in samenwerking met de SGSN BaO SG TEMSE SG STEKENE in overleg met het Vrij CLB Waas en Dender
ZORGFORMULIER BaO – SO
HANDLEIDING o UITGANGSPUNTEN
SCHOOLJAAR 2005-2006
SGSN – SGSNBaO – Temse – Stekene
Zorgformulier BaO-SO
2005-2006 1
UITGANGSPUNTEN 1. Basisscholen hebben heel wat expertise opgebouwd. De basisscholen houden op systematische en zorgvuldige wijze leerlingengegevens bij in het leerlingendossier. Dat past in het lokale zorgbeleid. Leerlingen met speciale zorgvragen worden zo goed mogelijk opgevangen door de juf of de meester, door de zorgcoördinator, de directie, het CLB,… Waar nodig worden externe deskundigen ingeschakeld. Zo snel mogelijk tracht men leerstoornissen op te sporen en de juiste diagnose te stellen. Dikwijls is het een hele zoektocht om de juiste ondersteunende maatregelen uit te werken, waarmee dat specifieke kind concreet geholpen wordt. Wanneer een leerling op het einde van de lagere school de overstap maakt naar het secundair onderwijs, heeft de basisschool al heel wat expertise opgebouwd, waarbij het kind echt gebaat is. Het is een grote bekommernis van de basisscholen dat deze expertise niet verloren gaat in het SO, dat het kind zo snel mogelijk kan verder bouwen op de ondersteuning die het gekregen heeft. 2. Secundaire scholen willen relevante informatie Ook de secundaire scholen binnen onze SG bouwen een eigen leerlingenvolgsysteem uit en zijn vragende partij om zo snel mogelijk relevante informatie over hun nieuwe leerlingen te krijgen. Uit een uitgebreide rondvraag bij alle scholen van het SO, blijkt dat zij in eerste instantie die informatie krijgen van de ouders bij de inschrijving van hun zoon of dochter. De inschrijving van een leerling is de laatste jaren geëvolueerd van een administratieve aangelegenheid naar een echt ‘intakegesprek’. Alle scholen voorzien op hun inschrijvingsformulier een rubriek rond ‘zorgvragen’. De uitwerking daarvan verschilt van school tot school. Een vaststelling is wel dat de rubriek in de ASO-school meestal beperkter van omvang is in vergelijking met een TSO-BSO-school. Daar is zelfs meestal een apart formulier voorzien, dat al snel vier pagina’s groot is. 3. Welke informatie over wie? De leerling heeft alle belang bij een vlotte overgang tussen het basisonderwijs en het secundair onderwijs. Zeker voor leerlingen met speciale zorgvragen is het belangrijk dat de school uit het secundair onderwijs zo goed mogelijk op de hoogte is. De vraag stelt zich echter, welke informatie het best wordt overgemaakt? Uit de rondvraag in de scholen uit het SO van onze SG bleek nl. dat vele scholen er belang aan hechten dat leerlingen ‘met een nieuwe lei’ kunnen starten. Dat stemt tot nadenken, want inderdaad, kinderen kunnen zich anders gaan gedragen wanneer ze van school veranderen. Moet die nieuwe school dan noodzakelijk op de hoogte zijn van de voorgeschiedenis van zijn leerlingen? Daar moet genuanceerd op geantwoord worden. Vele zaken die te maken hebben met de ‘houding’ van de leerling, moeten niet noodzakelijk doorgegeven worden. De ene leerling is wat socialer dan de andere, de ene is meer een leiderstype en de andere wat volgzamer, de ene leerling is wat guitiger dan de andere en durft al eens wat kattenkwaad uithalen,… Zolang dat allemaal geen uitzonderlijke vormen aanneemt, is het van geen belang dat deze informatie wordt doorgegeven. Zolang die leerling op een normale manier kan functioneren in de nieuwe school, moet men zich ook geen SGSN – SGSNBaO – Temse – Stekene
Zorgformulier BaO-SO
2005-2006 2
