Dienst Pathologische Anatomie Jan Yperman Ziekenhuis
Laboratoriumgids
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
INHOUDSTABEL 1
Inleiding ........................................................................................................................ 3
2
Vestiging ....................................................................................................................... 3
3
Artsen ............................................................................................................................. 3
4
Bereikbaarheid en beschikbaarheid............................................................. 3
5
Onderzoeken verricht door de dienst Pathologische Anatomie .. 4 5.1
Histologische onderzoeken:.................................................................................. 4
5.2
Cytologische onderzoeken: ................................................................................... 4
5.3
Moleculair onderzoeken: ........................................................................................ 4
5.4
Onderzoeken in onderaanneming ..................................................................... 4
5.5
Klinische autopsies .................................................................................................... 4
6
Richtlijnen voor behandeling en transport van monsters .............. 5 6.1
Fixeren van weefsels – histologisch materiaal ......................................... 5
6.2
Specifieke behandeling voor histologisch materiaal ............................. 5
6.3
Behandelen van vochten – cytologisch materiaal ................................... 7
6.4 Afname en fixatie van materiaal afkomstig van de baarmoederhals/vagina - ‘cervix uitstrijkjes’ ........................................................ 9
7
Aanvraagformulieren .......................................................................................... 10 7.1
Types aanvraagformulieren ................................................................................ 10
7.2
Invullen aanvraagformulier ................................................................................ 10
7.3
Aanvraag tot bijkomende onderzoeken ...................................................... 11
8
Richtlijnen i.v.m. fixatieduur van het monster ................................... 11
9
Monsterverzameling en transport ............................................................... 12 9.1
Interne afhaling van monsters ......................................................................... 12
9.2
Externe ophaling van monsters........................................................................ 12
10
Afnamemateriaal en recipiënten.............................................................. 13
11
Rapportering ........................................................................................................ 13
12
Doorlooptijd (TAT= Turn Around Time) .............................................. 14
13
Uitbesteding van diensten ........................................................................... 15
14
Heeft U een vraag of een klacht?............................................................. 16
Bijlage 1: Formulier ‘Aanvraag voor afnamemateriaal’ ......................... 17
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
2/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
1 Inleiding Het laboratorium voor Pathologische Anatomie (PA) voert verschillende onderzoeken uit. Deze gids biedt een overzicht van de diverse onderzoeken en geeft richtlijnen voor de aanvragende arts over de wijze van aanvragen, de wijze van monstername en over de bewaar- en transportcondities van de monsters. Deze gids wordt ter beschikking gesteld via intranet en internet.
2 Vestiging De Dienst Pathologische Anatomie is te bereiken op het gelijksvloers via route 96: vzw Jan Yperman Ziekenhuis Briekestraat 12 8900 IEPER secretariaat fax. mail internet
057/35 73 50 057/35 73 59
[email protected] www.yperman.net
3 Artsen Dr. K. Cokelaere Dr. S. Deloose
Laboratorium directeur/diensthoofd Patholoog-anatoom
057/35 73 52
[email protected]
057/35 73 53
[email protected]
4 Bereikbaarheid en beschikbaarheid Het laboratorium is dagelijks open van 7.15 u. tot 17.45 u. Tijdens de week buiten de openingsuren en in het weekend kan voor dringende zaken zoals vriescoupes en autopsies, steeds een patholoog-anatoom worden bereikt via de ziekenhuisreceptie 057/35 35 35 of buiten de openingsuren via de spoedgevallendienst. Openingstijden secretariaat: 8.30 u. tot 17.00 u. secretariaat laboratorium medewerker laboratorium medewerker dect Dr. K. Cokelaere Dr. S. Deloose Koerier
057/35 73 50 057/35 73 58
[email protected]
057/35 73 55 057/35 73 52 057/35 73 53 Via secretariaat bereikbaar
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
3/17
[email protected] [email protected]
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
5 Onderzoeken verricht door de dienst Pathologische Anatomie De dienst Pathologische Anatomie verricht volgende onderzoeken voor huisartsen en geneesheer-specialisten:
5.1 Histologische onderzoeken: Histopathologisch onderzoek op paraffinecoupes Histopathologisch onderzoek op vriescoupes Histochemisch onderzoek Immuunhistochemisch onderzoek op paraffine- en op vriescoupes Immuunfluorescentie onderzoek In situ hybridisatie: EBV
5.2 Cytologische onderzoeken: Cytopathologisch onderzoek van punctievochten, brushings en fijne naald aspiratie materiaal (FNAC) Immuuncytochemisch onderzoek Diagnostische cytologie en screeningscytologie van cervico-vaginaal materiaal
5.3 Moleculair onderzoeken: HPV genotypering van 37 types low&high risk HPV DNA HPV screening voor 13 types high risk HPV DNA HPV mRNA
5.4 Onderzoeken in onderaanneming cytogenetisch onderzoek EGFR-mutatie analyse electronen microscopisch onderzoek flow-cytometrie Her-2/Neu ISH K-RAS mutatie analyse Microsatelliet instabiliteit bij colontumoren PCR hematologische aandoeningen
5.5 Klinische autopsies
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
4/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
6 Richtlijnen voor behandeling en transport van monsters Voorgevulde formolpotjes, aanvraagformulieren, lege recipiënten, gebufferde formol en andere fixatieven enz… worden ter beschikking gesteld door het laboratorium op eenvoudige vraag. Zie verder onder ‘Afnamemateriaal en recipiënten’.
