12 1
Wie wordt bereikt via het Europees Sociaal Fonds?
Kenmerken van deelnemers 2007–2011 nader bekeken
Tirza König Chantal Wagner Erik Hoogbruin Jeroen van den Tillaart
Centraal Bureau voor de Statistiek
Verklaring van tekens .
gegevens ontbreken
*
voorlopig cijfer
**
nader voorlopig cijfer
x
geheim
–
nihil
–
(indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met
0 (0,0)
het getal is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid
niets (blank)
een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen
2011–2012
2011 tot en met 2012
2011/2012
het gemiddelde over de jaren 2011 tot en met 2012
2011/’12
oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz., beginnend in 2011 en eindigend in 2012
2009/’10– 2011/’12
oogstjaar, boekjaar enz., 2009/’10 tot en met 2011/’12 In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen.
Colofon Uitgever Centraal Bureau voor de Statistiek Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Prepress Centraal Bureau voor de Statistiek Grafimedia Omslag Teldesign, Rotterdam Inlichtingen Tel. (088) 570 70 70 Fax (070) 337 59 94 Via contactformulier: www.cbs.nl/infoservice
60185201212 X-42
Bestellingen E-mail:
[email protected] Fax (045) 570 62 68 Internet www.cbs.nl ISSN: 1877-3028 © Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen, 2012. Verveelvoudiging is toegestaan, mits het CBS als bron wordt vermeld.
Inhoud Samenvatting 2
1. Inleiding 3
1.1 1.2 1.3 1.4
Aanleiding en doel van het onderzoek Opzet van het onderzoek Indeling van het rapport Inhoud van de tabellenset
3 4 4 4
2. Wie zijn ESF-deelnemer? 5
2.1 Deelnemers, project, acties en doelgroepen 2.2 Totaalbeeld 2.3 Actie A: Langdurig werklozen aan het werk 2.4 Actie B: Gedetineerden en TBS-gestelden voorbereiden op werk 2.5 Actie C: Leerlingen naar werk of vervolgopleiding 2.6 Actie D: Scholing werknemers met een lage opleiding 2.7 Actie J: Bestrijden en voorkomen jeugdwerkloosheid
5 5 7 10 12 13 13
3. Beschrijving van het onderzoek 16
3.1 Populatie 3.2 Onderzoeksmethode 3.3 Bronnen 3.4 Operationalisaties 3.5 Ophogen opleidingsniveaugegevens 3.6 Kwaliteit van de uitkomsten 3.7 Opmerkingen bij de tabellen
16 16 18 19 20 21 21
4. Begrippen en afkortingen 22 4.1 Begrippen 4.2 Afkortingen
22 24
Tabellenset 25
Centrum voor Beleidsstatistiek 62
1
Samenvatting Het Europees Sociaal Fonds (ESF) is opgericht om personen te helpen hun vooruitzichten op werk te verbeteren. In opdracht van het Agentschap SZW heeft het Centrum voor Beleidsstatistiek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS-CvB) gegevens samengesteld over kenmerken van de deelnemers aan de diverse ‘ESF-projecten’. Sinds 2007 nemen het aantal deelnemers en het aantal projecten ieder jaar toe. In 2011 namen 354 duizend personen deel aan een ESF-gesubsidieerd project, dit zijn ruim 4 keer zoveel deelnemers als in 2007. Ook het aantal projecten is in de afgelopen jaren flink gestegen. In 2011 namen ruim 40 duizend personen deel aan een project in actie A. Actie A heeft als doel om werklozen naar de arbeidsmarkt te begeleiden, waarbij drie doelgroepen worden onderscheiden: niet-uitkeringsontvangers, 55 plussers met een uitkering en gedeeltelijk arbeidsgeschikten met een uitkering. Het aantal deelnemers in deze actie is voor het eerst gedaald ten opzichte van het voorgaande jaar. Er zaten 6 duizend personen in actie B, een lichte stijging ten opzichte van 2010. De doelstelling van actie B is om gedetineerden, TBS-gestelden en jongeren in een jeugdinstelling of -inrichting voor te bereiden op een startkwalificatie of op een baan na afloop van hun detentie. De deelnemers van actie B zijn vooral jonge, laagopgeleide mannen, net als voorgaande jaren. Na afloop van het project heeft 13 procent van de deelnemers een baan en 6 maanden na afloop van het project loopt dat percentage op naar 18 procent. Ruim 22 duizend leerlingen deden in 2011 mee aan een project in actie C. In de projecten in actie C worden leerlingen voorbereid op een functie op de arbeidsmarkt of naar een vervolgopleiding op MBO niveau. Het aantal deelnemers is met 6 duizend afgenomen ten opzichte van 2010. Desondanks telt actie C in 2011 bijna drie keer zoveel deelnemers als in 2007. De leerlingen in actie C nemen vaak meerdere schooljaren deel aan projecten. Hierdoor veranderen de kenmerken van de deelnemers aan deze actie bijna niet. Na afloop van een project stromen de meeste leerlingen door in het onderwijs of ze gaan aan het werk. Actie D biedt subsidie aan werkgevers om de arbeidsmarktpositie van hun werknemers te verbeteren met behulp van scholing. Dit is de grootste actie en sinds 2007 is het aantal deelnemers meer dan drie keer zo groot geworden. In 2011 namen ruim 229 duizend personen deel aan actie D. Dit zijn voor het grootste gedeelte werkzame, middelbaar opgeleide mannen. Vanwege de doelgroep van deze actie is het logisch dat het overgrote deel van de deelnemers een baan heeft bij start van het project en ook na afloop van het project. Het percentage ex-deelnemers met een baan is vanaf 2007 steeds hoger dan 90 procent. Actie J ten slotte is gericht op het bestrijden en voorkomen van jeugdwerkloosheid. 56 duizend, veelal laagopgeleide, jongeren namen deel aan een project in deze actie. Dat is bijna twee keer zoveel als in 2010 toen deze actie voor het eerst meedeed. Zowel gemeenten als O&O-fondsen konden subsidies aanvragen voor projecten in actie J. In de projecten waarvoor gemeenten subsidie hebben aangevraagd, zitten veel jongeren zonder baan, terwijl in projecten waarvoor O&O-fondsen subsidie hebben gevraagd veel jongeren onderwijs volgen. Na afloop van een project is bijna tweederde van alle ex-deelnemers werkzaam. Het ESF programma loopt van 2007 tot en met 2013. Deze rapportage beschrijft de resultaten tot en met verslagjaar 2011.
2
1. Inleiding 1.1 Aanleiding en doel van het onderzoek Wat houdt het Europees Sociaal Fonds (ESF) in? Het Europees Sociaal Fonds (ESF) is opgericht om personen te helpen hun vooruitzichten op werk te verbeteren. Het ESF past hiermee in één van de doelstellingen van de Europese Unie (EU) die zich richt op het stimuleren en verbeteren van de werkgelegenheid in Europa. In overleg met de Europese lidstaten zijn zevenjarige programma’s opgesteld, die geïmplementeerd worden via een groot aantal private en publieke organisaties. In 2007 is een nieuwe periode van zeven jaar ingegaan. Voor de periode 2007–2013 heeft Nederland ervoor gekozen niet alleen te investeren in mensen die lastig zelfstandig een baan kunnen vinden (zoals ouderen, laagopgeleiden of gehandicapten), maar ook werkgevers via brancheorganisaties te laten investeren in laaggeschoolde werknemers waardoor zowel de werknemers als de werkgevers zich makkelijker kunnen aanpassen aan de veranderingen op de arbeidsmarkt. In Nederland is er voor de huidige periode 830 miljoen euro aan subsidie beschikbaar voor de financiering van ESF-projecten. De uitvoering van het ESF in Nederland Het Agentschap Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) voert de subsidieregeling uit in Nederland. Zij is verantwoordelijk voor de beoordeling van subsidieaanvragen, het afgeven van beschikkingen, de controle van projecten en de betaling van het subsidiebedrag. De subsidies worden uitgekeerd aan projecten. Deze projecten zijn in te delen naar acties waarbij een actie een specifieke doelgroep vertegenwoordigt. Voorbeelden van deze doelgroepen zijn langdurig werklozen, lager opgeleide werk nemers, gedetineerden en scholieren. De verschillende acties worden toegelicht in hoofdstuk twee. Het Agentschap SZW is ook verantwoordelijk voor de evaluatie, het advies en het verstrekken van informatie richting de Europese Commissie (EC) en het ministerie van SZW. Om het Agentschap SZW van gegevens te voorzien, stelt het Centrum voor Beleidsstatistiek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS-CvB) sinds 2007 een jaarlijkse rapportage op over de kenmerken van deelnemers aan ESF-projecten. Sinds vorig jaar worden er door CBS-CvB ook cijfers voor tussentijdse evaluaties samen gesteld. Opdracht Het CBS-CvB stelt in opdracht van het Agentschap SZW gegevens samen over kenmerken van deelnemers aan ESF-projecten. Het gaat om kenmerken als leeftijd, geslacht, herkomstgroepering en -generatie, arbeidsmarktpositie en opleidings niveau. In deze jaargang van het onderzoek heeft het CBS-CvB cijfers berekend over meerdere perioden, namelijk voorlopige cijfers over 2011, definitieve cijfers over 2008 en impactindicatoren over de periode 2008–2011. De cijfers voor 2011 hebben een voorlopig karakter omdat ten tijde van het berekenen van de gegevens nog niet alle b enodigde bronnen over heel 2011 beschikbaar waren. Dit gaat vooral om kenmerken die veel aan verandering onderhevig zijn, zoals de arbeidsmarktpositie. Ook zijn in het voorjaar van 2012 de eindcontroles door het Agentschap SZW over 2011 nog niet afgerond. De voorlopige uitkomsten voor 2011 zijn berekend met de meest recent beschikbare informatie. Op deze manier zijn in 2009 ook voorlopige cijfers berekend voor 2008. Die cijfers over 2008 zijn in het huidige onderzoek definitief gemaakt. De benodigde bronnen over 2008 zijn compleet en het Agentschap SZW heeft al haar einddeclaraties en –controles uitgevoerd. Impactindicatoren kijken naar de invloed van de projecten. In dit onderzoek gaat het om de invloed van een project op de duurzaamheid van de arbeidsmarktpositie: hebben de deelnemers na afloop van een project een baan, hebben ze na zes respectievelijk twaalf maanden nog steeds een baan? 3
1.2 Opzet van het onderzoek Het onderzoek bestaat uit drie delen: 1. Het samenstellen van voorlopige uitkomsten over deelnemerskenmerken aan ESFprojecten in 2011. 2. Het samenstellen van definitieve uitkomsten over deelnemerskenmerken aan ESFprojecten in 2008. 3. Evaluatie van het ESF-programma. Hebben ESF-deelnemers na afloop van een project een duurzame arbeidsrelatie? Gekeken is naar de periode 2008–2011. Per deelonderzoek heeft het CBS informatie over deelnemers en hun projecten ontvangen van het Agentschap SZW. Deze informatie wordt gecombineerd met bronnen die binnen het CBS beschikbaar zijn en eigenschappen over deze deelnemers bevatten. Vervolgens zijn per deelonderzoek tabellen samengesteld. Meer informatie over de opzet van het onderzoek wordt beschreven in hoofdstuk 3.
1.3 Indeling van het rapport In hoofdstuk 2 worden de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek beschreven. Per actie wordt beschreven wat het doel van de actie is, wie tot de doelgroep behoort, hoeveel deelnemers er in 2011 zijn, wat de kenmerken van deze deelnemers zijn, hoe de actie zich heeft ontwikkeld sinds 2007 en of deelnemers na afloop van een project een baan hebben. Vervolgens leggen we in hoofdstuk 3 uit hoe het onderzoek is uitgevoerd en welke bestanden hiervoor gebruikt zijn. De variabelen worden uitgelegd in de paragraaf operationalisaties in hoofdstuk 3. In hoofdstuk 4 worden de gebruikte begrippen en afkortingen toegelicht. Aan het eind van het rapport is de volledige tabellenset opgenomen.
1.4 Inhoud van de tabellenset De tabellenset bestaat uit 30 tabellen. Per deelonderzoek staat hieronder weergegeven om welke tabellen het gaat. Deelnemerskenmerken 2011 voorlopig De tabellen 1 tot en met 6 geven een overzicht van de ESF-deelnemers in de verschillende acties en subacties, naar achtergrondkenmerken. Tabel 7 geeft een overzicht van de ESFdeelnemers in de verschillende acties en subacties naar landsdeel. Tabel 8 richt zich specifiek op de ESF-deelnemers in actie D en geeft de economische activiteit van projecten per landsdeel weer. De tabellen 9 tot en met 14 bevatten cijfers over de instroom, doorstroom en uitstroom van ESF-deelnemers in 2010 en 2011 per actie naar achtergrondkenmerken. Deelnemerskenmerken 2008 definitief De tabellen 15 tot en met 18 geven een overzicht van de ESF-deelnemers in de verschillende acties en subacties, naar achtergrondkenmerken. Tabel 19 geeft een overzicht van de ESF-deelnemers in de verschillende acties en subacties naar landsdeel. Tabel 20 richt zich specifiek op de ESF-deelnemers in actie D en geeft de economische activiteit van projecten per landsdeel weer. De tabellen 21 tot en met 24 bevatten cijfers over de instroom, doorstroom en uitstroom van ESF-deelnemers in 2007 en 2008 per actie naar achtergrondkenmerken. Evaluatie impactindicatoren 2008–2011 De tabellen 25 tot en met 30 geven een overzicht van ESF-deelnemers in de verschillende acties en subacties. Deze tabellen zijn uitgesplitst naar de arbeidsmarktpositie van de deelnemers op de einddatum van het project in 2008–2011, alsook zes en twaalf maanden na de einddatum van het project.
4
2. Wie zijn ESF-deelnemer? 2.1 Deelnemers, projecten, acties en doelgroepen Als we over het ESF praten, gaat het over acties, projecten, doelgroepen en deelnemers. Een deelnemer is iemand die meedoet aan een ESF-project om zijn of haar positie op de arbeidsmarkt te verbeteren. Dit kan door bijvoorbeeld een opleiding of een training te volgen of door werkervaring op te doen. Een project is ingedeeld binnen een bepaalde actie. De indeling naar een actie is niet relevant voor de deelnemer zelf, maar is uitsluitend bedoeld voor het verdelen van de subsidies en de organisatie van de projecten. De verschillende acties zijn bedoeld voor verschillende doelgroepen, zoals werklozen, gedetineerden of scholieren. Samengevat komt het op het volgende neer. Een deelnemer doet mee aan een ESF- project. Dit project behoort tot een specifieke actie en een actie richt zich op het ontwikkelen van vaardigheden voor een specifieke doelgroep. In de volgende paragraaf geven we eerst een algemeen overzicht van de ESF-deelnemers over de jaren 2007 tot en met 2011. Vervolgens presenteren we de belangrijkste resul taten per actie. We beantwoorden vragen als: wat zijn de kenmerken van de deelnemers in 2011? Verschillen deze kenmerken in vergelijking met eerdere jaren (2007 tot en met 2010)? Hebben de deelnemers een baan na afloop van het project en zijn ze ook langere tijd na afloop van hun project nog werkzaam?
2.2 Totaalbeeld Actie A: begeleiden van werklozen naar de arbeidsmarkt. Actie B: voorbereiden van gedetineerden, TBS-gestelden en jongeren in een jeugd instelling of jeugdinrichting op een startkwalificatie of op een baan na afloop van hun detentie. Actie C: biedt subsidie aan scholen voor praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs om leerlingen voor te bereiden op een functie op de arbeidsmarkt of naar een vervolgopleiding op mbo niveau. Actie D: biedt subsidie aan werkgevers om de arbeidsmarktpositie van hun werk nemers te verbeteren met behulp van scholing. Actie J: bestrijden en voorkomen van jeugdwerkloosheid. Steeds meer deelnemers Vanaf 2007 neemt zowel het aantal deelnemers als het aantal projecten toe. In 2007 is gestart met 269 projecten en 82 duizend deelnemers. Deze aantallen zijn in 2011 gestegen naar 895 projecten en 354 duizend deelnemers. De acties A tot en met D bestaan vanaf 2007 en in 2010 zijn actie J1 en J2 erbij gekomen (zie staat 2.2.1).
