Zo kan het ook... Minder regeldruk bij ondernemers, gemeenten en jeugdzorg
... en beter! Taskforce Deregulering
provincie Gelderland
december 2008
Veranderagenda
Zo kan het ook! Veranderagenda
2
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
In het bekende tv-spotje over de paarse krokodil wordt duidelijk waar een toenemend wantrouwen toe leidt in de dagelijkse praktijk. Het meisje heeft haar paarse krokodil vergeten. Om hem terug te krijgen moet haar moeder een formulier invullen met gegevens over de plaats van vermissing. Op de achtergrond kijkt het beest grijnzend toe. Het formulier invullen is natuurlijk zinloos; het voegt werkelijk niets toe. Relevant is alleen de vraag of de krokodil wel echt van het meisje is. Daarvoor zou de medewerker bijvoorbeeld naar het aankoopbewijs moeten vragen. De kans is echter groot dat de moeder de kassabon niet bewaard heeft. Waar het echt om draait is: Gelooft de medewerker dat de paarse krokodil van het meisje is? Als hij dat doet, loopt hij een zeker risico dat hij de krokodil niet aan de rechtmatige
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
De paarse krokodil
3
fout te maken, dan zal de paarse krokodil wellicht nooit bij zijn eigenaar terugkomen. De vraag is: In wat voor samenleving willen we leven?
Zo kan het ook! Veranderagenda
eigenaar geeft. Vertrouwt hij de moeder en het meisje niet op hun woord, is hij bang een
Zo kan het ook! Veranderagenda
4
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Zo kan het ook... Minder regeldruk bij ondernemers, gemeenten en jeugdzorg
... en beter! Taskforce Deregulering provincie Gelderland december 2008
Veranderagenda
Samenstelling Taskforce Voorzitter
de heer M. van Diessen
Leden
mevrouw M. Louppen-Laurant
de heer H. Kaiser
de heer G. Keulen
Programmamanager
mevrouw J. de Bruijn
Projectassistent
mevrouw D. Rasing
Inhoudsopgave
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Zo kan het ook! Veranderagenda
6
Dankwoord
7
Samenvatting
8
1
Opdracht en werkwijze
10
1.1 Aanleiding
11
1.2 Opdracht
12
1.3 Werkwijze
13
2
Visie op regelgeving: uitgaan van vertrouwen
16
3
Regeldruk die bedrijven,
22
gemeenten en jeugdzorg ervaren
3.1 Overzicht bestaande regelgeving en de
23
administratieve lasten per doelgroep
3.2 De regeldruk die bedrijven ervaren
26
3.3 De regeldruk die gemeenten ervaren
32
3.4 De regeldruk die de jeugdzorg ervaart;
37
een verhaal apart
4
Conclusies: de ervaren regeldruk
getoetst aan de visie van de taskforce
4.1 Algemene conclusies
45
4.2 Aanvullende conclusies specifiek
48
44
voor het bedrijfsleven
4.3 Aanvullende conclusies specifiek voor gemeenten
49
4.4 Aanvullende conclusies voor de jeugdzorg
51
5
De veranderagenda
52
5.1 Algemene uitvoeringsgerichte voorstellen
53
5.2 Concrete uitvoeringsgerichte voorstellen
59
5.3 Aanbevelingen voor de uitvoering
65
6
De lobbyagenda richting Den Haag en Brussel
67
Dankwoord De commissie is veel dank verschuldigd aan allen die bijgedragen hebben aan de totstandkoming van deze Veranderagenda. De commissie had dit rapport niet kunnen schrijven zonder de actieve hulp van vertegenwoordigers van het bedrijfsleven, gemeenten en de jeugdzorg. De open communicatie en inbreng van goede praktijkvoorbeelden hebben
een belangrijke bijdrage geleverd aan de Veranderagenda. Het is opvallend hoe groot de bereidheid is om te luisteren naar de punten waarop hun werk verbeterd kan worden. Openheid opent de weg naar verandering. De taskforce bedankt Gedeputeerde Staten voor de verleende deskundige ambtelijke ondersteuning. De commissieleden bedanken Josina de Bruijn en Debbie Rasing voor het enthousiasme en de inzet waarmee zij hun opdracht hebben uitgevoerd.
7 Zo kan het ook! Veranderagenda
en de administratieve lasten. Ook veel medewerkers van de provincie Gelderland hebben
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
de taskforce geholpen om een concreet beeld te krijgen van de regeldruk, bureaucratie
Samenvatting Gedeputeerde Staten van Gelderland hebben de onafhankelijke taskforce deregulering aangesteld om te adviseren over het verminderen van de provinciale regeldruk, de administratieve lasten en de bureaucratie bij bedrijven, gemeenten en jeugdzorg. De taskforce heeft eerst een visie op regelgeving ontwikkeld. Vertrouwen in en respect
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
voor de relaties waarmee de provincie omgaat zijn daarbij belangrijke uitgangspunten.
8
Wanneer er vertrouwen bestaat, kan het stellen van kaders in de plaats komen van het uitvaardigen van gedetailleerde regels. Dit brengt met zich mee dat niet op ieder incident moet worden gereageerd met nieuwe regels. De consequentie is ook dat indien het vertrouwen geschonden wordt strenge maatregelen tegenover de “dader” vanzelfsprekend zijn. Vervolgens heeft de taskforce zich een beeld gevormd van de aard en omvang van provinciale regeldruk, administratieve lasten en bureaucratie. De taskforce heeft er daarbij bewust voor gekozen om van ‘buiten naar binnen’ te werken. Zij is in gesprek gegaan met de bedrijven, gemeenten en jeugdzorg om te horen wat er daadwerkelijk in de praktijk leeft en gebeurt. Daarbij werd vastgesteld dat de regelgeving zélf vaak niet zozeer het probleem is, maar wel de manier waarop de regels worden toegepast.
Zo kan het ook! Veranderagenda
Bedrijven en instellingen ervaren de meeste regeldruk bij de Wet Milieubeheer en subsidieverlening. Zij geven aan veel tijd en geld te spenderen aan het verstrekken van informatie en het afleggen van verantwoording aan de provincie. De wacht- en doorlooptijden zijn lang, de regelingen complex, de uitvoering verloopt niet soepel en formulieren zijn onduidelijk en lang. Ook missen zij een vaste contactpersoon bij de provincie. Men ervaart de provincie als een black box: Je stopt er wat in, maar je weet niet wat er wanneer uit komt. Gemeenten ervaren minder regeldruk dan bedrijven. Wel geven ook zij aan slecht de weg in het ambtelijke apparaat te kunnen vinden en steeds met andere contactpersonen te maken te hebben. De kritiek binnen de jeugdzorg is het gebrek aan ruimte voor de professional om maatwerk te leveren. Dit is een direct gevolg van de bureaucratische rompslomp. Ook de provinciale subsidieregelingen zijn gedetailleerd en complex en vragen uitgebreide verantwoording. De conclusies van de taskforce In de huidige uitvoeringspraktijk van de provincie gaan veel zaken goed. Bedrijven en gemeenten vinden de provincie een deskundige organisatie waar zij goed zaken mee kunnen doen als eenmaal de juiste persoon is gevonden. De taskforce heeft ook vastgesteld dat binnen de provincie bereidheid bestaat naar de regeldruk en administratieve lasten kritisch te kijken. In dat verband vinden binnen de provincie ook al verschillende processen plaats. De taskforce vertrouwt dat de Veranderagenda de provincie ondersteunt in het proces dat gaande in.
Bedrijven, gemeenten en jeugdzorg hebben echter ook klachten over de procedures en werkwijze van de provincie Gelderland. De taskforce concludeert dat het oordeel over de regelgeving met betrekking tot de procedures, de uitvoering en de (rapportage) verplichtingen te negatief is. Er is een roep om heldere, eenvoudige regels die klantvriendelijk uitgevoerd worden. De provincie zelf werkt op een aantal gebieden reeds aan verbetering van de uitvoering tot een beter, integraal en consistent beleid, de dienstverlening te verbeteren en de samenwerking met partners soepel vorm te geven. De taskforce heeft op basis van de conclusies de Veranderagenda opgesteld. Hierin worden concrete voorstellen gedaan om de ervaren regeldruk bij bedrijven, gemeenten en jeugdzorg te verminderen. De voorstellen die prioriteit hebben: • Maak eenvoudige en eenduidige
• Verbeter de coördinatie
formulieren, waarbij is ingevuld van de handhaving; wat de provincie al weet;
applicaties;
samen tot één nieuwe subsidieverordening met:;
• Beperk de aanbestedingsregels
- een drempel voor een accountants-
- Single Information Single Audit
verklaring boven 125.000 euro;
bezwaar- en beroep bij subsidies
bij planontwikkeling
tot bijvoorbeeld 50.000 euro.
op prestaties en resultaat;
Provincie Gelderland;
- snelle betaling door de
Het democratisch gekozen orgaan heeft het laatste woord;
• Reken de jeugdzorg af
• Beperk de informatieverplichtingen
ministerie van Justitie en het programmaministerie Jeugd
Gedeputeerde Staten;
Voer een time out in;
• Breng het toezicht op gecertifi-
een vaste contactpersoon hebben;
• Vermijdt incidentenbeleid. • Stel een programmamanager dere-
en Gezin een sterke vermindering van de te verschaffen beleidsinformatie; • Dring aan op aanpassing van
de definitie van ’afval’ in Brussel, gulering aan die wordt ondersteund door een onafhankelijke commissie.
zodat de opwekking van duurzame energie beter gestimuleerd
ceerde bedrijven terug;
Welzijn, Zorg en Cultuur, bij het
• Vereenvoudig de subsidie-
ringssubsidie voor leden van
• Zorg dat gemeenten en bedrijven
• Bepleit bij het ministerie van
voor jeugdzorginstellingen;
- een budget voor een waarde- voorwaarden voor de jeugdzorg;
• Dring aan op het afschaffen
voorkom tegenstrijdige uitspraken
kleine subsidiebedragen;
uit te breiden;
van de mogelijkheid van provincie, gemeenten en regio’s en
van subsidies;
Tenslotte heeft de taskforce een • Verhoog het kostenbewustzijn bij
kan worden;
de provincie door middel van het
lobbyagenda opgesteld voor Den
• Dring aan op vermindering van
opnemen van een paragraaf in
Haag en Brussel. Hierin zijn onder
de verantwoording en controle
de vergunning die de kosten van
meer de volgende voorstellen
van Europese subsidies.
het naleven van de vergunning
opgenomen:
vermeldt;
9
nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening
• Verbeter de coördinatie tussen de
(SISA) voor de verantwoording en vergunningverlening; - een snelprocedure voor
• Vraag de minister van VROM de zogenaamde ‘kruimellijst’ in de
• Pas het BIBOB-instrumentarium alleen toe bij gerede twijfel;
• Dring aan op vereenvoudiging
van de Afvalstoffenwetgeving;
van de provincie;
• Voeg alle subsidieverordeningen
• Dring aan op vereenvoudiging
van de Natuurwetgeving;
• Verbeter de uitvoeringspraktijk
van de natuurregels; • Richt een klantenrelatiesysteem in en maak gebruik van interactieve
Zo kan het ook! Veranderagenda
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
en aan deregulering. Met Gelderland in Beweging worden stappen gezet om te komen
Zo kan het ook! Veranderagenda Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Hoofdstuk 1
10
Opdracht en werkwijze
Gedeputeerde Staten van Gelderland hebben de onafhankelijke taskforce deregulering aangesteld om te adviseren over het verminderen van de regeldruk en de administratieve lasten in de provincie bij bedrijven, gemeenten en jeugdzorg. In dit hoofdstuk wordt de gestelde opdracht beschreven en de manier waarop de taskforce heeft gewerkt. In paragraaf 1.1 wordt in het kort beschreven wat de aanleiding is om de taskforce aan te stellen. In 1.2 staat de opdracht van Gedeputeerde Staten aan de
1.1 Aanleiding Iedereen is het erover eens dat regels nodig zijn. De bureaucratie bij de overheid wordt echter als te groot ervaren; er is te veel regelgeving. Incidenten en fouten veroorzaken in onze maatschappij een controlereflex; men eist extra regels die resulteren in gelegenheidswetgeving. Het is duidelijk dat de bureaucratie verminderd moet worden en dat de overheid betere regels zou moeten stellen. De mondige burger accepteert steeds minder een overheid die hem inperkt en alles wil vastleggen. Op landelijk, gemeentelijk en provinciaal niveau wordt dit probleem erkend en er wordt ook daadwerkelijk gewerkt aan oplossingen. Zo is ook het Kabinet actief op het gebied van deregulering. Het Kabinet wil ‘de andere overheid’ vormgeven. Daarbij gaat het niet alleen om minder regels, maar ook
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
taskforce. 1.3 geeft de werkwijze weer die de taskforce heeft gevolgd.
11
Bepalingen Omgevingsrecht (Wabo) die in 2010 wordt ingevoerd. Burgers, bedrijfsleven en overheden kunnen daardoor hun vergunningaanvragen voortaan bij één loket indienen. De idee is dat de overheid de vraag in één keer afhandelt. Daartoe zullen mogelijk per regio of provincie omgevingsdiensten worden ingericht, die alle procedures zullen stroomlijnen. Dergelijke landelijke ontwikkelingen versnellen de initiatieven die provincies (Inter Provinciaal Overleg) en gemeenten (Vereniging Nederlandse Gemeenten) al nemen om hun regelgeving te vereenvoudigen. Het provinciaal bestuur van Gelderland licht met enige regelmaat de Gelderse regelgeving door. Zo werd met het project RE B E L in 1995 een groot aantal regelingen opgeschoond. Het leverde tevens nieuw regelgevingbeleid op. De belangrijkste doelstelling van dat beleid is dat beleidsambtenaren terughoudend omgaan met regelgeving. Een quick scan in 2004 gaf een goed beeld van de klachten over bureaucratie en overregulering bij de provincie Gelderland. Als vervolg op deze quick scan kwam het vorige college met de doelstelling om in 2006 te zorgen voor minimaal 50% minder regels en 25% minder administratieve lasten. Deze doelstelling is vergaand gerealiseerd blijkt uit de provinciale managementrapportages.
Zo kan het ook! Veranderagenda
om een burgervriendelijkere uitvoering van regels. Denk daarbij aan de Wet Algemene
Ook heeft de provincie diverse andere maatregelen getroffen, zoals het opnieuw doorlichten van de regelgeving, het stroomlijnen van de subsidies, het vereenvoudigen van de vergunningverlening, een slimmer gebruik van ICT, het inrichten van een klachtenportaal en het invoeren van competentiemanagement en HRM-beleid. Met Gelderland in Beweging heeft de provincie de ambitie de dienstverlening en de integraliteit van beleid te verbeteren. Ook het verbeteren van de samenwerking met de partners in de regio’s en
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
de gemeenten staat hoog op de agenda.
12
In de dagelijkse praktijk van de jeugdzorg en in de relatie met gemeenten en bedrijven bestaan echter nog steeds veel klachten. Vandaar dat Gedeputeerde Staten de regeldruk en administratieve lasten binnen deze drie doelgroepen willen verminderen. Zij hebben de taskforce deregulering gevraagd in kaart te brengen waar de knelpunten zitten en hoe deze te verhelpen zijn. 1.2 Opdracht De taskforce heeft als opdracht gekregen om te inventariseren en analyseren hoe de provincie de onnodige regeldruk, lastendruk en bureaucratie binnen de Gelderse jeugdzorg, gemeenten en bedrijven versneld kan terugdringen. De afgelopen jaren zijn al veel soortgelijke onderzoeken gestart, zowel landelijk als
Zo kan het ook! Veranderagenda
bij andere provincies. De opdracht aan de taskforce is om de bevindingen daarvan te betrekken in het onderzoek. Het college vraagt specifiek om de toepassing van ICT bij deregulering. Ook is in de opdracht meegenomen specifiek aandacht te besteden aan allochtone ondernemers. Gedeputeerde Staten vragen de taskforce een Veranderagenda op te stellen. Hierin moeten concrete voorstellen staan voor vermindering van de administratieve lasten en ervaren regeldruk bij bedrijven, gemeenten en jeugdzorg. Het kan gaan om regels die de provincie zelf heeft vastgesteld vanuit verordenende taken (opgelegd vanuit het Rijk) of autonome taken (eigen beleid) en het kan gaan om uitvoeringsregels en de uitvoeringspraktijk in brede zin. De taskforce dient bij de Veranderagenda aan te geven welke prioriteit de voorstellen hebben. Bovendien zal de taskforce zo nodig een lobbyagenda van het provinciaal bestuur richting Den Haag en Brussel opstellen. Het gaat dan om zaken waar de Gelderse jeugdzorg, gemeenten en bedrijven last hebben van bepalingen door of vanwege de rijksoverheid en Europa.
