VTC-info 9 VTC-info is een uitgave van volvo truck center n Nr. 9 (winter 2009/2010)
Volvo Truck Center ziet lijnrijders als partners
‘Zichtbare kwaliteit’
kees in ‘t Veen tanktransporten
Nieuwe maatstaf voor truckdealervestiging
Vtc-info nr. 9
inhoud & inleiding
4 ‘Volvo Truck Center ziet de lijnrijder als partner’ Maandagochtend, veilingterrein FloraHolland in Rijnsburg. Buiten staan talloze trucks ogenschijnlijk rustig te wachten aan de laaddocks en op de parkeerplaatsen. Het is de stilte voor de storm.
14 ‘Inzet hybride Volvo FE mijlpaal’ De bedrijfsonderdelen van Roteb zetten zich al jaren in voor een schoon Rotterdam. Het bedrijf heeft binnenkort de Nederlandse primeur door als eerste met de Volvo FE Hybrid vuilniswagen te gaan rijden.
18 Communicatie als succesfactor Vanuit het distributiecentrum van supermarktketen Hoogvliet vindt dag in dag uit een indrukwekkende logistieke operatie plaats. De 59 winkels van de onderneming worden dagelijks meerdere keren beleverd.
23 ‘Altijd al op een tankwagen willen rijden’ Woensdagochtend, Suzanne en haar Volvo FH met tankoplegger hebben er al een rit opzitten. Wij mogen de rest van de dag mee om te kijken hoe het werk van een tankwagenchauffeur bij Schenk eruit ziet.
Ook in dit nummer: 3 volvo FE met I-sync 3 Volvo truck center volledig servicepartner volvo bus 8 Kaatee transport 10 koos adriaanse 11 kees in ’t veen tanktransporten 15 nissan nv200 16 Gemeente Gorinchem 20 200ste volvo IRT 21 Brandweer amsterdam-amstelland 22 VTC alblasserdam 26 nieuws 27 rondetafelgesprek
Kijk voor afgeleverde trucks op onze website www.volvotruckcenter.nl
2
Vtc-info
een tijdschrift van Volvo Truck Center
Adres: Albert Plesmanweg 69, 3088 GB Rotterdam Tel.: 010 - 494 38 88; Fax: 010 - 429 12 17 Web: www.volvotruckcenter.nl Volvo Truck Center behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen aan te brengen in de uitvoering. Ofschoon dit magazine met de grootst mogelijke zorg is samengesteld, kunnen wij eventuele onjuistheden en/of drukfouten niet uitsluiten.
Toekomst gericht ondernemen Toen we de laatste VTC-info aan u stuurden, konden we nog niet vermoeden welke teruggang aan werkzaamheden en afleveringen ons te wachten stond. Inmiddels is 2009 bijna ten einde. Het gehele jaar heeft in het teken gestaan van: het vinden van een balans tussen inkomsten en uitgaven. Daarnaast is een verdere stroomlijning van de twee samengevoegde bedrijven min of meer gerealiseerd. En natuurlijk zijn we onverminderd doorgegaan met het leveren van kwaliteit en een duidelijke open communicatie naar u. Omdat de markt het laatste jaar ongelofelijk is veranderd, kon ik de verleiding niet weerstaan eens terug te blikken op de voorwoorden in de laatste zeven VTC-info’s. De thema’s waren: • professionaliseren; • optimistisch op weg naar 2006; • opbloei en tekort aan wielen en chauffeurs; • groei en toenemende vraag naar transport; • goed materiaal en ontwikkelingsmogelijkheden voor chauffeurs; • samen de schouders eronder; • let op de (brandstof)kosten. Het was een duidelijke weerslag van de conjunctuur. We vergeten echter snel, want we hebben jaren gehad met krapte op de chauffeursmarkt, oftewel tekort aan goede mensen. Naar mijn mening kan het niet zo zijn dat in de toekomst dit probleem niet opnieuw de kop opsteekt! Wij zullen daarom als branche onverminderd moeten blijven investeren in ons imago en jonge mensen. U in chauffeurs, wij in monteurs. Iets waar we zelfs nu oog voor moeten hebben, want ook nu geldt dat wanneer we in staat zijn ons te onderscheiden en met visie te ondernemen, we van toegevoegde waarde voor onze relatie zijn. Kees Visser Algemeen directeur Volvo Truck Center
nieuws
Volvo I-Sync feiten n Automatisch schakelende versnellingsbak met
6 verhoudingen en zonder koppelingspedaal n Afgestemd op de Volvo D7-motor met 260 pk n Vooralsnog leverbaar op 4x2 solo-voertuigen
Nieuw:
Volvo FE met I-Sync De Volvo FE is de flexibele en zuinige truck, die met name geschikt is voor de distributiesector. Want als er veel stops zitten in de dagelijkse dienst, heeft u een truck nodig waarop u kunt vertrouwen. De Volvo FE is perfect geschikt voor regionaal transport, het ophalen van vuilnis, lichte bouwtaken en koeltransport. De FE is nu ook leverbaar met Volvo I-Sync, de geautomatiseerde versnellingsbak van Volvo gebaseerd op de handgeschakelde uitvoering. Zoals bij I-shift combineert de I-Sync de betrouwbaarheid van de handgeschakelde versnellingsbak met het rijcomfort van de volautomatische transmissie. Volvo I-Sync is geopti-
maliseerd voor de 7-liter motor en voor comfortabel en soepel schakelen in het stadsverkeer, waarbij veelvuldig stoppen en optrekken de norm is. Het geoptimaliseerde schakelsysteem betekent dat het brandstofverbruik laag is, evenals de emissies van koolstofdioxide en andere uitlaatgassen die schadelijk zijn voor het milieu. Bovendien verwacht Volvo dat de onderhoudskosten lager zullen zijn door minder slijtage.
Volvo Truck Center volledige servicepartner Volvo Bus De vestigingen van Volvo Truck Center zijn volledig ingericht voor reparatie en onderhoud aan Volvo Bus producten. “Concreet betekent dit dat we zowel de afleverservice voor Volvo bussen kunnen faciliteren, als garant staan voor complete reparatie- en onderhoudsservice”, vertelt Remko Bal, Manager Technical Operations bij Volvo Truck Center. “Daarin voorzien we het gehele voertuig: van motor tot carrosserie. Dit natuurlijk geheel in lijn met het hoge servicelevel dat we voor onze Volvo Trucks klanten al hanteren. We zijn dus al een volledige servicepartner, maar binnenkort hopen we ook officieel de status van Volvo Bus dealer te verkrijgen.” Volvo Bus biedt een breed gamma aan oplossingen voor personenvervoer: van stads- en streekbussen tot intercity bussen en luxe touringcars. Ook bij Volvo Bus staan de bekende Volvo-kernwaarden kwaliteit, veiligheid en zorg voor het milieu hoog in het vaandel. De verkoop van Volvo Bus Nederland vindt centraal plaats in Beesd.
3
‘Volvo Truck Center ziet de lijnrijder als partner’ Maandagochtend, veilingterrein FloraHolland in Rijnsburg. Buiten staan talloze trucks ogenschijnlijk rustig te wachten aan de laaddocks en op de parkeerplaatsen. Het is de stilte voor de storm. Binnen wordt tegelijkertijd keihard en koortsachtig gewerkt om de versgeurende lading zo efficiënt mogelijk aan boord te krijgen. Wat, in de letterlijke zin van het woord, bezielt deze lijnrijders, en wat is voor hen de meerwaarde van een evenement als de Nationale Lijnrijdersbeurs, eind oktober voor de tweede keer gehouden?
4
lijnrijders
‘Direct contact met de klant heel mooi’ In 1998 richtte Jos Beckers Joflex Exportation de Fleurs op. De twee Volvo’s FH van het bedrijf onderhouden twee lijnen op Frankrijk.
A
ls hem gevraagd wordt naar een tendens in de wereld van de bloemengroothandelaars, dan haalt Jos Beckers als voorbeeld het inkoopproces aan. “Je ziet dat het karakter wat massaler wordt, men verenigt zich voor de inkoop in een grote groep vanwege het schaalvoordeel. Ik probeer zoveel mogelijk op bestelling te werken. Zo werken we met een webshop, waarop we foto’s van de handel zo snel mogelijk plaatsen. Wel zie je het risico steeds meer verschuiven van de afnemer naar ons als leverancier. De klant vraagt vaker om just-in-time levering en wil vooral graag zien, voelen en ruiken wat hij koopt. Ja, bloemen en planten blijven heel sterk een dagproduct.” ‘Korte klappen’ Beckers erkent dat strak rijden zwaar telt in dit vak. Toch wordt dat er met de rijtijden wel steeds lastiger op. “In principe vertrekken we op maandag en komen we donderdag weer thuis. Kijk, wij werken drie dagen met twee man op een truck. Rust wordt er onderweg voldoende gemaakt. We maken korte klappen, voor ons moet het in een kort tijdsbestek gebeuren. Ik vind het prima dat er gecontroleerd wordt, maar dan wel een beetje in de geest van de wet en niet dat je bij wijze van spreken op twee minuten afgerekend wordt. En ondanks de stevige onderlinge concurrentie, vind ik lijnrijden nog steeds heel leuk, het is een mooi vak om te doen. Vooral het directe contact dat je onderweg met de klant hebt, vind ik heel mooi.” Druk eraf We treffen Jos Beckers kort voor vertrek van zijn twee Volvo’s naar Frankrijk. In zijn deel van een van de vele hallen op het veilingterrein lijkt hij oren en ogen tekort te komen, maar schijn bedriegt: gestructureerd stelt hij de lading op voor vertrek. Een roldeur weigert echter dienst. “Dat is wel een probleem, want de handel móet door die deur naar de vrachtwagens.” De technische dienst is gelukkig snel ter plaatse. “Als we hier eenmaal klaar zijn en op pad gaan, is de
druk eraf. Als je rijdt, dan rijd je en probeer je zo snel mogelijk op je bestemming te komen.” Dat Beckers al sinds de start van zijn bedrijf met Volvo’s rijdt, is geen toeval. “Volvo heeft mij altijd goed geholpen. Wat ik van een truckdealer verwacht? Dat ze doorgaan zoals het nu ook gaat en mij helpen de Volvo’s aan het rijden te houden.” n
“
Dat is wel een probleem, want de handel móet door die deur naar de vrachtwagens.”
5
lijnrijders
‘Omgaan met veranderingen is een uitdaging’ De broers Wim en Ben van Bohemen kunnen buigen op meer dan een kwart eeuw ervaring als lijnrijders. In november bestaat Wim van Bohemen Bloemenexport 26 jaar.
“
Eenheid en vertrouwen, dat is belangrijk voor de toekomst van het lijnrijden”, valt Ben van Bohemen met de deur in huis. “An sich zie ik wel wat in samenwerking. Tegenwoordig heb je moderne communicatiemiddelen, ook internetverkoop kan een idee zijn. Kostenbeheersing is het logische vervolg. Ik vind dat je best durf mag tonen, maar het moet natuurlijk wel verantwoord blijven. Je kunt niet verder springen dan je stok lang is.”
