Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Marga Wijsmuller Januari 2008 Notitienummer N08 2079MAW-av110.038b
SPECTRUM Centrum Maatschappelijke Ontwikkeling Gelderland
Inhoud
Inleiding
....................................................................................................... 1
1.
Dak- en thuisloze jongeren .............................................................................. 3
2.
Keten van zorg voor dak- en thuisloze jongeren ................................................ 5
3.
Het huidige aanbod voor dak- en thuisloze jongeren ......................................... 7
4.
Bestaande netwerk/samenwerkingsinitiatieven ............................................... 13
5.
Aanbod in ontwikkelingen bij de partners in Arnhem ....................................... 15
6.
Knelpunten en witte vlekken in de zorgketen en oplossingsrichtingen ............... 17
7.
Aanbod geordend naar de zorgketen ............................................................. 19
8.
Actiepunten ................................................................................................. 23
Bijlage(n) 1. 2. 3.
Samenvatting rapport „Tussen wal en schip …‟ ................................................ 25 Lijst met geïnterviewde instellingen ............................................................... 27 Aantekeningen werkbijeenkomst dak- en thuisloze jongeren ............................ 29
Inleiding
De gemeente Arnhem wil stapsgewijs komen tot een sluitende aanpak voor dak- en thuisloze jongeren. Zij wil de regierol vervullen in het proces, om te komen tot een sluitende samenwerking tussen alle voorzieningen die werkzaam zijn voor dak- en thuisloze jongeren en een passend en genoegzaam aanbod realiseren. Daarvoor is de gemeente gestart met een aantal verkennende gesprekken met kernpartners om zicht te krijgen op het aanbod, de bestaande samenwerking en mogelijke knelpunten en verbeteringen. Vervolgens heeft de gemeente Spectrum gevraagd het proces te ondersteunen. Concreet is gevraagd: Het verbinden van partners in het veld op middenmanagementniveau aan de doelstellingen van het project en hen activeren om tot samenwerking te komen of deze samenwerking te versterken. Het beschrijven en beleidsmatig inzichtelijk maken van werkwijzen en samenwerkingsvormen binnen de aanpak dak- en thuisloze jongeren. Het benoemen van hiaten in het aanbod of knelpunten in de werkwijzen, voor zover dit nog niet helder is. Een voorstel formuleren, in samenspraak met de kernpartners, over de wijze waarop dak- en thuisloze jongeren binnen het OGGZ beleid een plek kunnen krijgen: hoe kan individuele trajectplanning plaatsvinden en welke structuur is hiervoor nodig? hoe kan de centrale toegang vorm krijgen? hoe kan de registratie binnen de instellingen verbeterd worden en kan er meer zicht ontstaan op de behoefte aan voorzieningen (b.v. opvang- en woonvormen, begeleidingstrajecten)? In de afgelopen maanden zijn gesprekken gevoerd met de organisaties in Ar nhem die beschouwd kunnen worden als partners in de keten van zorg rond dak- en thuisloze jongeren. Daarnaast is in het voorjaar door studenten van de Universiteit Utrecht een onderzoek uitgevoerd naar de zorgovergang 18- - 18+1. De informatie uit deze gesprekken leveren een beeld op van de huidige zorgketen en het aanbod daarbinnen. Vervolgens zijn op basis van hoe idealiter de zorgketen er uit zou kunnen zien een aantal aanbevelingen c.q. stellingen geformuleerd. De resultaten van het onderzoek van de studenten van de universiteit in Utrecht zijn, waar relevant, meegenomen. Op basis van de notitie is in augustus met de partners besproken over de wijze waarop verbeteringen c.q. ontbrekend aanbod ingevuld kan worden. In dit document is er voor gekozen het aanbod van de organisaties kort te beschrijven. Vooraf wordt eerst kort ingegaan op de doelgroep, de problematiek en samenstelling van de keten van zorg. Vervolgens wordt het aanbod weergegeven naar de fases in de keten van zorg. Tot slot worden op basis van de benoemde knelpunten en witte vlekken een aantal Tussen wal en schip…:Knelpunten in de overgang van jeugdzorg naar volwassenenzorg bij (potentiële) dak- en thuisloze jongeren in Arnhem en de rol van samenwerking tussen instellingen, Floor ten Holder, Lennart van der Male, Saskia Narraina, Juli 2007 1
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
1
acties voorgesteld. Deze zijn besproken met de partners tijdens de bijeenkomst in augustus en worden dit najaar samen met hen tot concrete plannen uitgewerkt.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
2
1. Dak- en thuisloze jongeren
Bij dak- en thuislozen wordt meestal gedacht aan mensen die feitelijk geen onderkomen hebben en met al hun schamele bezittingen op straat zwerven. Dit beeld is niet representatief voor de werkelijke situatie van dak- en thuisloze jongeren. Jongeren die wel dak- en thuisloos zijn herken je niet direct op straat. Ze slapen de ene keer bij de ene vriend, dan weer bij een familielid, zonder dat iemand daarbuiten merkt dat ze geen eigen huis hebben. Deze jongeren moeten dan ook eigenlijk (potentiële) dak- en thuisloze jongeren genoemd worden omdat zij zich het grootste gedeelte van de tijd in een grijs gebied bevinden; tussen een zwerfbestaan en een min of meer vast onderdak. Soms levert dit geen problemen op en vinden deze jongeren na een tijdje weer vaste woonruimte. Via vrienden of familie krijgen ze onderdak en pikken de draad weer op. In andere gevallen, bijvoorbeeld wanneer ze te kampen hebben met drugs-, geld- of justitieproblemen, kunnen ze bij steeds minder adresjes terecht en zijn ze toegewezen op de daklozeninstellingen en in het slechtste geval de straat. Dak- en thuisloze jongeren zijn te definiëren aan de hand van een aantal punten: Het gaat om jongeren op straat, jongeren die tijdelijk bij familie inwonen, of jongeren die in de laagdrempelige dag- en nachtopvang komen. De duur van de toestand van dak- en of thuisloosheid, het aantal wisselingen in verblijfplaats. De leeftijd. Het is niet zinvol de leeftijdsgrens strak te benoemen. De bovengrens ligt ergens bij 25 jaar en de ondergrens in de buurt van de 12 jaar. Bij de zorg voor de groep van dak- en thuisloze jongeren zijn, doordat zowel jongeren onder de 18 jaar als jongeren tot 25 jaar behoren, zowel organisaties die zich richten op zorg aan jeugdigen als organisaties die zich richten op volwassenen betrokken.
Profiel dak en thuisloze jongeren De jongeren die daadwerkelijk zijn gaan zwerven bestaan voor het merendeel uit jongens. Meisjes vormen met een kwart tot eenderde een minderheid. De grootste groep dak - en thuisloze jongeren zijn jongeren tussen de 16 en 21 jaar. Een meerderheid van zo‟n zestig procent is autochtoon. In middelgrote en grote steden is het deel van allochtone afkomst groter. Een klein deel bestaat uit vluchtelingen of asielzoekers (Planije, Van ‟t Land en Wolf, 2003). Dak-en thuisloze jongeren komen vaak uit multiproblemgezinnen en hebben zelf ook meervoudige problemen. Er is vaak geen eenduidige oorzaak van de dak- en thuisloosheid te noemen, maar hebben er zich al vroeg in hun leven op allerlei terreinen problemen voorgedaan. Een groot deel van de jongeren valt onder de groep licht verstandelijk gehandicapt (LVG - jongeren) en hebben een IQ lager dan 85. Daarnaast zijn er ook vaak psychiatrische problematieken. Grofweg zijn de dak- en thuisloze jongeren in te delen in drie groepen: de psychiatrische groep, de groep met verslavingsproblematiek en een LVG – groep of een combinatie van deze problematieken.
