APRIL 2012
VOOR DE ONDERNEMER EN DE BV
Geachte lezer, Met deze nieuwsbrief informeren
Woon-werkverkeer in de btw niet zakelijk!
wij u over actualiteiten en ontwikkelingen die voor u van belang kunnen zijn. Wilt u hierover meer informatie of wilt u een ander onderwerp bespreken, neem dan contact met ons op. Wij zijn u graag van dienst.
Veel leesplezier en goede zaken toegewenst!
De staatssecretaris van Financiën heeft nieuwe regels geformuleerd rondom het woon-werkverkeer en de btw. Bij uw berekening van de btw-correctie privégebruik auto voor 2011 dient u hier rekening mee te houden. Zo wordt het woon-werkverkeer onder de nieuwe regeling voor de btw aangemerkt als privégebruik van de auto van de zaak.
te houden met uw vaste werkplaats (die bepalend is voor de lengte van het traject). Ook de wijze waarop het woon-werktraject wordt afgelegd is van belang.
Wat is woon-werkverkeer? Voor de btw wordt onder woonwerkverkeer verstaan: - het heen- en/of terugreizen van de woon- of verblijfplaats naar de vaste werkplaats(en) waar men (een of meerdere dagen) zijn werkzaamheden verricht.
Wat is geen woon-werkverkeer? Reist u naar andere plaatsen dan de vaste werkplaats of het bedrijfsadres? Dan wordt dit onder de nieuwe regeling dus niet aangemerkt als woon-werkverkeer. Zo is het reizen van een bouwvakker naar de bouwplaats normaliter geen woon-werkverkeer (tenzij dit als vaste werkplaats is overeengekomen). Ook bijvoorbeeld het reizen van een onderhoudsmonteur naar het adres van een klant valt daar dan niet onder.
Deze definitie gaat ervan uit dat het in de regel aan u is om uw woonplaats/verblijfplaats te kiezen. Daarbij dient u rekening
Let op! Ook het gebruik van bestelauto’s voor woon-werkverkeer geldt als privégebruik. •
VOOR DE ONDERNEMER EN DE BV
VOOR DE ONDERNEMER EN DE BV
Staat u borg voor de schulden van een bv?
In deze economische tijd is het voor u als ondernemer of dga steeds complexer om in aanmerking te komen voor een bedrijfsfinanciering. U dient in toenemende mate aanvullende zekerheden te geven voor de nakoming van uw financieringsverplichtingen. Denkt u bijvoorbeeld aan een hypothecaire zekerheid op een privépand, een hoofdelijke aansprakelijkheid of een aanvullende borgstelling vanuit privé. Stel, u staat borg voor de financiering van uw bv en u ontvangt een borgtochtvergoeding van de bv. De borgtochtvergoeding wordt dan bij u als resultaat uit overige werkzaamheid (box 1) belast. Let op! Is er geen vergoeding afgesproken, dan kan de Belastingdienst zich op het standpunt stellen dat dit niet zakelijk is. De zakelijke vergoeding, zoals deze tussen derden zou gelden, wordt dan alsnog tot uw inkomen gerekend. De (gecorrigeerde) vergoeding is voor de bv daarentegen een fiscale kostenpost. De bank spreekt u aan: wat nu? Wat nu als de bv niet meer haar financieringsverplichtingen kan nakomen en u wordt door de bank aangesproken? Voor het bedrag dat u aan de bank voldoet, krijgt u een regresvordering op de bv. De vordering behoort tot uw werkzaamheidsvermogen. Veelal is de waarde van de regresvordering lager dan het bedrag dat u op grond van de borgstelling heeft betaald. Het verlies
op deze vordering geldt als verlies uit overige werkzaamheid. Dit verlies kan worden verrekend met uw overig inkomen in box 1, zoals het dga-loon. De Hoge Raad heeft onlangs uitgesproken dat al bij het aangaan van de borgstellingsovereenkomst sprake is van werkzaamheidsvermogen. Zowel de (potentiële) regresvordering als de (mogelijke) betalingsverplichting behoren daarom vanaf het begin tot dit vermogen. •
