VRAAG EN ANTWOORD (Q en A) Natuurverbinding Hoorneboeg, Versie 18 maart 2016 1. Waarom is dit project nodig? De ontwikkeling van een open heidelandschap betekent meer leefgebied en betere kansen voor dieren van het heidelandschap. Deze voornamelijk warmteminnende soorten gedijen niet in de koele bossen. Het gereed komen van de natuurbruggen over de A27, spoorlijn en de Utrechtse weg biedt de gelegenheid de twee nog bestaande heidegebieden via de natuurverbinding met elkaar te verbinden. Het gebied kent een rijke cultuurhistorie. Door het landschap open te maken komen oude beukenlanen, eiken op grenswallen en monumentale bomen weer tot hun recht. Het beoogde resultaat: meer kansen voor dieren van het heidelandschap, beter zichtbare cultuurhistorische elementen en een aantrekkelijk gebied om te wandelen, fietsen, paard te rijden en van de natuur te genieten. Natuur, historie en recreatie komen zo samen. 2. Hoeveel kost het project? De totale projectkosten zijn geraamd op ruim € 2 mln. Deze kosten worden niet uit de exploitatie van GNR betaald maar uit speciale projectbijdrage van Provincie NoordHolland en uit de verkoop van hout wat uit het gebied wordt gehaald. 3. Waar wordt de rest van betaald? Uit verkoop van hout en biomassa. Geschatte opbrengst: ca. € 0,7 mln. 4. Wie is de opdrachtgever? De opdrachtgever is de Stichting Gooisch Natuurreservaat en volgt de beleidsdoelstellingen van de provincie Noord-Holland. 5. Wanneer begint en eindigt het project?
Het totale project wordt in drie fasen uitgevoerd.
Fase 1 begint van september 2016 t/m half maart 2017 en heeft betrekking op deelgebieden Hilversums Wasmeer en Zwarte Berg (toeloop Natuurbrug Zwaluwenberg Westzijde).
Fase 2 wordt uitgevoerd van september 2017 t/m half maart 2018 en heeft betrekking op deelgebied Toeloop Zwaluwenberg Oostzijde
Fase 3 wordt uitgevoerd van september 2018 t/m half maart 2019 en heeft betrekking op deelgebied Heideverbinding De Zuid.
6. Welke financiële risico’s zijn er verbonden aan het project en bij wie liggen die? De financiële risico’s zijn zeer beperkt, mede doordat het project zorgvuldig is begroot op basis van betrouwbare kengetallen. Er is echter ook een beperkt risico van kostenoverschrijdingen. De verantwoordelijkheid ligt primair bij het Goois Natuurreservaat. De bandbreedte van voordelen respectievelijk overschrijdingen bedraagt naar schatting enkele tienduizenden euro’s. 7. Kan er nog bezwaar worden gemaakt tegen het project? 1
Het is een uitvoeringsproject van Stichting Gooisch Natuurreservaat dat voortkomt op de beheervisie en beheerplan 2010-2019 en de besluiten van het bestuur van GNR. Het ontwerp is tot stand gekomen door het in kaart brengen van veel belangen op het vlak van natuur, cultuurhistorie, archeologie en recreatie en is besproken met veel in het gebied actieve partijen. Er is geen mogelijkheid voor formeel bezwaar 8. Is er ruimte voor de inbreng van ideeën van gebruikers en omwonenden? Als er op het vlak van natuur, recreatie en landschapsbeleving ideeën zijn die passen in de realisatie van de Natuurverbinding Hoorneboeg, zullen die serieus worden bekeken en zo mogelijk worden gerealiseerd. 9. Hoe worden gebruikers en omwonenden geïnformeerd? Gebruikers en omwonenden worden blijvend geïnformeerd door middel van een aantal informatiebijeenkomsten, excursies, een folder, via de website (www.gnr.nl), social media zoals Facebook (www.facebook.com/gooisnatuurreservaat) en Twitter (@ Mooigooi), de lokale en regionale pers en via informatiepanelen en excursies in het gebied, uitgebreid geïnformeerd over het project en over de uit te voeren werkzaamheden. 10. Waar bestaat de overlast tijdens de werkzaamheden uit? De overlast tijdens de werkzaamheden bestaat vooral uit a. tijdelijke afsluiting van paden voor publiek omdat er met bosbouwmachine wordt gewerkt b. minder goed begaanbaar zijn van paden vanwege transport en c. overlast veroorzaakt door materieel en verkeersbewegingen. Uiteraard zal er ook hierover zorgvuldig worden gecommuniceerd. 