Projectplan
Zelfbeheer Wijkaccommodaties Een nieuwe toekomst voor wijkhuizen
Landelijk Samenwerkingsverband Aandachtswijken
2013
2
Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
Inleiding De toekomst van veel wijkhuizen staat op het spel. Gemeentes kijken in hun noodgedwongen bezuinigingen als eerste naar de eenvoudige manier om de klappen op te vangen. Het wijkhuizenbestand wordt meer dan gehalveerd en de subsidies rigoureus afgebouwd. Wijken en hun bewoners verliezen een belangrijke plek om de, door beleidsmakers zo gewenste, burgerkracht op te zoeken, te mobiliseren en tot uitvoering te brengen. Het is niet zo dat bewoners dit lijdzaam laten gebeuren. In tegendeel. Veel bewoners kloppen aan bij het LSA voor steun bij het in stand houden van hun wijkhuis. Ze organiseren zich, zoeken naar draagvlak en bedenken innovatieve manieren om hun wijkhuis (financieel) te laten voortbestaan. En hierbij zijn ze vaak bereid zelf de handen uit de mouwen te steken om de programmering en exploitatie van het wijkhuis voor hun rekening te nemen. Wat volgens bewonersbesturen ontbreekt – het LSA sprak ruim tien bewonersgroepen die zich bezighouden met of voorbereiden op zelfbeheer – is kennis, praktijkervaring en hulp. Het LSA gelooft in een toekomst waarin wijkhuizen worden beheerd door bewoners. Wijkhuizen die niet meer vanzelfsprekend worden beheerd door gemeentes of welzijnsorganisaties. Er zijn inmiddels veel initiatieven ontstaan en bewoners zetten belangrijke stappen. Maar meer dan de één of twee bekende
succesverhalen zijn er nog niet te benoemen. Dat er daadwerkelijk een toekomst komt waar zelfbeheer van wijkhuizen de norm is, moet nog blijken. Er blijkt uit onze QuickScan dat er bij gemeentes nog grote aarzeling is – naast veel sympathie –om het beheer van wijkhuizen aan bewoners over te laten. Alle partijen realiseren zich dat vernieuwing noodzakelijk is. Voor een kansrijke toekomst is een wijkhuis nieuwe stijl nodig; een wijkhuis dat nauw aansluit op de behoeftes uit de wijk, belangrijke publieke functies combineert en steeds meer ingericht is als een onderneming. Om aan te tonen dat zelfbeheer van wijkaccommodaties de toekomst heeft en succesvol kan zijn, zet het LSA een project op waarbij 5 wijkaccommodaties worden klaargestoomd voor die toekomst. Tegelijkertijd zal alle nuttige informatie en alle praktijkervaringen worden gedeeld met mogelijk geïnteresseerden. De opgebouwde expertise, in de vorm van een brede variëteit aan deskundigen en praktische informatie, zal later ook in te huren zijn door alle gemeentes en organisaties die wijkhuizen in zelfbeheer willen ondersteunen of stimuleren. Zo bouwen we in drie jaar tijd het bewijs op dat zelfbeheer van wijkhuizen de toekomst is, waarbij gaandeweg alle opgedane informatie en ervaringen breed voor iedereen beschikbaar is.
Buurthuizen bezwijken onder crisis worden te dreigen Vrijwilligers Alternatieve huisvesting voor bijvoorHet aantal buurthuizen neemt in rap Denters. ‘Dat ze activizegt gd, overvraa er is les Engelse of clubs klaverjas beeld tempo af. Gemeenten vragen meer bijvoorbeeld in een teiten overnemen, is prima voor te stellen. inzet van burgers om de resterende doorgaans genoeg, zaaltje van het Maar je kunt niet ook de administratie en een in of tine sportkan Maar wijkcentra overeind te houden. het secretariaat met een sierlijke boog over beheer, exploitatie en onderhoud zijn verzorgingstehuis. het hek gooien.’ . complex te voor vrijwilligers vaak Vrijwilligers hebben moeite met Illusie als de Drank- en Horecawet of de zaken dat ‘Maar het is een illusie te denken Uit een inventarisatie van de Volkskrant zekering, zegt Frans Heldens, brandver zegt runnen’, kunnen s buurthui een burgers blijkt dat zeker honderd buurthuizen al van Spirato, de vereniging van r voorzitte rbrancheo de , dicht zijn en vele tientallen met sluiting Jennifer Elich van MOgroep gemeenschapsaccommoige zelfstand ppelijke maatscha en welzijn voor ganisatie en m worden bedreigd. Zo is in Amsterda se dorpen en wijken. In Limburg in daties zijn ngen bezuinigi lokale De Den Haag eenderde van de traditionele dienstverlening. hem 290 van de volgens worden Limburg de afgelopen twee jaar wijkcentra gesloten; Amersfoort wil alle volgens de MOgroep bedreigd. ‘Nu er sluiting met centra 720 d zesduizen kleine een van gegaan elf wijkcentra afstoten en overdragen aan ten koste meer van buurtregis- minder subsidie is en clubs minder geld buurtinitiatieven. Gemeenten moeten arbeidsplaatsen, onder hebben om huur te betalen, hebben zij het buurtbeheerders. en erkers opbouww seurs, miljoenen euro’s bezuinigen. zwaar.’ buurtvan sluiten ‘Gemeenten zijn bij het ‘Het is pijnlijk, maar we hebben geen Toch wil Heldens niet somberen. foolish’, pound wise, penny vaak huizen die (PvdA), keuze’, zegt Raimond de Prez gaat het vaak ook goed. Het ‘Gelukkig bestuurs ar hooglera Denters, als wethouder in Delft acht buurthuizen oordeelt Bas altijd om geld. Het uitvinden niet draait eit Twente. ‘Het lijkt sluit. ‘We gaan voor de activiteiten, niet kunde aan de Universit mensen. Als je een draadje arme van komt maar u gaat zeggen: te om lijk gemakke voor de stenen. In de overgebleven centra zo hebt, kan je er wat van schroefje een en zullen Veel ouderen verwachten we meer zelfredzaamheid van een buurthuis verder. maken.’ doen.’ niet dat de gebruikers.’ De Volkskrant, Bart Dirks & Charlotte Huisman, 21 februari 2013
Zie: Exploitatie en beheer door bewoners meer dan 70.000 inwoners, april 2013.
van
wijkaccommodaties.