zorgen gaan maken waar er geen zijn. Elke leerling zal trouwens nog genoeg evolueren en veranderen en dat merken de leerkrachten wel. Anders is het gesteld met leermoeilijkheden en leer- of gedragsstoornissen. Die zorgden er immers voor dat het kind niet goed functioneerde in de basisschool, dat het zich niet goed in zijn vel voelde ten koste van zichzelf of de klas. In die gevallen is het wel degelijk zinvol dat de school uit het secundair onderwijs zo snel mogelijk op de hoogte is. ‘Starten met een nieuwe lei’ gaat voor deze leerlingen niet op. Het zou een stap achteruit zijn. Wanneer leerkrachten uit de secundaire school pas na weken of maanden ondervinden dat er iets aan de hand is met die leerling, is er al kostbare tijd verloren gegaan. Uit het voorgaande mag blijken dat we er binnen onze SG niet voor kiezen om voor alle leerlingen een zorgformulier in te vullen. We beogen enkel die leerlingen, die in de basisschool al persoonlijke ondersteuning kregen op bepaalde vlakken. 4. Beknopt, maar duidelijk Binnen onze SG opteren we voor een formulier dat beknopt, maar duidelijk is. Beknopt om de planlast voor de collega’s van de basisschool niet nutteloos te vergroten en om ervoor te zorgen dat het bij de inschrijving werkelijk gelezen wordt en niet als een epistel naast zich wordt neergelegd. Het is o.a. voor het intakegesprek in het secundair onderwijs dat het formulier snel duidelijk genoeg moet zijn. De inschrijvende school moet zich nl. een goed beeld kunnen vormen van de zorgvraag en moet in alle eerlijkheid met de ouders bespreken, of ze de gevraagde ondersteuning kunnen bieden. 5. Grenzen durven stellen. Als dat niet zo is, is het beter dat dit duidelijk wordt gecommuniceerd met de ouders, kwestie van geen valse verwachtingen te creëren. Het is en blijft overigens belangrijk dat een school ook grenzen kan stellen aan de hulpvragen van de ouders : hoeveel goede wil er in een school ook aanwezig is, ook een school kent zijn beperktheden en een school is nog iets anders dan een verzorgingsinstelling. 6. Een extra stimulans voor het zorgbeleid in het secundair onderwijs. Het spreekt vanzelf dat het zorgformulier niet enkel nuttig is bij het intakegesprek, maar dat het precies de aanzet is om in het secundair onderwijs in het begin van het schooljaar zo snel mogelijk de nodige maatregelen te treffen. Als het formulier in het inschrijvingsdossier blijft steken, heeft het weinig of geen zin. Een concrete omschrijving van de stimulerende maatregelen die in de basisschool genomen werden, kan inspirerend werken voor de leerkrachten van het secundair onderwijs. Het zorgbeleid in een school is immers nooit af en wellicht kan de invoering van het zorgformulier voor extra stimulansen zorgen. Misschien dienen zich in een school leerlingen aan met nieuwe zorgvragen en kan dat de aanleiding zijn voor een school uit het secundair onderwijs om nieuwe pistes te bewandelen of andere verder te exploreren.
SGSN – SGSNBaO – Temse – Stekene
Zorgformulier BaO-SO
2005-2006 3
7. Betrokkenheid van de ouders. Om twee redenen is de betrokkenheid van de ouders belangrijk : De wet op de privacy. Strikt wettelijk genomen, mag een basisschool zelf geen informatie doorgeven aan een school uit het secundair onderwijs. De wet op de privacy verbiedt dit. De ouders zijn de enigen die zo’n zorgformulier kunnen overdragen naar de andere school. Verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kind Wanneer een basisschool zoveel inspanningen doet om een kind met leermoeilijkheden of leerstoornissen te begeleiden, dan is het in het grootste belang van dat kind om de continuïteit in de zorg zo goed mogelijk te garanderen. Ouders zouden dat moeten inzien, wat meestal wel zo is. Het is dan ook met die positieve ingesteldheid dat ouders moeten betrokken worden bij het opstellen van het zorgformulier : het beschrijven van de leermoeilijkheden en de daaraan gekoppelde hulp, is geen straf, is geen stigmatisering van het kind. Het is een middel om de nieuwe school zo goed mogelijk te informeren, zodat de hulp zo snel mogelijk kan verder gezet worden. Uit onze rondvraag bij de secundaire scholen, blijkt dat de meeste ouders bereid zijn om de zorginformatie mee te delen aan de school. Wanneer ze in de toekomst ondersteund zullen worden door een zorgformulier, dan kunnen ze enkel nog beter geïnformeerd naar het secundair onderwijs stappen. Een uitzonderlijk klein groepje ouders wil echter niet dat de school, of de betrokken leerkrachten op de hoogte zijn van de moeilijkheden die hun kind heeft. Of dit in het belang van het kind is, is zeer de vraag!? 