Waakhond op Wall Street
Waakhond op Wall Street door Manon H.M. Korthals1 28 november 2012 ‘Toezicht is nergens zo chaotisch als in de Verenigde Staten. Niet zo vreemd dat er iets fout is gegaan.’2 Het is slechts één van de vele (kritische) geluiden die ik in de afgelopen maanden over het toezicht op Wall Street en de Amerikaanse toezichthouders heb gehoord. Van augustus tot november van dit jaar werkte ik, toezichthouder bij de Nederlandse Autoriteit Financiële Markten (AFM), bij de Amerikaanse toezichthouder Financial Industry Regulatory Authority (FINRA) in New York. Ik sprak op en rondom Wall Street onder andere met verschillende Amerikaanse toezichthouders, met financials zoals investment bankers, broker/dealers, met gewone Amerikanen en met Nederlandse en Amerikaanse journalisten en wetenschappers over het toezicht op die befaamde straat. Financiële markten zijn bij uitstek grensoverschrijdend en het is daarom essentieel dat ook Nederland inzicht heeft in de ontwikkelingen op en rondom Wall Street. In dit policy paper deel ik daarom mijn kennis en opgedane ervaringen – met name waar dit van belang is voor Nederland. Dit policy paper dient ter informatie en inspiratie voor toezichthouders, beleidsmakers, politici en andere geïnteresseerden. Het paper geeft inzicht in het toezicht op de Amerikaanse financiële markten en de strategie van de Amerikaanse toezichthouder. Het werpt een blik op aantal specifieke Amerikaanse ontwikkelingen en ‘eigenheden’, zoals de verkoop van complexe producten aan consumenten en de invloed van de markt op de toezichthouder. Tot slot wordt de vraag beantwoord of de waakhond op Wall Street genoeg tanden heeft om een volgende crisis te voorkomen. Het paper sluit af met enkele aanbevelingen voor Nederlandse beleidsmakers en toezichthouders. Toezicht op Wall Street Het toezicht in de Verenigde Staten heeft veel weg van een bont gekleurde lappendeken. De Amerikanen hebben het financiële toezicht namelijk, anders dan in Nederland, opgedeeld per sector en sub-‐sector. Dit heet in toezicht-‐jargon het ‘functionele model’. De VS kennen bijvoorbeeld meerdere organisaties die toezicht houden op de verschillende onderdelen van banken (onder andere de Federal Reserve, de Federal Deposit Insurance Company en de Office of the Comptroller of the Currency), een toezichthouder voor de futures en opties (de Commodities Futures Trading Commission), een toezichthouder die opkomt voor consumenten (de Consumer Financial Protection Bureau), een organisatie voor toezicht op municipal bonds (de Municipal Securities Rulemaking Board) en een toezichthouder voor de brokers en dealers (FINRA).
1 Dit artikel is op persoonlijke titel geschreven en heeft geenszins de pretentie of intentie om het officiële
standpunt van de AFM weer te geven. Voor contact:
[email protected] of
[email protected] of bezoek www.manonkorthals.nl 2 Deze opmerking werd gemaakt door een toezichthouder.