QuickScan
onder
Nederlandse
gemeenten
Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
met
3
Wenswijkhuis Terwijl ik binnenloop in het gezellige gebouw vallen me meteen de vrolijke kleuren op. Ik weet wel dat het gebouw in andere handen is, het is luid en duidelijk gecommuniceerd: een wijkgebouw van en voor bewoners, een wijkgebouw in zelfbeheer. Maar zo’n verandering had ik niet verwacht. Is dit echt hetzelfde gebouw waar ik twee jaar geleden was. Hier heerst een huiskamersfeer, vorige keer voelde ik me hier behoorlijk verloren in de witte lege ruimte. Nu loopt er een enthousiaste jonge jongen naar me toe. “He, kom je ook voor gitaarles?”, vraagt hij hartelijk. “Nee,” mompel ik en ik wil verder lopen, op zoek naar iemand die me kan helpen met de aanvraag van bewonersbudgetten. De jongen loopt om me af. “Kan ik je dan verder helpen, waar zoek je naar?” Als ik vertel dat ik op zoek ben naar de bewonersvereniging die helpt bij het invullen van de bewonersbudgettenaanvraag vertelt hij dat die nu aan het vergaderen zijn bij de bar, naast de bewonersbieb. Wow, sinds wanneer is de bar open in de avond, vraag ik me af. Vroeger was hij alleen geopend tijdens kantooruren. En die bieb is ook nieuw. “Is dat de nieuwe locatie van de openbare bibliotheek die gesloten is in de wijk?” vraag ik. Hij vertelt me dat het een bewonersinitiatief is. Men kan boeken brengen en boeken halen. Niks wordt geregistreerd en je mag de boeken houden zolang
je wilt. Allemaal naar het voorbeeld van Leeszaal Rotterdam West. Terwijl ik naar de bar loop zie ik plotseling mijn buurman zitten, een gepensioneerde advocaat. Hij is druk in gesprek met een jonge Aziatisch ogende vrouw, een oudere dame en een man in pak. Hij ziet me en wenkt. Ik loop op het gezelschap af en mijn buurman stelt me voor. Eerst vertelt hij me dat hijzelf bestuursvoorzitter is van dit wijkhuis. De dames blijken ook twee bestuursleden te zijn. De jonge vrouw is theaterproducent en de oudere dame is een gepensioneerd financieel medewerker, ze zetten zich vrijwillig in. En de man in pak is een gemeenteambtenaar. Deze ambtenaar vertelt dat hij hier is om ruimte en catering te huren voor een vergadering. Lachend vertelt hij dat het even zoeken is naar een goede tijd en plek omdat het wijkhuis steeds zo vol zit. Dan weer de knutselclub, dan de kapsalon, dan dansles, dan Nederlands voor anderstaligen, dan is het helemaal afgehuurd voor het Suikerfeest et cetera et cetera. Ik weet nog dat vorig jaar de jazzballetclub moest stoppen omdat ze huur niet meer kon opbrengen. Ik vraag me af hoe dat nu zit. “En betalen ze allemaal huur?” vraag ik dus. De financiële dame antwoordt me: “Wij vragen van iedere organisatie een bijdrage. Van bewonersorganisaties zonder winstoogmerk wel beduidend minder dan van professionals,” zegt ze met een plagerige lach naar de ambtenaar.
© Pieter Musterd
4
Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
“Maar hoe redden jullie het dan financieel? Het is een flinke organisatie, een groot gebouw: alleen de energiekosten zijn al enorm. Hoe trekken jullie dat?” vraag ik. De dame legt me geduldig en duidelijk trots uit welke contracten er zijn afgesloten. Een van de belangrijkste en wellicht meest bijzondere is dat dit wijkhuis een contract heeft afgesloten met een tehuis voor begeleid wonen om recreatie te verzorgen. Twee maal per week komt een grote groep senioren hier om te sjoelen, klaverjassen, gymmen et cetera. Dat levert een mooi bedrag op en de ouderen komen graag. Met het geld wat van verschillende kanten binnenkomt worden ook mensen ingehuurd die het beheer doen. Want dat willen ze niet volledig op vrijwilligersschouders laten rusten. Maar er is gelukkig geen tekort aan vrijwilligers, naast een boel buurtbewoners zijn er ook scholieren die hun maatschappelijke stage hier doen en soms ook ‘blijven hangen’ als vrijwilliger, bijvoorbeeld Moes: een jongen van 16 die gitaarles geeft en voor de buurtkrant werkt. Of Josie van 15 die mede-initiatiefnemer is van ‘Fruit voor kleuters’, waarbij ze al het ‘nutteloze’ groen uit de wijk hebben veranderd in boomgaarden. De opbrengsten van de fruitbomen doneren ze gratis aan de overblijvers van de eerste groepen van de basisscholen. Daarbij vallen de energiekosten van het wijkhuis redelijk mee, zegt de oudere dame glimlachend, dankzijde flinke investeringen die gedaan zijn (met hulp van de gemeentesubsidies en fondsen) in zonnepanelen, isolatie en energiezuinige apparaten. De gemeenteambtenaar vertelt dat dit wijkhuis zelfs meedingt naar de prijs voor het groenste gebouw in de stad.