6.1 Fixeren van weefsels – histologisch materiaal Voor routine histologisch onderzoek dienen alle weefsels (bijv. biopten, resectie specimens …) gefixeerd te worden in gebufferde formol en dit onmiddellijk na afname van het monster. Gelieve het uur van de ‘fixatie start’ te noteren op het aanvraagformulier. Gefixeerd materiaal mag verder bewaard worden op kamertemperatuur. Het verdient aanbeveling een 10-voudig volume van het biopt of excisie materiaal aan fixatievloeistof te gebruiken. Voor sommige onderzoeken kan het nodig zijn het weefsel ongefixeerd aan te leveren. Het transport naar het labo dient dan onmiddellijk te gebeuren. Indien transport niet onmiddellijk mogelijk is, dan kan voorlopige bewaring in een koelkast (4°C) gebeuren op voorwaarde dat uitdroging van het weefsel voorkomen wordt (kleine biopten op vochtig doekje met fysiologische oplossing). Verwittig in dit geval steeds een patholooganatoom. De nodige regelingen zullen getroffen worden om ook deze biopten adequaat te verwerken en zo spoedig mogelijk te fixeren.
6.2 Specifieke behandeling voor histologisch materiaal Voor volgende onderzoeken is afhankelijk van het soort onderzoek een verschillende behandeling nodig: 1. Peroperatoir spoedonderzoek (‘Vriescoupe’): o Vers (niet gefixeerd) in een recipiënt voorzien van identificatie. o Voor punctiecilinders of andere zeer kleine fragmentjes: op een met fysiologische oplossing bevochtigd gaasje 2. Borsttumorectomie/mastectomie: o Tijdens de openingsuren: zo snel mogelijk vers (niet gefixeerd), persoonlijk afleveren aan een laboratorium medewerker (lamelleren en fixatiestart gebeurt in laboratorium) o Indien dit niet mogelijk is (buiten openingsuren): fixeren in ruime hoeveelheid gebufferde formol vermelden van datum en uur fixatiestart op aanvraagformulier. o Zie ook verder punt 8 ‘Aanbeveling i.v.m. fixatieduur van het monster’ 3. Botboor en Beenmergbiopten (stolsel): Fixeren in B Plus Fix® oplossing. Deze oplossing is verkrijgbaar in het labo. Vermeld datum en het beginuur van fixatie in B Plus Fix®.
