Werkplan Ondernemersfonds Leiden
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
2
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ................................................................................................................................. 3 Inleiding............................................................................................................................................. 4 Deel 1:
Het Ondernemersfonds tot nu toe .................................................................................. 7
Deel 2:
Het Werkplan .................................................................................................................. 9
I STRUCTUUR ONDERNEMERSFONDS .............................................................................. 9 Hoofdstuk 2.1: Samenstelling bestuur en adviesraad .................................................................. 9 Het bestuur ................................................................................................................................ 9 De adviesraad ........................................................................................................................... 9 Hoofdstuk 2.2: Systematiek bestedingen ................................................................................... 10 Trekkingsrechten ..................................................................................................................... 10 Aanvragen ............................................................................................................................... 11 Besluitvorming in bestuursvergadering ................................................................................... 11 Hoofdstuk 2.3: Niet gebruikte gelden.......................................................................................... 12 Sparen/lenen ........................................................................................................................... 12 Rente ....................................................................................................................................... 13 Hoofdstuk 2.4: Algemene middelen............................................................................................ 13 II FINANCIEN ONDERNEMERSFONDS ............................................................................... 14 Hoofdstuk 2.5: Waarborgen continuïteit en deugdelijkheid ........................................................ 14 Continuïteit............................................................................................................................... 14 Deugdelijkheid ......................................................................................................................... 14 Hoofdstuk 2.6: Stimuleren bijdrage OZB-afdracht gemeente Leiden......................................... 15 III TRANSPARANTIE .............................................................................................................. 16 Hoofdstuk 2.7: Communicatie en transparantie naar verenigingen ........................................... 16 Hoofdstuk 2.8: Periodieke weergave bestedingen ..................................................................... 16 Hoofdstuk 2.9: Combineren plannen gebieden en sectoren ...................................................... 16 IV ONDERNEMERSFONDS EN HAAR OMGEVING ......................................................... 17 Hoofdstuk 2.10: Activiteiten gemeente Leiden ........................................................................... 17 Hoofdstuk 2.11: Actie stand-alone bedrijven .............................................................................. 17 Hoofdstuk 2.12: Samenwerking met bewonersorganisaties ...................................................... 17 Hoofdstuk 2.13: Strategische belangen grote partners (LUMC en UL)...................................... 17 Hoofdstuk 2.14: Samenwerking en taakverdeling organisaties ................................................. 18 Deel 3:
De toekomst.................................................................................................................. 19
Conclusie ........................................................................................................................................ 21 Bijlage I: Bestuursleden Ondernemersfonds.................................................................................. 23 Bijlage II: Adviesraad Ondernemersfonds...................................................................................... 25 Bijlage III: Overzicht ondernemersverenigingen ............................................................................ 27 Bijlage IV: Regels trekkingsrechten................................................................................................ 29 Bijlage V: Bestedingen Ondernemersfonds ................................................................................... 31 Bijlage VI: Financieel overzicht....................................................................................................... 33
3
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
4
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Inleiding Het Ondernemersfonds Leiden is in 2005 opgericht voor een proefperiode van twee jaar. Sindsdien betalen Leidse ondernemers (op eigen verzoek) meer lokale belasting (Onroerend Zaak Belasting (OZB)) die kan worden besteed aan collectieve activiteiten. Aan het einde van de proefperiode (eind 2006) is een evaluatieonderzoek gedaan door Bureau Bodewes. Hiervoor zijn 35 vertegenwoordigers van (ondernemers-)verenigingen en andere belanghebbenden bij het fonds geïnterviewd. Uit het onderzoek bleek dat er unanieme steun in de stad was om het Ondernemersfonds voort te zetten. U kunt het onderzoeksrapport vinden op de website van het Ondernemersfonds (www.ondernemersfonds.nl). Uit de evaluatie bleek ook dat meer duidelijkheid gewenst is over het beleid van het Ondernemersfonds. Daarbij gaat het deels om zaken waarover het bestuur in de opstartfase nog geen standpunt had ingenomen, maar deels ook om communicatie van reeds bestaand beleid. Voorliggend werkplan is een weergave van het huidige beleid van het Ondernemersfonds, maar zal tevens de discussie openen over onderwerpen die de verdere voortgang van het Ondernemersfonds in de toekomst zal bepalen.
5
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
6
Werkplan Ondernemersfonds
Deel 1:
September 2007
Het Ondernemersfonds tot nu toe
De oprichting van het Ondernemersfonds in 2005 was het begin van een bijzonder project in Nederland. Het betrof een stadsbreed initiatief dat de financiering van collectieve, stadsbrede belangenbehartiging én samenwerking ten doel had. Sinds maart 2002 zijn in Leiden discussies gevoerd over mogelijkheden voor collectieve fondsvorming. Daarbij zijn diverse methoden onderzocht (reclamebelasting, precario, baatbelasting). Eind 2004 bleek ook in de gemeenteraad een meerderheid te zijn voor collectieve fondsvorming door middel van een opslag op de OZB op niet-woningen. Het initiatief voor de fondsvorming is in eerste instantie ontstaan bij een actieve, informele groepering die al snel de steun van het Centrummanagement Leiden en de Vereniging voor Ondernemingen en Instellingen Bio Science Park kreeg. Bij de oprichtingsbijeenkomst op 12 januari 2005 bleek er zelfs stadsbrede steun te zijn voor het opzetten van het Ondernemersfonds. Omdat het een geheel nieuw initiatief betrof is het bij wijze van proef opgezet. Door de breed samengestelde adviesraad en de vertegenwoordiging van alle betalers van OZB in het bestuur werden discussies steeds stadsbreed gevoerd. Om de discussie open te houden werd een einddatum in de statuten opgenomen: zonder tegenbericht zou het fonds per 1 januari 2007 worden opgeheven. In de tweede helft van 2006 is een evaluatieonderzoek verricht door Bureau Bodewes. Uit dit onderzoek moest blijken of er voldoende steun in de stad was om het Ondernemersfonds te laten voortbestaan, maar ook om verbeterpunten naar voren te brengen. Het evaluatierapport dat hieruit is voortgekomen is op 13 december 2006 aan de adviesraad voorgelegd. De adviesraad heeft tijdens deze bijeenkomst haar unanieme steun uitgesproken voor het voortbestaan van het Ondernemersfonds. Uit het evaluatieonderzoek en de bijeenkomst met de adviesraad kwamen wel enkele aandachtspunten naar voren. Het feit dat het Ondernemersfonds een nieuw initiatief is en vrijwel geen regels kent, maakt dat mensen op afstand niet altijd volledig begrijpen hoe het fonds werkt. Op verzoek van de adviesraad heeft het bestuur van het Ondernemersfonds nu een werkplan opgesteld, waarmee meer inzicht wordt gegeven in haar werkwijze en structuur. Daarbij wordt tevens invulling gegeven aan het financiële doorzicht van het fonds.