1
Waakhond op Wall Street
In Nederland was het toezicht op de financiële markten voorheen ook opgedeeld per sector. Onder leiding van toenmalig minister Gerrit Zalm is men echter in 2002 overgestapt naar een twin peaks model; een model met twee toezichthouders. De Nederlandsche Bank houdt de soliditeit en integriteit van Nederlandse financiële instellingen in de gaten (staat een bank of verzekeraar op omvallen of niet?). De AFM is de gedragstoezichthouder en kijkt onder meer naar hoe financiële ondernemingen consumenten behandelen en hoe ze onderling met elkaar omgaan. In Amerika is er naast het toezicht per sector ook nog de verdeling tussen statelijk en federaal toezicht. Grofweg kijken de afzonderlijke staten naar de verzekeraars terwijl de federale overheid de futures en opties in de gaten houdt. Voor de effectenindustrie en het toezicht op de banken is er echter een mix van statelijk en federaal toezicht. Goldman Sachs heeft met minimaal zeven (!) verschillende toezichthouders te maken. Het mag geen verbazing wekken dat het de gemiddelde Amerikaan duizelt en de financiële sector flink klaagt over alle regels en organisaties. De Securities and Exchange Commission (de SEC) is de bekendste federale toezichthouder van Amerika. De SEC is opgericht in de nasleep van de financiële crisis van 1929 en is verantwoording schuldig aan het Amerikaans Congres en de Senaat. Dat betekent onder andere dat de politiek de toezichthouder regelmatig kritisch aan de tand voelt en het budget van deze toezichthouder goedkeurt. Het takenpakket van de SEC bestaat onder andere uit het opstellen van regels (wetten). Daarnaast doet de SEC onderzoek naar risicovolle ontwikkelingen in de markt en wordt er toezicht gehouden op duizenden ondernemingen en honderdduizenden adviseurs. De SEC voert echter niet alle taken uit haar takenpakket zelf uit; bepaalde taken zijn uitbesteed aan zogenaamde SRO’s – self regulated organizations. FINRA, maar bijvoorbeeld ook de New York Stock Exchange, is zo’n SRO. FINRA houdt toezicht op een specifieke groep van beleggingsadviseurs: de broker/dealers.3 Het grootste voordeel van het uitbesteden van taken aan een SRO zijn de kosten. Een SRO krijgt geen geld van de overheid (en dus van de belastingbetaler), maar van de ondernemingen waar ze toezicht op houdt. Het idee achter de financiële bijdrage van de markt is dat het ook in het belang van de markt is dat er een vorm van toezicht is. Het zou Amerika niet zijn als er niet wordt geklaagd over de toezichthouders, en met name over de SEC. Volgens de critici (waaronder de ondernemingen, maar ook sommige collega-‐toezichthouders) beschikken de werknemers van de SEC bij lange na niet over de noodzakelijke kennis voor goed toezicht. Het zijn volgens de critici, juristen met weinig kennis over de praktijk of over de gedachte achter regelgeving. Eén van de problemen van de SEC, en dat van meerdere toezichthouders, is dat de salarissen laag zijn in vergelijking met wat je op Wall Street kunt verdienen. Toezichthouders hebben daardoor veel moeite met het aantrekken en behouden van talentvolle mensen. 3 De VS maken een duidelijk onderscheid tussen Investment Advisors (IA) en broker/dealers (B/D). Er
gelden specifiek toegesneden regels voor beide groepen. Zo geldt er voor IA’s een verzwaard regime op het gebied van zorgplicht en krijgen zij meestal betaald op basis van fee. B/D werken vaak op basis van commissie en voeren voornamelijk opdrachten (buy/sell) uit. De SEC heeft in januari 2011 een studie uitgevoerd naar de wenselijkheid van dit verschil en heeft geconcludeerd dat consumenten sowieso het verschil niet begrijpen. Het is nu aan de politiek om een besluit te nemen over dit vraagstuk.
2
Waakhond op Wall Street
