Voortgangsrapport-Kempen Duurzaam DOC.NR. AAN
RESOC Kempen
:
AUTEUR
BETREFT
:
:
Johan Verbruggen, Bart Wuyts
:
Streekpact voortgangsrapport ‘Duurzame Milieu- Energietechnologie’
TER BESPREKING
TER INFORMATIE
DATUM
: 1/3/10
TER VERDUIDELIJKING
VERTROUWELIJK
ANTWOORD A.U.B.
Inleiding Dit document wil een eerste verkennend voortgangsrapport zijn voor het speerpunt Duurzame Milieu& Energie van het Streekpact van RESOC Kempen. In dit voortgangsrapport wordt een inschatting gemaakt van de mate waarin de doelstellingen met betrekking tot het speerpunt reeds gerealiseerd zijn of uitgevoerd gaan worden. Op basis van deze analyse worden er vaststellingen en aanbevelingen gedaan. Concreet werd er een analyse gemaakt van volgende strategische doelstellingen: 1. Ontwikkeling van de Kempense kenniscentra naar de wereldtop op vlak van nieuwe energie- en milieutechnologieën 2. Versterken van de Kempense economische groeidynamiek in de energie- en milieubusiness 3. Creatie van bijkomende kwalitatieve tewerkstelling in de milieu- en energietechologie sector 4. Positie verwerven van internationaal toonaangevende voorbeeldregio op het vlak van energie en duurzaamheid Het voortgangsrapport is als volgt opgebouwd: - Inleiding - Analyse van de strategische doelstellingen - Conclusies
Analyse van de strategische doelstellingen STRATEGISCHE DOELSTELLING 1: Ontwikkeling van de Kempense kenniscentra naar de wereldtop op vlak van nieuwe energie- en milieutechnologieën De Kempen heeft een aantal belangrijke kenniscentra op haar grondgebied, die in Vlaanderen, België en Europa een vooraanstaande rol spelen: het federale Studiecentrum voor Kernenergie SCK, en het Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek VITO, en het Joint Research Center IRMM van de Europese Commissie. Met name SCK en VITO profileren zich sterk als onderzoekscentra op het vlak van duurzame energie- en milieutechnologie. De verdere ontwikkeling van deze kenniscentra naar een prestatie en uitstraling op wereldniveau kan een belangrijke hefboom zijn voor de ontwikkeling van een kenniseconomie in de regio. Het spreekt voor zich dat dit in de eerste plaats een opdracht is voor de beleidsmakers van de kenniscentra zelf, maar gezien de potentiële impact naar de regio is een proactieve aanpak wenselijk waarbij maximaal getracht wordt nieuwe ontwikkelingen van en voor de kenniscentra te stimuleren, te faciliteren en te ondersteunen. Initiëren van investeringsprojecten die de duurzaamheidsprestaties van de regio verbeteren en/of belangrijke technologische innovaties in de praktijk brengen. SCK In de schoot van het SCK werd een zeer innovatief concept voor een nieuwe onderzoeksreactor MYRRHA ontwikkeld. Deze reactor zal niet enkel de huidige BR2 reactor vervangen als kerninfrastructuur van het onderzoekscentrum, maar kan voor een belangrijke nieuwe dynamiek in en rond het kenniscentrum zorgen. Mede in het kader van Kempen Duurzaam werd in samenwerking met het SCK een socioeconomische impactstudie uitgevoerd voor dit project, waarin wordt aangetoond dat het Myrrhaproject kan leiden tot een toename van directe en indirecte tewerkstelling van meer dan 2000 duurzame arbeidsplaatsen in de Kempen. Deze tewerkstelling zal voor het grootste gedeelte ontstaan buiten de muren van het SCK, en op voorwaarde dat het Myrrha-project maximaal ingezet kan worden als een hefboom voor hoogwaardige economische ontwikkeling in de onmiddellijke omgeving. Veel meer details over het Myrrha-project en de positieve socio-economische effecten zijn na te lezen in het betreffende document (Assessment of the socioeconomic impact of Myrrha, Steven Libbrecht and Bart Wuyts, October 2009). Op 4 maart zal overigens de plechtige ingebruikname plaatsvinden van ‘Guinevere’, een onderzoeksopstelling in het kader van het Myrrha-project. VITO Ook in de schoot van VITO leeft een sterke groei-ambitie. In het licht van de internationale aandacht en noodzaak voor een transitie naar een meer duurzame wereld, ziet VITO heel wat potentieel om haar activiteiten op dit vlak verder op te schalen. VITO wenst deze rol niet enkel op Vlaams niveau in te vullen, maar heeft ook een heel nadrukkelijke internationale ambitie en werkt actief aan internationale samenwerkingsverbanden in dit kader.
2
Het programma Kempen Duurzaam wenst in dit verband vooral te kijken waar de ambities van VITO kunnen samenvallen met ambities en/of kansen van regionale bedrijven en organisaties, teneinde rond deze geïdentificeerde thema’s nieuwe ontwikkelingen in de Kempen te stimuleren. Enkele voorbeelden van projecten die met deze insteek reeds opgestart werden: ‘Energieconversiepark’ (ECP): dit project is gegroeid uit een idee dat ontstond tijdens een netwerkevent rond ‘bio-energie’ voor bedrijven en organisaties uit de Kempen en Noord-Brabant (NL). Een groep specialisten uit Vlaanderen en Nederland is hiermee verder gegaan en heeft een 5-tal lokaties geïdentificeerd waar een innovatieve biomassaverwerkingsinstallatie zou kunnen gerealiseerd worden. Door een slimme combinatie van beschikbare verwerkingsprocessen zou een optimale configuratie ontworpen kunnen worden om lokaal beschikbare biomassastromen op energie- en kostenefficiënte wijze te verwerken tot nieuwe vormen van energie en/of nieuwe grondstoffen. Dit project wordt getrokken door VITO, en loopt verder in samenwerking met o.a. Avans Hogeschool, TNO, Wageningen Universiteit, Universiteit Hasselt, IOK Afval, Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij BOM, Rewin en SPK. Er bestaat ook een nauwe connectie met de kennisregio van groeiend belang op vlak van bio-energie: de kanaalzone GentTerneuzen. Een uitgewerkt Interreg-dossier voor dit project is ingediend en licht wellicht in de Interregstuurgroep van maart ter goedkeuring voor (met Vlaamse en Nederlandse co-financiering).