7
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
8
Werkplan Ondernemersfonds
Deel 2: I
September 2007
Het Werkplan
STRUCTUUR ONDERNEMERSFONDS
Het Ondernemersfonds is een stichting. De stichting kent een bestuur dat wordt geadviseerd door een adviesraad.
Hoofdstuk 2.1: Samenstelling bestuur en adviesraad Het bestuur Het bestuur van het Ondernemersfonds telt tien leden. Alle bestuursleden hebben hun eigen portfolio: ze hebben tot taak contacten te leggen en te onderhouden in een bepaalde groep betalers van OZB. De bestuursleden zijn officieel geen vertegenwoordiger en hebben geen last of ruggespraak. Een belangrijke taak van de bestuursleden is dan ook het versoepelen van de communicatie tussen het Ondernemersfonds en de ondernemers in de stad, maar ook het verbeteren van de contacten tussen de verschillende sectoren. De statuten (artikel 4) van het Ondernemersfonds stellen minimaal zeven bestuursleden verplicht. Daarbij is een brede samenstelling van het bestuur voorgeschreven, waarbij verplicht zijn: - Bestuurslid Kamer van Koophandel - Bestuurslid Centrummanagement Leiden - Bestuurslid BV Leiden - Bestuurslid bedrijventerreinen - Bestuurslid winkelgebieden buiten het centrum - Bestuurslid not-for-profitsector - Onafhankelijk voorzitter Bij de oprichting van het Ondernemersfonds is voor meer bestuursleden gekozen dan op basis van de statuten noodzakelijk is, waardoor enkele grote partijen een extra bestuurslid hebben gekregen. Zo hebben de Universiteit Leiden en het ROC beiden een bestuurslid, naast het (algemene) bestuurslid van de not-for-profitsector. Dat geldt tevens voor het Bio Science Park, die een eigen bestuurslid heeft naast het bestuurslid van de bedrijventerreinen. Van de bestuursleden wordt verwacht dat zij actief zijn binnen hun sector. Ze zijn (op basis van de statuten) voor onbepaalde tijd aangesteld. Het huidige bestuur stelt voor de aanstelling te limiteren tot vier jaren. Na deze periode is verlenging mogelijk indien de persoon nog steeds kan gelden als klankbord voor zijn of haar achterban. Er wordt gestreefd naar een geleidelijke vervanging van het bestuur om te voorkomen dat het ´collectieve geheugen´ verloren gaat. Als een bestuurslid stopt wordt hem in beginsel zelf gevraagd een vervanger te zoeken die de sector kan vertegenwoordigen. Indien dit moeizaam verloopt zal het Ondernemersfonds daarin een actieve rol spelen. In bijlage I vindt u een overzicht van de huidige bestuursleden en hun portfolio.
De adviesraad De adviesraad vormt het informatiekanaal tussen de stichting Ondernemersfonds en de ondernemers in de stad. De adviesraad kan het bestuur van het fonds gevraagd en ongevraagd advies geven. Daartoe bestaat de adviesraad van het Ondernemersfonds uit alle vertegenwoordigers van betalers van OZB op niet-woningen. Zo zijn alle bestuursleden van winkeliers- en 9
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
ondernemersverenigingen lid, maar ook die van onderwijs-, sport- en cultuurverbanden (zie bijlage II). In de statuten (artikel 8, lid 3) is vastgelegd dat iedere aan het fonds deelnemende organisatie recht heeft op een zetel in de adviesraad. Tweemaal per jaar organiseert het bestuur van het Ondernemersfonds een bijeenkomst voor de adviesraad. Daarbij staat een thema (sector of cluster van betalers van OZB) centraal. Deze bijeenkomsten hebben ten doel de communicatie tussen de diverse organisaties in de stad te verbeteren en eventuele gemeenschappelijke thema's te belichten. De meest recente adviesraad was op 2 april 2007. Hierin stonden de bedrijventerreinen centraal. Gemeenteraadsleden hebben zich tijdens deze bijeenkomst laten informeren over de roep om cameratoezicht op bedrijventerreinen. Eind 2006 heeft het bestuur de adviesraad geraadpleegd over de uitkomsten van het evaluatierapport van Bureau Bodewes. Alle aanwezige vertegenwoordigers hebben daarbij een reactie kunnen geven op het onderzoeksrapport. Vervolgens is unaniem besloten het Ondernemersfonds voort te zetten. Dit werkplan zal, vlak na de zomer van 2007, ook aan de adviesraad worden voorgelegd.
Hoofdstuk 2.2: Systematiek bestedingen Trekkingsrechten Iedere belastingbetaler van OZB op niet-woningen in Leiden draagt bij aan het Ondernemersfonds. Door een verhoging van de OZB op niet-woningen gaat momenteel 5,3% van de totale belastingaanslag naar het Ondernemersfonds. Dit bedrag wordt door de gemeente aan het Ondernemersfonds overgedragen en vormt de bruto-opbrengst van het fonds. Met de gemeente Leiden is afgesproken dat het Ondernemersfonds jaarlijks een voorschot ontvangt die is gebaseerd op de te verwachten OZB-opbrengsten. De gemeente en het Ondernemersfonds nemen daarmee beiden een risico voor anders uitvallende OZB-opbrengsten. Ter dekking van de algemene kosten van het Ondernemersfonds houdt het fonds momenteel 3% van de bruto-inkomsten in. Dit percentage wordt jaarlijks vastgesteld op basis van de begroting van de algemene kosten. Om het risico van lagere OZB-opbrengsten te dekken houdt het Ondernemersfonds daarnaast nog een veiligheidsmarge van 3% aan. In totaal wordt 6% 'afgeroomd'. De dan overgebleven, netto opbrengsten, vormen het totale trekkingsrecht. Om de middelen nuttig besteedbaar te maken worden ze ingedeeld naar de gebieden waarvan ze afkomstig zijn. Dat gebeurt op twee manieren al naar gelang de wensen van de betrokkenen: - Geografisch (op basis van postcode) - Sectoraal (op basis van functies) In principe houdt het Ondernemersfonds een indeling naar ligging (geografisch) aan. Vaak sluit deze indeling aan bij de op het terrein aanwezige, gebiedsgerichte, verenigingen. Dat geldt met name voor winkeliers- en ondernemersverenigingen. Zij hebben op deze manier de beschikking over de in hun gebied opgebrachte gelden. Er zijn echter ook gevallen waarin een sectorale indeling wenselijk is, bijvoorbeeld bij sectoren met een sterke onderlinge binding of wanneer een bepaalde instelling weinig overeenkomsten of binding heeft met zijn omgeving. Momenteel worden de sectoren sport en onderwijs binnen het Ondernemersfonds apart gehouden.