Meer over FINRA De Financial Industry Regulatory Authority, is de grootste onafhankelijk toezichthouder voor alle securities firms actief in de VS. In de praktijk betekent dit dat FINRA toezicht houdt op ruim 4300 ondernemingen en ruim 600.000 individuele broker/dealers in de Verenigde Staten. FINRA heeft 2 hoofdkantoren (in New York en in Washington DC) en 20 lokale kantoren in de verschillende districten (van Seattle tot Florida). Er werken ongeveer 3300 werknemers bij deze toezichthouder. Eén van de interessante discussiepunten in de Amerikaanse financiële sector is het verschil tussen functie broker/dealer en de investment advisors (IA). Voor een deel is hier overlap; veel broker/dealers zijn ook IA. Dat betekent FINRA indirect toch toezicht houdt op IA. FINRA heeft aangegeven ook graag toezicht te willen houden op alle IA. Met het oog op de presidentsverkiezingen was deze discussie echter ‘on hold’ gezet. De vraag is nu na de herverkiezing van Obama of de discussie weer wordt open gebroken. Kijkend naar het Amerikaans systeem van toezicht is het niet verbazingwekkend dat de Amerikaanse toezichthouders er niet in geslaagd zijn om de financiële crisis of de val van Lehman Brothers te voorkomen. De versplintering van het toezicht maakt het moeilijk om overzicht te houden, laat staan om acties te coördineren. Teveel toezichthouders houden zich met één en dezelfde onderneming bezig. De wet die naar aanleiding van de crisis in 2008 is geschreven, the Dodd-‐Frank Wall Street Reform and Consumer Protection Act, heeft dat er niet beter opgemaakt. Dodd-‐Frank, zoals de wet in de wandelgangen wordt genoemd, heeft er juist voor gezorgd dat er nog twee toezichthouders bij zijn gekomen: de Consumer Financial Protection Bureau4 en de Financial Stability Oversight Commission5. Voor beide toezichthouders zal de komende maanden moeten blijken of zij voldoende tanden heeft om door te bijten. Strategie van het toezicht ‘No one involved in regulating securities and protecting investors can be satisfied with a system where only 8 percent of regulated firms are examined each year. It is completely unacceptable and represents a major gap in investor protection.’6 Het grootste verschil tussen de werkwijze van de Nederlandse toezichthouder en de Amerikaanse toezichthouder is de gedachte achter het toezicht. Bovenstaande uitspraak van FINRA voorzitter Richard Ketchum geeft goed weer hoe er over toezicht wordt gedacht. Men vindt dat de toezichthouder iedere onderneming minimaal eens per vier jaar moet bezoeken, onafhankelijk van de vraag hoe risicovol de onderneming is.7 Tijdens zo’n exam of bezoek nemen de examiners een vooraf opgestelde checklist van 4 http://www.consumerfinance.gov 5 http://www.treasury.gov/initiatives/fsoc/Pages/home.aspx 6 Het citaat komt uit een voordracht van FINRA voorzitter Richard Ketchum (‘Testimony Before the
Committee on Financial Services’ van 6 juli 2012). 7 Grote ondernemingen zoals Goldman Sachs of JP Morgan krijgen overigens wel vaker een toezichthouder over de vloer.
3
Waakhond op Wall Street
vragen mee en werken ter plaatse deze lijst af. De toezichthouders zijn er om te kijken of ondernemingen zich netjes aan de wet houden. Deze strategie of vorm van toezicht heet ook wel compliance-‐based toezicht. Het gaat de toezichthouder om de naleving van regels en niet zozeer om het opsporen, oplossen of voorkomen van problemen. Inmiddels weten een aantal toezichthouders dat het afvinken van deze lijsten niet altijd zinvol is – veel banken en hun juristen kennen de standaard lijsten ook en bereiden zich er keurig op voor. Daarnaast heeft de toezichthouder vaak te maken met gedrag dat niet per definitie illegaal (in overtreding van de regels) is, maar bijvoorbeeld wel schadelijk is. Je hebt dan niets aan alle dikke wetboeken vol regels. Sowieso lopen wetten bijna altijd achter op de werkelijkheid. Voordat een regel daadwerkelijk geschreven en geïmplementeerd is, kunnen er al weer nieuwe producten zijn bedacht die net zo schadelijk zijn, maar niet onder de nieuwe regels vallen. Voor een toezichthouder is het dus veel slimmer om te kijken naar waar de grootste risico’s zitten, vooraf te bedenken waar het fout kan gaan en daar op in te grijpen. Deze strategie wordt ook wel risico-‐georiënteerd of probleem-‐georiënteerd toezicht genoemd. Deze vorm van toezicht geeft de toezichthouder de kans om pro-‐actief toezicht te houden en daardoor eerder te zien waar het fout kan gaan. Het vereist echter een andere manier van denken en opereren dan het traditionele compliance-‐based toezicht. Nederland is op het gebied van strategisch toezicht één van de koplopers. Voor veel van de toezichthouders op Wall Street is deze stap nog ver. De toezichthouders vertrouwen liever op hun standaard vragenlijst. De wet wordt nageleefd