Uitweg voor gebroken boekjaar btw-correctie auto van de zaak Hanteert u als btw-ondernemer een zogeheten gebroken boekjaar (een van het kalenderjaar afwijkend boekjaar)? Dan moest u voorheen volgens de Belastingdienst de btw-aangifte op verschillende momenten in het jaar aangeven. Voor ondernemers met een gebroken boekjaar bracht dit problemen met zich mee. Een wijziging was daarom noodzakelijk. De wijziging houdt in dat u het privégebruik niet in de laatste aangifte van het kalenderjaar hoeft aan te geven, maar in de laatste aangifte van het boekjaar. Heeft u een gebroken boekjaar? Dan mag u de btw-correctie aan het einde van uw boekjaar doorgeven. Dat scheelt u een hoop extra werk! •
VOOR DE DGA EN DE PARTICULIER
Eigenwoningregeling geldt voor combinatie van erfpacht- en opstalrecht De Hoge Raad heeft onlangs geoordeeld dat de eigenwoningregeling van toepassing is op de combinatie van een erfpachtrecht op de grond en een (afhankelijk) opstalrecht op de woning. Dit betekent dus dat de periodieke betalingen uit hoofde van beide zakelijke rechten (canon respectievelijk retributie) aftrekbaar zijn onder de hypotheekrenteaftrekregeling. Wat was in deze zaak het geval? Een dga en zijn echtgenote hadden een erfpachtrecht gevestigd op de grond van de bv. Daarnaast was sprake van een (afhankelijk) opstalrecht ter zake van de woning. De dga en zijn echtgenote betaalden
canon respectievelijk retributie voor deze rechten aan de bv. Zij brachten deze bedragen in aftrek. Wat betekent deze uitspraak voor u? Een goed opgezette en reële erfpachtstructuur kan u (fiscaal) voordeel opleveren. •
VOOR DE ONDERNEMER EN DE BV
Geef uw btwcorrecties door aan de fiscus! Per 1 januari 2012 is wettelijk geregeld dat u als ondernemer verplicht bent de Belastingdienst te informeren bij onjuiste of niet volledige ingediende btw-aangiften. Heeft u de afgelopen vijf jaar te veel of juist te weinig btw aangegeven? Dan bent u per 1 januari 2012 wettelijk verplicht dit te melden aan de Belastingdienst. Hoe geeft u de btw-correcties door? De Belastingdienst stelt voor btw-correcties een verplicht suppletieformulier ter beschikking. U bent per 1 april verplicht de btwcorrecties door te geven via dit formulier.
VOOR DE WERKGEVER EN DE WERKNEMER
Privacy zakelijk e-mailverkeer kent grenzen Als werkgever opent u de zakelijke e-mailbox van uw werknemer. U leest zijn (privé)berichten. Mag dit? Het antwoord is dat u het e-mailverkeer van uw werknemer niet zomaar kunt inzien. Het e-mailverkeer van uw werknemer wordt namelijk beschermd door het recht op privacy, ook als de werknemer e-mailt vanaf de arbeidsplek. Maar wat als u bijvoorbeeld vermoedt dat er ongeoorloofde praktijken gaande zijn bij een werknemer? Wilt u toch het e-mailverkeer op de werkplek kunnen controleren, dan moet u aan een aantal voorwaarden hebben voldaan. Zo moet het voor de werknemer duidelijk zijn dat een controle van de e-mails in de praktijk kan plaatshebben. Voorts moet sprake zijn van een gerechtvaardigd doel.
Het vermoeden van malversaties (fraude, het doorspelen van informatie naar de concurrent, etc.) kan zo’n gerechtvaardigd doel zijn. Tot slot mag de toegepaste controle niet buitenproportioneel plaatsvinden. Dit laatste kan bijvoorbeeld het geval zijn wanneer u als werkgever geen ander controlemiddel heeft of de omvang van de malversatie nog niet bekend is. Let op! Het is verstandig om een eventuele controle van zakelijk e-mailverkeer vast te leggen in een reglement of in de arbeidsovereenkomst. Ook dient u dit goed te communiceren met uw personeel. Vertrouwen is goed, vastlegging en controle zijn soms beter. Raadpleeg vooraf uw adviseur over de mogelijkheden en risico’s! •
Wat te doen met kleine correcties? Gezien het feit dat u wordt geconfronteerd met extra administratieve rompslomp, komt de fiscus u wel tegemoet als het gaat om kleine correcties. Heeft u een correctie waarbij u bijvoorbeeld moet betalen of geld terugkrijgt en is dit bedrag maximaal € 1.000? Dan hoeft u geen gebruik te maken van het verplichte suppletieformulier. U kunt de correctie in dit geval verwerken in uw eerstvolgende btw-aangifte.
