2011-213 JAARRAPPORT 2 0 1 0
^n
*>1
0 /
/
Al/-..
?
PAUW BEDRIJVEN
Ongewoon,goed uv wtrlc
..'"N
W" T T T T l INHOUDSOPGAVE JAARVERSLAG 2010
3
Inleiding
4
Van het Bestuur
5
1. Onze medewerkers 1.1 Wachtlijst en indicatiestelling 1.2 Meepraten - Cliëntenparticipatie 1.3 Leren en Werken: Voorbereiding naar 'buiten' 1.4 Instroom / Doorstroom
7 7 8 9 13
2. Onze producten en diensten 2.1 Industriële activiteiten 2.2 Schoonmaak 2.3 Groenvoorziening 2.4 Detachering / WOL 2.5 Leerwerkactiviteiten voor brede doelgroep 2.6 Sales-, PR activiteiten 2.7 Omzet per gemeente
17 17 17 18 18 18 18 19
3. Tot slot 3.1 Arbojaarverslag 2010 3.2 Ziekteverzuim 3.3 Ondernemingsraad (OR) 3.4 Vertrouwenspersoon
20 20 21 22 24
4. Personeel in cijfers (grafieken)
25
5. Verplichte paragrafen 5.1 Weerstandsvermogen 5.2 Onderhoud kapitaalgoederen 5.3 Financiering 5.4 Verbonden partijen 5.5 Bedrijfsvoering: Financieel
26 26 26 26 28 28
JAARREKENING 2010
31
Balans per 31 december 2010 Programmarekening 2010 Kasstroomoverzicht over 2010 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de programmarekening SISA Bijlage 2010
32 34 35 36 41 46 52
Overige gegevens Voorstel resultaatbestemming Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
53 53 54
BIJLAGEN Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
57 1. 2. 3. 4.
Kengetallen Overzicht verdeling gemeentelijke bijdragen Omvang productieve uren en toegevoegde waarde per vestiging Uitvoeringsprotocol WSW
58 59 60 62
JAARVERSLAG 2010
rS
INLEIDING Er gebeurt veel op het gebied van Sociale Werkgelegenheid, ook PAUW Bedrijven heeft in 2010 nauwlettend de ontwikkelingen op dit gebied gevolgd. De transformatie van ons bedrijf van een traditioneel SW bedrijf naar een flexibel leerwerkbedrijf voor een brede doelgroep met grote afstand t o t de arbeidsmarkt maakte in 2010 een belangrijke periode door. De nieuwe afdeling Ontwikkeling en Plaatsing werd in de structuur doorgevoerd, hiermee is de centrale regie op de ontwikkeling van medewerkers duidelijker geworden. Met deze structuurwijziging is de arbeidsontwikkeling meer zichtbaar geworden als de basisopdracht aan onze organisatie. Mensen die een grote afstand hebben t o t de arbeidsmarkt opleiden en hen begeleiden naar een zo regulier mogelijke functie is onze core-business. Het leren gebeurt aan de hand van de dagelijkse werksituatie. In het verslagjaar is veel bereikt: er werd een medewerkertevredenheidsonderzoek gehouden dat een hoge opkomst had en een bovengemiddeld eindcijfer vergeleken met 25 andere SW bedrijven. De campagne "Zo gaan w e met elkaar o m " , met maandelijks een centraal thema in het werkoverleg, werd met een prijsvraag afgesloten. Er werden gezondheidsdagen georganiseerd vanuit de gedachte dat het bevorderen van de gezondheid een positieve bijdrage levert aan arbeidscapaciteiten. Een nieuw ziekteverzuimbeleid met een grotere aandacht voor medewerkers die vaak ziek zijn wierp zijn eerste vruchten af. Het kader dacht na over de competenties die bij haar worden verwacht en mede op basis daarvan werd een intensief opleidings- en ontwikkeltraject vormgegeven. Veel medewerkers hebben opleidingen gevolgd en diploma's gehaald, voor sommigen hun eerste! Zonder de inzet en het vertrouwen van onze medewerkers hadden we deze ontwikkelingen niet kunnen doormaken. Alle complimenten dus voor de energie waarmee gewerkt wordt aan de eigen ontwikkeling en de ontwikkeling van ons bedrijf, dank jullie w e l ! Namens het managementteam, Els Uijting
Managementteam PAUW Bedrijven, De heer H.M. de Jong De heer A. Reijstee De heer A. Opperhuizen Mevrouw E.M. Uijting De heer Th. D. van Waardhuizen
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
VAN HET BESTUUR PAUW Bedrijven heeft het afgelopen jaar weer veel betekend op het gebied van werkgelegenheid voor mensen met een beperking. Voor de medewerkers van PAUW Bedrijven betekent het doorstromen naar een plek die zo dicht mogelijk bij de reguliere arbeidsmarkt staat, dat zij uitgedaagd worden om hun arbeidsmogelijkheden te vergroten en in te zetten. Zeker met het oog op de aankomende vergrijzing en de verwachting dat we alle mensen die kunnen werken ook echt hard nodig zullen hebben, is een actief mediabeleid van groot belang. Veel publiciteit stond in het teken van de mogelijkheden die medewerkers van PAUW Bedrijven hebben en de meerwaarde die ze bieden in reguliere bedrijven. Ook werd er frequent deelgenomen aan netwerkbijeenkomsten van ondernemers in de regio. PAUW Bedrijven heeft ter ondersteuning in het verslagjaar een groot aantal opleidingen georgani"\
seerd en veel medewerkers haalden diploma's. Het toerusten van medewerkers op een professionele ' manier is verder vormgegeven door de herinrichting van de organisatie: met "Ontwikkeling en Plaatsing" de afdeling die de regie heeft over de ontwikkeling. In het verschiet ligt de samenvoeging van alle WERK onderdelen: de plekken waar daadwerkelijk wordt gewerkt aan het ontwikkelen van de arbeidsvaardigheden, naar verwachting zal deze samenvoeging in 2011 zijn beslag krijgen. Met de voorbereidingen voor het werken met een brede doelgroep - niet alleen WSW-ers maar ook andere mensen met een grote afstand t o t de arbeidsmarkt - heeft de organisatie zich voorbereid op de introductie van de nieuwe Regeling 'Werken naar Vermogen", die naar verwachting in 2011 behandeld zal worden in de Tweede kamer. PAUW Bedrijven is hét leerwerkbedrijf in de regio en daarmee een belangrijk instrument voor de deelnemende gemeenten waar het gaat om het toerusten van inwoners die een grote afstand t o t de arbeidsmarkt hebben. Een bedrijf dat veel waardevolle contacten met het bedrijfsleven heeft opgebouwd, de komende jaren stevige stormen uit Den Haag zal moeten overwinnen, maar er ook goed , voorstaat. Het Bestuur spreekt haar dank uit voor het vele werk wat is verzet en dankt alle medewerkers voor hun inzet en betrokkenheid. Namens het Bestuur
Wouter Kolff, voorzitter
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Dagelijks Bestuur van PAUW Bedrijven in 2010
De heer J. van Breukelen
De heer C.P.WJ. Schroder
De heer A.W. Kolff
De Ronde Venen
Maarssen
Nieuwegein
Samenstelling Bestuur PAUW Bedrijven in 2010 De heer H.C. van Randwijk (tot mei 2010) De heer A.W. Kolff (vanaf mei 2010) De heer J. van Breukelen De heer C.P.WJ. Schroder De heer F.J.LM. Cremer Mevrouw B. Kroon-Westra (tot april 2010) De heer M.F.M. Verweij (vanaf april 2010) De heer J.W.M. Kooijman (tot mei 2010) Mevrouw K.A.C, de Korte - de With (vanaf mei 2010) Mevrouw J. Vonk-Vedder Mevrouw G. Helling-Zeisseink De heer T.H.D. de Weger
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Wethouder gemeente Nieuwegein Wethouder gemeente Nieuwegein Wethouder gemeente De Ronde Venen Wethouder gemeente Maarssen Wethouder gemeente IJsselstein Wethouder gemeente Vianen Wethouder gemeente Vianen Wethouder gemeente Lopik Wethouder gemeente Lopik Wethouder gemeente Abcoude Wethouder gemeente Loenen Wethouder gemeente Breukelen
1. ONZE ME DE WE RKE RS 1.1 WACHTLIJST E N INDICATIE STE LLING Wachtlijst Ten opzichte van vorig jaar kenden we in 2010 een wat langere wachtlijst (78). In 2009 zijn we het jaar geëindigd met 74 personen op onze wachtlijst. E r zijn in 2010 relatief meer begeleid werken indicatie adviezen afgegeven bij de eerste indicaties, ruim 15% meer. De gemiddelde wachttijd was circa 11,73 maanden. E en daling ten opzichte van 2009, de gemiddelde wachttijd was toen circa 14,41 maanden. In 2010 hebben onze 9 gemeentes afspraken gemaakt over het met voorrang plaatsen van een deel van de wachtlijst. In een verordening is afgesproken dat die mensen die direct extern (via detachering of begeleid werken) geplaatst kunnen worden met voorrang kunnen worden geplaatst. Dit aantal is gemaximaliseerd t o t 25% van het totaal aantal te verwachten plaatsingen. Deze verordening treedt per 2011 in werking.
', ■ . , . „ . » _ ,
.' , .
.
; , , ..
1
lt\i-/
; , :
Begeleid Werken indicatie
39
2
41
Geen Begeleid Werken indicatie
28
9
37
Totaal
67
11
78
Tabel Aantal personen op de wachtlijst per handicapcategorie (matig en ernstig) met of zonder Begeleid Werken indicatie. Indicaties en herindicaties Het WERK bedrijf (voormalig UWV Werkbedrijf) heeft de kwaliteitseisen ten aanzien van de aan te leveren informatie en documentatie bij de herindicatie verder aangescherpt. Het opleveren van actuele gegevens met betrekking t o t functioneren en ontwikkeling mede ten behoeve van de herindicatie aanvraag is daardoor tijdsintensiever geworden voor PAUW Bedrijven. Daarentegen heeft de dalende trend van het aantal in de dienen herindicaties zich in 2010 voortgezet. Doordat de standaard termijn van een verlenging van de Wsw indicatie van 0 t o t 5 jaar is losgelaten worden nu ook indicaties voor een langere termijn afgegeven waardoor minder vaak hoeft te worden geherindiceerd. In 2010 zijn er meer Wswindicaties afgegeven dan in 2009. In 2010 was dit aantal 54, terwijl in 2009 42 indicaties werden afgegeven.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Herindicaties 1
2010
totaal
Abcoude
0
Breukelen
1
De Ronde Venen
12
Loenen
1
arbeidshandicap matig
arbeidshandicap ernstig
0
begeleid werken
onder gicns
bovengerens
0
0
0
0
1
0
0
0
0
10
2
5
0
0
1
0
1
0
0
Lopik
7
4
3
2
0
0
Maarssen
19
13
6
9
0
0
Nieuwegein
13
8
5
7
0
0
Vianen
3
3
0
3
0
0
IJsselstein
6
6
0
3
0
0
Utrecht
1
1
0
1
0
0
Huizen
1
1
0
0
0
0
48
16
31
0
0
64
Totaal
Overzicht herindicaties 2010
Indic aties 2010
totaal
arbeidshandicap matig
arbeidshandicap ernstig
begeleid werken
Abcoude
0
0
0
0
Breukelen
4
3
1
2
De Ronde Venen
6
5
1
4
Loenen
0
0
0
0
Lopik
1
1
0
0
Maarssen
10
9
1
7
Nieuwegein
16
16
0
12
Vianen
6
6
0
1
IJsselstein
11
10
1
5
Totaal
54
50
4
31
ondergrens
0*
bovengerens
14*
Overzicht indicaties 2010 * uit Wsw rapportage voor UWV WERKbedrijf Utrecht zuid per schap rapportage t/m week 52
1.2 MEEPRATEN - CU ENTEN PARTICIPATIE In lijn met de verordening cliëntenparticipatie heeft PAUW Bedrijven in het eerste kwartaal van 2010 namens haar 9 gemeentes cliëntenparticipatie georganiseerd en uitgevoerd. Evenals in 2009 zijn er vragenlijsten verspreid en ingevuld en zijn er op 16 en 23 maart 2010 inspraakbijeenkomsten georganiseerd in Breukelen en IJsselstein. Bij beide bijeenkomsten waren ambtelijk vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten aanwezig. De respons op de vragenlijsten was aanmerkelijk hoger dan vorig jaar (circa 50% hoger). Mede op basis van de verbeterpunten die voortkwamen uit de in 2009 uitgevoerde cliëntenparticipatie is in 2010 gekozen voor de inzet van een extern bureau en het visualiseren van de antwoordmogelijkheden door de toevoeging van smileys. Ook zijn de vragenlijsten tegelijk verspreid met een breed uitgezet medewerkerstevredenheidonderzoek. Voorafgaand aan het onderzoek is veel aandacht besteed aan de informatievoorziening. Ook is be-
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
geleiding geboden bij het invullen van de vragenlijsten. Enkele conclusies vanuit de vragenlijsten en inspraakbijeenkomsten zijn: - medewerkers zijn onvoldoende bekend met de begrippen cliëntenparticipatie en persoonsgebonden budget - er kan meer gebruik worden gemaakt van het werkoverleg als zijnde een middel voor informatieoverdracht. De meerderheid vindt het niet prettig zijn mening over cliëntenparticipatie via een vragenlijst te moeten geven. Wel was er, net afgelopen jaar, belangstelling voor een mondelinge toelichting tijdens inspraakbijeenkomsten. Bij de evaluatie van de verordening cliëntenparticipatie is deze kanttekening meegenomen. Vanaf 2011 versturen we geen vragenlijsten meer, maar organiseren we uitsluitend inspraakbijeenkomsten.
1.3 LEREN EN WERKEN: VOORBEREIDING MAAR *BUiTEN' Via leren en werken bieden we medewerkers de mogelijkheid om een stap verder te komen. Een stap ;
verder in hun persoonlijke ontwikkeling, en een stap verder op weg naar 'buiten'. We willen tenslotte dat ieders mogelijkheden optimaal benut worden en er stappen vooruit gemaakt kunnen worden. Steeds meer mensen zijn via leren en werken aan hun ontwikkeling bezig. Wij verzorgen de randvoorwaarden zodat iedereen het beste uit zichzelf kan halen.
