VRR jaaroverzicht 2011 Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond VRR jaaroverzicht 2011
1
Voorwoord
Inhoud Voorwoord
2
De VRR
3 4 5
Wat is de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond? Missie en organisatie Bestuur en partners
Brandweer Efficiëntere brandweer Brandweer meer gericht op voorkomen van brand Brandweer kan niet zonder vrijwilligers
6 8 9
Ambulance Coöperatie voor ambulancezorg Ambulance sneller ter plaatse Ambulance en brandweer vaker samen
10 11 12
De Meldkamer Meldkamer is kloppend hart van de VRR Voorbereid op de toekomst
13 14
Risico en Crisisbeheersing Wat is Risico- en Crisisbeheersing? Risicobeheersing Informatiemanagement Crisisb Risicobeheersing eheersing Snellere en meer eenduidige communicatie
15 16 17 18 19
Industriële veiligheid
20
GHOR
21 22 23
Wat is de GHOR? 2011: een jaar vol incidenten Registratie van slachtoffers
Middelen Middelen: nadruk op eenduidigheid Op weg naar slimmere huisvesting
24 24
Financieel jaarverslag 2011 Programmarekening 2011 per kostensoort Programmarekening 2011 per programma
25 26
Sociaal Jaarverslag Personeelsbeleid: vakmanschap, ruimte en rekenschap ‘Fluitend naar het werk’ Integriteit Arbeidsverzuim voorkomen De mensen van de VRR – infographics
27 28 29 29 30
Toen ik in augustus 2011 aantrad als algemeen directeur van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, trof ik een robuuste organisatie aan, die volop kracht en sterkte uitstraalt. De VRR boezemt bij iedereen het geruststellende gevoel in dat veiligheid bij haar in goede handen is. Er wordt wel eens vergeten dat de VRR niets zou zijn zonder haar belangrijkste kapitaal: de mensen die er werken. Dag en nacht staan zij klaar, lopen risico’s bij het uitoefenen van hun werk en beschikken over een voorbeeldige inzet. Ik trof een organisatie aan vol adrenaline. Vol gedrevenheid en passie voor het vak. Het beeld dat ik voorheen van de VRR had, bleek goed te kloppen. Een organisatie steunt op vier verschillende pijlers. Aan de ene kant zijn dat structuur en technologie, aan de andere kant cultuur en mensen. Ik heb me voorgenomen om bij de VRR vooral in cultuur en mensen te investeren. Open en eerlijk met elkaar communiceren, elkaar vertrouwen geven, trots zijn op de organisatie, fluitend naar je werk gaan: ik wil me er voor inzetten de intrinsieke motivatie binnen de VRR nog verder te vergroten en uit te bouwen. Naar mijn idee kan dat de VRR nog krachtiger en sterker maken. Goed beschouwd is de VRR een uiterst complexe organisatie. Negentien aangesloten gemeenten, verschillende cao’s en een ingewikkelde bestuursvorm maken het er niet eenvoudiger op. Daarbij komt nog dat de VRR onder grote druk staat, omdat er ook bezuinigd moet worden, een operatie die we alleen maar tot stand kunnen brengen door nog meer gebruik te maken van de aanwezige denkkracht binnen de eigen organisatie. Voor de VRR was 2011 een bewogen jaar. Vroeg in het jaar verloor de VRR haar algemeen directeur Don Berghuijs, die na een kort ziekbed op 62-jarige leeftijd overleed. Eveneens in de eerste dagen van het jaar brak op het industrieterrein Moerdijk een brand uit die, hoewel niet in het gebied van de VRR, grote gevolgen had voor de werkwijze binnen de veiligheidsregio, al was het alleen al op het vlak van communicatie. In heel 2011 kwam een recordaantal grote incidenten voor. Maar liefst 37 keer viel zo’n incident binnen de criteria van de Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP). Eén keer haalde een incident de hoogste GRIP-categorie: de storing in het KPN-netwerk in juli, die het telefoon- en digitale dataverkeer in een groot deel van de regio platlegde. Nogmaals: de VRR is niets, zonder de mensen die er werken. Ik heb grote waardering voor de wijze waarop zij elke dag weer hun vaak niet gemakkelijke werk doen, in dienst van ons allemaal. Hun inzet staat borg voor het vertrouwen dat de VRR aan de dag legt. Voor mij staat als een paal boven water dat het vertrouwen in de VRR ongeschonden moet blijven. Vertrouwen is een kostbaar iets: het komt te voet en gaat te paard. Arjen Littooij Algemeen directeur Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond
VRR jaaroverzicht 2011
2
Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Wat is de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond? De Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) bestaat uit negentien gemeenten die actief samenwerken op het gebied van risicobeheersing, crisisbeheersing en hulpverlening. De deelnemende gemeenten zijn: Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Brielle, Capelle aan den IJssel, Dirksland, Goedereede, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Lansingerland, Maassluis, Middelharnis, Oostflakkee, Ridderkerk, Rotterdam, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen en Westvoorne. Het gebied dat de VRR bestrijkt is enorm divers. Het bestaat uit dunbevolkte gemeenten op Goeree-Overflakkee en Voorne-Putten, maar ook uit sterk verstedelijkte gebieden zoals Rotterdam en omstreken. Er wonen ruim 1,2 miljoen mensen. Het gebied waarin zij wonen heeft een oppervlakte van 865,6 kilometer. De samenstelling van de bevolking binnen de regio is uiterst gevarieerd. Ook de aard van de economische bedrijvigheid in het gebied is zeer verschillend. Zo vormt de Rotterdamse haven een concentratie van scheepvaart, transport- en overslagbedrijven en petrochemische industrie, maar zijn elders in de regio landbouwgebieden en zakelijke dienstverlening te vinden. Deze grote diversiteit maakt de gevoeligheid voor risico’s van het gebied groot. De diversiteit van de regio heeft eveneens grote invloed op het werk van de VRR. De VRR moet met alles wat zij heeft te bieden kunnen inspelen op de vraag van zowel de burgers en bedrijfsleven als op de vraag van gemeenten. Zoeken naar voortdurende samenwerking is daarom één van de doelen van de VRR.
1. Mevr. G.J. van de Velde-de Wilde (Goedereede) 2. Dhr. J.F. Koen (Capelle ad IJssel) 3. Mevr. M. Salet (Spijkenisse) 4. Dhr. J.A. Karssen (Maassluis) 5. Dhr. P.E. de Jong (Westvoorne) 6. Dhr. A. Aboutaleb (Rotterdam) 7. Dhr. E.H. van Vliet (Lansingerland) 8. Dhr. T.P.J. Bruinsma (Vlaardingen) 9. Mevr. G.W.M. van Viegen (Brielle) 10. Mevr. P.J. Bouvy-Koene (Bernisse) 11. Dhr. H.M. Bergmann (Albrandswaard) 12. Dhr. J. van Belzen (Barendrecht) 13. Dhr. C. Kleijwegt (Hellevoetsluis) 14. Dhr. S. Stoop (Dirksland) 15. Mevr. L. Huizer (Krimpen ad IJssel) 16. Mevr. J.M. Leemhuis-Stout (Schiedam)
15
1
6 3
8
7
4
13
2
11 12
9 10
14 15
16
De burgemeesters die er niet op staan zijn: Dhr. J. Heijkoop (Oostflakkee) Dhr. P. Zevenbergen (Middelharnis) Mevr. A. Attema (Ridderkerk)
VRR jaaroverzicht 2011
3
Missie en organisatie
De netwerkpartners van de VRR
De missie van de VRR luidt als volgt: ‘De Veiligheidsregio RotterdamRijnmond staat voor ‘samen sterk’ in risicobeheersing, crisisbeheersing en incidentbestrijding en door een gezamenlijke inzet van diensten, organisaties, burgers en bedrijfsleven, waardoor schade en leed bij incidenten worden voorkomen of beperkt.’ Het in de praktijk brengen van deze missie houdt in dat de VRR, samen met haar partners, hulp verleent waar dat nodig is. VRR-medewerkers staan vierentwintig uur per dag paraat om zich in te zetten voor risico- en crisisbeheersing en hulpverlening. Gedegen vakmanschap is hiervoor essentieel. Daarom zijn VRR-medewerkers goed opgeleid, goed geoefend en trots dat ze bij de VRR werken. De VRR wil klantgericht en op een transparante wijze diensten verlenen. De VRR bestaat uit verschillende onderdelen. De bekendste en meest zichtbare daarvan zijn de Regionale Brandweer RotterdamRijnmond (RBRR) en de Ambulance Zorg Rotterdam-Rijnmond (AZRR). Daarnaast heeft de VRR nog andere onderdelen: de Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio (GHOR), de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK), Risico- en Crisisbeheersing, Middelen, en de afdelingen Communicatie en Bestuurlijke en Juridische zaken. De dagelijkse leiding van de VRR bestond in 2011 uit een directieraad met de volgende samenstelling: - Arjen Littooij, algemeen directeur; - Elie van Strien, regionaal commandant (brandweer) en directeur Ambulancedienst; - Jolanda Trijselaar, directie Risico- en Crisisbeheersing; - Vincent Roozen, directeur GHOR; - Rein van Duijvenbode, directeur Gemeenschappelijke Meldkamer en directeur Middelen. In de loop van 2011 zijn voorbereidingen getroffen om deze structuur meer aan te passen aan de dagelijkse praktijk en te komen tot een verdeling die is afgestemd op het operationele proces van de VRR. De verdeling van de directietaken is daarom per 1 januari 2012 aangepast. VRR jaaroverzicht 2011
4
Bestuur en partners
Organogram VRR
Aan het hoofd van de VRR staat het Algemeen Bestuur (AB). Het Algemeen Bestuur bestaat uit alle burgemeesters van de aangesloten gemeenten. Dit AB stelt de hoofdlijnen van het te voeren beleid en de financiële kaders van de VRR vast. Ieder lid legt binnen zijn of haar gemeenteraad verantwoording af over het beleid van de VRR. De leden van het AB kiezen uit hun midden een Dagelijks Bestuur (DB). Elk college van burgemeester en wethouders draagt volgens de Wet veiligheidsregio’s zorg voor brandweer, rampenbestrijding en crisisbeheersing en de organisatie van de geneeskundige hulpverlening in zijn gemeente. De colleges zijn verplicht om dit in elke regio in een gemeenschappelijke regeling te organiseren. De VRR werkt als hulpverleningsorganisatie nauw samen met verschillende partners in haar netwerk. Ze heeft het als doelstelling om alle specifieke kennis en kunde van die partners naar behoefte en omstandigheden met elkaar te verbinden.