Let op! Wanneer u niet voldoet aan de btwsuppletieverplichting vanaf 1 april loopt u het risico op een boete van 100%. •
VOOR DE ONDERNEMER EN DE BV
Heffings- en invorderingsrente zakt naar 2,3% In het tweede kwartaal van 2012 wordt het percentage voor de heffings- en invorderingsrente verlaagd naar 2,3%. Heffings- en invorderingsrente? Als een aanslag is opgelegd, krijgt u te maken met heffingsrente. Heffingsrente is een vergoeding voor de gemiste rente. Wanneer uw onderneming te veel belasting heeft betaald, dan kunt u heffingsrente ontvangen van de fiscus. Daarentegen moet uw onderneming rente aan de fiscus betalen als u te weinig belasting heeft afgedragen. Betaalt u een aanslag te laat, dan krijgt u te maken met invorderingsrente.
VOOR DE ONDERNEMER EN DE PARTICULIER
Controleer de WOZ-waarde van uw pand! U heeft waarschijnlijk al de beschikking WOZ-waarde voor het belastingjaar 2012 ontvangen. Veel gemeenten overschatten de waarde van panden, voornamelijk als het gaat om leegstaande panden. Dit betekent dus dat de WOZwaarde niet altijd de reële waarde vertegenwoordigt. Wat zou dit voor gevolgen voor u kunnen hebben? U betaalt hierdoor te veel gemeentelijke belasting. Daarnaast neemt
Berekening percentage Ieder kwartaal stelt de staatssecretaris van Financiën opnieuw de hoogte van de heffingsrente vast. De hoogte hiervan wordt vastgesteld door gebruik te maken van een standaardformule. Deze formule bestaat uit twee percentages: de basisrente van de Europese Centrale Bank en het gemiddelde rendement van de laatste drie staatsleningen verminderd met 0,5%. Van deze twee percentages wordt de laagste genomen. Momenteel is het gemiddelde rendement op staatsleningen het laagst, namelijk 0,8% (1 februari 2012). Om tot het percentage voor de heffingsen invorderingsrente te komen, komt hier een vaste opslag van 1,5% bij. Door een eenvoudige optelsom kunnen wij constateren dat de heffingsrente 2,3% bedraagt voor het tweede kwartaal van 2012. •
u als ondernemer deze (veel) te hoge WOZ-waarde van uw pand ook over in uw aangifte. Bezwaar maken Wat kunt u hier tegen doen? U kunt binnen zes weken na ontvangst van de WOZ-beschikking bezwaar maken tegen de te hoge WOZ-waarde. Uw bezwaar dient gemotiveerd te worden, eventueel met een onafhankelijk en recent taxatierapport. •
VOOR DE ONDERNEMER EN DE PARTICULIER
Laat u niet misleiden: doe altijd aangifte! De Belastingdienst heeft een brief gestuurd waarin belastingplichtigen een mededeling krijgen dat zij geen aangifte inkomstenbelasting hoeven te doen. Deze brief kan misleidend werken. U kunt door gehoor te geven aan de oproep van de Belastingdienst een belastingteruggave mislopen. Recht op heffingskorting? Dit kan bijvoorbeeld als uw situatie ten opzichte van vorig jaar is veranderd,
waarbij u nu wel een beroep kunt doen op bepaalde aftrekposten. Ook kan het zijn dat u recht heeft op bepaalde heffingskortingen. Om voor de heffingskortingen in aanmerking te komen, moet u de aangifte inkomstenbelasting indienen. Het is daarom altijd raadzaam om aangifte inkomstenbelasting te doen. Let erop dat u uw aangifte op tijd indient. Mocht dit onverhoopt niet lukken, geef dit dan bij ons aan, zodat wij uitstel voor u kunnen regelen. •
VOOR DE ONDERNEMER EN DE BV
Is de arbeidsrelatie onduidelijk? Vraag om een VAR! Heeft u een zelfstandige zonder personeel of freelancer, die werkzaamheden voor u verricht? Of huurt u een dga in via zijn bv? Het kan dan onduidelijk zijn of u loonheffingen moet inhouden en betalen over de door u betaalde vergoeding. Een Verklaring arbeidsrelatie (VAR) kan u en uw opdrachtnemer hierover meer duidelijkheid geven. Van de VAR moet u een kopie in uw administratie bewaren, samen met een kopie van een geldig identiteitsbewijs. Het kan ook zijn dat de opdrachtnemer een VAR-wuo (winst uit onderneming) of een VAR-dga heeft. Wanneer sprake