Onderscheiden Met vier trucks en twaalf medewerkers onderhoudt Wim van Bohemen Bloemenexport vier lijnen op Groot-Brittannië. “Een uitdagende markt”, vindt Ben van Bohemen. “Ik zie zeker onderlinge verschillen in de gebieden waar wij komen. We proberen dan ook altijd een zo breed, en liefst ook diep, mogelijk assortiment mee te nemen en, heel belangrijk, de kwaliteit te blijven handhaven. De Engelse pond staat dramatisch laag dus is het zaak je te onderscheiden van de rest, want bloemen zijn zeker in Groot-Brittannië een luxeartikel. De bloemist kiest voor ons vanwege de geleverde kwaliteit, de prijs en onze consistentie.” Lijnrijder als partner In het verlengde van de activiteiten van het bedrijf in Groot-Brittannië geeft Ben van Bohemen aan een langetermijnvisie na te streven. “We vragen onszelf continu af waar we nou eigenlijk
“
mee bezig zijn. Omgaan met veranderingen in de lijn is voor een lijnrijder een grote uitdaging. Ik probeer het op de lange termijn te bekijken. Samenwerking tussen de groothandelaar en de detaillist is van groot belang. De lijnrijder moet meer gezien worden als partner. In dat opzicht mag de lijnrijder nog wel wat meer vertrouwen genieten van de bloemist. Wij proberen heel opbouwend naar onze markt toe te opereren en houden er korte lijnen op na. Bloemisten weten bij ons precies waar ze aan toe zijn.” Betrouwbaar materieel Een belangrijke rol ziet Ben van Bohemen weggelegd voor de medewerkers van zijn bedrijf. “Ik voel me zeker verantwoordelijk voor mijn medewerkers. Ik wil ze graag vooruit helpen, want wat mij betreft, zijn ze een onmisbare schakel in het geheel. Die waardering probeer ik uit te dragen. Als het boven regent, druppelt het beneden ook. In die zin heeft iedereen hier ook zijn eigen verantwoordelijkheid.” Een van de manieren waarop Van Bohemen zijn waardering voor het personeel uit, is met goed materieel. “Met een Volvo heb ik zelden tot nooit stilgestaan. Die betrouwbaarheid zorgt voor de continuïteit van mijn bedrijf. En de I-shift versnellingsbak die erin zit, is echt optimaal voor het behoud van de knieën.” n
We vragen onszelf continu af waar we nou eigenlijk mee bezig zijn”
6
lijnrijders
“
De jongens weten prima wat ze wel en niet verkopen.”
‘Vertrouw op mijn chauffeurs’ De zeven trucks en drie bestelbussen van Van Egmond Bloemen onderhouden diverse lijnen in Nederland en Duitsland. Directeur-eigenaar Cees van Egmond is na meer dan 35 jaar gepokt en gemazeld in deze branche, in hoeverre je op de bloemenveiling ook maar iets op routine kunt doen...
“
Onze eerste lijn liep op Hannover”, vertelt Cees van Egmond. “Daarna kwamen ZuidHolland, Zeeland, Brabant, Gelderland en Overijssel letterlijk op onze weg. De trucks vertrekken bij ons vanaf maandag op dagelijkse basis. We zorgen dat de bloemen klaarstaan in de koelcel, waarna de jongens ze naar eigen inzicht kunnen uitzoeken. Ik durf die verantwoordelijkheid wel uit handen te geven, ja. De jongens weten prima wat ze wel en niet verkopen. Natuurlijk ondersteunen we wel waar nodig, maar op weg weten ze zichzelf prima te redden.”
Toegevoegde waarde Cees van Egmond is een ondernemer die openstaat voor samenwerking met anderen. “We zitten hier met allemaal dezelfde bedrijven om ons heen. De automatisering is iets wat heel goed op één schijf te plaatsen is. Door stappen te maken, word je samen sterker en dat is goed voor het behoud van de markt. De Lijnrijdersbeurs zie ik als een mogelijkheid om de onderlinge contacten te vergroten. En dat er dit jaar ook telers en kwekers waren, zie ik als toegevoegde waarde. Zo kun je echt gericht met je vak bezig zijn.” Hoog serviceniveau Een bloem blijft voor Van Egmond nog altijd een product dat de klanten wil ruiken, voelen en zien. “De klant verwacht gewoon dat je op een bepaald tijstip bij hem bent. We proberen ook heel frequent bij de klant voor de deur te staan. Ze moeten gewoon niet meer om je heen kun-
nen, dat telt in deze branche. De bloemist kan door het open systeem overal zijn bloemen vandaan halen, wij proberen ons te onderscheiden door een breed assortiment en een hoog serviceniveau. We beleveren onze klanten regelmatig, dus laten ons gezicht veel zien. Het is ook een kwestie van gunnen. Je hebt een band met de klant opgebouwd, ze gunnen het je of ze gunnen het je niet. En als een klant in nood zit, helpen we hem desnoods met een spoedlevering uit de brand. Dat is tekenend voor de service die we verlenen.” Lage drempel Service die Van Egmond óók verwacht van de bedrijven waar hij klant is. “Van Volvo Truck Center verwacht ik wat een klant ook van mij verlangt: zodra er iets is, bellen, overleggen en zorgen dat het geregeld wordt. Het voordeel is dat je zo bij ze kunt binnenlopen, ze zitten heel kortbij. De drempel is gewoon laag, eigenlijk is er helemaal geen drempel. Onze kracht is dat we altijd klaarstaan en dat zie ik bij Volvo Truck Center ook. Als we moeten rijden, dan moet het gebeuren. En dat is altijd goed gegaan, dus rijden we al weer een jaar of tien Volvo. We begonnen met één, inmiddels is het aantal gegroeid naar vijf. De jongens die bij ons op de Volvo’s rijden, kunnen lezen en schrijven met die wagens. Ze komen overal door, alle smalle straatjes en steegjes. Ze zouden niks anders willen.” n
7
8
Kaatee transport
‘Mijn chauffeurs zijn gigantisch belangrijk’ Het in Amstelveen gevestigde Kaatee Transport laat zich als groupagevervoerder van sierteeltproducten dagelijks leiden door de handelsstemming op de veiling in Aalsmeer.
M
et Duitsland en Zwitserland als belangrijkste bestemmingen zet het bedrijf in op modern en schoon materieel. Verspreid over 2009 zette Kaatee Transport dan ook tien nieuwe Volvo’s FH Euro 5 trucks op de weg. De geschiedenis van Kaatee Transport voert terug tot 1962. “Mijn vader startte het bedrijf op zijn negentiende”, vertelt de huidige directeur Pascal Kaatee. “Aanvankelijk richtte hij zich op meubeltransport, vrij snel is de overstap naar bloemen en planten gemaakt. Lange tijd kon je onze auto’s door heel Europa tegenkomen, door de concurrentiestrijd met lagelonenlanden hebben we ons nu gespecialiseerd op Duitsland en Zwitserland.” In het wagenpark van Kaatee Transport zijn de 34 eenheden fiftyfifty te verdelen tussen trekkers en combi’s. Pascal Kaatee: “Die verdeling geeft flexibiliteit naar de klant toe. Of je nou met vijf trekker-trailers of vier combinaties naar punt X moet, wordt eigenlijk altijd pas vlak voor vertrek besloten. Het volume op de veiling bepaalt hoe en welke kant de chauffeur op gaat. Als groupagevervoerder bundelen we de vrachten voor diverse klanten. Op kantoor zoeken we vervolgens naar goede locaties om te rusten en te koppelen, waardoor we de levertijd
voor de klant kunnen bespoedigen. We proberen de ritten zo optimaal mogelijk in te richten zonder dat de klant daaronder lijdt. Op tijd komen is namelijk een absolute voorwaarde, te laat komen wordt niet geaccepteerd.” Strak rijden Met Duitsland en Zwitserland als bestemming, let Pascal Kaatee scherp op de uitstoot van zijn wagenpark. “Ten opzichte van een paar jaar geleden zijn we wat kleiner geworden, maar tegelijkertijd is het wagenpark gemoderniseerd. Technisch in orde is niet meer voldoende voor de ‘levensduur’ van een truck. De uitstoot bepaalt hoelang je nog doorrijdt. Met minder eenheden materieel doorgaan, heeft als ander voordeel gehad dat de betere chauffeurs zijn overgebleven. Voor mij zijn de chauffeurs gigantisch belangrijk. Zo zien we dat het percentage schadegevallen het laatste jaar fors omlaag is gegaan. Maar ook in het op tijd rijden, vervult de chauffeur een grote rol. Zoals ik al zei, te laat komen is geen optie. Van mijn chauffeurs verwacht ik dat ze strak rijden en zeker op de heenweg geen tijd verspillen. Drie kwartier rust is drie kwartier rust. Aan files kun je niks doen, maar onnodig tijdverlies gaat er bij mij niet in. Op kantoor kunnen we de wagens 24 uur per dag volgen. Voor de chauffeurs maakt dat het rijden an sich misschien wat minder leuk, maar het is noodzakelijk om te weten waar iedereen zit, om zo strak mogelijk te kunnen plannen. De vraag om strakker te rijden, is wel een ontwikkeling van de laatste jaren, mede door de digitale tachograaf en de controle op rij- en rusttijden.” ‘Perfecte wagens voor ons werk’ Het 34 eenheden tellende wagenpark van Kaatee Transport bestaat inmiddels voor driekwart uit Volvo’s. Pascal Kaatee: “Het nu nog maar werken met twee merken ervaar ik als prettig. In onze branche zit er zoveel op en aan een truck, waardoor eigen onderhoud rendabel wordt.” Onlangs zette Kaatee Transport tien nieuwe Volvo’s op de weg: vijf 440 pk sterke trekkers en vijf 480 pk combi’s. “Volvo’s zijn perfecte wagens voor de tijdsdruk in ons werk”, vervolgt Kaatee. “Het vermogen is continu beschikbaar. Verder zijn de trekkers voorzien van Stability Control, een optie die ervoor zorgt dat een voertuig niet kan kantelen. Ik heb daarmee testgereden en was zeer enthousiast. Ook wat betreft brandstofinstructie is Volvo zijn tijd ver vooruit. Onze Volvo-chauffeurs hebben een instructie gehad van een trainer. Je moet ze daar een beetje voor enthousiasmeren, vind ik. Ze hebben uitleg gehad over hoe ze optimaal met de
truck om kunnen gaan. Warmdraaien in de winter is bijvoorbeeld een achterhaalde gedachte. Concreet werpt het zeker al zijn vruchten af, cijfers liegen nou eenmaal niet. Zaken als het gereden toerental en stationair draaien zijn zo af te lezen.” Op lokaal niveau is de vestiging van Volvo Truck Center in Aalsmeer het aanspreekpunt voor Pascal Kaatee. “Ze zitten letterlijk bij ons om de hoek. Als er iets is, kunnen we er snel terecht. Van directie tot magazijnmedewerker: we hebben met iedereen bij Volvo Truck Center een bijzonder prettig contact.” n
9
Koos Adriaanse
‘One-stop-shop steunpunt voor de bloemenveiling’ Sinds april van dit jaar is Koos Adriaanse het nieuwe aanspreekpunt in de werkplaats van de vestiging Aalsmeer. Na een jarenlange loopbaan bij aanvankelijk Mulder en nu Volvo Truck Center in Alphen aan den Rijn heeft hij nu grote plannen met de dienstverlening in Aalsmeer. “Ik ben behoorlijk rechttoe rechtaan en weet wat ik wil.” “Ooit begon ik op 0 toen de oude meneer Mulder me een huurhalletje in Alphen aan den Rijn beschikbaar stelde. Van de twee straten daar zijn we toen gegroeid naar een goed geoutilleerd pand met acht straten met een nette, goede klantenkring om ons heen. De ontwikkeling daar is eigenlijk een uit de hand gelopen hobby. Ik ben in Alphen aan den Rijn begonnen met het doel daar oud te worden. Het verzoek om naar Aalsmeer te gaan, was wel even slikken. Ik ben wel iemand die openstaat voor veranderingen. Ik heb een goede tijd gehad in Alphen en de vraag om dit te doen, was voor mij een hele nieuwe uitdaging. Aalsmeer is onlosmakelijk verbonden met de bloemenveiling en dat betekent een wereld van verschil ten opzichte van de transporteurs in Alphen aan den Rijn en omgeving. Ik ben van plan om het hier op poten te zetten zoals ik het voor me zie. Ik ben behoorlijk rechttoe rechtaan en kort door de bocht gezegd is het voor mij ‘niet zeiken maar werken’. Als een klant zegt: ‘Ik wil dit, dit en dat’, dan moeten we zo flexibel mogelijk proberen daar voor honderd procent invulling aan te geven. We moeten natuurlijk wel reëel blijven, maar wat binnen een dag te doen is, gebeurt binnen een dag!” Blind vertrouwen “Je ziet de vliegtuigen hier trouwens overvliegen, voor klanten op Schiphol vervullen we een belangrijke rol. We hebben drie mensen die daar het platform op mogen, dus bij problemen kunnen we snel ter plaatse zijn. Met wireless laptops verrichten we op locatie onderhoud, om de eenvoudige reden dat de voertuigen daar geen kenteken hebben en dus niet de openbare weg op mogen. Vanuit de werkplaats vind ik het belangrijk om de klant op de hoogte te houden van de voortgang of de problemen waar je tegenaan loopt. Is er bijvoorbeeld wat speling wat de klant betreft? Vooral met de bloemenrijders in deze omgeving luistert dat heel nauw. Hun handel moet gewoon weg, dat betekent dat de truck klaar moet staan. De vrachtwagen is in die zin ondergeschikt aan de handel. Wij spelen daarop in door de truck aan het rijden te houden als deze moet rijden. Ik streef ernaar een stevig steunpunt te zijn voor de veiling. Men moet Volvo Truck Center Aalsmeer blindelings bellen voor het geven van bijvoorbeeld een starthulp. Binnen twintig minuten moeten we dan daar zijn. Dat betekent de bus in en wegwezen als die situatie zich voordoet. Is het probleem groter dan een slinger aan de accu, kun je altijd terugkomen. Je hoeft niet eerst het halve magazijn in de bus te leggen, het gaat erom dat je er de eerste keer snel bent. Dat is concreet iets wat ik hier heb doorgevoerd. De veiling is enorm groot, en als het aan mij ligt, gaan daar heel veel Volvo’s rijden.”