‘Waterstofregio Vlaanderen – Zuid-Nederland’: dit project ontstond op initiatief van enkele ondernemers (o.a. Hugo Vandenborre) uit Vlaanderen en Nederland, die steun gezocht hebben bij andere organisaties om samen een grensoverschrijdend initiatief te nemen om nieuwe ontwikkelingen op het vlak van waterstoftechnologie mogelijk te maken. VITO was één van de mede-initiatiefnemers via het bij VITO gehuisveste Vlaams Samenwerkingsverband Waterstof en Brandstofcellen (VSWB), samen met BOM en SPK. In de loop van het traject is VITO jammer genoeg uit dit project gestapt, maar gezien de reeds ver gevorderde evolutie van de plannen op dat moment en de grote interesse van enkele belangrijke Vlaamse (incl. Kempense) en Nederlandse bedrijven werd het project toch voortgezet. Medio 2009 werd het Interreg-dossier goedgekeurd voor een totale waarde van 14 MEUR, waarvoor in drie jaar tijd een aantal grote demonstratieprojecten gerealiseerd zullen worden. Het project heeft de steun van Europa, Vlaanderen, Nederland en de industrie. Om dit project te coördineren werd besloten tot de oprichting van een nieuwe vzw WaterstofNet, die gevestigd is in de Kempen en ondertussen reeds drie mensen tewerkstelt. In de raad van bestuur van deze vzw zetelen enkele belangrijke vertegenwoordigers uit bedrijfs- en onderzoekswereld en uit de Europese waterstofvereniging. WaterstofNet heeft de ambitie om nieuwe innovatieprojecten in Vlaanderen en Nederland mogelijk te maken, met Europese middelen; Europa heeft immers belangrijke middelen vrijgemaakt voor demonstratieprojecten met waterstoftechnologie, om haar positie t.o.v. Japan en de USA te versterken op dit terrein. Op 10 februari jl. vond een eerste groot waterstof-congres plaats, georganiseerd door Waterstofnet, en werd ook een eerste concreet project aangekondigd: de bouw van een 1 MW elektriciteitsgenerator op basis van brandstofcellen die gevoed wordt met ‘restwaterstof’ uit de chemische industrie. Deze in Europa grootste brandstofcel-stack wordt gerealiseerd met Vlaams-Nederlandse technologie (o.a. Umicore) bij Solvay in de Antwerpse haven.
3
Vervolgtrajecten die in de pijplijn zitten, zijn o.a. de aanbesteding van twee verplaatsbare waterstofproductie-units (incl tankstation), de inzet van waterstof-aangedreven heftrucks en/of lichte vrachtwagens in de logistieke sector, de bouw van waterstof-aangedreven vaartuigen en stadsbussen. Naast deze demonstratieprojecten zijn ook een aantal hogescholen bij het project betrokken om toegepast didactisch materiaal te ontwikkelen rond waterstoftechnologie, zodat jongeren deze knowhow meteen meekrijgen in hun technische opleiding. Eén van de deelnemende hogescholen is de KHK. In dit kader kan ook verwezen worden naar de diverse cluster-initiatieven die gestarte zijn vanuit Kempen Duurzaam, alsook de begeleiding die geleverd werd bij de creatie van nieuwe spin-offbedrijven vanuit VITO. Meer toelichting hierover volgt onder. Niettegenstaande deze projecten en inspanningen, heeft VITO besloten een gedeelte van haar onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten de komende jaren te verhuizen naar Limburg. Aanbeveling: Een verdere versterking van de band tussen VITO en de regio Kempen is wenselijk. Dit kan wellicht het best gebeuren via concrete win-winprojecten waarin VITO samenwerkt met bedrijven en organisaties uit de regio. Tegelijk biedt de verhuis van het onderzoekscentrum Energie naar Limburg wellicht opportuniteiten voor Kempense bedrijven en organisaties om via VITO de banden met Limburgse kennis-partijen aan te halen.