is van een VAR-wuo of VAR-dga, geniet u als opdrachtgever volledige rechtszekerheid. De Belastingdienst kan later niet meer stellen dat de zelfstandige bij u in loondienst was. Let op! Het is wel van belang dat de in de VAR vermelde werkzaamheden overeenkomen met de werkzaamheden die de opdrachtnemer voor u verricht. Daarnaast heeft de VAR een geldigheidsduur van een kalenderjaar. Na deze periode kan een nieuwe VAR worden aangevraagd. Vanaf 2010 verstrekt de Belastingdienst VAR-beschikkingen automatisch aan
VOOR DE ONDERNEMER EN DE BV
VOOR DE WERKGEVER EN DE WERKNEMER
Voorkom verliesverdamping en benut uw belastingvoordeel optimaal! U kunt fiscale ondernemingsverliezen van een jaar voorwaarts verrekenen met winsten in de komende negen jaar. Hierdoor betaalt u in de ‘winstjaren’ minder belasting. Resteert er na negen jaar nog een verlies uit het betreffende verliesjaar? Dan vervalt dit verlies (dit wordt ook wel ‘verliesverdamping’ genoemd). U loopt in dat geval dus een belastingvoordeel mis. Er bestaan mogelijkheden om verliesverdamping te voorkomen. Hierbij kunt u denken aan de activering van kosten of vrijval van fiscale voorzieningen. Een manier om verdamping van verliezen te voorkomen, is om voor een ander waarderingsstelsel te kiezen. Tegen een stelselwijziging bestaan geen bezwaren mits: - een dergelijke wijziging in overeenstemming is met goed koopmansgebruik; - het stelsel bestendig wordt toegepast; - er geen sprake is van een incidenteel te behalen fiscaal voordeel. Let op! Volgens de staatsecretaris van Financiën is er ook geen bezwaar tegen een stelsel-
belastingplichtigen die drie achtereenvolgende kalenderjaren een verzoek om een VAR-beschikking voor dezelfde soort werkzaamheden hebben aangevraagd en verkregen. •
wijziging als u als belastingplichtige daarbij het bedrijfseconomische waarderingsstelsel wijzigt ter voorkoming van verliesverdamping. De wijziging moet dan wel in overeenstemming zijn met goed koopmansgebruik. Ook mag het alleen gaan om eigen verliezen. Het mag volgens de staatssecretaris dus niet gaan om gekochte verliezen. •
Meldingsplicht bij gedwongen collectief ontslag uitgebreid Tot voor kort had u alleen een meldingsplicht bij gedwongen ontslag via UWV WERKbedrijf of de kantonrechter. Vanaf 1 maart 2012 is de meldingsplicht bij gedwongen collectief ontslag uitgebreid. U heeft per 1 maart 2012 een meldingsplicht bij de vakbonden bij het voorgenomen ontslag: - van twintig of meer werknemers; - binnen een tijdsperiode van drie maanden; - binnen één werkgebied van UWV WERKbedrijf; - (ook) als u het dienstverband stopt met wederzijds goedvinden (beëindigingsovereenkomst). De meldingsplicht geldt voor alle ondernemingen met personeel in dienst. •
VOOR DE ONDERNEMER
Betalingsuitstel mogelijk bij belastingschulden Bent u door de economische crisis steeds minder in staat om op tijd aan uw betalingsverplichtingen ten aanzien van uw belastingen te voldoen? Dan is het goed om te weten dat er naast de wettelijke mogelijkheden een bijzondere betalingsregeling geldt voor zakelijke belastingschulden. Door de crisismaatregel kunt u namelijk uitstel van betaling krijgen voor een langere periode dan 12 maanden vanaf de uiterste betaaldag van de aanslag. U hoeft in dat geval geen zekerheid te verstrekken voor het bedrag van de aanslag.
