Streetwise havo/vwo Engels voor De Nieuwe Onderbouw Docentenhandleiding
Annie Cornford Peter Jamin Karin Kessels
Auteurs Annie Cornford Peter Jamin Karin Kessels De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. ThiemeMeulenhoff ontwikkelt leermiddelen voor: Primair Onderwijs, Algemeen Voortgezet Onderwijs, Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie en Hoger Beroepsonderwijs. Dit is de docentenhandleiding die deel uitmaakt van het lespakket Streetwise Talenquest Engels hv. Deze docentenhandleiding is niet los verkrijgbaar. Het complete lespakket (ISBN 90-06-14358-8) bestaat uit 30 projectkaternen voor leerlingen en docentenmateriaal. Neem voor meer informatie en bestellingen contact op met ThiemeMeulenhoff (0575-594880) of kijk op www.thiememeulenhoff.nl. Eerste druk, eerste oplage
© ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen, 2005 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voorzover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j° het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351, zoals gewijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden.
2
Docentenhandleiding Streetwise
Inhoudsopgave 1
De projectkaternen van ThiemeMeulenhoff
4
1.1 Aanleiding voor deze serie projectkaternen 1.2 Welke projecten zijn er? 1.3 Wat kenmerkt deze projecten? Samenwerken op maat Eenduidige didactische opzet en structuur Talenquests Engels, Duits en Frans Wat schaft u aan?
2
4 4 5 5 5 5 6
Over het projectkatern interactieve talenquest Engels hv Streetwise
6
2.1 Talenquest De interactieve talenquest van ThiemeMeulenhoff Nieuw in de talenquest van ThiemeMeulenhoff Talenquest en de (nieuwe) onderbouw 2.2 Voorbereiding en organisatie van het project Thema Voorkennis Leeractiviteiten Leerroutes Planning Praktische tips Technisch 2.3 Toelichting per opdracht Episode 1 Episode 2 Episode 3 Episode 4 Episode 5 Episode 6 Episode 7 Episode 8 Eindopdracht 2.4 Beoordeling en beoordelingsmodellen
Docentenhandleiding Streetwise
6 6 7 7 7 7 8 8 9 9 13 13 13 13 13 13 14 14 14 14 14 15 15
3
Projectkatern Streetwise 1 1.1
De projectkaternen van ThiemeMeulenhoff Aanleiding voor deze serie projectkaternen
Projecten vormen een prima mogelijkheid om het onderwijs te vernieuwen. Ze bieden een concrete en werkbare, veilige en inspirerende vorm voor het werken aan onderwijskundige doelen. In het kader van de nieuwe onderbouw maken scholen nieuwe keuzes ten aanzien van positionering, organisatie, didactische uitgangspunten en de daarbij passende werkvormen. Een van de opties om eens af te wijken van de traditionele werkwijze is het inzetten van projecten. In de nieuwe onderbouw zal ook sprake zijn van het werken in leergebieden. In de kerndoelen voor de nieuwe onderbouw is deze clustering al doorgevoerd. En vanuit dat kader ontstaat eveneens de vraag naar materiaal waarmee in samenhang in een leergebied kan worden gewerkt. De ThiemeMeulenhoff projectkaternen zetten hier eveneens op in. En daarmee kan op school nuttige ervaring worden opgedaan als basis voor de toekomst: samenwerking tussen docenten, afstemming van vakken onderling of eventueel zelfs een stap naar volledig vakoverstijgend werken waarbij de traditionele vakinhouden in elkaar schuiven. Om tegemoet te komen aan de vraag naar concreet en werkbaar materiaal binnen de kaders van de nieuwe onderbouw, biedt ThiemeMeulenhoff vanaf voorjaar 2005 een groot aantal projecten voor alle leergebieden en alle vakken.
1.2
Welke projecten zijn er? Projecten per leergebied / vak
Projecten rond het thema ‘Spanning’
vmbo
havo / vwo
vmbo
havo / vwo
Mens en Maatschappij
De indianen van het Amazonegebied
De indianen van het Amazonegebied
Israël en de Palestijnen
Israël en de Palestijnen
NaSk / Techniek
Luid en duidelijk
Luid en duidelijk
Wek het zelf op!
Wek het zelf op!
Biologie / Verzorging
Mooi van buiten
Mooi van buiten
In- en ontspanning
In- en ontspanning
Wiskunde
ROTOR: spiegelen en draaien
ROTOR: spiegelen en draaien
Strikt geheim!
Strikt geheim!
Kunst en Cultuur Nederlands Engels
Theater, muziek en stijl
Het Zenuwslopende Museum
Maak reclame!
Maak reclame!
Rillingen over de rug
Rillingen over de rug
Talenquest: Streetwise
Talenquest: Streetwise
First Time Ever ...
First Time Ever ...
Duits
Talenquest: Käfer-tour
Comicgalerie
Frans
Talenquest: Perdue à Paris
Attention! Danger!
