Zienswijze Marsicht 5 Dit is een concept alleen namens Marsicht 5, ook al zou verder in dit concept anders staan vermeld.
Schriftelijke zienswijze xx-05-2013 Aan het college van burgemeester en wethouders van Gaasterlân-Sleat per adres: Uitvoeringsorganisatie De Friese Meren Postbus 101 8500 AC Joure.
Wij, ondergetekenden zijn zeer belanghebbend bij de uitvoering van het plan om 22 Chalets te bouwen op het terrein van de Koggeplaet en geven aan in geen enkel opzicht te zijn gehoord, hetgeen ons verbaasd en teleurgesteld heeft. Wij hebben Zwaarwegend Bezwaar tegen deze plannen.
I Hetgeen wij aan gegevens kunnen vinden:
Besluitenlijst college(s) 9 april 2013(19-04-2013) Besluiten van Gaasterlân-Sleat, Lemsterland en Skarsterlân Besluit 2. Realisatie 22 chalets op Mardyk 3 te Elahuizen (De Koggepleat) (UV 201300015 – VVH) geen bedenkingen
Aansluitend op het raadsbesluit zal het ontwerp-‐besluit tot verlening van de omgevingsvergunning ter inzage worden gelegd. • Het college stemt in beginsel in met een realisatie van 22 chalets op de Mardyk 3 in Elahuizen. • De gemeenteraad zal daarom worden voorgesteld een ontwerp-‐ verklaring van geen bedenkingen af te geven; Aansluitend op het raadsbesluit zal het ontwerp-‐besluit tot verlening van de omgevingsvergunning ter inzage worden gelegd.
Het betreft de aanvraag namens: De Koggeplaet B.V. Door de heer De Valk
Mardyk 3 8581 KG ELAHUIZEN gedaan.
burgemeester en wethouders van Gaasterlân-Sleat, lieten bij schrijven (in ontwerp) van de secretaris , J. Lemstra en de burgemeester, W. Hoornstra getekend te Joure, 2 april 2013
betreffende het Onderwerp: omgevingsvergunning De Koggeplaet weten: Op 31 januari 2013 hebben wij uw aanvraag om een omgevingsvergunning ontvangen voor het realiseren van 22 chalets op het perceel Mardyk 3 te Elahuizen en kadastraal bekend als gemeente Balk, sectie O, nummer 1331, met de volgende in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) omschreven activiteit(en): •
- bouwen van een bouwwerk
•
- afwijken ruimtelijke regels (uitgebreid)
Beoordeling Deze beschikking is voorbereid met de uitgebreide
voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.3 van de Wabo. De aanvraag is beoordeeld aan de relevante criteria als beschreven in paragraaf 2.3 van de Wabo, het Besluit omgevingsrecht, de Ministeriële regeling omgevingsrecht en de krachtens die regelingen gestelde nadere bepalingen. Afwijken ruimtelijke regels (uitgebreid) De aanvraag is in strijd met het geldende bestemmingsplan Herziening Buitengebied 2004, vastgesteld bij raadsbesluit van 9 februari 2010. Er is geconstateerd dat de aanvraag in
strijd is met het bestemmingsplan gelet op de onder artikel 17 lid B sub 1 opgenomen bepalingen dat voor het bouwen van gebouwen geldt dat de afstand van gebouwen tot de bestemmingsgrens ten minste 10,00 meter zal bedragen. Verder is geconstateerd dat de aanvraag in strijd is met het geldende bestemmingsplan gelet op de onder artikel 35 lid B sub 1 opgenomen bepalingen dat op deze gronden (Water) geen gebouwen worden gebouwd, maar dat bij de realisatie van de waterstudio’s hier wel sprake van is. Daarnaast worden bij de havenstudio’s ook aanleggelegenheid gecreëerd wat in strijd is met bepaling artikel 35, lid A lid 4 omdat op de bestemmingsplankaart deze locatie niet is voorzien van de aanduiding ‘aanleggelegenheid’. In het geldende bestemmingsplan zijn geen ontheffingsregels opgenomen met betrekking tot de bovengenoemde strijdigheden en de ‘kruimelgevallen’ uit artikel 4 van bijlage II van de omgevingsrecht bieden eveneens geen mogelijkheid tot medewerking aan deze aanvraag. Afwijken van het bestemmingsplan is slechts mogelijk door middel van de grote buitenplanse afwijking op basis van artikel 2.12 lid 1 sub a onder 3 Wabo mits de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat. Voor de ruimtelijke onderbouwing wordt verwezen naar de bijlage “Ruimtelijke onderbouwing “De Koggepleat” (aangepast maart 2013)” die onderdeel uitmaakt van het besluit. Het plan wordt vanuit ruimtelijk en planologisch oogpunt acceptabel bevonden.
Verklaring van geen bedenkingen De gemeenteraad van Gaasterlân-‐Sleat heeft op @@mei 2013 besloten om een verklaring van geen bedenkingen af te geven.
In dit ontwerp wordt verder vermeld
Ter inzage legging Vanaf vrijdag @@ 2013 heeft het plan zes weken ter inzage gelegen en is een ieder in de gelegenheid gesteld om zienswijzen naar voren te brengen.