3
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
De jongeren hebben door hun problematische achtergrond op jonge leeftijd vaak al een indrukwekkende carrière in de hulpverlening achter de rug, waarbij vaak een negatief beeld is ontstaan van de jeugdhulpverlening. Deze achtergrond uit zich in problemen op meerdere terreinen of leefgebieden. Het gaat om problemen met bijvoorbeeld justitie, de reclassering, grote schulden, psychosociale problemen, afgebroken schoolopleiding, woonruimte, goede vrije tijdsbesteding, het leggen van sociale contacten en met gebruik van softdrugs. In afwijking met volwassen dak- en thuisloze zorgmijders zijn deze jongeren vaak wel gemotiveerd om de vicieuze cirkel te doorbreken en doelen als een eigen huis, een partner en een betaalde baan na te streven.
Schatting aantal dak- en thuisloze jongeren De afgelopen jaren is het aantal dak- en thuisloze jongeren in Nederland gegroeid. Een zorgwekkende ontwikkeling realiserend dat een deel van deze jongeren in een vicieuze cirkel terecht zal komen en een langdurige dakloosheidcarrière tegemoet kan gaan. Er moet dus voorkomen worden dat jongeren op straat terechtkomen en actief ingezet worden op hulp en reïntegratie van deze jongeren. Volgens schatting van de Algemene Rekenkamer in 2004 waren er maximum 5000 dak - en thuisloze jongeren in Nederland. In 2003 werd het aantal dak- en thuisloze jongeren in de provincie Gelderland geschat op een aantal tussen de 350 en 400 jongeren. De telling van de gemeente Arnhem (gebaseerd op de gegevens van het T-team) liet over 2004 een aantal van 129 zwerfjongeren zien. In hoeverre deze jongeren ook terug te vinden zijn in de cijfers van het JONA-huis en andere hulpverlenende instellingen voor volwassen dak- en thuislozen is niet bekend. Als vuistregel hanteert men vaak dat voor elke jongere in de opvang er ook één in het grijze gebied zal zitten en dus onzichtbaar is voor de hulpverlening.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
4
2. Keten van zorg voor dak- en thuisloze jongeren
Het ontwikkelen van een sluitende aanpak voor dak- en thuisloze jongeren is niet eenvoudig. De uitdaging ligt in de eigenschappen van de doelgroep zelf. Enerzijds is de doelgroep in omvang beperkt, waardoor de noodzaak om bestaande structuren en werkwijzen te veranderen niet altijd prioriteit heeft. Anderzijds gaat het om een in perspectief zorgelijke groep met complexe problematiek die zich al gauw onttrekt aan de nodige zorg. De aanpak van de dak- en thuisloze jongeren problematiek moet bestaan uit het in beeld brengen en houden van de groep, preventieve maatregelen om het aantal dak-en thuisloze jongeren te verminderen, het bieden van passende opvang, begeleiding en hulp aan jongeren die al dak of thuisloos zijn. De keten van zorg is te onderscheiden in: Informatie/ Signaleren Screenen advies
Outreachende hulp
Indiceren
Hulp
Nazorg
Informatie/advies De informatievoorziening voor (dreigende) dak- en thuisloze jongeren vraagt door hun andere leefstijl en behoefte een bijzondere aanpak.
Signaleren Onder signaleren verstaan we hier: inschatten of een jongere een (potentiële) zwerfjongere zou kunnen zijn en verwijzen.
Screenen Bepalen welke hulp nodig is.
Outreachende hulp Een hulpverlenende organisatie legt contact met de jongere, biedt eerste hulp en motiveert tot deelname aan verder zorg.
Indiceren Onderzoeken welke verdere zorg het beste past bij de jongere en welke zorg beschikbaar is. De indicering bestaat uit 2 onderdelen: De begeleider komt via professionele hulpvraagverduidelijking tot een passend hulpverleningsaanbod c.q. zorgarrangement. Indien dit zorg betreft waarvoor een indicatiebeschikking nodig is, wordt deze voor jeugdzorg door BJz (Bureau Jeugdzorg) afgegeven en voor volwassenenzorg door het CIZ (Centrum Indicatiestelling Zorg).
Hulp Uitvoeren van het zorgtraject door de zorgorganisatie.
Nazorg Begeleiding van het reïntegratietraject na beëindiging van de zorg.
5
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Partners De problematiek van dak- en thuisloze jongeren is divers en complex. Complexe problemen hebben vaak verschillende oorzaken en er moet dus naar oplossingen worden gezocht vanuit verschillende benaderingen. Er is dus een interdisciplinaire benadering nodig. Er zijn een groot aantal organisaties waar de jongere in principe terecht zou kunnen voor hulp. In het volgende hoofdstuk wordt een schets gegeven van het aanbod in Arnhem.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
6
3. Het huidige aanbod voor dak-en thuisloze jongeren
Dak- en thuisloze jongeren in Arnhem kunnen met een groot aantal instellingen te maken krijgen. 18- jongeren hebben te maken met organisaties vallende onder de Wet op de jeugdzorg, waarvoor Bureau Jeugdzorg de directe toegang is en justitiële jeugdzorg. Voor 18+ jongeren is er een veelheid aan zorgorganisaties werkend vanuit de AWBZ en GGZ en binnen het kader van de Wmo is er een niet geïndiceerd aanbod. Bij deze instellingen zijn er met een specifiek aanbod voor de doelgroep dak - en thuisloze jongeren, maar ook instellingen zonder specifiek aanbod. Hieronder volgt een opsomming van de instellingen en hun aanbod waar jongere dak- en thuisloze gebruik van kunnen maken. 1. JONA huis JONA huis is een huiskamervoorziening voor jongeren in nood, bijvoorbeeld dak- en thuisloze jongeren. Het biedt deze jongeren middag- en avondopvang, informatie en advies, activiteiten en waar nodig ambulante zorg. Deze zorg is veelal gericht op toeleiding naar reguliere hulpverlening. Er wordt gewerkt met 4 professionele medewerkers en daarnaast veel vrijwilligers. In 2006 hebben 106 jongeren gebruik gemaakt van de voorziening. 2. Lindenhout Lindenhout biedt geïndiceerde jeugdzorg: ondersteuning en begeleiding aan kinderen, jongeren en hun opvoeders bij opgroei en opvoedproblemen. De hulp varieert van informatie, advies en praktische ondersteuning tot intensieve behandeling . De hulp vindt zowel intramuraal als ambulant plaats. De voorzieningen waar dak- en thuisloze jongeren gebruik van kunnen maken zijn: woningen voor zelfstandig wonen en waarbij vrijwillig woontoezicht aanwezig is. Dit een voorziening voor 17 jarigen en wordt gefinancierd vanuit de jeugdzorg; 6 plaatsen voor volwassenenopvang; een short-stay voorziening. Sinds kort wordt ook AWBZ geïndiceerde begeleiding geboden aan jongeren met complexe problemen. Tevens heeft Lindenhout de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het T-team.
T-team Het T-team biedt hulp aan thuisloze jongeren tussen de 12 en 25 jaar. Het T-team bestaat uit vier in randgroepwerk gespecialiseerde hulpverleners. Per jaar melden ongeveer 100 jongeren zich bij het T-team. 20% daarvan hebben een redelijk eenvoudige vraag, 80% heeft meerdere problemen. Het T-team is een soort voorportaal. Na drie maanden moet overdracht naar een andere zorg/hulp instelling gerealiseerd zijn. De duur van de hulpverlening binnen het T-team is in totaal vijftien maanden, waarvan drie maanden intensieve begeleiding en vervolgens een jaar lang nazorg. Het T-team maakt gebruik van de methodiek Aanpak Thuisloze Jeugd, ontwikkelt door Bureau Instap. De eerste prioriteit na aanmelding is het regelen van inkomen en huis vesting. Het T-team helpt bij het regelen van financiën, het zoeken naar woonruimte en bij andere zaken. Vervolgens wordt de noodzakelijke zorg in beeld gebracht en geregeld.