13.1. Optimaliseren leer-werkklimaat We hebben het afgelopen jaar op verschillende manieren gewerkt aan verbetering van het leer-werkklimaat, dit is tenslotte de basisvoorwaarde om te kunnen leren. Bijvoorbeeld door stil te staan bij de manier waarop we met elkaar omgaan, maar ook door aandacht te geven aan ziekte en gezondheid. Via een groot tevredenheidsonderzoek peilden we de mening van medewerkers over hun werk bij PAUW Bedrijven. Campagne 'Zó gaan w e met elkaar o m ' 'Zó gaan we met elkaar om bij PAUW Bedrijven', dat was de titel van de campagne die PAUW Bedrijven , gedurende het jaar 2010 heeft gevoerd. De campagne ging over normen en waarden, over de manier y
waarop we met elkaar omgaan bij PAUW Bedrijven. De omgangsvormen die we met elkaar afspraken vormen een belangrijke bijdrage aan een prettig leerwerkklimaat. Bovendien zijn de juiste omgangsvormen essentieel in de werksituatie, zowel intern als bij een externe werkgever. Er was aandacht voor 9 verschillende thema's. Dit waren: respect (centrale thema), begrip voor elkaar, pesten, agressie, veilig werken zonder alcohol en drugs, diefstal, seksuele intimidatie, discriminatie en schoon en verzorgd. Het boekje, de posters en de kaarten waren zo gekozen dat ze ook echt uitnodigden om erover te praten. Dat was de bedoeling van de campagne: gedrag bespreekbaar maken, ledere maand werd een ander thema behandeld. Organisatiebreed werden de thema's besproken tijdens het werkoverleg. Soms aan de hand van de themakaarten, maar ook via andere werkvormen, zoals een spel met stellingen of een workshop over agressief gedrag. Het startsein van de campagne werd gegeven tijdens de nieuwjaarsbijeenkomst begin januari 2010.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Voorafgaand was er een training voor leidinggevenden waarin zij handvatten aangereikt kregen om met de thema's te gaan werken. De campagne werd begin 2011 afgesloten met het uitreiken van de boekjes waarin alle thema's met de gewenste gedragsvormen verzameld staan. Ook werd er nog een prijsvraag aan verbonden. Medewerkertevredenheidsonderzoek In januari 2010 hebben we een groot medewerkertevredenheidsonderzoek onder alle medewerkers van PAUW Bedrijven gehouden. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door Service Check die ervaring heeft met tevredenheidonderzoeken in de SW-branche. Via een vragenlijst werden medewerkers hun mening gevraagd naar het werken bij PAUW Bedrijven. Vragen hadden betrekking op de werkbeleving, werkplek en middelen, leiderschap, ontwikkelingsmogelijkheden en de ondememersraad. In het onderzoek wordt bij de antwoorden gebruik gemaakt van zogenaamde 'smileys', deze symbolen verduidelijken de vragenlijst. Deze smileys komen tijdens het onderzoek regelmatig terug met als doel de herkenbaarheid te vergroten. De respons was hoog, 76% van de medewerkers heeft aan het onderzoek meegedaan. De hoge respons was te danken aan de speciale opzet van het onderzoek. Medewerkers kregen de gelegenheid om, tijdens werktijd, de vragenlijst in te vullen. Het was voor medewerkers mogelijk om begeleiding te krijgen bij het invullen van de vragenlijst. Medewerkers van Service Check helpen samen met iemand van PAUW Bedrijven bij het invullen als deze begeleiding gewenst was. PAUW Bedrijven kreeg als rapportcijfer een 7,3 (ruim boven de benchmark die 7,0 is). De resultaten waren over het algemeen goed t o t voldoende. Een aantal opvallende uitkomsten: Wat gaat goed
Wat kan beter
* leuk werk
* werkoverleg en informatie over beleid
* trots om bij PAUW Bedrijven te werken
* omgang met collega's
* ontwikkelingsmogelijkheden
* toiletten
* tevredenheid gedetacheerden
* contact bij ziekte V
Met deze uitkomsten zijn zowel op MT als afdelingsniveau verbeterplannen opgesteld, ledere leidinggevende ging de eigen (afdeling-) resultaten na en zocht verbetermogelijkheden. Dit zoeken en in gang zetten van verbeteringen gebeurde zoveel mogelijk in overleg met de medewerkers. Aandacht voor gezonde leefstijl Met de start van een nieuw ziekteverzuimbeleid stelden we onszelf ten doel het ziekteverzuim te verlagen. We willen dit bereiken door niet alleen de aanpak bij ziekte te verbeteren (ziekteverzuimbeleid), maar ook door aandacht te schenken aan gezondheid van medewerkers en te informeren over een gezonde leefstijl. We organiseerden hiervoor een 2-tal gezondheidsdagen, een markt met informatie en activiteiten. Bovendien stimuleert PAUW allerlei initiatieven die bijdragen aan een gezonde leefstijl zoals een cursus stoppen met roken, bedrijfsfitness en het nationale fietsplan.
13.2. Instrumenten Via werk, training en scholing bieden we medewerkers de mogelijkheid om zich verder te ontwikkelen en om steeds weer een volgende stap te maken, een stap onderweg naar 'buiten'. Voor sommigen
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN ?D 1 Q
10
zijn het kleine stappen, bijvoorbeeld een stap naar een andere werksoort, anderen kunnen ook daadwerkelijk de stap naar buiten maken door bijvoorbeeld bij een reguliere werkgever gedetacheerd te worden. Dit is afhankelijk van individuele mogelijkheden. We gebruiken hiervoor verschillende instrumenten om dit in kaart te brengen zoals het POP- en functioneringsgesprek, een trajectplan en de werkladderscan. Ook kan de diagnose- en Assessment module van DARIUZ worden gebruikt. Trajectplannen voor nieuwe medewerkers Sinds enkele jaren wordt voor alle medewerkers die nieuw instromen in de SW een ontwikkelplan opgesteld. Eind 2010 zijn er 59 personen in een ontwikkeltraject voor nieuwe medewerkers. Het gaat om 22 nieuwe trajectplannen en 37 vervolgtrajectplannen. In de trajectplannen nieuwe medewerker worden de huidige vaardigheden van de medewerker in kaart gebracht en worden vervolgens ontwikkeldoelen en acties gedefinieerd. Dit gebeurt in een driegesprek tussen medewerker, afdelingschef en trajectbegeleider. Desgewenst worden hierbij ook diagnose en ontwikkelinstrumenten ingezet. De trajectbegeleider legt de doelen, acties en afspraken vervolgens SMART vast in het trajectplan. Het trajectplan wordt, afhankelijk van de gemaakte afspraken, periodiek geëvalueerd en dient als richtsnoer voor verdere doorstroom en uitstroom van de individuele medewerker. Werkladderscan Bij het voeren van POP- en functioneringsgesprekken wordt gebruik gemaakt van de werkladderscan, het instrument om de door- of uitstroommogelijkheden van de medewerker inzichtelijk en bespreekbaar te maken. Er kunnen 7 treden doorlopen worden, variërend van trede 1 (dagbesteding) t o t trede 7 (regulier werken). De scan bestaat uit vragen over een 11-tal competenties met bijbehorende scores. Aan de hand daarvan kan worden vastgesteld of iemand in staat is buiten het eigen bedrijf te werken. Voordelen van deze nieuwe variant zijn: - volledig web-based - koppeling met andere instrumenten - duidelijk welke competenties nog verder aandacht behoeven - koppeling aan hulpmiddelen, bedrijfsspecifieke trainingen en werkplekmatching. Dariuz Dariuz is een instrument voor intake, assessment en loonwaarde-bepaling. PAUW Bedrijven heeft in 2009-2010 samen met enkele andere SW-bedrijven meegedaan aan een pilot. Het instrument is voor een brede doelgroep in te zetten en past daardoor ook goed bij de ontwikkelingen. In 2010 is de pilot geëvalueerd en is besloten om dit instrument ook de komende 2 jaar in te zetten. In 2012 wordt dit opnieuw geëvalueerd.
13.3. Scholing en Ontwikkeling Het afgelopen jaar zijn in totaal 308 personen, zowel WSW geïndiceerden als overige medewerkers met een opleiding of training gestart, of hebben deze afgerond. Leren is een vast onderdeel geworden van de ontwikkeling van medewerkers die bij PAUW Bedrijven werken. Want vakgerichte kennis, verbetering van sociale en arbeidsvaardigheden is de basis om verder te groeien, telkens een stap verder in de richting van de reguliere arbeidsmarkt.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 D
11
AKA - Arbeidsmarkt geKwalif keerde Assistentenopleiding In 2009 is op de afdeling verpakken de pilot MBO-opleiding t o t Arbeidsmarkt gekwalificeerd Assistent (AKA) van start gegaan. De AKA-opleiding is bedoeld voor personen die om een of andere reden een beperkte vooropleiding hebben of leermoeilijkheden hebben. De opleiding is gericht op het aanleren van algemene werknemersvaardigheden die in verschillende beroepen van pas komen. Met het volgen van deze opleiding kunnen de medewerkers zich kwalificeren voor de arbeidsmarkt. Voor de uitvoering van deze opleiding heeft PAUW Bedrijven met het ROC Midden Nederland een samenwerkingsverband t o t stand gebracht. Begin 2010 ontvingen de eerste 4 deelnemers, na een jaar, hun landelijk erkende diploma. Het moeilijk leren traject duurt officieel 2 jaar. Eind 2010 werd de eerste opleidingsronde formeel afgerond. In totaal hebben 17 medewerker het AKA diploma gehaald. 14 medewerkers hebben een bewijs van deelname gekregen omdat zij de opleiding gevolgd hebben. Zij voldeden echter niet aan de criteria die gesteld zijn aan het AKA MBO diploma. Beroepsopleidingen PAUW Bedrijven is erkend leerbedrijf voor diverse sectoren. Hierdoor is het mogelijk dat medewerkers één dag per week een beroepsopleiding volgen bij een ROC en de rest van de arbeidstijd praktijkervaring op doen. Het afgelopen jaar is er een medewerker gestart met een MBO 1 niveau opleiding t o t assistent in de Mobiliteitsbranche. Verder is er medewerker doorgestroomd naar de opleiding logistiek medewerker MBO 2 niveau na het behalen van het diploma assistent logistiek MBO niveau 1. Op de afdeling Metaal volgt een medewerker de MBO opleiding (niveau 2) t o t Metaalbewerker. Daarnaast zijn er tal van verschillende andere beroepsgerelateerde trainingen gevolgd. Een kleine greep uit het totaal: 5 medewerkers van de afdeling groen zijn opgeleid t o t bedrijfsvoering gewasbescherming (licensie 2), 40 medewerkers hebben de cursus BVO, basisveiligheid openbare ruimte, gevolgd en 3 medewerkers zijn gestart met een training boomklimmen, tbv het veilig snoeien en kappen van bomen. Er zijn verschillende las-opleidingen gevolgd: 6 medewerkers zijn geslaagd voor de opleiding MIG/MAG lassen en 2 medewerkers voor TIG lassen. Op de afdeling schoonmaak zijn er 4 nieuwe medewerkers voor de functie van meewerkend voorman/vrouw opgeleid. 16 medewerkers hebben de basis vakopleiding Schoonmaak (SVS Schoonmaak) met goed gevolgd afgelegd en zijn nu trotse bezitters van het vakdiploma. Daarnaast is er onder andere druk getraind in het bedienen van, en veilig werken met shovel-, en minigraafmachines en met de stappelaar- en motorpalletruck. MBO kadertraining Omdat de organisatie volop in beweging is en de organisatie haar medewerkers wil ondersteunen in deze verandering volgden 45 medewerkers de ontwikkeltraining 'leidinggeven aan de toekomst van PAUW Bedrijven'. Onderwerpen van deze training die in december 2009 is gestart zijn; aanspreken, feedback, samenwerken, resultaatgericht werken, assertiviteit, conflicthantering, onderhandelen, situationeel leidinggeven & coaching. Tijdens deze training wordt er op verschillende competenties getraind ter bevordering van de eigen ontwikkeling ten gunste van de organisatie. Zo krijgt de medewerker handvatten om effectiever en efficiënter te acteren in de veranderende organisatie. Wanneer de training met goed gevolg wordt beëindigd in 2011 ontvangt de medewerker 2 deelcertifi-
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 f)
12
eaten; leidinggeven op MBO 4 niveau en zakelijke communicatie op MBO 3 niveau. Training succesvoile begeleiding Een van de doelstellingen is uitstroom van medewerkers naar de reguliere arbeidsmarkt. De expertise van PAUW Bedrijven is het bieden van passende begeleiding. Dit jaar is voor de tweede keer de korte cursus 'omgaan met psychische handicaps' speciaal voor externen van start gegaan. Het doel is de be geleiding van gedetacheerde medewerkers naar een hoger niveau te brengen om zo de plaatsing naar buiten te borgen. 6 inleners hebben deze training gevolgd waardoor zij beter inzicht kregen in het gedrag en behoeften van hun gedetacheerde of begeleidwerken medewerker. Tevens is in 2010 intern door 5 medewerkers de training 'Wat Werkt' gevolgd. Deze training staat in het teken van medewerkers met het Autisme Spectrum Stoornis en hoe de organisatie beter aan kan sluiten aan de behoeften van deze doelgroep. Door het gebruik van de methode "Wat Werkt" wordt de kans op een langdurige plaatsing van een medewerker met autisme vele malen groter. Arbeidsontwikkelprijs Voor het mede ontwikkelen van de training en een portfolio voor mensen met een Autisme Spectrum Stoornis (ASS) heeft PAUW Bedrijven op het symposium 'Buitengewoon Begeleiden van medewerkers met een psychische beperking' de Arbeidsontwikkelprijs gewonnen. De begeleiding van een mede werker met een psychische beperking is altijd op maat gesneden. Het concept ondersteunt de kaders en condities om de medewerker met ASS optimaal te laten functioneren, zowel binnen als buiten de SWorganisatie. De aanpak bestaat uit een training voor de leidinggevenden en het opstellen van een portfolio, door de medewerker met autisme. De jury beoordeelt het concept waardevol onder andere vanwege het eigen initiatief van de medewerker, de grote mate van zelfredzaamheid en de integrale aanpak van intake t o t plaatsing. Bij PAUW Bedrijven was behoefte om mensen met ASS op een professionele manier te kunnen bege leiden. Daarbij is er gezocht naar een manier om de persoonlijke ondersteuning, die een medewerker met een psychische beperking heeft, overdraagbaar te maken. Hierbij is de expertise ingeschakeld van Auris, die onderwijs, begeleiding en zorg biedt aan mensen met auditieve en/of communicatieve problemen. Auris heeft dit concept ontwikkeld. Het omvat een training voor leidinggevenden en een dynamische werkmap als onderdeel van de werkbegeleiding.
