Voorwoord Het is alweer veertien jaar geleden dat mijn zoon Jesse werd geboren. Als de dag van vandaag kan ik me de tijd van voor zijn geboorte nog herinneren, en zelfs de tijd van voor mijn zwangerschap. Wat wilde ik graag zwanger worden en kinderen voor mezelf ‘hebben’! En wat was het een teleurstelling toen niet alleen de zwangerschap maar ook de baby niet overeen bleek te komen met mijn lang gekoesterde rozewolkgedachten. De eerste tien jaar met Jesse was een zoektocht waarbij ik mijzelf meerdere malen tegenkwam als zijnde het kind van mijn ouders; een product, ontstaan vanuit de wensen en gedachten, waarden en normen die mijn ouders voor mij hadden en waaraan ik, als braaf meisje, zo goed en zo kwaad mogelijk getracht heb te voldoen. Dankzij Jesse ben ik nu vrij om vanuit mijn eigen waarden en normen te leven. Waarden en normen die we allemaal zouden moeten opbouwen in de puberteit; die vanuit een diep weten komen en laten zien wie wij zijn als mens, vader, moeder. Wanneer wij weten wie we zijn en waar wij voor staan, kunnen we ons kind vrijlaten om het zelf te laten ontdekken wie het is en waar het voor staat, zonder onze unieke positie als autoriteit – vader of moeder – te verliezen.
Ik wil alle mensen bedanken die door de jaren heen hun verhaal met mij hebben willen delen. Ik ben er trots op dat zij mij hun vertrouwen hebben geschonken. Daarnaast wil ik iedereen bedanken die het mij mogelijk heeft gemaakt om dit boek te schrijven.
9
H and b oe k o p vo e d e n
Dit boek is tot stand gekomen na jaren van intensief zoeken naar wat er misging tussen mijn zoon en mij; na jaren van opleidingen en zelfreflectie; na het ontwikkelen van de Reversie Methode; na vele cliënten te hebben geholpen die bij mij kwamen met dezelfde verhalen als die van Jesse en mij; na verschillende boeken te hebben geschreven over zelfontwikkeling en opvoeding; na cd’s en een kaartspel te hebben ontwikkeld op het gebied van communicatie met je kind en het innerlijk kind in jezelf. En ook verzorg ik – nu alweer jaren – een opleiding Gezins- en Kindercoach.
Hoodfstuk 1 Ik wens jou als lezer de openheid, de veerkracht en het enthousiasme van jouw (innerlijk) kind toe. Niets is zo krachtig als een mens die nog open durft te staan voor wat het leven te bieden heeft. Is dat niet wat onze kinderen aan ons laten zien?
Opvoeden door de jaren heen
Veel plezier en wijsheid met dit boek. Liefs, Sylvia 1.1. Wat verstaan we onder opvoeden?
De Dikke Van Dale beschrijft opvoeden onder andere als volgt: (Een mens of dier) onderhouden en grootbrengen, met name toegepast op morele, intellectuele en sociale vorming; zedelijk en geestelijk ontwikkelen. Wanneer we op het trefwoord opvoeden op internet gaan surfen, komen we al snel uit bij de WIKIPEDIA. Daarin staat: Opvoeding is het proces waarin iemand wordt gevormd naar de normen van diens opvoeders en daarmee meestal de samenleving waarin hij leeft. Vaak wordt deze term gebruikt voor kinderen die tijdens hun jeugd de gewoonten, normen en waarden van hun omgeving krijgen bijgebracht. Wanneer een volwassene zich niet aan de algemeen geaccepteerde omgang met anderen houdt, en om die redenen nieuwe opvoeding krijgt, wordt over het algemeen van heropvoeding gesproken. In bredere zin betreft opvoeding ook het leren te leven als mens in deze maatschappij. Meer specifiek is het de volwassene die een kind opvoedt en dit leert mondig, bekwaam zelfstandig en zelfverantwoordelijk zijn leven te leven.
