Editie 2003-01
Zakendoen is best leuk
m aar je k unt niet alles t egelijk
Wij letten voor u op de centen 1
I
Attentiepunten voor het jaareind
Loon- en inkomstenbelasting 1.1. Geschenken Als dat in 2002 nog niet volledig is gedaan, kunt u in december nog gebruik maken van het belastingvrij schenken aan werknemers.Voor 2002 is de vrijstelling gelijk aan 2001 en bedraagt maximaal € 136 per jaar per werknemer. De geschenkenregeling geldt bij jubilea, persoonlijke feestdagen en erkende feestdagen, inclusief sinterklaas. Het is toegestaan het geschenk uit te betalen bij de salarisbetaling van december. De regeling mag niet verplicht zijn, omdat de betaling dan het karakter van loon krijgt. Indien geschenken in natura worden verstrekt (bijvoorbeeld het kerstpakket) dan tellen deze ook mee. In het belastingplan 2003 vervalt de geschenkenregeling. 1.2. Bedrij fsspaarregelingen Mits voor 31 december 2002 de bedragen zijn gestort bij een spaarinstelling kan nog de volledige vrijstelling worden benut van zowel de brutoloonspaarregeling als de (netto) premiespaarregeling.Wellicht wordt de regeling in 2003 of 2004 afgeschaft. De vrijstellingen bedragen € 788 voor de brutoloonspaarregeling en € 526 voor de premiespaarregeling.
De spaarregelingen gelden niet voor de alleen werkende directeur-grootaandeelhouder (DGA) en diens meewerkende echtgenote die tenminste éénderde van het aandelenkapitaal in hun bezit hebben.Wel mogen zij gebruik van de spaarregelingen maken indien er personeel in de onderneming werkzaam is en de regeling aan het gehele personeel (minimaal 75%) wordt aangeboden. De DGA dient dan op dezelfde loonlijst te staan als het personeel. 2
1.3. Giften Een gift in de vorm van een periodieke uitkering aan een instelling die het algemeen nut beoogt, is voordeliger dan andere giften. Op deze gift is de drempel die de aftrek beperkt niet van toepassing.Voorwaarde is dat een notariële schenkingsakte wordt opgemaakt en dat de looptijd minimaal 5 jaar bedraagt. De drempel blijft bestaan voor `losse' giften. 1.4. Buitengewone uitgaven Het kan voordelig zijn de premie voor de ziektekostenverzekering vooruit te betalen.Voorwaarde is dat de premie voor de ziektekostenverzekering voor een periode van maximaal 12 maanden vooruitbetaald wordt. Als u per I januari 2003 uit het ziekenfonds gaat verdient het aanbeveling de premie voor de ziektekostenverzekering alvast vooruit te betalen. Deze behoort dan met de ziekenfondspremie tot de aftrekbare ziektekosten voor 2002. In andere gevallen leidt vooruitbetaling niet tot aftrek. 1.5. Dividend Het dividend voor een directeur-grootaandeelhouder wordt belast tegen het tarief van 25%. Het kan verstandig zijn om begin 2003 dividend uit te keren en het geld in privé te gaan beleggen. Indien op het vermogen een hoger rendement wordt gehaald dan circa 4,5%, is het fiscaal interessant om privé te beleggen. Bespreek, indien gewenst, de financiële planning met uw adviseur teneinde een optimale belonings- en beleggingsstructuur te creëren. 1.6. Arbeidsbeloning Voor een ondernemer (onderworpen aan inkomstenbelasting) kan het interessant zijn aan zijn of haar meewerkende echtgeno(o)t(e) een reële arbeidsbeloning toe te kennen en deze ook daadwerkelijk uit te betalen, of gebruik te maken van de meewerkaftrek. De arbeidsbeloning dient minimaal € 5.000 te bedragen. De beloning hoeft sinds I januari 2001 niet meer schriftelijk te worden overeengekomen. Er hoeft evenmin een verzoek bij de aangifte te worden gedaan. Een beloning van minder dan € 5.000 is niet aftrekbaar van de winst uit de onderneming en bij de ontvanger niet belast. 1. 7. Investeringen Om optimaal van de kleinschaligheidsinveste-
ringsaftrek, de milieu-investeringsaftrek (MIA) en de energie-investeringsaftrek (EIA) gebruik te maken, is het van belang de investeringsplannen voor de jaren 2002 en 2003 in ogenschouw te nemen. Let hierbij ook op de tijdelijke afschaffing van de MIA en de EIA (zie artikel 5).Voor starters kan het interessant zijn om gebruik te maken van de willekeurige afschrijving op bedrijfsmiddelen. Dit kan op investeringen welke gedurende de eerste drie jaren dat de ondernemer recht heeft op zelfstandigenaftrek zijn gepleegd. 1.8. Salarissen werknemers Bij het vaststellen van salarissen voor uw werknemers per I januari 2003 kan het van belang zijn rekening te houden met de grenzen die gelden voor de afdrachtkorting lage lonen. De tabel voor 2003 is bij het schrijven van deze nieuwsbrief nog niet vastgesteld en derhalve nemen wij hieronder de tabel volgens het belastingplan op. In het belastingplan wordt de regeling gefaseerd afgeschaft. Met name voor bedrijven waar de beloningsstructuur mede op deze korting is afgestemd (bijvoorbeeld horeca- en/of schoonmaakbedrijven) zullen getroffen worden door de voorgestelde gefaseerde afschaffing.
