nieuws Dit is het negenentwintigste nummer van de CREMnieuwsbrief. In deze twee keer per jaar verschijnende nieuwsbrief wordt een aantal projecten van CREM BV besproken. Reacties naar: CREM BV Spuistraat 104d 1012 VA Amsterdam telefoon 020 - 6274969 fax 020 - 6266539 e-mail:
[email protected] Website: www.crem.nl Oplage: 3000 Ontwerp: Frank Beekers Opmaak: LandGraphics
najaar/winter 2007
CO2 compensatie en biodiversiteit: kansen voor synergie!
Synergie tussen CO2 compensatie en behoud biodiversiteit (foto's: CREM)
Steeds meer lokale overheden en bedrijven hebben zich voorgenomen om klimaatneutraal te opereren. Zij zullen dit vooral moeten realiseren door energiebesparing en/of de inzet van duurzame energiebronnen. Daarnaast zal in veel gevallen een deel van de aan energie gekoppelde CO2 uitstoot gecompenseerd moeten worden door bijvoorbeeld boom-aanplant of andere initiatieven elders, om broeikasgasemissies te voorkomen. De vraag is wat de kansen zijn om aan dit soort compensatiemechanismen expliciete biodiversiteitdoelstellingen te koppelen. Hierbij moet in eerste instantie gedacht worden aan maatregelen die een positieve impact op de biodiversiteit hebben. Via dit positieve impactspoor kan vervolgens in hoofdlijnen worden gedacht aan twee varianten: • Maatregelen waarbij zowel CO2 wordt vastgelegd als waarbij biodiversiteitdoelstellingen worden gerealiseerd. Voorbeelden hiervan zijn het restaureren van aangetaste wetlands en bossen (door bomen-aanplant) en het aanplanten van inheemse bomen in een corridor tussen geïsoleerd gelegen natuurgebieden. • Maatregelen die tot doel hebben om CO2 emissies uit specifieke ‘carbon sinks’ met een hoge biodiversiteitwaarde te helpen voorkomen. Het behoud van bossen en het voorkomen van CO2 emissies uit moeras- of veengebieden zijn hiervan voorbeelden. Dit soort maatregelen past momenteel nog niet in de Kyoto mechanismen, maar de kans is groot dat dergelijke maatregelen bij de herziening van ‘Kyoto’ wèl CO2 rechten zullen opleveren (het huidige Kyoto akkoord eindigt in 2012).
CREM heeft opdracht gekregen om te kijken welke mogelijkheden en eventuele knelpunten er zijn om, anticiperend op de verwachte aanpassingen van Kyoto, CO2 emissies uit bestaande carbon sinks te helpen voorkomen, zoals uit de veenmoerassen in Kalimantan in Indonesië. Bij dit project zijn tevens de gemeente Amsterdam, de provincie Zuid-Holland, WWF en het Ministerie van VROM betrokken. De gemeente Amsterdam en de provincie ZuidHolland zijn mogelijk geïnteresseerd om hun eigen klimaatneutraaldoelstellingen te realiseren door te investeren in dit soort projecten waarin zowel CO2 emissies worden voorkomen, als waarbij een positieve bijdrage wordt geleverd aan het behoud van biodiversiteit en de belangen van de lokale bevolking. Bovendien zijn er wellicht kansen om dit soort mechanismen verder uit te dragen naar bijvoorbeeld het Amsterdamse en Zuid-Hollandse bedrijfsleven, en naar andere gemeenten in de provincie Zuid-Holland. Het Ministerie van VROM maakt een groot deel van dit project financieel mogelijk. Bovendien ziet het Ministerie raakvlakken met projecten op het gebied van ‘biodiversity offsets’, waarbij CREM eveneens is betrokken. Meer informatie: Victor de Lange (
[email protected])
CREM nieuwsbrief
2
MVO in een internationale markt: trainingen en workshops Het verzorgen van MVO trainingen en workshops behoort steeds meer tot de kernexpertise van CREM. Het afgelopen jaar heeft CREM voor het CBI (Centrum voor de Bevordering van de Import uit ontwikkelingslanden) een groot aantal trainingen en workshops verzorgd voor bedrijven die aan de slag willen met maatschappelijk verantwoord ondernemen en bedrijven die (op termijn) willen exporteren naar de Europese Unie. De kansen en uitdagingen die voortvloeien uit de aandacht voor MVO in de Europese markt staan in deze trainin-