10
Ideale locatie “Communicatie, zowel intern als met de klant, vind ik heel belangrijk. Wat komen we tegen bij onderhoud? Wat gaan we daaraan doen? We moeten daarover met de klant in overleg en in ieder geval de relevante zaken aanpakken om het voertuig rijklaar te hebben. Ook hecht ik aan een goede communicatie met de monteurs. Ze weten dat ik af wil hebben wat echt af moet. Een hele andere ervaring die ik heb opgedaan, is het ontwikkelen van een talenknobbel. Hier komt van alles voorbij: Russen, Noren, Zweden, Finnen, Bulgaren, Hongaren, Grieken, noem maar op. Dat is een direct gevolg van de ligging nabij de veiling. Wat die jongens ook vragen, hoe krom ook, wij willen het mogelijk maken. We doen alles wat in ons vermogen ligt om de klant te helpen. Nee is geen optie. En ja, ik weet zeker wat ik wil. Ik wil een compleet dienstenpakket verzorgen op één locatie. Onze ligging leent zich bij uitstek voor one-stop-shopping, met alle gerelateerde bedrijven in de buurt. Hoe mooi kun je het hebben? Wij zorgen voor vervangend vervoer, de klant kan blijven rijden. Dat is waar ik met Volvo Truck Center Aalsmeer naar toe wil. Toen ik in Alphen aan den Rijn wegging, was het in de werkplaats altijd bedrijvig en vol. Dát wil ik hier ook terugbrengen.” n
Bouwer van succes De loopbaan van Koos
aanjager van de inge-
Adriaanse begon in
bruikname van het pand
1973 in de garage van
aan de Röntgenweg,
een transportbedrijf. In
zijn laatste wapenfeit
1976 vertrok hij naar
daar was de uitbreiding
de Mulder-vestiging in
naar een dubbel aantal
Rijnsburg, waarna hij
straten. Sinds april 2009
vanaf 1986 meebouwde
is Koos Adriaanse werk-
aan het succes van de
plaatschef van de vesti-
vestiging in Alphen aan
ging Aalsmeer.
den Rijn. Daarna was hij
Kees IN ’t veen Tanktransporten
‘Zichtbare kwaliteit’ In 2005 nam Kees in ’t Veen een enorme stap: hij zette in Europoort een totaalconcept neer voor transport, reiniging en onderhoud. Niet lang daarna was het terrein alweer te klein. Een successtory van een bedrijf dat in hoge mate als ‘hands on’ betiteld kan worden.
11
>
>
12
K
ees in t’ Veen Tanktransporten is een no-nonsense bedrijf. In 1987 begonnen met een enkele truck, inmiddels een heel concept waarin het transport een onderdeel is. Business Unit Manager Jeffrey in ’t Veen praat graag over het bedrijf en wil het ook laten zien. Een rondgang op het terrein in Europoort maakt duidelijk waarom. Kees in ’t Veen Tanktransporten is een successtory. Een bedrijf dat geschoeid is op kwaliteit en waar de klant voorop staat. Na zijn studie Logistiek en Economie stapte Jeffrey in het bedrijf van zijn vader, maar feitelijk zit hij er sinds zijn twaalfde al in. Jeffrey: “Je groeit ermee op. Vanaf mijn twaalfde jaar was ik zoveel mogelijk op het bedrijf. Trucks wassen, zorgen dat alles er goed uitziet. Nu doen we dat nog. Voor ons is het motto: zichtbare kwaliteit begint aan de voorkant. Met andere woorden: onze trucks en het bedrijf zelf moeten netjes zijn. Daar sturen we op. Of het nu ICT is of onze medewerkers, het gaat erom dat alles tot in de puntjes geregeld is. Dat kan ook niet anders in het type vervoer waarin wij zitten. Transport van gevaarlijke chemische producten moet veilig, precies en deskundig gebeuren. Gaat er onverhoopt iets mis, dan kan dat grote gevolgen hebben. Dat vraagt om specialisme, toewijding en een groot gevoel voor verantwoordelijkheid. Vaste ploeg Kees in ’t Veen Tanktransporten heeft een breed palet aan specialistisch vervoer van zuren, logen, waterstofperoxide, gassen en andere merendeels gevaarlijke chemische producten. Elk chemisch product heeft zijn eigen specifieke kenmerken met vaak een afwijkende behandeling. Jeffrey: “Dat vraagt om extra deskundigheid, bij iedere klant is de situatie anders. Dat
vraagt om chauffeurs die de lokale situatie kennen en daarvoor respect hebben. Dat is toegevoegde waarde en die kunnen we leveren. Wat dat betreft is het een goed teken dat de chauffeurs honkvast zijn. De eerste drie chauffeurs die we hebben aangenomen, zijn bijvoorbeeld nog steeds in dienst bij het bedrijf.” Ambitie nastreven In 2005 maakte Kees in ’t Veen een grote stap door zich op een terrein te vestigen in Euro poort naast haar grootste klant Kemira. Het terrein van 2 hectare bood ruimte voor de steeds groeiende activiteiten van het bedrijf. Tegelijkertijd had Nederland te maken met een afvlakkende economie. “Je moet het idee dat je hebt, realiseren, je ambitie nastreven. Wij zagen kansen voor een bedrijventerrein, waar naast tanktransport ook tankreiniging, truck- en trailerservice, bandenservice en tankcontainerservice geboden kon worden. We hebben risico genomen, maar dat heeft goed uitgepakt. Het tankreinigingsstation, met de
Kees IN ’t veen Tanktransporten
naam Tank Cleaning Europoort B.V., ging in 2006 open en dat viel samen met een flink aantrekkende markt. Ook nu zien wij nog mogelijkheden om onze service uit te breiden. Zodanig zelfs dat we besloten hebben om de reiniging uit te breiden en nieuwe activiteiten op te starten. We zien het ook bij de tankcontainerservice; ook een bedrijf wat groeit en waarvoor we nu een extra werkplaats hebben laten bouwen. In 2008 en aansluitend in 2009 merkten we bovendien dat we ruimte tekort kwamen, zelfs nu het tij tegenzit. Maar we hebben toch besloten uit te breiden en onze klanten goede
opslagmogelijkheden te bieden. Het is voor ons echt samenwerking met de klanten, vragen beantwoorden en zorgen dat we die diensten aanbieden waar behoefte aan is.” Het uiteindelijke resultaat is dat het bedrijventerrein momenteel totaal 5 hectare groot is. Voldoen aan strenge wet- en regelgeving Het bedrijf voert de diensten uit onder strenge milieu- en veiligheidswetgeving. Zo wordt het spoelwater van de tankreiniging intern gezuiverd, zodat het daarna op het openbare riool kan worden geloosd. “We proberen ook daarin voorop te lopen. We monitoren de procedures voortdurend. Je moet dat niet ophangen aan een certificering. Het gaat om de bescherming van het milieu, de veiligheid voor je medewerkers en voor de klanten. Je moet dat in deze branche voortdurend in de gaten houden, vooral op het vlak van milieuwetgeving. Je moet het netjes doen en een open relatie met instanties en de overheid onderhouden. Het integrale managementsysteem (ISO 9001 gecertificeerd) gericht op kwaliteit, veiligheid, gezondheid en milieu helpt daarbij.” Hetzelfde geldt voor brandstofverbruik. “Het is belangrijk dat continu in de gaten te houden en te verminderen waar het kan. Een van de kansen daarin is het materieel zelf. De nieuwe Volvo’s FH met D13-motor presteren goed qua brandstofverbruik. We worden uitstekend begeleid door Volvo Truck Center. De communicatie is echt goed. Ze leveren toegevoegde waarde bij het product en dat is exact wat wij ook doen.” n
13
nieuws
‘Inzet hybride Volvo FE mijlpaal’ De bedrijfsonderdelen van Roteb zetten zich al jaren in voor een schoon Rotterdam. Doel is daarnaast om werkgelegenheid te creëren voor zij die buiten de arbeidsmarkt dreigen te vallen. Het bedrijf heeft binnenkort de Nederlandse primeur door als eerste met de Volvo FE Hybrid vuilniswagen te gaan rijden.
