Werkgeversvoorstellen cao Timmer 2015 Voorstellen cao 2015 Inleiding 2014 was een bewogen jaar. Een jaar waarin de NBvT wederom uitgebreid aandacht heeft besteed aan de ondersteuning van leden en secties. Maar 2014 was ook het jaar waarin de economie stabiliseerde en de conjuncturele lucht aan het einde voorzichtig opklaarde. Nederland is binnen het eurogebied een conjuncturele laatbloeier. De financiële crisis die de wereld nu ruim zes jaar geleden heeft getroffen, illustreert de onderlinge verwevenheid. De crisis veroorzaakte op mondiale schaal financiële instabiliteit en het redresseren daarvan gaat gepaard met hoge sociale kosten in de vorm van forse werkloosheid, faillissementen en inkomensverlies. Veranderingen in onze maatschappij, zoals gewijzigde arbeidspatronen en een vergrijzende samenleving, maken het bovendien noodzakelijk, dat wordt nagedacht over de houdbaarheid van bestaande arrangementen, zoals pensioen en gezondheidszorg. Daarnaast zal het beheerst terugbrengen van de mondiale overliquiditeit en schuldvermindering tijd vergen. Het ligt daarmee niet in de verwachting, dat snel zal worden teruggekeerd naar de groeicijfers van vlak voor de kredietcrisis. Maar hoewel de Nederlandse economie in 2014 weer is gaan groeien, is de groei minder sterk dan verwacht. Volgens het CPB (bron: NU.nl 4 november 2014) komt de economische groei naar verwachting uit op 0,75 procent. Eerder was een groeicijfer van 1,2 procent voorspeld. “Na enkele beloftevolle tekenen in de tweede helft van 2013, wankelt het economisch herstel in Nederland in 2014 en de vooruitzichten zijn fragiel”, zo valt te lezen in de jongste ramingen van de Europese Commissie over de economische ontwikkelingen in de EU-landen, de zogeheten herfstprognose. Maar hoewel het CPB voor volgend jaar een groei voorspelt van 1,25 procent (bron: NU.nl 4 november 2014) is de omzet in de Nederlandse bouw in het derde kwartaal van 2014 volgens CPB opnieuw gedaald (Financieel Dagblad 29 november 2014). Het betreft het tweede kwartaal op rij dat de bouw een krimp laat zien. Daarnaast vormen de wereldwijde ontwikkelingen zoals de crisis in Irak en Oekraïne een gevaar voor de zeer open economie van Nederland. Binnen de timmerbranche is in 2013 geen, en in 2014 nauwelijks sprake geweest van enig herstel. Zo bedroeg begin 2013 het aantal werknemers in de timmerindustrie 9.000. Aan het einde van het jaar 2013 was dat aantal afgenomen tot 7.800 werknemers. In 2014 heeft deze daling zich verder doorgezet en het huidige aantal werknemers bedraagt thans zo’n 7.700. Daarmee lijken de voorspellingen van 2013 te zijn uitgekomen waarbij een verdere teruggang werd voorspeld in bedrijvigheid en aantal werknemers vanwege een verdere teruggang in bouwactiviteiten. Naast de terugloop in bouwactiviteiten is ook de vergrijzing, uitstroom en beperkte instroom van jeugdigen van invloed op de werkgelegenheid. Om die reden wordt dan ook hard gewerkt aan het speerpunt arbeidsmarkt uit het strategisch plan 2020. De branche ziet zich immers genoodzaakt om bij een krimpende beroepsbevolking, een stagnerende instroom van jeugdigen en technische beroepen, een vraag naar hoger opgeleid personeel en een vergrijzend personeelsbestand te zorgen voor voldoende medewerkers in de komende jaren. Vanuit de input van de werkgroep Duurzaam Inzetbaar wordt daar nu beleid op gemaakt. Daarnaast is binnen het arbeidsmarktproject in het afgelopen jaar ook actief ingezet op zowel aandacht als verbetering van het Arbo- en Veiligheidsbeleid. 1
Werkgeversvoorstellen cao Timmer 2015 Ons streven is om te komen tot een cao met arbeidsvoorwaarden die een bijdrage leveren aan een gezonde en toekomstgerichte branche.