10
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
De oprichting van meer gebiedsgerichte verenigingen kan de discussie over sectorale of geografische indeling een nieuwe impuls geven. Het bestuur van het Ondernemersfonds wacht de signalen hierover uit de stad af. Het Ondernemersfonds houdt de gelden voor ieder gebied ´apart´, ook wanneer er nog geen plannen voor het gebruik ervan zijn gemaakt. Het fonds probeert de bestedingen wel te stimuleren, bijvoorbeeld door te helpen bij het opzetten van nieuwe ondernemersverenigingen. Het Ondernemersfonds is BTW-plichtig en kan daarom BTW op facturen terugvragen.
Aanvragen Het geld van het Ondernemersfonds is bedoeld voor de financiering van collectieve activiteiten. Om die reden stelt het Ondernemersfonds een aantal voorwaarden aan de aanvragen: - er is sprake van een rechtspersoon, een vereniging - de vereniging is representatief voor de betrokken ondernemers - het plan dient een collectief doel Verenigingen kunnen ter hoogte van het voor hen beschikbare bedrag in het fonds een aanvraag indienen. Het bestuur van het Ondernemersfonds bespreekt deze dan in de eerstvolgende bestuursvergadering. Daarbij wordt gekeken of het plan voldoet aan bovengenoemde voorwaarden en of het plan binnen het budget (trekkingsrecht) van het gebied past. Verder worden geen inhoudelijke eisen gesteld. Ter verduidelijking zijn de regels voor aanvragen in bijlage IV nogmaals opgesomd. Het Ondernemersfonds benadrukt het belang van een goede communicatie tussen organisaties in de stad. Op deze manier kunnen plannen onderling worden besproken en hoeft niet steeds opnieuw hetzelfde wiel te worden uitgevonden. Het Ondernemersfonds ziet de gelden als eigen geld van de ondernemers in de stad. Dat betekent dat zij (de vereniging die representatief is voor het gebied) ook beslist over de besteding ervan. Ieder gebied heeft immers eigen doelen en prioriteiten (bijvoorbeeld promotie, schoonmaak, sinterklaasintocht, parkmanagement of beveiliging). Een aantal opvallende voorbeelden van toegekende projecten zijn: - Barbecue ter kennismaking van de ondernemers in het gebied (vereniging Amphoraweg); - Libertas: samenwerkingsproject zorginstellingen en ondernemers (buurtwinkels) - Sport: Joop Zoetemelk Classic - Onderwijs: Stagemakelaar ter bevordering onderwijs-arbeidsmarkt In bijlage V vindt u een overzicht van alle bestedingen uit het Ondernemersfonds tot nu toe.
Besluitvorming in bestuursvergadering Alle aanvragen worden, voordat betaling wordt toegezegd, in het bestuur van het Ondernemersfonds besproken. Het besluit dat daarin vervolgens wordt genomen komt tot stand door het aflopen van de voorwaarden. Tijdens de bestuursvergadering worden de hierboven (onder ´aanvragen´) genoemde criteria getoetst. Daartoe wordt allereerst gekeken naar de indiener van het project: - betreft het een rechtspersoon (vereniging)? - is de rechtspersoon representatief voor de betrokkenen in het gebied (inspraak mogelijk, bijvoorbeeld middels een regelmatige Algemene Ledenvergadering)? Vervolgens wordt het plan kort inhoudelijk besproken. Het bestuur van het Ondernemersfonds bekijkt of het collectieve belang van de betrokken ondernemers wordt gediend met het ingediende plan. Daarbij wordt breed gedacht: het geld in het Ondernemersfonds is van de ondernemer. Die mag daarom zelf beslissen over de besteding ervan.
11
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Na de vergadering wordt de indiener schriftelijk geïnformeerd over de uitkomst van de vergadering. Als is besloten het project te steunen dan kan de rekening tot het voor het gebied beschikbare bedrag rechtstreeks naar het Ondernemersfonds worden gestuurd. Het fonds controleert de binnengekomen factuur bij de aanvrager van het plan en zorgt dan voor de betaling ervan. Een overzicht van toegekende bestedingen kunt u vinden in bijlage V.
Hoofdstuk 2.3: Niet gebruikte gelden Het Ondernemersfonds labelt de gelden in principe per gebied, op basis van het postcodebestand van de gemeente Leiden (tenzij is aangegeven dat een sectorale indeling de voorkeur heeft). Het fonds blijft het geld in principe beheren totdat er een beroep op wordt gedaan. In gebieden waar een vereniging bestaat fungeert het daar aanwezige bestuur als aanspreekpunt voor het Ondernemersfonds. Zij kunnen aangeven welk gebied ze tot hun werkterrein rekenen, daarop wordt dan het beschikbare bedrag aangepast. Het Ondernemersfonds heeft contact met de verenigingen over het indienen van plannen en zal hen actief benaderen wanneer dat achterblijft. Voor gebieden waar nog geen vereniging bestaat ligt dit lastiger. Zolang er geen sprake is van een collectief verband die representatief is voor het gebied kan geen aanspraak worden gemaakt op het geld dat voor het gebied apart staat in het Ondernemersfonds. Het Ondernemersfonds stimuleert het opzetten van verenigingen in deze gebieden, door in samenwerking met de gemeente Leiden contact te zoeken met ondernemers in het gebied. Het beschikbare geld dat het Ondernemersfonds sinds 2005 ´bewaart´ voor gebieden die nog niet georganiseerd zijn blijkt een sterke prikkel te zijn voor ondernemers. Momenteel (zomer 2007) zijn in drie gebieden nieuwe ondernemersverenigingen opgericht: de Verbeekstraat/Haagse Schouwweg, De Veiling en de Kenauweg. Ook op de Lammenschansweg zijn gesprekken gaande. Als er (ondanks inspanningen van het Ondernemersfonds) geen aanspraak wordt gemaakt op de gelden die beschikbaar zijn in het fonds wordt het geld in principe drie jaren apart gehouden voor een gebied. Als er ná die tijd, dus per 1 januari 2008, nog geen zicht is op besteding van de middelen dan zal het bestuur van het Ondernemersfonds bekijken of het gebied kan worden gevoegd bij een nabijgelegen vereniging of het geld toekennen aan de algemene middelen.