Bestuur Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond
Regionaal College (Politie)
Algemeen directeur
Afdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken
Directie Middelen
Afdeling Communicatie Directeur GHOR Vincent Roozen
Directie Risico- en Crisisbeheersing (incl. GHOR)
Gemeenschappelijke Meldkamer
Brandweer Rotterdam-Rijnmond
Directie Ambulancezorg
De belangrijkste partners van de VRR zijn te vinden in de regionaal opgezette Veiligheidsdirectie. Naast de VRR zitten daarin de politie, de Operationele Staf Parket van het Openbaar Ministerie, de DCMR Milieudienst, de gemeenten en de Divisie Havenmeester van het Havenbedrijf Rotterdam. De Veiligheidsdirectie regelt de afstemming en coördinatie van de risico- en crisisbeheersing en rampenbestrijding en alle voorbereidingen daarop.
Ketenpartneroverzicht
VRR jaaroverzicht 2011
5
Brandweer Efficiëntere brandweer De brandweer is één van de meest dynamische en tot de verbeelding sprekende onderdelen van de VRR. In 2011 rukte de brandweer 18.085 keer uit op grond van een melding bij de Gemeenschappelijke Meldkamer. Om bij de tijd te blijven komt een aantal vragen over organisatie van de brandweer in het gebied telkens weer terug: is de ondersteuning van de brandweer voldoende? Beschikt de brandweer over voldoende materieel? Kan de brandweer nog efficiënter opereren? De kunst is om in deze tijd met steeds schaarser wordende financiële middelen precies de juiste dingen te doen. Toen de VRR in 2006 werd opgericht, was de situatie eenvoudig: elke gemeente had een eigen brandweerkorps met eigen materieel. Binnen de VRR is de blik inmiddels gekanteld. Er wordt niet meer naar elke gemeente afzonderlijk gekeken, maar naar de veiligheidsregio als geheel. Die invalshoek leidt tot een andere benadering: waar zijn brandweer en materieel zodanig te situeren dat ze het best functioneren en iedereen er het meeste aan heeft? Het beantwoorden van die vraag is niet gemakkelijk, maar de veiligheid van het gehele gebied blijft uitgangspunt. De veiligheid moet hoe dan ook overal gewaarborgd blijven. Voor de brandweer blijft centraal staan dat zij overal zo snel mogelijk aanwezig moet kunnen zijn en dat hulpverlening op elk moment waarop dat nodig is moet kunnen plaatsvinden. Dat geldt bij het beoordelen of kazernes eventueel moeten sluiten of open moeten blijven, maar ook op kleinere schaal, zoals de inzet van duikteams. Het waterrijke gebied van de VRR, met onder meer de grootste haven van Europa, heeft gespecialiseerde duikteams die dag en nacht beschikbaar zijn. Hun aantal is teruggebracht van zeven naar drie, met de bedoeling hun kwaliteit en professionaliteit verder te vergroten. Op Goeree-Overflakkee en Voorne-Putten zijn in 2011 proeven gedaan met nieuwe oppervlaktewaterreddingsteams. Zij kunnen snel aanwezig zijn voor reddingsoperaties, waarna een duikteam indien nodig aanvullend werk verricht.
Oefening Scheepsbrandbestrijding
Oefening Brandweer in Antwerpen Grote brand op Drogedijk in Spijkenisse en Ringdijk in Rotterdam Zeer grote brand op 11 en 14 mei in Rotterdam
VRR jaaroverzicht 2011
6
Uitrukken binnenbrand Uitrukken binnenbrand beroeps 2011 (excl. Rotterdam)
Uitrukken binnenbrand vrijwilligers 2011
Vlaardingen
Westvoorne
> 8 min < 8 min
Spijkenisse Spijkenisse
Schiedam Ridderkerk
Rotterdam
Maassluis
> 8 min
Lansingerland
< 8 min
Ridderkerk Oostflakkee
Krimpen aan den IJssel Capelle aan den IJssel
Middelharnis
Barendrecht Maassluis
Albrandswaard 0
10
20
30
40
50
60
70
80
Lansingerland
Aantal uitrukken Krimpen a/d IJssel
Uitrukken binnenbrand beroeps 2011 Rotterdam Hellevoetsluis
> 8 min
Goedereede
< 8 min
Dirksland
0
100
200
300
400
500
600
Capelle a/d IJssel
Aantal uitrukken Brielle Bernisse Barendrecht Albrandswaard
0
5
10
15
20
25
30
35
Aantal uitrukken
VRR jaaroverzicht 2011
7
Brandweer meer gericht op voorkomen van brand Iedereen kent de brandweer als de instantie die onmiddellijk ter plaatse is om een brand te blussen en verdere schade te voorkomen. Sinds enige tijd houdt de brandweer zich steeds meer bezig met het verhinderen dat er brand uitbreekt en het vergroten van de brandveiligheid. Het project ‘BrandveiligLeven’ houdt in dat de brandweer actief voorlichting geeft aan bewoners. Ze wijst mensen er op welke mogelijkheden er zijn om in huis en op kantoor te voorkomen dat er brand uitbreekt. Het aanbrengen van rookmelders en het in huis halen van blusdekens kan al van doorslaggevende betekenis zijn om een brand in de kiem te smoren. ‘BrandveiligLeven’ is onderdeel van het programma ‘Veiligheid Voorop’, een nieuw type brandweerzorg, waarmee in Groot-Brittannië onder de naam ‘Community Safety’ opmerkelijke resultaten zijn geboekt. In een grote havenstad als Liverpool is het aantal branden aanzienlijk teruggedrongen, sinds de brandweer bij een groot deel van de bevolking rookmelders heeft geplaatst. De brandweer is daar door het toepassen van preventieve maatregelen zichtbaarder geworden. ‘BrandveiligLeven’ is in 2011 van start gegaan in Albrandswaard, Zwartewaal en Lansingerland. In duizenden woningen heeft de brandweer brandveiligheidsadviezen gegeven en woningen op brandveiligheid gecontroleerd.
Het plaatsen van rookmelders bij bewoners heeft een bewezen effect op het sneller ontdekken van branden, zo blijkt uit onderzoek in Liverpool.
Een ander voorbeeld van de nieuwe benadering die de brandweer van de VRR hanteert is de proef met een snel interventievoertuig (SIV). Voorheen was het vanzelfsprekend dat de brandweer bij een melding onmiddellijk uitrukte met een grote brandweerauto met daarin zes brandweerlieden. De proef met het snelle interventievoertuig, met daarin twee brandweerlieden, moest uitwijzen of zij ter plaatse de situatie goed konden beoordelen en al maatregelen konden nemen, waarna ze indien nodig groter materieel kunnen laten uitrukken. Deze nieuwe werkwijze bespaart tijd, geld en menskracht en kan schade beperken. In 2011 heeft de VRR in Bergschenhoek, Hellevoetsluis en Rotterdam-Zuid met SIV’s proeven genomen. De bevindingen daarvan vormden de basis van het voorstel om tot de aanschaf van vijf SIV’s over te gaan.
De proef met de SIV (het snelle interventievoertuig) is geslaagd: de SIV bespaart tijd, geld en mankracht.