Ik wil nog steeds op zoek naar de bewonersvereniging, want die kunnen mij helpen met mijn aanvraag. Ik heb een idee voor het oppimpen van de vieze portieken in mijn straat. Ik neem afscheid en loop naar de bibliotheek. Er staan kasten vol boeken, netjes geordend en op de kasten hangen affiches van lezingen, cursussen, feesten en andere activiteiten die gehouden worden in dit wijkhuis. Ook zie ik een mooie portretserie hangen van een fotograaf uit de wijk. In de hoek zijn zeven mensen van de bewonersverenging aan het vergaderen. Gelukkig mag ik even inbreken. Ik leg ze uit wat ik wil: kunstenaars, schoolkinderen en senioren uit de wijk inzetten om ontwerpen te maken voor mozaïeken, schilderijen en tekeningen om de lelijke en sombere nieuwbouwportieken op te pimpen . Al snel zegt een van de mensen dat mijn plannen geweldig aansluiten op een initiatief dat er al is, namelijk een kunst/ knutselproject met ouderen uit het verzorgingshuis en kinderen van de buitenschoolse opvang. Verder vertellen ze me over de voorwaarden waar een burgerinitiatief moet voldoen en hoeveel budget er voor dit jaar nog over is. Ik krijg naam en adresgegevens van de kunstenaar die het kunst/ knutselproject project leidt, evenals een link waar ik een aanvraagformulier voor bewonersbudgetten kan downloaden. Met een geweldig gevoel loop ik weg. Zwaaiend naar de bestuursleden en de vrolijke jongen die me begroet had, denk ik: in dit wijkhuis kom ik snel terug!
Wijkhuizen in Nederland; historisch perspectief Wijk-, buurt- en dorpshuizen kennen een lange traditie in Nederland. Vanaf de jaren ‘20 van de twintigste eeuw bestaan er wijkhuizen, tot de Tweede Wereldoorlog waren ze voornamelijk gericht op jeugd. Na de Tweede Wereldoorlog richt het wijkhuis zich zowel op de jeugd als op volwassenen. Opvallend is dat veel belangrijke diensten en functies starten in een wijkhuis. Vaak was een bibliotheek beschikbaar (die in een latere fase wordt overgenomen door de sterk opkomende Openbare Bibliotheken) en startten peuterspeelzalen en bejaardenrecreatie in een wijkhuis (later worden deze diensten geprofessionaliseerd), ook was het wijkhuis de springplank voor veel bands in Nederland. Kenmerkend is dat in wijkhuizen altijd
snel trends werden opgepakt die elders geen plek konden vinden. Een voorbeeld hiervan is de educatieve activiteiten die in wijkhuizen georganiseerd werden voor allochtonen. Traditioneel bestuurd door stichtingen (en soms door verenigingen) zijn vrijwilligers altijd belangrijk geweest. In de jaren ’60 en ’70 bloeit het clubhuiswerk door ruime subsidies enorm op en professionaliseert, net als de hele welzijnssector. Als in de jaren ’80 onder invloed van grote bezuinigingen de meeste wijkhuizen opgaan in grote welzijnsinstellingen is dat definitief het einde van bewonersinvloed en dus van zelfbeheer. Wijkhuizen gaan professioneel verder. Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
5
Zware tijden De recente bezuinigingen in veel gemeenten hebben er toe geleid dat men wijk- en buurtcentra wil afstoten omdat ze te duur zijn om te onderhouden en beheren. Dit wordt mede veroorzaakt door de kosten die met professionele exploitatie zijn gemoeid. Gemeenten redeneren dat de activiteiten belangrijker zijn dan het gebouw zelf en dat deze activiteiten wel elders onder te brengen zijn als er behoefte aan is. Tegenwoordig is ook het welzijnswerk minder in de buurthuizen te vinden. Zij heeft de opdracht gekregen om meer ambulant werken. Er zijn in de laatste twee jaar dan ook een aanzienlijk aantal wijkhuizen gesloten. Multifunctionele Accommodaties (MFA’s) hebben het in deze tijd bijzonder zwaar doordat de subsidie-
afhankelijke organisaties die ruimtes bij hen huren vaak minder of geen subsidie krijgen waardoor ze de huur niet meer kunnen opbrengen. Veel wijkhuizen zijn in de afgelopen jaren ondergebracht in deze multifunctionele gebouwen. Vrijwel iedere stad of dorp vond het belangrijk om de verschillende maatschappelijke organisaties samen te brengen om van daaruit een aanbod voor diensten, activiteiten en zorg aan te bieden. Veel van deze gebouwen kampen met een jaarlijks exploitatietekort, dikwijls gaat het om tekorten van ruim €100.000,- per jaar. Deze kosten zijn niet meer op te brengen en er wordt gezocht naar alternatieve manieren om de functies van het gebouw te behouden.