7
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
3. Pactum Pactum jeugdzorg & educatie is een multifunctionele organisatie gespe cialiseerd in geïndiceerde jeugdzorg. Daarnaast is Rijn-Side een organisatorisch onderdeel van Pactum,
Rijn-Side Rijn-Side biedt niet-geïndiceerde hulp en begeleiding aan Arnhemse randgroep- en risicojongeren in de leeftijd van 12 tot 25 jaar. Rijn-Side werkt samen met het T-team. Rijn-side signaleert, legt contact en helpt daar waar problemen zijn of dreigen te ontstaan. Ze werken outreachend en zijn aanwezig in de achterstandswijken van Arnhem. Bij Rijn-Side werken 2 straathoekwerkers en 17 hulpverleners. De hulpverleners hebben ieder een caseload van 16 jongeren en voeren per werker 2 uur straathoekwerk uit. De werkers zijn flexibel inzetbaar en werken vaak op ongewone uren. 4. MEE Gelderse Poort MEE Gelderse Poort behartigt de belangen van kinderen, volwassenen en ouderen met een beperking. MEE geeft voorlichting over verstandelijke handicaps, geeft advies, bemiddelt bij het verkrijgen van voorzieningen, begeleidt gezinnen en geeft trainingen. Het aanbod van MEE bestaat uit een niet- geïndiceerd aanbod en een aanbod op CIZ of BJz indicatie. Binnen MEE zijn er een aantal specialisten op het terrein van dak en thuislozen. Deze kunnen worden ingezet zonder wachtlijst. De werkwijze van MEE is gericht op de mogelijkheden van LVG mensen. Daarbij is uitgangspunt het curriculum van de cliënt en pas in tweede instantie de resultaten van een test. MEE kan flexibele hulp bieden op niet geïndiceerde basis. Een ½ jaar ambulante begeleiding door MEE is mogelijk. De route daarbij is: diagnostiek/testen, begeleiding in de eigen situatie, psychosociale begeleiding, indicatiestelling. Tot en met 2006 was MEE GP verbonden aan het T-Team van Lindenhout. Vanaf 2002 had MEE GP een medewerker gedetacheerd naar het team. De doelstelling van deze detachering was: de methodische kennis vanuit MEE met betrekking tot de LVG-doelgroep vergroten bij de T-teammedewerkers van Lindenhout; de „instapmethode‟ methodisch aanpassen en toegankelijk maken voor de LVG doelgroep; de overgang van LVG-cliënten vanuit het T-team naar MEE GP soepeler te laten verlopen. Na beëindiging van deze detachering zijn er tussen het T-team en MEE heldere afspraken over de wijze waarop cliënten van uit het T-team, via een „warme overdracht‟ in contact kunnen worden gebracht met consulenten, c.q. de dienstverlening van MEE. Cliënten vanuit het T-team worden gezien als ‟zij-instromers‟ en worden met voorrang in begeleiding genomen. Afhankelijk van het voortraject en de gepleegde interventies van het T-team zal MEE de begeleiding oppakken en voortzetten en ondersteuning bieden bij die vragen waar de cliënt ondersteuning nodig heeft.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
8
5. Stichting de Driestroom De Driestroom biedt ondersteunende begeleiding bij het wonen, aan mensen met een lichte verstandelijke beperking en complexe hulpvragen op meerdere levensgebieden, in de regio Nijmegen – Arnhem (KAN gebied). Sinds de modernisering van de AWBZ kunnen organisaties als De Driestroom zich richten op andere doelgroepen dan de mensen met een verstandelijke beperking. Tevens is een meer functiegerichte indicatie mogelijk zoals het aanbieden van woon-werk-scholingstrajecten. Deze indicatie is niet zozeer op de doelgroep afgestemd maar meer op de vraag van de betreffende cliënt. 6. IrisZorg IrisZorg is een instelling voor verslavingszorg (Passade) en maatschappelijke opvang, en is in januari 2007 ontstaan uit een fusie tussen Arcuris, De Grift en IrisZorg maatschappelijke opvang. Het zorgaanbod is zeer breed en varieert van poliklinische hulp tot crisisopvang en beschermd wonen.
Maatschappelijke opvang: De
maatschappelijke opvang beschikt over: crisisopvang: 28 plekken waarvan 1 plaats gelabeld is voor jongeren; nachtopvang: 40 plekken waarvan 3 plaatsen gelabeld voor jongeren; dagopvang: waarvan 2 plekken gelabeld voor jongeren.
In de crisisopvang en de nachtopvang wordt ongeveer 30% van de plaatsen gebruikt door jongeren onder de 30 jaar. Van de drie jongerenplaatsen in de nachtopvang wordt per jaar door 100 tot 110 jongeren gebruik gemaakt. De leeftijd van de jongeren loopt door tot 25 jarigen. De aa nmelding voor de plaatsen gebeurt door Pactum-Rijn-Side en het T-team. Deze twee organisaties bieden ook de begeleiding. IrisZorg verzorgt ook de begeleiding van jongeren die geplaatst zijn in andere vormen van opvang. IrisZorg realiseert de begeleiding in samenwerking met de overige partners in het Tteam. De begeleiding start met het bieden van Bed, Bad, Brood en medische verzorging. In vervolg daarop start het regelen van inkomen, het in kaart brengen van de schulden, contact met de voogd en het contact leggen met de familie.
Verslavingszorg De verslavingszorg biedt ambulante begeleiding, maar deze is niet specifiek gericht op dak en thuisloze jongeren. 7. Leger des Heils, Centrum voor Wonen, Zorg en Welzijn Gelderland (CWZWG) Het Leger des Heils biedt hulp en zorg aan mensen die een beroep op hen doen. Alcohol- of drugsverslaafden, dak- en thuislozen, mensen die in aanraking met Justitie zijn gekomen of dreigen te komen, mensen die op straat leven of mensen met schuldenproblematiek. Onder deze koepel vallen onder andere hospice Rozenheuvel in Rozendaal, de instelling voor forensische GGZ Groot Batelaar. Het aanbod voor jongeren bestaat uit: Vast en Verder: 3 jeugdzorg bedden, 15 beschermd wonen bedden, 3 kamers begeleid zelfstandig wonen.