Voorlichting BrandveiligLeven op scholen Voorlichting BrandveiligLeven aan Stichting MEE Aftrap campagne VeiligheidVoorop door burgemeester Albrandswaard Projectleider SIV vertelt over de SIV Pilot Arjen Littooij vertelt over uitkomst pilot en aanschaf 5 SIV’s in 2012 Brandweerman vertelt over zijn ervaring met de SIV
VRR jaaroverzicht 2011
8
Brandweer kan niet zonder vrijwilligers Brandweer zijn is een bijzonder vak, dat een goede opleiding vereist. Vakmanschap staat daarbij voorop. Toch zijn er binnen de VRR verschillen in de brandweerlieden die er werkzaam zijn. In een aantal gemeenten, zoals Rotterdam, bestaat de brandweer uit beroepskrachten die een groot deel van de dag in de kazernes aanwezig zijn en elk moment kunnen uitrukken. In andere gemeenten in het gebied wordt de brandweer gevormd door enthousiaste vrijwilligers. Voor beide categorieën, beroeps en vrijwilligers, geldt dat er op een vakkundige wijze hulp moet worden geboden.
Arjen Littooij, algemeen directeur.
‘Vakmanschap is waar we goed in moeten zijn. Daarop mogen we niet bezuinigen. Brandweerlieden moeten goed opgeleid zijn. Dat geldt ook voor de vrijwilligers. De brandweer kan niet zonder vrijwilligers, ook zij zijn vakmensen en hebben een toegevoegde waarde voor de veiligheid.’
Binnen de VRR nemen de vrijwilligers een belangrijke plaats in: de veiligheid in een groot deel van het gebied is afhankelijk van de toewijding van vrijwilligers. De VRR kan niet zonder ze. Hoewel hun beschikbaarheid anders is geregeld dan die van de beroepskrachten, ze soms minder ervaring hebben met het uitrukken bij een brandmelding dan hun beroepscollega’s en er zelfs regionale verschillen tussen de vrijwilligers onderling bestaan, vraagt de VRR veel van ze en doet ze een groot beroep op hun professionaliteit.
Een aantal vrijwilligers van de brandweer in beeld: de veiligheid in een groot deel van Rotterdam-Rijnmond is van hen afhankelijk.
Omgekeerd doet het omgaan met vrijwilligers ook een beroep op de VRR. Het vereist goede ondersteuning, goede opleidingen en omstandigheden waarin de vrijwilligers optimaal kunnen functioneren. Ook de vrijwilligers moeten binnen de VRR het gevoel hebben dat zij een toegevoegde waarde hebben voor het waarborgen van de veiligheid in het gebied.
Vrijwilligers oefenen Scheepsbrandbestrijding Vrijwilligers werven VRR jaaroverzicht 2011
9
Ambulance Coöperatie voor ambulancezorg In 2011 werden er na melding op telefoonnummer 112 bij de Gemeenschappelijke Meldkamer 98.000 ambulanceritten gemaakt. Daarvan waren 43.000 A1-ritten. De ambulancezorg in het gebied van de VRR wordt sinds de zomer van 2009 verzorgd door het particuliere ambulancebedrijf BIOS-Rijnmond Beheer bv en de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. De Tweede Kamer heeft indertijd bepaald dat er in elke regio één aanbieder van ambulancevervoer moet zijn. Daarom hebben de twee zich met het oog op het invoeren van de Wet ambulancezorg (WAZ) verenigd in de coöperatie Ambulancezorg Rotterdam-Rijnmond (AZRR). Omdat de Wet Ambulancezorg nog steeds niet is ingevoerd, heeft de ministerraad in de loop van 2011 de Tweede Kamer een voorstel aangeboden voor een Tijdelijke Wet ambulancezorg (TWAZ). In 2011 is daarom hard gewerkt om de coöperatie van beide ambulancediensten tot een rechtspersoon te maken die aan alle eisen van de tijdelijke wet voldoet. Dat moest op 1 december 2011 het geval zijn. In oktober en november zijn daarom de statuten en de ledenovereenkomst van de coöperatie aangepast, zijn de financiële verhoudingen tussen VRR en BIOS-groep vastgesteld en zijn verdere punten geregeld om de samenwerking volgens de nieuwe wet te laten verlopen. Daarna konden de beide samenwerkingspartners hun handtekeningen onder de overeenkomst zetten. Deze overeenkomst moet er in de loop van 2012 toe leiden dat de coöperatie, geheel in overeenstemming met de tijdelijke wet, voor vijf jaar de vergunning voor de ambulancezorg in het VRR-gebied krijgt toegewezen.
Gemeente
Binnen normtijd van 15 minuten
Binnen normtijd van 15 minuten (cumulatief) 83,90%
Albrandswaard
591
Barendrecht
1.135
95,50%
Bernisse
302
85,10%
Brielle
447
91,60%
Capelle a/d IJssel
1.950
94,30%
Dirksland
213
93,60%
Goedereede
351
71,20%
Hellevoetsluis
1.101
90,60%
Krimpen a/d IJssel
679
86,40%
Lansingerland
811
85,90%
Maassluis
786
82,90%
Middelharnis
440
94,80%
Oostflakkee
219
70,50%
Ridderkerk
1.289
87,50% 95,00%
Rotterdam
24.991
Schiedam
2.415
96,20%
Spijkenisse
2.202
89,00%
Vlaardingen
2.336
93,00%
Westvoorne
466
86,80%
Totaal
42.724
93,00%
Prestaties A1-ritten per gemeente cumulatief over het jaar 2011
Ondertekening overeenkomst coöperatie ambulancezorg
VRR jaaroverzicht 2011
10
Ambulance sneller ter plaatse Er gelden speciale tijdsnormen waarbinnen een ambulance na een melding op de plaats van bestemming moet zijn. Het meldkamerpersoneel heeft doorgaans twee minuten om bij een melding de juiste vragen te stellen en te bepalen of er al of niet een ambulance op weg moet. De ambulance heeft dan dertien minuten om ter plaatse te zijn. Bij elkaar moet er dus binnen een kwartier een ambulance op de gewenste plaats aanwezig zijn.
Rein van Duijvenbode, directeur Gemeenschappelijke Meldkamer en Middelen.
‘Het was een grote uitdaging de aanrijdtijd van het ambulancevervoer in de landelijke gebieden van de VRR te verbeteren. Op sommige plaatsen zaten we onder de 50 procent. Door de Rapid Responder hebben we het percentage van ambulances die op tijd komen met ruim 20 procent kunnen opvoeren.’
In een stad als Rotterdam is het vaak gemakkelijk om aan die tijdsnorm te voldoen: de door de ambulance af te leggen afstanden zijn doorgaans niet erg groot. Maar in meer landelijke en uitgestrekte gebieden, zoals Goeree-Overflakkee, is het veel moeilijker om die norm te halen. In 2011 nam de VRR op Goeree-Overflakkee een proef om de medische zorg sneller ter plaatste te krijgen. Door een ambulanceverpleegkundige in een personenauto, de ‘Rapid responder’, alvast vooruit te sturen bleek grote tijdwinst te behalen.
De Rapid Responder zorgt ervoor dat medische zorg in meer landelijke en uitgestrekte gebieden, zoals Goeree-Overfakkee, sneller ter plaatse is. Tijdens de pilot nam binnen de gestelde norm het percentage ‘op tijd’ toe met ruim 20%.
De ambulance-verpleegkundige in de Rapid Responder is in staat de patiënt te stabiliseren en de eerste noodzakelijke medische handelingen te verrichten, waarna de ambulance snel daarna volgt. De proef bleek een succes. Na vijf maanden werd al een aanzienlijke verbetering van de aanrijdtijden gemeten. Het percentage gevallen waarin de medische zorg door toedoen van de Rapid Responder binnen de gestelde norm arriveerde nam toe met ruim 20 procent. Elders in het gebied van de VRR is geëxperimenteerd met nieuwe zorgambulances. Deze nemen het dagelijkse ziekenvervoer van eenvoudig te vervoeren patiënten van en naar het ziekenhuis voor hun rekening. Doordat de reguliere ambulances deze taak minder hoeven uit te voeren zijn zij beter inzetbaar voor ongevallen en incidenten.
Pilot Rapid Responder
VRR jaaroverzicht 2011
11
Ambulance en brandweer vaker samen In Spijkenisse, Lansingerland en Capelle aan den IJssel is de ambulancedienst sinds 2011 samengebracht bij de brandweer. Dat betekent dat ambulances en brandweerwagens gezamenlijk in de kazerne staan. De samenwerking van ambulancedienst en brandweer is een van de punten die de VRR onderzoekt om de dienstverlening efficiënter te maken. Het project ‘Ambulancezorg op de Maasvlakte’ slaat twee vliegen in één klap. Het draagt er allereerst toe bij dat ambulances sneller op hun bestemming arriveren. Bij het project op de Maasvlakte werkt de AZRR samen met het Havenbedrijf Rotterdam en met de bedrijven op de Maasvlakte (CAMUA). Een vaste ambulance staat nu 24 uur per dag klaar om bij ongevallen op de Maasvlakte snel ter plaatse te kunnen zijn. De Gezamenlijke Brandweer op de Maasvlakte biedt in de kazerne aan de Coloradoweg onderdak aan de ambulance en aan het ambulancepersoneel. Zo is dit project ook een voorbeeld van samenwerking tussen brandweer en ambulancezorg. Ook op het gebied van opleidingen trekken ambulancedienst en brandweer binnen de VRR vaker samen op. Het ambulancepersoneel moet een goede opleiding hebben en het vakgebied ook goed bijhouden. Maar het aantal opleidingen is in Nederland dun gezaaid. De AZRR is bezig om het eigen regionaal opleidingscentrum (ROC) voor de ambulancedienst ingeschreven te krijgen als erkende opleiding bij de Nederlandse Vereniging van Verpleegkundigen en Verzorgenden. Bij het vormgeven van de opleiding ligt het voor de hand dat ook wordt gekeken hoe dit ROC kan samenwerken met de brandweeropleiding binnen de VRR.