Relaas van een teleurgestelde actieve bewoner Gera, geboren en getogen Hagenaar, is zwaar teleurgesteld. Teleurgesteld nu haar buurthuis, evenals 22 andere club- en buurthuizen in Den Haag, gesloten wordt wegens bezuinigingen. Ze vraagt zich af of het tijd wordt om te stoppen. Lees haar relaas. “Naar aanleiding van alle bezuinigingen die op stapel zijn vraag ik me echt iets af: heeft het zin om als wijkberaad/bewonersorganisatie/wijkvereniging door te gaan? Op alle mogelijke fronten lijkt het alsof we worden tegengewerkt. Ik ben bang dat we binnenkort als wijkberaad Vrederust geen bestaansrecht meer zullen hebben. Waar vandaan moeten we opereren? Waar moeten we het geld vandaan halen om alles te financieren? Ik ben niet snel gedemotiveerd maar ik zie het echt erg somber in. Een brede buurtschool hebben we niet in Vrederust en een andere (gedeelde) locatie evenmin. En je zet niet even een groot aantal sjoelbakken in een huiskamer in opslag neer. Een ruimte huren gaat ook niet makkelijk. Huren die gerekend worden door instanties zoals verpleeghuizen zijn niet op te brengen, als ze al beschikbaar zijn. In Vrederust is er een ouderenflat zonder gezamenlijke huiskamer. Deze mensen gingen altijd naar het wijkcentrum Vrederust, dat ook gaat verdwijnen. Waar moeten ze straks heen? Nu korten op subsidies geeft misschien op korte termijn meer financiële ruimte voor de gemeente,
6
Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
maar op de langere termijn zal het mijns inziens veel meer geld gaan kosten. Is het niet bewezen, dat mensen langer gezond blijven, als ze actief kunnen blijven? Wat zal het de gezondheidszorg en de WMO gaan kosten? Vrijwilligers kosten niets, we hebben alleen ondersteuning nodig; en een ‘home’. Als alles wegvalt, dan ben ik ervan overtuigd dat de overlast terugkeert, de gezondheid en welzijn van ouderen en zwakkeren achteruit zal gaan en de sociale cohesie in het beste geval zal stagneren. Vrederust wordt weer een probleemwijk. We gaan dus weer terug naar af….”
Een aantal gemeenten, zoals Amersfoort en Alkmaar, kiest ervoor om voorafgaand aan sluiting bewoners de kans te geven het gebouw zelf te gaan beheren/exploiteren en dus huurder of eigenaar te worden. Sommige gemeenten, zoals Breda, kiezen voor concentratie door in een bepaald gebied een aantal accommodaties te sluiten en de activiteiten onder te brengen in een centraal gelegen (nieuw) gebouw. In weer andere gemeenten,
waaronder Venlo en Deventer, is men bezig het concept Huis van de wijk uit te rollen wat neerkomt op een overdracht aan bewoners in samenwerking met instellingen. Weer andere gemeenten, zoals Den Haag, zien ander maatschappelijk vastgoed als geschikt middel voor wijkactiviteiten (voetbalkantine, verzorgingstehuis, et cetera), hiervoor hebben ze in Den Haag het project Buurthuis van de toekomst opgezet.
Nader onderzocht: QuickScan In maart en april van 2013 heeft LSA een QuickScan gehouden op basis van deskresearch en telefonische interviews in de steden met meer dan 70.000 inwoners. Dit heeft geresulteerd in een database met een contactpersoon per gemeente, verwijzingen naar staand beleid per gemeente en een globaal beeld van de houding van de gemeente ten aanzien van zelfbeheer. Ook is er een meer kwalitatief overzicht van kansen en mogelijkheden en de huidige stand van zaken met betrekking tot zelfbeheer en het gewenste ondersteuningsaanbod. Zelfbeheer is niet nieuw. Ondanks de professionalisering van het welzijnswerk zijn, verspreid over Nederland, particuliere initiatieven actief gebleven. De gemeenten kennen een grote verscheidenheid aan vormen van zelfbeheer met verschillen in eigendomsverhoudingen en verantwoordelijkheden qua
beheer en geldstromen. Toch kennen gemeenten weinig actief beleid als het gaat om zelfbeheer. Gemeenten zijn aan het zoeken naar de manier waarop ze hun rol als bezuinigende en terugtrekkende overheid kunnen vormgeven. Zelfbeheer kent vele gezichten en varieert in de mate van financiële en inhoudelijke zelfstandigheid die de deelnemers wordt gegund. Het initiatief voor zelfbeheer komt op het moment zowel van bewoners als van de gemeente. Vaak is er sprake van ingroeimodellen. Over het algemeen prijzen gemeentes de inzet en betrokkenheid van bewoners bij het zelf beheren van een wijkhuis. Daarnaast vinden ze zelfbeheer kwetsbaar vanwege de grote belasting van vrijwilligers, een mogelijk gebrek aan continuïteit en de mogelijkheid dat vrijwilligers zich met name richten op de eigen groep of gelijkgestemden.
In gesprek met In het afgelopen half jaar hebben we met veel buurthuizen in zelfbeheer gesproken, onder meer in Arnhem, Koog aan de Zaan, Almere, Rotterdam, Helmond, Breda, Maastricht, Amsterdam, Alkmaar, Eindhoven en Roosendaal. De variatie in bewonersgroepen, de fase van het proces waarin zij zich bevinden en de hulpvragen waar zij mee kwamen zijn erg divers. Een aantal opvallende zaken:
of geen tijd om zich goed te organiseren, een haalbaarheidsonderzoek te doen en de overdracht goed te regelen. Gemeenten voeren vaak geen actief beleid op het gebied van zelfbeheer van wijkhuizen, hierdoor komt het moment dat bewoners een accommodatie in zelfbeheer willen overnemen altijd onverwacht. Er is geen tijd ingeruimd om een bewonersgroep de mogelijkheid te geven zichzelf te organiseren.
