Welkom in de wereld van de maatschappelijke stage

OUDERS

Welkom in de wereld van de maatschappelijke stage Een gids voor ouders van jongeren die maatschappelijke stage gaan lopen

INHOUDSOPGAVE Inleiding hoofdstuk 1 De maatschappelijke stage: wat en waarom

3 4

1.1 Vorm en inhoud 1.2 Waarom maatschappelijke stage?

hoofdstuk 2 Zo kunt u helpen: de rol van ouders

8

2.1 Ouders als bronnen van maatschappelijke stageplaatsen 2.2 Begeleiding en ondersteuning tijdens de stage 2.3 Actieve Rol: begeleider voor leerlingen op school of de stageplaats 2.4 Ouders als maatschappelijke stagebieder

hoofdstuk 3 Een passende vrijwilligersklus voor mijn kind 3.1 De wereld van vrijwilligerswerk 3.2 De maatschappelijke stage voor bijzondere leerlingen 3.3 Welke stage past bij mijn kind?

2

12



Alle adressen op een rij

18

colofon

19

De maatschappelijke stage: in de media is er al heel wat over gezegd en waarschijnlijk heeft u vanuit school of van uw kind ook al informatie gekregen. Misschien heeft u al een aardig idee van wat het inhoudt en wat het betekent voor uw kind. Maar wat betekent het voor u als ouders? En hoe kunt u bijdragen aan een betekenisvolle stagetijd voor uw kind? Daar gaat deze gids over.

3

HOOFdSTUK 1

4

De maatschappelijke stage: wat en waarom

Uw kind gaat een maatschappelijke stage lopen: iets doen voor een ander en de samenleving zonder hier geld voor terug te krijgen. Maar wat krijgt uw kind er wel voor terug? Hoe maken we het met elkaar tot een succes?

5

1.1 vorm en inhoud De maatschappelijke stage moet vanaf het schooljaar 2011/2012 door alle leerlingen van het voortgezet onderwijs worden gelopen. Elke leerling gaat dan in de loop van zijn/haar middelbare schooltijd 72 uur vrijwilligerswerk doen, tijdens of buiten schooltijd. Omdat scholen onderling verschillen qua beleid en structuur, krijgen zij veel vrijheid om de maatschappelijke stage in te vullen zoals deze het beste past binnen de school. Een flink aantal scholen is al begonnen met het experimenteren met en het invoeren van de maatschappelijke stage als onderdeel van het onderwijs­ programma. Wie zijn er betrokken bij de maatschappe­ lijke stage van uw kind? Allereerst uw kind zelf natuurlijk. Wat van uw kind wordt verwacht verschilt per school maar in elk geval wordt inzet, initiatief en reflectie verwacht. Dit hoeft uw kind niet alleen te doen: de school, de stagebieder en ouders spelen hier ook een rol bij. • Scholen zijn verantwoordelijk voor de voorbereiding op het vrijwilligerswerk, ondersteuning tijdens het uitvoeren van de maatschappelijke stage en reflectie tijdens en na de klus. Ook stelt de school haalbare criteria op waaraan de stage moet voldoen. • D  e stagebieder is de plek waar de leerling vrijwilligerswerk doet, bijvoorbeeld bij vrijwilligersorganisaties, professionele not-for-profit organisaties of maatschap­ pelijke projecten van bedrijven. Zij zorgen samen met de school voor een nuttige klus, het bieden van begeleiding en duide­ lijkheid omtrent verwachtingen en uit te 6

voeren taken. Soms komen vrijwilligers­ organisaties al op school langs om iets te vertellen over de stageplaatsen die zij kunnen bieden. Zo weten de leerlingen alvast een beetje wat ze kunnen verwach­ ten en wat hen verwacht wordt. • Ouders kunnen op verschillende manieren een bijdrage leveren. Ten eerste kunnen ouders een rol spelen bij het vinden van de stageplek, bijvoorbeeld in uw eigen netwerk. U als ouder kunt meedenken bij het vinden van een geschikte en passende stageplaats of bij problemen tijdens de stage. Ook kunt u als ouder uw kind voor­ bereiden, steunen en met uw kind praten over zijn of haar ervaringen. Tot slot zou u als ouder een actieve rol kunnen spelen in de begeleiding van leerlingen op de stageplek zelf. • Vrijwilligerscentrales spelen in sommige gevallen ook een rol. Bij maatschappelijke stages staat het initiatief van de leerling en het aansluiten bij hun interesses voorop. Voor leerlingen die hier moeite mee hebben, hebben gemeenten geld gekregen om vraag en aanbod bij elkaar brengen. Vaak schakelen scholen een vrijwilligerscentrale of maatschap­ pelijke stagemakelaar.