Gezamenlijke huisvesting ambulance en brandweer in Lansingerland
VRR jaaroverzicht 2011
12
De Meldkamer Meldkamer is kloppend hart van de VRR Binnen de hulpverlening van de VRR geldt de Gemeenschappelijke Meldkamer in het World Port Center in Rotterdam als het kloppend hart. De meldkamer is het visitekaartje van de VRR, het punt waar de burger het eerste contact legt met de dienstverlening van de veiligheidsregio. Hier komen alle meldingen binnen voor politie, brandweer en ambulance en valt razendsnel de beslissing welke hulp nodig is. Bovendien moeten ook de hulpverleners zelf, onderweg of op straat, een beroep op de meldkamer kunnen doen voor verdere informatie of instructies.
Rein van Duijvenbode, directeur Gemeenschappelijke Meldkamer en Middelen.
‘Er komen per jaar heel veel meldingen bij de Gemeenschappelijke Meldkamer binnen, waarvan een groot aantal leidt tot inzet op straat. Het contact tussen de meldkamer en de burger moet daarom optimaal zijn. Dat kan door goede ict-techniek, maar ook door verdere professionalisering.’
In de Gemeenschappelijke Meldkamer werken drie verschillende disciplines samen, 24 uur per dag, zeven dagen in de week. Politie, brandweer en ambulancediensten zijn hier goed op elkaar ingespeeld, al valt de coördinatie altijd nog verder te verbeteren. De VRR blijft samen met de politie investeren in voortdurende professionalisering om de samenwerking tussen de disciplines nog soepeler te laten verlopen.
In de Gemeenschappelijke Meldkamer werken de drie verschillende disciplines samen, 24 uur per dag, zeven dagen in de week.
Belangrijk is ook dat degene die in de meldkamer een melding binnenkrijgt zo snel mogelijk een nauwkeurig beeld krijgt van wat er precies aan de hand is en wat de aard en de reikwijdte is van de melding. In nauwe samenwerking met vijf andere regio’s is in 2011 een project gestart om te komen tot een gestructureerd uitvraagprotocol voor de ambulancezorg. In de Gemeenschappelijke Meldkamer is het zelden rustig. In 2011 verwerkte de meldkamer 130.369 meldingen, die binnenkwamen op het nummer 112. Dat is een gemiddelde van bijna 360 meldingen per dag.
Samenwerking Meldkamer ZHZ en VRR
VRR jaaroverzicht 2011
13
Voorbereid op de toekomst Politie, brandweer en ambulancedienst werken nog niet zo lang samen in één Gemeenschappelijke Meldkamer. De samenwerking werd indertijd gezien als een grote vooruitgang, omdat het veel beter mogelijk was gezamenlijk actie te ondernemen en hulpverlening op elkaar af te stemmen. Op verschillende niveaus zijn er op dit gebied in 2011 nieuwe ontwikkelingen op gang gekomen. Op landelijk niveau is er het voornemen om tot een nationale politie te komen, wat grote gevolgen heeft voor de Gemeenschappelijke Meldkamer. Maar ook op regionaal niveau wordt gedacht aan verdere samenwerking. Zo is in 2011 de mogelijke samenwerking onderzocht tussen de meldkamers van de VRR en die van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. Al deze veranderingen hebben, als ze werkelijkheid worden, gevolgen voor de werkwijze van de meldkamer, voor de grootte daarvan en voor de technische faciliteiten waarvan de meldkamer gebruik maakt.
Techniek is één van de belangrijkste onderdelen van de meldkamer. Jaarlijks komen er vele duizenden meldingen binnen. Die moeten allemaal goed verwerkt worden.
Techniek is hoe dan ook een van de belangrijkste onderdelen van de meldkamer. De Gemeenschappelijke Meldkamer krijgt jaarlijks vele duizenden meldingen binnen, die allemaal goed verwerkt moeten worden. Informatiestromen moeten goed op elkaar zijn afgestemd en betrouwbare techniek is daarbij van levensbelang. Om in geval van grote incidenten het overzicht in de meldkamer te behouden is sinds 2011 een calamiteitencoördinator aanwezig. Deze coördinator ziet toe op de onderlinge informatie-uitwisseling en de afstemming van de uit te voeren acties. Nog afgezien van de grote kwaliteiten waarover de calamiteitencoördinator moet beschikken, geldt dat al degenen die in de meldkamer werkzaam zijn goed geschoold en opgeleid moeten zijn voor dit bijzondere werk.
Calamiteitencoördinator Meldkamer
VRR jaaroverzicht 2011
14
Risico- en Crisisbeheersing Wat is Risico- en Crisisbeheersing? Het gebied van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond is divers en uitgestrekt. Er wonen veel mensen en er vindt een groot aantal uiteenlopende activiteiten plaats. Er is een enorme verscheidenheid aan bedrijvigheid, grote vervoersstromen doorkruisen dagelijks het gebied, over land, over het water en door de lucht. Door die grote diversiteit van het gebied is de kans dat er een incident plaatsvindt groot. Daarom is het goed om van het complete gebied een nauwkeurig beeld te hebben van wat zich zoal kan voordoen. Binnen het gebied zijn behalve de VRR nog tal van andere instellingen bezig met het verbeteren van de veiligheid van de mensen die in het gebied wonen en werken. De directie Risico- en Crisisbeheersing houdt overzicht over al die verschillende processen en verbindt ze met elkaar. Het is de taak van de directie om in die belangrijke functie van ‘spin in het web’ de veiligheid binnen het gebied verder te vergroten door toezicht te houden op het veiligheidsbeleid en de rampenbestrijding en door te zorgen dat alle betrokkenen op hun rol zijn voorbereid, mocht zich iets voordoen. Dat gebeurt door mensen op te leiden en te trainen, maar ook door grootschalige oefeningen te houden, waaraan zoveel mogelijk partijen deelnemen die bij het waarborgen van de veiligheid in het gebied zijn betrokken. De directie Risico- en Crisisbeheersing heeft ook de leiding over de crisisteams die in actie komen wanneer zich een calamiteit voordoet en zorgt voor hun onderlinge samenwerking. Ook gaat de directie over de juiste afhandeling van informatiestromen wanneer er een crisis plaatsvindt. Veel van die taken van de directie zijn geregeld in de wet.
De VRR heeft een nauwkeurig beeld van het complete gebied nodig. En dat is niet eenvoudig. Er is namelijk een enorme verscheidenheid aan bevolkingspopulaties, bedrijvigheid en vervoersstromen over land, water en door de lucht. Op de foto een CoPI-oefening in beeld.
GVS-oefening
CoPI-oefening 4 keer een 2-daagse training
27 januari
GVS Schiedam
CoPI-oefening
26 en 27 oktober
3 februari
GVS Krimpen aan den IJssel
CoPI-oefeining
9 en 10 november
24 februari
GVS Spijkenisse
CoPI-oefening
23 en 24 november
23 maart
GVS Brielle
CoPI-oefening
7 en 8 december
24 maart
GVS Hellevoetsluis
12 mei
GVS Westvoorne
ROT-oefening 6 in totaal, 2 op een dag
16 juni
GVS Albrandswaard
20 april
ROT oefening
22 Juni
GVS Goeree-Overflakkee
4 mei
ROT oefening
22 juni
GVS Vlaardingen
25 mei
ROT oefening
28 juni
GVS Maassluis
29 juni
GVS Bernisse
GVS = Gemeentelijke Veiligheidsstaf
29 juni
GVS Lansingerland
CoPI = Coördinatie Plaats Incident
30 juni
GVS Capelle aan den IJssel
ROT = Regionaal Operationeel Team
12 september
GVS Barendrecht
15 september
GVS Ridderkerk
1 en 2 december GVS Rotterdam 13 december
GVS Krimpen ad IJssel
VRR jaaroverzicht 2011
15
Risicobeheersing Wanneer een gemeente een school wil bouwen naast een drukke spoorlijn is het de vraag of dat een goed idee is. Worden er gevaarlijke stoffen over de spoorlijn vervoerd? Hoe groot is de kans op een incident met zo’n goederentrein? Zijn de schoolkinderen in staat om tijdig het gebouw te verlaten, wanneer zich iets voordoet? In dit soort gevallen is het van belang een beeld te hebben van de risico’s die met het plan zijn gemoeid, voor al degenen die erbij zijn betrokken, van machinist tot en met schoolkinderen en omwonenden. Dit heet het groepsrisico. De gemeente Rotterdam heeft in 2011 een eigen groepsrisicobeleid vastgesteld. De VRR heeft hiervoor adviezen aangedragen. De VRR streeft ernaar om zo objectief en neutraal mogelijke adviezen te verschaffen, waardoor gemeenten een goede afweging kunnen maken om een project al of niet te laten doorgaan. Risicobeheersing is het zoveel mogelijk beperken van risico’s voordat een incident plaatsvindt. Binnen de VRR spreekt men over het voorkomen, beperken en bestrijden van inbreuken op de veiligheid van de mens en zijn omgeving op het gebied van (geneeskundige) hulpverlening, brand, explosie, gevaarlijke stoffen, natuurgeweld en infrastructuur. Het veiliger maken van de omgeving is een belangrijke taak van de VRR. Dit doet zij door vooraf een inschatting van de risico’s te maken en daarna een advies te geven over de inrichting van de omgeving. Denk hierbij aan de inrichting van een gebied, grote infrastructurele projecten, van gebouwen, van fabrieken maar ook aan voorzorgsmaatregelen bij evenementen. Voor het maken van beleid is kennis van deze risico’s nodig. Daarom heeft de VRR een Regionaal Risicoprofiel opgesteld. In dit risicoprofiel staat precies wat zich in het gebied van de VRR aan incidenten en calamiteiten kan voordoen. Het nieuwe profiel is in nauwe samenwerking met gemeentelijke diensten en vaste partners van de VRR gemaakt. Een ander aandachtspunt van de VRR is advies geven over de veiligheid van grote infrastructurele projecten zoals tunnels en de Tweede Maasvlakte. Daar valt ook het toezicht houden op de brandveiligheid
Er komt een Regionaal Evenementenbureau, dat naleving van de criteria en veiligheidsvoorschriften van evenementen gaat waarborgen. Daarbij wordt gebruikgemaakt van de Regionale Veiligheidswijzer Evenementen.