A
ls onderdeel van Roteb, zorgt Roteb Lease voor de mobiliteit van het grootste gedeelte van de Rotterdamse gemeentelijke diensten. Daarnaast mag het bedrijf ook enkele grotere geprivatiseerde ondernemingen tot zijn klanten rekenen, bijvoorbeeld Eneco, en AVR - Van Gansewinkel). “Onze kerntaak is het wagenparkbeheer en onderhoud aan gespecialiseerde voertuigen”, vertelt Peter Witvliet, Hoofd Roteb Lease. “Denk aan huisvuilwagens, veegmachines, brandweerwagens, ambulances, maar ook aan specialistische wagens van de RET voor bijvoorbeeld railreiniging en bovenleidingmontage. De trams en bussen staan hier overigens los van. Daarnaast beheren we een groot aantal andere specialistische eenheden zoals perscontainers, ondergrondse containers, zoutstrooiers en sneeuwploegen. We bieden een totaalpakket, waarbij we 24 uur per dag, 7 dagen per week voor onze klanten in actie komen. Het totale aantal eenheden dat we onder onze hoede hebben, bedraagt zo’n 3.500.” Groene mobiliteit De gemeente Rotterdam zet in op een verbetering van de lokale luchtkwaliteit. Zo hebben vier partijen, waaronder de gemeente, in het Rotterdam Climate Initiative de intentie
14
uitgesproken om in 2025 50 procent minder CO2 uit te stoten ten opzichte van 1990. Peter Witvliet: “Ook is er een actieplan lokale luchtkwaliteit opgesteld, met als doel het terugdringen van NOx en andere deeltjes. Deeltjes die voornamelijk afkomstig zijn van dieselvoertuigen. Het actieplan richt zich op voertuigen die regelmatig in de regio circuleren, dan kom je al gauw bij de voertuigen van de gemeentereiniging. Kijk, CO2-uitstoot is een mondiaal probleem, maar het heeft voor dit lokale plan geen zin om te kijken naar jongens die een halfuurtje over de ring zoeven voor een rit naar Spanje. De gemeente Rotterdam tackelt de lokale luchtkwaliteitproblematiek door over te gaan op elektrisch rijden, waar mogelijk zelfs volledig elektrisch. Op zich sta ik achter het ‘zero emission’ streven. Vraag is hoe je het aan moet kleden. Waar komt de energie vandaan die je in die voertuigen stopt? Zaak is het om het probleem niet te verleggen. Ook die effecten moet je meten om doelstellingen hard te kunnen maken. Groene mobiliteit is wel iets waar wij zwaar op focussen. Vooralsnog verloopt de transitie via hybride modellen en als Roteb zijn wij de uitvoerder van zaken die vooruitgang bieden.” Zowel chassis als opbouw hybride Volvo’s inspanningen op hybridegebied zijn bij Roteb dan ook niet onopgemerkt gebleven. Peter Witvliet: “Volvo is erg bezig met vhybride. Wat betreft de implementatie van milieuvriendelijke brandstoffen en technologieën lopen ze voorop. Volvo heeft het prototype hybridevoertuig getest in Zweden en samen met Londen en Parijs zijn wij uitverkoren om deze nu in een try-out in te gaan zetten. We zijn erg benieuwd, want bij mijn weten is een dergelijk voertuig nog niet operationeel gemaakt. We gaan het voertuig leasen van Volvo en eerst voor een jaar testen en ervaring opdoen. Dan kunnen er twee dingen gebeuren. Of de hybride gaat terug en alles moet uit elkaar óf hij houdt zich goed en we kijken of we er mee door willen gaan. Qua onderhoud zullen we het chassis en de opbouw veelal zelf doen. Wat betreft het elektroge-
nieuws
Nissan NV200 binnenkort leverbaar
Peter Witvliet
deelte vertrouwen wij op Volvo Truck Center.” De Volvo FE hybride huisvuilinzamelingstruck is opgebouwd met een kraakpersopbouw van Geesink, die eveneens hybride wordt aangedreven. “De opbouw is een zogeheten plug in, die ’s nachts aan het elektriciteitsnet opgeladen kan worden”, vervolgt Witvliet. “Het is een integraal concept: de motor in het chassis houdt de batterij op spanning. Primair voor het chassis, en, wanneer deze onder de 60 procent van zijn capaciteit komt, secundair voor de opbouw. Het unieke is dat zowel het chassis als de opbouw op hybride aandrijving in bedrijf zijn, maar wel op verschillende accu’s.” Schoner en stiller Peter Witvliet ziet zeker uitdagingen wat betreft de inzet van de Volvo hybride in Rotterdam. “Je hebt in Rotterdam soms te maken met beroerd wegdek en er zijn talloze smalle straatjes. Dat levert allemaal interessante informatie op. Ik ben heel benieuwd hoe de technologie zich gaat houden. Het voordeel van de dieselmotor is dat je altijd thuis kunt komen. Nu vind ik wel dat de dieselmotor zo min mogelijk aangesproken moet worden, hij dient echt voor het bijspringen. De winst van een hybride voertuig valt vooral te behalen in stedelijke gebieden waarbij de snelheid onder een bepaalde grens blijft. Dat maakt hybride toepassingen uitermate geschikt voor huisvuilinzamelingstaken, waarbij het vaak rijden van container naar container is. De snelheid komt niet boven de dertig kilometer per uur, en juíst dan doet de elektromotor zijn werk. Dan kun je je werk schoner en stiller doen, want de totale geluidsuitstoot gaat ook omlaag. Nu zet Roteb Lease al hoog in wat betreft milieu. We hebben een duurzaam wagenpark waarin op dit moment al 75 procent van de eenheden minimaal in de Euro 4-klasse vallen. De inzet van de hybride Volvo FE is voor ons een nieuwe mijlpaal.” n
Al sinds eind 2007 liet Nissan de wereld op diverse beurzen kennis maken met een zelfontwikkelde bestelwagen voor de Europese markt. Na een aantal jaren van samenwerking met Renault, wil Nissan weer met eigen modellen een plek veroveren op de Europese bedrijfswagenmarkt. De eerste exponent van deze nieuwe koers is de Nissan NV200, binnenkort ook leverbaar bij Volvo Truck Center. De nieuwe Nissan NV200 kenmerkt zich met name door een aantrekkelijk uiterlijk, degelijkheid, kwaliteit en een ongekende laadruimte van 4,1 m³. De Nissan NV200 baart opzien wat betreft zijn afmetingen. De breedte bedraagt slechts 1,70 meter, gecombineerd met een lengte van 4,40 meter en een hoogte van 1,84 meter. Voor de smalle besteller zal het manoeuvreren in krappe straten en steegjes uitermate eenvoudig zijn. Optimale wendbaarheid dus! De laadlengte van de Nissan NV200 komt op 2 meter en na het wegklappen van de bijrijdersstoel loopt de laadlengte op deze plek op tot 2,80 meter. Mede dankzij de lage laaddrempel (ruim 52 centimeter), zorgt dit voor het al genoemde indrukwekkende laadvolume van 4,1 kuub, goed voor 725 kilogram laadvermogen. Omdat de laadruimte vrijwel vierkant is, en de wielkasten uiterst smal zijn, is er ruimte voor twee europallets achter elkaar. De laadruimte is te bereiken via twee zijschuifdeuren en asymmetrische achterdeuren. Optioneel is de NV200 uit te rusten met achterklep. Prestaties en comfort Met een voertuiglengte van 4,40 meter heeft Nissan toch een grote laadlengte weten te bereiken door een korte, steile motorkap toe te passen. Hieronder grijpt Nissan terug naar de bekende 1,5-liter dCi Renault-diesel met 86 pk en 200 Nm in combinatie met een handgeschakelde vijfversnellingsbak. Later zal een sterkere versie van deze motor aan het leveringsprogramma worden toegevoegd. In het interieur heeft Nissan ervoor gekozen om de schakelpook op het dashboard te monteren. Aan de uiteinden van het dashboard is ruimte voor een grote flessenhouder. Verder biedt de positionering van het stuurwiel goed zicht op de snelheidsmeter en andere displays, waaronder de boordcomputer. Deze geeft uitgebreide informatie, onder andere over de onderhoudskalender, snelheidsoverschrijdingen en een herinnering voor het vervangen van de banden. Ook handig is de indicator die het juiste schakel moment aangeeft en zo de gebruiker helpt tot een zuinig verbruik te komen. Marktpositionering De introductie van de Nissan NV200 is nog maar het begin van de nieuwe koers die Nissan wil varen, want het lichte bedrijfswagenprogramma van Nissan gaat de komende jaren flink op de schop. Voor de volgende drie jaar staan er maar liefst zes nieuwe modellen op de rol. De Nissan NV200 wordt gepositioneerd in de markt waar de Kubistar ook actief was. De Kubistar maakt nu plaats voor de NV200. Voor 2010 streeft Nissan ernaar een marktaandeel van twee procent te hebben veroverd. Om dit te bereiken wordt de Nissan NV200 scherp geprijsd in de markt gezet. Vraag naar de nieuwe Nissan NV200 bij uw Volvo Truck Center. n
15
Reiniging en Centrale Werkplaats gemeente Gorinchem
‘Volvo interessante keus’ De gemeente Gorinchem stelt zichzelf als centrumgemeente harde kwaliteitseisen. Voor de afdeling Reiniging en Centrale Werkplaats is dat niet anders. De drie laatst aangeschafte huisvuilwagens van de zelfstandig opererende afdeling waren allen Volvo’s; jongste aanwinst is een Volvo FE 320 pk Euro 5 truck.
“
Gorinchem is een heel bijzondere gemeente”, vertelt Ton Versteeg, hoofd afdeling Reiniging en Centrale Werkplaats van de gemeente Gorinchem. “Ondanks het inwonertal van 34.500 hebben we te maken met stadse problemen. Als centrumgemeente kiest Gorinchem ook voor kwaliteit, en dat zie je met name terug in de openbare ruimte. Neem nou graffiti. Of het nou op gemeentelijke gebouwen of bij particulieren wordt aangetroffen, als service draagt de gemeente zorg voor een kosteloze verwijdering. Het standpunt is dat het gewoon goed en strak moet zijn. Het onderkomen van de afdeling Reiniging en Centrale Werkplaats is ook een goed voorbeeld. Een schitterend pand met warmte en koeling uit de grond, zonnepanelen, grijs water, HR++beglazing, detectieverlichting, noem maar op. Toch zitten we hier alweer tien jaar, dat verbaast de bezoekers wel eens. Op het terrein hebben we verder een milieustraat voor het brengen van 22 verschillende stromen afval.” Gezamenlijk afvalbedrijf Als zelfstandige afdeling van de gemeente Gorinchem staat de dienst Reiniging en Centrale Werkplaats aan de vooravond van een ingrijpende fusie. Ton Versteeg: “Momenteel vindt politieke besluitvorming plaats voor een gezamenlijk reinigingsbedrijf voor de gemeenten Giessenlanden, Gorinchem, Graafstroom, Hardinxveld-Giessendam, Liesveld, Nieuw-Lekkerland en Zederik. Voor het nieuwe afvalbedrijf is de werknaam RAV gekozen, wat staat voor Reinigingsdienst Alblasserwaard-Vijfheerenlanden.” Met het samengaan willen de gemeenten een grotere, minder kwetsbare reinigingsdienst creëren, waarin de overheadkosten kunnen worden verdeeld en de afvalinzameling, afvaltransport en straatreiniging efficiënter kan worden uitgevoerd. “We staan voor een grote operatie”, realiseert Versteeg zich. “In overleg moeten we culturen, maar ook wijken en systemen op elkaar af gaan stemmen.”