Tip! Problemen: Signaleert u problemen? Trek niet te laat aan de bel! Ook de school en stagebieders moeten soms ontdekken wat wel werkt en wat niet. U kunt daar als ouder ook aan bijdragen, door mogelijke problemen tijdig aan te kaarten.

1.2 Waarom maatschappelijke stage? Het werk dat leerlingen doen tijdens de maatschappelijke stage heeft nut voor de samenleving: de vrijwilligersorganisatie of de groep waarvoor de leerling zich inzet heeft baat bij de werkzaamheden van de maatschappelijke stagiaire. De jonge vrij­ williger heeft een frisse blik, heeft veel kennis van bijvoorbeeld computers en kan door enthousiaste inzet een aanwinst zijn voor de organisatie. Maar naast een kans om wat voor een ander te betekenen, kunnen leerlingen hier zelf ook wat van leren: • Jongeren doen actief mee in de samen­leving en hebben de kans zich van hun beste kant te laten zien. Zij leveren een waardevolle bijdrage voor de ander en merken dat zij een wezenlijk verschil kunnen maken. • Zij ontmoeten mensen die zij in het dage­ lijkse leven normaal gesproken niet tegen­ komen of spreken. Door met verschillende groepen mensen om te gaan en kennis te maken met verschillende ideeën en gebrui­ ken, worden zij zich bewust van vooroordelen die spelen in de samenleving en bij henzelf. • Zij kunnen hun sociaal- communicatieve vaardigheden uitbreiden: samenwerken, verantwoordelijkheid dragen, communi­ ceren, organiseren, overleg voeren, op tijd komen en oplossingen bedenken voor ontstane praktische problemen. • De maatschappelijke stage kan door de ruime keuzevrijheid goed aansluiten bij interesses van jongeren en zij kunnen in de praktijk oefenen met het gebruiken van hun talenten.

• Het staat goed op het CV wanneer jonge­ ren kunnen laten zien dat ze zich breder maatschappelijk georiënteerd hebben door vrijwilligerswerk. • Iets betekenen voor een ander, nieuwe vaar­ digheden leren en hierover reflecteren kan het zelfvertrouwen van uw kind vergroten. De maatschappelijke stage heeft ook effect op de sociale samenhang. De afgelopen jaren is er veel gesproken en gediscussieerd over de manier waarop Nederlanders met elkaar omgaan. Het is belangrijk dat de verschillende groepen mensen in Nederland begrip voor elkaar hebben.

Hoe leren jongeren dit? In de eerste plaats natuurlijk in het gezin, maar ook voor een deel op school. Zo moet het onderwijsaanbod van een school niet alleen gericht zijn op de schoolvakken als wiskunde, aardrijkskunde en geschiedenis. Het moet ook gericht zijn op het oefenen van sociale vaardigheden en het besef van burgerschapwaarden zoals vrijheid van meningsuiting, gelijkwaardigheid, verdraagzaamheid, autonomie en begrip voor anderen. Daarnaast worden jongeren beïnvloed door hun omgeving, buurt, vrienden en anderen waarmee zij regelmatig in contact komen. Tenslotte heeft de samenleving in bredere zin invloed op de beeldvorming van jongeren, door overheersende ideeën die in de samenleving leven en door regelgeving vanuit de overheid. Om te leren samen leven, is het van belang dat jongeren door middel van participatie en interactie kunnen oefenen met burgerschap in de samenleving. Waar past de maatschappelijke stage in dit plaatje? Het is een middel dat wordt ingezet om jongeren kennis te laten maken met de ander en in hun eigen omgeving nieuwe activiteiten te ontplooien en nieuwe mensen te ontmoeten. Hierbij wordt niet alleen in de klas gesproken en gediscussieerd over verantwoordelijkheid in de samenleving. Door vrijwilligerswerk kunnen zij oefenen en ervaringen opdoen in de samenleving zelf. Zo worden zij medeverantwoordelijk voor het welzijn van hun omgeving.

Voor meer informatie over doelen van burgerschaps­ vorming in het onderwijs kunt u kijken op www.minocw.nl/kerndoelen.