INHOUDSOPGAVE DECEMBER 2002
Verhuiskosten Zetschipper is ondernemer Ondernemerschap bij ontbreken opbrengst MIA,VAMIL en EIA Verkoop perceel grond
2
5 6 6 6 6
6
VENNOOTSCHAPSBELASTING
3
23 jaar en ouder
€ 17.576
€ 1.629
Indien u voornemens bent uw personeel een bonus te geven, overweeg dit dan te doen in de vorm van een computer of een fiets van de zaak. Voor de vergoeding van een computer geldt een vrijstelling van € 2.269 per 3 jaar, en voor de fiets van de zaak geldt een vrijstelling van € 749 per 3 jaar. (Genoemde bedragen zijn inclusief BTW) Voorwaarde voor het verstrekken van een computer of een fiets is onder andere dat deze ten behoeve van de dienstbetrekking wordt gebruikt. 1.9. Salaris DGA Het salaris van de directeur-grootaandeelhouder (DGA) voor 2002 en 2003 moet u vaststellen. U dient hierbij rekening te houden met de fictieve inkomensregeling voor de DGA. Het fictieve salaris bedraagt voor 2002 € 38.118. Een lager salaris uitbetalen kan uitsluitend indien u hiervoor goede motieven heeft. De belastingdienst
Blz.
12. Garantie-uitkering
8
SOCIALE VERZEKERINGEN
LOONBELASTING 7. Werkkleding
bedraagt de vermindering
OMZETBELASTING
INKOMSTENBELASTING 2. 3. 4. 5. 6.
bruto jaarsalaris maximaal
Blz.
ATTENTIEPUNTEN I. Attentiepunten voor het jaareinde
bij een leeftijd van
13. Ziekenfondsverzekering voor startende ondernemers 14. Minimumloon
8 9
ARBEIDSRECHT 15. Reorganisatie 16. Schadeplicht werkgever
9 9
17. Terugbetalen studiekosten
10
VARIA
8. Intercompany pricing 9. Deelnemingsvrijstelling 10. Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek voorperiode
7 7 7
18. 19. 20. 21.
Administratie Ontbreken personeelsgegevens Overdracht pand binnen 6 maanden De Restauratiefondshypotheek
11. Afzien van pensioen
8
22. Belastingplan 2003
10 10 II II II
kan aantonen dat het gebruikelijke salaris hoger is en
De niet benutte jaarruimte van de afgelopen 7 jaar, de
het vastgestelde salaris corrigeren.
zogenaamde reserveringsruimte, kan eveneens
Het feitelijke salaris van de DGA beïnvloedt direct het
worden benut.
in eigen beheer opgebouwde pensioen.
Hiervoor geldt als maximaal aftrekbaar bedrag het laagste van 17% van de premiegrondslag of € 5.885
1.10. Pensioen
(€ 11.626 indien belastingplichtige bij aanvang van het
Als u in 2002 een pensioen aan uw medewerker(s)
jaar 55 jaar of ouder is).
toekent, of de regeling verbetert, kan de backservice
1.14. Staking von de onderneming
(het deel dat betrekking heeft op eerdere jaren) nog in
Ondernemers die stoppen met hun onderneming
2002 ten laste van de winst worden gebracht.
hebben voor de met de staking behaalde winst recht op stakingsvrijstelling. Met de invoering van de Wet
11. Schenkingen
Inkomstenbelasting 2001 is de stakingsvrijstelling
Overweeg, in het kader van estate-planning, om aan
sterk verlaagd. De verlaging wordt bereikt via een
uw kinderen te schenken.Voor 2002 is € 3.999
overgangsregeling welke inhoudt dat gedurende 5 jaar
vrijgesteld van schenkingsrecht.Aan kinderen tussen
het niveau van 2000 wordt verlaagd naar het
de 18 en 35 jaar kunt u éénmalig € 19.991 schenken
uiteindelijke niveau van de stakingsvrijstelling ad
zonder schenkingsrechten te betalen. Bij grote
€ 3.630.
vermogens kunt u wellicht overwegen ook de eerste
Indien u voornemens bent uw onderneming te staken
tariefschijven vol te maken ter besparing van
is het wellicht raadzaam dit voor I januari 2003 te
successierechten in de toekomst. Daarnaast zijn er
doen.
constructies ter besparing van het successierecht.