Materiaal voor een complete projectweek vmbo
havo / vwo
Circus in nood!
Circus in nood!
Kijk voor meer informatie op www.projecten-online.nl en/of www.thiememeulenhoff.nl.
4
Docentenhandleiding Streetwise
1.3
Wat kenmerkt deze projecten?
In algemene zin kenmerken de projectkaternen van ThiemeMeulenhoff zich als volgt: • een project is een opdracht of een serie opdrachten • opgebouwd rond een thema • leerlingnabij en probleemstellend • met een duidelijk omschreven eindresultaat (dat per groep of per leerling kan verschillen) • met een beperkte keuzemogelijkheid voor de leerling • waarin elke leerling een individuele, zichtbare bijdrage levert aan het eindproduct • waarin leerlingen samenwerken • met een duidelijke tijdsafbakening (een studielast variërend van 8-15 studielasturen) • en inzetbaar naast élke methode Samenwerken op maat Voor de projecten wordt al uitgegaan van de geïntegreerde DNO-leergebieden. Daarbinnen zijn per school nog steeds keuzes mogelijk: leergebiedoverstijgend, vakoverstijgend geïntegreerd, op elkaar afgestemd of bijvoorbeeld alleen met elkaar in verband gebracht. Samenwerken kan dus, maar hoeft niet! Om aan deze keuzes tegemoet te komen zijn er meerdere mogelijkheden: • een serie losse projecten per vak- of leergebied (zoals Theater, muziek en stijl voor K&C); voor de drie moderne vreemde talen Engels, Duits en Frans zijn er talenquests; • een serie projecten voor alle vakken/leergebieden rond hetzelfde thema Spanning, waarmee elke school kan kiezen welke vakken ze met elkaar in verband wil brengen (uiteraard zijn ze daarnaast ook los inzetbaar); • één project (onder de titel Circus in nood!) waarmee schoolbreed en vakoverstijgend geïntegreerd kan worden gewerkt. Eenduidige didactische opzet en structuur De projecten vertonen samenhang in het projectmatig werken als onderwijsvorm.1 Didactisch uitgangspunt voor al deze projecten is het actief en in toenemende mate zelfstandig ‘ervaringsleren’. Leerlingen werken samen aan realistische opdrachten waarin samenwerking en inzicht in samenhang gestimuleerd worden. Een concreet eindproduct is steeds het resultaat. De fasering binnen de projecten is uniform en met opzet eenvoudig gehouden. De structuur (vijf fasen) is voor alle projecten dezelfde. • De start bestaat steeds uit een korte leerlinggerichte introductie onder het kopje Wat ga je doen? Hierin worden thema, werkwijze en eindproduct geïntroduceerd. • De volgende fase heet Hoe ga je het doen? Deze bevat aanwijzingen en opdrachten over werkwijze, planning en organisatie van het vervolgtraject. • Fase 3 is Doen! Nu gaat de leerling aan de slag en wordt het werkplan uitgevoerd. • Daarna volgt de presentatie: Laten zien. De leerlingen laten elkaar en hun docent zien wat ze hebben gedaan, gemaakt, ontworpen, ingestudeerd e.d. Dit eindproduct kan de vorm hebben van een werkstuk, een tentoonstelling, een videobrief, een talkshow, een plan, een uitvoering, een mondelinge presentatie, een performance etc. • De laatste fase is steeds de Terugblik. Hierin evalueren leerlingen zelf het proces dat zij hebben doorlopen en het product dat is ontstaan. De docent kan deze evaluatie meenemen in de totale beoordeling van het project. Tussendoor zijn er momenten waarop de docent akkoord moet geven op inhoud en voortgang. Door middel van afvinkmogelijkheden wordt daar in het materiaal in voorzien. Talenquests Engels, Duits en Frans De talenquests voor Engels en Frans hebben elk een fictieve verhaallijn ingedeeld in episodes waarbinnen de leerling opdrachten moet vervullen.
1
De talenquests voor Engels, Duits en Frans wijken af van de hier beschreven structuur. Deze volgen het stappenplan van de talenquest.
Docentenhandleiding Streetwise
5
In de talenquest voor Duits maken de leerling een virtuele reis door Duitsland en verzamelen zij materiaal voor een ganzenbord. Wat schaft u aan? Een ‘projectset’ bestaat steeds uit 30 leerlingenkaternen en docentenmateriaal. De kosten hiervoor bedragen 150 euro per set, ofwel 5 euro per leerling. Op de katernen voor de talenquests staat voor iedere leerling het adres en een eigen toegangscode voor de website van de talenquest. Verkrijgbaar via www.thiememeulenhoff.nl/catalogus.