9
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Daarnaast is er een aanbod niet specifiek voor jongeren, maar waar jongeren ook wel gebruik van maken: Zorg thuis: outreachend werk: aanpak voor indicatie (4,5 fte‟s). Ambulante en 20 deeltijdplaatsen forensisch GGZ. Doelgroep vanaf 12 jaar. Zeer intensieve ambulante jeugdhulp ten behoeve van 45 plaatsen. 8. RIBW Arnhem/Veluwe Vallei Het RIBW biedt beschermende woonvormen en begeleiding aan mensen met psychosociale en psychiatrische problemen. Cliënten komen bij het RIBW na verwijzing door zorginstellingen. Het RIBW richt zich pas sinds kort op de doelgroep jongeren (18-). Het RIBW heeft een orthopedagoog in dienst die betrokken is bij de oriëntatie en intake. Deze inzet kan ook outreachend zijn. Het RIBW biedt ook bemoeizorg. Het totale aanbod is toegankelijk na indicatie. Het aanbod bestaat uit: Beschermd wonenproject: 6 huizen met in totaal 22 plaatsen, voor 14 tot 23 jarigen met een psychiatrische aandoening. Ambulante begeleiding voor 15 casussen per jaar. 9. Gelderse Roos De Gelderse Roos is een organisatie voor geestelijke gezondheidszorg in Gelderland. Het biedt hulp aan mensen met psychische problemen. Hiervoor biedt de instelling verschillende vormen van hulp aan. Binnen de Gelderse Roos bestaat het adolescententeam voor jongeren tussen de 15 en 23 jaar die problemen hebben met volwassen worden. De Gelderse Roos kan hulp bieden bij bijvoorbeeld angsten, depressies, identiteitsklachten, moeite met sociale contacten, gezinsproblemen, relatieproblemen, seksueel misbruik, eetstoornissen en dwangmatig gedrag. 10. Rijnstad Stichting Rijnstad is een professionele instelling voor sociaal- en cultureel werk in de (Rijn)stad Arnhem. Mensen worden geholpen bij het bevorderen van een actieve deelname aan de samenleving en worden aangesproken als verantwoordelijke inwoners van de stad Arnhem. Rijnstad doet dit zelfstandig of samen met de opdrachtgevers en partners op het terrein van zorg, welzijn, onderwijs, veiligheid, sport en cultuur.
Sociale Raadsliedenwerk Onder verantwoordelijkheid van Rijnstad wordt het Maatschappelijk Werk en Sociaal Raadsliedenwerk uitgevoerd. Dit bestaat uit het geven van informatie over bijvoorbeeld uitkeringen, werk, wonen, belastingen en geldzaken. Tevens bieden zij hulp bij het invullen van formulieren, indienen van een bezwaarschrift of een klacht, bemiddelen zij en kunnen naar de juiste instantie verwijzen.
JIP Het Jongeren Informatie Punt stelt zich ten doel jongeren de gelegenheid te geven zich op de hoogte te stellen van de voor hen belangrijke informatie. Er zijn 11 JIP steunpunten in Arnhem.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
10
Het Jongeren Informatie Punt ( JIP ) biedt: Informatie en advies: Vragen over geld, over werk, over wonen, over onduidelijke formulieren of moeilijke brieven, persoonlijke vragen of moeilijkheden met bijvoorbeeld ouders of vrienden. Hulp: bij het zoeken naar een persoon of instantie die de geschikte hulp kan bieden bij een probleem. Ondersteuning: Bij het invullen van formulieren of het schrijven van een bezwaarschrift. Doorverwijzing: naar instanties die de meest geschikte hulp te bieden hebben. Consultatie: voor mensen die veel met jongeren te maken hebben, bijvoorbeeld ouders, leerkrachten of werkers in jongerencentra of buurthuizen. 11. Overige algemene voorzieningen waar jongeren mee te maken kunnen hebben Dienst Inwonerszaken. Centrum voor Werk en Inkomen. Politie. Team voortijdig schoolverlaten: Het Team VSV legt contact met schoolverlaters over de mogelijkheden voor het weer opstarten van een opleiding. Zorgloket Arnhem: voor het aanvragen van voorzieningen op het gebied van wonen, werken en vervoer. Centraal Meldpunt: voordeur van de bemoeizorg 18+ (OGGZ) De uitvoerder is HGM. De bemoeizorg is niet zelf gevraagde zorg voor mensen met problemen op vele levensgebieden. Bij het centraal meldpunt werken sociaal (psychiatrisch) verpleegkundigen. Professionals kunnen zorgmeldingen doen maar ook verwijzers als politie en buurtbewoners. 12. Opvang mogelijkheden niet specifiek voor dak- en thuisloze jongeren
Stoelenproject Het Stoelenproject De Duif is een laagdrempelige nachtopvang voor dak- en thuisloze mensen. Het project is in de winter, van medio oktober tot medio april, elke nacht geopend. Per nacht biedt het aan zo'n twintig mensen gratis een dak, warmte en iets te eten. Nadat bezoekers overdag een gratis toegangsbon hebben gehaald, kunnen ze tussen 22.30 en 23.15 uur binnenkomen en tot 07.30 uur 's morgens blijven. Ze worden ontvangen met brood en een kop soep en 's morgens is er brood met beleg. De stoelen waar aanvankelijk op geslapen werd, en waar het project zijn naam aan ontleent, zijn inmiddels vervangen door matrassen.
Stichting kruispunt Stichting Kruispunt biedt van maandag t/m zaterdag inloop van 16.30 tot 19.00 uur. Er is de mogelijkheid om tegen een geringe vergoeding een warme maaltijd te gebruiken.
Hera Vrouwenopvang Hera, vrouwenopvang Gelderland biedt 24 uur per dag ondersteuning of opvang aan vrouwen en hun kinderen die te maken hebben met mishandeling (lichamelijk, psychisch of seksueel) door hun (ex)partner en huiselijk geweld.
11
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
12
4. Bestaande netwerken/samenwerkingsinitiatieven
Netwerken
Provinciale overleggen met betrekking tot afstemming geïndiceerde zorg Zorgtafel: Pactum, Lindenhout, IrisZorg, Leger de Heils, RIBW, Siza dorpgroep en BJz. Doel van de zorgtafel is casuïstiekbespreking en ontwikkeling aanpak. De zorgtafel is een regionaal afstemmingsoverleg van jeugdzorg en aanpalende voorzieningen rondom casussen. Thema‟s zijn de wachtlijsten en herplaatsingen van cliënten. Ook wordt er overbruggingszorg geregeld. De zorgtafel heeft even goed gefunctioneerd, maar werkt nu nauwelijks meer, de structuur is er uit. Casusoverleg: provinciaal overleg tussen zorginstellingen, provincie en BJz over casussen die over de grenzen van de intramurale plaatsing gaan.
Lokale overleggen Circuitoverleg: casuïstiekoverleg met als doelgroep volwassenen binnen de maatschappelijke opvang met heftige problematiek. Zwerfjongerenoverleg: inhoudelijk overleg gericht op afstemming waaraan deelnemen; Pactum-Rijn-Side T-team IrisZorg Jona Het overleg vindt 2 maal per jaar plaats.
Samenwerking Er zijn in Arnhem goede voorbeelden van samenwerking tussen de instellingen. De samenwerking is vaak niet structureel ingebed en vindt plaats op persoonlijke titel of aan de hand van een actueel probleem. Hierdoor moeten de partners elkaar steeds opnieuw vinden en ontstaan er hiaten in de ketenzorg. Er kan veel meer dan nu gebruik gemaakt worden van elkaars kennis en mogelijkheden om tot een sluitende keten van zorg te komen. Voorbeeld daarvan zijn de matig functionerende netwerken. Voorbeelden van samenwerking tussen instellingen MEE neemt deel aan het Karios project van de Pompenkliniek „anders denken en doen‟ over seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ook een deel van LVG doelgroep maakt hier deel van uit. MEE en IrisZorg werken samen aan LVG alcoholverslavingsproblematiek via de methodiek Liebermann.
