Zorgplan 2011 Rudolf Steiner College
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING.................................................................................................................. 3 ZORGSTRUCTUUR ................................................................................................... 4 Niveau 1: Mentoren en leerkrachten ....................................................................... 4 Niveau 2: Het zorgadviesteam Intern en extern aanvullen ..................................... 4 Niveau 3: Externe hulp ............................................................................................ 4 ZORGTRAJECT ......................................................................................................... 5 1. Stappenplan begeleiding ..................................................................................... 5 2. Leerlingen met specifieke hulpvragen ................................................................. 5 Dyslexie .................................................................................................................. 5 Dyscalculie .............................................................................................................. 6 Leerlingen met leerachterstand. .............................................................................. 6 Leerlinggebonden financiering (rugzakleerlingen) .................................................. 7 Signalering .............................................................................................................. 7 TAAKOMSCHRIJVINGEN .......................................................................................... 8 Niveau 1: Mentoren en leerkrachten ....................................................................... 8 Niveau 2: Het zorgadviesteam ................................................................................ 9 Niveau 3: Externe hulp ...........................................................................................12 Bijlagen ......................................................................................................................14 AANMELDINGSFORMULIER ................................................................................14 HANDELINGSPLAN ................................................................................................. KWADRANTENMODEL .........................................................................................16
2
INLEIDING Het Rudolf Steiner College is een vrijeschool voor voortgezet onderwijs voor vwo, havo en vmbo-tl. Wettelijk gesproken behoren we tot het algemeen bijzonder onderwijs. Onze school staat open voor mensen van alle levensbeschouwingen. We zijn een ’bijzondere school’, omdat er wordt gewerkt vanuit een ontwikkelingsgerichte visie op de jonge mens die gebaseerd is op het mensbeeld van Rudolf Steiner . De levensfase van 12-18 jaar is van groot belang in de ontwikkeling van schoolkind tot volwassen mens. Als vrijeschool voelen wij ons verantwoordelijk voor een goede invulling en begeleiding bij deze levensfase. Op hun weg naar volwassenheid begeleiden we onze leerlingen te worden tot sociaal bewuste, maatschappelijk betrokken en innerlijk vrije mensen die zichzelf en hun idealen hebben leren kennen. Het gaat in ons onderwijs met zijn motto ‘Worden wie je bent’ om de veelzijdige ontplooiing van de jonge mens. Ons onderwijs spreekt doelbewust het denken, het gevoelsleven en het wilsleven van de leerling aan. Er wordt gewerkt vanuit een houding van aandacht voor het wezen van het kind, voor de mens die hij of zij kan worden. De school ontvangt leerlingen uit de zes vrijescholen voor basisonderwijs (ca. 50% van de instroom) en leerlingen uit ander basisonderwijs (ca. 50% van de instroom). Centraal in ons onderwijs staat de leraar als vakdocent, pedagoog en begeleider van onze leerlingen. Het Vrijeschoolleerplan omvat een breed spectrum, zodat de leerling alle aspecten wordt geboden om de eigen persoonlijkheid te vormen. Dit komt tot uitdrukking in bijzondere vakinhouden en een rijk aanbod van ambachtelijke en kunstzinnige vakken. Deze vervullen een essentiële rol in de vorming van de leerling. In die zin zijn ze even onmisbaar als de kennisvakken. De school stelt zich ten doel dat elke leerling met zijn eigen aanleg en geaardheid de mogelijkheid krijgt zich optimaal te zijn wie hij of zij is en zich op onze school thuis te voelen. Extra zorg en begeleiding, Aan leerlingen met leer- en/of sociaal emotionele problemen wordt extra zorg en begeleiding geboden. De leerlingenzorg is gericht op drie aandachtsgebieden, te weten: Leerproces en studievaardigheidbegeleiding (‘leren leren’) Keuzebegeleiding (‘leren kiezen’) Sociaal-emotionele begeleiding (‘leren leven’) ‘Leren leren’ De leerlingbegeleider ondersteunt het leerproces van de leerling. Doel is om gesignaleerde belemmeringen te beperken of weg te nemen. Studievaardigheidbegeleiding maakt hier onderdeel vanuit. Waar nodig wordt door het zorgadviesteam extra expertise ingezet. ‘Leren kiezen’ Door het leren kennen van eigen kwaliteiten en persoonlijkheid leert de leerling kiezen voor wat op dat moment het beste bij hem of haar past. Tijdens de schoolloopbaan en bij de beroepskeuze. ‘Leren leven’ Een optimale ontwikkeling naar eigen aanleg en geaardheid vraagt in het sociaal-emotionele gebied een zekere mate van evenwichtigheid en gezondheid.