van gebouwen en objecten onder. Vooraf geeft de VRR advies over de bouw en het brandveilig gebruik van het gebouw. Tijdens en na de bouwfase controleert zij of de afspraken over brandveiligheid worden nagekomen. Bij evenementen komen veel mensen bij elkaar op een relatief klein oppervlak. De kans dat zich tijdens zo’n samenscholing van mensen iets onverwachts voordoet is aanwezig. Met het oog daarop is in april 2011 de Regionale Veiligheidswijzer Evenementen vastgesteld. Daarin staat aan welke criteria en veiligheidsvoorschriften evenementen moeten voldoen om de veiligheid van alle aanwezigen te waarborgen. Ook zijn in 2011 samen met de politie voorbereidingen getroffen om een Regionaal Evenementenbureau te starten dat op de veiligheid toeziet.
Interactieve workshop Brandveiligheid
VRR jaaroverzicht 2011
16
Informatiemanagement Als er iets belangrijk is bij risico- en crisisbeheersing, dan is het wel informatie. Informatie komt langs vele kanalen tot ons. Die kanalen moeten in elk geval goed functioneren om optimaal werk te kunnen afleveren, of het nu telefoonverbindingen, internetverbindingen of radio- en televisiesignalen zijn. In 2011 heeft de afdeling Informatiemanagement van de VRR een begin gemaakt met een meer bijdetijds beleid om informatie te beveiligen. Het gaat er dan vooral om belangrijke informatie binnen de VRR te beschermen en beschikbaar te houden. Daarnaast is er een project van start gegaan om verschillende informatiestromen binnen de VRR beter op elkaar af te stemmen om te voorkomen dat deze voor andere afdelingen ontoegankelijk is of versnipperd raakt. De Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) houdt op landelijk niveau gegevens bij over alle adressen en gebouwen in de verschillende gemeenten. Voor de VRR is aansluiting op dit systeem van groot belang om snel informatie te kunnen inwinnen, wanneer zich ergens een incident voordoet. Een andere bron van belangrijke gegevens bestaat uit geografische informatie van het VRR-gebied. De VRR beschikt over een ‘geopakhuis’, waarin al deze informatie beschikbaar is. De geo-informatie helpt de VRR adequaat op te treden tijdens een incident of crisis. Zowel in de voorbereiding als tijdens een crisis wordt door de VRR kaartmateriaal gebruikt voor bereikbaarheidsinformatie, routenavigatie, communicatie en voor het maken van analyses. Veel informatie binnen organisaties bestaat uit geo-informatie. Denk hierbij aan adressen, geografische gebieden, locaties van voorzieningen als brandkranen of bewonersaantallen per postcodegebied. Het voordeel van het VRR geopakhuis is dat bij de voorbereiding of tijdens een crisis iedereen met dezelfde informatie werkt.
Geo-informatie helpt de VRR adequaat te reageren tijdens een incident of crisis. Veel informatie binnen organisaties bestaat uit geo-informatie. Denk hierbij aan adressen, geografische gebieden, locaties van voorzieningen als brandkranen of bewonersaantallen per postcodegebied.
VRR jaaroverzicht 2011
17
Crisisbeheersing Zorgen dat iedereen is voorbereid op een crisis kost veel inspanning. Sinds 2009 werkt de VRR met een Regionaal Crisisplan, dat steeds verder is uitgewerkt op basis van nieuwe kennis en ervaring. Ook in 2011 is er aan de verdere verbetering van het plan gewerkt, onder meer door de informatievoorziening tijdens een crisis tussen de gemeentelijke veiligheidsstaf en het Regionaal Operationeel Team (ROT) te stroomlijnen. In het ROT zitten functionarissen van hulpdiensten die op afstand leiding kunnen geven aan hun operationele teams. De VRR houdt zich bij een crisis aan de Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP). Deze procedure verloopt in verschillende fases, al naar gelang de ernst en de omvang van de crisis. Zo staat GRIP 1 voor een incident van beperkte omvang, terwijl GRIP 4 een incident aanduidt dat de grenzen van de gemeente of zelfs regio overstijgt en waarbij de eerste levensbehoeften in gevaar zijn. In 2011 vond er in het gebied van de VRR een recordaantal GRIPincidenten plaats. Niet minder dan 37 maal werd de GRIP-aanduiding gehanteerd. De meeste keren was dat bij incidenten van het kaliber GRIP 1. Slechts één keer kwam GRIP 4 voor: dit was toen op 27 juli een storing in het KPN-netwerk het telefoonverkeer platlegde en er ook geen ict-verkeer meer mogelijk was. Zes keer was er een incident met de aanduiding GRIP 2. De bekendste daarvan vond plaats op 5 januari: de brand op het industrieterrein Moerdijk. Deze brand vond niet plaats in het gebied van de VRR, maar door de nabijheid van het VRR-gebied was zij er wel bij betrokken. De brand in Moerdijk heeft geleid tot een convenant tussen vier veiligheidsregio’s, waaronder de VRR, om beter met elkaar samen te werken en elkaar beter te kunnen bereiken. Tijdens deze brand werd ook de noodzaak van het Landelijk Crisismanagement Systeem (LCMS) duidelijk, waarin ‘netcentrisch’ wordt gewerkt: benodigde informatie komt tijdens een incident onmiddellijk beschikbaar, zonder dat hiërarchische structuren binnen organisaties die in de weg staan.
Het Regionaal Operationeel Team (ROT) in actie tijdens een oefening. In het ROT hebben functionarissen van hulpdiensten zitting, die op afstand leiding kunnen geven aan hun operationele teams.
ROT en oefening BRW Noord ROT uit Corporate movie VRR jaaroverzicht 2011
18
Snellere en meer eenduidige communicatie De brand die begin 2011 woedde bij een chemisch bedrijf op het industrieterrein Moerdijk had grote gevolgen voor de communicatie bij de VRR. De kritiek die na de brand loskwam hield vooral in dat de communicatie niet snel genoeg plaatsvond en te divers was. Hoewel de brand niet in het gebied van de VRR woedde, trok de veiligheidsregio er toch lessen uit. Het streven communicatie in crisissituaties sneller te laten verlopen en een eenduidige boodschap uit te sturen kwam hoog in het vaandel te staan. Daarbij was de samenwerking met de politie van groot belang.
Jolanda Trijselaar, directie Risico- en Crisisbeheersing en GHOR.
‘De VRR is testregio geweest voor NLAlert, een nieuw systeem om mensen te waarschuwen voor gevaar. De test was een groot succes.’
Het communicatieteam van de VRR is voortdurend bezig de eigen middelen te herijken en te onderzoeken hoe berichtgeving bij calamiteiten sneller, efficiënter en nog betrouwbaarder kan. Daarom is ook geïnvesteerd in samenwerking met andere hulpdiensten. Een regionale werkgroep die zich met crisiscommunicatie bezighoudt, kwam in 2011 vier keer bijeen. In de zomer van 2011 is een proef genomen met NL Alert, een alarmeringssysteem dat werkt als aanvulling op de gebruikelijke alarmering van de bevolking door sirenes. NL Alert stuurt bij een grote calamiteit een bericht uit van niet meer dan 93 lettertekens, dat mensen op hun smartphones kunnen ontvangen. De VRR was testregio voor NL Alert. Het systeem past in het project RijnmondVeilig, dat ook in 2011 van start is gegaan: bewoners van het Rijnmondgebied kunnen zich op de website www.RijnmondVeilig.nl aanmelden en krijgen wanneer zich een groot incident voordoet een alarmering toegestuurd op hun computer of telefoon. Gebruik wordt gemaakt van e-mail, sms en sociale media. Door de brand in Moerdijk en de gevolgen die dat incident had is in 2011 binnen de VRR de bewustwording van het belang van crisiscommunicatie toegenomen. Oefeningen en nieuw beleid laten zien dat crisiscommunicatie serieus wordt genomen en een noodzakelijk bestanddeel is van de dienstverlening tijdens een grote calamiteit.