Participatie: hiermee wordt bedoeld het meedoen en zelf een bijdrage leveren. Interactie: hiermee wordt bedoeld het feedback, meningen en argumenten krijgen en geven.

Op naar een leerzame stage Er zijn natuurlijk wel een aantal voorwaarden voor een leerzame maatschappelijke stage. Duidelijkheid over wat van jongeren verwacht wordt, ruimte voor eigen inbreng, waardering en goede begeleiding bijvoorbeeld zijn nood­ zakelijk. Dan wordt de stage voor leerlingen leerzaam en leuk en voor de stagebieder een succes. Ouders spelen hierbij een onmisbare rol. U leest hier meer over in hoofdstuk 2, Zo kunt u helpen: de rol van ouders.

7

HOOFdSTUK 2

8

Zo kunt u helpen: de rol van ouders

De rol die u heeft, als ouder(s) van een maatschappelijke stagiaire is erg belangrijk. Ten eerste kunt u helpen bij het vinden van stage­ plaatsen. Daarnaast bent u het eerste klankbord en heeft u een begeleidende rol. Tenslotte bent u het voorbeeld van burgerschap voor uw kind.

9

2.1 Ouders als bronnen van maatschappelijke stageplaatsen Ouders kunnen de brug vormen tussen scholen en stageplekken. U hebt als ouders een eigen sociale netwerk. Via het werk, vrienden, buren, of via een (sport)vereniging, noem maar op. Zo’n netwerk biedt vele mogelijkheden. Veel maatschappelijk instellingen, centra of organisaties kunnen best wat extra handen gebruiken. Denk bijvoorbeeld aan daklozenopvangcentra, scouting of basisscholen. Op veel scholen geldt dat leerlingen in eerste instantie zelf moeten zoeken naar een stageplaats. Dit kan voor jongeren een

lastige opdracht zijn. Door mee te denken en vragen te stellen die uw kind bewust maken van zijn of haar eigen interesses en talenten wordt het kiezen van een stage­ plaats duidelijker. Bijvoorbeeld bij de plaat­ selijke wereldwinkel, de kinderboerderij, of computerles in het buurthuis. De kans is dan groter dat uw zoon of dochter een stage kan lopen die bij hem of haar past en er dus ook meer geleerd wordt. Via de ouderraad of medezeggenschapsraad kunnen ouders ook samenwerken aan een leuk stagebestand: wissel vrijwilligersklus­ sen uit of geef ideeën door, bijvoorbeeld aan een ‘stagecommissie’ die hier verantwoor­ delijk voor wil zijn.

Vragen die u kunt stellen • Vooraf: Waarom kies je voor deze stage? Wat wil je leren van deze stage? Wat verwacht je van de stage? Wat zijn je taken, wat verwachten zij van jou? • Tijdens: Wat valt je tegen en waarom? Wat moet er veranderen om het leuker te maken? Wat vind je leuk aan de stage en waarom vind je juist dat leuk? Wat gaat goed en wat kan beter? • Achteraf: Hoe zou je het de volgende keer doen, wat zou je anders doen? Zou je vrijwilligers­ werk willen blijven doen? Vragen die probleemoplossend nadenken stimuleren: • Wat wil je leren en hoe ga je dit bereiken? Welke stappen moet je volgen om je doel te bereiken? • Kun je een situatie noemen die op dit probleem lijkt? Hoe heb je dat opgelost? Was dat effectief? • Waar kun je zoeken om daar meer informatie over te krijgen? • Als iets niet bevalt, wat kun je daar zelf aan veranderen? • Hoe zou je het een volgende keer aanpakken?

10

2.2 Begeleiding en onder­- steuning tijdens de stage In het voortgezet onderwijs wordt de rol van ouders in het leerproces van hun kind steeds minder sturend en steeds meer begeleidend. Begeleiding is gericht op interesse te tonen, open vragen stellen, te zorgen dat u op de hoogte bent, kortom: het actief luisteren. Uw houding tegenover de maatschappelijke stage is medebepalend voor de beeldvorming van uw kind. Thuis vertellen kinderen vaak eerlijker en vrijer over hun ervaringen dan op school. Hier vindt ook de eerste feedback plaats. In het gezin wordt er over de stage gepraat en ouders leven mee als hun kind vragen of problemen heeft. Ouders kunnen vragen stellen die hun kind aanmoedigen om na te denken over zijn of haar eigen rol en stimuleren daardoor reflectie. Zo moti­veren zij hun kind en ondersteunen zij het leer­ proces. Zij zijn tijdens de maatschappelijke stage informele begeleiders van jongeren. Zowel bij stageplaatsen die leerlingen zelf vinden als bij stageplaatsen die worden aan­ gedragen door de school, moet de leerling vaak zelf contact zoeken met de stagebieder. Dit kan erg spannend zijn voor jongeren en misschien ziet uw kind hier als een berg tegenop. U kunt dan samen met uw kind een plan van aanpak doorspreken. Zo kan het alvast oefenen met woordenkeus en hoe het