Staat 2.2.1 ESF-deelnemers naar actie en projecten, 2007–2011 Actie 2007
Projecten 2008
2009
2010
2011
x 1 000
2007
2008
2009
2010
2011
x1
Totaal
82
144
221
321
354
269
534
780
816
895
Actie A Actie B Actie C Actie D Actie J1 Actie J2
4 2 8 68 . .
10 8 19 108 . .
16 5 28 172 . .
51 5 29 206 23 7
41 6 22 229 40 16
5 1 111 152 . .
25 2 302 205 . .
64 1 419 297 . .
65 1 361 357 24 8
72 1 270 484 47 21
5
2.2.2 ESF-deelnemers naar actie, 2007–2011 % 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
2007
Actie A
2008
Actie B
2009
Actie C
2010
Actie D
2.2.3 Aantal ESF-deelnemers per landsdeel, naar actie, in 2011 Noord: 36 620 deelnemers Oost: 74 870 deelnemers
Zuid:
97 790 deelnemers
West: 142 940 deelnemers
Actie A Actie B Actie C Actie D Actie J1 Actie J2
6
2011
Actie J1
Actie J2
Actie A neemt na een piekjaar in 2010 weer af in 2011 en actie B verandert weinig in alle jaren. Hoe de verdeling van deelnemers is over de verschillende acties, is ook te zien in figuur 2.2.2. Actie D is in alle jaren de actie met de meeste deelnemers. Vanaf 2010 zijn actie J1 en J2 toegevoegd en deze acties hebben in 2011 een aandeel van 16 procent. In de komende paragrafen beschrijven we de afzonderlijke acties in meer detail. Vooral veel deelnemers in West-Nederland De meeste deelnemers wonen in West-Nederland. Dit ligt wellicht voor de hand aangezien het aantal inwoners in West-Nederland ook het hoogst is. In Noord-Nederland wonen de minste deelnemers. De kaart van Nederland (figuur 2.2.3) laat zien waar de deelnemers aan de verschillende acties wonen.
2.3 Actie A: langdurig werklozen aan het werk Actie A heeft als doel het begeleiden van werklozen naar de arbeidsmarkt. In projecten wordt gewerkt aan het toerusten en het bemiddelen van mensen die een achterstand hebben op of tot de arbeidsmarkt. Dit kan bijvoorbeeld in een re-integratietraject waarbij scholing, training en begeleiding centraal staan. Binnen de actie wordt dit doel uitgewerkt in drie subacties die ieder een specifieke groep mensen willen bereiken, namelijk: – Niet-uitkeringsontvangers (subactie A) – 55 plussers met een uitkering (subactie B) – Gedeeltelijk arbeidsgeschikten met een uitkering (subactie C). Subsidies kunnen worden aangevraagd door gemeenten, het UWV WERKbedrijf en door de minister als aanvrager van erkende opleidings- en ontwikkelingsfondsen (O&Ofondsen).
In 2011 voor het eerst een daling van het aantal deelnemers in actie A In 2011 nemen ruim 40 duizend personen deel aan een project in actie A. Dit betekent dat het aantal deelnemers voor het eerst daalt ten opzichte van voorgaand jaar (zie figuur 2.3.1). De daling geldt vooral voor subactie A en C. Subactie B, die zich richt op 55 plussers met een uitkering, blijft vrijwel op het niveau van voorgaand jaar.
2.3.1 ESF-deelnemers in actie A naar subactie, 2007–2011 x 1 000 60 50 40 30 20 10 0
Actie A
2007
Subactie A
2008
2009
Subactie B
2010
Subactie C
2011
7
De deelnemers in 2011 zijn voor ruim de helft nieuwe deelnemers. Deze nieuwe deel nemers volgden in 2010 nog geen project in actie A. Van de mensen die in 2010 deel namen aan een project in actie A, volgt ongeveer veertig procent in 2011 nog steeds een project in deze actie. In de volgende subparagrafen beschrijven we de kenmerken van deelnemers apart voor elke subactie. 2.3.1 Subactie A: niet-uitkeringsontvangers Steeds minder vrouwen in subactie A Subactie A bestaat in 2011 uit bijna 14 duizend deelnemers. Hoewel ruim de helft van alle deelnemers in subactie A vrouw is, neemt het aandeel vrouwen wel af, van driekwart in 2007 naar ruim de helft in 2011. Ruim een derde van de deelnemers is in 2011 jonger dan 25 jaar. Figuur 2.3.1.1 laat zien dat dit vergelijkbaar is met 2010. 2.3.1.1 ESF-deelnemers in subactie A naar leeftijd, 2007–2011 % 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
2007
2008
2009
25–54 jaar
Jonger dan 25 jaar
2010
2011
55 jaar en ouder
Bij de start van een project in subactie A zien we voornamelijk inactieve deelnemers. Inactief wil zeggen dat deelnemers geen baan en geen WW- of bijstandsuitkering hebben. 2.3.1.2 ESF-deelnemers in subactie A naar arbeidsmarktpositie bij start project, 2007–2011 % 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
2007 Werknemer of zelfstandige
8
2008 Uitkeringsgerechtigd
2009
2010 Niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend
2011
Inactief
In 2011 zijn er minder deelnemers met een baan bij de start van het project dan in voorgaande jaren. De groep uitkeringsgerechtigden is bijna geheel verdwenen (zie figuur 2.3.1.2). Meer mensen met een baan na afloop project Na afloop van het project in 2011 heeft 29 procent een baan. Mannen hebben vaker een baan bij het einde van het project dan vrouwen, ruim één op de drie mannen tegenover één op de vier vrouwen. Van de deelnemers in subactie A had 19 procent een baan bij de start van het project. Het aandeel deelnemers met een baan is na afloop van het project dus groter dan bij de start van het project. We kijken hier alleen naar de deelnemers aan een project dat uiterlijk juli 2011 is beëindigd, omdat recentere informatie over banen nu nog niet beschikbaar is.
2.3.2 Subactie B: 55 plussers met een uitkering Steeds meer mannen in subactie B In 2011 nemen bijna 12 duizend ouderen deel aan een project in subactie B. Dit is 15 keer zoveel als in 2007, toen subactie B achthonderd deelnemers telde. Het aandeel mannen is gegroeid, van 46 procent in 2007 naar 61 procent in 2011. Ook niet-uitkeringsontvangers In subactie B, met als doelgroep 55 plussers met een uitkering, hebben toch steeds meer deelnemers geen uitkering of zijn inactief. In 2007 en 2008 had nog vrijwel iedereen een WW- of bijstandsuitkering. In 2010 was het aandeel uitkeringsgerechtigden 58 procent, in 2011 is dit nog maar 25 procent en is het aandeel inactieven opeens erg groot geworden. Dat komt onder meer doordat het vanaf 2010 mogelijk is om in één project de verschillende doelgroepen van actie A te bedienen. Zo is het mogelijk om in bijvoorbeeld een project in subactie B ook niet-uitkeringsontvangers of inactieven (de doelgroep van sub actie A) te betrekken. Deze vermenging van subacties is duidelijk zichtbaar vanaf 2010 (zie figuur 2.3.2.1).
2.3.2.1 ESF-deelnemers in subactie B naar arbeidsmarktpositie bij start project, 2007–2011 % 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
2007 Werknemer of zelfstandige
2008 Uitkeringsgerechtigd
2009
2010 Niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend
2011
Inactief
9 procent heeft een baan direct na einde project Van de deelnemers in 2011 heeft 6 procent een baan bij de start van het project. Bij het einde van het project heeft slechts 9 procent een baan. De 55 plussers hebben dus iets vaker een baan direct na afloop van het project. 9
2.3.3 Subactie C: gedeeltelijk arbeidsgeschikten met een uitkering Minder vrouwen dan mannen in subactie C Subactie C bestaat in 2011 uit bijna 15 duizend deelnemers, dat zijn 6 duizend deel nemers minder dan in 2010. In eerdere jaren namen vooral vrouwen deel aan projecten in subactie C (55 procent in alle jaren), maar vanaf 2010 is het aandeel vrouwen gedaald naar 42 procent. Ruim een derde van de deelnemers is jonger dan 25 jaar. Dit is een enorme toename ten opzichte van eerdere jaren, toen hoogstens 4 procent van de deelnemers jonger was dan 25 jaar. Weinig deelnemers met een AO-uitkering In 2011 zien we weinig deelnemers (3 procent) met een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Daarmee is het vergelijkbaar met de jaren 2007–2009. Het jaar 2010 is een opvallende uitschieter: 41 procent van de deelnemers heeft dan een AO-uitkering. Veel deelnemers zijn inactief In 2011 heeft 3 procent van de deelnemers een baan bij de start van een project. Dit beeld zien we ook terug in de eerdere jaren tot 2010 (zie figuur 2.3.3.1). In 2010 had ruim een derde van de deelnemers een baan bij de start van het project. In 2011 is 56 procent inactief bij de start van het project, tegenover 18 procent in 2010. Deze deelnemers hebben dus geen baan, WW- of bijstandsuitkering en staan niet als werkzoekend geregistreerd. 2.3.3.1 ESF-deelnemers in subactie C naar arbeidsmarktpositie bij start project, 2007–2011 % 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
2007 Werknemer of zelfstandige
2008 Uitkeringsgerechtigd
2009
2010 Niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend
2011
Inactief
Meer werkenden na einde project De deelnemers van subactie C hebben vaker dan de deelnemers aan subactie B een baan na afloop van het project. In 2011 is 15 procent van de deelnemers aan subactie C werkzaam bij het einde van een project, mannen iets vaker dan vrouwen. Bij subactie B is 9 procent van de deelnemers werkzaam bij het einde van het project en bij subactie A is dat 29 procent.
2.4 Actie B: Gedetineerden en TBS-gestelden voorbereiden op werk De doelstelling van actie B is het voorbereiden van gedetineerden, TBS-gestelden en jongeren in een jeugdinstelling of jeugdinrichting op een startkwalificatie of op een baan na afloop van hun detentie. Alleen het ministerie van Veiligheid en Justitie (in samenwerking met het Centrum voor Jeugd en Gezin) kan subsidie voor actie B aanvragen. 10
Deelnemers vooral mannen jonger dan 25 jaar In 2011 zijn er ruim 6 duizend deelnemers in deze actie. Dit zijn er iets meer dan in 2009 en 2010. De deelnemers zijn overwegend jonge mannen. Vier op de tien deelnemers is man én jonger dan 25 jaar. Ditzelfde beeld zagen we ook in de eerdere jaren. Opvallend is dat het bij de vrouwelijke deelnemers in negen van de tien gevallen gaat om jongeren onder de 25 jaar. Hoewel vrouwen dus beduidend minder vaak deelnemen, zijn het overwegend jonge vrouwen die we terugzien in actie B (zie figuur 2.4.1). 2.4.1 ESF-deelnemers in actie B naar geslacht en leeftijd, 2011
Vrouwen
Mannen
0
20
40 15–24 jaar
Jonger dan 15 jaar
60
80
100 %
25 jaar en ouder
Deelnemers laag opgeleid Binnen actie B volgen jonge vrouwen onder de 25 jaar vaker onderwijs dan mannen in dezelfde leeftijdscategorie (68 procent versus 52 procent, zie figuur 2.4.2). Bij de 25 plussers zien we echter bijna geen verschil meer tussen het percentage mannen en vrouwen die onderwijs volgen. De overgrote meerderheid van de deelnemers (zowel mannen als vrouwen) heeft een laag opleidingsniveau. Dit is logisch aangezien een groot deel van de deelnemers uit jongeren bestaat en het daarnaast een belangrijke doelstelling van deze actie is om deelnemers te helpen aan een startkwalificatie.
2.4.2 ESF-deelnemers in actie B naar geslacht, leeftijd en al dan niet onderwijsvolgend, 2011 % 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
15–24 jaar
25–64 jaar Mannen
Volg onderwijs
15–24 jaar
25–64 jaar Vrouwen
Volgt geen onderwijs
11
Meer instroom nieuwe deelnemers ten opzichte van 2010 We zien in 2011 meer nieuwe deelnemers instromen dan in 2010 (55 procent in 2011 tegenover 49 procent in 2010). Tegelijkertijd zien we ook minder deelnemers uitstromen dan in 2010 (44 procent in 2011 tegenover 54 procent in 2010). Van alle deelnemers in 2011 is veertig procent doorgestroomd vanuit een eerder project in actie B in 2010. Klein aantal deelnemers werkzaam na afloop van het project Deelnemers in actie B behoren bij de start van het project bij de arbeidsmarktpositie ‘inactieven’, dit zijn personen zonder baan, zonder een WW- of bijstandsuitkering en zonder inschrijving bij het UWV WERKbedrijf. Het kan voorkomen dat deelnemers in actie B een baan hebben of een uitkering ontvangen bij de start van het project doordat zij bijvoorbeeld later in het project instromen, maar er is voor gekozen om alle deelnemers het label ‘inactief’ te geven om de arbeidsmarktpositie zoveel mogelijk overeen te laten komen met de doelgroep van de actie. Na afloop van ieder project is opnieuw bekeken of deelnemers wel of niet werkzaam zijn. In 2011 zijn er nog geen projecten in actie B beëindigd, in 2010 wel. In 2010 zijn er ruim vijfduizend personen die hebben deelgenomen aan een eindigend project in actie B. Van deze personen heeft 13 procent een baan aan het einde van het project. Een half jaar na beëindiging van het project is dit opgelopen tot 18 procent. Vrouwen hebben iets vaker een baan dan mannen aan het einde van het project en zes maanden later. Hetzelfde beeld zien we ook in eerdere jaren. Over alle jaren zien we dat het aandeel inactieven hoog blijft (rond 85 procent).