Zienswijzen Door @@@ zijn zienswijzen naar voren gebracht. Hierover vermelden wij het volgende. - @@@@ Gelet op het vorenstaande zijn wij van mening dat betreffende belangen wel/niet onevenredig nadelig zullen zijn door de verlening van de gevraagde activiteit(en). Besluit Burgemeester en wethouders van de gemeente Gaasterlân-‐Sleat hebben, gelet op de artikelen 2.1, 2.2 en paragraaf 2.3 van de Wabo, het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor), besloten de omgevingsvergunning te verlenen voor de aangevraagde activiteit(en). U kunt dit vinden onder: http://www.fryslan.nl/2057/beheerplan-‐natura-‐2000-‐ merengebied/files/[000001]colofon.pdf
II Wij zijn van mening dat: Wij gebruik kunnen maken van het Burgerlijk Wetboek waarin onze rechten als burgers vermeld staan om te bewerkstelligen dat er geen gebruik kunt maken van een eventueel afgegeven omgevingsvergunning. Daarenboven zijn wij van mening dat er naast deze vergunning nog vele andere toestemmingen en/of voorzieningen nodig zijn waarover de gemeente zich bij het afgeven van deze vergunning blijkbaar onvoldoende heeft geinformeerd, ook hiermede willen wij bewerkstelligen date er geen gebruik kan worden gemaakt van de eventueel afgegeven omgevingsvergunning. Het betreft hier waarschijnlijk benodigde ontheffingen in het kader van:
1. Natura 2000 2. Habitat richtlijn 3. Vogelrichtlijn 4. Flora en Fauna wet 5. Beschermd Natuurmonument 6. Nationaal Landschap 7. Wetland 8. Nationaal Park 9. Ecologische Hoofdstructuur (EHS) regelgeving 10. Regelgeving betreffende uw eigen beheerplan Natura 2000-‐ gebied Merengebied Fryslan
III wie zijn wij: Het initiatief tot de formulering van de bezwaren als gepubliceerd op de website: http://Elahuizen.info is genomen door de eigenaren van Marsicht 5. De teksten op elahuizen.info zijn dan ook volledig en alleen voor hun verantwoordelijkheid, maar zijn in feite de publicatie van hun zienswijze zoals deze ook bij de gemeente zal worden ingediend. De zienswijze is echter ook ingebracht bij de kleine gemeenschap van eigenaren van de recreatiewoningen gelegen aan Marsicht Elahuizen, het betreft de 13 huisjes daar gelegen. Al deze eigenaren zijn, hoewel niet verplicht, lid van de vereniging Marsicht, zodat het bestuur van de Vereniging in de bijeenkomst vlak voor Hemelvaart mandaat heeft gekregen zich uit te spreken namens alle eigenaren betreffende deze aangelegenheid. Het kan zijn dat de Vereniging hiertoe om juridische bijstand verzoekt. De eigenaren van Marsicht 5 zijn overtuigd van mening dat men in Nederland zijn recht moet kunnen halen zonder inschakeling van
advocaten en juristen omdat dit beperkend (door enorme kosten) zou werken op de toegang tot een fatsoenlijke rechtsgang in Nederland, het moet dus zonder inschakeling van derden mogelijk zijn je recht te krijgen. Mocht de Vereniging dus besluiten tot juridische intermediairs dan zullen wij participeren in dit besluit maar uit principe tevens zonder deze kosten te maken zelfstandig onze zienswijze inbrengen bij de Gemeente. Op onderstaand kaartje krijgt U een indruk van de ligging van Marsicht ten opzichte van het planterrein van de Koggeplaat welke laatste duidelijk op de tekening gemarkeerd is. (Bron http://www.ruimtelijkeplannen.nl/web-‐roo/roo/bestemmingsplannen?# )
Het betreft hier de huisjes op het schiereiland en de bovenste 6 huisjes ertegenover (3 x 2 onder een kap).
Zo U ziet liggen deze op een gebied nagenoeg 2 maal zo groot als het planterrein van de Koggeplaet.
U ziet ook dat de huisjes op het schiereiland Marsicht nagenoeg allen zover mogelijk van de oever op het perceel zijn geplaatst dit om de oorspronkelijke begroeiing, namelijk riet en bijzondere grassen waarin, ook vogels kunnen broeden in het voorjaar, zo veel mogelijk in stand te houden. Hoe dit er werkelijk uitziet kunt U geïllustreerd zien door hetzelfde gebied in satelliet weergave.
Het betreft een recente foto met de nieuwe steigers in de haven. U kan zien dat er sprake is van speciale begroeiing buiten de naast de huizen gelegen terrassen.
Deze bewoners hebben deze beplanting al 40 jr zo gerespecteerd en in stand gehouden. Zij hebben het onderhoud, het voorkomen van het plaatsen van bouwsels zoals schuren en het voorkomen van het plaatsen van te hoge struiken welke het uitzicht zouden belemmeren ook onderling vastgelegd in erfdienstbaarheden. Vanwege de veenklink (1 cm / jr) hogen bewoners geregeld hun land op om te voorkomen dat het land onder water verdwijnt. U ziet dat in deze situatie de huisjes op het schiereiland uitkijken op het planterrein Koggeplaet waar zich ook een smaller schiereiland bevindt welke behoorlijk groen is. Dat ziet U ook geillustreerd op de volgende foto:
Kijken we naar de nieuwe plannen: (Bron:
http://www.planviewer.nl/files/plannen/NL.IMRO.0653.PBELA13MARDYKELDER-‐ ON01/d_NL.IMRO.0653.PBELA13MARDYKELDER-‐ON01.pdf )
eerst de weergave van de bestaande situatie:
dan komt die weergave goed overeen met de satellietweergave inclusief de bomen. Bezien wij daarna in diezelfde weergave de situatie als de bouw van 22 chalets zouden worden toegestaan:
Dan moeten er dus op dit stukje:
7 waterstudio’s komen.
waarvan 4 met terras ervoor. Dan nodigen wij U uit zich te realiseren hoe de stallietweergave er uit zou zien en hoe het aanzicht vanuit het schiereiland Marsicht en vanuit de Fluessen, ook voor alle vogels het hele jaar door, zou veranderen.