Naast het begeleiden van leerlingen zijn er ook andere manieren om actief te zijn. Denkt u aan een oudercontactgroep, die talenten en vakkennis bundelen om (samen met docenten) jongeren helpen met bijvoorbeeld videoverslagen, het organiseren van sponsoring voor feesten en andere ouders te informeren. Samen leren leven doe je immers samen, dus als het kan ook met de ouders erbij.

de stagebieder wil benaderen. U kunt ook helpen bij praktische zaken, zoals het uitzoe­ ken van de routebeschrijving, achtergrond­ informatie over de doelgroep of stagebieder en het weten waar het naartoe kan met problemen en vragen op zijn stageplaats. Naast leuke dingen, kunnen ook minder leuke dingen gebeuren. Dit hoort erbij in het leven, dus ook bij de maatschappelijke stage. Pijnlijke of aangrijpende situaties op de stageplek kunnen vragen en emoties oproepen. Jongeren luchten dan bij hun ouders gemakkelijker hun hart dan bij een school­begeleider. Praten over gebeurtenissen die indruk maken werkt verhelderend en helpt bij de verwerking. U hoeft als ouder ook niet altijd het antwoord op alle vragen te hebben. Soms kan een luisterend oor of het stellen van vragen al verhelderend werken.

2.3 Actieve Rol: begeleider voor leerlingen op school of de stageplaats Lijkt het u leuk om jongeren te coachen tijdens hun ervaringen op hun stageplek? Dat kan, als de school van uw kind daar behoefte aan heeft. Dit verschilt per school. Elke school heeft veel ruimte om de maatschap­ pelijke stage en de begeleiding daarbij zelf in te richten. Veel scholen zijn dringend op zoek naar een manier om de begeleiding van leer­ lingen goed te regelen. Enthousiaste ouders kunnen de uitkomst bieden. Wanneer het u leuk lijkt om intensiever betrokken te zijn, vraag dan op school naar de mogelijkheden.

“Bij de ouderavond over maatschappelijke stage werd gevraagd om contactouders: ouders die leerling anoniem per e-mail wilden begeleiden. Daar heb ik toen op gereageerd. Ik had 7 leerlingen, die mij elke avond een kort verslagje stuurden en daar kon ik op reageren. Ik denk dat ik de stage van mijn dochter daardoor bewuster heb meegemaakt”. Marie, moeder van maat­ schappelijkestagiaire Lies* * in verband met privacy is gebruik gemaakt van een gefingeerde naam.

Hoe te organiseren? Is de school nog niet op het idee gekomen om ouders te betrekken? Stel het voor aan de coördinator, of aan de ouderraad/ medezeggenschapsraad. Informeer wat de mogelijkheden zijn en deel uw ideeën met de school. Veel scholen hopen dat ouders betrokken willen zijn bij de begeleiding en ondersteu­ ning van leerlingen (zie voor een voorbeeld www.maatschappelijkestage.nl/ouders > ervaringen).

2.4 Ouders als maatschappe lijke stagebieder Mocht u zelf vrijwilligerswerk doen, lid zijn van een sportclub of een buurtfeest willen organiseren, dan kunt u hiervoor misschien zelf maatschappelijke stagiairs inzetten. Of werkt u bij een bedrijf dat in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen een bijdrage kan en wil leveren? Neem dan contact op met school of de lokale vrijwilligerscentrale. Zij kunnen u verder helpen. Kijk ook eens op de site www.maatschappelijkestage.nl.

11

HOOFdSTUK 3

12

welke vrijwilligersklus past bij mijn kind?

Het kan lastig zijn voor uw kind om te kiezen uit alle mogelijkheden voor een stageplaats waar het veel kan leren. Hoe kunt u uw kind helpen om een keuze voor een stage te maken die bij hem/haar past?

