ZWANGER en straks bevallen in het Jan Yperman Ziekenhuis
Deze brochure behoort toe aan:
Naam en voornaam ………………………………………………………………………………………………………………………
Naam echtgenoot / partner ………………………………………………………………………………………………………………………
Adres en telefoonnummer ………………………………………………………………………………………………………………………
Gelieve deze brochure mee te brengen wanneer u komt bevallen
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 2
Geachte mevrouw Geachte heer
Van harte welkom op de Materniteit van het Jan Yperman Ziekenhuis.
Een arbeid en bevalling doormaken is een hele gebeurtenis voor moeder en baby. Gelukkig verloopt alles meestal vlot en probleemloos. Een team van gynaecologen, pediaters, vroedvrouwen, kinderverpleegkundigen, kinesisten en sociaal verpleegkundigen staan klaar om u en uw partner tijdens de zwangerschap, bij de bevalling en na de geboorte van uw kindje met persoonlijke en deskundige zorg te begeleiden. Deze informatiebrochure is als het ware de rode draad doorheen uw zwangerschap, bevalling en kraamperiode. Mogen wij u dan ook vragen deze brochure mee te brengen wanneer u komt bevallen.
Wij wensen u, uw partner, de baby en het hele gezin een voorspoedige zwangerschap en geboorte!
Het team van de materniteit
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 3
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 4
INHOUDSTAFEL •
VOORSTELLING VAN HET TEAM
p. 6
•
INFORMATIE OVER DE ZWANGERSCHAP
p. 7
•
ARBEID EN BEVALLING
p. 16
•
DE MATERNITEIT
p. 27
•
DE BABY
p. 34
•
NEONATOLOGIE
p. 45
•
TERUG THUIS
p. 48
•
ADMINISTRATIE
p. 54
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 5
1. VOORSTELLING TEAM
Op de materniteit staan verschillende medewerkers in voor het welzijn van u en uw baby: •
6 gynaecologen Dr. Brouckaert O. Dr. De Gryse B. Dr. Quintelier J. Dr. Page G. Dr. Vanderbeke I. Dr. Verhulst L. (diensthoofd)
•
3 assistenten (= gynaecoloog in opleiding)
•
5 pediaters: één van de pediaters onderzoekt de baby na de geboorte en voor u vertrekt uit het ziekenhuis. Indien u dit wenst zijn bijkomende raadplegingen mogelijk. Dr. Sercu E. (diensthoofd) Dr. Adriaens F. Dr. Boens H. Dr. De Henau I. Dr. Van Ackere T.
•
De hoofdvroedvrouw / verantwoordelijke Colette Berten komt regelmatig bij u. Zij is verantwoordelijk voor de organisatie van de afdeling.
•
De vroedvrouwen en verpleegkundigen staan in voor de dagelijkse zorgen en zijn dag en nacht ter beschikking.
•
De kinesitherapeut zorgt, in overleg met de gynaecoloog, voor de pre- en postnatale oefeningen.
•
De sociale verpleegkundige kan u helpen bij de aanvraag van allerhande sociale voorzieningen (geboortepremie, gezinshulp, kraamzorg, enzovoort) Vraag de hoofdvroedvrouw om een afspraak te maken.
•
De diëtiste komt bij u langs om de maaltijden te registreren. U kunt bij haar terecht met uw vragen over gezonde voeding of over bepaalde diëten.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 6
2.
INFORMATIE OVER DE ZWANGERSCHAP
Prenatale voorlichting door middel van “infoavonden” Als professionelen binnen de gezondheidszorg hebben wij de verantwoordelijkheid om de ideale handelingen aan te moedigen en erover te waken dat de ouders de weg vinden naar de juiste informatie. Hierdoor kunnen zij bewuste keuzes maken. Wij, samen met Kind en Gezin, nodigen u dan ook graag uit op 3 infoavonden. Zij worden gegeven op de eerste, de tweede en de derde dinsdag van de maanden maart, juni, september en december. Er wordt stipt om 19u30 gestart. De inkom is gratis en u hoeft niet op voorhand in te schrijven.
Infoavond 1 • • • • •
Voorstelling dienstverlening Kind en Gezin Kinderopvang Sociale wetgeving Zwangerschap en hygiëne Zwangerschap en bevalling: de medische kant (door een gynaecoloog)
Infoavond 2 • • •
De eerste dagen van de baby (door een kinderarts) De voeding van de zuigeling Pre- en postnatale kinesitherapie
Infoavond 3 • • • •
Preventiecampagne wiegendood Het relaxatiebeleid en onderwater bevallen Verblijf op de kraamafdeling Rondleiding
De infoavonden gaan door in het auditorium (verdieping -1, route 36, naast de cafetaria).
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 7
Prenatale voedingsconsultaties
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 8
Prenatale raadplegingen Zwanger zijn is geen ziekte! Het is een heel natuurlijk gebeuren. Waarom dan medische controles? Omdat uw lichaam tijdens de zwangerschap ingrijpende veranderingen ondergaat en een nieuw evenwicht moet vinden. De bedoeling van deze controles is deze verandering te ondersteunen en eventuele abnormale veranderingen op te sporen en te corrigeren. Bovendien is het belangrijk dat uw algemene toestand en de ontwikkeling van uw kind in de baarmoeder worden gevolgd. Vele zwangerschapsverwikkelingen evalueren namelijk minder ernstig indien ze tijdig worden herkend.
Hoe vaak op medische controle? U komt gewoonlijk één keer per maand op consultatie. Na 36 weken zwangerschap is het aangewezen om wekelijks of om de twee weken op controle te komen.
Wat wordt gecontroleerd bij de eerste prenatale consultatie? Bij het begin van de zwangerschap zal uw arts heel wat informatie verzamelen over uzelf, uw partner en uw familie. Met de bedoeling uw zwangerschap en de bevalling zo goed mogelijk te begeleiden. Er wordt geïnformeerd naar uw algemene toestand, maar ook naar ziektes en/of operaties die u vroeger doorgemaakt hebt of die in de familie voorkomen. Ook uw menstruele cyclus, eventuele voorafgaande anticonceptie evenals vorige zwangerschappen en bevallingen worden besproken. Aan de hand van de laatste menstruatie wordt de vermoedelijke bevallingsdatum berekend. Een normale bevalling kan plaats vinden van drie weken voor tot veertien dagen na de uitgerekende bevallingsdatum. Iedere consultatie wordt uw gewicht geregistreerd, om uw gewichtstoename nauwkeurig te volgen. Er wordt ook telkens een urinestaal gevraagd voor onderzoek. Verder vindt er ook een algemeen lichamelijk onderzoek plaats. De arts zal onder andere uw bloeddruk meten en uw buik betasten om de grootte van de baarmoeder in te schatten. Zo nodig zal er een vaginaal onderzoek uitgevoerd worden om de toestand van de baarmoederhals na te gaan. De arts kan bij een eerste consultatie ook een bloedafname laten uitvoeren. Met deze bloedanalyse wordt uw bloedgroep en resusfactor gecontroleerd, als deze niet gekend zijn. Er wordt nagegaan of u voldoende antistoffen in uw bloed hebt tegen rubella (rode hond) en toxoplasmose.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 9
Wanneer blijkt dat u geen antistoffen hebt tegen de parasiet die toxoplasmose veroorzaakt, is het aangewezen om tijdens de volledige zwangerschap volgende voorzorgen te nemen: • • • • • • • •
•
Was steeds goed de handen na het bewerken van rauw vlees of rauwe groenten. Was rauwe groenten steeds zorgvuldig voor consumptie. Verkies rundsvlees boven lams- of varkensvlees. Verwarm vlees steeds voldoende hoog en voldoende laag (60°C, 15 minuten). Gerookte voedingswaren zijn veilig. Indien u toch graag rauw vlees wil: gebruik dan als basisgrondstof vlees dat voldoende lang werd ingevroren aan de goede temperatuur (-20°C, -15°C gedurende minimaal 3 dagen). Consumptie van rauwe eieren best achterwege laten Indien je een kat hebt, is het belangrijk om rekening te houden met volgende zaken: o Gevaarlijk zijn jonge katten die buiten lopen en zo met toxoplasma in aanraking komen. Dit kunnen ze uitscheiden via hun uitwerpselen. o Zorg ervoor dat je niet gekrabd wordt door een kat. o Laat het verversen van een kattenbak aan iemand anders over of trek wegwerphandschoenen aan. Tuinieren (contact met aarde en dus mogelijk kattenuitwerpselen en manipulaties van zandbakken moeten met dezelfde voorzichtigheid gebeuren als het verversen van een kattenbak.
Wat controleert men bij verdere prenatale consultaties? Bij latere consultaties controleert men: • •
• • • • • •
Lichaamsgewicht, dit geeft een idee over de hoeveelheid vruchtwater, eventuele vochtopstapeling, zwangerschapsdiabetes, enzoverder. Bloeddruk, dit wordt gecontroleerd om een zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) vroegtijdig te ontdekken. (Pre-eclampsie is een verwikkeling waarbij de bloeddruk stijgt en eiwit in de urine verschijnt. Deze toestand moet van dichtbij worden opgevolgd omdat dit ernstige gevolgen kan hebben voor uzelf en/of voor uw kind.) Urine, wordt gecontroleerd op suiker (glucose) in verband met diabetes en op eiwit (albumine) in verband met pre-eclampsie en urineweginfecties. Grootte van de baarmoeder, door te voelen of de baarmoeder zich goed ontwikkelt, krijgt men een idee van de groei van de baby. Ook de ligging van de baby kan worden bepaald evenals het indalen van het kindje in het kleine bekken. Ligging van de baby, dit kan door onderzoek van de buik met behulp van een echografie. Hartslag van de baby, gebeurt bij elke controle. Normaal klopt het hartje tussen de 120 en 180 keer per minuut/ Rijpheid van de baarmoederhals, dit gebeurt door middel van een vaginaal onderzoek. Door dit onderzoek kan de arts nagaan of de baarmoederhals gesloten is en lang blijft. De arts gaat ook na of u geen bloed verliest of een infectie hebt opgelopen. Verder wordt een vaccin tegen kinkhoest aangeraden tussen 27 en 32 weken zwangerschap.
Prenatale diagnostiek Elke zwangere vrouw vraagt zich af of haar baby wel gezond zal zijn. Gelukkig worden de meeste kinderen gezond geboren, maar een klein aantal kinderen, ongeveer 4%, heeft bij de geboorte een erfelijke aandoening of een aangeboren afwijking. Soms kan al in de zwangerschap onderzoek daarnaar plaatsvinden. Dit wordt prenatale diagnostiek genoemd. Vaak komen erfelijke en/of aangeboren aandoeningen in de familie pas ter sprake tijdens een zwangerschap. Als iets dergelijks in uw familie speelt, is het verstandig dit al voor de zwangerschap met je arts te bespreken. Alleen als iemand een verhoogde kans heeft op een kind met een aangeboren of erfelijke aandoening, komt prenatale diagnostiek ter sprake. De arts bespreekt met u de mogelijke onderzoeken.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 10
Wanneer komt u in aanmerking voor prenatale diagnostiek? • • • • •
Als er erfelijke of aangeboren ziektes in de familie voorkomen. Als één van de ouders drager is van een chromosomale afwijking. Als u zelf al een kind hebt met een erfelijke of aangeboren ziekte. Als u ouder dan 35-37 jaar bent, omdat de kans op een afwijking groter is. Na een positieve tripletest (zie verder) of abnormale bevindingen bij een echografie.
Welke prenatale onderzoeken zijn mogelijk? Nekplooimeting De nekplooimeting is een echoscopisch onderzoek. Bij een zwangerschapsduur tussen de 11 en 13 weken wordt de dikte van de nekplooi van de foetus gemeten. In de nek is dan vaak een beetje vocht aanwezig. Dit “schilletje” vocht is niet meer dan 3mm dik. Bij een dikkere nekplooi dan gebruikelijk is de kans groter dat het kind een aangeboren aandoening heeft. Er kan dan sprake zijn van een chromosoomafwijking, zoals het Downsyndroom (mongolisme). Ook bij bepaalde aangeboren afwijkingen zoals hartafwijkingen, wordt nogal eens een nekplooi met veel vocht gezien. Bij een dikkere nekplooi wordt de mogelijkheid van een vlokkentest of vruchtwaterpunctie besproken (zie verder).
Tripletest e
De tripletest is een bloedtest die vanaf de 15 zwangerschapsweek kan worden verricht. De test berekent het risico van de baby op open rug en het Downsyndroom. In het bloed van de zwangere vrouw wordt de hoeveelheid van drie bepaalde merkstoffen gemeten: HCG (humaan gonadotrofine), oestriol en het eiwit alfafoetoproteïne (AFP). Bij kinderen met het Downsyndroom is vaak erg weinig AFP in het bloed van de moeder aanwezig. Uit de hoeveelheid AFP, de twee andere merkstoffen en de leeftijd van de moeder wordt de kans op een kind met het Downsyndroom berekend. De precieze duur van de zwangerschap is daarbij van groot belang. De test wordt ook gebruikt als screeningstest voor een baby met open rug (spina bifida) en een open schedel (anencefalie). Dit is een kansberekening en het koppel is vrij deze test al dan niet later te verrichten.