2
2.1
Over het projectkatern interactieve talenquest Engels hv Streetwise Talenquest
Een talenquest is een internetopdracht die volgens een vast stappenplan verloopt. De Amerikaan Bernie Dodge heeft als eerste de systematiek van de webquest ontwikkeld. In Nederland hebben het NAB (Nationaal Actiebureau Moderne Vreemde Talen) en het SLO de webquest omgewerkt naar een zogenaamde ‘talenquest’. Het is een opdrachtsoort die nu vaak ingezet wordt op scholen die leerlingen op een zelfstandige manier willen laten werken aan een realistische taak met het gebruik van internet. Belangrijke elementen in de talenquest zijn: • Aanbieden van veel inputmateriaal. • Leerlingen via internet met de werkelijkheid in aanraking laten komen. • Leerlingen zelf een taak laten bedenken en of uitwerken waarmee zij in de werkelijkheid ook geconfronteerd zouden kunnen worden. • De leerling keuzemogelijkheden bieden voor een eigen uitwerking van de opdracht. Op www.talenquest.nl is een omschrijving van de talenquest te vinden in de vorm van de zogenaamde ‘meetlat’. De interactieve talenquest van ThiemeMeulenhoff De interactieve talenquests van ThiemeMeulenhoff (voor Engels, Duits en Frans) baseren zich op de meetlat van het NAB (Nationaal Actiebureau Moderne Vreemde Talen) maar kennen enkele nieuwe elementen. De talenquest Streetwise bestaat uit acht episodes die corresponderen met acht lessen. In iedere les leest, bekijkt en beluistert de leerling een episode van de belevenissen van Gary, die op een ongebruikelijke wijze het mysterieuze meisje Holly ontmoet. Bij deze episodes worden beelden getoond en kan de leerling de tekst ook beluisteren. De voorgelezen teksten worden afgewisseld met zogenaamde ‘interactiemomenten’, momenten waarop de leerling on-line vragen beantwoordt over het verloop van het verhaal of de situatie waarin de hoofdpersoon verzeild is geraakt. Na iedere episode volgt er een korte deelopdracht die verband houdt met het verhaal van de episode. Iedere leerling maakt de deelopdracht en doet daarvan verslag in het katern, een soort logboek. Het logboek is voor de docent een efficiënte manier om het werk van de leerling te volgen. Iedere deelopdracht kan in het katern worden afgetekend met een paraaf van de docent. Bij episode 1, 2, 3, 5, 6 en 7 wordt ook een grammaticaopdracht aangeboden die de leerling kan maken als voorbereiding op de deelopdracht. Het inputmateriaal (het verhaal over Gary en Holly) is fictie, in tegenstelling tot de meeste talenquests die op internet te vinden zijn. De deelopdrachten hebben wel altijd een realistisch karakter. Voor het uitvoeren van de deelopdrachten maken de leerlingen ook gebruik van informatie op het web.
6
Docentenhandleiding Streetwise
Nieuw in de talenquest van ThiemeMeulenhoff De talenquests van ThiemeMeulenhoff kennen enkele nieuwe elementen. De volgende elementen zijn nieuw: • Het inputmateriaal voor de leerling bestaat niet uitsluitend uit informatie van het internet, maar het is speciaal geschreven of geselecteerd materiaal dat geschikt is voor het niveau van de leerlingen (klas 2). Hiermee wordt voorkomen dat de leerling gaat werken met materiaal dat te ver onder of boven zijn niveau ligt. • Al het inputmateriaal (dat bij de talenquest Engels bestaat uit een fictief verhaal over de belevenissen van Gary en Holly) wordt vergezeld van audio. Verder kan de leerling op eenvoudige wijze de vertaling van moeilijke woorden opvragen zonder het verhaal daarvoor te hoeven onderbreken. • Leerlingen worden niet alleen ‘ondergedompeld’ in dit taalmateriaal maar krijgen ook steeds korte opdrachten – interactieve oefeningen – bij dit materiaal. • Per episode (m.u.v. episode 4 en 8) is er een interactieve grammaticaoefening waarmee de leerling wordt gestimuleerd om veelvoorkomende grammaticale problemen te vermijden. • De talenquest wordt afgesloten met een (grotere) eindopdracht, en deze eindopdracht wordt voorbereid door de deelopdrachten per les. De deelopdrachten zijn beknopt en de verslaglegging in het katern (logboek) biedt houvast om het leerproces te volgen. De docent kan de deelopdrachten paraferen. Talenquest en de (nieuwe) onderbouw De talenquest sluit aan bij de karakteristieken en de kerndoelen van de (nieuwe) onderbouw. Aansluiting bij de kerndoelen: Kerndoel 11: De leerling raakt vertrouwd met klanken van de vreemde taal. Kerndoel 13: De leerling leert strategieën gebruiken bij het verwerven van informatie uit teksten in de vreemde taal. • Kerndoel 14: De leerling leert informatie zoeken in digitale bronnen en deze te ordenen. • •
Aansluiting bij de karakteristiek van de nieuwe onderbouw: De talenquest stuurt de leerling via deelopdrachten naar een grotere eindopdracht. De serie van 8 à 12 lessen vertoont een samenhang. De leerling leert hierdoor werken naar een einddoel. De eisen die gesteld worden aan de eindopdracht zijn bekend bij de leerling, zodat zijn verantwoordelijkheid in het leerproces gestimuleerd wordt. Aansluiting bij de huidige kerndoelen: De leerling verwerft middels de talenquest vaardigheid in het kijken / luisteren, het lezen, schrijven en spreken. De leerling oefent in ict-vaardigheden.