VOOR DE ONDERNEMER EN DE PARTICULIER
Regeling monumentenpanden gewijzigd! Per 1 januari 2012 zijn er een aantal wijzigingen doorgevoerd in de aftrek van kosten voor monumentenpanden. Er wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen monumenten die als eigen woning worden belast in box 1 en monumenten die als overig vermogen worden belast in box 3. Is uw eigen woning een monumentenpand? Dan zijn de onderhoudskosten (na aftrek van eventuele subsidies) nog maar voor 80% aftrekbaar. U kunt ook niet langer de vaste eigenaarslasten in aftrek brengen. Daarnaast is het niet meer mogelijk om op de eigen woning af te schrijven. Daar staat tegenover dat de drempels die golden voor de hoogte van de aftrekposten zijn afgeschaft.
Let op! Er geldt een overgangsregeling voor 2012 en 2013. Kunt u aantonen dat er vóór 1 januari 2012 onherroepelijke betalingsverplichtingen zijn aangegaan, waarvan de betaling pas in 2012 of 2013 wordt gedaan? Dan kunt u alleen voor de onderhoudskosten nog een beroep doen op de oude regeling in verband met de betalingen die hieruit voortvloeien. Dit houdt in dat de onderhoudskosten in dat geval nog voor 100% aftrekbaar zijn, rekening houdend met de drempel. De drempel bedraagt 0,8% van de WOZwaarde, mits het monument als eigen woning dient. In alle overige gevallen bedraagt de drempel 4% van de WOZwaarde. •
Voorwaarden De Belastingdienst stelt aan deze bijzondere uitstelverlening wel een aantal eisen: - U kunt het betalingsprobleem niet via de zakelijke kredietverlening oplossen. - Het betalingsprobleem is het gevolg van de economische crisis. - Het betalingsprobleem is van tijdelijke aard en moet voor een bepaald tijdstip kunnen worden opgelost.
Let op! De regeling geldt niet voor betalingsproblemen die vóór 2009 zijn ontstaan of die het gevolg zijn van een andere oorzaak dan de economische crisis. •
VOOR DE WERKGEVER EN DE WERKNEMER
VOOR DE BV
U heeft bijverdiensten: wat nu?
Geen bezwaar meer mogelijk tegen voorlopige aanslag VPB
Had u in 2011 bijverdiensten? Dit kan het geval zijn wanneer u bijvoorbeeld werkte als freelancer door het geven van cursussen of bijles, door het schrijven van artikelen en boeken, door het houden van lezingen of door het geven van alfahulp. Kortom: u werkte niet in loondienst. Deze inkomsten worden dan mogelijk als resultaat uit overige werkzaamheden bestempeld. Zakelijke kosten Bij het bepalen van uw resultaat uit overige werkzaamheden kunnen zakelijke kosten, die zijn gemaakt voor het verkrijgen van de opbrengsten uit overige werkzaamheden, aftrekbaar zijn. Welke zakelijke kosten zijn dit? Zakelijke kosten zijn kosten die binnen redelijke grenzen nodig zijn voor de uitoefening van de werkzaamheden, zoals vakliteratuur. Zakelijke kosten mag u helemaal aftrekken.
Het resultaat uit overige werkzaamheden omvat in feite alle inkomsten uit werkzaamheden die niet als winst of loon worden belast. In de jurisprudentie zijn normen gegeven waaraan die bezigheden moeten worden getoetst, willen zij gelden als overige werkzaamheden. Van geval tot geval moet u bekijken of de bijverdiensten vallen onder het bereik van de inkomstenbelasting. Het resultaat uit overige werkzaamheden wordt belast in box 1 tegen het progressieve tarief tot maximaal 52 procent (afhankelijk van de hoogte van de inkomsten).
Let wel extra op de volgende kosten: - Kosten met alleen een privékarakter mogen niet worden afgetrokken. - Van kosten die een zakelijk én een privékarakter kunnen hebben, is alleen het zakelijke deel aftrekbaar. - Voor sommige kosten geldt een drempel. - Eventuele vergoedingen die voor de kosten zijn ontvangen, moeten bij de opbrengsten worden geteld.
Tot 1 januari 2012 kon u bij een te hoge vaststelling van de winst door de Belastingdienst bezwaar maken tegen de voorlopige aanslag vennootschapsbelasting. U kreeg als gevolg van het bezwaar uitstel van betaling voor het bedrag opgenomen in de voorlopige aanslag vennootschapsbelasting. Na 1 januari 2012 Net als in de inkomstenbelasting is het per 1 januari 2012 niet meer mogelijk om formeel bezwaar te maken tegen een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting. Wanneer u het niet eens bent met het geschatte winstbedrag op uw voorlopige aanslag vennootschapsbelasting 2012, dient u een verzoek om herziening in te dienen. De Belastingdienst heeft hiervoor een digitaal formulier ontwikkeld.