13
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
14
5. Aanbod in ontwikkelingen bij de partners in Arnhem
Bij de instellingen zijn diverse initiatieven om een beter en vollediger aanbod voor dak - en thuisloze jongeren te ontwikkelen. Hieronder een wellicht niet volledig overzicht: Het Leger des Heils ontwikkelt: Rensersestraat: ambulante woonbegeleiding Dak en Thuis: Ondersteuning bij wonen en dagbesteding onder andere ten behoeve van dak- en thuisloze jongeren vanaf 17 jaar. Aanbod in ontwikkeling bij de IrisZorg/verslavingszorg: Jeugd IMC (intramuraal motivatie centrum): Het centrum wordt in Nijmegen ontwikkeld en is ook toegankelijk voor jongeren uit Arnhem. Er worden 8 plaatsen gerealiseerd. Expertteam Jeugd: Er wordt een intern diagnostisch team (testen en advies) ontwikkeld ten behoeve van de aanmeldingen binnen de verslavingszorg, maar ook andere organisaties kunnen daarvan gebruik maken. Er wordt hierin samengewerkt met Nijmegen. Specifiek hulpaanbod voor jongeren: Er is een plan ontwikkeld voor een specifiek aanbod voor jongeren. Het aanbod zal bestaan uit: Crisisplekken Detoxafdeling Behandelafdeling Bij de ontwikkeling wordt de samenwerking gezocht met de GGZ en BJz. Het plan is voor subsidiering ingediend bij het Rijk. IrisZorg ontwikkelt in samenwerking met het RIBW een wachtwoningenproject. Wachtwoningen zijn bedoeld voor cliënten die uitstromen uit de crisisopvang. Dit is niet specifiek gericht op jongeren maar betreft veelal jonge onvolledige gezinnen met kleine kinderen. (Malburgen) Ontwikkeling speciaal activiteiten aanbod voor jongeren: Op dit moment wordt een plan ontwikkeld voor de uitbreiding van het activiteitenaanbod voor jongeren. Vivare, IrisZorg, Lindenhout, Jona, Pactum-Rijn-Side en Gelderse Roos en Leger des Heils ontwikkelen een huisvestingsproject met woonbegeleiding. Jongeren kunnen er ongeveer een ½ jaar verblijven. Het RIBW is eind 2006 gestart met 22 plaatsen Beschermd Wonen voor jeugdigen met een psychiatrische stoornis. Uitbreiding hiervan volgt in 2007 en verder door middel van nieuwe woonvormen o.a. voor de doelgroep zwerfjongeren. Jona werkt aan uitbreiding van de openingstijden.
15
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
16
6. Knelpunten en witte vlekken in de zorgketen en oplossingsrichtingen
In de interviews zijn een aantal knelpunten en witte vlekken benoemd. Hieronder een samenvatting van de genoemde punten. Regie Er ontbreekt een heldere regie op de aanpak van dak- en thuisloze jongeren. De gemeenten moet de regie oppakken en samen met de instellingen tot een integrale aanpa k komen en een ketenaanpak realiseren. Feiten en cijfers Tot nu toe ontbreekt een helder overzicht van de keten van zorg voor dak- en thuisloze jongeren. Waarschijnlijk hebben de instellingen samen de populatie goed in beeld. Of de hele groep in beeld is, is niet duidelijk. Vooral de groep jongeren die niet daadwerkelijk dak en thuisloos zijn maar die geen stabiele thuissituatie hebben (grijs gebied) is onbekend. Registratie en monitoring zijn dan ook noodzakelijk. Er moet afstemming komen van de registratiesystemen van de instellingen zodat een reëel beeld verkregen kan worden van de omvang van de problematiek. Signalering Signalering vindt nu voornamelijk plaats door het straathoekwerk van Pactum -Rijn-Side. Het is wenselijk dat vroegtijdig risicogedrag van jongeren gesignaleerd wordt. Bij deze vroegsignalering vervuld het randgroepjongerenwerk/jongeren opbouwwerk dat binnen het welzijnswerk valt een belangrijke rol. Voorwaarde is dat er voldoende capaciteit randgroepjongerenwerk beschikbaar is om contacten met risicogroepen te leggen c.q. onderhouden. Het huidige aanbod randgroepjongerenwerk/jongeren opbouwwerk dat de welzijnsstichting Rijnstad hiervoor ter beschikking heeft lijkt onvoldoende. Huisvesting en inkomen Het vinden van huisvesting en het regelen van inkomen is een probleem. Er zijn voor jongeren veel voorwaarden verbonden aan het verkrijgen van een uitkering. Zonder een uitkering is het regelen van huisvesting onmogelijk. Een goede regeling bij het CWI voor deze doelgroep is noodzakelijk. T-team Het T-team is nog volop in ontwikkeling. Knelpunt is dat het T-team onvoldoende is ingebed in structurele afspraken tussen de ketenpartners. Het T-team zou gebruik moeten kunnen maken van een casuïstiekteam samengesteld uit de ketenpartners, waar bred e screening kan plaatsvinden en afstemming van de noodzakelijke aanpak. Meldpunt, loket Een veelheid van organisaties bieden hulp aan dak en thuisloze jongeren (met name 18+). In de uitvoering wordt op persoonlijke titel samengewerkt, maar er is geen cen traal punt waar signalen gemeld kunnen worden en waar de jongeren naar de meest geschikte vorm van hulp of combinatie van hulpvormen begeleidt kan worden.
17
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Het is wenselijk dat organisaties als: MEE, Lindenhout, IrisZorg, Pactum, Rijn -Side en JONA gezamenlijk vorm geven aan een centrale meldpunt/inloop waar de hulpverlening onmiddellijk wordt opgepakt. De hulporganisaties zouden outreachend moeten werken maar daarover moeten goede afspraken worden gemaakt. Dit meldpunt zou bij voorkeur voor verwijzers 24 uurs bereikbaarheid moeten bieden. Hulpverlening Het hulpverleningaanbod zou op zich afdoende kunnen zijn, maar de mogelijkheid (wachtlijsten) en de voorwaarden (huisvesting en uitkering) om effectieve hulp te organiseren en goede uitstroom mogelijkheden ontbreken of moeten verbeterd worden. De wachtlijsten in de hulpverlening vormen een ernstige belemmering voor een effectieve hulp aan dak- en thuisloze jongeren. Vaak wordt in het voortraject veel geïnvesteerd om de jongeren te motiveren tot hulp. Wachtlijsten doen een deel van deze inspanningen teniet. Onderzocht moet worden of naar voorbeeld van MEE er afspraken te maken zijn dat casussen via warme overdracht buiten de wachtlijsten om geplaatst kunnen worden. Opvang en dagbesteding Voor de eerste opvang en opstarten van een hulptraject is meer acute opvang nodig. Dit wordt nu voor een deel gerealiseerd in de HAT-eenheden. Om het goed te laten verlopen is het nodig dat de verzorging gefaciliteerd wordt door de sociale dienst. Daarbij valt te denken aan een model als „Koppeling‟ voor de gezondheidsorganisaties, die daklozen helpen of aan het model dat wordt gehanteerd voor de oudere daklozen. Als experiment is de verzorging nu geregeld voor de HAT-eenheden. In Arnhem is geen 24 uur opvang voor dak- en thuisloze jongeren voorhanden. Onderzoek is wenselijk naar de mogelijkheid in Arnhem van een aanbod als SAM in Nijmegen. Er is behoefte aan een brede algemene opvang voor jongeren, waar meteen gewerkt wordt aan financiën, scholing/werk en hulp die nodig is. Daarnaast is er behoefte aan de uitbreiding van zelfstandige huisvestingsmogelijkheden met woonbegeleiding. Er is onvoldoende aanbod dagopvang en de dagbesteding voor dak- en thuisloze jongeren. Op dit moment verblijven teveel jongeren in de volwassenendagopvang. Overigen Motiveren/sociale steun: bij veel jongeren zijn er nog potentiële mogelijkheden in het sociale netwerk. Bekeken zou moeten worden of de methodiek van de eigenkrachtconferenties ingezet kan worden voor dak- en thuisloze jongeren. Loverboys /girls problematiek zou aangepakt moeten worden. Voorbeeld hiervoor is de aanpak in Overijssel. Het is onduidelijk waar de 18+ signalen van de politie naar toe gaan.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
18
7. Aanbod geordend naar de zorgketen
Aanbod, knelpunten/witte vlekken Informatie en advies
Aanbod in Arnhem
Knelpunt /witte vlekken
11 JIP-inlooppunten
Informatievoorziening voor (dreigende) dak- en thuislozen stelt specifieke eisen, omdat deze groep door een andere leefstijl en andere behoeften/problemen andere vragen heeft.