Het pro-actief samenbrengen van alle relevante spelers uit onder andere de bedrijfs- en onderzoekswereld. & Bevorderen van een hechte samenwerking en kennisdeling zodat er een werkelijke kruisbestuiving en een win-win situatie ontstaat tussen bedrijven en onderzoeksinstellingen. & Kempense bedrijven sensibiliseren voor en begeleiden bij o.a. innovatietrajecten, samenwerkingsvormen met andere bedrijven en kenniscentra uit binnen- en buitenland. Er is een indrukwekkende hoeveelheid expertise aanwezig in de Kempen, op vele terreinen. Helaas is deze knowhow nog vaak sterk afgeschermd of niet bekend bij andere spelers, laat staan dat samenwerkingsvormen bestaan om unieke expertise van verschillende spelers bij elkaar te brengen om nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken. In elke belangrijke kennisregio is er sprake van een aantal kenmerkende thema’s waarop de regio zich heeft gespecialiseerd, dankzij de aanwezigheid van een aantal trendsettende bedrijven en kenniscentra die samen ontwikkelingen opzetten, die zich gezamenlijk profileren en communiceren, enz. Dit gebeurt in zogenaamde ‘clusters’. Succesvolle clusters leiden tot versnelde economische ontwikkeling van een regio dankzij het kunnen aantrekken van nieuwe aanverwante bedrijven en talentvolle mensen. In het kader van het Kempen Duurzaam programma is daarom de voorbije anderhalf jaar veel aandacht uitgegaan naar de vorming van mogelijke clusters in de Kempen. Steeds vertrekkend vanuit expertise en competenties bij Kempense bedrijven en kenniscentra wordt ernaar gestreefd om enkele enthousiaste mensen bij elkaar te brengen en nieuwe ontwikkelingen te stimuleren. Net
4
zoals elk bedrijf de uitdaging heeft om haar unieke competentie om te zetten tot interessante producten en/of diensten die marktpotentieel hebben en alzo haar competitieve positie te verstevigen, heeft de regio de uitdaging om vanuit unieke competenties bij haar bedrijven en kenniscentra nieuwe ontwikkelingen te stimuleren die de regio versterkt in haar ‘concurrentiepositie’ t.o.v. andere regio’s in de wereld. Een beknopt overzicht van de lopende clusterinitiatieven: 1. Duurzame nucleaire technologie Het hoeft geen betoog dat de Kempen sinds medio vorige eeuw unieke expertise heeft opgebouwd op het vlak van nucleaire technologie. Deze knowhow is sterk geconcentreerd op de nucleaire zone in Mol/Dessel bij bedrijven en kenniscentra. Ondanks een terugval in tewerkstelling en in maatschappelijke belangstelling tijdens de vorige decennia, is er sinds enkele jaren duidelijk sprake van een ‘revival’ van nucleaire technologie op wereldvlak. Getuige daarvan o.a. de lopende en geplande investeringen in nieuwe kerncentrales in vele landen. Kempense bedrijven en kenniscentra zijn niet zozeer actief op het vlak van kernenergie, maar hebben zich systematisch toegelegd op thema’s die nauw aanleunen bij duurzame toepassingen en aspecten van nucleaire technologie. Te denken valt hierbij o.a. aan medische toepassingen (bv. in kankerbestrijding), aan de aanmaak van NTD-silicon (halfgeleidend materiaal dat wordt ingezet in vele hernieuwbare energietoepassingen), aan onderzoek naar nieuwe materialen, aan onderzoek t.b.v. de ruimtevaart, aan onderzoek naar transmutatie van nucleair afval (om de stralingslevensduur drastisch omlaag te brengen), aan ontwikkeling van de meest veilige opslag- en verwerkingsmethodes van nucleair afval, enz. Het potentieel om deze knowhow sterker uit te bouwen en (internationaal) te valoriseren, is zeker nog niet uitgeput. De mogelijke ontwikkeling en bouw van een nieuwe hoog-technologische Myrrha-reactor zal uiteraard een sterke hefboom zijn voor de verdere uitbouw van deze activiteiten en ontwikkelingen. Gezien de unieke expertise die aanwezig is – niet in het minst op het vlak van duurzame toepassingen van nucleaire technologie, gezien de nieuwe ontwikkelingskansen die zich op het wereldtoneel voordoen, én gezien de hernieuwde ambitie bij enkele nucleaire spelers in de Kempen, loont het de moeite om te bekijken in hoeverre wetenschappelijke en economische ontwikkelingen versneld kunnen worden door op bepaalde terreinen de krachten te bundelen. Met deze insteek werd medio 2009 gestart met een haalbaarheidsstudie naar de vorming van een cluster ‘duurzame nucleaire technologie’. Betrokkenen van het eerste uur hierin zijn SCK, Belgoprocess, FBFC en Canberra. Deze laatste is weliswaar niet gevestigd binnen de nucleaire zone, maar is een uitstekend voorbeeld van een Kempens technologiebedrijf (Olen) dat als toeleverancier een belangrijke interesse heeft in nucleaire toepassingen. In dezelfde sfeer is het de bedoeling deze cluster in de toekomst verder uit te bouwen met veel meer betrokken bedrijven, die niet onder de noemer ‘nucleair bedrijf’ vallen maar er wel een sterke band mee (kunnen) hebben. In dat verband zal deze cluster desgevallend een belangrijke rol kunnen vervullen in het aantrekken van geïnteresseerde (technologie-)bedrijven bij het ontwerp, de bouw en de exploitatie van Myrrha. 2. Duurzame bouw Net zoals Limburg is de Kempen een regio met een sterke vertegenwoordiging van de bouwsector: de streek huisvest een aantal grote en nog veel meer kleinere en middelgrote ondernemingen actief in de bouw. Heel wat van deze bouwbedrijven zijn vandaag actief op
5
zoek naar nieuwe duurzame bouwmaterialen en –processen, en kunnen nu reeds beschouwd worden als trendsetters in Vlaanderen. Daarbovenop is er op dit terrein nuttige expertise beschikbaar bij centra als VITO, KHK en Kamp C. Alle drie deze instellingen hebben bovendien ambitie om zich op dit terrein verder te specialiseren en nieuwe onderzoeks- en expositieprojecten op te zetten. Om deze knowhow sterker bij elkaar te brengen, en aldus terreinen te bepalen waarop nieuwe gezamenlijke ontwikkelingen bij uitstek mogelijk zijn, is er ook hier een haalbaarheidsonderzoek opgezet voor de creatie van een Kempense cluster rond ‘duurzame bouw’. Op basis van enkele gezamenlijke bijeenkomsten en vele bilaterale contacten kan gesteld worden dat de interesse en het enthousiasme om aan deze cluster mee te werken, groot is. Ook van buiten de regio is er sterke interesse om mee op de kar te springen (o.a. bij Vlaamse Confederatie Bouw, Federplast, e.a.). Concrete initiatieven in ontwikkeling zijn o.a. het evenement ‘ECOBUILD 2010’ onder leiding van de Vlaamse Confederatie Bouw, en met medewerking van KHK, VITO, Kamp C en SPK. Op 15 maart heeft deze kick-off plaats in de KHK. Verder zijn een aantal vervolgevents (3) gepland die telkens een specifiek onderwerp uit de bouw belichten, gericht op innovatie en duurzaamheid. Tot slot wordt momenteel een project voorbereid dat de haalbaarheid van diepe geothermie in de Kempen wenst te onderzoeken (ism. VITO, SPK en enkele bedrijven). 