Voor gedeeltelijke staking van de onderneming geldt
Indien u gebruik wilt maken van een schenking door
uitsluitend een overgangsregeling welke eindigt in
schuldigerkenning van het geschonken bedrag, dient u
2005.
een notariële akte op te laten maken. 15. Vermogensrendementheffng 1.12. Tbiljet
Sinds I januari 2001 bent u over het vermogen in box
Indien u in het verleden geen aangifte voor de
3 30% belasting verschuldigd over 4% fictief
inkomstenbelasting heeft gedaan en een teruggave
rendement. Het rendement wordt berekend op basis
verwacht, dan kunt u alsnog aangifte doen middels
van de vermogensstanden per I januari 2002 en 31
een zogenaamd T -biljet.
december 2002.
Voor teruggave van inkomstenbelasting kunt u T -
De grondslag voor de heffing kunt u verlagen door
biljetten 1999 nog tot 31 december 2002 indienen.
vóór I januari vermogen vanuit box 3 naar box I (eigen woning of aan de onderneming ter beschikking gesteld
I . 13. Lij frentepremies
vermogen) of box 2 (aanmerkelijk belang) over te
Met ingang van I januari 2001 is slechts een beperkt
hevelen, of door ná I januari van box l /box 2 naar box
bedrag aan lijfrentepremies altijd aftrekbaar. Deze
3 over te hevelen.Voorbeelden:
zogenaamde basisruimte bedraagt voor 2002 € 1.069
-
minus de in het kalenderjaar opgenomen bedragen
Verkoop en overdracht van de eigen woning net ná I januari.
van een spaarregeling ter voldoening van een
-
Uitkeren van dividend door eigen B.V. ná I januari.
vrijwillige pensioenverzekering. De premie dient voor
-
Aankoop en levering (nieuwe) eigen woning met
31 december 2002 te zijn gestort. Voor iedere belastingplichtige jonger dan 65 jaar met een pensioentekort geldt een jaarruimte van 17% van
eigen geld vóór 31 december. -
Aankoop van vrijgestelde beleggingen vóór 31 december.
de premiegrondslag.
Een overheveling vereist een goede planning. Overleg
De veelal ingewikkelde berekening van de jaarruimte
met uw adviseur.
kan pas na einde van het jaar gemaakt worden. Deze premie is daarom aftrekbaar in 2002 indien deze wordt
Omzetbelasting
gestort in 2003.
1. 16. BTW-herrekening Maak als ondernemer een berekening van de
4
totaal af te dragen BTW over het kalenderjaar en vergeet hierbij niet het privé-gebruik (zakelijke auto, gas/water/electra, verteer etc.) mee te nemen. Met ingang van 10 oktober 2002 mag geen BTW worden teruggevorderd op kilometervergoedingen en verblijfsvergoedingen. 1.17. BTW privé-gebruik auto De voorbelasting die u op autokosten heeft aangegeven, dient jaarlijks gecorrigeerd te worden voor het privé-gebruik van de auto van de zaak. De belastingdienst hanteert ook bij de omzetbelasting het autokostenforfait. Dat wil zeggen dat u 12% van de forfaitaire bijtelling van de oorspronkelijke cataloguswaarde moet afdragen. U mag echter ook 12% afdragen over het werkelijk privé-gebruik van zakenauto's van uw medewerkers. Het privé-gebruik is aan te tonen door een sluitende kilometeradministratie. De Hoge Raad heeft toegestaan dat de ANWB-tabellen voor autogebruik als norm worden gehanteerd. U dient na te gaan of de BTW over de werkelijk verreden privé-kilometers lager uitvalt dan de BTW over het autokostenforfait. Indien dit inderdaad het geval is hoeft slechts dit lagere bedrag afgedragen te worden. 1.18. BTW ondernemerschap DGA Op grond van een arrest van de Hoge Raad zijn DGA's met een belang van meer dan 50% ondernemer voor de BTW Dat geldt met ingang van 26 april 2002. Overleg met uw adviseur of het raadzaam is om vóór I januari 2003 een fiscale eenheid voor de omzetbelasting aan te vragen. Op grond van het besluit van het Ministerie van Financiën werkt de fiscale eenheid dan terug tot 26 april 2002. Overige onderwerpen 1.19. Financieringen Kijk de financieringsovereenkomsten van de onderneming en van de eigen woning na. Het kan voordelig zijn om extra af te lossen op leningen. Uiteraard uitsluitend indien uw liquiditeitspositie het toelaat, of indien de bank bereid is de aflossing opnieuw te financieren. Bij leningen met een lange rentefixatie kan veelal per jaar 10% van de oorspronkelijke hoofdsom boetevrij worden afgelost.
