van dit Sociaal Kader.
Hoofdstuk X Slotbepalingen Artikel 28 Overleg tussen partijen Partijen verklaren zich bereid over de toepassing van de regeling alsmede over die gevallen waarin het Sociaal Kader niet voorziet, zo nodig regelmatig overleg te plegen. Partijen zullen voorts regelmatig overleggen over de voortgang van de in het Sociaal Kader vermelde wijziging van de organisatie. Albert Heijn zal de vakbonden periodiek informeren over de ontwikkeling van de bij de wijziging van de organisatie betrokken personeelsaantallen en de mobiliteit van deze medewerkers. Artikel 29 Overleg over tussentijdse wijzigingen Indien zich naar de mening van een der partijen wezenlijke veranderingen voordoen ten aanzien van een in dit Sociaal Kader geregeld onderwerp, zal overleg plaatsvinden over tussentijdse wijzigingen. Overleg over tussentijdse wijzigingen zal plaatsvinden indien een der partijen daartoe verzoekt in het geval overheidsmaatregelen gevolgen hebben voor regelingen in het Sociaal Kader. Uitgangspunt daarbij is dat het beoogde resultaat van de getroffen voorzieningen door aanpassing van het Sociaal Kader voor zover redelijkerwijs mogelijk in stand blijft. Artikel 30 Hardheidsclausule Partijen zullen deze overeenkomst naar letter en geest te goeder trouw uitvoeren. In de gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet dan wel toepassing daarvan zou leiden tot een individueel onbillijke situatie, kunnen partijen in gezamenlijk overleg in een voor de medewerker gunstige zin afwijken van de bepalingen. Artikel 31 Looptijd Deze overeenkomst is aangegaan voor het tijdvak van 1 september 2009 tot en met 31 maart 2013. Mogelijk heeft de nieuwe manier van werken binnen de logistieke organisatie gevolgen voor de medewerkers die op 1 september 2009 werkten op de afdelingen Expeditie en Logistiek. Indien deze gevolgen zich voordoen na 31 maart 2013 gelden voor deze medewerkers de afspraken uit deze overeenkomst tot en met 31 december 2015.
18
Aldus vastgesteld te Zaandam op 28-08-2010,
Albert Heijn BV
FNV Bondgenoten
A.D. Boer COO Europe
A.A. Makkinje
M. Sekercan
L.J.A.P.M. de Baets EVP HRM
CNV Dienstenbond
F.A.M. Monsma
19
BIJLAGE I Overzicht regels voor de vaststelling welke medewerker voor herbenoeming of herplaatsing in aanmerking komt
Overzicht spelregels Functie ongewijzigd Aantal functies is gelijk
Automatische herbenoeming
Functie gewijzigd/vervallen Functie is uitwisselbaar Aantal functies is gelijk Functie ongewijzigd Aantal functies is minder
Herbenoeming op basis van afspiegeling
Functie gewijzigd/vervallen Functie is uitwisselbaar Aantal functies neemt af
Niet mogelijk: herplaatsing intern (of extern)
Functie gewijzigd/vervallen Functie is niet uitwisselbaar
Herplaatsing intern
Nieuwe functies
Medewerker solliciteert
(of extern)
12
20
BIJLAGE II PROTOCOL HERPLAATSINGINSPANNINGEN SOCIAAL KADER LOGISTIEKE ORGANISATIE ALBERT HEIJN Uitgangspunten: • • • • • • •
Uitgangspunt is dat behoud van werk wordt geboden, dat kan zijn binnen of buiten de logistieke organisatie van Albert Heijn, binnen of buiten Ahold; Voor te herplaatsen medewerkers wordt een herplaatsingonderzoek binnen Ahold uitgevoerd. Daar waar mogelijk zal Albert Heijn zich inspannen om te komen tot een herplaatsing bij een andere onderneming die deel uit maakt van Ahold in Nederland. Als blijkt dat herplaatsing binnen één van de werkmaatschappijen van Ahold niet tot de mogelijkheden behoort zal de inspanning zich richten op herplaatsing op een passende baan buiten Ahold. Nieuwe vacatures binnen Albert Heijn of Ahold komen telkenmale onder de aandacht ter beoordeling van herplaatsingmogelijkheden voor boventallige medewerkers die nog geen andere baan gevonden hebben. De verantwoordelijkheid voor al deze activiteiten ligt bij de HR Business Partner van Albert Heijn. Ook van de medewerker wordt verlangd dat deze actief meewerkt aan het zoeken naar een nieuwe baan. Onvoldoende medewerking kan leiden tot uitsluiting van dit Sociaal Kader, zulks na advies van de Toetsings- en Begeleidingscommissie.