3
ZORGSTRUCTUUR De grondslag van de leerlingenzorg op onze school gaat uit van geïntegreerde leerlingenbegeleiding. Dat houdt in dat tegemoetkomen aan hulpvragen van leerlingen een integraal onderdeel is van het dagelijks werk van leraren, mentoren en andere medewerkers van de school. Binnen de structuur van de leerlingenbegeleiding onderscheiden we de volgende 3 niveaus.
Niveau 1: Mentoren en leerkrachten Zij zijn in de eerste plaats verantwoordelijk voor het welbevinden, de ontwikkeling en de voortgang van de leerling. Hier komen de lijnen tussen leerling, school en thuis samen. Dit is het belangrijkste eerste lijn niveau in onze zorg voor de leerlingen. Leerkrachten, leerlingen en ouders kunnen individueel initiatief nemen tot contact en gezamenlijk overleg. Het uitgangspunt hierbij is altijd, school en ouders staan gezamenlijk om de leerling heen. De ontwikkeling van de jonge mens is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid.
Niveau 2: Het zorgadviesteam Dit team wordt om advies gevraagd op het moment dat problemen van leerlingen (zowel op leergebied als op sociaal-emotioneel gebied) op het eerste niveau niet zijn op te lossen. Het kan hier gaan om advies voor individuele ondersteuning van de leerling (adviezen studiebegeleiding en/of gesprekken met de schoolmaatschappelijke werker of orthopedagoog) of om ondersteuning van de leraren en mentoren in hun begeleiding van een leerling. Het team komt 2 maal per maand bij elkaar. De ene keer met interne betrokkenen (zorgcoördinator, coördinator leerlingzaken, schoolmaatschappelijk werk, orthopedagoog en leerkracht) en de andere keer met de externe betrokkenen (schoolverpleegkundige, ambulant begeleider vanuit samenwerkingsverband en ambulant begeleider namens REC en leerplichtambtenaar Rotterdam)
Niveau 3: Externe hulp Externe hulp wordt ingeroepen wanneer de deskundigheid om een leerling adequaat te begeleiden binnen de school niet aanwezig is. Een leerling wordt door het zorgadviesteam in overleg met mentor, leerling en ouders verwezen naar externe hulpverlening.
4
ZORGTRAJECT Leerlingbegeleiding Geïntegreerde leerlingbegeleiding Omgaan met hulpvragen van leerlingen maakt een integraal onderdeel uit van het dagelijks werk van leerkrachten, mentoren en andere medewerkers van de school, waaronder onze leerlingbegeleiders.