3. Groene chemie De chemiesector staat de komende jaren voor een belangrijke uitdaging: niet alleen zal het nodig zijn om haar energie-efficiëntie en CO2-uitstoot nog drastisch te verbeteren, maar tegelijk zal gezocht moeten worden naar een vervanging van fossiele grondstoffen als basis van vele chemische producten en processen. Dit onderzoek omvat drie grote blokken: de zoektocht naar alternatieve grondstoffen (onder de vorm van biomassa), de aanpassing van (bulk-)chemische processen om deze grondstoffen te verwerken, en de ontwikkeling van fijnchemische producten en processen op basis van beide. Kempense onderzoekscentra als VITO en Janssen Pharmaceutica hebben nadrukkelijke ambitie om in dit onderzoek een vooraanstaande rol te spelen (mede in het kader van het ‘Flanders Initiative for Sustainable Chemistry’ FISCH, een initiatief van de sectorfederatie Esscenscia). Daarnaast is er specifieke interesse van de Kempense tuinbouwsector om op het vlak van grondstofproductie en het onderzoek dat daarmee samenhangt een rol te kunnen spelen. Uiteraard zijn ook de chemie-spelers uit de Kempen geïnteresseerd om in deze ontwikkelingen mee te doen. Concluderend kan gesteld worden dat er een duidelijk draagvlak bestaat om vanuit zeer diverse hoek de knowhow en expertise bij elkaar te brengen in een Cluster Groene Chemie. Er wordt in dit verband momenteel een concreet gezamenlijk ontwikkelingsproject uitgewerkt rond algenproductie, getiteld ‘Ontwikkeling en opschaling van gesloten continue fotobioreactoren’. Dit project is een samenwerking tussen VITO, KHK, SPK aangevuld met expertise uit Wageningen (NL). Het project wordt gesteund door de tuinbouw. Momenteel wordt een industrieel consortium uitgebouwd en een gepaste financiering gezocht. 4. Waterstoftechnologie Zie eerder. Ook het samenwerkingsverband rond waterstoftechnologie kan beschouwd worden als een clusterinitiatief, waarbij knowhow van diverse spelers gebundeld wordt om nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken. Het geografische terrein van samenwerking overstijgt
6
hier weliswaar sterk de Kempen, maar het centrum van de activiteit (vzw WaterstofNet) en een aantal prominente bedrijven zijn in de Kempen gevestigd. Ook KHK is hierbij betrokken, en mogelijk ontstaat in de nabije toekomst de opportuniteit om waterstof een concretere plaats te geven in de ‘smart grid’-ontwikkelingen binnen VITO. 5. Duurzame logistiek Hoewel op dit terrein nog geen concrete initiatieven genomen zijn vanuit Kempen Duurzaam, ligt er wellicht een opportuniteit om rond duurzame logistiek knowhow te bundelen om vanuit de Kempen trendsetter te zijn in nieuwe ontwikkelingen. O.a. het bedrijf Nike kan en wenst op dit vlak een voortrekkersrol in te vullen. 6. High-tech manufacturing Beduidend meer dan het gemiddelde in Vlaanderen, is de Kempen een regio gekenmerkt door de aanwezigheid van maakindustrie. Dit maakt de regio ook telkens weer kwetsbaar in periodes van laagconjunctuur en crisis. Toch kan gesteld worden dat de aanwezigheid van productiebedrijven een belangrijke onderbouw voor het economisch weefsel vormt, die we in Vlaanderen (en in de Kempen) niet graag kwijt willen. Het zal echter essentieel zijn om sterker in te zetten op innovatie en op duurzame productie, wil de Kempen in de toekomst nog een rol van betekenis blijven spelen als regio voor maakindustrie. In dit kader ligt er een uitdaging om de unieke knowhow van Kempense productiebedrijven sterker bij elkaar te brengen, om ook hier kansen te zoeken voor nieuwe ontwikkelingen. Enkele individuele bedrijven hebben hier al positief op gereageerd, maar het eigenlijke onderzoek naar de haalbaarheid van een cluster moet nog opgestart worden. 7. Creatieve industrie Creativiteit zit in de genen van de Kempen: eeuwenlang, decennialang hebben Kempenaars zich ontwikkeld van een arme en vaak achtergestelde regio tot een welvarende streek die in de Vlaamse middenmoot presteert: creativiteit die vaak ontstond vanuit de beperking! Vandaag is creativiteit meer dan ooit noodzakelijk om nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken. Meer dan ooit is er daarbij ook nood aan nieuwe verrassende allianties, over klassieke sectoren en disciplines heen. Wereldwijd tekent zich op dit vlak steeds duidelijker een nieuwe groei’sector’ aan: die van de creatieve industrie. Onder die noemer worden een brede waaier aan bedrijven en activiteiten gezien die creativiteit in het hart van hun kernprocessen hebben: bv. design, architectuur, multimedia, reclame, webdesign, geluid, beeld, video, licht, evenementen, gaming, mode, kunst, ICT, … In het kader van Kempen Duurzaam en in nauwe samenwerking met het project ‘Turnhout 2012’ wordt momenteel de haalbaarheid onderzocht om ook in de Kempen een cluster ‘creatieve industrie’ te creëren. Bij dit initiatief zijn o.a. ook enkele cultuurorganisaties betrokken, de KHK, en enkele enthousiaste ondernemers. Een samenwerking met andere organisaties zoals Flanders DC en BiELAt wordt hierbij ook nagestreefd. Een concreet doel is om vóór de zomer 2010 nog een Kempens evenement te organiseren dat zich richt op creatieve industrie bedrijven uit de regio. Aanbeveling: Het doen slagen van cluster-initiatieven is van groot belang voor de verdere ontwikkeling van de Kempen tot een kennisregio. De streek heeft sterke troeven en kan via enkele succesvolle clusters een sterke positie verwerven in binnen- en buitenland. Clusters komen echter niet spontaan tot stand. De creatie van een cluster vergt een competente facilitering, en een volgehouden inspanning gedurende een langere tijd om het nodige vertrouwen tussen de deelnemers en eerste concrete
7
successen te genereren. Vandaag is dit proces vooral mogelijk dankzij financiële ondersteuning van EFRO, Vlaanderen en Provincie aan het Kempen Duurzaam project. Het zal nodig zijn deze steun te kunnen verlengen om dit proces de komende jaren verder te kunnen zetten en tot verder succes te brengen. Verder zullen uit de clusters acties ontstaan: formuleren van haalbaarheidsstudie, definitie van projecten e.a. Gezien deze acties vanuit een cluster ontstaan, hebben ze een groot draagvlak binnen de regio – een belangrijk aspect voor regionale beleidsmakers bij de beoordeling van mogelijke subsidie aanvragen. Tot slot bestaan er ook raakvlakken tussen de clusters. Het zijn deze raakvlakken die bewust moeten opgezocht worden omdat ze nieuwe impulsen tot stand kunnen brengen. Naarmate clusters een meer inhoudelijke invulling krijgen zal er op termijn in sommige gevallen ook een clustermanagement vereist zijn.