en de politiek kan niemand verwijten dat de toezichthouder niet bij de onderneming is langs geweest. Maar een nieuwe Lehman Brothers of nog erger, voorkom je er natuurlijk niet mee. Echter, FINRA heeft onlangs geïnvesteerd in het opzetten van een Office of Risk. Dit team, waar ik werkzaam was tijdens mijn detachering, kijkt op een meer strategische manier naar risico’s. Zij brengen in kaart welke producten als risicovol worden gezien en bekijken waar deze verkocht worden. Echter, ook hier geldt dat er voornamelijk naar individuele ondernemingen en producten wordt gekeken en niet zozeer naar marktbrede problemen of specifiek schadelijk gedrag. Regels, regels, regels Regels, formulieren en bureaucratie. Nederland staat er bekend om. In de praktijk valt dit mee, zeker vergeleken bij de Verenigde Staten. De VS is bij uitstek een rule-‐based society waar bijvoorbeeld alles wordt geregistreerd. Dit geldt zeker ook voor financiële ondernemingen en de personen werkzaam bij deze ondernemingen. Voor een broker/dealer geldt bijvoorbeeld dat zijn onderneming zich moet registreren bij de toezichthouder. Iedere onderneming heeft zijn eigen CRD (registratie) nummer waar alle mogelijke gegevens aan gekoppeld zijn. Denk bijvoorbeeld aan het soort producten dat een onderneming voert, welk segment klanten er wordt bediend en welke individuele broker/dealers, de Registered Representatives (RR’s), er bij de onderneming werken. Ook in Nederland bestaat er een register van ondernemingen – het AFM-‐ register.8 Dit register is veel beperkter qua hoeveelheid informatie dan de Amerikaanse 8 Het register van de AFM kan men raadplegen op: http://www.afm.nl/nl/professionals/registers/alle-‐
huidige-‐registers.aspx
4
Waakhond op Wall Street
registers. Daarnaast moeten ook alle RR’s zich in de VS registeren. Met een druk op de knop weet de toezichthouder waar een RR werkzaam is of heeft gewerkt. Ook is inzichtelijk welke verplichte examens een adviseur heeft gehaald, of hij onder verhoogd toezicht staat en of hij ooit een overtreding heeft begaan. In Nederland heeft de Nederlandse toezichthouder hier tot op heden slechts beperkt zicht op.9 Het Amerikaanse register is ook toegankelijk voor consumenten – via de zogenaamde BrokerCheck.10 Voor de IA’s geldt een ander registratieregime dan voor de broker/dealers. IA’s die meer dan 110 miljoen dollar beheren zijn verplicht zich te registeren bij de SEC.11 Beheren ze minder dan dit bedrag dan vallen ze onder het toezicht van de staat waar ze hun principal office gevestigd hebben. Overigens is de informatie over alle individuele IA’s wel weer te vinden op de website van de SEC.12 Deze registratiedrift is niet nieuw; het gebeurt al decennia. Ondernemingen zijn er niet blij mee want het kost een aanzienlijke hoeveelheid tijd, en dus geld, om deze formulieren in te vullen. Met name de kleinere ondernemingen hebben hier ‘last’ van. De grotere ondernemingen hebben vaak hele afdelingen met mensen in dienst wier enige taak het is om tijdig de juiste informatie aan te leveren aan de toezichthouder. Kennis en kunde Als je als werknemer op de Amerikaanse financiële markten actief wilt zijn, gelden er strenge regels voor opleiding en examinering. Een broker/dealer is verplicht om meerdere examens (bijvoorbeeld de series 6 en 7) af te leggen. Vakbekwaamheid of deskundigheid is hier niet vrijwillig of vrijblijvend – iedereen legt dezelfde uniforme en zware examens af. Haal je het examen niet dan is dit zichtbaar voor het publiek, via de BrokerCheck van FINRA. Consumenten kunnen dus altijd controleren of hun adviseur of broker/dealer wel zijn examens heeft gehaald. In Nederland is deze verplichting tot vakbekwaamheid veel minder streng omschreven. Pas sinds dit jaar ligt er een voorstel tot diplomaplicht voor financieel dienstverleners. Dit voorstel gaat echter (nog) niet in op de vakbekwaamheid van beleggingsadviseurs. Supermarkt Wall Street Het schap voor financiële producten op Wall Street is goed te vergelijken met het aanbod van een Amerikaanse supermarkt zoals WalMart. Het aanbod en de diversiteit