V Bezwaren
A) Men is niet alleen van plan de oever van de Fluessen grenzend op het planterrein Koggeplaet direct grenzend aan de sbz de Fluessen te wijzigen waardoor het uitzicht vanuit de Fluessen voor de vogels en overige Fauna nadelig ingrijpend wijzigt en bedreigend wordt (deel A bezwaar), naast de belichting ’s nachts vanuit de chalets over de Fluessen (deel B bezwaar) maar men is zelfs van plan bouwwerken te plaatsen op de sbz de Fluessen (deel C bezwaar). Men respecteert de 100 m grens uit de havenmond niet terwijl de Raad van state daar al eerder op terechtgewezen heeft (deel D bezwaar). Het is goed zich te realiseren dat op Europees niveau uitgemaakt is tot waar de ligging van de Natura 2000 gebieden reikt. De regelgeving van Natura is dan binnen dat gebied overal van toepassing en kan niet door metingen van aantallen gesignaleerde vogels worden ontkracht (dus al helemaal niet door een meting op 110113 toen het water dichtgevroren was). Zou een meting uitwijzen dat aantallen niet gehaald worden dan is de opdracht van Natura 2000 en de uitwerking daarvan dat U alles in het werk stelt om wel te bewerkstelligen dat de faunastand binnen het gebied verbetert. De ligging van de sbz de Fluessen volgens Natura 2000 'Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving' Maak een keuze uit een type gebied
• • • • • • •
Natura 2000 Habitatrichtlijn (2003) Vogelrichtlijn (2006) Beschermd natuurmonument (2001) Wetland (2005) Nationaal landschap (2007) Nationaal park (2007)
Kan exact worden bezien op: http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/googlemapsgebied.aspx?id= n2k10&groep=2
De gele lijn geeft de Natura 2000 grens aan maar de groene lijn de Habitatrichtlijn grens. Deze valt ook nog binnen de sbz de Fluessen. Ofwel 10 m op de oever valt ook binnen de sbz en wel vanaf 100 m uit de monding van de haven de zogenaamde 100 m grens. Uitvergroot:
http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/gebiedendatabase.aspx?s ubj=n2k&groep=2&id=n2k10&topic=documenten Documenten Natura 2000 •
Gebiedendocument Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgevingPDF, 20 kB
•
Ontwerpbesluit Natura 2000-gebied Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgevingPDF, 65 kB
Vogelrichtlijn Aanwijzingsbesluit Vogelrichtlijngebied Fluessen, Vogelhoek, MorraPDF, 1335 kB Aanwijzingsbesluit Vogelrichtlijngebied OudegaasterbrekkenPDF, 1254 kB Kaarten Natura 2000 Ontwerpkaart Natura 2000-gebied Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgevingPDF, 1701 kB Habitatrichtlijn Kaart Habitatrichtlijngebied Oudegaasterbrekken, Gouden Bodem en FluessenPDF, 1997 kB Vogelrichtlijn
Kaart Vogelrichtlijngebied Fluessen, Vogelhoek, MorraPDF, 682 kB Kaart Vogelrichtlijngebied OudegaasterbrekkenPDF, 873 kB
De bedoeling van N2000 is door het ministerie toegelicht in (mn voor bestuurders): http://ec.europa.eu/environment/nature/natura2000/management/docs /art6/provision_of_art6_nl.pdf Hierin worden de extra-‐eisen mbt sbz gebieden nog separaat toegelicht:
Toets Richtlijn Natura 2000: Checklisten Voortoets (VT1-‐VT4) of een plan voldoet aan de de eisen voor een ontheffing van de N2000-‐richtlijn ofwel de uitwerking van de natuurbeschermingswet 1998 vinden we in: http://www.natura2000.nl/pages/checklist-‐vergunningverlening.aspx •
Schema checklist
•
Checklist Voortoets 1 (VT1)
•
Checklist Voortoets 2 (VT2)
•
Checklist Voortoets 3 (VT3)
•
Checklist Voortoets 4 (VT4)
En de actualisatie: http://www.natura2000.nl/items/checklist-‐beheerplannen-‐natura-‐2000-‐ geactualiseerd.aspx Het plan Koggeplaet voldoet leidt volgens deze toetsen op velerlei punten tot nader onderzoek, waarvan de het bij vele direct duidelijk is dat deze zal moeten leiden tot definitieve afwijzing van het plan omdat deze leidt tot een verslechterend of significant verstorend effect op de natuurwaarden van het N2000-‐gebied. De Voortoetsen worden door Bureau van den Brink, ecologie en Milieu volledig ongegrond toegepast.
Er wordt alleen al van uitgegaan dat het planterrein Koggeplaet geheel buiten de sbz de Fluessen valt. Er worden allerlei uitspraken over effecten gedaan welke niet onderbouwd zijn of door enkele metingen op 1 dag, welke niet gerelateerd worden aan bestaande gegevens en welke soms verkregen worden op totaal niet representabele steekproefmomenten bijvoorbeeld als de Fluessen aan de oever is dichtgevroren. er wordt ontkent dat er sprake zou zijn van Fauna verstoring omdat die er nu ook niet zou zijn gezien de momentele doelstelling van het planterrein. Meerderen van de Marsichters maken echter ook in de winter een wandeling over de Koggeplaet. Men zal zich verbazen over de uitgestorvenheid op het terrein gedurende meerdere maanden en hoe de fauna dan bezit heeft genomen van de gebieden kuifeenden en nonnetjes zijn in ruime mate oa de visstand aan het verminderen in de havens.