1.3 Werkwijze Op basis van de vele rapporten die over deregulering zijn verschenen en een aantal discussies binnen de taskforce, is de taskforce gekomen tot een visie op regelgeving. In deze visie is een onderscheid gemaakt tussen regels die gebod- en verbodbepalingen bevatten om de samenleving in te richten én regels die nodig zijn voor subsidieverlening. Voor de jeugdzorg wordt een soortgelijke indeling gehanteerd, namelijk spelregels voor
Na het ontwikkelen van deze visie op regelgeving, heeft de taskforce zich een beeld gevormd van de aard en omvang van provinciale regeldruk, administratieve lasten en bureaucratie. De taskforce heeft er daarbij bewust voor gekozen om van ‘buiten naar binnen’ te werken. Dit houdt in dat zij in gesprek is gegaan met de drie doelgroepen om te horen wat er daadwerkelijk in de praktijk leeft en gebeurt. Hierbij is overigens duidelijk geworden dat allochtone ondernemers nauwelijks contacten hebben met de provincie en er geen specifieke op deze doelgroep betrekking hebbende ervaringen zijn. De taskforce heeft om die reden afgezien van het opnemen van specifieke aanbevelingen voor allochtone ondernemers.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
de jeugdzorg zelf en de subsidievoorschriften.
13 Voor bedrijven en gemeenten heeft de taskforce:
• alle relevante provinciale regelingen geïnventariseerd;
• een enquête verzonden aan de 56 Gelderse gemeenten en 1400 bedrijven;
• op de website van de provincie een portaal ingericht waarop iedereen suggesties kon doen en/of klachten kon melden;
• interviews gehouden over de ervaren regeldruk bij het bedrijf Plaatijzerindustrie Apeldoorn en de regio Achterhoek;
• (rondetafel)gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van de doelgroepen en enkele politieke partijen (op hun verzoek);
• de resultaten uit de enquête en de rondetafelgesprekken voorgelegd aan een klankbordgroep bedrijven en gemeenten;
• interviews afgenomen bij medewerkers van de provincie om te onderzoeken of regelingen kunnen vervallen of vereenvoudigd kunnen worden;
• de aanpak en bevindingen van andere provincies als input gebruikt voor het opstellen van de Veranderagenda;
• alle relevante onderzoeken bestudeerd en de actuele ontwikkelingen op het gebied van deregulering gevolgd.
Zo kan het ook! Veranderagenda
Werkwijze bedrijven en gemeenten
Werkwijze jeugdzorg Voor de jeugdzorg heeft de taskforce een apart traject gevolgd. De provinciaal ervaren regeldruk in de jeugdzorg kan niet los worden gezien van de landelijke regelgeving op dit terrein. Daarbij onderscheidt de situatie in de jeugdzorg zich van de sectoren bedrijfsleven en gemeenten. Zowel landelijk als provinciaal zijn namelijk belangrijke wijzigingen in voorbereiding met betrekking tot de financiering en de aansturing van de jeugdzorg.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Aangezien de jeugdzorg overstelpt wordt met onderzoeken, heeft de taskforce zoveel
14
mogelijk rekening gehouden met de acties die zowel op landelijk als op provinciaal niveau lopen. De taskforce hanteerde de volgende uitgangspunten:
• dubbel werk voorkomen;
• taken goed afbakenen ten opzichte van de Wachtlijstpolitie;
• zoveel mogelijk aansluiten bij al lopende processen opdat de bureaucratische last die de taskforce zelf veroorzaakt zoveel mogelijk wordt beperkt.
Gezien de voornemens van de provincie om de aansturing van de jeugdzorg te wijzigen, heeft de taskforce ervoor gekozen om de nadruk niet te leggen op wat er in het ‘oude’ systeem aan bureaucratische ballast zit, maar in plaats daarvan een bijdrage te leveren aan de totstandkoming van een zo weinig mogelijk belastend, gedereguleerd nieuw
Zo kan het ook! Veranderagenda
besturingssysteem. Het verleden speelt daarbij uiteraard wel een rol: de taskforce heeft kritisch gevolgd of de fouten en zwakheden uit het oude systeem in het nieuwe ontwerp worden vermeden. De nieuwe voornemens zien er op hoofdlijnen weliswaar goed uit, maar juist in de uitwerking schuilt het gevaar. De ervaring leert namelijk dat ‘the devil is in the detail’: de oude beheersreflexen kunnen daar gemakkelijk weer de kop opsteken. Deze aanpak heeft de taskforce voorgelegd aan Gedeputeerde Staten, het jeugdzorgveld (i.c. de branche jeugdzorg), de Wachtlijstpolitie en aan de ambtelijke medewerkers. Al deze partijen hebben hun instemming betuigd. De taskforce heeft vervolgens:
• afspraken gemaakt met de Wachtlijstpolitie over de afbakening van beide opdrachten;
• bureauonderzoek gedaan naar eerdere en lopende andere dereguleringsprojecten;
• een interview gehouden bij Bureau Jeugdzorg;
• interviews afgenomen met medewerkers van de provincie om te onderzoeken of
• een rondetafelgesprek gevoerd met het veld over de actuele ontwikkelingen en
regelingen kunnen vervallen of vereenvoudigd kunnen worden; ervaren knelpunten;
• de rol van kritische sparringpartner vervuld in het proces van totstandkoming van het nieuwe Gelderse sturingssysteem. De taskforce keek kritisch mee en bewaakte of de oude ‘fouten’ van beheersing werden vermeden, en of er in het nieuwe besturingsmodel daadwerkelijk sprake is van deregulering. Helaas was het ontwerpen van het nieuwe besturingssysteem nog niet afgerond bij beëindiging
Afbakening taken met de Wachtlijstpolitie In overleg met de Wachtlijstpolitie heeft de taskforce in het voorjaar van 2008 de volgende taakafbakening afgesproken:
• de Wachtlijstpolitie richt zich op regels, werkwijzen en protocollen die een optimale aanpak van wachtlijsten in de weg staan en doet aanbevelingen om de wachtlijsten te reduceren. Dat betekent een focus op cliëntenlogistiek, het primaire proces en de bedrijfseconomische processen;
• de taskforce houdt zich bezig met het bestrijden van administratieve lasten en onnodige regelgeving in de jeugdzorg. Dat betekent een focus op regels, informatieplicht, sturing en de eisen die rijk en provincie stellen.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
van de werkzaamheden van de taskforce.
15
de zorgverlening sneller, beter en efficiënter te laten verlopen, zodat de wachtlijsten verminderd worden. Vervolg werkwijze Na deze inventarisatiefase voor de drie doelgroepen heeft de taskforce een analyse gemaakt van de regeldruk die gemeenten en bedrijven ervaren. Deze ervaren regeldruk is vervolgens getoetst aan de ontwikkelde visie. Voor de jeugdzorg is een analyse gemaakt van de landelijke ontwikkelingen en het veranderproces dat binnen de provincie gaande is. Hierbij zijn ook de provinciale subsidieregelingen betrokken. Op basis van de analyses heeft de taskforce vastgesteld wat de grootste knelpunten zijn. Deze conclusies voor de drie doelgroepen vormen de basis voor de Veranderagenda. Het onderzoek leverde bovendien een aantal suggesties voor de lobbyagenda naar andere overheden op.
Zo kan het ook! Veranderagenda
Inmiddels heeft de Wachtlijstpolitie haar rapport uitgebracht met aanbevelingen om
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Hoofdstuk 2
Zo kan het ook! Veranderagenda
16
Visie op regelgeving: uitgaan van vertrouwen
Vertrouwen De opeenstapeling van wetten, regels, verantwoordingsstructuren en checks and balances is een problematiek die herleid kan worden tot een fundamenteel debat dat de hele samenleving aangaat. Het gaat over een diepgeworteld spanningsveld: het streven naar een transparante samenleving zonder daarbij vast te lopen in wetten, regels en uitdijende verantwoording. Dat noodzaakt tot een debat dat gaat over vertrouwen versus wantrouwen, over verantwoordelijkheden en over de moed om te delegeren zonder overmatig te controleren. Uit: Een kwestie van vertrouwen, VWS-commissie administratieve lasten in de zorg - januari 2006
De ervaren regeldruk heeft alles te maken met de cultuur van een organisatie. Vermindering van die druk kan alleen goed worden aangepakt door, naast de regels te vereenvoudigen, ook de cultuur van de organisatie te veranderen. Vanuit die overtuiging ontwikkelde de taskforce een visie op regelgeving. Vaak is de regelgeving zelf niet zozeer het probleem, maar wel de manier waarop de regels worden toegepast. De visie geeft weer hoe volgens de taskforce de provincie zou moeten zo efficiënt en effectief mogelijk van dienst te kunnen zijn als het gaat over regels en de uitvoering daarvan. Visie De taskforce is van mening dat de provincie zou moeten werken op basis van vertrouwen. Dat betekent het stellen van kaders en regels op hoofdlijnen. Daarmee geeft zij ruimte aan de mondige burger (bedrijfsleven, gemeenten en jeugdzorg ) en stuurt zij minder op basis van incidenten die nu vaak leiden tot meer en gedetailleerde regeldruk. De provincie zou haar relaties vertrouwen moeten geven totdat het tegendeel bewezen is. In de huidige regelgeving wordt naar de mening van de taskforce te veel uitgegaan van wantrouwen en dat levert onnodige regeldruk en bureaucratie op.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
handelen om haar relaties en partners binnen de jeugdzorg, gemeenten en bedrijven
17
efficiency en effectiviteit. De provincie en haar medewerkers moeten zich dus steeds de vraag stellen: schiet ik met een nieuwe regel niet met een kanon op een mug, is de uitvoering slim en simpel en bereik ik met de regel het doel dat ik wil bereiken? Bij de opstelling en uitvoering van regels moeten zij zich steeds afvragen of het beoogde doel bereikt wordt met zo weinig mogelijk (gedetailleerde) regels en een zo eenvoudig mogelijke uitvoering, waarbij ze de risico’s afwegen. De volgende kernbegrippen zijn in de visie van de taskforce in een gedereguleerde situatie cruciaal:
1
Vertrouwen
Er is in de toekomst een nieuwe, zakelijke balans tussen rechten en plichten van de provincie enerzijds en bedrijven, gemeenten of jeugdzorginstellingen anderzijds. De provincie neemt een mate van risico waarbij creativiteit en ondernemerschap kunnen floreren.
Zo kan het ook! Veranderagenda
Regels en de toepassing ervan dienen steeds getoetst te worden op proportionaliteit,
Regels zijn daarbij nodig In haar onderzoek heeft de taskforce zich voornamelijk gebogen over de provincie als behartiger van het publieke belang. Voor de bescherming van dit publieke belang zijn adequate en sobere regels geformuleerd die worden gehandhaafd. Het gaat om regels die gebod- en verbodbepalingen bevatten om de samenleving in te richten en regels die nodig zijn voor subsidieverlening. Sommige daarvan worden autonoom, andere worden
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
in medebewind uitgevoerd.
18
In de visie van de taskforce beperkt de regelgeving zich in de toekomst tot het noodzakelijke (in termen van efficiency en effectiviteit). Regelgeving wordt continu actueel gehouden en kritisch bekeken op dereguleringsmogelijkheden. Bestuurlijk dient er een grote terughoudendheid te bestaan in het maken van nieuwe regels; alleen als het echt noodzakelijk is, wordt tot regelgeving overgegaan. Problemen worden zoveel mogelijk opgelost zonder het stellen van nieuwe regels. Nieuwe regels worden alleen vastgesteld als uitvoering en handhaving daarvan voldoende verzekerd zijn en geen verdere stapeling van regelgeving veroorzaken. Daarbij wordt gezorgd voor zo laag mogelijke administratieve lasten voor de provincie en de betreffende doelgroep. Bij de eisen van informatieverstrekking staat de vraag centraal wat de provincie absoluut, respectievelijk minimaal moet weten om te voldoen aan haar
Zo kan het ook! Veranderagenda
bestuurstaak. Bestaande regelgeving wordt aan een kritische doorlichting onderworpen waarbij dezelfde vraag centraal staat. Daarbij wordt niet uitgegaan van de bestaande regelgeving, maar wordt deze vraag gesteld vanuit het zogenaamde zero based denken. Dat wil zeggen dat het denken over regelgeving start vanuit de nulsituatie. Stel je voor dat er niets is geregeld: wat zou de provincie dan absoluut willen regelen of moeten weten en hoe kan dat zo simpel mogelijk. Vanuit deze grondgedachte dringt de provincie ook in Den Haag en Brussel aan op de noodzakelijke deregulering. Vanuit het uitgangspunt van vertrouwen biedt de provincie bedrijven, gemeenten en jeugdzorginstellingen ruimte om hun activiteiten uit te voeren. Ook de medewerkers van de provincie krijgen ruimte voor deze werkwijze. Uitgangspunt daarbij is vertrouwen in de kennis, kunde en integriteit van alle betrokkenen. De sturing vanuit de provincie vindt op een globaal niveau plaats. De provincie stuurt op de realisatie van meetbare doelen en dus niet op activiteiten of de bedrijfsvoering, zoals nu vaak het geval is. Er worden heldere afspraken gemaakt over de output, de prijs, de kwaliteit en kwantiteit en over het afleggen van verantwoording. De bedrijfsvoering of de wijze waarop de afspraken worden gerealiseerd is de verantwoordelijkheid van de uitvoerende partij. Algemeen aanvaarde waarden hoeven niet te worden vastgelegd in regels en normen. Waarden kunnen zich immers aanpassen aan de specifieke omstandigheden. Normen zijn inflexibel en kunnen belemmerend werken.
2
Transparant, betrouwbaar,
klantgericht en benaderbaar
Gedeputeerde Staten en de medewerkers van de provincie richten zich bij de uitvoering op het ‘doel’ en niet op de ‘letter’ van de regel. De relatie van de provincie weet niet kan. De provinciale werkwijze is oplossingsgericht. De regelgeving van de provincie is duidelijk, eenvoudig en toegankelijk voor de doelgroepen. De provincie heeft haar dienstverlening modern georganiseerd, zowel digitaal als in persoonlijk contact. Snelheid en gebruiksgemak staan voorop en relaties kunnen terecht bij één loket. De organisatie werkt efficiënt en effectief met een focus op de relatie. Gewerkt wordt aan een continue verbetering van de dienstverlening. Toezicht gemeenten De provincie werkt met moderne (inter-) bestuurlijke verhoudingen. Hierbij is de provincie terughoudend in haar toezichtsrol richting gemeenten. Het verticale toezicht beperkt zich
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
waarvoor hij bij de provincie terecht kan en krijgt een duidelijk antwoord of iets wel of
19
3
Eenvoudige verantwoording
De hierboven genoemde waarden kunnen slechts gehanteerd worden als de andere partij verantwoording aflegt. De provincie maakt zoveel mogelijk gebruik van reeds bestaande horizontale verantwoording. De jeugdzorginstellingen leggen verantwoording af aan hun stakeholders en raden van toezicht; gemeentebesturen aan de gemeenteraad; bedrijven aan hun toezichthoudende organen en Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten. Zo kan een gemeente of regio in de jaarrekening verantwoording afleggen over de subsidies die van de provincie zijn verkregen. Dit kan door middel van een zogenaamde Single Information Single Audit (SISA ) . Zij moeten daarbij helder aangeven of de overeengekomen prestaties bereikt zijn. Een aparte verantwoording richting provincie kan dan achterwege blijven. Besturen en toezichthoudende organen van organisaties dienen te werken op basis van de voor de sector geldende governance code. Zij leggen daarover verantwoording af in het jaarverslag van de organisatie. Onder normale omstandigheden kan de provinciale bemoeienis op het vlak van governance achterwege blijven. Bij onvoldoende presteren of schending van het vertrouwen treedt de provincie daadkrachtig op en neemt haar verantwoordelijkheid als hoedster van het publieke belang.
Zo kan het ook! Veranderagenda
tot ingrijpen bij schending van vertrouwen.
Consequenties voor provinciale organisatie Bovenstaande visie en algemene waarden vragen om een verdere modernisering van zowel het beleid als de toepassing van regelgeving, toezicht en controle. De provincie dient haar beleid om te vormen vanuit het uitgangspunt van vertrouwen en vanuit globale regelgeving. Certificering en een adequaat in- en extern toezicht dienen hierbij
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
betrokken te worden.
20
De implementatie van deze visie in de provinciale organisatie vraagt om een cultuuromslag: Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten sturen en controleren op het wat (de prestatie) en niet langer op het hoe (werkwijze) bij de realisatie van beleidsdoelen. Deze andere manier van werken heeft alleen kans van slagen als Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten zich hier volledig voor inzetten. Daarbij moeten zij accepteren dat het ook wel eens fout kan gaan. En medewerkers van de provincie moeten in staat worden gesteld inhoud te geven aan deze nieuwe manier van werken.
Wantrouwensamenleving
Zo kan het ook! Veranderagenda
"Voor onze nieuwe wantrouwensamenleving betalen we allang onze prijs: in controles, in afrekeningen, in zinloze expertises en klankbordgroepen die op ieder initiatief worden losgelaten, in een almaar toenemende regelgeving en bureaucratisering, in een afname van durf en flexibiliteit. Wantrouwen is in veel gevallen ook aanmerkelijk duurder dan vertrouwen, zelfs als men het risico incalculeert dat vertrouwen zo nu en dan beschaamd wordt. Vertrouwen is een wisselwerking. Van beneden naar boven, maar evenzogoed van boven naar beneden. Wie durft te vertrouwen, verwerft gezag. Wie gezag heeft, krijgt vertrouwen. De wereld is gecompliceerd, maar dit soort zaken blijven vrij simpel." Geert Mak - Raiffeisenlezing 31 maart 2004
Zo kan het ook! Veranderagenda
21
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Zo kan het ook! Veranderagenda Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Hoofdstuk 3
22
Regeldruk die bedrijven, gemeenten en jeugdzorg ervaren
De resultaten van de enquêtes en de gesprekken met provinciale ambtenaren en contactpersonen vanuit het bedrijfsleven, gemeenten en jeugdzorg worden in dit hoofdstuk geanalyseerd. Ook de resultaten van het bureauonderzoek worden bij deze analyse betrokken. Paragraaf 3.1 geeft een overzicht van de bestaande regelgeving en de administratieve lasten. In 3.2 en 3.3 wordt beschreven welke regeldruk bedrijven en gemeenten ervaren en , wat de oorzaken en gevolgen ervan wordt het verloop van het proces met de jeugdzorg beschreven.