1. Stappenplan begeleiding Wanneer de mentor of leerkracht merkt dat er extra hulp nodig is bij de begeleiding van een leerling wordt de leerling via de zorgcoördinator schriftelijk aangemeld bij het zorgadviesteam. De mentor stelt de ouders van deze aanmelding op de hoogte en vraagt toestemming. In de aanmelding worden genoemd: algemene gegevens van de leerling omschrijving van het probleem reeds ondernomen stappen omschrijving van de hulpvraag verwachtingen van de aanmelder Als de aanvraag compleet is en er een toelichting op de aanmelding is gegeven, wordt de leerling in de eerstvolgende vergadering van het zorgadviesteam besproken. Hiervan wordt een “Voortgangsverslag” gemaakt voor de mentor van de leerling, waarin de voorstellen vanuit het zorgadviesteam staan genoemd. Na overleg met de mentor wordt besloten welke stappen gezet zullen worden en wordt er een evaluatiedatum afgesproken. Alles wordt vastgelegd in een handelingsplan. (zie bijlage)
2. Leerlingen met specifieke hulpvragen Dyslexie Leerlingen die in het bezit zijn van een officiële dyslexieverklaring kunnen gebruik maken van de wettelijk toegekende faciliteiten, voor zover deze binnen de mogelijkheden van de school liggen.. Deze leerlingen krijgen een pas, zodat ze kunnen laten zien dat ze recht hebben op speciale behandeling. Op basis van de handelingsadviezen uit de dyslexieverklaring bekijkt de dyslexiecoach in overleg met leerling en mentor van welke faciliteiten de leerling gebruik kan maken. De handelingsadviezen worden uitgevoerd voor zover deze binnen de zorgstructuur mogelijk zijn. Tijdens de gehele schoolloopbaan worden leerlingen met dyslexie begeleid door de dyslexiecoach. Zie taakbeschrijving dyslexiecoach
5
Dyscalculie Op basis van de uitkomst van de ABC-toets wordt door de zorgcoördinator in overleg met de teamleider en de wiskundesectie besloten of een eerste advies voor begeleiding gegeven moet worden. De adviezen richten zich op het gebruik maken van een rekenmachine door de leerling in de 7e klas. Dit is bij ons regulier niet gebruikelijk om juist het hoofdrekenen tot vaardigheid te maken. Of - in de 8ste klas - deelname aan een wiskundedifferentiatie groep. In de differentiatie groep zijn leerstof, tempo en didactiek afgestemd op deze groep leerlingen.
Leerlingen met leerachterstand (LWOO). Instroom in klas 7. Leerlingen met een RVC-beschikking voor leerwegondersteuning die voor de 7e klas aangemeld worden kunnen in aanmerking komen voor een plaats in de Ambachtelijke Stroom. De klassengrootte is hier maximaal 18 leerlingen. Het leerplan in deze leerweg is gericht op meer individuele begeleiding en ontwikkeling en geeft de leerling een duidelijke structuur in het leren. Om profijt te kunnen hebben van deze leerweg moet de leerling affiniteit hebben met het ambachtelijke werken. Naast het gangbare Vrijeschoolleerplan wordt de lesstof in de vaklessen op verschillende niveaus aangeboden. Er is veel aandacht voor ‘het leren leren’, boeken blijven op school en het huiswerk wordt gemaakt onder supervisie van de mentor. Hiervoor zijn algemene klassenuren ingeroosterd. In samenspraak met de teamleider van de ambachtelijke stroom wordt de ontwikkeling en voortgang van de leerling bewaakt en gewaarborgd. Klas 7 en klas 8 Deze leerlingen krijgen in de 7e klas extra ondersteuning bij het ‘leren leren’ met name ook om de achterstanden goed in beeld te krijgen. In klas 8 krijgen de leerlingen die in aanmerking kwamen voor leerwegondersteuning een leerlingbegeleider toegewezen. De begeleider handelt vanuit een opgesteld handelingsplan. Het handelingsplan wordt twee keer per jaar geëvalueerd en eventueel bijgesteld. Bovenbouw In klas 9 en 10 worden leerlingen waarbij sprake is van leer- en didactische achterstand op kosten van de school 1 uur per week individueel begeleid door de remediaal specialist (RT). Leerling en begeleider spreken in overleg met mentor en zorgcoördinator af op welke gebieden de begeleiding moet worden ingezet. Van de begeleiding wordt wekelijks verslag gedaan. Aan het eind volgt een afsluitend begeleidingsverslag
Leerlingen met leer- of ontwikkelingsbelemmering De leerlingen met een gediagnosticeerde belemmering worden op grond van de onderzoeksgegevens zo goed mogelijk begeleid. Met de betreffende leerkrachten worden afspraken gemaakt hoe te handelen. De afspraken worden vastgelegd in een handelingsplan. Het handelingsplan wordt minimaal eenmaal per trimester geëvalueerd. De mentor is in eerste instantie verantwoordelijk voor overdracht van de noodzakelijke gegevens. Indien nodig kan ondersteuning gevraagd worden bij de zorgcoördinator.