Sociaal Raadsliedenwerk: voor informatie en hulp bij uitkeringen, werk, wonen, belastingen en geldzaken. Jona Signalering
Screenen
Rijnstad: jongeren opbouwwerk Pactum-Rijn-Side: randgroepjongerenwerk - JONA-huis - MEE - jongerenloket CWI - Politie T-team Gelderse Roos Lindenhout JONA-huis Leger des Heils MEE Pactum-Rijn-Side
Het is wenselijk dat vroegtijdig risicogedrag van jongeren gesignaleerd wordt. Het huidige aanbod randgroepjongeren werk van Rijnstad is onvoldoende om dit afdoende uit te voeren in heel Arnhem. Het T-team is onvoldoende ingebed in structurele afspraken tussen de ketenpartners. Er is geen structureel multidisciplinair casuïstiekoverleg voor een brede screening en afstemming van de hulp. Er is geen centraal punt waar informatie samenkomt.
Outreachende hulp
Indiceren
T-team MEE Leger des Heils
De bepaling welke zorg nodig is vind op dit moment voor de jongeren tot 18 jaar plaats bij Bureau Jeugdzorg. Boven de 18 jaar bepaalt de instelling waar de jongeren zich meldt zelf welke zorg nodig is.
Voor dak en thuisloze jongeren is een onorthodoxe werkwijze noodzakelijk. Meerdere organisatie ontwikkelen plannen om outreachend te gaan werken. Er moeten afspraken gemaakt worden over de samenwerking in de aanpak om te voorkomen dat langs elkaar heen wordt gewerkt. Dak- en thuisloze jongeren hebben meestal problemen op diverse leefgebieden. De 18+ zorginstellingen indiceren zelf waardoor aanpak op meerdere terreinen tegelijkertijd minder gemakkelijk is.
De indicatiestelling voor zorg aan 18jongeren wordt uitgevoerd door BJz. De indicatiestelling voor 18+ wordt uitgevoerd door het CIZ
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
19
Aanbod in Arnhem Hulpverlening/ zorg
Lindenhout: intensieve ambulante begeleiding, - begeleid Kamer Bewoning - crisisopvang. -
20
Knelpunt /witte vlekken Voorwaarden: Er zijn voor jongeren veel voorwaarden verbonden aan het verkrijgen van een uitkering. Zonder een uitkering is het regelen van huisvesting onmogelijk en kan andere zorg nauwelijks ingezet worden.
Rijne-Side: ambulante hulpverlening
De wachtlijsten in de hulpverlening vormen een ernstige belemmering voor Leger des Heils: een effectieve hulp aan dak- en - Vast en Verder: 3 jeugdzorg thuisloze jongeren. Vaak wordt in het bedden, 15 beschermd voortraject veel geïnvesteerd om de wonen bedden, 3 kamers jongeren te motiveren tot hulp. begeleid zelfstandig wonen Wachtlijsten doen een deel van deze kamers inspanningen teniet. - 16 dagbehandelings plaatsen voor jeugd van 12- Voor de eerste opvang en opstarten van 24 jaar een hulptraject is meer acute opvang nodig. MEE: voor jongeren met een LVG –problematiek: In Arnhem is geen 24 uur opvang voor - diagnostiek/testen, dak- en thuisloze jongeren voorhanden. - begeleiding in de eigen situatie, psychosociale Er is onvoldoende aanbod dagopvang begeleiding en de dagbesteding voor dak- en - indicatiestelling thuisloze jongeren. Op dit moment verblijven teveel jongeren in de RIBW: beschermende volwassenen dagopvang. woonvormen en begeleiding aan mensen met psychosociale Er is behoefte aan een brede algemene en psychiatrische problemen. opvang voor jongeren, waar meteen gewerkt wordt aan financiën, IrisZorg: scholing/werk en hulp die nodig is. - crisisopvang 28 plekken waarvan 1 plaats gelabeld Er is behoefte aan de uitbreiding van is voor jongeren zelfstandige huisvestingsmogelijkheden - nachtopvang 40 plekken met woonbegeleiding. waarvan 3 plaatsen gelabeld voor jongeren Er is gericht verslavingszorgaanbod - dagopvang waarvan 2 voor dak en thuisloze jongeren plekken gelabeld voor wenselijk. jongeren - verslavingszorg
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Aanbod in Arnhem Nazorg geïndiceerd
Nazorg nietgeïndiceerde
Spectrum CMO
Knelpunt /witte vlekken
Driestroom voor jongeren met verstandelijke beperking Siza-dorpgroep idem voor jongeren met lichamelijk handicap Lindenhout (psychiatrie, LVG) MEE: LVG
Ook voor niet LVG en ex-psychiatrie geïndiceerde jongeren moet de terugkoppeling, overdracht, nazorg na een intensief zorgtraject goed geregeld worden, zodat voorkomen wordt dat jongeren terugvallen in oude patronen/gedragingen.
Rijnstad: maatschappelijke Werk GGZ jeugd Pactum-Rine-side MEE: LVG
Onder niet geïndiceerde nazorg verstaan we de extra inspanningen die nodig zijn om jongeren na beëindiging van het zorgtraject op een goede manier te laten reïntegreren. Er moeten heldere afspraken zijn over de woon- en sociale begeleiding die voor jongeren beschikbaar is.
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
21
22
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
8.