Echografie Sinds meer dan 20 jaar laat echografie de artsen toe om afwijkingen prenataal te diagnosticeren. Echografie maakt gebruik van ultrasone geluidsgolven. (deze zijn onschadelijk voor moeder en kind) Het biedt de mogelijkheid om de foetus anatomisch goed te visualiseren, en aldus rond de twintigste zwangerschapsweek het grootste deel van de structurele afwijkingen te diagnosticeren. Aangeboren misvormingen van het hoofd, de ledematen en de romp kunnen worden gezien. Daarnaast kunnen ook afwijkingen van een aantal organen zoals hart, hersenen, nieren, urinewegen…worden vastgesteld. Het onderzoek is onschadelijk en met de jaren verfijnder geworden. Het onderzoek is echter zeer toestel - en gebruiker afhankelijk, zodat bepaalde afwijkingen soms laat of ook niet gedetecteerd worden. De ligging van de foetus kan bepaalde zaken maskeren en maternele obesitas is ook vaak zeer belemmerend. Indien er via echobeelden een vermoeden van afwijking bestaat en deze niet goed definieerbaar is of moeilijk als zekerheid te beschouwen, zal de zwangere doorverwezen worden voor verder onderzoek.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 11
Vlokkentest Bij de vlokkentest neemt de gynaecoloog enkele chorionvlokken weg voor onderzoek naar een eventuele chromosoomafwijking. Chorionweefsel vormt de placenta (moederkoek) en ziet er vlokkerig uit, vandaar de naam vlokkentest. Meestal gaat het om 20-50 milligram weefsel, een duizendste deel van de totale hoeveelheid placentaweefsel. De vlokkentest vindt plaats via de schede (vaginaal) of via de buikwand (abdominaal). De vlokkentest gebeurt meestal in de 11e zwangerschapsweek. Het risico van een miskraam als gevolg van een vlokkentest is ietwat groter dan na een vruchtwaterpunctie, maar heeft het voordeel dat de ingreep vroeg in de zwangerschap plaatsvindt en dat de uitslag relatief snel bekend is.
Vruchtwaterpunctie In het vruchtwater zijn cellen aanwezig die afkomstig zijn van de huid en de slijmvliezen van de foetus. Bij een vruchtwaterpunctie (amniocentese) wordt via de buikwand door een speciale naald vruchtwater geaspireerd. (onder echografische geleiding) Cellen uit het vruchtwater worden onderzocht op een eventuele chromosoomafwijking. Vruchtwateronderzoek vindt gewoonlijk plaats bij een zwangerschapsduur van ongeveer 16 weken. De kans op een miskraam na een vruchtwaterpunctie is 0.5%.
Emotionele gevolgen van prenatale diagnostiek Goed nieuws Wanneer het prenataal onderzoek een goed resultaat oplevert, is dit voor het echtpaar een hele opluchting. Het is een psychologisch keerpunt in de beleving van de zwangerschap. Ouders durven zich vaak pas vanaf dit ogenblik te hechten aan het ongeboren kind en de omgeving in te lichten over de zwangerschap. Slecht nieuws Anders is het als bij de prenatale diagnostiek een probleem bij de foetus aan het licht komt. In dit geval hebben er meestal één of meerdere gesprekken plaats met de gynaecoloog, vooraleer het koppel een beslissing kan nemen over het verdere verloop van de zwangerschap. De professionele hulpverleners proberen een zo precies en accuraat mogelijk beeld te schetsen van de problemen bij de foetus en het echtpaar te helpen en te ondersteunen bij het nemen van een vaak moeilijke beslissing. Verschillende factoren spelen een rol bij de beslissing over het beëindigen of het voortzetten van de zwangerschap: de ernst van de ziekte, de prognose, de therapeutische mogelijkheden en de belasting die een gehandicapt kind betekent voor de ouders zelf. Ook de persoonlijke ervaring die een echtpaar of koppel reeds heeft met een bepaalde aandoening in de familie, is een factor die meespeelt. Het is vooral van belang dat het koppel door een wederzijdse en open communicatie tot een beslissing kan komen waar zij beiden achterstaan.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 12
Pre-en postnatale kinesitherapie en aquagym In het Jan Yperman Ziekenhuis worden prenatale lessen georganiseerd in groepsverband.
Prenatale kinesitherapie Door voorlichting en oefening kunnen angst en onzekerheden voor de bevalling weggenomen worden. U leert wat u zelf actief kan doen om de zwangerschap en de bevalling zo vlot mogelijk te laten verlopen. Zwangerschapszwemmen Zwemmen is één van de weinige sporten die u zonder gevaar de hele zwangerschap door kunt beoefenen. Onder deskundige begeleiding van een kinesitherapeut worden er in het water voorbereidende oefeningen gegeven. Het voordeel van bewegen in warm water is het ontspannen van de rug, gemakkelijker en soepeler bewegen en stimulatie van de algemene bloedsomloop. Zwangerschapsoefeningen Tijdens de zwangerschap kunnen allerhande klachten optreden zoals rugpijn, zware benen, gezwollen voeten… Met een gevarieerd programma geven we bloed stimulerende oefeningen, houdingscorrectie en training van de bekkenbodemspieren. Baringsoefeningen Naar het eind van de zwangerschap toe concentreren we ons meer op de juiste ademhalingstechnieken om de weeën op te vangen. Voor de eigenlijke geboorte van de baby worden de perstechnieken aangeleerd. Je leert hoe je op een efficiënte manier kan meepersen. Uren prenatale oefeningen (in het zwembad) Maandag:
17u30 - 18u30
Dinsdag:
20u30 - 21u30
Woensdag:
13u - 14u
18u30 - 19u30
U kan natuurlijk ook prenatale lessen volgen bij een privé-kinesist.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 13
Postnatale oefeningen
De eerste week na de bevalling Tijdens uw verblijf zal een kinesitherapeut langskomen voor de eerste oefeningen. Twee lichaamsdelen hebben de eerste dagen speciale aandacht nodig: de bekkenbodem en de buik. Daarnaast worden er circulatieoefeningen gegeven voor voeten en benen. Na een keizersnede zijn er pijn- en vermoeidheidsklachten die normaal zijn vlak na een operatie. Toch is het aangeraden om zo vlug mogelijk te oefenen om de bloedsomloop te stimuleren en zo trombose te voorkomen. Onder deskundige begeleiding worden de eerste oefeningen gestart.
Na 6 weken Na deze periode kan er gestart worden met de zwaardere buikspieroefeningen. De postnatale lessen worden gegeven op afspraak.
Voor meer info: Kinesist:
057 / 35 73 94 (enkel in de voormiddag)
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 14
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 15
3. ARBEID EN BEVALLING Voorbereiding Opname materniteit U komt steeds, zowel overdag als ’s nachts, binnen via de dienst Spoedopname.
Wat meebrengen? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Identiteitskaart, sis-kaart, bloedgroepkaart Verwijsbrief en/of zwangerschapsboekje en deze brochure Handdoeken, washandjes en toiletgerief Slaapkledij, ondergoed (eventueel borstvoedingsbh) 6 babyhemdjes (body’tjes) en 6 pyjama’s voor de baby Babykledij voor bij ontslag + mutsje voor baby Het ziekenhuis zorgt voor maandverbanden en borst-kompressen. Verder wordt er ook gezorgd voor verzorgingsproducten, een thermometer, een kam en borsteltje en pampers voor de baby
Wanneer binnenkomen? 1. Bij pijnlijke contracties: o eerst barende om de 5 min. gedurende 1uur o meerbarende om de 10 min. gedurende 1uur 2. Vruchtwaterverlies (ook al heb je geen contracties) 3. Abnormale buikpijn 4. Stekende maagpijn met of zonder braakneigingen/diarree 5. Plots ontstane klachten zoals koorts, hevige hoofdpijn, bloedverlies 6. Bij ongerustheid eventueel eerst bellen naar materniteit: 057 / 35 60 61
Wat wordt gedaan bij uw aankomst op het verloskwartier? De vroedvrouw van dienst zal u begeleiden naar de arbeidskamer. Er wordt een opnamegesprek gevoerd en indien u in arbeid bent, wordt een bevallingsfiche opgemaakt. Er worden enkele routineonderzoeken uitgevoerd zoals het meten van de bloeddruk, pols en temperatuur en de urine wordt gecontroleerd. De vroedvrouw zal u verder informeren over het verloop van de arbeid en zal in samenspraak met de gynaecoloog de arbeid en bevalling volgen. Het is de bedoeling om deze gebeurtenis tot een mooie, veilige en unieke ervaring te maken! Uw toestand en die van de baby worden nauwkeurig gevolgd o.a. door middel van een CTG-apparaat of monitor. Dit apparaat registreert zorgvuldig de harttonen van de baby en de weeën. Deze informatie helpt om uw baby in de best mogelijke conditie te laten geboren worden.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 16
Tijdens de arbeid Er zijn verschillende mogelijkheden tot relaxatie voorhanden. De vroedvrouw zal u adviseren en begeleiden.
Tijdens de arbeid wordt u regelmatig vaginaal onderzocht door de vroedvrouw, om de vordering van de arbeid na te gaan. We laten de arbeid liefst spontaan verlopen, maar we bewaken toch de vooruitgang en het welzijn van de baby. Het kan noodzakelijk zijn om de vliezen kunstmatig te breken, of om een weeënstimulerend middel te geven. Er wordt enkel indien nodig een episiotomie (knip) uitgevoerd.
Tijdens de bevalling Bij de bevalling zijn, behalve uw partner, de vroedvrouw en de gynaecoloog aanwezig. Bij te verwachten problemen wordt uit voorzorg de kinderarts bij de bevalling gevraagd. Soms wordt er weloverwogen besloten tot kunstverlossing (zuignap of verlostang) of dringende keizersnede. Zo uw baby extra zorgen nodig heeft, gebeurt dit in de speciaal daarvoor uitgeruste babykamer die zich in de verloskamer bevindt. Meteen na de bevalling wordt de baby op mama’s buik gelegd zodat jullie samen van het lichamelijke contact kunnen genieten. Het ononderbroken huidcontact tussen de moeder en haar naakte pasgeboren baby in een sfeer van rust en kalmte, gedurende een ongelimiteerde tijdsperiode vanaf de geboorte, is van belang voor een goede ontwikkeling zowel op psychisch, emotioneel en relationeel vlak. Iedere moeder en iedere baby zouden van dit voordeel moeten kunnen genieten. Dit huidcontact komt ten goede aan de moeder-kind binding en bij de eerste aanpassingen van de vitale functies van de baby: temperatuur, immuniteit, emotioneel welzijn, voedingstoestand, … Indien gewenst mag de partner de navelstreng doorknippen. Na de periode van het huidcontact wordt de baby door de vroedvrouw onderzocht, gewogen en gemeten.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 17
In arbeid op de bal De houding die een vrouw tijdens de arbeid en bevalling aanneemt, kan een grote invloed hebben op haar persoonlijk comfort en op de snelheid waarmee er ontsluiting ontstaat en de baby geboren wordt. Bij een optimale houding worden de weeën en de perskrachten immers in de best mogelijke richting gebundeld en gaat er weinig kracht verloren. Vaak zoeken vrouwen tijdens de arbeid trouwens spontaan een houding waarin ze zich het best voelen. In het ziekenhuis zijn er verschillende zitballen ter uwer beschikking. Zwangere vrouwen die op een bal zitten, nemen bijna altijd spontaan een goede rug houding aan. De benen worden licht gespreid en het bekken correct gekanteld, zodat er geen kussen nodig is om de houding te verbeteren. Veel vrouwen zitten graag op een zitbal. De bal is zacht en zit aangenaam, zodat men zich ook gemakkelijk ontspant. Het onderlichaam wordt doorgaans ook beter doorbloed omdat men op een bal gewoonlijk niet stilzit, maar veeleer wiegt en draait.
Onderwater bevallen De bevalling is een natuurlijk fenomeen. De laatste decennia wordt bevallen sterk gemedicaliseerd om het risico van complicaties zoveel mogelijk te onderdrukken. Net deze medicalisering leidt tot een hernieuwde belangstelling voor zachte bevallingsmethoden zoals de onderwaterbevalling. Onze kraamafdeling beschikt over arbeidsverloskamers, specifiek voor waterbevallingen. Deze zijn ingericht met een jacuzzi, een bevallingsbad, een douchecel, een gynaecologische tafel (om eventuele knip of scheur te hechten), een relaxatiebal, aangepaste sfeerverlichting, zachte muziek… Waterhistoriek in de verlosafdeling In 1960 kwam de Russische verloskundige Igor Tcharkovsky op het idee om onder water te bevallen. Hij beweerde dat de waterbevalling het geboortetrauma wegneemt dat elke baby ondervindt bij de abrupte overgang van de gedempte waterwereld naar de koude buitenwereld met zwaartekracht, hard geluid, fel licht en ruwe aanraking. Dit zou kunnen voorkomen worden omdat de baby geboren wordt in een voor hem gekend milieu, water! De Franse gynaecoloog Michel Odent legde meer de nadruk op het welzijn van de moeder gedurende de baring. In 1977 introduceerde hij het warmwaterbad voor zwangere vrouwen. Toen de eerste vrouw ervoor koos op het einde van de arbeid het bad niet te verlaten, was het hek van de dam. Ondermeer geïnspireerd door deze positieve ervaringen startten wij in februari 2002 met het gebruik van een relaxatie – en bevallingsbad.