6
Leerlinggebonden financiering (rugzakleerlingen) Via het zorgadviesteam krijgen leerlingen met leerlinggebonden financiering een leerlingbegeleider toegewezen, zodat er binnen school naast de eigen mentor nog een vast aanspreekpunt is. De leerlingbegeleider heeft wekelijks een contactmoment met de leerling en overlegt met ouders, mentor, leraren en ambulant begeleider wat de beste vorm van ondersteuning is. De ambulante begeleider zorgt voor de juiste ondersteuning op het specifieke probleemgebied. Voor al deze leerlingen wordt door de school een handelingsplan en door de ambulante begeleider een begeleidingsplan opgesteld. Begeleidings- en handelingsplan worden minimaal twee maal per jaar met ouders geëvalueerd. Voor de leerlingen waarbij tijdens het leerproces een vermoeden van een ontwikkelingsbelemmering ontstaat, wordt preventief ambulante begeleiding aangevraagd. Hierbij wordt gekeken wat er nodig is om het leerproces van de leerling zo goed mogelijk te laten verlopen en of leerlinggebonden financiering tot de mogelijkheden behoort. Dit traject wordt in nauw overleg met ouders en leerling gegaan.
Signalering Bij de signalering spelen de volgende zaken een belangrijke rol: Signaleringstoetsen klas 7 Om een mogelijke hulpvraag van leerlingen zo snel mogelijk in beeld te krijgen nemen we in de 7e klas signaleringstoetsen taal en rekenen af. Voor taal gebruiken we van de signaleringstoets behorende bij het Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs aangevuld met een toets voor begrijpend lezen (Diatekst). Op basis hiervan krijgen leerlingen een aanbod om mee te doen aan een begeleidingstraject. Bij het rekenen kijken we naar basisvaardigheden door middel van de ABC-toets. Signalering LWOO leerlingen in klas 7 In de loop van de 7e klas wordt gekeken of er bij leerlingen sprake is van leer- en didactische achterstanden. Een onderzoek moet dan uitwijzen of een leerling eventueel in aanmerking kan komen voor een RVC-beschikking voor leerwegondersteuning. Onderzoek en aanvraag worden in overleg gedaan met leerling en ouders. Op basis van instroomgegevens en de resultaten van het eerste rapport wordt door de orthopedagoog en de zorgcoördinator een aantal leerlingen geselecteerd om mee te doen aan een onderzoek naar leerwegondersteuning. Hiervoor wordt eerst een Drempelonderzoek afgenomen. Op basis van de uitkomst hiervan wordt gekeken welke leerlingen in aanmerking komen voor afname van een intelligentieonderzoek (NIO). De mentor Met name in klas 7 en 8 is er een nauwe band tussen de leerling en de eigen klassenleraar die twee jaar met de leerling/klas mee gaat. Hierdoor heeft de eigen klassenleraar goed zicht op de persoon van de leerling en zijn ontwikkelingsproces. Middenbouwteam In het overleg van het middenbouwteam, dat bestaat uit alle leraren van klas 7 en klas 8, wordt de voortgang van de leerling besproken. Leraren ondersteunen elkaar in het preciezer waarnemen en verwoorden van ontwikkelingskenmerken van leerlingen. Onder leiding van de teamleider wordt gezocht naar direct toepasbare pedagogische en didactische handelingen en begeleiding in de klas.
7
Leerlingbespreking in de pedagogische vergadering Binnen de lerarenvergadering die wekelijks plaats vindt is er de mogelijkheid om een leerling uitgebreider te bespreken. Dit kan op verschillende manieren: Op basis van een concreet probleem van (of met) een leerling wordt door de mentor een vraag geformuleerd. In overleg met de betrokken leerkrachten wordt naar een antwoord op deze vraag gezocht. Wanneer er een onduidelijk beeld is van het functioneren van een leerling wordt de leerling door de betrokken leerkrachten besproken met als doel meer helderheid te krijgen en te komen tot een advies voor de beste aanpak. Bij het verzamelen van de benodigde gegevens en de uitvoering van de adviezen speelt de mentor een centrale rol.