9 De minister van Financiën heeft recentelijk voorgesteld om een diplomaregister voor de adviseurs werkzaam bij financiële dienstverleners op te zetten. De uitwerking is echter op dit moment nog onbekend. Voor beleggingsadviseurs is er een privaat initiatief tot registratie – het register van de stichting Dutch Securities Institute. Dit register is echter vrijwillig en heeft geen erkenning van de overheid. Voor het DSI-‐register: http://www.dsi.nl/index.php?sid=306&l=ned. 10 Website FINRA Broker Check. http://www.finra.org/Investors/ToolsCalculators/BrokerCheck/ 11 Dodd Frank heeft deze onderverdeling recent gewijzigd – voorheen golden er andere benchmarks voor registratie bij de SEC of de statelijke toezichthouders. 12 Website SEC. Investment Advisor Public Disclosure http://www.adviserinfo.sec.gov/IAPD/Content/Search/iapd_Search.aspx
5
Waakhond op Wall Street
van financiële producten is enorm. In tegenstelling tot in Nederland worden deze producten niet alleen aan professionele partijen, maar juist ook aan gewone (retail) consumenten verkocht. Denk bijvoorbeeld aan complexe en risicovolle producten zoals Mortgage Backed Securities en Assett Backed Securities. Ondanks dat over deze producten bekend is dat ze een hoofdrol speelden in de financiële crisis, worden ze nog volop verkocht. Deze producten zijn voor consumenten lastig te doorgronden (ook voor een adviseur of toezichthouder) en vaak zeer risicovol. Daarnaast worden de in Nederland minder bekende producten zoals municipal bonds en money market funds volop verkocht. Deze producten golden als relatief risicovrij maar in de praktijk blijken ze echter veel minder zeker dan gedacht. 13 14 De Amerikaanse toezichthouders krijgen in toenemende mate meer zicht op de verkoop van de specifieke financiële producten en hun kenmerken. Zo heeft FINRA inmiddels beschikking over een almaar groeiende databank van producten -‐ veel van deze data kopen zij van Bloomberg. Per product heeft zij zicht op bijvoorbeeld iedere trade, de issuer, de underwriter, de maturity, de duration. FINRA hoopt in de nabije toekomst risicovolle producten per onderneming in kaart te brengen. De invloed van Wall Street op de toezichthouder De toezichthouder houdt toezicht op het grote geld, maar dat kost ook wat. De wijze waarop de toezichthouders aan hun geld komen verschilt echter per organisatie. Een aantal toezichthouders krijgt geld van de ondernemingen waar ze toezicht op houdt. Zo betalen onder toezicht staande broker/dealers in de VS het gehele budget van de bijna één miljard dollar van FINRA.15 De ondernemingen zijn member van de organisatie en ze betalen voor de diensten die FINRA levert, bijvoorbeeld het organiseren van seminars en het opstellen van nieuwsbrieven over nieuwe regelgeving. Ook in Nederland is financiering vanuit de markt niet vreemd; meer dan de helft van het budget van de AFM komt bijvoorbeeld direct van de ondernemingen waar zij toezicht ophoudt.16 Het bijzondere aan het toezicht in de Verenigde Staten is echter dat niet alleen (een deel van) de financiering uit de markt komt, maar de financials maken ook deel uit van het bestuur van de toezichthouder. In het bestuur van FINRA zitten bijvoorbeeld afgevaardigden van Deutsche Bank, Knight Capital (bekend van de 400 miljoen dollar kostende megacrash in augustus 2012) en één van de grootste broker/dealers van het land, LPL Financial. Iedere beslissing over een nieuwe regel van FINRA wordt dus mede door de ondernemingen genomen. De achterliggende gedachte is ook hier dat banken en broker/dealers zelf het beste weten wat er in de markt speelt. Zij kennen de laatste snufjes en de nieuwste exotische producten en kunnen daardoor sneller reageren op nieuwe ontwikkelingen. De historie laat zien dat de invloed van de bankiers op een 13 Zelfs bekend belegger Warren Buffet heeft zich onlangs teruggetrokken uit municipal bonds.
http://online.wsj.com/article/SB10000872396390443855804577601413630604118.html 14 Zie ook het commentaar van SEC-‐voorzitter Mary Schapiro over de risico’s van money market funds. http://www.sec.gov/news/press/2012/2012-‐166.htm 15 2011 Finra Year in Review and Annual Financial Report. 16 Zie het AFM Jaarverslag 2011. Daarnaast wordt in het regeerakkoord van het kabinet Rutte/Asscher gesteld dat ‘de kosten van het toezicht door AFM en DNB vanaf 2015 wordt doorberekend aan de partijen die actief zijn op de financiële markten.’ Punt 82 uit het definitieve regeerakkoord.