Hoe verloopt een onderwaterbevalling? Bij opname ondergaat de aanstaande moeder dezelfde routineonderzoeken: • controle van de bloeddruk, temperatuur en polscontrole van de foetale harttonen gedurende een half uur, met de foetale cardiotocografiemonitor • controle van de urine • vaginaal onderzoek voor het volgen van het verloop van de arbeid
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 18
Wij laten de aanstaande moeder in de jacuzzi gaan bij een goed vorderende arbeid met als criteria: • regelmatig terugkerende, sterke weeën • ontsluiting van 5 cm Gebroken vliezen, evenals een infuus zijn geen tegenaanwijzing voor gebruik van het bad. Verdere vaginale onderzoeken en beluisteren van de foetale harttonen (en controle van de vitale parameters) gebeuren even vlot onder water. Een voorwaarde om in bad te bevallen, is dat de aanstaande moeder van water moet houden. Als een barende vrouw krampachtig en angstig het water ingaat, wordt de ontspannende werking van het water op haar lichaam teniet gedaan. Het initiatief om onder water te bevallen moet dus van haar komen. Tijdens de arbeid zal de vroedvrouw u steunen en aanmoedigen… Ook uw partner wordt (begeleid en) gestimuleerd om zoveel mogelijk actief deel te nemen aan het baringsproces. Onmiddellijk na de geboorte wordt de baby naar de oppervlakte gebracht. De baby krijgt dan nog zuurstof via de navelstreng en zal om verscheidene redenen meestal nog niet beginnen ademen onder water: • •
•
een baby ademt pas wanneer koude de huid prikkelt, zolang hij dus ondergedompeld is het warme water, kan dit dus niet alle pasgeborenen hebben een duikreflex, bij plotselinge onderdompeling sluit de luchtpijp zich automatisch af en kan er dus geen water in de longen komen aan het begin van de luchtpijp zitten meer smaakpapillen dan op de tong, wanneer het lijkt of de pasgeborene ademt, neemt de baby in feite een slok water, proeft een lichaamsvreemd vocht en zal dus niet verder ademen
Tijdens de uitdrijvingsfase kan het badwater bevuild worden met diverse lichaamsvochten. Noch het bloed, noch de excreties verhogen het infectierisico. Tevens wordt het bad na elk gebruik geledigd, gespoeld, gereinigd en ontsmet. De waterfilter en douchekop worden na elk gebruik gesteriliseerd en regelmatig worden stalen gecontroleerd in het labo. Het normale bloedverlies na de geboorte kleurt het water onmiddellijk rood, wat het bloedverlies erger doet lijken dan het is. De artsen en vroedvrouwen hebben echter genoeg ervaring om de ernst hiervan te kunnen inschatten. Zowel de ontwikkeling van de placenta, als het plaatsen van eventuele hechtingen worden op de verlostafel, in dezelfde ruimte, uitgevoerd.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 19
In welke gevallen kan niet worden gekozen voor een waterbevalling? Watergeboorten zijn niet weggelegd voor iedereen. Elke fase (arbeid, bevalling en nageboorte) heeft een aantal tegenindicaties waarbij de moeder niet in het bad kan blijven. Absolute contra-indicaties zijn: • Bekkenvernauwing, abnormale ligging van de baby, bevallingen in het verleden met een moeilijke uitdrijving en meerlingen • Diarree • Placentaproblemen (placentaloslating, voorliggende placenta) • Vroeggeboorte (minder dan 37 weken) of groeiachterstand bij de baby • Epidurale verdoving Tijdens de arbeid en de bevalling kunnen zich steeds onvoorziene omstandigheden voordoen waardoor de onderwaterbevalling niet veilig kan gebeuren. In die situatie verlaat de zwangere het bad en vindt de bevalling plaats op de klassieke manier.
Waarin verschilt een waterbevalling van een klassieke bevalling: voor - en nadelen? Water maakt de weeën minder pijnlijk. Warm water ontspant het lichaam zodat meer endorfines (= natuurlijke pijnstillers) worden aangemaakt. Een gespannen lichaam daarentegen stimuleert de productie van adrenaline en noradrenaline (de stresshormonen), die op hun beurt de aanmaak van endorfines blokkeren. In water kunt u gemakkelijker bewegen. De opwaartse kracht van water maakt dat je makkelijker kunt bewegen, bovendien draagt het water het gewicht van de baby en vermindert zo rug- en/of andere pijnen. Bij een waterbevalling heeft u uzelf beter onder controle. Wanneer het water de juiste temperatuur heeft kan een weeënstroom (=snelle opeenvolging van sterke weeën ) worden opgewekt. De warmte van het water en de verminderde zwaartekracht bevorderen de doorbloeding van het onderlichaam, waardoor de weeën effectiever worden. Wanneer toch een weeënzwakte optreedt, kan dit worden verholpen met een weeënopwekkend middel. De uitdrijvingsfase verloopt langzamer, zodat u zelf de bevalling meer beheerst, u bevalt actiever. De kans op “een knip” wordt iets kleiner. Doordat u meer controle hebt over de persweeën en uw weefsels door de vochtigheidsgraad en de warmte soepeler zijn geworden, neemt de kans dat uw perineum scheurt gevoelig af en is “een knip” meestal onnodig. Als u toch inscheurt is het minimaal, wat meestal geen of slechts enkele hechtingen vraagt. Wanneer u in bad bevalt daalt uw hartslag en uw bloeddruk. Door uw relaxatie, daling van de stresshormonen en de opwaartse druk van het water, hoeft uw hart minder sterk te werken, waardoor uw pols daalt. De warmte van het water ontspant en opent de bloedvaten in de huid zodat uw bloeddruk daalt. Het ontspannende effect van het water zorgt voor minder stress bij uw baby. Door de ontspanning van de moeder, krijgt de baby meer zuurstof via de navelstreng en heeft hij geen last van uw stresshormonen, wat resulteert in een rustiger foetale hartslag. De geboorte in water en de langzame overgang naar de wereld op het droge, maakt dat hij tijd genoeg heeft om zich aan te passen. Het is vervelend wanneer u het bad uit moet. Wanneer u in het water wilt bevallen, kan het soms teleurstellend zijn als u, op medische tegenindicatie, het bad uit moet of er zelfs niet aan toekomt.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 20
Het pijnstillende effect is niet van dezelfde aard als bij een epidurale verdoving Sommige vrouwen denken dat ze helemaal geen pijn zullen voelen als ze in het water bevallen. Dit is echter niet correct. De kracht van het water zit hem in het feit dat u in water de weeën als minder pijnlijk ervaart en dat u het geboorteproces meer beheerst, u bevalt bewuster. Parturiënten zijn naakt Hierbij voelen sommigen zich minder op hun gemak, het gebruik van een T-shirt werkt echter nadelig, daar dit als koud wordt ervaren. Indien gewenst kan u wel een topje in badstof aantrekken.
Epidurale verdoving De pijn tijdens de bevalling is een van de hevigste pijnen waaraan vrouwen blootgesteld kunnen worden. Elke vrouw voelt deze pijn verschillend aan. Feitelijke omstandigheden, zoals de grootte en de ligging van de baby, de bouw van het bekken, een uitgesproken langere duur van de arbeid en het aantal kinderen dat ze reeds gebaard heeft, hebben een aanzienlijke weerslag, net zoals trouwens de verwachting en de ingesteldheid van de vrouw. Naarmate de arbeid langer duurt, neemt de pijn gewoonlijk toe, terwijl de vrouw ondertussen vermoeid en uitgeput kan raken. Barensweeën kunnen zo pijnlijk zijn dat zelfs goed voorbereide en gemotiveerde vrouwen toch pijnstilling nodig kunnen hebben. De epidurale verdoving biedt voor hen een comfortabele en zeer veilige oplossing. Er is permanent een anesthesist oproepbaar in het ziekenhuis zodat een ruggenprik binnen de kortste tijd kan worden geplaatst.
Techniek van de gecombineerde spinaal-epidurale verdoving a. Eerst wordt de huid verdoofd met een kleine prik, waardoor het eigenlijke plaatsen van de epidurale wel gevoeld wordt, maar niet pijnlijk is. b. Een epidurale naald wordt tussen de wervels tot in de epidurale ruimte geprikt. Dit gebeurt in de lenden terwijl de vrouw voorovergebogen zit.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 21
c. Vervolgens schuift de arts de spinale naald doorheen de eerste naald en prikt daarmee doorheen de harde vliezen (dura). Deze zeer fijne naald heeft een speciale tip die de vezels van de harde vliezen niet doorsnijdt, maar ze uit elkaar duwt zodat er geen blijvende schade wordt toegebracht. Een eerste kleine hoeveelheid verdovingsmiddel wordt rechtstreeks in het cerebrospinale vocht ingespoten en de spinale naald wordt verwijderd. d. Door de epidurale naald wordt daarna een katheter geschoven tot in de epidurale ruimte ( ruimte tussen de harde vliezen en de wervels) zoals bij een klassieke epidurale verdoving. De naald wordt verwijderd en de katheter wordt tegen de rug geplooid en vastgekleefd met pleister. Gedurende de arbeid en bevalling worden de verdovingsmiddelen via dit buisje toegediend. De patiënt kan dit zelf controleren. Waarom combineren? • Bij de spinale verdoving worden de pijnstillers zeer kort bij de zenuwbundels gebracht. Dit garandeert een snel en goed effect waardoor de vrouw binnen de vijf minuten pijnvrij is. • Er is slechts een zeer lage dosis pijnstillers nodig. Dit vermindert de kans op ongewenste effecten. • De epidurale verdoving biedt een grote soepelheid. De katheter kan blijven zitten en de verdoving kan vlot op het gewenste peil behouden worden met kleine dosissen.
De vrouw controleert zelf Vele vrouwen vinden het fijn als ze tijdens de geboorte een actieve rol kunnen spelen. Zij kunnen zelf de controle over de pijnstilling behouden door een pompsysteem (PCEA). Vrouwen die verkiezen zelf de pijn te controleren, gebruiken meestal de helft minder pijnstillers dan wanneer de arts de controle behoudt. Ze lijken een beetje pijn niet erg te vinden. Zij zijn tevreden als de pijn getemperd wordt tot op een niveau dat ze comfortabel vinden. Ze zijn ook meer tevreden over het verloop van de geboorte. Met dit systeem duurt het zo’n vijf tot tien minuten na het toedienen van de dosis pijnstillers vooraleer het effect merkbaar wordt. Het is dus van belang onmiddellijk te reageren wanneer de pijn opkomt en niet wachten tot deze te fel is. De anesthesist blijft steeds dag en nacht bereikbaar voor toezicht en hulp.
Neveneffecten Jeuk kan optreden bij 8 op 10 vrouwen, maar slechts enkele hebben echt last van dit probleem. Dit kan eenvoudig verholpen worden. Bloeddrukdaling kan ook optreden. Daarom wordt altijd een infuus geplaatst voor de verdoving kan worden gegeven. Bedenkingen • •
• •
Een epidurale verdoving kan de arbeid vertragen; gemiddeld ongeveer een half uur. Dit is niet nadelig voor het kind of de moeder. Beschadiging van het ruggenmerg? Op de plaats waar wordt geprikt is geen ruggenmerg meer aanwezig. Er passeren nog wel zenuwbundels, maar slechts weinig zodat er relatief veel ruimte is voor de speciale naald. Een verlamming door een ruggenprik is dan ook bijna onmogelijk. Een epidurale verdoving verhoogt het aantal keizersneden niet. Meer rugpijn? Veel vrouwen hebben na een bevalling last van rugpijn. Het aantal ligt niet hoger na een epidurale verdoving.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 22
Keizersnede Een keizersnede is een operatie waarbij het kind via de buikwand ter wereld komt. De operatie duurt ongeveer 45 minuten. De baby wordt meestal binnen een kwartier na het begin van de operatie geboren. Daarna maakt de gynaecoloog de baarmoeder en de verschillende lagen van de buikwand met hechtingen dicht.
Wat is een keizersnede? Een keizersnede is een operatie waarbij het kind via de buikwand ter wereld komt. De operatie duurt ongeveer 45 minuten. De baby wordt meestal binnen een kwartier na het begin van de operatie geboren. Daarna maakt de gynaecoloog de baarmoeder en de verschillende lagen van de buikwand met hechtingen dicht.
Redenen voor een keizersnede De gynaecoloog adviseert een keizersnede alleen als een bevalling via de vagina (schede) niet mogelijk is of te grote risico’s met zich meebrengt voor u, uw kind of voor beiden. Omdat bij een keizersnede complicaties kunnen optreden, wordt de operatie alleen uitgevoerd als er een goede reden voor is.
Voorbereiding op een keizersnede Zoals bij elke operatie wordt vooraf via gerichte vragen geïnformeerd naar uw gezondheidstoestand. Hiervoor wordt u door de gynaecoloog doorverwezen naar de pre- operatieve consultaties. Verder wordt een bloedonderzoek uitgevoerd en bespreekt de gynaecoloog of anesthesist met u de keuze tussen een algemene anesthesie en een ruggenprik. Op de dag van de keizersnede komt u op het afgesproken uur naar de materniteit. Zorgt dat u nuchter bent vanaf middernacht (niet meer eten of drinken). Breng geen nagellak of make-up aan en laat juwelen thuis. Op de afdeling krijgt u een operatiehemd aan evenals antitrombose kousen. Verder wordt een infuus geplaatst en U wordt gedeeltelijk geschoren ter hoogte van de schaamstreek. Kort voor de operatie wordt u naar de operatieafdeling gebracht.