3.1
Overzicht bestaande regelgeving
en de administratieve lasten
Inleiding In 2005 heeft SIRA consulting, in opdracht van het Inter Provinciaal Overleg ( I P O ) , onderzoek gedaan naar de administratieve lasten die de gezamenlijke provincies veroor-
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
zijn. In deze paragrafen wordt ingegaan op specifieke regelingen. In paragraaf 3.4
23
administratieve lasten veroorzaken. Het gros, circa 85%, is het gevolg van medebewindregelgeving. Dat zijn regels die de provincie op basis van hogere regelgeving uitvoert. Het provinciebestuur heeft geen of slechts beperkte invloed op deze regels. Het aanvragen en naleven van de vergunning in het kader van de Wet Milieubeheer (WM) is de grootste ‘boosdoener’. Deze Wet veroorzaakt meer dan de helft (52%) van de administratieve last in medebewind. Verdeling administratieve lasten autonomie - medebewind
85%
medebewind
autonomie
15%
Zo kan het ook! Veranderagenda
zaken. Hieruit blijkt dat provinciale regels en verordeningen ‘slechts’ 15% van de totale
Provinciale regels en verordeningen veroorzaken dus ‘slechts’ 15% van de totale administratieve lasten. Dit is echter nog steeds een aanzienlijk percentage. Provincies zijn zich hier terdege van bewust. De taskforce is voor ideeën te rade gegaan bij de provincies Overijssel, Zuid-Holland, Limburg en Friesland. Uit onderzoek in de provincie Limburg blijkt dat ook daar het overgrote deel (74%) van de administratieve lasten wordt veroorzaakt door Rijksregelgeving. De aanvraag
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
en exploitatie van de Wet Milieubeheer vergunning veroorzaakt daar zelfs 91% van de
24
administratieve lasten van bedrijven vanuit Rijksregelgeving. Relevante regelgeving De taskforce heeft alle regels uit de regelgevingbank van de provincie Gelderland bekeken. Begin maart 2008 bevatte deze regelgevingbank 237 regelingen, verordeningen en beleidsregels. 70 hiervan zijn relevant voor het bedrijfsleven, 65 voor gemeenten en 3 voor de jeugdzorg. De overige regelingen betreffen interne regelingen of regelingen voor andere doelgroepen. Voor bedrijven gaat het om wetten voor de omgeving: diverse regelingen voor milieu en bodem, natuur en landbouw, ontgrondingen en wegen. Verder zijn ook de regels voor welzijn, zorg en cultuur en de provinciale subsidies en regelingen voor inspraak, bezwaar
Zo kan het ook! Veranderagenda
en beroep relevant. Voor gemeenten bestaan diverse wetten en regelingen rondom toezicht gemeenten, stedelijke ontwikkeling, wegen, milieu, landelijk gebied, natuur en landbouw, ruimtelijke ordening, welzijn, zorg en cultuur. Ook zijn er diverse provinciale subsidies. Voor de jeugdzorg betreft het een verordening en twee subsidieregelingen. Het totaaloverzicht van de regelingen die betrokken zijn in het onderzoek, staat in de bijlage. Gedurende het onderzoek zijn er 5 nieuwe regelingen bijgekomen en 20 regelingen ingetrokken. Op 15 oktober 2008 bevatte de regelgevingbank 229 regelingen. Definitie Administratieve lasten De taskforce definieert administratieve lasten als de inspanningen respectievelijk de kosten die gemeenten, bedrijven en jeugdzorginstellingen moeten maken om te voldoen aan (informatie)verplichtingen die voortvloeien uit regelgeving van de overheid. Het gaat dan bijvoorbeeld om de kosten die zij maken voor het aanvragen van een vergunning of een subsidie en de informatieverplichtingen die aan vergunningen en subsidies verbonden zijn. Denk daarbij onder andere aan kosten voor loon (ureninzet), onderzoek, administratie, notaris, porto en reizen.
Uit de enquêtes, de gesprekken met provinciale ambtenaren en de diverse klankborden rondetafelbijeenkomsten met de doelgroepen komt naar voren dat bedrijven, gemeenten en jeugdzorginstellingen de meeste administratieve lasten ervaren bij de volgende regels: Regeling
Bedrijven
1 Vergunningverlening en Handhaving
Gemeenten Jeugdzorg
•
Natuurbeschermingswet/ Interim beleid Ammoniak Natura 2000/ stapeling natuurregels Richtlijn compensatie natuur en bos
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
(Strategie Handhaving) in het kader van de Wet Milieubeheer
2 Vitaal Gelderland 2008
3
4
5
•
•
• • •
• •
in aanvulling op de Boswet.
6 Wet Bodembescherming
7 Subsidieregeling Agrarisch
• •
•
•
• • •
• • •
•
•
• •
• • •
•
•
•
25
Natuurbeheer 2008 8 Algemene Subsidieverordening
9
10
• Zo kan het ook! Veranderagenda
Handhaving Gemeenten (brede interpretatie) De regeling regionale uitvoeringsprogram
ma’s en de bijbehorende subsidieregeling
11 Wet Ruimtelijke Ordening
12 Wet BIBOB
13 De aanbestedingsregels van de
Provincie Gelderland
14 Subsidieverordening jeugdzorg
15 Nadere regels jeugdzorg en het
16 Verordening bibliotheekvernieuwing
Rapportageformat jeugdzorg Gelderland
17 Ontgrondingenwet en verordening
18 Grondwaterwet en verordening
19
20 Gelderse Molenverordening en de uitvoe-
Verordening Cultuurhistorie, uitvoerings voorschriften en lijst subsidiabele kosten ringsregeling Gelderse Molenverordening
21 Legesverordening
22 Subsidieverordening programma
externe veiligheid Gelderland 2006-2010
• •
3.2
De regeldruk die bedrijven ervaren Het ondernemen wordt ons ondernemers moeilijk gemaakt Gerard van Reekum, De Plaatijzerindustrie, Apeldoorn
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Toen De Plaatijzerindustrie wilde uitbreiden met nieuwbouw, kreeg het bedrijf te maken met vier verschillende partijen, namelijk het waterschap, de brandweer, de provincie en de gemeente. Om dit te stroomlijnen vroeg eigenaar Van Reekum alle partijen bij elkaar te komen. “Zo konden we samen tot een plan van aanpak komen, waarin duidelijk werd waar de prioriteiten liggen, hoe de communicatie verloopt en welke normen er gelden.” Er kwam echter geen antwoord. In de praktijk bleek niemand méér te kunnen doen dan het belang van zijn eigen instantie te verdedigen en het eigen eisenpakket neer te leggen. “Als ondernemer weet je dan eigenlijk niet wat je moet.”
26 Zo kan het ook! Veranderagenda
Zie de bijlage voor het gehele artikel.
De ervaringen zijn niet voor alle bedrijven hetzelfde. Alle bedrijven geven aan veel tijd en geld te spenderen aan het verstrekken van informatie en het afleggen van verantwoording aan de provincie. De wacht- en doorlooptijden zijn soms lang, de regelingen complex, de uitvoering verloopt niet altijd soepel en formulieren zijn soms onduidelijk en te lang. Ook hebben bedrijven veel te maken met wisselende contactpersonen. Zij ervaren de provincie als een black box: je stopt er wat in, maar je weet niet wat er wanneer uit komt. Voor een nadere kennisneming van de ervaren regeldruk van het bedrijfsleven wordt verwezen naar de enquête en de verslagen van de rondetafel- en klankbordbijeenkomsten in de bijlage. Bedrijven ervaren dergelijke regeldruk vooral bij de volgende regelingen: Wet milieubeheer vergunningverlening en handhaving Sommige bedrijven ervaren dat de vergunningverlening en handhaving de laatste jaren is verbeterd. Men heeft een vergunning gekregen en het proces is goed verlopen. Ook krijgt men vaker verslagen van handhavingsbezoeken. Bedrijven ervaren bij deze wet wel veel administratieve verplichtingen en soms lange, niet altijd transparante procedures en veelvuldig overleg. Ook bestaat er wel veel verschil tussen vergunningen. Daarnaast ervaart het bedrijfsleven het als knellend dat de provincie zich strikt aan de regels houdt
en 100% zekerheid zoekt. Een bedrijf dat zijn zaken goed op orde heeft en/of gecertificeerd is zou daarvoor beloond moeten worden en minder bezoek moeten krijgen, vindt het bedrijfsleven Als oorzaken worden genoemd dat medewerkers van de provincie zich niet altijd verantwoordelijk lijken te voelen voor het proces en de communicatie met het betreffende bedrijf. Ook krijgen bedrijven regelmatig te maken met een andere contactpersoon. De de provincie die de beschikking maakt. Er is slechte afstemming en coördinatie tussen de verschillende handhavers (soms wel 10!). Op dit moment weten overheidspartijen onvoldoende van elkaar wat er speelt. Dat levert logischerwijs miscommunicatie op. Verder moeten bedrijven voldoen aan een groot aantal gedetailleerde informatieverplichtingen voordat ze de aanvraag – in 15-voud! – kunnen indienen. Ook nadat de vergunning verleend is, moet worden voldaan aan hoge rapportageverplichtingen en hoge eisen aan meet- en registratiesystemen bij afvalregistratie. Zo meldde een bedrijf dat de diverse rapportageverplichtingen het bedrijf ruim € 800.000,- per jaar kost. Het bedrijf moet alle afvalstromen rapporteren aan het Landelijk Meldpunt Afval ( L M A ) en ook nog eens aan de provincie. Sinds juli 2008 is er een nieuwe rapportage bijgekomen vanuit Europa (EPR TR), zonder dat andere verplichtingen zijn vervallen. Het bedrijfsleven is van
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
vergunningverlening lijkt te persoonsafhankelijk; het hangt af van de medewerker van
27
Het komt voor dat verordeningen en wetgeving elkaar tegenspreken. Overheden als Rijkswaterstaat, gemeenten en provincie verschillen soms van mening, waardoor bedrijven niet verder komen. De afzonderlijke bedrijven zijn niet in staat de overheden te coördineren. Een vergunning moet verder Raad van State proof zijn. De provincie wil zo weinig mogelijk risico lopen. Bedrijven geven aan dat de provincie hier wel erg ver in gaat. In een geval werd geen vergunning afgegeven omdat de geluidzone van het bedrijventerrein werd overschreden. De maatregel werd juist getroffen om geluidsoverlast tegen te gaan. Juridisch levert dit inderdaad problemen op bij de Raad van State. Wellicht had de provincie het traject echter anders kunnen organiseren zodat bezwaren voorkomen zouden zijn en de Raad van State buiten beeld zou zijn gebleven. Zie enquête bijlage, overleg bedrijfsleven op 30 juni, 22 september en 21 oktober
Vitaal Gelderland, de Algemene Subsidieverordening en de Subsidieregeling Agrarisch natuurbeheer Bedrijven vinden de regelingen te star, te ingewikkeld. De regelingen brengen bovendien te veel kosten met zich mee. De oorzaak is dat de formulieren te complex zijn. De aanvraag kost daardoor veel tijd. De procedures zijn erg lang en onzeker. Tevens is de drempel voor een accountantsverklaring (€ 25.000,-) te laag. Tussentijds moeten bedrijven vaak rapporteren. Ook deze vele controlemomenten vergen veel tijd. De provincie stelt, in verhouding tot andere financiers,
Zo kan het ook! Veranderagenda
mening dat de overheid totaal niet kostenbewust is.
zeer hoge eisen als het gaat om de verantwoording van de subsidie. Enkele bedrijven geven aan dat de verwervingskosten hoger zijn dan de subsidie. Het gevolg is dat bedrijven er vaak voor kiezen geen gebruik meer te maken van provinciale subsidieregelingen. Zie bijlage: enquête, overleg bedrijven 3 juli en 22 september Natuurbeschermingswet 1998 / interim-beleid Ammoniak
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Bedrijven ervaren grote problemen bij de uitvoering van de ammoniakparagraaf in de
28
Natuurbeschermingwet. Als oorzaak wordt genoemd dat de Natuurbeschermingswet een wet is die stapelt op alle andere wetten en regels. Uitgangspunt in deze wet is dat een gebied niet verder belast mag worden dan nu het geval is. Recente uitspraken van de Raad van State leggen de bewijslast voor “significante negatieve effecten” volledig bij de ondernemer. In de aanvraag moeten bedrijven aangeven of er sprake is van een piekbelasting. Zij moeten tevens duidelijkheid geven over de zogenaamde achtergrond depositie trend (zowel voor de toekomst als verleden). Dit levert gigantische administratieve lasten op en de uitkomst is onzeker. Het gevolg is dat ondernemers nauwelijks kunnen uitbreiden. Bovendien kunnen op dit moment projecten geen doorgang vinden. Procedures lopen te lang en de wettelijke termijn van 2x13 weken – waarbinnen een procedure zou moeten worden afgerond –
Zo kan het ook! Veranderagenda
wordt overschreden. Zie bijlage: gesprekken met provinciale ambtenaren Natura 2000 (onderdeel van de Natuurbeschermingswet) / Stapeling regels rondom natuurbeheer Bedrijven ervaren grote problemen bij de uitvoering van Natura 2000. Toeristische ondernemers geven aan dat door de regelgeving projecten vaak een looptijd van 10 jaar hebben voordat tot realisatie kan worden overgegaan. Zij hopen binnenkort tot een kleine uitbreidingsmogelijkheid te kunnen komen in het zogenaamde Groei- en Krimpgebied in Gelderland. Dit kan alleen als de inpassingsplannen kunnen worden aangepast en de vergunningen kunnen worden afgegeven. Buiten het Groeien Krimpgebied ervaren de toeristische bedrijven het als erg problematisch iets te ondernemen. Als oorzaak wordt aangegeven de stapeling van alle regels rondom natuurbeheer (Natuurbeschermingswet, Flora- en Faunawet, Natura 2000, blauwgroen raamwerk, richtlijn compensatie natuur en bos die aanvullend is gemaakt op de Boswet en gekoppeld is aan het Streekplan). Voor een overzicht van de regels rondom natuurbeheer wordt verwezen naar www.natuurbeheer.nu. Nederland en de provincie hebben hier naar de letter van de Europese richtlijn gewerkt. Voor de aangewezen gebieden heeft geen goede afstemming plaatsgevonden met de Wet Milieubeheer, de Wet Verontreiniging Oppervlaktewater en de Wet Ruimtelijke Ordening.
Het Rijk heeft mogelijk de gebieden aangewezen zonder de consequenties goed in beeld te brengen. Daardoor ontstaan in de praktijk grote problemen en worden bedrijven opgezadeld met enorme onderzoekverplichtingen. Bij de uitvoering van Natura 2000 wordt alleen naar de vogel- en habitatwaarden van Natura 2000 gekeken. Er wordt geen rekening gehouden met andere mogelijke positieve effecten, zoals een wildwissel of een ecologische poort. Daarbij komt dat het gebiedsplan Natuur- en Landschap van de niet goed meegenomen zijn in het plan. Volgens het gebiedsplan is er ruimte om iets te ondernemen. Bij de uitvoering lopen initiatiefnemers vervolgens echter tegen strijdigheid met een generieke wet aan. Gevolg is dat veel projecten niet doorgaan en ondernemers elders (in het buitenland) zaken gaan doen. Zie bijlage: enquête, overleg bedrijven 22 september en gesprekken met provinciale ambtenaren
Richtlijn compensatie natuur en bos in aanvulling op de Boswet (onderdeel van het Streekplan) Bedrijven geven aan veel administratieve lasten te ervaren van deze richtlijn. De oorzaak daarvan is dat deze richtlijn veel kostbaar onderzoek noodzakelijk maakt. De richtlijn
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
provincie onvoldoende integraal is uitgewerkt en de consequenties van generieke wetten
29
geldt ook binnen verstedelijkt gebied. Gemeentes zijn verplicht om natuur en bos die verdwijnen via een bestemmingsplan te compenseren. Gemeenten moeten veel ontheffingsverzoeken indienen. Er vindt vertraging in de procedures plaats omdat steeds moet worden afgestemd met de diverse wetten. Dit levert grote problemen op in de uitvoeringspraktijk. Het gevolg is dat er weinig draagvlak is voor deze richtlijn, vooral binnen verstedelijkt gebied. Bedrijven en gemeenten zien soms het nut van deze richtlijn niet in, zeker omdat zij ook bij andere natuurwetten moeten compenseren. Zie bijage: enquête Wet Bodembescherming Bedrijven ervaren veel bureaucratische rompslomp en kosten bij de uitvoering van deze wet. Als oorzaken worden genoemd de aanvraagprocedure voor deze wet die bedrijven veel geld en tijd (inhuur externe expertise) kost. Bovendien moeten zij veel formulieren invullen. Dat leidt tot vertraging van projecten. Twee keer per jaar vindt vervolgens monitoring plaats. Ze rapporteren dan, maar horen daar vaak niets op terug. Wettelijk is in het stortbesluit bodembescherming één maal voorgeschreven. Die rapportages kosten veel geld, omdat bedrijven hiervoor wederom externen moeten inhuren. Gevolg is irritatie bij de bedrijven over het gebrek aan kostenbewustzijn bij de provincie. Zie bijage: enquête
Zo kan het ook! Veranderagenda
zorgt voor veel vertraging bij de aanpassing van een bestemmingsplan. De richtlijn
Wet Bibob De wet BIBOB biedt de overheid de mogelijkheid bedrijven te screenen op criminele activiteiten. Het bedrijfsleven ervaart de wijze waarop de provincie deze wet toepast als een blijk van wantrouwen en als het schieten met een kanon op een mug. Als oorzaak geven bedrijven aan dat zij ten onrechte “over een kam worden geschoren”. Uiteraard moeten criminele ondernemers aangepakt worden, vindt het bedrijfsleven.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Echter alleen als er een vermoeden bestaat, moet er naar gekeken worden. Zij begrijpen
30
niet waarom de provincie bijvoorbeeld nieuwe bedrijven en afval- en vuurwerkbedrijven bij voorbaat screent. Zij geven daarnaast aan dat de 20 in te vullen pagina’s veel informatievragen bevatten die openbaar zijn. De provincie kan deze informatie zelf opvragen bij de Kamer van Koophandel. Gevolg is dat het bedrijfsleven de provincie niet serieus neemt als het over dit onderwerp gaat. Zie bijlage: overleg bedrijven 21 oktober De aanbestedingsregels van de Provincie Gelderland Het bedrijfsleven vindt deze regels erg lastig te hanteren en omslachtig! Ze brengen veel kosten met zich mee en leveren vaak niets op. Ook medewerkers van de provincie ervaren deze regels overigens als een probleem.