Bewoners van het Rijnmondgebied kunnen zich op de website www.rijnmondVeilig.nl aanmelden. Als zich een incident voordoet in het Rijnmondgebied worden mensen die zich aangemeld hebben, via e-mail, sms of sociale media op de hoogte gehouden van het verloop en de ernst van het incident.
Lancering website Rijnmondveilig.nl op Wereldhavendagen
Promotiefilm website Rijnmondveilig.nl VRR jaaroverzicht 2011
19
Industriële veiligheid Industriële veiligheid In juni 2011 verwelkomde de Rotterdamse haven de eerste tanker met Liquefied Natural Gas (LNG), ijskoud vloeibaar aardgas, dat veel minder ruimte in beslag neemt dan normaal aardgas. Op de Maasvlakte bestaat sinds kort een speciale terminal waar LNG-schepen kunnen afmeren en waar het vloeibare gas kan worden opgeslagen. Enkele dagen voordat koningin Beatrix deze terminal officieel opende, vond er een incident plaats op een van de aanlegsteigers. Een beperkte hoeveelheid gas ontsnapte. Hoewel er geen gevaar was voor de volksgezondheid, maakt het incident wel duidelijk hoe belangrijk veiligheid van bedrijven in het gebied van de VRR is. Een nieuw product als LNG en een nieuw soort terminal stellen weer andere eisen aan veiligheid dan de reguliere brandstoffen en terminals. De afdeling Industriële Veiligheid van de VRR ziet er op toe dat er bij bedrijven veilig wordt gewerkt en dat aan alle voorschriften wordt voldaan. Jolanda Trijselaar, directie Risico- en Crisisbeheersing en GHOR.
‘Industriële veiligheid behoort tot de core-business van de VRR. Op grond van de Wet Veiligheidsregio’s is uitgebreid onderzoek gedaan naar de bedrijfsbrandweeraanwijzingen. Het bleek dat daar het een en ander aan schortte.’
De VRR voert regelmatig inspecties uit bij bedrijven, in nauwe samenwerking met de milieudienst DCMR en de arbeidsinspectie van de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Per jaar bezoekt de VRR ongeveer honderd bedrijven. De gedegen inspectie wordt doorgaans uitgevoerd door een team van zes of zeven man. In 2011 wezen landelijke inspecties op grond van de Wet veiligheidsregio’s onder meer uit dat er nog wel eens wat schortte aan de opzet van bedrijfsbrandweerkorpsen. Volgens deze wet zijn de veiligheidsregio’s verantwoordelijk voor de aanwijzing van bedrijfsbrandweerkorpsen en beslissen zij of een bedrijf al of niet een eigen brandweer nodig heeft. De afdeling Industriële Veiligheid houdt zich verder vooral bezig met het geven van adviezen bij bouwplannen en milieuvergunningen.
De LNG-terminal stelde andere eisen aan veiligheid dan de reguliere brandstoffen en terminals. De afdeling Industriële Veiligheid van de VRR ziet toe op het naleven van de voorschriften.
VRR jaaroverzicht 2011
20
GHOR Wat is de GHOR? Binnen de directie Risico- en Crisisbeheersing neemt de Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio (GHOR) een aparte plaats in. Deze afdeling zorgt voor regie, coördinatie en aansturing van alle geneeskundige hulpverlening bij grote incidenten en de voorbereiding daarop. Ook adviseert de GHOR overheden op het gebied van geneeskundige hulpverlening, maar ook bij het verlenen van vergunningen voor evenementen, bij bestrijding van incidenten met gevaarlijke stoffen en bij vraagstukken op het gebied van ruimtelijke ordening, zoals de aanleg van tunnels. Wanneer zich iets voordoet heeft de GHOR de leiding over de geneeskundige hulpverlening. Door opleiding, training, oefening en voorbereiding kunnen de ongeveer 350 medewerkers van de GHOR in crisissituaties vanuit hun reguliere werk onmiddellijk in actie komen. De GHOR werkt op het snijvlak tussen openbaar bestuur, geneeskundige hulpverlening en de veiligheidsregio. Ze houdt zich bezig met spoedeisende medische hulpverlening en psychosociale hulpverlening tijdens grootschalige calamiteiten, maar ook met preventieve openbare gezondheidszorg.
De GHOR is er op gericht om zorginstellingen en iedereen die in de regionale gezondheidszorg werkt zo goed mogelijk voor te bereiden op goede hulpverlening tijdens grootschalige incidenten.
Het werk van de GHOR is er op gericht om zorginstellingen en iedereen die in de regionale gezondheidszorg werkt zo goed mogelijk voor te bereiden op goede hulpverlening tijdens grootschalige incidenten. Zo is het mogelijk om, wanneer dat nodig is, aan burgers, maar ook aan andere hulpverleners, gepaste zorg te verlenen. Een voorbeeld is de relatie die de GHOR onderhoudt met de GGD Rotterdam-Rijnmond en ziekenhuizen over het opstellen van een GGD Rampenopvangplan (GROP). De GGD heeft bij calamiteiten verschillende taken. De dienst moet daartoe wel zijn toegerust en daarop zijn voorbereid. De GHOR helpt daarbij. Ook met andere regionale instellingen als GHOR Zuid-Holland Zuid en GHOR Zeeland vindt regelmatig overleg plaats om de daadkracht verder te vergroten. Voorbereiding/begeleiding GHOR bij grote evenementen
VRR jaaroverzicht 2011
21
2011: een jaar vol incidenten Voor de GHOR was 2011 een jaar met veel incidenten. Maar liefst 37 incidenten vielen in een van de vier schalen van de Gecoördineerde Regionale Incidenten Procedure (GRIP). In honderd gevallen moesten officieren van dienst ter plekke zijn. Zulke grote incidenten leggen veel beslag op het beschikbare personeel: wanneer personeel bij een incident moet zijn, kan het zijn reguliere werk niet doen. Dat heeft gevolgen voor de GHOR, maar ook voor vrijwel alle andere afdelingen binnen de VRR. Voor het personeel is het van het grootste belang om te weten wat het moet doen, wanneer zich een groot incident voordoet. Daarom zijn oefeningen en trainingen noodzakelijk: ze moeten iedereen scherp houden en van de laatste ontwikkelingen in het vakgebied op de hoogte brengen. De GHOR van de VRR neemt deel in de werkgroep OTO, een afkorting die staat voor Opleiden, Trainen en Oefenen. Het gebied van de VRR telt een aantal ondergrondse oeververbindingen, zoals de Rotterdamse Maastunnel, de Beneluxtunnel en de Thomassentunnel. Tunnels vormen een extra risico, omdat ze ondergronds zijn gelegen, de ruimte erin beperkt is en zich vaak veel niveauverschil voordoet. Omdat het ontbrekende stuk van rijksweg A4 door Midden-Delfland werkelijkheid wordt en deze weg deels een verdiepte ligging krijgt en deels door een tunnel loopt, is de GHOR van de VRR met de GHOR Haaglanden om de tafel gaan zitten om te zien hoe de veiligheid is te verhogen. Voor de GHOR is het van groot belang dat al in de planfase maatregelen worden ingebouwd om de veiligheid in tunnels te vergroten. Dan gaat het bijvoorbeeld over welke technische voorzieningen in tunnels worden toegepast, welke aanrijdroutes mogelijk zijn in geval van een calamiteit en waar gewonden zijn op te vangen. Over hoe hulpdiensten in een tunnel moeten handelen wanneer zich daar een incident voordoet heeft de GHOR in 2011 een informatieve DVD gemaakt.
Tunnels vormen een extra risico, omdat ze ondergronds zijn gelegen, de ruimte erin beperkt is en zich vaak veel niveauverschil voordoet. Over hoe hulpdiensten in een tunnel moeten handelen bij een incident, heeft de GHOR in 2011 een informatieve DVD gemaakt.