De soort verdoving Bij een keizersnede zijn twee soorten verdovingen mogelijk: algemene narcose en een ruggenprik. Welke van de twee methoden geadviseerd wordt, is onder andere afhankelijk van de reden voor de keizersnede en de mate van spoed. Het merendeel van de keizersneden wordt echter onder epidurale verdoving (= ruggenprik) uitgevoerd.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 23
Epidurale verdoving De anesthesist verdooft eerst de huid en spuit daarna een pijnverdovend middel tussen twee ruggenwervels in, rond het ruggenmerg. Er wordt een plastieken slangetje ter plaatse gebracht waardoor tijdens en na de keizersnede pijnstillende medicatie kan worden toegediend. Door de medicatie krijgt u een warm gevoel in de benen. Als de epidurale verdoving werkt wordt een blaaskatheter geplaatst, omdat u ten gevolge van de verdoving niet zelf kunt urineren. Deze blaaskatheter blijft ter plaatse tot de dag na de keizersnede. Tijdens de keizersnede voelt u geen pijn, maar voelt u wel dat de gynaecoloog met de ingreep bezig is.
De operatie zelf Bijna altijd maakt de gynaecoloog een ‘bikinisnede’, een horizontale (dwarse) snede van ongeveer 15 cm vlak boven het schaambeen, ongeveer rond de haargrens. Bij grote uitzondering wordt soms een snede van de navel naar beneden gemaakt. Na de snede in de huid worden het vet onder de huid en een laag verstevigend bindweefsel boven de buikspieren doorgesneden, dit wel van boven naar beneden anders worden de spieren doorgesneden.
De
lange
buikspieren
die
van
de
ribbenboog naar beneden lopen worden opzij geschoven, en vervolgens opent de gynaecoloog de buikholte. De blaas, die voor een deel over de baarmoeder heen ligt, wordt naar beneden geschoven. Daarna haalt de gynaecoloog, meestal via een dwarse snede in de baarmoeder, uw kind naar buiten. Men drukt hierbij nogal sterk op uw buik. Als uw kindje geboren is, wordt de navelstreng doorgeknipt. Omwille van de steriliteit mag de vader dit niet zelf doen, zoals bij een ‘normale’ bevalling. Na de geboorte van de placenta, hecht de gynaecoloog de baarmoeder en de verschillende lagen van de buikwand.
Het kind na de geboorte Zodra de baby geboren is, neemt de kinderarts hem over van de gynaecoloog en onderzoekt hem onmiddellijk. De baby wordt afgedroogd, geaspireerd (slijmpjes afgezogen) en zo nodig wat zuurstof toegediend. Na dit eerste onderzoek wordt het kindje in warme doeken gewikkeld, en aan de mama getoond. U kunt het kindje nu al eens voorzichtig aanraken.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 24
Na een keizersnede Terwijl u nog een tijdje in de ontwaakkamer blijft kan uw partner meegaan met de vroedvrouw naar de babykamer, waar de eerste zorgen toegediend worden. ( en waar de eerste foto’s van de kleine spruit genomen worden ). Na de eerste zorgen van de pasgeborene wordt de baby terug naar de ontwaakkamer gebracht en wordt er geholpen met het eerste aanleggen bij borstvoeding. Na een keizersnede worden de bloeddruk, de polsslag, het bloedverlies en de hoeveelheid urine regelmatig gecontroleerd. Via het infuus krijgt u vocht toegediend. Ongeveer vier uur na de keizersnede mag u wat beginnen drinken en nog eens vier uur later mag u iets lichts eten. Bij een ruggenprik hebt u de eerste uren na de operatie nog geen controle over uw benen. Geleidelijk krijgt u het gevoel en de kracht in uw benen terug. De blaaskatheter die de urine afvoert, geeft soms een onaangenaam gevoel. Meestal verwijdert de vroedvrouw de katheter de dag na de operatie. Om trombose te voorkomen krijgt u indien nodig ‘s morgens een spuitje met een bloed verdunnend middel (Fraxiparine). De dag na de operatie wordt bloed afgenomen om na te gaan of u bloedarmoede hebt. De eerste dagen bent u vaak nog slap en wat duizelig bij het opstaan, dat wordt daarna geleidelijk minder. Kort na de keizersnede hebt u pijn aan de wonde en soms pijnlijke naweeën. Hiervoor krijgt u pijnstillers. Bij het hechten van de huid kan gebruik gemaakt worden van resorbeerbare draad die uit zichzelf oplost en niet hoeft te worden weggehaald. Andere hechtingen of nietjes verwijdert men meestal na ongeveer een week.
Weer thuis Thuis zult u geleidelijk verder moeten herstellen. De tijd die nodig is voor het herstel, is na een keizersnede vaak langer dan na een gewone bevalling. U bent niet alleen (opnieuw) moeder, maar daarnaast ook genezende van een operatie. Een veel gehoorde klacht na een keizersnede is moeheid. U kunt daar het beste aan toegeven: probeer zoveel mogelijk rust te nemen. Aanvaard ook hulp die familie en kennissen u aanbieden. Gezinshulp is soms zinvol in een druk huishouden met meerdere kleine kinderen. Na de eerste weken merkt u dat u geleidelijk weer meer kunt doen. Zwaar tillen (vuilniszakken, zware boodschappentassen) wordt de eerste zes weken nog afgeraden, maar gaandeweg kunt u wel uw activiteiten uitbreiden (licht huishoudelijk werk, kleinere boodschappen). Al snel na de operatie kunt u onder de douche. Aan de zijkant van het litteken hebt u de eerste tijd soms een trekkend gevoel van inwendige hechtingen. Dit kan geen kwaad.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 25
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 26
4. DE MATERNITEIT
Kamerkeuze Bij opname kunt u kiezen tussen: Een luxe kamer
Een eenpersoonskamer
Een tweepersoonskamer
Een kamer reserveren voor uw verblijf na de geboorte is niet nodig, omdat het aantal bevallingen onvoorspelbaar is. Bij uw opname in de materniteit meldt u uw kamerkeuze aan de vroedvrouw. In de mate van het mogelijke wordt hier rekening mee gehouden. De vraag naar luxe kamers is wel af en toe groter dan het aanbod. De toewijzing gebeurt volgens het eerlijke principe: “eerst bevallen, eerst geholpen”. Het is aldus mogelijk dat u, ondanks uw voorkeur voor een luxe kamer, toch op een eenpersoonskamer opgenomen wordt. Het prijsverschil in kamer heeft enkel te maken met de grotere ruimte (in elke kamer telefoon, TV, video, afzonderlijke babybox, badkamer met douche, lavabo en toilet). Er is uiteraard geen verschil qua verzorging, behandeling of maaltijden. Wanneer u in een luxe kamer of eenpersoonskamer verblijft, mogen alle geneesheren-specialisten die u behandelen, supplementaire erelonen aanrekenen (echter beperkt tot maximum 100%). Dit honorarium wordt niet terugbetaald door de mutualiteit. U bespreekt dit best vooraf met de geneesheer.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 27
Dagindeling op de Materniteit 07u45
Ontbijt
07u30 – 10u30
Verzorging moeder ( controle bloeddruk, temperatuur, bloedverlies, baarmoederhoogte, knip…) Aanleren van het babybadje Opmaken bed Onderhoud van de kamer Postnatale oefeningen
11u00
Soep en voorgerecht
11u45
Middagmaal
13u30
Middagverzorging ( 1 dag na de bevalling) (vulvaspoeling, controle bloedverlies, baarmoederhoogte, mictie…)
14u00
Koffie
15u30 – 17u45
Namiddagverzorging
17u45
Avondmaal
18u30 – 20u30
Avondverzorging
20u30
Respecteren van de stilte
e
Overdracht van de verpleging: van 6u30 tot 7u • van 12u45 tot 13u15 • van 21u tot 21u30 Na 22u vragen we u om op de dienst te blijven en bijvoorbeeld niet meer naar buiten te gaan om te roken.
Verzorging van de moeder Om de kwaliteit van de zorgverlening en een naadloze overgang van ziekenhuis naar thuiszorg te garanderen hebben wij een klinisch pad voor vaginale bevallingen uitgeschreven . Een klinisch pad tekent uit wat er op welk moment gedaan moet worden door wie en op welke wijze. Elke zorg die verstrekt is of elke informatie die gegeven is, wordt op de fiche ingevuld. Elke zorgverstrekker weet op elk ogenblik wat er wanneer gebeurd is en door wie. De fiche bevat gegevens over de hygiëne, mobiliteit, uitscheiding, voeding, zelfstandigheidtraining, emotionele gesteldheid, pijnmedicatie, vitale parameters (bloeddruk en temperatuur), verloskundige parameters (bloedverlies, baarmoederhardheid), onderzoeken, info stuwing, info tepelverzorging enz. Eén blik op de fiche toont niet alleen de medische toestand van de patiënte, maar vertelt ook of de vrouw al dan niet al informatie kreeg over de geboorteaangifte, over de opnameduur en het ontslag uur of over de thuiszorg. Ook de informatie die door gynaecoloog (contraceptie, seksualiteit, nacontrole, vitamines) en de kinderarts (voedingsschema, vitamines, op stap met baby, info slaapstudie) gegeven moet worden, is in het klinisch pad geïntegreerd, zodat niets over het hoofd gezien kan worden.
Parkeerkaart Het ziekenhuis beschikt over een private parking. Het parkeren is betalend, telkens per oprit. Voor bezoekers die veelvuldig op bezoek komen zijn er voordelige weekabonnementen te verkrijgen aan het onthaal. ( 5 € / week)
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 28
Foto in de krant De fotograaf van “de krant van West-Vlaanderen” komt geregeld naar de Materniteit. Indien u dit wenst kan u gratis een foto van u en uw baby in de krant laten plaatsen. Hiertoe vult u het daarvoor voorziene briefje in dat u na de bevalling ontvangt.
Professionele fotograaf Gedurende uw verblijf in de materniteit, kunt u ook beroep doen op een professionele fotograaf van studio “Bloom”. Iedere dinsdag, donderdag en zaterdag komt deze langs. Indien u hieromtrent meer info wenst, kunt u contact opnemen met de dienst materniteit.
Bezoekuren en praktische regelingen Elke dag is er bezoekmogelijkheid van 14u tot 20u30. De partner en andere kinderen van het gezin kunnen de hele dag op bezoek komen. Partners kunnen blijven tot 22u en kunnen tot dan het ziekenhuis verlaten vis de hoofdingang. Bezoekers verlaten de kamer tijdens • De voeding van de baby (borstvoeding) • De verzorging • Het bezoek van de arts, de kinderarts en de kinesiste Wij geven enkele suggesties voor het geboortekaartje: • U kunt zelf de bezoekuren in het ziekenhuis beperken door ze ingekort weer te geven. • Het is ook goed de datum van uw vertrek uit het ziekenhuis te vermelden. • Vraag misschien om bij bezoek thuis, vooraf een telefoontje te geven. Omwille van de hygiëne raden wij af bezoek met kleine kindjes gebruik te laten maken van de voorzieningen op uw kamer die dienen voor de verzorging van u en uw kindje. Om een verse luier aan te doen, vragen wij steeds het luierkussen te gebruiken. Was voor en na de luierwissel uw handen. Indien uw partner kiest om ’s nachts samen met u en uw kind op de materniteit te verblijven, kan dit indien u in een eenpersoons- of luxe kamer verblijft. Om een vlotte samenwerking te bekomen vragen wij dan ook “het huisreglement voor overnachtende partners op de materniteit” na te leven.
Maaltijden Voor de partner is het mogelijk om een middag –en avondmaal te nuttigen op de materniteit. Dit wordt aangevraagd door de diëtiste. De maaltijd wordt koud opgediend, maar kan opgewarmd worden in de microgolfoven.
Laden en lossen Op de kleine parking bij de materniteit is het mogelijk om te laden en te lossen. Dit is enkel mogelijk van 8u30 tot 20u30.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 29
Huisreglement voor overnachtende partners op de Materniteit Welkom op de Materniteit U kiest ervoor om ’s nachts samen met uw echtgenote en kind op de Materniteit te verblijven. Omwille van een vlotte samenwerking vragen wij u de hiernavolgende punten na te leven. 1.
Overnachten wordt toegelaten in de eenpersoonskamers en luxe kamers. Een bed staat ter beschikking. De vergoeding bedraagt 49 € per nacht, ontbijt inbegrepen.
2.
Zorg voor uw eigen toiletgerief
3.
Gelieve de medewerkers van de materniteit te respecteren in de uitvoering van hun taken zoals verzorging, onderhoud en doktersronde
4.
Maaltijden: • Het ontbijt wordt om 7u45 op de kamer opgediend. • U kan elke gewenste maaltijd verder afhalen in de cafetaria. • De prijs voor een middagmaal is 10€
5.
De dag begint om 7.30 uur en eindigt om 20.30 uur. Na 20.30 uur vragen wij: • Niet meer op de gang rond te lopen. Wanneer U nog iets nodig heeft, maak dan gebruik van het oproepsysteem. • Het geluidsvolume van radio en TV aan te passen.
6. Keuken, linnenkamer en andere lokalen worden enkel door medewerkers van de materniteit betreden. Wenst U iets, vraag dit aan de personeelsleden. 7.
Overnachtingen worden via de factuur aangerekend.
8.
Omwille van stilte en rust op de afdeling vragen wij uw medewerking wanneer uw bezoek aangemaand wordt de afdeling te verlaten.