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
5/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
4. Curettagemateriaal e.d. voor cytogenetisch onderzoek: o Vers (niet gefixeerd) in een gesloten recipiënt onmiddellijk naar het labo brengen (intern). Vermeld ‘cytogenetisch onderzoek’ op aanvraagformulier. Indien niet vermeld op aanvraagformulier wordt het materiaal gefixeerd! o Indien dit niet mogelijk is: labomedewerker op de hoogte brengen van aanwezigheid niet gefixeerd materiaal in verzamelbox. o Desnoods weefsel in koelkast bewaren (cfr. Supra). o Sommige diensten beschikken of het juiste bewaarmedium voor cytogenetisch onderzoek. Deze dienst is dan zelf verantwoordelijk voor de verdere afhandeling van het monster. 5. Huidbiopten met klinisch vermoeden van vasculitis of systeemziekten: immuunfluorescentie - onderzoek op vriescoupes: o Vers (niet gefixeerd) in een gesloten recipiënt onmiddellijk naar het labo brengen (intern) o op een met fysiologische oplossing bevochtigd gaasje onmiddellijk naar het labo brengen o in transportmedium (Euro Collins®, beschikbaar in het laboratorium) indien het om een externe biopsie gaat. 6. Lymfeklieren, weke delen tumoren, materiaal verdacht op hematologische maligniteit/sarcoom: o Vers (niet gefixeerd) in een gesloten recipiënt onmiddellijk naar het labo brengen o Voor punctiecilinders: op een met fysiologische oplossing bevochtigd doekje. 7. Nierbiopten: immuunfluorescentie-onderzoek op vriescoupes: o op een met fysiologische oplossing bevochtigd gaasje onmiddellijk naar het labo brengen o in transportmedium (Euro Collins®, beschikbaar in het laboratorium), zeker in transportmedium indien het om een externe biopsie gaat! 8
Spier- en zenuwbiopten: o Vers (niet gefixeerd) o Voor deze weefsels moet (door de dienst pathologische anatomie) speciaal transport geregeld worden naar UZ Gent. o Breng de verantwoordelijke patholoog-anatoom de voorafgaande werkdag op de hoogte dat er een vers spier/zenuwbiopt gepreleveerd zal worden zodat de nodige schikkingen kunnen getroffen worden voor een vlot transport.
9. bij alle weefsel waarvan een deelmonster dient te worden genomen om door te sturen naar een labo voor Klinische Biologie (bijv. moleculaire biologie voor hematogische maligniteit) o Vers (niet gefixeerd) in een gesloten recipiënt onmiddellijk naar het labo brengen.
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
6/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
6.3 Behandelen van vochten – cytologisch materiaal Voor materiaal afkomstig van de baarmoederhals/vagina: zie volgend punt 6.4 Een geschikt fixatief voor vochten is Cytolyt®, een gebufferde conserveringsoplossing op basis van methanol die ook RBC lyseert en slijm oplost en precipitatie voorkomt van eitwitten. Deze oplossing handhaaft de morfologie gedurende 8 dagen bij kamertemperatuur. Voorgevulde Cytolyt®tubes bevatten ongeveer 30 ml fixatief. Er kan bijgevuld worden tot 50 ml. Dit is een goede verhouding voor de fixatie (1:3). Geen fixatievloeistof uit de tube verwijderen om het monsters erbij te kunnen voegen! Gebruik desnoods meerdere tubes. Het vocht kan ook niet gefixeerd in de koelkast bewaard worden en dan zo vlug mogelijk naar de dienst pathologische anatomie gebracht worden. Borst(cyste) puncties en klierpunctie (vocht), FNA: materiaal overbrengen in voorgevulde Cytolyt®tube. Spuit en naald goed naspoelen. Geen naalden in de Cytolyt®tube deponeren. Bronchusaspiraten, lavages en spoelingen: indien dit de dag zelf nog afgehaald wordt, vers laten; anders overbrengen in voorgevulde Cytolyt® tube(s). Bronchusborstelingen: borsteltje overbrengen in voorgevuld PreservCyt®potje Gewrichtsvocht (indien onderzoek naar aanwezigheid van kristallen): vers naar het laboratorium brengen of in frigo bewaren tot transport. Lumbaal vocht: Breng de hoeveelheid vocht voor cytologisch onderzoek onmiddellijk na afname in een PreservCyt®potje met aanduiding L.V. Dit hoeft niet onmiddellijk naar het labo gebracht te worden. Pleuravocht en Ascitesvocht: sereuze vochten, indien de dag zelf nog een afhaling gebeurt, ongefixeerd laten. Anders fixeren met Cytolyt® . Indien geen fixatief beschikbaar, in koelkast bewaren. Sputum: Het sputum wordt best op een drietal opeenvolgende dagen onderzocht. Het verse sputum fixeren met alcohol. (bijv. alcohol 95 %) Schildklierpuncties: Uitstrijkjes ter plaatse maken en laten drogen aan de lucht. Identificeer ook de glaasjes met potlood. Restmateriaal in tube met Cytolyt® overbrengen. Spuit en naald goed naspoelen. Geen naalden in de Cytolyt®tube deponeren. Urine:
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
7/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
De tweede ochtendurine is geschikt voor cytologisch onderzoek. In de eerste ochtendurine zijn veel gelyseerde cellen aanwezig. o Het afgenomen urinemonster ter plaatse mengen met een gelijke hoeveelheid (50/50) alcohol (bijv. alcohol 95 %). o Voor externe laboratoria en sommige diensten wordt ook een urinefixatief ter beschikking gesteld welke in een verhouding 1:5 met de urine wordt vermengd. (4 delen urine + 1 deel fixator). o Indien met Cytolyt® gefixeerd wordt, kan geen hematurie aangetoond worden (lyseert immers de RBC).