gen centraal. Waar krijg je als bedrijf mee te maken en hoe speel je erop in? De trainingen vonden plaats in Rotterdam of in de landen zelf. In Oeganda, El Salvador en India zijn (meerdaagse) trainingen verzorgd voor exporteurs en business support organisations (BSO’s). Voor commercial attaché’s van buitenlandse ambassades zijn in Rotterdam trainingen verzorgd, gericht op het snel kunnen achterhalen van wettelijke eisen en eisen van belangrijke (potentiële) klanten op de Europese markt op het gebied van MVO, voedselveiligheid en pro-
duct-veiligheid. Voor de CEO’s van business support organisations uit verschillende ontwikkelingslanden is een zogenaamd ‘sector alert’ verzorgd over MVO: wat zijn de nieuwste ontwikkelingen en wat kun je als BSO doen om hierop in te spelen? In India, ten slotte, verzorgde CREM trainingen op het gebied van markteisen in de EU (voor bedrijven in de industriële sector) en schoner produceren (in de textielindustrie). Meer informatie: Marieke Weerdesteijn (
[email protected])
De volgende stap in de richting van duurzame kleding en textiel Er is veel aandacht voor duurzame kleding en textiel. Met name de arbeidsomstandigheden in de naaiateliers en de milieuaspecten in de katoenteelt zijn onderwerpen die steeds meer aandacht krijgen van maatschappelijke organisaties en kledingmerken. Ook het aantal consumenten dat zich bewust is van deze problematiek groeit. Dat er ook grote problemen spelen bij het verven en finishen van de textiel is een onderwerp dat tot nu toe onderbelicht is gebleven. Om die reden heeft Solidaridad samen met CREM een project gestart om ook dit onderwerp op de kaart te zetten onder de naam “Sustainable textiles: the next step”. In het project wordt samengewerkt met bedrijven in Tirupur (Zuid-India). Tirupur wordt met meer dan 750 textielververijen ook wel het Manchester van India genoemd. Door deze grote concentratie aan fabrieken is de milieuproblematiek heel zichtbaar geworden. Grond- en oppervlaktewater zijn sterk vervuild, hout dat nodig is om het water tijdens het verven te verwarmen wordt van grote afstanden aangevoerd, water is schaars geworden, en er is nog geen duurzame oplossing voor het sterk verontreinigde slib afkomstig uit de waterzuiveringsinstallaties. Met vijf pilotbedrijven uit dit gebied wordt samen met experts van TNO en Royal Haskoning gekeken naar mogelijkheden om de milieuprestaties van de verfprocessen en de waterzuivering te verbeteren. De informatie over die “good practices” wordt verspreid onder de andere 750 textielververijen via een weblog en via een seminar dat binnen dit project samen met belangrijke lokale partijen is georganiseerd in Tirupur. Uiteraard ligt de verantwoordelijkheid van duurzame kleding niet alleen bij de bedrijven in de
keten. Om die reden wordt in dit project ook aandacht besteed aan communicatie met (Nederlandse) kledingmerken over de problematiek die speelt in deze stap in de keten. Bovendien heeft dit project tot doel mogelijke oplossingsrichtingen aan te dragen. Bezoek voor meer informatie het weblog van dit project: www.solidaridad.nl/environmental-project Meer informatie: Marieke Weerdesteijn (
[email protected])
(Foto: CREM)
CREM nieuwsbrief
3
Evaluatie FAB: over lieveheersbeestjes, loopkevers, bloeiende akkerranden en nog veel meer Bijna alle bedrijfstakken hebben direct of indirect baat bij gezonde ecosystemen. In de landbouw is biodiversiteit een onmisbare productiefactor: planten, dieren en water-,
