1
Welkom Welkom op deze bijzondere avond, welkom aan de kleine mensen, welkom aan de grote mensen, welkom ben je als je hier niet zo vaak komt en welkom ben je als je een vaste gast bent. Wij zijn bij elkaar in ons mooie dorp in de grote kerk die wij op deze kerstavond met elkaar vullen en wij gaan er een mooi feest van maken. Geniet van de zang, de woorden, het kijken naar de prachtige versiering, de mooie kerststal en straks naar het kindje dat in een tent komt te liggen. Want er zijn in deze tijd veel kinderen en ouders voor wie geen plaats is in een herberg…kinderen onderweg naar een nieuwe toekomst, maar o wat is de weg daar naar toe onveilig en angstig. Rosemary gaat daarover vertellen aan ons… Het verhaal van Laila en het lijkt op het kerstverhaal van toen. Brief van Leila Mijn naam is Leila en ik ben negen jaar en woon hier vlakbij. Rosemary heeft gevraagd hoe ik hier in Westwoud terecht ben gekomen. Ik wist het allemaal niet meer zo goed want ik was nog erg klein. Ik heb mijn moeder gevraagd hoe het precies zat en die heeft mij over onze lange reis verteld. Lang geleden, woonden mijn vader en moeder met mijn zusje en mij in een kleine stad vlak bij Damascus, Tall genaamd. Onze opa en oma woonden in een dorpje vlakbij. Mijn papa werkte in een koperfabriek. Papa vertelde dat het een hele mooie stad was Tall, we waren niet arm. Volgens hem leefden toen alle mensen, Koerden, Soennieten, Christenen en Moslims zonder problemen samen. Alles veranderde in 2011 toen er een opstand kwam tegen de president die in Syrië de baas is, Basjar Assad. Op school zeggen ze dat toen de Arabische Lente begon, papa moet daar altijd een beetje verdrietig om lachen. De legers van Assad bezetten onze stad en maakten ruzie met het rebellen leger over wie er de baas moest worden. Iedere nacht kwamen soldaten die op de deuren bonsden, als je niet opendeed dan trapten ze je deur in. Ze maakten alles stuk wat er in huis stond. Wij waren altijd erg bang en kropen achter mama, we moesten allemaal huilen. Op een nacht werden we wakker van hele harde knallen. Papa en mama haalde ons uit bed en liepen de hele nacht, soms renden we een stukje om te vluchten naar het huis van opa en oma. Toen begon onze reis, want bij opa en oma was het ook erg gevaarlijk. Papa wilde niet vechten
2
en het leger van Assad, maar ook dat van de rebellen zochten nieuwe soldaten. We moesten weer verder vluchten, iedere dag praatten papa met andere mannen waar we het beste naar toe konden. Misschien Mauritanië of Libie om daar de oorlog af te wachten. Ik hoorde 's avonds papa en mama praatten over geld voor een paspoort. We vertrokken met een vrachtauto naar een land, Libië. Toen we daar eindelijk kwamen merkten we dat Libië ook gevaarlijk was. Er zijn daar helemaal geen regels of wetten. De scholen zijn dicht, jongetjes van acht jaar lopen daar met Kalasnikofs op straat. Mama durfde met ons niet de straat op. We hoorden verhalen dat kinderen van Syrische vluchtelingen werden ontvoerd en tegen losgeld werden vrijgelaten. Papa vond wel werk in de bouw, maar we merkten dat vluchtelingen helemaal niet welkom waren daar. Toen gebeurde het, mama werd steeds ziek. Ze werd helemaal geel. De dokter vond dat we moesten proberen naar Europa te gaan. Hij maakte een afspraak met een meneer, een mensensmokkelaar, die zou ons vertellen hoe en wat we verder moesten doen. Het was heel ver naar de grote stad Tripoli en mama moest steeds spugen. We moesten uren wachten op de afgesproken plaats , een park. Eerst speelde ik verstoppertje met mijn zusje maar ik werd moe en kreeg honger. Toen het donker werd kwam een auto en mochten we mee uren rijden door de donkere stad. Ik vond het erg spannend want er lagen ook allemaal wapens in die auto. We vielen in slaap en werden wakker bij een huis helemaal vol met mensen en kinderen die ook naar Europa wilden. Vijf mannen, Libiërs schreeuwden hard en vroegen om geld. Gelukkig zagen we eindelijk een bekend gezicht, de Syrische dokter waar mama geweest was. Terwijl we wachten op de boot vertelde mama ons verhalen over het verre land waar wij naar toe zouden gaan. Ze wilde naar Nederland. Europa dat was voor mama Nederland. Mama zei dat ze in dat land helemaal geen oorlog hebben en dat ze heel goed kunnen voetballen. Ik kan goed voetballen dus ik kreeg steeds meer zin om daar naar toe te gaan. Toen kreeg mama pijn in haar buik en hoorden wij van papa dat er een nieuw kindje zou komen, dat vonden mijn zusje Nadia en ik erg leuk. De smokkelaars waren boos omdat we nu niet mee konden. Na tien dagen mochten we met papa en mama en ons piepkleine nieuwe zusje mee op de boot. Ik weet nog het ontzettend donker was die nacht, het schip was oud en er lag water op de bodem. We keken naar de duizendmiljoen sterren en zongen zelfgemaakte liedjes over Nederland. We begrepen niet waarom er ruzie was, over te weinig oranje zwemvesten of zoiets. We wilden die helemaal niet! Wij vonden het spannend eindelijk met de