Urgentie Onduidelijkheid over exploitatie Vaak ontstaan onverwachte situaties waarin bewoners worden geconfronteerd met de (dreigende) opheffing van het wijkhuis. De bewoners komen in actie, maar hebben weinig
Op het moment dat gesprekken met gemeente gevoerd worden (of met een partij die namens de gemeente de exploitatie heeft verzorgd, zoals Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
7
’t Huukske in Lombok - Arnhem Op 1 april 2011 was het zover: de verzelfstandiging van ’t Huukske. De aangekondigde bezuinigingen van de gemeente Arnhem op buurt- en opbouwwerk in 2010 maakten dat de bewoners van Arnhem-West zich nog feller gingen inzetten voor het behoud van hun buurthuis ‘t Huukske. Als het niet uit de lengte kan, dan maar uit de breedte, zal de groep enthousiaste vrijwilligers gedacht hebben. Een initiatiefgroep werd in het leven geroepen om te kijken of ‘t Huukske kon verzelfstandigen. Er is gewikt en gewogen en veel gerekend om te kijken of het financieel en organisatorisch mogelijk was. Onder het motto ‘Ja het kan! Ja, we doen het!’ kwamen de bewoners daarna samen. De initiatiefgroep van ‘t Huukske heeft een stichting in het leven geroepen die samenwerkt met de gemeente, om de overgang naar zelfstandigheid te versoepelen. En door hard te werken is het gelukt, tot tevredenheid van veel beleidsmakers en bestuurders. Maar pas op: succes is lastig te kopiëren, zo waarschuwen de bestuursleden.
een welzijnsorganisatie of stichtingsbestuur), blijkt het erg lastig om de juiste exploitatiecijfers op tafel te krijgen. Feiten en cijfers over huur en horeca-inkomsten, kosten voor onderhoud, eigen vermogen, afschrijvingen of reserveringen, energielasten, bezoekersaantallen, et cetera zijn niet transparant, of zelfs niet beschikbaar. Hierdoor is het erg lastig om een realistisch haalbaarheidsonderzoek of ondernemingsplan op te stellen. Draagkracht van een buurt Vaak leven er bij de gemeente vragen of er voldoende draagvlak in de buurt is om het wijkhuis in zelfbeheer te exploiteren. Zijn er voldoende vrijwilligers om voldoende openingsuren te garanderen? Is er wel voldoende vraag uit de buurt? Veelal zijn de accommodaties al jaren onaantrekkelijk en slecht gebruikt of is door dreigende sluiting de vaste basis aan gebruikers vertrokken naar elders. Daarnaast blijkt het lastig om bewoners op bestuurlijk niveau te vinden die verantwoordelijkheid willen dragen over financieel beheer en continuïteit. In veel gevallen is de betrokkenheid van een bevlogen enkeling (of bevlogen enkelen) van doorslaggevend belang. Dit is de kracht 8
Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
en tegelijkertijd de kwetsbaarheid van dit soort burgerinitiatieven. Politieke en bestuurlijke afhankelijkheid In veel gevallen voelen initiatiefnemers zich afhankelijk van de politieke kleur in de stad, de persoonlijke houding van een bestuurder of college van B&W. Gebrek aan beleid hindert hen om aan tafel te komen en serieus genomen te worden in hun plannen. Het mogen beheren of pionieren met beheer van een wijkaccommodatie verwordt zo tot een gunst die aan bewoners kan worden verleend en weer teruggetrokken als de meningen wijzigen. Zeker bij constructies waarin de wijkaccommodatie niet in eigendom van de buurt komt, is dit kwetsbaar. Vaak zoekt men naar partijen die meer ‘gewicht’ aan een dergelijk bewonersinitiatief kunnen geven (zoals het LSA) of naar tips om beleid (en lokale politiek) te beïnvloeden. Onbekende financiering Bij de meeste wijkaccommodaties die zelfbeheer overwegen (of hiermee experimenteren) bestaat het besef dat langdurige exploitatiesubsidie vanuit de lokale overheid of andere partijen niet realistisch is.
Vaak kennen ze wel de weg naar landelijke en lokale fondsen voor eenmalige investeringen (in projecten of inventaris) en potjes die met wijkgericht werken te maken hebben, maar andere mogelijke geldstromen zijn vaak onbekend en men weet niet of ze hiervoor in aanmerking komen en hoe dat aangepakt zou moeten worden. Feitelijke kennis Er is behoefte aan een centrale plek waar feitelijk kennis samenkomt over wet- en regelgeving (sociale hygiëne, horeca) , belastingregime, paracommercie, ondernemingsplannen, vrijwilligersbeleid, statuten, reserveringssystemen, et cetera. Veel van die kennis moet nu worden opgehaald bij instellingen die niet goed ingericht zijn op het adviseren van vrijwilligersorganisaties (accountants, Kamer van Koophandel, notaris, juridische afdeling gemeente).
Niet gedeelde kennis en ervaring De geïnterviewden hebben samen een schat aan vaardigheden, kennis en ervaringsdeskundigheid. Veel mensen nemen bijvoorbeeld beroepsmatige kennis mee in het exploiteren van de wijkaccommodatie. Deze kennis wordt echter nauwelijks gedeeld. Ook wordt er niet actief kennis opgedaan bij collega-pioniers. Drukte in de dagelijkse praktijk, organisaties die moeilijk te vergelijken zijn door vele verschillende variabelen en onvoldoende kennis van het bestaan van ervaringsdeskundigen zijn hiervoor de oorzaak. We zien bij bijna alle geïnterviewden veel creativiteit in het ontwerpen van de organisatievorm, de programmering, het zoeken van samenwerkingspartners en het nadenken over diensten en projecten die inkomsten genereren.
Ons aanbod: informeren, stimuleren, adviseren en innoveren De gesprekken en interviews hebben ons duidelijk gemaakt dat er veel komt kijken bij het toekomstbestendig maken van een wijkhuis in zelfbeheer. Er wordt ook nogal wat gevraagd van vrijwilligers: het behouden of openstellen van een ingewikkelde voorziening voor een groot aantal doelgroepen en dan ook nog eens duurzaam en met een groot draagvlak in de wijk.