16
Efficiënt en vriendelijk laden Een andere ontwikkeling speelt op het gebied van de opbouw van huisvuilinzamelwagens. Ton Versteeg: “De laatste drie wagens die we gekocht hebben, zijn allen voorzien van zijladers. In de jaren negentig is er onderzoek gedaan naar de belasting van beladers van huisvuilwagens. De conclusies waren dat personen tot dertig jaar 513 minicontainers per dag mochten doen, en iemand boven de 39 nog maar de helft van dat aantal. De laatste jaren is de zijlader dan ook sterk op komen zetten. Door de arbeid meer te mechaniseren, haal je namelijk de belasting weg bij de jongens. Aanvankelijk stuitte de zijlader op kritische noten. We hebben echter een aantal truckmerken en typen opbouw bekeken, waarna
bleek dat een Volvo met Hufferman zijladeropbouw heel prettig bleek om mee te werken. Onze zijladers zijn voorzien van kambelading en niet van een grabber (klemsysteem). Hierdoor is minder opstelruimte nodig, wat goed past bij de dichte bebouwing in Gorinchem. Het streven is om alles zo efficiënt en vriendelijk mogelijk op te laden. In dat licht past ook de discussie die we voeren over één of twee mensen per truck. Twee man doen 1.300 tot 1.400 bakken per dag, tegenover 900 per dag met één chauffeur. Maar bedenk wel dat je van meer dan 900 bakken per dag in je eentje helemaal gek wordt. Ook dat zijn dingen die we binnen RAV bespreken.” Wagenpark goed onderhouden Het eerder genoemde kwaliteitscommitment van de gemeente Gorinchem is ook terug te vinden in het wagenpark van de afdeling Reiniging en Centrale Werkplaats. Ton Versteeg: “Ook hier geldt dat we het strak willen houden. Dat heeft zeker wel wat, en afgezet tegen de kosten, halen we een hoog niveau. In het wagenpark hanteren we een tweemerkenpolitiek. In totaal rijden we met drie zijladers, twee achterladers, twee haakwagens met kraan en drie vaste strooiers. Onze laatste aanschaf was een Volvo FE 320 pk Euro 5 truck, met zijlader. De twee daarvoor gekochte trucks waren Volvo’s FM, eveneens met zijlader. Volvo is voor ons een interessante keus wat betreft prijs. De Volvo FE, met dagcabine voor wat extra ruimte, is uitgerust met een Allison-automaat en draait als een tierelier. Door het frequente start-stopwerk wordt er veel gevraagd van het chassis. Destijds is er ook een instructeur van Volvo bij geweest die het een en ander heeft uitgelegd. Want wanneer je een volle vracht naar de compostering brengt en de Botlektunnel uitkomt, moet je wel weten hoe de automatische versnellingsbak werkt. In onze werkplaats voeren we zelf het onderhoud uit, maar met de toegenomen elektronica van de laatste jaren wordt dat wel lastiger. Met een storing kunnen we zelf ook niet meer zoveel. In dat geval vertrouwen we op Volvo Truck Center.” n
nieuws
17
Hoogvliet – Johan Berkheij
Communicatie als succesfactor Vanuit het distributiecentrum van supermarktketen Hoogvliet in Alphen aan den Rijn vindt dag in dag uit een indrukwekkende logistieke operatie plaats. De 59 winkels van de onderneming worden dagelijks meerdere keren beleverd. De uitstekende relatie met Volvo Truck Center is cruciaal voor een soepele werking van de logistiek. “Een open communicatie is een voorwaarde voor succes.”
E 18
r zullen in Nederland niet veel bedrijfskantines zijn die net zo’n mooi uitzicht hebben als de kantine van het distributiecentrum van Hoogvliet in Alphen aan den Rijn. Terwijl ze genieten van hun dagelijkse lunch, kijken de werknemers uit over de groene weilanden. De kantine is gelegen op de bovenste verdieping van een imposant bedrijvencomplex met naast 30.000 m2 aan opslagruimte ook een eigen bakkerij en slagerij. Ook goed te zien vanuit de kantine: de zeer herkenbare, lichtblauwe trucks van Hoogvliet die af en aan rijden. “Het is net een grote mierenhoop hier”, zegt Johan Berkheij, die als sector manager logistiek werkzaam is bij Hoogvliet. “Het is een heel proces om alle supermarkten te voorzien van de juiste producten. Wij slagen erin om te werken met een heel korte leadtime. Het is nu kwart over tien. Supermarkten die voor kwart voor elf bestellen, krijgen hun producten al vanaf twee uur ‘s middags geleverd.”
weinig mis gaat. Berkheij: “Als je elke dag met een groot aantal trucks onderweg bent, gebeurt er natuurlijk af en toe wat. Dat is onvermijdelijk. Maar wij willen het aantal incidenten wel graag minimaliseren. Daarom analyseren we altijd met onze chauffeurs wat er misgegaan is en hoe dat in de toekomst te voorkomen is. Als mensen ons bellen met klachten over onze trucks, dan proberen we ook consequent uit te zoeken welke chauffeur erbij betrokken is geweest. We zorgen er dan ook voor dat de chauffeur zelf telefonisch contact opneemt om uit te leggen waarom hij in het verkeer een bepaalde keuze gemaakt heeft. Op die manier proberen we meer begrip te kweken.”
Afzetbakken Om deze korte leadtime te realiseren, heeft Hoogvliet ervoor gekozen om te werken met afzetbakken. De trucks komen bij de supermarkt aan en wisselen binnen zeven minuten de bak met nieuwe producten om voor een bak met de retourstroom. Het is een werkwijze die nog uitstekend bevalt. “We hebben die keuze destijds gemaakt omdat de ruimte bij supermarkten schaars was, zeker op goede locaties. Onze afzetbakken kunnen direct ook dienen als magazijnruimte. Er zitten verplaatsbare schotten in waarmee een gekoeld compartiment gecreëerd kan worden. Producten die snel kunnen bederven, zoals vlees bijvoorbeeld, worden overigens vervoerd in aparte thermo’s. In elke afzetbak kunnen 30 rolcontainers van 500 kg. De capaciteit van onze trucks is dus maximaal 15 ton.”
Communicatie Hoogvliet verzorgt de vervoersactiviteiten niet volledig in eigen beheer. Ongeveer de helft van het transport wordt uitbesteed. Een bewuste keuze, volgens Berkheij. “Deze manier van werken geeft ons de garantie dat onze eigen trucks een bezettingsgraad van 100 procent hebben. Ook in tijden dat er iets minder behoefte is aan transport, weten we zeker dat we ze allemaal op de weg hebben. Het is een onderdeel van onze filosofie, net zoals we er ook voor kiezen om in deze economisch moeilijke tijden gewoon te blijven investeren in nieuw materieel. Wat heb je eraan om te wachten? Als we dit jaar niet vervangen, moeten we volgend jaar dubbel zoveel vervangen.” Een groot gedeelte van het wagenpark dat Hoogvliet inzet, bestaat uit Volvo’s FE. Berkheij is zeer tevreden over de trucks, maar hecht vooral aan de samenwerking met de lokale VTC-vestiging. “Ik denk dat de relatie met Volvo Truck Center
Veiligheid Veiligheid is een belangrijke kernwaarde van Hoogvliet. Zowel op de werkvloer van het magazijn als in het verkeer wordt er alles aan gedaan om ongelukken te voorkomen. Het resultaat is dat er ook daadwerkelijk
“
Het is net een grote mierenhoop hier”
bepalend is voor het succes van onze vervoersactiviteiten. Ik wil nooit hoeven twijfelen over onze trucks, die moeten gewoon kunnen rijden. Om dat voor elkaar te krijgen is een heel open communicatie met de dealer van levensbelang. Volvo Truck Center en wij zijn dan ook heel open en eerlijk naar elkaar toe. Zij weten wat er bij ons speelt en wij weten wat er bij VTC speelt. Allebei moeten we open en eerlijk zijn in wat we willen, wat we kunnen en wat we niet kunnen. Natuurlijk, af en toe moet er stevig onderhandeld worden, maar ook dat kan als je open bent naar elkaar. We mikken allebei op een lange termijn relatie en dat kan alleen als je echt op elkaar kunt vertrouwen. Zoals gezegd, ik wil geen twijfels over onze vervoerscapaciteit. Daarom kiezen we ook steeds voor reparatie-onderhoudscontracten. Dat is de perfecte garantie dat de trucks altijd in goede conditie verkeren.” Training De goede communicatie die Berkheij op managementniveau zegt te ervaren, wordt ook doorgetrokken op chauffeursniveau. De opmerkingen van chauffeurs worden serieus genomen door het werkplaatspersoneel van VTC. “Bovendien verzorgt VTC bij elke nieuwe truck een keurige aflevering aan de chauffeur. Desnoods gaat er iemand van Volvo een dag of een halve dag mee met de chauffeur om hem kennis te laten maken met de nieuwste technologische functies. Ik weet nog niet exact hoe ik de vijfendertig urennorm ga invullen, maar het is zeer waarschijnlijk dat we ook daarvoor een beroep doen op Volvo Truck Center. Ze hebben een aantal trainingsmodules die zeer interessant zijn voor onze chauffeurs.” n
19
200ste Volvo voor IRT
Voorzichtig maar toekomstgericht! IRT uit Hendrik-Ido-Ambacht is een containervervoerder pur sang. Het bedrijf zag de crisis aankomen en nam snel maatregelen die tot besparingen geleid hebben. Nu is er een voorzichtige toename in volume en wordt er weer behoedzaam geïnvesteerd. De 200ste Volvo FH is daar een voorbeeld van, maar ook het feit dat het gehele wagenpark wordt uitgerust met Volvo Dynafleet waarmee tracking en tracing mogelijk is.
D
at er een crisis aan zat te komen hoorde Sjef Pieters, algemeen directeur-eigenaar van IRT uit Hendrik-Ido-Ambacht, eigenlijk heel toevallig. “Ik had een van onze Japanse klanten aan de lijn en die vertelde me dat het volgende containerschip een dramatische volumeterugval liet zien. Dat verhaal werd bevestigd door andere verladers. We schrijven september, oktober 2008. Ik realiseerde me dat de reis van het schip acht weken zou duren, we hadden dus acht weken om ons voor te bereiden.” Sjef Pieters nam geen halve maatregelen, twintig trucks gingen in de verkoop en een aantal parttime chauffeurs moest het bedrijf verlaten. “Je kunt niet anders. Je moet als ondernemer anticiperen op de markt. Dit ging langer duren dan een paar weken. De berichten van onze verladers waren zeer negatief.” Dag en nacht bedrijf “Natuurlijk hebben we in het verleden ook te maken gehad met sterke terugval in de vraag. Nu lag het echter anders, het is veel dieper. De terugval in volume zit ruim in de dubbele cijfers. We hebben echter meer dan uitstekende jaren achter de rug. Feitelijk kwamen we altijd trucks te kort. Dat maakt ook dat je minder scherp wordt. En dat maakt dat de omschakeling naar een onderneming die weer lean en mean moet worden, ingrijpend is. Wij hebben dan een voordeel in het feit dat we een familiebedrijf zijn. We kunnen snel beslissen. Ik denk dat we daar goed aan gedaan hebben. Je komt anders te zitten met een structurele overcapaciteit. Zelfs nu is het lastig om alles vol te krijgen. We waren altijd sterk in de terugvrachten uit Duitsland, inmiddels ligt dat een stuk moeilijker. Daarvoor zijn we aan het knokken. Het bedrijf is zodanig opgebouwd dat we ongeveer de helft Nederlandse en de helft Duitse chauffeurs in dienst hebben. We zitten dicht bij onze klanten. Hoewel we hier kantoor houden vind je onze trucks overal. We kunnen dus heel snel onze routes verleggen. Alles moet onderweg zijn. We zijn een echt dag en nacht bedrijf en daar moet je als vanzelfsprekend veel aandacht aan besteden.”