Aansluiting zoeken bij bovenregionale netwerken: de Kempense kenniscluster systematisch uit te breiden met toonaangevende (internationale) bedrijven en onderzoeksinstellingen. In het kader van bovennoemde cluster-initiatieven wordt voortdurend actief bekeken welke bovenregionale netwerken bestaan en nuttig kunnen zijn voor de betreffende cluster. In diverse gevallen werden reeds bezoeken gebracht en contacten gelegd, o.a. met Hogescholen en universiteiten in Vlaanderen en Nederland Relevante bedrijven in Vlaanderen en Nederland Bedrijven en innovatienetwerk Leuven.Inc in het Leuvense Bedrijven en researchcentra in het Eindhovense (m.n. ook op de High Tech Campus). Aanbeveling: Er kan meer gewerkt worden aan het aantrekken van niet-Kempense spelers op visionaire netwerkevenementen in de Kempen, en op het stimuleren van Kempense spelers om intensiever deel te nemen aan netwerkevenementen buiten de Kempen. Hiertoe zijn ideeën in wording.
8
STRATEGISCHE DOELSTELLING 2: Versterken groeidynamiek in de energie- en milieubusiness
van
de
Kempense
economische
Het ontwikkelen van ideeën uit de kenniscentra tot volwaardige nieuwe bedrijfsactiviteiten (in de regio), via een structureel georganiseerde professionele ondersteuning. Op dit vlak bestaan er diverse initiatieven in de Kempen. VITO laat zich sinds medio 2007 door business development specialisten ondersteunen in het creëren van spin-offbedrijven. Samen met SPK werden drie concrete nieuwe bedrijven opgericht (Terra Energy, Bluways, Carbstone), en ondertussen zijn er nieuwe projecten in voorbereiding. Innotek plant de oprichting van een cvba Spinlinc, samen met SCK, Belgoprocess en KHK. Vanuit Spinlinc zouden business developers ingezet worden om kenniscentra, bedrijven en individuen te ondersteunen om nieuwe businessideeën om te zetten in concrete bedrijfsactiviteiten. KHK heeft zich intern versterkt met competenties om spin-offbedrijven op te zetten. Op initiatief van de Reflectiegroep der Kempen wordt binnen KHK een ‘proeftuinproject’ voorbereid om het proces van technologietransfert naar en in KMO’s te onderzoeken en te verbeteren. KHK kan daarbij o.a. rekenen op de expertise en knowhow van Leuven Research & Development (LRD) van de KU Leuven, waarmee KHK geassocieerd is. Aanbeveling: Naast de focus op ‘technology push’ (namelijk het brengen van technologie naar een bedrijfsactiviteit), is er meer gerichte inspanning wenselijk om bedrijfsactiviteiten te genereren vertrekkende van marktopportuniteiten, alsook vertrekkende van ondernemerschap. Op deze terreinen zal in het kader van Kempen Duurzaam initiatief genomen worden.
Het begeleiden, ondersteunen en huisvesten van nieuw gestarte technologiebedrijven teneinde maximaal kansen te geven aan nieuwe potentiële groeibedrijven. Aangezien er de voorbije jaren nog niet veel nieuwe technologiebedrijven gestart zijn in de Kempen, is het aanbod van begeleiding en ondersteuning ook nog niet sterk uitgebouwd. Bedrijven kunnen uiteraard beroep doen op ondersteuning van de werkgeversorganisaties (startersbegeleiding, vormingssessies, etc), op ervaringsuitwisseling via PLATO-programma’s of individuele begeleiding aangeboden door/vanuit SPK, op individuele coaching op het vlak van innovatie door het Innovatiecentrum Antwerpen, … Bedrijven die ideeën hebben rond de creatie van een eigen spin-off kunnen een beroep doen op begeleiding van Innotek hierbij. Op het vlak van huisvesting is er een belangrijke stap gezet met de opening van het nieuwe Milieutechnologiehuis in Mol, nabij de onderzoekscentra SCK, VITO en IRMM. Onder andere de vanuit VITO gestarte spin-off ‘Terra Energy’ is hier gehuisvest. Momenteel is er nog veel ruimte beschikbaar in dit nieuwe gebouw. Binnen de KHK wordt gewerkt aan nieuwe ontwikkelingen om op de campus in Geel nieuwe terreinen te ontwikkelen die o.a. voorbestemd zijn voor de huisvesting van spin-offbedrijfjes.
9
In Turnhout wordt aan plannen gewerkt om in de stationsbuurt een nieuw Innovatiepark op te zetten, gericht op innovatie in zorg en welzijn. Kennisclusters in de Kempen systematisch vergroten en kwalitatief versterken met toonaangevende bedrijven die nog niet in de regio vertegenwoordigd zijn. Zie eerder, toelichting bij cluster-initiatieven. Om nieuwe bedrijvigheid uit andere regio’s of het buitenland aan te trekken, is een gerichte marketing actie wenselijk: potentiële investeerders kunnen warm gemaakt worden met troeven en competenties uit de Kempen. IOK trekt deze actie.