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
8/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
6.4 Afname en fixatie van materiaal afkomstig van de baarmoederhals/vagina - ‘cervix uitstrijkjes’ Het onderzoeken van materiaal van de baarmoederhals/vagina gebeurt o.a. door het vervaardigen van een dunnelaag preparaat. De afname gebeurt met een kunststoffen Cervix-Brush®. Neem een geschikt monster van de baarmoederhals door de borstel voorzichtig 5 keer met de klok mee te draaien. De borstel wordt afgespoeld in het potje met PreservCyt Solution®. Druk de borstel een 10 tal keer tegen de bodem van het potje zodat de haren zich voldoende kunnen spreiden. Beweeg de borstel tenslotte stevig heen en weer zodat het materiaal verder loslaat. Laat de BORSTELKOP NIET in het potje zitten! Sluit het potje goed af (zwarte markeringslijn op deksel en potje vormen één lijn) om lekkage te voorkomen. Cellen in PreservCyt® oplossing kunnen ongeveer 3 weken bij een temperatuur van 4°-37°C bewaard worden. Deze info is eveneens beschikbaar op www.thinprep.com/hcp/specimen_collection/broom_like_device.html en in “The ThinPrep Pap Test Sample Collection Training” op volgende link. Breng een duidelijke identificatie aan op het potje. Vul het aanvraagformulier in met relevante klinische inlichtingen. Correct aangebrachte etiketten zijn noodzakelijk voor een vlotte automatische verwerking van de potjes. Daarom graag volgende aandachtspunten voor duidelijke identificatie: Ofwel patiënten etiket op het potje kleven op voorwaarde dat - het etiket niet op het deksel gekleefd wordt - het etiket mooi effen = zonder plooien, gekleefd wordt Ofwel de naam van de patiënt op het potje schrijven in de daarvoor voorziene zone Bij afwijkingen van het normale screeningsinterval (RIZIV nomenclatuur: 1 x/ 2 kalenderjaren) dient een informed consentformulier op de ommezijde van het aanvraagformulier te worden ingevuld en ondertekend door de patiënt. HPV aanvragen worden geschreven door de pathologen-anatomen in functie van het cytologie restutaat. Indien de patiënt zelf uitdrukkelijk een HPV typering wenst, dient dit duidelijk vermeld te worden op de aanvraag. Merk hierbij op dat enkel de PreservCyt® oplossing gevalideerd is voor het gebruik met de Lineair Array® HPV Genotyping Test. Het testresultaat bij andere fixativa is onder voorbehoud.
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
9/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
7 Aanvraagformulieren Het laboratorium beschikt over 2 aanvraagformulieren.
7.1 Types aanvraagformulieren -
Histologisch - cytologisch onderzoek (blauw kaft) voor diensten zoals OP, dermatologie, poli interne geneeskunde e.a. Histologisch – cytologisch onderzoek en gynaecologische cytologie (licht blauwe kaft) met informed consentformulier op ommezijde: voor gynaecologen en huisartsen.