TAAKOMSCHRIJVINGEN
Niveau 1: Mentoren en leerkrachten Mentor De mentor is de spil in de leerlingbegeleiding. De mentor is contactpersoon van de leerling en eerste aanspreekpunt voor ouders, vakdocenten en anderen als het gaat om het functioneren van de leerling. Hij behoedt vooral de sociale processen en de individuele ontwikkeling en voortgang van de leerlingen uit zijn klas. Bij gecompliceerde en zeer specifieke aspecten van begeleiding kan de mentor een beroep doen op ondersteuning door het zorgadviesteam. Alvorens aan te melden bij het zorgadviesteam moet de mentor dit kenbaar maken aan de ouders/verzorgers van de betreffende leerling. De mentor blijft gedurende het zorgtraject aanspreekpunt voor ouders indien nodig bijgestaan door de zorgcoördinator. Vertrouwenspersoon Leerlingen, medewerkers en ouders kunnen bij de vertrouwenspersonen terecht voor een gesprek en advies. Met name als het kwesties betreft die men niet in eerste instantie wil bespreken met de mentor van het kind. De vertrouwenspersonen zijn er voor problemen als mishandeling, seksuele intimidatie of seksueel misbruik. Zo nodig verwijzen zij door naar professionele hulpverlening of het zorgadviesteam van de school. Is er sprake van situaties vallende binnen de drie genoemde categorieën dan wordt altijd professionele hulp ingeschakeld en melding gedaan bij het AMK. Decaan De decaan vormt de spil van de keuzebegeleiding en geeft interne en externe voorlichting. Hij begeleidt leerlingen bij vragen rond: keuze vakkenpakketten, vervolg studies en/of aansluiting onderwijs en werk. Hij organiseert en coördineert projecten op het terrein van oriëntatie en aansluiting vervolgopleidingen voor leerlingen. In de leerjaren klas 9 en klas 10 (3e en 4e leerjaar) worden er lessen verzorgd om de leerlingen in hun keuzes te ondersteunen en hen te wijzen op de verschillende mogelijkheden die er zijn. De decaan is aanspreekpunt voor ouders waar het vervolg opleidingen betreft. De decaan begeleidt de leerling ook bij een overstap naar een andere school.
8
Coördinator leerlingenzaken Klasoverstijgende gebeurtenissen, met name op disciplinair gebied (verzuim, ziekte, spijbelgedrag) worden in eerste instantie hier behandeld. De coördinator stelt de betreffende mentoren op de hoogte en zet - indien nodig - samen met hen een begeleidingstraject uit. De coördinator verzorgt het contact met de leerplichtambtenaar en in voorkomende gevallen met de jeugdhulpverlening. De leerplichtambtenaar wordt tijdig op de hoogte gebracht van leerlingen die zich ondanks herhaalde gesprekken niet houden aan de regels rond de leerplichtwetgeving. Verzuim wordt gemeld conform de richtlijnen van het verzuimprotocol. De coördinator houdt het zorgadviesteam op de hoogte van de gemaakte afspraken.
Niveau 2: Het zorgadviesteam Bij meer specifieke zorgvragen van een leerling ondersteunt het zorgadviesteam mentoren en leerkrachten bij de begeleiding Vanuit het team worden adviezen gegeven en de afzonderlijke deskundigen kunnen, indien nodig, aanwezig zijn bij contacten met ouders of hulpverleners. Het team bestaat uit: zorgcoördinator, orthopedagoog, ambulant dienstverlener, schoolmaatschappelijk werker, schoolverpleegkundige en leerkrachten.
Zorgcoördinator De zorgcoördinator bewaakt de uitvoering van zorgafspraken die vastgelegd zijn in het Zorgplan. Taken van de coördinator zijn: Bewaken van zorg binnen school, Aansturen overleg zorgadviesteam, Bespreking aangemelde zorgleerlingen, Ondersteuning bij verzamelen van gegevens voor aanmelding ZAT, Hulpvragen binnen school inventariseren, Begeleiden van mentoren bij het maken van het handelingsplan, eventueel insamenwerking met RT en orthopedagoog, Verwerking van gegevens, verslaglegging, nabespreking en archivering, Overleg met mentoren ter ondersteuning van berichtgeving aan ouders, Beschrijven en actueel houden van Zorgplan en zorgstructuur, Ondersteuning van inhoudelijke verdieping aangaande extra zorg, Onderhouden van contacten met samenwerkingsverband Noord en Koers VO, Onderhouden van contacten met externe deskundigen, Ondersteuning aanname nieuwe leerlingen.