13

3.1 De wereld van vrijwilligerswerk Bij de maatschappelijke stage is het de bedoeling dat jongeren via vrijwilligerswerk ervaring opdoen met mensen, situaties en rollen die nieuw voor hen zijn. Hierbij kan men denken aan allerlei verschillende activiteiten: van het collecteren voor een goed doel, het organiseren van een beauty­ middag in een verzorgingscentrum, tot het helpen van een jongere/moeilijk lerende leerling. Een leerling die gaat helpen bij de scouting doet bijvoorbeeld ervaringen op met jongere kinderen. Hij heeft dan een rol als begeleider van de jongere kinderen, in plaats van zelf leerling te zijn. Hij denkt na over contact met deze kinderen en leert hun belevingswereld kennen. De verantwoordelijkheid voor wat de scoutingkinderen leren ligt dan (mede) bij hem. Allemaal nieuwe ervaringen, waar jongeren veel aan hebben. Vrijwilligerswerk is dus nuttig voor beide partijen. Goede reden om met vrijwilligerswerk aan de slag te gaan! Hoe zit dat op de school van mijn kind? Op sommige scholen is de keuzevrijheid voor leerlingen beperkt. Als uw kind moet kiezen uit een vastgestelde lijst met organisaties en taken, dan kunt u meedenken over hoe uw kind de stage kan invullen, zodat deze past bij zijn/haar talenten, interesses en moge­ lijkheden. Op andere scholen mogen leerlin­ gen zelf op zoek gaan. Wel is van belang dat de ideeën aansluiten bij de criteria van de school. Goede communicatie is dan belang­ rijk. Stimuleer daarom uw kind te overleg­ gen met de stagecoördinator.

14

Wat motiveert vrijwilligers? Welke motivatie kan uw zoon of dochter hebben om vrijwilligerswerk te doen, behalve voor school? Motivatie voor vrijwilligerswerk kan opgedeeld worden in verschillende categorieën, zoals: • Plezier (omdat je het leuk vindt) • Carrière (omdat het goed op je CV staat en je doet ervaring op) • Normatief (om je normen en waarden uit te dragen, om te laten zien waar je voor staat) • Sociaal (omdat je nieuwe mensen leert kennen en met verschillende mensen om leert gaan) • Leren (omdat je kunt oefenen met vaardigheden en nieuwe kennis opdoet) • Kwaliteit (het biedt kans voor persoonlijke groei is en een waardevolle toevoeging op je leven is) Bron: Ze zijn geweldig (Movisie, 2008)

3.2 De maatschappelijke stage voor bijzondere leerlingen (in regulier en speciaal onderwijs) Heeft uw kind een rugzakje? Dan kunt u het beste bij de school informeren welke moge­ lijkheden en extra begeleiding zij kan bieden als uw kind dit nodig blijkt te hebben. Scholen zijn zelf verantwoordelijk voor de goede begeleiding van leerlingen bij de maatschappelijke stage. Als een leerling extra hulp nodig heeft bij het vinden, uitvoe­ ren en verwerken van de stage, dan moet de school dit bieden. Dit geldt ook voor leer­ lingen met een rugzakje. Zowel praktijken speciale scholen als reguliere scholen kunnen allerlei manieren bedenken voor voldoende begeleiding. Zo worden medewer­ kers van bedrijven ingezet om te helpen met begeleiding (in het kader van maat­ schappelijke verantwoord ondernemen), of bijvoorbeeld HBO- en MBO-studenten. Daarnaast worden leerlingen begeleid door de ervaren vrijwilligers op de stageplaats.

Zit uw kind op speciaal- of praktijkonder­ wijs? Dan is het afhankelijk van de keuze van de school of hij/zij maatschappelijke stage gaat lopen of niet. Het ministerie maakt voor speciaal onderwijs en praktijk­ onderwijs een uitzondering: zij zijn voorals­ nog niet verplicht om maatschappelijke stage in te voeren. Deze scholen kunnen er dus voor kiezen om al dan niet deel te nemen. Zij mógen wel de maatschappelijke stage invoeren als zij dit willen. Zij hebben in eerste instantie recht op hetzelfde bedrag per leerling als scholen voor regulier onder­ wijs. Er wordt de komende tijd gekeken welke extra zorg, tijd en (financiële) midde­ len hier eventueel voor nodig zijn.