3
boot. Mama hield het kleine zusje tegen zich aan en wilde niet meer praten of verhaaltjes vertellen. Zij was nog steeds ziek! De tocht duurde 25 uur, en ik weet niet eens waar we aan land kwamen. We konden de mensen in dat land niet verstaan en kregen treinkaartjes. We kwamen uiteindelijk in Nederland. Misschien hebben wij wel meer van Nederland gezien dan u. want we gingen steeds naar andere steden met de bus de eerste tijd. Tot wij hier vlakbij een huis kregen. Al die tijd tijdens onze lange reis voelde mama zich ziek, pas nu we hier in ons nieuwe huis wonen voelt zij zich beter en hoor ik haar af en toe zachtjes zingen. Mijn zusjes zijn onze lange reis al vergeten. Ik vind de mensen aardig en ik doe erg mijn best om doelpunten te maken bij Woudia. We gaan voorlopig niet meer op reis zegt papa. Kerstverhaal vertellen In het dorpje Nazareth in Galilea woont het meisje Maria. Jozef de timmerman is haar vriend. Ze wonen nog niet samen. Graag willen ze met elkaar trouwen. Op een dag verschijnt de engel Gabriel aan Maria. Gabriel zegt: 'Maria, je zult een zoon krijgen. Hij zal Jezus heten. Het wordt een bijzonder kind. De zoon van God. Een kind van vrede.' 'Maar dat kan toch helemaal niet' zegt Maria verbaasd. 'Ik ben nog niet getrouwd, dus hoe kan ik dan een kind krijgen?' 'Wacht maar af', zegt Gabriel. En Maria is inderdaad zwanger. Ze vertelt aan Jozef dat ze een kind krijgt. Jozef schrikt. Toch wil Jozef nog steeds met haar trouwen. Hij hoort bij Maria en het kind. De buik van Maria wordt steeds dikker. Op een dag komt er een soldaat van de Romeinse keizer naar Nazareth. De soldaat heeft belangrijk nieuws. Alle mensen moeten zich in laten schrijven in hun geboortestad. Ook Maria en Jozef moeten op reis naar Bethlehem. Gelukkig mogen Maria en Jozef de ezel van Joachim lenen. Nu hoeft Maria niet de hele reis te lopen. Voor Maria is de reis zwaar. Ze is in verwachting en de baby kan elk moment komen.
4
Als Maria en Jozef eindelijk in Bethlehem aankomen is Maria erg moe. Ze gaan op zoek naar een slaapplaats. Jozef klopt aan op de deur van een herberg. De baas zegt: 'Ik heb geen plaats meer voor jullie. Er zijn vandaag zoveel mensen gekomen. Ik heb alleen nog een plekje vrij in de stal. Het is er warm en er is genoeg stro om te slapen.' Jozef en Maria zijn blij met de warme slaapplek in de stal. Nu kunnen ze eindelijk uitrusten van de lange reis. Midden in de nacht wordt Jezus geboren. Het kind waarvan de engel Gabriel heeft gesproken. Maria wikkelt Jezus in doeken en legt hem in de voerbak gevuld met stro. In de buurt van de stal houden herders de wacht bij hun schapen. Ze hebben vuurtjes gemaakt om het warm te krijgen. Opeens is er fel licht te zien in de hemel boven de herders. Het is een engel. 'Wees niet bang, zegt de engel. Ik heb goed nieuws voor jullie. Er is een heel bijzonder kind geboren in een stal in Bethlehem. Een kind van vrede.' Plotseling verschijnen er nog veel meer engelen. Ze zingen over het pasgeboren kind. Het mooie lied van de engelen klinkt over de velden met de herder en de schapen: 'Ere zij God en vrede op aarde.' Als de engelen weer weg zijn gaan de herders op weg naar de stal. Daar vinden ze Jozef en Maria en de pasgeboren Jezus. Jezus ligt lekker te slapen in het warme stro in de voerbak. De herders knielen voor Jezus neer. Ze vertellen Maria en Jozef over de engelen. Iedereen die het hoort wordt er helemaal stil en blij van. Dit is een heel bijzonder kind. Een kind van vrede. Overweging Een kind van vrede is geboren vannacht en dat is een wonder want in deze wereld zijn de plaatsen waar vrede is schaars aan het worden. En heel gewild, daarom komen velen vanuit de hel van de oorlog op de vlucht naar ons vreedzame Nederland, kinderen zoals Laila en haar zusje Nadia, haar moeder Khlood, haar vader en dat piepkleine meisje dat onderweg op de vlucht is geboren. Kinderen en grote mensen kloppen bij ons aan en zeggen: ben ik welkom bij jou? Mag ik bij je schuilen? Want we houden van ons land Syrië, Eritrea en andere vluchtlanden, maar het leven is daar niet meer om te doen.