5
1.20. Sociale verzekeringspremies Ga na of u voldoende sociale premies heeft afgedragen aan het uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UVW). Indien de voorschotnota meer dan 5% afwijkt van de te betalen premies, bent u verplicht een aanvullend voorschot aan te vragen en te betalen. Het niet voldoen aan deze verplichting kan leiden tot een boete (minimaal 10%) over het te weinig betaalde. 1.21. Ziekenfondsverzekering Ga na of u in 2003 verplicht ziekenfonds verzekerd bent of particulier. Sluit tijdig een ziektekostenverzekering af. De drempel voor toetsing of u via het ziekenfonds verzekerd bent is vastgesteld op € 31.750 (2002 : € 30.700). De peildatum is I november 2002. Voor zelfstandigen bepaalt de verwachte winst uit de onderneming in de toekomst de verzekeringsplicht. Het jaar 2002 is van belang voor uw verzekeringsplicht in 2004. Een zelfstandige is verplicht verzekerd indien het toetsinkomen lager is dan € 20.250 (2002 € 19.650).
INKOMSTENBELASTING 2. Verhuiskosten Belastingplichtigen hebben recht op aftrek van verhuiskosten indien zij ten behoeve van de dienstbetrekking of onderneming verhuizen. Wanneer een ondernemer verhuist kan hij de kosten daarvan ten laste van de winst brengen. De aftrek is beperkt tot de kosten van de feitelijke verhuizing (transportkosten), vermeerderd met een forfaitair bedrag van € 5.445.
Ingeval van een firma tussen echtgenoten zou op grond van de tekst van de wet het dus mogelijk moeten zijn éénmaal de aftrek van de werkelijke verhuiskosten plus tweemaal de forfaitaire aftrek toe te passen.
Voor een forfaitaire aftrek is immers de hoogte van de kosten niet van belang en hoeft zelfs niet te worden aangetoond dat kosten zijn gemaakt. In navolging van de inspecteur stond Hof Leeuwarden dit niet toe: de forfaitaire aftrek mocht slechts één keer in aftrek worden gebracht, omdat het om één huishouden ging. Het hof beriep zich daarbij op doel en strekking van de wet. Firmanten hebben dus niet allebei recht op de forfaitaire verhuiskostenaftrek. 3.
Zetschipper is ondernemer
De vraag of iemand als ondernemer kan worden aangemerkt voor de inkomstenbelasting blijft onderwerp van discussie. Iemand werkt als schipper op een binnenvaartschip. Hij is niet in loondienst bij de rederij. Hij heeft met de rederij de afspraak dat de nettoopbrengst van een vracht wordt gedeeld in de verhouding 65% voor de rederij en 35% voor de schipper. Als een opdrachtgever niet betaalt, deelt de schipper in de kosten in dezelfde verhouding. De schipper zorgt zelf voor opdrachten en maakt daarbij zelfstandig prijsafspraken. Hij heeft niet géinvesteerd in het schip en geen recht op de stille reserves in het schip. De vraag is of de schipper ondernemer is voor de inkomstenbelasting. Volgens Hof Arnhem is dat het geval; omdat hij risico loopt en zelfstandig over prijzen onderhandelt. De inspecteur had de schipper ten onrechte de zelfstandigenaftrek geweigerd. 4.
1.
MIA,VAMIL en EIA
Voor de rest van het jaar 2002 zijn de willekeurige afschrijving op milieu-investeringen en de milieu- en energie-investeringsaftrek (MIA en EIA) per 25 september 2002 afgeschaft. De regeling geldt in 2002 uitsluitend voor tot en met 25 september gedane investeringen of gemaakte kosten. Het tijdstip van het aangaan van de verplichting is doorslaggevend. De tijdelijke afschaffing is een gevolg van het feit, dat door het grote beroep dat op de regelingen is gedaan in dit jaar, de budgetten dreigden te worden overschreden. 6. Verkoop perceel grond Van inkomsten uit arbeid is al snel sprake wanneer een vermogensbestanddeel wordt gekocht met de bedoeling dit met winst te verkopen. Zodra de arbeid verder gaat dan inspanningen, die horen bij normaal vermogensbeheer, bijvoorbeeld door gericht te zijn op een maximale opbrengst bij verkoop, zijn de opbrengsten belast. Onder de huidige wetgeving is sprake van resultaat uit een werkzaamheid. In deze casus ging het om de aankoop van twee percelen grond, die deel uitmaakten van een bedrijventerrein. De koper zorgde voor het bouwrijp maken van de grond en had contact met de gemeente over de bouw van een bedrijfspand op het perceel en over aanpassingen van het bestemmingsplan. De koper zocht samenwerking met een projectontwikkelaar.Vervolgens verkocht hij de grond aan de projectontwikkelaar. De meeropbrengst was volgens Hof Den Bosch belast.
Ondernemerschap bij ontbreken opbrengsten
LOONBELASTING Opnieuw rijst de vraag of iemand ondernemer is. Als resultaat uit onderneming wordt in een reeks van jaren een negatief bedrag aangegeven.Volgens de inspecteur is door het ontbreken van een opbrengst geen sprake van een onderneming. De kosten komen daarom niet in mindering op het inkomen. Omdat de ondernemer niet aantoont dat er opbrengsten zijn of zicht op opbrengsten is, volgt het hof de visie van de inspecteur. Bovendien blijkt uit de inschrijving in het Handelsregister, dat niet de man, maar zijn echtgenote de ondernemer is. Alleen om die reden al kon het resultaat niet in zijn aangifte worden verwerkt.