stikstof- en koolstofkringlopen zijn elementen van biodiversiteit die van groot belang zijn voor een goede productie. Maar ook de inzet van natuurlijke vijanden van plaaginsecten (zoals loopkever en lieveheersbeestje als vijand van de bladluis) kan een belangrijke bijdrage leveren. Dit is één van de voorbeelden van functioneel gebruik van biodiversiteit in de landbouw of ‘functionele agrobiodiversiteit’(FAB). Er komt steeds meer inzicht in hoe agrarische ondernemingen kunnen bijdragen aan het behoud van biodiversiteit en wat de economische kansen zijn voor ondernemingen die stappen nemen in
deze richting. In 2004 heeft de overheid haar beleid op het gebied van agrobiodiversiteit in een beleidsbrief gepresenteerd. Hierbij is met name ingezet op kennisontwikkeling en -verspreiding. De afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar het functioneel gebruik van biodiversiteit, zijn diverse pilots uitgevoerd en is gewerkt aan kennisoverdracht. De ministeries van LNV en VROM willen nu de balans opmaken van het beleid van de afgelopen jaren en zich oriënteren op de kansen in de komende jaren. De ministeries hebben CREM en NovioConsult Van Spaendonck ingeschakeld om deze evaluatie uit te voeren. De evaluatie zal een toekomstgericht karakter hebben en zich vooral richten op de voortgang van kennisontwikkeling, verspreiding en implementatie, waarbij het erom gaat te komen tot bruikbare aanbevelingen voor het beleid in de komende jaren. Meer informatie: Natasja Hulst (
[email protected])
(foto: CREM)
Nieuwste productgroepen Duurzaam inkopen Overheid verduurzaamt haar inkopen In 2010 zal de Rijksoverheid 100% en lokale overheden 50% duurzaam moeten inkopen. Bij de keuze voor producten en diensten gaan sociale en milieuaspecten meetellen. Op deze manier vergroot de overheid de vraag naar duurzame producten en diensten en stimuleert ze leveranciers om duurzame producten te ontwikkelen. CREM is actief op het gebied van Duurzaam Inkopen en heeft een aantal interessante diensten ontwikkeld. Zo ontwikkelt CREM voor verschillende productgroepen de criteria voor Duurzaam Inkopen. Daarnaast kan CREM u ondersteunen bij het implementeren van Duurzaam Inkopen in uw organisatie.
De effecten van niet-duurzame consumptie worden steeds duidelijker: klimaatverandering, uitputting van natuurlijke hulpbronnen, toename van schadelijke stoffen en afval. Duurzaam Inkopen leidt tot een lagere milieu-impact van producten en kan bijdragen aan betere arbeidsomstandigheden in bijvoorbeeld ontwikkelingslanden. Veel organisaties, overheden én bedrijven hebben een hoog ambitie niveau voor Duurzaam Inkopen, maar weten niet altijd hoe dit het beste kan worden vormgegeven. Niet alleen draagvlak en betrokkenheid van budgethouders en inkopers zijn essentieel voor een succesvolle aanpak, maar ook een goede beoordeling van de duurzaam-
heid van producten en diensten. Wat is duurzaam, wat is realistisch en hoe kan dit worden vertaald naar concrete eisen (criteria)? Tijdens de Praktijkdag Duurzaam Inkopen verzorgde CREM samen met de Fair Wear Foundation een workshop over deze onderwerpen, die specifiek inging op de situatie bij bedrijfskleding. Tijdens de levendige discussie werd duidelijk dat overheidsinkopers met vragen zitten over de aanpak van duurzaam inkopen. Voor SenterNovem is CREM betrokken bij het ontwikkelen van de criteria van tal van productgroepen, zoals groot keukenapparatuur en kantoorinrichting- en