1. Herplaatsingonderzoek binnen Ahold •
•
• •
Er wordt nagegaan welke mogelijkheden binnen Ahold denkbaar zijn met een maximaal salarisverschil van 20%. Alternatieven met een groter salarisverschil worden in overweging genomen voor zover dit past binnen de door de medewerker aangegeven ruimere grenzen. Voor het bovenstaande wordt gewerkt met een overzicht van alle vacatures en plaatsingsmogelijkheden (vacatures andere Ahold-ondernemingen, aflopende tijdelijke contracten Albert Heijn en arbeidsplaatsen bij Albert Heijn bezet door uitzendkrachten). Er zal gewerkt worden met een gestructureerde aanpak gericht op het onderzoeken van alle relevante mogelijkheden opdat snel duidelijk kan worden of een herplaatsing binnen Ahold slaagkans heeft of niet. De Toetsings- en begeleidingscommissie zal op de hoogte gebracht worden van de totaalresultaten van het herplaatsingonderzoek.
2. Bericht over uitkomst herplaatsingonderzoek Ahold • • •
Indien bij afronding van het herplaatsingonderzoek de medewerker geen uitzicht heeft op een baan binnen Ahold dan zal de medewerker hiervan op de hoogte brengen middels een brief en desgewenst een aanvullend gesprek. Met de afronding van dit onderzoek is vastgesteld dat herplaatsing binnen Albert Heijn c.q. Ahold op dat moment niet mogelijk is en dat de inspanningen zich nu dienen te richten op het vinden van een baan buiten Ahold . De Toetsings- en Begeleidingscommissie beoordeelt op collectief niveau of de inspanningen gericht op herplaatsing binnen Ahold voldoende zijn geweest. Indien de Toetsings- en Begeleidingscommissie met argumenten omkleed van oordeel is dat de inspanningen nog niet het gewenste niveau hebben bereikt, zal naar bevind van zaken gekeken worden hoe aan de verwachtingen van de commissie voldaan kan worden. De commissie geeft hierover dan een advies.
21
3. Bemiddeling & begeleiding naar de externe arbeidsmarkt Voor de externe bemiddeling & begeleiding wordt speciaal voor Albert Heijn, door adviseurs van een extern bureau professionele ondersteuning geboden. De inhoud van deze activiteiten staat vermeld in de bijlage bij dit protocol. Bijlage bij het Protocol herplaatsinginspanningen Sociaal Kader Logistieke organisatie Albert Heijn Inleiding De medewerkers die als gevolg van de wijziging van de logistieke organisatie van Albert Heijn hun baan verliezen krijgen ondersteuning bij het vinden van een nieuwe baan. Dit betekent ondermeer, dat leidinggevende en HR regelmatig contact met de medewerker zullen onderhouden. In aanvulling hierop zal gebruikt gemaakt worden van de professionele ondersteuning van een extern bureau. Onder regie van dit externe bureau kan, met het oog op het scannen van de locale arbeidsmarkt, ook een locaal bureau worden ingezet. In beide gevallen zal eenzelfde kwalitatief begeleidingspakket worden aangeboden. Dit pakket wordt hieronder beschreven. Informatiebijeenkomst Alvorens te starten zal iedere betrokkene uitgenodigd worden voor een informatiebijeenkomst. De begeleiding die verwacht mag worden wordt toegelicht en er is gelegenheid tot het stellen van vragen. Intakegesprek In een gesprek zal een adviseur persoonlijk kennismaken met de medewerker. Doel van het gesprek is het verzamelen van alle relevante gegevens voor de begeleiding naar een nieuwe baan zoals, opleidingen, werkervaring maar ook belangstelling en ambitie. Ter voorbereiding wordt medewerkers gevraagd hun CV mee te brengen voor zover zij deze al beschikbaar hebben. Intake-evaluatie Na afloop van het gesprek zal de adviseur beoordelen hoe de medewerker het beste geholpen kan worden in het vinden van een nieuwe baan en welke sollicitatiestrategie de meeste kansen op succes biedt. Voor de directie van Albert Heijn wordt op collectief niveau een samenvattende rapportage gemaakt van bevindingen en strategie. Informatie die in deze rapportage wordt gebruikt zal niet tot personen herleidbaar zijn. Training sollicitatievaardigheden Er zullen, groepsgewijs of anderszins trainingen worden gegeven waarin relevante aspecten van het solliciteren aan de orde zullen komen. Denk hierbij aan het curriculum vitae en de sollicitatiebrief. Ook zal stilgestaan worden bij het beschrijven van de persoonlijke kwaliteiten (kennis/ervaring, persoonlijkheid, belangstelling, ambitie). Methoden van solliciteren en het analyseren van een functie en bedrijf zijn verdere onderwerpen en niet in de laatste plaats zal veel aandacht worden gegeven aan het bespreken en oefenen van sollicitatiegesprekken. Persoonlijke begeleiding Iedere medewerker zal gedurende het proces persoonlijke begeleiding ontvangen van een vaste adviseur. Deze zal hem/haar met raad en daad bij staan tijdens regelmatige begeleidingsgesprekken. Het uitstippelen van de sollicitatiestrategie en vertalen naar concrete plannen is bijvoorbeeld een belangrijke eerste stap. Hulp bieden bij het opstellen van CV en brief of het samen analyseren van geschikte vacatures zijn vraagstukken die vaak aan de orde zijn. Ook zal de adviseur de voortgang en sollicitatie-ervaringen doorspreken en van advies voorzien. Leidinggevende, (en eventueel loopbaanadviseur) zullen in aanvulling op deze persoonlijke begeleiding door een extern bureau, regelmatig gesprekken met de medewerker houden.