2.2
Voorbereiding en organisatie van het project
Voordat uw leerlingen de eerste keer met de talenquest aan de slag gaan, is het verstandig om een aantal heel praktische zaken rond de voorkennis van uw leerlingen, de planning, de differentiatiemogelijkheden e.d. na te gaan bij uzelf, uw collega’s en/of de systeembeheerder(s). Thema Streetwise gaat over de Engelse jongen Gary die ontdekt dat een zigeunermeisje, Holly, zich in de kelder van zijn huis heeft verstopt. Holly vertelt Gary dat het postkantoor in Castleton beroofd is en dat haar vader gearresteerd is. Holly is weggelopen omdat een vrouw van de sociale dienst haar mee wilde nemen. Ze houdt vol dat haar vader onschuldig is. De volgende dag gaan Gary en Holly samen naar Castleton om uit te zoeken wat er gebeurd is. Gary maakt heel wat mee en merkt dat Holly behoorlijk streetwise is – in tegenstelling tot Gary koopt ze bijvoorbeeld geen kaartje voor de trein. Op aansporen van Holly luistert hij mensen af in de Chinese chippie, onderzoekt hij berichtjes en oproepen op een prikbord, breekt hij in in het postkantoor en probeert hij een computer te kraken. Maar dan wordt hij opgepakt en ondervraagd door de politie. Holly is spoorloos verdwenen en na
Docentenhandleiding Streetwise
7
een tijdje dringt het tot Gary door dat de vork misschien wel heel anders in de steel zit dan hij al die tijd heeft gedacht… Bovenstaande verhaallijn is opgedeeld in acht episodes. Aan het eind van iedere episode wordt de leerling uitgedaagd om, op basis van het verhaal en vaak gecombineerd met informatie op internet, te komen tot een klein en levensecht product. Alle producten tezamen bereiden de leerling voor op de eindopdracht: het opstellen van een politierapport. Voorkennis Het project Streetwise is geschikt voor klas 2. Het niveau van het vocabulaire en de zinsconstructies die in de episodes worden aangeboden is hierop afgestemd. Er is ook aandacht voor een aantal basale grammaticale aspecten, met name in de deelopdrachten en grammaticaoefeningen. De grammaticale onderwerpen die aan bod komen zijn: de -ing vorm (gerund), bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden, vraagzinnen, instructies (gebiedende wijs), voorzetsels (phrasal verbs) en de tegenwoordige tijd (present simple en present continuous). We gaan ervan uit dat de leerling deze onderwerpen eerder heeft geleerd. Om de kennis hiervan tijdens het project op te frissen, wordt er in bijna iedere episode (m.u.v. episode 4 en 8) een grammaticaonderdeel beknopt uitgelegd en wordt een interactieve grammaticaoefening aangeboden. Leeractiviteiten De leeractiviteiten bestaan steeds voor een groot deel uit leesvaardigheid. Het verhaal wordt voorgelezen en de leerling wordt bij het meelezen geholpen door duidelijke afbeeldingen en vertaalwoordjes die eenvoudig kunnen worden opgevraagd. Doordat het verhaal een aantal maal onderbroken wordt door een ‘interactiemoment’, wordt de leerling extra bij het verhaal betrokken en wordt geoefend met vocabulaire en verhaalinhoud. Na iedere episode (10-15 minuten) volgt steeds een kleine opdracht die leidt tot een klein product in het katern. Omdat deze kleine opdrachten de leerling voorbereiden op de eindopdracht worden ze ‘deelopdrachten’ genoemd. Het soort deelopdracht is heel divers en kan originele producten opleveren. • In deelopdracht 1 wordt de leerling gevraagd een signalement te geven van iemand. Dit doet hij/zij door een eenvoudig formulier in te vullen. Hierbij moet rekening worden gehouden met de Engelse maten voor lengte en gewicht. • In deelopdracht 2 schrijft de leerling, met behulp van tips en eventueel een digitaal woordenboek, een artikeltje over een misdrijf dat heeft plaatsgevonden. • In deelopdracht 3 lezen de leerlingen een krantenartikel en voeren ze in tweetallen een rollenspel uit, waarbij een leerling een rechercheur is die de andere leerling, de verdachte, ondervraagt. • In deelopdracht 4 zoekt de leerling met behulp van internet uit hoe hij/zij zo snel mogelijk naar Castleton kan reizen. • In deelopdracht 5 luisteren de leerlingen naar telefoontjes van politieagenten die de vluchtroute van een Mini Cooper in Manchester omschrijven. De leerlingen moeten op de kaart aangeven waar de auto zich na drie geluidsfragmenten bevindt. Bovendien moeten ze in tweetallen samenwerken en elkaar een routebeschrijving geven. • In deelopdracht 6 schrijft de leerling voor twee situaties een stappenplan of checklist voor een rechercheur die als eerste op de plaats van een misdrijf aankomt. Wat moet er gebeuren en in welke volgorde? • Deelopdracht 7 wordt ingeleid door een videofragment. Daarna werken de leerlingen samen in groepjes van drie en voeren ze een toneelstukje op waarin een rechtszaak wordt nagebootst. • De deelopdracht bij episode 8 bestaat uit het maken van een online test waarbij de leerling uit kan vinden of hij/zij bij de politie zou willen en kunnen werken. Vervolgens schrijft de leerling zijn/haar mening over politiewerk op in het katern. Na episode 8 moeten de leerlingen weer in groepjes van maximaal 4 personen samenwerken om de eindopdracht te volbrengen. Het doel is het opstellen van een politierapport, gebaseerd op een misdrijf dat gepresenteerd staat op een website. De leerlingen verdelen de taken, werken deze uit, nemen samen beslissingen over het verloop en de uitkomst van het onderzoek, schrijven elk een onderdeel van het rapport en presenteren het aan de klas.