20
Voorzichtige beweging Pieters ziet nu weer een lichte stijging in het aanbod. “Het is nog geen echte opleving maar er komt voorzichtig beweging. Punt is echter dat volgens de grote containerrederijen de crisis nog tot tenminste 2014 zal duren. Er zijn op dit moment nog zoveel schepen opgelegd, er gaat zoveel geld in om dat het bijna niet te bevatten is. Het verlies van de rederijen zal leiden tot een sanering in die tak; er zullen bedrijven samengaan. Op de wal is het niet veel anders. De prijsdruk op het transport is enorm. Er wordt onder kostprijs gereden. De lege kilometers nemen toe en dat kan niet in onze branche. Bovendien zie je dat een container kapitaalgoed aan het worden is. Er moet betaald worden voor de container. Een container doorladen wordt daarmee duurder.” Brandstofbesparing In het streven naar kostenreductie past ook de nascholing die IRT momenteel aanbiedt aan haar chauffeurs. Zij gebruikt daarvoor onder meer de training die Volvo Trucks aanbiedt. “Het is een van de punten waar je scherp op moet zijn. We hebben altijd al brandstof gemeten maar gaan nu duidelijk een stapje verder. De rijstijl van de chauffeurs is een van de sleutels om de kosten te reduceren. We hebben nu de eerste resultaten gezien en de besparingen zijn toch aanzienlijk. Bijvoorbeeld het gebruik van cruisecontrol, het accelereren, het uit laten rollen van de truck. Het zijn allemaal zaken die van invloed zijn. Je moet het overigens blijven volgen, omdat zodra de aandacht verslapt, het brandstofverbruik weer omhoog gaat. Dat is een van de redenen waarom we het hele wagenpark uitrusten met Volvo Dynafleet. Dat systeem maakt het mogelijk de gedragingen van de truck goed te monitoren. Andere reden voor de aanschaf van Volvo Dynafleet is het feit dat je de trucks en de lading kunt volgen. Wij hebben onlangs voor het eerst sinds onze oprichting meegemaakt dat er een lading is gestolen. Dat wil je niet weer meemaken. Door toepassing van Dynafleet kunnen we het volgen. En dan nog, we zijn altijd zo voorzichtig geweest. Onze chauffeurs moeten gebruikmaken van bewaakte parkeerplaatsen. We doen er alles aan om het transport zo veilig mogelijk te laten verlopen. Als het dan toch gebeurt, is het enorm balen. Vandaar dat we ook hier een snel besluit hebben genomen. We zorgen ervoor dat we weten waar de trucks en de lading zijn.” Voorzichtig investeren “We gaan nu weer stappen maken naar de toekomst. Verdere optimalisatie van de automatisering is er een stap in. Volvo Dynafleet past in het plaatje van het optimaliseren van de efficiency en de planning van het transport. Daarnaast kijken we kritisch naar ons wagenpark en hebben we besloten om toch weer te investeren in trucks. Dat het de 200ste Volvo was, daar had ik niet bij stilgestaan, maar het is een absolute mijlpaal in het bestaan. We hebben gekozen voor een Volvo FH 460 Euro 5 EEV Globetrotter met Volvo I-shift, een configuratie die toekomstproof is.” n
Nieuwe brandweervoertuigen voor korps Amsterdam-Amstelland Na een Europese aanbestedingsprocedure bereikte Volvo Trucks overeenstemming met de Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding over de levering van zo’n 80 nieuwe brandweertrucks. De Volvo’s FE en FM worden centraal bij Volvo Truck Center in Alblasserdam opgebouwd, waarna de lokale Volvo-dealers zorg dragen voor de aflevering en het onderhoud. Onlangs leverde Volvo Truck Center Amsterdam de eerste voertuigen van deze order aan het brandweerkorps Amsterdam-Amstelland.
D
e totale order bestaat uit zowel Volvo’s FE 6x2 als Volvo’s FM in 6x4 en 6x6 configuraties, voorzien van haakarmsystemen. Alle voertuigen worden centraal bij Volvo Truck Center in Alblasserdam opgebouwd. De lokale dealers nemen het stokje daarna over en zijn verantwoordelijk voor de aflevering en het onderhoud. Het korps Amsterdam-Amstelland heeft gekozen voor de Volvo FE. “De Volvo FE 6x2 is voor de brandweer een nieuw type, er is dan ook veel mee getest bij de RDW”, vertelt Jan Schouten, Account Manager Special Products bij Volvo Truck Nederland. “De voertuigen voldoen verder aan alle eisen die vanuit de brandweer gesteld worden. Zo moeten de sirenes een bepaald aantal decibel op een bepaalde afstand halen en moeten de lampen een vastgestelde felheid hebben. Ook zijn de voertuigen voorzien van een speciale stroomaansluiting voor in de kazerne. Als de brandweermannen wegrijden, schiet de stekker vanzelf los. Bij een uitruk hoeven ze zich daar dus niet om te bekommeren.” Capaciteit creëren In eerste instantie krijgt het korps Amsterdam-Amstelland de beschikking over negen nieuwe voertuigen. “We hebben inmiddels één Volvo FE rijden, dat was het demovoertuig dat Volvo had laten opbouwen voor de aanbesteding”, vertelt Marcel Sol, Projectleider bij het korps
Amsterdam-Amstelland. “Die hebben we aangekocht als instructievoertuig. Daarnaast hebben we er nog acht besteld, waarvan er twee naast een haakarm ook nog met een autolaadkraan zijn opgebouwd. Vanuit onze logistieke steunpunten moeten we veel capaciteit en mogelijkheden hebben. Je krijgt situaties voor je kiezen die je nog niet kent en als brandweer hebben we de verplichting om de wegen begaanbaar te houden bij calamiteiten. We moeten dus van alle markten thuis zijn.” Legio toepassingsgebieden De toepassingsgebieden die Sol schetst voor de inzet van de Volvo’s FE zijn legio. “Denk aan opleiden en oefenen, het slepen en verplaatsen van autowrakken en andere technische hulpverlening. Maar we hebben ook containers met toiletten en een klein terreinvoertuig dat in sommige situaties goed van pas komt. Dat materiaal krijgen we met de Volvo’s op locatie. Verder is de waterwinning iets wat tegenwoordig steeds lastiger wordt. We moeten vaker open water opzoeken. Daarom hebben we containers staan met daarin 1 of 3 kilometer slang en pomp voor grootschalig watertransport. Ook die containers nemen we met de Volvo’s mee. De keuze voor de Volvo FE met 6x2 chassis heeft te maken met ons verzorgingsgebied. We komen zelden op onbegaanbaar terrein, dus een 6x4 of 6x6 chassis is op onze situatie niet van toepassing.” n
21
Volvo Truck Center Alblasserdam
Nieuwe maatstaf voor truckdealervestiging “Ik ben ervan overtuigd dat we onze klanten hier het beste van het beste kunnen bieden”, aldus Kees Visser, algemeen directeur van Volvo Truck Center voorafgaand aan de opening van de nieuwe vestiging in Alblasserdam. Het moderne onderkomen is nu een jaar operationeel: tijd om de balans op te maken.
hebben in de werkputten. Deze zijn met een breedte van 1,20 meter erg ruim gebouwd. Technici kunnen zo overal goed bij en door de extra breedte onderin is de putkrik ook optimaal te gebruiken.”
I
remmentestbank Een van de mooiste straten in het pand van Volvo Truck Center in Alblasserdam is wellicht de teststraat. Een enorme ruimte die vanwege de vele rangeerbewegingen enigszins is afgescheiden van de rest van de werkplaats. Maar door de ruiten in de tussenwand ontstaat er een open doorkijk, wat de sociale veiligheid in de werkplaats ten goede komt. De teststraat is verder uitgerust met een spelingsdetector en een zeer functionele remmentestbank. Edwin Breeman: “Bij een remmentest moet de vrachtwagen onder beladen condities getest worden. Maar bij een chassis zonder bijvoorbeeld een container wordt dat lastig. Je kunt dan met kettingen gaan werken, maar wij kunnen deze remmenbank liften om zo laaddruk na te bootsen. Deze straat heeft verder een aparte ruimte voor afmelden, tachograafijkingen en andere administratieve werkzaamheden en een luchthaspel aangesloten op een 13 bar circuit, om banden wat sneller op spanning te krijgen. De werkput is hier bovendien 1,60 meter diep, tien centimeter meer ten opzichte van de put in de werkplaats. Je hebt hier te maken met veel, voornamelijk visueel, inspectiewerk. Met deze diepte kan de technicus vlotter doorlopen. Ik ben ervan overtuigd dat we een vestiging hebben neergezet waar optimale efficiency mogelijk is.” n
ndustrieterrein Nieuwland Parc, pal aan de A15 gelegen, is sinds een jaar de locatie van Volvo Truck Center Alblasserdam. Bij aankomst valt de ruime opzet van het perceel direct op. Nog voor binnenkomst treffen we de eerste noviteit: een up-to-date sleutelkluis. “Deze kluis is speciaal ontworpen met een labyrintstructuur”, legt Manager Aftersales Edwin Breeman uit. “Met een magneetje hengelen naar sleutels heeft geen enkele zin. Dat maakt het veilig om ook buiten openingstijd een truck bij ons achter te laten.” Achter de ontvangstbalie heeft het aftersalesteam zijn werkplek en even verderop is een splitsing gemaakt in het werkplaatsgedeelte van de balie. “Een deel is bedoeld voor werkoverleg, technische vragen en het invullen van de digitale orderplanning”, vertelt Breeman. “Aan de andere kant is de ruimte ingericht voor de uitgifte van magazijnonderdelen aan de technici.” Vloerverwarming De inrichting van het magazijn getuigt overigens ook van een sterk staaltje. Uniek zijn de drie werkniveaus. Edwin Breeman: “We hebben ervoor gekozen om de werkruimte overal 2,5 meter hoog te maken, om zo de ruimte optimaal te benutten. Helemaal bovenin zit nog een opstapje naar onze milieuzolder, waar de vloeistoffenvoorraad ligt opgeslagen. De bulktanks worden van beneden gevuld met persleidingen.” Volgende tussenstop is de natte ruimte, waar voldoende wasruimte is voor alle monteurs. “De kasten van onze technici hebben een gescheiden gedeelte voor schone en vuile was.” Kloppend hart van de dealervestiging is echter de moderne en efficiënte werkplaats. “Een enorm lichte ruimte”, geeft Breeman aan. “Je ziet veel glas in de roldeuren zitten, alleen het onderste deel is dicht. Dat zorgt voor veel lichtinval. Verder is het hele pand, ook de werkplaats, voorzien van vloerverwarming. Dat zorgt ervoor dat in de winter de werkplaatsvloer droog is.”