Looptijd cao en loonkostenbeleid De NBvT stelt een cao voor de duur van 15 maanden (van 1-1-2015 tot 1-4-2016) voor gezien de grote veranderingen in de wereld om ons heen, zoals een verandering in het ontslagrecht, duurzame inzetbaarheid, flexibiliteit, ontwikkelingen op het gebied van nieuwe pensioenregelingen en de invoering van de wet werk en zekerheid. In deze periode van 15 maanden dient een werkgroep geformeerd te worden met als doel te werken aan een meer marktconforme cao. De huidige cao past niet meer bij de structureel gewijzigde markten door branchevervaging en nieuwe concurrenten. Daarbij dient meer ruimte gecreëerd te worden voor op maat gesneden afspraken op ondernemingsniveau. De huidige bedrijfseconomische positie van bedrijven dient te worden versterkt. Het loonkostenbeleid dient hieraan bij te dragen. Mede gezien het slechte ondernemersklimaat van de afgelopen jaren voor de ondernemingen in de timmerindustrie is de NBvT geen voorstander van het verhogen van de lonen. De winstgevendheid van de ondernemingen staat al jaren onder druk met alle gevolgen voor de werkgelegenheid. Behoud van werkgelegenheid staat bij ons boven een verhoging van de lonen. In 2015 wordt een werkgroep geformeerd met het doel: Op weg naar een moderne cao (vanaf 1-4-2016). In het bijzonder wordt daarmee gekeken naar o.a. het loonsysteem, de wet werk en zekerheid, duurzame inzetbaarheid. Voor het einde van de cao 2015 dienen de jeugdschalen voor implementatie gereed te zijn. Daartoe wordt een werkgroep opgericht. Zonder advies van deze werkgroep wordt geen start gemaakt met de nieuwe cao 2016. De cao 2015 is daarmee een tussentijdse cao als voorloper op een cao met een volledig nieuwe opzet, rekening houdend met nieuwe marktomstandigheden en de behoefte van werkgevers en werknemers naar arbeidsvoorwaarden voor de komende tien jaar. De tijd tot 1 april 2016 kan ook gebruikt worden om nader in te spelen op de wet werk en zekerheid.
Duurzame inzetbaarheid De instroom van jongeren is in de afgelopen jaren nagenoeg tot stilstand gekomen door de enorme terugloop van BBL. Daarnaast speelt de vergrijzing binnen de sector de bedrijven parten. De komende twee jaar zullen nog ca. 500 medewerkers (bron: Sectorplan Timmerindustrie 2014) de pensioengerechtigde leeftijd bereiken en de sector om die reden verlaten. Om die reden ziet de branche zich naar de toekomst genoodzaakt tot de opgave om bij een krimpende beroepsbevolking, een stagnerende instroom van jeugdigen in technische beroepen, een vraag naar hoger opgeleid personeel, een vergrijzend personeelsbestand, een transitie naar een proces gestuurde industrie, te zorgen voor voldoende medewerkers om aan de gevraagde productie te kunnen voldoen. Om die reden is in 2014 de werkgroep duurzame inzetbaarheid Timmer een aantal keren bij elkaar geweest om te komen tot een actieplan om daarmee in staat te zijn om gezond, 2
Werkgeversvoorstellen cao Timmer 2015 productief en met plezier huidig en toekomstig werk te willen en kunnen blijven doen. In het bijzonder dient daarbij aandacht te zijn voor werkvermogen, vitaliteit en employability. Door te sturen op duurzame inzetbaarheid kunnen de 55-plus dagen geschrapt worden, waarbij de regeling voor het kopen van dagen kan worden verruimd (artikel 38 1d schrappen). De 55-plus-regeling stamt nog uit de tijd, dat personeel met 59 jaar met de VUT kon gaan. De huidige regelingen maken het voor werkgevers erg onaantrekkelijk om oudere werknemers aan te nemen. Daarnaast is een en ander aan de jeugd niet meer uit te leggen. Extra inspanningen zijn er nodig om extra BBL-ers aan te trekken boven op de nu aanwezige behoefte. Uit de sectoranalyse blijkt dat 10% van de werkgevers plaatsingsmogelijkheden ziet voor Wajongeren. Dat vertaalt zich naar mogelijkheden voor 70 Wajongeren voor 2015. Sociale partners hebben in de cao 2014 20 plaatsingen bedongen. Dat betekent dat er binnen het sectorplan Timmerindustrie additioneel 50 extra plaatsingen zijn beoogd. Goede arbeidsomstandigheden, mogelijkheden voor her- om- en bijscholing, gezondheid bevorderende maatregelen dragen ertoe bij dat werknemers langer actief in het arbeidsproces kunnen participeren.