H a n d b o e k o pvo e den
10
11
H and b oe k o p vo e d e n
Onderhouden en grootbrengen wil in de meeste gevallen nog wel lukken. Een kind groeit vanzelf. Je stopt er aan de ene kant voedsel en drinken in en als alles goed gaat, komt dat er spontaan aan de andere kant weer uit. In de tijd dat het voedsel in het lichaam zit, worden de voedingstoffen eruit gehaald. Het kind groeit als kool. Onderhouden en grootbrengen is over het algemeen niet echt het probleem.
D e k r ac ht v an het gezin
De moeilijkheid met opvoeden zit meer in de betekenis moreel, intellectueel en sociaal vormen of, zoals de WIKIPEDIA schrijft: een kind leren mondig, bekwaam zelfstandig en zelfverantwoordelijk zijn leven te leven. Dat houdt ook nogal wat in. Als ouders hebben we de verantwoordelijkheid om ons kind zedelijk en geestelijk te ontwikkelen. Sterker nog: een kind wordt vanzelf zedelijk en geestelijk ontwikkeld door alles na te bootsen wat het om zich heen waarneemt. Als ouders zijn we het alleen niet altijd eens met die ontwikkeling. Soms begrijpen we werkelijk niet waar ons kind zijn gedrag of uitspraken vandaan heeft. Hij is van de melkboer, wordt dan ook niet voor niets gezegd. Hiermee vegen we als ouders alle verantwoordelijkheid voor ongewenst gedrag van onze kinderen van tafel. Als het maar niet onze schuld is, lijken we wel te denken. Blijkbaar valt de verantwoordelijkheid voor de zedelijke en geestelijke ontwikkeling van onze kinderen ons zwaar. 1.2. Korte geschiedenis van het opvoeden
Granville Stanley Hall (1846-1926) De psycholoog Hall heeft groot vertrouwen in wetenschappelijke observaties. Op grond hiervan worden talrijke laboratoria, instituten en verenigingen opgericht. Volgens Hall wordt de ontwikkeling van het kind bepaald door erfelijkheid.
12
Emmet Holt (1855-1924) De Amerikaanse arts Holt ontwikkelt een wetenschappelijk-industrieel opvoedmodel, waarin moeders hun kinderen regelmaat moeten aanleren. Hierbij zijn duimzuigen, vertrouwen op je eigen instinct en moederliefde streng verboden. Kinderen moeten volgens strikte schema’s leven. Het doel is om een gedisciplineerd, efficiënt en nauwkeurig type mens te creëren. John Watson (1879-1958) De psycholoog Watson zegt dat de ontwikkeling van het kind in hoofdzaak bepaald wordt door omgevingsinvloeden. Hiermee haalt hij de erfelijkheidstheorie van Hall onderuit. Een ouder mag niet op zijn gevoel afgaan en moet vaste tijdschema’s hanteren. Wat er precies in het kind omgaat, interesseert Watson niet. Van ouders wordt niet verwacht dat ze genegenheid tegenover hun kind tonen. Hij verkondigt zelfs dat moeders ongeschikt zijn om kinderen op te voeden. Tussen 1915 en 1920 is spontaniteit bij de opvoeding uit den boze. Een baby knuffelen tussen de vaste uurvoedingen in resulteert in een geestesziek kind. De slaap-, voedings- en speeltijden van deze schemababy’s zijn op voorhand vastgelegd. In 1920 krijgt de benadering van Watson een wetenschappelijke basis. Kernwoorden in de opvoeding zijn stoïcisme, onafhankelijkheid en een ijzeren discipline. Dit is het model voor de moeder die geen affectie mag tonen voor haar kind. Elk kind is manipuleerbaar en controleerbaar. De grootste bedreiging voor het kind is te veel moederliefde. Vanaf 1925 veranderen deze denkbeelden. De maatschappij verandert van een industriële maatschappij die draait op schema’s en discipline in een consumptiemaatschappij. Dit heeft grote gevolgen voor de opvoeding. Opvoeden wordt nu meer emotioneel gericht. Liefde wordt de essentie. Moeders hebben nu veel meer te maken met gevoelens, schuld, zelfanalyse en ambivalentie. Ook de rol van de deskundige verandert. Hij heeft een grotere inbreng en wordt bij het gezinsleven betrokken. De nieuwe mentaliteit wordt toegeeflijkheid en een vrije opvoeding. Het toegeven aan je eigen verlangens wordt beschouwd als gezond. Con-
13
H and b oe k o p vo e d e n
H a n d b o e k o pvo e den
Eind negentiende, begin twintigste eeuw komen er verschillende stromingen in de opvoedkunde naar voren. Pedagogen en andere opvoedkundigen bieden echter geen concrete hulp, maar alleen een stroom aan adviezen, waarschuwingen en instructies voor de vrouw. De opkomst van deze deskundigen hangt samen met de wetenschappelijke benadering van de opvoeding, die zich meer en meer ontwikkelt vanuit een mannelijke zienswijze. Oordeel en onderzoek van deskundigen worden belangrijker dan de ervaringen van de moeders met hun kinderen. Het kind wordt als middel gezien om de nabije toekomst van de maatschappij te beheersen. Heb je het kind in de hand, dan beheers je de toekomst. Opvoedkundigen komen uit de medische en psychologische sector, ieder met eigen ideeën. Zo ontstaat er een tweesplitsing tussen lichaam en geest. Laten we enkele van deze stromingen eens nader bekijken.
O p v o e d e n d o o r d e j a re n h e e n
D e k r ac ht v an het gezin
sumptie en comfort worden de nieuwe kernwoorden en alle energie van de moeders wordt nu gestoken in het opvoeden van kinderen die passen in de consumptiemaatschappij. De wetenschap gaat zich erop toeleggen om de toegeeflijke moeder het gedrag van haar kind te laten begrijpen, zodat de moeder gepast kan reageren. Arnold Gesell (1880-1961) Dr. Gesell beschouwt kinderproblemen als biologisch. De actieve invloed van ouders op deze problemen is beperkt. Ook hier wordt de ontwikkeling van het kind bepaald door erfelijkheid. Gesell haalt het kind het laboratorium binnen en bestudeert zijn gedrag. Het resultaat is een theorie van ontwikkelingsfasen. De ideale moeder is in deze wetenschappelijk onderbouwde, vrije opvoeding iemand die probeert om met veel geduld maar nooit sturend haar kind te begeleiden. Niets moet, alles mag. Was het voor deze tijd de deskundige die de moeder zijn schema oplegde, nu is het het kind dat zijn schema oplegt aan de moeder. Er wordt gelet op de spontaniteit van het kind en zijn veranderende behoeftes. De Gesellmethode houdt rekening met de innerlijke klok van het kind. De moeders moeten gedurende de dag een grafiek bijhouden van het gedrag van hun kind.
Benjamin McLane Spock (1903-1998) De Amerikaanse kinderarts dr. Spock werd in één klap wereldberoemd met zijn boek Baby and Child Care (1946), dat behoort tot de grootste bestsellers aller tijden. Moeders werd daarin duidelijk gemaakt dat ze meer weten dan ze denken; dat was echt een revolutionaire boodschap. Hij was de eerste kinderarts die de psychoanalyse onderzocht om de behoef-
14
tes van kinderen en de familiale stuwkrachten te begrijpen. Zijn ideeën hebben veel generaties ouders beïnvloed, in die zin dat ze flexibeler omsprongen met hun kinderen, hen met meer genegenheid behandelden en ze als individuen beschouwden. Dit in tegenstelling tot de tot dan toe algemeen aanvaarde norm, die inhield dat het opvoeden van kinderen op het opbouwen van discipline gericht zou moeten zijn en dat baby’s niet mochten worden ‘bedorven’ door ze bijvoorbeeld op te pakken als ze huilden. In de jaren vijftig van de vorige eeuw ontwikkelt de psychoanalyse zich verder in dit opzicht. De psychoanalyse wil dan de huiselijkheid van de vrouw verankeren in de vrouwelijke biologie. De vrouw moet vanaf nu vertrouwen op haar instincten en moeder en kind mogen van elkaar genieten. Wetenschappelijke waarnemingen zijn niet meer nodig, deze vergroten alleen maar de kloof tussen moeder en kind. De moeder ziet af van verplichtingen buitenshuis om zich volledig op haar kind te kunnen concentreren. Moederschap is niet langer een plicht. Als er nu iets misloopt in de ontwikkeling van het kind is dat niet de schuld van een verkeerde techniek van de moeder, maar van een niet goed werkend instinct. Het gevolg is dat moeders gaan lijden aan schuldgevoelens en dat ze constant twijfelen aan zichzelf. Omdat opvoedkundigen de moeders niet meer kunnen begeleiden in deze crisis, ontstaat er in Amerika in de jaren zestig een antivrouwmentaliteit. In elke vrouw wordt een afwijzende, overmatig beschermende, dominerende moeder gezien die verantwoordelijk is voor veel psychische problemen. Alcoholisme, schizofrenie, neurosen, frustraties, aan alles wordt de vrouw schuldig bevonden. Hierdoor krijgt de vader een bijzonder grote rol in het opvoedingsproces. Hij vervult twee belangrijke taken in het gezin. Eén ervan is om een gezonde seksualiteit met zijn vrouw bewerkstelligen zodat ze haar kinderen niet bederft en de tweede is om als rolmodel te fungeren. In deze tijd komt de nadruk sterk te liggen op mannelijke mannen en vrouwelijke vrouwen. Aan het einde van de jaren zestig vraagt dr. Spock zich af of de jeugd niet te weinig gedisciplineerd is en of de kinderen niet te veel zijn verwend.
15
H and b oe k o p vo e d e n
H a n d b o e k o pvo e den
In de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw ontwikkelt de vrije opvoeding zich meer in de richting van onvoorwaardelijke moederliefde. Liefde is de noodzakelijke voorwaarde voor de vrije opvoeding. Het is niet de afgemeten liefde van de wetenschappelijke moeder, niet de strenge liefde van de moeder met de rechtzinnige moraal, niet de verdraagzame liefde van de moedermartelares of een ander variant van de moederliefde uit de negentiende eeuw. Het is de liefde van het instinct, een natuurkracht.
O p v o e d e n d o o r d e j a re n h e e n
D e k r ac ht v an het gezin
Hij concludeert dat de moeder zijn ideeën over moederliefde, bescherming en dergelijke wat al te goed ter harte heeft genomen; ze heeft zich schuldig gemaakt aan een té vrije opvoeding. De New York Times schrijft: “Spock heeft een generatie kinderen geleverd die zich hebben ontwikkeld tot veeleisende, kleine tirannen. En nu oogst de wereld storm, bij wijze van spreken. De kleine monsters zijn opgegroeid tot onverzorgde, onverantwoordelijke, destructieve, anarchistische, op drugs gerichte, hedonistische niet-leden van de maatschappij.” De jeugdige rebellen worden de Spockdalige generatie genoemd. Opvoedkundigen pleiten weer voor meer discipline.
De trend die dr. Spock heeft ingezet, leeft heden ten dage nog voort in onze maatschappij. Zijn visie is meeveranderd met de tijd, maar heeft nooit de oorspronkelijke basis verloren. Tussen ouders en kind moet een houding van wederzijds respect zijn. Kinderen hebben veel toezicht en duidelijke leiding nodig. Beleefd zijn, kamer opruimen: kinderen moet deze verplichtingen nakomen omdat ze deel uitmaken van het gezin. Van de ouders wordt hierbij veel geduld verwacht. Zij moeten ook rekening houden met de leeftijd en de vaardigheden van het kind. Dat iedere ouder hieraan zijn eigen draai geeft, mag duidelijk zijn. Tenslotte zijn de woorden respect, toezicht en duidelijke leiding voor iedereen vrij invulbaar.
16
1.3. Opvoeden anno nu
Op dit moment leven we in een maatschappij waarin zowel vaders als moeders de zorg voor de kinderen op zich nemen. We zien vaders steeds meer zorgtaken verrichten en moeders steeds vaker buitenshuis werken. Kinderen worden op jonge leeftijd veelal opgevangen door familieleden of andere moeders of gaan naar gespecialiseerde opvang. Om toch optimaal van hun kind te kunnen genieten, gaan veel vaders en moeders in deeltijd werken. Bij echtscheidingen zien we steeds meer co-ouderschap ontstaan, waarbij vader en moeder een nagenoeg gelijke verdeling hebben wat de kinderzorg betreft. Dit mede doordat vader en moeder na de herziening van de echtscheidingswet in 1998 gelijke rechten en plichten hebben gekregen jegens hun kinderen en beiden verantwoordelijk blijven voor de opvoeding, voor de verzorging en voor belangrijke beslissingen rond hun kinderen. Hoewel we de trend van gedeelde zorg waarnemen, liegen de cijfers er nog steeds niet om. Anno nu neemt nog slechts een minderheid van de mannen ouderschapsverlof op: één man op twintig vrouwen. Opvoeden blijft hoofdzakelijk een vrouwenkwestie. De vrouw dient zich om die reden vaak bewust helemaal niet aan op de arbeidsmarkt of slechts in deeltijd. Zelfs als de vrouw voltijds gaat werken, besteedt zij wekelijks gemiddeld zes uur en achttien minuten meer aan huishoudelijke taken dan de voltijds werkende man. Opvoeden anno nu is eigenlijk een volledige baan op zichzelf. Met de menselijke en maatschappelijke veranderingen van de laatste jaren zien we dat kinderen steeds meer in de knel komen te zitten. De wachttijden bij Riagg en Jeugdzorg zijn schrikbarend hoog. Ouders zitten met hun handen in hun haar, vol met twijfels wanneer kindlief gedrag vertoont of uitspraken doet waar de honden geen brood van lusten. Ook de scholen trekken steeds sneller aan de bel. Door toetsing ontdekken zij gedrags- en leerproblemen al op heel jonge leeftijd, waardoor er vroeg kan worden ingegrepen in mogelijk te ontwikkelen stoornissen. Zo zien we remedial teaching opbloeien en zorggroepen ontstaan voor kinderen die extra zorg nodig hebben. Ook hier zien we de wachttijden toenemen.
17
H and b oe k o p vo e d e n
H a n d b o e k o pvo e den
De afgelopen honderd jaar heeft er in de gevoelshouding en in de omgangshouding van mensen een verschuiving plaatsgevonden: van een bevelshuishouding naar een onderhandelingshuishouding. Kernwoorden zijn onderling overleg en wederzijdse toestemming. Voor kinderen betekent dit concreet dat het geweld tegen hen is afgenomen, dat ze minder worden uitgescholden, dat er meer naar hen wordt geluisterd, dat de lichaamshygiëne is toegenomen, dat de orale lustbeleving is verminderd (bijvoorbeeld snoepen), dat de slaaptijden meer geregeld zijn en dat er meer ruimte is voor kinderlijke seksualiteit. Dit is onder meer te danken aan de ideeën van dr. Spock. Dat hij ook in onze tijd nog een actief publiek vindt, blijkt uit het commerciële succes van de herdruk van zijn boek in 2001 en aan de uitleencijfers van de bibliotheken.
O p v o e d e n d o o r d e j a re n h e e n
D e k r ac ht v an het gezin
Opvoeden betekent voor mij liefdevol kunnen genieten van alles wat je overkomt in het leven met mijn drie kinderen en een partner. Ik ervaar opvoeden in het algemeen als een grote verantwoordelijkheid die maakt dat je leven turbulent, hectisch, avontuurlijk en heel spannend kan zijn. Mijn eigen opvoeding verliep streng en ook weer niet. Mijn moeder was thuis, ze werkte niet buitenshuis. Ze naaide onze kleding en zorgde voor het eten. We woonden een knus huisje in een gezellige buurt. Mijn vader werkte in ploegendienst en was onregelmatig thuis. Hij was duidelijk strenger dan mijn moeder en dat voelde als kind niet altijd even fijn. Zo kreeg ik de gelegenheid om aardig wat spelletjes te spelen; wat ik bij mijn vader niet voor elkaar kreeg, gebeurde wel bij mijn moeder. Van mijn eigen opvoeding heb ik meegenomen dat ik mijn kinderen losser en vrijer moet laten. We laten ze de dingen zelf ervaren, zodat zij er zelf achter kunnen komen of het goed voelt of niet. Ik merk ook dat het opvoeden van kinderen om een constante flexibiliteit vraagt. Hier wat losser en daar wat duidelijker. Als moeder ervaar ik vaak dat het
18
een voortdurend overleg is met mijzelf over de nieuwe stappen die onze kinderen willen ondernemen. Wat mijn man en ik als ouders radicaal anders doen dan onze ouders, is dat wij onze kinderen de diverse mogelijkheden zelf laten ervaren. Bijvoorbeeld: als zij een sport willen doen, mogen ze dat proberen. Als ze daarmee willen stoppen, gaan we met hen in gesprek waarom ze dat willen en we laten ze dan zelf de keus maken. Dit gebeurt ook in andere situaties, zodat zij het gevoel hebben dat zij hun eigen leven leven. Als ouders op één lijn zitten binnen de opvoeding van de kinderen is belangrijk. Monique van der Laan (37,getrouwd), Matthijs (11), Thomas (11) en Bram(7) 1.4. Het kind anno nu
De maatschappij is niet het enige dat aan een voortdurende verandering blootstaat. Heel belangrijk zijn ook de cycli waarin wij hier op aarde leven. Het is een continue stroom van op en neer, van groot naar klein, van links naar rechts. Alles in het leven stroomt. De kosmos staat niet stil en zo zijn ook wij aan een voortdurende verandering blootgesteld. De energie die vanuit het heelal op ons neerdaalt, is in een continue verandering. We waren heel vroeger vooral met ons gevoel bezig. We bouwden onze dag op aan de stand van de zon, ons leven aan de stand van de maan, we genazen onze zieken met planten uit de natuur, we deden wat ons gevoel ons ingaf. We waren één met de natuur en gebruikten alles wat deze natuur ons te bieden had. We leefden in die tijd veel meer vanuit ons gevoel dan vanuit ons denken. Het denken ondersteunde ons gevoel. Dat was niet geheel en al zaligmakend. Zieken konden we niet altijd genezen en we kregen ook het verlangen om onze horizon te verbreden. We wilden meer en zagen de mogelijkheden van degenen die hun denken inzetten.(Vergeet niet hoe beangstigend dat geweest moet zijn als je altijd geleefd had in de eenvoud van het bestaan, in samenspraak met de natuur. Bijvoorbeeld toen de stoommachine uitgevonden werd; een stomend, grommend gevaarte met een ongelooflijke kracht zonder dat daar mankracht aan te pas kwam.) Ons gevoelsleven had zijn hoogtepunt bereikt en we kwamen langzaamaan in een stroom terecht waarin het denken steeds belangrijker werd. De welvaart groeide aan de hand van ons denken. Steeds meer uit-
19
H and b oe k o p vo e d e n
H a n d b o e k o pvo e den
Na een periode van bevelsopvoeding kwam er dus een periode van permissieopvoeding. Beide opvoedmethoden hebben geen kinderen opgeleverd die op een evenwichtige, verantwoordelijke, zelfbewuste manier in het leven stonden. We zijn anno nu hard op zoek naar een middenweg tussen beide opvoedsystemen. Een kind moet niet de beperktheid hebben van een dominante opvoeding en niet de vrijheid van een te vrije opvoeding. Maar waar ligt die gulden middenweg? Wanneer ben je te toegeeflijk, wanneer ben je te streng? Anno nu is het in ieder geval duidelijk dat er geen geheime tips of onbekende trucjes bestaan. Iedere ouder is anders en elk kind is anders. En we willen het allemaal zo graag goed doen! Was opvoeden in de jaren vijftig van de vorige eeuw nog een kwestie van een standaardoplossing uit de kast trekken omdat de gezinnen nagenoeg gelijk waren en kinderen een stuk minder mondig, tegenwoordig zijn we veel individualistischer geworden en zijn de gezinssamenstellingen veel diverser. Dit maakt opvoeden ook veel complexer. Een kind wil, net als een volwassene, graag gerespecteerd en serieus worden genomen. Doen we dit niet, dan krijgen we een gespannen omgang met ons kind. Het zelfvertrouwen van het kind wordt aangetast, het gaat aan zichzelf twijfelen en/of het wordt opstandig. Als paddenstoelen rijzen dan ook de opvoedwinkels, opvoedprogramma’s en opvoedkampen uit de grond. Is opvoeden anno nu zo complex geworden dat deze maatregelen nodig zijn?
O p v o e d e n d o o r d e j a re n h e e n
D e k r ac ht v an het gezin
De rol die de kosmos hierin speelt is groot. Ons heelal zet uit en krimpt in. Deze beweging veroorzaakt, samen met de banen van de planeten en de sterren, de zwaartekracht op aarde. Wij kunnen hier op aarde leven door deze energiestroom die de aarde bombardeert. Deze energiestroom verandert doordat de stand van de aarde en de planeten aan verandering ondehevig is. Het is dus onmogelijk om niet onder invloed te staan van deze beweging. Dat wij op het punt staan om ons gevoel belangrijker te laten wegen dan ons denken komt door deze energie. De onvrede van de mens komt eveneens voort uit deze energie. Om een bizar voorbeeld te noemen. Toen de amfibieën door de heersende droogte gedwongen waren om op het land te gaan leven, paste hun lichaam zich aan. Dit zal niet zonder slag of stoot zijn gegaan. Een hoop amfibieën zullen vastgehouden hebben aan hun gewoonten en patronen om op dezelfde manier aan hun eten te komen als altijd en daardoor een hongerdood zijn gestorven. Wij staan op zo’n punt. Leven vanuit ons gevoel en naar de huidige energie betekent dat we vastgeroeste gewoonten los moeten laten. Het betekent dat we dingen gaan doen die ons verstand niet zou hebben goedgekeurd. Er zullen mensen zijn die zich blijven verzetten tegen deze natuurlijke cyclus. Deze mensen leiden een zwaar en angstig leven, met veel lichamelijke ongemakken. Er zullen ook mensen zijn die in staat zijn om los te komen van hun vertrouwde manier van doen. Mensen die meer durven te vertrouwen op hun intuïtie en hun eigen lichamelijke kracht.
20
De kinderen die nu geboren worden, hebben geen last van gewoonten en patronen. Zij staan nog voor alles open en kunnen zonder problemen vanuit de energie van de kosmos leven. De enige tegenwerking die zij ondervinden, komt van hun ouders en later van hun omgeving, school, artsen et cetera. Want het kind, dat de alleswetende, liefhebbende ouders nog op een voetstuk heeft staan, loopt tegen een aantal eigenaardigheden op. Zijn ouders laten hem dingen doen die tegen zijn gevoel ingaan, ze laten hem dingen eten die tegen zijn gevoel ingaan, zij gebruiken woorden die niet kloppen met wat het zelf waarneemt of voelt. Zo gaat het kind twijfelen aan zijn eigen waarnemingen. In veel gevallen leert het kind om zich aan te passen aan de ouders. Hoe sterker echter de energie vanuit de kosmos verandert, des te moeilijker zal het voor het kind worden zich aan te passen. Het kind raakt in de knoop met zichzelf en krijgt gedrags- en/ of fysieke problemen om alle spanningen die het in zijn lijf waarneemt eruit te gooien. De huidige instellingen en organisaties die van overheidswege zijn ingesteld, zullen deze kinderen helpen zoals ze vanuit hun denken gewend zijn: reinheid, rust en regelmaat. Dat is niet verkeerd. Bedenk dat ouders vaak ten einde raad zijn voordat zij hulp gaan zoeken. Het vertrouwen dat de ouders in zichzelf hebben als opvoeders is weg tegen de tijd dat er hulp komt. En in sommige gevallen zal de ondersteuning die zij krijgen inderdaad helpen om het vertrouwen in zichzelf als opvoeders weer terug te krijgen. De ouders pakken hun autoriteit weer op, kunnen duidelijker boodschappen geven aan het kind en het kind kan soepel meerollen in wat hem voorgelegd wordt. Zolang het kind in staat is om zich aan te passen, is dit prima! Echter, bij de steeds groter wordende groep kinderen die zich niet goed meer kunnen aanpassen, levert dit soort ondersteuning problemen op. Als een kind vanuit zijn gevoel leeft, pakt het eerder op wat de ouder voelt dan wat de ouder denkt. Het is moeilijk voor een kind om de tegenstrijdige boodschappen van de ouder te kanaliseren en daaruit op te pakken wat de ouder nu precies van het kind wil. In dit boek wil ik het niet hebben over reinheid, rust en regelmaat, al stel ik niet dat dit geen belangrijke
21
H and b oe k o p vo e d e n
H a n d b o e k o pvo e den
vindingen maakten dat ons leven lichamelijk minder zwaar werd en er meer tijd kwam voor andere dingen dan werken. We hebben daarin nu een hoogtepunt bereikt. De afgelopen vijftig jaar is de wereld in een rap tempo veranderd. Zo hard als toen gaat het nu niet meer. We zijn in onze cyclus weer aan het afdalen. Niet alle ziekten kunnen we genezen en we blijken niet echt gelukkig te worden van alle materie die we om ons heen hebben vergaard om het leven lichter te maken. We zijn op zoek naar andere zaken en ontdekken dat we weer meer bij onszelf willen komen, meer naar ons gevoel mogen luisteren. Zo dalen we in de cyclus weer af naar het gevoelsleven. En ooit zullen we ook daar weer een hoogtepunt bereiken, maar zover is het nog niet.
O p v o e d e n d o o r d e j a re n h e e n
D e k r ac ht v an het gezin
basis is voor een kind. In dit boek ligt de nadruk op de boodschappen die jij als ouder uitzendt naar je kind en de zoektocht naar de tegenstrijdigheden in deze boodschap.
Hoofdstuk 2
Opvoeden in het Aquariustijdperk
2.1. Reversie Methode
H a n d b o e k o pvo e den
22
23
H and b oe k o p vo e d e n
Het is bekend dat kinderen spiegelen: zij bootsen het gedrag van hun ouders na. Hier wordt bij reclamecampagnes handig gebruik van gemaakt. Wie kent de billboard niet waarop het hoofd van een ouder en kind half tegen elkaar aangeplakt staan waarbij zowel de ouder als het kind een sigaret in de mond heeft? Kinderen spiegelen bewust het gedrag van hun ouders. Als roken heel normaal is in het gezin, dan zal het kind sneller geneigd zijn om een sigaretje uit te proberen, hoe vaak je het kind ook waarschuwt om dat niet te doen. Het is immers de normaalste zaak van de wereld binnen het gezin. Dat kinderen eveneens een stukje onbewust gedrag spiegelen, raakt ook meer en meer bekend. Bijvoorbeeld: stel je eens voor dat je je kind opvoedt met het idee dat je alleen wat bereikt in het leven wanneer je hard studeert. Nadat je voor de zoveelste keer een preek gehouden hebt tegen je kind omdat het zijn schoolwerk verwaarloost, zet je je enthousiast voor de televisie om je favoriete voetbalclub te zien spelen. Welke boodschap geef je dan onbewust mee aan je kind? Juist. Om succes te hebben en aandacht te krijgen, moet je een goede voetballer worden. Daarmee gaat je preek in rook op. Onbewust heb je je kind laten zien dat voetballen jouw volle aandacht heeft. Logisch dat het kind liever een potje voetbalt dan zijn huiswerk maakt.