1.4 INSTROOM / DOORSTROOM 1.4.1. Instroom In onderstaand overzicht staat de in en uitstroom van medewerkers over de afgelopen jaren. ■ ; ■ ;
' IT;,
1'. 7
;
■:
1 . v. -
in
uit
in
uit
in
uit
in
uit
in
uit
in
uit
matig
41
32
21
36
75
40
42
26
78
36
22
51
ernstig
4
5
3
8
23
5
11
10
15
2
4
10
overig
totaal
45
37
24
44
98
45
53
36
93
38
26
61
Tabel Overzicht in en uitstroom per handicapcategorie.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
13
1.4.2. Doorstroom: beweging van binnen naar buiten Steeds meer medewerkers zijn werkzaam buiten de muren van het SWbedrijf en stromen door naar 'buiten'.Opvallend is de groei van het werken op locatie (WOL). Ook het aantal detacheringen is toege nomen. Mede als gevolg van de arbeidsmarktsituatie is een toenemende inspanning noodzakelijk om voldoende externe werkplekken te verkrijgen en behouden. In 2011 worden extra middelen ingezet om de doorstroom naar Detachering en Begeleid Werken te bevorderen. In onderstaand overzicht staat de beweging 'van binnen naar buiten'. "'-•,•*
. ....
.
•
'i
"
2005
275
37
93
5,7
2006
262
67
93
7,5
2007
242
90,5
96,7
13,8
2008
236
107
100
21
2009
241
114
88
27
2010
230
125
83
27
*. ■*
Tabel Verdeling SWmedewerkers in gemiddelde FTE's per jaar.
D begeleid werken m buiten m binnen/buiten ■ binnen
2005
2006
2008
2007
2009
2010
Verdeling bezetting in percentages ; , .
•
• ; ■ '
_
.'..: V . i
'.' "
.. -
. " " '• "')'
Binnen/beschut
42,2%
47,1%
50,7%
Binnen/buiten
34,1%
28,5%
23,2%
Buiten/regulier
23,7%
24,5%
25,1%
Totaal
100%
100%
100%
Toelichting Binnen/beschut: percentage werkzaam binnen de muren van het swbedrijf Binnen/buiten: percentage werkzaam buiten de muren van het swbedrijf maar onder sw leiding Buiten/regulier: percentage werkzaam buiten de muren van het sw bedrijf onder werkleiding regulier bedrijf.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
14
Doorstroom naar buiten: Detachering, Begeleid Werken en Werken op Socatie Het is onze taak om de doorstroom naar 'zo regulier mogelijk werk' te bevorderen en om de beweging van binnen naar buiten in gang te zetten. Mede door de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt bleek het erg lastig om medewerkers te laten doorstromen naar een regulier werk via detachering of Begeleid Werken. Er werden weliswaar diverse nieuwe werkplekken gevonden, maar er gingen ook veel plekken verloren. Per saldo resteert een lichte daling. Einde 2010 worden 26 personen begeleid voor doorstroom naar een detacheringsplek. Het aantal BW-plaatsen is per saldo ongeveer gelijk aan vorig jaar. Einde 2010 volgden 53 personen met een SW-indicatie een ontwikkelingstraject voor een Begeleid Werkenplaats. Deze trajecten zijn gericht op oriëntatie, ontwikkeling, bemiddeling en plaatsing. Wel zijn dit jaar veel meer medewerkers op projecten (Werken op Locatie, WOL) buiten de deur geplaatst. Hierdoor kan men ook al ervaring opdoen met het werken bij andere bedrijven Voor veel medewerkers kan dit een tussenstap zijn naar een individuele detachering of een Begeleid Werken-baan of is het gezien hun ontwikkelmogelijkheden het hoogst haalbaar.
1.4.3 Nieuw bedrijfsonderdeel; Doorstroom en Ontwikkeling Om iedere medewerker nog beter te kunnen begeleiden in hun ontwikkeling, is in 2010 een organisatieverandering doorgevoerd. Meer dan hiervoor staat de ontwikkeling van de medewerker centraal. De regie op deze ontwikkeling ligt bij de trajectbegeleider. Alle nieuwe medewerkers krijgen een trajectplan waarin ontwikkelstappen beschreven zijn. Bovendien is het streven om op termijn voor alle medewerkers een trajectplan te hebben. In 2010 zijn de voorbereidingen getroffen om met het nieuwe bedrijfsonderdeel. Ontwikkeling en Plaatsing, van start gegaan. In dit bedrijfsonderdeel zijn Detachering en Trajectbegeleiding samengevoegd in één afdeling. Alle trajectbegeleiders werken samen om de ontwikkeling en doorstroom van alle medewerkers te bevorderen. Begeleiding en Plaatsing werkt volgens het Blik op Werk keurmerk. We verwachten met deze organisatieverandering de ontwikkeling van medewerkers nog beter te kunnen volgen.
1.4.4 Verankeren uitstroom Op diverse manieren proberen we de slagingskans van een detachering of BW-plaats te vergroten. Bijvoorbeeld door het aanbieden van trainingen aan werkleiding van bedrijven waar onze medewerkers geplaatst zijn. Met kennis van, en het weten om te gaan met, de beperkingen van de medewerker vergroten we de kans op een succesvolle plaatsing. Naast een kortdurende training, werkt PAUW ook met het concept Buitenkanz. Buitenkanz Een voorstudie met een andere vorm van dienstverlening, waarbij leidinggevenden van bedrijven (de mentoren) een training krijgen om de medewerkers van PAUW Bedrijven te coachen, heeft al een aantal mooie resultaten opgeleverd. De deelnemers ervaren de training als zeer nuttig en kunnen in de praktijk betere begeleiding bieden aan de medewerker. In 2010 is vanuit de overheid besloten subsidie aan dit project te geven en zal deze pilot (Buitenkanz) voortgezet worden. Deze subsidie is aan
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 1 f) 1 0
15
het project toegekend door het ministerie van Sociale Zaken in het kader van de pilots 'Werken naar Vermogen'. Het ministerie stimuleert projecten die zich richten op het plaatsen van SW-geïndiceerden buiten het leerwerkbedrijf. Door middel van deze pilots wordt de haalbaarheid van deze projecten in de praktijk getoetst. In de praktijk betekende dit dat we de inmiddels ingeslagen weg hebben voortgezet. We vervolgden het project met de bedrijven die al aan Buitenkanz deelnamen. In de loop van 2010 is bovendien een nieuwe groep mentoren van start gegaan. De aanpak leidt t o t een duurzame plaatsing van de medewerker in een reguliere arbeidsomgeving. De directe meerwaarde voor de werkgever is dat hij er een goed gemotiveerde en betrokken arbeidskracht bij heeft en een eigen medewerker (mentor) die zijn of haar coachingsvaardigheden vergroot. De pilot 'BuitenkanZ' draagt bij aan een succesvolle ontwikkeling van het bedrijf, het leerwerkbedrijf èn de medewerker.
-. »
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
2. ONZE PRODUCTEN EN DIENSTEN Ons streven is dat medewerkers door het volgen van opleidingen en het opdoen van werkervaring zich zodanig ontwikkelen dat ze stappen vooruit kunnen maken. Telkens een stap verder in de richting van de reguliere arbeidsmarkt. Om iedere medewerker op zijn eigen niveau te kunnen inzetten, hebben we een breed werkaanbod nodig. Uiteenlopend van eenvoudig tafelwerk, t o t werk met meer complexe handelingen, directe sturing en begeleiding van leidinggevenden in een beschermde werkomgeving t o t werk waarbij een grote mate van zelfstandigheid wordt vereist. Onze orderportefeuille is dus, qua omvang en variëteit, van groot belang.
2.1 INDUSTRIËLE ACTIVITEITEN Het jaar 2010 begon erg slecht wat betreft het werkaanbod; de economische recessie had t o t gevolg dat veel bedrijven minder uitbesteedden en dat marketing/promotie acties achterwege bleven. Bij dit soort activiteiten zit veel handmatig (inpak) werk voor PAUW Bedrijven. Alle instrumenten zijn ingezet om de markt te benaderen en werk te acquireren. Ook hebben we soms moeten besluiten alles aan te pakken, ongeacht of de opbrengsten de kosten zouden dekken. Stilzitten is niet acceptabel, iedereen heeft recht op werk. Dat heeft goed uitgepakt. We zagen, mede door het aantrekken van de markt, een duidelijke omzet groei in de tweede helft van het jaar en een kwalitatief goed gevulde portefeuille. Zowel oude als nieuwe klanten wisten ons weer te vinden. Het laatste kwartaal zijn er minder kerstpakketten gedaan dan afgelopen jaren als gevolg van het wegvallen van grote opdrachtgever. Trend is dat opdrachten kort cyclisch zijn en ad-hoc. Gevolg is dat er veel meer omschakelmomenten zijn en de planning hierdoor complexer is. Dit vraagt meer van het leidinggevende personeel. Meer beslissingen moeten laag in organisatie genomen worden. Dat lijkt makkelijk, maar dat vraagt toch andere competenties. Ook de belasting van het bedrijfsbureau is daardoor groter, meer offertes, klantencontact en organisatie rondom een order. We voorzien dat deze trend in 2011 zal doorzetten. Onze continue aandacht voor kwaliteit heeft ons verder geholpen om (nieuwe) processen goed te borgen. Samen met enkele opdrachtgevers hebben we naar de productie processen gekeken. In sommige gevallen hebben we helaas moeten concluderen dat we niet in staat waren om de gevraagde kwaliteit te leveren. Met die klant hebben we in goed overleg besloten om met deze productie te stoppen.
2.2 SCHOONMAAK Ook dit jaar is schoonmaak weer in omzet gegroeid. In 2010 hebben we ons niet alleen op groei gericht maar ook naar de samenstelling van onze portefeuille gekeken. Deze analyse heeft er ook toe geleid, dat we afscheid hebben genomen van een aantal kleine opdrachtgevers. Het vernieuwde wagenpark en de groep medewerkers kan efficiënter ingezet worden wanneer we ons meer richten op middelgrote klanten. Ook hebben we moeten constateren dat door de groei van de afgelopen jaren, de overhead (indirect leidinggevenden) te hoog is geworden. In de loop van 2011 willen we gaan werken met een nieuwe organisatiestructuur, waardoor we verwachten de overhead terug te dringen. Dit alles zal bijdragen aan een meer gezonde bedrijfsvoering.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
17
2 3 GROENVOORZIENING Ook in 2010 heeft de Afdeling Groen zijn begroting weer ruim voldoende gehaald. Een groot nieuw project was het bestek in de gemeente Loenen, dat voor een jaar werd afgesloten en daarna nogmaals voor een jaar werd verlengd. De samenstelling van de afdeling zie je nu meer en meer groeien naar een afspiegeling van een doorsnee populatie in de WSW. Dit betekent ook meer inzet voor begeleiding van de medewerkers. Veel medewerkers hebben in 2010 weer diverse ontwikkelings- en opleidingstrajecten gevolgd. Er zijn zowel algemene, vakinhoudelijke als persoonlijke trajecten doorlopen. In 2011 ligt de prioriteit op het verlengen van de gemeentelijke contracten. PAUW streeft ernaar om in al haar deelnemende gemeentes zichtbaar zijn.
2.4 DETACHERING / WOL De economische crisis had t o t gevolg dat een aantal externe plaatsingen zijn beëindigd. Er is veel energie besteed aan het behouden van diverse plaatsen bij bedrijven die het moeilijk hebben en overwegen om onze mensen terug te sturen. Veel medewerkers hebben via tijdelijke projecten (WOL) buiten de deur ervaring op kunnen doen met het werken bij andere bedrijven. Soms worden ook groepen medewerkers bij een bedrijf geplaatst, waarbij PAUW de begeleiding ter plekke op zich neemt. Meer en meer wordt duidelijk dat met name een grote mate van zelfstandigheid een belangrijke voorwaarde is voor het doen slagen van de plaatsing. Voor een behoorlijk aantal van onze medewerkers is dit nog een probleem, waarbij we rekening moeten houden met het feit dat dit gezien de ontwikkelcapaciteiten een belemmering zal blijven. Het pilotproject Buitenkanz, waarbij leidinggevenden van bedrijven (mentoren) de coaching van onze medewerkers op de werkvloer verzorgen, levert goede resultaten op. De deelnemers beschouwen deze vorm van begeleiding als zeer waardevol. Het bedrijf krijgt een belangrijke sleutel t o t een succesvolle plaatsing zelf in handen. Onze detacheringsconsulenten krijgen meer t o t taak de mentor te coachen dan de gedetacheerde zelf. Besloten is om dit project voort te zetten met nieuwe deelnemers.
2.5 LEERWERKACTIVITEITEN VOOR BREDE DOELGROEP De bij de GR aangesloten gemeenten zetten het leerwerkbedrijf ook in voor de re-integratie van inwoners met een WWB/WU uitkering. Dit kan zijn voor Wsw-geïndiceerden die vanwege de wachtlijst nog niet in aanmerking komen voor Wsw-gesubsidieerde arbeid, maar ook voor andere inwoners die niet op eigen kracht kunnen voorzien in werk en inkomen en door gebruikmaking van een leerwerkplaats en/of begeleiding meer kans krijgen op het vinden en behouden van regulier werk. Voor het UWV Werkbedrijf worden ook leerwerktrajecten uitgevoerd voor o.a. personen met een WAJONG-uitkering. Deze activiteiten worden in ons leerwerkbedrijf uitgevoerd maar vallen onder verantwoordelijkheid van de Stichting PAUW Werk, aangezien het hier om andere subsidiegelden gaat dan de Wsw gelden.