Orthopedagoog Op basis van specifieke deskundigheid adviseert de orthopedagoog bij het uitzetten van een traject voor een aangemelde leerling. In beperkte mate is er een uitvoerende taak. De orthopedagoog is wekelijks een dagdeel op school aanwezig. Taken zijn: Individuele onderzoeken, observaties en gesprekken (incl. verslaglegging), Gesprekken met leerkrachten (incidenteel), Bijwonen overleg zorgadviesteam (1x 14 dagen), Adviseren bij het opstellen van een handelingsplan, Ondersteuning aannamebeleid.
9
Schoolmaatschappelijk werk (SMW) Het SMW is onderdeel van de zorgstructuur. Het geeft aanvulling op de leerlingenzorg en neemt deel aan het overleg. SMW speelt een belangrijke rol in de verwijzing naar diverse hulpverleningsinstellingen, zoals onderwijsopvangvoorzieningen en Jeugdzorg. Het SMW richt zich in de eerste plaats op de individuele leerling. Aangezien een leerling niet los gezien kan worden van zijn directe leefomgeving (thuis, school, buurt) zal SMW zonodig ook de omgevingsaspecten bij de begeleiding betrekken. De schoolmaatschappelijk werker gaat uit van een 5-gesprekkenmodel. Taken zijn: Helpen verhelderen van de hulpvraag van de leerling, Bemiddelen tussen school, leerling en gezin, Hulp bieden bij individuele problemen, Hulp bieden bij problemen in de gezinssituatie, Hulp bieden bij schooloverstijgende problemen, Leerkrachten ondersteunen en/of begeleiden bij oudercontacten en probleemleerlingen, Informeren van zorgcoördinator over leerlingen.
Leerlingbegeleider De leerlingbegeleider ondersteunt het leerproces van de leerling. Doel is gesignaleerde belemmeringen in de leerontwikkeling te beperken en weg te nemen. Taken algemeen zijn: o Begeleiding leerlingen in hun leerontwikkeling, o Contact met ouders, o Ondersteuning van mentoren en andere leraren, o Bewaken en schrijven van handelingsplannen, o Contact met ambulante dienstverleners, o Deskundigheid verwerven op de in school aanwezige leer- en ontwikkelingsstoornissen.
1. Leerlingen met leerlinggebonden financiering (zgn. rugzakleerlingen). Deze leerlingen hebben wekelijks contact met de leerlingbegeleider. In overleg met ouders, leerling en leerkrachten en zorgcoördinator wordt volgens aan een handelingsplan gewerkt. Dit handelingsplan wordt minimaal 2 maal per leerjaar geëvalueerd en waar nodig bijgesteld. De begeleider werkt nauw samen met mentor, vakleerkrachten en ambulant begeleider. Specifieke begeleidingstaken: Hulp bieden bij structureren van werk, Hulp bij bewustwording van leerprocessen, Hulp bij reguleren van gedrag Terugkoppeling naar zorgadviesteam, Advisering t.a.v. eventuele verwijzing.
2. Leerlingen met leerwegondersteuning (LWOO). Begeleiding leerlingen uit klas 8 1 x per week individueel contact (1 lesuur) – tijdens schooltijd 1 x per week steunpunt (vrijwillig, tenzij anders afgesproken) (2 lesuren) - Na schooltijd
10
Specifieke begeleidingstaken: Individueel: Begeleidingsonderwerpen/training in gezamenlijk overleg Hulp bieden bij schriftelijke overhoringen en proefwerken, Hulp bieden bij agendabeheer, Hulp bieden bij studieplanning, Hulp bieden bij overhoren, Hulp bieden bij ‘leren leren’ (leerstrategieën). Groep:
Hulp bij ‘leren leren’ en huiswerk maken.