stoffering. Ook heeft CREM voor SenterNovem een aantal basisdocumenten met criteria opgesteld voor Duurzaam Inkopen, bijvoorbeeld voor tonercartridges en reproductieapparatuur. CREM kan ook uw organisatie helpen bij het verduurzamen van de inkoop. Om een paar van onze diensten ten noemen: Criteria ontwikkeling, Workshop “Starten met Duurzaam Inkopen”, Inkoopscan voor Duurzaam Inkopen, Haalbaarheidsstudie van een keurmerk, Duurzaamheidsanalyse of Inbedding in uw organisatie. Meer informatie: Marco Smit (
[email protected])
CREM nieuwsbrief
4
CREM helpt De Meerlanden zich meer wil profileren als MVO onder neming, voert CREM een MVO-scan uit en houdt gesprekken met sleutelpersonen binnen het bedrijf en externe stakeholders. Dit moet leiden tot de volgende resultaten: • • • •
Meer informatie: Marcel van Westerhoven (
[email protected])
Reach Scan voor exporteurs Producenten en importeurs van chemische substanties binnen de EU hebben er een nieuwe zorg en verplichting bij gekregen nu de nieuwe Europese regelgeving zoals vervat in REACH (Registration, Evaluation, Authorization and Restriction of Chemical Substances) sinds juni van dit jaar van kracht is geworden. REACH stelt dat ieder bedrijf dat chemische middelen produceert, gebruikt of levert, een reële inschatting moet maken van de risico's die hiermee gemoeid zijn en vervolgens passende veiligheidsmaatregelen dient te nemen. Dit betekent dat deze verantwoordelijkheid nu bij de industrie is komen te liggen. Hoewel REACH een Europese regelgeving is, maken exporteurs en producenten in ontwikkelingslanden zich zorgen over de gevolgen van REACH. Daarnaast gaan zij er zeker van uit dat importeurs uit de EU meer eisen aan hen zullen stellen. Om een reëel beeld te krijgen van hetgeen REACH betekent voor exporteurs uit ontwikkelingslanden en om hen te voorzien van relevante informatie, heeft CBI (Centrum voor de bevordering van import uit ontwikkelingslanden) CREM gevraagd het belang van REACH voor haar doelgroep te analyseren en vast te stellen voor welke productiesectoren waarin CBI opereert deze nieuwe regelgeving relevant is. Ook zal er gekeken worden welke communicatiestrategieën ontwikkeld kunnen worden om de belanghebbenden te informeren over -en gereed te maken voor- de nieuwe eisen die men binnen de EU aan hen stelt. Meer informatie: Ana Maria Peña (
[email protected])
Identificeren van MVO-issues die voor De Meerlanden in potentie relevant zijn; In kaart brengen van MVO-activiteiten die reeds door De Meerlanden zijn opgepakt; Creëren van kansen voor additionele MVO-initiatieven; Formuleren van aanbevelingen voor en MVO-strategie, bestaande uit missie en visie en een daarmee samenhangend plan van aanpak. De Meerlanden heeft als een van de eerste de gescheiden inzameling van kunststof flessen en flacons opgepakt
(foto: CREM)
De Meerlanden in Rijsenhout zamelt in de grensstreek tussen Noord- en Zuid-Holland huishoudelijk en bedrijfsafval in, en verzorgt daarnaast een aantal andere reinigingstaken. De Meerlanden heeft CREM gevraagd om te assisteren bij de ontwikkeling van een strategie ten aanzien van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) en een daarmee samenhangend Plan van Aanpak. De Meerlanden heeft op MVO gebied al veel bereikt. Het bedrijf levert bijvoorbeeld een cruciale bijdrage aan de oplossing van diverse afvalproblemen, het laat een deel van het wagenpark op aardgas rijden, het is een kringloopwinkel gestart en het is betrokken bij een zwerfafvalproject met kinderen. Omdat deze MVO-activiteiten echter vooral op adhoc-basis plaatsvinden en de Meerlanden
Samenwerking koraalbehoud Rode Zee In opdracht van DGIS en in samenwerking met TUI, Oad, WWF en de Egyptische consultancy EQI, heeft CREM in de afgelopen maanden gewerkt aan draagvlak voor het opzetten van een financieel mechanisme dat ingezet zal worden voor koraalbehoud in het Egyptische deel van de Rode Zee. De toeristische sector moet een cruciale rol spelen om dit fonds met inkomsten te gaan vullen. In november heeft in het Egyptische