Zo kan het ook! Veranderagenda
Als oorzaak wordt aangegeven dat de provincie Gelderland een erg lage grens hanteert en op dit punt strenger is dan Europa. De provincie werkt met meervoudig onderhands aanbesteden tot € 100.000,- en met openbaar aanbesteden tot 206.000 euro. Met name voor kleine bedrijven is het daardoor lastig om zaken te doen met de provincie. Door het aanbestedingsbeleid kunnen kleine opdrachten vaak niet worden verlengd en moeten onnodig vaak offertes worden ingeleverd, terwijl toch al duidelijk is dat men de opdracht niet krijgt. Deze aanbestedingsregels leveren veel administratieve rompslomp op. Ook de voorwaarden waaronder geleverd moet worden zien bedrijven soms als problematisch, omdat de aansprakelijkheid op dit moment onbeperkt is. Gevolg is dat (kleinere) bedrijven belemmerd worden in het zaken doen met de provincie. Zie bijlage; enquête, gesprekken met provinciale ambtenaren
Ontgrondingenwet en –verordening/Kleiwinningsplan Gelderland Het bedrijfsleven ervaart deze wet en de provinciale regelingen als onnodig complex. Als oorzaak wordt genoemd het grote aantal informatieverplichtingen en onderzoeken dat nodig is (natuurtoets, archeologisch onderzoek, bodemonderzoek op de milieuregelgeving, invloed op de waterhuishouding in beeld brengen en een geomorfologisch
onderzoek). Ook de financiële verantwoording in de aanvraagfase wordt als overlast ervaren. Ook stelt de provincie veel eisen in de verantwoording. De zeer lange doorlooptijd van de procedures (soms 10 jaar) levert hoge administratieve lasten op. Het gebrek aan een vaste contactpersoon bij de provincie die de aanvraag begeleidt, is ook hier vervelend. Voor kleine ontgrondingen wordt de volledige procedure eveneens gevolgd. De advieskosten en legeskosten zijn hoog. soms van afziet een ontgronding te realiseren. Zie bijlage: enquête Grondwaterwet en -verordening Bedrijven vinden dat te snel een grondwateronttrekkingvergunning moet worden aangevraagd. De regels voor beregening leveren boeren veel administratieve lasten op. Het gaat hierbij slechts om 2% van het water dat in totaal wordt onttrokken in Gelderland. Als oorzaak wordt aangegeven dat de grens voor grondwateronttrekking ligt op 10.000 m3. Voorheen was de norm 50.000 m3. Veel meer bedrijven moeten nu een vergunning aanvragen. E en vergunningaanvraag is een intensief traject, waarbij bedrijven vaak externe deskundigheid moeten inhuren. Ook ervaren bedrijven dat het lastig is binnen de provincie een medewerker te vinden die uitleg kan geven over de regels. De drempel
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Het gevolg is dat het bedrijfsleven, gezien de tijdsinzet en lange adem die nodig is, er
31
provincie er niets mee doet en ook niet toeziet op naleving. Gevolg is een toename van de bureaucratie en administratieve lasten. Zie bijlage: gesprekken met provinciale ambtenaren
Legesverordening Bedrijven ervaren de combinatie van leges- en belastingheffing voor een ontgrondingenvergunning als een grote administratieve last. Hetzelfde geldt voor een grondwateronttrekkingvergunning. Zij moeten leges betalen voor het verkrijgen van een vergunning en jaarlijks ook nog een belasting voor de onttrekking. Oorzaak is de legesverordening van de provincie en de landelijke- en provinciale belastingwetgeving. Gevolg is dat het bedrijfsleven hier het gevoel heeft dubbel te moeten betalen. Zie bijlage: enquête
Zo kan het ook! Veranderagenda
voor een aanvraag is daarom hoog. Boeren moeten beregeningen melden, terwijl de
3.3
De regeldruk die gemeenten ervaren Regels zouden geen doel, maar middel moeten zijn Beleidsmedewerkers Regio Achterhoek, samenwerkingsverband van acht
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
gemeenten Subsidies: meer moeite dan effect “Elke gemeente heeft inmiddels een ‘subsidioloog’ in dienst. Dat geeft wel aan hoe complex de subsidieaanvragen en de bijbehorende invulformulieren zijn. We zijn zoveel tijd en energie kwijt met het verwerven van subsidies, dat het bijna niet meer rendabel is. We zijn vaak vooral bezig met het proces in plaats van met de inhoud. Laatst was een beschikking binnengekomen, maar het geld was er nog steeds niet. Na een paar telefoontjes bleek dat wij vergeten waren ‘een verzoek in te dienen dat we het bedrag ook daadwerkelijk uitbetaald wilden hebben’... wie verzint zoiets?”
32 Zo kan het ook! Veranderagenda
Moeizame communicatie De beleidsmedewerkers van de Regio Achterhoek hebben bij subsidies te maken met drie verschillende contactpersonen. Van de provinciale ambtenaar, die een akkoord geeft, gaat het naar de subsidieambtenaar, die vervolgens weer helemaal opnieuw begint. “We snappen best dat er regels moeten zijn, maar het ontbreekt aan goede overdracht, inzicht, meedenken en pragmatisme”. Zie de bijlage voor het gehele artikel.
Gemeenten ervaren minder regeldruk dan bedrijven, blijkt uit de diverse gesprekken die de taskforce heeft gevoerd met gemeenten en regio’s. Wel geven ook zij aan slecht de weg in het ambtelijk apparaat te kunnen vinden en steeds te maken te hebben met wisselende contactpersonen. Als iemand vertrekt bij de provincie wordt het werk niet overgedragen aan een collega. Vaak wordt de wisseling ook niet gecommuniceerd aan de gemeente. Voor een nader inzicht in de reacties van de gemeenten wordt verwezen naar de bijlage: de enquête, de verslagen van de klankbordgroep gemeenten en de rondetafelbijeenkomst.
Optreden als één overheid Uit de gesprekken kwam nadrukkelijk naar voren dat de samenwerking tussen provincie, regio’s en gemeenten sterk verbeterd kan worden. De samenwerking verloopt op veel gebieden nog niet altijd goed. Het schort met name in de relatie provincie/gemeente. Als oorzaak wordt genoemd dat gemeenten en provincie vaak niet dezelfde doelen nastreven. Het komt de dienstverlening aan de burger ten goede als provincie en gemeenten, tussen wat bestuurlijk wordt afgesproken en hoe het uiteindelijk wordt uitgevoerd. Afspraken die provinciale en gemeentelijke bestuurders samen maken, komen niet altijd goed door in beide organisaties en worden onvoldoende op uitvoering gevolgd. De samenwerking komt daardoor niet goed van de grond. De relatie provinciegemeente is soms nog te vrijblijvend. Beide partijen geven prioriteit aan de eigen zaak en zetten zich te weinig in om gezamenlijk en oplossingsgericht te werken voor burgers en bedrijven. Het gevolg is dat de afspraken die de bestuurders van provincie en gemeente hebben gemaakt vaak niet gerealiseerd worden. Burgers en bedrijven worden daardoor geconfronteerd met extra administratieve lasten. Ze raken soms gefrustreerd, omdat ze te maken krijgen met tegengestelde besluiten. Zie bijlage: overleg met gemeenten 12 september en
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
gemeenten vaker als één overheid optreden. Er zit een kloof tussen provincie en
33
Gemeenten ervaren bovendien regeldruk op de volgende punten: Wet Ruimtelijke Ordening (WRO) en artikel 19 lid 2 WRO Gemeenten noemen hierbij drie zaken:
• Gemeenten ervaren problemen met de oude Wet Ruimtelijke Ordening en de vrijstellingslijst van de provincie. De oorzaak daarvan is dat in veel eenvoudige gevallen zij niet kunnen terugvallen op artikel 19 lid 2, maar een langere procedure moeten volgen. Het probleem zit met name in de definitie van ‘bestaand bebouwd gebied 2000’. Het gevolg is een langere procedure. Per 1 juli 2008 is de nieuwe WRO van kracht. Het bovenstaande geldt alleen voor het overgangsrecht.
• De nieuwe WRO geeft gemeenten veel meer ruimte de inrichting van hun grondgebied zelf te regelen en daarvoor verantwoordelijkheid te nemen. Toch voorzien gemeenten en regio’s op dit moment geen versnelling van de procedure.
Als oorzaak wordt aangegeven dat de zogenaamde ‘kruimellijst’ (op basis waarvan een snelle aanpassing van een inpassingsplan kan worden gemaakt) in de nieuwe wet weinig ruimte biedt voor snelle procedures. Deze lijst is veel beperkter dan de oude artikel 19 lijst. Ook verwachten zij dat de administratieve lasten voor de burger enorm zullen toenemen. Gemeenten zijn namelijk verplicht na een projectbesluit binnen een jaar het inpassingsplan aan te passen.
Zo kan het ook! Veranderagenda
1 oktober
Het gevolg is dat gemeenten de kosten van deze aanpassing waarschijnlijk aan de burger en bedrijven moeten doorberekenen; het gaat om duizenden euro’s.
• Gemeenten en provincie zien het als een uitdaging om inhoud te gaan geven aan hun nieuwe rol in de WRO. Dat betekent onder andere een zwaardere verantwoordelijkheid en meer zeggenschap voor een gemeente over het eigen grondgebied. Dit kan echter alleen als de provincie de nieuwe verordening die
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
zij gaat maken op hoofdlijnen formuleert. De vraag is in hoeverre provincie en
34
gemeenten er in slagen deze nieuwe verantwoordelijkheden vorm te geven. Bij gemeenten bestaat de angst dat zij onvoldoende ruimte krijgen om de nieuwe verantwoordelijkheid waar te maken. Gemeenten zien het huidige Streekplan vaak als erg gedetailleerd. Provincie en gemeenten zullen moeten wennen aan deze nieuwe rolverdeling. Het recent door de provincie geschreven ambtelijk concept structuurvisie bedrijfsterreinen is bijvoorbeeld nog te betuttelend geschreven, vinden gemeenten. En gemeenteambtenaren moeten eraan wennen dat zij niet meer met al hun vragen bij de provincie terecht kunnen. Zo vroeg een gemeente aan de provincie hoeveel m2 een uitbreiding mocht zijn. De provincie gaat daar echter niet meer over. Het gevolg van de nieuwe WRO is dat de provincie nu naast de gemeente staat
Zo kan het ook! Veranderagenda
en een faciliterende rol heeft. De gemeente is zelf verantwoordelijk voor haar ruimtelijk beleid. De provincie beperkt zich tot het provinciaal belang. Zie bijlagen: enquête Vitaal Gelderland 2008, de Algemene Subsidieverordening en Verordening bibliotheekvernieuwing Gelderland Gemeenten ervaren grote regeldruk van de subsidieregeling Vitaal Gelderland, de algemene subsidieverordening en de verordening bibliotheekvernieuwing Gelderland. De aanvraag kost veel tijd en geld en er is veel en vaak overleg nodig. De oorzaak is dat, zoals het bedrijfsleven ook al aangaf, de drempel voor een accountantsverklaring van € 25.000,- te laag is. De drempel levert onnodige administratieve lasten op; de accountantsverklaring is bovendien niet subsidiabel. De aanvraagformulieren beslaan 20 pagina’s bij Vitaal Gelderland. Vanwege de complexiteit is inhuur van externe expertise onvermijdelijk. Met name voor kleinere projecten is de aanvraagprocedure te ‘zwaar’. Ook de frequentie van de verantwoording is enorm. Gemeenten moeten vier keer per jaar rapporteren – dit is overigens inmiddels teruggebracht tot één maal per jaar. Tenslotte is niet duidelijk wanneer de provincie de subsidie uitkeert. Gemeenten moeten erg lang op het geld wachten. Gevolg is dat gemeenten soms besluiten geen subsidie aan te vragen, omdat de verwervingskosten niet opwegen tegen de te verkrijgen subsidie. Zie bijlage: enquête, overleg gemeenten 12 september
Handhaving Gemeenten en provincie trekken te weinig samen op als het om handhaving gaat. Eén dag per jaar samen handhaven (bij de zogeheten Handhavingsestafette) voor de milieuwetgeving is volstrekt onvoldoende volgens gemeenten. Het bedrijfsleven waardeert deze dag juist zeer. Als oorzaak wordt aangegeven dat zowel de gemeente als provincie ieder haar eigen samenwerking. Het gevolg is dat bedrijven nog steeds met vele partijen te maken hebben die handhaven zonder dat zaken goed zijn afgestemd. Het bedrijfsleven ervaart nog steeds tegengestelde standpunten. Zie bijlage: enquête, overleg gemeenten 12 september en 1 oktober Richtlijn compensatie natuur en bos in aanvulling op de Boswet Zie de toelichting in paragraaf 3.2 De regeldruk die bedrijven ervaren. Stapeling regels rondom natuurbeheer Gemeenten hebben evenals bedrijven last van stapeling van regelgeving. Bij projecten krijgen zij te maken met diverse partijen en een scala aan regelgeving.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
agenda heeft die afgewerkt moet worden. Er wordt niet echt prioriteit gegeven aan de
35
zijn eigen richtlijnen en regels. Dat maakt het er voor de burger en bedrijven niet duidelijker op. De Veluwe is daar een goed voorbeeld van: de beleidsregels voor heide en stuifzanden lopen niet synchroon met de regels van de Boswet en het gebiedsgebonden beleid in het buitengebied. De regels spreken elkaar daarin vaak tegen. Gevolg is stagnatie bij de projecten en gefrustreerde ondernemers. Zie bijlage: enquête, overleg gemeenten 12 september en verslag werkbezoek Italianer
De regeling regionale uitvoeringsprogramma’s (RUP), subsidieregeling meerjarenprogramma’s Gelderland (RSP’s), regiocontracten Gemeenten vinden de aanvraagprocedure voor de subsidies in het kader van het meerjarenprogramma regio’s onduidelijk en complex. De aanvraag leidt tot onnodige administratieve lasten. Ze moeten soms ‘subsidiologen’ inschakelen om de aanvraag op te stellen. Oorzaak zijn de gedetailleerde aanvraagformulieren. Er wordt veel te veel en vaak overbodige informatie gevraagd. Dit geldt ook bijvoorbeeld voor het Investeringsbudget Stedelijke vernieuwing (ISV) Bodem. Het gevolg is een vertraging in de besluitvorming en uitvoering. Zie bijlage: enquête, overleg gemeenten 12 september, artikel regio Achterhoek
Zo kan het ook! Veranderagenda
Als oorzaak wordt gegeven dat partijen niet als één overheid optreden; ieder hanteert
Provinciaal Meerjarenprogramma inrichting Landelijk gebied (ILG) 2007-2013 Gemeenten ervaren dit programma als erg bureaucratisch en verkokerd. Als oorzaak wordt aangegeven dat de provincie veel te veel op de stoel van de gemeenten zitten. Zodanig zelfs dat de voortgang van gemeentelijke plannen en projecten erdoor in het gedrang komt. Subsidieaanvragen zijn complex en hebben een lange doorlooptijd. Dit levert grote onduidelijkheid op bij de aanvragers.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Het gevolg is dat partijen afhaken. Zie bijlage: enquête en overleg gemeenten 12 september Verordening Cultuurhistorie, uitvoeringsvoorschriften en lijst subsidiabele kosten. Gelderse Molenverordening en de uitvoeringsregeling Gelderse Molenverordening. Twee zaken komen bij deze regeling naar voren:
De oorzaak is dat de eisen in de diverse wetten op elkaar moeten worden afgestemd. Er is sprake van een stapeling van landelijke wetgeving om de cultuurhistorie in stand te houden. Naast de Gelderse regels moeten gemeenten ook voldoen aan veel generieke wetten. Het gevolg is dat gemeenten regelmatig ‘noodverbanden’ moeten aanleggen om uiteindelijk tot een besluit voor subsidie-
36
ring te kunnen komen.