Eerdere processen Recron en B&W Zowel de Recron (Vereniging van Recreatieondernemenrs Nederland) als het college van burgemeesters en wethouders van Gaaserlan-‐Slaet hebben geprocedeerd tegen de sbz de Fluessen tot aan de Raad van State waar op 270803 het proces plaatsvond. Zie: http://zoeken.rechtspraak.nl/detailpage.aspx?ljn=AI1455 Hier is de gehele Recron niet aangemerkt als belanghebbende omdat zij individuele belangen nastreven ipv algemene belangen welke behartigd worden door Natura 2000. Alles dient in het werk gesteld te worden om verblijfs-‐ en trekvogelste beschermen zowel tijdens rui als broed als trek en overwintering. Er wordt hier ook duidelijk gemaakt onder welke condities ontheffing zou kunnen plaatsvinden: Onder 2.4.1 wordt duidelijk gesteld: Indien een plan niet voldoet aan de Natura 2000 regels voor de sbz de
Fluessen moet er sprake zijn van: • Ontbreken van alternatieve oplossingen • Dwingende redenen van groot openbaar belang Er zijn binnen het terrein voldoende alternatieve oplossingen:
I 1-‐8 zouden aan de ertegenover liggende kade kunnen worden gerealiseerd als alternatief. Om redenen van veiligheid als later vermeld in onze zienswijze moeten I 9-‐15 dan geen doorgang vinden.
Er zijn geen argumenten van Algemeen belang louter van individueel
belang.
De 100 meter grens is ook door de gemeente ter discussie gesteld men wilde dit oprekken tot 250 m. Duidelijk wordt in de uitspraak dat de bindende voorschriften van de Habitatrichtlijn moeten worden gevolgd. Het betreft hier (Jacht)havens die binnen een SBZ liggen, aan de waterzijde is er een zone van 100 m gemeten vanaf de havenmond (randen) welke buiten de begrenzing van de SBZ wordt gehouden, vandaar de cirkelsegmentvorm van dit gebied.
Flora-‐ en Fauna wet. In het Beheerplan Natura 2000-‐gebied Merengebied Fryslan dec 2012 geeft de gemeente aan( http://www.fryslan.nl/2057/beheerplan-‐natura-‐ 2000-‐merengebied/files/[000001]colofon.pdf , p 107 van 319) dat het uitgangspunt is neen tenzij. Wij hebben niet onderkend dat dit uitgangspunt hier is gehanteerd. Aan alle kanten ziet eenieder van ons neen, roept het haast uit, terwijl de gemeente het ene na het andere bezwaar wegwappert. Het betreft hier een plan met voldoende alternatieven en zeer weinig onderbouwing en veel te weinig ondersteuning van de plaatselijke economie, de Chalets worden prefab aangekocht in Polen, een EEG land wordt geargumenteerd, terwijl in de directe omgeving men staat te springen om werkgelegenheid, ook voor een aangepaste prijs. Het is dus duidelijk dat het allemaal draait om geld en niet om natuurbehoud in ook ons Fryslan, want zo voelen wij Marsichters dat toch. Vaak hebben wij hier al een decennia oude voorgeschiedenis, oplopend
tot meer dan een halve eeuw.
B) Elke boer met een noodlijdend bedrijf met bouwpercelen aan de oever van de Fluessen zou daar bouwpercelen willen verkopen dat is tegen Natura 2000. Er zijn geen andere dan economische motieven en dan nog enkel op individueel niveau, gezien vanuit de Natura 2000 strevingen, om de oever van de Fluessen te willen laten bezetten met bouwwerken. Deze zijn niet valide.
C) De veiligheid op de T splitsing havenmond Koggeplaet – havenmond watersportcentrum Elahuizen (Bewoners Marsicht) wordt ernstig verstoord door vermindering van het uitzicht doordat er chalets gelegen zijn aan de kade van de havenmond Koggeplaet en doordat de doorvaart in de havenmond van de Koggeplaat is gehalveerd door daar gelegen terrassen met daaraan aangelegde boten. Alle boten die de Fluessen opgaan dienen dit via de gemeenschappelijke havenmond Watersport Centrum Elahuizen (Marsicht) -‐ Koggeplaet te doen. De boten van het Stekelbaarsje en Allemansend gaan via de havenmond Watersportcentrum Elahuizen. Op de T-‐splitsing van deze 2 havenmonden Simon G Faber van SGF advies geeft op pag 13 (terecht nummer) onder 4.2 Externe veiligheid dat het overlijdensrisico voor iemand die 1 jr hier verblijft minder dan 1 miljoenste dient te zijn. Wij achten de risico’s op de T splitsing hoger. Bij de aanvraag is geheel geen rekening gehouden met de komst van het Sailhus en Sailwise terwijl de catamaran de Beatrix al weer enige tijd actief uitvaart.
Er is voorzien dat nog voor 2014de verbouwing van het Sailhus, welke totaal 3,9 miljoen euro gaat bedragen (http://www.sailwise.nl/het-‐ project-‐it-‐sailhûs ) gereed is. Er komen dan meerdere kleine boten waarop een gehandicapte, dus zoals door SGF genoemd minder zelfredzame personen, zelfstandig varen. Omdat het bij de Fluessen groot water betreft zullen velen eerst in de haven een rondje willen varen. Maar ook als zij dit niet doen zal bij uitvaren voor hen met aangepaste boten het aanvaringsrisico door de voorgenomen aanleg van Chalets voor de havenmond enorm toenemen. Met name I 9-‐15 zorgen voor deze rsicoverhoging. Eenzelfde redenering geldt voor uitvaren van de Marsichters, nergens worden deze in de beschouwingen genoemd, terwijl deze beschouwingen oa ook de soort boten welke het betreft van direct belang zijn voor het inschatten van het aantal bootbewegingen i de haven en daarmede voor het in te schatten risico.