De vraag die het meest gesteld wordt is die naar succesvolle voorbeelden. Om aan te tonen dat zelfbeheer van wijkaccommodaties de toekomst heeft en succesvol kan zijn en er nog weinig voorbeelden te vinden zijn is onze eerste stap om intensief aan de slag te gaan met in potentie succesvolle wijkhuizen.
Klaarstomen 5 voorbeeldprojecten Bewoners die aan de slag gaan met het overnemen van hun wijkhuis in zelfbeheer staan voor een grote opgave. LSA wil 5 startende besturen ondersteunen bij het klaarstomen van hun wijkhuis voor de toekomst. In maximaal drie jaar tijd kunnen zij toegroeien naar een succesvol wijkhuis. Succes wordt afgemeten aan de rol die het wijkhuis speelt voor alle (waaronder kwetsbare) groepen in de wijk, bijdrage aan ontwikkelkansen van bewoners, financieel gezonde bedrijfsvoering en een stabiel bestuur en vrijwilligersbestand. Elke wijk is in vele opzichten uniek en veruit de belangrijkste factor is de individuele inzet van personen. De mensen die deze wijkhuizen opzetten dienen vooral veel ruimte te krijgen om naar eigen inzicht te kunnen handelen. De 5
deelnemende buurthuizen worden in het proces begeleid door het LSA (hiervoor worden lokale ondersteuners aangetrokken). Ze worden ondersteund in het opstellen van een plan van aanpak waarin wordt beschreven welk doel zij willen behalen en hoe hier projectmatig naar toegewerkt wordt. Vervolgens zal LSA ondersteunen in het aanvragen van financiering voor deze projecten. Vooraf zijn door het LSA afspraken gemaakt met een aantal fondsen, waardoor in kaart is gebracht welke mogelijkheden er zijn. LSA legt een poule van specifieke deskundigen aan die in het project hun expertise in kunnen zetten om de besturen te adviseren. Te denken valt aan een accountant, een vastgoedexpert, een bouwkundig adviseur, stylist of jurist. Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
9
Een aantal mogelijke onderwerpen waar wijkhuisbesturen aan kunnen werken: Nieuwe concepten en combineren van functies Wijkhuizen zijn historisch gezien een plek waarin maatschappelijke trends en behoeftes van een wijk snel onderdak vonden en dat gegeven geldt nog steeds. Functies en voorzieningen die belangrijk zijn voor een wijk kunnen snel een plek vinden op een locatie die laagdrempelig is, dichtbij de doelgroep staat waarvoor de activiteit opgezet wordt, en waar andere betrokken burgers te vinden zijn. Het is erg belangrijk op zoek te gaan naar nieuwe functies, inspelend op de vraag vanuit de wijk. De terugtrekkende beweging van de overheid in de wijken zorgt hierbij voor een grotere noodzaak, en biedt tegelijkertijd een kans. Er is geen standaard succesformule; besturen moeten op zoek naar specifieke behoeftes en kansen. Of dit nu gaat om een sociaal restaurant, een nieuw centrum om duurzaamheid in de wijk aan te jagen, een plek waar kleine zelfstandigen elkaar kunnen ontmoeten of het alternatief voor een bibliotheek die wegvalt (zie kader: Leeszaal Rotterdam West). Moderne bedrijfsvoering De manier waarop de bestaande voorbeelden van wijkhuizen in zelfbeheer worden gerund,
Leeszaal Rotterdam West Met het sluiten van de wijkbibliotheken, verdwijnt een belangrijke publieke voorziening. Een plek waar je boeken leent, informatie opzoekt, studeert of even de krant leest. En een plek waar je mensen uit de buurt ontmoet. In Rotterdam-West kwamen bewoners en ondernemers samen in actie en zijn ze met behulp van talloze vrijwilligers een leeszaal nieuwe stijl gestart. Het is een voorziening voor en door (aspirant) lezers. Een plek om een krant te lezen, te studeren, informatie op te zoeken, boeken te halen en te brengen, een (voor)lezing of een conversatieles bij te wonen. Een plek om mensen te ontmoeten, om te oefenen, en om te onderzoeken. Omdat de Leeszaal bestaat door iedereen die er aan meewerkt, nodigen ze alle buurtbewoners uit ook een bijdrage te leveren. Wat voor bijdrage er ook wordt verzonnen, in de Leeszaal kunnen ze er altijd een plek voor vinden.
10
Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
is erg divers. Over het algemeen gaat het om (hoofdzakelijk) vrijwilligers die zorgen voor het dagelijks open en draaiende houden van het wijkhuis. Het opzetten van een goed vrijwilligersbeleid is daarom erg belangrijk. Steeds vaker zien we dat vrijwilligers hierin hulp krijgen van mensen die in een werkervaringstraject zitten of van mensen die via de dienst Werk & Inkomen van de gemeente met behoud van uitkering hun diensten aanbieden. Vrijwilligersbesturen zorgen voor de inrichting van deze organisatie en bewaken de continuïteit. Het LSA gaat deze besturen ondersteunen en helpt hen bij het maken van keuzes tijdens de inrichting van de bedrijfsvoering. Duurzaamheid Voor ieder wijkhuis is duurzaamheid van groot belang. Duurzame ontwikkeling, waarbij rekening wordt gehouden met de schaarste van hulpbronnen, is een belangrijk thema. Of het nu gaat over technologisch, economisch, politiek of sociaal vlak. LSA gaat wijkhuisbesturen ondersteunen in het realiseren van een duurzaam wijkhuis, waarbij ecologische, economische en sociale belangen in evenwicht zijn. Het gaat erom verstandig om te gaan met schaarse middelen. Hier horen ook de schaarse publieke middelen, het schaarse potentieel aan vrijwilligers en de schaarse werkgelegenheid.