Zo kan het ook! Veranderagenda
• Deze regeling kost gemeenten enorm veel energie.
• Gemeenten vinden de samenwerking met de provincie, waar het gaat om de provinciale regelingen op dit gebied, goed lopen. Zij geven wel aan dat er nog een verbeterslag gemaakt kan worden rondom de subsidieverlening.
Oorzaak is dat in de praktijk eigenaren van een monument van zowel de provincie als de gemeente een brief krijgen over buitenschilderwerk van een paar duizend euro. Het gevolg is dat de eigenaar van het monument te maken heeft met veel bureaucratische rompslomp. Zie bijlage: enquête, overleg gemeenten 12 september Subsidieverordening programma externe veiligheid Gelderland 2006-2010 Gemeenten voelen zich soms “gevangen” in deze regelgeving. Ze doen slechts mee “omwille van het geld” en om het veiligheidsbeleid van hun gemeente uit te voeren. De oorzaak is dat de regeling zeer complex is en van gemeenten vraagt zich vergaand te verantwoorden en te rapporteren. De verantwoording is ondanks de invoering van Single Information Single Audit (SISA) nog complex. Het gevolg is dat de gemeente onevenredig veel tijd kwijt is met deze subsidieverordening. Zie bijlage: enquête
3.4
De regeldruk die de jeugdzorg ervaart;
een verhaal apart
Het belang van het kind? Leo Euser, adjunct directeur Bureau Jeugdzorg Gelderland Te veel toezichthouders Bureau Jeugdzorg heeft te maken met tal van toezichthouders, meer dan gebruikelijk is. Uiteraard kent Bureau Jeugdzorg een Raad van Toezicht en doet de accountant elk jaar zijn werk. Tevens kent de jeugdzorg een Inspectie Jeugdzorg, die regelmatig onderzoek doet. Aan de provincie Gelderland wordt ieder kwartaal, en natuurlijk jaarlijks, verslag gedaan. Daarnaast vraagt de financier van Bureau Jeugdzorg, de provincie Gelderland, met enige regelmaat om informatie over de gang van zaken
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Papier in plaats van zorg
37
en soms provinciaal in het leven worden geroepen rond bepaalde thema’s, zoals de Wachtlijstpolitie in Gelderland. In een recente brief van Minister Rouvoet staat dat er binnenkort een audit komt op de wachtlijsten binnen de jeugdzorg. Provinciale en gemeentelijke Rekenkamers vragen ook om informatie. Voor volgend jaar staat een evaluatie van de Wet op de Jeugdzorg op de agenda. Ook dat zal weer de nodige vragen aan de instellingen opleveren.” Overal verantwoording over afleggen Speciale maatregelen of besluiten van rijk en provincie vragen om een aparte verantwoording. Een voorbeeld daarvan is het besluit van de Minister van Justitie (destijds mevrouw Verdonk) om in 2007 de caseload op 17,5 te krijgen, ‘of Bureau Jeugdzorg daarover apart wil rapporteren’. Zie de bijlage voor het gehele artikel.
Zo kan het ook! Veranderagenda
rond allerlei thema’s. Ditzelfde geldt voor Commissies, die soms landelijk
Landelijke ontwikkelingen Over de vraag of jeugdzorginstellingen administratieve lasten ervaren, bestaat geen verschil van mening. Daar is al veel onderzoek naar gedaan. Op een aantal centrale punten komen de opvattingen overeen over de omslag die gemaakt moet worden:
• De overheid moet anders sturen: - de overheid stelt kaders; is systeemverantwoordelijk, biedt ruimte en faciliteert.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
38
Zij bemoeit zich niet gedetailleerd met de (wijze van) uitvoering;
- de sturing is minder centraal en minder uniform; er wordt een zekere heterogeniteit in de uitvoering geaccepteerd.
• De professional moet meer ruimte en verantwoordelijkheid krijgen.
Regels zijn nodig, maar bestaan niet omwille van zichzelf, maar om met gezond verstand en naar bevind van zaken te worden toegepast.
• Verantwoording en toezicht moeten minder verticaal (naar overheid) en meer horizontaal (naar burgers), vorm krijgen met actieve inschakeling van cliënten en andere belanghebbenden.
De opdracht van de taskforce deregulering van de provincie Gelderland past voor wat betreft het onderdeel jeugdzorg in het beleid van de minister voor Jeugd en Gezin. In de
Zo kan het ook! Veranderagenda
brief van november 2007 aan de Tweede kamer zegt de minister daarover het volgende: “De wens om de ervaren regeldruk terug te dringen staat prominent op de politieke agenda. Dit geldt ook voor het brede jeugdbeleid. Het beeld bestaat van een doorgeschoten beheersdrang die in de uitvoeringspraktijk te belastend is geworden voor cliënten, professionals en instellingen. Daarnaast zijn werkprocessen niet altijd goed afgestemd en wordt werk dubbel gedaan. Deze situatie wil ik nog tijdens deze kabinetsperiode veranderen. [–] De aandacht voor regeldruk en onnodige bureaucratie in de jeugdzorg is niet nieuw. Tussen eind 2004 en medio 2006 heeft de Jeugdzorgbrigade gewerkt aan de bewustwording op het gebied van bureaucratie in de sector. De Jeugdzorgbrigade heeft onnodige bureaucratie in de jeugdzorg opgespoord en bekeken wat aan vermindering van bureaucratie kan worden gedaan. Deze analyse resulteerde in drie rapportages en in totaal 93 aanbevelingen aan instellingen, provincies en de rijksoverheid. U bent hierover in diverse brieven geïnformeerd. Met mijn actieplan bouw ik voort op het werk van de Jeugdzorgbrigade. [-] Kort gezegd komt mijn ambitie op het volgende neer: vermindering van de ervaren regeldruk in de jeugdketen voor zowel ouders en kinderen als voor professionals in het jeugdbeleid met 25% in 2011”.
Om te meten of deze doelstelling in 2011 zal zijn behaald, heeft de minister begin 2008 een nulmeting laten uitvoeren naar de ervaren regeldruk. Op deze basis krijgt zijn actieplan nader vorm. Naast deze nulmeting is ook de Kafka-brigade ingeschakeld. Dit is een organisatie die gespecialiseerd is in het opsporen en aanpakken van onnodige bureaucratie.
Jeugdzorgbrigade, een lijst met signalen opgeleverd ten aanzien van de ervaren regeldruk. De meeste hebben betrekking op één van de volgende vier onderwerpen:
• toegankelijkheid voor de cliënt;
• de indicatiestelling;
• de jeugdbeschermingsketen;
• de beleidsinformatie en -verantwoording.
Daarop heeft de minister aangekondigd als eerste actie te ondernemen op de volgende terreinen:
• Toegankelijkheid voor de cliënt: begrijpelijke taal
Alle formulieren van Bureau Jeugdzorg moeten binnen twee jaar begrijpelijk zijn
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
De eerste analyses uit de nulmeting hebben, samen met de bevindingen van de
39
• Toegankelijkheid voor de cliënt: geen eigen bijdrage meer
De eigen bijdrageregeling in de jeugdzorg wordt ervaren als ingewikkeld, belastend (voor zowel de aanbieders als voor de kinderen en de ouders) en onrechtvaardig (door de kinderen). De eigen bijdrageregeling wordt daarom afgeschaft.
• De indicatiestelling: sneller en eenvoudiger
Het aangeven van de benodigde duur en omvang van een traject is bij indicatie niet goed in te schatten, waardoor dit bij de zorgaanbieder vaak opnieuw gebeurt. Dit onderdeel van de indicatiestelling zal worden geschrapt.
• De indicatiestelling: efficiënt gebruik van gedragswetenschappers
De verplichting tot het in alle gevallen inschakelen van een gedragswetenschapper wordt geschrapt en beperkt tot die cliënten bij wie dit ook echt is vereist. Gezien de beperkte beschikbaarheid van de gedragswetenschappers zal dit leiden tot een snellere en een kwalitatief betere indicatiestelling.
• Beleidsinformatie en -verantwoording: Beter, Anders, Minder
Met het project ‘Verbetering beleidsinformatie jeugdzorg: Beter, Anders en Minder’ zet de minister samen met Inter Provinciaal Overleg (IPO) en de MO-groep in op een eenduidige en minder belastende manier van aanleveren van beleidsinformatie door provinciale jeugdzorg en de provincies.
Zo kan het ook! Veranderagenda
voor het overgrote deel van de cliënten.
Deze acties vormen het begin van een meerjarig traject gericht op het realiseren van de genoemde ambitieuze kwantitatieve doelstelling. Ook de provincie Gelderland neemt hier haar verantwoordelijkheid. De opdracht aan de taskforce deregulering sluit voor het beleidsveld jeugdzorg aan op het landelijke actieplan ter vermindering van de regeldruk. Ontwikkelingen binnen de provincie Gelderland
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
De provincie Gelderland treft voorbereidingen om de aansturing van de jeugdzorg te
40
wijzigen en te vereenvoudigen. In de nieuwe besturingsfilosofie staat centraal dat ieder van de actoren zijn eigen verantwoordelijkheid heeft en de ruimte moet krijgen deze in te vullen. De uitgangspunten zijn:
• kaders afspreken (eenzelfde visie en gezamenlijke gedragen verantwoordelijkheid
• ruimte voor ontwikkeling door organisaties;
• vertrouwen en transparantie.
en doelstellingen);
In grote lijnen komt dit erop neer dat de provincie de bredere rol van regisseur vervult en de beleidskaders vaststelt. Ten opzichte van de instellingen zit de provincie aan de voor-
Zo kan het ook! Veranderagenda
en achterkant van het proces: ze stelt eisen, maakt afspraken over prijs en over de te leveren producten en beoordeelt aan het eind het resultaat. De instellingen zijn verantwoordelijk voor de te leveren zorg en verantwoorden zich over hun geleverde producten (in prijs en kwaliteit). Dat betekent dat de provincie terugtreedt in haar bemoeienis met interne processen en cliëntenlogistiek binnen instellingen. De provinciale ambitie om te komen tot een nieuwe besturingsfilosofie hangt samen met de voornemens van het rijk om in 2010 een nieuw financieringstelsel voor de jeugdzorg in te voeren dat minder star en bureaucratisch is. De kern hiervan is dat bij de vaststelling van het macrobudget rekening gehouden wordt met de prognose van de vraag naar jeugdzorg en de ontwikkeling van de prijzen. Binnen de provinciale budgetten hebben de provincies vervolgens een ruime mate van beleidsvrijheid om afspraken te maken met de instellingen over de bekostiging van de zorgmodules, het zogenaamde p x q systeem. Een en ander moet leiden tot deregulering in de relatie rijk-provincie en in de relatie provincie-instelling. Deze ontwikkelingen hangen uiteraard nauw samen met de opdracht van de taskforce.
Focus van de taskforce De taskforce had de opdracht zich te beperken tot de administratieve lasten die de provincie veroorzaakt bij de jeugdzorg en om voorstellen te doen voor de lobbyagenda in Den Haag.
• Sturing door de overheid en het komen tot goede prestatieafspraken;
• Invoering van een nieuwe financieringssystematiek;
• Beoordeling van de provinciale subsidievoorwaarden. Gelderland heeft drie subsidieregelingen die van belang zijn voor de jeugdzorg: de Algemene Subsidieverordening, de Subsidieverordening Jeugdzorg en de Nadere regels jeugdzorg 2008;
• Doorlichten van de beleidsinformatie die instellingen moeten verstrekken;
• Kritisch kijken naar de wijze van uitvoering.
Omdat Gelderland momenteel de sturing van de jeugdzorg herziet, heeft de taskforce ervoor gekozen zelf geen onderzoek te gaan doen. In plaats daarvan heeft de taskforce de afgelopen maanden de ontwikkelingen gevolgd en in het lopende proces aanbevelingen gedaan om te komen tot een nieuw, gedereguleerd sturingsarrangement. Daartoe is
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
De belangrijkste onderwerpen waar de taskforce zich op heeft gericht zijn:
41
Verder is op 14 mei deelgenomen aan een bijeenkomst van branche en provincie over het nieuwe sturingsarrangement, waar de taskforce de rol van kritische sparringpartner heeft vervuld. Bevindingen taskforce Bureauonderzoek In 2006 heeft Adviesbureau Van Montfoort een enquête gehouden onder 15 bureaus jeugdzorg en 55 zorgaanbieders over de knelpunten in de relatie met de provincie. De centrale conclusie daaruit luidde dat de jeugdzorg ‘overstuurd’ is. Het volgende citaat uit de rapportage illustreert het bureaucratische mechanisme treffend. Het dekt de conclusies die de taskforce trekt over de overmaat aan regulering in de jeugdzorg: “De aard van het werk in de jeugdzorg brengt met zich mee, dat steeds weer op maat wordt gehandeld in specifieke omstandigheden, uitgaande van de vraag. Dat kan alleen, wanneer de beroepskrachten ruimte hebben om te bepalen wat adequaat handelen is. Deze ruimte vergt eveneens ruimte in de organisatie en de registratie en het vraagt een bijbehorende manier van verantwoording afleggen. In de geldende subsidieverordeningen en in de huidige wijze van aansturen door provincies overheerst te veel en te vaak een mechanische en statische benadering: men poogt vooraf vast te leggen wat de jeugdzorg moet doen, hoe de jeugdzorg dat moet doen, wanneer dit moet en hoeveel tijd en geld ieder onderdeel mag kosten.
Zo kan het ook! Veranderagenda
gesproken met de vertegenwoordigers van de branche en met provinciale medewerkers.
Deze benadering leidt tot voortdurende verzoeken van de provincie om informatie over onderdelen van het primair proces en om statische cijfers over doorlooptijden, productie en kosten. Omdat professionele dienstverlening niet kan worden weergegeven in dergelijke statische modellen – tenzij de dienstverlening standaard en niet meer op maat van individuele vragen wordt geleverd – zijn de antwoorden en gegevens vanuit het Bureau Jeugdzorg en de zorgaanbieders bijna per definitie onbevredigend voor de
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
provincie.
Zo kan het ook! Veranderagenda
42
Dat kan leiden tot wantrouwen van de overheid ten opzichte van de uitvoering en vervolgens tot meer vragen, pogen de ruimte van de uitvoering verder te beperken. Op die manier kan een situatie ontstaan, waarin de jeugdzorg zich steeds meer belast voelt met een als bureaucratisch beleefd toezicht en de overheid alsmaar meer gaat twijfelen over de organisaties, omdat het niet lukt greep te krijgen op de uitvoering. Dit wordt een vicieuze cirkel, die veel tijd en energie kost van politici, ambtenaren, directeuren en medewerkers van instelling, geen positief resultaat oplevert en uiteindelijk verlammend werkt voor zowel de overheid als de jeugdzorg. Op korte termijn kunnen afspraken gemaakt worden om deze vicieuze cirkel te voorkomen of te beëindigen. Dit kan door:
• uitgaan van vertrouwen;
• opdrachten formuleren in ‘wat’ en niet in ‘hoe’;
• verantwoorden op resultaten;
• beperken van vragen en regelingen ten opzichte van de uitvoering”.
Op basis van de enquête geeft de onderzoeker de volgende verbeterrichtingen aan:
• We moeten toe naar minder directe, dagelijkse bemoeienis van de overheid met
• Minder ambtenaren, minder sturing op beheersing en bedrijfsvoering. De over-
• Er moet worden gestuurd op resultaten. De verhouding overheid – maatschap-
de uitvoering. heid moet kleiner, flexibeler en meer vanuit vertrouwen optreden. pelijk ondernemers moet worden ingevuld als de relatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Gesprekken met de Gelderse branche jeugdzorg De belangrijkste punten die de branche heeft ingebracht, zijn:
• Er is ontevredenheid over huidige de stijl van controleren en beheersen door de provincie. De provincie houdt te weinig afstand tot de uitvoering van de zorg en bemoeit zich te veel met de interne processen;
• Als gevolg van de provinciale controle- en beheersstijl hebben instellingen te weinig bewegingsvrijheid waardoor hun verantwoordelijkheid wordt ingeperkt;
• De subsidieregelingen zijn te gedetailleerd. De nadere regels (28 pagina’s) van de provincie Gelderland zijn te uitgebreid en alleen bedoeld om te voorkomen dat er bij de instellingen fondsvorming optreedt;
• Instellingen kampen met een overmatige informatiebehoefte van de provincie en het rijk. Elk kwartaal rapporteren ze aan de provincie. Het ‘Rapportageformat beleidsinformatie jeugdzorg’ bevat 64 (!) pagina’s met vragen en tabellen die • Jeugdzorginstellingen moeten zich meerdere malen (tussentijds) gedetailleerd verantwoorden. Bijna elke extra informatievraag leidt tot extra registratie-eisen. Dat gaat ten koste van de tijd voor de cliënt. Bij incidentele subsidieaanvragen zijn meerdere verantwoordingen nodig. Hoewel de provincie de intentie heeft het allemaal via de jaarrekening te laten lopen, blijkt dit in de praktijk nog niet te werken;
• Bureau Jeugdzorg moet voor haar jaarrekening twee accountantsverklaringen aanleveren. Eén algemene gebaseerd op een algemene bedrijfseconomische richtlijn (onder andere vanwege de bank, normaal gebruikelijk in het economisch verkeer) en een specifieke verklaring gerelateerd aan de Provinciale Subsidieverordening;
• Elke provincie geeft op haar eigen manier inhoud aan landelijke afspraken.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
ingevuld moeten worden;
43
• De indicatiestelling is overgereguleerd;
• Knelpunten rond de rechtmatigheid zijn: - Volgens de huidige regels moet Bureau Jeugdzorg duur en omvang in het indicatiebesluit aangeven en moeten de zorgaanbieders daar naar handelen. Het rijk is voornemens deze eisen te laten vervallen in het kader van het nieuwe financieringsstelsel. Omdat het rijk deze eis nog niet formeel heeft ingetrokken, blijft de accountant dit eisen; - Medio 2008 is in principe overeenstemming bereikt over een duidelijker en vereenvoudigd accountantsprotocol. De formele besluitvorming en de wijziging van de regelgeving heeft echter nog niet plaatsgevonden.