6
7.
Werkkleding
Werkgevers kunnen aan hun werknemers werkkleding vergoeden of vrij verstrekken ten behoeve van de vervulling van de dienstbetrekking. De vraag blijft wanneer er sprake is van werkkleding. Naar aanleiding van vragen heeft het Ministerie van Financiën een besluit gepubliceerd waarin de fiscale kwalificaties van diverse vormen
van werkkleding worden besproken. Hieruit blijkt dat geen éénduidige definitie is te geven. Er dient boven alles een zakelijk verband te zijn tussen de kleding en de vervulling van de dienstbetrekking van de desbetreffende werknemer. Indien sprake is van fiscaal vrije werkkleding dan hoeven ook geen premies werknemersverzekeringen te worden betaald.
VENNOOTSSCHAPSBELASTING 8.
9. Deelnemingsvrijstelling Indien een vennootschap meer dan 5% van de aandelen in een andere, in de Europese Unie gevestigde, vennootschap houdt, dan vallen de vooren nadelen onder de zogenaamde deelnemingsvrijstelling. Korting op contante betaling van de koopsom deelneming valt eveneens onder de deelnemingsvrijstelling.
Intercompany pricing
De prijsstelling van producten, geleverd door een gelieerde onderneming, kan een discussiepunt zijn voor de belastingdienst. De prijsstelling bepaalt in grote mate waar winst wordt gemaakt. De inspecteur moet de onzakelijkheid van de door de buitenlandse moeder vastgestelde prijzen bewijzen indien hij van mening is dat de inkoopprijs in Nederland te hoog is. Met een uitspraak van de Hoge Raad is het voor de belastingdienst nog moeilijker geworden de hoogte van de prijzen te betwisten. Binnen een internationaal concern gold een gedragsregel, op grond waarvan de (buitenlandse) moedermaatschappij kon vaststellen, welke producten haar (in Nederland gevestigde) dochtermaatschappij tegen welke prijzen moest afnemen. Die gedragsregel maakt nog niet dat de prijzen onzakelijk zijn. De inspecteur zal de onzakelijkheid moeten bewijzen; bijvoorbeeld door aan te tonen dat een willekeurige ander de relatie met de moedermaatschappij niet op die basis aan zou gaan. De dochtermaatschappij hoeft niet aan te tonen dat toch zakelijk is gehandeld met de moedermaatschappij, wanneer de inspecteur heeft aangetoond, dat de prijzen niet zijn overeengekomen als tussen willekeurige derden.Voor het bepalen van de winstcorrectie moet niet alleen naar de prijzen van bepaalde artikelen gekeken worden, maar naar het geheel van voorwaarden. De winstgevendheid van de dochter is belangrijker dan de individuele prijs van een artikel. In de Wet op de Vennootschapsbelasting is tegenwoordig een bepaling opgenomen die concernmaatschappijen verplicht om in de
7
administratie vast te leggen op welke manier de onderling gehanteerde prijzen zijn vastgesteld en, of de gehanteerde voorwaarden ook voor anderen zouden gelden. Deze administratieplicht geldt ook voor binnenlandse verhoudingen.
Een holdingmaatschappij verkoopt haar dochtermaatschappijen. De koper blijft de koopsom schuldig. De koper heeft ook de vorderingen van de holding op de dochtermaatschappijen overgenomen. Omdat een van de aandeelhouders in de holding bang is dat de koper de schuld niet volledig zal aflossen, wordt bij de koop een garantie-overeenkomst gesloten met de koper. Die overeenkomst komt er op neer, dat de aandeelhouder bereid is genoegen te nemen met een lagere opbrengst, als de schuld eerder wordt afgelost. Beide aandeelhouders van de holding nemen daarom ieder een deel van de vordering, die de holding op de koper heeft, over voor de nominale waarde van de vordering.Vervolgens lost de koper de schuld af, onder aftrek van de afgesproken korting. De aandeelhouder wil de korting ten laste van de winst brengen.Volgens de inspecteur heeft de aandeelhouder genoegen genomen met een lagere opbrengst bij verkoop van de aandelen van de dochtermaatschappijen van de holding. Dat bedrag kan bij de holding niet ten laste van de winst worden gebracht omdat het onder de deelnemingsvrijstelling valt. Om dezelfde reden kan het bedrag ook niet ten laste van de winst van de aandeelhouder komen. Hof Den Bosch is het met de inspecteur eens. De onderhandelingen met de koper over de korting bij aflossing vonden plaats in de hoedanigheid van aandeelhouder en niet in de hoedanigheid van schuldeiser.
10.
Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek voorperiode
De kleinschaligheidsinvesteringsaftrek, die een ondernemer in mindering kan brengen op zijn winst, is een percentage van het investeringsbedrag. Hoe hoger het totaal van de jaarlijkse investeringen, hoe lager het percentage van de aftrek. De ondernemer heeft dus belang bij een verdeling van zijn investeringen over de jaren om een zo hoog mogelijke aftrek te verkrijgen. Een ondernemer bracht met terugwerkende kracht zijn onderneming in een BV in. De BV kende een kort eerste boekjaar. De BV wilde de investeringen van het jaar vóór oprichting en het jaar vàn oprichting splitsen voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. De inspecteur en het hof stonden dit niet toe. Alle investeringen werden toegerekend aan het eerste boekjaar van de BV, met als gevolg een lagere kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. 11.
Afzien van pensioen
Het afzien van pensioenrechten door de pensioengerechtigde heeft als gevolg dat de pensioenverplichting vrijvalt. Het vrijvallen van een verplichting heeft tot gevolg dat de winst hoger wordt. Over deze hogere winst is belasting verschuldigd.Vindt de vrijval plaats nadat de vennootschap, die de verplichting had, is geemigreerd, dan vindt de belastingheffing niet meer plaats in Nederland maar in het land van vestiging. Op de Antillen is een dergelijke winst niet belast.Wanneer de verplaatsing van de vennootschap verband houdt met de vrijval van de verplichting, en ten tijde van het vertrek uit Nederland al nagenoeg zeker was dat de pensioengerechtigde zijn pensioenrechten zou opgeven, is belastingheffing in Nederland mogelijk. Hof Arnhem besliste in casu, dat de kans, dat niet zou worden afgezien van de pensioenverplichting op het moment van verplaatsing van de BV op 10% moest worden gesteld. Dat hield in, dat 90% van de waarde van de verplichting aan de Nederlandse winst werd toegerekend.
OMZETBELASTING 12.
Garantie-uitkering
Onder prestaties valt ook de verplichting om iets niet te doen of te berusten in een situatie. 8
Dat houdt in, dat wanneer een ondernemer een vergoeding ontvangt die aan een prestatie is verbonden, deze vergoeding in principe belast is. Niet altijd is duidelijk of een vergoeding tegenover een prestatie staat. Betaling uit hoofde van garantie is geen vergoeding voor een prestatie. Een ondernemer sloot een overeenkomst met een buitenlandse leverancier voor de levering van een partij goederen. Bij de bank regelde hij een letter of credit. Daarmee was een bankgarantie verbonden van 2% van het bedrag van de letter of credit ter dekking van de kosten van de ondernemer. Die garantie was bedoeld voor het geval de leverancier niet, of te laat zou leveren. De leverancier voldeed niet aan zijn verplichtingen en de bankgarantie werd betaald. Die betaling stond los van het feit dat de ondernemer uit kostenoverweging had besloten af te zien van gerechtelijke stappen tegen de leverancier om levering of schadevergoeding af te dwingen.
SOCIALE VERZEKERINGEN 13.
Ziekenfondsverzekering voor startende ondernemers
Voor ondernemers met een laag inkomen geldt sinds I januari 2000 de verplichte ziekenfondsverzekering.Voor de bepaling van de hoogte van het inkomen, op grond waarvan de verzekeringsplicht kan worden vastgesteld, bestaat een regeIing.Voor beginnende ondernemers gaat die regeling uit van het inkomen in het startjaar. Normaliter wordt uitgegaan van een gemiddeld inkomen over een periode van drie jaar, waarvan op verzoek één jaar buiten beschouwing kan worden gelaten. Volgens Hof Arnhem is de regeling voor starters een zo gebrekkige uitwerking van bepalingen in de Ziekenfondswet, dat de regeling niet kan worden toegepast. Daarom kan voor starters geen inkomen worden vastgesteld en kan dus niet worden beoordeeld of er sprake is van verzekeringsplicht. De opgelegde voorlopige aanslag werd vernietigd. Inmiddels is de regeling zo dat starters kunnen kiezen tussen ziekenfondsverzekering en een particuliere verzekering.
14.
Minimumloon
Het wettelijk minimumloon voor een werknemer met een volledig dienstverband bedraagt in euro's per I januari 2003; bij een leeftijd van
per maand
per week
23 jaar en ouder 22 jaar 21 jaar 20 jaar 19 jaar 18 jaar 17 jaar 16 jaar 15 jaar
€ 1.249,20 1.06I,80 905,65 768,25 655,85 568,40 493,45 430,95 374,75
€ 288,30 245,05 209,00 177,30 151,35 131,15 113,85 99,45 86,50
De minimumlonen gelden voor de in de onderneming gebruikelijke arbeidstijd. Indien minder dan de gebruikelijke arbeidstijd wordt gewerkt, worden deze bedragen evenredig verminderd. Het minimumloon geldt niet voor personen van 65 jaar of ouder; wel de minimumvakantietoeslag. De minimumvakantietoeslag bedraagt 8%. Een werkgever is wettelijk niet verplicht om aan partieel leerplichtige jongeren het minimumloon te betalen over dagen waarop de leerplicht geldt.