D) In het Beheerplan Natura 2000-‐gebied Merengebied Fryslan dec 2012 geeft de gemeente aan de kwaliteit van het toerisme en de recreatie te willen verbeteren. Mocht al verondersteld worden dat deze op de Koggeplaet door het bouwen van Chalets aldaar wordt verbeterd dan zal dit niet opgaan voor de Marsichters Onder III ‘wie zijn wij’ is duidelijk aangegeven wie de Marsichters zijn. Het leidt geen twijfel of de Marsichters gaan door de plannen er op achteruit met als kernen het uitzicht vanuit de huisjes, het zicht op de haven vanuit de Fluessen, de gewijzigde vogelstand ook al wordt deze gebagatelliseerd, ook door de seizoensverlenging op de Koggeplaet en het gevaar van aanvaringen in de gemeenschappelijke havenmond mn thv de T-‐splitsing. De Marsichters zijn niet geconsulteerd hoewel hun kwaliteit van verblijf ernstig nadelig wordt beïnvloed door de plannen. Dit verhoudt zich niet met het beheersplan waarin de gemeente ontegenzeggelijk had moeten bezien of er sprake was van kwaliteitsverbetering van de directe omgeving. In dat kader had ook het Stekelbaarsje, Allemandsend maar met name
Sailwise meegenomen moeten worden in de overwegingen.
E) De noodlijdendheid van de Koggeplaet wordt niet onderbouwd. De visie op kleinschalig kamperen staat lijnrecht tegnover die van de gemeente. De Koggeplaet spreekt over afname het beheersplan over toename (p 118 van 319). Dat de aanleg van de 22 Chalets een oplossing biedt met een investering van € 100.000 per Chalet is nergens onderbouwd. Dit alleen al leidt tot ons advies eerst alleen het plan voor het gedeelte H toe te staan en bij slagen opnieuw te beslissen met medename van de dan gemeten effecten. De foto’s van de camping/jachthaven welke opgenomen zijn in de aanvraag http://www.fryslan.nl/2057/beheerplan-‐natura-‐2000-‐ merengebied/files/[000001]colofon.pdf geven het beeld van verwaarlozing van de camping/jachthaven. Het is er rommelig, het heeft weinig voorzieningen, het onderhoud is achterstallig.
Rommelig terrein met een indruk van achterstalling onderhoud
In het plan dienen de trekkershutten te worden verwijderd, zij bevatten asbestplaten, er is dus een sloopmelding vereist. De hutten zijn vaak muf en volgestapeld met beschimmelde matrassen. Ook toeristen en recreanten zijn kritisch tav deze aspecten. Het is niet duidelijk in hoeverre dit heeft bijgedragen tot de terugloop zoals de Koggeplaet deze zou hebben geconstateerd.
F) Elahuizen net als It Heidenskip zijn nog de gebieden midden in de Fluessen waar het relatief rustig is. Dit is voor de vogelstand en overige Fauna van cruciaal belang. Wij menen dat het plan Koggeplaet verstoring aanbrengt in deze rust. Dat zou de gemeente niet moeten ambieren.
Alleen ook daarom is het te adviseren het plan nooit in zijn geheel in een keer op te starten maar in fasen, H eerst alleen.
G) Het betreft hier een plan met voldoende alternatieven en zeer weinig onderbouwing en veel te weinig ondersteuning van de plaatselijke economie, de Chalets worden prefab aangekocht in Polen, een EEG land wordt geargumenteerd, terwijl in de directe omgeving (Elahuizen zelf) men staat te springen om werkgelegenheid, ook voor een aangepaste prijs.
H) SGF-‐advies heeft een ruimtelijke onderbouwing gegeven welke is opgenomen bij het concept plan 22 Chalets op de Koggeplaet. Tegen deze notitie hebben wij een aantal bezwaren. De omgevingsvergunning is geïntroduceerd bij inwerkingtreding 011010 van de wet algemene bepalingen omgevingsrecht (WABO) met als doel vergunningverlening en dienstverlening door de overheid sneller te laten verlopen en om de verschillende toestemmingen die een initiatiefnemer nodig heeft voor het uitvoeren va een project te bundelen in een omgevingsvergunning. De versnelling mag natuurlijk nooit ten koste van betrachte zorgvuldigheid bij de beoordeling gaan. Bij de WABO dienen ook de gevolgen van het plan voor het milieu te worden bezien waarbij de wet milieubeheer van toepassing is. Bij toepassing van artikel 7.9.3 van die wet dient een milieueffectrapport te worden opgenomen bij indienen van het plan met name als dit significante gevolgen kan hebben voor een Natura-‐2000 gebied als gevolg van de natuurbeschermingswet 1998. Uit oriëntatie, waarbij direct opvalt dat een deel van de kavels en bouwplannen zich zelfs afspeelt binnen de sbz de Fluessen (speciale beschermingszone de Fluessen) dat er zeker kans is op negatieve effecten voor dit Natura-‐2000 gebed, het bereiken van de instandhoudingsdoelstellingen komt in gevaar.