8
Docentenhandleiding Streetwise
Leerroutes De basis van de talenquest is het verhaal van Gary en Holly en de bijbehorende productieve deelopdrachten. De snellere of betere leerling kan na episode 3, 4 en 7 een verdiepingsopdracht doen, op school of thuis, maar deze is niet verplicht. In normale gevallen starten uw leerlingen na de achtste les met de eindopdracht. Indien u te weinig tijd heeft voor het gehele project, dan kunt u het project na episode 8 afsluiten en de eindopdracht overslaan. Planning De talenquest bestaat in principe uit acht episodes van ieder één lesuur, gevolgd door een eindopdracht die vier lessen in beslag neemt. In een traditioneel rooster kunt u de talenquest doen op de momenten dat u normaal gesproken ‘gewoon’ les geeft. Afhankelijk van het aantal lesuren dat u per week tot uw beschikking hebt, bent u vier tot zes weken bezig. Een alternatieve manier om dit project uit te voeren, is te kiezen voor bijvoorbeeld vier dagdelen waarop zowel u als de klas voor het project beschikbaar bent. In dat geval zult u met uw schoolleiding moeten bespreken wat daarvoor geschikte momenten zijn. Het voordeel hiervan is dat leerlingen in relatief korte tijd intensief in het Engels worden ondergedompeld, het verhaal beter kunnen vasthouden en sneller een tastbaar eindresultaat produceren. De talenquest is inzetbaar naast iedere methode Engels, maar u zult ergens tijd vandaan moeten halen om de quest te kunnen doen met uw leerlingen. U kunt ervoor kiezen om een verkorte leerroute te volgen in de methode. Mogelijkheden hiervoor staan vaak in de docentenhandleiding bij de methode die u gebruikt. U kunt er ook voor kiezen om opdrachten weg te laten uit het lesprogramma die al ‘gedekt’ worden in de talenquest. In Streetwise komt de taalhandeling ‘iemand interviewen / vragen stellen’ bijvoorbeeld ruimschoots aan bod. De leerlingen hoeven de opdrachten uit het boek die aansluiten bij deze taalhandeling dan in principe niet meer allemaal te doen. Om u van dienst te zijn bij het maken van een verantwoorde keuze van weg te laten oefeningen, hebben wij in de schema’s op de volgende pagina’s precies op een rijtje gezet welke oefeningen in de methodes New Interface, Go for it! en Stepping Stones overgeslagen kunnen worden als u Streetwise laat maken door uw leerlingen.