ARBEIDSRECHT 15. Reorganisatie Bedrijfseconomische redenen zijn vaak oorzaak voor het aanvragen van ontslag. Indien om bedrijfseconomische reden ontslag wordt aangevraagd dient dit onderbouwd te gebeuren bij het Centrum voor Werk en Inkomen. In de aanvraag dient duidelijk gemaakt te worden voor welke werknemers ontslag wordt aangevraagd en waarom juist voor die werknemers. Hierbij dient het anciënniteitbeginsel te worden gerespecteerd. Dit wil zeggen dat bij gelijke functies de werknemers met het langste dienstverband de meeste rechten hebben. Ook indien deze werknemers een andere functie kunnen vervullen hebben zij recht op die functie. Een werkgever die, zonder overleg met het personeel, ontslag aanvroeg voor een accountmanager kreeg van de kantonrechter in Amsterdam geen toestemming de arbeidsovereenkomst te ontbinden. De werkgever had het anciënniteitbeginsel niet juist toegepast.
9
Er waren na indiensttreding van de accountmanager nog andere accountmanagers aangenomen en die werden niet ontslagen. Door de keuze niet met het personeel te overleggen en geen instemming te vragen van de Ondernemingsraad voldeed de werkgever niet aan de voorwaarden voor ontslag om bedrijfseconomische reden. 16. Schadeplicht werkgever De Hoge Raad heeft enkele uitspraken gedaan over de aansprakelijkheid voor schade die werknemers hebben geleden tijdens het uitoefenen van hun functie. De werkgever heeft een zorgplicht voor de werknemer. Dit betekent dat hij aansprakelijk kan worden gesteld voor schade die de werknemer heeft geleden tijdens de uitoefening van zijn werkzaamheden. Ingeval van een werknemer die tijdens het woonwerkverkeer een ongeluk veroorzaakte en hierbij schade leed aan zijn auto, zichzelf, en de inzittende collega-werknemers, oordeelde de Hoge Raad dat normaliter het woon-werkverkeer geen uitoefening van werkzaamheden betreft en de werkgever niet alleen om die reden aansprakelijk is. In dit geval echter reed de werknemer op grond van een carpoolregeling van het bedrijf, de reisuren werden betaald, en de chauffeur kreeg een kilometervergoeding en een meerijbeloning conform de bouw-CAO. In dit geval moet het vervoer gelijk worden gesteld met vervoer dat plaatsvindt in het kader van het werk. De Hoge Raad vernietigde het vonnis van de rechtbank van Breda die de schadeclaim had afgewezen. De Hoge Raad heeft een werknemer in het gelijk gesteld die schade had geleden als gevolg van een ongeval en deze schade wenste te verhalen bij zijn werkgever, een uitzendbureau. De Hoge Raad oordeelde dat wanneer een werkgever zijn werknemer tewerkstelt bij een derde en daarbij gebruik maakt van de hulp van die derde, in die zin dat hij de zorg voor de veiligheid overlaat aan die derde, de werkgever voor een tekortschieten van die derde in die zorg aansprakelijk is als was het zijn eigen tekortschieten.
Een beheerster van een automatenhal sneed zich bij keukenwerkzaamheden met een mes in de vinger en stelde de werkgever aansprakelijk voor de schade. De claim werd door de kantonrechter in Heerlen toegewezen doch de rechtbank in Maastricht vernietigde het vonnis. De werkgever was niet tekortgeschoten in zijn zorgplicht. De werkzaamheden weken niet af van normale huishoudelijke werkzaamheden waarvoor geen bijzondere instructie of kennis vereist is, en de werkneemster had deze werkzaamheden in alle rust in een ruime keuken uit kunnen voeren. De Hoge Raad bevestigde deze uitspraak. Een werkgever heeft geen absolute zorgplicht. De wetgever heeft niet beoogd een absolute waarborg te scheppen voor de bescherming van de werknemer tegen het gevaar van ongevallen die hem kunnen overkomen door het gebruik van gereedschappen die de werkgever ter beschikking heeft gesteld. 17.
Terugbetalen studiekosten
Indien een werkgever de studiekosten van een werknemer voor zijn rekening neemt kan hij de kosten deels op de werknemer verhalen indien de werknemer ontslag neemt. De regeling dient de toets van redelijkheid te allen tijde te kunnen doorstaan.
Een accountantskantoor vorderde op basis van de bestaande studiekostenregeling f 10.000,terug van een tweede assistent-accountant. De kantonrechter in Amsterdam beoordeelde de vordering en kwam tot de conclusie dat de regeling met betrekking tot de studiekosten rechtsgeldig was en onderdeel van de arbeidsovereenkomst uitmaakte, doch dat het terugvorderen van een dergelijk bedrag niet redelijk was in verhouding tot het loon van de werknemer.