In een Natura-‐2000 gebied is zowel de Vogel-‐ als Habitatrichtlijngebied van toepassing. Er is dus een passende beoordeling gewenst, nl de Habitaittoets of de ADC-‐toets www.natura2000.nl/pages/naslagwerk_2.5.3.aspx De procedure is gedetailleerder en uitgebreider dan de verslechteringstoets. Wij wijzen er op dat deze toets dan wel lokaal kan worden uitgevoerd zoals bij de aanvraag heeft plaatsgevonden en zijn bijgevoegd maar dat het gaat om een objectieve toetsing volgens Europese interpretatie www.natura2000.nl/files/leidraad-‐bepaling-‐significante-‐update-‐versie-‐ 27052010.pdf Citaat 1 Natura 2002 update 270510 Indien blijkt dat er werkelijk sprake is van mogelijk significant negatieve effecten dan kan alleen toestemming voor de activiteit gegeven worden als er geen alternatieven voor de activiteit zijn, er dwingende redenen van groot openbaar belang mee gediend zijn en de negatieve gevolgen gecompenseerd worden (de ADC-‐toets). A-‐Alternatievenonderzoek Een alternatievenonderzoek betekent dat er nagegaan wordt of er alternatieve oplossingen zijn voor de activiteit die minder of geen negatieve effecten hebben voor de instandhoudingsdoelstellingen. Het gaat om alternatieven voor het bereiken van hetzelfde doel/oplossen van het probleem. De volgende opties dienen te worden onderzocht: • De nuloptie, analyse van de situatie wanneer de activiteit niet wordt uitgevoerd.
• Aanpassing van de doelstelling van de activiteit. • Andere invulling van de activiteit (dit kan ook worden gezien als mitigerende maatregel). • Andere locaties (ook buiten de regio, soms buiten de landsgrenzen). • Andere oplossingen, waarbij het doel van de activiteit op een geheel andere wijze kan worden bereikt. Einde Citaat 1 Vanuit Natura-‐2000 oogpunt beoordelen wij de nuloptie als meest gunstige. Dan zijn er zeker alternatieven welke met name de oever van de Fluessen en daarmee het Natura-‐2000 gebied ontzien waarvan de aanvraag een blijk geeft deze te hebben bezien deze zijn dus ook niet opgenomen in de aanvraag alhoewel ze volkomen voor de hand liggen. Wij hebben de alternatieven duidelijk aangegeven in onze zienswijze. Citaat 2 Natura 2002 update 270510 D-‐Dwingende redenen van groot openbaar belang Bij het ontbreken van alternatieve oplossingen, kan bij een activiteit met dwingende redenen van groot openbaar belang soms toch een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 worden verkregen. Dwingende redenen van groot openbaar belang zijn gebaseerd op argumenten van sociaal-‐ economische aard of argumenten die verband houden met de menselijke gezondheid of de openbare veiligheid en voor het milieu wezenlijke gunstige effecten hebben. Het gaat bij economische belangen om belangen voor de lange termijn. Deze uitzondering wordt in de praktijk alleen gemaakt bij grote overheids(gerelateerde) activiteiten. Individuen en afzonderlijke bedrijven krijgen in principe niet met deze situatie te maken. Er zijn echter geen echte maatstaven voor wat wel en niet onder dwingende redenen van groot openbaar belang valt. De motivatie is erg belangrijk. Indien nodig moet daar onderzoek voor worden uitgevoerd. In
ieder geval dienen de volgende punten te worden aangetoond: De activiteit streeft een Europees doel na en heeft voor Europa naar verwachting positieve effecten. Het maakt bijvoorbeeld deel uit van het Europese transportnetwerk. Het gaat om een publiek belang. Er is sprake van een langetermijnbelang bij sociaal economische belangen. Kwantitatieve onderbouwing, eventueel door middel van maatschappelijke kosten-‐batenanalyses en economische effectstudies. Het belang moet opwegen tegen de betrokken natuurwaarden. Het gaat hier compleet om het individuele belang de rendabiliteit van de Koggeplaet voor de eigenaar te verhogen. Wij zijn van mening dat de rendabiliteit is teruggelopen door terugloop van betalende gebruikers van de Koggeplaet voorzieningen omdat de staat van onderhoud achterbleef (laatste jaar wel planken vernieuwd overal) en er sprake was van verwaarlozing van het terrein ondanks dat in de regio volgens het Friese Merenproject juist Einde Citaat 2 Er zijn volgens ons dus in het geheel geen dwingende redenen van groot openbaar belang om toch een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 te verlenen. Citaat 3 Natura 2002 update 270510 C-‐Compensatie Vervolgens moet gekeken worden naar compensatie. De mogelijkheden daarvoor in het Natura 2000-‐gebied worden nagegaan. Als blijkt dat er binnen het Natura 2000-‐gebied geen mogelijkheden voor compensatie zijn, maar wel direkt aangrenzend aan dat gebied kan onder voorwaarden ook gecompenseerd worden buiten het betreffende Natura
2000-‐gebied. Einde Citaat 3 Natura 2002 update 270510 Alhoewel wij van mening zijn dat compensatie dus niet aan de orde is wordt in de aanvraag gewag gemaakt van het neerhalen van 12 bomen met name aan de oever van de Fluessen welke dan zou worden gecompenseerd door aanplant elders op het terrein welke formulering mogelijkheden geeft tot volkomen ongelijkwaardige substitutie. Wij zijn dus van mening dat voor e onderhavige aanvraag geen vergunning mag worden verleend ook niet met beperkingen, tenzij beperkt wordt tot louter fase I met definitieve afwijzing van fase II/III.