22
Vernuftige hefbrug De werkplaats is uitgevoerd met zes werkstraten met een lengte van dertig meter en beschikt over alle denkbare hulpmiddelen en gereedschappen die de technici nodig hebben voor efficiënt onderhoud. Edwin Breeman: “Zo hebben we de olie-eilanden, met onder andere water, lucht en stroom, naar eigen inzicht kunnen inrichten. Op een plek is zelfs een klein dieseltankje voorzien voor het vervangen van brandstoffilters. Het is handiger om het nieuwe filter eerst te vullen en daarna te monteren.” Op naar de volgende moderniteit: een vernuftige hefbrug zonder kolommen. “Als het ware is het een halve schaarbrug, met alleen voor en achter scharen”, vervolgt Breeman. “Het is een brug met de voordelen van een vierkolomshefbrug en niet de nadelen. Hierdoor heb je in het midden goed de ruimte. Ruimte waarvoor we ook gekozen
‘Altijd al op een tankwagen willen rijden’ Een woensdagochtend in oktober, stralend weer voor de tijd van het jaar. ’s Ochtends om half 9 treffen we Suzanne Looren de Jong (25), chauffeur bij Schenk Tanktransport uit Papendrecht, op de planning van het bedrijf. Met haar Volvo FH met tankoplegger, gevuld met brandstoffen, heeft Suzanne er dan al een rit opzitten. Wij mogen de rest van de dag mee om te kijken hoe het werk van een tankwagenchauffeur bij Schenk eruit ziet.
E
erst maar eens even voorstellen. Voor Suzanne was het van jongs af aan eigenlijk al wel duidelijk. “Ik word chauffeur, heb ik altijd geroepen. Ik kom ook uit een echte transportfamilie, mijn vader rijdt nog steeds op de vrachtwagen. Een opleiding in die richting heb ik helemaal niet gevolgd, ik heb het gymnasium gedaan. Mijn ouders hadden dus nog hoop dat ik ging studeren. En ik heb het ook nog wel op kantoor geprobeerd, maar daar werd ik echt gek. Die twee weken leken wel twee jaar.” Na enkele chauffeursbanen kwam Suzanne vervolgens als 24-jarige bij Schenk Tanktransport binnen. “Heel mooi vond ik dat, want de tankwagen is wel iets waar ik heel graag op wilde rijden. Als ik er vroeger een zag,
riep ik: dat ga ik doen.” En wat is het plan voor vandaag? “We gaan vandaag voor Total op pad, eerst een gedeelte lossen in Valkenburg, bij Katwijk, en maken ‘m dan leeg in Leiden. Maar eerst gaan we veiligheidskleding voor je ophalen.” Chauffeurs intern getraind Schoenen, jas, helm, gehoorbescherming en hesje: het past allemaal, dus op naar Valkenburg. We zijn de A15 richting Rotterdam nog niet opgedraaid of er duikt een witte bestelauto achter ons op. “Een controleur”, weet Suzanne inmiddels. “De eerste keren werd ik daar wel een beetje zenuwachtig van, ja. Maar het hoort bij de veiligheidsprocedures. En veiligheid staat bij Schenk bovenaan. Voor je als chauffeur bij Schenk begint, volg je een interne training. Als eerste krijg je een Smith-cursus defensief rijden, gebaseerd op vijf sleutels, bijvoorbeeld vijftien seconden vooruitkijken en zes seconden afstand houden.” En ja, wie zes seconden afstand houdt, ziet de gaten voor zich al snel dankbaar gevuld. Niet alleen automobilisten, maar ook collega-chauffeurs halen soms de raarste capriolen uit, blijkt later. “Je wilt hier toch niet
23
serieus gaan lopen inhalen, mag ik hopen”, vraagt Suzanne zich op de N44 hardop af, wanneer een truck links naast haar in de buitenspiegel opduikt. En alsof ‘ie het gehoord heeft: de chauffeur gaat weer terug naar rechts. Een eind verderop bij de stoplichten ziet hij zijn kans schoon. “Tja, ik kan daar niet zoveel mee. Tachtig is voor mij tachtig, niet harder. Collega-chauffeurs zouden toch beter moeten weten, maar dat blijkt niet altijd. Ik heb erg veel geleerd van de interne training en zie gevaren als pechgevallen en remmende auto’s veel eerder. Op het gebied van veiligheid heeft Schenk verder een lijst met dertien punten. Bellen tijdens het rijden is verboden, ook handsfree, we dragen altijd onze gordel en bij rotondes binnen de bebouwde kom moet de snelheid naar 10 kilometer per uur. Dat klinkt misschien overdreven, maar bedenk je, dat als we straks een deel in Valkenburg gelost hebben, we dan halfvol zijn. Dat is het gevaarlijkst, want als de lading gaat klotsen omdat je bijvoorbeeld een rotonde te snel neemt, gaat het zwaartepunt van de trailer omhoog, waardoor je sneller kunt kantelen.” 100 procent concentratie Aangekomen op de pomp in Valkenburg is het even manoeuvreren, maar het past precies. In de pompshop draait de pomphouder voor Suzanne een voorraadbon uit. “Hierop kan ik zien hoeveel er nog in de tanks zit en hoeveel erbij moet. Dan is het een kwestie van de slang aansluiten en instellen hoeveel liter er gelost moet worden. Het is helemaal geen vies of zwaar werk, maar je moet er wel bij blijven.” We laten Suzanne dan ook even ongestoord haar werk doen, zoals verzocht door de Chauffeur Supervisor van Schenk. Het aansluiten van de slangen vereist 100 procent concentratie van de Schenk-chauffeurs. “Een contaminatie, diesel in een Euro-tank lossen of andersom, is iets wat je altijd moet voorkomen” vertelt Suzanne, wanneer het pompsysteem zijn werk doet. “Dat kost echt gigantisch veel geld. Ten eerste moeten de tanks leeggepompt en gereinigd worden, en ook de vulslangen en leidingen moeten weer schoon. En dan zijn er nog de auto’s die al getankt hebben en stil komen te staan...”
24
Open vuur levensgevaarlijk Terug in de Volvo-cabine ziet Suzanne een gemiste oproep van Filip, planner van Total in België. “Toch maar even terugbellen voor we naar Leiden gaan”, besluit Suzanne. “Yes”, klinkt het even later. “Morgen naar Maastricht, dat vind ik altijd wel mooi, een wat langere rit. Het wat kortere stadswerk vind ik ook wel mooi, al dat sturen en manoeuvreren, maar een ritje Maastricht is een leuke afwisseling.” Op het tweede adresje gaat naast de dieselslang ook de benzine-
slang eraan. Het lospunt bevindt zich hier precies voor een rijtje stofzuigerplaatsen. Dat brengt het gesprek op het gedrag van de medemens. “Het is soms onvoorstelbaar” verzucht Suzanne. “Als ik ergens aankom en er staan mensen, meld ik altijd netjes dat ik wel even bezig kan zijn. Per pomp ben je namelijk gauw een uur verder. Nou, je krijgt soms uit het niets dingen naar je hoofd geslingerd... Maar soms komen mensen ook heel geïnteresseerd bij je staan en vragen hoe alles werkt. Vervelend wordt het pas wanneer ze naast je een sigaret opsteken. Als ik ze dan wijs op het gevaar wat ze veroorzaken, schrikken ze vaak wel. Ze zijn zich er niet altijd bewust van. Ik heb dan wel een dampretourslang aangesloten, maar helemaal afgesloten zal het niet zijn. Je ruikt het wel, er hangt altijd wel iets in de lucht. Open vuur is dus levensgevaarlijk.” Dag of nacht? Nu we leeg staan, wordt het tijd om te gaan laden op Pernis. “Zo leeg rijdt het wel wat lekkerder”, vertelt Suzanne terwijl we de A4 opdraaien. “Maar leeg rijden is net zo gevaarlijk als geladen, dus blijven we altijd voorzichtig.” Reden om te haasten is er ook helemaal niet. De planning zit dermate ruim in elkaar dat chauffeurs zonder druk hun schema kunnen afwerken. En buiten dat is het een heerlijke dag om onderweg te zijn. “Deze week zit ik in de dagdienst. We rijden bij Schenk met z’n tweeën op een truck, de een overdag, de ander ’s nachts. Ik heb niet direct een voorkeur voor dag of nacht. In de nachtdienst slaap ik in de regel meer, omdat je in de dagdienst ’s avonds toch nooit heel vroeg naar bed gaat. ’s Nachts is het ook lekker rustig filevrij rijden, maar de pompstations zijn dan vaak dicht, dat is een stuk minder gezellig.” Al snel komen de havens in zicht. “Ik kom hier zo’n drie keer per dag om te laden en het is ook m’n standplaats, maar het blijft een
Suzanne Looren de Jong - Schenk Tanktransport
indrukwekkend gezicht, al die opslagtanks.” Het laden is vlot gebeurd, zodat we koers kunnen zetten naar het laatste losadres van de dag: Schiedam. ‘I-shift houdt toerental er goed in’ Wanneer we de Benelux-tunnel uitkomen, is de snelheid teruggelopen tot iets boven de 60. “Je merkt meteen dat je weer vol zit. Maar I-shift houdt het toerental er goed in, de vaart wordt dan wel iets minder, maar je komt toch fijn boven. Vergeleken met de andere merken die ik gereden heb, vind ik dat I-shift toch wel de beste is. Ook met een volle tankwagen heeft ‘ie geen probleem. Hij schakelt zelf op de goede momenten.” Onderweg valt het op dat het niet uitmaakt van welke maatschappij je een trailer achter je hebt; de Schenkchauffeurs groeten elkaar allemaal. “Het is een heel gezellige club”, vindt Suzanne. “We helpen elkaar. Toen ik pas begon, kreeg ik van een aantal chauffeurs hun telefoonnummer met de mededeling dat ik onderweg gewoon moet bellen als ik ergens tegenaan zou lopen. Bij Schenk ben ik één van de zes vrouwen op de vijfhonderd chauffeurs in Nederland. Ik voel me daar niet anders bij. Wel vind ik dat je je als vrouw zelf moet kunnen redden, wil je dit werk doen. Verder is het gezellig werken tussen de mannen, ik word overal goed ontvangen. Je moet niet te lief zijn, te verlegen zijn of een te grote bek hebben. Blijf gewoon jezelf, dan gaat het prima.” Heerlijk beroep Wanneer op de A20 de afrit Schiedam dichterbij komt, bereidt Suzanne zich al voor. “Dit is zo’n rotafrit. De weg loopt eerst iets naar beneden en meteen na het viaduct komt die hele korte afslag. Ik geef ver van tevoren richting aan en haal m’n snelheid eruit, maar dat heeft niet iedereen altijd even goed
door. De pomp waar we nu trouwens heengaan, is ook een goed voorbeeld waarbij je even moet weten hoe je ‘m aan moet rijden. Ik draai hier via wat eigenlijk de uitgang is het terrein op. Als ik het een keer niet weet, kan ik altijd even bellen met een chauffeur die er wel bekend is.” Bij het rangeren op de pomp aan de ’s-Gravelandsweg wordt het nog even spannend. Een oude heer in een rode Renault 19 wurmt zich tussen de krappe ruimte tussen Suzanne’s Volvo en een pompdock door. “Ik kan nu echt geen kant op, beste man. Weet je wat het is? Soms moet je de boel even vastzetten, anders is er geen doorkomen aan, blijven er maar auto’s komen. Op de pomp heb je je ogen overal nodig.” Dan duikt de oude heer bij Suzanne in de spiegel op. “O kijk nou, hij staat aanwijzingen te geven hoever ik nog achteruit kan. Dat is dan toch wel weer schattig. Hij kan ook niet weten dat ik daarvoor een achteruitrijcamera op de truck heb.” Als de diesel en benzine door de slangen stromen, maken we de balans op. “Ik zie mezelf niet zo snel iets anders doen, zoals pallets sjouwen en zo. Eigenlijk ben ik als tankwagenchauffeur wel een beetje verwend. Slangen aansluiten, je koppie erbij houden, heerlijk.” Veilige kilometers Op de terugweg naar Papendrecht houden we ons bezig met het gebruikelijke gemopper op de files die steeds vroeger lijken te beginnen. Voor het Terbregseplein is het alweer raak. “En dan dat om de haverklap wisselen van baan of doordouwen met invoegen... Als iedereen nou gewoon netjes op z’n beurt zou wachten, zijn we met z’n allen volgens mij veel sneller klaar. Zelf probeer ik gewoon zo vroeg mogelijk op de baan te zitten waar ik heen moet en blijf daar lekker rustig zitten.” Gauw komt de vestiging van Schenk, pal aan de A15 gelegen, weer in zicht. En daarmee komt er ook een eind aan een interessant dagje meerijden. Suzanne is ook bijna klaar. “Nog even laden op Pernis voor m’n maatje die straks de truck overneemt voor vannacht en dan heb ik het erop zitten.” We houden Suzanne niet langer op, pakken onze spullen uit de cabine en nemen afscheid. Suzanne stuurt haar Volvo het terrein over en vertrekt. Op naar Pernis voor haar laatste veilige kilometers van de dag. n
25
Carrosserie Vakdagen goed bezocht In het jaar waarin de BedrijfsautoRAI niet doorging, heeft de Carrosserie Vakdagen zich andermaal geprofileerd als een professioneel opgezette beurs. Arend van den Berg, verkoopleider bij Volvo Truck Center, spreekt van een geslaagd evenement.