3.3 Welke stage past bij mijn kind? Er is een breed scala aan mogelijkheden in het vrijwilligerswerkveld. Daar zit vast iets bij waaraan uw kind een bijdrage kan en wil leveren en waar het zelf ook nog wat aan heeft. U kent uw kind het beste. Welke talen­ ten, interesses en karaktereigenschappen heeft het? En welke maatschappelijke stage past daarbij? Wij geven een paar voorbeelden. Ongetwijfeld kunt u zelf nog meer mogelijk­ heden bedenken.

De creatieveling: • Samen met gehandicapten kaarten/ bloemstukjes e.d. maken of koekjes bakken en verkopen voor een goed doel. • Misschien is er bij een kindertoneelclub of de basisschool in de buurt behoefte aan iemand die een handje helpt bij het schminken en het maken van decors en kostuums De sociaal ingestelde: • Bij alleenstaande ouderen in de buurt langs gaan om thee te drinken, een wandelingetje te maken of een boodschapje te doen. • Bij een inburgeringproject nieuwe immigranten helpen met Nederlands leren door koffiegesprekken te voeren. De cultuurliefhebber: • Helpen bij het opzetten van een leuk en informatief programma voor basisschool­ leerlingen in een museum. • In een groepje een wereldcultuurfestival organiseren of een intercultureel koffiehuis opzetten voor de buurt om verschillende culturen kennis met elkaar te laten maken (bijvoorbeeld wat betreft tradities, ambach­ ten, dans, muziek en kookkunst). De natuurliefhebber: • Helpen bij het onderhouden van het tuintje van een hulpbehoevende of bij een basis­ school of buurtcentrum in de buurt. • Helpen bij het verzorgen van dieren in een zorg- of kinderboerderij.

De sportieveling: • Sport-/danslessen organiseren voor kinderen die weinig middelen hebben om te sporten. • Fietsles geven bij een asielzoekerscentrum (onder begeleiding van een vrijwilliger). De organisator: • Een straatspeelactiviteit of andere gezellige activiteiten voor buurtkinderen organiseren. • Een actieplan opzetten en uitvoeren om vernieling rond Oud & Nieuw tegen te gaan. Of om pesten in de buurt of op school tegen te gaan. De muzikant: • Muziekvoorstelling/concert geven in een verzorgingstehuis of andere instelling, of een benefietconcert organiseren. • Lessen geven aan kinderen voor wie muziekles anders te duur is. De computerfreak: • In een buurthuis of zorginstelling ouderen helpen met internet en email. Een internet­ café bedienen in het buurthuis voor mensen die thuis geen internet hebben • Helpen met het bouwen en onderhouden van een site (zie bijvoorbeeld jip.nl). De boekenwurm: • Voorlezen aan (taalzwakke) basisschool­ kinderen of tijdschriften of kranten voorle­ zen aan (oudere) mensen die blind of slechtziend zijn. • Tutorlessen geven aan jongere kinderen (jongere kinderen helpen met leren lezen).

15

Sector

Dit kunt u doen

Dit kan uw kind doen

Jeugdwerk

Jeugdgroep leiden, activiteiten organiseren voor de jeugd

Activiteiten organiseren voor basisschool­leerlingen of kinderclubs

School

Actief zijn in de Ouderraad of Medezeggenschapsraad

Actief zijn in de jaarboekcommissie, activiteitencommissie en dergelijk

Verzorging

Zorgen voor een mindervalide, oudere buur of familielid

Regelmatig bij grootouders of oudere (eenzame) buren een praatje maken, boodschap doen

Sport

Trainingen geven, kantine bemannen, in het bestuur zitten

Fluiten bij wedstrijden, helpen met sportmateriaal opruimen

Hobby

Bestuur van een hobbyclub of muziekvereniging

Met een bandje een concert geven in een zorginstelling

Cultuur

Helpen bij open dagen, stand bemannen

Eigen gemaakte schilderijen exposeren en veilen voor goede doelen

Religie (kerk / moskee)

Kindernevendiensten of jeugddiensten leiden, minder validen ophalen voor de dienst

Oppassen; helpen bij kindernevendiensten, jongerendienst organiseren, helpen bij diaconaal werk

Vakbond

Actief zijn in de vakbond

Actief zijn in de (landelijke) leerlingenraad

Politiek

Actief zijn in een (locale) politieke partij, politieke ontwikkelingen volgen

Actief zijn in een jongerenafdeling van een politieke partij, debatten organiseren op school/jeugdvereniging