7.2 Invullen aanvraagformulier Een aanvraag voor onderzoek dient schriftelijk te gebeuren. Een correct ingevuld en ondertekend aanvraagformulier is noodzakelijk. Het monster zelf (recipiënt) dient ook correct geïdentificeerd te worden met de gegevens van de patiënt. Het aanvraagformulier bevat volgende gegevens: - naam, voornaam, geboortedatum, geslacht, adres, mutualiteitsgegevens van de patiënt (opnamesticker kleven of klever van de mutualiteit) - naam, voornaam, adres, RIZIV identificatienummer aanvragende arts - handtekening van de aanvragende arts - aard van het onderzoek (biopsie, cytologie,…) afhankelijk van de aard van het monster - anatomische plaats van de monsterafname - relevante klinische informatie. Indien vriescoupe gewenst, hier ‘VRIESCOUPE” verzoek noteren en het telefoonnummer waar het resultaat kan doorgebeld worden. - Datum van voorschrift en datum van afname indien deze verschillend is van datum voorschrift. Ook het tijdstip van de start van de fixatie (vnl. van belang bij puncties van borstletsels/borsttumoren) invullen in voorziene zone. - kopij te versturen naar …, hierbij moeten de identificatie gegevens van de artsen die een kopij wensen te ontvangen, duidelijk en leesbaar vermeld worden. - ‘Dringende’ aanvraag: indien het vakje ‘DRINGEND’ wordt aangevinkt, zal een eerste resultaat van het onderzoek voor biopsies de volgende werkdag in de voormiddag telefonisch meegedeeld worden, voor cytologisch onderzoek wellicht de dag zelf of zoals bij biopsies de volgende werkdag in de voormiddag. Er kan ook telefonisch contact opgenomen worden met een patholoog-anatoom i.v.m. de dringendheid. - Bij het invullen van een aanvraag voor een baarmoederhals onderzoek kan het, zoals onder 6.4 vermeld, noodzakelijk zijn het informed consentformulier in te vullen op de ommezijde van het aanvraagformulier. Onvolledig ingevulde aanvraagformulieren worden geregistreerd als non-conformiteiten en worden eventueel voor verdere aanvulling terug gestuurd naar de aanvrager. Bepaalde non-conformiteiten worden in het uiteindelijke rapport vermeld.
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
10/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
Bij gekend besmettingsgevaar met een hoog risico infectieus agens (T.B.C., H.I.V., Hepatitis C virus, …) vragen we dit duidelijk te vermelden onder klinische gegevens op het begeleidende aanvraagformulier.
7.3 Aanvraag tot bijkomende onderzoeken Bijkomende onderzoeken, bvb EGFR kleuring, FISH testen, consulten, foto’s … dienen steeds aangevraagd te worden op het aanvraagformulier. Ze kunnen eventueel achteraf nog bijkomend worden aangevraagd via het secretariaat. Let op voor FISH onderzoeken en k-RAS bepaling: noodzaak van fixatie met gebufferde formol.
8 Richtlijnen i.v.m. fixatieduur van het monster Het is belangrijk van zodra het weefsel, het vocht of de cellen afgenomen werden deze zo spoedig mogelijk te fixeren. Dit om de beoordeling van het monster te optimaliseren en aanvullende onderzoeken mogelijk te maken. Zeker bij borsttumoren/mastectomie specimen is de fixatieduur van belang voor de HER2 Testing. (Belgian Guidelines on HER2 FISH testing, Colpaert et al.): • Gelieve voor borsttumoren dus het STARTUUR VAN FIXATIE te vermelden. Een optimale fixatieduur is tussen de 6 en 48 u. voor resectiespecimens, 1 u voor punctiecilinders. • Fixatief: neutraal gebufferde formol • Zie richtlijnen bij behandeling van borstweefsel (punt 6.2.2)
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
11/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
9
Monsterverzameling en transport
Onderscheid wordt gemaakt tussen afhaling van monsters van binnen het ziekenhuis en extern monsters.
9.1 Interne afhaling van monsters Binnen het ziekenhuis voert een laboratoriummedewerker dagelijks meerdere ophaalrondes uit. -
Operatiekwartier: monsters en aanvraagformulieren worden op een verzamelpunt in een box geplaatst. Afhaling gebeurt 1x ’s morgens en minstens 1x in de namiddag. De laatste afhaalronde is omstreeks 16.45 u. Indien hierna nog ‘dringende monsters’, ‘droog materiaal’… in de box geplaatst worden, gelieve hiervan een laboratorium medewerker of een patholoog-anatoom te verwittigen.
-
Polikliniek: monsters en aanvraagformulieren worden op de verschillende disciplines in een verzamelbox geplaatst. Afhaling zoals hierboven.
-
Klinisch laboratorium: afhaling zoals hierboven.
-
Monsters van de polikliniek campus Maria Ziekenhuis Poperinge worden via een pendeldienst mee verstuurd.
