Voorstellen cao Houthandel Uitwerking Sociaal Akkoord In 2013 hebben werkgevers en werknemers op centraal niveau afspraken gemaakt in het Sociaal Akkoord. De koepelorganisatie waarvan de VVNH lid is (NVG/VNO), heeft deze afspraken mede namens u ondertekend. Veel van deze afspraken zijn inmiddels uitgewerkt in wetgeving, STARverklaringen en afspraken in de Werkkamer en moeten nu decentraal verder uitgewerkt worden. Dat hoeft naar ons oordeel niet plaats te vinden tijdens de feitelijke cao-onderhandelingen, zodat die onderhandelingen niet worden belast met de uitwerking van de gemaakte afspraken in het Sociaal Akkoord. Het gaat om: • • •
Afspraken over aantallen banen voor de doelgroep uit de Participatiewet en het openstellen van voor deze doelgroep geoormerkte loonschalen. Afspraken over het beperken van onzekerheid als gevolg van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ). Afspraken over reparatie van opbouw en duur van de WW.
Reparatie WW Wij zouden hierover het volgende willen afspreken: ‘’Cao partijen spreken af dat iedere werknemer die vanaf 1 januari 2016 in de WW komt aanspraak maakt op de Private Aanvullende WW uitkering, waarbij zowel de duur als de opbouw van de WW en de loongerelateerde WGA wordt gerepareerd. Er wordt aangesloten bij het op te richten Landelijke Fonds voor de Private Aanvullende WW’’. Participatiewet Partijen spreken af om conform de afspraak uit het Sociaal Akkoord dat de sector haar bijdrage levert aan de komst van 100.000 garantiebanen voor arbeidsgehandicapten in 2025. Daarbij gaan wij uit van 150 gerealiseerde garantiebanen in 2015 en 160 gerealiseerde garantiebanen 2016. Deze aantallen zijn additioneel en cumulatief. Eind 2016 zijn er derhalve 310 garantiebanen aanvullend op reeds in dienst zijnde arbeidsgehandicapten. Als doelgroep wordt de in de werkkamer vastgestelde doelgroep voor garantiebanen gehanteerd. WWZ Partijen spreken af om in kaart te brengen welke gevolgen de flexparagraaf uit de WWZ heeft voor de cao. Op grond van deze inventarisatie wordt de cao aangepast en in overeenstemming gebracht met de wetgeving. De bepalingen in de cao waarin afgeweken wordt van artikel 7:668a lid 1 BW (ketenregeling) zoals die bepaling na 1 juli 2015 komt te luiden, zullen vóór 30 juni 2015 in overeenstemming worden gebracht met artikel 7:668a BW zoals dat per 1 juli 2015 zal komen te luiden.
Looptijd 1
Wij stellen een cao voor met een looptijd van één jaar, te weten van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015
Loon en vergoedingen 2
3
4
FNV Bouw stelt voor om de loonschalen en de werkelijk betaalde lonen per 1 januari 2015 structureel te verhogen met 3 procent. Tevens stelt FNV Bouw voor alle genoemde bedragen in de cao te verhogen met hetzelfde percentage. De verhoging van het loon bedraagt minimaal € 900 bruto op jaarbasis. FNV Bouw stelt voor om de volgende tekst uit artikel 19 als volgt aan te passen: De uitloopperiodieken zijn uitsluitend van toepassing op werknemers die zeer goed functioneren en als zodanig beoordeeld zijn. Werknemers die op 1 januari van een jaar gedurende drie achtereenvolgende jaren een goede beoordeling hebben gehad en/of niet beoordeeld zijn en gedurende die tijd gedurende drie jaar steeds op het normsalaris (zie * art.21) zijn gebleven krijgen één uitloopperiodiek. (vervolgens elke 3 jaar tot aan het maximale in de functiegroep) Artikel 35 lid 1 c wordt geschrapt, waardoor er geen wachtdag bij ziekte meer is als de ziekte korter is dan 2 werkdagen
Naleving 5
cao partijen richten een stichting op (of brengen deze onder in de bestaande structuur) ter bevordering van de naleving van deze cao, om oneerlijke concurrentie op arbeidsvoorwaarden tegen te gaan. De stichting wijst een accountantsbureau aan dat zelfstandig onderzoek kan doen naar de juiste naleving, op aangeven van cao partijen gezamenlijk als ook los van elkaar, of op aangeven van individuele werkgevers en werknemers. De werkzaamheden van deze stichting beperken zich niet tot ‘materiele’ zaken, maar ook naleving van afspraken over veilig en gezond werken. Bij het niet naleven van de cao wordt het verschil gevorderd ten behoeve van de werknemers en worden boetes toegekend ter dekking van de gemaakte kosten
Werkkostenregeling 6
7
FNV Bouw stelt voor de volgende bepaling in de cao op te nemen: Indien de werkgever op 1 oktober van het kalenderjaar of zoveel later dat de werkgever de nota inzake de vakbondscontributie van de werknemer heeft ontvangen – met inachtneming van de nog benodigde ruimte voor de rest van het kalenderjaar – nog de beschikking heeft over fiscale ruimte, behoudt de werknemer het recht op fiscaalvriendelijke verrekening van de vakbondscontributie. De exacte invulling van de werkkostenregeling in een bedrijf waar een OR of PVT is komt tot stand na overeenstemming met de in het bedrijf aanwezig zijnde OR of PVT
Werkingssfeer 8
In de cao is een volstrekt willekeurige grens opgenomen voor wie wel en wie niet onder de werkingssfeer van de cao vallen. FNV Bouw stelt voor deze grens uit de cao te verwijderen waardoor iedere werknemer in dienst van een bedrijf werkende onder deze cao dezelfde basisrechten krijgt
Divers 9
bij een arbeidsongeval wordt het eigen risico van de werknemer (zorgverzekering) door de werkgever vergoed tot het bedrag van de kosten In artikel 32 van de cao wordt de mogelijkheid gecreëerd om ook in december een voorschot te kunnen ontvangen Wij stellen voor één roostervrije dag om te zetten in een vakantiedag Kosten die zien op het verbeteren van de positie van de werknemer op de arbeidsmarkt kunnen alleen in mindering gebracht worden op de transitievergoeding indien de werknemer daarmee nadrukkelijk schriftelijk heeft ingestemd. Alle kosten die gemaakt worden door een werknemer, omdat hij gebruik maakt van een collectieve (scholings)regeling, zullen niet verrekend worden met een eventuele transitievergoeding.