Hurghada een Ronde Tafel conferentie plaatsgevonden met Egyptische en Europese stakeholders (private sector, overheid en NGO’s). Tijdens deze bijeenkomst is door de partijen een Memorandum of Understanding getekend waarin onder andere is afgesproken om zo’n mechanisme daadwerkelijk te gaan opzetten. Meer informatie: Victor de Lange (
[email protected])
Partnerschap met Rainforest Alliance CREM heeft touroperators in Nederland en België actief benaderd om hen enthousiast te maken voor een partnerschap met Rainforest Alliance. De Nederlandse touroperator Baobab Reizen (Amsterdam) was de eerste touroperator in Europa die haar handtekening heeft gezet onder een Memorandum of Understanding. Het Belgische Sudamerica Tours volgde en Sawadee (Amsterdam) heeft recentelijk ook haar handtekening onder een overeenkomst gezet. Eén van de doelen van Rainforest Alliance is het bevorderen en ondersteunen van ecologisch en sociaal verantwoord toerisme in Latijns Amerika. Activiteiten richten zich onder andere op het verduurzamen van toeristische accommodaties, en het promoten van certificering. Accommodaties die zich hiervoor aanmelden worden getraind door Rainforest
Alliance. Onderwerpen van de training zijn bijvoorbeeld water- en afvalrecycling, energiebesparing en het gebruik van bouwmaterialen die weinig impact op het milieu en de natuur hebben. Rainforest Alliance heeft CREM ingeschakeld omdat het partnerschappen wil afsluiten met Europese touroperators. Zo worden accommodaties in Latijns Amerika aangemoedigd om aan de slag te gaan met duurzaam toerisme. Daarnaast wil Rainforest Alliance de partnerschappen aanwenden om samen met tour operators te strijden voor het behoud van biodiversiteit en om de potentiële negatieve impacts van toerisme terug te dringen. Meer informatie: Jolanda van Schaick (
[email protected])
CREM nieuwsbrief
5
Multistakeholderbijeenkomst cacao in Ghana De International Cocoa Organisation (ICCO) heeft dit jaar van 3 tot 6 Oktober een multistakeholderbijeenkomst georganiseerd in Accra, Ghana. Ongeveer 200 vertegenwoordigers uit de cacaoketen, waaronder boeren, coöperaties, handelaren, exporteurs, verwerkers, verkopers, overheid, maatschappelijke organisaties, donoren en financiële instellingen, wisselden ervaringen uit en bespraken toekomstige actiepunten voor een duurzame cacao-economie. CREM was uitgenodigd om een presentatie te geven, gericht op de rol en participatie van maatschappelijke organisaties in duurzame cacao. De ACCRA agenda is onderschreven door alle participanten van de Round Table. Daarnaast is afgesproken om volgend jaar een vervolg
in een cacao producerend land te organiseren. Ook is er consensus bereikt over een aantal prioriteiten en acties op het gebied van duurzame productie, verwerking, verkoop en marketing, consumptie en internationale ketenoverstijgende activiteiten. Huidige ontwikkelingen om de duurzaamheid van cacaoketens te verbeteren lijken veelbelovend. De Round Table in 2008 is een interessant moment om de resultaten van de verschillende initiatieven te bespreken en de toekomstige agenda verder vorm te geven. Meer informatie: Anouk van Heeren (
[email protected])
Noordpijp: meten is weten In het gebied rond de Albert Cuypmarkt in Amsterdam (de ‘Noordpijp’) heeft CREM in opdracht van stadsdeel Oudzuid de vervuiling tussen de twee wekelijkse veegbeurten (maandag en donderdag) gemeten. Deze metingen hebben plaatsgevonden op maandag, dinsdag en woensdag, op telkens drie momenten per dag: 9.00 uur, 13.00 uur en 17.00 uur. In totaal bevat de wijk 32 meetpunten. De gehanteerde meetmethode is de Amsterdamse variant op de landelijk veel gehanteerde