Sparen/lenen Gebieden die aangeven hun geld apart te willen houden voor een bepaald doel in de toekomst kunnen sparen in het Ondernemersfonds. Met kennisgeving geldt bovenstaande maximale termijn (drie jaar) niet. Er kan dus voor een langere periode worden gespaard. Een voorbeeld hiervan is het Bio Science Park. Deze ondernemersvereniging spaart ieder jaar een vast bedrag voor infrastructurele ontwikkelingen die op de langere termijn worden verwacht. Ieder jaar wordt dit weer door de vereniging aan het Ondernemersfonds bevestigd. Hieruit zou men kunnen afleiden dat men ook zou moeten kunnen lenen in het Ondernemersfonds. Dat kan echter een zwaarder risico met zich meebrengen, met name vanwege de onzekerheid over het voortbestaan van het Ondernemersfonds op de langere termijn (in verband met de subsidieafspraken met de gemeente Leiden). Tot op heden is eenmaal een verzoek voor een lening gedaan, door Business Platform Rooseveltstraat. Het ging om een voorschot van drie jaarschijven, voor de aanschaf van een camerasysteem. Het bestuur vond deze aanvraag toen te risicovol, met name omdat ook de
12
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
ontheffing van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties toen nog niet zeker was. Bij zekerheid van voortbestaan en voldoende inzicht in het spaargedrag van verenigingen kan deze mogelijkheid in de toekomst wellicht wel worden geboden. Hierbij zullen wel steeds alle omstandigheden van het geval worden meegewogen.
Rente De renteopbrengst van de aanwezige gelden in het Ondernemersfonds wordt tot 31 december 2007 nog bijgeschreven aan de algemene middelen van het fonds. Op deze wijze wordt een buffer gecreëerd en profiteren gebieden waar nog onvoldoende gebeurd niet van het niet gebruiken van de gelden. Het opzetten van samenwerkingsverbanden (verenigingen) en het maken van plannen wordt op deze wijze gestimuleerd. Het bestuur van het Ondernemersfonds stelt voor om dit in de toekomst, per 1 januari 2008, te veranderen. Het Ondernemersfonds wil renteopbrengsten van gelden die zijn gereserveerd voor een specifiek doel (dus met kennisgeving) dan bij het tegoed van de vereniging gaan bijschrijven. Verenigingen moeten daartoe wel een duidelijk plan hebben met het tegoed en een tijdsindicatie bieden. Dat geeft het Ondernemersfonds tevens de gelegenheid dit geld in te zetten voor een eventueel voorschot (lening) ten behoeve van een ander gebied. Geld dat echter onaangewend blijft omdat een gebied nog geen (actieve) ondernemersvereniging heeft levert geen renteopbrengsten op. Deze opbrengsten zullen blijven vloeien naar de algemene middelen. Het Ondernemersfonds benadert gebieden waar de bestedingen achterblijven actief om tot een oplossing te komen.
Hoofdstuk 2.4: Algemene middelen Het Ondernemersfonds houdt een klein gedeelte (3%) van de OZB-opbrengsten in voor de zogenaamde ´Algemene middelen´ (zie hoofdstuk 2.2, onder ´trekkingsrechten´). Uit de Algemene Middelen worden overheadkosten gefinancierd. Daaronder valt bijvoorbeeld de fondsmanager die drie dagen per week voor het Ondernemersfonds werkzaam is. De kosten hiervan zijn beperkt door de detacheringsovereenkomst die daarvoor met de Kamer van Koophandel is gesloten. Verder worden hiervan de kosten van de bijeenkomsten van de adviesraad, briefpapier en dergelijke betaald. De bestedingen van de algemene middelen worden in de jaarverslagen verantwoord. Deze kunt u inzien op www.ondernemersfonds.nl (onder ´bestuur en organisatie´).
13
Werkplan Ondernemersfonds
II
September 2007
FINANCIEN ONDERNEMERSFONDS
De inkomsten van het Ondernemersfonds worden geheel gevormd door de bijdrage van de gemeente Leiden. In de vorm van een ´subsidie´ wordt het geld dat middels de opslag op de OZB op niet-woningen extra bij de gemeente binnenkomt naar het Ondernemersfonds overgemaakt. Het bestuur van het Ondernemersfonds stelt voor de hoogte van de opslag op de OZB op nietwoningen voor 2008 niet te veranderen. Dat houdt in dat ook in 2008 weer 5,3% van de opbrengsten uit deze belasting door de gemeente Leiden naar het fonds zal worden overgeheveld. Indien vanuit de stad wordt gevraagd om een wijziging van dit percentage (en dus een wijziging in de te betalen OZB per ondernemer) kan dit in de adviesraad aan de orde worden gesteld.
Hoofdstuk 2.5: Waarborgen continuïteit en deugdelijkheid Continuïteit Het Ondernemersfonds is voor haar voortbestaan afhankelijk van de middelen die worden opgebracht door de opslag op de OZB niet-woningen. Deze wordt door de gemeente Leiden geïnd en overgedragen aan het Ondernemersfonds. Sinds 2006 heeft de gemeente Leiden een ontheffing nodig van de provincie om de hogere OZB te mogen heffen. De provincie geeft die ontheffing na toestemming van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De minister van BZK heeft echter in 2006 kenbaar gemaakt deze ontheffing per 2008 niet meer te willen verlenen. Dat zou het einde van het Ondernemersfonds (in de huidige structuur) betekenen. Het nieuwe kabinet onthulde onlangs haar nieuwe OZB-beleid: het Rijk laat de lokale overheid vrij in het vaststellen van de hoogte van de OZB. Staatssecretaris Bijleveld (BZK) bevestigde dat dit voor het Ondernemersfonds betekent dat er geen ontheffing meer nodig is om de toekomst van het fonds veilig te stellen. Met de zekerheid over haar voortbestaan in 2008 kan het Ondernemersfonds zich richten op haar verdere ontwikkeling. De lokale discussie met de gemeenteraad blijft daarmee van groot belang.
Deugdelijkheid Met de zekerheid over haar voortbestaan én de ervaringen van de eerste twee jaren, klimt het Ondernemersfonds in 2007 uit haar opstartfase. Daarbij worden onder meer de deugdelijkheid en het doorzicht van het fonds verder ontwikkeld. In het bestuur van het Ondernemersfonds zijn inmiddels een secretaris en een penningmeester aangesteld. De penningmeester zal er op toezien dat jaarlijks in september een begroting bekend zal worden gemaakt en dat er steeds in maart/april een jaarrekening ligt. Deze wordt overigens tevens aan een accountantscontrole onderworpen. De, door de accountant goedgekeurde, jaarrekeningen over de jaren 2005 en 2006 zijn in te zien op de website van het Ondernemersfonds (www.ondernemersfonds.nl). Samenwerkingsverbanden ontvangen jaarlijks een overzicht met de voor hen beschikbare gelden. Hierin wordt het bedrag vermeld van hun trekkingsrecht over het nieuwe jaar (op basis van de te verwachten OZB-opbrengst) en het bedrag dat over de eerdere jaren voor hen is gereserveerd. Met deze gebiedsgerichte (per vereniging) aanpak hebben ondernemers altijd zicht op de middelen die concreet voor hen beschikbaar zijn.