Wij wensen dat het verblijf van u, uw partner en uw kind zo optimaal en vlot mogelijk verloopt. Aarzel niet uw vragen of problemen aan de medewerkers van de materniteit kenbaar te maken. Let
wel:
wij
behouden
ons
het
recht
om
overnachtingen te weigeren zo u zich niet aan de afspraken houdt! Wij danken u voor uw medewerking
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 30
Technische snufjes op de Materniteit Verwarming en airconditioning Hiermee regel je de temperatuur in de kamer. auto = automatisch (=voorkeur overdag) klein wit draaiknopje op “auto”, blauwe draaiknop op 0 : het systeem zoekt 21°C (+ 1 = 22°c , + 2 = 23°c .... - 1 = 20 °c , - 2 = 19 °C ...) klein wit draaiknopje op: 0 = enkel luchtverversing, geen verwarming of airco mogelijk (= voorkeur ‘s nachts, geen lawaaihinder) 1,2,3 = blijft continu blazen volgens stand blauw wieltje +1 tot +5: blaast warme lucht -1 tot - 5: blaast koude lucht opmerkingen: • •
hou deuren en ramen altijd gesloten verwarming in de babybox is volledig afzonderlijk te bedienen onderaan de radiator
Telefoon U ontvangt van de receptie een geel kaartje met uw persoonlijke code. Om te telefoneren drukt u 0 onmiddellijk gevolgd door uw persoonlijke code en druk op OK (hou geen rekening met de stem die zegt “vorm uw paswoord”, ga gewoon verder) vervolg nu met het nummer van uw bestemmeling bijvoorbeeld 057 / ........ Internet Alle kamers op materniteit zijn uitgerust met draadloos internet. U dient wel eerst een activatie aan te vragen aan de receptie. Uw toegangscode staat op het identificatie-armbandje. TV en DVD U zet de TV aan door op het rechter knopje onder het schermpje van de hand unit te duwen. In de luxekamer gebruikt U voor de TV en DVD de afzonderlijke afstandsbedieningen. Voor de DVD ga je eerst naar TV post nummer 33. Beloproep U kan een zorgverlener oproepen door op de rode knop te drukken. Er komt zo snel mogelijk iemand naar uw kamer toe, maar de kamers zijn ook uitgerust met interfonie: dit wil zeggen dat u mogelijks de zorgverlener hoort via de luidspreker. U kunt antwoorden door te praten in de kamer. Om wille van de privacy kan de zorgverlener u enkel horen wanneer u zelf hebt gebeld (rode knop)
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 31
Verlichting De bovenste 3 knoppen van de hand unit dienen om de verlichting in de kamer te regelen. De eerste twee knoppen links zorgen voor dimlicht (de 4 grote lichten in de kamer), de derde knop zorgt voor sfeerverlichting boven uw bed. Om het licht te dimmen blijft u op de knop duwen. (ongeveer 15 seconden) De overige lichten worden met schakelaars bediend en zijn ook dimbaar door er lang op te duwen. De zwarte schakelaar aan de deur is voor het nachtlichtje onder het bed.
Radio U zet de radio aan door op het linker knopje onder het schermpje van de hand unit te duwen. Met de cijferknopjes kunt U de post veranderen en met de pijltjes het geluidsniveau instellen.
Kluis In uw kleerkast is een kluisje aanwezig. Deze is open bij aankomst in de kamer. Gelieve bij vertrek ervoor te zorgen dat de kluis opnieuw open is. Gebruik: u sluit de deur en draait de knop naar links. U blokkeert het slot door 4 cijfers in te drukken gevolgd door een druk op de rode knop. U hoort een bieb en kunt de deur niet meer openen. Door opnieuw dezelfde 4 cijfers in te drukken en op de groene knop te drukken deblokkeert U het slot en kunt U deze opnieuw openen door de knop naar rechts te draaien.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 32
KIND EN GEZIN Het kraambezoek Een regioverantwoordelijke van Kind en Gezin komt je voor de eerste keer bezoeken in de kraamkliniek. Ze stelt jou dan onze dienstverlening voor. Kind en Gezin staat immers klaar om alle ouders met jonge kinderen te ondersteunen tijdens de eerste levensjaren. Onze dienstverlening is volledig gratis en je kan er vrijwillig al dan niet van gebruik maken.
Kies je ervoor om je te laten begeleiden door Kind en Gezin, dan noteert de regioverpleegkundige tijdens het kraambezoek een aantal gegevens over jou, je kindje en je gezin. De wet op de bescherming van uw privacy geeft u het recht om op alle of sommige van deze vragen niet te antwoorden. Deze informatie vormt de basis voor de verdere huisbezoeken en consulten. Je kan deze gegevens altijd inkijken.
Huisbezoeken en consultaties De zorg op maat die we jou in je eigen vertrouwde omgeving aanbieden, kan voor jou een belangrijke steun zijn. Tijdens de huisbezoeken en op het consultatiebureau volgen we samen de groei van je kindje. We zorgen ervoor dat je kindje op tijd de nodige vaccinaties krijgt, we testen al kort na de geboorte of je kindje goed hoort, … Daarnaast kan je bij ons terecht met je vragen over de voeding, de verzorging, de ontwikkeling en de opvoeding van je kindje.
Meer weten? Wil je meer weten over Kind en Gezin? Surf dan naar de website: www.kindengezin.be of bel naar de Kind en Gezin-lijn: 078 150 100 (elke werkdag van 8u tot 20u).
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 33
5.
DE BABY
Verzorging van de baby De vroedvrouwen en de verpleegkundigen van de materniteit zullen u graag begeleiden bij de verzorging van uw baby, zodat u de dag dat u het ziekenhuis verlaat, zelfstandig uw baby kunt verzorgen. De eerste uren wordt de verzorging beperkt tot het geven van voeding, verluieren en het meten van de temperatuur. De begeleiding van de babyverzorging ziet er als volgt uit: Dag 0-1: informatie, advies en demonstratie: • • • •
verluieren van de baby meten van de temperatuur navelverzorging hulp bij borst-of flesvoeding
Dag 1-2: demonstratie van het babybadje Dag 2-3: vanaf nu kunt u onder begeleiding de baby zelf wassen Dag 4-5: zelfstandig de baby verzorgen (Meer informatie over de verzorging en voeding van uw baby vindt u in de brochures van Kind en Gezin) Deze planning is uiteraard afhankelijk van de toestand van de moeder. Voor kraamvrouwen met een keizersnede verloopt dit proces trager. Bij onzekerheden of vragen kunt u altijd bij de vroedvrouw of verpleegkundige terecht. Op de babyfiche worden dagelijks alle gegevens genoteerd zoals lichaamsgewicht, temperatuur, uren van de voeding, stoelgang, urine enz. Er wordt getoond hoe u zelf deze fiche verder kan invullen.
Rooming in We streven ernaar dat moeder en kind 24 uur bij elkaar kunnen blijven. Het vasthouden van de baby, het bewonderen van de baby in een bedje vlak bij de moeder laat toe om beter kennis te maken met de baby en om de hongersignalen te leren herkennen. Dit vergemakkelijkt de voedingen “op vraag” en bij borstvoeding bevordert dit de melkproductie. We weten dat moeders vaak zeer vermoeid zijn de eerste dagen met hun baby, daarom staan we dag en nacht klaar om hulp te bieden tijdens de verzorging van uw baby. Als ouder bent u verantwoordelijk voor de baby op de kamer. We raden aan om de baby niet alleen te laten in de kamer.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 34
De voeding van de baby: borstvoeding Wij hopen dat u uw voordeel heeft kunnen halen uit de gegeven informatie tijdens de consultaties of gedurende de voorlichtings-lessen rond de geboorte. Wij hopen ook dat u een bewuste keuze voor de voeding van uw kindje heeft kunnen maken. Welke beslissing u ook neemt, borst-of flesvoeding, wij zullen u hierin maximaal ondersteunen en begeleiden. Ons team streeft naar een klimaat waarbij de verzorging van de baby en de begeleiding van de borstvoeding optimaal is. Als ziekenhuis werken wij actief rond de bevordering van borstvoeding, binnen het kader van het BFHI, Baby Vriendelijke Ziekenhuizen Initiatief (wereldwijd bekend als Baby Friendly Hospital Initiative) en in het kader van een Europees actieplan volgens de richtlijnen van WHO en UNICEF. De hoofddoelstelling van het BFHI is te verzekeren dat iedere baby en de moeder van bij de geboorte de beste start krijgt voor een optimale gezondheid. Daarom zullen we ervoor zorgen dat de baby binnen het eerste levensuur aan de borst kan worden gelegd. Verder is het onze verantwoordelijkheid om na te gaan of u uw baby correct aan de borst legt. Wij zullen zelf het initiatief nemen om duidelijk uitleg te geven en hulp te bieden bij het aanleggen indien dit nodig is.
De 10 vuistregels voor het welslagen van borstvoeding 1. Een geschreven borstvoedingsbeleid opstellen dat standaard bekend gemaakt wordt aan alle betrokken medewerkers.
2. Aan alle betrokken personeelsleden de vaardigheden aanleren, die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van het beleid.
3. Alle zwangere voorlichten over de voordelen en de praktijk van het borstvoeding geven.
4. Moeders binnen het half uur na de geboorte helpen met borstvoeding
5. Aan alle vrouwen uitleggen hoe ze de baby moeten aanleggen en hoe zij de melkproductie in stand kunnen houden.
6. Aan pasgeborene geen andere voeding noch drank geven dan moedermelk, tenzij op medische indicatie.
7. Moeder en kind blijven 24 uur bij elkaar.
8. Aanmoedigen van borstvoeding op verzoek.
9. Aan pasgeborene die borstvoeding krijgen wordt geen speen of fopspeen gegeven.
10. Aanmoedigen van de vorming van borstvoedingsbegeleidingsgroepen (moedergroepen) en de moeder bij ontslag uit de instelling hiernaar verwijzen.
Verklaring van WHO/Unicef (1989): “Borstvoeding bescherming, bevordering en ondersteuning – de bijzondere rol van de kraamafdelingen”
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 35
Speen of fopspeen? De zuigtechniek, mechanisch en dynamisch, aan een speen is verschillend dan aan de borst. Een fopspeen en een flessenspeen zijn sterke kunstmatige prikkels die een kunstmatige zuigreactie uitlokken. Het mondje wordt overprikkeld en de baby vergeet hoe hij de borst in de mond moet nemen. Hij zal hierdoor niet meer efficiënt drinken en onvoldoende melk innemen. Dit is de hoofdreden waarom wij het gebruik van spenen/fopspenen vermijden. Overmatig gebruik van spenen/fopspenen kan ertoe leiden dat de baby veel minder wordt aangelegd, het voeden op vraag daalt, de melkproductie wordt nadelig beïnvloed en de totale borstvoedingsperiode komt hierdoor in het gedrang. Dit slaat ook op het gebruik van “tepelhoedjes”: dit geeft een negatieve invloed op het aanhappen waardoor de borsten onvoldoende stimuli krijgen om melk aan te maken, men zal ook opmerken dat de baby minder in gewicht aankomt. Een tepelhoedje zal enkel in uitzonderlijke gevallen gebruikt worden.
Stuwing Enkele dagen na de bevalling voel je dat de melkproductie goed op gang komt. Je borsten worden zwaarder en zijn soms erg gespannen. Deze stuwing is niet alleen te wijten aan de melkproductie, maar ook aan een versterkte doorbloeding van de weefsels. Dit is een volkomen normale reactie van voorbijgaande aard. Het kan echter pijnlijk en zeer vervelend zijn. Er zijn een aantal middeltjes die de pijn helpen verlichten: zoals warmte (warmwaterkruik, douche, ….) een ondersteunende maar niet al te strakke BH, een beetje minder drinken deze dagen, … Stuwing gaat over na ongeveer 2 dagen.
Afkolven Soms gaat het voeden aan de borst niet vanzelf of is het nog niet mogelijk. U kunt dan een afkolfapparaat gebruiken. Wij raden u aan geen afkolfpompje vooraf aan te schaffen. Wij starten hier met onze elektrische Medela – pompen en u kan dus hier een starter-set aankopen dat dan later kan omgevormd worden tot handpompje. Om thuis verder af te kolven kan een pomp gehuurd worden in de thuiszorgwinkel van uw mutualiteit.
Enkele richtlijnen bij het afkolven Algemeen • Kolf minstens 8 keer af/24u • Kolf ongeveer 10 min per borst af. • Zorg ervoor dat je je tepel mooi in het midden van de borstkolf plaatst. • Neem telkens een nieuw flesje om af te kolven.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 36
Bewaren • Teken de flesjes met de naam van je baby (vraag etiketten aan de verpleging), datum en uur van afkolven. • Hoe meer handelingen (afkoelen, opwarmen,…) er gebeuren met de melk, hoe meer kwaliteitsverlies er is. • Pas afgekolfde melk kan je 5u bewaren bij kamertemperatuur. Het is dus niet nodig om een flesje afgekolfde melk in de koelkast te plaatsen als je baby binnen de 5 uur drinkt. Bewaren op kamertemperatuur is prima. • Voorzie je dat je baby de melk niet binnen de 5u zal drinken plaats je deze best zo snel mogelijk in de koelkast. • Hoe minder lang moedermelk wordt bewaard, hoe beter de kwaliteit: geef voorkeur aan pas afgekolfde melk vooraleer melk te geven die uit de koelkast komt. • Enkel moedermelk van dezelfde temperatuur samen gieten; nooit warme melk bij koude melk. Opwarmen • Verwarm moedermelk in de microgolfoven of in een flessenverwarmer. Onderhoud • Spoel na elke afkolfbeurt je borstkolf uit met warm water. Droog nadien af met een droog doekje. • Steriliseer je borstkolf en leiding 1 maal per dag. Gebruik hiervoor het bijhorende zakje: plaats alle onderdelen van de set in het zakje en voeg 120 cc water toe. Zorg er voor dat de leiding onder water zit. Verwarm gedurende 3 minuten in de microgolf. Haal de afkolf set uit het zakje (warm!) en droog alle onderdelen met een droge doek.