U bent in het algemeen niet verplicht een administratie bij te houden, maar het is wel raadzaam om een overzicht van uw inkomsten en kosten te maken. •
VOOR DE WERKGEVER EN DE WERKNEMER
Verklaring Uitsluitend Zakelijk Gebruik Bestelauto met terugwerkende kracht De Belastingdienst gaat er bij de uitvoering van de regeling Uitsluitend Zakelijk Gebruik Bestelauto (UZGB) van uit dat alle verklaringen die in januari zijn ontvangen de ingangsdatum 1 januari 2012 hebben. Bij de invoering van de regeling UZGB zijn in de loop van januari beschikkingen
afgegeven met een ingangsdatum in januari. Niet alle inhoudingsplichtigen waren in staat om de aanvragen op tijd naar de Belastingdienst te sturen. Daarom gaat de Belastingdienst er bij de uitvoering van uit dat alle verklaringen die in januari zijn ontvangen de ingangsdatum 1 januari 2012 hebben. •
Let op! Een verzoek om herziening moet wettelijk gezien binnen acht weken worden behandeld. Beslissing op verzoek herziening Wanneer de inspecteur niet of slechts gedeeltelijk aan uw verzoek tegemoetkomt, geeft hij een beschikking af. Hiertegen kunt u vervolgens bezwaar maken. •
VOOR DE WERKGEVER EN DE WERKNEMER
Wat kunt u met een gouden handdruk? De gouden handdruk bij ontslag vormt belast loon voor de loonbelasting. Wanneer deze gouden handdruk in één keer uitbetaald wordt, bovenop het in dat jaar genoten andere loon en/of de uitkering na ontslag, is er in het betreffende jaar sprake van een extra hoog inkomen. Dit hoge inkomen kan ervoor zorgen dat de gouden handdruk belast wordt tegen het hoogste belastingtarief van 52% in plaats van tegen een van de lagere belastingschijven. U rekent dus direct af met de fiscus over de gouden handdruk. Zijn er mogelijkheden om dit te voorkomen? Verzekeringsmaatschappij Het bedrag van de gouden handdruk wordt gestort bij een verzekeringsmaatschappij. Over de latere stamrechtuitkeringen is de werknemer meestal minder belasting kwijt dan bij een uitkering ineens. Let wel, de werknemer heeft niets meer te zeggen over het afgestorte geld totdat het weer door de verzekeringsmaatschappij wordt uitgekeerd. Banksparen Het banksparen is een optie om het bedrag van uw gouden handdruk direct bij de bank af te storten zonder inhouding van loonbelasting. Het banksparen is een variant op verzekeren. Daarbij gaat het geld bij overlijden van de oud-werknemer niet naar de verzekeringsmaatschappij, maar naar de erfgenamen. Stamrecht-bv Ook hier wordt er geen loonbelasting ingehouden maar wordt het brutobedrag door de werkgever gestort op de bankrekening van de stamrecht-bv. De stamrecht-bv heeft de plicht om ooit maan-
delijkse uitkeringen te doen. U bepaalt zelf wanneer de maandelijkse uitkeringen ingaan en hoe hoog ze zijn. U heeft (als directeur van de stamrecht-bv) dus zeggenschap over wat er met het geld gebeurt. Zo is de stamrecht-bv vrij om zelf te bepalen hoe zij het stamrechtkapitaal belegt. Let wel: de fiscus gaat met ingang van dit jaar de stamrecht-bv extra controleren. •
VOOR DE ONDERNEMER EN DE BV
Uitspraak lagere btw-correctie bevestigd! Hof Amsterdam heeft de veelbesproken uitspraak van Rechtbank Haarlem over de lagere btw-correctie op het privégebruik van de auto bevestigd. Uit het oogpunt van de heffing van omzetbelasting over privégebruik van de auto bestaat geen verschil tussen een auto met een lagere CO2-uitstoot en
een andere auto. De belastingplichtige doet dan ook terecht een beroep op de gunstige regeling die voor anderen geldt! Let wel: wij verwachten dat tegen deze uitspraak beroep in cassatie wordt ingesteld. Bij het ter perse gaan van deze nieuwsbrief was dit echter nog niet bekend. •