8. Het CLB en de school werken complementair. Het is niet de bedoeling met het zorgformulier het CLB-dossier over te schrijven of overbodig te maken. In tegendeel, binnen onze SG willen wij het CLB volledig betrekken bij het opstellen van het zorgformulier. In het basisonderwijs maakt het CLB deel uit van het MDO, het multi-disciplinair overleg. Dat is het forum waarin leerlingen met zorg besproken worden. Ook het in secundair onderwijs zal het CLB automatisch betrokken worden bij de bespreking van de leerlingen die een zorgformulier meebrengen, want in het SO maakt het CLB deel uit van de Cel leerlingenbegeleiding. Daarenboven kan het CLB-dossier ook nog andere relevante informatie bevatten die nooit via zo’n zorgformulier kan doorgespeeld worden. De CLB-medewerker bepaalt, volgens eigen deontologie en beroepsethiek, hoe er met CLB-dossiergegevens omgegaan wordt.
SGSN – SGSNBaO – Temse – Stekene
Zorgformulier BaO-SO
2005-2006 4
Betrokkenen en timing bij het opstellen Het is belangrijk dat de ouders vanaf het begin tot bij de definitieve opstelling van het zorgformulier maximaal betrokken zijn. Het moet vermeden worden, dat ouders met een ingevuld zorgformulier geconfronteerd worden dat enkel ter ondertekening voorgelegd wordt. In feite ‘groeit’ het zorgformulier stilletjes aan. Meestal manifesteren zich bepaalde leer- of gedragsmoeilijkheden of leerstoornissen zich in de loop van de lagere school. Een vermoeden van leerstoornis wordt onderzocht door het CLB of een externe deskundige en daarvan wordt een attest of een verslag geschreven. Er wordt dan gezocht naar hulpmiddelen, naar ondersteunende maatregelen, er worden afspraken binnen de school gemaakt , enz. Die zaken worden meestal besproken binnen een klassenraad of in een bespreking met de zorgcoördinator of directeur. Die elementen vormen de bouwstenen waarop het zorgformulier is gebaseerd. Tijdens het eerste trimester van het zesde leerjaar, is het dan mogelijk om op een klassenraad of MDO (Multi-disciplinair overleg, waarin o.a. het CLB zit) een lijstje op te stellen van de leerlingen, voor wie het invullen van een zorgformulier aangewezen lijkt. In het tweede trimester worden de ouders uitgenodigd voor een gesprek. In een open gesprek, kunnen volgende vragen ondersteuning bieden bij het opmaken van het formulier : • Welke gegevens gaat u doorgeven aan de nieuwe school? • Waarom vindt u het belangrijk deze informatie door te geven? • Welke informatie kan de school daaraan toevoegen? • Op welke manier wilt u de informatie doorgeven? • Welke gegevens wilt u dat de school op papier zet? Met welke bedoeling? Als de ouders op het zorgformulier willen ingaan, maakt de klasleraar (of zorgcoördinator) een ontwerp van zorgformulier, op basis van de elementen die met de ouders besproken zijn. Hij/zij legt het ontwerp voor op een klassenraad of MDO. In het derde trimester wordt het ontwerpformulier met de ouders besproken, en na een eventuele aanpassing, wordt het definitief opgesteld. Het zorgformulier wordt meegeven samen met het rapport en het getuigschrift. Met dank aan de pilootscholen van het schooljaar 2004-2005 : 1. Broederschool Sint-Niklaas 2. Gesubsidieerde Vrije Basisschool Tieldrode 3. Heilige Familie Sint-Niklaas 4. Hoge Geest De Klinge 5. O.L.V. Presentatie Watermolendreef Sint-Niklaas 6. O.L.V. Ten Bos Nieuwkerken 7. Sint-Camillus Sint-Niklaas 8. Sint-Henricus Steendorp 9. Sint-Jozef-Klein-Seminarie Sint-Niklaas 10. Sint-Lutgart Belsele 11. Toermalijn Stekene SGSN – SGSNBaO – Temse – Stekene
Zorgformulier BaO-SO
2005-2006 5
Naam van de school
BEGELEIDINGSPLAN VOOR LEERLINGEN MET ADHD Naam leerling : ……………………………………… Geboortedatum : …../…../….. Diagnose ADHD werd gesteld door …………………………………. op ……/……/…… Diagnose bijkomende leer-en ontwikkelingsstoornissen …………………………………. werd gesteld door………………………………………………………………………. op …./….../…… r Een kopie van het attest wordt bijgevoegd. De schoolexterne begeleiding • is in handen van (naam, adres, tel. therapeut) ………………………………………………………………………………………. • is stopgezet sinds ……….., omwille van ………………… • medicatie: ja – neen • noodzakelijk tijdens de schooluren? Ja – neen • is stopgezet sinds..............