2.6 SALES-, PR ACTIVITEITEN 'Met PAUW wordt detacheren maatschappelijk ondernemen'. Met deze boodschap deden wij afgelopen jaar een beroep op het bedrijfsleven. Ons streven is om zoveel mogelijk mensen aan een baan buiten de muren van ons eigen bedrijf te plaatsen. Daar hebben wij het bedrijfsleven hard bij nodig. De bedrijven in de regio zijn tenslotte de toekomstige opdrachtgevers voor onze medewerkers die gedetacheerd kunnen worden. Via diverse media hebben we deze boodschap publiciteit gezocht.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Belangrijk blijft ons netwerk met contacten in het bedrijfsleven. We investeerden ook dit jaar weer in deelname aan ondernemersnetwerken waarbij we via individueel contact of een rondleiding bedrijven kennis laten maken met ons bedrijf. De persoonlijke kennismaking met ons bedrijf, blijkt nog steeds een eyeopener. Zij zien dat we veel meer kunnen dan 'wasknijpers in elkaar zetten' en vaak leidt zo'n persoonlijke ontmoeting dan ook t o t werk op een van onze afdelingen, of de bereidheid t o t nadenken over een detacheringsplaats. Opvallend is ook dat het beeld over SW bedrijven bijgesteld wordt van een plek waar zoals ten onrechte wordt gedacht, meer aan zinvolle dagbesteding wordt gedaan, t o t een reëel beeld van ons bedrijf waar mensen werken met rechten en plichten en zichzelf ontwikkelen. Ook noemenswaardig is onze deelname aan de diverse beursvloeren geweest. Als bedrijf waar mede werkers met een arbeidsbeperking werken, willen we maar wat graag laten zien dat we wel degelijk iets kunnen betekenen voor andere maatschappelijke organisaties. Vaak leidt de match ook weer t o t vervolgopdrachten. Zo is de beursvloer op vele fronten een succesvol initiatief. Ook dit jaar hebben wij een avond georganiseerd voor onze vaste relaties. Met deze relatiedagen ver stevigen we ons bestaande netwerk. Dit jaar kozen we, in tegenstelling t o t voorgaande jaren, voor een avondprogramma. Met een nog grotere deelname dan voorgaande jaren, kunnen we spreken van een succes.
2.7 OMZE T PE R GE ME E NTE In bijgaand overzicht staat de omzet per gemeenten in 2010 .,=.■
:
> . . = . ! ■
• : . . ;
ïJ-c ".'.*?
r*^ *" *
:T
:
•
■
.
•
:
•
:
~ . . . » .
cc"iCc
1.030.482,90
26.604,16
854.299,79
141.106,95
8.472,00
60.954
16,91
gemeente Abcoude
58.445,51
51.327,21
7.118,30
8.786
6,65
gemeente Maarssen
63.918,44
9.768,62
54.149,82
39.707
1,61
gemeente DRV
336.601,40
3.953,22
174.229,96
125.058,50
33.359,72
34.203
9,84
gemeente Breukelen
111.848,76
1 840,16
88.760,50
21.248,10
14.610
7,66
gemeente Loenen
147.439,33
18.075,38
129.363,95
8.569
17,21
gemeente Vianen
72.253,10
59.377,88
2.761,60
10.113,62
19.637
3,68
185.713,80
8.991,21
48.223,32
128.499,27
34.356
5,41
36.422,17
36.422,17
14.161
2,57
2.043.125,41
128.610,63
1.348.966,33
462.448,61
103.099,84
234.983
gemeente Nieuwegein
gemeente IJsselstein
gemeente Lopik
JAARRAPPORT PAUW BE DRIJVE N 2 0 1 0
19
3- TOT SLOT Uiteraard hebben we de verantwoordelijkheid om te zorgen voor een goed werkklimaat. Hieronder verstaan we de wijze waarop we met veiligheid omgaan (omschreven in de ARBO-wet), maar ook hoe we omgaan met ziekte en ongewenst gedrag. Natuurlijk is ook de wijze waarop medewerkers mee kunnen praten over ons bedrijf via de OR van groot belang.
3.1 ARBOJAARVERSLAG 2010 Risico Inventarisatie en Evaluatie (RIE) De RIE voor de vestigingen Breukelen en IJsselstein, die periodiek wordt gehouden, is in het najaar afgerond. Hieruit zijn een aantal aandachtspunten naar voren gekomen, die opgenomen zijn in een Plan van Aanpak. Dit plan van aanpak is door het MT en de OR goedgekeurd, waarmee de uitvoering van deze RIE gestart kan worden. Binnen de RIE wordt specifieke aandacht besteed aan gevaarlijke stoffen, geluid, trillingen en machineveiligheid. Onze Arbodienst ACHMEA heeft een inventarisatie gemaakt van de aanwezige gevaarlijke stoffen binnen PAUW Bedrijven en de fysieke belasting die bepaalde werkzaamheden met zich meebrengen. Evenals in voorgaande jaren is er veel aandacht besteed aan de machineveiligheid op de afdelingen Groen en Metaal (meest gecompliceerde machines). Door een adviesbureau is er een evaluatie geweest omtrent de voortgang van aandachtspunten uit het onderzoek van het afgelopen jaar. Bovendien hebben zij een actiepuntenlijst opgesteld voor 2011 op het gebied van de machineveiligheid. De resultaten van beide rapporten zijn vrijwel onverkort opgenomen in het Plan van Aanpak, voortkomend uit de RIE, welke grotendeels in het komende jaar zal worden uitgevoerd. Periodiek Arbeids Geneeskundig Onderzoek (PAGO) In het afgelopen jaar is er door de Arbodienst een onderzoek gehouden naar de wenselijkheid/verplichting t o t het houden van een PAGO op de verschillende werkterreinen binnen PAUW Bedrijven. Beeldschermwerk, fysieke belasting, lichaamstrillingen komen hierbij in dit onderzoek naar voren. In 2011 zal een start worden gemaakt met de uitvoering van het PAGO . BedrijfsHulpVerfening (BHV) Met de desbetreffende brandweercorpsen zijn de jaarlijkse ontruimingsoefeningen op de verschillende locaties gehouden. Voor de BHV leden zijn de jaarlijkse basis- en vervolgcursussen, voor het eerst aangevuld met een cursus AED (reanimatie), gegeven. Dit maal niet extern maar voor het eerst intern op de vestigingen. Dit moet er toe bijdragen een zo realistisch mogelijk beeld (binnen het eigen pand) te schetsen van een mogelijke calamiteit. Ook biedt het de mogelijkheid de overige medewerkers er, op een verantwoorde wijze, bij te betrekken. Bed rijfsongeval len Het aantal bedrijfsongevallen, met relatief geringe verwondingen, is beperkt gebleven t o t 3.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
20
Werken op locatie In toenemende mate werken er medewerkers van PAUW Bedrijven op externe locaties. Als SW organi satie past PAUW Bedrijven de arbeidsomstandigheden aan de mogelijkheden van de medewerkers aan. Op de reguliere arbeidsmarkt is dit niet altijd vanzelfsprekend.Bij externe plaatsing wordt er dan ook op toegezien dat het beleid waar PAUW Bedrijven voor staat, wordt doorgevoerd. De leiding. Preven tiemedewerkers en Arbocoördinator ondersteunen hierbij de inlenende organisatie. Geluidsmetingen, lichtmetingen, machineveiligheid en adviezen betreffende veiligheid en keuze van meubilair zijn pun ten die hierbij aan de orde komen. Contact met de Ondernemingsraad (OR) Er bestaat een frequent contact tussen de OR en de Arbocoördinator omtrent het gevoerde Arbobe leid. De Preventiemedewerkers op de locaties Breukelen en IJsselstein maken deel uit van de OR. Zij on dersteunen de Arbocoördinator veelal met technische adviezen. Maandelijks vindt er een bijeenkomst plaats tussen een vertegenwoordiger van de OR, die zich met Arbo zaken bezighoudt. Het streven is dat de Arbocoördinator eenmaal per kwartaal een presentatie over de voortgang op Arbo gebied houdt. Contract Arbodienst Het contract met de Arbodienst loopt door t o t 31 december 2012.
3.2 ZIE KTE VE RZUIM Over 2010 was het verzuimpercentage 11,6% (Ambtenaren & SW medewerkers). Dit is een daling van 1,6% ten opzichte van 2009. De landelijke Benchmark (2009) van de sector ligt op 13,2%. Het landelijke cijfer over 2010 is nog niet bekend. Het aantal ziekmeldingen (frequentie) van de ambtenaren is afge nomen terwijl het percentage is toegenomen. Bij de SW medewerkers is het percentage afgenomen en de frequentie juist toegenomen. In 2010 is gestart met de implementatie van een nieuw ziekteverzuimbeleid. De organisatie stelt zich zelf t o t doel om binnen 2 jaar het verzuim te verlagen t o t gemiddeld 11 %. We willen dit bereiken door meer aandacht te besteden aan gezondheid en een gezonde leefstijl, en de aanpak van het ziektever zuim. We benadrukken de eigen verantwoordelijkheid bij ziekte, en ondernemen gerichter actie bij ziekte bijvoorbeeld door gesprekken met de eigen leidinggevende en het tijdig inschakelen van de verzuimcoach of de bedrijfsarts. In maart 2010 (peildatum, introductie nieuw ziekteverzuimbeleid) was het verzuimpercentage iets hoger dan 13%. V e r z u i m o v e r z i c h t 2005 2010 PAUW Beds'ij ven —
'
■
■
v"! 1 ' .Medewerkers
Ambtenaren
Percentage
Frequentie
Percentage
Frequentie
Percentage
Frequentie
2005
12,2%
2,49
12,5%
2,57
8,5%
1.57
2006
11,6%
2,52
11,9%
2,60
7,0%
1,60
2007
12,5%
2,74
13,1%
2.79
5,8%
2,12
2008
12,4%
2,60
13,0%
2,63
5,4%
2,17
2009
13,2%
2,76
13,9%
2,82
4,6%
2,05
2010
11,6%
2,86
12,1%
2,96
6,3%
1,88
JAARRAPPORT PAUW BE DRIJVE N 2 0 1 0
21
Verzuïmfrequeirtie 2005 2910
V e r z u i m p e r c e n t a g e 2*05 2910 U.Dy. Ufiy. 12.0K
3,00
s-^
-5**o^ _ .^ri^iafiL
■g^"**'*^***
>—«Ziekteverzuim totaal
IO.OK
tfiy.
~
%fiy.
Medewerkers "Ambtenaren
JTf**'
2,50
'Frequentie Tot. "Frequentie WSW Medew. ■Frequentie Ambt.
2,00 1,50 1,00
ifiy.
0,50
Zfiy.
0,00
Dfiy.
2005
200t
200T
200$
200$
2010
2005
2006.
200T
200*
2009
2010
Gezondheidsdag Op 8 en 10 juni 2010 is er op de vestigingen in Breukelen en IJsselstein voor het eerst een gezondheids dag georganiseerd. Tijdens deze dagen besteedden we aandacht aan gezond leven en bewegen. We verwachten met de aandacht voor een gezonde leefstijl onze doelstelling, de verlaging van het ziekte verzuimpercentage, op een positieve manier kracht bij te zetten. De gezondheidsdag was in de vorm van een gezondheidsmarkt. Op deze markt was het mogelijk om via workshops aan verschillende acti viteiten deel te nemen en er waren diverse informatiestands over een gezonde leefstijl. De markt was niet alleen informatief maar ook leuk én gezellig. Het thema van de gezondheidsmarkt was BRAVO: meer
Bewegen
minder
Roken
matig met
Alcohol
gezonde
Voeding
voldoende
Ontspanning
3 3 ONDE RfSfE MlNGSRAAP (OR) SamensteSling Met de verkiezingen die op 14 december zijn gehouden, is de samenstelling van de Ondernemingsraad gewijzigd. De ondernemingsraad bestaat uit totaal 9 personen waarvan 6 Wsw medewerkers, 2 amb telijk medewerkers en 1 gedetacheerde medewerker en zijn afkomstig vanuit verschillende geledingen van het bedrijf. Tevens wordt de OR versterkt door een ambtelijk secretaris en een ondersteunend com missielid. Afgelopen jaar werd de OR geconfronteerd met het overlijden van een ORlid Justin Koppen in juli en een oud ORlid in november. Dit heeft de OR diep geraakt.
Werkwijze De OR heeft met een vaste regelmaat overlegvergaderingen, een keer in de vijf weken kwam de OR bijeen, tevens was er een keer in de vijf weken overleg met de directie. Om zaken op korte termijn te kunnen beantwoorden is er een dagelijks bestuur. Dit dagelijks bestuur bestaat uit 3 ORleden en komt bijeen als dat noodzakelijk is.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
22
Opleiding OR In april heeft de OR een cursus gevolgd die werd georganiseerd door MEDE. Hierin is o.a. de adviesaanvraag van het management betreffende het nieuw in te richten bedrijfsonderdeel O&P aan de orde geweest. Na uitleg van de directie over deze plannen heeft de OR zich gebogen over de vraag welke rol de OR hierin moest gaan vervullen. ARBO zaken De OR heeft regelmatig overleg gehad met de ARBO-coördinator. Na een uitvoerige toelichting is de door de ARBO-coördinator opgestelde Risico Inventarisatie & Evaluatie (RIE) met het bijbehorende plan van aanpak door de OR goedgekeurd. Nieuwsbrief De OR communiceert via nieuwsbrieven, die op de prikborden worden opgehangen, met de achterban. Binnen een week na elke overlegvergadering komt de nieuwsbrief uit, zo blijven medewerkers goed op de hoogte van de onderwerpen die de OR bespreekt. De gedetacheerde medewerkers krijgen op verzoek de nieuwsbrief digitaal of in papieren versie thuisgestuurd. Medewerkers Tevredenheids Onderzoek (MTO) De OR heeft inbreng gehad bij het door de organisatie gehouden MTO. In het MTO was een aantal vragen over de OR opgenomen. De uitkomsten zijn zeer waardevol voor de OR. Zo bleek het noodzakelijk om de zichtbaarheid van de OR te vergroten. Ook moet de OR zijn rol duidelijker aan de medewerkers uitleggen. De eerder genoemde nieuwsbrief zal hierin een grotere rol moeten gaan spelen. Ook zijn er plannen gemaakt vaker op afdelingen tijdens werkoverleg aanwezig te zijn. Gezondheidsdagen Begin juni zijn op zowel de vestiging in Breukelen als op de vestiging in IJsselstein gezondheidsdagen gehouden. Hierin werd door verschillende instanties informatie gegeven over een gezondere leefstijl. De OR heeft deze gelegenheid aangegrepen zich te laten zien en uit te leggen welke rol de OR vervult bij het bieden van een gezondere werkplek. Inrichten Bedrijfsonderdeel Ontwikkeling en Plaatsing (O&P) De OR heeft zich middels een positief advies uitgesproken over het vormen van het nieuwe bedrijfsonderdeel O&P. Hierin werd de OR gesteund door MEDE, de organisatie die ook de OR-cursussen had verzorgd. De ondernemingsraad heeft de rol van procesbewaker op zich genomen. Dit gezien het feit dat bij de inhoudelijke inrichting gebruik is gemaakt van de inbreng van werkgroepen waarin de toekomstige medewerkers van de nieuwe afdelingen vertegenwoordigd waren. Met name de caseload van de beoogde trajectbegeleiders was en blijft een aandachtspunt. Financieel beleid De OR heeft kennis genomen van de jaarcijfers en begroting. Door het hoofd financiën is toelichting gegeven over deze cijfers. Inrichten WERK. Het inrichten van het bedrijfsonderdeel WERK is een logische stap in de verandering van de organisatie van PAUW Bedrijven. De OR heeft een positief advies gegeven voor het starten van het vormen van het
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7(11 Pi
23
bedrijfsonderdeel WERK. Uitgaande van de waarborg van medezeggenschap van betrokken medewerkers middels het vormen van werkgroepen, zal ook hier de OR de rol als procesbewaker op zich nemen. Overig Met betrekking t o t het beleid zijn volgende zaken aan de orde geweest: - Het project "Zó gaan we met elkaar o m " - Integriteitbeleid - Alcoholbeleid - Bezuinigingen - Verzuimregeling - Gebedsruimte voor o.a. moslims
3.4 VERTROUWENSPERSOON De vertrouwenspersoon is adviseur in conflictsituaties of bij (dreigend) ongewenst gedrag. In de meldingen en gesprekken is gekeken naar de aanpak vanuit een goed werkgeverschap. Er wordt onderscheid gemaakt tussen ongewenst gedrag en een arbeidsconflict. Indien nodig volgt er bij een arbeidsconflict verwijzing en bemiddeling naar derden. Consultatie vertrouwenspersoon In 2010 is de vertrouwenspersoon 9 keer benaderd om mee te denken in vragen rondom ongewenst gedrag. Een aantal gesprekken vond alleen telefonisch plaats. In een aantal situaties werd terugverwezen naar de organisatie. Meldingen van ongewenst gedrag Er zijn 5 meldingen van ongewenst gedrag door de vertrouwenspersoon in behandeling genomen. Soms zijn er alleen gesprekken gevoerd tussen de klager en de vertrouwenspersoon, soms volgde er ook een bemiddelings- of confrontatie gesprek waarbij leidinggevende en/of P&O aanwezig waren. De vertrouwenspersoon is ook eenmaal door PAUW ingeschakeld met het verzoek te bemiddelen in een conflictsituatie. De gesprekken werden gevoerd met als doel ervoor zorg te dragen dat het ongewenst gedrag stopt. Overig De vertrouwenspersoon is bij drie lesgroepen van de AKA (Arbeidsmarkt geKwalificeerd Assistent) opleiding geweest waar aandacht werd geschonken aan ongewenst gedrag. De deelnemers hadden vragen voorbereid. Dit zorgde voor een levendige discussie. De commissie ongewenst gedrag is 2 keer bij elkaar geweest in 2010. In de Blikopener worden de data vermeld dat de vertrouwenspersoon aanwezig is bij PAUW Bedrijven. Omdat het telefoonnummer van de vertrouwenspersoon nu is doorgeschakeld naar haar mobiele nummer is de vertrouwenspersoon voor iedereen direct bereikbaar.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
24
/
4. PERSONEEL IN CIJFERS (GRAFIEKEN) Taakstelling De taakstelling van 2010, inclusief onderrealisatie, bedroeg 471,3 AJ. Dit betekent dat in het verslagjaar gemiddeld voor 471,3 AJ rijkssubsidie is verstrekt. Bezetting ultimo 2010 -, '
" -''.'