Informatieportal Eerder concludeerden we dat zelfbeheer van wijkaccommodaties een ingewikkeld maar vooral nieuw thema is voor veel bewonersgroepen. Een aantal belangrijke punten binnen dit thema zijn: bestuur & beleid, vrijwilligers, personeel, programmering, gebouw & inventaris, horeca & barexploitatie, rechtsvormen & statuten, subsidiestromen & sponsoring, belasting & BTW, juridisch advies, overname & onderhandeling, wijkgericht werken, financieel beleid & administratie en verdienmodellen. Veel informatie over deze onderwerpen is wel beschikbaar, maar verspreid over veel verschillende informatieve websites, soms is de informatie gedateerd en vaak is het niet geschreven voor deze doelgroep. Veel professionele organisaties zijn niet ingericht op het bieden van informatie aan vrijwilligersgroepen. LSA zet daarom een webredacteur in die actief op zoek gaat naar beschikbare informatie, deze
verzamelt, vertaald naar de doelgroep en rubriceert. Zo ontstaat één logische verzamelplaats van informatie en praktijkkennis. Evaluatie van de vele studiebijeenkomsten die het LSA in verleden heeft georganiseerd, leert dat informatie het snelst en meest efficiënt wordt overgedragen als naast feitelijke kennis ook praktijkervaringen van anderen wordt overgedragen. Dit geeft context aan de informatie. Daarin voorziet deze informatieve website. Ook zal in het regulier activiteitenprogramma van het LSA een aantal bijeenkomsten op locatie worden georganiseerd over dit onderwerp met medewerking van ervaringsdeskundigen. Daarnaast is de website een plek waar direct vragen gesteld kunnen worden, het gaat hier om adviesvragen en vragen over het afnemen van mogelijke producten. Antwoorden op vragen worden actief doorgeplaatst op deze website waardoor steeds meer informatie wordt ontsloten.
Advies Bewonersgroepen kunnen bij het LSA aankloppen voor advies en ondersteuning, zowel in opdracht van gemeenten als rechtstreeks. Omdat veel deskundigheid nodig is voor zelfbeheer vervult LSA een adviserende rol voor besturen en toekomstig besturen van wijkaccommodaties. Er kan worden aangeklopt voor specifieke informatie en procesondersteuning. Te onderscheiden in kortlopende adviestrajecten (van maximaal 1 dagdeel), langere adviestrajecten of projectmatige coaching. Er wordt door het LSA een offerte op maat gemaakt. De aangelegde poule van experts kan hierbij worden ingeschakeld. Er wordt gewerkt met een vast uurtarief. Met de opdrachtgever worden de gewenste doelen benoemd evenals de wijze van verantwoording.
Mogelijke adviesvragen: Kunnen wij als bewonersgroep geholpen worden in de onderhandeling met de gemeente over het in handen krijgen van ons leegstaande wijkhuis? Kunnen jullie het bestuur in het wijkhuis in onze gemeente verder helpen met het denken over nieuwe concepten voor in het wijkhuis? Kunnen jullie met ons een verkenning maken naar mogelijke fondsen voor het verbouwen van ons wijkhuis? Hoe zetten we een goed vrijwilligersbeleid op?
Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
11
Wat zijn de voor- en nadelen van een buurthuis in #zelfbeheer? LSA Praktijkdag zelfbeheer 22 september in Helmond. Er is een groot tekort aan info over zelfbeheer. Daarom. Verslag LSA Praktijkdag zelfbeheer op 22 september 2012 in Helmond Enkele bevindingen:
de overheid mag niet van de een op de andere dag alles over schutting gooien.
als het vuur niet smeult, kun Erjemoethet niet aanwakkeren. geld, aandacht en ondersteuning zijn voor de ommekeer naar zelfbeheer.
Mensen die bezig zijn met zelfbeheer kunnen veel leren van punk- en kraakbeweging.
In een jaar kun je drie contactpersonen hebben bij een corporatie, toch vinden ze bewoners onbetrouwbaar vanwege continuïteit. Een van de uitdagingen is commercieel zijn en toch laagdrempelig.
als je een pand op het oog hebt en je hebt een sterk plan: stap naar de wethouder of de burgemeester. Zorg dat je niet in een vragende houding komt: jij biedt iets aan!
Er is geen wet die het wijkhuizen verbiedt commercieel te verhuren. Dat is ouderwets welzijnsdenken. er is sprake van terugtrekkende overheid. maar overheid weet niet hoe.
Bewoners moeten olifantenhuid hebben en veel geduld.
Juist nu heb je als bewoner een onderhandelingspositie.
12
Voor meer info over zelfbeheer en het delen van eigen ideeën en documenten tbv een dossier, kijk op www.lsabewoners.nl/zelfbeheer Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
Rol LSA Het LSA is als vereniging van bewoners initiatiefnemer en aanjager van dit project. Dit projectplan is ontstaan in nauw overleg met de aangesloten bewonersorganisaties. Het LSA heeft in het recente verleden bewezen realistische innovaties landelijk te kunnen invoeren, zoals: Kan wél Vouchers voor bewoners Wijkontwikkeling op eigen kracht (ABCD) Dat werd mede mogelijk gemaakt door samenwerking met buitenlandse partners uit Amerika en vooral Engeland. Hierbij is het toepassen in, en aanpassen van concepten uit die landen, aan de Nederlandse context een specialiteit van het LSA geworden. Het LSA is de enige landelijke Nederlandse vereniging van actieve bewoners uit aandachtswijken. Onze leden en betrokken deelnemers worden veel geconfronteerd met sluiting van de wijkaccommodatie of ernstige uitholling van de functie. Regelmatig komen vragen binnen voor ondersteuning en informatie. In september 2012 organiseerde het LSA een bewonersbijeenkomst (praktijkdag zelfbeheer wijkaccomodaties) waarin dit thema verder werd uitgediept.