Niet gefixeerde, dringende, verse en/of kritische monsters worden -ofwel steeds persoonlijk overhandigd aan een laboratorium medewerking met vermelding wat en/of waarom. -ofwel op afroep (telefonisch 7358) opgehaald.
9.2 Externe ophaling van monsters -
Gefixeerde monsters: worden door de koerier van de externe arts, huisarts of extern laboratorium naar het Labo Pathologie getransporteerd.
-
Paraffine blokjes/coupes: worden per post of per koerier opgestuurd naar de dienst pathologische anatomie, voldoende beschermd verpakt (bijv. in beschermende enveloppe). Hierbij is een begeleidende brief noodzakelijk.
-
Verse/ niet gefixeerde monsters voor specifieke onderzoeken: worden na voorafgaande afspraak door een koerier van het Labo Pathologie van de externe geneesheer specialist naar het laboratorium gebracht. Er dienen hierbij goede afspraken met de koerier gemaakt te worden, gezien de beoordeling zeer sterk bemoeilijkt wordt indien de tijd tussen afname en fixatie > 1 uur is.
-
Preparaten voor screening: pendeldienst door de koerier van het labo.
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
12/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
10 Afnamemateriaal en recipiënten Het laboratorium stelt afnamemateriaal en recipiënten ter beschikking van de aanvrager voor pathologisch anatomisch onderzoek. Deze kunnen dagelijks afgehaald worden op de dienst of worden afgeleverd door een laboratoriummedewerker. Aanvraag gebeurt hetzij met formulier in bijlage 1, hetzij telefonisch. Beschikbare afnamematerialen, recipiënten en fixatieven: zie hiervoor bijlage 1 De dienst pathologische anatomie bezorgt de aanvrager de eerstkomende werkdagen de gevraagde materialen. In geval de gevraagde goederen niet binnen de week geleverd kunnen worden, wordt de aanvrager telefonisch op de hoogte gebracht. Informatie over levertermijn en alternatieven worden hierbij gegeven. Het formulier in bijlage 1 kan ingevuld terug aan het laboratorium bezorgd worden.
11 Rapportering Elk verslag wordt elektronisch gevalideerd door de patholoog-anatoom. Het wordt al dan niet elektronisch doorgestuurd naargelang de aanvragende arts. Een uitgeprint verslag wordt ondertekend door de patholoog-anatoom. Niet gevalideerde resultaten worden enkel door de patholoog-anatoom meegedeeld. Naargelang de vraag van de aanvragende arts wordt het verslag elektronisch doorgestuurd (Medibridge,…), ter beschikking gesteld in het elektronisch ziekenhuisdossier (C2M) of afgedrukt en per post (intern/extern) verstuurd. Aan de patiënt zelf worden geen resultaten meegedeeld! Hiervoor wordt altijd doorverwezen naar de aanvragende/behandelende arts.
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
13/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
12 Doorlooptijd (TAT= Turn Around Time) Monsters voor histologisch onderzoek en vochten ontvangen voor 16.45 u op de dienst pathologische anatomie en die voldoende gefixeerd (en geen ontkalken e.d. behoeven) zijn, worden de dag zelf technisch verwerkt. De volgende werkdag is doorgaans een eerste resultaat gekend. In sommige gevallen zijn bijkomende (immunohistochemische) kleuringen nodig. Dit vereist nog minstens één extra dag. Van cytologische monsters afkomstig van de baarmoederhals wordt doorgaans dezelfde of de daaropvolgende dag gestart met de verwerking. De antwoordtijd is de tijd nodig tussen de start van het onderzoek en de beschikbaarheid van het gevalideerd rapport (in werkdagen (d), weken (w) of maanden (m)
Biopten en niet cervix cytologie Chirurgische resectiespeciments Cervix cytologie Specifieke testen HPV typering van 37 types low&high risk HPV DNA HPV screening voor 13 types high risk HPV DNA HPV mRNA IF HercepTest (Dako) EBER Autopsie
Antwoordtijd 1à2d
Frequentie van uitvoeren dagelijks
2à3d
dagelijks
1à5d
dagelijks
Antwoordtijd 10 d
Frequentie van uitvoeren 2/week
4w
1/maand
4w 3d 2w 4w 1m
1/maand 2/week wekelijks 1/maand op vraag
Voor uitbestede onderzoeken (bijvoorbeeld elektronen microscopisch onderzoek) gelden de doorlooptijden van de betrokken laboratoria of diensten.