FTE's
- f' n
-
W.~
Personen FTE's
Personen FTE's
111,71
138
106,6
132
Groen
59,41
65
59,32
65
Detachering
79,90
94
86,86
102
128,20
154
118
145
139
66,32
77
64,57
76
52,2
26,81
32
26,73
32
21,8
472,35
560
462,1
552
479
Locatie Breukelen
IJsselstein Schoonmaak Begeleid Werken Totalen
r-\
j
.
Personen FTE's
Personen FTE's
111
137
110,80
134
122,50
147
55
60
42,10
45
33,90
36
100
116
97,60
113
94,10
111
173
144,30
171
178,70
206
60
39,20
44
0,00
0
26
19,10
24
10,30
14
572
453,10
531
439,50
514
Personen
I FTE's I Personen
2010
2009
2008
2007
2006
Totale bezetting naar fte en aantal personen, periode 2006-2010 Leeftijdsopbouw naar geslacht Man
Vrouw
Totaal
<20
1
1
2
20-30
47
17
64
30-40
69
46
115
40-50
119
72
191
50-60
99
53
152
60-65
28
8
36
Totaal
363
197
560
Leeftijdopbouw
a man i vrouw
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
25
5, VERPLICHTE PARAGRAFEN 5.1 WEERSTANDSVERMOGEN In het najaar 2009 is de 'Notitie weerstandsvermogen PAUW Bedrijven' vastgesteld door het Algemeen Bestuur. Deze notitie geeft inzicht in het weerstandsvermogen en de mogelijk risico's. Onder weerstandsvermogen wordt verstaan het vermogen dat nodig is om tegenvallers op te vangen zonder dat de continuïteit van ons bedrijf in gevaar komt. De totale weerstandscapaciteit inclusief de nog niet gerealiseerde bestemmingsreserves in de notitie bedraagt €4.350.000 en is ultimo van het verslagjaar gedaald t o t € 3.873.000. De notitie geeft ook in zicht in de verscheidenheid en omvang van de risico's. Deze risico's zijn geclusterd in drie groepen: economische en marktrisico's, maatschappelijke risico's en bedrijfs- en ondernemingsrisico's en bedragen in totaal €4.010.000. De notitie geeft aan dat op basis van de aard en omvang van de (bedrijfs)activiteiten de conclusie gerechtvaardigd is dat er sprake is van een solide vermogen. In deze tijden van bijzondere investeringen, dan wel in tijden van tegenvallende financiële resultaten door o.a. economische omstandigheden, kan worden teruggevallen op deze buffer. Op deze wijze blijft de gemeentelijke bijdrage voorlopig voorspelbaar en kan deze meegenomen worden in de meerjarenbegroting. Het Algemeen Bestuur heeft de ondergrens van de weerstandscapaciteit vastgesteld op € 2.500.000.
5.2 ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN In het verslagjaar is een meerjarenplan onderhoud gebouwen gemaakt voor de periode 2011 - 2020. Op basis hiervan wordt aan het onderhoudfonds gedoteerd zodat kosten van onderhoud gelijkmatig verdeeld worden over een aantal kalenderjaren. In 2010 bedroeg deze dotatie 57 k en werd er voor 108 k aangewend voor groot onderhoud. In totaal bedraagt deze voorziening nu 190 k. De voorziening is bedoeld ter dekking van de kosten, zoals schilderwerk aan gebouwen, dakbedekking, klimaatbeheersing etc.
5.3 FINANCIERING In het kader van de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) treft u onderstaand informatie aan over de liquiditeitspositie in relatie t o t de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. PAUW Bedrijven heeft aan zowel de kasgeldlimiet als de renterisiconorm voldaan.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN ?Q1Q
26
Kasgeldlimiet 2010 (bedragen x € 1.000) Omvang begroting per 1 januari 2010
19.065
Kasgeldlimiet in procenten van de grondslag 8,20% Kasgeldlimiet in bedrag
1.563 Realisatie 2010
Gemiddeld
1e kw
2e kw
0
0
1.146 1.146
695 695
-1.146 1.536 2.682
-695 1.536 2.231
3e kw
4e kw
jaar
0
0
576 576
379 379
699 699
-576 1.536 2.112
-379 1.536 1.915
-699 1.536 2.235
Vlottende schuld Totaal vlottende schuld Vlottende middelen Uitgeleende gelden < jaar Totaal vlottende middelen Toets kasgeldlimiet Totaal netto vlottende schuld Toegestane kasgeldlimiet Ruimte (+) /Overschrijding
De kasgeldlimiet wordt bepaald aan de hand van de saldi per eerste van de maand. Het gehele jaar 2010 heeft PAUW Bedrijven zeer ruim voldaan aan de door de Wet fido gestelde eisen ten aanzien van de kasgeldlimiet. De gehanteerde financiële instrumenten in het kader van het treasurybeheer zijn geheel in overeenstemming met het treasurystatuut van PAUW Bedrijven.
Renterisiconorm 2010 Renterisiconorm en renterisico's van de vaste schulden. Het renterisico op de vaste schuld over de jaren 2010 t o t en met 2013 is als volgt; (bedragen x € 1.000) 2010
2010
2011
2012
2013
Budget
Realisatie
Budget
Budget
Budget
3.697
3.697
3.435
3.186
2.938
20%
20%
20%
20%
20%
2.500
2.500
2.500
2.500
2.500
2.500
2.500
2.500
2.500
2.500
Renterisico op vaste schuld
0
0
0
0
0
Ruimte (+) / Overschrijding
2.500
2.500
2.500
2.500
2.500
Renterisiconorm Stand van de vaste schuld per 1 januari Het bij ministeriele regeling vastgestelde Percentage Renterisiconorm Toets Renterisiconorm Renterisiconorm
Het renterisico wordt bepaald als een bedrag dat netto aangewend wordt t o t herfinanciering van een
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
27
bestaande schuld. Op grond van de stand van de vaste schuld geldt met betrekking t o t de renterisiconorm de wettelijke minimumnorm van € 2.500.000 en niet het wettelijk vastgestelde percentage. Vaste uitzettingen Er is geen sprake geweest van vaste uitzettingen in het boekjaar.
5.4 VERBONDEN PARTIJEN a. In 2010 was er sprake van een relatie met de Stichting Maatschappelijk Ondernemen Westelijk Utrecht. Deze Stichting exploiteert het kringloopbedrijf in Mijdrecht. Bij aanvang in 1999 werd door de Gemeenschappelijke Regeling een renteloze lening verstrekt waarvan de laatste termijn in 2009 is afgelost. Er bestaat een bestuurlijke verbinding omdat het voorzitterschap van het Kringloop bestuur statutair door de Algemeen directeur van PAUW Bedrijven wordt uitgeoefend. Bovendien wordt de bedrijfsleider ingeleend bij PAUW Bedrijven. b. PAUW Bedrijven heeft een bestuurlijk belang in de Stichting PAUW Werk, een stichting die o.a. reintegratie activiteiten uitvoert op de regionale markt en daarnaast diensten voor PAUW Bedrijven verricht met als doel het bevorderen van arbeidsbekwaamheid in de breedste zin van het woord. Met deze Stichting en de Gemeenschappelijke Regeling bestaat een rekening courant verhouding.
5.5 BEDRIJFSVOERING: FINANCIEEL Met de aangekondigde bezuinigingsoperatie is het financiële beleid doorgezet wat zich kenmerkt door een groot kostenbewustzijn en het behouden van een forse flexibiliteit in personele lasten. Zo zijn er vrijwel geen mensen in vaste dienst genomen (niet gesubsidieerd personeel). Immers de plannen van het kabinet Rutte zijn nog niet helder ook niet wat hiervan de financiële consequenties zijn voor PAUW Bedrijven. De wegvallende opdrachten voor de zwakkere groep en de geringe uuropbrengsten van industrieel werk zorgen ervoor dat het werken binnen, dus beschut werken, alsmaar duurder wordt. De beweging om mensen die dat kunnen te begeleiden naar werken op een plek buiten is niet alleen voor de mensen zelf van groot belang: je participeert immers meer in de maatschappij, maar is ook voor de bedrijfsvoering positief. De gerealiseerde bedrijfsopbrengsten laten weliswaar een zeer geringe stijging zien ten opzichte van het voorgaande jaar: €4.232.000(2009) en €4.329.000 (2010), maar blijft achter bij de begroting voor 2010: €4.782.000. De reden daarvoor is gelegen in het onvoldoende halen van het aantal geprognosticeerde Detacheringen en de verminderde uuropbrengsten van de Industriële afdelingen. Nog steeds merken we dat werkgevers bij tegenvallende resultaten allereerst kijken naar de mogelijkheden om te bezuinigen op flexibel personeel en daar horen onze gedetacheerde medewerkers ook bij. Met het project Buitenkanz, het opleiden van mentoren in het betreffende bedrijf, onderzoeken we momenteel de effecten van een andere aanpak. De afdelingen Groen en Schoonmaak presteerden naar verwachting goed. In 2010 is aandacht besteed aan het meer efficiënt inrichten van de afdeling schoonmaak, een margeverbetering wordt nagestreefd door alleen middelgrote en grotere objecten te acquireren en bovendien objecten te vinden waar we ook overdag kunnen schoonmaken. Dit alles om de productiviteit zo optimaal mogelijk te laten zijn.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
28
In het verslagjaar is gestart met het herstructureren van de organisatie, de afdeling Ontwikkeling en Plaatsing werd gevormd, daarnaast zal in het aankomende jaar gewerkt worden aan het samenvoegen van alle industriële activiteiten. De gehele ICT ondersteuning is ook in onderzoek en er zullen waarschijnlijk in 2011 de nodige investeringen plaatsvinden om de primaire processen (Ontwikkelen en Werken) adequaat te ondersteunen. Inmiddels kunnen we niet anders dan afwachten welke de invulling wordt van de nieuwe Regeling "Werken naar Vermogen" voor de basis van de arbeidsmarkt. De gevolgen voor de bestaande WSW medewerkers en de toekomstscenario's voor de staande SW organisatie zullen in overleg met de deelnemende gemeenten verder worden vormgegeven zodra er meer bekend is over de invulling en de financiële randvoorwaarden.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 f)
29
JAARREKENING 2010
Balans per 31 december 2010 (x€1000)
(voor resultaatbestemming)
31.12.2010
31.12.2009
Activa Vaste activa Immateriële vaste activa Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio Materiële vaste activa
0
0
0
0
6.994
6.994
6.950
6.950 }
Investeringen meteen economisch nut Financiële vaste activa Kapitaalverstrekkingen Overige verbonden partijen
1
1
1
1
V l o t t e n d e activa Voorraden Grond- en hulpstoffen
359
Onderhanden werken
33
Diverse voorraden
7
74 37 399
8
119
1.225
327 111 889
1.327
Uitzettingen Vorderingen op openbare lichamen Rekening-courant Stichting PAUWWERK Overige vorderingen
107 0 1.118
Liquide m i d d e l e n
802
1.796
Overlopende activa
147
84
9.568
10.278
Totaal
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN ? 0 1 D
32
(voor resultaatbestemming)
31.12.2010
31.12.2009
Passiva Vaste passiva Eigen v e r m o g e n Algemene reserve Bestemmingsreserves Nog te bestemmen resultaat begrotingsjaar
2.892 1.927 - 282
Voorzieningen
3.037 2.017 4.537
-145
190
4.909 241
Vaste schulden Onderhandse leningen
3.435
3.435
3.697
3.697
1.089
1.089
605
605
V l o t t e n d e passiva
Netto-vlottende schulden Overige schulden Overlopende passiva
Totaal
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
317
826
9.568
10.278
33
Programmarekening 2010 (x€1000)
Netto-omzet Mutatie in voorraden gereed product en onderhanden werk Geactiveerde productie voor het eigen bedrijf
Realisatie 2010 Begroting 2010 Realisatie 2009 Baten Lasten Lasten Baten Lasten Baten 4.997 5.044 4.740 70
0
-54
0
0
0
Som der bedrijfsopbrengsten
5.067
5.044
4.686
Kosten van grond- en hulpstoffen
672
246
247
Kosten van uitbesteed werk en andere externe directe kosten
302
263
367
Toegevoegde waarde
4.093
4.535
4.072
Overige bedrijfsopbrengsten Bedrijfsopbrengsten
236 4.329
247 4.782
160 4.232
Lonen en sociale lasten Wsw incl.overige personeelskosten
12.571
13.037
12.563
2.782
3.105
2.723
472
527
469
Overige bedrijfskosten Som der bedrijfslasten
2.711 18.536
2.203 18.872
2.495 18.250
Bedrijfsresultaat
14.207
14.090
14.018
Salarissen ambtelijk personeel Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
Rijksvergoeding Overige subsidies Gemeentelijke bijdrage Gemeentelijke bijdr. compensatie buitengemeenten
Saldo van de gerealiseerde algemene dekkingsmiddelen
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
12.814 405 975
12.799 199 970
80 14.040
82 14.276
82 14.050
205
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor bestemming Dotaties aan reserves Onttrekkingen aan reserves Resultaat na bestemming
12.899 103 958
193
-372 0
216
-7 0
90 -282
-184 0
39 32
39 -145
34
Kasstroomoverzicht over 2010 ( x € 1.000) o p basis van d e indirecte m e t h o d e
Beginsaldo liquide middelen
Resultaat
2010
2009
1.796
2.175
- 282
- 145
472
469
Mutaties werkkapitaal
- 265
Mutaties reserves en voorzieningen
- 141
- 194 33
Kasstroom uit operationele activiteiten
- 216
163
Investeringen in materiële vaste activa
- 521
- 236
5
25
- 516
- 211
Afschrijvingen
Desinvesteringen materiële vaste activa Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Aantrekken van geldleningen Aflossingen Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Totale mutatie liquide middelen
Eindsaldo liquide middelen
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 ( 1
0
0
262
331
- 262
- 331
- 994
- 379
802
1.796
35
Grondslagen voor waardering en resoltaatbepaifng Inleiding Onderstaande grondslagen, waarop de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling is gebaseerd, zijn bedoeld als leidraad voor een juiste interpretatie van de financiële overzichten. De jaarrekening voldoet aan het Besluit Begroting en Verantwoording 2004. Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende balanspost anders vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Voor zover het BBV niet anders voorschrijft, zijn de baten en lasten toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. De vermelde bedragen zijn in euro's.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
36
Balans Vaste activa Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. De afschrijving vindt plaats in maximaal 5 jaar of de resterende looptijd van de lening waar het actief betrekking op heeft. Materiële vaste activa De waardering van de materiële vaste activa is gebaseerd op de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, verminderd met de afschrijvingen. Bij de waardering van de materiële vaste activa wordt rekening gehouden met een vermindering van hun waarde indien deze naar verwachting duurzaam is. Op grond w o r d t niet afgeschreven. Voor het overige vindt afschrijving plaats op basis van de historische aanschafprijs volgens een stelsel dat is afgestemd op de verwachte toekomstige gebruiksduur, rekening houdend met een eventuele restwaarde. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikname van het actief. De afschrijvingstermijnen volgens de lineaire methode bedragen in jaren: Gronden
n.v.t.