Actiepunten
1. Regievoering De gemeente moet de regie krachtig ter hand nemen en met de instellingen een sluitende keten van zorg voor dak-en thuisloze jongeren realiseren. Daarbij staat een integrale aanpak centraal en worden de samenwerkingsafspraken bestuurlijk geborgd. Daarnaast moeten de registratiesystemen van de instellingen op elkaar afgestemd worden zodat een reëel beeld verkregen kan worden van de omvang en aard van de problematiek. 2. Meldpunt Er moet een centraal punt ontwikkeld worden waar verwijzers dak-en thuisloze jongeren kunnen melden, waar een multidisciplinair team de screening uitvoert en de outreachende hulp wordt afgestemd. 3. Casuïstiekbesprekingen Om een goede toeleiding naar de juiste zorg te realiseren is het noodzakelijk een organisatie overstijgende casuïstiekbespreking, gericht op een integrale aanpak te realiseren. Partners hierin zijn: IrisZorg (verslavingszorg en maatschappelijke opvang), GGZ, MEE, Pactum, RIBW, Pactum-Rijn-Side, Leger des Heils. Het casuïstiekoverleg moet gericht zijn op screening, diagnose, outreachende hulp en afstemming van zorg (verwijzing). 4. Hulp IrisZorg moet een specifiek aanbod ontwikkelen voor verslaafde dak- en thuisloze jongeren. 5. Opvang en dagbesteding Huidig opvangaanbod specifiek voor jongeren JONA-huis
dagopvang
Leger des Heils
IrisZorg
3 jeugdzorg bedden beschermd wonen plaatsen 3 kamers begeleid zelfstandig wonen kamers Crisisopvang : 1 plaats gelabeld voor jongeren Nachtopvang : 3 plaatsen gelabeld voor jongeren Dagopvang : 2 plekken gelabeld voor jongeren
Voor de eerste opvang en opstarten van een hulptraject is meer acute 24 uurs opvangcapaciteit nodig. Onderzoek is wenselijk naar de mogelijkheid in Arnhem van ee n aanbod zoals SAM in Nijmegen. Deze opvang moet bieden: brede algemene opvang waar gewerkt wordt aan het regelen van de financiën, scholing/werk en de zorg die nodig is. De sociale dienst moet samen met de hulpverlenende organisaties een aangepast protocol ontwikkelen voor het regelen van een uitkering aan dak-en thuisloze jongeren. Er moet meer zelfstandige huisvesting met woonbegeleiding gerealiseerd worden. Voorbeeld hiervan zijn de in ontwikkeling zijnde Hatjes. Er moet een uitbreiding gerealiseerd worden van dagopvang en de dagbesteding voor dak- en thuisloze jongeren.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
23
24
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Bijlage 1
Samenvatting Rapport Tussen wal en schip…..: knelpunten in de overgang van jeugdzorg naar volwassenenzorg bij dak- en thuisloze jongeren in Arnhem en de rol van de samenwerking tussen instellingen. Juli 2007
Onderzoek De afgelopen jaren is het aantal dak- en thuisloze jongeren in Nederland gegroeid. Een zorgwekkende ontwikkeling als je je realiseert dat een deel van deze jongeren in een vicieuze cirkel terechtkomt en een langdurige dakloosheid tegemoet gaat. Om dit tegen te gaan kunnen dak- en thuisloze jongeren tot 18 jaar terecht bij (bureau) jeugdzorg. Jongeren krijgen de hulp die ze nodig hebben en een nieuwe kans om zich te ontplooien. Wanneer een jongere 18 jaar wordt, verandert dit. Hij of zij heeft geen recht meer op hulp vanuit de jeugdzorg. Vanaf deze leeftijd is een dak- of thuisloze toegewezen op de volwassenenzorg. Een grote overgang, dat niet vanzelfsprekend soepel verloopt. In het voorjaar van 2007 hebben drie studenten van de Universiteit van Utrecht onderzoek verricht naar de overgang van jeugdzorg naar volwassenenzorg bij dak- en thuisloze jongeren. Welke knelpunten spelen er en wat is de rol van samenwerking tussen de instellingen bij de aanpak van de knelpunten? Om hier zicht op te krijgen zijn gesprekken gevoerd met betrokken instellingen in Arnhem. In gesprekken met hulpverleners, managers van instellingen en jongeren zijn kansen en puzzels bij de overgang verkend. Op grond van de verkregen inzichten en een literatuurstudie zijn aanbevelingen opgesteld.
Jeugdzorg: vangnet tot 18 jaar Dak- en thuisloze jongeren kunnen tot de leeftijd van 18 jaar terecht bij jeugdzorg. De geïnterviewde jongeren zijn allen in contact geweest met een jeugdzorginstelli ng. Het merendeel spreekt hier niet rooskleurig over. De massaliteit en het ontbreken van een vertrouwensband met hulpverleners, zijn voorbeelden van tegenvallende ervaringen. Jongeren zijn ongemotiveerd en hebben vertrouwen in de hulpverlening verloren. H ierdoor zullen zij minder snel de volwassenenzorg opzoeken wanneer de jeugdzorg ophoudt, aldus de hulpverleners. Daarbij komt dat jongeren ineens meer vrijheid hebben, maar niet weten hoe ze daar mee om moeten gaan. De problemen worden groter. Er is geen vangnet meer, ze staan er alleen voor. De geïnterviewde jongeren geven aan dat de stop vanuit de jeugdhulpverlening een cruciale rol in hun leven heeft gespeeld. In een paar maanden tijd belandden ze soms terug op straat.
Moeizame overgang De overgang van jeugdzorg naar volwassenenzorg loopt volgens hulpverleners erg moeizaam. Verschillende oorzaken worden hiervoor genoemd. Binnen de jeugdzorg wordt allereerst onvoldoende aandacht besteed aan het voorbereiden van de jongere op de overgang naar volwassenenzorg. De jongere komt van een situatie van veelal gedwongen hulpverlening in een situatie van eigen verantwoordelijkheid. Doordat er geen contacten zijn met instellingen, is het voor jongeren moeilijk de juiste plek voor hulpverlening te vinden als zij eenmaal de jeugdzorg verlaten hebben. Betere voorbereiding op de overgang is nodig om hen te motiveren gebruik te maken van hulp vanuit de volwassenenzorg.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
25
Naast het ontbreken van nazorg, komen ook andere knelpunten naar voren. Denk hierbij aan de wachtlijsten voor jeugdzorg die er toe leiden dat de doorstroom wordt bemoeilijkt. Ook verschillen in financieringswijze dragen er aan bij dat de overgang moeizaam verloopt. Vanuit dit oogpunt verdient het aanbeveling de capaciteit van instellingen te vergroten zod at zij de verdere groei van het aantal dak- en thuislozen kunnen op vangen. De geïnterviewden zien hier een belangrijke rol weggelegd voor gemeenten en de provincie.
Eilanden in de volwassenenzorg Niet alleen bij de overgang van jeugdzorg naar volwassenenzorg liggen verbeterpunten, ook binnen de volwassenenzorg behoeven verschillende zaken verbetering. Het grootste knelpunt is de versnippering van instellingen. Verbindingen tussen organisaties zijn kwetsbaar en men is niet op de hoogte van elkaars expertise en inzet. Met als gevolg overloop in procedures en onoverzichtelijkheid in het veld. Ook blijkt dat er veelvuldig contra-indicaties worden ingesteld. Dit leidt er toe dat jongeren nergens terechtkunnen. De aanpak van de eilandenstructuur in de volwassenenzorg vraagt om structurele samenwerking tussen instellingen. In formele samenwerkingsafspraken kan de inzet van instellingen worden vastgelegd. De menselijke kant van vertrouwen tussen instellingen is daarbij onontbeerlijk, zo geven de managers aan. Ook een centrale voordeur waar jongeren terechtkunnen, en een case-manager die er voor zorgt dat de verleende hulp op elkaar is afgestemd, is nodig om de coördinatie van zorg te versterken. Op dit vlak zijn al verschillende ontwikkelingen zichtbaar. Een sociale kaart, tot slot, zou meer zicht geven op het veld van de volwassenenzorg.
Optimale zorg Kenmerkend voor de dak- en thuisloze jongeren is de meervoudige problematiek. Vaak hebben zij een verleden dat in het teken staat van misbruik of verslaving. Vee l jongeren zijn licht verstandelijk gehandicapt of hebben psychiatrische stoornissen. Ook problemen op het vlak van opvoeding, leefomgeving, opleidingsniveau, inkomen en vrijetijdsbesteding komen veelvuldig voor. In de praktijk blijkt dat instellingen binnen de volwassenenzorg onvoldoende zijn ingericht op de meervoudige problematiek van dak- en thuislozen. Zij hanteren veelal een enkelvoudige probleembenadering. Tevens kampen jongeren met problemen die beter door jeugdzorg behandeld kunnen worden. De volwassenenzorg is onvoldoende gespecialiseerd in de ontwikkelingsproblematiek. Dit maakt dat, naast het gegeven dat jongeren moeilijk de juiste plek kunnen vinden, er een grotere kans bestaat dat zij buiten de boot vallen. Enkele managers van instellingen pleitten ervoor om de leeftijdsgrens van 18 jaar te verhogen. Jongeren zijn vaak nog te jong voor de volwassenenzorg. Ook moet er meer variatie in aanbod komen waarin wordt ingespeeld op de specifieke doelgroep, zoals bijvoorbeeld voor tienermoeders. Uit bovenstaande blijkt dat er volop kansen zijn om de overgang van jeugdzorg naar volwassenenzorg bij dak- en thuisloze jongeren te verbeteren. Rode draad in de aanbevelingen is het belang van samenwerking tussen instellingen. Een transparante, integrale aanpak kan het verschil uitmaken voor jongeren en de overgang verbeteren, zo is de opvatting. Er is een gedeelde droom, een onmisbaar ingrediënt voor duurzame samenwerking.