14
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Hoofdstuk 2.6: Stimuleren bijdrage OZB-afdracht gemeente Leiden De opslag op de OZB voor niet-woningen geldt sinds 2005 voor alle Leidse betalers van deze belasting. Bij de start van het Ondernemersfonds, in 2005, heeft de gemeente Leiden zichzelf hiervoor uitgezonderd. Gebouwen die in eigendom zijn van de gemeente, of die door een gemeentelijke instantie worden gehuurd, dragen om die reden niet bij aan het Ondernemersfonds. Met name voor de sport- en onderwijssector leidt dit tot een fors lagere bestedingsruimte. Om de draagkracht van met name de sport- en onderwijssector te versterken heeft het Ondernemersfonds de gemeente inmiddels mondeling en schriftelijk benaderd met het verzoek aan het fonds bij te dragen per 2008. Het College van B&W staat welwillend tegenover een bijdrage aan het fonds. Het dient echter nog wel in de begroting voor 2008 te worden opgenomen. Momenteel worden de besprekingen hiervan op ambtelijk niveau voorbereid.
15
Werkplan Ondernemersfonds
III
September 2007
TRANSPARANTIE
Hoofdstuk 2.7: Communicatie en transparantie naar verenigingen Het Ondernemersfonds acht de communicatie tussen verenigingen in de stad van groot belang. Daarbij gaat het niet alleen om de communicatie tussen verenigingen onderling, bijvoorbeeld ondernemers- of winkeliersverenigingen, maar met name over de koppeling tussen verschillende sectoren. Het bestuur van het Ondernemersfonds is breed samengesteld. Alle betalers van OZB op nietwoningen zijn hierin vertegenwoordigd (zie bijlage I). Ook in de adviesraad van het Ondernemersfonds is een brede achterban betrokken (zie bijlage II). Dit biedt een breed platform voor kennismaking tussen de verschillende ondernemersorganisaties (inclusief de not-for-profit) in de stad. Het Ondernemersfonds organiseert tweemaal per jaar een adviesraad waarin een specifieke sector in de stad centraal staat. Zo zijn er in het verleden thema-avonden geweest over bedrijventerreinen, winkelcentra buiten het centrum en het onderwijs. De website van het Ondernemersfonds zal ook in de toekomst een belangrijke rol spelen bij de communicatie en transparantie. Momenteel wordt bijvoorbeeld gewerkt aan online overzichten van actieve verenigingen en bestedingen in de gebieden.
Hoofdstuk 2.8: Periodieke weergave bestedingen Het Ondernemersfonds streeft ernaar om per georganiseerd verband in kaart te brengen wat er binnen het Ondernemersfonds voor dat gebied te besteden is. Om die reden wordt verenigingen gevraagd aan te geven voor welk gebied zij actief zijn. Op basis hiervan wordt het beschikbare bedrag aan hen gecommuniceerd. Ieder jaar ontvangt de vereniging een overzicht van het bedrag dat in het nieuwe jaar aan het budget wordt bijgeschreven en wat er uit de voorgaande jaren is overgebleven. Door een weergave van de bestedingen in andere gebieden kunnen verenigingen zien wat er allemaal kan met het Ondernemersfonds. Het fonds stimuleert nieuwe, originele ideeën voor bestedingen. Deze werkwijze biedt tevens de mogelijkheid in kaart te brengen in welke gebieden nog geen verenigingsstructuur is, of welke betalers van OZB op niet-woningen nog buiten de bestaande verenigingen vallen. Deze gebieden worden actief door het Ondernemersfonds benaderd om tot een oplossing te komen.
Hoofdstuk 2.9: Combineren plannen gebieden en sectoren Door het bevorderen van communicatie tussen gebieden kan worden bekeken of aanvragen kunnen worden gebundeld. Op deze manier kunnen wellicht schaalvoordelen worden geboekt. Het Ondernemersfonds zal dat op twee manieren vormgeven: - informatieverstrekking via de website van het Ondernemersfonds: alle aanvragen die bij het Ondernemersfonds binnenkomen zullen op de site worden geplaatst. Ondernemers kunnen op deze manier zien bij wie ze informatie kunnen opvragen over bepaalde projecten. - het actief samenbrengen van verenigingen waar in eenzelfde periode gelijke vraagstukken spelen. Op deze wijze kan kennisuitwisseling plaatsvinden en kunnen schaalvoordelen worden behaald. Daarnaast maakt het Ondernemersfonds ook samenwerkingsprojecten tussen verschillende sectoren financieel mogelijk. Een recent voorbeeld daarvan is het Libertas-project, een samenwerkingsverband van buurtwinkels en zorginstellingen.
16
Werkplan Ondernemersfonds
IV
September 2007
ONDERNEMERSFONDS EN HAAR OMGEVING
Hoofdstuk 2.10: Activiteiten gemeente Leiden Het Ondernemersfonds is alert op de scheiding van private en publieke taken. Het doel van het Ondernemersfonds is het financieren van private taken. Het Ondernemersfonds ziet in de nabije toekomst wel mogelijkheden om budgetten van de gemeente te gebruiken voor uitvoering van publieke taken door lokale ondernemersverenigingen. De ondernemers nemen in dat geval een deel van de taken van de gemeente over, maar daartoe hevelt de gemeente ook haar budget voor dat gebied over. Een voorbeeld daarvan zou bijvoorbeeld bewegwijzering kunnen zijn, waarover de recent opgerichte Ondernemersvereniging De Veiling Vooruit! zich momenteel buigt.
Hoofdstuk 2.11: Actie stand-alone bedrijven Niet alle betalers van OZB op niet-woningen zijn bij een terrein- of sectorvereniging onder te brengen. Het Ondernemersfonds zal in kaart brengen om welke bedrijven of organisaties het gaat en welk bedrag aan OZB zij vertegenwoordigen. Het Ondernemersfonds staat open voor initiatieven van stand-alone organisaties voor de besteding van hun projecten. Wellicht is bijvoorbeeld aansluiting bij een bewonersorganisatie mogelijk? Een voorbeeld van een project dat stand-alone bedrijven bundelt is het eerder aangehaalde Libertas-project. Hierin worden een aantal buurtwinkels, die over het algemeen solitair gevestigd zijn, gekoppeld aan een aantal zorginstellingen. Dergelijke, niet meteen voor de hand liggende, projecten zal het Ondernemersfonds ook in de toekomst blijven faciliteren.