VRR jaaroverzicht 2011
22
Registratie van slachtoffers Wanneer zich een grootschalig incident voordoet in de regio waarbij veel slachtoffers zijn betrokken, dan is het vaak heel moeilijk een beeld te krijgen hoeveel gewonden er precies zijn. De registratie van gewonden sloot niet aan bij de dagelijkse praktijk van het ambulancepersoneel, waardoor het lastig was een goede telling te maken, terwijl het noodzaak is dat slachtoffers snel worden geregistreerd. Daarom heeft de GHOR in 2011 samen met de Ambulancezorg Rotterdam-Rijnmond en de Gemeenschappelijke Meldkamer een systeem laten ontwikkelen om deze registratie van gewonden snel te kunnen uitvoeren. Dit systeem sluit goed aan bij de dagelijkse routine van het ambulancepersoneel. Daarnaast is het personeel van ambulances en meldkamer in 2011 getraind om de juiste procedures tijdens een calamiteit uit te voeren. Ongeveer 300 mensen hebben deze training gekregen. De GHOR heeft in 2011 ook geadviseerd over grootschalige publieksevenementen. Grote evenementen zijn in principe bedoeld als feest, maar door allerlei omstandigheden kunnen ze opeens omslaan in een ramp. Daarom is het van belang veiligheden in te bouwen waaraan de evenementen moeten voldoen. De GHOR adviseert hierin waar het om de gezondheidsaspecten gaat.
Grote evenementen als het Zomercarnaval zijn bedoeld als feest, maar kunnen opeens omslaan in een ramp. Daarom is het van belang veiligheden in te bouwen waaraan de evenementen moeten voldoen. De GHOR adviseert hierin waar het om de gezondheidsaspecten gaat.
Training procedure 1e ambulance Oefening Erasmus MC inclusief slachtofferregistratie VRR jaaroverzicht 2011
23
Middelen Middelen: nadruk op eenduidigheid
Op weg naar slimmere huisvesting
De directie Middelen bestaat sinds 2011 uit de afdelingen Facilitair Bedrijf (FB), Personeel en Organisatie (P&O), Audit en Control (A&O) en de Centrale Financiële Administratie (CFA). Het woord eenduidigheid stond in 2011 voor deze directie centraal. Sinds het ontstaan van de VRR in 2006 was er sprake van een heel palet aan bedrijfsvoerende afdelingen door de verschillen tussen de aangesloten gemeenten en korpsen. Dat werkte niet erg doelmatig: veel tijd en energie gingen in die ingewikkelde constructie verloren.
Bij de oprichting van de VRR in 2006 heeft de VRR alle bestaande gebouwen van brandweer en ambulance overgenomen. Naast het hoofdkantoor in het World Port Center in Rotterdam, beschikt de VRR over een groot aantal brandweerkazernes, kantoren, ambulanceposten en ander onroerend goed in het gebied. De vraag is of al die huisvesting, resultaat van de eenwording van de VRR, wel zo efficiënt is en of het mogelijk is tot een slimmere verdeling van het vastgoed te komen.
Er is veel inspanning gestoken in het stroomlijnen van de verschillende onderdelen tot de vier afdelingen die de directie nu telt. Dat is onder meer gedaan door afdelingen bij elkaar te plaatsen en mensen die hetzelfde werk deden dichter bij elkaar te brengen. Zo zijn de werkzaamheden overzichtelijker, zowel voor degenen binnen de VRR als voor degenen die met de VRR hebben te maken. Bovendien verbetert door die eenduidigheid de kwaliteit van de geleverde diensten. Projectleiders zijn in 2011 aangesteld om de afdelingen verder te organiseren en hun slagkracht nog beter te maken.
Met een schone kaart beginnen en daarop de beste locaties aanwijzen om kazernes en kantoren te bouwen is natuurlijk het gemakkelijkst, maar praktisch onmogelijk. Daarom werkt de VRR aan een ‘strategisch huisvestingsplan’, dat een juiste balans moet brengen in de talrijke vastgoedobjecten waarover de VRR beschikt. Belangrijke vragen die in het strategisch huisvestingsplan spelen zijn: welk vastgoed kan worden afgestoten, waar zijn nieuwe voorzieningen nodig en waarmee moet bij de huisvesting van VRR-onderdelen vooral rekening worden gehouden.
Tegelijk is er in het jaar 2011 fors bezuinigd en kregen, door de aanbevelingen uit het onderzoek te volgen, soms andere punten aandacht dan aanvankelijk de bedoeling was. Ook in het doorvoeren van de bezuinigingen en ombuigingen is gedurende het gehele jaar veel energie gestoken. De meest ingrijpende bezuiniging vond plaats door het werk met minder mensen uit te voeren. Bovendien heeft de VRR er op gelet diensten en producten scherper in te kopen.
De discussie over het strategisch huisvestingsplan is in 2011 voortgezet. De besprekingen hebben geleid tot drie verschillende varianten. Wanneer precies is uitgezocht wat van elk van die varianten de financiële gevolgen zullen zijn, is de tijd daar dat het algemeen bestuur zich erover buigt en een beslissing neemt. Een voorbeeld van nieuwe huisvesting van de VRR is te vinden in Barendrecht. Daar is in 2011 hard gewerkt aan de voorbereidingen voor de bouw van een nieuwe kazerne aan de Dr. Kuijperstraat. Bijzonder is dat de kazerne energieneutraal is. Dat is te bereiken door het toepassen van speciaal isolatiemateriaal en het gebruik van warmteen koudeopslag diep in de grond om het gebouw te verwarmen of te verkoelen en door het plaatsen van zonnepanelen op het dak. Regenwater wordt opgevangen en gebruikt als bluswater, om de voertuigen schoon te maken en de toiletten door te spoelen.
VRR jaaroverzicht 2011
24
Financieel jaarverslag 2011 Programmarekening 2011 per kostensoort Gewone dienst - Lasten ( bedragen x € 1.000,- )
Gewone dienst - Baten Begroting 2011
Realisatie 2011
Realisatie 2010
Omschrijving Personeel Huisvesting
( bedragen x € 1.000,- )
Begroting 2011
Realisatie 2011
Realisatie 2010
Omschrijving 90.929
91.383
93.501
Gemeenten (inwonersbijdrage)
9.872
9.213
10.579
Bijdrage Basisbrandweerzorg en DVO+
9.075
9.076
9.539
75.707
77.615
79.113
Middelen
11.552
12.238
13.601
Overdrachten Rijk (BDUR)
6.940
6.506
5.434
Overige kosten
14.902
16.036
13.581
Ambulance vervoerders
4.005
4.010
2.153
1.403
1.282
1.454
0
0
669
Financieringsfunctie Dotaties voorzieningen
Subtotaal
128.657
Resultaat vóór bestemming 128.657
130.152
133.385
963
1.041
131.115
134.426
22.673
21.230
25.986
Diverse opbrengsten
Zorgverzekeraars
8.700
12.204
11.923
Financieringsfunctie
250
473
278
127.350
131.115
134.426
131.115
134.426
Subtotaal Resultaat vóór bestemming
1.307 128.657
VRR jaaroverzicht 2011
25
Programmarekening 2011 per programma 2011 ( bedragen * € 1.000,- )
Begrotingsjaar ná wijziging Baten
Lasten
Saldo
Realisatie begrotingsjaar Baten
Lasten
Begrotingsafwijking Saldo
Baten
Lasten
Saldo
Programma’s A&G
26.306
25.955
351
27.700
26.300
1.400
1.394
-346
1.049
RBRR
81.964
79.310
2.654
84.151
81.757
2.394
2.187
-2.447
-260
GMK
11.183
11.429
-246
11.334
11.091
242
151
338
489
SRC
3.621
3.642
-21
3.656
3.363
292
35
278
313
Bedrijfsvoering
4.027
6.918
-2.891
3.802
6.358
-2.557
-226
560
334
127.100
127.254
-153
130.642
128.870
1.771
3.541
-1.617
1.925
250
1.403
-1.153
473
1.282
-808
223
122
345
250
1.403
-1.153
473
1.282
-808
223
122
345
127.350
128.657
-1.307
131.115
130.152
963
3.764
-1.495
2.270
-1.402
-1.402
-3.034
-3.034
1.632
1.632
127.255
-2.709
127.118
-2.071
137
3.902
Subtotaal
Algemene dekkingsmiddelen Lokale heffingen Algemene uitkeringen Dividend Saldo Financieringsfunctie Saldo compensabele BTW Uitkering BTW compensatiefonds Subtotaal Onvoorzien Resultaat vóór bestemming Mutaties reserves Resultaat ná bestemming
127.350
131.115
3.764
VRR jaaroverzicht 2011
26
Sociaal Jaarverslag Personeelsbeleid: vakmanschap, ruimte en rekenschap Het personeel van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond moet voldoen aan hoge eisen. Vakmanschap, ruimte en rekenschap zijn de speerpunten waarop het personeelsbeleid is gericht. Daarnaast is het zaak dat goed gekwalificeerd personeel beschikbaar is om de doelstellingen van de VRR te bereiken. Om te garanderen dat de juiste medewerkers op de juiste momenten op de juiste plaats in de organisatie aanwezig zijn, doet de VRR er alles aan om instroom, doorstroom en behoud van medewerkers verder te bevorderen. Belangrijk is om in de gaten te houden wat de medewerkers vinden van het werk dat zij doen. Daarom wordt elke twee of drie jaar een ‘medewerkersbelevingsonderzoek’ (MBO) gehouden. Door dit onderzoek regelmatig te houden, is vast te stellen wat er zoal is verbeterd en wat nog beter kan. De VRR hecht er sterk aan dat haar personeel zich verder kan ontwikkelen. Met het oog daarop stimuleert de VRR om voor al het personeel individuele opleidingsplannen of persoonlijke ontwikkelingsplannen op te stellen. Ook wordt zorgvuldig in de gaten gehouden welke medewerkers zich verder willen bekwamen in managementfuncties. Opleiding en coaching zijn belangrijke elementen binnen die doorstroming van medewerkers. Zelfs in tijden van crisis is het goed om geld te blijven uitgeven aan ontwikkeling, coaching en talentmanagement, omdat dit een zinvolle investering is in de toekomst van de organisatie.