Voeding van de moeder bij borstvoeding De samenstelling van de moedermelk wordt nauwelijks beïnvloed door de voeding van de moeder, de geur en de smaak daarentegen wel. Als de moeder onvoldoende eet of onvoldoende voedingsstoffen inneemt gaat dit vooral ten koste van zichzelf en niet van de baby. Het is dus belangrijk dat u evenwichtig en gevarieerd eet, u hebt immers voldoende energie nodig om te herstellen van de bevalling. Indien u onvoldoende voedingsstoffen inneemt, dan gaat de melkproductie wel verder, maar worden uw eigen reserves aangesproken. Dit kan dan leiden tot vermoeidheid, neerslachtigheid en te snel afvallen. De productie van moedermelk vraagt extra energie en vochtinname. Extra energie krijgt u door voldoende melkproducten, vlees, ei, vis of vleesvervanger, groenten, fruit, aardappelen en brood te eten. Gevarieerd eten is dus van groot belang. De actieve voedingsdriehoek geeft aan welke voedingsmiddelen belangrijk zijn: de grootte van de vakken duidt op de hoeveelheid die ervan nodig is. De hoeveelheden die gemiddeld per dag worden aanbevolen vindt u hieronder terug. Het is heel belangrijk dat u voldoende drinkt.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 37
Drank: water koffie, soep…
2 – 2,5 l
Brood, graanproducten…
5-8 sneden of stuks
Aardappelen, rijst, deegwaren…
3-5 stuks of eetl.
Groenten
300g
Fruit, fruitsap
2-3 stuks of glazen
Vlees, vis, ei, vleesvervangers
100 – 150 g
Melk en melkproducten
3-4 glazen, 1-2 sn.kaas 5 g per sneetje brood
Margarine, olie…. 15 g bij warme bereiding Rest : snoep, chocolade, chips ...
minimaal
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 38
Nog enkele veel gestelde vragen bij borstvoeding Mag ik een dieet volgen als ik borstvoeding geef? “Lijnen” wordt ten sterkste afgeraden. De vetreserve die tijdens de zwangerschap werd opgebouwd, wordt tijdens het geven van borstvoeding opgebruikt. Onnodige en ongezonde tussendoortjes worden beter wel weggelaten. Heb ik aanvullende vitamines nodig? Het is niet nodig om vitaminepreparaten en/of voedingssupplementen in te nemen. Als u toch iets extra wil innemen, kiest u best voor een multi(vitaminen) preparaat. Kan ik met een volstrekt vegetarische voeding borstvoeding geven? Ja, vegetarische voeding is geen probleem, maar een veganistische voeding (voeding zonder melk- en dierlijke producten) is af te raden. Bij veganistische voeding is de kans op vitamine- en mineralentekort groot. Dit kan de groei van uw baby verstoren. Moet ik vlees eten als ik borstvoeding geef? Vlees eten hoeft niet, maar dan moet u wel voor een optimale vleesvervanger kiezen. Deze vleesvervangers bevatten voldoende ijzer, eiwit en vitamine B. Het is ook aan te raden om bij elke maaltijd groenten en/of fruit te eten, want vitamine C bevordert de opname van ijzer. Optimale vleesvervangers: • • •
tofu, tempé, mycoproteïne (Quorn), eieren, vis een combinatie van verschillende plantaardige eiwitbronnen zoals peulvruchten en granen een combinatie van plantaardige eiwitbronnen en een melkproduct of een ei.
Invloed van de voeding op moedermelk: Stoffen uit de voeding van de moeder komen in de moedermelk terecht, de smaak en de geur van de melk kan hierdoor beïnvloed worden. Het is echter niet nodig om deze voedingsmiddelen te weren uit de voeding want dit heeft als voordeel dat het kindje automatisch went aan variatie in smaak. Krampjes Wanneer een baby last heeft van krampjes wordt dit dikwijls toegeschreven aan de voeding van de moeder. Er zijn hier echter geen wetenschappelijke bewijzen voor. Er is dus niet echt een reden om bepaalde voedingsmiddelen uit de voeding te weren. Als u toch ondervindt dat bij het eten van bepaalde voedingsmiddelen uw baby last heeft van krampjes dan is het aan te raden om deze producten voor enige tijd te mijden. Cafeïne Cafeïne maakt het kindje onrustig, prikkelbaar en kan slapeloosheid en soms buikkrampen veroorzaken. Overmatig gebruik van koffie, thee en cola is dus af te raden.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 39
Alcohol en roken Indien u alcohol gebruikt dringt dit door tot in de moedermelk. Alcohol kan leiden tot sufheid, langzame groei, neurologische ontwikkelingsvertraging bij het kind, en tot mindere inname van melk door het kindje en is dus ten stelligste af te raden. Wilt u toch alcohol drinken, houdt het dan bij 1 glas en doe het na het geven van borstvoeding. Roken is eveneens uit den boze. Borstvoeding stimulerende middelen Het is nog nooit wetenschappelijk bewezen dat er borst-voeding stimulerende middelen bestaan. Er wordt wel eens gezegd dat bruin bier, noten, taugé, thee op basis van venkel, karwijzaad,… de borstvoeding stimuleren, maar dit lijkt eerder psychisch te zijn. Niemand belet u echter om deze hulpmiddeltjes met mate uit te proberen.
Mammacafé Mammacafé organiseert in heel Vlaanderen en Brussel gratis moedergroepen. Borstvoeding is een aandachtspunt, maar de gespreksthema’s zijn gevarieerd. Iedereen is welkom in het Mammacafé, voor een gezellige babbel met moeders uit je buurt. De inkom is gratis en doorlopend. Locaties en kalenders: www.mammacafe.be (een initiatief in samenwerking met Reddy Teddy, de kinderzorgservice van de Soc. Mutualiteiten.)
De voeding van de baby: flesvoeding Hoewel borstvoeding een natuurlijke keuze lijkt, kunnen wij begrijpen dat door omstandigheden, zoals tijdsgebrek, falen van borstvoeding,…, overgegaan wordt tot flesvoeding. Wij tonen hier alle begrip voor en willen u steeds ondersteunen. Wij hebben alvast enkele tips voor u:
Wat heb je nodig? •
• •
• • •
Minimum 6 flessen en 6 spenen Flessen: o Plastiek flessen kunnen niet breken, maar zijn na verloop van tijd moeilijker proper te houden o Er bestaan allerlei soorten (en merken) flessen; gewone zijn even goed als de meer speciale Spenen: o Er bestaan zowel rubberen als siliconen speentjes; beiden zijn goed o Er bestaan speentjes met en speentjes zonder ‘standen’; beiden zijn goed Flessenverwarmer of microgolfoven Sterilisatiemateriaal: verschillende mogelijkheden naargelang eigen voorkeur o Afkoken in een grote pan water o Steriliseren in oven of microgolf o Speciale sterilisators o Steriliseren met tabletten Flessenborstel Mineraalwater met een laag elektrolietengehalte zoals Spa, Evian,… Melkpoeder hoef je nog niet te voorzien, dit wordt meegegeven bij ontslag.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 40
Aandachtspunten • •
• • •
Het soort flesvoeding wordt gekozen in samenspraak met de pediater, de eerste dag na de bevalling Baby’s die flesvoeding krijgen, krijgen geen antistoffen via de voeding en zijn op die manier minder bestand tegen infecties. Daarom moet alle materiaal heel proper zijn en worden flessen en speentjes gedurende 6 maanden gesteriliseerd. Flesvoeding moet na het opwarmen onmiddellijk aan de baby gegeven worden. Restjes mogen nooit her opgewarmd worden. Het is aangeraden fles per fles klaar te maken. Baby krijgt z’n eerste flesje ongeveer 4 uur na de bevalling. De vroedvrouw zal u steeds de nodige hulp en uitleg geven. U kunt ook steeds bij haar terecht met uw vragen.
Voor meer informatie verwijzen wij u graag naar de brochure ‘Flesvoeding’, van Kind &Gezin.
Bezoek van de kinderarts Binnen de 24 uur na de bevalling komt de kinderarts uw baby onderzoeken en zal zij/hij een aantal vragen stellen over uw zwangerschap, bevalling, familiale en medische problemen. Tijdens uw verblijf op de kraamafdeling is het mogelijk dat uw baby een onderzoek dient te ondergaan. Vaak worden deze onderzoeken aangevraagd om zekerheid te bieden. Wees daarom niet onmiddellijk ongerust. Voorbeelden van onderzoeken die vaak gebeuren zijn: echografie van de heupen, RX foto’s, bloedafname…De kinderarts komt dagelijks op de afdeling. U kunt steeds bij hem/haar terecht met vragen over de baby. Voor u naar huis vertrekt, wordt de baby nogmaals onderzocht.
Fototherapie De vroedvrouw, de verpleegkundige of uzelf merkt op dat uw baby geel ziet. De kinderarts beslist of uw baby al of niet fototherapie nodig heeft. Fototherapie gebeurt altijd op de kamer. De baby ligt in een verwarmingsbedje met enkel een pamper (om zoveel mogelijk huidoppervlak te kunnen belichten). De oogjes worden afgedekt met een klein brilletje. We beschikken ook over een fototherapie-matrasjes waarop uw kindje kan liggen, en zo in zijn eigen bedje kan blijven slapen.
Bloedafname bij de baby De Guthrietest is een wettelijk verplicht controleonderzoek, waarbij men enkele druppels bloed afneemt van de baby. Dit bloedstaal wordt gebruikt om zeldzame stofwisselingziekten op te sporen. Die ziekten kunnen goed worden behandeld, bijvoorbeeld door een dieet, als ze tijdig ontdekt worden. De test wordt uitgevoerd als de baby minimum 72 uren oud is. U ontvangt een strookje van de kaart als bewijs dat de bloedafname gebeurd is. U hoort alleen iets over het resultaat (dit via de kinderarts) als er een afwijking en een controle nodig is. Hoort u binnen de week na de bloedafname niets, dan betekent dit dat het resultaat goed is.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 41
Beschermingsmaatregelen tegen wiegendood Wiegendood is een angstbeeld waar vele jonge ouders mee leven. Het kan tot op heden niet worden verklaard of voorkomen. Met een aantal eenvoudige maatregelen kan men het risico sterk doen afnemen.
Een veilige slaapomgeving Leg uw baby te slapen op een stevige matras, zodat hij er niet in wegzinkt. Gebruik, om dezelfde reden, geen hoofdkussen. Voorkom het gevaar voor verstikking door de volgende regels te volgen: • • •
Gebruik een matras die aangepast is aan de afmetingen van het wiegje of bedje, zodat de baby niet tussen de matras en de bedrand gekneld kan raken. Indien u rond het bed een stoffen bekleding wil gebruiken, zorg er dan voor dat die stevig vast zit. De bedspijlen mogen niet meer dan 8 cm van elkaar staan, anders kan de baby zijn hoofd tussen de spijltjes klemmen.
Haal alle overbodige spullen uit de wieg of het bed waarin uw kind moet slapen: kleine of grote koorden die hij om zijn nek kan draaien, plasticfolie, pluchen knuffeldieren of andere voorwerpen waarmee hij zijn gezichtje kan bedekken,… Laat geen dieren in zijn kamer, tenzij een volwassene erop toeziet.
Een veilige slaaphouding Leg uw kind stééds op zijn rug, tenzij je arts, om medische redenen, een andere houding aanraadt. In rugligging blijft zijn gezichtje vrij, kan het makkelijker ademen en is het gevoeliger voor de stimuli in zijn omgeving. Ook als uw kind ziek is, is rugligging de beste houding: als zijn hoofd en gezicht onbedekt blijven, raakt het zijn koorts vlugger kwijt. Bij oprispingen zal uw kind zich niet vlugger verslikken dan wanneer het op de buik zou liggen.
Veilig toedekken, bij een veilige kamertemperatuur Zorg ervoor dat uw kind niet te koud of te warm heeft om te slapen. Voor kinderen jonger dan 8 weken, mag de kamertemperatuur nooit meer dan 20°C bedragen. Eens het kind ouder is dan 8 weken, mag de kamertemperatuur nooit meer dan 18°C bedragen. Dek uw baby lichtjes toe. Een laken en een deken of een lichte slaapzak, aangepast aan de grootte van uw kind, zijn voldoende. Hou het gezichtje vrij. Gebruik geen donsdeken, want de baby kan er onder geraken.
Een rookvrije omgeving Roken, zowel tijdens de zwangerschap als na de geboorte, is ten zeerste afgeraden. Laat niemand roken in bijzijn van uw kind, noch in huis, noch in de wagen. Zorg voor voldoende verluchting en luchtvochtigheid in de kamer waar uw kind slaapt.