• Het rijk bevindt zich op afstand van de instellingen, maar voert wel in hoog tempo nieuwe wet- en regelgeving in. Regels veranderen te snel en te vaak.
De branche is blij met het verandertraject dat de provincie heeft ingezet waarbij financiering, sturing en prestatieafspraken anders zullen worden vormgegeven. De branche deelt de provinciale intenties, maar er bestaat zorg of deze intenties ook daadwerkelijk zullen worden waargemaakt.
Zo kan het ook! Veranderagenda
Instellingen die in meerdere provincies werken ondervinden hiervan veel hinder;
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Hoofdstuk 4
Zo kan het ook! Veranderagenda
44
Conclusies: de ervaren regeldruk getoetst aan de visie van de Taskforce
De taskforce heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar de ervaren regeldruk die bedrijven, gemeenten en jeugdzorg ervaren. De resultaten van dit onderzoek zijn in het vorige hoofdstuk beschreven. In dit vierde hoofdstuk worden op basis van de resultaten conclusies getrokken, met in het achterhoofd de visie zoals verwoord in hoofdstuk 2. Paragraaf 4.1 geeft de algemene conclusies weer. In de paragrafen 4.2, 4.3 en 4.4 worden de conclusies voor respectievelijk bedrijfsleven, gemeenten en
4.1
Algemene conclusies
De taskforce is van mening dat het beleid met betrekking tot regelgeving, toezicht en controle toe is aan verdere modernisering. Het beleid dient meer ingericht te worden op basis van vertrouwen in plaats van wantrouwen en dient als zodanig een globaal sturende regelgeving te bevatten. Certificering en een adequaat in- en extern toezicht dienen hierbij betrokken te worden. De implementatie van deze visie in de provinciale organisatie vraagt ook om een cultuuromslag. Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten zouden moeten sturen en
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
jeugdzorginstellingen gepresenteerd.
45
beleidsdoelen. De medewerkers van de provincie geven daar vervolgens inhoud aan bij de uitvoering. Naar de mening van de taskforce kan deze cultuuromslag bijdragen aan een beter imago van de provincie bij bedrijfsleven, gemeenten en jeugdzorg. In de huidige uitvoeringspraktijk van de provincie gaan veel zaken goed. Bedrijven en gemeenten vinden de provincie een deskundige organisatie waar ze goed zaken mee kunnen doen als ze eenmaal de juiste persoon hebben gevonden. De provincie zelf werkt op een aantal gebieden aan verbetering van de uitvoering en aan deregulering. Met Gelderland in Beweging worden stappen gezet om tot een beter, integraal en consistent beleid te komen, de dienstverlening te verbeteren en de samenwerking met partners soepel vorm te geven. Er zijn echter nog veel verbeteringen mogelijk zoals uit alle gesprekken, interviews, enquêtes en suggesties via Internet naar voren is gekomen. Jeugdzorg, bedrijven en gemeenten hebben klachten over de rol en werkwijze van de provincie Gelderland. Uit gesprekken met vertegenwoordigers komt irritatie naar voren en de roep om heldere, eenvoudige regels die klantvriendelijk uitgevoerd worden. Zij vragen om regels rondom subsidieverlening waarin aanvragen eenvoudig kunnen worden gedaan en de verantwoording simpel geregeld kan worden en om regels (verordeningen) met geboden en verboden waarin geen overbodige informatieverplichtingen zijn opgenomen. De klachten concentreren zich meer op de tenuitvoerlegging van de regels dan op de regels zelf.
Zo kan het ook! Veranderagenda
controleren op het wat (de prestatie) en niet op het hoe (activiteiten) bij de realisatie van
In het contact met de provincie krijgen de drie doelgroepen te maken met een grote hoeveelheid papierwerk, met verschillende contactpersonen, een formele manier van communiceren, ondoorzichtige regelgeving en onwil of onmacht om samen te werken. Gemeenten geven minder blijk last te hebben van regeldruk van de provincie. Ook zij hebben vaak geen grote problemen met de regel zelf, maar wel met de uitvoeringspraktijk en de bureaucratie. Met de procedures rondom subsidieverlening hebben zij
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
overigens wel problemen.
46
Bedrijven en gemeenten geven als belangrijkste oorzaken voor de regeldruk de uitgebreide informatie- en verantwoordingsverplichtingen en de lange doorlooptijd/wachttijd voor procedures. Daarnaast noemen zij de complexiteit van regelingen, de bureaucratische uitvoering ervan door de provincie, de onnodige kosten (onder andere leges) die zij moeten maken en de lange en onduidelijke formulieren. Het bedrijfsleven mist op dit vlak kostenbewustzijn bij de overheid. De provincie vraagt veel informatie van het bedrijfsleven, zonder zich bewust te zijn van de kosten die daarmee gemoeid zijn. Gebrek aan een vaste coördinator Voor gemeenten en bedrijven is het moeilijk vast te stellen wie zij bij de provincie moeten aanspreken. Als men eenmaal een contactpersoon heeft, loopt het over het algemeen
Zo kan het ook! Veranderagenda
wel goed. Vaak hebben zij echter te maken met een groot aantal en wisselende contactpersonen. Daardoor hebben zij geen zicht meer op de voortgang van zaken. Zowel gemeenten als bedrijven hebben grote behoefte aan een vaste coördinator of accountmanager. Deze persoon coördineert dan de zaken binnen de provincie, zorgt voor een goede interne afstemming en bewaakt de voortgang. Verder geven bedrijven/branches aan een aantal malen per jaar met de provincie te willen overleggen om een goede communicatie te bevorderen. Het ontbreekt de provincie aan een goed klantenrelatiesysteem. Bedrijven en gemeenten moeten daardoor iedere keer alles opnieuw uitleggen. Ook geven zij aan de website ontoegankelijk te vinden. Gebrek aan integraal beleid Bedrijven en gemeenten ervaren soms verschillende geluiden uit verschillende afdelingen van de provincie. Hierdoor weten zij niet waar ze aan toe zijn en treedt stagnatie op. Het komt dus voor dat er intern, binnen de provincie, niet goed wordt afgestemd voordat naar buiten toe een standpunt wordt ingenomen.
Regelgevingbank niet actueel De regelgevingbank van de provincie Gelderland is de afgelopen jaren op onderdelen onvoldoende onderhouden. De regelgevingbank bevatte vervallen regels en is niet ingericht voor gebruik door bedrijven, gemeenten en jeugdzorg. Per 1 september 2008 staan alle provinciale regelingen op Internet. Deze zijn echter nog weinig toegankelijk
Regelgeving te complex Sinds 1995 wordt binnen de provincie gewerkt met de 10 gouden regels van het Gelderse regelgevingbeleid. Dit houdt in dat alle nieuwe regels worden getoetst aan kwaliteitseisen als noodzaak en evenredigheid, doeltreffendheid en doelmatigheid, uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid en onderlinge afstemming, eenvoud en toegankelijkheid. Deze 10 gouden regels geven terughoudendheid in regelgeving aan en het opstellen van regels alleen als het absoluut noodzakelijk is. Deze regels worden onvoldoende toegepast en getoetst bij de opstelling van nieuwe regelingen. Er bestaat bovendien een groot verschil in detailniveau tussen de diverse regelingen. Iedere regeling gebruikt eigen terminologie. Vooral bij de subsidieregelingen valt dit op. Ook de regelingen voor de fysieke omgeving zijn zeer divers en verschillend in detail
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
voor bedrijven, gemeenten en jeugdzorg.
47
Wegenverordening en de Ontgrondingenverordening. De taskforce ziet in 2008 in de organisatie wel een beweging om de regelgeving te verbeteren. Door het bekijken van de regelingen en de gesprekken die de taskforce hierover heeft gevoerd met de betreffende ambtenaren is een verbeterslag van de regelgevingbank op gang gekomen. Provinciale medewerkers nemen initiatieven om regelingen te vernieuwen, samen te voegen of in te trekken. Subsidieregelingen en aanvraagformulieren De diverse subsidieregelingen verschillen onderling sterk van elkaar. Zowel de aanvraagprocedure en -formulieren als de beschikkingen zien er verschillend uit. Er zijn ook grote verschillen in de manier waarop de aanvraag moet worden gedaan en verantwoording moet worden afgelegd. Gemeenten ervaren deze verschillen als regeldruk. Zij hebben immers te maken met veel provinciale subsidies. De administratieve lasten zijn aanzienlijk door de rapportages en accountantskosten. De uitvoeringspraktijk levert veel klachten op. De procedures zijn lang en termijnen worden regelmatig overschreden. Inmiddels heeft de provincie stappen gezet om te komen tot een subsidieregeling Vitaal Gelderland. Tot op heden heeft dat het beeld niet verbeterd. Bedrijven, gemeenten en regio’s vinden met name de verantwoording rondom de nieuwe regeling Vitaal Gelderland erg knellend. Deze regeling veroorzaakt veel onnodige bureaucratie en is niet efficiënt. Het effect is dat bedrijven en gemeenten afhaken. En dit komt het imago van de provincie niet ten goede.
Zo kan het ook! Veranderagenda
uitgewerkt. Het gaat hier ondermeer om de Milieuverordening, Grondwaterverordening,
4.2
Aanvullende conclusies
specifiek voor het bedrijfsleven
Wet Milieubeheer Het bedrijfsleven heeft vooral last van de administratieve lasten van de Wet Milieubeheer.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Bedrijven ervaren grote informatie- en rapportageverplichtingen voor de vergunningaanvraag en voor het behouden van de vergunning. In de praktijk werkt de provincie te veel naar de letter van de vergunning en niet naar de geest. Bedrijven ervaren verder grote administratieve last van de grote hoeveelheid handhavers die met regelmaat op bezoek komt. Deze handhavers komen soms enkele dagen administratief onderzoek doen binnen het bedrijf. De verschillende handhavers van de verschillende overheden spreken elkaar soms tegen. De taskforce concludeert voorts dat er in de uitvoeringspraktijk van vergunningverlening en handhaving Wet Milieubeheer nog onvoldoende onderscheid gemaakt wordt voor bedrijven die de zaken goed op orde hebben en gecertificeerd zijn en bedrijven waarbij dat niet het geval is.
48 Zo kan het ook! Veranderagenda
Overige wetten en verordeningen betreffende de fysieke leefomgeving Het bedrijfsleven ervaart soms ook veel administratieve lasten bij de andere wetten en bijbehorende verordeningen betreffende de fysieke leefomgeving. Het gaat hier om de Ontgrondingenwet, Waterwet, Wet Bodembescherming en de daarbij horende provinciale verordeningen. Ook hier zijn de procedures complex en heeft het bedrijfsleven veel informatie- en rapportageverplichtingen. Bedrijven zien het nut vaak niet in van het invullen van allerlei formulieren en rapportages. Wet- en regelgeving rondom natuurbeheer Het bedrijfsleven ervaart grote problemen bij de Natuurbeschermingswet 1998, de Natura 2000-gebieden, de Flora en Faunawet, richtlijn compensatie Natuur en Bos en de stapeling van wetgeving. De wetgeving is dusdanig complex dat ondernemers veel kosten moeten maken en nauwelijks kunnen uitbreiden. Trajecten hebben een hele lange looptijd. Soms haken bedrijven helemaal af.
BIBOB Het bedrijfsleven onderschrijft het nut van de Wet BIBOB. Echter de wijze waarop de provincie de wet BIBOB toepast, wordt door bedrijven ervaren als administratieve last en een uiting van wantrouwen. Deze beleidslijn past niet in de visie van de taskforce waarin vertrouwen het uitgangspunt is.
ervaart onnodige administratieve lasten, doordat zij veelvuldig extra offertes moet uitbrengen en op openbare inschrijvingen moet inschrijven. De provincie zou de aanbesteding efficiënter en effectiever kunnen organiseren als de regels worden aangepast aan de Europese regels. Het lijkt er hier op dat de kosten van dit beleid (voor overheid en bedrijfsleven samen) de opbrengsten ver overschrijden.
4.3
Aanvullende conclusies
specifiek voor gemeenten
Optreden als één overheid Gemeenten, regio’s en de provincie werken op allerlei gebieden te weinig samen, zoals bij de regionale programma’s en bij vergunningverlening en handhaving. Zaken worden onvoldoende of niet afgestemd. Samenwerking bijvoorbeeld in de handhaving in de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht en de omgevingsdienst, maar ook bij de aanleg van een weg ontbreekt. Door niet als één overheid op te treden, krijgen burgers en bedrijven te maken met tegengestelde besluiten die leiden tot extra lasten. Subsidieverlening De verantwoording bij subsidieverlening zoals bij Vitaal Gelderland, de regeling regionale uitvoeringsprogramma’s, het provinciaal meerjarenprogramma inrichting landelijk gebied en de subsidieverordening programma externe veiligheid levert veel regeldruk op. Erg belastend is bijvoorbeeld dat iedere subsidie anders verantwoord moet worden. Een aantal subsidieregelingen, waaronder Vitaal Gelderland, is totaal niet efficiënt en vaak ook niet effectief. Daardoor vragen gemeenten soms zelfs géén subsidie aan; vooral als het gaat om kleine subsidiebedragen.
49 Zo kan het ook! Veranderagenda
Het aanbestedingsbeleid van de provincie zorgt voor veel problemen. Het bedrijfsleven
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Aanbestedingsbeleid
Wet Ruimtelijke Ordening (WRO) Gemeenten verwachten een toename van de administratieve lasten voor burgers en bedrijven. Ze moeten namelijk vaker inpassingsplannen aanpassen op kosten van de burger en bedrijven. De zogenaamde ’kruimellijst’ in de nieuwe wet (waarmee zij eenvoudige aanpassingen kunnen doorvoeren) is erg kort en levert niet op wat zij ervan verwachten.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Verder ligt er een grote uitdaging voor provincie en gemeenten om hun nieuwe rol in de
Zo kan het ook! Veranderagenda
50
nieuwe WRO goed vorm te geven en inhoud te geven aan een efficiënte en effectieve verordening op basis van vertrouwen. Integraal beleid Gemeenten vragen duidelijk om integraal beleid binnen de natuurwetgeving en een goede afstemming met ruimtelijke ordening. Bij de uitvoering van de natuurwetten lopen gemeenten tegen tegenstrijdige eisen aan, die niet duidelijk zijn. Daardoor lopen projecten vertraging op.
4.4
Aanvullende conclusies
specifiek voor de jeugdzorg
• De professional in de jeugdzorg krijgt te weinig ruimte om maatwerk te leveren;
• Hulpverleners zitten gevangen in bureaucratische structuren en besteden veel tijd aan registratie;
• Provinciale subsidieregelingen zijn gedetailleerd en complex;
• De provincie (en/of het rijk) vraagt gedetailleerde en uitgebreide verantwoording;
• Er moet gestuurd worden op het wat (de resultaten) en niet op het hoe
(de bedrijfsvoering). De taskforce deregulering Gelderland is niet de eerste die advies uitbrengt om de regeldruk in de jeugdzorg te reduceren. Het valt op dat eerdere adviezen in belangrijke mate met elkaar overeenstemmen, maar dat de daadwerkelijke reductie van regeldruk zeer moeizaam tot stand komt. Dat heeft een oorzaak. De geconstateerde knelpunten komen bijna allemaal voort uit de voedingsbodem van
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
De hoofdlijnen van de kritiek die de taskforce is tegengekomen, zijn:
51
een cultuur van sturen vanuit wantrouwen. Zolang die onderliggende oorzaken niet worden aangepakt, zijn veranderingen moeilijk door te voeren. Daarom hebben eerdere onderzoeken en aanbevelingen nog te weinig effect gehad. Vandaar dat niet langer kan worden volstaan met symptoombestrijding. Minstens zo belangrijk is het om het onderliggende cultuurprobleem aan te pakken.