Dyslexiecoach Deze functionaris richt zich op de begeleiding van leerlingen met een dyslexieverklaring. De dyslexiecoach is de spil in het realiseren van het dyslexiebeleid binnen de school. De functie is voor een groot deel uitvoerend, maar de dyslexiecoach is ook betrokken bij het voorbereiden van beleid op dit gebied. Als basis voor het dyslexiebeleid wordt gebruik gemaakt van het Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs (KPC Groep, 2004). Taken van: Aanspreekpunt leerlingen Verzorgen van dyslexiepassen (handelingsplannen) Aanspreekpunt ouders e Organiseren van voorlichtingsavond voor ouders in de 7 klas Organiseren van zgn. lotgenotencontact Leerlingen leren omgaan met hun handicap Signalering van vermoedens richting dyslexie (in klas 7 door middel van toetsen; in hogere klassen in samenwerking met leraren en zorgadviesteam) Begeleiding van examentraject Onderzoekt hoe en in welke mate er ICT-middelen ingezet kunnen worden Begeleiding van leerkrachten in het geven van faciliteiten Bewaken van het protocol Kennis van de ICT mogelijkheden en daarin beleid voorstellen Opstellen van een dyslexieprotocol in samenwerking met zorgcoördinator Op de hoogte blijven en invoering van regelgeving
Remediaal specialist De remediaal specialist ondersteunt leerlingen op leergebied gedurende korte trajecten op een van tevoren afgesproken gebied. Leerlingen komen hiervoor op verschillende manieren in aanmerking:
1. Begeleiding leerlingen in het kader van leerwegondersteuning. Klas 9 en 10 1 x per week individueel (tijdens schooltijd) Begeleidingsonderwerpen: Leerling geeft knelpunten aan,
11
Onderwerpen op verzoek van leerkrachten, Hulp bieden bij Studieplanning, Koppeling leren tussen tijdsplanning/resultaten, Hulp bieden bij moderne vreemde talen, Schriftelijke overhoringen en proefwerken bespreken.
N.B. Wiskundebegeleiding valt hier buiten. Dit wordt verzorgd door de betreffende sectie.
Hiervoor wordt extra wiskundeondersteuning ingeroosterd. Deze begeleiding wordt door school betaald.
2. Individuele begeleiding Hiervoor wordt een leerling door de mentor aangemeld bij het zorgadviesteam. Dit traject bevat 6 contacturen. Hierna wordt geëvalueerd en bestaat de mogelijkheid de begeleiding nogmaals 6 keer voort te zetten. Voor deze begeleiding wordt een bijdrage van de ouders gevraagd.
3. Groepsbegeleiding Leerlingen die op basis van de uitkomsten van de screening in aanmerking komen voor begeleiding krijgen hiervoor een aanbod. In groepjes van maximaal 5 leerlingen wordt specifiek begeleid op spellen of begrijpend lezen. Hiervoor wordt aan ouders een eigen bijdrage gevraagd. Na 12 contacten worden de leerlingen nogmaals getoetst en krijgen de leerlingen die daarvoor in aanmerking komen het aanbod om mee te doen met een dyslexieonderzoek. Ouders betalen zelf het onderzoek. o o o
Aanspreekpunt ouders Deelname aan de voorlichtingsavond voor ouders in de 7e klas Adviseren van vakleerkrachten moderne vreemde talen ten aanzien van specifieke begeleiding.
Niveau 3: Externe hulp Ambulant dienstverlener (onderwijsondersteuning) De ambulante dienstverlener neemt deel aan de bijeenkomsten van het zorgadviesteam. Hij heeft specifieke kennis van de sociale kaart en geeft op basis van deze kennis advies bij eventuele verwijzingen. De ambulante dienstverlener heeft een adviserende taak binnen het zorgadviesteam. Centrum voor jeugd en gezin (CJG) De schoolverpleegkundige verzorgt de afname van de Rotterdamse jeugdmonitor en voert de daaruit voortvloeiende evaluatiegesprekken. De schoolverpleegkundige is aanwezig bij het zorgoverleg. De schoolverpleegkundige wordt op de hoogte gebracht van leerlingen die langdurig door ziekte afwezig zijn. Als eerste stap naar een melding aan leerplicht krijgen ouders een oproep om te verschijnen bij de schoolarts. Therapeuticum Een leerling kan voor medische en/of therapeutische ondersteuning verwezen worden naar een therapeuticum. Er kan gebruik gemaakt worden van de diensten van Helianth (therapeuticum in Rotterdam), het Kindertherapeuticum in Den Haag en het