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
14/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
13 Uitbesteding van diensten Voor onderzoeken welke niet door het Labo Pathologie worden uitgevoerd, doen we beroep op andere diensten.
Overzichtstabel van uitbestede diensten Laboratorium (naam, adres) Centrum Menselijke Erfelijkheid Leuven U.Z. Gasthuisberg Herestraat 49 3000 Leuven Dienst Klinische Biologie AZ Groeninge Pres. Kennedylaan 4 8500 Kortrijk Dienst Klinische Biologie AZ ST Jan AV Afdeling Hematologie Ruddershove 10 8000 Brugge Dienst Pathologische Anatomie K.U.L. Minderbroederstraat 12 3000 Leuven Dienst Pathologische Anatomie UZA Wilrijkstraat 10 2650 Edegem Dienst Pathologische Ontleedkunde Heilig Hart Ziekenhuis Wilgenstraat 2 8800 Roeselare Anatoom Pathologische Dienst U.Z. Gent De Pintelaan 185 9000 Gent UZ Brussel Laarbeeklaan 101 1090 Brussel
Test die wordt doorverwezen Karyotypering van weke delen en miskraamproducten.
Flow cytometrie-hematologische maligniteiten PCR hematologische maligniteiten
Microsatelliet instabiliteit bij colontumoren K-RAS mutatie analyse
HER2 FISH
Spier-en zenuwbiopten en electronenmicroscopisch onderzoek
Elektronen microscopisch onderzoek
Bij uitbestede onderzoeken wordt het resultaat van de uitbestede dienst in een aanvullend verslag overgenomen.
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
15/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
14 Heeft U een vraag of een klacht? Voor algemene vragen, klachten en suggesties voor verbetering van onze dienstverlening, houden wij ons ter beschikking. secretariaat fax. mail
057/35 73 50 057/35 73 59
[email protected]
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
16/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011
Laboratoriumgids
Dienst Pathologische Anatomie
Bijlage 1: Formulier ‘Aanvraag voor afnamemateriaal’ Beschikbare afnamematerialen, recipiënten en fixatieven: Voor histologisch onderzoek ……x Aanvraagformlieren biopsie (blauwe kaft) ……x Aanvraagformlieren biopsie + cytologie (licht blauwe kaft) ……x Lege recipiënten met rode dop, 60 ml: diverse doeleinden /zak 100 ……x Lege recipiënten met blauwe schroefdop: 180 ml ……x Weefselcontainer 1 L ……x Weefselcontainer 2,5 L ……x Weefselcontainer 4 L ……x Weefselcontainer 10 L ……x Bidon gebufferde formol 10 L ……x Met gebufferde formol voorgevulde potjes 60 ml (per 81 stuks) ……x Potjes Euro Collins® Oplossing A en B. Voor Cytologisch onderzoek ……x Voorgevulde Cytolyt® tubes: cytologisch fixatief ……x Voorgevulde PreservCyt® potjes voor lumbaal vocht. ……x Voorgevulde potjes met alcohol (lichtblauw schroefdeksel): voor urine en sputum ……x Preparaatmapjes (karton) voor 10 gl ……x Duomapjes (plastiek) voor 2 gl ……x Draagglaasjes ……x Urinefixatief (enkel beschikbaar voor laboratoria) Voor Gynaecologische cytologie: ……x Aanvraagformulieren biopsie/cytologie + gynaecologische cytologie (licht blauwe kaft) ……x PreservCyt® potjes (voor baarmoederhals preparaten) per 25 potjes ……x PreservCyt® potjes (voor baarmoederhals preparaten) doos 250 potjes ……x Cytobrush® (zak van 50 stuks) – standaardborsteltje ……x Cytobrush® (doos van 10 x 50 stuks) – standaardborsteltje ……x CervixBrush® (langwerpige borsteltje voor afname endocervicale cellen - zak van 50 stuks) ……x Gynobrush® (conisch borsteltje op metaal voor afname endocervicale cellendoos van 10 x 10 stuks) ……x Kunststof spatels (doos 100 stuks)
Identificatie van aanvrager: Naam – stempel
Laboratoriumgids v2 – Versie 2 van 14-03-2011
Datum: ……./……/……
17/17
Afgedrukt document enkel geldig op datum van afdruk. Afgedrukt op 18-3-2011