Geneesmiddelen Geef uw kind geen enkel geneesmiddel zonder doktersvoorschrift en zeker geen hoestsiroop of kalmerende middelen. Als u borstvoeding geeft, neem dan ook zelf geen enkel geneesmiddel zonder uw arts te consulteren.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 42
Een regelmatig levensritme Algemene regel: respecteer het slaapritme van uw kind, zorg ervoor dat het voldoende slaap krijgt. Enkele bijkomende tips: • • •
Borstvoeding is ideaal voor kinderen van minder dan zes maanden. Als uw baby een flesje krijgt, controleer dan eerst of de inhoud ervan niet te warm of te koud is. In de zomer: laat uw baby regelmatig drinken om uitdroging te voorkomen. In de wagen: laat het niet te warm worden, doe zijn muts af en open zijn jasje. Laat uw baby nooit alleen in de wagen. Als u een lange autorit maakt, of als het zeer warm is, geef uw baby dan regelmatig te drinken.
Wees waakzaam Uw baby heeft gehuild en is daarna in slaap gevallen… Ga kijken of alles goed gaat. Als u één van de volgende signalen ziet, raadpleeg dan ook meteen een arts: • • • • •
Uw baby is nog geen zes maanden oud en heeft meer dan 38°C of minder dan 36°C, zonder aanwijsbare reden. Uw baby verandert recent van gedrag: hij is ongewoon kalm of opgewonden. Uw baby kreunt terwijl hij slaapt en terwijl hij wakker is. Uw baby geeft over of wil niet eten. Uw baby heeft adem last.
Raadpleeg ook uw arts als uw baby: • • •
ongewoon bleek ziet ongewoon veel zweet tijdens zijn slaap (zijn kleertjes zijn doorweekt), zonder aanwijsbare reden luidruchtig ademt of snurkt, zonder een infectieziekte te hebben.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 43
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 44
6.
NEONATOLOGIE
Met de volgende informatie willen we u zo goed mogelijk inlichten over de gang van zaken op de afdeling neonatologie. Opdat de verzorging van uw kindje in de beste omstandigheden zou kunnen gebeuren, vragen wij u de onderstaande richtlijnen in acht te willen houden.
Wanneer kan ik bij mijn kindje zijn? Voor de ouders is de afdeling Neonatologie 24 uur op 24 toegankelijk, u bent altijd welkom.
De afdeling neonatologie bevindt zich op het gelijkvloers : route 10, op het einde van de gang van de materniteit. De dienst is enkel toegankelijk via aanbellen met de intercom of door middel van een badge. Vooraleer u bij de baby binnengaat, moet u enkele richtlijnen volgen: •
•
•
Bij het binnenkomen op de afdeling Neonatologie wordt gevraagd om, voor dat u ook maar iets aanraakt, de handen te wassen en te ontsmetten. Het wassen gebeurt met de roze zeep, na het afdrogen moet u ze inwrijven met de kleurloze ontsmettende gel. Wanneer u verkouden bent, vragen wij u om een mond- en neusmasker aan te doen vooraleer u de kamer van uw kindje binnengaat. Bij griep, koorts of diarree is het niet toegelaten in de kamers van de kindjes binnen te gaan. Kijken van op de bezoekersgang mag wel. Wanneer u vorige stappen ondernomen hebt, kunt u de kamer binnengaan waar uw baby verblijft. Wij vragen u ook om telkens na het verversen van de pamper of bij het snuiten van uw neus, uw handen nog eens opnieuw te ontsmetten.
Wanneer mogen vrienden en familie op bezoek komen? Kinderen van het gezin en grootouders mogen eenmaal per dag tussen 16u en 19u gedurende 10 à 15 minuten op de afdeling binnenkomen. Het is zo dat grootouders en kinderen vergezeld zijn van één van beide ouders. Er staan maximum 3 personen bij de baby. Andere familieleden en vrienden kunnen uw baby enkel bewonderen via de bezoekersgang.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 45
Mogen wij ouders helpen bij de verzorging van ons kindje? • •
•
•
Wanneer uw baby in een incubator (couveuse) ligt, kunt u hem of haar aanraken/strelen door uw handen in de openingen van de incubator te brengen. U kunt ook praten tegen uw baby, en wie het wil: zingen mag ook! Zodra de toestand van uw kindje het toelaat, zal u gevraagd worden om mee te helpen aan de verzorging. Deze zorg omvat het verluieren, het geven van een flesje of borstvoeding en later het geven van het badje, zelfs al ligt de baby nog in de incubator. Het is namelijk belangrijk dat u dit al geoefend hebt alvorens de baby thuis komt. De verpleegkundige zal u graag alle uitleg geven. Eens u een aantal keren een badje hebt toegediend, zal u zich veel geruster en zekerder voelen. Wij zullen ook ons best doen om u de gelegenheid te bieden samen met uw kindje te kangoeroeën. Kangoeroeën betekent één maal een half uurtje per dag uw kind bloot op uw eigen blote borst of die van uw partner leggen. Kangoeroeën is mogelijk maar zeker niet verplicht. Er wordt ook rekening gehouden met de toestand van uw kindje Knuffels in de incubator zijn om hygiënische redenen niet toegelaten. Op de couveuse mag één knuffel ( liefst niet te abnormaal groot) per kind aanwezig zijn.
Hoe spreken we af voor het toedienen van de voedingen? Wanneer u borstvoeding heeft, proberen wij zo goed als mogelijk de vraag van het kindje te respecteren. Hiervoor vragen wij u om uw telefoonnummer of GSM nummer aan de verpleegkundige mee te delen. We zullen U vragen de melk af te kolven en dagelijks de afgekolfde melk mee te brengen naar de prematurenafdeling. Bij flesvoeding zijn de uren afhankelijk van het aantal voedingen dat uw baby krijgt. U kunt best afspreken met de verpleegkundige wanneer u het flesje zelf zal komen geven.
Wanneer kan ik de kinderarts spreken? Wanneer u de kinderarts wenst te spreken, moet u een afspraak maken via de vroedvrouw/ verpleegkundige die aanwezig is op de afdeling Neonatologie. Die afspraak moet u één dag vooraf maken zodat de kinderartsen op tijd kunnen verwittigd worden.
Tot slot Indien u nog vragen heeft kunt u die gerust stellen aan de verpleegkundigen, zij staan steeds tot uw dienst. Er bestaat ook een afzonderlijke informatiebrochure voor de dienst neonatologie. Als uw baby daar opgenomen wordt, zal men u deze overhandigen. Indien u dit wenst, kunt u ons altijd bereiken via het nummer: 057/ 35 60 71 (dienst neonatologie)
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 46
Vereniging voor ouders van couveusekinderen www.vvoc.be
Doelstelling van de vereniging De vereniging heeft tot doel ouders die kort na de geboorte van hun kind gescheiden werden, de mogelijkheden te bieden met elkaar in contact te komen, om hen te begeleiden tijdens en na de opname op de neonatologie, teneinde een optimale ouder-kindrelatie te verwezenlijken. Zij wil de contacten tussen ouders, medisch en verpleegkundig personeel van de Vlaamse ziekenhuizen bevorderen, informatie verspreiden over neonatologie en de gevolgen ervan; m.a.w. helpen bij het scheppen van optimale contactmogelijkheden vanaf de eerste dag tussen ouders en kind tijdens de opname.
Realisatie van de doelstellingen Ouders die dit wensen kunnen een beroep doen op contactpersonen. De contactpersonen zijn zelf ouders van een prematuur kind die de problematiek voldoende verwerkt hebben om invoelend te kunnen luisteren en reageren. Aan de ouders wordt steun gegeven bij de emotionele en praktische problemen die kunnen ontstaan voor, tijdens of na de couveuseopname evenals bij het opgroeien van het kind. Men erkent dat er zowel positieve als negatieve gevoelens kunnen bestaan, men helpt om deze gevoelens te verwerken en ermee om te gaan. Meestal doen de ouders telefonisch beroep op de contactpersonen. Ouders kunnen zowel terecht voor eenvoudige of praktische vragen als voor meer complexe probleemsituaties. In de contacten kunnen mensen hun gevoelens en problemen uiten, kan begrip en hulp geboden worden en kan verwezen worden naar professionele hulp als de problematiek niet door de oudervereniging kan opgevangen worden.
Samenstelling van de vereniging De vereniging telt effectieve en aangesloten leden. Als effectieve leden worden ouders en pleegouders van te vroeg geboren kinderen toegelaten die de statuten kunnen onderschrijven. Aangesloten leden kunnen personen of groeperingen zijn die een positieve bijdrage kunnen leveren aan de verwezenlijking van de doelstellingen. De vereniging wordt beheerd door de Raad van Bestuur; deze is samengesteld uit effectieve leden en is de stuurgroep voor de werking. Een adviesraad, bestaande uit professionele hulpverleners, adviseert de Raad van Bestuur.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 47
7.
TERUG THUIS
De thuiszorg Een geboorte is naast een blijde, tevens een levensingrijpende gebeurtenis. Heeft u het als moeder nog wat moeilijk met de verzorging van uw baby, of wil de voeding niet echt lukken? Heeft u zelf extra verzorging nodig, of wenst u slechts voor een beperkte tijd in het ziekenhuis te verblijven? Verschillende instanties kunnen u thuis bijstaan. Naast uw huisarts kan u zich ook wenden tot een vroedvrouw, van ons ziekenhuis of een zelfstandige vroedvrouw en tot de thuisverpleging.
Wanneer kunt u thuis op een vroedvrouw beroep doen? Na een thuisbevalling of een bevalling in het ziekenhuis. Wanneer u een bezoek wenst te plannen, raden wij u dit zo kort mogelijk na het ontslag uit het ziekenhuis aan. Immers, een vroeg bezoek biedt meer kansen voor een optimale start, voor het ganse gezin. Het 1e bezoek kan al geregeld worden vóór het ontslag uit de Materniteit. U vermijdt eveneens best dat dit samenvalt met de bezoeken van de verpleegkundige van Kind & Gezin. Op die manier doet u maximaal beroep op de bestaande diensten.
Wat kan de vroedvrouw thuis doen? • • • • • • • • • •
Zorg dragen voor het psychische en het fysische welzijn van de bevallen vrouw De ouders wegwijs maken op het vlak van de lichamelijke en de emotionele noden van de baby Aanleren van het baby bad en hulp bij de navelverzorging Begeleiden van borstvoeding Hulp bieden bij flesvoeding en eventueel helpen bij de bereiding De P.K.U. of de bloedafname bij de baby uitvoeren Wondzorg na keizersnede Verwijderen van de hechtingen van de episiotomie (knip) Advies geven rond de organisatie binnen het gezin U, zo nodig, naar andere instanties verwijzen
Financiële en praktische regeling Het RIZIV voorziet volledige terugbetaling van de postnatale zorgen thuis. U hoeft niets aan de vroedvrouw te betalen. U hebt geen doktersvoorschrift nodig, wel 2 kleefbriefjes van het ziekenfonds. Waar kan u terecht voor meer informatie of voor het maken van een afspraak? 057 / 35 60 68 (vroedvrouw thuiszorg)
Zelfstandige vroedvrouwen We verwijzen je graag naar de website www.vlov.be E-mail:
[email protected]
Huishoudelijke hulp Indien u huishoudelijke hulp wenst, kan de sociale dienst van ons ziekenhuis voor een oplossing zorgen. Vraag hierover info bij de verantwoordelijke van de materniteit.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 48
Wat als het allemaal even teveel wordt? Het krijgen van een baby is een periode vol emoties. Door de hormonen en de veranderingen die gepaard gaan met de komst van de baby lijkt het soms alsof u overspoeld wordt door gevoelens.
Babyblues of postnatale depressie? Mama’s die last hebben van ‘babyblues’ of ‘kraamtranen’ huilen gemakkelijk en voelen zich vaak moe. Hun emoties kennen hoogtes en laagtes. Ze zijn in de war en verdrietig. Ook kunnen zij last hebben van prikkelbaarheid of zich nerveus of angstig voelen. Dit begint meestal zo’n drie dagen na de bevalling en kan een aantal dagen duren. Dit is heel normaal. Bijna elke mama kampt even met de babyblues. Babyblues ontstaan door de grote veranderingen die het lichaam in korte tijd doormaakt. Hormonen, slaapgebrek, de bevalling, problemen met melkproductie en borstvoeding, twijfel, overgevoeligheid en faalangst zorgen ervoor dat mama het even niet meer ziet zitten. Ook de partner kan in een dip terechtkomen: verwarring en oververmoeidheid zijn de grootste boosdoeners. Meestal gaat de babyblues vanzelf over. Maar bij sommige mama’s verdwijnt het depressieve gevoel niet. Er is dan misschien sprake van een postnatale depressie. Een postnatale depressie is een aanhoudende gevoelstoestand, waarbij vrouwen kampen met verschillende klachten zoals een sombere stemming, gebrek aan interesse en initiatief, weinig plezier beleven aan de baby, prikkelbaarheid, schuldgevoelens, verminderde eetlust, rusteloosheid, of slapeloosheid. Ongeveer 1 op de 10 vrouwen krijgt hiermee te maken. Als je lange tijd last blijft hebben van deze depressieve gevoelens is het aangewezen om je huisarts of vroedvrouw te raadplegen. Er is niemand schuldig aan het doormaken van een postnatale depressie. Dit wordt veroorzaakt door tal van factoren die men zelf niet altijd in de hand heeft. De belangrijkste preventieve maatregel die je in acht kan nemen is RUST! Hierbij vindt u een aantal tips die u helpen om voorbereid te zijn op de periode na de bevalling.