Bij de herziening bestemmingsplan buitengebied 2004 van 090210 heeft de provincie als enige in het voortraject gereageerd en opmerkingen gemaakt welke trefzeker toepasbaar zijn op de chalets waarover we nu spreken. De gemeente heeft toen gereageerd op deze opmerkingen van de provincie, ook deze reactie is trefzeker toepasbaar op de 22 chalets. http://diensten.iszf.nl/bestemmingsplannen/0102_Buitengebied_herzieni ng_2011/Vastgesteld/herziening_2011.pdf Wij halen de tekst aan:
herziening bestemmingsplan buitengebied 2004 van 090210 Citaat
6. 2. Reactie van de provincie Opmerking Provincie: De provincie geeft aan dat met het verruimen van de toegestane oppervlaktemaat voor stacaravans/chalets in feite ruimte wordt geboden voor het vervangen van stacaravans door recreatiewoningen . Dit is niet strijd met het provinciaal beleid, maar wel moet worden gemotiveerd in de toelichting van het bestemmingsplan. Reactie van de gemeente: De opmerking van de provincie is niet juist. In het bestemmingsplan Buitengebied 2004 is een onderscheid gemaakt tussen stacaravans/chalets en recreatiewoningen/verblijven. De regeling staat dus geen extra recreatieverblijven of andersoortige recreatieverblijven toe, maar biedt alleen extra mogelijkheden voor een vergroting van oppervlakte en hoogte van (planologisch bestaande) stacaravans en chalets. Einde Citaat Wij zijn ervan overtuigd dat bij het plan 22 chalets Koggeplaet geen sprake is van vervanging, maar dat er sprake is van uitbreiding en bovendien ingrijpende en ongewenste wijziging van het dorpsaanzicht Elahuizen vanuit de Fluessen. Vervanging zou plaats dienen te vinden op dezelfde kavels als waar de stacaravans nu gelegen zijn. Toename van de recreatiedruk heeft in het algemeen een verstorende werking voor (ook kwalificerende soorten) in het Natura 2000-‐ gebied. Vooral een aantal relatief kleine oppervlak watervluchtplaatsen zoals de oever van de Koggeplaet aan de Fluessen in rustige perioden is gevoelig voor verstoring. Bij toename van de recreatie bestaat de mogelijkheid dat er vaker verstoring optreedt en dat daarmee de conditie van de vogels verslechtert. De laatste herziening: Bestemmingsplan Buitengebied 2004, partiële herziening
2011 dateert van 270612 en bevatten qua aard wijzigingen die haast geschreven lijken ter facilitering het project 22 Chalets Koggeplaet, immers bijvoorbeeld met de opgang erbij komt de oppervlakte van de Chalets boven de 50 m2, en de grens was in eerdere plannen 50m2. Wij nemen echter aan dat dit niet zo is. Het optrekken van de toegestane grenzen voor de oppervlakte van de recreatieve nachtverblijven tot 70 m2 en de hoogte tot 3.60 m is een besluit van de Herziening, mogelijk gemaakt door het besluit omgevingsrecht van 250310 http://wetten.overheid.nl/BWBR0027464/volledig/ Overigens betreft de laatste herziening buitengebied louter economische motieven en worden nergens de natuurwaarden in bescherming genomen. In de Nota Ruimte wordt gesproken over Nationale Landschappen. Citaat Nota Ruimte De Nationale Landschappen zijn onderdeel van de zogenaamde Nationale Ruimtelijke Hoofdstructuur (RHS), waar bijvoorbeeld ook de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) onder valt. 7.7 Borging en ontwikkeling Van bijzondere landschappelijke en cultuurhistorische waarden nationale landschappen Nationale Landschappen zijn gebieden met internationaal zeldzame of unieke en nationaal Kenmerkende landschapskwaliteiten. De
kernkwaliteiten van Nationale Landschappen moeten behouden blijven, duurzaam worden beheerd en waar mogelijk versterkt. In samenhang hiermee zal de toeristisch-‐recreatieve betekenis moeten toenemen. Binnen Nationale Landschappen is daarom ‘behoud door ontwikkeling’ het uitgangspunt voor het ruimtelijk beleid. Einde Citaat
Kaart Nationaal Landschap Friesland, met groene grens aangegeven Nationaal Landschap Zuidwest Fryslân is een Nationaal Landschap in het zuidwesten van de provincie Friesland ter grootte van 51420 ha . Het is sinds 2005 één van de twintig nationaal landschappen. http://www.youtube.com/watch?v=bIHbSARM5mE
Dus in tegenstelling van hetgeen onder 3 door SGF-‐advies wordt gesteld maakt het plangebied wel deel uit van de RHS. Zuid-‐West Friesland was eerder al aangewezen als ’Waardevol Cultuurlandschap’ (WCL), waar met name via stimuleringsmaatregelen aan de kwaliteit van het landschap gewerkt werd. De hoofdlijnen van het beleid voor de Nationale Landschappen zijn vastgelegd in de Nota Ruimte. De provincies nemen een gedetailleerde begrenzing van de Nationale Landschappen op in hun streekplannen en werken daarin de kernkwaliteiten uit. Deze zijn leidend voor de ruimtelijke ontwikkeling. Het Rijk zal het streekplan hierop toetsen. Gemeenten verwerken het provinciale beleid voor de Nationale Landschappen in hun bestemmingsplan. Het bestemmingsplan is het ruimtelijk plan waaraan burgers direct gebonden zijn. Door deze getrapte beleidsvorming kan het beleid per gemeente, Nationaal Landschap en provincie sterk verschillen. Onder 3 stelt SGF-‐advies verder: Citaat SGF-‐advies onder 3.2 De provincie zet meer dan voorheen in op de verhoging van de ruimtelijke kwaliteit bij veranderingen in het gebruik en de inrichting van de ruimte. Ruimtelijke kwaliteit dient zowel economische, sociale als culturele belangen en is daarmee voor alle functies in Fryslan essentieel. Met ruimtelijke kwaliteit wordt bedoeld dat in ruimtelijke plannen, in ontwerpen en in de uitvoering, expliciet de gebruikswaarde, de belevingswaarde en de toekomstwaarde worden toegevoegd aan de omgeving. Einde Citaat