26
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Bijlage 2 Lijst met geïnterviewde instellingen John Coldewijn Ingrid Hendriks en Huub Hofs John Goessens Joep verhoeven Kees Harten Paula Boerrigter Petra vande Schepop Carolien Meulenberg Lieke van der Heijden
Spectrum CMO
-
Pactum-Rijn-Side IrisZorg Lindenhout MEE Gelderse Poort Leger des Heils RIBW HGM de Gelderse Roos JONA
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
27
28
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Bijlage 3
Aantekeningen werkbijeenkomst dak-en thuisloze jongeren Arnhem 30 augustus Discussie 1.
Regievoering
De gemeente moet de regie krachtig ter hand nemen en met de instellingen een sluitende keten van zorg voor dak-en thuisloze jongeren realiseren. Daarbij staat een integrale aanpak centraal en worden de samenwerkingsafspraken bestuurlijk geborgd. Daarnaast moeten de registratiesystemen van de instellingen op elkaar afgestemd worden zodat een reëel beeld verkregen kan worden van de omvang en aard van de problematiek. regie De deelnemers vinden dat de gemeente de regie moet nemen. Dit wordt ook door de instellingen die niet door de gemeente gesubsidieerd worden onderschreven. De vertegenwoordiger van MEE Gelderse Poort benadrukt dat daarmee bedoeld wordt dat de gemeente de beleidsregie moet nemen, niet de regie op de uitvoering. De vraag of de gemeente casemanagers zou willen leveren kan nu nog niet beantwoord worden. De gemeente kan maar in beperkte mate een sturende rol vervulle n: namelijk naar de instellingen waar de gemeente producten afneemt of productafspraken maakt. De andere organisatie werken binnen de wet en regelgeving van provincie en rijk. De regievoering bestaat dan ook uit initiëren, stimuleren, het kader scheppen en draagvlak creëren. De gemeente moet een expliciete beleidsvisie ontwikkelen en resultaten benoemen. Op basis daarvan mag de gemeente best directiever te werk gaan en de afspraken met de partners vastleggen in een convenant/contract. IrisZorg legt er de nadruk op dat provincie, gemeente en het zorgkantoor hun beleid moeten afstemmen.
Registratie Er is inderdaad afstemming van de nodig. Bij instellingen is goed bekend om welke jongeren het gaat maar of jongeren bij verschillende instellingen geregistreerd is nu nog niet te zien. Er wordt gewerkt aan een provinciale monitor met daarbinnen een specifieke module voor dak-en thuisloze jongeren. Joep Verhoeven en John Goessens bieden aan te participeren in de werkgroep die zich hier mee bezig houdt. 2. Informatie Dak- en thuisloze jongeren zijn vaak moeilijk bereikbaar en bij het bieden van informatie moet daarmee rekening worden gehouden. Wanneer een jongere om informatie komt vragen en daarop niet direct een contact gelegd kan worden in de vorm van een afs praak of eerste intake gaat vaak een belangrijk moment verloren. Het kan daarna weer enige tijd duren voor de jongere opnieuw om informatie vraagt.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
29
Dit knelpunt wordt door de aanwezige niet herkent. Iets nieuws optuigen is dan ook niet wenselijk. Wel moet er gerichte informatie naar verwijzers plaatsvinden zodat zij de jongeren goed kunnen informeren en ook zelf de weg kennen. 3. Meldpunt /Casuïstiekbesprekingen Er moet een centraal punt ontwikkeld worden waar verwijzers dak-en thuisloze jongeren kunnen melden, waar een multidisciplinair team de screening uitvoert en de outreachende hulp wordt afgestemd. Tevens zou op dit meldpunt een inloop/informatiepunt voor dak -en thuisloze jongeren moeten vormen. Om een goede toeleiding naar de juiste zorg te realiseren is het noodzakelijk een organisatie overstijgende casuïstiekbespreking, gericht op een integrale aanpak te realiseren. Partners hierin zijn: Iriszorg (verslavingszorg en maatschappelijke opvang), GGZ, MEE, Pactum, RIBW, Rijnside. Het casuïstiekoverleg moet gericht zijn op screening, diagnose, outreachende hulp en afstemming van zorg (verwijzing). Voor 18- functioneert BJz als centraal meldpunt. Bij 18+ ontbreekt dit. Voorkomen moet worden dat er een loket ontwikkeld wordt dat er toe leidt dat er wee r een extra schakel ontstaat met veel bureaucratie. Bekeken moet worden of er aangesloten kan worden bij een ander meldpunt. Het voorbeeld van de zorgtafel in Nijmegen is wellicht inspirerend. Voorstel: werk een concept aanpak uit. 4. Hulp IrisZorg moet een specifiek aanbod ontwikkelen voor verslaafde dak- en thuisloze jongeren. Wordt onderkend en IrisZorg is hiermee aan de slag. Motiveren/sociale steun: bij veel jongeren zijn er nog potentiële mogelijkheden in het sociale netwerk. Bekeken moet worden of de methodiek van de eigenkrachtconferenties ingezet kan worden voor dak- en thuisloze jongeren. Dit lijkt een aardig idee, maar heeft voorlopig geen prioriteit. 5.
Opvang en dagbesteding
1
Voor de eerste opvang en opstarten van een hulptraject is meer acute opvangcapaciteit nodig. Onderzocht moet worden of er in Arnhem een aanbod zoals SAM in Nijmegen gerealiseerd kan worden. Deze opvang moet bieden: brede algemene opvang waar gewerkt wordt aan het regelen van de financiën, scholing/werk en de zorg die nodig is. Er moet meer zelfstandige huisvesting met woonbegeleiding gerealiseerd worden. Er moet een uitbreiding gerealiseerd worden van dagopvang en de dagbesteding voor dak- en thuisloze jongeren.
2 3
Onderkend wordt dat er uitbreiding van specifieke opvang voor dak en thuisloze jongeren nodig is. Het gaat daarbij om nachtopvang, dagopvang en crisisopvang of een combinatie hiervan. Aantekeningen daarbij zijn: Hoe groot is de vraag: instellingen kunnen dat inschatten voor de groep die bij hen bekend is. Wanneer je die gegevens naast elkaar legt kun je tot een redelijke aanname over de vraag komen.
30
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
Spectrum CMO
Pas op voor het bij elkaar plaatsen van grotere groepen jongeren. Ervaring leert dat jongeren in een groep elkaar „besmetten‟. John Goessens: “wij ontwikkelen het kangaroo wonen model”.
Voorstel: breng de vraag in beeld samen met de instellingen en ontwikkel een voorstel. Huub Hofs, Dhr Harten en John Goessens bieden aan mee te denken en informatie te leveren. 4
De sociale dienst moet samen met de hulpverlenende organisaties een aangepast protocol ontwikkelen voor het regelen van een uitkering aan dak-en thuisloze jongeren.
Vanuit de zorginstellingen komt de vraag om financiën voor jongeren goed te regelen. Hier ligt een spanningsveld. De discussie over dit probleem moet nog gevoerd worden. Er zijn op dit moment al wel afspraken gemaakt door John Goessens met het CWI over bijzondere aanpak voor dak en thuisloze jongeren.
Vervolg 1 2 3
Marga past de notitie aan. In werkgroepjes worden de actiepunten uitgewerkt die verwerkt worden in het plan van aanpak. Marga schrijft een plan van aanpak en legt dit voor aan de projectgroep.
Spectrum CMO
Zorgketen dak- en thuisloze jongeren Arnhem
31