Hoofdstuk 2.12: Samenwerking met bewonersorganisaties Het Ondernemersfonds stimuleert samenwerking tussen bewoners en ondernemers. De Stevenshof is het eerste gebied in Leiden waar deze samenwerking haar vruchten lijkt af te werpen. Met financiële steun van de Kamer van Koophandel heeft het Ondernemersfonds samen met de wijkraad een bijeenkomst georganiseerd voor ondernemers en bewoners uit de Stevenshof. Zowel winkeliers (WV De Stevensbloem) als ondernemers van de Kenauweg (OV Stevenshof) en bewoners zijn enthousiast over onderlinge samenwerking. De mensen bleken met dezelfde problemen te kampen, zoals vuil, parkeerproblemen en overlast van hangjongeren. In juni is hierover een verhelderend gesprek gevoerd met de gemeente Leiden en de wijkagent. De Stevenshof is voorloper op dit gebied en geeft daarmee een goed voorbeeld. Een gezamenlijke aanpak en goede communicatie tussen bewoners en bedrijfsleven kan ook in andere gebieden zinvol zijn, door de sterke vorm van sociale controle die erdoor kan ontstaan. Het Ondernemersfonds zal dergelijke initiatieven ook in andere gebieden faciliteren.
Hoofdstuk 2.13: Strategische belangen grote partners (LUMC en UL) Het Ondernemersfonds is geen belangenbehartigende organisatie. Ze zal zich dan ook niet over politieke thema's uitspreken. Het Ondernemersfonds faciliteert wel de zorg voor de bedrijfsomgeving en stimuleert investeringen. BV Leiden, de Kamer van Koophandel en het Centrummanagement behartigen de belangen van het Leidse bedrijfsleven. De belangen van de grote partners, bijvoorbeeld het LUMC en de Universiteit Leiden worden bijvoorbeeld door het Centrummanagement Leiden behartigd, onder meer door stadsbrede promotie- en lobbyactiviteiten van het Centrummanagement.
17
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Onder het Centrummanagement Leiden vallen ook de horeca en musea. Het Centrummanagement Leiden maakt budget vrij voor stadsbrede promotie en belangenbehartiging. Ook de Kamer van Koophandel en BV Leiden hebben hierin een taak. Via het Ondernemersfonds kunnen dergelijke projecten worden gefinancierd. Een goede onderlinge afstemming is hierbij van groot belang. Het LUMC en de Universiteit Leiden zijn (voor een groot deel) gevestigd op het Bio Science Park en lid van de bedrijventerreinvereniging op dat park, de VOIBSP. Deze grote partners hebben met de VOIBSP afspraken gemaakt over de besteding van een substantieel deel van de gelden uit het Ondernemersfonds, bestemd voor het Bio Science Park. De geldstroom loopt via de VOIBSP. De universiteit is bovendien vertegenwoordigd in het bestuur van het Ondernemersfonds, waardoor de lijnen kort gehouden kunnen worden. Het Ondernemersfonds kan wel de discussie faciliteren tussen het bedrijfsleven en de gemeente. Dat is bijvoorbeeld gebeurd in de lobby voor cameratoezicht op bedrijventerreinen, waar een duidelijke link met het Ondernemersfonds lag. Het Ondernemersfonds heeft een aantal aanvragen liggen voor de financiering van cameratoezicht op bedrijventerreinen. Het Ondernemersfonds kan de aanvragen niet honoreren zolang de gemeenteraad haar toestemming voor cameratoezicht niet heeft gegeven. Ook in de toekomst zal het Ondernemersfonds de lobby van ondernemers naar de gemeenteraad blijven ondersteunen, wanneer deze aan de basis staat van een gewenste besteding van de middelen uit het Ondernemersfonds.
Hoofdstuk 2.14: Samenwerking en taakverdeling organisaties Naast het Ondernemersfonds zijn ook de gemeente Leiden, de Kamer van Koophandel en BV Leiden actief betrokken bij de verdere ontwikkeling van het ondernemersklimaat in de stad. Het doel van het Ondernemersfonds is het beheren en verstrekken van gelden voor ondernemers. In het verlengde daarvan ligt dat het Ondernemersfonds gebieden die nog weinig/geen gebruik maken van de beschikbare middelen in het fonds actief benadert en bijstaat. Op diverse bedrijventerreinen worden momenteel ondernemersverenigingen opgericht, met steun van het Ondernemersfonds. Het Ondernemersfonds werkt daarbij nauw samen met de gemeente Leiden en de Kamer van Koophandel. De betrokken organisaties versterken elkaar, zeker in financieel opzicht en vanuit de ondernemer bezien. Het Ondernemersfonds kan immers slechts projecten vergoeden ná oprichting van de vereniging. De gemeente Leiden en de Kamer van Koophandel stimuleren de oprichting van verenigingen op terreinen in de stad. In een aantal gevallen zijn vooruitlopende activiteiten door de Kamer van Koophandel gefinancierd. Voorbeelden daarvan zijn enkele voorbereidende werkzaamheden van de Stichting Bedrijfsadvies voor de oprichting van de Ondernemersvereniging Stevenshof en de bijeenkomst met ondernemers, winkeliers en bewoners in de Stevenshof. De gemeente Leiden financiert de oprichtingskosten van nieuwe ondernemersverenigingen. Ook de inhoudelijke bijdrage van de gemeente Leiden is van groot belang, omdat bij veel ondernemers vragen over hun bedrijfsomgeving rijzen die de gemeente aangaan.
18
Werkplan Ondernemersfonds
Deel 3:
September 2007
De toekomst
Het Ondernemersfonds is voor haar voortbestaan afhankelijk van de landelijke ontwikkelingen op het gebied van de OZB op niet-woningen. Het nieuwe kabinet heeft in juni 2007 aangegeven voornemens te zijn het OZB-tarief vrij te geven aan de gemeenten. Daardoor wordt de discussie over lokale lastendruk naar lokaal niveau gelegd. Op 7 juni 2007 bracht staatssecretaris Bijleveld (BZK) een bezoek aan het Ondernemersfonds in Leiden. De staatssecretaris bevestigde tijdens haar bezoek de gunstige ontwikkeling van het OZB-beleid voor het Leidse initiatief: de gemeente mag in de toekomst zelf beslissen over de hoogte van de OZB. Daarmee is geen ontheffing meer nodig voor de opslag op de OZB op nietwoningen die de inkomstenbron voor het Ondernemersfonds vormen. Voor de verdere voortgang van het Ondernemersfonds blijft wel de discussie met de lokale politiek van belang. Steeds moet opnieuw blijken dat het voortbestaan van het fonds de moeite waard is voor de ondernemers. Met vertrouwen in de toekomst werkt het fonds aan de aandachtspunten die uit het evaluatierapport naar voren zijn gekomen. Een aantal belangrijke punten daaruit zijn: − versterken organisatiegraad in de stad − stimuleren sector-/gebiedsoverschrijdende samenwerking in de stad − versterken website als informatiekanaal naar ondernemers Het Leidse Ondernemersfonds is in den lande ook wel bekend als het 'Leidse Model' en krijgt steeds meer landelijke belangstelling. De nieuwe ontwikkelingen van de OZB, maar tevens de mogelijkheden die de pilots voor Bedrijfsgerichte GebiedsVerbetering gaan bieden, bieden kansen voor soortgelijke initiatieven in andere steden.