Vanuit de contacten met Locality (de landelijke netwerkorganisatie van door de lokale gemeenschap geleide organisaties zoals wijkondernemingen, BewonersBedrijven en wijkhuizen in zelfbeheer in het Verenigd Koninkrijk) is het LSA in aanraking gekomen met hun programma The Asset Transfer Unit, waar maatschappelijk vastgoed in handen komt van en geleid wordt door lokale gemeenschappen ondersteund vanuit dit programma. Ook bibliotheken, zwembaden, parken, et cetera, vallen hieronder. In dit plan beperken we ons tot wijkaccommodaties zoals beschreven in de afbakening. Het LSA is sinds 2012 ook bezig met de uitvoering van het experiment BewonersBedrijven. Dit zijn bedrijven van, voor en door bewoners. Het is een experimenteel project van het LSA. Het LSA helpt 10 tot 15 BewonersBedrijven op te richten. Op verschillende plekken, verspreid over het land, gaan bewoners een onderneming opzetten die tot doel heeft hun buurt economisch, fysiek en sociaal te helpen ontwikkelen. Kennis en ervaring uit dit project kan worden ingezet voor het project zelfbeheer wijkaccommodaties.
Versterken van de samenleving; een andere beleidsagenda Het LSA vormt al 25 jaar de rechtstreekse spreekbuis van actieve bewoners uit aandachtswijken naar de landelijke politiek. Zowel door direct overleg van het LSA bewonersplatform met bewindslieden als via de vele contacten van Tweede Kamerleden van vrijwel alle politieke partijen die een wijk adopteerden binnen ons project Wijkadoptie. Met de opgedane kennis en ervaring kan LSA haar belangenbehartigingsfunctie inzetten voor een constructiever beleid en wetgeving voor wijkhuizen in zelfbeheer. De rol van de overheid verandert van problemen oplossen naar het versterken van de samenleving. Daarom zou volgens het LSA ook de beleidsagenda zich moeten richten op het versterken van ‘communities’ (lokale gemeenschappen op buurtniveau), hervorming van publieke dienstverlening en stimuleren van maatschappelijke participatie. Hoewel er natuurlijk verschillen bestaan tussen Engeland en Nederland is dit beleidsconcept volgens ons een beleid dat hier, aangepast aan de Nederlandse context, een goed alternatief zou zijn voor de wijkaanpak omdat er geen hoge kosten aan verbonden zijn. Het LSA is met het ministerie van
BZK in gesprek over een aantal concrete ingrediënten dat een dergelijke nieuwe aanpak een enorme stimulans zouden kunnen geven: Een buurtwet die bewoners rechten geeft, die tot buurtactie stimuleren. Het gaat dan om: Recht om als eerste te bieden als er maatschappelijk vastgoed, zoals een wijkhuis, kindercentrum of bibliotheek wordt verkocht. Recht om als bewonersgroep zelf voorzieningen te kunnen bouwen in je eigen wijk: een winkel of een ontmoetingscentrum. Recht om de gemeente uit te dagen om lokale diensten over te nemen. Voor wanneer bewoners het idee hebben dat ze deze diensten beter en goedkoper kunnen uitvoeren. De gemeente Amsterdam is de eerste die in opdracht van de Gemeenteraad een buurtwet gaat onderzoeken en hiermee gaat experimenteren. Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
13
Om dit soort bewonersprojecten te financieren zal er een maatschappelijke bank ingericht moeten worden, waar bewonersgroepen goedkoop risicodragend geld kunnen lenen voor investeringen (in Engeland gefinancierd met ‘slapende rekeningen’, dormant accounts; bankrekeningen van private personen die niet meer te traceren zijn en waarvan het saldo na verloop van tijd aan de bank vervalt).
Tot slot kijken we naar een aangepaste juridische vorm voor een maatschappelijke onderneming met fiscale vrijstellingen naar het voorbeeld van de Engelse Community Interest Companies. Kennis en ervaringen uit het project Zelfbeheer van wijkaccommodaties is bij de verdere ontwikkeling van deze concepten een belangrijke bron van informatie.
In gesprek Wij zoeken partners voor dit project. Wij gaan graag het gesprek aan om te kijken of en op welke manier een landelijk fonds ons kan helpen om dit project te laten slagen. Om wijkhuizen een kansrijke toekomst te bieden. Om wijkhuizen de plekken te laten zijn waar bewoners elkaar ontmoeten en elkaar kunnen versterken, waar burgerkracht ontstaat zonder
14
Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
tussenkomst van overheid of gemeenten. Veel bewoners zijn bereid hard als vrijwilliger te werken voor hun buurt, hun buurthuis en hun buurtbewoners. Juist in deze tijden van crisis hebben we die krachten hard nodig om buurten leefbaar en leuk te houden.
Projectplan Zelfbeheer Wijkaccommodaties
15
Vereniging Landelijk Samenwerkingsverband Aandachtswijken Adres:
Oudkerkhof 13b 3512 GH Utrecht
Website:
www.lsabewoners.nl
Email:
[email protected]
Telefoonnummer:
030 231 75 11
Twitter:
@LSAbewoners
Contactpersonen:
Henk Cornelissen of Thijs van Mierlo