2.5 Actie C: Leerlingen naar werk of vervolgopleiding Deze actie biedt subsidie aan scholen voor praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs. In projecten worden leerlingen voorbereid op een functie op de arbeidsmarkt of naar een vervolgopleiding op mbo-niveau. De doelgroep bestaat uit leerlingen met tekortkomingen in leervermogen en/of met een lichamelijke beperking. Deze leerlingen kwalificeren zich vaak niet voor een vervolg opleiding en halen vaak geen startkwalificatie. Een eenvoudige baan behoort wel tot de mogelijkheden. Het gaat om leerlingen van 15 jaar en ouder. Minder deelnemers, veelal bekende leerlingen Ruim 22 duizend leerlingen doen in 2011 mee aan een project in Actie C. Het aantal deelnemers is met 6 duizend deelnemers afgenomen ten opzichte van 2010. Desondanks zijn het bijna drie keer zoveel deelnemers als in 2007, toen er 8 duizend leerlingen deelnamen aan projecten in deze actie. De deelnemers zijn vooral laag opgeleide jongeren (tot 25 jaar) en bijna één op de drie van hen is vrouw. Deze verhouding is vanaf 2007 niet veranderd. In 2011 zien we dat bij de start van een project ruim 60 procent van de jongeren in actie C naar school gaat. Van de overige 40 procent is bijna de helft aan het werk. Deze verhoudingen zijn ook nauwelijks veranderd vanaf 2007. De kenmerken van de deelnemers veranderen nauwelijks. Dit komt doordat veel deel nemers doorstromen binnen de actie. Van de deelnemers in 2011 heeft bijna twee derde ook in 2010 een project in actie C gevolgd. Bijna een derde van de deelnemers in 2011 is nieuw. De rest stroomt door vanuit eerdere schooljaren. Ook in eerdere jaren zien we veel deelnemers doorstromen. Eén derde deel van de ex-deelnemers werkzaam Na afloop van een project stromen de meeste leerlingen door in het onderwijs of ze gaan aan het werk. Vanaf 2008 gaat jaarlijks ongeveer een derde na afloop van een project aan het werk. 12
2.6 Actie D: Scholing werknemers met een lage opleiding 1) Actie D biedt subsidie aan werkgevers (via hun Opleidings- en Ontwikkelingsfonds (O&O-fonds)) om de arbeidsmarktpositie van hun werknemers te verbeteren met behulp van scholing. De doelgroep bestaat uit werknemers met maximaal een opleiding op mbo niveau 4. Deelnemers zijn vooral werkzame, middelbaar opgeleide mannen Actie D is de grootste actie en sinds 2007 is het aantal deelnemers meer dan drie keer zo groot geworden. In 2011 nemen ruim 229 duizend personen deel aan deze actie. Dit zijn voor het grootste gedeelte werkzame, middelbaar opgeleide mannen. Figuur 2.6.1 laat zien dat sinds 2007 het aandeel mannen in actie D toeneemt en dat voor iedereen geldt dat het overgrote deel werkzaam is. 2.6.1 ESF-deelnemers in actie D naar geslacht en arbeidsmarktpositie, 2007-2011 % 80 70 60 50 40 30 20 10 0
M
2007
V
Werkzaam
M
2008
V
M
2009
V
M
2010
V
M
2011
V
Niet werkzaam
Na afloop van het project nog steeds werkzaam Deelnemers in actie D hebben veelal een baan bij de start van een project. Dit is logisch, aangezien de aanvraag voor projecten in actie D via het O&O fonds van de werkgever verloopt. Ook na afloop van een project hebben ex-deelnemers veelal (nog steeds) een baan. We kunnen echter niet zien of na afloop van een project de arbeidsmarktpositie van deze personen verbeterd is.
2.7 Actie J: Bestrijden en voorkomen jeugdwerkloosheid Vaak worden jongeren in tijden van economische crisis als eerste ontslagen, of wordt hun contract niet verlengd. De verwachting bestond dat de jeugdwerkloosheid door de huidige crisis zou oplopen tot 150 duizend jongeren. Om dit te voorkomen heeft de overheid in 2009 het ‘Actieplan Jeugdwerkloosheid’ geïntroduceerd en tal van andere maatregelen genomen. Onderdeel van dit ‘Actieplan Jeugdwerkloosheid’ is dat er ESFsubsidie is vrijgemaakt voor projecten die gericht zijn op het bestrijden en voorkomen van jeugdwerkloosheid. In dit kader zijn de acties J(eugd)1 en J2 in het leven geroepen.
1)
In dit verband gaat het om een opleiding op maximaal mbo niveau 4. Dit wil zeggen een middenkaderfunctionaris of een gespecialiseerde beroepsbeoefenaar. Dit niveau geeft toegang tot het hbo.
13
Het verschil tussen J1 en J2 is de organisatie die de subsidie mag aanvragen. Voor J1 kunnen dertig coördinerende gemeenten subsidie aanvragen en voor J2 zijn dit O&Ofondsen. O&O-fondsen dragen financieel bij aan de scholing van werknemers in een bepaalde branche. Werkgevers kunnen gebruik maken van de middelen en diensten van een O&O-fonds.
In 2011 nemen bijna 56 duizend jongeren deel aan een project in actie J. Meer dan 70 procent van de jongeren doet dit in één van de 47 projecten waarvoor door een gemeente subsidie is aangevraagd (actie J1). De rest van de jongeren neemt deel aan één van de 21 projecten binnen een project waarvoor door een O&O-fonds subsidie is aangevraagd (actie J2). Hoewel beide acties gericht zijn op jongeren, zien we naast het verschil in aantal deelnemers eveneens een aantal verschillen in deelnemerskenmerken tussen beide acties. In actie J2 meer mannen dan in actie J1 De deelnemers binnen actie J2 bestaan voor 86 procent uit jongere mannen. Jongere vrouwen maken slechts 5 procent uit van de deelnemers binnen deze actie. Een kleine groep deelnemers (8 procent) is 25 jaar of ouder. Hoewel aan projecten in actie J1 ook meer mannen dan vrouwen deelnemen, is het aandeel vrouwen in actie J1 beduidend groter dan in actie J2. Bovendien zien we dat 17 procent van de deelnemers 25 jaar of ouder is (zie figuur 2.7.1).
2.7.1 ESF-deelnemers in actie J1 en J2 naar geslacht en leeftijd, 2011
Actie J2
Actie J1
0
20 Mannen jonger dan 25 jaar
40 Vrouwen jonger dan 25 jaar
60 Mannen 25 jaar en ouder
80
100 % Vrouwen 25 jaar en ouder
In actie J1 meer niet-westerse allochtone deelnemers dan in actie J2 In actie J1 zijn er meer deelnemers met een niet-westerse allochtone achtergrond dan in J2 (27 versus 9 procent). Binnen de niet-westerse allochtone deelnemers is het aandeel mannen in actie J1 lager dan in actie J2 (59 versus 79 procent). Deelnemers actie J1 vaker niet werkzaam of inactief Jongeren in actie J1 en J2 zijn ongeveer even vaak werkzaam (zie figuur 2.7.2). De groep niet- werkzame deelnemers – uitkeringsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden – is in actie J1 echter veel groter dan in actie J2. Deze verschillen hangen samen met wie de aanvrager van de subsidie is. In actie J2 vragen de O&O-fondsen subsidie aan (net als bij actie D), in actie J1 gebeurt dit via de gemeente. 14
2.7.2 ESF-deelnemers in actie J1 en J2 naar arbeidsmarktpositie, 2011
Actie J2
Actie J1
0
20 Werkzaam
40 Niet werkzaam
60
80
100 %
Inactief
O&O-fondsen zijn brancheorganisaties en alleen deelnemers met een baan kunnen via hun werkgever meedoen aan een project. Van de inactieve jongeren in actie J1 volgen bijna vier op de tien onderwijs. In actie J2 daarentegen volgt 90 procent van de inactieven onderwijs op de peildatum.
15
3. Beschrijving van het onderzoek 3.1 Populatie Het onderzoek is uitgevoerd in drie delen, met steeds een andere populatie. Ten eerste zijn definitieve cijfers berekend voor deelnemers aan ESF-projecten die starten of lopend zijn in 2008. Daarnaast zijn voor 2011 de voorlopige cijfers berekend voor deelnemers aan ESF-projecten die starten of lopend zijn in 2011. Tot slot hebben we met impactindicatoren een evaluatie van het ESF-programma 2008-2011 uitgevoerd. De populatie van dit laatste deelproject bestaat uit deelnemers van wie in de periode 2008–2011 een project is beëindigd. 2007 hebben we dit jaar voor de impactindicatoren niet meegenomen omdat projecten pas in 2007 gestart zijn en minimaal 12 maanden duren. Zodoende zijn er geen afgeronde projecten in 2007.
3.1.1 Deelnemerskenmerken Deelnemerskenmerken 2008 definitief De onderzoekspopulatie bestaat uit alle personen die in 2008 deelnemen aan ESF-projecten, dit zijn ruim 144 duizend personen.
Deelnemerskenmerken 2011 voorlopig De onderzoekspopulatie bestaat uit alle personen die in 2011 deelnemen aan ESF-projecten, dit zijn ruim 354 duizend personen.
Evaluatie impactindicatoren 2008–2011 De onderzoekspopulatie bestaat uit deelnemers die in 2008, 2009, 2010 of 2011 een ESF-project hebben beëindigd, dit zijn in totaal 715 duizend personen. De einddata over de deelnemers in 2011 zijn bekend tot en met 29 november 2011.
3.2 Onderzoeksmethode Deelnemerskenmerken 2011 voorlopig en 2008 definitief Voor het vaststellen van de voorlopige deelnemerskenmerken 2011 en de definitieve deelnemerskenmerken 2008 heeft het Agentschap SZW bestanden aangeleverd waarmee deelnemers in projecten herkenbaar zijn. Deze bestanden bevatten de volgende informatie over deelnemers en projecten: 1. De deelnemers aan een ESF-project in 2011 en 2008. Per deelnemer is het burger servicenummer en een projectnummer bekend. 2. De projecten die in 2011 dan wel 2008 starten of lopen. Per project weten we het projectnummer, de start- en einddatum van het project, de actie, de subactie en het aantal deelnemers. 3. Projecten in actie D met per project het projectnummer, de start- en einddatum van het project, het aantal deelnemers en de economische activiteit. De economische activiteit wordt door het Agentschap SZW aangeleverd en is gebaseerd op de verordening van de Europese Commissie. 4. Het opleidingsniveau van deelnemers in actie B. Het CBS-CvB heeft de door het Agentschap SZW aangeleverde bestanden verrijkt met diverse kenmerken, afgeleid uit verschillende bronnen. Zo komen de demografische achtergrondkenmerken uit de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA), informatie over banen komt uit de Polisadministratie en uitkeringsgegevens komen uit de uitkerings 16
registraties van het UWV WERKbedrijf. Voor het opleidingsniveau gebruiken we het opleidingsniveaubestand. Met het bestand ‘Gebieden in Nederland’ (GIN) is bepaald in welk landsdeel een deelnemer woont. Aan alle CBS-bestanden over personen is een niet-identificeerbaar nummer, het zogenaamde RIN-nummer, toegevoegd dat het identificeerbare burgerservicenummer (BSN) vervangt. Elke deelnemer aan een ESF-project heeft een RIN-nummer. De verschillende bronnen kunnen worden gecombineerd met behulp van dit RIN-nummer (zie figuur 3.2.1). Het resultaat is een onderzoeksbestand per deelproject. Met deze onderzoeksbestanden stellen we de tabellen op en worden kenmerken als bijvoorbeeld arbeidsmarktpositie berekend. 3.2.1 Koppeling onderzoeksbestand Deelnemersbestand Deelnemer 1 2
Rinnummer B D
Projectnummer X Z
Actie A C SSB
GBA Rinnummer A B C D
Rinnummer A B D G
Geslacht Man Vrouw Vrouw Man
Baan Nee Nee Ja Ja
Uiteindelijk onderzoeksbestand Deelnemer 1 2
Rinnummer B D
Projectnummer X Z
Actie A C
Geslacht Vrouw Man
Baan Nee Ja
De kenmerken van een deelnemer zijn vastgesteld op de begindatum van het eerste startende project per actie. Als een deelnemer aan meerdere projecten deelneemt binnen één actie en deze projecten beginnen op verschillende momenten, dan nemen we van deze deelnemer alleen het project mee dat als eerste start. Mocht een deelnemer aan meerdere projecten meedoen in verschillende acties dan is dit geen probleem, een deelnemer komt dan ook meerdere keren voor in de tabellen. Evaluatie impactindicatoren 2008–2011 Ook voor het samenstellen van de impactindicatoren 2008–2011 heeft het Agentschap SZW bestanden aangeleverd: 1. Einddeclaraties van projecten uit de periode 2008–2011. Dit bestand bevat de projectnummers van alle eindigende projecten in 2008–2011, de actie en de einddatum. 2. Deelnemers aan projecten uit de periode 2008–2011. Dit bestand bevat het project nummer van alle projecten lopend in 2008–2011, de acties en de burgerservicenummers van alle deelnemers aan deze projecten. Door het bestand met de einddeclaraties 2008-2011 via het projectnummer te koppelen met het deelnemersbestand, is bepaald welke mensen hebben deelgenomen aan deze beëindigde projecten. Het zo verkregen onderzoeksbestand hebben we verrijkt met informatie over geslacht en banen. Als een deelnemer aan meerdere projecten deelneemt binnen een actie of subactie, dan zijn de baangegevens bepaald bij het einde van het meest recent beëindigde project. Van deelnemers die een project beëindigen gaan we na of zij na afloop van het project een baan hebben en of ze zes en twaalf maanden na afloop van het project ook nog werkzaam zijn. Van de deelnemers die in 2011 een project beëindigen, kunnen we echter nog niet twaalf maanden verder kijken. Deze baangegevens ontbreken op dit moment nog. Voor de deel 17
nemers die in 2011 een project beëindigen, is alleen de baansituatie bepaald na afloop van het project. Een baan betekent in dit geval een baan in loondienst. We kunnen niet bepalen wie werkzaam was als zelfstandige, omdat we van zelfstandigen uitsluitend kunnen zien óf iemand in een bepaald jaar aangifte heeft gedaan als zelfstandige. Het is niet mogelijk om op maandniveau vast te stellen of een deelnemer op een bepaald moment, bijvoorbeeld zes maanden na beëindiging van een project, werkt als zelfstandige. Nu volgt eerst een beschrijving van de afzonderlijke bronnen en vervolgens worden de gebruikte begrippen geoperationaliseerd.
3.3 Bronnen Bronbestanden Agentschap SZW 1. Deelnemerskenmerken 2011 voorlopig en Deelnemerskenmerken 2008 definitief Deze bestanden bevatten per project het projectnummer, de bijbehorende start- en einddatum en de burgerservicenummers van alle deelnemers aan het project. Voor projecten in actie B die starten of lopen is ook het hoogst behaalde opleidingsniveau toegevoegd. Voor projecten in actie D is per project de economische activiteit opgenomen. 2. Einddeclaraties ESF-projecten 2008-2011 Dit bestand bevat het projectnummer, de actie waaronder het project valt en de einddatum van het project. Hiermee wordt bepaald welke projecten in actie A, B, C, D of J zijn beëindigd in 2008-2011. Bronbestanden CBS 1. Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) De GBA is een geautomatiseerd persoonsregistratiesysteem van de gemeenten en in werking sinds 1 oktober 1994. In principe staan alle inwoners van een gemeente in de basisadministratie ingeschreven. Gegevens als geboortedatum, geslacht, herkomst, woonplaats, maar ook huishoudenssamenstelling en immigratie/emigratie worden in de GBA geregistreerd. We gebruiken voor dit onderzoek de stand van 1 december 2011. 2. Sociaal Statistisch Bestand (SSB) Het SSB is een stelsel van registers en enquêtes, die op persoonsniveau aan elkaar zijn gekoppeld. Per jaargang worden meer dan 50 registers gebruikt. Deze registers hebben betrekking op verschillende sociaaleconomische onderwerpen, zoals banen, uitkeringen, woningen en onderwijs. Het SSB bevat voorlopige en definitieve gegevens. Bij definitieve gegevens zijn registers en enquêtes onderling op elkaar afgestemd en consistent gemaakt. De doelpopulatie van het SSB bestaat uit alle personen die in Nederland wonen, en personen die niet in Nederland wonen maar in Nederland werken of een uitkering dan wel pensioen vanuit Nederland ontvangen. Voor dit onderzoek gebruiken we SSB-informatie over uitkeringen, banen, zelfstandigen, inschrijvingen bij het UWV WERKbedrijf, opleidingen en het opleidingsniveau. Deze informatie is afkomstig uit de volgende registraties: –– Uitkeringen: bijstandsuitkeringen, WW- en AO-uitkeringen. Deze gegevens zijn gebaseerd op bronbestanden afkomstig van het UWV WERKbedrijf en gemeenten. Gegevens zijn beschikbaar tot juli 2011. –– Banen: gegevens zijn beschikbaar tot 2011. De gegevens over banen vanaf 2009 zijn voorlopig, wat betekent dat ze nog niet consistent zijn gemaakt met andere gegevens in het SSB. Voor eerdere jaren is dit wel gedaan. Gegevens zijn beschikbaar tot juli 2011. –– Zelfstandigen: informatie over zelfstandigen is afkomstig van de Belastingdienst. Ongeveer tweederde van dit register is gebaseerd op het aangiftebestand van het betreffende jaar. Ongeveer zes procent van de informatie wordt per verslagjaar bij geschat. Gegevens zijn beschikbaar tot 2009. –– Inschrijvingen bij het UWV WERKbedrijf: deze gegevens komen uit bestanden over de geregistreerde werkloosheid en worden aan het CBS verstrekt door het UWV WERKbedrijf. Deze informatie is bekend tot juli 2011. 18
–– Onderwijsregistraties: informatie over scholieren/studenten, inclusief buitenlandse scholieren/studenten die in de onderwijsjaren 2007/2008, 2008/2009, 2009/2010 en 2010/2011 voorkomen in de onderliggende registraties. Het gaat om deelnemers aan het hoger onderwijs (hbo en wo), middelbaar beroepsonderwijs, voortgezet onderwijs en voortgezet algemeen volwassenenonderwijs. –– Door het ontbreken van registraties van het Voortgezet Speciaal Onderwijs (vso) en het Praktijkonderwijs (pro) wordt het aantal leerlingen dat onderwijs volgt binnen de ESFdeelnemers niet volledig waargenomen. Dit heeft alleen gevolgen voor actie C. –– Opleidingsniveau: de gegevens komen voor een deel uit onderwijsregistraties en voor een deel uit de EBB. De onderwijsregistraties bevatten informatie over het hoogst behaalde en hoogst gevolgde opleidingsniveau voor alle leerlingen in het bekostigde onderwijs. Het opleidingsniveaubestand wordt gebruikt voor het vaststellen van het hoogst behaalde opleidingsniveau. Het deel van de respondenten dat uit de EBB afkomstig is, wordt opgehoogd naar het totaal van de populatie in de betreffende actie. Gegevens zijn beschikbaar over 2007 en 2008. 3. Polisadministratie (Baangegevens ontleend aan de loonaangifte) Deze informatie is gebruikt voor banen in 2011. Tijdens dit onderzoek is informatie tot juli 2011 gebruikt. Alle startende, lopende en eindigende banen in een maand zijn meegeteld als banen in de betreffende maand. 4. Gebieden in Nederland (GIN) Dit is een hulpbestand met bovengemeentelijke indelingen op basis van de gemeente. Bovengemeentelijke indelingen zijn gebruikt voor de indeling naar landsdeel. Deze gegevens zijn beschikbaar van 2007 tot en met 2011.