Gebouwen en voorzieningen terreinen
25- 40
Machines en installaties
3-20
Inventarissen
5-10
Vervoermiddelen
3- 8
Financiële vaste activa Waardering vindt plaats op basis van de verkrijgingsprijs verminderd met eventuele duurzame waardeverminderingen en aflossingen. Afschrijving vindt niet plaats.
Vlottende activa Voorraden De grond- en hulpstoffen worden gewaardeerd tegen betaalde inkoopprijs, evenals de overige voorraden. De onderhanden werken worden gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, verminderd met op de balansdatum reeds voorzienbare verliezen. De vervaardigingsprijs omvat de verrekenprijzen van de grond- en hulpstoffen, de loon- en machinekosten en de overige kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. De gerede producten worden gewaardeerd tegen de fabricagekostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de fabricagekostprijs. De fabricagekostprijs bestaat uit de verreken-
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
37
prijzen van grond- en hulpstoffen, de loon- en machinekosten en overige kosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. Incourante voorraden zijn afgewaardeerd t o t marktwaarde.
Uitzettingen en overlopende activa De uitzettingen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voor de verwachte oninbaarheid van uitzettingen (met name vorderingen) is een voorziening getroffen. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.
Liquide middelen De liquide middelen worden tegen nominale waarde opgenomen en omvatten bank-, giro- en kassaldi.
Eigen vermogen Aigemene reserve De algemene reserve dient als algehele buffer om toekomstige tegenvallers te kunnen opvangen. Bestemmingsreserves Onder een bestemmingsreserve wordt verstaan een reserve waaraan door het bestuur een bepaalde bestemming is gegeven. Het gehele bedrag van de bestemmingsreserves ultimo het jaar dient onderbouwd te zijn met bestuursbesluiten van het algemeen bestuur dan wel opgenomen te zijn in het voorliggende voorstel t o t resultaatbestemming. Resultaat na bestemming Het resultaat na bestemming is het resterende resultaat na reeds bestemde mutaties in de reserves.
Voorzieningen Voorziening onderhoud De voorziening onderhoud heeft betrekking op het planmatig onderhoud aan de gebouwen en is bedoeld om schommelingen in de lasten op te vangen. De jaarlijkse dotatie ten laste van de programmarekening is gebaseerd op de meerjarenraming van het planmatig onderhoud, die een periode beslaat van 10 jaar. De overige onderhoudskosten aan de gebouwen, machines en installaties zijn rechtstreeks ten laste van de programmarekening verantwoord.
Vaste schulden De vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met de reeds gedane aflossingen. Vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.
Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Programnraarekenlng Bedrijfsopbrengsten Netto-omzet Netto-omzet is de opbrengst van aan derden geleverde goederen en diensten, exclusief de over de omzet geheven belastingen en onder aftrek van kortingen. Grond- en huipstoffenverhruik en kosten van derden en uitbesteed werk De kosten van grond- en hulpstoffen worden berekend op basis van de inkoopprijzen. De folies en de dozen worden berekend tegen vaste verrekenprijzen. Resultaten op deze post worden in het jaar verantwoord. Overige bedrijfsopbrengsten De overige bedrijfsopbrengsten omvatten naast de gemeentelijke bijdragen in de uitvoeringskosten, bestuurs- en beheerkosten de resultaten uit verhuur van onroerend goed, dienstverlening aan derden en overige opbrengsten. Rijksvergoeding Dit betreft de subsidie van het Rijk zoals bedoeld in de artikelen 8 t o t en met 10 van de Wet sociale werkvoorziening. Overige subsidies Dit betreft de subsidie van deelnemende gemeenten voor extra arbeidsplaatsen. Gemeentelijke bijdrage De gemeentelijke bijdrage omvat de in de gemeenschappelijke regeling of anderszins overeengekomen bijdrage in het exploitatieresultaat. Gemeentelijke bijdrage compensatie buitengemeenten De gemeentelijke bijdrage compensatie buitengemeenten betreft de niet gederfde inkomsten van de niet deelnemende gemeenten, de zogenaamde "buitengemeenten" in de exploitatielasten.
Bedrijfskosten Afschrijvingen Dit betreft de afschrijvingskosten van de vaste activa. Voor de afschrijvingen op investeringen die samenhangen met de aanwending van de bestemmingsreserve vindt een onttrekking aan die reserve plaats. De afschrijvingstermijn bedraagt maximaal de economische levensduur. Lonen en salarissen Wsw- en ambtelijk personeel Hierop worden de loon- en salariskosten van de WSW-medewerkers respectievelijk de salariskosten van het ambtelijk personeel verantwoord. Onder loon- en salariskosten wordt verstaan het bruto bedrag van de aan het boekjaar toe te rekenen lonen c.q. salarissen, vermeerderd met de uitbetaalde vakantiegeldrechten.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 10] 0
39
Sociale lasten De sociale lasten betreffen de ter zake van de werknemersverzekeringen verschuldigde werkgeverslasten, alsmede het werkgeversaandeel in de pensioenvoorziening. Dit betreft tevens de aan het boekjaar toe te rekenen ziekengelden. Daarnaast worden aan het boekjaar toe te rekenen WAO-gelden verantwoord en ontvangen gelden ten gevolge van loonschade. Overige personeelskosten Wsw De personeelskosten betreffen de kosten voor bedrijfsgeneeskundige zorg en de vervoerskosten woon/ werkverkeer. Overige bedrijfskosten Hierin zijn onder meer begrepen de kosten voor opleidingen van Wsw-werknemers, werkkleding, overige personeelskosten, onderhoudskosten, kantoorkosten, kantinekosten, etc. De overige bedrijfskosten worden berekend op basis van historische kosten. Algemene dekkïngsmiddelen De algemene dekkïngsmiddelen bestaan in hoofdzaak uit het saldo van financiële rentelasten en baten. De rentebaten betreffen onder meer de opbrengsten uit deposito's en andere uitzettingen. De rentelasten bestaan in elke geval uit de rentelast van de vaste schulden en de rekening-courantrente bij debetsaldi.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN ?D1 Cl
40
Toelichting op de balans (x€1000) Activa I m m a t e r i ë l e v a s t e activa Kosten v a n g e l d l e n i n g e n Boekwaarde per 1 januari Aanschaffingen Afschrijvingen —
2010 0 0 0 0
2009 1 0 1 0
6.950 521 5 472 6.994
7.208 236 25 469 6.950
■
Boekwaarde per 31 december M a t e r i ë l e v a s t e activa Boekwaarde per 1 januari Aanschaffingen Desinvesteringen Afschrijvingen Boekwaarde per 31 december
Een overzicht van de materiële vaste activa is onderstaand opgenomen. Het betreft uitsluitend activa met een econo misch nut.
Boekwaarde per 31 december 2010 Aanschaffingen Desinvesteringen Afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2010 Cumulatieve afschrij vingen en overige waardeverminderingen per 31 december 2010 Afschrijvingtermijnen in jaren
Gronden en terreinen
Bedrijfs gebouwen
Machines, apparaten en installaties
Overige materiële vaste activa
Vervoer middelen
Totaal
2.526
2.903
1.095
286
140
6.950
0
0
91
12
418
521
2.526
2.903
1.186
298
558
7.471
0
0
0
0
5
5
12
132
171
88
69
472
2.514
2.771
1.015
210
484
6.994
167
1.819
2.533
1.126
391
6.036
2540
2540
320
510
38
Het totale beschikbaar gestelde krediet voor investeringen voor 2010 bedroeg € 555.000. Weliswaar is wederom een terughoudend beleid ten aanzien van investeringen voor met name de industriële werk verbanden gevoerd en zijn diverse voorgenomen investeringen uitgesteld, toch was het noodzakelijk om fors te investeren in het wagenpark voor de Groenvoorziening en S choonmaak.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
41
Financiële v a s t e activa
Overige langlopende leningen
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd >1 jaar
Bijdragen aan activa in eigendom van derden
1
0
0
0
1
0
0
0
0
0
1
0
0
0
1
Afschrijvingen, aflossingen, verkopen
0
0
0
0
0
Boekwaarde per 31 december 2010
1
0
0
0
1
Kapitaal verstrekkingen t.b.v. deelnemingen Boekwaarde per 1 januari 2010 Verstrekte uitzettingen
Totaal
Voorraad 2010
2009
Grond- en hulpstoffen
359
74
Onderhanden werken
33
37
7
8
Totaal
Diverse voorraden
399
119
Omloopsnelheid: Grond- en hulpstoffen
14,2
_
63,7
Uitzettingen
Vorderingen op openbare lichamen Deelnemende en niet deelnemende gemeenten
2010
2009
107
327
107
327
Rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen
111
Rekening-courant met Stichting PAUWWERK
111
Overige vorderingen Handelsdebiteuren Personeel Overige vorderingen Voorziening dubieuze debiteuren Totaal
889
1.118 857
739
20
9
241
143
0
-2 1.225
1.327
Het saldo aan handelsdebiteuren bedroeg ultimo 2010 17,0 % van de omzet. Hiermee staat een vordering gemiddeld 44 dagen uit, tegenover 40 dagen eind 2009. Per 1 maart 2011 stond van het saldo per 31 december 2010 nog een bedrag van € 175.190 open.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
42
Liquide Middelen
Kasgelden
2010
2009
0
0
Bank
802
1.796
Totaal
802
1.796
Ten aanzien van de liquide middelen gelden geen opnamebeperkingen. Evenmin worden er ten aanzien van liquide middelen valutarisico's gelopen.
O v e r l o p e n d e activa 2010
2009
Vooruitbetaalde bedragen
1 146
0 84
Totaal
147
84
2010
2009
3.037
2.229
0 145
808 0
2.892
3.037
2010
2009
2.017
2.056
0 90
0 39
1.927
2.017
Verzekeringen
Passiva Eigen v e r m o g e n A l g e m e n e reserve:
Saldo per 1 januari Dotaties Onttrekkingen Saldo per 31 december
Bestemmingsreserves
Saldo per 1 januari Dotaties Onttrekkingen Saldo per 31 december
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
43
Het saldo per 31 december
1.927
Boekwaarde gedane investeringen
664
Nog te realiseren bestemmingen
1.263
Gebouwen, terrein, installaties
298
Productie
413
Inventarissen
106
Bedrijfsplan
110
Externe dienstverlening
336 1.263
De bestemmingsreserve is bedoeld ter egalisatie van specifieke uitgaven en ter dekking van afschrijvingslasten van gedane investeringen vanuit deze reserve. Voorzieningen Voorziening groot onderhoud
2010
2009
Saldo per 1 januari
241
168
Toevoegingen
73
Aanwendingen
57 108
Saldo per 31 december
190
241
De toevoeging aan de voorziening groot onderhoud is gebaseerd op de meerjaren onderhoudsprognose 2011 - 2020. De voorziening is bedoeld ter dekking van de kosten groot onderhoud, zoals schilderwerk aan gebouwen, dakbedekking, klimaatbeheersing etc.