methode die door het CROW is ontwikkeld. In drie dagen tijd nam de schoonheidsgraad van de Noordpijp af van een 7,8 tot een 4,6. Figuur 1 geeft een mooi beeld van het aantal aangetroffen meetpunten per schoonheidsgraad in die periode. Het aantal ‘schone’ en ‘zeer schone’ locaties (“10” en “8”) nam af van 25 tot 2, terwijl het aantal ‘vuile’ en ‘zeer vuile’ locaties (“4” en “2”) steeg van 0 naar 18. Op basis van deze metingen
is goed inzicht verkregen in de vervuilingssnelheid voor het hele gebied, voor de verschillende straten en locaties, en per meetpunt. Deze informatie is bijvoorbeeld een goede basis voor het
afstemmen van de veegfrequentie op het gewenste schoonheids niveau. Meer informatie: Jorrit Leijting (
[email protected])
Havens en hun impact op de mondiale biodiversiteit Wat is de relatie tussen havens en biodiversiteit? Bij deze vraag zal men in eerste instantie denken aan de mogelijke negatieve of positieve impact op locale biodiversiteit als een gevolg van de activiteiten in de haven zelf. Maar deze relatie is breder. Verbindingen kunnen ook worden gelegd tussen havens en de mondiale biodiversiteit. Bijvoorbeeld door de producten en diensten die door havens worden ingekocht, zoals voer- en vaartuigen, energie, steigers en kademuren: zijn deze wel of niet geproduceerd met aandacht voor mogelijke impacts op of bijdragen aan biodiversiteit? Ook wordt in de haven een groot aantal producten overgeslagen met een mogelijke impact op biodiversiteit tijdens hun productie of winning (zoals soja, palmolie, cacao, vis, aardolie, hout) of bij de verwerking (zoals kolen, chemische producten). Dit is een derde link met biodiversiteit die kan worden gelegd.
uit naar de handelingsperspectieven voor havens. In overleg met de Rotterdamse en Amsterdamse havens brengt CREM de ‘business case’ in kaart en verkent de kansen voor havens èn biodiversiteit. De drie genoemde invalshoeken (haventerrein, inkoop, overslaan/bewerken van producten) vormen hierbij het uitgangspunt. Meer informatie: Jolanda van Schaick (
[email protected])
(foto: CREM)
Maar wat is nu de ‘business case’ voor havens om aandacht te besteden aan biodiversiteit? Zijn er mogelijkheden om negatieve impacts te verkleinen dan wel positieve bijdragen te versterken? In opdracht van de provincie Zuid-Holland voert CREM een eerste verkenning
CREM nieuwsbrief
6
Eden Hotels Amsterdam op weg naar een Green Key Meer en meer bedrijven tonen hun maatschappelijke betrokkenheid door middel van een milieukeurcertificering . De toeristenbranche is hierop geen uitzondering, ook hotels willen zich onderscheiden op milieugebied. Het Best Western Eden Hotel en het Eden Rembrandt Square Hotel van de Eden Hotel Group streven beide naar een Green Key keurmerk (voorheen de Milieubarometer). Green Key is een belangrijk internationaal keurmerk voor bedrijven in de toerisme- en recreatiebranche die verder gaan dan de wet- en regelgeving, en serieus en controleerbaar bezig zijn met milieuzorg. Green Key is onderdeel van de Europese keurmerkorganisatie F.E.E. (de Foundation for Enviromental
Education). Een belangrijk onderdeel van de Green Key certificering is een milieudoorlichting van het bedrijf. De Eden Hotel Group heeft CREM hiervoor ingeschakeld. CREM heeft, door analyse van onder andere de verbruiksgegevens, inzichtelijk gemaakt welke maatregelen de beide Eden hotels moeten nemen om het keurmerk te behalen. De adviezen en aanbevelingen van CREM zijn praktisch opgesteld en passend in de bedrijfsvoering van deze hotels. De uitvoering ervan zal leiden tot het behalen van het zilveren (en wellicht het gouden) niveau van Green Key. Meer informatie: Marco Smit (