3.4 Operationalisaties Van een aantal samengestelde begrippen wordt in deze paragraaf uitgelegd hoe ze tot stand komen. Arbeidsmarktpositie De arbeidsmarktpositie van ESF-deelnemers kent de volgende indeling: –– werkzaam –– werknemer –– zelfstandige –– niet-werkzaam –– uitkeringsgerechtigd (bijstand- of werkloosheidsuitkering) –– niet uitkeringsgerechtigd werkzoekend (werkzoekende ingeschreven bij UWV WERKbedrijf). –– inactief –– onderwijsvolgend –– niet onderwijsvolgend. Deelnemers zijn werkzaam als zij bij de start van een project een dienstverband hebben (ze komen voor in SSB banen of voor 2010 en 2011 in de Polisadministratie) (de werknemers) of als zelfstandige in het SSB zelfstandigen geregistreerd staan (de zelfstandigen). Niet-werkzaam zijn alle deelnemers die bij de start van een project een bijstands- of werkloosheidsuitkering ontvangen (de uitkeringsgerechtigden) en/of als werkzoekende ingeschreven staan bij het UWV WERKbedrijf (de niet uitkeringsgerechtigd werkzoekenden). Inactief zijn alle deelnemers die geen dienstverband in de Polisadministratie hebben, die niet als zelfstandige in het SSB zelfstandigen geregistreerd staan, die geen bijstands- of werkloosheidsuitkering ontvangen en niet staan ingeschreven bij het UWV WERKbedrijf als werkzoekende. Het komt voor dat deelnemers bij de start van een project gelijktijdig in verschillende registraties voorkomen, dit noemen we samenloop. Samenloop ontstaat bijvoorbeeld wanneer 19
een student naast zijn opleiding een bijbaan heeft, of iemand met een uitkering een kleine baan ernaast heeft en de uitkering behoudt. In dit onderzoek tellen de personen met samenloop niet dubbel mee, maar delen we ze in naar één arbeidsmarktpositie. Hierbij volgen we de doelgroep van een actie. Bijvoorbeeld: een deelnemer in actie A heeft een uitkering en een kleine baan. De doelgroep van actie A zijn de langdurig werklozen, de uitkering van de deelnemer heeft meer prioriteit dan de kleine baan, de arbeidsmarkt positie van deze deelnemer is niet-werkzaam, uitkeringsgerechtigd. Als samenloop voorkomt bij deelnemers in actie J dan heeft de arbeidsmarktpositie niet-werkzaam, niet-uit keringsgerechtigd werkzoekend voorrang. Deelnemers in actie B zijn inactief, ongeacht of ze bij de start van het project werkzaam zijn of een uitkering ontvangen. Opleidingsniveau Het opleidingsniveau van de deelnemers in actie A, C, D, J is vastgesteld met behulp van het opleidingsniveaubestand van het CBS. Voor actie B zijn door het Agentschap SZW gegevens over het opleidingsniveau van de deelnemers aangeleverd. Opleidingsniveau wordt ingedeeld in drie categorieën: –– Primair onderwijs en het secundair onderwijs, eerste fase, dat wil zeggen vmbo en de onderbouw van havo/vwo (tot en met klas 3). –– Secundair onderwijs, tweede fase, dat wil zeggen mbo-opleidingen en de bovenbouw van havo/vwo. –– Hoger onderwijs, ofwel hbo- en wo-opleidingen. Landsdelen De woonplaats van een ESF-deelnemer bepaalt de indeling naar landsdeel. Deze indeling is gebaseerd op de Nuts-I indeling, een indeling die is vastgesteld door het Europees Parlement voor het harmoniseren van statistische gegevens over de Europese Unie. De Nuts-I indeling verdeelt Nederland in vier landsdelen, namelijk Noord, Oost, West en Zuid. Landsdeel Noord bevat de provincies Groningen, Friesland en Drenthe. Landsdeel Oost omvat de provincies Overijssel, Gelderland en Flevoland. Landsdeel West beschrijft de provincies Utrecht, Noord-Holland, Zuid-Holland en Zeeland. Ten slotte bevat landsdeel Zuid de provincies Noord-Brabant en Limburg.
3.5 Ophogen opleidingsniveaugegevens Het is nog niet mogelijk om voor iedere Nederlander een opleidingsniveau vast te stellen. Zoals hierboven beschreven, is hiervoor gebruik gemaakt van het opleidingsniveau bestand. Doordat dit bestand gedeeltelijk is gebaseerd op een steekproef, zijn de uitkomsten opgehoogd en vervolgens is vastgesteld of de uitkomsten voldoende betrouwbaar zijn. Ophogen De gegevens over opleidingsniveau zijn vermenigvuldigd met een weegfactor uit het opleidingsniveaubestand om de totalen per actie te bepalen. Vervolgens is herwogen naar geslacht en actie, omdat in de tabellen het opleidingsniveau hiernaar wordt uitgesplitst. Betrouwbaarheid Na het ophogen van de uitkomsten voor het opleidingsniveau is bepaald of de uitkomsten voldoende betrouwbaar zijn. Als de uitkomsten betrouwbaar zijn is publicatie ervan geen probleem. De uitkomsten zijn statistisch betrouwbaar als er weinig vertekening is en als er weinig spreiding is. Voor vertekening is in de EBB gecorrigeerd. De spreiding is de ruimte waarbinnen de geschatte uitkomsten afwijken van het totaal van de populatie. De spreiding neemt af naarmate het aantal mensen in de steekproef groter is. Grof gezegd geldt in dit onderzoek dat zodra de waarde van een categorie die wordt opgehoogd kleiner is dan duizend deelnemers, de opgehoogde waarde van deze categorie niet betrouwbaar is en niet wordt weergegeven in de tabel. 20
3.6 Kwaliteit van de uitkomsten Geen individuele startmomenten bekend Het komt voor dat niet alle deelnemers gelijk aan het begin van het project instromen. In veel gevallen wordt een project opgestart, waarna gedurende (een deel van) het jaar deelnemers in het project aan de slag gaan. Helaas ontbreken gegevens over individuele startmomenten van deelnemers. Dit heeft tot gevolg dat voor een aantal kenmerken, vooral de meer ‘vluchtige’ kenmerken als arbeidsmarktpositie of het al dan niet volgen van onderwijs, ruis in de uitkomsten kan voorkomen. Een voorbeeld: een deelnemer stroomt zes maanden na de start van een project in en gaat op dat moment een dienstverband aan. Deze deelnemer zien we niet als werkzaam terug in de tabellen, maar als niet-werkzaam of inactief omdat op het moment dat het project werkelijk van start ging deze deelnemer nog niet werkzaam was. Voorlopige cijfers Voor het samenstellen van de voorlopige cijfers over 2011 is gebruik gemaakt van bestanden die in sommige gevallen gebaseerd zijn op voorlopige of niet volledige data. Voor het kenmerk AO-uitkering is de aanname gemaakt dat als een deelnemer in juni een AO uitkering heeft, de deelnemer deze AO-uitkering ook in de overige maanden van 2011 zal hebben. De gegevens over de AO-uitkeringen zijn voor 2011 bekend tot juli. Van AO-uit keringen is bekend dat mensen deze uitkeringen vaak voor een langere periode hebben. De gegevens over banen zijn ook bekend tot juli 2011. Heeft een deelnemer in juni 2011 een baan, dan gaan we ervan uit dat deze baan behouden blijft voor de rest van het jaar. Alleen voor bijstands- en WW-uitkeringen en voor een inschrijving bij het UWV WERK bedrijf maken we geen aanname voor de resterende maanden van 2011. De deelnemers hebben vanaf juli 2011 geen bijstands- of WW-uitkering en geen inschrijving bij het UVW WERKbedrijf meer. Dit zorgt voor een onderschatting van deze kenmerken. De cijfers over de kenmerken van deelnemers in 2011 hebben dan ook een voorlopig karakter. De baangegevens over 2011 zijn voorlopige gegevens.
3.7 Opmerkingen bij de tabellen De absolute aantallen in deze publicatie zijn afgerond op tientallen. In de tabellen over 2008 vonden we 770 deelnemers die niet terug te vinden waren in de GBA en waarover we geen verdere informatie hebben. In 2011 gaat het om 109 onbekende deelnemers. Deze deelnemers hebben we in de tabellen 2008 en 2011 niet meegenomen.
21
4. Begrippen en afkortingen 4.1 Begrippen Allochtoon – Zie herkomstgroepering. AO-uitkering – Een uitkering die wordt verstrekt op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) of de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong). Per 1 januari 2010 is de Wajong vervangen door de Wet Werk en Arbeidsondersteuning jonggehandicapten. Arbeidsmarktpositie – De arbeidsmarktpositie van de ESF-deelnemers is weergegeven in drie hoofdcategorieën met daaronder enkele subcategorieën. De hoofdcategorieën zijn werkzaam, niet-werkzaam en inactief. Zie voor meer informatie paragraaf 3.4. Autochtoon – Persoon van wie de beide ouders in Nederland zijn geboren. Baan – Een expliciete of impliciete arbeidsovereenkomst tussen een persoon en een economische eenheid waarin is vastgelegd dat arbeid zal worden verricht waartegen een (financiële) beloning staat. Beëindigd project – ESF-project met een einddatum in 2008, 2009, 2010 of 2011 volgens het bestand met einddeclaraties. Bijstandsuitkering – Een uitkering die wordt verstrekt in het kader van de Wet werk en bijstand (WWB), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) of de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ). Doorstroom – Een ESF-deelnemer blijft in het jaar na deelname een project in dezelfde actie volgen. Dit kan een nieuw project zijn. Economische activiteit – De verzameling van werkzaamheden, gericht op de productie van goederen en diensten. Het gaat hierbij niet alleen om activiteiten van het bedrijfsleven, maar ook om activiteiten van niet op winst gerichte instellingen en de overheid. Generatie – Voor allochtonen wordt onderscheid gemaakt naar generatie. Een allochtoon die zelf in het buitenland is geboren, behoort tot de eerstegeneratieallochtonen. Een allochtoon die zelf in Nederland is geboren, is tweedegeneratieallochtoon. Herkomstgroepering – Voor de indeling van personen naar etnische achtergrond is de CBS-indeling naar herkomstgroepering gebruikt. De herkomstgroepering van een persoon wordt vastgesteld aan de hand van diens geboorteland en dat van zijn ouders. De volgende categorieën van herkomstgroepering worden onderscheiden: –– Autochtoon; –– Westerse allochtonen. Het land van herkomst is gelegen in Europa (met uitzondering van Nederland en Turkije), Noord-Amerika, Indonesië, Japan en Oceanië; –– Niet-westerse allochtonen. Het land van herkomst is Turkije of een land in Afrika, Azië (met uitzondering van Indonesië en Japan) of Latijns-Amerika. Inactief – Een persoon heeft geen dienstverband volgens de loonaangifte, staat niet als zelfstandige in het SSB zelfstandigenbestand geregistreerd, ontvangt geen bijstands- of werkloosheidsuitkering en is niet ingeschreven bij het UWV WERKbedrijf als werk zoekende. In actie B staat iedereen aangemerkt als inactief. Instroom – Een ESF-deelnemer doet voor de eerste keer mee in de actie. Deze deelnemer kan wel in een eerder jaar hebben meegedaan of in een ander project in een andere actie. 22
Landsdeel – Regionale groepering van provincies, waaronder de woonplaats van een deelnemer valt. De indeling in landsdelen vormt niveau 1 van de Europese NUTS-indeling. Middelbaar beroepsonderwijs – Hiertoe behoren de beroepsopleidingen volgens de kwalificatiestructuur van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs, die door ROC’s, AOC’s en vakscholen worden aangeboden. Tevens behoren hiertoe vergelijkbare oudere opleidingen. Niet-werkend werkzoekend – Een persoon is niet-werkend werkzoekend als hij of zij tussen de 15 en 64 jaar is, ingeschreven staat bij het UWV WERKbedrijf en geen werk heeft. Niet-westerse allochtoon – Zie herkomstgroepering. Niet-uitkeringsgerechtigd (NUG) – Een persoon die staat ingeschreven bij het UWV WERKbedrijf als werkzoekend, geen werk heeft en geen AO-, WW- of bijstandsuitkering ontvangt. O&O-fonds – Opleidings- en Ontwikkelingsfondsen dragen financieel bij aan de scholing van werknemers in een bepaalde branche. Werkgevers kunnen gebruikmaken van de middelen en diensten van een O&O-fonds. De mogelijkheden en voorwaarden verschillen per sector. Onderwijsvolgend – Het volgen van bekostigd secundair of hoger onderwijs. Opleidingsniveau – Het behaalde opleidingsniveau is het niveau van de hoogste met succes behaalde opleiding. Het opleidingsniveau wordt ingedeeld in drie categorieën: lager opleidingsniveau, middelbaar opleidingsniveau en hoger opleidingsniveau. Zie voor meer informatie paragraaf 3.4. Personen met een AO-uitkering – Personen met inkomsten uit een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Deze uitkeringen worden verstrekt op grond van de WAO, WIA, WAZ of Wajong. Personen met een WW-uitkering – Personen met inkomsten uit een werkloosheidsuit kering. Deze uitkeringen worden verstrekt op grond van de WW. Startkwalificatie – Het minimale niveau dat nodig is om een volwaardige plaats op de arbeidsmarkt te veroveren, of door te stromen naar vervolgonderwijs (hoger onderwijs). Het niveau hiervan is vastgesteld op een afgeronde havo- of vwo-opleiding of een basisberoepsopleiding (mbo-niveau 2). Uitkeringsgerechtigd – Een persoon die een bijstands- of werkloosheidsuitkering ontvangt. Uitstroom – Het project van een ESF-deelnemer binnen een actie is beëindigd. Deze deelnemer kan wel in een andere actie meedoen in een project. UWV-uitkering – Uitkeringen die door het UWV WERKbedrijf worden verstrekt. Het gaat om de volgende uitkeringen: Ziektewet, WW, WAO, WIA, Wajong, WAZ, WAZO. Werkzaam bij einde project – Een persoon heeft in de maand waarin het project eindigt een baan. Werkzaam zes maanden na einde project – Een persoon heeft als het project eindigt in maand m een baan in maand m+6. Werkzaam twaalf maanden na einde project – Een persoon heeft als het project eindigt in maand m een baan in maand m+12. Westerse allochtoon – Zie herkomstgroepering. 23
Zelfstandige – Een persoon met als (hoofd)baan het verrichten van arbeid voor eigen rekening of risico in een eigen bedrijf of praktijk, of in het bedrijf of de praktijk van een gezinslid, of in een zelfstandig uitgeoefend beroep.