Docentenhandleiding Streetwise
9
New Interface (eerste druk, 2003) Talenquest Streetwise hv Episode 1
Grammaticale onderwerpen -ing vorm (gerund)
New Interface WB Blue 2 u6, 16
New Interface WB Green 2 u6, 15
Episode 2
Bijwoorden, bijvoeglijke naamwoorden Vraagzinnen
u1, 28; u3, 27; u7, 17 u1, 4; u2, 25
u3, 30
Instructies, gebiedende wijs Voorzetsels, phrasal verbs Tegenwoordige tijd: present simple, present continuous
-
-
u4, 8; u5, 30
u5, 26; u7, 27
u1, 16; u2, 27; u3, 26
u1, 15; u2, 29; u3, 29
Omschrijving taalhandelingen Een eenvoudig formulier invullen Iemands uiterlijk beschrijven Een kort artikeltje / verhaaltje schrijven over wat er is gebeurd Een eenvoudig krantenartikeltje lezen Iemand interviewen / vragen stellen Dienstregelingen lezen
New Interface WB Blue 2 u2, 33
New Interface WB Green 2 -
u2, 25, 33
u2, 27; u3, 20
u1, 26, 33, 42; u4, 32; u6, 11; u7, 22 u5, 40, 41
u1, 5, 18, 27, 28, 40; u2, 34; u4, 21; u7, 40 u5, 38, 39
u1, 4, 22; u2, 43; u4, 22; u6, 22, 42 -
u3, 34; u4, 32; u6, 21; u7, 31 -
Informatie opzoeken op internet*
u1, 48; u2, 53; u3, 51; u4, 51; u5, 46; u6, 50; u7, 46; u8, 50 u2, 44, 46; u4, 42, 43; u6, 45 -
u1, 48; u2, 53; u3, 49; u4, 50; u5, 49; u6, 53; u7, 49; u8, 52 u2, 44; u4, 42, 43; u6, 41; u8, 43 -
u3, 22
-
Zie episode 3
Zie episode 3
-
-
u6, 43
u6, 40; u8, 31
Episode 3 Episode 5 Episode 6 Episode 7
Talenquest Streetwise hv Episode 1
Episode 2
Episode 3
Episode 4
Episode 5
Episode 6
Episode 7
Episode 8
Advertenties lezen Een routebeschrijving geven / begrijpen In eenvoudige stappen opschrijven wat iemand moet doen Iemand interviewen / vragen stellen Een kort monoloogje houden waarin je iets over iemand vertelt Je mening opschrijven
u1, 4, 26
* Hier staan alle web assignments vermeld. U kunt hier zelf een selectie maken.
10
Docentenhandleiding Streetwise
Go for it! (eerste druk, 2001) Talenquest Streetwise hv Episode 1
Grammaticale onderwerpen -ing vorm (gerund)
Episode 2
Bijwoorden, bijvoeglijke naamwoorden Vraagzinnen
u2, 62 (gebruik van bijv.nw. is onderdeel)
Instructies, gebiedende wijs Voorzetsels, phrasal verbs Tegenwoordige tijd: present simple, present continuous
u5, 169
Go for it! WB 2 havo/vwo
Episode 4
Omschrijving taalhandelingen Een eenvoudig formulier invullen Iemands uiterlijk beschrijven Een kort artikeltje / verhaaltje schrijven over wat er is gebeurd Een eenvoudig krantenartikeltje lezen Iemand interviewen / vragen stellen Dienstregelingen lezen
u2, 72; u4, 143; u5, 180; u7, 233
Episode 5
Informatie opzoeken op internet* Advertenties lezen
Episode 3 Episode 5 Episode 6 Episode 7
Talenquest Streetwise hv Episode 1
Episode 2
Episode 3
Episode 6
Episode 7
Episode 8
Een routebeschrijving geven / begrijpen In eenvoudige stappen opschrijven wat iemand moet doen Iemand interviewen / vragen stellen Een kort monoloogje houden waarin je iets over iemand vertelt Je mening opschrijven
Go for it! WB 2 havo/vwo u1, 37
u1, 17; u3, 91
u1, 33 (de present tense is onderdeel), 34; u2, 52
u4, 127 u4, 119, 132 u1, 9; u2, 51, 66, 74; u3, 95; u6, 200
u2, 45, 60; u3, 86; u4, 131; u6, 212 u4, 133; u5, 158; u7, 226 u1, 19
u1, 35; u2, 73; u3, 93; u4, 115; u5, 179; u6, 198, 207 u1, 28 u4, 140
Zie episode 3 u6, 184
u3, 106, 108; u5, 180; u6, 213; u7, 246
* Hier staan alle internet assignments vermeld. U kunt hier zelf een selectie maken.
Docentenhandleiding Streetwise
11
Stepping Stones (2e editie, 1999) Talenquest Streetwise hv Episode 1
Grammaticale onderwerpen -ing vorm (gerund)
Episode 2
Bijwoorden, bijvoeglijke naamwoorden Vraagzinnen
Episode 3 Episode 5 Episode 6 Episode 7
Talenquest Streetwise hv Episode 1
Instructies, gebiedende wijs Voorzetsels, phrasal verbs Tegenwoordige tijd: present simple, present continuous
Stepping Stones WB 2 havo/vwo ch6, 23, gram 3 ch1, 14, 16, gram 2b; ch5, 8, gram 2b; ch10, gram 3a+b ch4, 2; ch5, 29 ch3, gram 1; ch10, gram 1 ch5, gram 1, ch4, 1
Stepping Stones WB 2 havo/vwo
Episode 4
Omschrijving taalhandelingen Een eenvoudig formulier invullen Iemands uiterlijk beschrijven Een kort artikeltje / verhaaltje schrijven over wat er is gebeurd Een eenvoudig krantenartikeltje lezen Iemand interviewen / vragen stellen Dienstregelingen lezen
ch4, 25; ch7, 16
Episode 5
Informatie opzoeken op internet Advertenties lezen Een routebeschrijving geven / begrijpen In eenvoudige stappen opschrijven wat iemand moet doen Iemand interviewen / vragen stellen Een kort monoloogje houden waarin je iets over iemand vertelt Je mening opschrijven