10
VARIA 18.
Administratie
Een ondernemer heeft de plicht om een administratie bij te houden. Aan de hand daarvan moeten zijn fiscale verplichtingen kunnen worden vastgesteld.Als de ondernemer geen deugdelijke administratie bijhoudt, kan dat tot gevolg hebben dat de belastingdienst de administratie verwerpt als grondslag voor het vaststellen van de fiscale verplichtingen. Gevolg is dat de ondernemer moet bewijzen dat de inspecteur aanslagen op onjuiste bedragen heeft vastgesteld. In deze casus is de ondernemer er niet in geslaagd te bewijzen dat een op zijn rekening bijgeschreven bedrag geen omzet vormde. Ook kon hij niet bewijzen dat hij voldoende uren had gewerkt om de zelfstandigenaftrek te mogen toepassen. De correcties van de inspecteur bleven gehandhaafd. 19.
Ontbreken personeelsgegevens
De loonbelastingverklaringen van werknemers en kopieën van geldige legitimatiebewijzen dienen bij de loonadministratie aanwezig te zijn en bij controle te worden overgelegd. Aan een uitzendbureau werden naheffingsaanslagen loonheffing opgelegd. In de administratie ontbraken loonbelastingverklaringen en kopieën van identiteitsbewijzen van werknemers. De naheffingsaanslagen zijn onder meer opgelegd wegens onjuiste tariefgroepindeling, onjuiste tarieftoepassing en onjuiste toepassing van de spaarloonregeling. Er was een compromis gesloten voor bovenmatige onkostenvergoedingen. Het uitzendbureau meende dat het compromis alomvattend was, zodat de naheffingen ten onrechte waren opgelegd. Volgens het hof betrof het compromis uitsluitend de onkostenvergoeding. Evenmin bleek, dat de inspecteur had toegestaan, dat achteraf kopieën van identiteitsbewijzen werden verzameld en loonbelastingverklaringen zouden worden ingevuld, zonder verdere gevolgen. De naheffingen waren volgens het hof terecht opgelegd. Ook de boete was terecht opgelegd en tijdig aangekondigd.
20.
Overdracht pand binnen 6 maanden
Voor leveringen van onroerende zaken die elkaar binnen een termijn van 6 maanden opvolgen geldt een vrijstelling van overdrachtsbelasting. De regeling voorkomt dat binnen deze periode tweemaal over hetzelfde bedrag belasting wordt geheven. De regeling geldt ook wanneer de eerste levering belast is met omzetbelasting.
aantrekkelijke financiering op de markt; de Restauratiefondshypotheek. De rente van de hypotheek ligt 5% onder de marktrente voor eerste hypotheken. De financiering bedraagt 70% van de fiscaal aftrekbare restauratiekosten tot een maximum van I miljoen euro per object. Het restauratiebedrag kan met de belastingdienst worden afgestemd. 22.
In geval van de doorverkoop van een nieuwbouwwoning pakte de regeling als volgt uit. Eerst werd de grond verkocht en geleverd aan de koper van de woning. Gelijktijdig sloot de koper een aannemingsovereenkomst. De levering van de woning vond plaats bij de oplevering van het werk. De datum van oplevering lag minder dan 6 maanden voor de datum van levering aan de volgende koper. Het hele bedrag van de aanneemsom, exclusief de daarover verschuldigde BTW, mocht daarom in mindering worden gebracht op de koopsom voor de berekening van de overdrachtsbelasting. De eerdere levering van de grond lag buiten de zesmaandstermijn. In die levering was niet al een deel van de bouw begrepen. 21.
De Restauratiefondshypotheek
Voor monumentenbezitters die recht hebben op aftrek van restauratiekosten is er een snelle en
Belastingplan 2003
In het kort willen wij van het ingediende belastingplan enkele hoofdpunten aanstippen. Onduidelijk is nog óf, en in hoeverre, de plannen zullen leiden tot wetswijzigingen. -
Vervallen afschrijving op beleggingsonroerend goed. Vervallen heffingskorting groene beleggingen en durfkapitaal. Langere loondoorbetalingsplicht bij ziekte (2 jaar in plaats van I jaar). Afschaffing van de Wet Pemba voor kleine werkgevers. Versobering diverse afdrachtkortingen loonbelasting. Beperking scholingsaftrek. Afschaffing c.q. beperking spaarloon-, premiespaar- en winstdelingsregeling. Afschaffing feestdagenregeling. Afschaffing basisaftrek lijfrentepremies.
Hoewel uiterste zorg is besteed aan de inhoud kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor verstrekte juistheid en volledigheid van de gegevens.
11
-
Administratie Belastingen Accountancy Salarissen Automatisering Detachering
STEMERDINK & VERHOEK Administratie- en Belastingadvieskantoor B.V.
STEMERDINK Registeraccountants 12
Turfstekerstraat 46 1431 GE Aalsmeer Tel. 0297-326252 Fax 0297-323698
[email protected]