4.2 Afkortingen Agentschap SZW – Agentschap Sociale Zaken en Werkgelegenheid AO – Arbeidsongeschiktheid AOW – Algemene Ouderdomswet CBS – Centraal Bureau voor de Statistiek CvB – Centrum voor Beleidsstatistiek EBB – Enquête Beroepsbevolking EC – Europese Commissie ESF – Europees Sociaal Fonds GBA – Gemeentelijke Basisadministratie GIN – Gebieden in Nederland Havo – Hoger algemeen vormend onderwijs IOAW – Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte werkloze Werknemers IOAZ – Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte gewezen Zelfstandigen NUG – Niet-uitkeringsgerechtigd Mbo – Middelbaar Beroepsonderwijs O&O-fonds – Opleidings- en Ontwikkelingsfonds SSB – Sociaal Statistisch Bestand TBS – Terbeschikkingstelling UWV – Uitvoeringsorgaan Werknemersverzekeringen Vmbo – Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs VWO – Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Wajong – Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten WAO – Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering WAZ – Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen WAZO – Wet arbeid en zorg WIA – Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen WPO – Wet op het primair onderwijs WW – Werkloosheidswet
24
Tabellenset
25
Tabellenoverzicht Tabel 1 Tabel 1a Tabel 1b Tabel 1c Tabel 2 Tabel 3 Tabel 4 Tabel 5 Tabel 6 Tabel 7 Tabel 8 Tabel 9 Tabel 10 Tabel 11 Tabel 12 Tabel 13 Tabel 14 Tabel 15 Tabel 15a Tabel 15b Tabel 15c Tabel 16 Tabel 17 Tabel 18 Tabel 19 Tabel 20 Tabel 21 Tabel 22 Tabel 23 Tabel 24 Tabel 25 Tabel 25a Tabel 25b Tabel 25c Tabel 26 Tabel 27 Tabel 28 Tabel 29 Tabel 30
ESF-deelnemers in actie A naar achtergrondkenmerken, 2011 ESF-deelnemers in subactie A van actie A naar achtergrondkenmerken, 2011 ESF-deelnemers in subactie B van actie A naar achtergrondkenmerken, 2011 ESF-deelnemers in subactie C van actie A naar achtergrondkenmerken, 2011 ESF-deelnemers in actie B naar achtergrondkenmerken, 2011 ESF-deelnemers in actie C naar achtergrondkenmerken, 2011 ESF-deelnemers in actie D naar achtergrondkenmerken, 2011 ESF-deelnemers in actie J1 naar achtergrondkenmerken, 2011 ESF-deelnemers in actie J2 naar achtergrondkenmerken, 2011 ESF-deelnemers naar (sub)actie en landsdeel, 2011 ESF-deelnemers in actie D naar economische activiteit en landsdeel, 2011 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie A naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie B naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie C naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie D naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie J1 naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie J2 naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 ESF-deelnemers in actie A naar achtergrondkenmerken, 2008 ESF-deelnemers in subactie A van actie A naar achtergrondkenmerken, 2008 ESF-deelnemers in subactie B van actie A naar achtergrondkenmerken, 2008 ESF-deelnemers in subactie C van actie A naar achtergrondkenmerken, 2008 ESF-deelnemers in actie B naar achtergrondkenmerken, 2008 ESF-deelnemers in actie C naar achtergrondkenmerken, 2008 ESF-deelnemers in actie D naar achtergrondkenmerken, 2008 ESF-deelnemers naar (sub)actie en landsdeel, 2008 ESF-deelnemers in actie D naar economische activiteit en landsdeel, 2008 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie A naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2007–2008 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie B naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2007–2008 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie C naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2007–2008 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie D naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2007–2008 ESF-deelnemers in actie A naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008-2011 ESF-deelnemers in subactie A van actie A, naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 ESF-deelnemers in subactie B van actie A, naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 ESF-deelnemers in subactie C van actie A, naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 ESF-deelnemers in actie B naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 ESF-deelnemers in actie C naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 ESF-deelnemers in actie D naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 ESF-deelnemers in actie J1 naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 ESF-deelnemers in actie J2 naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011
27
Tabel 1 ESF-deelnemers in actie A naar achtergrondkenmerken, 2011 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
40 560
21 970
18 590
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
40 10 790 17 560 12 150 20
20 6 540 8 040 7 360 10
10 4 250 9 520 4 790 10
3 740
2 100
1 640
3 210 530 9 620
1 750 350 4 660
1 460 170 4 970
9 160 460 27 200
4 440 220 15 210
4 730 240 11 990
1 460 650
830 330
630 320
550
260
280
200 350
120 150
80 200
110
70
40
90 20 8 680
50 10 5 380
40 10 3 300
3 170 5 510
1 920 3 460
1 250 2 050
2 280 8 960
1 270 4 330
1 010 4 640
8 610
4 170
4 440
2 170 6 440
1 270 2 900
900 3 540
350
150
200
290 60 18 470
130 20 9 810
160 40 8 670
300 18 170
150 9 660
150 8 520
10
0
0
10 0 50
30
20
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
25 760 11 360 3 380
13 320 6 440 2 160
12 440 4 920 .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
27 590 12 970
16 180 5 790
11 410 7 180
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
26 730 13 830
16 240 5 730
10 490 8 100
AO-uitkering Wel Niet
910 39 660
490 21 480
420 18 170
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld voor alle categorieën.
29
Tabel 1a ESF-deelnemers in subactie A van actie A naar achtergrondkenmerken, 2011 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
13 800
5 990
7 810
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
40 5 050 8 570 130 10
20 2 750 3 190 30 0
10 2 300 5 380 110 0
2 570
1 340
1 230
2 360 210 400
1 230 120 170
1 130 90 230
30 370 10 830
10 170 4 480
20 210 6 350
1 270 110
710 70
560 40
10
0
10
10 0
0
0
100
70
40
90 20 3 670
50 10 1 970
30 10 1 700
2 310 1 360
1 320 660
1 000 700
1 300 290
630 100
670 190
20
0
20
10 10
0 0
10 10
270
100
170
220 50 7 120
90 10 2 480
130 40 4 640
160 6 950
60 2 420
110 4 530
40
20
20
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
9 980 3 140 660
4 480 1 280 .
5 510 1 860 .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
6 490 7 310
3 170 2 820
3 320 4 490
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
6 110 7 690
3 400 2 590
2 710 5 100
AO-uitkering Wel Niet
210 13 590
120 5 870
100 7 710
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
0
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld voor alle categorieën.
30
Tabel 1b ESF-deelnemers in subactie B van actie A naar achtergrondkenmerken, 2011 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
11 890
7 290
4 600
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
0 0 0 11 880 10
7 280 0
4 600 0
750
510
240
480 270 3 070
300 210 1 600
180 60 1 470
3 000 70 8 060
1 560 40 5 180
1 450 30 2 890
750 3 070
510 1 600
240 1 470
3 000
1 560
1 450
820 2 190
510 1 050
310 1 140
70
40
30
60 10 8 060
40 10 5 180
20 0 2 890
30 8 030
20 5 160
10 2 880
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0 0
0
0
0
0
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
5 220 4 730 1 940
2 620 3 240 1 430
2 600 1 490 510
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
10 160 1 730
6 360 920
3 800 810
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
9 310 2 580
5 880 1 400
3 420 1 180
AO-uitkering Wel Niet
180 11 710
80 7 210
100 4 500
1)
1)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
31
Tabel 1c ESF-deelnemers in subactie C van actie A naar achtergrondkenmerken, 2011 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
14 880
8 700
6 180
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
0 5 740 8 990 140 10
3 790 4 850 60 0
1 950 4 140 90 0
420
250
170
370 50 6 150
220 30 2 890
150 20 3 260
6 130 20 8 310
2 870 10 5 560
3 250 10 2 750
190 540
120 260
70 280
540
260
280
190 340
110 150
80 200
0 0 5 010
3 410
1 600
860 4 150
600 2 810
260 1 350
230 5 610
130 2 620
100 2 980
5 590
2 610
2 970
1 340 4 240
760 1 850
580 2 400
20
10
10
10 0 3 300
10
10
2 150
1 150
110 3 190
80 2 080
30 1 110
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
0
0
0
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
10 560 3 490 790
6 230 1 920 520
4 330 1 570 270
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
10 950 3 930
6 650 2 050
4 300 1 890
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
11 320 3 560
6 960 1 740
4 360 1 830
AO-uitkering Wel Niet
520 14 360
300 8 400
220 5 960
1)
1)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
32
Tabel 2 ESF-deelnemers in actie B naar achtergrondkenmerken, 2011 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
6 130
5 370
760
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
180 3 080 2 750 110 10
120 2 450 2 690 110 10
60 620 70 10 0
5 370
760
3 080
2 450
620
1 700 1 380
1 270 1 180
430 200
2 860
2 790
70
130 2 740
120 2 670
0 70
190
120
60
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
5 780 330 20
5 080 300 20
640 30 0
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
3 530 2 600
3 040 2 330
490 270
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
4 750 1 370
4 090 1 280
660 90
AO-uitkering Wel Niet
280 5 850
260 5 110
20 740
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
0
6 130 0 0
0 0
0
0
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Deze gegevens zijn aangeleverd door het Agentschap SZW.
33
Tabel 3 ESF-deelnemers in actie C naar achtergrondkenmerken, 2011 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
22 380
14 250
8 130
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
3 130 19 230 20 0 10
2 030 12 210 10
1 100 7 020 10
0
0
3 840
2 520
1 320
3 840 0 40
2 520
1 320
30
20
10 30 18 500
10 20 11 710
10 10 6 800
3 720 40
2 440 30
1 280 20
10
10
0
10 0
0
0
30
20
10
20 10 15 460
20 0 9 750
10 10 5 720
12 090 3 370
7 630 2 120
4 460 1 260
10 0
0
10
10
0
0
0 10
0
0
100
80
30
100 0 0
80
30
3 030
1 960
1 080
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
22 370 . .
14 240 . .
8 130 . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
17 130 5 250
11 050 3 210
6 090 2 050
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
20 650 1 730
13 200 1 050
7 450 680
AO-uitkering Wel Niet
1 840 20 540
1 150 13 100
690 7 440
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief 1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld voor alle categorieën.
34
Tabel 4 ESF-deelnemers in actie D naar achtergrondkenmerken, 2011 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
229 030
166 850
62 180
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
70 50 860 158 820 19 130 140
40 34 000 116 820 15 880 120
40 16 860 42 000 3 250 20
218 900
160 000
58 890
217 580 1 320 2 850
158 920 1 080 2 000
58 660 230 850
2 390 460 7 280
1 650 350 4 850
740 120 2 430
45 520 640
30 290 460
15 240 180
400
260
140
270 130
180 80
90 50
240
200
40
230 10 4 710
190 10 3 260
40 0 1 450
3 340 1 370
2 390 870
950 500
173 270 2 210
129 630 1 540
43 640 670
1 990
1 390
600
1 410 590
1 020 380
390 210
220
150
70
210 10 2 470
140 0 1 530
70 0 940
250 2 220
130 1 390
120 820
100
90
10
100 0 0
90
10
110
70
40
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
84 240 132 320 12 350
61 720 96 450 8 580
22 520 35 870 3 770
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
208 000 21 030
152 110 14 730
55 890 6 290
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
209 110 19 920
153 000 13 850
56 110 6 070
AO-uitkering Wel Niet
4 350 224 680
3 200 163 650
1 160 61 020
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief 1)
1)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
35
Tabel 5 ESF-deelnemers in actie J1 naar achtergrondkenmerken, 2011 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
39 810
22 960
16 850
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
100 32 900 6 780 20 10
70 19 440 3 440 0 10
30 13 460 3 340 20 0
17 720
9 960
7 760
17 550 170 6 530
9 850 110 3 470
7 700 60 3 060
5 080 1 450 15 560
2 650 820 9 530
2 430 630 6 040
14 500 4 690
8 360 2 570
6 150 2 120
3 580
1 880
1 700
1 760 1 820
1 060 820
700 1 000
1 110
690
420
1 000 110 13 700
620 70 8 510
380 40 5 190
5 250 8 450
3 490 5 030
1 770 3 420
3 220 1 840
1 610 900
1 610 930
1 500
770
720
890 610
510 260
380 350
340
130
210
270 70 1 750
120 0 940
150 70 820
250 1 500
130 810
120 690
110
80
30
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
27 980 10 750 990
17 230 5 360 290
10 750 5 390 700
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
29 170 10 640
16 730 6 230
12 440 4 410
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
33 110 6 700
19 340 3 630
13 770 3 080
AO-uitkering Wel Niet
1 090 38 720
670 22 290
420 16 430
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
0
1)
1)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
36
Tabel 6 ESF-deelnemers in actie J2 naar achtergrondkenmerken, 2011 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
16 150
15 050
1 110
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
0 14 800 1 310 50 0
13 920 1 100 30
880 210 20
7 050
6 440
620
7 010 50 200
6 400 40 130
610 10 70
120 80 8 900
80 50 8 480
40 20 430
6 100 110
5 590 90
510 20
60
50
20
40 20
30 20
10 0
50
50
0
50 0 8 590
40
0
8 240
350
7 750 850
7 450 790
290 60
960 90
850 40
110 50
60
40
30
30 30
20 20
10 20
30
10
20
20 10 310
10 0 230
10 10 80
170 140
160 70
10 60
10
10
0
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
11 060 4 950 130
10 490 4 470 80
570 480 .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
14 750 1 410
13 930 1 120
820 290
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
15 440 720
14 490 560
950 160
AO-uitkering Wel Niet
60 16 090
50 14 990
10 1 100
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
0
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld voor alle categorieën.