19
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
20
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Conclusie Het Ondernemersfonds is dankbaar voor het vertrouwen dat het van de Leidse betaler van OZB op niet-woningen heeft gekregen. Met de start van het initiatief werden nieuwe paden bewandeld: het betrof een twee jaar durend experiment. In de afgelopen jaren heeft het Ondernemersfonds haar nut bewezen: de organisatiegraad van ondernemers in de stad is flink toegenomen. Diverse gebieden besteden het voor hen beschikbare geld en er worden plannen voor uiteenlopende projecten ingediend. Daarnaast worden ook nieuwe samenwerkingsverbanden aangegaan. Op het gebied van (financieel) doorzicht heeft het bestuur inmiddels een flinke slag gemaakt. Zo is er een penningmeester aangesteld die toezicht houdt op een tijdige verslaglegging en zijn de jaarrekeningen over 2005 en 2006 door de accountant goedgekeurd. De website van het Ondernemersfonds is een groeiend informatiekanaal gebleken. In de nabije toekomst zal de site verder worden uitgebreid, met informatie over verenigingen in de stad en contactpersonen. Ook ingediende plannen en lopende projecten zullen hier worden geplaatst. Op deze manier hoeven ondernemers die een plan hebben niet steeds opnieuw het wiel uit te vinden, maar kunnen ze te raden gaan bij hun collega's. Sinds medio 2006 wordt het bestuur ondersteund door een fondsmanager. De fondsmanager is op basis van een detacheringsovereenkomst ingehuurd bij de Kamer van Koophandel, voor drie dagen per week. Op deze manier blijven de overheadkosten beperkt. De evaluatie in 2006 heeft de aanzet gegeven om uit de opstartfase te komen. Dit werkplan vormt de basis voor de verdere ontwikkeling en professionalisering van het fonds.
21
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
22
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Bijlage I: Bestuursleden Ondernemersfonds Aart (A.)
van Bochove (voorzitter O.F.) Ben (B.J.G.) Schuttenbeld (secretaris O.F.) Sjaak (J.W.) Scheffer (penningmeester O.F.) Bernard (B.) Judels Ed (E.J.) van der Kraan Jan (J.) van Zwieten Rik (H.L.J.) Kamps Rob (R.H.) Lussenburg Robert (R.J.) Bancken Saskia (Z.W.M.E.) Trimbos Robert (R.) Willem (W.) Esmeralda (E.J.M.)
Strijk van der Poel Vergeer
Leiden Bureau Blaauwberg Leiden Kamer van Koophandel Rijnland Leiden Winkeliers buiten de binnenstad en vastgoedeigenaren Leiden VOIBSP Leiden Bedrijventerreinen Leiden Kleine not-for-profit Leiden BV Leiden Leiden Universiteit Leiden Leiden Centrumwinkeliers Leiden Leiden ROC Leiden Leiden Centrummanager en adviseur Ondernemersfonds Leiden Gemeente Leiden en adviseur Ondernemersfonds Leiden Kamer van Koophandel Rijnland en Fondsmanager
23
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
24
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Bijlage II: Adviesraad Ondernemersfonds In de Adviesraad zijn de volgende organisaties vertegenwoordigd: Bedrijvenpark Kanaalpark Bureau Bodewes Business Platform Rooseveltstraat BV Leiden Centrummanagement Leiden Kamer van Koophandel Rijnland Koninklijke Horeca Nederland Leidse Ren en Toer vereniging SWIFT Leidse Sportfederatie Museumgroep Leiden OV Amphoraweg OV De Veiling vooruit OV De Waard OV Stevenshof OV Merenwijk OV Roomburg/Meerburg OV Verbeekstraat/ Haagse Schouwweg Raad Nederlandse Detailhandel Universiteit Leiden VOIBSP (Bio Science Park) VVV Holland Rijnland WV Breestraat WV Diamantplein WV Haarlemmerstraat WV Hartje Stad WV Herenstraat WV Kopermolen WV Luifelbaan WV Professorenwijk WV Stevensbloem
25
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
26
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Bijlage III: Overzicht ondernemersverenigingen
16 11
15
14
3
13
8
2 18
12
6 19
21
17
1
5 20 4
7 9
10
22
Kaart: Google Earth 1 - Business Platform Rooseveltstraat 1 2 - Centrummanagement Leiden 3 - Voortgezet Onderwijs Leiden 4 - Leidse Sport Federatie 5 - Libertas 6 - OV Amphoraweg 7 - OV De Veiling Vooruit!
8 - OV De Waard 9 - OV Lammenschansweg (i.o.) 10 - OV Meerburg/Roomburg 11 - OV Merenwijk 12 - OV Stevenshof 13 - OV Verbeekstraat/Haagse Schouwweg 14 - Vereniging van Ondernemingen en Instellingen Bio Science Park
15 - WV Beatrixstraat 16 - WV De Kopermolen 17 - WV De Luifelbaan 18 - WV Diamantplein 19 - WV Herenstraat 20 - WV Professorenwijk 21 - WV Stevensbloem 22 - WV Wagnerplein
1
Het Centrummanagement Leiden beheert tevens de middelen van de hotels buiten het centrum en het kantorenpark aan de Schipholweg/Schuttersveld.