Nuttige tips: • • • • • • • • • •
•
• •
Zorg ervoor dat je voldoende rust. De zwangerschap en het moederschap kan een vermoeiende periode zijn. Slaap zo lang en vaak mogelijk als je baby toelaat. Gun jezelf elke dag wat ontspanning. Blijf aandacht hebben voor persoonlijke verzorging. Accepteer en relativeer je tijdelijke teneergeslagen gevoelens. Maak jezelf de bedenking dat het gaat om een onvermijdelijke reactie waar bijna alle nieuwe moeders last van hebben. Bewegen kan wonderen doen. Een gezonde geest in een gezond lichaam is het motto. Durf ‘NEE’ zeggen! Denk in de eerste plaats aan jezelf en je baby. Bezoek mag begrensd worden. Durf hulp te vragen. Je hoeft niet alles te weten of alleen te doen. Durf de zorg voor de baby ook eens uit handen te geven aan een vertrouwd familielid of vriend. Zorg dat je op iemand kan terugvallen. Wees realistisch. Niet alles is rozengeur en maneschijn. Ondersteuning in het huishouden kan wenselijk zijn. Blijf je interesseren in andere dingen en spreek ook over iets anders dan de baby. Zorg ervoor dat je iedere dag een beetje tijd doorbrengt met een andere volwassene. Blijf je sociale contacten onderhouden. Wees niet beschaamd om je gevoelens te uiten. Praat met uw omgeving over uw gevoelens en zorgen. Je kan terecht bij verschillende personen zoals je familie, je vriendenkring, de vroedvrouw, de gynaecoloog, de huisarts,… Wanneer het je even te veel wordt, zorg dan voor een uitlaatklep. Maak tijd vrij voor jezelf! Vermijd stresssituaties. Probeer op voorhand wat te plannen, zodat u niet voor verrassingen komt te staan. onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 49
Belang van vroegtijdig opsporen Door depressieve klachten zo snel mogelijk op te sporen, kan er sneller hulp geboden worden. Op deze manier willen we de klachten en gevolgen van een neerslachtige periode beperken. Het is belangrijk niet te wachten om hulp te zoeken. Een postnatale depressie is namelijk goed te behandelen. Spreek erover met uw huisarts, vroedvrouw of gynaecoloog. Indien u hulp wenst kunt u reeds na de bevalling de hierbij gevoegde vragenlijst invullen. Er wordt gepeild naar mogelijke risicofactoren. We willen hierbij stil staan, om reeds preventief een zo goed mogelijke begeleiding te kunnen bieden.
Bij wie kan je terecht? • • • • •
•
•
Uw huisarts Uw gynaecoloog Uw zelfstandige vroedvrouw Materniteit, Jan Yperman Ziekenhuis Tel: 057 35 60 61 Kind en gezin (regiohuis) Maloulaan 29, 8900 Ieper Tel: 078 15 01 00
[email protected] www.kindengezin.be Expertisecentrum kraamzorg De Wieg Leenstraat 31, 8800 Roeselare Tel: 051 26 33 10
[email protected] www.eckdewieg.be CAW De Papaver (Centrum Algemeen Welzijn) Maloulaan 43, 8900 Ieper Tel: 057 22 09 30
[email protected] www.cawdepapaver.be
Vragenlijst bij opsporen postnatale depressie
Vanuit het ziekenhuis zijn wij ons bewust van de vaak emotionele periode die volgt op een bevalling. Rond dit onderwerp heeft u al eerder wat info ontvangen in de onthaalbrochure bij ‘Wat als het allemaal even teveel wordt?’. Wij vinden het belangrijk dat hier preventief bij wordt stilgestaan. Om een zo goed mogelijke begeleiding te kunnen bieden, vragen wij aan alle mama’s om volgende vragenlijst in te vullen. Deze gegevens zullen niet aan derden worden doorgegeven zonder uw toestemming.
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 50
Geboortedatum
……………………………
Woonsituatie
Aantal kinderen + leeftijd
Burgerlijke staat:
Alleen
Ongehuwd
Niet alleen
Weduwe
………………………………… ………………………………… …………………
Economische toestand
Gescheiden Eerste huwelijk Tweede of meerdere huwelijken
Werkend Werkzoekend
Officieel samenwonend Inactief (huisvrouw, student, invalide) Voelt u zich goed?
Ja
Nee
Vindt u zichzelf de moeite waard?
Ja
Nee
Heeft u zaken waar u goed in bent?
Ja
Nee
Was de zwangerschap gepland?
Ja
Nee
Was de zwangerschap gewenst?
Ja
Nee
Ja
Nee
Hebt u hiervoor een behandeling gekregen? Zo ja, welke ..........................................................……………………… ………………………………………
Ja
Nee
Heeft u bij een vorige zwangerschap of bevalling moeilijkheden ervaren?
Ja
Nee
Denkt u dat u voldoende emotionele ondersteuning krijgt van uw partner?
Ja
Nee
Denkt u dat u kunt rekenen op uw partner?
Ja
Nee
Denkt u dat u voldoende hulp krijgt van uw partner?
Ja
Nee
Denkt u dat u voldoende emotionele ondersteuning krijgt van uw familie?
Ja
Nee
Denkt u dat u kunt rekenen op uw familie?
Ja
Nee
Ja
Nee
Ja
Nee
Voelde u zich angstig tijdens de zwangerschap? Altijd
Vaak
Soms
Zelden
Nooit
Had u voor de zwangerschap ooit last van depressieve klachten? Indien ja: wanneer was dit? ………………………………………………………………… ………………………………………
Zo ja, welke? ..........................................................……………………… …………………………………………………………………
Denkt u dat u voldoende hulp krijgt van uw familie?
Denkt u dat u voldoende emotionele ondersteuning krijgt van uw vrienden?
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 51
Denkt u dat u kunt rekenen op uw vrienden?
Ja
Nee
Denkt u dat u voldoende hulp krijgt van uw vrienden?
Ja
Nee
Bent u gelukkig met uw burgerlijke status?
Ja
Nee
Ervaart u momenteel relatieproblemen?
Ja
Nee
Gaat alles goed tussen u en uw partner?
Ja
Nee
Financiële problemen
Ja
Nee
Huwelijksproblemen
Ja
Nee
Overlijden in de familie
Ja
Nee
Werkloosheid
Ja
Nee
Ernstige ziekte in familie
Ja
Nee
Verhuizing
Ja
Nee
Verandering van job
Ja
Nee
Andere? ………………………………………………... …........................................………………..
Ja
Nee
Ervaart uw baby een gezondheidsprobleem?
Ja
Nee
Ervaart u problemen bij het voeden van uw baby?
Ja
Nee
Ervaart u problemen bij het slaappatroon van uw baby?
Ja
Nee
Huilt uw baby vaak?
Ja
Nee
Is uw kind moeilijk te troosten of te kalmeren?
Ja
Nee
Maakt u zich hier zorgen om?
Ja
Nee
Ervaarde u een periode van verdriet in de eerste week na uw bevalling?
Ja
Nee
Ervaart u momenteel stressmomenten in u leven zoals:
Hebt u hieromtrent nog opmerkingen of aanvullingen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………….………………………………………………………….. Wenst u hieromtrent verdere hulp of had u hier graag nog even over gepraat? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Bedankt voor uw medewerking. Gelieve dit terug te bezorgen aan de hoofdverpleegkundige Materniteit.
Naam:
Tel. Nummer:
Adres:
Bevallingsdatum:
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 52
Watergewenning voor baby’s - Babymassage Watergewenning Het verschijnsel om met baby’s in het zwembad te werken, wordt op de meeste plaatsen georganiseerd onder de noemer ‘babyzwemmen’. Een baby heeft noch de geestelijke, noch de lichamelijke rijpheid om reeds tot een zinvol zwemonderricht over te gaan. Daarom spreken we liever van ‘watergewenning voor baby’s’. Doel: • Het versterken van de ademhaling en bloedsomloop waarbij er een afname is van het aantal gevallen van astma en een vermindering van gevaar voor wiegendood. • Het stimuleren van de stofwisseling waarbij er een beter slaap- en eetpatroon zou zijn • Kruip-, loop- en andere bewegingsvaardigheden worden sneller ontwikkeld. • Waterpret bevordert de motoriek: kinderen leren hun lichaam kennen, ze bewegen meer, het spierstelsel wordt versterkt, de spanningen worden weggenomen, het hoofdje wordt langer omhooggehouden en trappelen is makkelijker. • Bewegen in water bevordert de vaardigheid, het evenwicht, de coördinatie, de lichaamskracht, de lichaamshouding en de waarneming.
Babymassage De ervaring aangeraakt te worden is voor de baby belangrijk voor het ontwikkelen van vertrouwen en zelfbewustzijn. De tastzin van de huid behoort, samen met het gehoor, tot de zintuigen die zich het eerst ontwikkelen en is in deze fase buitengewoon gevoelig. Inmiddels is het wetenschappelijk bewezen dat het huiden verbale contact tussen ouders en kind doorslaggevend is voor de totale ontwikkeling. Doel: • • • •
Bevorderen van de rust en ontspanning van een baby en zijn ouders De spieren blijven zacht en soepel Stimuleren van de doorbloeding Het gevoel van lichamelijke geborgenheid bevorderen
Praktisch De lessen kunnen gestart worden vanaf de leeftijd van 2 maanden. De watertemperatuur bedraagt 32° C, het zwemmen wordt beperkt van 15 tot maximaal 30 minuten (afhankelijk van de leeftijd). Zwem pampers zijn om hygiënische redenen verplicht. De prijs bedraagt 40 € / 5 lessen (verzekering inbegrepen). Het is het principe van een 5-beurten kaart. De lessen gaan door in het Jan Yperman Ziekenhuis, de dinsdag en donderdagmiddag van 13u tot 14u. De groepjes zijn beperkt tot maximum 6 baby’s, maar mama mag gerust de papa, of meter, of peter, of oma, of... meebrengen. Kinesist:
057 35 73 94 (enkel in de voormiddag)
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 53
8.
ADMINISTRATIE
Geboorteaangifte Emoties, nieuwe gevoelens en gedachten: er gaat, zo vlak na de geboorte van je kind, van alles door je heen. Toch is er iets wat je ondertussen niet mag vergeten: de geboorteaangifte doen, laat de gemeente weten dat ze een nieuwe inwoner heeft!
Wanneer? De geboorte van uw kind moet binnen vijftien dagen worden aangegeven bij de burgerlijke stand van de stad Ieper. In deze vijftien dagen zijn de zaterdagen, de zondagen en de wettelijke feestdagen inbegrepen. De dag van de geboorte zelf wordt niet in die vijftien dagen meegeteld. Indien de 15e dag op een zaterdag, een zondag of een feestdag valt, mag de termijn tot de eerstvolgende werkdag worden verlengd. Een tijdige aangifte van uw kind is heel belangrijk. Deze aangifte is noodzakelijk voor het ontvangen van kinderbijslag.
Door wie? De aangifte gebeurt door de vader, de moeder, of beide ouders samen. Er zijn geen getuigen nodig.
Wat hebt u nodig? • • • • •
•
De identiteitskaart van beide ouders Het aangifteformulier dat ter beschikking is op de materniteit Het trouwboekje Rekeningnummer ( voor eventuele cadeaucheque van de stad) Niet gehuwden, die samenwonen, nemen tijdens de zwangerschap best contact op met de Burgerlijke stand (het attest van de gynaecoloog met de vermoedelijke bevallingsdatum is hiervoor nodig) Een tweede en volgende namen worden gevraagd, maar zijn niet verplicht.
Welke documenten ontvangt u bij aangifte? • • • •
Een attest bestemd om kraamgeld en kinderbijslag aan te vragen Een attest bestemd voor het ziekenfonds Bijkomende geboorteattesten Een formulier: ‘inenting tegen polio’. Deze inenting is wettelijk verplicht. Na de volledige inenting moet het formulier ingevuld worden door de arts en teruggestuurd worden naar de Gezondheidsdienst van uw gemeente of stad.
Burgerlijke stand: Ieper: stadhuis Grote Markt – tel 057/ 23 92 12 Open: maandag tot vrijdag: van 8.30 tot 12.30u zaterdag: van 8.00 tot 12.00u dinsdagnamiddag: van 14 tot 18u
Het dopen van uw baby Gedurende uw verblijf in de Materniteit kunt u, zo gewenst, uw kindje in het ziekenhuis laten dopen. Dit kan elke dag behalve op woensdag en zondag. De priester van het ziekenhuis, EH M. Dehondt, kan de viering verzorgen, maar u kan dit ook vragen aan een door uw gekende priester. In het laatste geval dient u zelf contact op te nemen met deze priester. De kaars en het scapuliertje worden aangerekend via de factuur, tenzij u deze zelf meebrengt. Indien u na de plechtigheid in de Bistro koffie en taart wenst, kunt dit best op voorhand aldaar reserveren. (maximum 20 personen, kostprijs: 5 € per persoon, ter plaatse te betalen)
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 54
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 55
Materniteit Jan Yperman Ziekenhuis Briekestraat 12 • 8900 Ieper
Route 17 • T: 057 35 60 61
www.yperman.net 17.009N-140701 Diensthoofd Gynaecologie
onthaalbrochure materniteit JYZ • p. 56