Maatregelen : Op basis van onderzoeksresultaten en na overleg zijn de aangekruiste maatregelen van toepassing. Het begeleidingsplan start op …../…../….. en wordt jaarlijks geëvalueerd en bijgestuurd. De communicatie tussen school ,ouders en externe hulpverleners gebeurt door de vaste contactpersoon:………….. Engagement : De leerling • waardeert de inspanningen van de school • doet zijn/haar best om goed te presteren op school • maakt afspraken met de leerlingenbegeleider en komt deze na. Hij signaleert daarbij de moeilijkheden die zich voordoen De ouders • maken de extra-zorgvraag bij de inschrijving bekend en bewijzen deze met de nodige attesten • volgen het schoolwerk van hun kind op en nemen onmiddellijk contact op met de leerlingenbegeleider bij moeilijkheden • hebben respect voor wat de school en de leerkrachten opbouwen. • controleren of de leerling zijn medicatie bij zich heeft (bij inname op school)
Datum …../…../….. en handtekeningen : Directie Ouders Leerling
Scholengemeenschap Sint-Nicolaas & Vrij CLB Waas en Dender
Overeengekomen maatregelen i.v.m. ADHD Naam leerling ………………………………………………..
Schooljaar x
De aangekruiste maatregelen zijn van toepassing(x); nadien evaluatie(+ -)
1. Algemeen 1. De leerling wordt regelmatig ,op een vooraf afgesproken moment ,door de leerlingenbegeleider, vakleerkracht of GOK-begeleider geroepen om te werken aan studieorganisatie. 2. Er wordt een klasgesprek georganiseerd rond de genomen maatregelen. 3. Er wordt regelmatig feedback gegeven aan de ouders over de houding van de leerling (bij problemen onmiddellijk!) door de contactpersoon. 4. De leerling krijgt een”geschikte” plaats in het leslokaal. (best vooraf te bespreken met leerling en ouders). 5. De leerling krijgt een rustige buurleerling die snel signalen kan geven wanneer iets fout loopt 6. De leerling krijgt een ‘uitlaatklepactiviteit” : ……………… 7. De leerkracht gaat regelmatig kijken of de leerling goed aan het werk is en benadrukt dit met positieve boodschappen 8. Er wordt regelmatig overleg gepleegd tussen de contactpersoon en externe hulpverleners. 2. Notities 1. De leerling mag duidelijke notities van een andere leerling kopiëren. 2. De notities van de leerling kunnen regelmatig ter controle opgevraagd worden door de leerkracht. 3. Agenda en huistaken
Scholengemeenschap Sint-Nicolaas & Vrij CLB Waas en Dender
+ -
x
+ -
x
+ -
x
+ -
x
+ -
x
+ -
1. De leerling mag voor huistaken en ander zelfstandig thuiswerk de computer gebruiken. 2. De leerling laat zijn agenda door de vakleraar controleren en paraferen. 3. De leerling krijgt een medeleerling aangeduid die zijn/haar agenda nakijkt. 4. De leerling krijgt hulp bij de orga nisatie van zijn/haar boekentas door: q klassikaal de boekentas te maken q controle tijdens het laatste lesuur q de boekentas te maken aan de hand van de schoolagenda q check- list op te stellen 4. Toetsen en examens 1. De leerling mag alleen op de bank zitten 2 De leerling krijgt meer tijd voor schriftelijke toetsen of examens. (concreet in te vullen : bij examens 30’ vroeger beginnen; naar de tijdsklas,…) 3. De leerling mag vragen zijn/haar r schriftelijke toets mondeling toe te lichten r schriftelijk examen mondeling toe te lichten 4. De leerling mag op vraag bepaalde examens mondeling afleggen, met schriftelijke voorbereiding 5. De leerling mag oordopjes dragen tijdens examens. 6. Bij mondelinge examens en toetsen worden de vragen en opdrachten ook schriftelijk gegeven, zodat de leerling ze kan nalezen 6. BIJKOMENDE SPECIFIEKE MAATREGELEN * Controle van inname medicatie tijdens de schooluren * De leerling krijgt een volgkaart *