12
Kindertherapeuticum van E. Schoorel. De verwijzingen worden ondersteund door een schriftelijke aanbeveling van het zorgadviesteam met daarbij een eventuele hulpvraag. Schoolbegeleidingsdienst De Schoolbegeleidingsdienst voor vrije scholen kan de afname van psychologisch didactische onderzoeken verzorgen. De onderzoeken worden op advies van het zorgadviesteam en in samenwerking met de mentor en de ouders aangevraagd. Leerplicht De leerplichtambtenaar wordt tijdig conform de regelgeving en afspraken met Leerplicht op de hoogte gebracht van leerlingen die zich ondanks herhaalde gesprekken niet houden aan de regels rond de leerplichtwetgeving. Verzuim wordt gemeld conform de richtlijnen van het verzuimprotocol. De coördinator leerlingzaken houdt telefonisch contact met de leerplichtambtenaar in Rotterdam. Omdat het Rudolf Steiner College een streekfunctie heeft, hebben we ook te maken met leerplichtambtenaren uit de regio. Het contact met hen gaat per telefoon. Ambulante begeleiding Jeugdzorg Voor de leerlingen met leerlinggebonden financiering maakt de school gebruik van de diensten van Horizon (REC 4) en Auris (REC 2). De begeleiders komen volgens een vast rooster op school en helpen de leerlingen met hun specifieke leerbelemmering. Zij hebben regelmatig contact met de leerlingbegeleiders binnen school.
13
Bijlagen Februari 2010 AANMELDINGSFORMULIER Formulier inleveren bij coördinator Leerlingenzorg
Datum: .................................... Zorgteamvergadering d.d.: Naam leerling: ......................................................................
Klas: ............
Geboortedatum: ........................
Mentor: .................................................................................
Aangemeld door: ...............................................
Omschrijving van het probleem: 0 cognitief 0 sociaal-emotioneel/gedrag 0 thuissituatie/omgeving 0 fysiek/medisch
Omschrijving van de hulpvraag: 0 cognitief 0 sociaal-emotioneel/gedrag 0 thuissituatie/omgeving 0 fysiek/medisch
Mogelijke oorzaak van het probleem: 0 cognitief 0 sociaal-emotioneel/gedrag 0 thuissituatie/omgeving 0 fysiek/medisch
Wat is er al aan het probleem gedaan? 0 cognitief 0 sociaal-emotioneel/gedrag 0 thuissituatie/omgeving 0 fysiek/medisch
Wat zijn de sterke kanten van de leerling? Wat zijn de zwakke kanten van de leerling? 0 cognitief 0 sociaal-emotioneel/gedrag 0 thuissituatie/omgeving 0 fysiek/medisch
Wat zijn de sterke kanten van het gezin?
Wat zijn de zwakke kanten van het gezin?
Aanwezigheid / het schoolverzuim van de leerling:
Andere gegevens:
14
PLAN VAN AANPAK
Naam: Geboortedatum: Klas: Mentor: Datum: Opgesteld door:
Concrete signalering
Doel Werkhouding: Gedrag: AANPAK WIE
HOE
WANNEER
Start handelingsplan datum Einde handelingsplan datum Hoe zijn de ouders betrokken?
Evaluatie Datum: Met wie: Zijn de gestelde doelen behaald?
Evaluatie: wat is de volgende stap?
Handtekening leerling:
Handtekening ouders:
Handtekening namens school:
15
KWADRANTENMODEL Datum: .................................... Vorige school: .......................................................................................... Naam leerling: ......................................................................
Klas: ............
Geboortedatum: ........................
Mentor: .................................................................................
CAPACITEITEN NIO Totaal
PERSOONSONTWIKKELING Verbaal Symbolisch
(Para)medische gegevens
Niveau-indicatie:
Sociaal maatschappelijke achtergrond Wisc-RN Wisc III
Verbaal Performaal
Specifieke leerproblemen
0 SVL
0 NPV-J 0 anders
SCHOOLRESULTATEN
SCHOOLGEDRAG
CITO Totaal
Werkhouding
Taal Rekenen Wereldorientatie Studievaardigheden
Tempo Huiswerk Gedrag
Niveau-indicatie Advies PO
Verzuim Contact leerplicht Anders
Andere testen
Rapportgegevens zie bijgevoegde blad Overige opmerkingen zie ommezijde