5
En wij hebben alles achter ons gelaten, ons huis, onze familie, onze vrienden en vriendinnen, ons speelgoed, alles wat voor ons van waarde is, om onze kinderen toekomst te geven. Help ons op weg, met de taal, met wat verzorging, met een dak boven ons hoofd en help ons om hier verder te gaan met ons leven, het gewone leven wat wij gekend hebben net zoals jullie. En waar de meeste vluchtelingen die wij een maand geleden in onze kerk ontvingen, naar verlangden was een plek voor gebed, tijd voor stilte, samen zingen, samen lezen uit de Bijbel of uit de Koran, samen de woorden spreken uit ons hart. Woorden van verlangen naar liefde en licht, woorden van vrede en gerechtigheid en wat kloppen die woorden uit de Bijbel nu op de tijd waarin wij leven. En ook het kerstverhaal gaat over wereldse machten als een keizer die zijn volk wil tellen, over de intieme werkelijkheid van de mens, over de relatie van Jozef en Maria en het kind dat in Maria’s buik groeide. Een bijzonder kind, een kind met goddelijke opdracht, vrede brengen, bevrijden en beschermen van wat klein, arm en kwetsbaar is. Soms weet je dat je iets bijzonders meemaakt in je leven, soms wordt je je bewust van een wonder in je buurt. Dat kan een groot of klein wonder zijn, maar je weet het, je weet het zeker…. Maria wist het, ze geloofde erin, de herders worden overvallen door een fel licht en een aparte verschijning. Ze gaan op weg naar de nieuwe geboorte. Geloof daar gaat het vandaag om, geloof in redding, geloof in dat we met elkaar vrede mogen brengen en dan helpt een gastvrij hart en een licht gemoed. Want wij mogen met elkaar onderweg zijn in het leven. Wij mensen met verschillende achtergronden, de een woont al generaties lang op deze geode Westfriese grond, de ander heeft ook in zijn voorouders vluchtelingen, vreemdelingen die zich in een nieuw land moesten settelen. Wij die hier wonen zijn ook mensen onderweg, met nu de schijnbare zekerheid van een huis, eten en drinken, een bed en misschien werk of in ieder geval een inkomen. Maar ook onder ons zijn mensen die op de vlucht zijn voor werkeloosheid, voor honger, voor verdriet, voor verslaving, voor de wanhoop van depressie en angst. En als wíj in het donker belanden, willen we ook graag hulp onderweg, een steuntje in de rug, een arm om je schouder. Dat is eigenlijk de
6
boodschap van het kerstkind. Een kind zo teer en kwetsbaar, en toch nu al de kracht van een vredebrenger, een liefdevolle broeder en medemens die ons elke keer weer op het goede been zet. Leg je niet neer bij de grauwheid van de wereld, laat je niet achterdochtig maken door terroristen en haatzaaiers, houdt jezelf elke dag voor dat je ook kan stralen onderweg. Ook al is er verdriet en ellende ook in jouw leven, ook al ben je misschien in diepe rouw om een geliefde of angstig om een zieke of je eigen ziekte, laat de zachtheid van het kind je hart verlichten en verwarmen. Kijk naar het kind wat hier ligt en weet dat in elk kind en in elk mens die zachtheid en die kwetsbaarheid mag zijn. Laat je koesteren en liefhebben vannacht en straal op onze gezamenlijke levensreis! Moge het zo zijn Gebed en uitnodiging voor het delen van leeftocht voor onderweg Krachtige en Tedere, Wij buigen ons voor het Christuskind, wij buigen voor de liefde en het licht dat Hij in onze wereld brengt. Wij verlangen met heel ons hart naar vrede en gerechtigheid voor ons en voor alle mensen. En die sterke lichtstraal die vannacht door de wereld gaat, verdringt het duister van oorlog en geweld. Even voelen we hoe sterk het licht kan zijn en laten we dat vasthouden door zelf licht op het pad van anderen te zijn. We zijn onderweg al eeuwen lang met de geboorte van de liefde en met de kracht van het licht. Amen Route met 2 uitdeelpunten Uitnodiging Omdat we het leven willen delen met elkaar met de vreugde en met het verdriet. Met de angst en de pijn, met de blijdschap en het genieten. Omdat we met elkaar onderweg zijn op onze levensreis, delen we leeftocht voor onderweg. Deel het licht dat je hier ontvangt en geef het door! Kom maar want alles staat klaar! Bij het uitdelen van krentenbollen wordt gezegd: Straal op je levensreis!
7
Zegen Mogen wij voor elkaar een zegen zijn, bij alles wat ons te doen staat, alles wat we beleven mogen, alles wat ons overkomt. Mogen wij voor elkaar een zegen zijn, in het leven dat we samen delen, zo kwetsbaar als het is. Mogen wij vandaag voor elkaar een zegen zijn, in ons verschillen en ons gelijken. Dan zal God ons zegenen in Zijn Naam: Vader, Zoon en heilige Geest. Amen.