11. Welke maatregelen worden er genomen om de overlast voor dieren te beperken? Er wordt niet in het broedseizoen gewerkt, dat loopt van 15 maart tot 15 juli. Voor de meest kwetsbare diersoort de hazelworm wordt een scherm geplaatst om te voorkomen dat ze in het werkterrein komen. Hazelwormen die zich al in het werkterrein bevinden, worden weggevangen en verplaatst naar veilig gebied. Voor andere diersoorten geldt zorgplicht; voorkomen moet worden dat ze in hun voorbestaan worden bedreigd. Bij dassenburchten en roofvogelnesten bijvoorbeeld wordt de nodige afstand gehouden (er wordt ‘omheen’ gewerkt). Het ontwerp houdt met alle natuurgevoelige aspecten rekening. Mierennesten worden zo nodig opgepakt en naar veilig gebied verplaatst. 12. Wanneer is het productiebos aangeplant en door wie? Het productiebos is grotendeels na de WO II door het GNR aangeplant en paste destijds in het gangbare bosbeheer waarbij houtoogst het doel was. 13. Waar werd dat hout toen voor gebruikt? In de beginperiode werd het hout vooral gebruikt als stuthout voor de mijnschachten in Limburg. Later vond het hout ook andere bestemmingen in de bouw en rondhout voor palen, hekwerken e.d. 2
14. Wanneer en waarom is het oogsten van het productiebos gestopt? Vanaf de zeventiger jaren is het belang van natuurbescherming en -ontwikkeling steeds manifester geworden en worden productiebossen omgevormd naar natuurbossen. Natuurlijke beheerde bossen zijn schaars geworden en de keuze om bosgebied De Zuid om te vormen naar een natuurlijk bos-ecosysteem past binnen het beleid van Goois Natuurreservaat. 15. Van wanneer tot wanneer was dit een heidelandschap? Er zijn aanwijzingen dat in de prehistorie al heidelandschappen in het Gooi aanwezig waren. Echter vooral vanaf de middeleeuwen toen er steeds intensiever begrazing met schapen plaatsvond, ontstonden de uitgestrekte heidevelden. In de late middeleeuwen werd er zelf zo veel van de bodem gevergd dat plantengroei plaatselijk verdween, er bodemerosie optrad, de wind vat kreeg op de zandbodem en stuifduintjes ontstonden. e
Deze zijn nu nog steeds in het gebied herkenbaar. Vanaf die tijd tot begin 20 eeuw lagen in De Zuid en het hele Gooi uitgestrekte heidevelden. 16. Hoe is het heidelandschap ontstaan? Door het kappen van bomen en struiken, plaggen (verwijderen van de bovenste vegetatielaag) en intensieve begrazing. 17. Wat maakt hei zo bijzonder? Het heidebiotoop is bijzonder omdat het specifieke planten en dieren herbergt. Planten en dieren die in feite niet in andere Nederlandse landschappen (meer) terecht kunnen zoals zandhagedis, hazelworm, levendbarende hagedis, heivlinder, heidelibellen, veldkrekel etc. Het heidelandschap komt alleen in Europa langs de strook van enkele honderden kilometers van de kust voor. Eind van de Middeleeuwen was er in Nederland ca. 800.000 ha droge heide; hiervan is nog maar 40.000 ha over in Nederland. 18. Welke maatregelen worden er genomen om dichtgroeien van de hei te voorkomen? Begrazing, plaggen en opslag verwijderen zijn de belangrijkste beheermaatregelen. 19. Wat is de ecologische waarde van heidelandschap? Ecologisch Droge heiden komen voor in oude halfcultuurlijke landschappen. Het is een karakteristieke levensgemeenschap en specifieke planten en dieren die in feite niet in andere Nederlandse landschappen (meer) terecht kunnen met korstmossen, zandhagedis, hazelworm, levendbarende hagedis, heivlinder, heidelibellen, veldkrekel etc. Heiden worden gekenmerkt door een relatief warm microklimaat, waardoor een groot deel van de typische diersoorten (onder andere reptielen) warmteminnend is. Europees verband Heiden zijn van grote internationale betekenis; sommige typen heiden zijn voornamelijk in Nederland te vinden. Overig belang 3
Behalve natuurwaarde hebben droge heiden ook betekenis vanwege archeologische, cultuurhistorische en aardkundige elementen, zoals grafheuvels en dekzandruggen. Het landschap is erg aantrekkelijk voor recreanten. Een bijzondere (landschapsecologische) betekenis van het droge zandlandschap waar heide voorkomt is dat het fungeert als inzijggebied (Gooi) van regenwater. De watervoorraad is van betekenis voor andere natuurgebieden die worden gevoed door kwelwater (Naardermeer en Oostelijke Vechtstreek). Vanwege de geringe verdamping kan er relatief veel regenwater inzijgen in de bodem, dat vervolgens ondergronds als schoon grondwater naar lager gelegen gebieden stroomt. 20. Hoeveel bomen gaan er gekapt worden? Het zijn grotendeels voormalige productiebossen (met lage ecologische waarde). Het te kappen gebied is 85 ha groot (ongeveer 140 voetbalvelden). Het precieze aantal bomen is onbekend. Er zijn plekken waar alle bomen worden gekapt maar ook plekken waar loofbomen kunnen worden gespaard. Houtwallen, beeldbepalende bomen en laanstructuren worden behouden. 