Zo kan het ook! Veranderagenda
‘beheersmatig denken’,gebaseerd op het idee van “de maakbare samenleving“ en vanuit
Zo kan het ook! Veranderagenda Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Hoofdstuk 5
52
De veranderagenda
De taskforce heeft op basis van de conclusies de Veranderagenda opgesteld. Hierin staan concrete voorstellen om de ervaren regeldruk bij bedrijven, gemeenten en jeugdzorg te verminderen. Daarbij heeft de taskforce ook gekeken naar de specifieke maatregelen die andere provincies hebben genomen op het gebied van deregulering. Deze zijn in de Veranderagenda opgenomen. Ook zijn de ideeën verwerkt die uit onderzoek en de gesprekken en enquête naar voren zijn gekomen.
de taskforce noodzakelijk is, als de provincie de ambitie heeft echt iets te doen aan deregulering. Na de algemene uitvoeringsgerichte voorstellen in 5.1 volgen de nadere concrete uitvoeringsgerichte voorstellen voor bedrijven, gemeenten en jeugdzorg in 5.2. In paragraaf 5.3 volgt de toekomstige aanpak. Vooraf De taskforce heeft vastgesteld dat binnen de provincie bereidheid bestaat kritisch naar de regeldruk en administratieve lasten te kijken. In dat verband vinden binnen de provincie ook al verschillende processen plaats. De taskforce vertrouwt dat de Veranderagenda de provincie ondersteunt in het proces dat gaande in.
5.1
Algemene uitvoeringsgerichte voorstellen
In deze paragraaf staan algemene voorstellen voor vermindering van de regeldruk voor de drie doelgroepen. Dit zijn voorstellen voor verbeteringen op politiek-bestuurlijk gebied, voorstellen voor de ambtelijke organisatie, technisch-juridische verbeterpunten en voorstellen voor verbetering van de dienstverlening, bijvoorbeeld door het inzetten van ICT. Politiek-bestuurlijke verbeterpunten Cultuuromslag bij bestuur Vermindering van regeldruk en administratieve lasten begint met bestuurlijk lef en vraagt om sturing door Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten van Gelderland. Zowel regels die veel ballast opleveren als de manier waarop de regels worden uitgevoerd hinderen bedrijfsleven, gemeenten en jeugdzorg. De politiek zal er op moeten sturen deze belemmeringen weg te nemen. Vertrouwen geven en aanvaarden van risico’s horen daarbij. Dat betekent terughoudendheid van de bestuurders om nieuwe regels te maken. Houdt de sturing zo simpel mogelijk. Pas ook het beginsel van proportionaliteit toe. Ook zou het goed zijn als er een time out genomen wordt na een incident. De politiek zou moeten toewerken naar lage administratieve lasten voor de doelgroepen. Hierbij moet zij een mate van risico nemen accepteren, opdat creativiteit en ondernemerschap kunnen floreren.
53 Zo kan het ook! Veranderagenda
mee aan de slag kunnen. Dit kan zeker bijdragen aan de cultuuromslag die volgens
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Deze Veranderagenda is zo geformuleerd dat bestuur en medewerkers er meteen
Administratieve lasten
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
54
Creativiteit / ondernemerschap
De provincie zou een andere houding moeten aannemen: een houding die gericht is op maatschappelijke sturing waarbij andere actoren in staat worden gesteld meer verantwoordelijkheid te nemen. Diegenen die zich niet houden aan afspraken moeten hard
Zo kan het ook! Veranderagenda
worden aangepakt. Voor de politiek betekent dit ook terughoudendheid in het stellen van vragen over de wijze van uitvoering; het gaat immers om het resultaat. Ook moet Provinciale Staten accepteren dat een gedeputeerde soms geen antwoord kan geven, omdat het niet de verantwoordelijkheid van de provincie is. Draagvlak voor visie organiseren De taskforce stelt voor om een Statenbrede discussie te voeren om te bepalen in welke mate de provincie voor deze ‘andere overheid’ gaat kiezen en in welke mate er draagvlak is voor de visie van de taskforce. Vervolgens zal de politiek de sturing vorm moeten gaan geven volgens de visie. Ambtelijke organisatie Gelderland in Beweging is een goede stap; wel is aandacht voor de jeugdzorg gewenst Met Gelderland in Beweging (GIB) maakt de provinciale organisatie een goede stap om de gewenste cultuuromslag te kunnen realiseren. De realisatie van de doelen van GIB: goede externe dienstverlening, integraal en consistent werken, een adequate uitvoering in samenwerking met regio’s en partners zijn een belangrijke voorwaarde voor deregulering. De introductie van kernwaarden (gaan voor een goed resultaat, verantwoord risico nemen, zakelijk met respect en elkaar aanspreken) is daarin een belangrijke stap. Met minder en betere regels kunnen de kernwaarden van de provincie ook beter tot hun recht komen.
Door Gelderland in Beweging worden per 1 januari 2009 alle beleidstaken gebundeld in een beperkt aantal afdelingen, zodat integraal beleid beter kan worden vormgegeven. Ook worden bij programmering en contractering taken gebundeld. Hierdoor kan het maken van prestatieafspraken eenduidiger gaan plaatsvinden. Alle vergunningverlening en alle handhavingstaken van de provincie worden samengebracht in twee afdelingen. De door het bedrijfsleven gewenste coördinatie kan daardoor soepeler worden georgawordt gelegd voor één subsidieverordening. Ook de vorming van een serviceafdeling Toezicht Advies Lokale Overheden (TALO) voor gemeenten is een goede basis om de samenwerking met gemeenten te verbeteren. Aandachtspunt hierbij is nog de jeugdzorg. De branche maakt zich zorgen over een goede aansluiting bij de nieuwe organisatie. Technisch-juridische verbeterpunten Modernisering en vereenvoudiging regelgeving Een vergaande modernisering, vereenvoudiging en borging van de regelgeving is nodig om tot efficiënte en effectieve regelgeving te komen. Het gaat om een nieuwe manier van kijken naar regels. Heldere regels zijn nodig, maar
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
niseerd. Verder komen alle subsidietaken bij elkaar in een afdeling, waarmee de basis
55
worden geformuleerd. De provincie moet prestatieafspraken maken en de verantwoording helder regelen. Het hele regelgevingbestand van de provincie zou de komende jaren met deze uitgangspunten gemoderniseerd moeten worden. De taskforce heeft alle relevante regelingen bekeken en besproken met medewerkers van de provincie op de mogelijkheden van deregulering. Dit vormt een goede basis voor de verdere aanpak; de uitwerking is te vinden in de bijlage. Medewerkers geven van 15 regelingen aan dat ze ingetrokken kunnen worden; 4 regelingen zullen naar verwachting binnen één à anderhalf jaar worden ingetrokken. Een aantal regelingen wordt mogelijk samengevoegd en vereenvoudigd, zoals 5 regelingen voor nazorg stortplaatsen en de 4 regelingen voor cultuurhistorie (inclusief de molenverordening). Ook zal van de 5 regelingen voor bezwaar- en beroep 1 nieuwe regeling worden gemaakt. Verder geven medewerkers van de provincie aan dat de Subsidieregeling en nadere regels subsidieregeling sociaal beleid Gelderland en de Inspraakverordening provincie Gelderland aan modernisering toe zijn. In de provincie Overijssel heeft men in drie jaar tijd een programma deregulering uitgevoerd. Hierin zijn de 170 provinciale regelingen teruggebracht tot 25. Ook is een vergaande vereenvoudiging in de verantwoording doorgevoerd. Een goed voorbeeld om te volgen. Dit onderwerp vraagt continue aandacht en een programmatische aanpak in het begin.
Zo kan het ook! Veranderagenda
ze moeten vanuit zero base (alleen regelen wat echt noodzakelijk is) en vanuit vertrouwen
Maak eenvoudige formulieren Start een project voor de vereenvoudiging en eenduidigheid van (aanvraag-)formulieren, digitaal voorzien van een toelichting en waarin bekende gegevens al zijn ingevuld . Zie de site: www.begrijpelijkeformulieren.nl van het ministerie van Binnenlandse Zaken voor tips en ideeën hieromtrent.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Maak één eenvoudige subsidieregeling in Gelderland
56
Maak één subsidieverordening in Gelderland voor alle subsidies (zoals in Overijssel) waarbinnen voor de verschillende beleidsvelden afzonderlijke onderdelen worden opgenomen. Beperk het aantal onderdelen daarbinnen aanzienlijk. Dit om te voorkomen dat elke verordening net iets anders is. Werk zoveel mogelijk met voorschotten volgens de huidige algemene subsidieverordening. Ga daarbij uit van zero base. De taskforce stelt de volgende nadere invulling daarvan voor:
• Regel automatische bevoorschotting van subsidies;
• Laat een aparte aanvraag vervallen voor het vaststellen
(verlenen is vaststellen) van een subsidie tot 25000 euro;
Zo kan het ook! Veranderagenda
• Verhoog de drempel (conform het ontwerp van een rijksbreed subsidiekader)
voor het aanleveren van een accountantsverklaring tot 125.000 euro; • Maak de subsidievoorwaarden minder gedetailleerd en reken subsidies af op basis van prestatie bij subsidies tot 125.000 euro in plaats van een kostenverantwoording met veel administratieve verplichtingen en controleer steekproefsgewijs;
• Verminder informatieverplichtingen en gebruik Single Information Single Audit (SISA) in ieder geval bij gemeenten, regio’s, de jeugdzorg en bij vaste relaties;
• Maak duidelijke afspraken met de provinciale accountant wat in het kader van deregulering en rechtmatigheid noodzakelijk is;
• Maak een snelprocedure voor kleine bedragen en maak kleine subsidies
in één keer over (100 %);
• Geef leden van Gedeputeerde Staten jaarlijks een budget voor
waarderingssubsidies die passen in het collegeakkoord. Vereenvoudig de verantwoording/invoering Single Information Single Audit Zet stevig door op de invoering van SISA. Versnel de betaling door de provincie. Versnel de betaling door de provincie. Dit komt de geloofwaardigheid van de provincie ten goede.
Dienstverlening en ICT-mogelijkheden Regel een vaste contactpersoon voor bedrijven en gemeenten Bedrijven en gemeenten hebben grote behoefte aan een vaste contactpersoon/ accountmanager/projectleider met bevoegdheden en verantwoordelijkheden, die de zaken voor hen organiseert en coördineert binnen de provincie. Ook aan de voorkant, bij een vooroverleg, oplossingsgericht meedenken in de samenwerking met de relatie woorden: neem als provincie verantwoordelijkheid voor de dienstverlening en de voortgang van het proces. Richt de website van de provincie klantgericht in voor elke doelgroep De provinciale site zou klantgericht moeten worden ingericht voor de doelgroepen. Maak daarbij gebruik van Web 2.0 technologie: interactieve toepassingen, intelligente formulieren, wikipedia (voor wet- en regelgeving) en vormgeving die toegankelijk is voor iedereen. De nieuwe website www.gelderland.nl zet al een goede stap in de richting. Zorg voor goede aansluiting op de E-overheid Een goede aansluiting vanuit de provincie op www.antwoordvoorbedrijven.nl is aan te
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
is een belangrijk aandachtpunt. Help mee met het invullen van formulieren. Met andere
57
ting op www.Mijnoverheid.nl. Zorg ervoor dat de regelgevingbank van de provincie voor de doelgroepen goed toegankelijk is en gekoppeld aan de digitale overheidsloketten. Zorg ook dat de provincie haar nieuws- en voortgangsberichten op deze platforms beschikbaar maakt, sluit aan op de Landelijke Basis Registraties en maak gebruik van voorzieningen als DigID en DigID/BIN voor Bedrijven en Instellingen. Zo wordt steeds minder naar bekende gegevens gevraagd en kan iedereen met dezelfde codes bij elke overheid inloggen. Maak ’zakelijk’ gebruik van technologie Door gebruik te maken van interactieve applicaties kunnen bedrijven, gemeenten en jeugdzorg efficiënter en effectiever zaken doen met de provincie. De vergunningverlening kan bijvoorbeeld integraal ondersteund worden door een informatieportal. Bij vergunningverlening aan bedrijven zijn al snel meerdere overheden (provincie, gemeente en waterschap) betrokken. Er wordt veel informatie uitgewisseld. Ook de klant heeft behoefte aan toegang tot de complete informatie in zijn dossier. Een portal-omgeving waarop de informatie wordt gedeeld is daarbij van groot belang. Op dit portal staat alle recente relevante informatie over het voortraject, de aanvraag en de behandeling van de betreffende vergunning. Elke partner heeft toegang, en het portal is aangesloten op de Landelijke Voorziening Omgevingsloket. Een interactieve actielijst kan bijdragen aan de voortgang; een gezamenlijke agenda voor elk bedrijf zorgt voor afstemming in het toezicht. Ook is het belangrijk dat de
Zo kan het ook! Veranderagenda
raden. Dit wordt het overheidsloket voor ondernemers. Hetzelfde geldt voor een aanslui-
verschillende partijen elkaar weten te vinden: Wie is de adviseur bij de gemeente? Waar vind ik de specialist bij het Waterschap? Een zakelijk netwerk van contactpersonen kan hierbij ondersteunend zijn. Zie daarvoor bijvoorbeeld www.Linkedin.com. Gebruik interactieve technologie Organiseer locatieonafhankelijk vergaderen. Chat en forums bieden een prima moge-
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
lijkheid tot vergaderen en het verzamelen van zienswijzen en standpunten. Na enige
58
oefening is een chat-gesprek zo gestart en is van elk overleg gelijk een woordelijk verslag beschikbaar. Google combineert in een nieuwe applicatie chat met videobeelden. Een forum is een algemeen bekend communicatiemiddel, dat ook ingezet kan worden voor een specifieke zaak of werkgroep. Een adviesronde op een besluit zou bijvoorbeeld prima via een forum kunnen verlopen. Investeer stevig in een klantenvolgsysteem/relatiebeheersysteem Iedereen die de provincie benadert en al eerder contact heeft gehad met de provincie moet herkend worden. Er moet een eenduidige relatiedatabase komen waarin de belangrijkste gegevens van alle relaties (burgers en bedrijven) van de provincie integraal beschikbaar zijn voor alle medewerkers die te maken hebben met de relatie. Op die
Zo kan het ook! Veranderagenda
manier weten de verschillende beleidsterreinen van elkaar wat er speelt. Multi-channel mag: technologie is niet heilig Blijf zorgen voor publicaties in de papieren media en blijf investeren in persoonlijk contact. Nog steeds vinden veel burgers en bedrijven het Internet geen geschikt medium. Blijf daarom openstaan voor hen die nog op papier of persoonlijk willen communiceren en regel dan intern de digitalisatie.
5.2
Concrete uitvoeringsgerichte voorstellen
Bedrijven Aan de slag met minder informatie- en rapportageverplichtingen voor vergunningen Start een project om de informatie- en rapportageverplichtingen in Gelderland terug te dringen. Maak daarbij gebruik van de voorstellen van de provincie Zuid-Holland voor
uitgewerkt, zijn:
• Rapportageverplichtingen verminderen voor inrichtingen zonder
geconstateerde overtredingen;
• Meet- en registratieverplichtingen terugbrengen tot de wettelijke eisen;
• Rapportageverplichtingen zo veel mogelijk terugbrengen tot één maal
rapporteren aan alle instanties tegelijk;
• Schrappen van de kwartaalrapportage over de voorraad afvalstoffen;
• In voorkomende gevallen akoestisch onderzoek alleen vragen na
klachten over geluidsoverlast;
• Geuronderzoek alleen vragen na klachten over geuroverlast;
• Minder verplichtingen stellen voor bedrijven met gecertificeerde systemen;
• Inspecties coördineren.
Maak ook gebruik van de brief die de minister van VROM in januari 2008 aan alle provincies stuurde. Hierin zijn concrete aanbevelingen opgenomen. De minister verzoekt de provincies mee te werken de administratieve lasten van bedrijven terug te dringen door:
• de afvalregistratie te minimaliseren en te beperken tot de wettelijke eisen;
• geen onderzoeken naar afvalpreventie voor te schrijven;
• zeer terughoudend te zijn met voorschrijven van grondstoffen-
• alleen energieonderzoek te vragen boven een verbruik van 200.000 Kwh,
als het aannemelijk is dat er onvoldoende maatregelen zijn getroffen;
• nulonderzoek bodem alleen voor te schrijven als de noodzaak daartoe
en waterbesparingsonderzoek;
kan worden gemotiveerd;
• vloeistofdichte vloeren één maal per 6 jaar te keuren.
Organiseer kostenbewustzijn De provincie zou de kosten voor het bedrijf in beeld moeten brengen van de meet- en registratieverplichtingen die zijn opgenomen in de reeds verleende vergunningen. Bij nieuw af te geven vergunningen moet een paragraaf worden ingevoegd waarin de hoogte van de kosten van meet- en registratieverplichtingen is opgenomen en waarin wordt aangegeven welke afwegingen de provincie heeft gemaakt bij het opleggen van voorschriften.