Vaste schulden Het v e r l o o p v a n de o n d e r h a n d s e g e l d l e n i n g e n is als v o l g t : Saldo per
Nieuwe
01-01-2010
leningen
14
0
14
2.950
0
733 3.697
Grontmij Pens.fonds (1990) ABN-Amro (2001) BNG (2005) Totaal
Aflossingen
Saldo per
Rentelast be-
31-12-2010
grotingsjaar
0
1
181
2.769
181
0
67
666
26
0
262
3.435
208
Alle geldleningen zijn verstrekt door binnenlandse banken en overige financiële instellingen. Het in 2010 afgeloste bedrag is €261.792.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
44
V l o t t e n d e passiva N e t t o - v l o t t e n d e schulden:
Overige schulden Crediteuren Rekening-courant Stichting PAUWWERK Totaal
2010
2009
1.089
605
1.028
605
61
0
605
1.089
O v e r l o p e n d e passiva
Nog te betalen salarissen en sociale lasten Nog te betalen bedragen Transitorische rente Af te dragen belastingen Overige overlopende passiva Totaal
2010
2009
5
174
292
224
3
5
11
344
6
79
317
826
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen. In de balans is niet de verplichting inzake het stuwmeer verlof en vakantiegeldverplichting t o t uitdrukking gebracht. De financiële verplichting van het stuwmeer en de vakantiegeldverplichting bedraagt €1.104.100.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN ? D 1 f)
45
Toelichting op de programmarekening Realisatie 2010 Toegevoegde waarde
4.132
Begroting 2010 4.573
Realisatie 2009 4.111
De toegevoegde waarde is per bedrijfsonderdeel als volgt samengesteld: industrieel Breukelen Bedrijfsopbrengsten Kosten grond- en hulpstoffen en andere externe kosten Toegevoegde waarde
782
483
436
488 294
91 392
75 361
745
772
830
127 618
151 621
134 696
690
914
742
690
0 914
742
558
783
601
558
0 783
601
1.598
1.485
1.513
274 1.324
199 1.286
306 1.207
739
645
618
91 648
68 577
114 504
Industrieel IJsselstein Bedrijfsopbrengsten Kosten grond- en hulpstoffen en andere externe kosten Toegevoegde waarde Detachering Breukelen Bedrijfsopbrengsten Kosten grond- en hulpstoffen en andere externe kosten Toegevoegde waarde Detachering IJsselstein Bedrijfsopbrengsten Kosten grond- en hulpstoffen en andere externe kosten Toegevoegde waarde Groenvoorziening Breukelen Bedrijfsopbrengsten Kosten grond- en hulpstoffen en andere externe kosten Toegevoegde waarde Schoonmaak IJsselstein Bedrijfsopbrengsten Kosten grond- en hulpstoffen en andere externe kosten Toegevoegde waarde
Ondanks de toename van de productiviteit is de omzet grotendeels door de economische crisis lager uitgekomen dan begroot maar is er wel sprake van een lichte omzetstijging ten opzichte van 2009. De kosten van grond- en hulpstoffen en uitbesteed werk zijn fors hoger dan geraamd doordat goederen voor een specifieke klant worden ingekocht waar voorheen deze goederen door de klant werden aangeleverd. N.B. Het verschil netto toegevoegde waarde ten opzichte van de programmarekening betreft onderlinge transacties (intercompany omzet)
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
46
Overige bedrijfsopbrengsten
Bijdrage gemeenten in uitvoeringskosten, bestuurs- en beheerskosten Huuropbrengsten Dienstverlening t.b.v. derden Overige baten Totaal
Reaiistie 2010
Begroting 2010
Realisatie 2009
7
130
6
83 126 20 236
61 56 0 247
83 47 24 160
De bijdrage gemeenten in uitvoeringskosten, bestuurs- en beheerkosten betreffen wettelijke taken die de deelnemende gemeenten hebben overgedragen. Door de modernisering per 1 januari 2008 zijn deze taken fors toegenomen. Voor zowel 2009 als 2010 is besloten om de bijdrage uitvoeringskosten van respectievelijk €115.000 en €104.000 te onttrekken uit de algemene reserve. Voor 2010 valt de post dus lager uit dan begroot. De dienstverlening ten behoeve van derden betreft o.a. de ambtelijke detachering en ondersteuning aan het Kringkoop bedrijf te Mijdrecht en voor de Stichting PAUW Werk die re-integratie trajecten uitvoert.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
47
L o n e n , salarissen en sociale lasten W s w - p e r s o n e e ! Realisatie 2010 Loonkosten Wsw-werknemers Overige loonkosten Totaal l o o n k o s t e n W s w
9.897 33 9.930
Begroting 2010 voor wijziging 10.001 55 10.056
Sociale lasten Pensioenpremies Ziekengelden/WAO-gelden Totaal sociale lasten W s w
1.323 1.077 2.400 -28 2.372
1.494 1.079 2.573 0 2.573
1.361 1.062 2.423 -25 2.398
Bedrijfsgeneeskundige zorg
33
54
30
248 -12 269
469 -115 408
457 -116 371
2.178 93 2.271
2.301 214 2.515
2.014 236 2.250
283 228 511
327 263 590
260 213 473
28.069 58.694 31,53
28.286 61.678 28,91
27.615 64.422 34,62
560 482 472 47,4 9,2
570 489 478 50,3 9,5
Vervoerskosten Wsw Eigen bijdrage vervoer Totaal o v e r i g e personeelskosten Loonkosten ambtelijk personeel Overige loonkosten Totaal l o o n k o s t e n a m b t e l i j k Sociale lasten Pensioenpremies Totaal sociale lasten a m b t e l i j k
Totale loonkosten Wsw per AJ Totale loonkosten per fte ambtelijk Loonkosten Wsw per productief uur Aantal Wsw-ers ultimo jaar Aantal Wsw-AJ ultimo jaar Aantal Wsw-FTE ultimo jaar Aantal ambtenaren in FTE's Verhouding ambtelijk/Wsw
Realisatie 2009 9.751 43 9.794
552 473 462 42,3 10,5,
De lagere loonkosten wordt veroorzaakt door een lager aantal dienstverbanden Wsw (gemiddeld 13 fte's). In de loonkosten van 2010 is de eenmalige uitkering van januari 2011 verwerkt. De loonkostenstijging per medewerker bedraagt 1,6 procent en is daarmee lager uitgevallen dan begroot. Het verschil betreft grotendeels de daling van de vervoerskosten als gevolg van de nieuwe reiskostenregeling. De lagere salariskosten zijn voor een aanzienlijk deel het gevolg van een lagere ambtelijke bezetting ten opzichte van de begroting. Daarnaast zijn de overige personeelskosten eveneens fors lager uitgevallen dan begroot. Deze daling is grotendeels het gevolg van vermindering afdrachten i.v.m. studie. De totale salariskosten per medewerker zijn 4,8 procent lager uitgevallen dan begroot.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
48
Afschrijvingen Realisatie 2010
Begroting 2010
Realisatie 2009
Afschrijvingen op immateriële vaste activa Afschrijvingen op materiële vaste activa met een economisch nut
0
0
0
472
527
469
Totaal afschrijvingen
472
527
469
Realisatie 2010
Begroting 2010 voor wijziging
Realisatie 2009
Huurkosten Onderhoudskosten Energie Verzekeringen en belastingen Kosten dienstverlening derden Verkoop en commerciële kosten
73 451 161 140 925 38
76 410 169 132 180 81
77 392 172 138 703 41
Indirecte productiekosten Kosten Begeleid Werken Kosten Persoonsgebonden budget Dotatie aan voorziening groot onderhoud Diverse overige bedrijfslasten
81 297 0 57
98 323 135 73
86 294 0 73
527
564
557
2.750
2.241
2.533
Overige bedrijfskosten
Totaal o v e r i g e b e d r i j f s k o s t e n
De stijging van de kosten dienstverlening derden wordt veroorzaakt door het tijdelijk inlenen van uitzendkrachten voor diverse formatieplaatsen, afdeling groenvoorziening en afdeling schoonmaak. De diverse overige bedrijfskosten betreffen ondermeer kantoorkosten, kantinekosten, opleidingen wsw, werkkleding, accountantskosten, vergader- en representatiekosten etc.
Rijksvergoeding W s w
Omvang r i j k s v e r g o e d i n g W s w Subsidieresultaat in € Verhouding loonkosten Wsw in % Aantal gerealiseerde AJ's Rijksvergoeding per AJ
Realisatie 2010 12.899
Begroting 2010 voor wijziging 12.814
Realisatie 2009 12.799
- 317 102,6 471,7 27.344
- 545 104,5 473,5 27.063
- 294 102,4 474,8 26.955
De omvang van de rijksvergoeding wordt bepaald door de omvang en realisatie van de taakstelling voor de deelnemende gemeenten, de gerealiseerde AJ voor de buitengemeenten en het normbedrag per arbeidsjaar. De taakstelling, rekening houdend met individuele onderrealisatie, voor de deelnemende gemeenten bedroeg 433,8 AJ. Daarnaast zijn er 37,5 AJ gerealiseerd voor de buitengemeenten. De totale taakstelling bedraagt derhalve voor 2010 471,3 AJ. Per saldo is er 0,4 AJ extra arbeidsplaatsen gerealiseerd uit eigen middelen. De rijksvergoeding per arbeidsjaar 2010 is ten opzichte van 2009 gelijk gebleven.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
49
Het subsidieresultaat, als verschil tussen de loonkosten Wsw en de rijksvergoeding (exclusief begeleid werken), loopt ten opzichte van 2009 licht terug. O v e r i g e subsidies W s w Realisatie 2010 O m v a n g o v e r i g e subsidies W s w
Realisatie 2009
103
Begroting 2010 voor wijziging 405
3,5
15,0
7,4
Aantal gerealiseerde AJ
199
Onder de overige subsidies zijn de ingekochte arbeidsplaatsen deelnemende gemeenten opgenomen, de zogenaamde voortrajecten.
Gemeentelijke bijdrage Realisatie 2010 Omvang g e m e e n t e l i j k e b i j d r a g e Aantal gerealiseerde werknemers Gemeentelijke bijdrage per werknemer
Realisatie 2009
958
Begroting 2010 voor wijziging 975
502 1.911
510 1.911
508 1.911
970
Gemeentelijke bijdrage compensatie buitengemeenten
Omvang g e m e e n t e l i j k e b i j d r a g e
Realisatie 2010 80
Begroting 2010 82
Realisatie 2009 82
42
43
40
Aantal gerealiseerde werknemers
De gemeentelijke bijdrage compensatie buitengemeenten betreft de niet gederfde inkomsten van de niet deelnemende gemeenten, de zogenaamde "buitengemeenten" in de exploitatielasten. Deze compensatiebijdrage wordt bij de deelnemende gemeenten in rekening gebracht. Daar staat echter tegenover dat onze deelnemende gemeenten geen betalingsverplichtingen meer hebben naar andere SW-organisaties.
Gerealiseerde a l g e m e n e d e k k i n g s m i d d e i e n Realisatie 2010
Financiële baten Financiële lasten Saldo f i n a n c i e r i n g s f u n c t i e
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
3 208
Begroting 2010 voor wijziging 15 208
205
Realisatie 2009
9 225 193
216
50
Mutaties in reserves Realisatie 2010 Resultaat voor bestemming Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemming reserve Totaal onttrekkingen
Begroting 2010 voor wijziging - 7
-372
39
90
Resultaat na bestemming
Realisatie 2009 - 184
39
90
39
39
282
32
145
Zie de overige gegevens voor het voorstel resultaatbestemming.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
51
SISA BIJLAGE 201<
G1B -Wetsociale werkvoorziening (Wsw) Openbare lichamen SiSa tussen medeoverheden 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22
Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eer stc lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december Gemeente - CSS 2010 code 030b fAbcouder V-5 0311 (Breukelen) 35,00 0329 (Loenen) 11,00 0331 (Lopik) 35,75 0333 (Maarssen) 129,50 0353 (IJsselstein) 123,25 0356 (Nieuwegein) 165,50 0620 (Vianen) 29,50 0736 (De Ronde Venen) 76,50 0090 (Smallingerland) 1,00 0216(Culemborg) 1,00 0294 (Winterswijk) 1,00 1,00 0310 (De Bilt) 0321 (Houten) 7,25 0335 (Montfoort) 1,00 0344 (Utrecht) 25,25 0355 (Zeist) 1,00 0402 (Hilversum) 1,00 0534 (Hillegom) 1,00 1,00 0632 (Woerden) 0689 (Giessenlan1,00 den) 0856(Uden) Totaal
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
653,75
Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in 2010, uitgedrukt in arbeidsjaren
4,96 10,79 3,25 9,59 1,50
Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in 2010, uitgedrukt in arbeidsjaren ^.bO 24,05 9,40 28,88 84,95 93,98 114,68 20,55
7,14
54,09
1,25
Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in 2010, uitgedrukt in arbeidsjaren 2,00 1,80 3,65 5,39 1,00 5,86 1,26 5,10
1,00 1,00 4,47 0,80 26,47 1,00 1,00
1,00
0,80
1,00 38,48
471,72
27,06
52
OVERIGE GEGEVENS Voorstel resultaatbestemming Wij stellen voor om het nadelig resultaat ad € 282.000 te onttrekken aan de algemene reserve. Controleverkiaring De controleverklaring is opgenomen op de twee volgende pagina's.
"X
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
53
ControSeverklaring van de onafhankelijke accountant Aan het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling PAUW Bedrijven te Breukelen Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit jaarrapport 2010 opgenomen jaarrekening 2010 van de gemeenschappelijke regeling PAUW Bedrijven te Breukelen gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2010 en de programmarekening over 2010 met de toelichtingen, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur Het dagelijks bestuur van PAUW Bedrijven is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig t o t stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving waaronder verordeningen van de gemeenschappelijke regeling. Het dagelijks bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 213, lid 2 van de Gemeentewet. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden, het Besluit accountantscontrole decentrale overheden en het opgestelde controleprotocol dat door het algemeen bestuur is vastgesteld. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede voor de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet t o t doel een oordeel t o t uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de gemeenschappelijke regeling. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële recht-
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
54
matigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het dagelijks bestuur gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Deze financiële rechtmatigheidscriteria zijn vastgesteld door het algemeen bestuur met het normenkader en het toetsingskader. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1 % en voor onzekerheden 3% van de totale lasten en toevoegingen aan reserves. Deze goedkeuringstolerantie is door het algemeen bestuur vastgesteld. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeet betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van de gemeenschappelijke regeling PAUW Bedrijven een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2010 als van de activa en passiva per 31 december 2010 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties rechtmatig t o t stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving waaronder interne verordeningen. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen. Ingevolge artikel 213, lid 3 onder d Gemeentewet vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening.