[email protected]) (foto: CREM)
Internationaal MVO-instrumentarium en kinderarbeid De ‘Alliance 2015’ is een internationaal samenwerkingsverband van NGO’s dat tot doel heeft om in het jaar 2015 kinderarbeid wereldwijd uitgebannen te hebben. Zie www.stopchildlabour.eu of www.stopkinderarbeid.nl voor meer informatie over deze campagne. In de komende periode wil de Alliantie zich onder andere
(foto: CREM)
richten op het bedrijfsleven. Ter voorbereiding daarop heeft CREM opdracht gekregen om een tiental bestaande nationale en internationale MVO-initiatieven door te lichten wat betreft doel-
stellingen, uitgangspunten en richtlijnen op het gebied van bestrijding van kinderarbeid. Als referentiekader voor deze analyse gebruikt CREM de ideeën van de Alliantie zelf ten aanzien van kinderarbeid. Deze worden gedestilleerd uit het zogenaamde MVO-referentiekader dat is opgesteld door een groep van Nederlandse NGO’s en een 15-punten actieplan van de Alliantie. Enerzijds is het de bedoeling om de MVO-initiatieven te wijzen op eventuele verbeterpunten voor de omgang met kinderarbeid. Anderzijds kan de Alliantie mogelijk zelf leerpunten uit deze MVO-initiatieven halen. De initiatieven die worden geanalyseerd zijn de OESO richtlijnen voor multinationale ondernemingen, de Global Compact van de VN, het Global Reporting Initiative, SA 8000, de gedragscode van de International Finance Corporation, GlobalGAP, Better Cotton Initiative, UTZ certified, BSCI en de Fair Trade Labelling Organisation. Meer informatie: Victor de Lange (
[email protected])
MVO in Indonesië: Business Watch Indonesia en het belang van het maatschappelijke middenveld Business Watch Indonesia (BWI) is een maatschappelijke organisatie in Indonesië die ernaar streeft om internationale bedrijven die in Indonesië opereren maatschappelijk verantwoord te laten ondernemen. Oxfam/Novib heeft BWI de afgelopen drie jaar gesteund in het versterken van het maatschappelijk middenveld op het gebied van MVO. In Indonesië is in augustus dit jaar besloten om MVO wettelijk verplicht te stellen, een besluit van de Indonesische overheid dat uniek is in de wereld. Deze ontwikkeling is des te opmerkelijker omdat MVO tot voor kort vaak cynisch werd aangemerkt als een westers modeverschijnsel dat vooral werd ingegeven door de wens van een kleine groep westerse consumenten die met een schoon geweten willen consumeren. De opkomst van een lokale organisatie binnen Indonesië zoals BWI die zich richt op het openbaar maken van zakelijke wanpraktijken en het democratiseren van economisch bestuur is een belangrijke voorwaarde gebleken om draagvlak te
creëren voor MVO binnen de Indonesische maatschappij. Desondanks is de nieuwe wetgeving nog steeds erg controversieel en het Indonesische bedrijfsleven en maatschappelijk middenveld plaatsen grote vraagtekens bij de implementatie en handhaving. CREM en de lokale consultant van de Indonesische NGO Prakarsar zijn gevraagd door BWI en Oxfam/Novib om een onderzoek/evaluatie uit te voeren naar de huidige staat van MVO in Indonesië. In directe relatie hiertoe is gekeken naar BWI’s activiteiten over de afgelopen jaren en de positie die ze hebben verworven in het maatschappelijk middenveld. De onderzoekers hebben in Jakarta en Centraal Java een dertigtal stakeholders van het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties, overheid en wetenschap geïnterviewd. Aan de hand van deze bevindingen zijn er aanbevelingen geformuleerd voor BWI die moeten bijdragen tot het bereiken van hun doelen en MVO in Indonesië. Meer informatie: Natasja Hulst (
[email protected])