59 Zo kan het ook! Veranderagenda
van de administratieve lasten met 10% opleveren. Voorstellen die kunnen worden
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
vermindering administratieve lasten in de milieuvergunning. Dit kan een vermindering
Geef bedrijven de overheid die ze verdienen Het toezicht- en handhavingsbeleid moet ruimte bieden om bedrijven die over een aantoonbaar goed werkend managementsysteem (ISO 14001) beschikken met minder regel- en toezichtsdruk te benaderen. De Stichting coördinatie certificatie milieu- en arbomanagementsystemen (SCCM) heeft begin oktober 2008 een rapport gepubliceerd: Vertrouwen tastbaar maken. In dit rapport concludeert de SCCM dat er goede mogelijk-
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
heden zijn om vergunningverlening en overheidstoezicht efficiënter te organiseren door
60
gebruik te maken van gecertificeerde managementsystemen. Dit kan bij alle vergunningen worden gebruikt voor het borgen en aantoonbaar maken van de naleving van wet- en regelgeving. De taskforce stelt voor bedrijven te belonen voor goed gedrag en vertrouwen te schenken tot het tegendeel bewezen is. Bedrijven die het goed doen en de zaken goed voor elkaar hebben, zouden minder bezocht moeten worden en de planning wordt daarop vastgesteld. Om dit inhoud te geven zouden medewerkers van de provincie moeten worden opgeleid op het gebied van ISO 14001. Daardoor kunnen ze op deze norm gaan vertrouwen en er bij hun toezichtstaak naar handelen. Ook zouden pilots “vernieuwing toezicht” moeten worden opgezet, waarin handhavers en bedrijven echt inhoud geven aan deze efficiënte handhaving. Met de pilots moet worden aangetoond dat bedrijven
Zo kan het ook! Veranderagenda
werkelijk minder regeldruk ervaren. Als gevolg van meer flexibiliteit bij de meldingen ontstaat voor bedrijven meer ruimte bij het ondernemen. Organiseer een goede coördinatie (in- en extern) van de handhaving Bedrijven hebben duidelijk behoefte aan een vaste contactpersoon die al hun zaken binnen de provincie behartigt en die zich ook werkelijk in het bedrijf verdiept. Bedrijven zouden het liefst een paar keer per jaar overleggen met alle handhavers tegelijk. Pak nu door met de implementatie van de WABO Binnenkort wordt de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO) van kracht. De provincie is dan wettelijk verplicht om samen te werken met gemeenten bij vergunningverlening en handhaving. De Eerste Kamer heeft recent ingestemd met de wet. Daarmee zal een aantal knelpunten die het bedrijfsleven heeft geuit in dit onderzoek worden opgelost. Wettelijk is de overheid verplicht een contactpersoon te benoemen die de aanvraag voor de omgevingsvergunning en de procedure voor het bedrijf coördineert. Het betekent ook dat de overheid een gecoördineerde handhaving moet organiseren. Mogelijk komen er nog omgevingsdiensten, waarin alle vergunning- en handhavingstaken van gemeente en provincie worden samengebracht, zoals de Commissie Mans heeft voorgesteld. Daar is echter het laatste woord nog niet over gezegd. Inter Provinciaal Overleg (IPO) en Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) beraden zich op een voorstel richting de minister van VROM.
Organiseer periodiek brancheoverleg met het bedrijfsleven voor vergunningverlening en handhaving Het bedrijfsleven heeft aangegeven behoefte te hebben aan regelmatig brancheoverleg met de provincie over vergunningverlening en handhaving. Het doel daarvan is beter te weten waar partijen mee bezig zijn, wat er speelt en om de communicatie te verbeteren.
Over de regels rondom natuurbeheer stelt de taskforce het volgende voor: • Pas de saldo benadering Groei en Krimp (zie 3.2 Stapeling regels natuurbeheer) ook toe in andere gebieden in Gelderland. Op dit moment wordt voor vijf bedrijven 20 ha uitbreiding voorzien: de bestemmingsplannen worden aangepast en de benodigde vergunningen aangevraagd. Binnenkort wordt duidelijk of de Groei en Krimp benadering een succes wordt;
• Geef prioriteit aan de invulling van de beheerplannen. Op dit moment werkt de
provincie aan zogenaamde beheerplannen voor de Natura 2000 gebieden. Nu is alles nog vergunningplichtig. Deze beheerplannen geven initiatiefnemers duidelijkheid over welke activiteiten vergunningplichtig, dan wel vergunningvrij zijn;
2000 gebied en bekijk daarin alle vergunningen die nodig zijn. Sluit daarbij aan bij de WABO. Gebruik dit project om te bezien welke provinciale regels geschrapt kunnen worden;
• Werk het gebiedsplan natuur- en landschap van de provincie Gelderland beter en integraal uit. Met name de consequenties van generieke wetten (bijvoorbeeld de Boswet) zouden moeten worden vertaald in dit plan;
• Provinciale Staten (PS) zouden meer zeggingskracht en beslissingsbevoegdheid moeten krijgen binnen de regels rondom natuurbeheer. Zij zouden een besluit moeten kunnen nemen en dit besluit toelichten. Een aantal juridisch deskundigen (in de commissie Trojan) pleit op landelijk niveau voor het aanpassen van de rechtsgang in Nederland, zodat je minder snel als belanghebbende wordt aangemerkt.
Maak één verordening fysieke leefomgeving Maak één verordening voor de fysieke leefomgeving (volg bijvoorbeeld die van Overijssel), waarin de milieuverordening, ontgrondingenverordening, wegen- en waterverordening zijn samengevoegd.
61
• Maak een theoretische casus voor de vestiging van een bedrijf bij een Natura Zo kan het ook! Veranderagenda
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Verbeter de uitvoeringspraktijk van de regels rondom natuurbeheer
Verhoog de aanbestedingsgrenzen Vereenvoudig de inkoopprocedure van de provincie door de drempel voor meervoudig aanbesteden te verhogen van 20.000 naar 50.000 euro. Meervoudig onderhands (3 offertes) aanbesteden kan doorlopen tot 206.000 euro. Daarboven moet Europees worden aanbesteed. De provincie hoeft dan niet meer openbaar aan te besteden.
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Met dit voorstel wordt voldaan aan de Europese regels.
62
Verbeter de uitvoeringspraktijk van de BIBOB regels Vereenvoudig de uitvoeringspraktijk. Pas deze regels alleen toe als er sprake is van een vermoeden van criminele praktijken. Bekijk in ieder geval het formulier op dereguleringsmogelijkheden. Uitgangspunt daarbij is dat geen zaken worden gevraagd die bij de provincie al bekend kunnen zijn. Een ander voorstel is dat de provincie Gelderland gaat werken met een zogenaamde ’eigen verklaring’ in plaats van een vragenlijst. Dat is een eenvoudige manier om een bedrijf te toetsen en je hebt als overheid een bewijsstuk in handen. Gemeenten Zie de Wet Ruimtelijke Ordening als uitdaging voor deregulering
Zo kan het ook! Veranderagenda
Er liggen kansen en een mooie uitdaging voor de politiek om bij de nieuwe verordening Wet Ruimtelijke Ordening (WRO) de eerder genoemde maatschappelijke sturing toe te passen. Met de WRO agenda is hiermee een eerste stap gezet. Hier zou geëxperimenteerd kunnen worden welke regels (nog) nodig zijn. De nog op te stellen nieuwe verordening zou een mooie uitkomst kunnen zijn van een dereguleringsproces. Ga meer samenwerken met gemeenten en regio’s De administratieve lasten van de burger kunnen worden teruggedrongen als gemeente en provincie al in een vroeg stadium van planontwikkeling samen optrekken en als één overheid optreden. Dit geldt voor alle thema’s waarop de provincie werkzaam is. Ook bij de uitvoering kunnen gemeenten en provincie veel meer samenwerken. Laat bestuurders en ambtenaren van de provincie een snuffelstage lopen in de gemeente en laat bestuurders en ambtenaren van de gemeenten en regio’s meelopen bij de provincie. Maak ‘SMART’ prestatieafspraken bij de uitvoering De provincie legt steeds meer uitvoerende taken bij de regio’s en gemeenten. Bijvoorbeeld bij de subsidieregeling meerjarenprogramma Gelderland (RSP’s) en het Meerjarenprogramma Inrichting Landelijk Gebied. Het voornemen bestaat dit voor nog meer onderwerpen te gaan doen, zoals voor het in stand houden van de cultuurhistorie. Van belang is het om hierover bestuurlijk goede en realistisch afspraken te maken die gemeenten kunnen waarmaken en verantwoorden. Dit laatste om teleurstellingen bij de provincie te voorkomen.
Jeugdzorg De taskforce constateert dat de provincie met goede voornemens op weg is naar deregulering. In overleg met het veld stelt de provincie een nieuwe sturingsfilosofie vast. De hoofdlijnen daarvan worden door politiek, beleidsmedewerkers en instellingen gedeeld. Bij de nadere invulling van de hoofdlijnen en bij de werking in de praktijk zal het er echter op aankomen. We weten immers uit ervaring dat lang ingeslepen patronen om alles in diep. De cruciale vraag is dus of de provincie erin zal slagen om de oude controlereflexen van zich af te schudden. Vanuit de conclusie dat de jeugdzorg ‘overstuurd’ is, en het gegeven dat hieraan meerdere partijen debet zijn, doet de taskforce hierna aanbevelingen aan de rijksoverheid, provincie, Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten. Daarbij is het algemene devies: voorkom stapeling van beleid, verantwoording en toezicht (ieder in z’n rol) en beperk prestatieafspraken, informatie en verantwoording tot het echt noodzakelijke. En last but not least: ga vanuit een andere houding sturen. Daarbij hoort uiteraard dat indien vertrouwen wordt gegeven, verantwoording wordt afgelegd. Aanbevelingen aan de rijksoverheid
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
detail vast te leggen en te controleren, moeilijk uit te bannen zijn. De beheersreflex zit
63
die de uitvoering heeft gedelegeerd aan de provincie Stelselverantwoordelijkheid impliceert dat het rijk zich niet bemoeit met de invulling van beleid en met sturing van het veld. De verschillende overheidslagen houden elkaar nu aan en van het werk. De toezichthoudende rol van het rijk op macroniveau staat op gespannen voet met haar grote invloed op het beleid van provincies. Terugdringen informatieverplichtingen De informatieverplichtingen richting rijk moeten sterk worden verminderd en in overeenstemming worden gebracht met de stelselverantwoordelijkheid. Aanbevolen uitgangspunt: de 64 pagina’s van het rapportageformat terugbrengen tot één A-viertje. Aanbevelingen aan de provincie Gelderland Deregulering moet beginnen bij de politiek Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten moeten zich committeren aan een ander gedrag en dat met verve uitdragen; anders is deregulering gedoemd te mislukken. Voor Provinciale Staten betekent dat: controleren op hoofdlijnen en de acceptatie van zekere risico’s. Voor Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en voor het ambtelijk apparaat betekent dat: werken vanuit het uitgangspunt van vertrouwen tot het tegendeel in bewezen.
Zo kan het ook! Veranderagenda
De rijksoverheid moet terug in de rol van stelselverantwoordelijke en financier,
De provincie treedt terug als alles-regelaar De provincie:
• maakt zakelijke afspraken met het jeugdzorgveld over prestaties en rekent de jeugdzorg af op resultaten. Dat betekent afspraken maken over: - kwaliteit (doelrealisatie, doeltreffendheid, toegankelijkheid/tijdigheid zorg); - prijs en
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
- kwantiteit (te leveren productie).
64
• bemoeit zich niet met de bedrijfsvoering, dat is de verantwoordelijkheid van
• vraagt minder vaak en minder gedetailleerd gegevens op van instellingen;
• volgt de afspraken die landelijk worden gemaakt over deregulering en voorkomt
instellingen;
zoveel mogelijk een eigen Gelderse beleidslijn;
• treedt hard op als instellingen de afspraken niet nakomen.
Meer in het algemeen zal de provincie handelen vanuit het ‘good enough’ principe. Het betere is immers de vijand van het goede. Eenvoudiger subsidievoorwaarden
Zo kan het ook! Veranderagenda
Gelderland hoeft het wiel niet meer uit te vinden. De provincie Overijssel heeft een forse dereguleringslag gemaakt met de subsidieregels die zij hanteert richting jeugdzorg. Dit geldt zowel bij de verordening als de nadere regels ter voorkoming van fondsvorming bij de instellingen. De taskforce beveelt aan deze regeling, die tot tevredenheid werkt, over te nemen in Gelderland. Geen incidentenbeleid Nieuw beleid maken in reactie op incidenten is een bron van regeldruk. Het leidt tot ad hoc regels, stapeling, versnippering van beleid en tot bureaucratie. Eventuele beleidsaanpassingen vragen om bezinning en dienen in een breder verband te worden geplaatst. De taskforce beveelt in zulke omstandigheden een time out aan.
5.3
Aanbevelingen voor de uitvoering
Geef binnen het provinciale beleid prioriteit aan het invoeren van de veranderingen Om daadwerkelijk verandering tot stand te brengen, is het nodig met prioriteit aan de slag te gaan met bovenstaande verbeterpunten. De taskforce heeft in de samenvatting aangegeven welke veranderingen prioriteit hebben. De gedeputeerde die vermindering woordelijke. Stuur vanuit de Provinciale Staten op realisatie van de veranderingen en check regelmatig de uitvoering van de Veranderagenda. Benoem een programmamanager deregulering Zorg voor een goede inbedding in de ambtelijke organisatie. Maak iemand vrij die volledig voor deregulering wordt ingezet en het proces van verandering oppakt. Onafhankelijke commissie/dereguleringstoets Stel een onafhankelijke commissie in waaraan de programmamanager deregulering ongevraagd adviseren.
65
Volg de deregulering van de jeugdzorg op de voet
Zo kan het ook! Veranderagenda
rapporteert. Deze commissie kan eventueel Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
regeldruk en administratieve lasten in zijn portefeuille heeft is daarvoor de eerst verant-
Om terugval in oude beheersreflexen te voorkomen is het nodig om de deregulering van de jeugdzorg in de praktijk kritisch te laten volgen door een deskundige, externe, onafhankelijke partij. De branche onderschrijft de noodzaak hiervan. Breng de genoemde verantwoordelijkheden onder bij de Wachtlijstpolitie Aangezien de werkzaamheden van de Wachtlijstpolitie doorlopen zou zij de beschreven rollen kunnen vervullen. De huidige opdracht van de Wachtlijstpolitie kan daartoe mogelijk worden uitgebreid. De Wachtlijstpolitie zou dan zowel naar de provincie als naar de instellingen de kritische rol kunnen vervullen.
Zo kan het ook! Veranderagenda Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Hoofdstuk 6
66
De lobbyagenda richting Den Haag en Brussel
Gedeputeerde Staten heeft de taskforce gevraagd om onderwerpen voor de lobbyagenda te inventariseren. Hieronder staan de aandachtspunten voor Den Haag en Brussel. Aandachtspunten voor Den Haag
• Aandacht vragen bij het ministerie van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en regelingen en besluiten terug te dringen;
• Problemen oplossen voor het onderdeel ammoniak van de Natuurbeschermingswet. Het ministerie van Landbouw Natuur en Visserij (LNV) moet snel met een ministeriele regeling komen. Het ministerie van LNV werkt aan een nieuwe handreiking voor ammoniak. Hierin kan meer duidelijkheid worden gegeven aan de aanvrager wanneer iets “significant negatieve effecten” heeft.
Zo wordt eerder duidelijk of iets wel of niet vergund kan worden;
• Aandringen op wijzigen van de definitie van ’belanghebbende’ in de Natuurbeschermingswet (commissie Trojan), zodat minder bezwaar kan worden gemaakt;
• Bij LNV aandringen de informatieverplichtingen terug te dringen. Het
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Milieu om rapportageverplichtingen in de afvalstoffenwetgeving en aanpalende
67
Meerjarenprogramma inrichting Landelijk Gebied 2007-2013. Bij subsidieverlening aan initiatiefnemers moet de provincie deze informatie dan ook aan hen vragen.
• Aandringen op afschaffen van het zogenaamde administratieve beroep. Dit is niet meer van deze tijd. Daarna kan de provincie de provinciale verordeningen administratieve geschillen intrekken;
• Pleiten bij ministerie van VROM om de “kruimellijst” in de nieuwe WRO uit te
• Bezwaar- en beroepsprocedures bij subsidies tot bijvoorbeeld € 50.000,- niet voor
breiden; bezwaar en beroep vatbaar maken. Bij kleinere bedragen zou een uitspraak van Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten de definitieve uitspraak moeten zijn;
• Aandringen bij het ministerie van Welzijn, Zorg en Cultuur, bij het ministerie van Justitie en het programmaministerie Jeugd en Gezin op afschaffen van de periodieke verschaffing van beleidsinformatie. De jeugdzorg is immers gedelegeerd aan de provincies;
• In het verlengde van het voorgaande: Stop met de vele ad hoc landelijke commissies, acties en controles. Laat de jeugdzorg vooral bezig zijn met de jeugd.
Zo kan het ook! Veranderagenda
ministerie van LNV vraagt veel rapportages in het kader van het Provinciaal
Aandachtspunten voor Brussel De taskforce heeft een bezoek voorbereid van Alexander Italianer, (plaatsvervangend secretaris generaal van de Europese commissie) aan Gelderland. Daar is een aantal punten onder de aandacht gebracht. Het verslag staat in de bijlage. Aandachtpunten die zijn ingebracht zijn:
• De Europese definitie van afval vertraagt de opwekking van duurzame energie,
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
doordat ondernemers worden afgeschrikt een afvalstoffenvergunning aan te
Zo kan het ook! Veranderagenda
68
moeten vragen;
• Artikel 4 van de IPPC eist een vergunning voor activiteiten. Dit zorgt ervoor
dat het Nederlands activiteitenbesluit niet optimaal kan worden uitgevoerd;
• de problemen bij de vergunningverlening in de praktijk met het besluit luchtkwaliteit;
• de problemen bij de vergunningverlening met de stapeling van
Europese natuurwetgeving met de Nederlandse wetgeving;
• de enorme verantwoording en controles van Europese subsidies.
Zo kan het ook! Veranderagenda
69
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Zo kan het ook! Veranderagenda
70 Taskforce Deregulering, provincie Gelderland
Zo kan het ook! Veranderagenda
71
Taskforce Deregulering, provincie Gelderland