Flexibiliteit en Maatwerk In het SER advies over ‘verbreding draagvlak cao-afspraken’ wordt aangegeven dat een belangrijk onderdeel van (verbreding) draagvlak is dat de cao als instrument (en de cao afspraken), zeker waar het gaat om sector-/branche cao’s, meer maatwerk en differentiatie mogelijk moet maken. De NBvT sluit zich van harte aan bij dit advies. Opdrachtgevers eisen steeds vaker dat de werkzaamheden plaatsvinden op tijden die aansluiten bij hun belangen. Maatwerk en flexibiliteit worden in de huidige cao duur betaald, terwijl steeds meer werk verschuift naar arbeidstijden buiten het reguliere arbeidspatroon van 7.00 – 17.00 uur van maandag tot en met vrijdag. NBvT wil dat werkgevers en werknemers in onderling overleg meer eigen maatwerkafspraken kunnen maken. Door de interne flexibiliteit te vergroten, ontstaat er minder behoefte aan externe flexibiliteit.
Pensioen De premievrije pensioenopbouw bij de eerste zes maanden WW wordt geschrapt. Een en ander gaat ten laste van het aanvullingsfonds. Ooit ontstaan in de tijd van de vakantiebon, vanwege de koppeling van vakantierecht waarden met pensioenrecht waarden. Aanvulling vond over alles plaats. Na afschaffing van vakantiebon is om een of andere reden aanvulling blijven staan. Het hiervoor gestelde is niet meer van deze tijd, is duur in uitvoeringskosten en levert nauwelijks pensioenrechten op (€ 1.000 premie + € 100 uitvoeringskosten voor nauwelijks € 70 pensioen. De NBvT zet liever in op behoud van werk en/of de begeleiding daarvan.
3
Werkgeversvoorstellen cao Timmer 2015 Vakopleiding De Timmerindustrie wil in staat zijn om te alle tijden adequaat geschoold personeel ter beschikking te hebben voor de bedrijven binnen de branche. In het sectorplan Timmerindustrie wordt aangegeven hoe de instroom door middel van stageplekken en leerwerkplekken voor jongeren (BBL) bevorderd kan worden. In economisch opzicht is de Timmerindustrie in grote mate afhankelijk van de bouw, hetgeen tot uitdrukking komt in de werkgelegenheidsontwikkeling, die nagenoeg gelijk loopt met de ontwikkeling van de bouwproductie binnen het segment nieuwbouw. Sinds 2007 is de Timmerindustrie als gevolg van de economische crisis ruim 10% van haar bedrijvigheid en 40% van haar werkgelegenheid kwijtgeraakt. De huidige scholings- en werkgelegenheidsactiviteiten van de SSWT zullen op hetzelfde niveau worden voortgezet, waarin we ons blijven richten en inzetten op de multifunctionele werknemer waarbij in het bijzonder aandacht is voor een leven lang leren en jobrotation.
Beloning jeugd in opleiding De beloning van BBL-leerlingen is nog steeds te hoog. De instroom neemt drastisch af vanwege gebrek aan werk, maar ook omdat bedrijven leerlingen niet kunnen betalen. Het beloningsniveau van de cao is onhoudbaar hoog en inconsistent. De NBvT zet erop in dat de beloning van BBL leerlingen in overeenstemming komt met de toegevoegde waarde die ze leveren. Nu lijkt daar geen sprake van te zijn. Werkgevers in de timmerindustrie vragen dan ook aandacht voor de beloning van jeugdigen in opleiding. Thans is sprake van een beloning afhankelijkheid van het opleidingsniveau (BBL 1, BBL 2 en BBL 3) en leeftijd, met relatief grote sprongen. De hoogte van de salariëring ligt gemiddeld op respectievelijk ca. 175%, 180% en 235% van het WML. De dag waarop de werknemer de theoretische opleiding volgt wordt betaald als ware het een werkdag. In 2006 is het Loon- en Functiewaarderingssysteem in de timmerindustrie ingevoerd, waaruit o.a. bleek dat ruim 80% van de werknemers bovenschalig werd beloond. De beloning voor BBL-ers is bij het LOFU systeem buiten beschouwing gelaten. Mede ingegeven door de gedachte dat de beloning een nauwe relatie had met de instroom. In de praktijk blijkt dat nieuwe leerlingen op een gemiddeld hogere leeftijd instromen, dan pakweg 5 tot 10 jaar geleden. Als gevolg van de huidige beloningssystematiek betekent dat automatisch dat opleiden duurder wordt. Bovendien is de ervaring dat het salaris voor de (thuiswonende) BBL-er geen rol speelt bij de keuze voor een opleiding. Het imago van de bedrijfstak/werkgever en het beroep is voor hen vele malen belangrijker dan de euro’s. De NBvT wil net als andere bedrijfstakken ervoor kiezen om de beloning van BBL-ers: -
Los te koppelen van leeftijd; Naar een niveau brengen dat meer in de buurt ligt van het minimumloon; Niet van toepassing laten zijn op de schooldag.