6
Waakhond op Wall Street
aantal van de toezichthouders te groot is. In het dagelijks werk merk je dat niet; de financials staan niet letterlijk over de schouder van de toezichthouder mee te kijken. Maar als het aankomt op het maken van strategische keuzes en belangrijke beslissingen over bijvoorbeeld strengere regelgeving is de invloed van Wall Street wel degelijk duidelijk merkbaar. De politiek en de toezichthouder Naast de openlijke inmenging van financiële ondernemingen met de toezichthouder, ‘bemoeit’ ook de Amerikaanse politiek zich met de toezichthouder op Wall Street. De toezichthouder kan in de praktijk niet onafhankelijk opereren van de politiek. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat de Amerikaanse president, met instemming en op advies van de Senaat, het bestuur van de eerdergenoemde SEC benoemd. Ook is door de politiek expliciet voorgeschreven dat maximaal de helft van het bestuur vanuit één politieke partij afkomstig mag zijn. Er bestaat geen enkele twijfel over wie Republikein en wie Democraat is en wat hun ideologische positie is in bepaalde vraagstukken. Zo is algemeen bekend dat de voorzitter van de SEC, Mary Schapiro, politieke ambities heeft binnen de Democratische partij. Ook komt het geregeld voor dat bestuurders elkaar via de media aanspreken op hun stemkeuze. Deze vorm van inmenging en specifieke politieke overtuiging vindt men in Nederland veel minder; de AFM en DNB kennen geen uitgesproken politieke benoemingen en de bestuurders ‘beschuldigen’ elkaar niet openlijk in de media.17 Maar ook hier geldt; de benoeming van het bestuur wordt uiteindelijk door de minister van Financiën gedaan. Conclusie ‘De toezichthouders hebben in de aanloop en tijdens de financiële crisis veel steken laten vallen.’18 Dat was de harde conclusie van de Financial Crisis Inquiry Commission die in Amerika onderzoek deed naar de oorzaken van de crisis. Sindsdien zijn er talloze maatregelen genomen die een volgende crisis moeten voorkomen. De Dodd-‐Frank Act is de meest zichtbare maatregel -‐ het duurt echter nog maanden, zo niet jaren voordat deze wet volledig geschreven is. Daarnaast lopen er talloze onderzoeken naar verschillende ondernemingen naar bijvoorbeeld de verkoop van risicovolle producten. Toch kent het Amerikaans toezicht zeker nog een aantal uitdagingen. De Amerikaanse toezichthouders zijn veel te veel gericht op de pure naleving van regels. Ze zouden er goed aan doen om meer strategisch te werk te gaan. Juist de combinatie van de hoeveelheid data en risk-‐based toezicht biedt mogelijkheden om de grote risico’s eerder in kaart te brengen. Daarnaast wordt er tot nog toe weinig aan effectmeting gedaan binnen de toezichthouders. Tot slot is het van belang om de cultuur, en met name het gedrag, in de sector aan te pakken. Ondanks een aantal veranderingen op Wall Street, is er op het gebied van gedrag nog te veel sprake van business as usual. Zolang de 17 Toegegeven, Hans Hoogervorst was voorzitter van de AFM tussen 2007 en 2011 en was wel degelijk
bekend als prominent VVD-‐lid. In de praktijk van zijn voorzitterschap van de AFM stond hij echter niet bekend als iemand die zijn partijlidmaatschap de boventoon liet voeren. 18 Het gehele, en zeer leesbare, rapport van de commissie, de ‘Financial Crisis Inquiry Report’, is te vinden op http://fcic.law.stanford.edu.