10 11 12
Verrekening van kosten worden als volgt verminderd: -
80% van de opleidingskosten in geval van vertrek van de werknemer voor 1/3e van de overeengekomen periode (bij een duur van drie jaar, is dit dus in het eerste jaar);
-
50% van de opleidingskosten in geval van vertrek van de werknemer tussen 1/3e en uiterlijk 2/3e van de overeengekomen periode;
-
20% van de opleidingskosten in geval van vertrek van de werknemer na 2/3e van de overeengekomen periode
Redactionele voorstellen -
In de gedrukte versie van de cao is een inleiding opgenomen. Deze inleiding kan komen te vervallen In bijlage I zijn verdere redactionele voorstellen opgenomen die gedaan worden om de wettelijke wijzigingen die er zijn (geweest) in de cao te verwerken
Bijlage I Artikel 17- Aanvang en einde van de dienstbetrekking. Huidige tekst: 1. ALGEMEEN Ten aanzien van het aangaan en beëindigen van de arbeidsovereenkomst zijn de bepalingen van het burgerlijk wetboek van toepassing met inachtneming van hetgeen in de navolgende leden van dit artikel is bepaald. Wijziging: Binnen een periode van 24 maanden mogen maximaal 3 contracten voor bepaalde tijd worden aangegaan. Bij overschrijding van die periode of dat aantal ontstaat een contract van onbepaalde tijd, tenzij een tussenpoos van 6 maanden in acht wordt genomen.
2. PROEFTIJD De arbeidsovereenkomst wordt, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen aangegaan voor onbepaalde tijd. Indien partijen een proeftijd overeenkomen, is deze voor beide partijen gelijk. De proeftijd wordt schriftelijk overeengekomen. Bij het aangaan van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd kan een proeftijd worden overeenkomen van ten hoogste twee maanden. Bij het aangaan van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan een proeftijd worden overeenkomen van ten hoogste: A. één maand B. twee maanden indien de overeenkomst is aangegeven voor twee jaren of langer. C. een maand, indien het einde van de overeenkomst niet op een kalenderdatum is gesteld. Wijziging BW per 1 januari 2015: Bij een tijdelijke arbeidsovereenkomst korter dan 6 maanden mag geen proeftijd worden afgesproken. Bij een contract langer dan 6 maanden en korter dan twee jaar geldt een proeftijd van een maand. Bij tijdelijke contracten van twee jaar of langer geldt een proeftijd van 2 maanden. 3. OPZEGGING/ 4. OPZEGTERMIJN Opzegging geschiedt tegen het einde van de maand en dient schriftelijk te geschieden met verzendbewijs. Wijziging BW per 1 januari 2015: Bij afloop van arbeidsovereenkomsten van 6 maanden of langer moet een aanzegtermijn één maand in acht genomen worden. De werkgever moet de werknemers schriftelijk informeren over het al dan niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst, alsmede over de voorwaarden
waaronder de arbeidsovereenkomst eventueel wordt voortgezet. Deze aanzegtermijn geldt ook voor opvolgende (nieuwe) contracten van 6 maanden of langer. Bij niet (tijdige) naleving is de werkgever een vergoeding verschuldigd ter hoogte van het bedrag van het in geld vastgesteld loon voor een maand. • •
Als de werkgever in staat van faillissement, surseance of schuldsanering verkeert vervalt de verplichting om een vergoeding te betalen. als de werkgever wel wil voortzetten maar niet heeft vermeld onder welke voorwaarden, wordt de arbeidsovereenkomst geacht te zijn voortgezet voor dezelfde periode en onder de vroegere voorwaarden, maar voor ten hoogste één jaar.
Aanvullende opmerkingen: Artikel 17 lid 10- EINDE DIENSTVERBAND 65 JAAR EN OUDER. Huidige tekst: De dienstbetrekking eindigt automatisch als de werknemer de leeftijd van 65 jaar bereikt. In deze situatie is geen termijn van opzegging vereist. Indien de dienstbetrekking na het bereiken van de 65jarige leeftijd voortduurt, geldt de wettelijke opzegtermijn. Dit artikel dient gewijzigd te worden. Bijvoorbeeld: De dienstbetrekking eindigt automatisch als de werknemer de AOW gerechtigde leeftijd bereikt. In deze situatie is geen termijn van opzegging vereist. Indien de dienstbetrekking na het bereiken van de AOW gerechtigde leeftijd voortduurt, geldt de wettelijke opzegtermijn. Artikel 17 lid 11- GEEN OPZEGVERBOD ZIEKTE 65 PLUSSERS. Huidige tekst: Het bepaalde in artikel 7: 670 lid 1 BW, is voor werknemers van 65 jaar en ouder niet van toepassing. Dit artikel dient te vervallen. Of wijzigen in het volgende: Het bepaalde in artikel 7: 670 lid 1 BW, is voor werknemers welke de AOW gerechtigde leeftijd bereikt hebben niet van toepassing.