Scholengemeenschap Sint-Nicolaas & Vrij CLB Waas en Dender
TIPS VOOR LEERKRACHTEN : Naast de afgesproken maatregelen, kan je als leerkracht misschien ook nog inspiratie vinden in volgende tips. Accepteren 1.Toon begrip voor de problematiek van de leerling en moedigt hem/haar aan. 2.Schoolresultaten niet confronterend meedelen. 3.Vermijd zware sancties als de leerling te laat komt of iets vergeten is. Stimuleren en begeleiden Men dient steeds te vertrekken van de eigenheid van de leerling. Elke leerling is uniek en vraagt zorg op maat. Niet alle tips werken voor elke jongere.n. 1.Trek de aandacht va n de leerling door oogcontact of tik op zijn bank bij het geven van een opdracht. 2.Alle boeken, schriften en mappen per vak dezelfde kleur laten geven. 3.De vakken in het uurrooster laten inkleuren in de overeenkomstige kleur . 4.Zorg voor gestructureerd bordgebruik en gestructureerd cursusmateriaal, de pagina’s zijn overzichtelijke , niet overvol en genummerd. 5.Omschrijf duidelijk het doel van de leerstof of taak, duidt op de zin van wat er geleerd wordt 6.Stimuleer de innerlijke spraak( bv stappen van Meichenbaum afficheren). 7.Gebruik heldere taal en geef duidelijke korte instructies en regels (één opdracht tegelijk, niet teveel regels) ondersteund door visuele middelen. 8.Noteer de instructies voor de agenda zoveel mogelijk op bord, bij voorkeur bij het begin van de les. 9.Leer de leerling leren : kernwoorden laten markeren, hoofdzaken samenvatten, planning maken,… 10. Controleer regelmatig - en zeker voor de examens - de notities van de leerlingen. 11. Controleer of de leerling de opdracht gehoord en begrepen heeft, vb door de ll de opdracht te laten verwoorden. 12. Zorg voor een gestructureerd klasmanagement bv. dag- en weekschema, les op tijd starten en beëindigen, vast lesverloop,…. 13. Stel duidelijke gedragregels en stel welk gedrag je niet tolereert en welk gedrag je in de plaats wenst. 14. Geef consequente en snelle feedback op het naleven van de regels. 15. In een klassenraad een ADHD-leerling altijd bespreken. De klassenraad wordt op die manier op de hoogte gehouden van de vorderingen en afspraken. Eventueel kan de therapeut de buitenschoolse begeleiding komen toelichten. 16. Zorg bij examens en toetsen voor enkelvoudige vragen of voor structuuraanduiding in de vraag( bv. door kleur- of nummeraanduiding) Compenseren 1.Maak zoveel mogelijk gebruik van auditief en visueel materiaal 2.Focus op wat de leerling goed kan en doet. 3.Beloningen moeten frequenter voorkomen dan straffen. 4.Verander regelmatig de beloning zodat de ll er niet op uitgekeken geraakt 5.Splits lange taken op in hanteerbare eenheden, en geef na elke eenheid een kort moment van feedback , beloning of ontspanning.
Scholengemeenschap Sint-Nicolaas & Vrij CLB Waas en Dender