7
Waakhond op Wall Street
toezichthouders zich niet meer richten op verandering van het gedrag, zal bijvoorbeeld de verkoop van te risicovolle producten niet afnemen. Kortom, voordat de waakhond op Wall Street echt zal kunnen doorbijten moet er nog veel gebeuren. Aanbevelingen voor Nederland Veel van de ontwikkelingen die plaatsvinden op Wall Street hebben gevolgen voor of hebben raakvlakken met het toezicht in Nederland. Of het nu gaat om producten die internationaal worden verkocht of schadelijk gedrag dat financials van elkaar kopiëren. Een belangrijk doel van mijn detachering bij de Amerikaanse toezichthouder FINRA was het in kaart brengen van enkele van deze ontwikkelingen. Gedurende mijn werkzaamheden bij toezichthouder FINRA en tijdens de vele gesprekken die ik hier gevoerd heb zijn er een aantal aspecten die opvallen. Op basis van mijn bevindingen heb ik hieronder een aantal aanbevelingen voor Nederlandse beleidsmakers en toezichthouders opgesteld.19 1. Investeer in data Amerikaanse toezichthouders beschikken over een grote hoeveelheid gegevens en informatie over de financiële ondernemingen. Met een druk op de knop kunnen toezichthouders zien welke producten Goldman Sachs en LPL Financial verkopen, hoeveel procent van de omzet bij JP Morgan uit provisie komt, hoeveel 'slechte' adviseurs er bij Oppenheimer werken en zo verder. Deze data kan worden gebruikt bij het vroegtijdig in kaart brengen van risico’s en ontwikkelingen in de markt. Nederlandse toezichthouders zouden er goed aan doen om meer en op structurele basis data te generen. Echter, dat moet op een slimme manier gebeuren – ook hierbij geldt dat de risk-‐ based strategie toegepast moet worden. 2. Houd complexe producten buiten de deur van de Nederlandse consument Eén van de meest opvallende aspecten van de Amerikaanse financiële markten is de verkoop van complexe producten (mortgage backed securities, assett backed securities, municipal bonds etc) aan gewone consumenten. Ondanks dat bekend is dat veel van deze producten te risicovol en ingewikkeld zijn blijft de verkoop doorgaan. Voor Nederland is het belang deze complexe producten buiten de deur van consumenten te houden. 3. Niet meer, maar betere regels Als de Verenigde Staten iets aantonen dan is dat, dat meer regels niet perse beter toezicht oplevert of transparantere financiële markten. De ervaring leert dat meer regels juist ook meer voer voor discussie oplevert en het ongewenste loopholes creëert. Bij het opstellen van nieuwe regelgeving moet dan ook goed gekeken worden naar het nut en de noodzaak van regels. Ook moet overlap met bijvoorbeeld Europese of internationale regelgeving worden voorkomen. 4. Verplichte uniforme examens voor financieel adviseurs20 De eisen voor educatie en examinering zijn in de VS streng. Het wordt hier echter door werknemers en ondernemingen als een gegeven ervaren. Nederland zou er goed aan 19 De aanbevelingen zijn op persoonlijk titel geschreven en geven niet de officiële visie van de AFM weer. 20 Als hier gesproken wordt over financieel adviseurs dan wordt dat in brede zin bedoeld.
8
Waakhond op Wall Street
doen om hier ook strenger invulling aan te geven. In de huidige situatie zijn er nog te veel mensen werkzaam in de sector die onvoldoende opgeleid zijn. Voor financieel dienstverleners is er in Nederland nu een uniform systeem in de maak, maar het zou raadzaam zijn om dit ook voor andere financials zoals beleggingsadviseurs te doen. 5. Verplichte registratie van financieel adviseurs Wie is mijn adviseur eigenlijk? Veel consumenten zullen geen eenduidig antwoord op deze vraag kunnen vinden. Op dit moment is het in Nederland niet mogelijk om als consument op een centrale plek informatie over adviseurs op te vragen. Ook voor de toezichthouder is dit slechts in zeer beperkte mate mogelijk. Volledige transparantie over adviseurs zal een volgende crisis niet voorkomen, maar het gaat in deze sector om belangrijke en impactvolle beslissingen en consumenten hebben het recht op informatie over individuele adviseurs. Zeker nu ook individuen in toenemende mate aansprakelijk kunnen worden gesteld voor overtredingen, ligt een centraal registratiesysteem voor de hand. Investeer daarom ook in Nederland in een register voor adviseurs, naar voorbeeld van de BrokerCheck. 6. Investeer in uitwisseling van kennis met andere instellingen Financiële markten zijn bij uitstek internationaal van opzet. Het is daarom van belang dat toezichthouders en beleidsmakers op de hoogte zijn van elkaars werkzaamheden en ontwikkelingen. Mijn detachering bij FINRA heeft bijvoorbeeld waardevolle inzichten opgeleverd voor het toezicht in Nederland. Op dit moment is deze uitwisseling van kennis en werknemers nog te beperkt. Nederlandse beleidsmakers en toezichthouders zouden er goed aan doen om dit meer te stimuleren en initiëren.
9