37
Tabel 7 ESF-deelnemers naar (sub)actie en landsdeel, 2011 Totaal 1)
Noord
Oost
West
Zuid
Totaal
354 460
36 620
74 870
142 940
97 790
Actie A w.v. subactie a subactie b subactie c Actie B Actie C Actie D Actie J1 Actie J2
40 560
5 590
8 650
15 580
10 640
13 800 11 890 14 880 6 130 22 380 229 130 39 820 16 150
1 570 1 940 2 080 970 1 550 22 450 4 440 1 620
2 580 2 350 3 720 1 530 8 100 49 160 2 980 4 410
5 380 4 170 6 030 1 750 7 620 100 380 11 780 5 700
4 200 3 400 3 040 1 660 5 090 55 480 20 440 4 390
1)
De categorie 'landsdeel onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
Tabel 8 ESF-deelnemers in actie D naar economische activiteit en landsdeel, 2011 Totaal 1)
Noord
Oost
West
Zuid
Totaal
229 130
22 450
49 160
100 380
55 480
01 Landbouw, jacht en bosbouw 02 Visserij 03 Vervaardiging van voedingsmiddelen en dranken 04 Vervaardiging van textiel en textielproducten 05 Vervaardiging van transportmiddelen 06 Niet nader genoemde be- en verwerkende industrie 07 Winning van energiehoudende delfstoffen 08 Productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en warm water 09 Winning, zuivering en distributie van water 10 Post en telecommunicatie 11 Vervoer 12 Bouwnijverheid 13 Groothandel en detailhandel 14 Hotels en restaurants 15 Financiële instellingen 16 Onroerend goed, verhuur en zakelijke dienstverlening 17 Openbaar bestuur 18 Onderwijs 19 Gezondheidszorg 20 Gemeenschapsvoorzieningen en sociaal-culturele en persoonlijke diensten 21 Activiteiten in verband met het milieu 22 Andere niet nader genoemde diensten
2 300 0 6 590 2 400 8 330 29 280 0 3 310 730 8 490 21 640 27 960 26 170 3 710 2 460 8 630 38 500 40 24 280 7 730 780 5 820
170
740
900
480
700 190 850 3 510
1 550 650 1 830 7 440
2 280 930 3 670 10 190
2 020 610 1 940 7 890
760 20 1 930 2 200 2 950 2 290 150 170 810 4 000 0 420 620 150 590
810 30 2 280 4 390 8 840 5 550 470 600 1 210 6 720 0 3 020 1 370 80 1 580
1 400 320 2 960 11 050 9 760 11 490 1 870 1 230 3 630 21 650 0 12 520 1 660 460 2 430
330 360 1 280 3 830 6 270 6 680 1 200 460 2 740 5 890 40 8 180 4 050 90 1 160
1)
De categorie 'landsdeel onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
38
Tabel 9 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie A naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Mannen
Vrouwen
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Totaal
26 570
15 710
10 860
10 930
22 430
14 700
7 740
10 720
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
20 8 330 11 060 7 090 80
10 4 780 7 660 3 180 70
0 3 540 3 350 3 960 0
20 2 860 4 670 3 390 0
0 5 140 12 150 5 070 60
0 3 160 8 630 2 850 60
0 1 970 3 470 2 300 0
10 2 170 6 030 2 490 10
11 490
6 810
630
1 400
7 340
4 830
410
1 180
11 280 220 9 300
6 630 180 5 460
450 180 780
1 230 170 3 850
7 190 160 9 410
4 700 140 6 270
350 60 900
1 070 110 4 040
8 760 540 5 780
5 080 380 3 440
750 30 9 450
3 660 190 5 680
8 590 830 5 680
5 610 660 3 590
870 30 6 420
3 830 200 5 510
4 400 380
2 520 270
290 40
490 280
2 490 340
1 560 260
210 30
380 280
240
150
30
230
240
170
20
250
110 120
80 70
0 30
110 110
100 140
70 100
0 20
70 170
150
120
10
50
100
90
10
30
120 30 3 550
100 20 1 990
10 10 3 220
50 10 2 090
80 20 2 320
70 20 1 340
0 0 1 730
30 0 1 520
1 980 1 570
1 140 850
990 2 230
880 1 210
1 310 1 010
770 570
590 1 140
620 900
7 080 8 890
4 280 5 160
340 740
920 3 570
4 850 9 050
3 270 5 990
200 870
800 3 750
8 500
4 900
720
3 440
8 330
5 420
840
3 590
2 790 5 710
1 250 3 650
110 610
1 150 2 280
1 560 6 760
840 4 590
80 760
810 2 770
390
260
20
130
720
570
30
170
320 70 2 180
210 50 1 400
20 0 6 230
120 20 3 570
440 290 3 330
320 250 2 220
20 10 4 690
130 30 3 970
80 2 090
50 1 350
90 6 140
60 3 510
140 3 190
90 2 130
80 4 610
70 3 900
10
10
0
0
10
10
0
0
10 0 30
10 0 30
0 0 0
0 0 0
0 0 20
0 0 20
0 0 0
0 0 0
30 0 50
30 0 50
0 0 10
0 0 20
20 0 40
20 0 30
0 0 0
0 0 20
Opleidingsniveau 1) Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
17 380 9 190
8 510 7 200
8 870 1 990
7 190 3 740
12 430 10 000
7 160 7 540
5 270 2 460
6 070 4 650
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
17 370 9 200
8 580 7 130
8 790 2 080
7 320 3 620
11 350 11 090
6 410 8 290
4 930 2 800
5 450 5 270
AO-uitkering Wel Niet
6 110 20 460
2 920 12 780
170 10 700
290 10 650
3 070 19 360
1 510 13 190
120 7 610
280 10 440
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
1)
Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld.
39
Tabel 10 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie B naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Mannen
Vrouwen
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Totaal
4 450
2 300
2 150
2 960
730
400
330
390
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
150 2 340 1 900 60 0
50 1 430 790 30 0
0 970 1 140 40 0
110 1 260 1 510 70 10
110 560 60 10 0
20 350 20 0 0
0 290 40 0 0
60 300 30 0 0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
4 450
2 300
2 150
2 960
730
400
330
390
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
2 340
1 430
970
1 260
560
350
290
300
1 520 820
940 490
420 560
720 550
470 90
290 60
160 130
230 60
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
1 960
820
1 180
1 570
60
30
40
30
200 1 760
50 760
110 1 070
10 1 570
0 60
0 30
0 40
0 30
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
160
60
0
120
110
20
0
60
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
2 520 1 930
1 250 1 050
1 270 880
1 630 1 330
480 250
260 140
220 110
240 150
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
3 400 1 060
1 770 530
1 630 530
2 250 710
640 90
350 50
290 40
340 50
AO-uitkering Wel Niet
210 4 250
110 2 190
120 2 040
140 2 820
10 720
10 390
10 320
10 380
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief 1)
1)
Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld.
40
Tabel 11 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie C naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Mannen
Vrouwen
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Totaal
17 010
8 260
8 760
5 090
10 190
4 970
5 220
2 730
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
3 070 13 940 0 0 0
1 020 7 240 0 0 0
630 8 130 0 0 0
1 380 3 710 0 0 0
1 760 8 430 0 0 0
590 4 390 0 0 0
370 4 850 0 0 0
720 2 010 0 0 0
3 290
1 960
1 850
540
1 760
1 100
1 000
240
3 290 0 50
1 960 0 50
1 850 0 20
540 0 10
1 760 0 40
1 100 0 30
1 000 0 10
240 0 0
10 40 13 670
10 40 6 250
0 10 6 890
0 10 4 540
10 30 8 400
10 20 3 840
0 10 4 200
0 0 2 480
3 150 50
1 930 50
1 820 20
500 10
1 700 40
1 080 30
990 10
230 0
10
10
0
0
10
10
0
0
10 10
0 10
0 0
0 0
10 0
10 0
0 0
0 0
40
40
10
10
30
20
10
0
30 10 10 740
30 10 5 270
10 0 6 300
0 0 3 210
20 10 6 700
20 10 3 280
10 0 3 850
0 0 1 770
9 650 1 090
4 550 720
4 690 1 610
2 780 430
5 970 740
2 800 480
2 880 970
1 530 250
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0
0
0
0
0
0
0
0
140
30
30
40
60
20
10
10
140 0 0
30 0 0
30 0 0
40 0 0
60 0 0
20 0 0
10 0 0
10 0 0
2 940
980
590
1 340
1 690
560
360
710
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
13 130 3 880
6 280 1 980
6 860 1 900
3 870 1 220
7 470 2 720
3 550 1 420
3 920 1 300
2 030 700
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
15 640 1 380
7 500 760
8 130 620
4 690 400
9 250 940
4 470 500
4 790 430
2 500 230
AO-uitkering Wel Niet
1 220 15 790
880 7 380
900 7 850
180 4 910
840 9 350
610 4 360
550 4 670
100 2 630
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief 1)
1)
Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld.
41
Tabel 12 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie D naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Mannen
Vrouwen
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Totaal
140 070
77 150
62 920
99 680
63 400
38 960
24 430
37 420
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
30 27 340 99 060 13 370 270
10 14 710 53 670 8 500 260
0 11 540 45 480 5 880 20
30 18 480 71 110 9 960 100
30 15 020 44 670 3 650 40
10 8 940 27 430 2 560 30
0 5 480 17 690 1 250 10
30 11 110 24 270 1 990 20
136 020
74 550
61 820
94 410
61 040
37 430
23 800
34 840
134 840 1 170 1 160
73 670 880 770
61 560 270 330
93 600 810 1 550
60 820 230 650
37 250 190 400
23 770 30 200
34 640 210 640
970 190 2 890
660 110 1 830
250 80 770
1 320 230 3 720
540 110 1 710
330 60 1 140
160 40 440
560 80 1 940
25 230 280
13 550 160
10 950 90
15 780 280
13 960 130
8 260 70
5 230 40
9 800 130
150
90
40
160
90
50
30
100
110 40
60 30
30 10
110 50
60 30
30 20
20 10
70 40
130
70
50
120
40
20
20
20
120 10 1 830
60 10 1 000
50 0 500
120 0 2 420
40 0 930
20 0 600
20 0 220
20 0 1 180
1 550 280
800 200
360 130
1 770 650
730 200
470 130
130 90
800 380
110 560 890
60 780 610
50 860 240
78 560 1 280
47 050 520
29 140 320
18 570 150
25 030 510
820
570
210
1 160
450
280
130
460
590 230
410 160
150 60
850 310
280 170
170 110
90 50
300 160
60
40
30
110
70
40
20
50
60 0 990
40 0 780
30 0 270
110 0 1 240
70 0 750
40 0 520
20 0 220
50 0 720
120 870
70 700
40 220
80 1 160
140 610
60 460
70 150
50 670
230
220
20
70
30
30
0
10
230 0 0
220 0 0
20 0 0
70 0 0
30 0 0
30 0 0
0 0 0
10 0 0
60
50
0
60
30
20
0
40
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
46 670 83 990 9 400
27 770 42 940 6 430
18 890 41 030 2 970
39 340 54 640 5 640
19 240 38 850 5 300
11 800 23 290 3 880
7 430 15 560 1 430
14 940 20 130 2 340
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
127 590 12 470
69 860 7 290
57 740 5 180
90 430 9 250
57 380 6 020
35 260 3 710
22 120 2 320
33 500 3 920
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
128 730 11 340
70 490 6 660
58 240 4 680
90 680 9 000
57 810 5 590
35 560 3 400
22 250 2 190
33 560 3 860
AO-uitkering Wel Niet
2 750 137 320
1 660 75 490
1 090 61 830
1 970 97 710
1 020 62 380
610 38 360
410 24 020
690 36 720
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief 1)
1)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
42
Tabel 13 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie J1 naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Mannen
Vrouwen
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Totaal
6 750
6 360
6 590
14 980
4 060
5 130
4 060
12 190
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
20 5 980 750 0 0
0 5 220 1 140 0 0
20 5 670 900 0 0
40 12 510 2 420 0 0
10 3 480 570 0 0
0 4 010 1 120 0 0
10 3 330 730 0 0
20 9 620 2 540 20 0
3 260
3 400
2 530
6 760
2 040
2 620
1 860
5 670
3 240 20 1 680
3 380 20 1 530
2 490 40 1 160
6 690 70 2 160
2 040 0 1 100
2 620 0 1 510
1 850 10 850
5 610 50 2 090
1 330 350 1 810
1 160 380 1 430
880 290 2 900
1 660 500 6 060
920 180 920
1 300 220 1 000
700 150 1 340
1 630 450 4 440
2 930 1 380
2 860 1 100
2 170 910
5 580 1 550
1 770 880
2 140 1 010
1 510 660
4 430 1 390
1 070
780
660
1 140
730
840
530
1 120
760 310
560 220
410 250
610 530
380 340
460 390
220 300
450 670
310
310
250
410
160
170
130
280
280 30 1 670
290 30 1 270
230 20 2 600
370 40 5 390
140 20 830
160 10 860
120 10 1 160
250 30 3 790
1 020 650
660 610
1 060 1 540
2 150 3 240
430 400
450 420
310 850
1 340 2 450
330 300
550 440
360 250
1 180 610
270 220
480 500
350 200
1 240 690
270
370
220
520
200
460
180
520
230 40
300 80
170 50
320 200
140 60
260 200
120 60
250 270
40
60
30
90
20
40
20
180
40 0 120
60 0 160
30 0 290
90 0 630
20 0 80
40 0 140
20 0 180
120 60 620
20 100
30 130
30 260
100 540
20 60
40 100
20 160
100 520
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
30
0
20
40
10
0
10
20
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
4 820 1 930
3 740 2 620
4 680 1 910
10 940 4 040
3 060 1 000
3 080 2 050
3 060 1 000
8 930 3 260
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
5 720 1 030
5 020 1 350
5 580 1 020
12 520 2 460
3 420 650
3 930 1 200
3 410 650
9 850 2 340
AO-uitkering Wel Niet
200 6 550
150 6 220
200 6 390
300 14 680
110 3 950
90 5 040
120 3 940
220 11 960
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief 1)
1)
Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld.
43
Tabel 14 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie J2 naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2010–2011 Mannen
Vrouwen
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Instroom Uitstroom 2010 + 2010 doorstroom 2009–2010
Doorstroom Instroom 2010/2011 2011
Totaal
3 830
1 740
3 790
10 110
130
150
130
760
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
0 3 730 100 0 0
60 1 560 120 0 0
0 3 680 110 0 0
0 9 240 860 0 0
0 130 10 0 0
0 140 20 0 0
0 120 10 0 0
0 680 80 0 0
3 260
1 450
390
5 130
110
120
40
490
3 250 0 40
1 450 0 20
380 20 0
5 100 20 80
110 0 0
120 0 0
30 0 0
490 0 20
20 20 530
20 0 270
3 390
50 30 4 900
20
30
90
10 0 260
3 160 40
1 340 10
360 0
4 410 70
100 0
110 0
30 0
430 10
20
10
30
10
20 0
10 0
20 10
10 0
20
0
30
0
10 0 530
0 0 210
3 320
30 0 4 760
20
20
90
0 0 240
520 10
210 0
2 930 390
4 380 380
20 0
20 10
80 10
210 30
90 0
100 10
30 0
720 10
10 0
10 0
0 0
60 10
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend
10
10
10
10 0
10 0
10 0
0
0
0
0 0 10
80
0 0 130
0 0 20
0 0
50 20
100 30
0
10
0
0
0
0
0
0
0
10 0 0
0
0
0
0
0
0
0
0 0 50
0
10
0
0
0
0
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
3 650 180
1 610 130
3 610 170
9 350 760
110 20
130 20
110 20
650 120
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
3 730 100
1 660 80
3 690 100
9 750 360
130 0
140 10
130 0
720 50
AO-uitkering Wel Niet
10 3 810
10 1 730
0 3 790
30 10 070
0 130
0 150
0 130
10 760
Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
0
0
0
10 0
1)
1)
Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld.
44
Tabel 15 ESF-deelnemers in actie A naar achtergrondkenmerken, 2008 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
10 040
4 300
5 740
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
10 1 230 6 240 2 560 10
0 610 2 430 1 250 10
0 620 3 800 1 310 0
2 000
1 090
920
1 930 70 5 640
1 040 40 2 560
890 30 3 080
5 430 210 2 400
2 490 70 660
2 940 140 1 740
450 120
250 50
190 70
80
30
50
30 60
10 20
10 40
30
20
20
30 10 670
10 0 310
10 10 360
310 360
180 120
130 230
1 550 5 520
830 2 520
720 3 010
5 340
2 460
2 880
570 4 770
310 2 150
260 2 620
180
60
120
150 30 1 720
50 10 340
100 30 1 380
20 1 700
0 340
20 1 360
10
10
0
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
6 620 2 550 860
2 780 1 020 .