Rechtshulp

Een familielid of buur helpen bij de aanpak van juridische problemen

Handtekeningen verzamelen voor een handtekeningenactie

Wonen

In een buurtvereniging actief zijn

Opruim en versier activiteiten om het huis, of bij buren die dat moeilijk zelf kunnen

Buurt

Buurtbarbecue organiseren, helpen in het buurthuis

Betrokken zijn bij activiteiten tijdens een buurtbarbecue

Natuur en Milieu

Lid zijn van Natuurmonumenten of Wereld Natuur Fonds, afval scheiden, letten op keurmerken

Wilgenknotten, bomen planten, acties opzetten om geld in te zamelen voor een organisatie gericht op natuurbehoud

16

Tip! Wilt uw bedrijf iets doen aan maatschappelijk verantwoord ondernemen? Misschien kan het een rol spelen in de begeleiding of sponsoring van maatschappelijk stagiaires. Kijk voor meer informatie op www.maatschappelijkestage. nl/bedrijven. Heeft uw kind nog steeds geen idee welke stage het wil lopen? Er is ook een test die de interesses van jongeren meet. Aan de hand van antwoorden die uw kind invult, worden een aantal suggesties gegeven voor vrijwilligerswerk. Uw kind kan deze doen via de internetsite www.maatschappelijkestage. nl, ga naar leerlingen > ik wil op stage! > materialen > test. Bent u zelf ook actief als vrijwilliger? Dan kunt u uw kind hierbij betrekken. Door uw eigen enthousiasme en inzet, maar ook door uw goede en minder fijne ervaringen met uw kinderen te delen. Vertel uw kind(eren) wat u doet, waarom, wat u daar leuk aan vindt en hoe u omgaat met minder leuke dingen. Zo kan uw kind meeproeven van uw ervaring en zelf ideeën opdoen. En op deze manier kunt u samen aan de slag. Want vrijwilligers­ werk is, ook buiten de maatschappelijke stage om, leuk en leerzaam.

17

Alle adressen op een rij • Voor meer informatie over de maatschappelijke stage kunt u kijken op de site www.maatschappelijkestage.nl. • Verder kunt u kijken op de internetsite www.minocw.nl voor informatie vanuit het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. • Bellen kan ook als u vragen heeft over de maatschappelijke stage: 0800-5010. Kies 1, dan 3 voor de adviseurs van OUDERS & COO. U kunt ook kijken op www.50tien.nl. Via dit nummer en deze site kunt u ook in contact komen met adviseurs van andere landelijke ouderverenigingen (LOBO, NKO en VOO). • Wilt u meer informatie over producten en diensten van OUDERS & COO, dan kunt u bellen naar 0343-513434 of kijk op de site www.ouders.net.

18

colofon Deze brochure Wie zijn wij? OUDERS & COO is de landelijke vereniging voor ouders, ouder- en medezeggenschaps­ raden in het christelijk en oecumenisch onderwijs. Wij bieden ondersteuning, voorlichting en advies aan ouders op het gebied van opvoeding en onderwijs. Daarnaast behartigen wij ouderbelangen en voeren overleg met de overheid. Onze visie OUDERS & COO zet zich in voor een optimale samenwerking tussen school en thuis. Dit gebeurt via informatiebrochures zoals deze, maar ook met trainingen, cursussen, ouderavonden, telefonische adviesdiensten en het OUDERS & COO Magazine. Wij zijn er voor alle ouders met kinderen in het primair en/of voortgezet onderwijs.

Tekst: Petra Lotterman Beeldmateriaal: AXIS media-ontwerper bv, Enschede Geertje Boeren Harriët Valstar iStock Studio Bajo Vormgeving: Vandenberg drukwerken, Maarn Postadres: OUDERS & COO Postbus 125 3970 AC Driebergen Bezoekadres: OUDERS & COO Rijksstraatweg 150 3956 CT Leersum T 0343 – 513434 www.ouders.net In dit project wordt samengewerkt met: CPS, Movisie, NJR (Nationale Jeugdraad), OCW (ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap).

19

ouders & coo Rijksstraatweg 150 3956 CT Leersum [email protected] T 0343 513434 F 0343 515556 Post adres: ouders & coo Postbus 125 3970 AC Driebergen