Het prestatieniveau van de Kempense KMO’s en kennisinstellingen verhogen. Zie eerder, toelichting bij cluster-initiatieven. Bovendien is er het sterk uitgebouwde aanbod ervaringsuitwisselingsprogramma’s aangeboden door Innovatiecentrum, Innotek en SPK.
van de
begeleidings-, vormings- en werkgeversorganisaties, het
Specifiek gericht op bedrijven met dalend eigen vermogen en doorstartpotentieel is in het kader van de EFRO-oproep rond preventief bedrijfsbeleid het Doorstartplan van SPK goedgekeurd, waarbij intensieve individuele ondersteuning van bedrijven mogelijk is tegen gunstige voorwaarden. Oprichting van een Duurzaam Ontwikkelfonds als bron van co-financiering voor de financiering van onderzoek en ontwikkeling op het vlak van duurzame milieu- en energietechnologie en dat kan aangewend worden als zaai- en durfkapitaal voor nieuwe bedrijfsactiviteiten. In het kader van Kempen Duurzaam werd tot op heden nog slechts weinig aandacht besteed aan de mogelijke creatie van een eigen Duurzaam Ontwikkelfonds, aangezien via andere kanalen enkele ontwikkelingen op til zijn. Naast enkele private initiatieven gericht op de mogelijke oprichting van een kapitaalfonds voor duurzame technologie in de Kempen, is er immers ook het geïntegreerde bergingsproject van NIRAS op het grondgebied van de gemeente Dessel. Aan dit project is door de partnerschappen STOLA en MONA de eis verbonden om een Fonds voor Lokale Ontwikkeling (FLO) op te richten, een fonds dat bedoeld is om lokale maatschappelijke ontwikkeling te ondersteunen gedurende de looptijd van de berging. Of ‘lokaal’ ook betrekking heeft op gemeenten buiten Dessel en Mol, en of ‘maatschappelijke ontwikkeling’ ook gericht is op economische projecten, moet duidelijk worden in de gedetailleerde modaliteiten van het FLO die nog in voorbereiding zijn. Aanbeveling: Met het oog op een duurzame economische ontwikkeling van de Kempen, zou een (gedeeltelijke) bestemming van het FLO mogelijk gemaakt kunnen worden voor projecten die een duidelijk verband met duurzame ontwikkeling hebben. Gezien de verschillende initiatieven die her en der ontstaan is het aan te bevelen dat er een zekere centralisatie ontstaat om te verhinderen dat middelen te fel worden versnipperd en/of dat deze middelen op een onvoldoende transparante wijze worden ter beschikking gesteld.
10
In het kader van het project ‘Koplopers Kempen Duurzaam’ (zie verder), is er een door enkele enthousiaste koplopers een vuurtorenproject gedefinieerd om nieuwe vormen van financiering voor duurzaamheidsprojecten te ontwikkelen. Dit project bevindt zich nog in de definitiefase. Zorgen voor infrastructurele randvoorwaarden voor de realisatie van de ambities van de Kempen op het vlak van duurzame milieu- en energietechnologie. & Een voorraad aan geschikte bedrijventerreinen ontwikkelen en de voorraad op peil houden. & Visie en draagvlak creëren voor de inplanting van nieuwe bedrijventerreinen in de Kempen en hun primaire bestemming. & Optimaliseren van de ontsluiting van de bedrijventerreinen in de zone Geel – Mol – Dessel via de N118 om de kernen van de betrokken gemeenten leefbaar te houden. Op het vlak van deze doelstellingen werd tot op heden in het kader van Kempen Duurzaam geen specifieke actie ondernomen. Enerzijds vormen deze doelen het onderwerp van voortdurende aandacht en actie van werkgeversorganisaties, overheden en IOK, en anderzijds worden sommige specifieke elementen hieruit zeer concreet voorbereid en uitgewerkt door het NIRAS-projectteam in het kader van het geïntegreerde bergingsproject. Aanbeveling: Bijzondere aandacht voor de infrastructurele randvoorwaarden t.a.v. beschikbare ruimte en ontsluiting is noodzakelijk gezien de positieve beslissing in het Myrrha-dossier. Dit project zal immers niet alleen tot grote infrastructuurwerken leiden, maar tevens zorgen voor de aantrekking van vele buitenlandse experten en onderzoekers. Bovendien kan en moet het een belangrijke hefboom worden om in de omgeving van SCK een nieuw wetenschapspark uit te bouwen voor aanverwante (technologie-)bedrijven. De bouw van pilootinstallaties zal in de toekomst een belangrijke opdracht blijven om nieuwe technologieën op vlak van energie en milieu een ingang te doen vinden en nieuwe activiteiten te genereren. Decentrale energieproductie vereist een ruimtelijke inplanting die zorgvuldig moet worden voorbereid.
Versterking van de kennispolen VITO en KHK Zie eerder. Via de cluster-initiatieven wordt, vertrekkende van de sterkten van de regio, geappelleerd aan de expertise van zowel VITO en KHK. Hierdoor wordt een vraag-gestimuleerd onderzoek versterkt en wordt de complementariteit tussen beide kennispolen hierdoor bewerkstelligd. Aanbeveling: Rond concrete projecten de samenwerking verder stimuleren en faciliteren tussen kenniscentra in de Kempen.
11
In deze is het belangrijk dat tussen bedrijven en kenniscentra een entiteit bestaat die de technologietransfer, marktmogelijkheden en ondernemerschap op een professionele wijze faciliteert. Deze transfer moet in de 2 richtingen worden opgezet.
Creatie van een netwerk van Kempense bedrijfsleiders die elkaar regelmatig ontmoeten rond het thema duurzaam ondernemen of ondernemen met duurzame milieu- en energietechnologie. & Uitdiepen van maatschappelijk relevante thema’s en inspiratie bieden voor de verdere, persoonlijke bedrijfsvoering. De Kempense werkgeversorganisaties en SPK nemen tal van initiatieven om netwerking te stimuleren tussen bedrijfsleiders. Steeds meer worden deze netwerkmomenten ook gekoppeld aan thema’s die nauw aanleunen bij ‘duurzaam ondernemen’. Recent werden in dit kader ook enkele afspraken gemaakt om te komen tot meer samenwerking en de gezamenlijke organisatie van netwerkevenementen, om de slagkracht te verhogen en minder versnippering te creëren voor de vele bedrijfsleiders. Deze afspraken moeten in de volgende maanden verder geconcretiseerd en uitgewerkt worden. Aanbeveling: Komen tot principiële afspraken voor meer samenwerking tussen VOKA, Unizo, VKW en SPK in het organiseren van netwerkevenementen voor ondernemers en kaderleden uit bedrijven. Deze afspraken verder concretiseren en uitwerken.