4
Werkgeversvoorstellen cao Timmer 2015 Werkgevers hechten veel waarde aan de instroom van nieuwe werknemers en opleiden, maar moeten constateren dat het huidige salarisniveau in vergelijking met andere bedrijfstakken hoog is zonder dat dit de instroom bevordert. Om die reden zou de NBvT de beloningsstructuur opnieuw willen vormgeven, waarbij er ook nadrukkelijk een taak voor de “werkgroep duurzame inzetbaarheid” ligt om te bespreken hoe de bedrijfstak timmerindustrie aantrekkelijk te houden.
Reiskosten (artikel 30) De reiskostentabel zoals weergegeven in artikel 30 cao boekje is onduidelijk en onlogisch. De NBvT stelt voor om alleen nog de vergoeding per dag te vermelden. Alleen een gewerkte dag of dagdeel komt voor vergoeding in aanmerking. De tekst onder de tabel kan daarmee komen te vervallen. Als compensatie wordt bij een reisafstand van meer dan 10 kilometer tot maximaal 20 kilometer € 0,19 per kilometer aan reiskostenvergoeding betaald.
Vergoedingen De bijdrage aanvullende zorgverzekering wordt geschrapt. De bijdrage gereedschapsvergoeding wordt geschrapt.
Vakantiedagen Het aantal vakantiedagen wordt teruggebracht van 25 dagen naar 24 dagen, waarmee een ruimte van 0,4% ontstaat voor een loonsverhoging.
Wet werk en zekerheid Het arbeidsrecht gaat flink veranderen de komende jaren. Onder meer door de nieuwe wet Werk en Zekerheid, op het gebied van ontslag en flexibel personeel. Deze wetswijzigingen zullen voor zover noodzakelijk meegenomen worden in de cao 2015. Ook de nog nader te formeren werkgroep cao 2016 zal zich o.a. hiermee bezighouden. De benodigde wijzigingen, aanvullingen en / of daarmee conflicterende artikelen dienen in het cao boekje aangepast te worden.
5
Werkgeversvoorstellen cao Timmer 2015 Samenvatting besprekingspunten cao 2015 -
-
-
Cao afsluiten voor de periode van 15 maanden (1-1-2015 tot 1-4-2016); In 2015 op weg naar een moderne cao (vanaf 2016) middels een nog op te richten werkgroep. Deze werkgroep brengt advies uit voor de nieuwe cao 2016. Zonder advies van deze werkgroep wordt geen start gemaakt met de cao 2016; Cao boekje aanpassen aan de wet werk en zekerheid; 55-plus dagen worden geschrapt en ingeleverd voor duurzame inzetbaarheid. De regeling voor het kopen van dagen wordt verruimd (artikel 38 1d schrappen). Mensen zoveel mogelijk begeleiden van werk naar werk (SSWT); Het aantal vakantiedagen wordt teruggebracht van 25 dagen naar 24 dagen (ruimte voor 0,4% loonsverhoging); De bijdrage aanvullende zorgverzekering wordt geschrapt; De bijdrage gereedschapsvergoeding wordt geschrapt; Aandacht voor instroom bevorderende maatregelen voor BBL-ers; De beloning van BBL-ers wordt losgekoppeld van leeftijd, naar een niveau teruggebracht dat meer in de buurt ligt van het minimum loon; Net als is 2014 zal de beloning van BBL-ers niet van toepassing zijn op de schooldag; De inzet van Wajongeren en sectorplan hebben aandacht; De reiskostentabel (artikel 30) is onduidelijk en onlogisch. Er wordt alleen nog de vergoeding per dag vermeld. Alleen een gewerkte dag of dagdeel komt voor vergoeding in aanmerking. De tekst onder de tabel kan daarmee komen te vervallen. De premievrije pensioenopbouw bij 1e zes maanden WW wordt geschrapt. Meer aandacht voor flexibiliteit door meer maatwerk en differentiatie mogelijk te maken; Per 1 juli 2015 wordt een éénmalige vergoeding uitgekeerd van € 100 bruto.
6