ch1, 24, 25, 26
Episode 2
Episode 3
Episode 6
Episode 7
Episode 8
12
ch8, 4; ch10, 17 ch1, 18, 23; ch4, 26; ch5, 5, 6, gram 3a+b; ch6, 24; ch7, 11, 12, 13, gram 3a, gram 4; ch8, gram 3; ch9, 12 ch1, 10, 11; ch4, 12; ch5, 2, 3; ch7, 9, 10 ch1, 15, 17; ch5, 20; ch10, 24 -
ch8, 8, 9; ch9, 1, 2, 3, 18
ch4, 2; ch5, 29, 31
Zie episode 3 ch4, 23, 25; ch5, 21; ch7, 15, 16
ch1, 21; ch6, 26; ch7, 28; ch10, 8, 11
Docentenhandleiding Streetwise
Praktische tips • De episodes en (deel)opdrachten worden zo aangeboden dat u als docent tijd vrij hebt voor tussentijdse beoordeling. Voor het beluisteren van een bepaalde episode heeft de leerling geen katern nodig. Op dat moment zou u de producten uit de voorafgaande les kunnen beoordelen/paraferen. In het katern staat steeds heel kort waar u dan op kunt letten. • Mocht er in het katern niet genoeg ruimte zijn, bijvoorbeeld wanneer de leerling de computer heeft gebruikt om iets uit te printen en hierin niet wil knippen, laat het extra materiaal dan toch in het katern stoppen, zodat u alles bij de hand houdt. Eventueel eist u van uw leerlingen dat losse blaadjes altijd in het katern worden vastgeniet. Regelt u wel een nietmachine (bijvoorbeeld via de administratie). Technisch Omdat de talenquest Streetwise on-line gedaan moet worden, moet u zich ervan verzekeren dat de quest op iedere pc benaderbaar is. Alle verhalende tekst is ook te beluisteren en ook veel oefeningen maken gebruik van audio of video. Om deze reden is het noodzakelijk dat iedere pc is voorzien van een koptelefoon. Mocht u twijfelen over deze mogelijkheden in uw computerlokaal of mediatheek, bespreek dit dan met de systeembeheerder(s) van uw school. Hij/zij kan u waarschijnlijk snel vertellen hoe de situatie bij u op school is.
2.3
Toelichting per opdracht
Episode 1 Naar aanleiding van het eerste ‘interactiemoment’, de opdracht over acroniemen zoals nimby, kunt u uw leerlingen op www.acronym-guide.com laten kijken. Er zijn allerlei speelse oefenvormen te bedenken bij deze site. Laat de leerlingen bijvoorbeeld in tweetallen werken en een top-10 samenstellen van de acroniemen die zij het leukst, meest ondoorzichtig, handigst, etc. vinden. Bij deelopdracht 1 kunt u uw leerlingen ook vragen om het formulier in te vullen met een klasgenoot in gedachten. Hier kan vervolgens een raadspelletje aan verbonden worden. Episode 2 Als u wilt, kunt u bij het tweede ‘interactiemoment’ de leerlingen vragen om te noteren waarom hit 1, 2 en 4 niet de hits zijn waarnaar Gary op zoek is. De antwoorden zullen dan ongeveer als volgt moeten luiden: • Hit 1: deze site is niet interessant voor Gary, omdat het een Australische site is en over een postkantoor in Queensland gaat. • Hit 2: deze site is niet interessant voor Gary, omdat het over een overval van meer dan 100 jaar geleden gaat. • Hit 4: deze site is niet interessant voor Gary, omdat het over een postkantoor in New Jersey (USA) gaat. Als u hier tijd voor heeft, kunt u ter evaluatie van het product van deelopdracht 2 de leerlingen in groepjes van drie of vier samen laten werken. Zij lezen dan elkaars artikeltjes, corrigeren deze en beslissen samen welk artikeltje de beste inleiding heeft, welk artikeltje het origineelst is en welk artikeltje het best geschreven is (de minste fouten bevat). Uiteraard zijn hier nog andere criteria te verzinnen. Episode 3 Bij de eindopdracht van episode 3 kunt u tijdens de les de leerlingen het kruisverhoor laten oefenen en daarna een paar tweetallen selecteren die de ondervraging voor de klas uit moeten voeren. Als u uw leerlingen de verdiepingsopdracht laat doen (het maken van een vergelijking tussen verschillende kranten), kun u er ook voor kiezen uw leerlingen een vast rijtje kranten te laten beoordelen. De leerlingen moeten dan individueel bepalen op welke krant zij het liefst een abonnement zouden hebben. U kunt na afloop inventariseren welke krant in de klas het populairst is en welke overwegingen het zwaarst hebben gewogen bij het kiezen van een krant. Docentenhandleiding Streetwise
13