12
STRATEGISCHE DOELSTELLING 3: Creatie en versterken van de tewerkstelling in de milieu- en energietechologie sector Zorgen voor een betere aansluiting van het arbeidsaanbod met de vraag op de Kempense arbeidsmarkt en het wegwerken van (kwantitatieve) knelpunten. & Het studieaanbod en de studie-inhoud van de onderwijsinstellingen beter laten aansluiten met de Kempense kenniseconomie, dit zowel in het secundair als in het hoger onderwijs. De versterking van de tewerkstelling in activiteiten m.b.t. duurzame technologie in de Kempen moet het gevolg zijn van vele acties en projecten die hierboven reeds werden uiteengezet. In lijn daarmee is het belangrijk dat ook de onderwijswereld betrokken is bij deze ontwikkelingen en waar nodig actie onderneemt om haar onderwijsprogramma’s beter af te stemmen op de bedrijfsactiviteiten en –noden in eigen regio. Tot op heden werd hiertoe vanuit het programma Kempen Duurzaam vooral gewerkt langs de as van de cluster-initiatieven, en met belangrijkste focus op het hoger onderwijs (KHK). In de meeste clustertrajecten wordt KHK expliciet betrokken, enerzijds vanuit de mogelijkheid om toegepaste onderzoeksprogramma’s binnen KHK beter af te stemmen op bedrijfsgerelateerde ontwikkelingen in de Kempen, anderzijds om de mogelijkheid te creëren vroegtijdig met curricula en didactische programma’s in te spelen op nieuwe ontwikkelingen in de Kempen. Aanbeveling: Nagaan in welke mate het secundair en hoger onderwijs sterker betrokken kan worden bij ontwikkelingen in het kader van Kempen Duurzaam, om goede afstemming tussen het studieaanbod van de scholen en de kenniseconomie in de Kempen te realiseren.
Vanuit IOK wordt het initiatief ‘Klimaatscholen’ getrokken, met deelname van talrijke secundaire scholen in de Kempen. Zij worden ondersteund met specifieke expertise om hun energieverbruik te doen dalen.
13
STRATEGISCHE DOELSTELLING 4: Positie verwerven van internationaal toonaangevende voorbeeldregio op het vlak van energie en duurzaamheid. De Kempen uitbouwen tot een voorbeeldregio op het vlak van duurzaamheid omhelst niet alleen het versterken van de kenniseconomie (zie vorige 3 strategische doelstellingen), maar betekent vooral om gedragsverandering te bereiken en meer duurzame samenlevingsmodellen te implementeren. Hierbij is het van groot belang om grote groepen mensen te kunnen bereiken, te enthousiasmeren en te ondersteunen in hun initiatieven naar duurzaamheid. Met deze doelstelling in het achterhoofd werd medio 2009 het initiatief ‘Koplopers Kempen Duurzaam’ gelanceerd. Dit project wil zoveel mogelijk verantwoordelijken uit Kempense organisaties bereiken uit een breed maatschappelijk werkveld: bedrijven, kenniscentra, social profit, cultuur, natuur, landbouw, overheid, onderwijs, etc. Mensen uit deze verschillende organisaties, met zeer verschillende achtergronden, ervaring en expertise, maar met een gemeenschappelijk engagement om te streven naar duurzaamheid, werden bij elkaar gebracht met de bedoeling om ‘bottom-up’ nieuwe projecten (zogenaamde ‘vuurtorenprojecten’) te doen ontstaan die de Kempen kunnen versterken als duurzame regio. Duurzaamheid wordt in dit kader bewust erg ruim ingezet, en niet beperkt tot ‘ecologisch duurzaam’. Er wordt sterk naar een balans tussen ‘people’, ‘planet’ en ‘profit’ gezocht. De groep Koplopers is inmiddels zes keer bij elkaar geweest, voortdurend uitgebreid met nieuwe mensen die aansloten bij dit open platform, en werkt aan zeven vuurtorenprojecten, allemaal van onderuit ontstaan. Een korte situering van deze projecten: 1. Opzetten van een nieuwe wervende Kempense duurzaamheidscompetitie, waarbij er vooral gestreefd wordt naar samenwerkingsprojecten tussen zeer verschillende organisaties. Bedoeling is vooral om sterk te sensibiliseren naar grote groepen Kempenaars. 2. Stilte in de Kempen: hoe kan stilte op velerlei manieren gevaloriseerd worden? 3. Duurzame grondstoffenregio: welke mogelijkheden zijn er om grondstoffen die in de Kempen gewonnen worden, sterker te valoriseren binnen de eigen regio (meer toegevoegde waarde)? Of hoe kan afval weer omgezet worden tot grondstof? M.a.w. kan de Kempen zich sterker profileren op vlak van ‘cradle to cradle’ ? 4. Duurzame mobiliteit: welke mogelijkheden zijn er om op regio-niveau te werken aan meer duurzame mobiliteitsmodellen ? 5. Alternatieve financiering: welke mogelijkheden kunnen opgezet duurzaamheidsprojecten sneller, beter, sterker gefinancierd te krijgen ?
worden
om
6. Hoe kan het groene Kempense landschap met al haar kwaliteiten meer economisch gevaloriseerd worden (‘profit’ is hier de vaak vergeten ‘P’) ? 7. De Kempen vergrijst snel: hoe kan vergrijzing een kracht zijn? en in meer algemene zin: hoe kan diversiteit in onze regio meer benut worden als een troef? Op 2 juni 2010 is een eerste visionair seminarie rond ‘duurzaamheid en transitie in de Kempen’ gepland, waarbij naast bijdragen van een aantal vooraanstaande sprekers ook aandacht besteed zal worden aan een publieksvoorstelling van de Koploper-projecten. Prestaties van de bedrijven en de Kempen in kaart brengen op het vlak van milieu en energie en impact van nieuwe projecten becijferen op het vlak van duurzaamheid.