Utrecht, 28 april 2011 Deloitte Accountants B.V. Was getekend: K. Bruggeman RA
BIJLAGEN
Bijgage 1. Kengetallen 2010
2009
2008
2007
553 465.0 474.9
562 471.0 474.8
549 464.8 474.6
517 443.3 452.6
49 47.4
44 42.3
40 38.7
38 36.6
9,8
10.5
11.5
11.7
74 67 63 78
46 58 30 74
120 83 157 46
120 76 76 120
productieve uren (in % van totaal beschikbare uren Ziekteverzuim (in % van totaal beschikbare uren)
47.0 11.5
42.0 13.2
50.5 12.2
50.7 12.6
Voorraden in % van de netto-omzet Handelsdebiteuren in % van de netto-omzet
7.2 16.8
1.8 15.6
1.8 16.4
1.7 16.8
Boekwaarde vaste activa in % van de vaste passiva Eigen vermogen in % van het totaal vermogen
85.7 47.4
78.6 47.9
77.6 46.9
82.4 41.7
4.132 9.434 98
4.111 9.261 96
4.381 9.882 103
4.122 9.598 100
Gemiddeld: Aantal Wsw-ers in personen infte inAJ Aantal ambtenarenin personen infte Verhouding ambtelijk/Wsw in fte Wachtlijst: Beginstand Instroom Uitstroom Eindstand
Toegevoegde waarde (x € 1000) Toegevoegde waarde per fte Indexcijfer toegevoegde waarde (2005=100)
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Bijlage 2. Overzicht verdeling gemeentelijke bijdragen In artikel 35 van de gemeenschappelijke regeling is bepaald dat het resultaat verdeeld wordt naar rato van het aantal medewerkers gemiddeld over het jaar. Op grond hiervan is de verdeling over 2010 als volgt: Gemeente Gemeente Abcoude Gemeente Breukelen Gemeente Loenen aan de Vecht Gemeente Lopik Gemeente Maarssen Gemeente De Ronde Venen Gemeente Nieuwegein Gemeente IJsselstein Gemeente Vianen Totaal
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Aantal mandagen
Aandeel in %
Aandeel in €
1.044 7.438 2.871 8.351 26.652 16.136 35.791 26.791 5.822
0,8 5.7 2,2 6,4 20,4 12,3 27,3 20.5 4.4
7.642 54.446 21.016 61.129 195.093 118.116 261.990 196.110 42.617
130.896
100%
958.159
59
Bijlage 3. Omvang productieve uren en toegevoegde waarde per vestiging O m v a n g p r o d u c t i e v e u r e n e n t o e g e v o e g d e w a a r d e per v e s t i g i n g i n d u s t r i e e l , d e t a c h e r i n g e n , g r o e n voorziening en schoonmaak: Realisatie 2010
Begroting 2010 voor wijziging
Realisatie 2009
industrieel Breukelen Toegevoegde waarde Aantal productieve uren Toegevoegde waarde per uur
294 67 4,41
392 78 5,04
361 66 5,46
Industrieel IJsselstein Toegevoegde waarde Aantal productieve uren Toegevoegde waarde per uur
618 94 6,60
621 103 6,04
696 87 8,03
Detachering Breukelen Toegevoegde waarde Aantal productieve uren Toegevoegde waarde per uur
690 72 9,52
914 89 10,25
742 73 10,14
Detachering IJsselstein Toegevoegde waarde Aantal productieve uren Toegevoegde waarde per uur
558 44 12,80
783 60 13,00
601 46 13,08
1.324 61 21,71
1.286 66 19,50
1.207 56 21,62
648 61 10,58
577 55 10,50
504 35 14,32
399
451
363
10,37
10,14
11,33
Groenvoorziening Breukelen Toegevoegde waarde Aantal productieve uren Toegevoegde waarde per Uur Schoonmaak IJsselstein Toegevoegde waarde Aantal productieve uren Toegevoegde waarde per uur Totaal productieve uren Gemiddelde toegevoegde waarde per uur
Ten opzichte van 2009 is de productiviteit met 5 procent gestegen. Het totaal aantal gerealiseerde productieve uren blijft, rekening houdend met een lagere personeelsbezetting van 13 fte's, 9 procent achter ten opzichte van de begroting. De belangrijkste oorzaak van het achterblijven van de productieve uren is het gevolg van meer improductieve uren vanwege onvoldoende werkaanbod industrieel. Zowel bij industrieel Breukelen als IJsselstein is de netto toegevoegde waarde wederom gedaald ten opzichte van het voorliggende jaar met respectievelijk € 67.000 en € 78.000. Bij zowel industrie Breukelen als IJsselstein is deze daling volledig het gevolg van fors lagere uuropbrengst van respectievelijk - € 1,05 en - € 1,43. Zowel bij Detacheringen Breukelen als Detacheringen IJsselstein is de netto toegevoegde waarde opnieuw lager uitgekomen dan begroot. De achtstand ten opzichte van de begroting bedroeg respectievelijk € 224.000 en € 225.000. De reden hiervan is een aanzienlijke onderrealisatie van respectievelijk 13,4 en 13,5 fte's van het aantal gedetacheerde medewerkers ten opzichte van de begroting. Daarnaast is mede vanwege de economische crisis een lagere netto toegevoegde waarde per uur gerealiseerd.
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
60
De productiegroep groenvoorziening heeft met een groei van bijna 10 procent van de netto toegevoegde waarde ten opzicht van 2009 opnieuw een succesvol jaar achter de rug. De netto toegevoegde waarde per uur is ten opzichte van het vorig jaar met ruim 4 procent gestegen. Daarnaast is de productiviteit ten opzichte van vorig jaar licht toegenomen en bedraagt 52,3 procent. De productiegroep schoonmaak heeft de positieve ontwikkeling van de afgelopen jaren ook in 2010 vast kunnen houden. De netto toegevoegde waarde is ten opzichte van 2009 met bijna 28 procent toegenomen. Ondanks de forse stijging van de netto toegevoegde waarde daalde de uuropbrengst met € 3,74. De productiviteit bedroeg het afgelopen jaar 48,9 procent, hetgeen 16,2 procent hoger is dan in 2009.
De u r e n v e r d e l i n g o v e r 2010 is als v o l g t : 2010
2009
Totaal uren wsw
849
865
A Aanwezigheidsuren
612
601
Productieve uren Indirecte uren Improductieve uren
399 99 114
363 104 134
B Afwezigheidsuren
237
264
Ziekte en arbeidsongeschiktheid Overige afwezige uren
98 139
114 150
47,0%
42,0%
Verhouding productieve uren
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 7 0 1 0
61
Bijlage 4. Uitvoeriogsprotocol WSW iaatste versie nr. 1.6
1.
datum Onderwerp bespreken in ambtelijk overleg 14-02-2008 Wachtlijstbeheer en plaatsingsbeleid
2.1.
14-02-2008 Indicaties
2.2.
14-02-2008 Herindicaties
3.1.
14-02-2008 Bewaking taakstelling en realisatie
3.2.
14-02-2008 Uitruil
3.3
10-07-2008 Solidariteitsbandbreedte
4.
14-02-2008 Uitvoering Persoonsgebonden Budget PAUW Bedrijven is belast met de uitvoe-
Nr.
Omschrijving
Datum akkoord PAUW Bedrijven PAUW Bedrijven voert het wachtlijstbeheer 13-03-2008 per gemeente uit en is verantwoordelijk voor uitvoering van de wettelijke bepalingen en verordening(en). PAUW Bedrijven verstrekt elk kwartaal per gemeente een overzicht van de wachtlijst. PAUW Bedrijven is verantwoordelijk voor 13-03-2008 het registreren, informeren en op de wachtlijst plaatsen van door het CWI geïndiceerde personen. PAUW Bedrijven is verantwoordelijk voor: 13-03-2008 a. het tijdig aanvragen voor herindicatie bij het CWI, b. de begeleiding van betrokken geïndiceerden en c. de bewaking van de wettelijke termijnen en kwaliteitsafspraken met het CWI. Voor geïndiceerde inwoners van de deelnemende gemeenten die werkzaam zijn bij andere SW- bedrijven laat PAUW Bedrijven de bewaking en begeleiding van de herindicatie uitvoeren door het respectievelijke SW-bedrijf. PAUW Bedrijven plaatst geïndiceerde per- 13-03-2008 sonen van de wachtlijst met in achtneming van de te realiseren taakstelling. Bij het plaatsen en de daarbij te hanteren volgorde wordt uitgegaan van de wettelijke bepalingen en de gemeentelijke verordening(en). PAUW Bedrijven vraagt het maandelijks van de realisatie door de andere SW- bedrijven uit. Tussen de 9 gemeenten geldt een solidariteitsbandbreedte van 5%. PAUW Bedrijven zal zorgdragen voor een tijdige aanvraag voor uitruil bij het ministerie . PAUW Bedrijven zal elk kwartaal, per individuele gemeente rapporteren over de stand van de realisatie. Pauw Bedrijven kan maximaal 5% van de gemeentelijke taakstelling aanwenden ter compensatie van overrealisatie in een of meerdere andere deelnemende gemeente(n).
24-07-2008
13-03-2008
ring van het PGB conform de wettelijke bepalingen en de Verordening Persoonsgebonden Budget Begeleid Werken in de Sociale Werkvoorziening (PGB).
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
62
27-03-2009
11-09-2008
5.
14-02-2008 Financiering
6.
14-02-2008 Verantwoording
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Voor de vaststelling van de grondslag voor subsidie wordt uitgegaan van een vaste opslag voor werkgeverslasten van 20 % op het brutoloon. 1. PAUW Bedrijven bekostigt de met de uitvoering van de PGB samenhangende kosten uit de door de gemeente door te sluizen rijkssubsidie, BW-bonus en eventuele gemeentelijke bijdrage. 2. Jaarlijks rapporteert PAUW Bedrijven per gemeente de resultaten: - begin- en eindstand - aantal aanvragen - aantal toekenningen - aantal afwijzingen en reden - aantal beëidigingen De bij de GR aangesloten individuele gemeenten dragen het toegewezen rijksbudget integraal over aan PAUW Bedrijven. De gemeenten dragen er zorg voor dat de maandelijkse voorschotten op of omstreeks de 15e op de rekening van PAUW Bedrijven is bijgeschreven. PAUW Bedrijven draagt, na controle op rechtmatigheid, subsidie over aan SWbedrijven waar geïndiceerde inwoners werkzaam zijn. Na afloop van het kalenderjaar vindt de afrekening plaats. PAUW Bedrijven registreert voor elke gemeente de gegevens benodigd voor het verzorgen van de wettelijke verantwoording. De frequentie van de periodieke managementrapportage aan de deelnemende gemeenten wordt nader bepaald. De managementrapportage sluit zoveel mogelijk aan bij de rapportages aan het DB en AB. PAUW Bedrijven is verantwoordelijk voor het uiterlijk 1 april per gemeente aanleveren van de gegevens t.b.v. de SiSa zodat de aangesloten gemeenten via de gemeentelijke jaarrekening verantwoording kunnen afleggen aan het Rijk. De vier indicatoren zijn: 1. het aantal inwoners (personen) dat het afgelopen jaar op 31 december op de wachtlijst of aan het werk is in het kader van de WsW (inclusief begeleid werken) en die in het bezit zijn van een geldige indicatiebeschikking. 2. Het aantal mensen dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand. 3. Het aantal gerealiseerde "begeleid werkenplekken' bij reguliere werkgevers in het afgelopen jaar. 4. Het aantal gerealiseerde Wsw-plaatsen in het afgelopen jaar.
AB 26-062009
13-03-2008
13-03-2008
63
26-03-2008
7.
14-02-2008 Management Rapportage (Marap)
Uitvoering: 1. Pauw Bedrijven levert de SISA bijlage aan de 9 gemeenten, voorzien van de accountantverklaring. Het gaat hierbij om de gegevens van swgeindiceerde inwoners die: - via PAUW Bedrijven werkzaam zijn - bij andere SW-organisaties werkzaam zijn. 2. Pauw Bedrijven levert de SISA gegevens van sw-werknemers die woonachtig zijn buiten het werkgebied van de GR tijdig aan bij betrokken buitengemeenten. 3. Streefdatum voor aanlevering van de SISA gegevens aan de gemeenten is 1 maart. Voor tijdige aanlevering van de gegevens van sw-geindiceerde inwoners die werkzaam zijn bij andere SW-organisaties is PAUW Bedrijven echter afhankelijk van tijdige ontvangst van deze gegevens van de betrokken partijen. De controle door de accountant van de GR vindt plaats conform de wettelijke vereisten. Indien de gemeentelijke accountant aanvullende eisen stelt of een review wenst uit te voeren, dan zal deze hierover tijdig afspraken maken met de accountant van de GR. PAUW Bedrijven rapporteert elk kwartaal 13-03-2008 aan de gemeente over: 1. Wachtlijst: Doel: per gemeente inzicht geven in de ontwikkeling van de wachtlijst: Informatie: stand begin instroom uitstroom stand einde 2. Realisatie Taakstelling Doel: per gemeente inzicht geven in ontwikkeling van aantal geplaatsten ten opzichte van de taakstelling. Informatie: Stand begin Instroom Uitstroom Stand einde Stand cumulatief versus taakstelling 3. Door- en u i t s t r o o m Doel: op bedrijfsniveau inzicht geven in dooren uitstroom in de 3 categorieën: binnen/beschut; binnen/buiten; buiten Informatie: Stand begin Stand einde Stand versus doelstelling Uitstroom naar regulier werk (geen gebruik meer van SW-indicatie)
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
64
20-11-2008 Begeleid Werken voor inwoners die Riet werkzaam zijn bij PAUW Bedrijven
JAARRAPPORT PAUW BEDRIJVEN 2 0 1 0
Afspraken met gemeente Utrecht over per- DB d.d. sonen die werkzaam zijn op een arbeids20-11-2008 overeenkomst Begeleid Werken De huidige situatie voor werknemers in een traject Begeleid Werken en voor de reeds geplaatste werknemers wordt gecontinueerd Bij verhuizing van een werknemers op een Begeleid Werkenplaats van -naar Utrecht resp. PAUW-gemeenten, in overleg te treden met Utrecht. Eerst na schriftelijk toestemming te starten met nieuwe BW-trajecten voor inwoners die niet werkzaam zijn in het 'eigen' swbedrijf. Deze werkwijze in het najaar van 2009 evaluaeren en zo nodig bijstellen. Facturatie respectievelijk de overdracht van subsidie sluit aan bij de voor andere sw-werknemers gangbare werkwijze.
65