Het is uiteraard dan onbegrijpelijk dat er met geen woord gerept wordt op de gevolgen voor Allemansend, Marsicht en het Steklbaarsje van het plan 22 Chalets Koggeplaet. Deze behoren immers tot de directe omgeving. In elk geval voor de Marsichters geldt dat de belevingswaarde en de gebruikswaarde afneemt, met name voor de bewoners op Marsicht 1,2 wordt ingeschat dat bij doorgaan van de plannen direct ook financieel de toekomstwaarde van hun perceel drastisch afneemt. Waarschijnlijk geldt dat ook voor Mardyk 7B. Verder stelt SGF-‐advies herhaaldelijk dat er sprake zou zijn van een verbreding van het toeristisch-‐recreatieve aanbod. Dit wordt als volgt beargumenteerd: Citaat SGF-‐advies onder 3.2.2 In Gaasterland is in de nabije omgeving voldoende aanbod van toeristische en vaste standplaatsen aanwezig. De te realiseren havenstudio's zijn uniek qua bouw en ligging waardoor er sprake is van verbreding van het toeristisch-‐ recreatieve aanbod. Het terrein van Waterpark De Koggeplaet ligt aan de doorgaande weg en wordt via deze weg prima ontsloten. De bouw van de chalets en havenstudio's kan daarmee voldoen aan de voorwaarden van de Verordening Romte. Einde Citaat Ten eerste wordt het verlies van toeristische en vaste standplaatsen op e Koggeplaet, waarvan elders ( onder 2.1) gesteld wordt dat het Waterpark de Koggeplaet een uniek, idyllische plek is aan het grootste meer van Friesland, afgedaan met er is in Gaasterland voldoendeaanbod, dus niet van die kwaliteit.
Ten tweede is de vraag wat de definitie is van verbreding van het toeristisch-‐recreatieve aanbod. Gaat het dan alleen om Volgens de Verordening Romte Fryslân art 6.3.2 http://www.ruimtelijkeplannen.nl/documents/NL.IMRO.9921.P VR2011Fryslan-‐VA01/r_NL.IMRO.9921.PVR2011Fryslan-‐ VA01_artikel.6.html gaat het daarbij zeker niet alleen om economische waarden, maar met name ook om nieuwe natuur-‐ en landschapselementen Citaat Verordening
Romte Fryslân art 6.3.2
6.3.2 • Gedeputeerde Staten kunnen voor een verblijfsrecreatieve inrichting of een jachthaven ontheffing verlenen van de voorwaarden in artikel 6.1.1, eerste lid en derde lid ten aanzien van situering en omvang, indien: de recreatieve inrichting qua schaal, omvang en ontsluiting past in de omgeving; wordt bijgedragen aan verbreding of kwaliteitsverbetering van het toeristisch-‐recreatieve aanbod in de regio, en bij een nieuwe vestiging in het landelijk gebied of bij de omzetting van een kleinschalig kampeerterrein naar een kampeerterrein in het landelijk gebied, nieuwe natuur-‐ en landschapselementen worden toegevoegd. Einde Citaat Er treedt hier verlies op van natuur-‐ en landschapselementen.
Dit soort omgekeerde uitleg zien we overigens in het SGF-‐advies bij herhaling terug. Op diverse plaatsen is opgemerkt dat de 22Chalets geen onroerende zeken zou betreffen. Er bestaat hier echter jurisprudentie over: http://zoeken.rechtspraak.nl/detailpage.aspx?ljn=BY8185 Hierin wordt behandeld: Wet WOZ. Chalet is een onroerende zaak. Geen schending gelijkheidsbeginsel. Citaat hoger beroep LJN: BY8185, Gerechtshof Arnhem , 12/00162
4.2 Een gebouw of werk kan duurzaam met de grond verenigd zijn in de zin van artikel 3:3 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) doordat het naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatse te blijven. Staat vast dat een gebouw of werk bestemd is om duurzaam ter plaatse te blijven dan is de technische mogelijkheid om het bouwsel te verplaatsen niet meer van belang. Bij de beantwoording van de vraag of een gebouw of een werk bestemd is om duurzaam ter plaatse te blijven, moet worden gelet op de bedoeling van de bouwer of degene in wiens opdracht het bouwwerk is aangebracht voor zover deze naar buiten kenbaar is (vgl. HR 31 oktober 1997, nr. 16404, LJN ZC2478, onder meer gepubliceerd in NJ 1998, 97). Einde Citaat
Zal het ooit tot een bezwaar komen of zelfs hoger beroep dan zal het volgende opgaan. De Chalets zijn bestemd om duurzaam ter plaatse te blijven, de Koggeplaet beschrijft dat ook op diverse plaatsen. Het Hof zal die gronden overnemen en maken die tot de zijne. Het Hof zal dan ook met de Rechtbank van oordeel zijn dat het chalet is aan te merken als een onroerende zaak in de zin van artikel 3:3 BW.
Dit is een concept en nog niet afgerond Eduard van den Berg 260513 http://www.plasbossinadeadvocaten.nl/hoofdmenu/nieuws/ bezwaar-‐per-‐e-‐mail-‐toegestaan http://www.bezwaarschrift-‐en-‐ beroep.nl/bestuursrecht/algemeen/zienswijze/ voorbeeld http://webcache.googleusercontent.com/search?q=cache:J0s 5Z1dERc4J:www.amersfoort.nl/smartsite.shtml%3Fid%3D120 729+&cd=2&hl=nl&ct=clnk&gl=nl&client=safari