14
Met verschillende instanties (o.a. VITO, Deloitte, TELOS Tilburg) werden contacten gelegd om te bekijken welke instrumenten er bestaan om duurzaamheidsprestaties te meten en in kaart te brengen. Tot op vandaag hebben deze gesprekken nog niet tot concrete realisaties geleid, aangezien telkens sprake is van een omvangrijke oefening waarvoor significante capaciteit (en dus financiële middelen) vereist is. De vraag blijft of het in kaart brengen van de prestaties van bedrijven en de Kempen op regionale schaal dient opgezet te worden dan wel dat dit vanuit Vlaanderen dient te gebeuren. Het team dat werkt aan een ‘duurzaamheidscompetitie’ in de Kempen (in kader van de Koplopers) bekijkt of er andere mogelijkheden zijn.
Voeding bieden aan strategische onderzoeksrichtingen voor de Kempense kenniscentra. Deze doelstelling wordt reeds sterk ingevuld via de respectievelijke cluster-initiatieven, waarbij reeds diverse voorbeelden van gealligneerde onderzoeksprogramma’s bestaan.
Definiëren van prioritaire doorbraakprojecten die moeten leiden tot effectieve verbetering van de bedrijven en de Kempen op het vlak van milieu- en energieconsumptie. Een aantal concrete projecten worden opgestart of voorbereid: Waterstofnet, ECP, algenproject, haalbaarheid geothermie, … Niet zozeer op het vlak van energieconsumptie, maar breder bekeken met de bril van P-P-P duurzaamheid wordt hieraan ook gewerkt via de vuurtorenprojecten binnen de Koplopers. Daarnaast worden bedrijven ook via vele andere kanalen ondersteund en aangezet tot milieu- en energieverbeteringsprojecten (Milieucharter, subsidies groene stroom, etc).
Met behulp van parkmanagement een bijdrage leveren aan het streven van de Kempen als voorbeeldregio op het vlak van milieu en energie. & Induceren van andere positieve effecten voor bedrijven en werknemers (o.a. op het vlak van de energiekosten voor bedrijven of het woon-werkverkeer voor werknemers). Er bestaan inmiddels al meerdere voorbeelden van parkmanagement op bedrijfsterreinen in de Kempen. In sommige gevallen wordt er ook zeer concreet gewerkt aan duurzaamheidsprojecten. Aanbeveling: Vanuit individuele bedrijfsverenigingen of via collectieve trajecten maximaal inspelen op projectoproepen rond dit thema in de Kempen. Door deze trajecten krijgen projecten tegelijk een sterk draagvlak als een wervend karakter.
Creatie van een netwerk van Kempense bedrijfsleiders die elkaar regelmatig ontmoeten rond het thema duurzaam ondernemen of ondernemen met duurzame milieu- en energietechnologie.
15
& Uitdiepen van maatschappelijk relevante thema’s en inspiratie bieden voor de verdere, persoonlijke bedrijfsvoering. Zie eerder.
Vrijwaren van het groene karakter van de Kempen, werkomgeving, mede als middel om talent aan te trekken.
als
aangename
woon-
en
& Aanwenden van het economisch potentieel van de plattelandseconomie en de toeristischrecreatieve sector, zowel direct als indirect met het oog op creatie van welvaart en jobs, waar mogelijk via de sociale economie. Op dit vlak bestaan er vele initiatieven in de Kempen, meestal niet onmiddellijk verbonden met Kempen Duurzaam. Wél in dit verband kan verwezen worden naar enkele gerelateerde koploperprojecten.
De identiteit van de Kempen verankeren en valoriseren, via ‘branding’ Dit thema wordt vooral behartigd door vzw Rurant in haar project Regional Branding de Kempen.
Aanbeveling: De valorisatie van het platteland of open ruimte is een complexe opdracht omdat er verschillende kennisdomeinen en expertises vereist zijn, die vandaag verspreid zijn over verschillende kenniscentra en organisaties. Professionele ontwikkelingen op dit domein zijn nodig om de open ruimte te vrijwaren, en de lokale economie te stimuleren om een authentiek en waardevol aanbod te offreren aan de Kempenaar en de Kempense bezoeker.
16
Conclusies
Kempen Duurzaam is het uitvoeringsprogramma dat uitvoering geeft aan de eerste peiler uit het Streekpact. Via dit programma willen we een dynamiek creëren om de Kempen te versterken als een kennisregio op het vlak van duurzame technologie en duurzaamheid in meer algemene zin. Bovendien is het de ambitie om de Kempen uit te bouwen tot een voorbeeldregio in de de toepassing van duurzaamheid. Gedurende de voorbije twee jaar werden op een breed front acties geïnitieerd om deze ambitie waar te maken; sommige van deze acties vertonen vandaag reeds een concreet resultaat. De meeste acties bouwen voort op troeven en sterktes die beschikbaar zijn in de Kempen, en zijn erop gericht om enthousiaste mensen uit Kempense bedrijven, kenniscentra en andere organisaties bij elkaar te brengen om nieuwe ontwikkelingen op te zetten. Op deze wijze wordt volop gewerkt aan de opstart van ‘clusters van open innovatie’. De meeste projecten en samenwerkingsverbanden die opgestart werden binnen dit programma zijn nog broos, en vereisen een voortgezette actieve ondersteuning om tot succesvolle resultaten te komen. Bovendien is wat vandaag bestaat slechts een start: een verdere verbreding van enerzijds de betrokken bedrijven en organisaties, en anderzijds van de projecten waaraan gewerkt wordt is nodig om tot een echte impact op de socio-economische versterking van de Kempen te komen. De Kempen Duurzaam ambitie waarmaken is een werk van vele jaren volgehouden inspanning!
17