Episode 4 Bij het tweede ‘interactiemoment’ kunt u de leerlingen (nog eens) wijzen op de site www.acronymguide.com. Bij deelopdracht 4 kunnen de oplossingen weer klassikaal vergeleken worden. Wat is de snelste tijd die gevonden is? Klopt dat wel? Hoe veel verschilt deze tijd met de langstdurende optie? De verdiepingsopdracht bij episode 4 kan makkelijk uitgebreid worden door de leerlingen in tweetallen een (kleine) enquête te laten maken. Eerst verzamelen zij op internet een x aantal mogelijkheden voor de dag in Manchester, dan verwerken zij die in een enquête en ten slotte laten ze de enquête invullen door klasgenoten. Welke attractie krijgt uiteindelijk de meeste stemmen of punten? Episode 5 U kunt inspringen op het tweede ‘interactiemoment’ (waarbij de leerlingen kleine advertenties lezen) door de leerlingen in tweetallen of groepjes van drie zelf een dergelijke advertentie te laten maken. Wellicht kan dit gebeuren in samenwerking met de beeldende vakken. Als u de kaart van deelopdracht 5 flink vergroot, kunt u deze ophangen in de klas. U laat dan een van de leerlingen een plek aanwijzen op de kaart. U bepaalt zelf waar de route moet eindigen en laat de kinderen in de klas aanwijzingen geven. U kunt dit laten doen door één leerling, of u kunt bijvoorbeeld ‘het rijtje af gaan’. Episode 6 Als u hier tijd voor heeft, kunt u bij deelopdracht 6 de leerlingen klassikaal een van de situaties na laten spelen. Zorg van tevoren voor een duidelijke rolverdeling en laat de leerlingen goed voorbereiden wie ze zijn en wat ze willen zeggen. Episode 7 U kunt de opdracht van het eerste ‘interactiemoment’ (het telefoongesprek tussen de agent en Gary’s moeder) uitbreiden door de leerlingen te vragen in tweetallen een script te schrijven voor een tweede telefoongesprek. Ze laten dan de agent de moeder nog eens bellen om in ieder geval de vragen te stellen waar hij in het eerste gesprek niet aan toe was gekomen (‘Did she notice broken window of cellar?’ en ‘Has G. been in trouble before?’). U kunt de opdracht geven hier bijvoorbeeld nog twee vragen aan toe te voegen. Nadat de tweetallen dit gesprek uit hebben gewerkt, kunt u een paar leerlingen het gesprekje voor de klas laten voeren. De deelopdracht kan nog wat aangepast worden door ook een jury aan te wijzen. De jury trekt zich – net als in de Amerikaanse courtroom dramas – terug nadat de advocaten hun pleidooi gehouden hebben. De jury besluit of de verdachte schuldig of onschuldig is. De rechter leest het vonnis voor en besluit welke straf er wordt opgelegd. Deze gang van zaken kan natuurlijk ook uitvoerig worden geïllustreerd met fragmenten uit films of televisieseries. Bij verdiepingsopdracht 7 kunt u uw leerlingen wijzen op de Internet movie database (www.imdb.com). Deze site bevat ontzettend veel informatie over films, acteurs, regisseurs, etc. Episode 8 Bij het eerste ‘interactiemoment’ kunt u de leerlingen als extra opdracht geven om zelf een persoonlijkheidstest te doen op internet. Er zijn er heel veel te vinden, van serieuze psychologische tests tot en met testjes die je vertellen op welk Harry Potter karakter je lijkt (http://pages.prodigy.net/hpdevo/quiz/) of welk type kat je bent (http://www.bbc.co.uk/apps/ifl/teens/gigaquiz.pl?path=personality/cat&infile=cat).
14
Docentenhandleiding Streetwise
Eindopdracht De verdeling van de vier uur tijd die voor de eindopdracht staat, zou er ongeveer als volgt uit moeten zien: Uur 1: Bron bekijken, daarna taken opstellen en verdelen. Uur 2: Taken verder uitwerken. In dit uur bepalen de leerlingen als groep hoe de misdaad opgelost gaat worden, of (eventueel, als ze daarvoor kiezen) onopgelost blijft. Er wordt een begin gemaakt met het schrijven van de verschillende onderdelen van het rapport. Het hoeven natuurlijk niet allemaal geschreven stukken te zijn; één onderdeel zou bijvoorbeeld ook kunnen bestaan uit het tekenen van compositiefoto’s, met eventuele bijbehorende onderschriften of persoonsbeschrijvingen. Uur 3: In dit uur worden de verschillende onderdelen voltooid, en krijgen de leerlingen binnen één groep de kans om deze van elkaar te bekijken en te beoordelen of het ‘rapport’ als geheel klopt. Uur 4: Presentatie van de verschillende groepen, zodat iedereen van elkaar kan zien welk verhaal ze in elkaar hebben gedraaid.
2.4
Beoordeling en beoordelingsmodellen
Het evaluatieformulier voor de leerling zelf is te vinden op de website onder de rubriek ‘Terugblik’. De beoordeling door de docent staat zowel op de website als in het leerlingenkatern.
Docentenhandleiding Streetwise
15