De VRR hecht er sterk aan dat haar personeel zich verder kan ontwikkelen. Opleiding en coaching zijn belangrijke elementen binnen de doorstroming van medewerkers, een zinvolle investering in de toekomst van de organisatie.
In 2011 is het ‘functiehuis’ verder uitgewerkt. Dat houdt in dat alle functies binnen de VRR zorgvuldig zijn omschreven en gewaardeerd. Bedenkingen en bezwaren tegen sommige van die omschrijvingen zijn afgehandeld. De Bedenkingencommissie Functiewaardering nodigde zes maal medewerkers of delegaties van medewerkers uit om over de beschrijving en waardering van hun functies verder te praten.
VRR jaaroverzicht 2011
27
VRR-uitgangspunt: ‘Fluitend naar het werk’ Stilstand is achteruitgang, wordt vaak gezegd. Ook binnen het personeelsbeleid is de VRR daarom voortdurend bezig met de toekomst. Goede werkomstandigheden en een aangenaam werkklimaat dragen bij aan de kwaliteit van de dienstverlening van de VRR, nu en in de toekomst. Dat betekent ook dat iedereen binnen de VRR, medewerkers en leidinggevenden, de kans moet krijgen zich verder te ontwikkelen en zijn talent verder te kunnen ontplooien. Leidinggevenden stimuleren hun medewerkers daarom zoveel mogelijk. Ze maken resultaatafspraken en coachen de medewerkers om die te kunnen bereiken. Dat is vooral een kwestie van ruimte geven, delegeren en loslaten.
Arjen Littooij, algemeen directeur.
‘Ik constateerde dat er nog wel iets te doen is aan achterstallig onderhoud als het gaat om tevredenheid binnen de eigen organisatie. Investeren in cultuur en mensen zie ik als opdracht aan mezelf.’
Bevlogen, betrokken, deskundige en ondernemende medewerkers zorgen ervoor dat de VRR optimaal functioneert. De kwaliteit die zij in hun dienstverlening willen leveren is hun belangrijkste oogmerk, maar ze zijn zich er volop van bewust dat daarbij de burger altijd centraal staat. Om die kwaliteit nog verder te verbeteren zijn goede arbeidsomstandigheden en voldoende loopbaanmogelijkheden essentieel. Uitgangspunt voor de komende periode is dat medewerkers van de VRR ‘fluitend naar het werk’ gaan. Dat is geen teken van nonchalance of ingesleten routine, maar juist van grote betrokkenheid en de enthousiaste wil er het beste van te maken. ‘Fluitend naar het werk’ betekent ook dat er een klimaat bestaat, waarin medewerkers vrijuit kritisch kunnen zijn en mee kunnen denken over verbeteringen. Om verder door te groeien in hun werk, krijgen medewerkers en leidinggevenden kansen zich persoonlijk en professioneel verder te ontwikkelen. De VRR biedt haar medewerkers die kansen, zodat zij mee kunnen groeien met het werk wat zij doen en zich kunnen ontwikkelen naar een volgende baan en een nieuwe stap in hun carrière.
VRR jaaroverzicht 2011
28
Integriteit van medewerkers centraal
Arbeidsverzuim voorkomen
Integriteit is een van de belangrijkste waarden binnen de VRR. Nieuwe medewerkers van de VRR leggen na hun indiensttreding de eed of belofte af. Dit gebeurt tijdens een speciale bijeenkomst waarbij het thema integriteit centraal staat. In 2011 zijn extra bijeenkomsten gehouden om medewerkers die de ambtseed nog niet hadden afgelegd daartoe alsnog in de gelegenheid te stellen. In 2011 was voor het eerst een integriteitsfunctionaris bij de VRR werkzaam, evenals twee vertrouwenspersonen. Binnen de organisatie is uitvoerig aandacht besteed aan integriteit. Ook is een aantal voorstelronden en workshops over integriteit gehouden.
Het management van de VRR heeft onder meer als taak een goede werkgever voor zijn personeel te zijn. Dat houdt in dat het ervoor moet zorgen dat de arbeidsomstandigheden voor het personeel zo goed mogelijk zijn en dat arbeidsverzuim en arbeidsongeschiktheid tot een minimum worden beperkt.
De beide vertrouwenspersonen behandelen alle integriteitsmeldingen volgens het protocol ‘Regeling melden integriteitschendingen’ van de gemeente Rotterdam. Een integriteitsmelding begint met een gesprek met een van de vertrouwenspersonen. De algemeen directeur beslist op grond van het gespreksverslag of er een onderzoek komt om vast te stellen of er inderdaad sprake is van integriteitsschending. Indien de feiten daartoe aanleiding geven kan de algemeen directeur een disciplinaire maatregel opleggen. De vertrouwenspersonen voerden in 2011 met 25 medewerkers meerdere gesprekken over een (vermoedelijke) integriteitsschending of ongewenst gedrag op het werk. Van deze gesprekken hebben zes gesprekken geleid tot een melding bij de algemeen directeur. Met veertien personen zijn gesprekken gevoerd, waarbij advies is gegeven over integriteitvraagstukken en ongewenste omgangsvormen. Twee meldingen betroffen een klacht van een burger. Geen van de meldingen heeft geleid tot een maatregel. Wel zijn bepaalde processen opnieuw onder de loep genomen en kreeg het management adviezen om processen aan te passen.
In 2011 is er verandering gekomen in de wijze waarop verzuim van personeelsleden wordt begeleid. Door in zee te gaan met een andere Arbo-dienst en bij verzuim de nadruk te leggen op de eigen regie van medewerkers én leidinggevenden heeft het streven naar het herintreden van de medewerker bij verzuimbegeleiding meer prioriteit gekregen dan voorheen het geval was: vanaf het eerste moment van ziekteverzuim zijn leidinggevende en werknemer in gesprek over de oplossing van problemen waardoor het ziekteverzuim is ontstaan. Een plan van aanpak is erop gericht de werknemer zo snel mogelijk weer terug te laten keren in het arbeidsproces. Op grond van bestaande wet- en regelgeving houdt de VRR zich aan een zogenoemd ‘verzuimprotocol’. Het doel daarvan is drieledig. Het is er in de eerste plaats op gericht onnodig arbeidsverzuim zoveel mogelijk te voorkomen. Het beoogt de problemen die aan het arbeidsverzuim ten grondslag liggen uit de wereld te helpen. En, als derde, moet het protocol mogelijke schade aan mens en organisatie zoveel mogelijk zien te verminderen. Naast de Arbo-dienst MaetisArdyn doet de VRR ook een beroep op andere deskundigen om medewerkers gezond aan het werk te houden of weer gezond in het arbeidsproces te kunnen opnemen.
VRR jaaroverzicht 2011
29
De mensen van de VRR Soort dienstverband 2011
Man/vrouw verhouding 2011 1200
vaste aanstelling tijdelijke aanstelling
1000
mannen vrouwen
Leeftijdsopbouw 400 350
1000
800
300 250
800
600
200 600
150
400
100 400
200
50
808 944
77
839
97
221
25 192
910
200 213 or
R
45-54
55-65
medewerkers in dienst 2010 vrijwilligers 2010
g
s w
bu
ill
la
ig
nc
er
ps ro e Be
35-44
or
VR
R VR
m A ps ro e
Be
ro e
ps
A
Vr ij
Be
25-34
m
la bu
R
nc
s er ig ill w Vr ij
54
26
0
15-24
medewerkers in dienst 2011 vrijwilligers 2011
ez
ez
VR
R VR ps ro e Be
g
0
0
Verdeling naar functiegroepen FSK 1-4
FSK 5-9
FSK 10-13
FSK 14-16
FSK 17-19
2010
5
896
354
29
3
2011
5
885
351
24
2
Ziekteverzuim Totaal
Kort 1 t/m 7 dgn
Middellang 8 t/m 42 dgn
Lang >42 dgn
2010
4,44%
0,93%
1,34%
2,16%
2011
5,82%
0,86%
1,71%
3,25%
VRR jaaroverzicht 2011
30
Colofon Dit is een uitgave van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Copyrights VRR 2012 Hoofdredactie drs. M.E.M. (Maurice) Lenferink Eindredactie Astrid Mulder Redactie Michiel Houdijk Tekst Ben Maandag Coördinatie en vormgeving Trichis Communicatie & Ontwerp Fotografie cover Maarten van de Voorde Fotografie Maarten van de Voorde Rotterdam Image Bank (Marc Heeman, e.a.) Contact Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Postbus 9154 3007 AD ROTTERDAM
[email protected] Telefoon (010) 446 83 28
Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond