Opvoeden zonder geweld Informatie voor beroepskrachten Jeugdzorg & opvoedhulp
Inhoud • De nieuwe wet 1 • Wat wordt er in de wet bedoeld met
De nieuwe wet
geweld? 2 • De wet en kinderrechten 3
Volgens de Nederlandse wet hebben ouders de plicht en het
• Gevolgen van opvoedingsgeweld 4
recht om hun kind te verzorgen en op te voeden. In Boek 1
• Hoe vaak komt geweld in de opvoeding
van het Burgerlijk Wetboek, artikel 247, zijn deze rechten
voor? 5 • Waarom gebruiken ouders geweld in de opvoeding? 6
en plichten vastgelegd. Hierin staat dat ouders de zorg en verantwoordelijkheid hebben voor het geestelijk en lichamelijk welzijn en de veiligheid van het kind en de ontwikkeling van zijn persoonlijkheid moeten bevorderen. In april 2007
• Opvoeden zonder geweld 6
is aan artikel 247 de volgende bepaling toegevoegd: In de
• Wat kunnen beroepskrachten doen? 9
verzorging en opvoeding van het kind passen de ouders
• Literatuur 10
geen geestelijk of lichamelijk geweld of enige andere vernederende behandeling toe. Deze bepaling geldt niet alleen voor ouders, maar ook voor andere primaire opvoeders, dat wil zeggen diegenen die het gezag over het kind hebben of het
Kinderen hebben recht op een opvoeding zonder geweld. Dit recht is op verschillende plekken wettelijk vastgelegd, zoals in het Internationale Verdrag inzake de Rechten van het Kind en sinds kort in de Nederlandse wetgeving. De nieuwe wet stelt een norm: ouders mogen in de verzorging en opvoeding van hun kind geen geweld toepassen. Deze factsheet is bedoeld om beroepskrachten die werken met ouders of kinderen, bijvoorbeeld in het onderwijs, de jeugdzorg of de jeugdgezondheidszorg te informeren over de wetswijziging en opvoeden zonder geweld.
kind grotendeels verzorgen en opvoeden. Het primaire doel van deze wetswijziging is kinderen beter te beschermen tegen geweld door het stellen van een norm: geweld als opvoedingsmiddel is niet acceptabel. Dit ondersteunt het recht van kinderen op een geweldloze opvoeding en maakt het makkelijker voor hen om met iemand te praten als dit recht wordt geschonden. Daarnaast moet het nieuwe wetsartikel ouders bewustmaken van de manier waarop zij kinderen grenzen stellen, corrigeren en straffen. De overheid verwacht dat dit bijdraagt
1
aan het voorkómen van kindermishandeling. Ook maakt
Een uitzondering wordt gemaakt voor situaties waarin ouders
de nieuwe norm het makkelijker voor beroepskrachten en
ingrijpen om hun kind of derden te beschermen tegen gevaar.
burgers om geweld in de opvoeding te signaleren, bespreek-
Voorbeelden hiervan zijn: een kind stevig beetpakken om te
baar te maken en ouders hulp aan te bieden bij de opvoeding
voorkomen dat het een drukke weg op rent of een ander kind
van hun kinderen.
slaat, of de hand van een kind wegtrekken als het zich dreigt te branden aan het gasfornuis. Wanneer niet het bestraffen of
Veel mensen denken dat het nieuwe wetsartikel een straf-
afreageren maar de veiligheid van het kind centraal staat, is
rechtelijk verbod is, dat wil zeggen dat ouders vervolgd en
dus geen sprake van het toepassen van geweld in de zin van
bestraft kunnen worden als zij deze wet overtreden. Dit is
de wet.
niet juist. De nu vastgestelde bepaling valt niet onder het strafrecht, maar is opgenomen in het Burgerlijk Wetboek.
Lichamelijk én geestelijk geweld
Het nieuwe wetsartikel respecteert het recht van ouders
In de volksmond wordt de nieuwe wet wel het ‘verbod op
om kinderen naar eigen inzicht op te voeden, maar stelt
slaan’ genoemd. De wet gaat echter over alle vormen van
grenzen aan de middelen die ouders in de opvoeding mogen
opvoedingsgeweld, lichamelijk én geestelijk, die ouders hun
toepassen. Daarmee kunnen ouders geen beroep meer doen
kinderen kunnen aandoen:
op het ouderlijk tuchtigingsrecht als rechtvaardiging voor het
• Lichamelijk geweld: slaan (met de hand of een voorwerp),
lijfelijk bestraffen of mishandelen van kinderen, zoals in het
schoppen, duwen, door elkaar schudden, aan de oren of
verleden wel gebeurde. Ernstige vormen van geweld tegen
haren trekken, knijpen, branden enzovoort.
kinderen, zoals mishandeling en misbruik, zijn en blijven wel
• Geestelijk geweld: uitschelden, kleineren, belachelijk
strafbaar volgens het Wetboek van Strafrecht (onder andere
maken, treiteren, stelselmatig negeren, vernederen,
art. 300-306).
opsluiten enzovoort. Ook seksueel geweld valt onder de nieuwe wet. Voorbeelden
Wat wordt in de wet bedoeld met geweld?
hiervan zijn: seksuele aanrakingen, opmerkingen of handelingen die het kind niet kan weigeren door het lichamelijke of relationele overwicht van de volwassene.
Tussen tik en kindermishandeling Er zijn veel gradaties van geweld in de opvoeding: van een In de nieuwe wet staat dat alle vormen van geweld die in de
incidentele tik op de vingers of een scheldpartij, tot stelsel-
verzorging en opvoeding van het kind worden toegepast,
matig en langdurig slaan, schelden of kleineren. Kindermis-
niet acceptabel zijn. Geweld is een breed begrip dat iedereen
handeling is een ernstige vorm van opvoedingsgeweld, maar
verschillend kan interpreteren.
er is geen heldere scheidslijn tussen het meer ‘alledaagse opvoedingsgeweld’ en kindermishandeling. Een kind een klap
‘Ouders slaan hun kinderen, maar waarom slaan kinderen hun
geven is bijvoorbeeld een vorm van geweld, maar hoeft niet
ouders niet? Omdat zij groter zijn en wij kleiner.’ Zevenjarig
meteen kindermishandeling te zijn. Of we iets kindermishan-
meisje uit Noord-Ierland (Save the Children 2001)
deling noemen, hangt onder andere af van hoe vaak het voor-
In de nieuwe wet wordt onder geweld verstaan: alle opvoedingsmiddelen die ouders gebruiken met de bedoeling het kind lichamelijk of geestelijk pijn te doen. Vaak gaat het om vormen van straffen, maar ook het afreageren van gevoelens van frustratie, onmacht of woede valt hieronder. Ouders doen hun kind niet altijd met opzet pijn, maar meestal weten ze wel dat hun gedrag pijn of letsel kan veroorzaken. Of het kind daadwerkelijk schade ondervindt, is overigens niet relevant. Al het gedrag van ouders dat potentieel tot pijn of letsel leidt, valt onder de wet.
2
komt, hoe schadelijk het is voor de ontwikkeling of gezond-
nieuwe wet maakt nog eens duidelijk dat dit recht ook voor
heid van het kind en van maatschappelijke normen over
kinderen geldt.
wat nog wel en wat niet meer acceptabel is in de opvoeding van kinderen. Daarbij zien we ook individuele verschillen:
‘Wat voor een moraal brengen we kinderen bij, als we hun
wat de één een pedagogische tik vindt, beschouwt de ander
wel overbrengen dat slaan voor een volwassene vernederend
als mishandeling. Sommigen vinden slaan op de billen wel
is, (…) maar als we voor kinderen andere normen aanleggen?’
acceptabel, maar een draai om de oren niet, terwijl anderen
(Baartman 2002 )
het laatste geen probleem vinden. De nieuwe wet maakt een eind aan discussies hierover door een heldere norm te stellen:
Recht op bescherming tegen geweld
geen enkele vorm van geweld is acceptabel.
Kinderen zijn onze meest kwetsbare burgers. Zij zijn voor hun gezondheid en welzijn afhankelijk van volwassenen die
Andere woorden voor fysiek geweld
voor hen zorgen en hen beschermen. In het Internationale
• een pak slaag
Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK), dat door
• een pedagogische of corrigerende tik
vrijwel alle landen ter wereld is ondertekend, zijn de rechten
• lijfstraf
van kinderen vastgelegd. Het kinderrechtenverdrag gaat
• een draai om de oren
ervan uit dat ouders de eerstverantwoordelijken zijn voor de
• een schop onder de kont
opvoeding en ontwikkeling van het kind en dat de overheid hen daarbij moet ondersteunen. De overheid heeft ook een
Andere woorden voor geestelijk geweld
verantwoordelijkheid als het gaat om de bescherming van
• uitschelden
kinderen tegen geweld en mishandeling. In Artikel 19 staat
• treiteren
dit expliciet genoemd (zie: www.kinderrechten.nl).
• vernederen
Het VN-comité dat toezicht houdt op de naleving van het
• schreeuwen
kinderrechtenverdrag heeft herhaaldelijk benadrukt dat
• opsluiten
lichamelijk straffen binnen het gezin, op school of binnen andere instituties niet in overeenstemming is met het verdrag. Het comité beveelt dan ook een wettelijk verbod aan
De wet en kinderrechten
op alle vormen van fysiek en geestelijk geweld. Met de nieuwe wet voldoet Nederland aan deze aanbeveling. ‘Kinderen zijn minderjarige burgers. Alle burgers hebben het
Geweld in de opvoeding is in strijd met kinderrechten en
recht op bescherming tegen geweld, maar kinderen waren van
mensenrechten die internationaal zijn vastgelegd in verschil-
dit recht uitgezonderd. Die uitzondering is met het verbod op
lende verdragen en ook door Nederland zijn ondertekend.
fysieke bestraffingen opgeheven.’ (Van Dantzig, uitspraak in
Met de nieuwe wet onderstreept Nederland het belang van
Netwerk, 26 augustus 2005)
deze verdragen en geeft daaraan concreet invulling. Twee belangrijke rechten zijn het recht op fysieke en emotionele integriteit en het recht op bescherming tegen geweld.
Welke landen kennen een soortgelijke wet en sinds wanneer?
Recht op fysieke en emotionele integriteit
• Bulgarije (2000)
• Kroatië (1999)
Ieder mens heeft recht op respect voor zijn menselijke waar-
• Cyprus (1994)
• Letland (1998)
digheid en fysieke en emotionele integriteit. Dat betekent
• Denemarken (1997)
• Noorwegen (1987)
dat mensen elkaar met respect moeten behandelen en elkaar
• Duitsland (2000)
• Oekraïne (2004)
niet opzettelijk pijn mogen doen of op een andere wijze
• Finland (1983)
• Oostenrijk (1989)
vernederen. Dit recht is onder meer vastgelegd in de Univer-
• Griekenland (2006)
• Roemenië (2004)
sele Verklaring van de Rechten van de Mens. Kinderen zijn
• Hongarije (2005)
• IJsland (2003)
minderjarige burgers voor wie dezelfde rechten gelden als
• Israël (2000)
• Zweden (1979)
voor volwassenen. Maar waar de meeste mensen het normaal vinden dat volwassenen elkaar niet slaan of vernederen, lijkt
Bron: www.endcorporalpunishment.org
dit als het om kinderen gaat minder vanzelfsprekend. De
3
Gevolgen van opvoedingsgeweld
Onderzoek laat zien dat deze gedachten niet kloppen. Op korte termijn gehoorzamen kinderen wel, zeker wanneer ze frequent gestraft worden. Maar het kind even apart zetten (time-out) is vaak net zo effectief en minder schadelijk. Op de langere termijn is straffen juist niet effectief: • Het kind leert te gehoorzamen uit angst voor straf en pijn
Opvoedingsgeweld is schadelijk en niet effectief Geweld in de opvoeding is in strijd met de rechten van
en niet omdat het zich regels en gewoonten eigen heeft gemaakt. • Het kind leert vooral welke consequenties zijn gedrag
kinderen. Daarnaast weten we uit onderzoek dat geweld tot
heeft voor hemzelf, maar niet wat zijn gedrag voor anderen
schade bij het kind kan leiden en dat het niet effectief is om
betekent.
kinderen met geweld iets aan- of af te leren (Benjet en Kazdin 2003; Durrant 2005; Gershoff 2002; Larzelere 2000).
• Het kind krijgt minder vertrouwen in zijn ouders en is daardoor minder geneigd om zijn ouders te gehoorzamen. • Het kind leert dat agressie een oplossing is om bepaald
Schadelijke gevolgen
gedrag te stoppen.
Er is veel onderzoek gedaan naar de gevolgen van ernstige vormen van opvoedingsgeweld zoals fysieke of geestelijke
Kortom: met geweld leren kinderen geen regels, grenzen en
kindermishandeling (Wolzak en Ten Berge 2005). Het zal
sociaal gedrag. Wel staan ze bloot aan mogelijke schadelijke
niemand verbazen dat kinderen hier langdurig lichamelijk
gevolgen. Over het algemeen zijn de nadelen dus groter dan
en psychisch letsel door oplopen of er zelfs aan overlijden.
de voordelen.
Maar ook minder ernstige vormen van opvoedingsgeweld, zoals fysiek straffen en verbaal geweld, kunnen schadelijke gevolgen voor het kind hebben. Veelgenoemde gevolgen zijn:
Fysieke straf vergroot de kans op kindermishandeling
• fysiek letsel: pijn, verwondingen, handicaps;
Ouders die geweld als opvoedingsmiddel goedkeuren, blijken
• psychische schade: gevoelens van afwijzing en vernede-
hun kind vaker en ernstiger fysiek te straffen. En naarmate
ring, verlies van eigenwaarde, angst, depressiviteit; • verstoring van de ouder-kindrelatie: verlies van vertrouwen in en vermijding van de ouders; • gedragsproblemen: agressiviteit en antisociaal gedrag (pesten, liegen, delinquentie); • op langere termijn, soms tot lang in de volwassenheid tot levenslang: antisociaal en agressief gedrag (waaronder partnergeweld en kindermishandeling), verslaving, depressiviteit, grotere tolerantie van geweld.
ouders vaker lichte vormen van geweld (zoals een tik) in de opvoeding toepassen, stijgt de kans dat dit ontaardt in kindermishandeling. Bijvoorbeeld: • Als de ouder steeds strenger gaat straffen wanneer het kind niet reageert op een mildere aanpak. • Als de ouder de controle over zichzelf verliest. • Als de ouder boos, gefrustreerd of gestrest is en het kind daardoor harder aanpakt dan nodig. • Als de ouder geweld niet gebruikt als opvoedingsmiddel, maar om eigen problemen af te reageren op het kind.
Onderzoekers zijn het erover eens dat de gevolgen van opvoedingsgeweld samenhangen met de frequentie van het
Uit ervaringen in andere landen blijkt dat een wettelijk
geweld: kinderen die regelmatig (ten minste een tot drie keer
verbod op geweld in de opvoeding ertoe leidt dat opvoedings-
per week) fysiek of anderszins gestraft worden, hebben meer
geweld minder acceptabel wordt en dat ouders hun kinderen
kans op problemen.
ook daadwerkelijk minder vaak fysiek straffen (Kooijman, Ten Berge en Oostveen 2003). De verwachting is dat op
Effectiviteit
termijn daarmee ook kindermishandeling wordt tegengegaan.
Veel opvoeders denken dat fysiek straffen een effectief opvoedingsmiddel is om kinderen regels en grenzen te leren. Zij
‘Preventie van kindermishandeling is onbegonnen werk zolang
denken dat door een pak slaag, een tik op de vingers of een
we het gewone alledaagse geweld als opvoedingsmiddel blij-
draai om de oren het kind leert luisteren en zich de volgende
ven accepteren en toepassen.’ (Baartman 1993)
keer beter zal gedragen. Daarnaast geloven ouders dat fysieke bestraffing leidt tot respect voor autoriteit en minder gedragsproblemen.
4
Hoe vaak komt geweld in de opvoeding voor?
De opvatting dat fysieke straf niet in de opvoeding thuishoort, bleek uit 178 bijdragen (40%). Deze ouders geven hun kind soms wel een tik uit onmacht of ongeduld, maar zijn daar niet voor. Een belangrijke reden is de overtuiging dat fysieke straf niet effectief is en geen pedagogische waarde heeft. Van ouders die (vaak gematigd) voorstander zijn van een
Hoe Nederlandse ouders hun kind straffen
pedagogische tik kwamen 137 bijdragen (30%). Zij stellen
Het SCP onderzocht het welzijn van Nederlandse kinderen
wel een aantal voorwaarden waaronder een tik gegeven mag
tussen 0 en 12 jaar (Zeijl 2005). Aan ouders werd gevraagd
worden. Deze voorwaarden gaan over het aantal waarschu-
hoe zij hun kind gewoonlijk straffen. De meeste ouders waar-
wingen, de plaats op het lichaam, de combinatie met andere
schuwen (78%) of zetten het kind apart (60%). Een op de vijf
opvoedmethoden, de pijn die het veroorzaakt en de leeftijd
ouders (19%) geeft een tik of pakt het kind stevig beet (22%).
van het kind. Uit de reacties blijkt echter dat de grenzen die
Jonge kinderen krijgen vaker een tik dan oudere: 26% van de
ouders stellen heel persoonsgebonden zijn.
ouders met een kind van 14 maanden, 31% van de ouders van
De voor- en tegenstanders zijn het wel met elkaar eens dat
3-jarigen, en 18% van de ouders met een kind tussen 4 en 12
fysieke straf niet uit emotie en niet impulsief toegepast mag
jaar geeft gewoonlijk een tik.
worden.
TNO vroeg aan ouders van 3.259 baby’s tussen 1 en 6
Uit buitenlands onderzoek blijkt dat in westerse landen tussen
maanden wat zij doen als hun baby huilt. Van de ouders van
48% en 97% van de kinderen wel eens milde vormen van
de 6 maanden oude baby’s heeft 5,6% hun baby wel eens
fysieke straf ervaren. Hieronder valt bijvoorbeeld slaan of knij-
door elkaar geschud, gesmoord of geslagen om het huilen te
pen (Durrant 2005). In 7% tot 57% is er sprake van ernstige
verminderen (Reijneveld e.a. 2004).
fysieke straf, zoals regelmatig of langdurig slaan, slaan met voorwerpen, schoppen, schudden, branden of dreigen met
Opvattingen van ouders over fysieke straf
een wapen. Zweden is een uitzondering: fysiek straffen, ook
De Bakker (2006) analyseerde 453 bijdragen van ouders op
in milde vorm, komt daar weinig voor. Waarschijnlijk komt dit
het internetforum Ouders-online over het thema ‘pedago-
doordat Zweden al sinds 1979 een wettelijk verbod op geweld
gische tik’. Uit 138 bijdragen (30%) kwam geen duidelijke
in de opvoeding kent. Sinds die tijd is het aantal ouders dat
mening naar voren.
fysieke straf toepast afgenomen van circa 50% in de jaren zeventig, tot 8,3% in 2000 (Kooijman, Ten Berge en Oostveen 2003).
Cijfers over kindermishandeling Recent zijn twee onderzoeken naar de omvang van kindermishandeling verschenen. Deze onderzoeken tonen aan dat kindermishandeling omvangrijker is dan in Nederland altijd werd aangenomen. Zo blijkt uit het onderzoek van de Leidse Universiteit onder beroepskrachten dat 107.200 kinderen tussen 0 en 17 jaar slachtoffer waren van kindermishandeling in 2005 (Van IJzerdoorn, Prinzie e.a. 2007). Fysieke en emotionele verwaarlozing zijn in dit onderzoek het meest gerapporteerd (ruim 80%). Bovendien blijkt bij bijna een kwart van de kinderen sprake van fysieke en / of seksuele kindermishandeling. De Vrije Universiteit ondervroeg scholieren tussen 12 en 16 jaar en daaruit blijkt dat naar schatting 160.700 kinderen in de voorgaande twaalf maanden slachtoffer zijn (geweest) van kindermishandeling (LamersWinkelman, Slot e.a. 2007). Psychologische agressie van ouders (naar schatting 98.000 kinderen) en fysiek geweld binnenshuis (68.400 gevallen) zijn de meest genoemde categorieën in dit scholierenonderzoek.
5
Een deel van deze kinderen wordt gemeld bij het Advies- en
geweld. Wanneer ouders hun geduld verliezen, bestaat het
Meldpunt Kindermishandeling (AMK) (Wolzak 2007):
gevaar dat de situatie escaleert en de ouder het kind harder
• In 2006 is er 41.744 keer contact opgenomen met een
aanpakt dan hij of zij eigenlijk bedoelde.
AMK om een vermoeden van kindermishandeling voor te leggen. • Er was 13.815 keer sprake van een melding, dat wil zeggen
Ten slotte blijkt uit onderzoek dat kinderen vaker fysiek gestraft worden als hun ouders depressief zijn, relatiepro-
dat het AMK onderzoek deed naar de gezinssituatie. Een
blemen hebben of anderszins onder stress gebukt gaan.
melding kan meerdere kinderen in een gezin betreffen.
Geslacht, leeftijd, opleidingsniveau of sociaaleconomische
• In de andere zaken werd naar aanleiding van de vermoe-
status van ouders doen er minder toe. Het gaat erom dat de
delijke mishandeling een eenmalig advies gegeven (21.282
ouder het gevoel heeft geen grip op zijn kind te hebben; hij
keer) of een adviestraject aangeboden (6.647 keer).
ziet het ongewenste gedrag van zijn kind als een aantasting
Het is belangrijk hierbij op te merken dat de AMK-cijfers een
van zijn gezag, voelt zich machteloos en wordt boos.
topje van de ijsberg laten zien: niet alle gevallen van kindermishandeling worden gesignaleerd en niet alle gesignaleerde gevallen worden bij het AMK gemeld.
Waarom gebruiken ouders geweld in de opvoeding?
Opvoeden zonder geweld Opvoedingsgeweld is niet alleen ineffectief en schadelijk, het druist ook in tegen de rechten en behoeften van kinderen. Kinderen hebben recht op warmte en ondersteuning, én op leiding en toezicht. Niet alleen een gebrek aan warmte, ook een gebrek aan leiding is ‘een miskenning van de fundamen-
Het is duidelijk dat geweld niet het meest effectieve opvoe-
tele rechten van het kind, een miskenning van het recht van
dingsmiddel is. Hoe komt het dan dat sommige ouders toch
het kind hier-en-nu kind te zijn én van de huidige en toekom-
geweld in de opvoeding gebruiken?
stige ontplooiingskansen van het kind’ (Willems 1999, p.
Een eerste reden is dat ouders fysiek straffen toch als een
530).
effectief en acceptabel opvoedingsmiddel beschouwen. Over de hele wereld geven ouders dezelfde soort argumenten als
Regels en grenzen zijn nodig
rechtvaardiging of reden voor fysieke bestraffing van hun
Kinderen hebben het nodig dat ouders grenzen aan hun
kinderen (Benjet en Kazdin 2003; Durrant 2005; Save the
gedrag stellen omdat ze dat zelf nog niet kunnen. Grenzen
Children 2001):
en regels geven hun houvast, structuur en veiligheid om in
• ‘Het is effectief: kinderen leren luisteren, gehoorzamen en
vertrouwen op te groeien en sociaal gedrag te leren. Te weinig
zich gedragen.’
grenzen of onduidelijke grenzen leiden ertoe dat kinderen
• ‘Het leert kinderen respect te hebben voor autoriteit.’
zich op den duur onzeker en onveilig gaan voelen (Janssen
• ‘Ouders hebben het recht om hun kind naar eigen inzicht
1989).
en goeddunken op te voeden.’ • ‘Ik ben zelf zo opgevoed en ik ben er niet slechter van geworden.’
Kinderen zijn er zelden op uit hun ouders te tergen of het leven zuur te maken; zij hebben de liefde en goedkeuring van hun ouders juist nodig. Toch proberen kinderen grenzen die ouders stellen te ontduiken of te overschrijden. Een belang-
Een andere reden is dat opvoeden van kinderen niet altijd
rijke reden daarvoor is dat de grenzen onduidelijk zijn of
makkelijk is. Ouders willen het beste voor hun kinderen en
onvoldoende vastliggen. Kinderen voelen aan wanneer er aan
voeden hen naar hun beste vermogen op. Maar kinderen
regels getornd kan worden en doen dat dan ook. Zij dagen
grootbrengen is hard werken: ongeveer een op de tien Neder-
hun ouders uit om echt duidelijk te zijn en willen weten of de
landse ouders vindt opvoeden en/of de opvoedverantwoor-
grens die aan hun gedrag wordt gesteld ook daadwerkelijk
delijkheid zwaar (Zeijl 2005). Zeker als kinderen lastig zijn of
iets betekent.
niet luisteren, valt het niet mee om kalm te blijven. Gevoelens van frustratie, machteloosheid of boosheid kunnen dan leiden tot geschreeuw, slaan of andere uitingen van opvoedings-
6
Soorten grenzen
afleren van ongewenst gedrag. Directe gehoorzaamheid is een
In de opvoeding van kinderen is sprake van drie soorten
kortetermijneffect van het stellen van een grens en garan-
grenzen:
deert geen gedragsverandering. Op de korte termijn werken
• Grenzen met het oog op veiligheid (ik ben bang dat)
technieken als afleiden, stem verheffen en duidelijke aanwij-
• Grenzen die samenhangen met behoeften van ouders (ik
zingen geven die passen bij het ontwikkelingsniveau van het
wil) • Grenzen die samenhangen met waarden (ik vind het belangrijk dat) (Janssen 1989)
Constructieve manieren om grenzen te stellen
kind. Deze technieken zijn derhalve geschikt om kinderen te laten gehoorzamen. Om gewenst gedrag aan te leren en ongewenst gedrag af te leren zijn andere technieken nodig (Durrant 2005).
Op een constructieve manier leiding geven aan kinderen doen
Manieren om het gedrag van jonge kinderen te beïnvloeden
ouders door duidelijke grenzen te stellen, deze uit te leggen
• De omgeving herstructureren zodat het kind veilig op
en consequent te handhaven. Deze autoritatieve opvoedstijl
onderzoek uit kan gaan
blijkt kinderen de beste ontwikkelingsprognose te geven. Uit
• Kinderen afleiden van gevaarlijke objecten en plekken
onderzoek blijkt dat autoritatief opgevoede kinderen hun
• Gewenst gedrag voordoen
impuls- en agressiehuishouding goed in de hand hebben, in
• Uitleggen
staat zijn verantwoordelijkheid te dragen en in hoge mate
• Gewenst gedrag bevestigen
zelfstandig zijn. Verder beschikken deze kinderen over
• Het kind voorbereiden op veranderingen
een positief zelfbeeld en zijn ze sociaal en cognitief vaardig
• Verwachtingen en grenzen van tevoren duidelijk maken
(Scholte en Sontag 1992, in: Willems 1999, p. 532). Om ouders te stimuleren hun kinderen geweldloos op te
Manieren om het gedrag van oudere kinderen en jongeren te beïnvloeden
voeden is het belangrijk dat zij alternatieven krijgen aange-
• Verwachtingen helder verwoorden
reikt om hun kinderen leiding te geven zonder fysieke straf
• Positief gedrag herkennen en bevestigen
en uitschelden. Een eerste stap is in ieder geval dat ouders
• Hun groeiende behoefte aan onafhankelijkheid respecteren
leren de regels en grenzen die zij belangrijk vinden duidelijk te formuleren, zodat hun kinderen ze ook kunnen naleven en de ouders ze kunnen handhaven. Een ander belangrijk punt
en stimuleren • Het goede voorbeeld geven in onderhandelen en probleemoplossend handelen
is dat ouders zelf het goede voorbeeld geven. Als zij immers
• De reden van regels en grenzen uitleggen
zelf de regels die zij stellen naleven, zien kinderen wat er van
• Luisteren naar wat het kind / de jongere te zeggen heeft
hen wordt verwacht.
• Het kind / de jongere helpen manieren te vinden om zich-
Bij het leiding geven aan kinderen is het van belang onder-
• Eerlijkheid en rechtvaardigheid bijbrengen
scheid te maken tussen directe gehoorzaamheid en het
(Durrant e.a. 2004)
zelf helder uit te drukken
7
zijn gedrag ongewenst is en voor hem vervelende consequenHieronder komen complimenteren, model staan, negeren,
ties heeft. Een straf kan eruit bestaan dat een kind even niet
time-out geven en straffen aan de orde (Trouwborst en De
mag meedoen met iets leuks, geen beloning krijgt of iets moet
Bruyn 2003).
doen wat hij niet leuk vindt. Belangrijk is dat de straf redelijk is, dat wil zeggen in verhouding tot het ongewenste gedrag,
Complimenteren
dat het direct volgt op het ongewenste gedrag en dat er een
Complimenteren betekent dat de ouder een gerichte, posi-
verband is tussen het ongewenste gedrag en de straf. Boven-
tieve opmerking maakt over het gedrag van het kind. Het
dien moet het kind weten waarom het straf krijgt, wat de straf
compliment is gericht op gedrag dat nog moeilijk is voor
inhoudt en hoelang de straf duurt.
het kind, maar dat de ouder wil stimuleren. Het geven van complimenten heeft zowel effect op de ouder als op het
Omgaan met spanning
kind. De ouder gaat door te complimenteren meer positieve
Hoe een ouder zich voelt, heeft invloed op de opvoeding.
kanten aan het gedrag van het kind zien. Voor het kind leiden
Een ouder kan niet goed in zijn vel zitten, bijvoorbeeld door
complimenten tot een groter gevoel van zelfwaardering.
vermoeidheid, ruzie met de partner of stress op het werk. Kinderen voelen goed aan als ouders minder aandacht
Model staan
en geduld hebben en reageren daarop door lastig gedrag,
Een van de manieren waarop kinderen leren, is het gedrag
bijvoorbeeld slecht luisteren of druk doen. Dit versterkt de
van anderen na te doen. Ouders kunnen hier gebruik van
irritatie en boosheid van de ouder, waardoor een vicieuze
maken door bewust ‘model te staan’ voor het gedrag van hun
cirkel ontstaat die kan escaleren in geweld. Ouders moeten
kind. Door bewust model te staan en het goede voorbeeld te
dus leren voorkomen dat zij hun persoonlijke problemen
geven laat de ouder zien wat er van het kind wordt verwacht
afreageren op hun kinderen. Als zij toch zo gestrest, gefrus-
en hoe de ouder zelf met problemen omgaat. Het kan daarbij
treerd of boos zijn dat zij dreigen uit te vallen tegen hun
gaan om het oplossen van praktische problemen, maar ook
kinderen, kan het ouders helpen om een time-out te nemen
om het omgaan met ruzies en conflicten.
door bijvoorbeeld tot tien te tellen of even de kamer te verlaten.
Negeren
Natuurlijk kan het voorkomen dat ouders zo boos op hun
Negeren houdt in dat een ouder niet reageert op ongewenst
kinderen zijn dat zij hun geduld verliezen en uit hun slof
gedrag van het kind. De gedachte hierachter is dat een kind
schieten. Dit hoeft niet erg te zijn. Ouders kunnen tegen hun
bepaald gedrag alleen vertoont als er ‘winst’ mee te halen
kinderen zeggen dat het hun spijt dat zij hun geduld hebben
valt, veelal in de vorm van aandacht. Als de ouder het gedrag van het kind negeert, valt die winst weg. Het is hierbij belangrijk om op geen enkele manier te reageren, dus ook niet te kijken of te zuchten. Negeren werkt overigens alleen als er voldoende positieve elementen tegenover staan.
Time-out geven Het geven van een time-out houdt in dat het kind even apart gezet wordt, op een vooraf bepaalde, rustige plek. De ouder geeft een time-out wanneer het kind ook na waarschuwen niet luistert en ongewenst gedrag blijft vertonen. Een time-out is een moment voor de ouder en het kind om af te koelen.
Straf Houdt een kind zich ondanks waarschuwingen niet aan de regels, of vertoont het aanhoudend ongewenst gedrag, dan kan een kind straf krijgen. Straf moet zo min mogelijk voorkomen, omdat een kind van straf geen nieuw gedrag leert. Een kind leert van straf dat
8
verloren. Kinderen leren daardoor dat je boos mag zijn, dat
matie en advies geven over de nadelen van opvoedingsgeweld
je dat mag uiten en dat je dat vervolgens ook weer goed kunt
en de alternatieven die ouders kunnen toepassen. Ook kan hij
maken. Echter, als ouders alleen nog maar negatieve dingen
ouders wijzen op informatiebronnen, zoals folders, boeken,
van hun kinderen zien en voortdurend lijken te mopperen en
tijdschriften en internet, en oudercursussen.
te straffen, kan een neerwaartse spiraal ontstaan. Schreeuwen
Als blijkt dat ouders moeite hebben met opvoeden of dit als
en straffen wordt dan een gewoonte, een manier om met de
zwaar ervaren, kan gerichter hulp of ondersteuning worden
kinderen om te gaan. Een dergelijke negatieve sfeer in huis
geboden. Belangrijk is dat deze aansluit bij de vragen en
leidt ertoe dat de kinderen angstig worden en hun zelfver-
behoeften van de ouders en gericht is op het versterken van
trouwen verliezen. Bovendien verliezen zij het vertrouwen in
hun competenties en vaardigheden zodat zij zelf weer verder
hun ouders en luisteren op den duur niet meer naar hen. Het
kunnen.
is belangrijk dat ouders dan hulp en ondersteuning krijgen bij de opvoeding, maar ook bij het omgaan met persoonlijke
Signaleren en bespreken van zorgen
problemen.
In contacten met ouders kan het voorkomen dat de beroepskracht zich zorgen maakt over de manier waarop ouders
Wat kunnen beroepskrachten doen?
met hun kind omgaan, bijvoorbeeld omdat hij opvoedingsproblemen signaleert of vermoedt. Het is belangrijk om deze zorgen in de vorm van concrete waarnemingen zo veel mogelijk rechtstreeks met ouders te bespreken. In dit gesprek wordt nagegaan of de ouders de zorgen herkennen en/of delen en welke mogelijkheden er zijn om de ouders te helpen
Ouders zijn de eerstverantwoordelijken voor een goede
de situatie te verbeteren. Voor een goed verloop van het
opvoeding van hun kinderen. Maar dat betekent niet dat ze
gesprek zijn de volgende punten van belang (Ten Berge en
er alleen voor staan. Alle ouders hebben wel eens advies of
Bakker 2005; Keesom en Kooijman 2002):
ondersteuning nodig bij het opvoeden. Vaak zijn ouders met gerichte tips voldoende geholpen. Soms hebben ze echter
• Beschuldig of veroordeel ouders niet, maar sta open voor
meer hulp en steun nodig. Veel ouders vinden advies en
hun verhaal en visie. Respecteer de ervaringsdeskundig-
steun in hun directe omgeving, zoals bij familie en vrienden.
heid en goede intenties van de ouders.
Daarnaast kunnen zij aankloppen bij mensen die beroeps-
• Benoem zo concreet mogelijk de zorgen over de opvoeding
halve gespecialiseerd zijn in het opvoeden en opgroeien van
van het kind. Leg uit dat opvoedingsgeweld niet effectief is
kinderen, bijvoorbeeld het consultatiebureau, de schoolarts,
en zelfs schadelijk kan zijn.
het Bureau Jeugdzorg of de huisarts. De nieuwe wet maakt
• Ga na of de ouders de zorgen herkennen of delen. Vraag
het makkelijker voor deze beroepskrachten om het gebruik
wat volgens hen de oorzaak van de problemen kan zijn en
van geweld in de opvoeding te bespreken en waar nodig
welke wensen en behoeften aan ondersteuning zij hebben.
ouders hulp aan te bieden. Beroepskrachten kunnen in hun
• Maak concrete afspraken over het vervolg.
dagelijks werk ouders op verschillende manieren ondersteunen bij het opvoeden zonder geweld.
De regionale preventieteams kindermishandeling verzorgen op aanvraag voorlichting en trainingen over onder andere
‘“Gij zult uw kinderen niet slaan” Dit verbod is effectiever voor
signaleren en bespreken van zorgen. Daarnaast hebben
instanties om mee te werken. Het is een raamwerk om ouders
diverse provinciale centra voor maatschappelijke ontwikke-
te informeren hoe je kinderen opvoedt en straft.’ (Willems,
ling een trainingsaanbod. (Voor adressen zie www.kindermis-
uitspraak in Netwerk, 26 augustus 2005)
handeling.info).
Advies en ondersteuning bij het opvoeden Beroepskrachten hebben een belangrijke rol in het uitdragen
Handelen bij vermoedens van opvoedingsgeweld
van de norm dat geweld en opvoeden niet samengaan. Zij
Soms is het bespreken van zorgen met ouders moeilijk, omdat
hebben immers regelmatig contact met ouders over de opvoe-
ouders niet openstaan voor een gesprek. Het kan ook zijn dat
ding en ontwikkeling van kinderen. Tijdens deze contacten
de zorgen over een kind zo groot zijn dat de beroepskracht
kunnen, al dan niet naar aanleiding van vragen van ouders,
dit niet zelf kan of wil bespreken met de ouders, bijvoorbeeld
onderwerpen als grenzen stellen, straffen en beleving van de
bij vermoedens van kindermishandeling. Voor de sectoren
opvoeding ter sprake komen. De beroepskracht kan infor-
jeugdgezondheidszorg, onderwijs, kinderopvang en peuter-
9
speelzaalwerk zijn richtlijnen ontwikkeld die aangeven hoe zij
krachten en instanties terecht voor advies en informatie over
met dit soort moeilijke situaties moeten omgaan. In de Meld-
privacy
code Kindermishandeling zijn deze richtlijnen vastgelegd
en gegevensuitwisseling. Voor meer informatie zie www.
(Baeten 2002). De meldcode geeft stapsgewijs en concreet
justitie.nl/helpdeskprivacy. Daarnaast is de Digitale
aan hoe de beroepskracht moet handelen en op welke
Wegwijzer Huiselijk Geweld en Beroepsgeheim ontwikkeld
momenten hij met wie overleg moet plegen. De stappen uit
voor professionals die met een geheimhoudingsplicht te
deze meldcode zijn ook voor andere beroepskrachten bruik-
maken hebben. Dit instrument laat per beroepsgroep in een
baar. De meldcode is uitgewerkt in verschillende voorbeeld-
aantal stappen zien welke informatie met anderen gedeeld
protocollen, te vinden op www.kindermishandeling.info.
mag worden en wanneer. Na het doorlopen van enkele vragen volgt een op maat gesneden resultaat. Deze Digitale
Voor de beroepskracht is het Advies- en Meldpunt Kinder-
Wegwijzer is beschikbaar via de website www.huiselijkgewel-
mishandeling (AMK) (0900-12312300) de aangewezen
denberoepsgeheim.nl.
instantie voor het vragen van advies over het omgaan met een vermoeden van kindermishandeling. Het AMK kan adviseren
Voorlichting aan kinderen
over onder meer de interpretatie van signalen en observaties,
Beroepskrachten kunnen kinderen informeren over hun
het praten met ouders en het bieden van hulp of ondersteu-
rechten, maar vooral over hun mogelijkheden wanneer
ning. De adviesvrager blijft zelf verantwoordelijk voor de
zij slachtoffer zijn van geweld of andere problemen thuis.
aanpak van de problemen.
Voorlichting op school is een effectieve manier om kinderen
Het is ook mogelijk om een melding te doen. In dat geval
te informeren over de nieuwe wet en bij wie zij terechtkunnen
neemt het AMK de verantwoordelijkheid voor de aanpak
voor advies of hulp. Duits onderzoek laat zien dat kinderen
over. Het AMK biedt zelf geen hulp, maar onderzoekt wat
hierdoor niet alleen daadwerkelijk vaker contact opnemen
er aan de hand is en welke hulp in gang gezet moet worden
met instanties (BFSFJ 2003), maar ook thuis vaker met hun
om de mishandeling te laten stoppen. Indien nodig, kan de
ouders over geweldloos opvoeden praten (Bussmann 2004).
melder anoniem blijven ten opzichte van het gezin. Het AMK
Ook in individuele contacten met kinderen kunnen beroeps-
stimuleert melders echter om niet anoniem te melden. Dat
krachten informatie en advies geven. Waar nodig, kunnen zij
maakt het contact leggen met het gezin makkelijker. Bij een
het kind begeleiden naar hulpverlenende instanties.
anonieme melding wordt het eerste gesprek vooral bepaald door de vraag wie gemeld heeft en de frustratie dat ouders dit niet te horen krijgen. Anoniem blijven ten opzichte van het
Literatuur
AMK is voor geen enkele melder mogelijk.
Samenwerken en beroepsgeheim
Ministerie voor Jeugd en Gezin (2007). Actieplan Aanpak
Het ministerie van Jeugd en Gezin heeft de bestrijding van
Kindermishandeling. Kinderen Veilig Thuis. Den Haag
kindermishandeling tot een van de centrale thema’s in haar programma gemaakt. In het Actieplan Aanpak Kindermis-
Baartman, H. (2002). Slaan of niet? Welk argument geeft de
handeling (2007) geeft het ministerie aan dat de komende
doorslag? Pedagogiek in Praktijk, april 2002, p. 26-27
jaren zal worden geïnvesteerd in de verspreiding van een regionale samenhangende aanpak van kindermishandeling,
Baartman, H. (1993). Opvoeden met alle geweld: Hardnek-
ontwikkeld binnen de proefregio’s RAAK (Reflectie en Actie-
kige gewoontes en hardhandige opvoeders. Utrecht: SWP
groep Aanpak Kindermishandeling) (zie: www.kindengezin. nl). Centraal in deze werkwijze staat de sluitende aanpak,
Baeten, P. (2002) Meldcode kindermishandeling. Richtlijnen
dat wil zeggen dat regionale partners op het terrein van
voor het handelen van beroepskrachten. Utrecht: NIZW
preventie, vroege interventies, diagnostiek, (geïndiceerde) hulpverlening en bescherming afspraken maken over hun
Bakker, M.A. de (2006). De pedagogische tik. Opvattingen
bijdrage aan het voorkomen en aanpakken van kindermis-
van ouders over fysieke straf. Doctoraalscriptie Sociologie
handeling.
Verzorging & Beleid. Universiteit van Amsterdam
Om goed te kunnen samenwerken, is gegevensuitwisseling tussen ketenpartners van groot belang. Dit roept soms vragen
Benjet, C., en A.E. Kazdin (2003). Spanking children: the
op over de privacyaspecten hiervan. Daarom is de Helpdesk
controversies, findings and new directions. Clinical
Privacy Jeugd en Gezin ingesteld. Hier kunnen beroeps-
Psychology Review, 23, p. 197-224
10
Berge, I.J. ten, en A. Bakker (2005). Veilig thuis? Handreiking voor het beoordelen en bespreken van veiligheid van kinderen in hun thuissituatie. Utrecht: NIZW BFSFJ (Bundesministerium für Familie, Senioren, Frauen und Jugend) (2003). An assessment after the introduction of the right to a non-violent upbringing. Berlijn: BFSFJ Bussmann, K. (2004). Evaluating the subtle impact of a ban on corporal punishment of children in Germany. Child Abuse Review, 11, p. 292-311 Durrant, J. (2005). Corporal punishment: prevalence, predictors and implications for child behaviour and development. S.N. Hart (Ed.), Eliminating corporal punishment: the way forward to constructive child discipline, p. 49-90. Parijs: UNESCO Durrant, J.E., R. Ensom en Coalition on Physical Punishment of Children and Youth (2004). Joint Statement on Physical Punishment of Children and Youth. Ottawa: Coalition on Physical Punishment of Children and Youth Gershoff, E.T. (2002). Corporal punishment by parents and associated child behaviors and experiences: A meta-analytic
Larzelere, R.E. (2000). Child outcomes of nonabusive and
and theoretical review. Psychological Bulletin, 128 (4),
customary physical punishment by parents: an updated
p. 539-579
literature review. Clinical Child and Family Psychology Review, 3, p. 199-221
Janssen, H.C.M. (1989). Kinderen vragen om duidelijkheid. Meppel, Amsterdam: Boom
Reijneveld, S.A., M.F. van der Wal, E. Brugman, R.A. Hira Sing en S.P. Verloove-Vanharick (2004). Infant crying and
Keesom, J. en K. Kooijman (2002). Zorgen delen. Zorg-
abuse. Lancet, 364, p. 1340-1342
wekkende opvoedingssituaties met ouders bespreken in de jeugdgezondheidszorg. Utrecht: NIZW
Rispens, J., J.M.S. Hermanns en W.H.J. Meeus (1996). Opvoeden in Nederland. Assen: Van Gorcum
Kooijman, K., I. ten Berge en A. Oostveen (2003). Fysieke bestraffing van kinderen. Een inventarisatie van wettelijke
Save the Children (2001). Ending Corporal Punishment of
verboden in vier Europese landen. Utrecht: NIZW
Children. Making it happen. Briefing Analysis. Londen: Save the Children
Lamers-Winkelman, F., N.W. Slot, B. Bijl, A.C. Vijlbrief (2007). Scholieren over Mishandeling. Resultaten van een
Trouwborst, L. en N. de Bruyn (2003). Het kan echt anders!
landelijk onderzoek naar de omvang van kindermishan-
Ouders gebruiken andere vaardigheden. Tijdschrift over
deling onder leerlingen van het voortgezet. Onderwijs.
Kindermishandeling 17 ( 4) p. 8-11
Amsterdam / Duivendrecht: Vrije Universiteit / PI Research Willems, J.C.M. (1999). Wie zal de Opvoeders Opvoeden? Kindermishandeling en het Recht van het Kind op Persoonswording. Den Haag: T.M.C. Asser Press
11
Wolzak, A. (2007). Adviezen en Meldingen over Kindermis-
Colofon
handeling in 2006. Registratiegegevens van de Advies- en
© 2008 Nederlands Jeugdinstituut / NJi
Meldpunten Kindermishandeling. Utrecht: MOgroep Jeugdzorg
Tekst: Ingrid ten Berge, Edith Geurts Met dank aan Jannephine Snijders
Wolzak, A. en I.J. ten Berge (2005). Kindermishandeling in Nederland. Utrecht / Amsterdam: NIZW / SWP
Basisontwerp: Qua Associates, Amsterdam
IJzendoorn, M.H. van, P. Prinzie, E.M. Euser, M.G. Groeneveld, S. N. Brilleslijper-Kater, A.M.T. van Noort-van der
Deze publicatie werd mogelijk gemaakt
Linden, M.J. Bakermans-Kranenburg, F. Juffer, J. Mesman,
door financiële steun van het ministerie
M. Klein Velderman, M. San Martin Beuk (2007). Kindermis-
van Justitie.
handeling in Nederland Anno 2005:De Nationale Prevalentiestudie Mishandeling van Kinderen en Jeugdigen (NPM-
Voor meer informatie of vragen kunt u
2005). Leiden: Universiteit Leiden
bellen naar: Infolijn Nederlands Jeugdinstituut
Zeijl, E. (2005). Gezin en opvoeding. Zeijl, E., M. Crone, e.a.
Postbus 19221
(Eds.), Kinderen in Nederland, p 11-25. Den Haag / Leiden:
3501 DE Utrecht
Sociaal en Cultureel Planbureau / TNO Kwaliteit van Leven
Telefoon (030) 230 65 64 (werkdagen van 9.00 – 13.00 uur)
Websites www.amk-nederland.nl www.defenceforchildren.nl www.huiselijkgeweldenberoepsgeheim.nl. www.justitie.nl/helpdeskprivacy www.kindermishandeling.info www.kinderrechten.nl www.nederlandsjeugdinstituut.nl www.opvoedingsondersteuning.info
12