Zelfrespect en solidariteit in de prestatiemaatschappij Evelien Tonkens, Universiteit van Amsterdam Filosofisch Café Hoogeveen 26 november 2013
Prestatiedruk, Solidariteit onder druk, Zelfrespect fragiel
• Pietitie- fanatisme • Explosie van huiswerkbegeleiding, run op gymnasia • Verschoolsing van academisch onderwijs • Afkalving steun ontwikkelingssamenwerking • Groei topinkomens • Schoonmakers eisen respect
Wat doet de prestatiemaatschappij met ons? • Opbouw: • Prestatiemaatschappij: meritocratie • Betekenis voor bestaanszekerheid, solidariteit, en zelfrespect • Humanisering van meritocratisch ideaal
• •
Prestatiemaatschappij: Meritocratie: Sociaal-economische positie: – Niet langer bepaald door collectieve eigenschappen zoals klasse, etnititeit, sekse, – Maar door ieders individuele verdienste: talent x inspanning
•
Macht uitgeoefend door degenen met beste combinatie van talent en inspanning –
Eerlijke competitie
–
Objectief meten. • •
Vereist apparaat om alles en iedereen te meten en vergelijken Vereist totale transparantie, en dus ook ‘transparantie werk’.
Leven we in een meritocratie? • Moeilijk te meten: wie bepaalt wat als verdienste geldt?
• Als ‘proxy’ voor verdienste: opleiding. • Hoe minder afkomst correleert met opleidingsniveau en • Hoe meer opleidingsniveau correleert met inkomen • Des te meer meritocratisch een samenleving is
• Onze samenleving en organisaties: • niet meritocratisch, wel meritocratiserend
Onomstreden
• Meritocratisch ideaal onomstreden • Om goede redenen: • Individueel: – Recht op zelfontplooiing
• Sociaal: – Vorm van rechtvaardigheid: gelijke kansen (maar ongelijke uitkomsten)
• Economisch: – Optimaal gebruik van talenten: de juiste persoon op de juiste plaats
• Politiek: verenigt – Linkse dromen van verheffen lagere klassen – Rechtse dromen van eerlijke competitie
Onomstreden, maar humanistisch?
• Kan meritocratie de humanistische toets doorstaan? • Zelfontplooiing • Maar ook aanslag op – Bestaanszekerheid van ons allen – Solidariteit van de ‘winnaars’ – Zelfrespect van de ‘verliezers’
1. Bestaanszekerheid voor allen •
• • •
Geen permanente standaarden: doel is wegen van ieders relatieve positie Resulteert in permanente onzekerheid over je positie -> Status angst (De Botton 2004) -> oneindige competitie, geen stabiliteit, geen autonomie, filmsterloopbaan op zijn best
Status angst als bijproduct van meritocratie: De Boton op basis van Rousseau (1754): • streven naar wat we niet kunnen krijgen ->armer; • tevreden zijn met wat we hebben -> rijker • Dus: 2 vormen van verrijking: – meer geld – beperking van verlangens
•
prijs van een meritocratie: constante angst dat we minder zijn dan we zouden kunnen zijn (in de ogen van anderen) = status angst
2. Solidariteit van de ‘winnaars’ Pre-meritocratische solidariteit: 1. Superieure deugd (noblesse oblige) 2. Geluk Nederigheid en dankbaarheid meritocratisch gebrek aan solidariteit: 1. Superieur talent en inspanning 2. Eerlijk verdiend Zelfingenomenheid 3. Onzeker hoe lang ik winnaar blijf -> houd alles maar voor mezelf Kan een meritocratie solidariteit handhaven?
3. zelfrespect van verliezers • (als een meritocratisch systeem rechtvaardig is) rechtvaardigheid maakt niet per se gelukkig
• Voor wie verliest in een meritocratische wedstrijd, is het moeilijk om zelfrespect te behouden • De Botton: we hebben twee soorten liefde nodig: – (Sexuele) liefde van een ander mens – Liefde van de wereld (respect)
meritocratisch zelfrespect • De winnaars vinden dat ze hun privileges verdienen • Positie aan zichzelf te danken: er zelf keihard voor gewerkt, eerlijke wedstrijd
• De verliezers hebben hun recht om te klagen verloren: • Alle kansen gehad! • Eerlijke wedstrijd, helaas verloren
Maatschappelijke/ persoonlijke hiërarchie: Vraag aan langdurig werklozen: Wie krijgt de meeste maatschappelijke waardering? Wie vindt u zelf het meest te waarderen?
Kunstenaar Arbeidsongeschikte Topbestuurder Loodgieter
Huisvrouw/man Leraar
Schoonmaker Werkloze Minister-president Vrijwilliger Arts Opbouwwerker Professor Verpleegkundige
Positie
Maatschappelijke hiërarchie volgens werklozen
Posities
Persoonlijke hiërarchie van werklozen
1
Minister-president
1
Arts
2
Arts
2
Leraar
3
Topbestuurder
3
Verpleegkundige
4
Professor
4
Opbouwwerker
5
Verpleegkundige
5 t/m 7
Huisvrouw/man Professor Vrijwilliger
8&9
Schoonmaker Minister-president
6 7
Opbouwwerker
8
Loodgieter
9
Kunstenaar
10
Vrijwilliger
10
Topbestuurder
11
Huisvrouw/man
11
Kunstenaar
12
Schoonmaker
12
Loodgieter
13
Arbeidsongeschikte
13
Arbeidsongeschikte
14
Werkloze
14
Werkloze
strategieën om de erosie van zelfrespect af te wenden
•
(Groepsgebonden) verdienste zonder inspanning: –
nationalisme, religie,(heterosekuele) mannelijkheid
• Short cuts naar succes, welvaart en status zonder vereiste prestaties: – loterij, diefstal,
• Herdefiniëring van verdienste, verbreding van competitie: – de beste ouder, vrijwilliger van het jaar
• Jezelf ontworstelen aan competitie: – Ambachtelijkheid, zelfvoorzienende woongemeenschap
Kortom: humanistisch perspectief op meritocratie • Meritocratie: eerlijk, fijn voor de (tijdelijke) winnaars maar • Onzekerheid voor ons allen: – Run op gymnasia – Toets-mania, explosie van huiswerkbegeleiding – Verschoolsing academisch onderwijs
• Solidariteit winnaars verkruimelt: – – – –
Groei topinkomens Ipv noblesse oblige: Zelf verdiend, zelf houden; (mondiale) armoede eigen schuld morgen kan ik verliezer zijn
• Zelfrespect verliezers aangetast: – Rancune, ressentiment, racisme, etnocentrisme, seksisme – Onze Piet moet blijven, ongeacht hoe anderen hem ervaren – Schoonmakers eisen respect terug
Nieuw humanistisch ideaal: Aidocratie
• Aidocratie: • samenleving waarin iedereen gelijke toegang heeft tot bronnen van (zelf)respect • aidos= (zelf)respect in het Grieks
• Humanisering van meritocratie via: – Pluralisering: meer soorten verdienste erkennen; – Begrenzing: prestatie op arbeidsmarkt niet bepalend voor toegang tot politieke macht, onderwijs, zorg – Relativering: Veel van waarde is niet meetbaar – Democratisering: betekenis, plaats, reikwijdte en toekenning van respect onderwerp van publiek debat