22
Groepsbijeenkomsten Er kunnen groepen gevormd worden die regelmatig bij elkaar komen. Sollicitatieervaringen en –voortgang worden gezamenlijk besproken en geëvalueerd. Verder worden interessante vacatures doorgenomen. Aan de hand van sollicitatie-ervaringen kunnen thema’s verder worden uitgediept. Jobsearch Er zullen actief contacten worden opgebouwd met relevante werkgevers en er zal geprobeerd worden om vacatures te achterhalen voor de medewerkers die deelnemen aan het mobiliteitsproject. Ook kan met anonieme profielen geïnteresseerde werkgevers geïnformeerd worden welke medewerkers als gevolg van de sluiting bij Albert Heijn vrijkomen voor de arbeidsmarkt. Ten slotte kan ook contacten gelegd worden met Werving & Selectiebureaus of andere intermediairs op de arbeidsmarkt. De adviseurs zullen opereren uit naam van Albert Heijn en zullen daar waar mogelijk proberen een bemiddelende rol te vervullen. Themabijeenkomsten Vanuit de diverse persoonlijke sollicitatiestrategieën ontstaat veelal behoefte aan verdere aandacht op verschillende thema’s. Hiervoor kunnen bij voldoende belangstelling speciale themabijeenkomsten worden aangeboden voor groepsgewijze invulling. Enkele voorbeelden hiervan zijn:
Persoonlijke toekomstvisie Attitudeaspecten van solliciteren Communicatie/presentatievaardigheden Omgaan met tegenslagen Starten eigen onderneming
Netwerken opbouwen en onderhouden Werving & Selectiebureaus Gebruik van internet bij solliciteren Psychologische test en assessment Onderhandelen over arbeidsvoorwaarden
Extra faciliteiten en instrumenten Voor individuele begeleiding zijn, indien noodzakelijk en gewenst, diverse aanvullende faciliteiten beschikbaar zoals:
Persoonlijke test, inclusief testrapport en persoonlijke nabespreking Oefensollicitatie met sollicitatiegesprek en persoonlijke feedback Oefenmogelijkheden ter voorbereiding op psychologische test Check nieuw arbeidscontract op juistheid en volledigheid Advies m.b.t. aanwending van uitkeringen conform het Sociaal Kader Her-, om- of bijscholing. Hierbij kan gedacht worden aan noodzakelijk geachte kort lopende scholingstrajecten teneinde de herplaatsbaarheid van de medewerker in een specifieke functie binnen de begeleidingsperiode te realiseren. Werkervaring/stage Detachering Ondersteuning bij opstarten eigen bedrijf.
23
BIJLAGE III REGELING IN VERBAND MET VERHUIZING Deze regeling is uitsluitend van toepassing op Albert Heijn medewerkers met een volledig dienstverband voor onbepaalde tijd die in verband met het vervallen van hun functie genoodzaakt zijn om te verhuizen wegens herplaatsing in een functie binnen Ahold. De volledige tekst van de regeling is opgenomen in het Handboek Personeel.
BIJLAGE IV ADRES TOETSINGS- EN BEGELEIDINGSCOMMISSIE Secretariaat Toetsings- en Begeleidingscommissie Sociaal Kader logistieke organisatie: Albert Heijn E. Mijnen Afdeling Labour Affairs HK A134 Postbus 3000 1500 HA Zaandam
BM/A134/LA 15 oktober 2010
24