3 840 1 530 .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
3 820 6 220
1 740 2 570
2 090 3 650
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
3 030 7 010
1 490 2 820
1 540 4 200
AO-uitkering Wel Niet
170 9 870
80 4 230
100 5 640
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
0
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld voor alle categorieën.
45
Tabel 15a ESF-deelnemers in subactie A van actie A naar achtergrondkenmerken, 2008 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
4 730
1 830
2 900
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
10 1 160 3 420 140 10
0 580 1 180 70 10
0 580 2 250 70 0
1 960
1 070
900
1 900 70 480
1 030 40 170
870 30 310
300 180 2 290
130 50 600
180 130 1 700
430 70
250 30
190 40
40
20
20
20 20
10 10
10 10
30
20
20
30 10 660
10 0 300
10 10 350
310 350
180 120
130 230
1 530 410
820 140
710 270
260
110
150
140 130
70 40
70 80
150
30
120
120 30 1 620
30 0 280
90 30 1 340
20 1 600
0 280
20 1 320
10
10
0
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
3 470 1 050 .
1 520 . .
1 960 760 .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
1 410 3 320
610 1 230
810 2 090
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
870 3 860
490 1 350
390 2 520
AO-uitkering Wel Niet
110 4 620
60 1 780
60 2 840
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
0
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld voor alle categorieën.
46
Tabel 15b ESF-deelnemers in subactie B van actie A naar achtergrondkenmerken, 2008 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
2 140
1 030
1 110
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
0 0 40 2 100 0
20 1 010
20 1 080
10
10
10
10 0 2 070
0
10
990
1 080
2 060 10 60
980 10 40
1 080 0 20
10 2 070
10 990
10 1 080
2 060
980
1 080
130 1 930
90 890
50 1 030
10
10
0
10 0 60
10
0
40
20
40
20
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0 0
0
0 60 0
0
0
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
1 290 580 .
. . .
840 . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
1 110 1 030
540 490
570 540
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
910 1 230
440 590
470 640
AO-uitkering Wel Niet
30 2 110
10 1 020
20 1 090
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld voor alle categorieën.
47
Tabel 15c ESF-deelnemers in subactie C van actie A naar achtergrondkenmerken, 2008 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
3 170
1 440
1 730
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
0 70 2 770 330 0
30 1 240 170
50 1 530 150
30
10
10
30 0 3 090
10
10
1 400
1 690
3 070 20 50
1 390 10 30
1 680 10 30
10 50
10 20
10 30
50
20
30
10 40
0 20
0 30
10
0
10
10 10
0 0
0 0
10 3 040
10 1 380
10 1 660
3 020
1 370
1 650
300 2 720
160 1 210
140 1 510
20
10
10
20 0 40
10
10
20
20
20
20
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
0 40 0
0
0
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
1 850 930 .
. . .
1 050 . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
1 300 1 870
590 850
710 1 020
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
1 250 1 920
560 880
690 1 040
AO-uitkering Wel Niet
30 3 140
10 1 430
20 1 710
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld voor alle categorieën.
48
Tabel 16 ESF-deelnemers in actie B naar achtergrondkenmerken, 2008 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
7 570
6 180
1 390
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
590 4 420 2 470 90 10
340 3 340 2 400 80 10
250 1 080 60 10 0
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
7 570
6 180
1 390
4 420
3 340
1 080
2 950 1 460
2 050 1 290
900 180
2 560
2 490
70
120 2 440
110 2 380
0 60
Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
600
350
250
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
4 800 590 20
3 990 500 20
810 90 0
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
4 530 3 040
3 590 2 590
940 460
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
6 070 1 510
4 850 1 330
1 220 170
AO-uitkering Wel Niet
180 7 390
170 6 010
10 1 380
Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Deze gegevens zijn aangeleverd door het Agentschap SZW.
49
Tabel 17 ESF-deelnemers in actie C naar achtergrondkenmerken, 2008 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
18 850
12 030
6 820
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
2 650 16 080 90 20 10
1 700 10 260 50 10 10
950 5 820 50 10 0
3 800
2 580
1 210
3 790 10 160
2 580 10 100
1 210 0 60
20 140 14 900
0 100 9 350
20 40 5 550
3 610 150
2 450 100
1 160 50
10
0
10
0 10
0
10
140
100
40
90 50 12 330
60 30 7 720
30 20 4 610
10 460 1 870
6 530 1 190
3 930 680
80 20
50 0
30 10
20
0
10
10 10
0 0
0 10
10
0
10
0 10
0
10
110
80
30
110 0 0
80
30
2 550
1 630
930
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
18 630 . .
11 870 . .
6 760 . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
14 630 4 220
9 460 2 570
5 170 1 650
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
17 200 1 650
11 040 990
6 160 660
AO-uitkering Wel Niet
1 100 17 760
670 11 360
420 6 400
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
1) 2)
1) 2)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal. Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld voor alle categorieën.
50
Tabel 18 ESF-deelnemers in actie D naar achtergrondkenmerken, 2008 Totaal
Mannen
Vrouwen
Totaal
107 950
73 600
34 350
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
80 30 030 70 410 7 320 120
40 20 730 47 310 5 410 100
40 9 300 23 100 1 910 10
102 890
70 420
32 470
102 190 710 1 150
69 830 590 720
32 350 120 430
910 240 3 910
540 180 2 460
370 60 1 450
27 050 270
18 790 180
8 260 90
130
60
70
60 70
30 30
30 40
140
120
20
140 10 2 710
120 0 1 760
20 0 950
2 110 600
1 380 380
730 220
75 750 880
51 550 540
24 200 340
780
480
310
330 460
220 260
110 200
100
60
30
90 0 1 100
60 0 630
30 0 470
60 1 040
40 590
20 450
100
80
20
90 10 0
70 10
20 0
100
70
40
Opleidingsniveau Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
35 920 65 610 6 400
25 240 44 210 4 140
10 690 21 400 2 260
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen
97 800 10 150
66 550 7 050
31 250 3 100
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
98 870 9 080
67 350 6 250
31 520 2 830
AO-uitkering Wel Niet
2 740 105 210
2 010 71 590
730 33 620
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief 1)
1)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
51
Tabel 19 ESF-deelnemers naar (sub)actie en landsdeel, 2008 Totaal 1)
Noord
Oost
West
Zuid
Totaal
144 410
14 270
28 160
63 890
36 980
Actie A w.v. subactie a subactie b subactie c Actie B Actie C Actie D
10 040
100
140
8 050
1 720
4 730 2 140 3 170 7 570 18 850 107 950
10 60 40 1 310 2 510 10 350
10 130 0 1 810 6 480 19 720
3 530 1 880 2 640 2 640 6 230 46 970
1 170 70 490 1 450 3 590 30 210
1)
De categorie 'landsdeel onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
Tabel 20 ESF-deelnemers in actie D naar economische activiteit en landsdeel, 2008 Totaal 1)
Noord
Oost
West
Zuid
Totaal
107 950
10 350
19 720
46 970
30 210
01 Landbouw, jacht en bosbouw 02 Visserij 03 Vervaardiging van voedingsmiddelen en dranken 04 Vervaardiging van textiel en textielproducten 05 Vervaardiging van transportmiddelen 06 Niet nader genoemde be- en verwerkende industrie 07 Winning van energiehoudende delfstoffen 08 Productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en warm water 09 Winning, zuivering en distributie van water 10 Post en telecommunicatie 11 Vervoer 12 Bouwnijverheid 13 Groothandel en detailhandel 14 Hotels en restaurants 15 Financiële instellingen 16 Onroerend goed, verhuur en zakelijke dienstverlening 17 Openbaar bestuur 18 Onderwijs 19 Gezondheidszorg 20 Gemeenschapsvoorzieningen en sociaal-culturele en persoonlijke diensten 21 Activiteiten in verband met het milieu 22 Andere niet nader genoemde diensten
230 0 1 950 1 900 5 110 8 020 0 2 870 510 5 200 13 810 11 070 24 930 2 250 3 590 5 550 2 690 30 12 330 5 730 0 180
10
70
120
30
170 180 520 920
360 480 1 100 2 310
680 780 2 210 2 570
720 450 1 270 2 140
290 20 1 530 780 1 480 2 150 160 250 510 230 0 570 520
550 10 1 370 2 240 2 080 4 180 430 750 1 140 520 10 480 1 630
1 910 20 1 520 8 230 4 350 11 620 1 230 2 160 2 440 1 190 0 4 920 960
100 440 740 2 510 3 130 6 810 420 410 1 410 740 20 6 270 2 590
80
0
60
30
1)
De categorie 'landsdeel onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
52
Tabel 21 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie A naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2007–2008 Mannen
Vrouwen
Instroom 2007
Uitstroom 2007
Doorstroom Instroom 2007/2008 2008
Instroom 2007
Uitstroom 2007
Doorstroom Instroom 2007/2008 2008
Totaal
1 840
1 210
630
3 650
2 170
1 480
680
5 050
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
0 20 1 200 620 0
0 20 940 250 0
0 0 270 360 0
0 590 2 150 890 10
0 60 1 490 620 0
0 50 1 150 290 0
0 10 340 330 0
0 610 3 460 970 0
20
10
10
1 060
20
0
20
890
20 0 1 800
10 0 1 200
10 0 590
1 010 40 1 970
20 0 2 100
1 470
20 0 620
870 30 2 460
1 800 10 20
1 200 0 10
590 10 30
1 910 60 620
2 070 20 50
1 470 0 10
610 20 50
2 330 130 1 700
0 20
0 20
0 0
250 40
0 50
0 50
0 10
190 70
20
20
30
50
50
10
50
10 20
10 20
10 20
10 40
10 40
0 10
10 30
0
0
10
0
0
0
20
0
0
10 0 300
0
0
0
10 10 360
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
180 120
130 230
20 1 780
10 1 180
10 590
810 1 920
20 2 050
0 1 430
20 620
710 2 390
1 770
1 170
590
1 880
2 020
1 420
600
2 280
160 1 610
110 1 060
50 530
260 1 620
140 1 880
100 1 320
40 570
230 2 060
10
0
10
50
20
0
20
110
10 0 20
0
10 0 30
40 10 310
20 0 50
10
10 0 50
80 30 1 330
0 30
0 310
0 50
0 10
0 40
20 1 320
0 20
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
10
0
0
0
0
Opleidingsniveau 1) Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen
750 1 090
470 750
290 340
1 440 2 210
830 1 340
570 920
260 420
1 820 3 220
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
690 1 150
440 770
250 380
1 230 2 420
770 1 400
570 920
200 480
1 340 3 710
AO-uitkering Wel Niet
10 1 830
0 1 210
0 630
70 3 570
10 2 160
10 1 480
10 680
90 4 960
1)
Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld.
53
Tabel 22 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie B naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2007–2008 Mannen
Vrouwen
Instroom 2007
Uitstroom 2007
Doorstroom Instroom 2007/2008 2008
Instroom 2007
Uitstroom 2007
Doorstroom Instroom 2007/2008 2008
Totaal
1 520
220
1 300
4 660
470
60
410
930
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
10 890 600 20 0
0 140 70 0 0
0 750 530 20 0
340 2 380 1 860 70 10
10 430 30 0 0
0 60 0 0 0
0 390 30 0 0
240 650 40 10 0
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
1 520
220
1 300
4 660
470
60
410
930
890
140
750
2 380
430
60
390
650
420 470
60 80
360 400
1 530 850
320 110
30 20
290 100
570 70
620
70
550
1 930
30
0
30
40
60 560
0 70
60 490
50 1 880
0 30
0 0
0 30
0 40
Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
10
0
0
350
10
0
0
240
Opleidingsniveau 1) Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen
920 600
120 90
800 510
2 660 2 000
340 130
40 20
300 110
600 330
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
1 180 340
170 50
1 010 300
3 650 1 010
420 50
50 10
370 40
810 120
AO-uitkering Wel Niet
30 1 490
0 210
40 1 270
140 4 520
10 460
0 60
10 410
0 930
Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend
1)
Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld.
54
Tabel 23 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie C naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2007–2008 Mannen
Vrouwen
Instroom 2007
Uitstroom 2007
Doorstroom Instroom 2007/2008 2008
Instroom 2007
Uitstroom 2007
Doorstroom Instroom 2007/2008 2008
Totaal
5 180
230
4 950
6 930
2 840
110
2 730
3 970
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
430 4 750 0 0 0
10 230 0 0 0
410 4 540 0 0 0
1 260 5 660 0 0 0
250 2 590 0 0 0
0 110 0 0 0
240 2 490 0 0 0
690 3 290 0 0 0
960
70
1 040
1 470
440
30
490
680
960 0 90
70 0 10
1 040 0 70
1 470 0 30
440 0 50
30 0 0
490 0 40
680 0 10
0 90 4 130
0 10 160
0 70 3 840
0 30 5 420
0 50 2 350
0 0 80
0 30 2 210
0 10 3 280
950 90
70 10
1 020 70
1 410 30
430 50
30 0
480 40
670 10
0
0
0
0
0
0
0
0
90
10
70
30
50
0
30
10
60 30 3 710
0 0 150
40 30 3 450
20 10 4 230
40 10 2 110
0 0 80
20 10 1 980
10 0 2 610
3 140 570
100 60
2 790 660
3 700 520
1 820 290
50 30
1 620 360
2 290 330
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0
0
0
0
0
0
0
0
20
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
0
20
70
10
0
10
20
20 0 0
0
20 0 0
70 0 0
10 0 0
0
10 0 0
20 0 0
420
10
390
1 200
240
0
230
670
Opleidingsniveau 1) Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
. . .
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen
4 240 950
190 50
4 050 900
5 290 1 640
2 240 600
80 30
2 160 570
2 930 1 050
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
4 820 360
220 20
4 600 350
6 300 630
2 580 270
90 20
2 490 250
3 580 390
AO-uitkering Wel Niet
360 4 820
50 180
310 4 640
360 6 570
200 2 640
30 90
170 2 560
250 3 730
1)
Het opleidingsniveau kan niet betrouwbaar worden vastgesteld.
55
Tabel 24 Stroomgegevens van ESF-deelnemers in actie D naar achtergrondkenmerken op startdatum project, 2007–2008 Mannen
Vrouwen
Instroom 2007
Uitstroom 2007
Doorstroom Instroom 2007/2008 2008
Instroom 2007
Uitstroom 2007
Doorstroom Instroom 2007/2008 2008
Totaal
37 170
20 420
16 750
56 790
30 850
18 860
11 980
22 350
Leeftijdsgroep Jonger dan 15 jaar 15–24 jaar 25–54 jaar 55–64 jaar 65 jaar en ouder
10 9 540 24 520 3 080 20
10 4 080 14 210 2 110 10
10 5 410 10 290 1 040 0
40 15 270 37 020 4 370 100
40 9 310 19 580 1 900 10
40 5 840 11 610 1 360 10
0 3 400 7 990 590 10
40 5 880 15 100 1 320 10
35 050
19 030
16 040
54 340
28 160
16 680
11 600
20 870
34 910 140 470
18 950 80 250
15 990 50 200
53 810 540 520
28 100 60 520
16 640 40 390
11 580 20 90
20 770 100 340
320 160 1 650
180 70 1 140
150 60 510
390 130 1 930
390 120 2 170
290 110 1 800
80 10 300
290 50 1 140
8 130 130
3 140 50
4 950 60
13 800 120
7 440 160
4 240 130
3 190 20
5 070 60
30
20
20
40
100
80
20
50
20 10
10 10
10 10
20 20
40 50
30 50
10 10
20 30
100
30
40
70
60
50
10
20
90 0 1 280
30 0 890
40 0 400
70 0 1 350
60 10 1 720
50 10 1 470
10 0 190
10 0 750
1 020 260
720 170
330 70
1 040 310
1 390 320
1 200 270
150 40
580 170
26 900 350
15 880 200
11 080 140
40 470 400
20 710 360
12 430 260
8 410 70
15 790 270
280
150
130
350
290
210
60
240
140 140
80 80
60 70
160 190
120 180
80 120
20 40
80 160
60
40
10
50
60
60
0
30
60 0 360
40 0 240
10 0 110
50 0 530
60 0 410
50 0 290
0 0 100
30 0 360
50 310
40 200
0 100
40 490
30 390
30 260
0 100
20 350
20
10
0
80
10
10
0
10
20 0 0
10 0 0
0
70 10 0
10 0 0
10 0 0
0
10 0 0
Arbeidsmarktpositie Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief Arbeidsmarktpositie jongeren (15–24 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie volwassenen (25–64 jaar) Werkzaam Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd w.v. minder dan 6 maanden uitkeringsgerechtigd 6 maanden of meer uitkeringsgerechtigd w.v. niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend w.v. minder dan 6 maanden werkzoekend 6 maanden of meer werkzoekend Inactief w.v. onderwijsvolgend niet onderwijsvolgend Arbeidsmarktpositie overig (jonger dan 15 en ouder dan 64 jaar) Werkzaam w.v. werknemer zelfstandige Niet werkzaam w.v. uitkeringsgerechtigd niet-uitkeringsgerechtigd werkzoekend Inactief
10
10
10
60
50
40
0
30
Opleidingsniveau1) Primair onderwijs en secundair onderwijs, eerste fase Secundair onderwijs, tweede fase Hoger onderwijs
13 280 19 960 3 130
6 880 10 980 2 040
5 850 9 790 1 110
19 330 34 420 3 030
10 170 17 520 2 340
6 620 10 050 1 610
3 150 8 070 770
7 530 13 330 1 490
Herkomstgroepering Autochtonen en westerse allochtonen Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen
33 070 4 100
17 820 2 600
15 250 1 500
51 250 5 550
27 390 3 450
16 480 2 380
10 910 1 070
20 330 2 020
Herkomstgeneratie Autochtonen en tweedegeneratieallochtonen Eerste generatie allochtonen
33 480 3 690
18 050 2 370
15 430 1 320
51 870 4 920
27 870 2 980
16 910 1 950
10 950 1 030
20 550 1 800
AO-uitkering Wel Niet
1 440 35 730
880 19 540
580 16 170
1 430 55 370
630 30 220
410 18 450
220 11 770
510 21 840
1)
De categorie 'onbekend' is niet meegenomen in de tabel en daardoor tellen de onderliggende categorieën niet op tot het totaal.
56
Tabel 25 ESF-deelnemers in actie A naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 Totaal 1)
Mannen
Vrouwen
Totaal
Mannen
Vrouwen
% Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2008 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
5 550 640
2 530 310
3 020 340
100 12
100 12
100 11
500 470
230 220
270 250
9 8
9 9
9 8
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
4 910
2 230
2 680
88
88
89
220 300
120 140
110 150
4 5
5 6
4 5
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2009 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
12 140 1 880
5 350 960
6 790 920
100 15
100 18
100 14
1 540 1 420
790 730
750 690
13 12
15 14
11 10
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
10 270
4 390
5 870
85
82
86
500 650
250 320
250 330
4 5
5 6
4 5
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2010 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
29 890 12 630
15 850 7 580
14 010 5 050
100 42
100 48
100 36
10 530 1 460 10 370
6 380 770 6 370
4 150 690 4 010
35 5 35
40 5 40
30 5 29
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
17 260
8 270
8 960
58
52
64
1 520 570 8 120
920 300 4 020
600 260 4 090
5 2 27
6 2 25
4 2 29
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2011 Werkzaam bij einde project Niet werkzaam bij einde project Einde project na juli 2011, geen gegevens beschikbaar
25 110 6 130 18 770 210
11 290 3 220 7 950 120
13 810 2 910 10 810 90
100 24 75 1
100 29 70 1
100 21 78 1
Totaal
Mannen
Vrouwen
1) 2)
De categorie 'geslacht onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen mannen en vrouwen niet altijd op tot het totaal. Projecten zijn uiterlijk juli 2011 beëindigd.
Tabel 25a ESF-deelnemers in subactie A van actie A, naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 Totaal 1)
Mannen
Vrouwen
% Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2008 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
1 070 370
430 170
640 200
100 34
100 39
100 31
290 270
130 120
160 150
27 25
30 29
25 23
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
710
260
450
66
61
69
130 150
60 60
70 90
12 14
15 14
11 14
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2009 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
2 850 1 170
1 170 590
1 670 580
100 41
100 50
100 35
990 930
500 470
500 460
35 33
42 40
30 27
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
1 680
590
1 090
59
50
65
270 340
130 140
140 200
10 12
11 12
9 12
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2010 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
12 200 5 810
5 990 3 070
6 200 2 740
100 48
100 51
100 44
4 620 850 4 510
2 460 450 2 380
2 160 400 2 130
38 7 37
41 7 40
35 7 34
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
6 390
2 920
3 460
52
49
56
920 290 5 120
500 150 2 380
420 140 2 730
8 2 42
8 3 40
7 2 44
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2011 Werkzaam bij einde project Niet werkzaam bij einde project Einde project na juli 2011, geen gegevens beschikbaar
17 650 5 200 12 280 180
7 630 2 700 4 830 100
10 020 2 500 7 440 80
100 29 70 1
100 35 63 1
100 25 74 1
1) 2)
De categorie 'geslacht onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen mannen en vrouwen niet altijd op tot het totaal. Projecten zijn uiterlijk juli 2011 beëindigd.
57
Tabel 25b ESF-deelnemers in subactie B van actie A, naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 Totaal 1)
Mannen
Vrouwen
Totaal
Mannen
Vrouwen
% Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2008 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
1 720 60
850 30
870 30
100 4
100 4
100 3
50 40
30 20
20 20
3 2
3 2
3 3
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
1 660
820
840
96
96
97
20 40
20 30
0 10
1 2
2 3
0 1
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2009 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
2 370 200
1 170 120
1 200 80
100 8
100 10
100 7
160 140
100 90
60 50
7 6
9 8
5 4
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
2 170
1 050
1 120
92
90
93
30 50
20 30
20 20
1 2
1 2
1 2
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2010 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
2 410 230
1 270 150
1 140 80
100 9
100 12
100 7
180 130 40
120 80 20
60 50 10
8 5 2
9 6 2
5 4 1
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
2 180
1 120
1 060
91
88
93
30 40 210
20 30 100
10 20 120
1 2 9
1 2 8
1 1 10
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2011 Werkzaam bij einde project Niet werkzaam bij einde project Einde project na juli 2011, geen gegevens beschikbaar
3 590 330 3 240 20
1 880 200 1 660 20
1 710 130 1 580 10
100 9 90 1
100 11 88 1
100 7 92 0
Totaal
Mannen
Vrouwen
1) 2)
De categorie 'geslacht onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen mannen en vrouwen niet altijd op tot het totaal. Projecten zijn uiterlijk juli 2011 beëindigd.
Tabel 25c ESF-deelnemers in subactie C van actie A, naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 Totaal 1)
Mannen
Vrouwen
% Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2008 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
2 760 220
1 250 110
1 500 110
100 8
100 8
100 7
160 160
80 80
90 80
6 6
6 6
6 5
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
2 540
1 150
1 390
92
92
93
70 110
40 60
40 50
3 4
3 5
2 3
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2009 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
6 920 510
3 000 250
3 920 260
100 7
100 8
100 7
390 350
190 170
200 180
6 5
6 6
5 5
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
6 420
2 750
3 660
93
92
93
190 260
110 150
80 110
3 4
4 5
2 3
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2010 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
15 270 6 590
8 590 4 350
6 680 2 240
100 43
100 51
100 34
5 730 490 5 820
3 800 250 3 960
1 920 240 1 860
37 3 38
44 3 46
29 4 28
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
8 680
4 240
4 440
57
49
66
580 230 2 790
400 130 1 540
180 110 1 240
4 2 18
5 1 18
3 2 19
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2011 Werkzaam bij einde project Niet werkzaam bij einde project Einde project na juli 2011, geen gegevens beschikbaar
3 870 600 3 260 20
1 790 320 1 460 10
2 080 270 1 800 10
100 15 84 0
100 18 82 0
100 13 86 0
1) 2)
De categorie 'geslacht onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen mannen en vrouwen niet altijd op tot het totaal. Projecten zijn uiterlijk juli 2011 beëindigd.
58
Tabel 26 ESF-deelnemers in actie B naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 Totaal 1)
Mannen
Vrouwen
Totaal
Mannen
Vrouwen
% Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2008 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
4 430 730
3 550 560
880 160
100 16
100 16
100 18
450 400
360 310
90 90
10 9
10 9
10 10
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
3 710
2 990
720
84
84
82
470 580
350 420
120 160
11 13
10 12
13 18
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2009 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
5 410 770
4 490 610
920 160
100 14
100 14
100 17
490 430
390 350
100 80
9 8
9 8
11 9
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
4 640
3 880
760
86
86
83
530 670
420 510
110 160
10 12
9 11
12 17
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2010 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
5 340 720
4 590 600
750 120
100 13
100 13
100 16
450 0 720
380 0 600
70 0 120
8 0 13
8 0 13
9 0 16
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
4 620
3 990
630
87
87
84
550 0 4 620
450 0 3 990
100 0 630
10 0 87
10 0 87
13 0 84
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2011 Werkzaam bij einde project Niet werkzaam bij einde project Einde project na juli 2011, geen gegevens beschikbaar
0
Totaal
Mannen
Vrouwen
1) 2)
De categorie 'geslacht onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen mannen en vrouwen niet altijd op tot het totaal. Projecten zijn uiterlijk juli 2011 beëindigd.
Tabel 27 ESF-deelnemers in actie C naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 Totaal 1)
Mannen
Vrouwen
% Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2008 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
9 010 3 120
5 820 2 090
3 180 1 040
100 35
100 36
100 33
2 130 2 230
1 440 1 510
690 720
24 25
25 26
22 23
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
5 880
3 740
2 150
65
64
67
940 1 460
620 990
320 470
10 16
11 17
10 15
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2009 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
18 390 5 910
11 770 3 980
6 620 1 940
100 32
100 34
100 29
3 940 4 350
2 680 2 940
1 260 1 410
21 24
23 25
19 21
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
12 480
7 790
4 680
68
66
71
1 640 2 950
1 090 1 970
550 990
9 16
9 17
8 15
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2010 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
23 990 6 950
15 330 4 600
8 650 2 350
100 29
100 30
100 27
5 110 5 150 160
3 420 3 470 110
1 690 1 680 50
21 21 1
22 23 1
20 19 1
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
17 040
10 730
6 300
71
70
73
2 530 3 960 530
1 670 2 650 370
860 1 310 170
11 17 2
11 17 2
10 15 2
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2011 Werkzaam bij einde project Niet werkzaam bij einde project Einde project na juli 2011, geen gegevens beschikbaar
14 920 4 470 10 450 0
9 480 3 000 6 480
5 440 1 470 3 960
100 30 70
100 32 68
100 27 73
1) 2)
De categorie 'geslacht onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen mannen en vrouwen niet altijd op tot het totaal. Projecten zijn uiterlijk juli 2011 beëindigd.
59
Tabel 28 ESF-deelnemers in actie D naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 Totaal 1)
Mannen
Vrouwen
Totaal
Mannen
Vrouwen
% Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2008 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
104 640 101 580
62 350 60 620
42 280 40 950
100 97
100 97
100 97
98 960 97 120
59 110 58 060
39 840 39 050
95 93
95 93
94 92
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
3 060
1 730
1 330
3
3
3
1 010 1 080
500 550
510 530
1 1
1 1
1 1
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2009 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
98 000 93 930
76 870 73 900
21 120 20 030
100 96
100 96
100 95
90 370 89 370
71 340 70 710
19 040 18 660
92 91
93 92
90 88
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project
4 070
2 970
1 090
4
4
5
1 300 1 630
960 1 160
350 470
1 2
1 2
2 2
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2010 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
211 940 204 570
149 160 143 840
62 760 60 730
100 97
100 96
100 97
198 630 61 920 139 660
139 510 42 450 99 190
59 110 19 460 40 480
94 29 66
94 28 67
94 31 64
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
7 370
5 320
2 030
3
4
3
1 970 860 4 670
1 380 610 3 300
590 250 1 350
1 0 2
1 0 2
1 0 2
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2011 Werkzaam bij einde project Niet werkzaam bij einde project Einde project na juli 2011, geen gegevens beschikbaar
214 200 165 080 6 730 42 390
155 180 117 280 4 730 33 170
59 000 47 800 1 980 9 220
100 77 3 20
100 76 3 21
100 81 3 16
Totaal
Mannen
Vrouwen
1) 2)
De categorie 'geslacht onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen mannen en vrouwen niet altijd op tot het totaal. Projecten zijn uiterlijk juli 2011 beëindigd.
Tabel 29 ESF-deelnemers in actie J1 naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 Totaal 1)
Mannen
Vrouwen
% Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2008 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2009 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2010 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
4 390 2 910
2 570 1 730
1 810 1 180
100 66
100 67
100 65
1 520 0 2 910
930
600
36
33
1 730
1 180
35 0 66
67
65
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
1 480
840
630
34
33
35
260 0 1 480
160 0 840
100 0 630
6 0 34
6 0 33
5 0 35
Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2011 Werkzaam bij einde project Niet werkzaam bij einde project Einde project na juli 2011, geen gegevens beschikbaar
30 620 18 530 11 070 1 020
18 000 11 560 5 810 620
12 610 6 970 5 240 400
100 61 36 3
100 64 32 3
100 55 42 3
1) 2)
De categorie 'geslacht onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen mannen en vrouwen niet altijd op tot het totaal. Projecten zijn uiterlijk juli 2011 beëindigd.
60
Tabel 30 ESF-deelnemers in actie J2 naar (duurzaamheid) arbeidsmarktpositie bij einde project, 2008–2011 Totaal 1)
Mannen
Vrouwen
Totaal
Mannen
Vrouwen
100 64 7 29
100 79 15 6
% Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2008 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2009 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2010 Werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project
0
Niet werkzaam bij einde project w.o. werkzaam 6 maanden na einde project werkzaam 12 maanden na einde project 2) geen gegevens beschikbaar over 12 maanden na einde project Deelnemers ESF-projecten beëindigd in 2011 Werkzaam bij einde project Niet werkzaam bij einde project Einde project na juli 2011, geen gegevens beschikbaar 1) 2)
13 230 8 520 1 030 3 680
12 680 8 080 950 3 650
560 440 90 30
100 64 8 28
De categorie 'geslacht onbekend' wordt niet weergegeven, hierdoor tellen mannen en vrouwen niet altijd op tot het totaal. Projecten zijn uiterlijk juli 2011 beëindigd.
61
Centrum voor Beleidsstatistiek Het CBS verzamelt gegevens bij personen, bedrijven en instellingen om deze daarna te verwerken tot statistische informatie over groepen mensen, bedrijven en hun omgeving. De resultaten stelt het CBS voor iedereen beschikbaar. Voor sommige vragen is deze informatie, die beschikbaar wordt gesteld via de CBS-website www.cbs.nl, echter niet toereikend. In dat geval kunnen externe partijen zich wenden tot het Centrum voor Beleidsstatistiek (CBS-CvB). Het CBS-CvB bepaalt in nauw overleg met de klant welke informatie in welke vorm beschikbaar en nuttig is voor het beantwoorden van de vraag. Daarna voert het CBS-CvB het onderzoek uit en beschrijft de resultaten in een rapport of maatwerkpublicatie. Alle uitkomsten en publicaties worden openbaar gemaakt en zijn te vinden op de website van het CBS-CvB (www.cbs.nl/cvb).
62