21. Wat gebeurt er met het gekapte hout? Het gekapte hout wordt op de markt gebracht. 22. Welke dieren profiteren er van de omvorming naar hei? Zon- en warmte minnende dieren profiteren van het open heidelandschap zoals hagedissen, hazelworm, ringslang, heidevogelsoorten zoals boomleeuwerik, boompieper, roodborsttapuit, veldleeuwerik, grauwe klauwier, nachtzwaluw, daarnaast amfibieën zoals pad, groene kikker, kleine water- en kamsalamander en insecten zoals vlinders, libellen, krekels, rode bosmieren, loopkevers en sprinkhanen. 23. Wat is de verwachtte toename in populatie voor die diersoorten? De uitbreiding van het areaal open landschap met heide, graslanden en open zandige vegetatie met zo’n 85 ha betekent een substantiële vergroting van het leefgebied van warmteminnende diersoorten van de groepen hagedissen, reptielen, heidevogels en insecten. De omvang biedt kansen voor de veldkrekel die nog maar enkele van elkaar geïsoleerde leefgebieden heeft. Ook voor zeldzamere niet meer in het Gooi voorkomende vogelsoorten zoals grauwe klauwier en nachtzwaluw biedt de heideverbinding (gezien de schaal) goede kansen. Soorten van bosranden, overgangen van bos naar open heidelandschap zullen naar verwachting toe nemen zoals das en ree. Door uitbreiding van het aantal poelen zullen amfibieën kunnen toenemen waaronder de zeldzame kamsalamander. 24. Voor welke dieren wordt door het kappen van bomen hun leefgebied juist verkleind? Vooral bosdiersoorten zoals bijvoorbeeld bosvogels zullen in aantal afnemen. De meeste soorten die hier voor komen zijn echter tamelijk algemeen. Zij zoeken in de omgeving ander leefgebied. Er worden geen blijvend negatieve effecten op bossoorten verwacht mede omdat er een fors areaal bos in de omgeving van de heideverbinding overblijft; er 4
is in de eindsituatie dus voldoende leefgebied voor de bossoorten. 25. Welke natuur- en cultuurhistorische elementen bevinden zich in het gebied en hoe worden die straks zichtbaar? Er zijn in het projectgebied oude wegen/paden omzoomd met grenswallen die veelal begroeid zijn met zomereiken, beeldbepalende en soms monumentale loofbomen, fraaie vliegdennen, poelen en beukenlanen en sporenbundels ook wel karrensporen genoemd. 25. Welke archeologische plekken bevinden zich in het gebied en hoe wordt daar tijdens de werkzaamheden mee omgegaan? In de zone waar de heideverbinding wordt aangelegd zijn geen bekende archeologische sites aanwezig. In de omgeving zijn die er wel, in de vorm van grafheuvels en restanten van raatakkers. Het is dus heel goed denkbaar dat er in de Natuurverbinding Hoorneboeg tijdens werkzaamheden nieuwe sporen worden aangetroffen zoals bijvoorbeeld van nederzettingen. De werkzaamheden zullen daarom onder archeologische begeleiding van een archeologisch onderzoekbureau plaatsvinden. 26. Blijft het gebied voor de gebruikers na de werkzaamheden even goed toegankelijk? Het blijft goed toegankelijk voor wandelaars, fietsers en ruiters. 27. Wat gaat er veranderen aan de padenstructuur? Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden kan het voorkomen dat bestaande wandel-, fiets- en ruiterpaden tijdelijk worden afgesloten. Als de werkzaamheden gereed zijn worden de meeste paden opgeknapt en bij de natuurbruggen worden enkele wandel- en ruiterpaden verlegd of opgeheven om een rustzone te creëren. Niet alle bospaden zullen terugkomen omdat er veel paden eigenlijk bosexploitatiepaden waren. Het resultaat zal een goed netwerk aan paden zijn zodat natuur en landschap optimaal beleefd kunnen worden. 28. Waarom moet het project juist nu worden uitgevoerd? Nu de natuurbruggen gereed zijn is aan een belangrijke voorwaarde voor verbetering van leefgebied van heidesoorten – het opheffen van barrières - voldaan. De ontwikkeling van de Heideverbinding Hoorneboeg is de volgende stap om te komen tot een optimaal functionerende natuurverbinding tussen de Hoorneboegse Heide en het Hilversums Wasmeer. Daar komt bij dat er nu financiële middelen beschikbaar zijn vanuit het provinciale beleid om deze verbinding te voltooien. Het op dit moment communiceren van de start van het project hangt samen met de belangrijke maatregel van het aanbrengen van een hazelwormscherm. Zie ook antwoord 13. 5
6