27
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
28
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Bijlage IV: Regels trekkingsrechten Het Ondernemersfonds beheert de middelen in principe per gebied in Leiden, ingedeeld op basis van postcode. Zodra sprake is van een vereniging in het gebied kan het bestuur een plan indienen namens de ondernemers die hij vertegenwoordigt. Het Ondernemersfonds toetst een aanvraag op de volgende punten: 1. Is er sprake van een rechtspersoon (vereniging) 2. Is de vereniging representatief voor de ondernemers in het gebied 3. Dient het ingediende plan een collectief doel Ad 1: rechtspersoon Een aanvraag bij het Ondernemersfonds kan alleen worden ingediend door een rechtspersoon die spreekt namens de betrokken ondernemers. Daarbij is van groot belang dat het een vereniging betreft, omdat dit een collectief verband is. Indien in een gebied nog geen sprake is van een vereniging dan stimuleert het Ondernemersfonds de totstandkoming daarvan. Ad 2: representatief Verenigingen kunnen zelf bepalen wie hun leden (mogen) zijn. In de praktijk komt deze indeling niet altijd overeen met de gebiedsindeling die het Ondernemersfonds hanteert (op basis van postcode). Ondernemers kunnen zelf bij het Ondernemersfonds aangeven wat hun gebiedsomvang is, het budget wordt daar dan op aangepast. Om representatief te zijn voor het gebied waaruit de leden worden geworven dient er minimaal eenmaal per jaar een algemene ledenvergadering te worden gehouden, waarvoor al deze ondernemers worden uitgenodigd. Ad 3: collectief doel Het Ondernemersfonds stimuleert dat het geld dat zij in beheer heeft wordt besteed aan collectieve projecten waar de ondernemer die het heeft opgebracht baat bij heeft. Het geld wordt gezien als eigen geld van de ondernemer. Die mag daarom in beginsel zelf bepalen aan welke doelen het wordt besteed. Het Ondernemersfonds kijkt daarbij wel naar het ingediende project: is het een project dat op alle ondernemers is gericht en voor hen aantrekkelijk is? Het betreft een subjectieve toets. Bij twijfel wordt contact gelegd met de indiener van het plan. Na goedkeuring van het ingediende plan ontvangt de indiener daarvan een schriftelijke bevestiging. Vervolgens kunnen de facturen (tot het beschikbare bedrag) rechtstreeks aan het Ondernemersfonds worden gezonden. Het fonds zorgt dan voor de betaling ervan.
29
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
30
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
Bijlage V: Bestedingen Ondernemersfonds Reeds betaalde projecten Bedrijventerreinen VOIBSP Ondernemersvereniging Meerburg/Roomburg Vereniging Amphoraweg Ondernemersvereniging Professorenwijk Ondernemersvereniging Bedrijventerrein Merenwijk Ondernemersvereniging Stevenshof Winkelcentra Centrummanagement Ondernemersvereniging Professorenwijk De Kopermolen De Luifelbaan Beatrixstraat Diamantplein Diversen Sportsector
Stichting Rijksmuseum Volkenkunde
Parkmanagement en LLMS (Leiden Life Meets Science) Oprichtingskosten, parkmanagement Sociale activiteit leden Sinterklaasoptreden + aankleding Parkmanagement Parkmanagement Citymarketing, detailhandelsstructuurversie, rijngouwelijn, feestverlichting, evenementen Promotie Beveiliging, sfeerverlichting Sinterklaas, kerst en promotie Verlichting Promotie, zomerbanieren winkelcentrum
Sociaal sportief evenement voor bedrijfsleven, sport en politiek; Joop ZoetemelkClassic (wielersport); Gouden Spike (atletiek) Project museumtentoonstelling in samenwerking met horeca
Plannen in ontwikkeling Bedrijventerreinen VOIBSP Ondernemersvereniging Verbeekstraat/Haagse Schouwweg Vereniging Amphoraweg Ondernemersvereniging De Veiling Vooruit! Diversen Stichting Leerwegen in Rijnland Voortgezet Onderwijs/ROC Sportsector
Infrastructurele verfraaiingen Camerabewaking Groenvoorziening Bewegwijzering
Stimuleren onderwijs-arbeidsmarkt Bevorderen schoolveiligheid Watersportevenementen LEN Trophy en Europacup
31
Werkplan Ondernemersfonds
September 2007
32
€ 23.000 € 3.500 € 3.225 ----------------€ 762.311
€ 266.000
€ 3.353 € 2.500 € 5.333 € 500 € 1.500 € 6.000 € 2.500 € 2.000
€ 30.000
€ 12.000 € 33.000 € 25.000 € 50.000 € 32.000 € 7.900 € 214.500 € 2.500 € 18.000 € 18.000
----------------€296.889
€ 266.000
€ 3.402
€ 27.487
Uitgegeven in 2005
€ 23.000 € 3.500 € 3.236 ----------------€ 762.322
€ 266.000
€ 3.353 € 2.500 € 5.333 € 500 € 1.500 € 6.000 € 2.500 € 2.000
€ 30.000
€ 12.000 € 33.000 € 25.000 € 50.000 € 32.000 € 7.900 € 214.500 € 2.500 € 18.000 € 18.000
Dotatie 2006
----------------€ 503.101
€ 4.302
€ 266.000
€ 800
€1.700 € 7.536
€ 9.290
€ 689
€ 1.658 € 1.347 € 207.670 € 471 € 471
€ 1.167
Uitgegeven in 2006
€23.400 € 3.600 € 3.239 -------------------------€ 774.425
€ 270.300
€ 3.453 € 2.500 € 5.433 € 500 € 1.500 € 6.100 € 2.500 € 2.000
€ 30.500
€ 12.100 € 33.500 € 25.400 € 50.800 € 32.500 € 8.000 € 218.000 € 2.500 € 18.300 € 18.300
Dotatie 2007 conform begroting
-------------------------------€ 290.440
€ 500
€ 135.000
€ 320
€ 2.353
€ 90.000 (via CML)
€ 40.740
€ 6.000 € 8.085
€ 7.442
Uitgegeven in 2007 (t/m juli)
€ 69.400 € 5.798 € 9.700 ------------------------€ 1.208.628
€ 135.300
€ 9.470 € 7.500 € 6.809 € 1.500 € 447 € 7.162 € 7.500 € 4.880
€ 500
€ 36.100 € 90.891 € 75.400 € 144.800 € 86.757 € 22.453 € 371.103 € 7.029 € 53.829 € 54.300
Saldo t/m juli 2007
NB: bovenstaand overzicht bevat een momentopname. De meest actuele stand van zaken is op ieder moment opvraagbaar bij het Ondernemersfonds.
Diversen Voorziening Onderwijssector Voorziening Sportsector Voorziening Libertas
Winkelcentra Voorziening Kooiplein en Leiden Noord Voorziening Herenstraat Voorziening Bevrijdingsplein, 5 Meiplein Voorziening Wagnerplein Voorziening Diamantplein Voorziening de Kopermolen Voorziening de Stevensbloem Voorziening Hoge Rijndijk, Meerburg, Professorenwijk Voorziening Centrummanagement Leiden
Bedrijventerreinen Voorziening De Waard Voorziening Merenwijk en Groenoord Voorziening Lammenschansweg e.o. Voorziening Rooseveltstraat en Zuidwest Voorziening Roomburg en Roodenburgerdistrict Voorziening Tussen Rijn en Rails en Morsdistrict Voorziening VOIBSP gebied 1 Voorziening VOIBSP gebied 2 Voorziening VOIBSP gebied3 Verbeekstraat e.o. Voorziening Westwal, Stevenshof, Haagse Schouwburg Voorziening Schipholweg-Schuttersveld
Dotatie 2005
Reservering voor bedrijventerreinen en winkelcentra
Bijlage VI: Financieel overzicht