Uitbreidingsplannen Volvo Truck Center Waalhaven Het Volvo Truck Center in Rotterdam-Waalhaven heeft onlangs een stuk grond aan de achterzijde van het pand in gebruik genomen. Het oppervlak meet de volle breedte van het terrein van Volvo Truck Center bij een lengte van 21 meter. Edwin Breeman, Manager Aftersales: “Toen we de kans kregen het stuk grond in gebruik te nemen, hebben we snel gehandeld. We kunnen nu de grond krijgen die we in de toekomst voor de werkplaats hard nodig hebben. We willen de grond dan ook gaan gebruiken om een uitbreiding van ons bestaande pand te realiseren. Het plan is om twee poorten aan te bouwen, voornamelijk ingericht voor ‘schoon’ werk en afleverwerkzaamheden aan nieuwe trucks.” Professionalisatie used trucks Ook in de nieuwe situatie zal het mogelijk blijven voor de monteurs om trucks om de werkplaats heen te rijden. Edwin Breeman: “De huidige opslagloods krijgt een nieuwe plek achterop de nieuwe grond. Verder richten we de extra ruimte in voor een verdere professionalisatie van onze used trucks activiteiten. Die willen we daar strak gaan presenteren. De eerste doorsteken in het hekwerk zijn gemaakt en binnenkort hopen we te kunnen starten met de werkzaamheden.”
26
“De Carrosserie Vakdagen zijn goed bezocht. Dat is te danken aan het goede concept van de beurs, gecombineerd met een lokaal karakter. Ondanks de recessie die we meemaken, heb ik zo goed als ons
volledige klantenkring voorbij zien komen. Als je het mij vraagt een goede zaak in deze tijden.”
We hebben laten zien dat we iedereen kunnen bedienen en op alle vragen uit de markt een antwoord hebben.”
Volvo FH16 700 pk Absolute eyecatcher in de stand van Volvo Truck Center, was zonder twijfel de Volvo FH16 met 700 pk. Daarnaast trok de 5-assige Volvo FM, uitgerust met twee 10-tons voorassen, uniek in de markt, ook veel bekijks. “Tel daar onze Nissanproducten bij op en je moet concluderen dat we in onze stand geen segment onbelicht hebben gelaten.
Jong aanbod Used Trucks ben we een hartstikke mooi aanbod van veelal jong gebruikte trucks staan”, aldus Peter Freling. “Het zijn voornamelijk trekkers, leverbaar in eigenlijk alle kleuren en denkbare uitvoeringen. De trucks zijn bijzonder aantrekkelijk geprijsd, bovendien zijn het allemaal Euro 5’s. Een heel interessante oplossing dus voor klanten die hun Maut-kosten dus verder omlaag willen brengen.”
In Nederland staat Volvo Truck Center, als onderdeel van het Europese Volvo verkoopnetwerk, garant voor de verkoop van kwalitatief hoogwaardige used trucks. Het afgelopen jaar mocht manager used trucks Peter Freling veel jonge aanwas in het aanbod verwelkomen. Voor vervoerders die tijdelijk extra capaciteit nodig hebben en niet teveel willen investeren, is een used truck een prima oplossing. “Momenteel heb-
Neem voor meer informatie over het complete aanbod used trucks van Volvo Truck Center contact op met: Peter Freling 010 494 38 18 06 51 52 89 24
[email protected]
Milieuzones: investeer nu en blijf rijden! In januari 2010 moet een voertuig minimaal aan de Euro 4-norm voldoen om zonder problemen de milieuzones in te mogen. Dat maakt 1 januari 2010 tot een harde deadline voor Euro 2 rijders (ook mét roetfilter) en Euro 3 rijders zonder roetfilter. Voor hen heeft Volvo Truck Center gelukkig een bijzonder scherpe aanbieding. De milieuzones rukken op in Nederland. Inmiddels zijn er milieuzones in Breda, Den Haag, Eindhoven, ’s-Hertogenbosch, Rotterdam, Tilburg, Amsterdam en Utrecht. Verder voeren Helmond, Leiden, Delft, Zaanstad, Schiedam, Leidschendam-Voorburg, SittardGeleen, Rijswijk en Nijmegen later een milieuzone in. Wie in 2010 de milieuzone inrijdt met een voertuig dat niet aan de Euro 4-norm voldoet,
loopt het risico op een bekeuring van € 150,-. Montage van een roetfilter kan een optie zijn, maar wanneer dit niet rendabel is, biedt Volvo Truck Center u nu de mogelijkheid om uw oude voertuig te vervangen. Speciale leaseprijs In samenwerking met Volvo Truck Nederland hebben wij namelijk een Volvo FL, compleet met opbouw, samengesteld tegen de speciale leaseprijs van € 1.199,- per maand bij een contract van 60 maanden (actieprijs vanaf € 59.950,-). De Volvo FL is uitgevoerd met de sterke Volvo D7F 7-liter 240 pk motor die voldoet aan de strenge Euro 5-normen. Hiermee loopt u weer vooruit op de strenge milieueisen. Bovendien is de Volvo FL erg compleet
uitgevoerd en voldoet de truck aan alle hedendaagse voertuigeisen. Informeer bij uw Volvo Truck Center ook naar de andere actiemodellen!
nieuws
Rondetafelgesprek:
‘Wij vinden communicatie met de klant essentieel’ In september organiseerde Volvo Truck Center voor de tweede keer een klantenpanel, waarin de resultaten van de dealerorganisatie in Volvo’s klanttevredenheidsonderzoek Second to None uitgebreid besproken werden. “We leggen onze resultaten op tafel, om zo een open discussie met onze klanten aan te gaan.” “Second to None beoordeelt ons naar aanleiding van een enquête onder onze klanten”, vertelt Roeland Ruygt, Manager Parts Sales bij Volvo Truck Center. “Zij mogen daarin hun mening over ons geven, zowel op naam als anoniem. De klanten die zich ‘bekend hebben gemaakt’, nodigen we vervolgens uit voor het klantenpanel, waarin we onze prestaties concreet met hen doornemen. Zaken die minder goed gaan, pakken we aan en lossen we op. Daar worden we beter van, want al doen we er voor ons gevoel nog zoveel aan, we kunnen altijd iets over het hoofd zien. De klant kan ons daar op wijzen.” Remko Bal, Manager Technical Operations, legt uit dat het klantenpanel begint met een uitgebreide presentatie van de rapportcijfers. “In die zin stellen we ons kwetsbaar op, dat we onze resultaten open en bloot op tafel leggen. Maar ik merk wel dat die opstelling gewaardeerd wordt.” Roeland Ruygt: “Op het laatste klantenpanel zagen we gelukkig een breed palet aan klanten: van eigen rijders tot grote fleetowners en van zelfreparerende klanten tot klanten met onderhoudscontracten. Een mooie mix, wat hartstikke goed is, want iedere groep heeft zijn eigen aandachtspunten. Het is niet alleen eenrichtingsverkeer van de klant naar ons toe. Wij geven ook aan wat wij belangrijk vinden. Wij hechten zelf bijvoorbeeld veel waarde aan een goede afleverinstructie en chauffeurstraining. Op het panel proberen we ook aan die bewustwording bij de klant bij te dragen.” Servicebeleid leeft Na de presentatie krijgt het klantenpanel zes stellingen voorgelegd, waar volgens Roeland Ruygt en Remko Bal nuttige informatie uit voortkomt. Remko Bal: “Met de stellingen willen we reacties losmaken. Zo vroegen we de klanten naar de rol van een truckdealer als informatiekanaal wat betreft trends, regelgeving en subsidies. Ons doel is om, bijvoorbeeld met informatieve digitale nieuwsbrieven, toegevoegde waarde te creëren. Een punt dat de tongen ook behoorlijk losmaakte, was het servicebeleid. We zien dat dit sterk leeft bij de klanten. De communicatie met de klant, op welk gebied dan ook, is essentieel. Ook als je een factuur stuurt, communiceer je met de klant. Die moet gewoon duidelijk zijn. En de kwaliteit van het uitgevoerde onderhoud of een verrichte reparatie moet goed zijn. Dus geen onnodige herhaalreparaties. De kwaliteit van onze organisatie en het geleverde werk is sterk bepalend voor de klanttevredenheid. Concreet betekent dit voor ons dat we de eindcontrole in de werkplaats een nog hogere prioriteit geven.
Beter meedenken Roeland Ruygt benadrukt verder dat het panel wordt voorgezeten door een neutrale discussieleider. “Het is goed om een objectief persoon voor het panel te zetten. Hij kan een vraag toch even anders brengen, waardoor je de reactie krijgt waar je ook echt wat mee kunt. Wat wij willen is eerlijkheid en transparantie, waardoor de klant ons kan helpen beter te worden. Voor de klant is dit panel dé mogelijkheid om direct invloed uit te oefenen op de manier hoe wij onze dienstverlening organiseren. We kunnen natuurlijk niet alles op de schop gooien, maar klanten reiken ons wel verbeterpunten aan, waardoor wij weer beter kunnen meedenken met de klant. Wat we uiteraard willen, zijn tevreden klanten. Ze moeten zich welkom voelen bij Volvo Truck Center. Hoe meer klanten meedoen aan het Second to None onderzoek, hoe zuiverder de resultaten. En graag zien we zoveel mogelijk open reacties, waardoor we de discussie breed kunnen aangaan. We kijken kritisch naar onze scores. Ten opzichte van vorig jaar hebben we een stap gemaakt en dat willen we dit jaar weer doen. De input van onze klanten is daarbij van groot belang.” n
27
world’s strongest Volvo Trucks. DRIVING Progress www.volvotruckcenter.nl